Werken met de nieuwe LWEO- methode voor het havo. Workshop LWEO.

Post on 04-Jun-2015

218 views 1 download

Transcript of Werken met de nieuwe LWEO- methode voor het havo. Workshop LWEO.

Werken met de nieuwe LWEO-methode voor het havo.

• Volgorde van de te behandelen lesbrieven• De plaats van de keuzelesbrieven en

experimenten• Het lessenplan• Ervaringen in de klas (mogelijke struikelblokken)• Didactische aanpak• Context-concept benadering• Stellingen

Lesbrieven H4 SLU in %

Crisis SE 9 H4 (2 lessen + 1 dwt) 4,4%

Geldzaken (KO)* SE 9 H4 (2 lessen + 1 dwt) 4,4%

Jong en Oud CE 27 H4 (2 lessen + 1 dwt) 13,3%

Vervoer CE 27 H4 (2 lessen + 1 dwt) 13,3%

Werk CE/SE 27 H4 (2 lessen + 1 dwt) 13,3%

Experimenten SE 9 H4 (2 lessen + 1 dwt) 4,4%

Totaal: 72 lessen en 36 dwt

Lesbrieven H5 SLU In %

Markt en Overheid CE 30 H5 (3 lessen + 1 dwt) 14,7%

Verdienen en Uitgeven CE 24 H5 (3 lessen + 1 dwt) 11,8%

Conjunctuur (KO)* SE 12 H5 (3 lessen + 1 dwt) 5,9%

Europa CE 21 H5 (3 lessen + 1 dwt) 10,3%

Experimenten SE 9 H5 (3 lessen + 1 dwt) 4,4%

Totaal: 72 lessen en 24 dwt

100%

Rekonomie CE/SE

Geldzaken en Conjunctuur* Geldzaken gaat over de geschiedenis van het

geld (van schelp naar giraal geld), geldschepping en geldvernietiging en inflatie.

• Conjunctuur besteed aandacht aan Keynesiaans conjunctuurmodel zonder overheid en buitenland.

• Werk

• Experimenten zijn bedoeld om bepaalde concepten te verduidelijken.

• Gevangenendilemma en experiment met rode en zwarte kaarten.

• Gevangenendilemma en You Tube-filmpje “Split or Steal”.

Leerling A

Leerling B

rode kaart zwarte kaart

rode kaart 8,8 0,16

zwarte kaart 16,0 2,2

De dominante strategie is zwarte kaart trekken.

You Tube filmpje: Split or Steal

Man

Vrouw

split steal

split 50,50 0,100

steal 100,0 0,0

• Eerst het concept uitleggen en dan experimenten of omgekeerd?

• Wat moeten leerlingen over een experiment vastleggen?

• Hoeveel experimenten?• Het vereist veel voorbereiding en organisatie.• Waarom niet digitaliseren• Link met experimenten Hinloopen

• Crisis• Jong en Oud• Vervoer• Werk• Markt en Overheid

• Veel begrippen die slechts marginaal uitgelegd worden.

• Leerlingen kunnen deze lesbrief niet geheel zelfstandig doornemen.

• Uitleg van de docent gewenst. (gebruikersbijeenkomst)Opofferingskosten, absolute en comparatieve

voordelen.

• Gevangenendilemma (1)• Koopkracht berekeningen (2) indexcijfers• Berekening inkomensheffing (3)• Personele inkomensverdeling/Lorenzcurve (4)• Balans en resultatenrekening (5)• Kapitaaldekkingsstelsel en omslagstelsel (6)• Reëel en nominaal inkomen (7)

• Opbrengst, totale kosten en winst (2)• Maximale winst (MO= MK) (2)• BEA en BEO (2)• No-claimkorting (werking) (3)• Verschuiving over/van vraag- en aanbodlijn (4)• Consumenten- en producentensurplus (4)• Prijselasticiteit en inkomenselasticiteit (5)

• p/a-ratio, participatiegraad (1)• Budgetlijn en opofferingskosten (1)• Koopkracht van het inkomen (3)• Loonkosten per eenheid product (3)• Evenwichtsloon (5)• Werknemers- en werkgeverssurplus (5)• Verschuiving vraag- en aanbodlijn (5)

• Kenmerken volkomen concurrentie• Marktmechanisme• Prijselasticiteit• BEA en BEO• Maximale totale winst (MO = MK)• Soorten variabele kosten(herhaling en verdieping van Vervoer)

• Kenmerken van monopolie• Dalend verloop van de prijsafzetlijn• Maximale totale winst (MO = MK)• Maximale omzet, kostendekking (BEA)• Prijsdiscriminatie en privatisering(veel grafisch en rekenkundig werk)

• Kenmerken oligopolie (homogeen + heterogeen) en monopolistische concurrentie

• Marktgedrag: concurreren of samenwerken (kartel)

• Toetredingsbarrières (verzonken kosten, octrooi en schaalvoordelen)

• Prijszetter • Verschillen tussen marktvormen

• Martfalen• Maximumprijs (aanbodtekort/vraagoverschot)• Minimumprijs (aanbodoverschot/vraagtekort)• Garantieprijs en buffervoorraden• Quotumsysteem

• Octrooi en monopoliemacht• Meelifter en zelfbinding• Collectieve, quasicollectieve en individuele

goederen (n-uitsluitend en niet-rivaliserend)• Private, externe en maatschappelijke kosten• Dominante strategie (gevangenendilemma)

• Maatschappelijk verantwoord ondernemen• People, planet, profit• Duurzaam produceren• Rechtsvormen EZ, VOF, BV en NV• Ondernemingsvorm en ondernemingsrisico• Aantrekken vreemd vermogen in relatie tot de

rechtsvorm.

• Bij bijna ieder hoofdstuk geef ik uitleg• Het gaat om de concepten niet om de

contexten• Extra oefenopgaven zijn nodig om

vaardigheden in te laten slijten.• Zelftesten laten maken in groepjes en

beoordelen

Als docent moet je veel uitleggen (klassikaal) wil je er zeker van zijn dat leerlingen dat oppikken dat nodig is.

De concepten (begrippen) worden onvoldoende uitgelegd in de

lesbrieven.

De contexten zijn veelal herkenbaar voor leerlingen.

Er staan te weinig (oefen-) opgaven in de lesbrieven waardoor leerlingen

onvoldoende kans krijgen om de concepten eigen te maken.

De transferopdrachten aan het eind van elk hoofdstuk zijn zeer geschikt om concepten in andere contexten

toe te passen.

Het is voor leerlingen niet mogelijk om een lesbrief zelfstandig door te

werken.

Er is te weinig digitaal materiaal voor docenten.

Mijn leerlingen maken gebruik van de digilesbrieven.