Zomerhitte

44
Met o.a.: Pottenbakken met Willeke, de Summer School, Joep Dohmen, humanistisch zaalvoetbal, de humanisticus van de toekomst, en nog veel meer humanistisch genot “Blijkbaar ben ik religieus én humanist” Interview met Laurens ten Kate, p. 6 Nr. 4 – 2015-2016

description

2015-2016 no.4

Transcript of Zomerhitte

Page 1: Zomerhitte

Met o.a.: Pottenbakken met Willeke, de Summer School, Joep Dohmen, humanistisch zaalvoetbal, de humanisticus van de toekomst, en nog veel meer humanistisch genot

“Blijkbaar ben ik religieus én

humanist”Interview met Laurens ten Kate, p. 6

Nr. 4 – 2015-2016

Page 2: Zomerhitte

2

JEROEN FIERENS REDACTIONEEL

Voorgoed tot septemberHet is een fascinerend fenomeen, zomerhitte. Het ene moment sta je nog vol goede moed om acht uur op om fanatiek aan de studie te gaan; het volgende moment zijn alle studieplannen, wereldverbeteridealen en toekomstdromen waar je de afgelopen negen maanden zo hard aan hebt gewerkt met één grote slok koud bier achterin je keel verdwenen om zich de komende maanden niet meer te vertonen.

Alle hoop dat ik misschien nog een greintje rationaliteit zou bezitten is op slag verdwenen; ik ben een fundamentalistische hedonist, een onderdanige zonneslet, een slaaf van mijn zintuigen. Dit is beter dan verliefdheid, beter dan seks. Het hele universum samengeperst in het flinterdunne laagje waar het zonlicht mijn huid raakt, daarbuiten is er niets meer. Als ik mijn ogen sluit, dansen de zonnevlek-jes voor mijn ogen. Ze groeien groter, veranderen van kleur, mengen zich met elkaar tot een grote witte waas. Dit is beter dan drugs. Kost niks, twee maanden trippen, en de enige kater is een verbrande

huid. Andere mogelijke bijwerkingen: uitdroging, zonnesteek en huidkanker. Maar daar hoef ik me voorlopig niet druk om te maken, komt in september wel weer. Ik voel mijn bloed warm en mijn spieren steeds slapper worden. Mijn armen vallen naast me neer. Ik hoor een stem in mijn hoofd, iets met studie, iets met werken, iets met toekomst, een echo uit een ver verleden, een vage schim.

Waar maakte ik me net ook alweer druk om? Ik probeer het te bedenken, maar mijn hersenen hebben geen kracht meer. Ach, hoe belangrijk kan het zijn? Be-langrijker dan dit? Is er iets belangrijker dan dit? Ik grinnik om deze domme gedachte en schuif mijn zorgen naar een klein en donker hoekje achterin m’n

hoofd. Nog even flitst er een herinnering voorbij aan een tijd waarin het leven ingewikkeld en vol keuzes was, maar al snel komende de gekleurde vlekjes terug en nemen de herinnering mee tot ook zij voorgoed is opgegaan in de witte waas. Voorgoed tot september. Maar dat zien we dan wel weer.

Vanuit de redactie:

Vol trots kijken we terug op het afgelopen studiejaar. We hebben hard gewerkt om de Zindroom nóg mooier, gevarieerder en boeiender te maken, en te oordelen naar de vele positieve reacties die we hebben mogen ontvangen zijn we daar aardig in geslaagd.

We staan echter niet stil, de jaarlijkse scriptie-editie staat alweer in de steigers om het komende studiejaar af te trappen. Schrijf jij dit jaar een scriptie? Zorg dan dat de jouwe niet ontbreekt! Kijk achterin deze Zindroom voor meer informatie.

Met het afscheid van het studiejaar nemen we helaas ook afscheid van een deel van de redactie. We zullen het voortaan helaas moeten stellen zonder secretaris Kleri Sparou, tuinman Charly Bos, oud-voorzitter Roos Bies-heuvel en redactiefossiel (al geeft ze zelf de voorkeur aan de titel ‘nestor’) Marthe Visser. Bedankt voor al jullie gezelligheid en harde werk de afgelopen jaren!

Heeft het je stiekem altijd al heel leuk geleken om bij de Zindroom-redactie te zitten? We hebben weer plek voor nieuwe enthousiaste redactieleden. Spreek ons aan of stuur een mailtje naar [email protected]!

ik ben een funda-mentalistische hedonist, een onderdanige zonneslet

Page 3: Zomerhitte

ZINDROOM INHOUD

PERSVOORLICHTER FC PAX

Voetbalsprookje aan de

Kromme nieuwegracht

KLERI & DANIËLLE

Pottenpakken met

Willeke Los

CAROLINE SURANSKY

Summer school: (te)

heet onder je voeten?

ANEKDOTE Joep Dohmen over aardbeien 11

AGENDA om de zomer door te komen 24

SVH Kom bij een commissie! 25

POËZIE Goedemorgen?, Stijn Kammeijer 29

DROMEN van zomer, Bart Elbers 36

OPINIE Thijs wil een mannelijk standbeeld 37

RECEPT Caliente! Comfortfood 38

COLUMNS

Vincent Stolk 4 / Myrte Mijmert 12 / Tegenzin 40 / Student en kamer 43

OPZINBAREND 20

Het kloppend hart van de Zindroom met deze keer o.a. Lieve Laura over keuzestress, wijsheden van Ruud, een zeldzame foto van Jurre met broodjes pindakaas en een puzzel voor de vaste fans!

14 26 18

ZINTUIN

De arbeidsmarkt

in verandering

DANIËLLE DRENTH

Laurens ten Kate

en zijn benoeming

6 30

Page 4: Zomerhitte

4

De zomer komt eraan en dat betekent een seizoenswisseling. De lente gaat over in de zomer. Zoiets kunnen we zien als een verder weinig opzienbarend astronomisch of meteorologisch feit, iets wat nu eenmaal jaarlijks plaatsvindt, maar ook als meer dan dat. Door de geschiedenis heen waren seizoenen en hun wisselingen altijd belangrijke zaken om rekening mee te houden, zoals voor de voedseleconomie in overwegend agrarische samenlevingen. Daarnaast hebben seizoenen vanwege hun symbolische rijkdom voor tal van schrijvers, schilders en muzikanten als bron van inspiratie gediend. Neem bijvoorbeeld Vivaldi’s ‘Vier Seizoenen’ of het meer eigentijdse en niet minder virtuoze ‘Change of Seasons’ van Dream Theater.

VINCENT STOLK COLUMN

Over hitsige vaarzen

jongvolwassenen zijn ‘vurige’ mensen, met passie en hartstocht.

Het is tegenwoordig minder boeiend in welk seizoen we ons bevinden. Onze voedselindustrie is al lang niet meer afhankelijk van de jaargetijden en we beheersen de natuur zodanig dat we weinig last hoeven te hebben van de winterkou of zomer-hitte (‘climate control’ enzo). Ondanks dat mogen we best bezig zijn met de symbolische lading van de seizoenen. Welke symboliek schuilt achter de zomer?

In de geschiedenis van kunst en literatuur komen we veel voorbeelden tegen van parallellen tussen de wisseling van seizoenen en de levenscyclus. De lente staat dan voor de kindertijd, de zomer voor

de jongvolwassenheid, de herfst voor de laatvolwas-senheid en de winter voor ouderdom. De zomer is dus gekoppeld aan de leef-tijdsfase waarin de meeste Zindroom-lezers zich zullen bevinden. Wat houdt de as-sociatie tussen zomer en jongvolwassenheid in?

Rond de eerste millenniumwisseling leefde de Engelse monnik Byrhtferth van Ramsey, die een bekend boek schreef: de Enchiridon (Latijn voor handleiding). Daarin komt een tekening of diagram

voor, waarin Byrhtferth laat zien hoe zaken als windrichtingen, sterrenbeelden, elementen en ook leeftijden en seizoenen met elkaar samenhangen in een door God gestructureerde kosmos . De zomer koppelt Byrhtferth aan de ‘Adolescentia’ (jongvol-wassenheid). Het element dat de monnik hiermee associeert is ‘ignis’ (vuur). Eigenschappen hiervan waren ‘calida’ (warm) en ‘sicca’ (droog). Vuur, warmte en droogte horen dus bij de jongvolwasse-ne. Ofwel: jongvolwassenen zijn ‘vurige’ mensen, met passie en hartstocht, maar ook roekeloos- en onbedachtzaamheid. Herkenbaar? Aardig in deze context is de beschrijving van de twintiger die voorkomt in een negentiende-eeuwse tekening van ene James Baillie over de levensfasen van de mens:

‘At twenty love doth swell his veins. And heifer-like untamed remains’

Vrij vertaald: ‘Op twintigjarige leeftijd doet de liefde de aderen zwellen. Een ongetemde vaars (jonge koe) blijft over’. De twintiger dus als een hitsige vaars. (De schrijver dezes komt er beter vanaf met zijn 31 jaar; hierover schrijft Baillie: ‘With bull-like strength to smite his foes. At thirty to the field he goes.)

De associatie van zomer, jongeren en hitsigheid moet ons bekend voorkomen. Wie kent niet het lied ‘Summer night’ uit Grease: ‘Summer loving had me

Page 5: Zomerhitte

5

a blast / Summer loving happened so fast / I met a girl crazy for me / Met a boy cute as can be’. Ook bekend is de romantische dichter John Keats (1795-1821), die in zijn twintiger jaren in een liefdesbrief schreef : ‘[...] We will shade / Ourselves whole summers by a river glade; / […] My happy love will overwing all bounds! / O let me melt into thee; let the sounds / Of our close voices marry at their birth; / Let us entwine hoveringly!’

Laat ik aan de zomer als seizoen van wellust twee observaties verbinden. Ten eerste het docenten-perspectief, ten tweede het beklemmende van de gedachte dat bepaalde eigenschappen horen bij bepaalde levensfasen.

Het eerste thema is het spannendst: het is taboe, glad ijs om je als docent op te bewegen en wordt al snel verkeerd uitgelegd. Met het docentenper-spectief bedoel ik letterlijk: het perspectief, het uitzicht, van de docent. Stel je voor: het is eind mei of juni en al goed warm; je bent docent, mannelijk en begin 30; je geeft les in lokaal 1.40, dus vanaf een podium, en je kijkt neer op enkele tiental-len studenten, overwegend vrouw en rond de 20. Als er iets van het zomervuur (Byrthferth) en de ‘gezwollen aderen van liefde’ (Baillie) te merken is in de zaal, dan is dat niet zelden in de kleding van de studentes (studenten wellicht ook, maar dat is voor dit docentenperspectief niet zo relevant; ik had eens een mannelijke student zonder t-shirt aan in de zaal, wat me weinig kon schelen). Kies

en degelijk zouden bepaald misplaatste termen zijn om de lijfbedekking van ten minste sommige studentes te karakterise-ren. Uitdagend en pikant komen dichter in de buurt. Je geeft les dus je bent gefocust op je onderwerp, maar helemaal kan het uiterlijk van je toehoor-ders niet aan je aandacht ontsnappen. Is het vreemd

dat de voorgestelde docent zich soms ongemak-kelijk voelt als studentes zich te zomers uitgedost in je blikveld begeven? Sommige details van het vrouwenlichaam wil je op sommige momenten en plaatsen liever niet zien, zoals in de collegezaal, maar wat als je niet weet waar je kijken moet?

Dit probleem – als het dat al is – hoeft niet groter gemaakt te worden dan het is en of het een man-nenzwakte of een vrouwenprobleem is laat ik ook in het midden. Het moest gewoon even gezegd.

De tweede observatie is veiliger. Die heeft te maken met de vrije wil. Dat is de gedachte dat wij vrijelijk kunnen kiezen voor wat we doen en laten. Niet

iedereen is overtuigd van die vrije wil. Er zijn de-terministische theorieën, die stellen dat we de illusie van vrije wil hebben, maar eigenlijk worden bepaald door onze genen, ons brein, God, onze leef-omstandigheden of iets anders. Maar voor zover we kunnen aannemen dat we een vrije wil hebben, is het goed om ons in deze context daarvan bewust te zijn.

Byrthferths diagram is namelijk in zekere zin ook deterministisch. Hij koppelt bepaalde gedra-gingen, emoties, stem-mingen enzovoort aan bepaalde leeftijdsfasen. Bij ouderdom hoort bijvoorbeeld de koude winter. In navolging van (en voorafgaand aan) hem hebben veel auteurs ouderdom beschreven als een donkere, sombere en kille fase van het leven. Maar veel he-dendaagse schrijvers hekelen dat ouderen op basis van zulke ideeën in het verdomhoekje worden geplaatst. Zij pleiten er juist voor dat ouderdom helemaal niet dit soort kenmerken hoeft te hebben: de oudere kan even vol hartstocht en vuur zijn als de jongere. Net zo kan de jongere zich losmaken van de stereotype ‘zomerse’ kenmerken die aan hem of haar worden toegedicht. Er is vrijheid om in de zomer geen hitsige jonge koe te zijn. Zoals James LaBrie van Dream Theater zingt in Change of Seasons: ‘Seasons change and so can I’.

Er is vrijheid om in de zomer geen hitsige jonge koe te zijn.

Sommige details van het vrouwenlichaam wil je op sommige plaatsen liever niet zien, zoals in de collegezaal.

Page 6: Zomerhitte

“Het is een iets hogere positie, maar dat maakt me niet zo heel veel uit.”

Beeld: Corbino

Page 7: Zomerhitte

7

“Op jullie leeftijd had ik ontzettend veel studieclubjes, daar leefde ik van.”

Op de dag van het interview is het stralend weer. Met een colaatje in de hand zitten Laurens en ik op een bankje in onze geliefde UvH-tuin. Op mijn lijstje staan vier vragen en dit keer ben ik wel van plan om ze daadwerkelijk allemaal te stellen. Ik begin direct met de eerste vraag: Wat betekent de benoeming tot bijzonder hoogleraar ‘Vrijzinnige religiositeit en humanisme’ voor jou persoonlijk?

Laurens vertelt dat het voor hem een eer en een teken van erkenning is om benoemd te worden tot bijzonder hoogleraar. Het onderwerp van zijn benoeming, de spanning tussen humanisme en religie, is een onderwerp waar hij zich eigenlijk zijn hele leven al mee bezighoudt. Op de UvH geeft hij hier colleges over, maar het onderwerp heeft ook alles te maken met Laurens als persoon. Hij legt uit dat hij de zoon is van een protestantse predikant. In zijn jeugd vertoont hij weerstand tegen wat hij noemt ‘de religieu-ze instituten die deze maatschappij nog steeds beïnvloeden’. Hij wil experimenteren, grenzen verleggen en zijn creativiteit uiten. ‘Langza-merhand kwam ik erachter dat die hele erfenis van de religie niet alleen maar die creativiteit tegenwerkt, maar die creativiteit eigenlijk een ontzettend interessante draai geeft. Bijvoor-beeld in rituelen of in kunst. Zo ontdekte ik dat dat spanningsveld tussen religie en humanisme, je zou kunnen zeggen het spanningsveld tussen

de wereld van de mens en iets wat aan die mens ontsnapt, wat de mens maar niet in zijn controle of in zijn greep kan krijgen... Dat dat spannings-veld gewoon heel bepalend is geweest, en nog steeds is, voor onze cultuur en ook voor mijzelf in mijn leven. Je wilt atheïst worden en het lukt maar niet. Dat is interessant: blijkbaar ben ik religieus én humanist en gaat het dus om die verstrengeling. Religie is niet alleen maar een systeem dat het dilemma probeert op te lossen, maar is juist een geheel van voorstellingen, rituelen, beelden, verhalen, dat het dilemma in-tensiveert, in al zijn ingewikkeldheid laat staan en daar vertalingen, formuleringen, vormgevin-gen voor zoekt.’

Voordat ik er erg in heb zit ik midden in het onderwerp van Laurens’ rede. Ik wilde het eigenlijk helemaal niet over de inhoud hebben, maar hij is er persoonlijk zo mee verbonden dat het onderscheid tussen persoonlijke en inhoudelijke antwoorden moeilijk te sturen is. Gelukkig komt hij uit zichzelf terug op mijn vraag. Hij beschrijft dat het een droom is dat deze vacature er kwam, aangezien het onderwerp precies datgene is waar hij zich altijd al mee bezighield, en het een leerstoel is op de UvH, een fijne plek waar hij al

DANIËLLE DRENTH INTERVIEW

‘Blijkbaar ben ik religieus én humanist’ Laurens ten Kate en zijn benoeming tot bijzonder hoogleraar

De poster hangt overal door de UvH heen: woensdag 11 mei om 16.15 uur houdt Laurens ten Kate zijn inaugurele rede ‘De vreemde vrijheid: Op zoek naar nieuwe betekenissen van vrijzinnigheid en humanisme in de 21ste eeuw’. Deze rede houdt hij naar aanleiding van zijn benoeming tot bijzonder hoogleraar ‘Vrijzinnige religiositeit en humanisme’ op onze eigen UvH. Tot zover niks nieuws, maar wat is nou eigenlijk het verschil tussen hoogleraar en bijzonder hoogleraar, wat betekent deze benoeming voor Laurens en nog belangrijker: wie is Laurens ten Kate eigenlijk?

Page 8: Zomerhitte

8

werkt. ‘Ik dacht, ik word het nooit.’ Ik grijp mijn kans en stel bewust een concrete, persoonlijke vraag: Wat heb je gedaan toen je het hoorde? ‘Toen ben ik naar huis gegaan, in de armen van mij vrouw gevallen en hebben we het gevierd. Ik heb een paar mensen gebeld die me ook heel erg hadden ondersteund in die sollicitatieprocedu-re, die met me mee hadden gedacht. We hebben gewoon thuis gegeten, maar we hebben er wel een glaasje op gedronken.’

Tevreden over het feit dat het antwoord geëindigd is met een persoonlijke noot, stel ik de volgende vraag: ‘Verandert deze benoeming iets aan je werkzaamheden op de UvH?’ Laurens

geeft aan dat het iets toevoegt, namelijk het werk dat hij doet voor de Stichting Stimule-ring Vrijzinnig Gedachten-goed, waardoor hij is aange-steld als bijzonder hoogleraar. Hij behandelt daarvoor de thematiek ‘wat is vrijzinnig-heid in relatie met humanisme in deze tijd?’ Dat thema sluit overigens aan bij het onderzoek dat hij al jaren doet. Het gaat

over het zoeken naar zin en het creëren ervan in een tijd waarin dit niet vanzelfsprekend gegeven wordt. ‘Mijn leerstoel bestaat voornamelijk uit onderzoek doen en daarnaast in de maatschap-pij de vraag ‘wat is eigenlijk vrijzinnige religiosi-teit’ bespreken in lezingen en debatten, teksten in de krant et cetera. Dus aan de ene kant ben je onderzoeker en aan de andere kant ben je am-bassadeur van de stichting die deze leerstoel mogelijk heeft gemaakt, de stichting Stimule-ring Vrijzinnig Gedachtengoed. Daarnaast heb ik natuurlijk gewoon mijn normale baan op de UvH. Dit is maar anderhalve dag, drie en een halve dag ben ik universitair hoofddocent, doe ik mijn andere onderzoek en geef ik dus les aan jullie.’ Verder vertelt Laurens dat je als bijzonder hoogleraar meer rechten hebt. Het is makkelij-ker om subsidie aan te vragen en je kunt promo-vendi begeleiden. Bescheiden zegt Laurens: ‘Het is een iets hogere positie, maar dat maakt niet zo heel veel uit.’ Hij vindt het voornamelijk be-langrijk dat hij vrijer is. Als gewoon hoogleraar heb je allerlei belangrijke, bestuurlijke taken, je draagt verantwoordelijkheid voor de UvH als instituut. Als bijzonder hoogleraar ben je vrij van dit soort taken, waardoor je meer inhoudelijk kunt werken.

Voor ik er erg in heb vertelt Laurens enthou-siast over wanneer vrijzinnige groeperingen ontstaan, dat ze ondogmatisch en zin zoekend zijn en dat ze aandacht hebben voor verbeel-ding, creativiteit en zingeving vanuit een wereld die ze zelf maken en waar ze ook zelf in opgaan. Het voor masterstudenten bekende begrip social imaginaries wordt uitgelegd: ‘Die geschapen wereld van zin, bijvoorbeeld een facebookpagi-na, die wereld doet ook iets met ons. Het is die wisselwerking die mij al mijn hele leven interes-seert. Dat is iets waar ik echt totaal door gebio-logeerd ben, hoe dat kan. Het betekent eigenlijk hetzelfde als waar we het in het begin over hadden: de mens is in charge, zwaait de scepter in de wereld en toch ontsnapt die wereld hem de hele tijd. Immanentie en transcendentie. Dat zijn allemaal hele mooie filosofische termen, maar die betekenen persoonlijk heel veel voor mij. Daar wordt het leven de moeite waard door, door die gekke dingen.’

Verwonderd luister ik naar Laurens zijn verhaal. Zijn werk is meer zijn levenswerk te noemen denk ik: datgene waar hij zijn geld mee verdient is datgene waar hij zich ook privé mee bezig houdt, het is zijn passie. ‘Sta je daar wel eens bij stil, hoeveel geluk je daarmee hebt?’, vraag ik Laurens. ‘Ja, de meeste mensen die ik ken die hebben een baan, dat is gewoon een baan, die doe je en dat is leuker of minder leuk, maar daarnaast heb je nog een ander leven. Bij mij loopt dat dwars door elkaar heen.’ Hij vertelt me dat hij al heel vroeg had bedacht dat hij dit wilde. ‘Ik vond wetenschap altijd heel leuk, ik had altijd ontzettend veel plezier in schrijven, lezen, discussiëren, studeren met mensen. Op jullie leeftijd had ik ontzettend veel studieclub-jes altijd, daar leefde ik van. ’s Nachts dan ging ik stappen en ’s ochtends sliep ik uit. ’s Middags en ’s avonds was het gewoon boeken, discus-siëren, naar interessante lezingen gaan en ook heel veel leesgroepjes. Dat deden we allemaal zelf, daar kregen we niet voor betaald, dat had nog niks met een baan te maken. Dat had te maken met je vormen, gretigheid, heel weinig geld hebben en gewoon dingen doen die je heel graag wil doen. Dus niet onmiddellijk kiezen voor een carrière, een huis, een huwelijk en een kind. Je moet dan wel heel lang wachten, ik heb op veel universiteiten gewerkt, promotieplek gekregen, die houdt dan weer op en dan heb je een postdoc en nog een postdoc en nog een postdoc. Ik heb overal gezeten: in Amsterdam,

“Toen ben ik naar huis gegaan, in de armen van mij vrouw gevallen en hebben we het gevierd.”

Page 9: Zomerhitte

9

Tilburg, Nijmegen, Kampen, twee jaar hier, één jaar daar. Het is een hele lange weg om uitein-delijk een vaste plek te vinden. Die heb ik pas gevonden toen ik rond de veertig was en ik mijn eerste kind kreeg, toen kreeg ik ook deze baan aan de Universiteit voor Humanistiek. Dus als je van je leven je werk wil maken, moet je lang wachten, dan moet je geduld hebben.’

Nu ben ik nog meer verwonderd, wat een inspi-rerend verhaal. Ik kijk Laurens glazig aan, want het klinkt bijna als een sprookje waarin uitein-delijk alles goed komt. Laurens geeft vervolgens toe dat het ook geluk is, dat heel veel mensen die dit willen halverwege stranden. Én dat het ook moeilijk kan zijn. ‘De andere kant van de zaak is dat je werk ook altijd aanwezig is en dat het soms ongelofelijk druk is, maar ook in je hoofd druk. Het is ontzettend moeilijk om te zeggen, oké, ik werk vandaag niet of ik ga straks naar huis en ’s avonds zit ik in een heel andere mindset. Dan ben ik met mijn kinderen of kijk ik South Park of een ander dom programma op tv, of een voetbalwedstrijd en dan gaat morgenochtend de wekker en dan ga ik weer met mijn werk bezig. No way! Dat werkt niet.’ Laurens vertelt me dat filosofie gaat over de fundamentele vragen die in alledaags contact altijd terugkomen en dat hij daar moeilijk van loskomt. ‘Je kunt heel makkelijk overspannen raken ervan. Doordat het werk er te veel en te vaak is; en je kunt ook vervreemden van je omgeving, omdat je altijd met je werk bezig bent. Waardoor mensen zeggen: wanneer ben je nou eens een keer niet filosoof? Het is iets moois, maar het is ook iets gevaarlijks.’

Terwijl ik luister naar de keerzijden van het ver-vlochten raken van werk en passie, gaan mijn gedachten uit naar de vrouw en kinderen van Laurens: hoe gaan zij ermee om als het op een gegeven moment alleen nog maar gaat over filosofie? Laurens vertelt me dat zijn vrouw cultureel antropoloog is, universitaire beleids-banen heeft gehad en meer literair schrijft. Ze hebben beiden interesse in filosofie, muziek en kunst, maar Laurens heeft er zijn werk van gemaakt en zijn vrouw niet. ‘Dat leidt wel eens tot spanningen ja. Het is ook belangrijk om af en toe de filosofische plaat in je hoofd uit te zetten en dat is niet altijd even makkelijk.’ Laurens vertelt me dat er wel zaken zijn waar hij helemaal in op kan gaan zonder over zijn filosofie na te denken, zoals muziek en literatuur. Hij vertelt me ook dat

hij lang heeft gebridged met zijn jongere broer. ‘Lange tijd, tot ongeveer mijn twee-, drieënder-tigste, hebben we vrij intensief gebridged. Dat was ook een soort andere wereld, waarin je even niet met het denken, analyses en de wetenschap bezig bent. Een toernooi spelen of een wedstrijd spelen tegen tegenstanders, studeren op het spel. Bridgen is heel complex, dus je moet heel veel studeren, heel veel oefenen met je partner. Onwijs leuk. Dus als studenten mij een keer uitdagen om voor een tariefje te bridgen, dan moeten ze oppassen, want dan gaan ze een hoop geld verliezen.’

‘Nu heb je toch al heel wat over mijn persoon-lijk leven!’, merkt Laurens lachend op. Ik moet ook lachen en denk bij mezelf: het is zo leuk

om je docent als mens te leren kennen. Wie had gedacht dat Laurens intensief zou bridgen? Ik hoop dat iemand die dit leest goed kan bridgen, Laurens uitdaagt en mij hierover mailt: ik wil hier maar al te graag toeschouwer van zijn! Ik kijk op mijn lijstje en besef dat ik eigenlijk nog maar twee vragen heb gesteld van de vier, terwijl ik Laurens al langer dan een half uur aan het in-terviewen ben. Gelukkig zitten we in de zon met een colaatje, waardoor het meer voelt als een leuk gesprek dan een formeel interview. Ik stel hem mijn derde vraag: ben je zenuwachtig voor je inaugurele rede? Laurens antwoord binnen een seconde: ‘Ja. Ik heb hem helemaal afgeschreven. Daar wordt een prachtig boekje van gemaakt nu.’ Tussen neus en lippen door vertelt Laurens mij over zijn carrière bij drukkerij Boom in Amsterdam, waar hij vijftien jaar heeft gewerkt.

Beeld: Kirsten den Boef

Page 10: Zomerhitte

10

Wat kan een mens in zijn leven allemaal ‘even’ doen, denk ik bij mezelf. Door een connectie van toen, wordt zijn rede mooi tot een boekje gemaakt. ‘Eigenlijk is alles kat in het bakkie. Ik

heb dat boekje, ik lees het voor en klaar.’ Toch is hij zenuw-achtig: ‘Het is toch één van je levenswerkjes. Een cruciaal moment van je leven markeert die tekst. Het is een tekst die heel veel voor me betekent door het speciale moment van het hoogleraar worden, maar ook omdat de tekst gaat over

de dingen waar we het net over hadden. De tekst gaat over vrijheid en scheppen, maar het is een vreemde, onvrije vrijheid. Dus het is weer: ik ben mijn verhaal! Dat vind ik heel spannend, of het me lukt. Ik zou er moeilijk afstand van kunnen nemen, ik zal emoties moeten onderdrukken. En natuurlijk de laatste vijf minuten bedank je mensen… ja, dan gaat het natuurlijk altijd mis.

Dan schiet je altijd vol. Ik ben rete-zenuwachtig, ja. Ik zie er tegenop en ik zie ernaar uit. Dus ik hoop dat jullie mij zullen steunen.’

Weer moet ik lachen. Het geeft me een warm gevoel dat hij het echt fijn zou vinden als er studenten aanwezig zijn, het motiveert me extra om zelf te gaan. Ook ben ik stiekem blij dat hij zenuwachtig is. Het is een teken dat zelfs mensen die zich al behoorlijk bewezen hebben, nog steeds zenuwachtig zijn. Ik krijg alleen maar

meer zin om naar de rede te gaan, omdat ik benieuwd ben naar de emoties die hij zal tonen. Met hem raak ik zenuwachtig of hij het volhoudt tot de bedankjes. Ten slotte vraag ik hem naar zijn toekomstdromen als bijzonder hoogleraar. Hij antwoord meteen met dat de benoeming al een droom op zich is. Vervolgens vertelt hij: ‘Ik wil in de toekomst de nieuwe betekenis van vrijzinnigheid en humanisme steeds verder brengen. Ik hoop een aantal mooie boeken te schrijven, zowel in het Nederlands als in het Engels, die hierover gaan en die impact zullen hebben. Die mensen gaan lezen, bekritiseren, waarover discussie ontstaat. Als wetenschap-per schrijf je heel veel voor tijdschriften, vaak voor maar enkele tientallen specialisten of vak-genoten en ik heb soms wel het gevoel van, ja, het is allemaal zo klein en een beetje elitair. Om eens een aantal boeken te schrijven die wat meer teweeg brengen, zou voor mij echt een toe-komstdroom zijn.’ Vervolgens vertelt Laurens dat de verschillende vrijzinnige groeperingen heel sterk hun eigen clubjes hebben. ‘Eén van mijn missies is om die groeperingen wat meer op de kaart en bij elkaar te brengen. Bijvoorbeeld in een soort expertisecentrum voor vrijzinnig humanisme waar we dingen communiceren, wetenschappelijke bijeenkomsten hebben, maar ook concrete events, diner pensant bijvoorbeeld, met een leuke spreker. Voor een tientje met studenten en ouderen ergens eten en iets met elkaar uitpluizen. Dingen op televisie, kunst-projecten… dat hoop ik heel erg: dat ik een meer omvattende praktijk opzet, zodat ik die clubs wat meer op elkaar betrek. Vrijzinnigheid, literatuur en kunst zijn altijd samengegaan; ik richt me dus ook op die verbinding.’ Laurens vertelt vervol-gens enthousiast over een nu lopende expositie in de Ketelfactory in Schiedam, getiteld: ‘Van de Wereld’, waar hij aan heeft meegewerkt door de teksten te schrijven. Deze man is zo gedreven. Hij doet zoveel, maar het valt allemaal onder één paraplu: de spanning tussen religie en humanisme, immanentie en transcendentie.

De cola is op en de zon zakt achter een gebouw. Na een uur kletsen is het tijd om naar huis te gaan. Geïnspireerd stap ik op mijn fiets: zal ik ooit zo’n passie vinden? Ben ik dapper genoeg om me te storten op wat ik leuk vind zonder de zekerheid van een baan te hebben? Je moet het maar kunnen, Laurens kan dat.

“Als je van je leven je werk wilt maken, moet je geduld hebben”

Beeld: Kirsten den Boef

Page 11: Zomerhitte

11

JOEP DOHMEN

Aardbeien

Dit voorjaar voerde ik regelmatig gesprekken over brede vorming. Tijdens een studiedag over Bildung was een van de onderwerpen: waar leer je nu het meest van? De antwoorden lagen voor de hand, maar waren toch ook wel verrassend.

Natuurlijk kwamen we er al gauw op dat de context belangrijk is: heb je het over een baby, een kindje dat leert lopen, een krijsende puber, een scholier die met Engels begint, et cetera. Het ging over impliciet en expliciet leren, ervaring en/of kennis, vrijheid en discipline, smalle en brede vorming. Allemaal hele belangrijke kwesties als het over de ontwikkeling van een mens gaat. Leeftijd speelt een enorme rol, wanneer is wat aan de orde? Een hele lastige was ook: vorming of misvorming? De romantici onder ons waren al gauw bang voor misvorming door teveel sturing. Maar de anti-romantici doken er meteen op met hun angst voor te weinig sturing. Wat een clash!

En toen werd het echt spannend. ‘Waar heb jij zelf in je leven het meest van geleerd’, vroeg ik. ‘Je mag passen hoor, en als je het kort wilt toelichten, graag!’ Antwoorden: Herhaling. Falen. Tegenslag. Vertrouwen. Op reis gaan. (V)echtscheiding. Moederschap. Ziek zijn en maanden plat liggen, etcetera.

Toen zei er ineens iemand: ‘aardbeien’. Pardon?

‘Toen ik 16 was’, zei de man, ‘werd ik rond februari van school gestuurd. Er was geen land met me te bezeilen. Ik hing maandenlang rond en deed helemaal niets. Waarom weet ik niet meer, maar ik wilde echt helemaal niks. Toen moest ik van mijn ouders zomervakantiewerk gaan doen. Daar zat ik twee maanden lang op een veldje in Brabant aardbeien te plukken. Acht weken, niet alleen met andere scholieren maar vooral met oudere mensen, mannen en vrouwen. Ze vertelden me over hun leven en waarom ze hier zaten. Intussen werkten we ons kapot, ik voel mijn rug nog als eraan denk. Na de zomer ben ik teruggegaan naar school en wat denk je: ik ging als een speer.’

De man trok een brede grijns en iedereen lachte mee. Brede vorming is heel belangrijk, zeker. Maar zonder aardbeien wordt het niets.

Page 12: Zomerhitte

12

MYRTE MIJMERT

ZomerhitteOm vijf voor vier stapte ik het vliegtuig uit, om tien over vier sprong ik in de Intercity Direct naar Breda. Ik kwam binnen, zag haar en kon een brede lach niet verhelpen – Goddank, daar zit ze, rechtop in een zoemend thuiszorgbed, broodmager, levend. De pastoor had net het ritueel afgerond. Ondanks mijn onceremoniële verbreking van de spanning verscheen er een lach op haar gezicht, blij om me te zien. De pastor vertrok, stilte viel. ‘Zit niet zo te tobben!’ Nooit heeft ze zichzelf in het middelpunt gezet, ineens welgeteld elf paar betraande ogen op haar gericht.

Page 13: Zomerhitte

13

Terwijl de weken van de lente van 2016 zich langzaam maar zeker ontvouwen bracht ik zoveel mogelijk dagen door in het flatje in Breda. Mijn ouders, ooms en tantes zorgden zelf vierentwintig uur per dag voor hun moeder. Stapje

voor stapje moest ze alles opgeven en dat deed ze ongelooflijk moedig en sterk. Ze benoemde best dat het niet leuk was maar klaagde nooit. Wat gezegd moest worden werd gezegd.

Op die bewuste zondag deelde ze briefjes uit. Tegeltjeswijsheden, in een handschrift dat met haar generatie verloren aan het gaan is. Ze zouden me niet veel zeggen vanaf een bladzijde in de Happinez maar van haar hand raken zij me diep – beproefde, beoefende wijsheid waarmee een goed leven geleefd werd. Aansporingen om anderen niet te veroordelen, dankbaar te zijn, blij te zijn met wie je bent, elke dag iets te doen voor een ander waar je zelf niets aan hebt. Wenkingen om te leren en lief te hebben, en bovenal te zorgen voor elkaar. ‘Heb je wel thee gehad?’ vraagt ze nog, licht hallucinerend van de morfine. Als filosofie, zoals Plato schreef, onder meer de kunst is om te sterven, dan is mijn oma mijn grootste leraar.

In de keuken vond ik op een stapeltje paperas-sen een verslag terug dat ik schreef voor haar nadat we samen twee dagen hadden gewandeld. Achteraf kreeg ik op mijn kop van oom Pieter. Onverantwoord was het geweest, veel te heet. Vanaf Boxtel de bossen in, vlak voor de weelde-rige Campina onder een boom koffie en Bossche bollen, zo uit de (enorme) rugzak. Het was een uur of elf en al dertig graden. Dame van bijna tachtig, zonnehoedje op, evenals de gulle lach waar je altijd op kon rekenen. ’s Avonds in het restaurant koos ze zoals altijd het verkeerde maar grapte dat het er toch wel mee door kon zo en draaide nog een shagje.

Zou ik toch zo kunnen leven en sterven zoals ze me dat heeft voorgeleefd! Mag ik toch, al zal me daarbij het vertrouwen in een goede, liefdevol-le God ontberen, zoals zij het uitdrukte ‘steeds dichter bij de kern van het bestaan komen’? Zij had een lijstje met namen. Honderdvijfentach-tig namen van mensen voor wie zij elke dag bad. Mag ik proberen elke dag een klein stukje meer mezelf los te laten om steeds meer te kunnen

geven? Om, zoals de Zuid Afrikaanse dichteres Elisabeth Eybers schreef, ‘te voldoen aan om-gekeerde bloei’? Mezelf steeds minder missen, ‘leeg te loop om vol te loop met wat vanuit hier-buiten binnenvloei’.

Filosofie moet levenskunst zijn, schrijft Hadot. Op het moment ligt overal ‘De weg, wat Chinese filosofen ons over het goede leven leren’ van Puett en Gross-Loh in de boekhandels. Zij be-schrijven hoe de klassieke Chinese ethische en politieke filosofie de hedendaagse mens zou kunnen inspireren. Als praktijk, niet als idee of systeem. Maak het niet te ingewikkeld. Kies enkele principes en beoefen deze tot ze je een gewoonte worden, tot ze je karakter vormen. Zoals Hadot opmerkt ging het ook de westerse klassieke filosofen om transformatie tot je bent geworden zoals je werkelijk wilt zijn in plaats van te worden ‘wie je bent’.

Toen ik begon aan deze column was zij ziek, intussen is zij overleden, Johanna (Jo) van de Klundert-Quik. Een van mijn namen dank ik aan haar. Ik zal mijn best doen deze eer aan te doen. Een van haar spreuken draag ik met haar naam in mijn hart: leer van gister, leef vandaag, zorg voor elkaar. Veel ingewikkelder is het niet.

Pierre Hadot (1995) Qu’est-ce que la philosophie antique? Gallimard. Michael Puett & Christine Gross-Loh (2016) De weg, wat Chinese filosofen ons over het goede leven leren. Uitgeverij Ten Have. Elisabeth Eybers (1993) Respyt. Querido. Bundel; Gedicht Uitsig op die kade.

Als filosofie de kunst is om te sterven, dan is mijn oma mijn grootste leraar.

Mag ik proberen elke dag een klein stukje meer mezelf los te laten om steeds meer te kunnen geven?

Page 14: Zomerhitte

14

CAROLINE SURANSKY

(Te) heet onder je

voeten?!

Humanistiek in de zomerschool over pluralisme en sociale veranderingen

Pluralisme klinkt prachtig als je in de collegebanken zit, maar wat als je ineens door een paar Kenianen beticht wordt van racisme; of als homo in gesprek bent met iemand die zegt geen moeite te hebben met de Oegandese antihomowet? Ieder jaar biedt de Summer School UvH-studenten de kans in gesprek te gaan met mensen die in hele andere omstandigheden leven. En dat levert boeiende verhalen op.

Page 15: Zomerhitte

15

Scene 1 Setting: de campus van de ‘National Law School’ in Bangalore in India.

Drie UvH-studenten en twee Indiase zomer-schooldeelnemers zijn met elkaar in gesprek over het ‘gearrangeerde huwelijk’. “Lijkt me vreselijk, als je ouders besluiten met wie je gaat trouwen!” zegt één van de UvH-ers. “In tegendeel”, beweert een jonge Indiase man, “ik voel me er goed bij, het zou van desinteres-se getuigen als mijn ouders zich niet zouden inzetten voor een goede keuze.” “Maar ben je dan verliefd?” vraagt de UvH-er. “Ze lijkt me erg aardig, ze heeft een goed karakter en onze fami-liewaarden sluiten aan,” antwoordt de Indiase jongen, “Respect en liefde kunnen groeien”.

Scene 2 Setting: de zomerschool in Bloem-fontein, Zuid-Afrika.

De deelnemers hebben een dagje vrij. Een groepje UvH-studenten is samen met drie Oost-Afri-kanen op weg naar het nabijgelegen bergsta-tje Lesotho. Vlak voor de grens realiseren twee Keniaanse vrouwen zich dat ze maar een ‘single entry’ visum hebben en ze dus Zuid-Afrika niet meer in kunnen na een dagje Lesotho. “Vinden jullie het goed als wij toch doorgaan?” vragen de Nederlanders. “Oké,” antwoorden de Kenianen, die terug moeten liften naar de campus. Maar vanbinnen zijn de Kenianen boos. Onderweg realiseren ze zich dat liften met onbekenden in een vreemd land een slecht idee is. Ze voelen zich in de steek gelaten. “Hoezo? Jullie vonden het toch goed?!” werpen de UvH-ers na afloop tegen. “Ja, maar wij hadden verwacht dat jullie

solidariteit met ons be-langrijker zouden vinden dan jullie eigen plannen,” reageren de Kenianen. In de groep zijn de meningen verdeeld. Is dit nu racisme of niet? “Nee”, zeggen een aantal deelnemers, “want racisme was niet de intentie en als de Kenianen blank

waren geweest hadden ze hetzelfde gedaan.” “Ja”, zeggen anderen, “want racisme gaat over in- en uitsluiting en over privileges, in dit geval het privilege van een gunstig visum.”

Scene 3

Setting: een post-zomerschoolgesprek op de Facebookpagina van de Summer School.

S (Oegandees, medewerker mensenrechtenorga-nisatie): “What puzzles me is how some people are lately viewing gayism as ‘human rights’… Ugandans and Other African Countries say ‘gayism’ is not a human right, yet the Western world… says it is...

B (Nederlander, UvH student): “There is no such thing as ‘gayism.’ There are gay men and women. It is more about the right to be who you are, the freedom to express your views and love. You don’t have to fully accept or under-stand it in order to allow others to be free.” S: “I have no problem with the Anti-Gay Bill in Uganda, only that the issue of death penalty is extreme. It is up to our gene-ration to uphold the values and norms of our societies like our great grandparents did for us. Let us also un-derstand that this is not hatred of gay persons or whatever they are called, but the ACT [they engage in].”

B: “As a pluralist you should not be happy about this law.”

S: “Pluralism does not mean that you embrace everything wholly, or (that) you compromise your values and beliefs. Does it?”

B: “One day you should explain to me how you can hold those views and still call me, an openly homosexual guy, a friend and be so kind. I honestly don’t get it.

Zomaar drie ervaringen uit de internationa-le Summer School on Pluralism, Development and Social Change van de afgelopen jaren. Sinds 2004 organiseert de UvH jaarlijks deze internationa-le zomerschool, samen met het Humanistisch Instituut voor Samenwerking met Ontwikke-lingslanden (Hivos) en met universiteiten, ‘civil society based’ organisaties en activisten uit India, Indonesië, Zuid Afrika, Zimbabwe, Kenia en Oeganda.

In ieder deelnemend land spelen er ingewikkel-de kwesties over samenleven met verschillen op het gebied van levensbeschouwing, gender, arm en rijk, etniciteit, seksuele geaardheid en politieke overtuigingen. In Indonesië en ook in India spelen bijvoorbeeld conflicten tussen

“I have no problem with the Anti-Gay Bill in Uganda”

“Lijkt me vreselijk, als je ouders besluiten met wie je gaat trouwen!”

Page 16: Zomerhitte

16

religieuze groepen een grote rol. Zuid Afrika worstelt met racisme en armoede als de nalaten-schap van apartheid. In Oeganda is sprake van grote ongelijkheden tussen verschillende stam-mengroepen en er is de nasleep van een jaren-lange, heel gewelddadige oorlog in het Noorden van het land. In Nederland zien we spanningen

rondom integratie van minderheidsgroepen en de komst van vluchtelingen.

Hoe kunnen we met elkaar samenleven, met dergelijke verschillen waarbij persoonlijke zingeving en (structurele) sociale ongelijkheid zo nauw met elkaar verweven zijn? Deze vraag staat centraal in de zomerschool.

Niet alleen de studenten, ook de docenten komen uit de deelnemende landen. En ook zij nemen heel verschillende opvattingen, ervaringen en (inter)disciplinaire kennis mee en brengen die in in het programma. Sommigen benaderen plura-lisme vanuit de ‘Human Development and Capabi-lity Approach’, op de UvH bekend omdat Amartya Sen en Martha Nussbaum er beiden een eredoc-toraat kregen. Deze benadering verbindt een universalistisch concept van rechtvaardigheid en ‘capability development’ met het uitgangspunt dat ieder individu de vrijheid zou moeten hebben om eigen keuzes te maken. Anderen knopen aan bij het Harvard Pluralism Project. Daarin wordt benadrukt dat pluralisme niet hetzelfde is als het tolereren van diversiteit. Pluralisme vergt

een actief verbinding zoeken met die di-versiteit. Pluralisme wordt er nadrukkelijk onderscheiden van cultuurrelativisme. Het krijgt gestalte in een encounter of commitments en richt zich op dialoog. Nog weer andere opvattingen van pluralisme komen er aan de orde. Die van van Amerikaanse filosoof William Connolly bij-voorbeeld, die spreekt van deep pluralism, waarin levensbeschouwingen zich actief met elkaar verbinden in de publieke ruimte met consequen-ties voor alle dimensies van het bestaan. Ook komt de visie op pluralisme van politiek weten-schapper Chantal Mouffe ter sprake. Zij beweert dat conflicten onvermijdelijk zijn in een wereld van ongelijkheden en bestrijdt het idee dat we zouden moeten streven naar één harmonieus geheel. Zij werkt met het begrip ‘conflictueuze consensus’ als het om het vormgeven van plu-ralisme in de samenleving gaat.

In een intensief en gevarieerd programma van colleges, workshops, dialoogsessies en excursies werken studenten in kleine internationaal sa-mengestelde groepen aan de verschillende dimensies van pluralisme. Er zijn werkgroepen op het gebied van identiteit, duurzame ontwik-keling, ‘waarheid en verzoening’, religie/le-vensbeschouwing en ‘new social action spaces’.

Aan het eind van de zomerschool vertellen de deelnemers wat hen het meest heeft verrast. De laatste jaren noemen velen dan de nieuwe inzichten op het terrein van duurzame ontwik-keling en pluralisme. Voorafgaand aan de zo-merschool waren dat voor hen doorgaans twee niet gerelateerde begrippen. In de zomerschool maken ze kennis met het idee dat ook het welzijn van de aarde een rol zou moeten spelen in het nadenken over hoe wij als mensen omgaan met verschillen en sociale onrechtvaardigheids-vraagstukken. Vanuit het perspectief van het welzijn van de aarde krijgen sociaal politieke vraagstukken van mondiale ongelijkheden een nieuwe invulling. Volgens de filosoof Bruno Latour zijn mensen in deze tijd op de eerste plaats ‘aardelingen’ (‘Earthlings’) die samen de ene planeet aarde delen. Maar over de implicaties daarvan lopen de meningen dan al gauw uiteen.

Pluralisme wordt nadrukkelijk onderscheiden van cultuur-relativisme

Page 17: Zomerhitte

17

“Leuk hoor, die afvalschei-ding bij jullie,” zo beweert een Zuid-Afrikaan, “maar bij ons is er al vele jaren droogte die leidt tot hogere voedselprijzen.” “Ook bij ons speelt grote droogte,” zegt een Indiër. “Dat leidt onder andere tot veel zelf-

doding onder arme boeren die hun leningen niet meer kunnen terugbetalen.” “En bij ons in Jakarta worden de overstromingen steeds erger,” legt een Indonesiër uit. Er ontstaat een levendig gesprek over mondiale verschillen in de effecten van klimaatveranderingen en hoe er in verschillende lokale contexten gezocht moet worden naar andere oplossingen vanuit een nieuw te ontwikkelen mondiale solidariteit.

Ieder jaar biedt de zomerschool een groep UvH-masterstudenten de gelegenheid om uit-

gebreid in gesprek te gaan met mensen die veelal in heel andere omstandigheden leven. Dat levert nieuwe inzichten en nieuwe dilemma’s op, maar ook veel nieuwe vrienden. Het afscheid laat niemand onberoerd. Ver weg van ons ver-trouwde gebouw aan de Nieuwe Krommegracht is dit zingeving en humanisering in het diepe!

Ook dit jaar gaan we weer op pad. De zomer-school vindt in 2016 plaats van 7 tot 24 juli in Bangalore, India. Ben je nieuwsgierig geworden? Lees dan het gezamenlijk logboek dat op de UvH-website zal verschijnen en waaraan iedere dag een andere zomerschooldeelnemer een bijdrage levert.

Caroline Suransky is docent in de leerstoelgroep Globalisering- en Dialoogstudies en sinds 2004 internationaal coördinator van de zomerschool.

“Leuk hoor, die afvalscheiding bij jullie, maar bij ons is er al vele jaren droogte.”

Page 18: Zomerhitte

18

PERSVOORLICHTER FC PAX

Voetbalsprookje aan de

Kromme Nieuwegracht

Na een sabbatical van zes maanden trokken de mannen van FC Pax in januari hun gympen weer aan om de eer van de Universiteit voor Humanistiek te verdedigen in de regionale zaalvoetbalcompetitie. Niet zonder succes, kunnen we wel concluderen. Ondanks een bijkans ontmantelde selectie na het succesvolle seizoen 2014-2015, wist FC Pax wederom de titel te pakken! Hoe wist FC Pax dit wonder te bewerkstelligen? Een korte terugblik op een wonderlijk seizoen.

September 2015Paniek binnen FC Pax. De eerste selectie bestaat nog maar uit zes spelers, wat te weinig is om een volwaardig team op de been te brengen. Ilja Onderstal en Dax Slagter zwaaiden na vorig seizoen af, terwijl Joep Delsasso een indrukkende transfer richting de andere kant van de wereld maakte. Er wordt besloten om af te zien van deelname aan de competitie en in december een nieuwe poging te wagen.

December 2015Een comeback van FC PAX is ophanden. De kern van zes spelers wordt aangevuld met jong talent van de Universiteit voor Humanistiek, en een speler van buitenaf. Jonas Karsten, Guido van de Ven en Pelle Bast sluiten aan, en met Frank Berghuis is er ook een speler van buitenaf aan de selectie toege-voegd. De competitie kan beginnen.

Page 19: Zomerhitte

19

Januari 2016Na eerder in een oefenwedstrijd de mannen van Knap Lastig volledig van het veld te hebben geblazen, mocht FC Pax op 22 januari dan eindelijk voor het eerst in een officieel duel aantreden. In deze wedstrijd werd het duidelijk dat het team nog lang niet op elkaar ingespeeld was. De specifieke kwa-liteiten van de vertrokken spelers werden node gemist. De snelheid van Ilja, het overzicht van Dax en de uitschuifbare benen van Joep zijn niet zomaar te vervangen.

Gedurende de wedstrijd komen echter de kwaliteiten van het nieuwe FC PAX ook bovendrijven, wat resulteert in een 5-3 overwinning.

April 2016Na een reeks van overwinningen – en zo hier en daar een ongelukkige verliespartij – staat FC PAX begin April samen met NSU bovenaan in het klassement. Een bijzondere prestatie voor dit vernieuwde team. In de maand April maakt FC PAX zich tot driemaal toe op voor een beslissende titanenstrijd met NSU, maar drie maal laat NSU verstek gaan. Door de afwezigheid van NSU eist FC PAX uiteindelijk de titel op, mede door de reglementaire 3-0 overwinning. Een prachtig resultaat, mede met dank aan de trouwe supporters!

In de maanden mei en juni speelt FC PAX in de buitencompetitie van Olympos. We hopen dat onze esthetische spelopvatting ook dan weer vele supporters naar de velden weet te trekken!

Over FC PAXHet voetbalteam van de Universiteit voor Humanistiek bestaat al jaren, en heeft in het verleden enkele successen geboekt in de regionale zaalvoetbalcompetitie. Aan het begin van het seizoen 2014-2015 is het team verdergegaan onder de naam FC PAX. Hoewel er een communicatiefout aan ten grondslag ligt, is het een toepasselijke naam voor de eigenzinnige humanistici die de eer van de UvH verdedigen.

FC PAX onderscheidt zich van de andere teams met een vernieuwende visie op voetbal. Deze visie is sterk geïnspireerd door de Europese filosofische traditie, welke ons zo grondig is gedoceerd door de filosofen aan de Universiteit voor Humanistiek. Bij FC PAX staat bijvoorbeeld de positieve vrijheid, dat wil zeggen een non-deterministische benadering van het voetbalspel, hoog op de agenda. Andere kernelementen van de tactiek zijn de axiale ballen, het in-het-veld-zijn, en de intentionele boogbal. De wedstrijd is voor de spelers van FC PAX niet een vanzelfsprekend gegeven – d.w.z. een voldongen feit. Het is een vloeibare entiteit, en daarom is FC PAX van mening dat je de vrijheid in het voetbalspel niet als last maar als opdracht moet zien om van de wedstrijd een kunstwerk te maken!

Met deze visie gaat FC PAX voorbij aan het nihilisme van filosofen als Louis van Gaal, Diego Simeone en Jose Mourinho. Het zijn daarentegen juist filosofen als Friedrich Nietzsche, Michel Foucault en Martin Heidegger1 die vorm hebben gegeven een postmoderne benadering van het voetbalspel. “Speel de wedstrijd op zo’n manier, dat je zou willen dat het zich tot in de oneindigheid zal blijven herhalen,” schreef Nietzsche ooit.

Deze baanbrekende visie op het voetbal wordt door de concurrenten ook wel als een eerste stap richting een nieuw paradigma gezien. “De spelers van FC PAX willen niet alleen de bal, de bal wil hen ook. Wat kun je dan nog tegen ze beginnen?” Aldus de trainer van Pannakoek de la Corona.

“In onze maatschappij is nauwelijks iets over van het idee dat het voetbalspel, de wedstrijd, het kampioenschap, het belangrijkste kunstwerk is waarop je je moet toeleggen.” – Michel Foucault

Nieuwsgierig geworden? Volg ons dan via Facebook en bezoek onze wedstrijden! (www.facebook.nl/UvHsport/)

1 Martin Heidegger speelde in zijn jeugd zelf als linksbuiten bij de plaatstelijke voetbalclub in Meßkirch. Zie Rudiger Safranski, Heidegger en zijn tijd (Amsterdam: Olympus) p. 523.

Page 20: Zomerhitte

OPZINBAREND

Welkom bij de kern van de Zindroom, het middelpunt van het humanistische universum. OpZinBarend is de plek waar je even op adem kunt komen en inspiratie kunt vinden, waar je je medestudenten leert kennen en waar je leert communiceren

met het paper dat je steeds voor je uit schuift.

‘Men moet niet

vergeten dat

zingeving een

ander woord voor

verzinnen is.’

– Thijs

Woord wijs met Thijs

Het was een ovenhete nacht en we waren spiernaakt op een

pleistertje na waar een dokter mijn arm had gestreeld en geprikt,

en zij was een droom van wit-zwarte schoonheid, op vier plaatsen aangestipt met fraise, een symmetrische hartenkoningin.’

— Vladimir Nakobov, Ada

☞ Boekenwijsheid ☜

“Geld is poep.Luther zei dat toch?”

doce

nten

quote

(Ruud)

“Bill

Gates zei: ‘Zo’n com-

puter is handig, want wat

je in acht uur deed,

doe je nu

in één uur.’ Maar dat is

helemaal

geen vooruitgang, want wat

doe je dan met die and

ere

zeven uur?

docent

enqu

ote

(Ruud

)

Wist je dat ...... zes van de laatste acht pausen zijn gestorven in jaren dat Wales het zeslandentoernooi rugby won?

... het meest gesproken

Nederlandse woord ‘eh’ is?

Page 21: Zomerhitte

Beste ambitieuze dame,

First and foremost: dingen opgeven is voor watjes. Je studeert aan de Uni-versiteit voor Humanistiek: thuishonk van de multidisciplinariteit. Iedereen kan hier alles! Als je niet ook muzikaal bent, of de filosofie laat liggen, ben voorbestemd tot kreupele duizend-poot. Dan had je net zo goed Algemene Sociale Wetenschappen kunnen gaan studeren, of een andere pseudostudie waarbij je alles leert over het niets.

Ik raad je aan naar de Romeinen te kijken, die hun holistische wereldmacht lieten weerspiegelen in het onderwijs. Zeker een opleiding in keizerlijke sferen bestond uit naast taal en rekenen uit sport, retorica, poëzie, filosofie enzovoort. Hoe denk je dat je ooit een dictatoriaal regime (uiteraard gestoeld op humanistische waarden) kan bouwen, als je onbekwaam bent in het alles? Denk je dat jij nu je fijne mobieltje en je snoezelige kleertjes had, als Caesar zich niet op een revolutionair belastingsysteem en oorlogvoering tegelijk kon focussen!?

In de humanistische filosofie vinden wij dezelfde aansporingen om onszelf zo breed mogelijk te ontplooien. Dat lijkt mij een klinkklare opdracht om je van het concept ‘vrije tijd’ te ontdoen. Zie een burn-out als een bewijs van je excelleren, een lauwerkrans voor je multitasking.

Laura

Lieve Laura,

Ik merk dat ik heel erg toe ben aan

vakantie en !tspannen in de z!,

maar we hebben geen vakantie tot

aan juli . Als ik vakantie neem,

ben ik bang dat ik teveel achter ga

lopen met schoolzaken. Zou ik ge-

wo! op vakantie gaan # daar-

na te stressen over school of zou ik

rustig met school bezig blijven, zodat

ik uiteindelijk niet mega hoef te

stressen als het weer nog mooier is?

Z!nekindZonnekind,

Je begrijpt net zo goed als ik dat vakantie net zo’n dubieus constructivistisch concept is als ‘de economie’. Niemand

weet of het bestaat, en wat het precies betekent.

Maar begeerte is echt.

Ik zal zo lief zijn om je mijn moralisme op te dringen: luiheid loont niet, en ooit moet je afstuderen. Des-

alniettemin zal ik een poging doen om je driften te

verzoenen met een oplossing.

De sleutel is fantasie. Bedenk je dat studeren een voorrecht is, en zie het als

een exotisch avontuur. Hu-manistiek is een reis! Elke dag

waarop je je in een spannend boek over levenskunst verdiept,

waan je je op een mediterraan eiland. Bij ieder zwoel college van Martien Schreurs, vier je carnaval in Zuid-Amerika. Ieder glas verse

muntthee van de kantinedame, brengt je naar een bloemenveld

in Dordogne. Veel reisplezier.

Laura

Lieve Laura,Help! Ik heb zoveel dingen aan mijn hoofd en ik ben eigenlijk heel slecht in me focussen op meerde-re dingen tegelijk. Aan de ande-re kant vind ik alles wat ik doe heel leuk en wil ik niet graag iets opgeven. Wat moet ik doen?

Een ambitieuze dame

OPZINBAREND

Heb je ook een vraag voor Laura?

Stuur ‘m naar [email protected]

Page 22: Zomerhitte

OPZINBAREND

Elke ZD stellen we een willekeurige vraag

aan een willekeurige student. Deze keer:

Waar word jij warm van?

Warm word ik van mijn magneet

en zijn aantrekkingskracht

sporten, zout en zweet

een frisse zomernacht

met mijn meisje

met z’n twee

ons reisje

naar de zee

kwasten en pastelkrijt

het doek vol verf en stof

hoe heerlijk ze vrijt

soms een beetje grof

het basketbalveldje in de stad

waar de schoenzolen schuren

het ligbad

en de uren

dat ik in de olie lig te weken

de stoom op mijn huid

zondagen met ei en bacon

een vers stuk fruit

mijn kat

die kroelt op mijn schouder

mijn huid is nog glad

toch voel ik me wat ouder

maar mijn magneet

maakt dat ik hoop

en leef

en niet loop

maar zweef

(Jos Nierop)

Jurre met boterhammen

pindakaas tijdens tentamen

(wordt vervolgd)

docentenquote

(Ruud)

“En wat doe je

als je genoeg te

eten hebt? Dan

doe je niks. Of

nouja, niks... je

gaat een beetje

klooien. En dat

noemen we

cultuur.

“Er is toch niks mis met mensen opleiden

voor een goede werkeloosheid?

(Ruud)

docentenquote

Page 23: Zomerhitte

OPZINBAREND

MARTHE VISSER PUZZEL

‘Zomerhitte’Alsjeblieft, een zonnige puzzel voor die (hopelijk maar een paar) regenachtige dagen deze zomer.

Weet jij deze puzzel op te lossen en wil je een prijs winnen ? Stuur dan een foto van de volledige ingevulde puzzel naar [email protected] en wie weet ben jij de gelukkige winnaar!

1. Noorse zonnegodin [3] 2. Rood of zwart geworden [8]3. Yogaserie [10]4. Imaginair [9]5. Griekse zonnegod [6]6. Vreugdebrenger [11]7. Schijnheilige [8]

8. Om de zon te weren [7]9. Onecht stralend [11]10. Vloog dichtbij de zon [6]11. De zon gelukkig schijnend [8]

Hint voor de oplossing: L XIV [11]

Page 24: Zomerhitte

24

Op de agenda...Symposium over de waarde van vrijwilligers bij het levenseinde

Mag het licht aan festival

Wereld humanisme-

dag

European humanist youth days

t/m 31!Master

buluitreiking

SVH Festival!

Once in a lifetime

tot en met

16juni

1juli

18juni

29juli

24juni

28aug

26juli

Wat is de toegevoegde waarde van vrijwilligers in de palliatieve zorg? In welke termen zijn de opbrengsten van hun bijdrage het beste te begrijpen? Locatie: Pieterskerk, Utrecht. [email protected]

Niet z#aar een BBQ, maar een heus SvH-festival # het studiejaar af te sluiten. Overdag in de tuin van de UvH, 's nachts gaat het feest verder , naar verluid met heel veel schuim!Hou facebook en je mail in de gaten!

Op 26 juni gaan in de Tolhuistuin in Amsterdam de deuren open voor de tweede

editie van het Mag Het Licht Aan Festival, festival van de duurzame mens. Kijk voor

meer informatie, het programma en tickets op www.maghetlichtaanfestival.nl.

Tentoonstelling over leven en vergankelijkheid in de Oude Kerk te Amsterdam. Meer informatie:

www.humanistischverbond.nl/ once-in-a-lifetime-tentoonstelling

Humanists from all over Europe come

together in Utrecht for a weekend of interes-

ting speakers, activities and hanging out with

fellow humanists.

Locatie: Universiteit voor Humanistiek, Kromme Nieuwegracht 29, Utrecht.

Nadere informatie volgt.

In Den Haag vieren we de Wereld Humanismedag op zaterdag 18 juni. We staan stil bij verleden,

heden en toekomst van het humanisme. Tevens besteden we aandacht aan het 70 jarig jubileum van HV Den Haag.

Locatie: Theater a/h Spui, Den Haag. Aanmelden: info@huma-

nistischverbonddenhaag.nl.

Page 25: Zomerhitte

25

De SvH zoekt JOU!

Zindroom - Vier keer per jaar toewerken naar een nieuwe editie van hét universiteitsblad van de UvH. [email protected]

HumanistiekFabriek - Help mee om studenten te verbinden met de arbeidsmarkt en experimenteer met nieuwe én traditionele werkvelden. [email protected]

Uitzinnig - Leuke, leerzame, uitdagende en

inspirerende excursies en workshops buiten het

onderwijs om! [email protected]

LevensKunst - Regel en doe mee aan een theatrale

en muzikale aanvulling op de UvH. [email protected]

Groene Humanistiek - Meer aandacht voor het

groene thema binnen en buiten de universiteit.

[email protected]

OpDrift! - Introkamp, ATP’s, kerstdiners…jij bepaalt wat er wordt [email protected]

Meer info, een vergadering bijwonen of meteen aanmelden? Mail de

betreffende commissie!

Bestuur - Houd overzicht en verbind studenten, commissies en de universiteit, en organiseer o.a. de DIES, ALV’s en andere activiteiten. [email protected]

Word lid van 1 van de commissies van de SvH, of voeg je bij het nieuwe bestuur!

Page 26: Zomerhitte

26

KLERI SPAROU & DANIËLLE DRENTH VERSLAG

Pottenbakken met Willeke

Page 27: Zomerhitte

27

Kleri: Help, waar begin ik aan? Houd ik mijn handen goed? Hoort er zoveel klei aan mijn handen te blijven kleven? Druk ik te hard of te zacht? Zit ik wel goed? Hoort die kramp in mijn been erbij? Goh.. die klei voelt eigenlijk best wel fijn..

Daniëlle:

Wauw, wat een succesverhaal eigenlijk en dat terwijl

het helemaal niet perse de bedoeling was om zo

groot te worden en er drie dagen van haar week aan te

besteden. Het past ook wel bij Willeke, als zij iets doet,

doet ze het goed. Haar zorgvuldigheid en liefde

voor de klei werkt aan-

stekelijk, zelfs bij mij.

Daniëlle:

Daar gaan we.. Dit gaat

hilarisch worden, want ik ben zo

onhandig! Doe ik het goed? Moet het

zo? Goh, het gaat niet eens echt

onaardig. Ik ga dit toch niet stiekem

best leuk en ontspannend

vinden?!

Toen de Zindroomredactie tot de ontdekking kwam dat Willeke Los naast haar werk bij de UvH ook workshops pottenbakken geeft, wisten Daniëlle en Kleri niet hoe snel ze zich naar de Oudegracht moesten haasten om hun handen in de klei te steken. Een tweestemmig verslag.

Ietwat gehaast vertrekken we vanuit de UvH naar de werfkelder waar Willeke haar kera-miekatelier heeft. We fietsen langs de gracht en lopen daarna via een trap naar beneden, maar uiteraard hebben we de verkeerde trap genomen. Dwalend langs het water kijken we in alle werfkelders, totdat we besluiten maar een brug verder te kijken. Uiteindelijk vinden we daar beneden de werkplaats van Willeke. Voor ons zien we een knusse plek met allemaal mooie potjes door Willeke en haar cursisten gemaakt. Ook heeft ze de thee al klaar staan. Ze schenkt ons, hoe kan het ook anders, thee in, in eigen gemaakte kopjes. Vervolgens geeft ze op z’n ‘Willekes’ een gestructureerde, stapsgewijze uitleg van hetgeen we moeten gaan doen. We vinden dit beiden erg fijn, want we hebben de gestructureerde uitleg wel nodig. Aandachtig en een tikkeltje nerveus bekijken we hoe uitmun-tend Willeke haar voorbeeldpotje maakt. Nu moeten we er zelf aan beginnen…

We zijn een poosje bezig en de zenuwen maken plaats voor lichte ontspanning. We beginnen steeds meer te begrijpen waarom Willeke dit doet. Enthousiast vertelt ze ons hoe ze het zo ver heeft geschopt dat ze een atelier aan de Oude-gracht kan permitteren. Het pottenbakken begon als hobby naast haar universitair docentschap. Ze vond het een welkome ontspanning naast de drukte van het academische leven: lekker met de handen bezig zijn in plaats van in haar hoofd zitten. Na een aantal jaren liep de hobby uit de hand. Ze volgde een opleiding om het potten-bakken professioneel te kunnen beoefenen en begon zelf cursussen en workshops te geven in atelier de Draaihals in Utrecht. De cursussen en workshops werden goed bezocht en in 2014 begon ze daarom met een vriendin die haar ke-ramische liefde deelde een eigen atelier aan de Oudegracht. Verwonderd luisteren we naar dit mooie verhaal.

Kleri: Wat zit Willeke lekker in haar element: haar ontspannen uitstraling, deze rustieke plek met al die warme kleuren.. en dan dat blauw-wit gestreepte schort! Het hele plaatje klopt.

Page 28: Zomerhitte

28

We zijn al een poosje aan het pottenbakken en de potjes lijken warempel mooi te worden. Willeke geeft zelfs complimenten dat we het voor de eerste keer vrij goed doen, wie had dat gedacht? De hulp van Willeke heeft hier ook echt wel bij geholpen. De aanwijzingen van Willeke waren helder en ze was voortdurend alert op ons proces: ‘Iets harder drukken hier’, ‘Het wordt al mooi egaal!’, ‘gebruik je duim om het naar boven te brengen’. Als we de potjes afhebben, mogen ze van de draaischijf af. We kunnen vervolgens een kleur glazuur uitkiezen, waarin zij de potjes voor ons afbakt. Op onze weg naar buiten vertelt Willeke ons hoe mooi de potjes zijn geworden en dat ze het heel erg leuk vindt dat we zijn gekomen. We krijgen een mailtje wanneer de potjes afgebakken zijn en we ze kunnen komen ophalen. Vol spanning wachten we onze baksels af…

De ervaring om bij Willeke potten te bakken was een bijzonder mooie ervaring. We werden er erg ontspannen van en het was erg leuk om Willeke in deze setting mee te maken. Hoewel we haar op een andere manier hebben leren

kennen, herkenden we toch duidelijk de Willeke van colleges: de structurering, duidelijkheid en passie die we kennen van Willeke op de UvH, was ook hier duidelijk aanwezig. Willeke is gewoon een goede docent: als je van haar colleges geniet, zal je ook van haar workshops pottenbakken genieten.

Ook pottenbakken met Willeke? Kijk voor meer in-formatie op haar website: www.willekeloskeramiek.nl

Page 29: Zomerhitte

29

STIJN KAMMEIJER POËZIE

Goedemorgen?Mijn ogen schieten open. Droom ik? In tegenstelling tot de gemiddelde ochtend is mijn lichaam nu wel bereid meteen mee te werken. Ik duw mezelf omhoog. De gordijnen zijn open, het is al licht buiten. De vogels in de boom voor mijn raam kwetteren alsof er geen morgen is.

Mijn blik gaat naar links, waar mijn wekker op het bureau staat. 06.08… Ik kijk naar rechts, waar mijn andere wekker staat. 06.07… Ik pak mijn telefoon voor het finale oordeel: 06.09…

Ik ben voor 40% overtuigd dat het daadwerkelijk zo laat is, en terwijl de gedachte door mijn hoofd dwaalt dat ik mijn kloktijden eens zou moeten synchroni-seren, verdwijn ik onder de deken en verlies mezelf in een droom.

Mijn ogen schieten open. Droom ik? In tegenstelling tot de gemiddelde ochtend is mijn lichaam nu wel bereid meteen mee te werken. Ik duw mezelf omhoog. Het is nog steeds licht buiten. De vogels zijn mogelijk nog kwieker dan… sinds hoe lang geleden eigenlijk?

Mijn blik gaat naar links, waar mijn wekker op het bureau staat. 07.02… Dit keer loop ik mijn bed uit om het alarm te herprogrammeren. 07.45 lijkt me een schappelijke tijd om op te staan, het college begint immers toch pas om 09.15. Met een gevoel van lamme tevre-denheid die enkel gevoeld kan worden bij het betreden van je bedstee, begraaf ik mijn hoofd weer in mijn kussen. Ik heb mezelf weer wat tijd verschaft om weg te zakken in het slaapwalhalla en ik ben content met mijn eigen vindingrijk-heid. Met een ruk kom ik echter weer overeind. Nee, het is tijd om op te staan.

In een emotionele men-gelmoes van trots en ver-warring door mijn onver-wachte daadkracht stap ik onder de douche, die zowaar niet bezet wordt door een hyperhygiënische huisge-noot. Ik ben er ondertussen 60% zeker van dat het daadwerkelijk iets na zevenen is. Het alarm van mijn telefoon rinkelt. De vogels in de boom voor mijn raam zingen onverminderd voort.

Bij het verlaten van de badkamer is de magie van mijn ochtendrite naar het rijk der vage her-inneringen verdreven. Ik ben er 70% zeker van dat het afgelopen uur daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Ik heb nog wat pasta over van gisteravond. Tijd om te ontbijten.

Mijn ogen schieten open.

Page 30: Zomerhitte

30

CHARLY BOS

De ZintuinDe veranderende arbeidsmarkt voor de humanisticus

Je kijkt hier naar ‘de zintuin’. Het idee van een journalistieke tuin hebben we van De Correspondent, en proberen we hier te vertalen naar gedrukte vorm. We willen hiermee ruimte geven voor verschillende meningen van verschillende personen. Alweer een jaar geleden laaide er, door de brief van Harry Kunneman, een discussie op over de missie van de UvH. De zintuin is er dan ook om die discussie voort te zetten. Het eerste onderwerp is de veranderende arbeidsmarkt voor de humanisticus.

De Universiteit voor Humanistiek staat in verhouding tot een continu veranderende maatschappelijke context. Uni-versiteiten worden dan ook in steeds toenemende mate beoordeeld op de manier waarop ze aansluiten bij die veranderende context. Dit gebeurt voornamelijk in het kader van mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Dat is ook niet gek, gezien de studie meer en meer als ‘ticket’ voor het ‘arbeidsfestival’ wordt gezien - om maar een zomerige metafoor aan te houden. Om wat inzicht te bieden in dit festival, bevat deze zintuin vijf bijdragen van studenten, docenten en mensen uit het werkveld.

De vijf stukken hieronder vertegenwoordigen de humanisticus in het domein van educatie, geestelijke begeleiding, journalistiek en onderzoek. Dieuwke van der Wal vertelt over haar missie binnen het onderwijs, en hoe ze die niet als levensbeschouwelijk docent, maar via een andere weg probeert uit te voeren. Carmen Schuhmann heeft het onder andere over de nieuwe vaardigheden voor de geestelijke begeleiding (GB), die bij alle werkvelden van de humanisti-cus komen kijken. Suzette van IJssel geeft vervolgens een inkijkje in het leven van de vrijgevestigde humanisticus als zzp’er. Joachim Duyndam wijst erop wat het betekent om in een mediacratie te leven, en pleit voor meer huma-nistici in de media. Tot slot wijst Tom Bouwmeester op de uitdagingen binnen de wereld van onderzoek.

Page 31: Zomerhitte

31

Mensen ervaren een onrust in de samenleving die gebaseerd is op gevoelens van grote onze-kerheid, die veel verder teruggaat dan recente aanslagen in Europa. Deze onzekerheid heeft twee oorzaken: het wegvallen van ‘de grote verhalen’. De mens is op haarzelf aangewezen in het zoeken naar zin en dat maakt onzeker. De tweede oorzaak zit in het idee dat ‘dat wat van ons is’ wordt bedreigd door nieuwkomers. Als reactie op deze onzekerheid klinkt de roep om bescher-ming van onze ‘vrijheid van meningsuiting’ of ‘de democratische waarden’. Maar juist de roep om bescherming van deze waarden brengt een paradoxale reductie van deze waarden met zich mee. In “Tweede manifest voor de filosofie” analyseert Badiou prachtig dat de vrijheid van meningsuiting in onze cultuur verworden is tot het onvrije ‘recht om de dominante mening te herhalen’, zonder vrije ruimte voor dialoog en kritiek. En werkelijk democratische waarden worden via holle retoriek over camera’s en Kalasjnikovs geslachtofferd op het altaar van het zoeken naar een quick fix van de onzekerheid.

Een quick fix bestaat echter niet - denk eerder aan jaren. Leerjaren, om precies te zijn. Voor het behoud en herstel van de democratie en de vrijheid van meningsuiting kunnen we hoopvol kijken naar het onderwijs. Want, zoals onder-

wijsfilosoof Meirieu zegt: goed onderwijs is de essentie van het slagen van het democratisch project. ‘Sinds “het volk de wetten maakt”, dient ieder individu immers de wereld en haar belangen te begrijpen’ (“Pedagogiek, de plicht om weerstand te bieden”). De school is de plek waar de samenleving daadwerkelijk samenkomt. Iedere vezel van ons Nederlandse onderwijssys-teem moet doordrongen zijn van haar doorslag-gevende rol in het succes van onze samenle-ving. Deze bewustwording creëren bij overheid en scholen kunnen Humanistici als geen ander, via advies en ontwikkeling van lesinhoud waarin ‘echte’ vrijheid van meningsuiting en demo-cratische waarden centraal staan. Er bestaan al good practices waar we inspiratie aan kunnen ontlenen, bijvoorbeeld IMC Basis, waarbij goede professionals uit vakgebieden als Recht, Politiek en Filosofie structureel lesgeven aan leerlingen op basisscholen in aandachtswijken. ‘Buiten’ komt ‘binnen’, en dan ontstaat dialoog en per-spectiefwisseling.

Dieuwke van der wal studeerde Humanistiek en Humanistisch Vormingsonderwijs en is conceptbegeleider bij IMC weekendschool. Geïnteresseerd? Neem contact op met Dieuwke: [email protected]

DIEUWKE VAN DER WAL:

“Humanistici: Maak het onderwijs bewust van

haar belang voor het de-mocratisch project!”

Page 32: Zomerhitte

32

Humanistici in nieuwe werkvelden: dat klink ei-gentijds en aanlokkelijk in vergelijking met het hardnekkige beeld van de traditionele geeste-lijk verzorger als een wat achterhaald figuur die “er is” voor anderen in moeilijke situaties. “Er zijn” zou ik liever omschrijven als werken in het existentiële domein of, in termen van Charles Taylor, het domein van vragen rond goed leven. Geestelijk verzorgers ondersteunen anderen bij het onderzoeken welke beelden van goed leven geloofwaardig en richtinggevend zijn en als morele horizon kunnen fungeren in situaties van existentiële nood. Aangezien beelden van goed leven sociale constructies zijn, hebben geestelijk verzorgers daarbij ook de humaniserende taak om kritisch te onderzoeken waar dominante visies in organisaties en de maatschappij mensen beschadigen of marginaliseren. Ik zou willen stellen dat niet alleen geestelijk verzor-gers, maar alle humanistici zich constructief én kritisch bezighouden met vragen omtrent goed leven. Hun praktijken zijn verbonden met wat Iris Murdoch benoemt als het generen van rijke en gevarieerde vocabulaires om het goede te omschrijven. Afhankelijk van de context ligt de focus dan meer op individuen, op groepen of op

de hele samenleving. In nieuwe werkvelden kan het bijvoorbeeld gaan om het ontwikkelen van beleid rond goede zorg of goed onderwijs, of het coachen van mensen richting goed werk. Gees-telijk verzorgers kunnen hieruit meenemen hoe belangrijk het voor een eigentijdse professional is om flexibel te kunnen aansluiten bij verschil-lende taalspelen in verschillende contexten. Andersom kunnen geestelijk verzorgers hu-manistici in nieuwe werkvelden inspireren om tragiek en kwetsbaarheid in het oog te houden: goed leven is niet helemaal - en soms helemaal niet - maakbaar, in geen enkele context. Meer dan een breuk tussen traditioneel en nieuw zie ik continuïteit en wederzijdse verrijking, beli-chaamd in veel recent afgestudeerden: geeste-lijk verzorgers in traditionele werkvelden die vernieuwend werken, en humanistici in nieuwe werkvelden vol sensitiviteit voor existentieel en moreel leed.

Carmen Schuhman is universitair docent praktische humanistiek op de UvH en doet onderzoek naar geestelijke begeleiding als humaniserend proces.

CARMEN SCHUHMANN:

“Meer dan een breuk tus-sen traditioneel en nieuw zie ik continuïteit en we-derzijdse verrijking.”

Page 33: Zomerhitte

33

In juli 2007 promoveerde ik op een onderzoek aan de UvH naar de rol van spiritualiteit in het leven en werk van humanistisch geestelijk raads-lieden. Zonder inkomen of zicht op een vaste baan besloot ik een eigen bedrijf op te zetten. Ik heb mij bij de kamer van koophandel in laten schrijven als zzp’er op het gebied van onderwijs, onderzoek en geestelijke verzorging. Mijn pratijk bestaat naast mijn vele andere werkzaamheden, en bleef daardoor informeel, zonder website, bedrijfsnaam of vast tarief. Twee belangrijke zakelijke stappen volgden: het lid worden van het Werkverband voor Vrijgevestigd Geeste-lijk Verzorgers (WVGV) en het zoeken naar een vorm van vergoeding door verzekeraars. Door de eerste stap heb ik veel geleerd van collega’s over hoe je zakelijk te werk gaat. De tweede stap is belangrijk omdat je als extramuraal GB’er ook een financiële relatie aangaat met je cliënt. Een intramurale GB’er krijgt gewoon salaris gestort en hoeft zich daarover geen zorgen te maken.

Hoe noem je jezelf? Verzorger of begeleider? Lifecoach, zingevingscoach of -consulent, exis-tentieel therapeut…? Op mijn praktijkbordje buiten staat ‘spiritueel geestelijk begeleider,’ op mijn facturen heb ik er ‘geestelijk raads-vrouw’ van gemaakt, maar de stap naar het verzekeringsgeld - middels registratie bij het NVPA - betekent al dat je in wezen je identiteit als geestelijk verzorger moet inruilen voor die van psychosociaal therapeut. Vanwege de bij-komende methode heb ik daar wel moeite mee gehad. Bij de behoorlijk strenge screening van

de NVPA moet je aantonen dat je een thera-peutisch denkkader hanteert, dat je diagnoses stelt en behandelplannen hanteert. Uiteindelijk ben ik tot een pragmatische insteek gekomen: voor de ogen van de gemeente, zorg, subsidie en verzekering ben ik respectievelijk begelei-der, verzorger, zingevingsdeskundige en dus psychosociaal therapeut. Flexibel omgaan met de vormen van de wereld, dus, om zo je eigen inhoud neer te kunnen zetten.

In 2013 startte ik met andere vrijgevestigde hu-manistici uit Utrecht het project ‘Zin in Utrecht’. Via subsidies voor diverse projecten zijn we ex-tramurale GB in de vorm van groepsactiviteiten, individuele geestelijke gesprekken en vrijwilli-gerskoppelingen in de stad Utrecht gaan neer-zetten. Ons doel is om extramurale, algemene GB als specialisatie van basiszorg in het WMO-traject ingebed te krijgen. De gemeente voelt daar tot nu toe helaas weinig voor. Ach-terhaalde denkwijzen over privé/publiek en scheiding kerk/staat worden daarvoor afgestoft. Een taaie weg en vele collega’s zijn dan ook afge-vallen. Gelukkig maar dat mijn collega Godelieve van Liebergen en ik ons tot deze weg geroepen voelen en elkaar daarin steunen.

Suzette van IJssel is vrijgevestigd humanisticus en als zzp’er een ware duizendpoot. Zie voor meer informatie http://www.suzettevanijssel.nl/ en check ook www.zininutrecht.nu

SUZETTE VAN IJSSEL:

“Als humanisticus en zzp’er kom je erachter

hoe zeer dit beroep met ‘roeping’ te ma-

ken heeft”

Page 34: Zomerhitte

34

De media en de markten vormen vandaag de krachtigste autoriteiten van ons bestaan. De da-gelijkse en lange termijnkeuzes die wij maken, worden bepaald door de mogelijkheden van de markten waarop wij ons begeven: de goederen- en dienstenmarkt, en ook de arbeidsmarkt, de relatiemarkt, de vrijetijdsmarkt, enzovoort. Op al deze markten worden we geleid door de social imaginaries die de media ons verschaffen: zij bepalen wie en wat goed, gezond, succesvol, gezaghebbend, lekker, zinvol is. Het samenspel tussen de media en de markten is complex, maar de invloed van de media is zo dominant dat het niet overdreven is te stellen dat wij vandaag in een ‘mediacratie’ leven. Nieuwsuur en Zembla bepalen de agenda van de Tweede Kamer. In De wereld draait door wordt uitgemaakt of een politicus door mag, of wordt afgebrand. Omgekeerd wordt een regering vandaag niet meer door het parlement naar huis gestuurd, maar door de financiële markten.

Een van de prioriteiten van mijn - inmiddels afgesloten - opleidingsdirecteurschap was het bevorderen van arbeidsmogelijkheden voor af-gestudeerde humanistici. Niet alleen moeten de mogelijkheden van geestelijk begeleiders (de oorspronkelijke core business van de UvH) worden uitgebreid, bijvoorbeeld door GB-ers ook toe te rusten voor een werkveld-in-de-lift

als mediation – maar ook moeten nieuwe werk-velden worden geëxploreerd voor onze meesters in zingeving en humanisering. De media vormen zo’n werkveld waar nu nog opvallend weinig hu-manistici werken.

Opvallend omdat de media bij uitstek het domein zijn waar onze individuele en collectieve zingeving zich afspeelt en tot stand komt. In de massamedia en de sociale media wordt gedeeld en bepaald wat waardevol, interessant, de moeite waard, maar ook wat afschuwelijk en slecht, en te veroordelen is. Niet alleen zingeving maar ook humanisering is ‘gemedialiseerd’. Wat humaan is en wat wantoestanden zijn, wordt geframed in de media.

Afgestudeerde humanistici zouden veel meer dan tot nu toe emplooi moeten vinden in de media, bestaande maar ook nieuwe zoals Brainwash. Daar is behoefte aan meesters in zingeving en humanisering, en daar horen zij thuis. Huma-nistieke leiders kunnen daar de lijnen uitzetten, en kritische de massamedia scherp houden, nieuwe vormen genereren.

Joachim Duyndam is hoogleraar humanisme en filosofie op de UvH en is onderzoeksleider van de onderzoeksgroep ‘humanistische tradities, zingeving and goed ouder worden’.

JOACHIM DUYNDAM:

“De media vormen een belangrijk werkveld

waar nu nog opvallend weinig humanistici

werken.”

Page 35: Zomerhitte

35

Ik heb het grootste deel van dit collegejaar stage gelopen bij het onderzoeksproject Narrated (In)Justice, een samenwerking van de UvH met het NIOD instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies in Amsterdam. Centraal in het onderzoek staan onder meer de herstelbetalin-gen die de Nederlandse overheid aan het begin van deze eeuw deed aan de Joodse en Indische gemeenschap in Nederland, respectievelijk als “teruggave van nooit opgeëiste banktegoe-den, aandelenbezit en levensverzekeringen” en “gebrekkig rechtsherstel en een kille ontvangst na de Tweede Wereldoorlog”. Vragen die daarbij aan de orde komen zijn: wat is de functie van een herstelbetaling? Ligt de nadruk op restitu-tie (van geroofde tegoeden) of op compensatie (als de schade vooral immaterieel is), en kan het worden beschouwd als een middel tot dialoog? Dit zijn bij uitstek vraagstukken op het gebied van humanisering, een thema dat er voor mij op neerkomt hoe we de samenleving met elkaar vormgeven.

Ik vond het jammer om te constateren dat er dit jaar slechts twee onderzoeksstagiairs zijn, waarvan ik er één ben. Soms krijg ik de indruk dat stages op het gebied van onderzoek (ten onrechte!) een stoffig imago hebben. Ik vond mijn stage extra interessant omdat het zich op

het werkveld van contemporary history begaf. Feitelijk doe je dan historisch onderzoek naar gebeurtenissen die kortgeleden hebben plaats-gevonden of zelfs nog in ontwikkeling zijn, waardoor er sprake is van een voortdurend spanningsveld tussen de onderzoeker en zijn materiaal. Zo zijn er ongetwijfeld andere uitda-gende mogelijkheden, zowel hier op de UvH als buiten de deur - en onderzoeksstage buiten de UvH kan ik alleen maar aanmoedigen omdat je humanistieke kennis en vaardigheden dan een mooie verbinding kunnen aangaan met een ander werkveld.

Tom Bouwmeester is tweedejaars masterstudent Humanistiek en tevens werkzaam op de receptie van de UvH.

TOM BOUWMEESTER:

“Ik vond het jammer om te constateren dat er dit jaar slechts twee onderzoeksstagiairs zijn, waarvan ik er één ben”

Page 36: Zomerhitte

36

BART ELBERS

Dromen van zomerTerwijl het groen zich verzamelt in de bomen fluiten de vogels een toontje hoger: zomer! Uit studen-tenhuizen komen drommen jongelingen met de slaap nog in hun ogen aangekropen. Uit hun stoffige kelders slepen ze de barbeque naar buiten. Bij plassen, meren en stranden verzamelen zich de men-senmassa’s, allemaal op zoek naar de eerste zonnestralen van dit jaar. Wie in nederland woont weet dat de zon een schaars goed is. Bij de minste berichten over tropische temperaturen gaat bij ons een vuurtje branden. Daar bij het water heffen we onze glazen en doen we ons tegoed aan allerhande ver-snaperingen: stokbrood met brie en filet americain, kaasblokjes, worst, kruidenboter van paturain. Bruin gebronst in een te korte broek of hotpants sloffen we door te volle winkelstraten, op zoek naar iets wat eindelijk het met pijn en moeite vetvrijgemaakte zomerlichaam kan sieren. Lentekriebels! De liefde hangt in de lucht! Ook dit jaar wordt al het vrome weer afgeworpen, het is het moment waarop de naakte waarheid mag worden getoond. Hoe onoverkomelijk de schaamte over het eigen lichaam ook mag zijn: de zon schijnt! Vanaf nu zijn we allemaal vrijgezellige mensen met de zomer in onze bol, het feest kan niet op, lang leve de lol. Nog even en de tijd van festivals en huisfeesten begint. Dan mogen we weer tot in het holst van de nacht dansen en lachen terwijl onze muziek de buren horendol maakt. Wat een tijd om te bestaan, het jaar des Herens 2016: zomer!!

Page 37: Zomerhitte

37

THIJS KOERS OPINIE

StandbeeldBeste UvH’ers,

We leven in de bijzondere tijd waarin de kloof tussen man en vrouw langzaam maar zeker dichtgroeit. De UvH is hier een voorloper in: we hebben een vrouwelijke rector en directeur van Onderwijs. Maar ook op de voor de studenten belangrijke posities, zoals de kantine en de balie, zwaaien vrouwen met de scepter. Daarnaast zijn de studenten vooral van het vrouwelijk geslacht. Voor mij als moderne man is dit al niet meer dan vanzelfsprekend en hecht ik er misschien wel minder waarde aan dan ik zou moeten. Ondanks dat het afgelopen jaar de idylle onder druk kwam te staan, is onze universiteit een plek om te koesteren. Toch moeten we kritisch blijven, en met die insteek spreek ik jullie aan. We spreken vaak over beeldvorming, voorbeeldfiguren en verbeelding. Vaak doen we dit in de tuin en juist hier steekt het. Want in een organisatie waar man en vrouw gelijk behandeld worden en beiden tot bloei kunnen komen, heerst er groot tekort. Een groot tekort aan gelijkheid, aan waardigheid en esthetiek. Onze tuin mist het beeld van de man. De oplettende kijker is het natuurlijk al opgevallen dat we drie prachtige vrouwen in onze tuin hebben staan. Drie beelden die de tuin verrijken en bijdragen aan de unieke sfeer in ons geliefde hofje. Ik denk dat de tijd rijp is om daar een man bij te zetten.

Beste UvH’ers, het is beeldung waar ik om vraag.

Een mannelijk beeld dat de vrouwen in onze tuin complementeert. Een beeld waar kracht en liefde hand in hand gaan, een beeld dat laat zien dat humaniteit breder is dan vrouwelijke zachtheid. Sommigen van jullie zullen mij deze stereotypen kwalijk nemen. Dat begrijp ik, maar begrijp mij niet verkeerd. Het gaat mij er niet om dat de man sterk is, maar om een figuur neer te zetten die iets toont dat de andere beelden nog niet doen. De vrouwen zitten tussen de bloemen en naast het gras. Ze staren in de verte en koesteren de zon. Humanisme is echter ook een activisme. Hand in hand met filosofie gaat de praktijk, dit is iets wat dit nieuwe standbeeld kan verbeelden.

Veel dingen lijken onmogelijk tot ze zijn gedaan. Sterker nog, veel dingen zijn onmogelijk tot ze zijn gedaan. Gelukkig leven we in een wereld die continu verandert en waar continu het onmo-gelijke mogelijk wordt. Mijn moeder was acht toen ze op tv Neil Armstrong, de eerste man op de maan, zag staan. Een belofte die president Kennedy deed, twee maanden voordat mijn moeder werd geboren, werd hiermee ingelost. Het duurde slechts acht jaar om het onmogelijke te bereiken. Als men een man op de maan kan zetten in 1969 moet het in 2016 mogelijk zijn een man in de UvH tuin te zetten.

Page 38: Zomerhitte

38

MARTHE VISSER RECEPT

Caliente!

comfortfood

Pittige nachos met rode kidneybonen en een simpele guacamole

Dit is mijn vegavariatie op een gerecht dat honderd-en-één verschillende recepten kent. Het is niet echt authentiek Mexicaans maar wel heel makkelijk en simpel om te maken, en ook erg geschikt om voor een grotere groep te serveren. Ik heb wel nog het één het ander te zeggen over de ingrediënten.

Ik ben een groot fan van de rode kidneybonen van Bonduelle, omdat deze lekker stevig zijn en veel smaak hebben doordat ze in zo weinig mogelijk vocht in de blikken zitten. Maar andere merken en bonen zijn ook mogelijk.

Probeer nacho chips te kopen die geschikt zijn voor koken, deze zijn namelijk minder zout dan bij-voorbeeld een zak naturel Doritos.

Je kunt heel goed verse koriander gebruiken, maar ben jij zo iemand die dit voornamelijk naar zeepsop vindt smaken? Probeer dan eens gedroogde koriander, die is veel minder heftig van smaak.

Hoe pittig je dit gerecht maakt ligt helemaal aan jou en wat jij lekker vindt. Als je de saus proeft is het de bedoeling dat de pittigheid, door het gebruik van de verschillende pepers, gelijkmatig over je tong verdeeld aanwezig is. Hoeveelheden zijn moeilijk aan te geven aangezien, bijvoorbeeld, hoe oud je cayennepeper is invloed heeft op de pittigheid. Een wees je er bewust van dat de pepers moeten trekken en dus later pittiger zijn dan als je ze net heb toegevoegd.

Page 39: Zomerhitte

BENODIGDHEDEN

Voor de nachos z 2 uien z 1 à 2 tenen knoflook z 3 paprika’s (stoplicht) z zonnebloemolie z blikje tomatenblokjes z +/- 450g rode kidneybonen (uit blik) z koriander z peper & zout z cayennepeper z tabasco z +/- 300g geraspte belegen kaas z +/- 300g nacho chips (naturel) z eventueel zure room of aioli

voor de guacamole z 2 (rijpe) avocado’s z 100 à 200 ml (soja) kookroom z 1 à 2 tenen knoflook z zout & peper z tabasco z limoensap

WERKWIJZE

GuacamoleIk maak de guacamole met de staafmixer in een hoge smalle beker, want dat is lekker snel en simpel, maar het kan ook zeker met de hand.

Snijd de avocado’s rondom de pit doormidden en lepel de schil leeg in de kom. Let op; gooi de pitten niet weg, deze heb je nog nodig! Voeg de knoflook, wat zout en peper, een paar druppels tabasco en een scheutje limoensap toe. Giet daarna ongeveer 100 ml kookroom erbij en mix het geheel door elkaar tot een smeuïge maar stevige guacamole. Aangezien echt rijpe avocado’s een zeldzaamheid zijn in onze supermarkten moet je nu je instinct gaan volgen. Minder rijpe avocado’s hebben meer kookroom nodig om de goede substantie te bereiken, dus blijf kookroom toevoegen tot het je naar de zin is. Proef je guacamole, als hij nog erg ‘groen’ smaakt kan extra scheutje limoensap dit verhelpen, en voeg eventueel naar smaak nog meer zout, peper en tabasco toe. Leg de pitten terug in de guacamole, deze zorgen ervoor dat die niet bruin wordt.

NachosVerwarm je oven voor op 200 graden. Snijd je uien en paprika’s, dit mag vrij grof en hoeft niet zo precies. Fruit je uien met de knoflook (geperst of fijngesne-den) in een braadpan met wat zonnebloemolie. Voeg de paprika toe en roer af en toe om voor een paar minuten. Voeg de tomatenblokjes toe en blijf roeren tot je saus begint te koken en voeg dan de kidneybo-nen toe. Voeg naar smaak de peper, cayenne peper, tabasco, koriander en een klein beetje zout toe. Haal de pan van het vuur proef een beetje van de toma-tensaus en voeg eventueel meer van de specerijen toe.

Neem een grote (ondiepe) ovenschaal en vet deze in met een beetje zonnebloemolie. Schep je mengsel uit de pan in de ovenschaal en bedek deze met een derde van de kaas. Leg op de kaas een laag chips zodat de hele schaal bedekt is. Bedek deze met weer een derde van de kaas. Bedek deze weer met de rest van de chips en de laatste laag kaas. Zet de schaal in het midden van de oven voor 15 a 20 minuten tot alle kaas gesmolten is en het geheel borrelt.

Serveer met een lekkere dot guacamole, en eventueel een beetje zure room of aioli en koude Corona’s. Zie de chips als een eetbare schep voor de vulling dus houd servetten bij de hand. Eet smakelijk!

Page 40: Zomerhitte

40

TEGENZIN COLUMN

Zwetend de zomer inWat hebben wij de afgelopen tijd geluk met het weer! De zon schijnt, de temperatuur loopt op en iedereen is blij. Je ziet liefdes door het mooie weer opbloeien, mensen socializen in de tuin. Ik denk bij mezelf dat ik toch onmogelijk een tegendraadse column kan schrijven in deze heerlijke omstandigheden. Niks blijkt minder waar.

Ik loop de bibliotheek in. Ik bereid me voor op een paar uurtjes knallen: ik heb goed gegeten en gedronken, ik heb energie, ik ben er klaar voor! Ik log me in op de computer, check tevreden wat mails, totdat er een jongen naast me komt zitten die stinkt naar zweet. Nu kun je zeggen: het is ook warm buiten, logisch dat mensen een beetje zweten. Echter, mensen die een beetje zweten, omdat het op dat moment warm is, die stinken niet. Wat stinkt is oud zweet. Deze jongen rook naar oud zweet en het is niet de eerste keer dat ik me hieraan stoor op de UvH. Ik probeer me verder te focussen op mijn e-mails en opdrachten voor de studie, maar het lukt gewoon niet, want ik erger me. Ik denk bij mezelf: waarom ruikt deze jongen zo, kan hij niet even een deo’tje opdoen of had hij niet gewoon even schone kleren aan kunnen doen toen hij besloot naar de UvH te gaan?

Lieve zwetende mensen, ik heb zo’n gevoel dat jullie mij en vele anderen expres plagen met jullie geuren. Wij mensen die deo opdoen en

daarnaast elke ochtend een beetje parfum op de hals en polsen spuiten, snappen er niks van. Door het gebruik

van drijfgassen vervuilen we het milieu en het je kleding maximaal twee dagen aandoen om het vervolgens te wassen is helemaal uit den boze. Het is allemaal slecht en ook onnodig: de

mens wordt ook wel schoon van het wassen met water. Over douchen gesproken: dat kan ook wel één keer in de

week en douche ook vooral niet warm. Als je doucht: was je haren niet! Nee, haren wassen met shampoo is tegenwoordig ook niet meer nodig, het is zelfs slecht voor je haar. Het resultaat van al deze

mooie milieubewuste praat is dus dat ik, en met mij velen, naast vetharige en naar oud zweet ruikende mensen moeten zitten en dat is gewoon vervelend.

Ik snap ook wel, te veel deo en een goedkope, veel te sterk ruikende geur van de Kruidvat is ook verschrikkelijk, maar een beetje verzorgd mag wel. Als je al heel graag de wereld wil redden, koop dan een deoroller zonder drijfgas van een Fair Trade-winkel. Was je kleding met groene zeep, het kan me niet schelen, maar val mij alsjeblieft niet lastig met je

oude zweet.

Laat ik op een positieve noot eindigen: de UvH is een nog fijnere plek als iedereen zijn persoonlijke geurtjes voor zichzelf houdt. Niet iedereen hoeft jouw intieme lichaamsgeur op te vangen. In de tuin wil je niet in de vieze sigarettenrook zitten, maar de lucht van oude zweet is net zo erg. Laten we gaan voor een milieubewuste én lekker ruikende Uvh. ssessore∫

ik heb zo’n gevoel dat jullie mij en vele anderen expres plagen met jullie geuren.

Page 41: Zomerhitte

41

JEROEN FIERENS IN GESPREK MET EEN LIEDJE

Het Humanistisch Volkslied3JS - Geloven in het leven

Iedere dag dringen tientallen popliedjes ongewild onze oren binnen. In de supermarkt, op het werk, bij moeder op de koffie; de Skyradio-terreur is niet meer te stoppen. Veel liedjes zingen we feilloos mee zonder erbij na te denken, zonder te weten wat de woorden zijn. Woorden die betekenisloze klanken zijn geworden. Totdat je geraakt wordt, tot er tussen de klanken door een fluisterstemmetje zegt: luister naar mij, ik wil je iets vertellen.

Page 42: Zomerhitte

Redactie

Jeroen Fierens (voorzitter/vormge-ving) Iris Hoekstra (taalnazi en redactiedowner) Marthe Visser (redactienestor) Charly Bos (tuinman) Daniëlle Drenth (columniste) Rong Zwemmer (kerstman) Natascha Tent (PR) Kleri Sparou (secretaris)

UitgaveNr. 4 – 2015-2016 door

Zindroom, studentenmagazine van de Universiteit voor Humanistiek

Oplage: 250 exemplaren

Contact

SvH/Zindroom Universiteit voor Humanistiek Kromme Nieuwegracht 29 3512 HD Utrecht

[email protected]

BeeldEmy Spekschoor (voorkant en ‘zomerhitte’-illustraties)

Frans de Wit (p. 4) — flickr.com/fransdewit

screenpunk (p. 5) — flickr.com/screenpunk

Corbino (p. 6) — www.corbino.nl

Kirsten den Boef (p. 9-10)

Rob Bertholf (p. 11) — flickr.com/robbertholf

Myrte van de Klundert (p. 12)

Caroline Suransky (pp. 14-17)

FC Pax (p. 17)

Gerard Linde (p. 22)

Kleri Sparou & Daniëlle Drenth (pp. 26, 28)

Willeke Los (p. 27) — www.willekeloskeramiek.nl

Jamelah E. (p. 29) — flickr.com/jamelah

Roel Wijnants (p. 36) — flickr.com/roel1943

Daz Smith (p. 37) — flickr.com/dazsmithpics

Marthe Visser (pp. 38-39)

Jessy C. (p. 41) — flickr.com/paranoya86

Django Roberts (achterkant) — djangorobertsphotography.com

Verder kwam deze Zindroom tot

stand dankzij:

Vincent Stolk, Laurens ten Kate, Joep Dohmen, Myrte van de Klundert, Caroline Suransky, FC Pax, Thijs Koers, Ruud Kaulingfreks, Laura Vermeulen, Jurre Verveld, Ymkje Faber, Willeke Los, Stijn Kammeijer, Dieuwke van der Wal, Carmen Schuhmann, Suzette van IJssel, Joachim Duyndam, Tom Bouwmeester, Bart Elbers, Anne Kuiper, Johanneke Klaassens

is een commissie van

Volgende keer in de Zindroom:

Schrijf je een scriptie?

Stuur je abstract (ca. 200 woorden) naar ons op! Deadline: 2 oktober.

De Grote Scriptie-editie

COLOFON

Page 43: Zomerhitte

43

RONG ZWEMMER OP BEZOEK BIJ ANNE EN JOHANNEKE

Student en kamerTout Passe is doordachter en levendiger dan het fietsenkerkhof in de voortuin doet vermoeden. Uitkijkend op het opvallende Rietveld Schröderhuis en als laatste in een lange rij herenhuizen, geldt de woning als een van de vier Utrechtse studentenhuizen van de stichting Ruimzicht. Hoewel Ruimzicht van oorsprong is bedoeld om predikanten financieel en met een woonruimte te steunen, richt Ruimzicht zich nu ook op gewone studenten. “Nu moet je vooral affiniteit hebben met het christelijk geloof,” vertelt Johanneke, een bewoner van Tout Passe en derdejaars bachelor humanistiek: “En affiniteit is natuurlijk zo breed als dat je het opvat.” Ook Anne, jaargenoot van Johanneke, woont in een Utrechts Ruimzichthuis: “Mensen denken altijd als je erover vertelt dat het een één of andere sekte is, of vet christelijk, of: is het dan wel gezellig? Mag je dan wel jongens meenemen? Maar ja, je zit gewoon in een studentenhuis en that’s it.”

Ruimzichthuizen. Anne: “Ik had me net ingeschreven voor humanistiek en toen werd ik uitgenodigd om in een huis van de stichting te komen wonen. Toen dacht ik, mag dat wel eigenlijk? Want het huis is natuurlijk christelijk. Maar ze staan er heel positief tegenover. Eigenlijk passen Ruimzicht en hu-manistiek goed bij elkaar door de aandacht voor zingeving en door de maatschappelijke betrokken-heid. De meeste mensen zijn christelijk opgevoed, maar het is nu zo dat je op jezelf woont en dat je

het zelf moet uitzoeken. Het gaat er wel vaak over. Het is niet zo dat iedereen heel sterk gelooft, maar er is wel veel aandacht voor zingeving, geloof, of maat-schappelijke problemen, en dat vind ik wel heel erg leuk. Het is ook gewoon bier drinken en gezelligheid, maar je kiest wel bewust voor een huis van de stich-ting. Maandagavond heb je altijd huisavond, dan eet je samen. Die maandag-avond moet je vrijhouden, maar dat moet je niet als verplichting voelen, want het is gewoon heel gezellig.”

Johanneke: “Wij hebben actieavonden, cultuuravonden en verdiepende avon-den. Dat kan verdiepend zijn met betrekking tot het geloof, of verdiepend door elkaar beter te leren kennen, dus iets persoonlijks. Ook doet ieder huis van de stichting vrijwilligerswerk. De ene helft van het huis doet een project bij het AZC, en mijn deel van het huis zit één keer in de maand een avond bij een

tbs-kliniek om te helpen. Het leuke is de rivaliteit tussen de huizen. Op officiële momenten mag je brassen. Je steelt dan iets wat van waarde is voor een ander huis. Er worden biermeters en ook mensen gebrast. Eén keer in het jaar komen alle huizen samen. Het zijn ook allemaal herenhuizen. Van die hele mooie, ouwe panden die ook bij een monumentenstichting zouden kunnen horen.”

Dakterras. Johanneke: “Officieel mag je hier niet zijn. Er waren hier een keer mensen van de stichting op lunchbezoek, en toen heeft een huisgenootje een rondleiding gegeven en vervolgens stond-ie met de hele delegatie op het dak: ‘Nou, dit is het dakterras, hier chillen we altijd.’ Toen zeiden de mensen van de stichting: ‘We zien het door de vingers, maar misschien moeten we een hekje plaatsen.’ Ge-lukkig hebben ze dat niet gedaan. We picknicken, drinken bier, en slapen hier wel eens. We eten ons avondeten hier en studeren hier ook wel. Toen er nog een badje was, zaten huisgenoten met een badje hier. Ooit heeft er iemand van het dak af geplast.”

Anne: “Het is alleen altijd een beetje eng om naar boven te komen en er weer uit te komen. De ladder is niet helemaal hoog genoeg, maar we doen het ermee.”

Het is niet zo dat iedereen heel sterk gelooft, maar er is wel veel aandacht voor zingeving, geloof en samenleving.

Page 44: Zomerhitte

Anne en Johanneke“Het leuke is de rivaliteit tussen de huizen. Op officiële momenten mag je brassen. Je steelt dan iets wat van waarde is van een ander huis. Er worden biermeters en ook mensen gebrast.”

(sla deze bladzijde om voor het hele verhaal)

Foto: Django Roberts