1135 Nieuwe Geneesmiddelenwet: Mogelijk Ingrijpende Gevolgen Voor Ziekenhuisfarmacie

2
genees- en hulpmiddelen 83 zorg & financiering > 9-2007 De nieuwe geneesmiddelenwet bepaalt dat in elke apotheek een gevestigd apotheker inge- schreven moet zijn. Het zogenaamde ‘Eén vent per tent, één vrouw per gebouw’-principe. Volgens de nieuwe wet wordt elk lokaal waar geneesmiddelen ter hand gesteld worden als apotheek beschouwd. Het gevolg is dat zieken- huizen met meer apotheeklocaties per apo- theeklocatie een gevestigd apotheker moeten inschrijven. De NVZ vereniging van ziekenhui- zen voert samen met de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) overleg over de invoering van de wijzigingen met de Inspectie van de gezondheidszorg (IGZ). Aanvankelijk regelde de wet niet hoeveel apothe- ken een apotheker mocht aansturen. Door de discussie in de openbare farmacie naar aanlei- ding van het oude artikel 19 (‘een vent per tent’) is er bij amendement een artikel 61 lid 3 in de wet gekomen waarin vastgelegd wordt dat een apotheker slechts in één apotheek eindverant- woordelijke kan zijn voor het verantwoord orga- niseren van de uitgifte van geneesmiddelen. Het begrip ‘één apotheek’ wordt in combinatie met het begrip ‘samenhangend stelsel van lokalen’ vooralsnog door de IGZ beperkt tot het kadastrale of postcode/huisnummerbegrip. Consequenties voor ziekenhuisapotheken Deze veranderingen hebben mogelijk ingrijpen- de gevolgen voor apotheken in een aantal zie- kenhuizen. Een niet onaanzienlijk aantal zie- kenhuisorganisaties heeft een apotheek die vol- gens bovenstaande definities per 1 juli 2007 de facto zal zijn opgebouwd uit meer apotheken zoals genoemd in de nieuwe wet. Deze situatie is ontstaan door fusies, organisatievormen met meer locaties of vanwege farmaceutische dienst- verlening aan kleinere ziekenhuizen. Onder de nieuwe wet worden deze apotheeklocaties waar geneesmiddelen ter hand gesteld worden gezien als apotheken, met als gevolg dat er een geves- tigd apotheker conform artikel 61 in het nieuwe register ingeschreven moet worden. Een tweede gevolg van deze wet is dat deze gevestigd apo- thekers niet meer op een andere locatie werk- zaam mogen zijn, met uitzondering van waar- neming tijdens vakanties enzovoort. Apothekers die niet als gevestigd apotheker werkzaam zijn, worden alleen in het BIG- register ingeschreven en mogen in beginsel in een onbeperkt aantal apotheken werkzaam zijn, echter niet als eindverantwoordelijke, wederom waarneming uitgezonderd. Ook ziekenhuizen met een toezichthoudend apotheker zullen een gevestigd apotheker moeten inschrijven als er op locatie genees- middelen ter hand worden gesteld, wat veelal het geval is. Overleg met IGZ Over deze wijzigingen heeft de NVZ samen met de NVZA overleg met de IGZ. Centraal daarbij staat de vraag hoe de IGZ toezicht wil uitoefe- nen op deze wet. Ziekenhuizen moeten daarnaast de tijd hebben om zich aan de nieuwe wet aan te passen. De NVZ wil daarom ook afspraken over de termijn van invoering. Praktische consequenties Indien een ziekenhuis een apotheek heeft op meerdere locaties zal er per apotheeklocatie een gevestigd apotheker moeten worden inge- schreven. Of daarbij ook poliklinisch wordt afgeleverd is niet relevant: elke apotheek in de > genees- en hulpmiddelen 1135 nieuwe geneesmiddelenwet: mogelijk ingrijpende gevolgen voor ziekenhuisfarmacie ZenF-0907 cyaan.qxd 3-10-2007 15:34 Pagina 83

Transcript of 1135 Nieuwe Geneesmiddelenwet: Mogelijk Ingrijpende Gevolgen Voor Ziekenhuisfarmacie

genees- en hulpmiddelen

83zorg & financiering > 9-2007

De nieuwe geneesmiddelenwet bepaalt dat inelke apotheek een gevestigd apotheker inge-schreven moet zijn. Het zogenaamde ‘Eén ventper tent, één vrouw per gebouw’-principe.Volgens de nieuwe wet wordt elk lokaal waargeneesmiddelen ter hand gesteld worden alsapotheek beschouwd. Het gevolg is dat zieken-huizen met meer apotheeklocaties per apo-theeklocatie een gevestigd apotheker moeteninschrijven. De NVZ vereniging van ziekenhui-zen voert samen met de Nederlandse Verenigingvan Ziekenhuisapothekers (NVZA) overleg overde invoering van de wijzigingen met deInspectie van de gezondheidszorg (IGZ).

Aanvankelijk regelde de wet niet hoeveel apothe-ken een apotheker mocht aansturen. Door dediscussie in de openbare farmacie naar aanlei-ding van het oude artikel 19 (‘een vent per tent’)is er bij amendement een artikel 61 lid 3 in dewet gekomen waarin vastgelegd wordt dat eenapotheker slechts in één apotheek eindverant-woordelijke kan zijn voor het verantwoord orga-niseren van de uitgifte van geneesmiddelen. Hetbegrip ‘één apotheek’ wordt in combinatie methet begrip ‘samenhangend stelsel van lokalen’vooralsnog door de IGZ beperkt tot hetkadastrale of postcode/huisnummerbegrip.

Consequenties voor ziekenhuisapotheken

Deze veranderingen hebben mogelijk ingrijpen-de gevolgen voor apotheken in een aantal zie-kenhuizen. Een niet onaanzienlijk aantal zie-kenhuisorganisaties heeft een apotheek die vol-gens bovenstaande definities per 1 juli 2007 defacto zal zijn opgebouwd uit meer apothekenzoals genoemd in de nieuwe wet. Deze situatieis ontstaan door fusies, organisatievormen metmeer locaties of vanwege farmaceutische dienst-

verlening aan kleinere ziekenhuizen. Onder denieuwe wet worden deze apotheeklocaties waargeneesmiddelen ter hand gesteld worden gezienals apotheken, met als gevolg dat er een geves-tigd apotheker conform artikel 61 in het nieuweregister ingeschreven moet worden. Een tweedegevolg van deze wet is dat deze gevestigd apo-thekers niet meer op een andere locatie werk-zaam mogen zijn, met uitzondering van waar-neming tijdens vakanties enzovoort.Apothekers die niet als gevestigd apothekerwerkzaam zijn, worden alleen in het BIG-register ingeschreven en mogen in beginsel ineen onbeperkt aantal apotheken werkzaam zijn,echter niet als eindverantwoordelijke, wederomwaarneming uitgezonderd.Ook ziekenhuizen met een toezichthoudendapotheker zullen een gevestigd apothekermoeten inschrijven als er op locatie genees-middelen ter hand worden gesteld, wat veelalhet geval is.

Overleg met IGZ

Over deze wijzigingen heeft de NVZ samen metde NVZA overleg met de IGZ. Centraal daarbijstaat de vraag hoe de IGZ toezicht wil uitoefe-nen op deze wet.Ziekenhuizen moeten daarnaast de tijd hebbenom zich aan de nieuwe wet aan te passen. DeNVZ wil daarom ook afspraken over de termijnvan invoering.

Praktische consequenties

– Indien een ziekenhuis een apotheek heeft opmeerdere locaties zal er per apotheeklocatieeen gevestigd apotheker moeten worden inge-schreven. Of daarbij ook poliklinisch wordtafgeleverd is niet relevant: elke apotheek in de

> genees- en hulpmiddelen

1135 nieuwe geneesmiddelenwet: mogelijk ingrijpende gevolgenvoor ziekenhuisfarmacie

ZenF-0907 cyaan.qxd 3-10-2007 15:34 Pagina 83

zorg

84 9-2007 > zorg & financiering

zin van de wet moet beschikken over een bijde IGZ ingeschreven gevestigd apotheker.

– Ook ziekenhuizen met een toezichthoudendapotheker zullen een gevestigd apothekermoeten inschrijven als er op locatie genees-middelen ter hand worden gesteld, wat veelalhet geval is.

– Teneinde inconsistentie van beleid te voorko-men, is het raadzaam om met het hoofd vande apotheek en met de gevestigde (en overigeaanwezige) apothekers schriftelijke, heldereen toetsbare afspraken te maken over de

onderlinge afstemming van zaken, de manierwaarop farmaceutische patiëntenzorg op dediverse ziekenhuislocaties gestalte gegevenwordt met bijbehorende verantwoordelijkhe-den.

– De raad van bestuur zal met de apothekers denieuwe samenhang tussen ter hand stellen enFarmaceutische Patiëntenzorg in het kwali-teitsysteem van de instelling moeten vastleg-gen. Dit was voor 1 juli 2007 natuurlijk ook alhet geval.

Bron: NVZ, 26 juli 2007<

De kosten van geneesmiddelen zijn voor verze-kerden in Nederland de afgelopen vijf jaar metéén miljard euro toegenomen tot 4,7 miljardeuro. Deze stijging is vrijwel alleen te wijten aaneen toename van de vraag naar geneesmiddelen.

Dit is vooral het geval bij dure geneesmiddelen(meer dan 500 euro per voorschrift). Tussen2001 en 2006 is het aantal gebruikers hiervantoegenomen met 72 procent en zijn de kostenmeer dan verdubbeld. Hierdoor is het aandeelvan dure geneesmiddelen in de totale genees-middelenkosten opgelopen van zeven naartwaalf procent.Sinds 2004 zijn de prijzen van veel geneesmidde-len gedaald. Door afspraken van de overheid,verzekeraars, apothekers en fabrikanten vangeneesmiddelen zijn de prijzen van patentloze

medicijnen de afgelopen tijd met ruim veertigprocent gedaald. Ook is het aandeel van dezezogenaamde generieke geneesmiddelen toege-nomen tot 29 procent van de totale kosten. Beideontwikkelingen hebben een drukkend effectgehad op de kostengroei van geneesmiddelen.

Hoog

Toch zijn de medicijnkosten in Nederland nogonnodig hoog. Dit komt doordat er een situatiebestaat waarbij apothekers inkoopvoordelen(kortingen en bonussen) weten te verwerven vanfabrikanten, zonder dat deze worden doorbere-kend aan de verzekeraars en dus de verzekerden.Vektis schat de omvang hiervan in 2007 op ruim870 miljoen euro.Bron: Vektis, 26 juli 2007<

1136 farmaciekosten in vijf jaar met één miljard euro gestegen

In 2006 namen de recent ontwikkelde genees-middelen 0,4 procent van de totale geneesmid-delenkosten voor hun rekening. Dit percentageis het laagste van de afgelopen tien jaar. Demeest succesvolle introducties van de afgelopendrie jaar hebben aanzienlijk lagere omzet dande hoogste nieuwkomers van de jaren daarvoor.

Nieuw geïntroduceerde geneesmiddelen leggensteeds minder beslag op het zorgbudget. Eindjaren negentig namen de nieuwkomers in huneerste volledige kalenderjaar na introductie nogzo’n drie procent van de totale geneesmiddelen-kosten voor hun rekening. Na de millennium-wisseling kwam het kostenaandeel van nieuwe

1137 minder millionsellers

ZenF-0907 cyaan.qxd 3-10-2007 15:34 Pagina 84