B r i d g e iedereen kan het leren Copyright, 2010 © Cock Hoogenraad/Anneke van de Ven Les 1...

Post on 12-May-2015

213 views 1 download

Transcript of B r i d g e iedereen kan het leren Copyright, 2010 © Cock Hoogenraad/Anneke van de Ven Les 1...

B r i B r i dd g g ee

iedereeniedereen

kan kan

het lerenhet lerenCopyright, 2010 © Cock Hoogenraad/Anneke van de Ven

Les 1

HOOFDSTUK 1. DE BASISREGELS.

LES 1

• Theorie ITheorie I

• Spelen ISpelen I

• Theorie II Theorie II

• Spelen IISpelen II

• Theorie IIITheorie III

• Spelen IIISpelen III

HET ACOL-SYSTEEM

DE SPEELKAARTEN

SCHOPPEN

HARTEN

RUITEN

KLAVEREN

DE SPEELKAARTEN

52 KAARTEN – 4 KLEUREN

4kleuren

2 LAGE kleuren

13ruiten

♣ ♣

♣ ♣

13klaveren

13schoppen

2 HOGE kleuren

13 harten

Laag in rang

2-3-4-5-67-8-9

Hoog in rang

10-B-V-H-A= plaatjesof honneurs

RANGVOLGORDE KAARTEN

DOEL IS SLAGEN MAKEN

NW O

Z

In dit voorbeeld start NOORD met 6

DOEL IS SLAGEN MAKEN

met de wijzers van de klokmee legt OOST nu 3

BEKENNEN IS VERPLICHT

NW O

Z

daarna legt ZUID

Heer en

ALS JE NIET KUNT BEKENNEN, DAN KAART VAN ANDERE KLEUR

NW O

Z

WEST Aas.

MET EEN ANDERE KLEUR KUN JE DE SLAG NIET WINNEN

NW O

Z

WEST wint de slag met Aas.

WEST mag nu de volgende kaart voorspelen.

WINNAAR SPEELT VOLGENDE KAART IN KLEUR NAAR KEUZE

NW O

Z

SPELEN 1

DOEL: OEFENEN IN SLAGEN MAKEN.

• Schudden en geven.• Speler links van de gever mag

uitkomen.

Partners zijn :

NOORD EN ZUID

NOORD

ZUID

WEST OOST

WEST EN OOST

SPELEN MET EEN PARTNER

West en Oost hebben 8 slagen gewonnen,

zij leggen deze gewonnen kaarten verticaal neer.

SLAGEN NIET OP EEN HOOPJE

1 2 3 4 5 6 7 8

1 2 3 4 5 6 7 8

SLAGEN NIET OP EEN HOOPJE

Noord en Zuid hebben 8 slagen verloren,

zij leggen deze verloren kaarten horizontaal neer. Als het ware een min.

Na afloop van het spel kan iedereen het aantal winstslagen tellen.

1 2 3 4 5 6 7 8

Dat zijn de slagen die vertikaal neergelegd zijn.

SLAGEN NIET OP EEN HOOPJE

TROEFKLEUR

ALLE KAARTEN VAN DIE KLEUR ZIJN HOGER DAN WILLEKEURIG WELKE KAART VAN EEN ANDERE KLEUR.

• Mag alleen als niet kan worden bekend.• (Over-) Troeven is niet verplicht.• Volgorde is hetzelfde als bij andere kleuren.

SPELEN 2

DOEL: OEFENEN MET TROEFKLEUR

• (Troef normaal bepaald bij bieden).• Nu echter door draaien van de eerste

kaart voor het geven.• Bij het draaien van een plaatje is de

speelsoort Sans Atout (geen troef).

DE DUMMY

DUMMY: PARTNER VAN DE LEIDER

• Dummy speelt niet mee, maar de leider bepaalt welke kaart wordt gespeeld.

• Hij legt zijn kaarten open op tafel direkt na de uitkomst (van rechter tegenstander).

• Iedere speler kan dus zijn kaarten zien, dus iedereen ziet 26 kaarten.

DE DUMMYOOK WEL “BLINDE” GENOEMD

DE DUMMY, In voorbeeld is schoppentroef, dus rechts van de dummy.

SPELEN 3

DOEL: OEFENEN MET DUMMY

• (Troef normaal bepaald bij bieden).• Nu echter door draaien van de eerste

kaart voor het geven.• Bij het draaien van een plaatje is de

speelsoort Sans Atout (geen troef).• Leider is de gever en dummy zijn

partner.

• Hoofdstuk 1 bestuderen

• Hoofdstuk 1 oefeningen maken

• Hoofdstuk 2doorlezen

HUISWERK