WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen...

42
13 WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER?

Transcript of WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen...

Page 1: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

13WORDEN MENSEN

GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER?

Page 2: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

136

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

HOOFDSTUK 13: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER?

HET EFFECT VAN INZICHT IN EIGEN GELUK OP DE MATE VAN GELUK

Wido Oerlemans, Arnold Bakker en Ruut Veenhoven

13.1 Inleiding

13.2 Methode

13.3 Meetinstrumenten

13.4 Resultaten

13.5 Discussie

Page 3: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

137

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

13.1 INLEIDING

Van nature voelen we ons liever gelukkig dan ongelukkig. Tegenwoordig zijn we

ook bewuster bezig met ons geluk dan in het verleden (Seligman et al., 2005). Voor

een deel hangt geluk af van erfelijke aanleg en omstandigheden waar weinig aan te

veranderen valt. Een belangrijk deel hebben wij echter in eigen hand. Onderzoekers

schatten dat ongeveer 40 procent van ons geluk afhangt van de manier waarop we

ons eigen leven inrichten (Sheldon & Lyubomirsky, 2007). Veel mensen vragen zich

dan ook af hoe ze dat het beste kunnen doen. Die vraag heeft geleid tot een groeiend

aanbod van middelen om gelukkiger te worden, zoals zelfhulpboeken, trainingen

en life-coaching. Daarbij worden verschillende technieken ingezet, waaronder het

vergroten van zelfinzicht, stressreductie en positief denken – zoals leren het glas

half vol te zien in plaats van half leeg. Het merendeel van deze technieken komt uit

de hoek van de psychologie, de laatste jaren vooral uit de ‘positieve psychologie’

(Seligman, 2000).

“Onderzoekers schatten dat ongeveer 40 procent van ons geluk afhangt van de manier waarop we ons

eigen leven inrichten”

Het toetsen van de effectiviteit van deze interventies, gebaseerd op de positieve

psychologie, staat nog in de kinderschoenen (Veenhoven, 2014a). Toch wijzen eerste

resultaten erop dat interventies gebaseerd op positief psychologische theorieën

kunnen leiden tot een groter welzijn (Meyers et al., 2013; Seligman et al., 2005). In

dit hoofdstuk bespreken we de GeluksWijzer als methode waarbij mensen bewust

stilstaan bij hun geluk.

Het gaat hierbij om de eerste resultaten van ons onderzoek onder 5.336

deelnemers aan de GeluksWijzer, en het effect van deelname op relatief korte

termijn (variërend van enkele weken tot één à twee jaar). De verwachting was dat

deelname aan de GeluksWijzer zou leiden tot een toename van het geluk, omdat

mensen meer inzicht krijgen op (fluctuaties in) hun maandelijks geluk alsmede het

geluk dat ze ervaren tijdens dagelijkse activiteiten. Hierbij zou het effect sterker

moeten worden naarmate deelnemers vaker gebruik maken van de GeluksWijzer,

en hun inzicht in het geluksgevoel toeneemt. Deze verwachting is gebaseerd op

een aantal inzichten uit de psychologie. Ten eerste hebben onze gevoelens een

signaalfunctie, waarbij ons geluksgevoel ons in zekere zin vertelt in hoeverre onze

Page 4: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

138

levenswijze aansluit op onze aard en behoeften (Grinde, 2002). Een tweede inzicht

is dat herinneringen over hoe gelukkig we ons hebben gevoeld, vaak sterk zijn

vertekend, onder meer omdat scherpe herinneringen van ups en downs ons het

zicht op de gemiddelde ervaring benemen (Wilson et al., 2003). Een derde inzicht

is dat we, mede daarom, ook slecht zijn in het voorspellen hoe keuzen zullen uit

pakken op ons geluk (Gilbert, 2005), en dus vaak suboptimale keuzen maken (Frey

& Stutzer, 2004). Het geven van periodieke feedback op maandelijks geluk en

momenteel geluk tijdens dagelijkse activiteiten middels de GeluksWijzer (zie o.a.

Oerlemans & Bakker, 2013) – kan mensen mogelijk helpen meer zicht te krijgen op

hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie

over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar hoofdstuk 12 van dit boek

(‘De GeluksWijzer: Instrument voor werken aan geluk’).

13.2 METHODE

Deelnemers

Sinds de start in januari 2011 hebben 144.542 mensen een profiel aangemaakt op

de site van de GeluksWijzer. Hiervan hebben 49.350 deelnemers serieus een profiel

ingevuld. Omdat de meeste deelnemers slechts eenmalig hebben deelgenomen,

kan van deze groep niet worden vastgesteld of de GeluksWijzer hen gelukkiger heeft

gemaakt. In dit effectonderzoek beperken we ons daarom tot mensen die twee maal

of vaker hebben deelgenomen. Dit zijn in totaal 5.336 deelnemers. Deelnemers

in deze steekproef waren gemiddeld 45 jaar (SD = 14,00). Het grootste deel (79

procent) van de deelnemers was vrouw. Voorts blijkt dat 68 procent een baan had,

waarin hij of zij gemiddeld vier dagen per week werkte (SD = 1,26), ongeveer 29

uur per week (SD = 11,86). Ruim een kwart van de deelnemers (28,9 procent) was

werkzaam in zorg- en welzijnsinstellingen, 13,8 procent in de zakelijke of financiële

sector, 13,4 procent in het onderwijs, 9,5 procent bij de overheid, 6,1 procent in de

detailhandel, 4,9 procent in de culturele sector, 4,1 procent in de horeca, 2,2 procent

in de vervoerssector en 17,1 procent in overige sectoren. Het opleidingsniveau van

de deelnemers was gevarieerd: 34,1 procent van de deelnemers had een hbo-

diploma, 19,3 procent een universitair diploma, 19 procent mbo, 11,7 procent

vmbo, 7,5 procent havo, 6,1 procent vwo en 2,4 procent basisschool. Verder had

27,7 procent van de deelnemers een gezinsinkomen dat varieerde van 0 tot 2.499

euro per maand, 34,8 procent had een gezinsinkomen variërend van 2.500 tot

4.499 euro per maand en 37,5 procent had een gezinsinkomen dat hoger was

Page 5: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

139

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

Tabel 13.1 Aantal deelnames aan GeluksVergelijker

Aantal Deelnames

Aantal deelnemers Percentage

2 3100 58,1

3 1049 19,7

4 496 9,3

5 249 4,7

6 152 2,8

7 94 1,8

8 69 1,3

9 46 0,9

10 35 0,7

11 27 0,5

12 19 0,4

Totaal 5336 100

dan 5.000 euro per maand. De leefsituatie was ook gevarieerd: 27,8 procent van

de deelnemers woonde samen met hun partner zonder kinderen, terwijl 21,3

procent samenwoonde met partner en kinderen; 21,9 procent was alleenstaand

zonder kinderen en 18,4 procent was alleenstaand met kinderen. In totaal gaf 10,6

procent van de deelnemers een andere leefsituatie aan (bijvoorbeeld woongroep of

intramuraal). In het huidige onderzoek hebben we gebruikgemaakt van deelnemers

die de GeluksWijzer herhaald hebben ingevuld, namelijk twee tot twaalf keer. De

aantallen zijn vermeld in de tabellen 13.1 en 13.2. Tabel 13.1 gaat over het aantal

deelnames aan de maandelijkse GeluksVergelijker, tabel 13.2 over het aantal

deelnames aan het GeluksDagboek. Het invullen van dit dagboek was optioneel.

Mogelijk hebben deelnemers daarnaast gebruik gemaakt van ander gereedschap

op de website, zoals de persoonlijkheidstest of de vragenlijst over de beleving

van het werk; dit is bij deze rapportage buiten beschouwing gelaten. Deelnemers

hebben een vrije keus om wekelijks, tweewekelijks, maandelijks, tweemaandelijks,

per kwartaal, per half jaar of per jaar deel te nemen aan de GeluksWijzer. Tabel

13.3 geeft aan met welke tussenpozen zij hebben deelgenomen.

Page 6: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

140

Tabel 13.3 Variatie in deelnames aan de GeluksVergelijker

Perioden Aantal deelnemers PercentageWekelijks 1005 18,8

Tweewekelijks 627 11,8

Maandelijks 866 16,2

Tweemaandelijks 801 15,0

Per kwartaal 326 6,1

Per half jaar 661 12,4

Per jaar 1050 19,7

Totaal 5336 100

13.3 MEETINSTRUMENTEN

GeluksVergelijker. Deelnemers geven antwoord op twee vragen: “Hoe gelukkig

voel je jezelf vandaag?” en “Hoe gelukkig voelde je jezelf gedurende de afgelopen

maand?”. De antwoordschaal varieert van 0 (zeer ongelukkig) tot 10 (zeer gelukkig)

waarbij corresponderende smilies voor iedere score worden weergegeven. Het

Tabel 13.2 Aantal maal GeluksDagboek ingevuld

Aantal maal geluksDagboek ingevuld

Aantal deelnemers Percentage

0 2018 37,8

1 1656 31,0

2 839 15,7

3 346 6,5

4 188 3,5

5 95 1,8

6 66 1,2

7 43 0,8

8 37 0,6

9 17 0,32

10 17 0,32

11 12 0,22

12 2 0,04

Totaal 5336 100

Page 7: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

141

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

Figuur 13.1 GeluksDagboek

opstaan eten onderweg werken sporten studeren uitgaan ontspanning huishouden uitrusten vereniging verzorgen anders naarbed

Analyse

Het aantal herhaalde metingen en de tijdstippen waarop wordt gemeten, verschilt

tussen deelnemers. Om die reden hebben we gekozen voor een multilevelanalyse

met random effects. Met random effects wordt een inschatting gemaakt van

gemiddeld aantal deelnames aan de GeluksWijzer was ongeveer drie (SD = 1,82),

en varieerde van twee tot twaalf deelnames. Deelnemers rapporteerden een

gemiddeld dagelijks geluk van 6,6 (SD = 1,5), en een gemiddeld maandelijks geluk

van 6,3 (SD = 1,6).

GeluksDagboek. In het dagboek (zie figuur 13.1) kunnen mensen per half uur

aangeven hoe ze gedurende de vorige dag hun tijd hebben besteed. Hoofdcategorieën

zijn opstaan, eten, onderweg, werken, bewegen, studeren, uitgaan, ontspanning,

huishouden, rusten, vereniging, verzorging, anders, naar bed. Ook kunnen

deelnemers aangeven waar ze zich op dat moment bevonden (thuis, op het werk,

of ergens anders), en met wie ze de activiteit uitvoerden (alleen, vrienden, familie,

collega’s, enzovoort). De methodiek is gebaseerd op de dag reconstructie methode

van Kahneman et al. (2004). Deze methode helpt vertekeningen in herinneringen

te beperken doordat mensen eerst wordt gevraagd om hun dag in chronologische

volgorde te ‘reconstrueren’, waardoor ze zich beter kunnen herinneren hoe ze zich

hebben gevoeld. Het aantal ingevulde dagboeken lag gemiddeld op circa twee (SD

= 1,72). Het gemiddelde geluk over alle activiteiten van de dag was gemiddeld 6,07

(SD = 2,39).

Page 8: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

142

de afwijking die metingen van eenzelfde deelnemer hebben ten opzichte van

de regressielijn. Hierbij maakt het niet uit hoe vaak en op welke tijdstippen het

geluksgevoel van een deelnemer is gemeten; alle metingen worden verondersteld

een afwijking van de ‘gemiddelde’ regressielijn te hebben (Hox, 2002). Aan de hand

van herhaalde deelnames aan de GeluksWijzer hebben we dus intrapersoonlijke

variaties in maandelijks geluk door de tijd berekend, waarbij variaties worden

berekend rondom het gemiddelde van het individu, in plaats van dat van de groep

als geheel (zogenoemde person-mean centering).

13.4 RESULTATEN

Geluk is veranderlijk

Uit de analyses blijkt het maandelijks geluk binnen personen inderdaad over

de tijd te varieert. Ruim 40 procent van de verschillen in maandelijks geluk kan

worden toegeschreven aan veranderingen op het intrapersoonlijke niveau, dus

veranderingen binnen personen door de tijd. De overige 60 procent is toe te

schrijven aan stabiele verschillen tussen personen.

“Ruim 40 procent van de verschillen in maandelijks geluk kan worden toegeschreven aan veranderingen op het intrapersoonlijke niveau, dus veranderingen binnen

personen door de tijd”

Stijging van maandelijks geluk bij herhaalde deelname

Op basis van de aanname dat inzicht in het eigen geluk ook een toename in het

maandelijks geluk voorspelt, beargumenteerden we dat herhaalde deelname

aan de GeluksWijzer tot een grotere toename in maandelijks geluk zou leiden.

Allereerst is middels multilevelanalyses onderzocht of herhaalde deelname

door de tijd heen tot een significante lineaire toename in het maandelijks geluk

leidt. Dit blijkt inderdaad het geval (zie tabel 13.4, model 1; est = 0,06, SE = 0,01,

p < 0,001). De maandelijkse gelukstoename bedraagt 0,06 punt per extra deelname.

Dit komt neer op een gelukstoename van 0,18 na drie deelnames, van 0,36 na zes

deelnames, van 0,54 na negen deelnames en van 0,72 na twaalf deelnames. Dit is

een conservatieve schatting, waarbij we rekening hebben gehouden met een licht

curve-lineair effect.

Page 9: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

143

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

Stijging blijft, ook na controle voor verstorende variabelen

Vervolgens is onderzocht of het positieve verband tussen het aantal deelnames

en de toename in maandelijks geluk robuust is. Daarbij hebben we gecorrigeerd

voor meerdere variabelen. In tabel 13.4, model 1 corrigeren we voor variabelen die

binnen personen over de tijd fluctueren, zoals het specifieke jaar en de maanden

waarin mensen deelnamen. Daarnaast is gecorrigeerd voor het geluk op de dag

van deelname (vraag 1 in de GeluksVergelijker). Ook is gecorrigeerd voor effecten

van het maandelijks geluk in de voorgaande maand op het maandelijks geluk in

de volgende maand. Een aantal van deze variabelen vertoonde inderdaad een

significant verband met het maandelijks geluk. Het positieve lineaire verband van

het aantal deelnames op het maandelijks geluk bleef na deze correcties echter

significant en nagenoeg onveranderd (b = 0,06, SE = 0,01, p < 0,001). Dit betekent dat

de effecten behoorlijk robuust zijn, en waarschijnlijk niet kunnen worden verklaard

door de interesse in het onderwerp, de persoonlijkheid en de stemming tijdens het

invullen van de vragenlijsten. We analyseren immers afwijkingen van de basislijn,

en zien de voorspelde veranderingen over de tijd.

In een volgende stap (tabel 13.4, model 2) hebben we gecorrigeerd voor verschillen

in sociodemografische achtergrond tussen personen (zoals leeftijd, geslacht,

inkomensniveau, opleidingsniveau en het hebben van een baan). Opleidingsniveau,

een hoger inkomen en het hebben van een baan hebben een positief en significant

effect op het gemiddelde maandelijks geluk van deelnemers. Het intrapersoonlijke

effect door de tijd van het aantal deelnames op de toename in het maandelijks

geluk bleef echter significant en nagenoeg onveranderd (b = 0,06, SE = 0,01, p <

0,001).

Stijging maandelijks geluk groter bij herhaald gebruik GeluksDagboek?

Ten slotte hebben we onderzocht of het maandelijks geluk van deelnemers

verder toeneemt naarmate zij, in aanvulling op de GeluksVergelijker, ook hun

GeluksDagboeken vaker invullen. Uit de multilevelanalyses (tabel 13.4, model

3) blijkt het effect van herhaalde deelname op het maandelijks geluk inderdaad

significant toe te nemen naarmate deelnemers het dagboek vaker invullen (t = 4,00,

p < ,001). Dit zogenoemde interactie-effect hebben we weergegeven in figuur 2.

Figuur 2 is gemodelleerd naar de regressievergelijking (b) van het multilevelmodel

en geeft een gemiddelde toename in het maandelijks geluk weer, afhankelijk van

het aantal ingevulde dagboeken. Op de X-as zien we het aantal deelnames, variërend

Page 10: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

144

Uit figuur 13.2 blijkt duidelijk dat het maandelijks geluk meer toeneemt naarmate

deelnemers het dagboek vaker invullen. Zo blijkt uit de resultaten dat de

maandelijkse gelukstoename over twaalf deelnames in absolute cijfers gemiddeld

0,28 is voor deelnemers die geen gebruik maken van het GeluksDagboek. Vullen

de deelnemers het geluksDagboek echter vier keer in, dan stijgt de maandelijkse

gelukstoename over twaalf deelnames naar 0,52, bij acht dagboekjes is de stijging

0,76 en bij twaalf dagboekjes is de stijging ongeveer een punt (1,00).

Figuur 13.2 Effect van herhaald gebruik van het GeluksDagboek op het maandelijks

geluk

Toename Maandelijks Geluk

1 32 4 5 6 7 8 9 10 11 12Aantal deelnames GelukWijzer

Maa

ndel

ijks

Gel

uk (0

-10)

Aantaldagboekeningevuld:

02468

1012

7.40

7.30

7.20

7.10

7.00

6.90

6.80

6.70

6.60

6.50

6.40

6.30

van één tot twaalf. Op de Y-as staat het maandelijks geluk. De verschillende lijnen

geven de toename in het maandelijks geluk weer, gerelateerd aan het aantal

ingevulde GeluksDagboekjes.

Page 11: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

145

Tabel 13.4 Multilevelanalyse m.b.t. toename in maandelijks geluk bij herhaalde deel-

names

Maandelijks geluk: Model 1

est se t-waarde

Constante 6,37 0,03 254,88***

Lineair effect 0,06 0,01 5,60***

Curvelineair effect 0,00 0,00 -0,50

Jaar -0,11 0,03 -3,12***

Maand 0,00 0,01 0,80

Dagelijks geluk 0,29 0,01 29,00***

Geluk vorige maand (lag) -0,05 0,01 -3,54***

Aantal ingevulde dagboeken

Leeftijd

Geslacht

Opleidingsniveau

Inkomen

Baan (ja)

Cross-levelinteracties

Participatie x aantal dagboeken

Participatie x leeftijd

Participatie x geslacht

Participatie x opleiding

Participatie x inkomen

Participatie x baan

-2*loglikelihood 38916,37

delta -2*log 829,24

interpersoonlijke variatie 2,24 0,05 0,0%

Intrapersoonlijke variatie 1,08 0,02 24,9%

De asterisken geven significante verschillen aan tussen de beide ondernemerscategorieën aan de ene kant en ‘werknemer’ aan de andere kant: *** p-waarde<0,01; ** p-waarde<0,05; * p-waarde<0,10 (tweezijdig).

Page 12: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

146

Maandelijks geluk: Model 2

est se t-waarde

Constante 6,34 0,06 104,00***

Lineair effect 0,06 0,01 5,27***

Curvelineair effect 0,00 0,00 -0,50

Jaar -0,12 0,03 -3,41***

Maand 0,00 0,01 0,60

Dagelijks geluk 0,29 0,01 29,10***

Geluk vorige maand (lag) -0,05 0,01 -3,62***

Aantal ingevulde dagboeken 0,05 0,01 3,54***

Leeftijd 0,00 0,00 1,50

Geslacht -0,06 0,06 -1,12

Opleidingsniveau 0,07 0,01 5,29***

Inkomen 0,35 0,03 10,91***

Baan (ja) 0,13 0,05 2,35***

Cross-levelinteracties

Participatie x aantal dagboeken

Participatie x leeftijd

Participatie x geslacht

Participatie x opleiding

Participatie x inkomen

Participatie x baan

-2*loglikelihood 38514,07

delta -2*log 402,30**

interpersoonlijke variatie 2,09 0,04 4,7%

Intrapersoonlijke variatie 1,08 0,03 25,5%

De asterisken geven significante verschillen aan tussen de beide ondernemerscategorieën aan de ene kant en ‘werknemer’ aan de andere kant: *** p-waarde<0,01; ** p-waarde<0,05; * p-waarde<0,10 (tweezijdig).

Page 13: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

147

Maandelijks geluk: Model 3

est se t-waarde

Constante 6,34 0,06 102,26

Lineair effect 0,06 0,02 2,64**

Curvelineair effect 0,00 0,00 -0,50

Jaar -0,09 0,04 -2,51**

Maand 0,06 0,06 1,00

Dagelijks geluk 0,29 0,01 29,10***

Geluk vorige maand (lag) -0,05 0,01 -3,77***

Aantal ingevulde dagboeken 0,04 0,01 3,31

Leeftijd 0,00 0,00 1,50

Geslacht -0,05 0,06 -0,91

Opleidingsniveau 0,07 0,01 5,14***

Inkomen 0,35 0,03 11,00***

Baan (ja) 0,13 0,05 2,48**

Cross-levelinteracties

Participatie x aantal dagboeken 0,01 0,00 4,00***

Participatie x leeftijd 0,00 0,00 -1,00

Participatie x geslacht -0,02 0,02 -1,10

Participatie x opleiding 0,00 0,01 0,80

Participatie x inkomen -0,01 0,01 -0,45

Participatie x baan -0,02 0,02 -0,89

-2*loglikelihood 38499,46

delta -2*log 14,61**

interpersoonlijke variatie 2,09 0,06 4,7%

Intrapersoonlijke variatie 1,07 0,02 25,7%

13.5 DISCUSSIE

Maakt de GeluksWijzer daadwerkelijk gelukkiger?

Deze eerste studie naar de effecten van de GeluksWijzer op het geluksgevoel

bevestigt de verwachting dat inzicht in het eigen geluk bevorderlijk is voor de mate

van geluk die iemand ervaart. Door deelnemers te laten zien welke activiteiten hen

het meest gelukkig maken, kunnen we hun maandelijkse geluk blijkbaar vergroten.

Deze uitkomst staat haaks op de ‘set-point’-theorie van geluk (Cummins, 2010), die

De asterisken geven significante verschillen aan tussen de beide ondernemerscategorieën aan de ene kant en ‘werknemer’ aan de andere kant: *** p-waarde<0,01; ** p-waarde<0,05; * p-waarde<0,10 (tweezijdig).

Page 14: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

148

zegt dat geluk een vrij onveranderlijke eigenschap is waaraan weinig te verbeteren

valt. De resultaten zijn wel in lijn met het ‘sustainable happiness model’ van

Sheldon en Lyubomirsky (2007), dat beargumenteert dat mensen een substantieel

deel van hun geluk in eigen hand hebben.

“Door deelnemers te laten zien welke activiteiten hen het meest gelukkig maken, kunnen we hun maandelijkse geluk

blijkbaar vergroten”

Bij deze eerste analyse moeten we uiteraard ook enkele belangrijke kanttekeningen

plaatsen. Als eerste kan op basis van deze studie geen causaal verband worden

afgeleid tussen het gebruik van de GeluksWijzer en de toename van iemands geluk.

Hiervoor is een controlegroep nodig die geen gebruik maakt van de GeluksWijzer.

Dit is een punt voor vervolgonderzoek. Desalniettemin is het effect van deelname

aan de GeluksWijzer op de maandelijkse gelukstoename erg robuust en dit effect

blijft aanwezig nadat is gecorrigeerd voor de socio-demografische achtergrond, het

geluk gedurende de vorige maand en de tijdstippen van deelname (jaar, maand).

Ook is het denkbaar dat herhaalde deelname ertoe leidt dat deelnemers bij

gelijkblijvend geluk hoger op de geluksschaal gaan scoren. In de literatuur staat

dit bekend als ‘response shift’. Dit lijkt hier echter niet het geval. Bij eerder follow-

up onderzoek naar geluk bleek zich een omgekeerd patroon voor te doen: bij de

tweede meting werd het geluk juist wat lager ingeschat dan bij de eerste, kennelijk

doordat respondenten zich er een duidelijker beeld over hadden gevormd (Van

Landighem, 2012). Verder is er in het huidige onderzoek steeds gecorrigeerd voor

de effecten van maandelijks geluk tijdens de voorgaande deelname op maandelijks

geluk in de volgende deelname.

Verder is het interessant om in additionele analyses na te gaan of het waargenomen

effect inderdaad verloopt via het pad van aanpassing van de dagelijkse leefstijl.

Eerder dagboekonderzoek met de Gelukswijzer wijst bijvoorbeeld uit dat de

momentele ervaring van geluk tijdens activiteiten goed is voor het dagelijks herstel

en de vitaliteit (Oerlemans et al., 2014). Nadere analyse van verschuivingen in

de tijdsbesteding kan daarover meer duidelijkheid verschaffen. Mogelijk zijn er

nog andere causale mechanismen in het spel, zoals cognitieve herwaardering.

Page 15: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

149

Deelnemers accepteren hun huidige levenswijze wellicht meer of juist minder,

naar gelang de feedback waaruit blijkt of ze gelukkiger of juist minder gelukkig

zijn dan mensen die in een soortgelijke situatie verkeren.

Varieert het effect van herhaalde deelname op de gelukstoename tussen personen?

De resultaten wezen uit dat het effect van deelname op de toename in geluk

weinig verschilt tussen deelnemers met een verschillende sociaal-demografische

achtergrond. Dat wil echter niet zeggen dat het effect voor iedereen hetzelfde

is. Mogelijk verschilt het effect wel naar psychologische kenmerken, zoals

persoonlijkheid. Eerder dagboekonderzoek waarbij gebruik is gemaakt van

eenzelfde dagreconstructiemethode wijst bijvoorbeeld uit dat (a) extraverte

deelnemers dagelijks gelukkiger worden wanneer ze tijd besteden aan sociale en

belonende activiteiten (Oerlemans & Bakker, 2014); (b) deelnemers die hoog scoren

op burn-out dagelijks gelukkiger worden van sociale activiteiten en ontspanning

(Oerlemans & Bakker, 2014), en (c) deelnemers die hoog scoren op werkverslaving

dagelijks vitaler zijn en beter herstellen wanneer ze gaan sporten (Bakker et al.,

2014). In dit verband kan dus nog verder worden onderzocht of de effecten van een

herhaalde deelname op de toename in geluk variëren tussen personen met een

ander type persoonlijkheid.

Omvang van het effect

De geobserveerde stijging in geluk op een schaal van 0-10 varieert tussen 3

en 10 procent. Is dit veel of weinig? In het huidige onderzoek zijn geen andere

uitkomsten meegenomen. Eén manier om die vraag toch te beantwoorden is

wellicht te berekenen hoeveel extra inkomen is vereist om eenzelfde gelukswinst te

bewerkstelligen. Toepassing van de nieuwe methode van Fujiwara et al. (2014) leert

dat 1 procent geluksgroei gelijk staat aan een stijging van het jaarinkomen met 297

euro, en een geluksgroei met 10 procent staat gelijk met een jaarinkomenstijging

met 2.850 euro.1 Dit duidt op een substantieel effect. Een andere manier om de

omvang van het effect in te schatten is deze te vergelijken met veranderingen in de

sfeer van relaties. Het verschil in geluk tussen alleenstaanden en gehuwden is in

Nederland ongeveer 10 procent (Veenhoven, 2014b). Ook in dat perspectief heeft

deze kleine interventie een zeer groot effect. Verder laat onderzoek naar geluk

en gezondheid (Hawkins & Booth 2005) zien dat eerder ervaren geluk een sterker

effect heeft op de latere gezondheid (r = +0,37) dan de eerdere gezondheid op het

latere geluk (r = +0,13). Hieruit kunnen we opmaken dat het zelfstandig effect van

1 Het effect van extra inkomen op geluk is geschat op basis van onderzoek onder loterijwinnaars in het Verenigd Koninkrijk, waarbij toename in geluk is vergeleken tussen winnaars van een kleine en een middelgrote prijs. In deze berekening is uitgegaan van het modaal inkomen in Nederland.

Page 16: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

150

geluk op de gezondheid ongeveer +0,24 was. Dat duidt erop dat een toename in

geluk zich voor ongeveer een kwart vertaalt in gezondheidswinst. De minimale

toename in geluk van 3 procent levert dan 0,75 procent gezondheidswinst, de

maximale stijging in geluk met 10 procent levert een gezondheidswinst van 2,5

procent. Die gezondheidswinst lijkt op het eerste gezicht misschien klein, maar

is substantieel als in aanmerking wordt genomen wat kleine verbeteringen in

de gezondheid kosten. Nader onderzoek moet leren of deze voorlopige schatting

overeind blijft. Dat kan door analyse van grootschalige panelstudies, waarin zowel

geluk als gezondheid worden gevolgd, zoals de Duitse SOEP en de Engelse BHPS.

Mogelijke toepassing van de GeluksWijzer binnen organisaties

De GeluksWijzer kan mogelijk ook worden ingezet op deeldomeinen, zoals

het bedrijfsleven. Zo is bekend dat een actieve en positieve werkbeleving een

belangrijke positieve bijdrage levert aan het beter functioneren en presteren van

werknemers in organisaties (Bakker & Oerlemans, 2011). Het geluksdagboek kan

individuele werknemers kan dus meer inzicht geven in de mate waarin ze geluk

ervaren wanneer zij diverse werktaken uitvoeren. Dit kan bijvoorbeeld van nut zijn

wanneer werknemers aan job crafting doen. Job crafting betreft een specifieke

vorm van proactief werkgedrag bij werknemers (Wrzesniewski & Dutton, 2001) die

op zoek zijn naar een betere fit tussen het werk en hun eigen voorkeuren, kennis

en vaardigheden waardoor het werk uitdagender en betekenisvoller wordt. Met

andere woorden, werknemers kunnen op basis van inzicht in hun werkbeleving

proactief zelf (bottom-up) hun werkomgeving aanpassen, zonder dat dure (top-

down) bedrijfsinterventies noodzakelijk zijn.

Een andere mogelijkheid is om de GeluksWijzer op bedrijfs- of sectorniveau in te

zetten om relevante verschillen in ervaren geluk tussen bedrijven of sectoren in

kaart te brengen. In dit verband is het opmerkelijk dat in veel MTO’s (Medewerker

Tevredenheidonderzoek) nog steeds vragen worden gesteld over de cognitieve

aspecten van werktevredenheid, zoals de mate waarin werknemers tevreden

zijn over hun salaris, werkomstandigheden, secundaire arbeidsvoorwaarden, of

promotiemogelijkheden.

Hoewel dit soort informatie op zichzelf zinvol kan zijn, willen we organisaties er graag

op wijzen dat een positief-actieve werkbeleving (bijvoorbeeld in termen van geluk

en werkbevlogenheid) een veel sterkere samenhang vertoont met werkprestaties

Page 17: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

151

13. Worden mensen gelukkiger van de GeluksWijzer?

dan cognitieve vormen van werktevredenheid. Het is dus zinvol te sturen op het

periodiek monitoren van positieve-actieve vormen van SWB, waaronder geluk en

bevlogenheid, en op taakeisen en hulpbronnen die deze vormen van SWB kunnen

vergroten. De GeluksWijzer kan deze rol vervullen.

Voorlopige conclusie

Dit eerste onderzoek naar het effect van deelname aan de GeluksWijzer bevestigt

de verwachting dat een groter bewustzijn van geluk mensen ook gelukkiger kan

maken. Herhaalde deelname aan de GeluksWijzer leidt tot een gestage toename in

het geluksgevoel, met name wanneer het GeluksDagboek meerdere malen wordt

gebruikt. Het effect van deze kleine interventie is onverwacht groot.

“Herhaalde deelname aan de GeluksWijzer leidt tot een gestage toename in het geluksgevoel, met name wanneer

het GeluksDagboek meerdere malen wordt gebruikt”

Page 18: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

152

Referenties

Page 19: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Referenties

HOOFDSTUK 1: GELUK EN GELUKSONDERZOEK

Overdruk van Harvard Business Review artikelen

Achor, S. (2012). ‘Positive Intelligence’, Harvard Business Review, January/February 2012.

Fox, J. (2012). ‘The Economics of Well-Being’, Harvard Business Review, January/February

2012.

Morse, G. (2012). ‘The Science Behind the Smile. An interview with Daniel Gilbert’, Harvard

Business Review, January/February 2012.

Spreitzer, G., & Porath, C. (2012). ‘Creating Sustainable Performance’, Harvard Business

Review, January/February 2012.

Steirns, P.N. (2012). ‘The History of Happiness’, Harvard Business Review, January/February

2012.

HOOFDSTUK 2: INLEIDING: WAT IS GELUK?

Ruut Veenhoven

Bentham, J. (1789). An introduction into the principles of morals and legislation. Oxford, UK:

Clarendon Press.

Bergsma, A., & M. Ardeli (2011). Selfreported wisdom and happiness; An empirical

investigation. Journal of Happiness Studies. Online sinds 26-05-2011.

Easterlin, R.A. (1974). ‘Does economic growth improve the human lot? Some empirical

evidence’: 89-125, in: David, P.A., & Melvin P. R. (eds.). Nations and households in economic

growth. New York: Academic Press.

Layard, R. (2005). Happiness: Lessons of a new science, New York: Penguin.

Sen, A. (1992). ‘Capability and wellbeing’: 30-53, in: Sen, A., & Nussbaum, M. (eds), The quality

of life. Oxford, UK: Clarendon Press.

Veenhoven, R. (1984). Conditions of Happiness. Dordrecht/Boston: Reidel.

Veenhoven, R. (2000). ‘The four qualities of life. Ordering concepts and measures of the good

life’. Journal of Happiness Studies, 1: 1-39.

Veenhoven, R. (2006). ‘Quality of life in modern society, Measured with Happy Life Years’: 19

44, in: Yew-Kwang Ng & Lok Sang Ho (Eds.), Happiness and Public Policy, Theory, Case

studies and Implications. New York: Palgrave-Macmillan.

Veenhoven, R. (2009). ‘Groter geluk voor een groter aantal. Is dat mogelijk en wenselijk?’.

Ethiek & Maatschappij, Themanummer Geluk & Politiek, 12(1): 25-50.

153

Page 20: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

154

Veenhoven, R. (2012a). World Database of Happiness.

HOOFDSTUK 3: HET METEN VAN GELUK

Ruut Veenhoven

Cantril, H. (1965). The pattern of human concerns. New Brunswick, NJ: Rutgers University

Press.

Neugarten, B.L., Havinghurst, R.J., & Tobin, S.S. (1961). ‘The measurement of life satisfaction’.

Journal of Gerontology, 16: 134-143.

Smart, J.J.C., & Williams, B. (1973). Utilitarianism, for and against. London, UK: Cambridge

University Press.

Veenhoven, R. (2008). ‘Meten van bruto nationaal geluk’. TPEdigitaal, 2(3): 10-35

Veenhoven, R. (1991). Is happiness relative? Social Indicators Research, 24: 1-34.

Veenhoven, R. (1998). ‘Vergelijken van geluk in landen’. Sociale Wetenschappen, 42: 58-84.

Wessman, A.E., & Ricks, D.F. (1966). Mood and Personality. New York: Holt, Rinehart and

Wilson.

HOOFDSTUK 4: GELUK, WERKTEVREDENHEID EN PRODUCTIVITEIT

Martijn Hendriks

Borgonovi, F. (2008). ‘Doing well by doing good. The relationship between formal volunteering

and self-reported health and happiness’. Social science & medicine, 66(11): 2321-2334.

Bowling, N.A., Eschleman, K.J., & Wang, Q. (2010). ‘A meta-analytic examination of the

relationship between job satisfaction and subjective well-being’. Journal of Occupational

and Organizational Psychology, 83(4): 915-934.

Brand, S., Beck, J., Hatzinger, M., Harbaugh, A., Ruch, W., & Holsboer-Trachsler, E. (2010).

‘Associations between satisfaction with life, burnout-related emotional and physical

exhaustion, and sleep complaints’. World Journal of Biological Psychiatry, 11: 744-754.

Csikszentmihalyi, M. (1990). Flow: The psychology of optimal experience. New York: Harper &

Row.

Fredrickson, B.L. (2001). ‘The role of positive emotions in positive psychology: The broaden

and-build theory of positive emotions’. American psychologist, 56(3): 218-226.

Heady, B., & Veenhoven, R. (1989). ‘Does happiness induce a rosy outlook?: 106-127. In:

Veenhoven, R. (ed.). How Harmful is Happiness?. Rotterdam: University of Rotterdam,.

Referenties

Page 21: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

155

Referenties

Jones, M.D. (2006), ‘Which is a better predictor of job performance: Job satisfaction or life

satisfaction?’. Journal of Behavioral & Applied Management, 8(1): 20-42.

Judge, T.A. & Hulin, C.L. (1993). ‘Job satisfaction as a reflection of disposition: A multiple

source causal analysis’. Organizational Behavior and Human Decision Processes, 56(3):

388-421.

Judge, T.A. & Watanabe, S. (1993). ‘Another look at the job satisfaction-life satisfaction

relationship’. Journal of applied psychology, 78(6): 939-948.

Maslow, A.H. (1943). ‘A theory of human motivation’. Psychological review, 50(4): 370-396.

Near, J.P., Smith, C.A., Rice, R. W., & Hunt R.G. (1984). ‘A comparison of work and nonwork

predictors of life satisfaction’. Academy of Management Journal, 27(1): 184-190.

Rode, J.C. (2004). ‘Job satisfaction and life satisfaction revisited: A longitudinal test of an

integrated model’. Human Relations, 57(9): 1205-1230.

Schaufeli, W.B., & Bakker, A.B. (2004). ‘Bevlogenheid: Een begrip gemeten’. Gedrag en

Organisatie, 17: 89-112.

Thoresen, C.J., Kaplan, S.A., Barsky, A.P., Warren, C.R., & de Chermont, K. (2003). ‘The

affective underpinnings of job perceptions and attitudes: A meta-analytic review and

integration’. Psychological Bulletin, 129: 914–945.

HOOFDSTUK 5: SOCIALE INNOVATIE EN GELUK

Henk Volberda en Harry Commandeur

Birkinshaw, J., Hamel, G., & Mol, M.J. (2008). ‘Management Innovation’. Academy of

Management Review, 33(4): 825-845.

Damanpour, F. (1987). ‘The Adoption of Technological, Administrative, and Ancillary

Innovations: Impact of Organizational Factors’. Journal of Management, 13(4): 675-688.

De Looze, M.P., van Rhijn, J.W., van Deursen, J., Tuinzaad, G.H., & Reijneveld, C.N. (2013), ‘A

participatory and integrative approach to improve productivity and ergonomics in

assembly’. Production Planning & Control, 14(2): 174-181.

Feigenbaum, A.V. & Feigenbaum, D.S. (2005). ‘What Quality Means Today. MIT Sloan

Management Review, 46 (2): 96.

Fredrickson, B.L. (2004). ‘The Broaden - and - Build Theory of Positive Emotions.Philosophical

Transactions’, Biological Sciences, Vol. 359: 1367 - 1377

Hamel, G. (2011), ‘The big idea, let’s fire all the managers’. Harvard Business Review, 89, 12:

Page 22: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

156

48-60.

Harter, J.K., Schmidt, F.L.,& Hayes, T.L. (2002). ‘Business-unit level relationship between

employee satisfaction, employee engagement, and business outcomes: a meta-analysis’.

Journal of Applied Psychology, 87(2): 268-279.

Kossek, E.E. (1987), ‘Human Resources Management Innovation’. Human Resource

Management, 26: 71-92.

Linderman, K., Schroeder R.G., Zaheer, S., Liedtke, C., & Choo, A.S. (2004). ‘Integrating

quality management practices with knowledge creation processes’. Journal of Operations

Management, 22(6): 589-607.

Losada, M. (1999). ‘The complex dynamics of high performance teams’. Math. Comput. Model,

30: 179-192.

Lyubomirsky, S., Diener, E. & King, L.A., (2005), ‘The Benefits of Frequent Positive Affect:

Does Happiness Lead to Success?’. Psychological Bulletin, 131: 803-855.

Mele, C., & Colurci, M. (2006). ‘The evolving path of TQM: towards business excellence and

stakeholder value’. The International Journal of Quality & Reliability Management, 23(5):

464-489.

Piccolo, R.F., Judge, T.A., Takahashi, K., Watanabe, N., & Locke E.A. (2005). ‘Core self

evaluations in Japan: relative effects on job satisfaction, life satisfaction, and happiness’.

Journal of Organizational Behavior, 26: 965-984.

Prahalad, C.K. & Ramaswamy, V. (2004). ‘Co-creating unique value with customers’. Strategy

& Leadership, 32 (3): 4-9.

Teece, D.J. (2010). ‘Business models, business strategy and innovation’. Long Range Planning,

43: 172-194.

Totterdill, P., Dhondt, S., & Milsome., S. (2002). Partners at work? A Report to Europe’s Policy

Makers and Social Partners. Nottingham: The Work Institute.

Vaas, F. (2001). ‘Arbeidsproductiviteit verhogen door slim organiseren’. Werk, welvaart &

Geluk, Christendemocratische verkenningen, themanummer 7-9.

Vaccaro, I.G., Volberda, H.W., & van den Bosch, F.A.J. (2012). ‘Management innovation in

action: the case of self-managing teams’: 138-162, in: Pitsis, T. S., Simpson, A., & Dehlin,

E. (Eds.), Handbook of Organizational and Managerial Innovation. Cheltenham, UK: Edward

Elgar Publishing Limited.

Verhoeff, A. & Heeremans, M. (2013). ‘Succes door twintig jaar ontwikkeling van de arbeids-

relatie. Slimmer werken bij Nissan’. M&O Tijdschrift voor Management en Organisatie,

Referenties

Page 23: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

157

Referenties

67(5): 57-74.

Volberda, H.W. (2004). De flexibele onderneming: Strategieën voor succesvol concurreren.

Deventer: Kluwer.

Volberda, H.W., van den Bosch, F.A.J., & Jansen, J.J.P. (2006), ‘Slim managen & innovatief

organiseren: onderzoeksverslag: 23-65, in: Slim Managen & innovatief organiseren.

Arnhem: Eiffel.

Volberda, H.W., van den Bosch, F.A.J., & Jansen, J.J.P., Szcygielska, A., & Roza, M.W. (2007).

Inspelen op globalisering: offshoring, innovatie en versterking van de concurrentiekracht

van Nederland. Den Haag: SMO.

Volberda, H.W., Jansen, J.J.P., Tempelaar., M.P., & Heij., K. (2010). Sociale innovatie: nu nog

beter! Erasmus Concurrentie en Innovatie Monitor 2009-2010. Rotterdam: INSCOPE

Research for innovation/Rotterdam School of Management.

Volberda, H.W., Jansen, J.J.P., Tempelaar., M.P., & Heij., K. (2011). ‘Monitoren van sociale

innovatie: slimmer werken, dynamisch managen en flexibel organiseren’. Tijdschrift voor

HRM, 14: 85-110.

Volberda, H.W., van den Bosch, F.A.J. & Heij, C.V. (2013a). ‘Een béétje beter maakt slechter.

De rol van sociale en technologische innovatie bij innovatiesucces’. M&O Tijdschrift voor

Management en Organisatie, 67 (5): 35-56.

Volberda, H.W., Heij, K., & van den Bosch, F.A.J. (2013b). Erasmus Concurrentie en Innovatie

Monitor 2012 – 2013. Rotterdam: INSCOPE – Research for Innovation.

HOOFDSTUK 6: DE WERKELIJKHEIDSZIN VAN EEN KERKVADER. AUGUSTINUS OVER

MATIGHEID EN GEMEENSCHAPSZIN ALS WEGEN TOT GELUK.

Paul van Geest

Armstrong, A.H. (1981). ̀ Negative Theology, Myth and Incarnation’, in: Mélanges offerts à Jean

Trouillard. Fontenay-aux-Roses.

Burt, D. (1999). Friendship and Society. An Introduction to Augustine’s Practical Philosophy.

Grand Rapids-Cambridge.

Huizinga, J. (1935). Herfsttij der Middeleeuwen. Studie over levens- en gedachtenvormen der

veertiende en vijftiende eeuw in Frankrijk en de Nederlanden. Haarlem.

Markus, R. (1970). Saeculum: History and Society in the Theology of St Augustine. Cambridge.

Marx, K. (1844). ‘Zur Kritik der Hegelschen Rechts-Philosophie’, In: Marx-Engels-Werke. Deel

1: Berlijn.

Page 24: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

158

Reker, G. T. (2010). ‘De zin van het leven’, In: Bormans, L. (red.), Geluk. The World Book of

Happiness. Tielt: Lannoo Uitgeverij.

Van Geest, P. (2011). Waarachtigheid. Augustinus over levenskunst. Zoetermeer, Nederland:

Boekencentrum.

Van Geest, P. (2004). ‘Stoic against his will? Augustine on the good life in De beata vita and the

Praeceptum’: 532-350, in: Bruning, B., & Lam Cong Quy, J. (ed.), Mélanges offerts à T.J.

van Bavel à l’occasion de son 80e anniversaire. Louvain.

HOOFDSTUK 7: GELUK EN WERKLOOSHEID IN TIJDEN VAN ECONOMISCHE CRISIS

Martijn Burger en Efstratia Arampatzi

Arampatzi, E., Burger, M., & Veenhoven, R. (2014), ‘Financial distress and happiness of

employees in times of economic crisis’. Te verschijnen in: Applied Economics Letters.

Blanchflower, D.G. & Oswald, A.J. (1994). The Wage Curve. Boston: MIT Press.

Clark, A.E., Knabe, A., & Rätzel, S. (2010). ‘Boon or bane? Others’ unemployment, well-being

and job insecurity’. Labour Economics, 17: 52-61.

Clark, A.E. (2003). ‘Unemployment as a social norm: Psychological evidence from panel data’.

Journal of Labor Economics, 21: 323-351.

Clark, A.E., Georgellis, Y., & Sanfey, P. (2001). ‘Scarring: the psychological impact of past

unemployment’. Economica, 68: 221-241.

Clark, A.E. & Oswald, A.J. (1994). ‘Unhappiness and unemployment’. The Economic Journal,

104: 648-659.

Di Tella, R., MacCulloch, R.J., & Oswald, A.J. (2003). ‘The macroeconomics of happiness’. The

Review of Economics and Statistics, 8: 335-341.

Frey, B.S. (2007). Happiness: A Revolution in Economics. Boston: MIT Press.

Fugate, M., Kinicki, A.J, & Asforth, B.E. (2004), ‘Employability: A psycho-social construct, its

dimensions, and applications’. Journal of Vocational Behavior, 65: 14-38.

Gallie, D. & Russell, H. (1998), ‘Unemployment and life satisfaction: A cross-cultural

comparison’. European Journal of Sociology, 39: 248-280.

Green, F. (2011). ‘Unpacking the misery multiplier: how employability modifies the impact

of unemployment and job security on life satisfaction and mental health’. Journal of

Health Economics, 30: 265-276.

Hetschko, C., Knabe, A. & Schöb, R. (2014), ‘Changing identity: retiring from unemployment’.

Page 25: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

159

Referenties

The Economic Journal, 124: 149-166.

Luechinger, S., Meier, S., & Stutzer, A. (2010). ‘Why does unemployment hurt the employed?

Evidence from the life satisfaction gap between the public and the private sector’. Journal

of Human Resources, 45: 998-1045.

Näswall, K. & de Witte, H. (2003). ‘Who feels insecure in Europe? Predicting job insecurity

from background variables’. Economic and Industrial Democracy, 24: 187-213.

Knabe, A., Rätzel, S., Schöb, R., & Weimann, J. (2010). ‘Dissatisfied with life but having a good

day: time-use and well-being of the unemployed’. The Economic Journal, 120: 867-889.

Veenhoven, R. (2014a). Trends in Nations: Data File to be Used for the Trend Analysis of

Happiness in Nations. World Database of Happiness, Erasmus Happiness Economics

Research Organisation.

Veenhoven, R. (2014b). States of Nations: Data File to be Used for the Cross-National Analysis

of Happiness. World Database of Happiness, Erasmus Happiness Economics Research

Organisation.

Veenhoven, R. & Hagenaars, A. (1989). ‘Introduction’: 1-23, in: Veenhoven, R. (ed.) Did the

crisis really hurt? Effects of the 1980-1982 economic recession. Rotterdam: University

Press Rotterdam.

Winkelmann, L. & Winkelmann, R. (1998). ‘Why are the unemployed so unhappy? Evidence

from panel data’. Economica, 65: 1-15.

HOOFDSTUK 8: ONDERNEMERSCHAP EN GELUK

Peter van der Zwan en Jolanda Hessels

Alesina, A., Di Tella, T., & MacCulloch, R. (2004). ‘Inequality and happiness: Are Europeans

and Americans different?’ Journal of Public Economics, 88(9): 2009-2042.

Andersson, P. (2008). ‘Happiness and health: Well-being among the self-employed’. Journal

of Socio-Economics, 37(1): 213-236.

Baron, R.A., Franklin, R.J. & Hmieleski, K.M. (2013). ‘Why entrepreneurs often experience

low, not high levels of stress. The joint effects of selection and psychological capital’.

Journal of Management, Published online, doi: 10.1177/0149206313495411.

Benz, M. & Frey, B.S. (2004). ‘Being independent raises happiness at work’. Swedish Economic

Policy Review, 11(2): 95-134.

Benz, M. & Frey, B.S. (2008). ‘Being independent is a great thing: Subjective evaluations of

self-employment and hierarchy’. Economica, 75(298): 362-383.

Page 26: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

160

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

Binder, M. & Coad, A. (2013). ‘Life satisfaction and self-employment: A matching approach’.

Small Business Economics, 40: 1009-1033.

Blanchflower, D.G. & Oswald, A.J. (1998). ‘What makes an entrepreneur?’ Journal of Labor

Economics, 16(1): 26-60.

Carree, M.A. & Verheul, I. (2012). ‘What makes entrepreneurs happy? Determinants of

satisfaction among founders’. Journal of Happiness Studies, 13(2): 371-387.

Carter, S. (2011). ‘The rewards of entrepreneurship: Exploring the incomes, wealth, and

economic well-being of entrepreneurial households’. Entrepreneurship Theory and

Practice, 35(1): 39-55.

Diener, E.D., Emmons R.A., Larsen, R.J., & Griffin, S. (1985). ‘The satisfaction with life scale’.

Journal of Personality Assessment, 49(1): 71-75.

Erdogan, B., Bauer, T.N., Truxillo, D.M., & Mansfield, L.R. (2012). ‘Whistle while you work. A

review of the life satisfaction literature’. Journal of Management, 38(4): 1038-1083.

Fuchs-Schündeln, N. (2009). ‘On preferences for being self-employed’. Journal of Economic

Behavior & Organization, 71(2): 162-171.

Hundley, G. (2001). ‘Why and when are the self-employed more satisfied with their work?’

Industrial Relations, 40(2): 293-316.

Hyytinen, A. & Ruuskanen, O.P. (2007). ‘Time use of the self-employed’. Kyklos, 60(1): 105-122.

Lange, T. (2012). ‘Job satisfaction and self-employment: Autonomy or personality?’. Small

Business Economics, 38(2): 165-177.

Millán, J.M., Hessels J., Thurik, R. & Aguado, R. (2013). ‘Determinants of job satisfaction:

A European comparison of self-employed and paid employees’. Small Business Economics,

40(3): 651-670.

Nunnally, J.C. (1978). Psychometric Theory. 2nd ed. New York: McGraw-Hill. Parasuraman,

S. & Simmers, C.A. (2001). ‘Type of employment, work-family conflict and well being: A

comparative study’. Journal of Organizational Behavior, 22(5): 551-568.

Schjoedt, L. (2009). ‘Entrepreneurial job characteristics: An examination of their effect on

entrepreneurial satisfaction’. Entrepreneurship Theory and Practice, 33(3): 619-644.

Valcour, M. (2007). ‘Work-based resources as moderators of the relationship between work

hours and satisfaction with work-family balance’. Journal of Applied Psychology, 92(6):

1512-1523.

Van der Zwan, P., Hessels, J., Hoogendoorn, B. & de Vries, N. (2013). Global Entrepreneurship

Page 27: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

161

Referenties

Monitor The Netherlands 2012. Panteia Research Report H201314, beschikbaar via www.

ondernemerschap.nl.

HOOFDSTUK 9: ZINGEVING, MAATSCHAPPELIJKE RELEVANTIE EN GELUK BINNEN

ONDERNEMINGEN

Guy van Liemt

Bains, G. (2007). Meaning Inc. – The blueprint for success in the 21st century. Profile Books Ltd.

Banning, C. & Rijlaarsdam, B. (2013). ‘Er is een tekort aan bomen en een tekort aan leiders’.

Interview met Paul Polman. NRC Handelsblad Weekend, 28 december 2013.

Baumeister, R. F., Vohs, K. D., Aaker, J. L., & Garbinsky, E.N. (2013). ‘Some Key Differences

between a Happy Life and a Meaningful Life’. The Journal of Positive Psychology, special

Issue: Positive Psychology in Search for Meaning.

Christensen, C. M., Allworth, J., & Dillon, K. (2012). How Will You Measure Your Life? Finding

Fulfillment Using Lessons From Some of the World’s Greatest Businesses. San Francisco:

HarperCollins Publishers Inc.

De Blot, P.S.J. (2011). Business Spiritualiteit / Versie 2.0 – Een vernieuwingsmodel voor

organisaties in een crisis, een eerste kennnismaking. Nyenrode Academic Press.

De Geus, A. (1997), De levende onderneming – Over leven en leren in een turbulente omgeving.

Scriptum Management.

Edelman (2012). ‘Edelman goodpurpose Study’, Global Consumer Survey, Edelman Insights,

April 2012.

Edelman (2014). ‘Global Brand Purpose Research’, for World Federation of Advertisers (WFA),

March 2014

Elkington, J. (1997). Cannibals with Forks, The Triple Bottom Line of 21st Century Business.

Gabriola, BC: New Society Publishers.

Grant, A. M. (2013). Give and Take – The Hidden Social Dynamics of Success. Viking, Penguin

Group.

Hsieh, T. (2010). Delivering Happiness – A Path to Profits, Passion and Purpose. Little, Brown

& Company.

Jones, D. (2012). Who Cares Wins – Why good business is better business. Pearson Education.

Kaku, R. (1997). ‘The Path of Kyosei’. Harvard Business Review, July 1997.

Kotler, P., Katajaya, H., & Setiawan, I. (2010). Marketing 3.0 – From Products to Customers to the

Page 28: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

162

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

Human Spirit. John Wiley & Sons.

Kurtzman, J.(2010). Common Purpose – How Great Leaders get Organizations to Achieve the

Extraordinary. Jossey-Bass.

Mackey, J. & Sisodia, R. (2014). Conscious Capitalism - Liberating The Heroic Spirit of Business.

Harvard Business Review Press.

Mainwaring, S. (2011). WE First – How Brands and Consumers Use Social Media to Build a Better

World. Palgrave Macmillan.

Pink, D. (2009). ‘The puzzle of motivation’. Presentatie tijdens TED Global bijeenkomst, Oxford

(Engeland), juli 2009.

Pink, D. (2011). Drive – The Surprising Truth About What Motivates Us. Canongate Books.

Porter, M. E. & Kramer, M. (2011). ‘The Big Idea: Creating Shared Value’. Harvard Business

Review, January-February 2011.

Reiman, J. (2013). The Story of Purpose – The Path to Creating a Brighter Brand, a Greater

Company, and a Lasting Legacy. John Wiley & Sons, Inc.

RKK. (2013). ‘Urbi et Orbi’, Eerste Paasdag, 31 maart 2013.

Russo, M. V., (2010). Companies on a Mission – Entrepreneurial Strategies for Growing

Sustainably, Responsibly, and Profitably. Stanford University Press.

Schultz, H. (2011). ‘Invest in Communities to Advance Capitalism’. HBR Blog Network, 17

October 2011.

Seligman. M.E.P. (2004). ‘The new era of positive psychology’. Presentatie tijdens TEDx

bijeenkomst, Monterrey (California), February 2004.

Sinek, S. (2010). ‘How Great Leaders Inspire Action’. Presentatie tijdens TEDx bijeenkomst,

Puget Sound (Washington), September 2010.

Sisodia, R., Sheth J., & Wolfe, D.B. (2007). Firms of Endearment – How World-Class Companies

Profit from Passion and Purpose. Pearson Education.

Spence Jr, R. (2009). It’s not what you sell, it’s what you stand for – Why every extraordinary

business is driven by purpose. Kindle.

Stengel, J. (2012). Grow – How Ideals Power Growth and Profit at the World’s 50 Greatest

Companies. Ebury Press.

Vaynerchuk, G. (2011). The Thank You Economy. HarperCollins Publishers Inc.

Ware, B. (2011). The Top Five Regrets of the Dying. Hay House Australia Pty. Ltd.

Page 29: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

163

Referenties

Wennekes, W. (1993). De Aartsvaders. Uitgeverij Atlas.

Woerde, M. (2011). How Advertising Will Heal the World and Your Business. Free Musketeers.

HOOFDSTUK 10: VAN EEN BUSINESS CASE VOOR GELUK NAAR EEN GELUKSCASE VOOR

BUSINESS

Maurits Bruel

Berle, A. A. & Means, G.C. (1932). The Modern Corporation and Private Property. New York: The

Macmillan Company.

Collins, J.C. & Porras, J.I. (1994). Built to Last. Successful Habits of Visionary Companies. New

York: HarperBusiness.

Friedman, M. (1962). Capitalism and Freedom. Chicago: University of Chicago Press.

Jensen, M.C. & Meckling, W. H. (1976). ‘Theory of the firm: Managerial behavior, agency costs

and ownership structure’. Journal of Financial Economics 3(4): 305-360.

Kahneman, D. (2003). ‘A perspective on judgment and choice: Mapping bounded rationality’.

American Psychologist, 58(9): 697-720.

Ott, J.C. (2012), An Eye on Happiness. Den Haag: Proefschrift Erasmus Universiteit Rotterdam.

Simons, H.A. (1991). ‘Bounded Rationality and Organizational Learning’. Organization Science,

2(1): 125-134.

Veenhoven, R. (2002). Leefbaarheid van landen. Oratie Universiteit Utrecht.

HOOFDSTUK 12: DE GELUKSWIJZER: INSTRUMENT VOOR WERKEN AAN GELUK

Ruut Veenhoven

Bakker, A. B., Demerouti, E., Oerlemans, W. G. M., & Sonnentag, S. (2013). Workaholism

and daily recovery: A day reconstruction study of leisure activities, Journal of Organizational

Behavior, 34, 87–107

Bakker, A., Oerlemans, W., & Veenhoven, R. The Happiness Indicator: Combination of a self

help website and a scientific follow-up study. Rotterdam: Erasmus Universiteit Leiden.

Frey, B. S. & Stutzer, A. (2004). Economic Consequences of Mispredicting Utility. Zürich,

Switserland: Institute for Emperical Research in Economics.

Gilbert, D. T. (2005). Stumbling on Happiness. New York, NY: Vintage Books.

Grinde, B. (2002). Happiness in the Perspective of Evolutionary Psychology. Journal of

Happiness Studies, 3, 331 – 354.

Page 30: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

164

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

Oerlemans, W. G. M., & Bakker, A. B. (2013). Capturing the moment in the workplace: Two

methods to study momentary subjective well-being. In A. B. Bakker (Ed.), Advances in Positive

Organizational Psychology (Vol. 1; pp. 329-346). Bingley, UK: Emerald.

Oerlemans, W. & Veenhoven R. (2011). Geluksgevoel in Nederlandse provincies: Oktober 2010

tot en met februari 2011. Voortgangsrapport Gelukswijzer. Rotterdam, Nederland: Erasmus

Universiteit Rotterdam.

Wilson, T. D., Gilbert, D. T., & Meyers, J. (2003). How happy was I, anyway?” A retrospective

impact bias. Social Cognition, 6, 421 – 446.

HOOFDSTUK 13: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? HET EFFECT

VAN INZICHT IN EIGEN GELUK OP DE MATE VAN GELUK

Wido Oerlemans, Arnold Bakker en Ruut Veenhoven

Bakker, A.B., Demerouti, E., Oerlemans, W.G.M. & Sonnentag, S. (2013). ‘Workaholism and

daily recovery: A day reconstruction study of leisure activities’. Journal of Organizational

Behavior, 34: 87-107.

Bakker, A.B. & Oerlemans, W.G.M. (2011), ‘Subjective well-being in organizations’: 178-189,

in: Cameron, K.S. & Spreitzer, G.M. (Eds.), The Oxford Handbook of Positive Organizational

Scholarship. New York: Oxford University Press.

Cummins, R.A. (2010). ‘Subjective Wellbeing, Homeostatically Protected Mood and

Depression: A Synthesis’. Journal of Happiness Studies, 11: 1-17.

Frey, B.S. & Stutzer, A. (2004). Economic Consequences of Mispredicting Utility.

Institute for Emperical Research in Economics, Zürich, Switzerland.

Fujiwara, D., Kudrna, L. & Dolan, P. (2014). Quantifying and valuing the wellbeing impacts

of culture and sports. Working paper UK Department of Culture and Sports. Available

at:https://www.gov.uk/government/uploads/system/uploads/attachment_data/file/

304899/Quantifying_and_valuing_the_wellbeing_impacts_of_sport_and_culture.pdf

Gilbert, D.T. (2005). Stumbling on Happiness. New York: Vintage Books.

Grinde, B. (2002). ‘Happiness in the Perspective of Evolutionary Psychology’. Journal of

Happiness Studies, 3: 331-354.

Hawkins, D.N. & Booth, A. (2005). ‘Unhappily Ever After: Effects of Long-Term, Low-

Quality Marriages on Well-Being’. Social Forces, 84: 451-471.

Hox , J. J. (2002). Multilevel analysis, techniques and applications. Mahwah, NJ: Lawrence

Erlbaum Associates.

Page 31: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

165

Referenties

Kahneman, D., Krueger, A.B., Schkade, D.A., Schwarz, N. & Stone, A.A. (2004). ‘A Survey

Method for Characterizing Daily Life Experience: The Day Reconstruction Method’.

Science, 306: 1776-1780.

Lyubomirsky, S., King, L., & Diener, E. (2005), ‘The benefits of frequent positive affect: Does

happiness lead to success?’ Psychological Bulletin, 6: 803-855.

Meyers, M.C., van Woerkom, M., & Bakker, A.B. (2013). ‘The added value of the positive: A

literature review of positive psychology interventions in organizations’. European Journal

of Work and Organizational Psychology, 22: 618–632.

Oerlemans, W.G.M. & Bakker, A.B. (2014). ‘Burnout and daily recovery: A day reconstruction

study’. Journal of Occupational Health Psychology, 19: 303-314.

Oerlemans, W.G.M. & Bakker, A.B. (2014). ‘Why extraverts are happier: A day reconstruction

Study’. Journal of Research in Personality, 50: 11-22.

Oerlemans, W.G.M., Bakker, A.B. & Demerouti, E. (2014). ‘How feeling happy during off-job

activities helps successful recovery from work: A day reconstruction study’. Work &

Stress, 28: 198-216.

Oerlemans, W.G.M. & Bakker, A.B. (2013). ‘Capturing the moment in the workplace: Two

methods to study momentary subjective well-being’: 329-346, in: Bakker, A.B. (Ed.),

Advances in Positive Organizational Psychology (Vol. 1). Bingley, UK: Emerald.

Seligman, M.E.P., Steen, T. A., Park, N., & Peterson, C. (2005). ‘Positive psychology

progress: Empirical validation of interventions’. American Psychologist, 60: 410-421.

Sheldon, K.M. & Lyubomirsky, S. (2007). ‘Is it Possible to Become Happier? (And if so, how?)’.

Social and Personality Psychology Compass, 1: 129-145.

Van Herpen, S.G.A. & Vermeulen-Kerstens, L.M. (2008). De levensstijl van vijftig- plussers.

Tussenrapportage najaar 2008. Erasmus Universiteit Rotterdam: Risbo Research.

Van Landighem, B. (2012), Panel conditioning and self-reported satisfaction: Evidence from

international panel data and repeated cross-sections. SOEP papers no. 484. Berlin: DIW.

Veenhoven, R. (1984). Conditions of Happiness. Dordrecht: Reidel.

Veenhoven, R. (2008). ‘Healthy happiness: Effects of happiness on physical health and the

consequences for preventive health care’. Journal of Happiness Studies, 9: 449-464.

Veenhoven, R. (2009). ‘How do we assess how happy we are?’: 45-69, in: Dutt, A.K. & Radcliff,

B. (Eds.) Happiness, Economics and Politics: Towards a multi-disciplinary approach.

Cheltenham, UK: Edward Elger Publishers.

Page 32: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

166

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

Veenhoven, R. (2014). World Database of Happiness, Archive of research findings on subjective

enjoyment of life. Erasmus University Rotterdam, Erasmus Happiness Economics

Research Organization. Available at http://worlddatabaseofhappiness.eur.nl,

a: Correlational Findings on Happiness and Therapy (subject section T2)

b: Correlational findings on Happiness and Marital Status (subject section M2).

Wilson, T.D., Gilbert, D.T. & Meyers, J. (2003). ‘How happy was I, anyway? A retrospective

impact bias’. Social Cognition, 6: 421-446.

Wrzesniewski, A., & Dutton, J.E. (2001), ‘Crafting a job: Revisioning employees as active

crafters of their work’. Academy of Management Review, 26: 179-201.

Page 33: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

167

Over SMO

STICHTING MAATSCHAPPIJ EN ONDERNEMING

SMO is de denktank voor Nederland sinds 1968. De stichting stelt zich ten doel

de dialoog tussen bedrijfsleven en samenleving te initiëren en te stimuleren. SMO

vertaalt inzichten uit wetenschappelijk onderzoek enerzijds en expertise uit het

bedrijfsleven anderzijds naar begrijpelijke en goed toepasbare informatie.

SMO beschikt over diverse instrumenten die zij kan inzetten bij het verspreiden van

inzichten, kennis en ervaringen. Deze kennis kan bijdragen aan een onderbouwde

adressering van zowel huidige als toekomstige vraagstukken. Naast deze

verspreiding van kennis, bevordert en faciliteert SMO ook de ontwikkeling van

nieuwe inzichten. Het inzetten van deze instrumenten en haar eigen netwerk stelt

SMO in staat ondernemingen te attenderen op kansen en bedreigingen als gevolg

van een veranderende context. De academische waarden en expertise die hierbij

centraal staan worden bewaakt door het bestuur en het curatorium van SMO.

CURATORIUM

Het curatorium van Stichting Maatschappij en Onderneming houdt toezicht op de

wetenschappelijke kwaliteit van de publicaties. Het curatorium bestaat uit: drs.

J.L.M. de Jong, prof. dr. C.W.A.M. van Paridon, prof. mr. C.E. du Perron, prof. dr. J.B.

Rijsman, prof. dr. J. Strikwerda en dr. K Wiedhaup.

Deze publicatie is tot stand gekomen onder leiding van de directeur van het bureau:

H. Halbe MSc.

Page 34: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

168

Over de auteurs

Prof.dr. Ruut Veenhoven is socioloog. Hij is emeritus

hoogleraar ‘Sociale condities voor menselijk geluk’ aan

de Erasmus Universiteit Rotterdam en is daar momenteel

werkzaam bij de Erasmus Happiness Economics research

Organization. Veenhoven is ook bijzonder hoogleraar aan

de North-West University in Zuid Afrika. In zijn onderzoek

zoekt hij antwoord op de vraag hoe groter geluk voor een

groter aantal bewerkstelligd kan worden, zowel in publiek

beleid als in private levenskeuzes. Veenhoven is directeur

van de World Database of Happiness en redacteur van de

Journal of Happiness Studies.

Drs. Efstratia Arampatzi studeerde Internationale

en Europese studies aan de University of Macedonia

en Economie aan de Erasmus School of Economics.

Momenteel is zij werkzaam als promovenda bij de

Erasmus Happiness Economics Research Organisation.

Haar onderzoeksinteresses liggen op het vlak van geluk in

tijden van economische crisis, werk en geluk, alsmede het

gebruik van sociale media en geluk.

Drs. Maurits Bruel is bedrijfskundige met een brede

achtergrond en ervaring. Hij verwierf bekendheid in 1998

met het boek “De Geluksfabriek, over het binden en

boeien van mensen in organisaties”. Hij is oprichter van

het gelijknamige adviesbureau en Academic Director bij

de Erasmus Universiteit (ESAA/EHERO) van het executive

programma “Het Rendement van Geluk”. Naast geluk richt

hij zich op de advisering van grotere familiebedrijven op het

gebied van goed bestuur, opvolging en familiewaarden. Hij

schreef boeken en artikelen over diverse onderwerpen en

woonde en werkte in Nederland, Frankrijk en de VS.

Page 35: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

169

Over de auteurs

Prof.dr. Arnold Bakker is hoogleraar Arbeids- en Organi-

satiepsychologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam,

Adjunct professor aan de Lingnan University in Hong

Kong, en Past President van de European Association of

Work and Organizational Psychology. Volgens Thomson

Reuters behoort Bakker tot de meest invloedrijke

wetenschappers ter wereld van het laatste decennium – hij

werd in 2014 opgenomen in de lijst van “Most influential

scientific minds”. Hij is vooral bekend van zijn onderzoek

op het gebied van de positieve organisatie psychologie

(bevlogenheid, werkgeluk) en het Job Demands–Resources

(JD-R) model. Zijn artikelen zijn o.a. gepubliceerd in

American Psychologist, Journal of Applied Psychology,

Current Directions in Psychological Science, en Journal

of Organizational Behavior. Bakker is editor van de serie

“Current issues in Work and Organizational Psychology”,

en van “Advances in Positive Organizational Psychology”.

Meer informatie: www.arnoldbakker.com.

Dr. Wido Oerlemans promoveerde in 2009 aan de

Universiteit Utrecht op het onderwerp etnische diversiteit

in organisaties. Op dit moment is hij als postdoc

onderzoeker werkzaam binnen de vakgroep Arbeid en

Organisatie Psychologie van de Erasmus Universiteit

Rotterdam. Oerlemans is betrokken bij een grootschalig

en langlopend follow-up onderzoek naar geluk, getiteld

“De GeluksWijzer” (2009-2014). Dit project zal uitwijzen

wat voor leefstijl en levenskeuzen van belang zijn voor

geluk en gezondheid. Daarnaast houdt hij zich bezig met

subjectief welbevinden in organisaties, waarbij hij onder

andere onderzoek doet naar geluk, bevlogenheid, burn-out

en herstel onder werknemers.

Page 36: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

170

Over de auteurs

Dr. Martijn Burger is wetenschappelijk directeur bij de

Erasmus Happiness Economics Research Organisation

en universitair docent industriële en regionale economie

aan de Erasmus School of Economics. Het meeste van

zijn onderzoek richt zich op stedelijke en regionale

ongelijkheid in welvaart en geluk, mondialisering en geluk

en institutionele en sociale condities voor economische

ontwikkeling.

Prof.dr. Harry Commandeur is hoogleraar Industriële

Economie en Bedrijfshuishoudkunde bij Toegepaste

Economie aan de Erasmus School of Economics van de

Erasmus Universiteit Rotterdam. Voorts bekleedt hij de dr.

F.J.D. Goldschmeding-leerstoel aan Universiteit Nyenrode

(Center for Marketing & Supply Chain Management),

leeropdracht Economics for Increasing Returns. Tevens is

hij verbonden aan het Instituut voor Beleid & Management

Gezondheidszorg (iBMG/Erasmus Medisch Centrum).

Daarnaast is hij algemeen directeur van de Erasmus

Universiteit Holding en bekleedt hij toezichthoudende

functies in profit- en non-profitorganisaties. Van 2003 t/m

2006 was hij decaan van Erasmus School of Economics.

Zijn meest recente interessegebieden zijn o.a. Geestrijke

Economie en Economie & Happiness.

Ir. Jacobine Das Gupta-Mannak is ‘Corporate Sustaina-

bility Manager’ bij DSM en verantwoordelijk voor het

meetbaar maken en aansturen van sociale innovatie.

Zij bouwt hierbij voort op werkervaring in Nederland en

Frankrijk op de gebieden van sociaal wetenschappelijk

onderzoek, marketing, productontwikkeling en duurzaam-

heid. Regelmatig publiceert Das Gupta artikelen en geeft

gastcolleges. Haar boek ‘Your customers want your

products to be green’ verscheen in 2011 met Europese case

studies van duurzame innovatie.

Page 37: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

171

Over de auteurs

Prof.dr. Paul van Geest is hoogleraar kerkgeschiedenis en

geschiedenis van de theologie aan Tilburg University (TiU)

en bijzonder hoogleraar Augustijnse Studies aan de VU.

Hij is vice-decaan van de Tilburg School of Theology en

directeur van het Centrum voor Patristisch Onderzoek van

VU en TiU (CPO). Daarnaast is hij als expert opgenomen

op de lijst van deskundigen van de Congregatie voor de

Geloofsleer van de Heilige Stoel (Vaticaan), editor van

o.m. Brill’s Encyclopedia of Early Christianity (Leiden), Late

Antique History and Religion (Leuven) en Augustiniana (L) en

voorzitter van Christendemocratische Verkenningen. Tot zijn

meest recente boeken behoren [met. V. Hunink], Met zachte

hand. Augustinus over dwang in kerk en maatschappij [brief

185].(Damon: Budel 2012); The Incomprehensibility of God.

Augustine as a Negative Theologian. (Leuven: Peeters, 2011).

Ir. Jos van Haastrecht is bij DSM Corporate verantwoordelijk

voor de wereldwijde branding. Hij begon zijn carrière

in verschillende posities bij internationale uitgeverijen.

Hierna is hij in 1998 begonnen als hoofdverantwoordelijke

voor de globale communicatie bij Gist-brocades, een

Nederlands biotechbedrijf. Bij DSM heeft hij de afgelopen

5 jaar de leiding gehad over de herpositionering van het

merk DSM.

Drs. Martijn Hendriks is promovendus aan de Erasmus

School of Economics, Erasmus Universiteit Rotterdam

en is geaffilieerd aan de Erasmus Happiness Economics

Research Organisation (EHERO). Zijn onderzoek richt zich

op geluk en met name op geluk bij arbeidsmigranten.

Daarnaast is hij adviseur bij de start-up van de ‘happiness

research organisation’.

Page 38: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

172

Dr. Jolanda Hessels is assistant professor aan het

departement Toegepaste Economie van de Erasmus School

of Economics aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Daarnaast is zij werkzaam als senior researcher/

consultant bij Panteia waar ze project director is van de

Global Entrepreneurship Monitor (GEM) voor Nederland.

Jolanda behaalde haar PhD in Economie aan de Erasmus

Universiteit Rotterdam. Ze is gelieerd met de Erasmus

Happiness Economics Research Organisation (EHERO).

Haar onderzoek richt zich mede op arbeidsmarktkeuzes in

relatie tot levens- en werktevredenheid, de rol van directe

buitenlandse investeringen als bron voor kennisoverdracht

en de relatie tussen ondernemerschap, instituties en

economische ontwikkeling.

Drs. Guy van Liemt RM is program director bij de Erasmus

Happiness Economics Research Organization (EHERO)

en executive director van de ESAA Happiness Economics

Executive Programs. Nadat hij de studie Bedrijfseconomie

aan de EUR had afgerond, liep hij internationale stages

voor Shell in Kaapstad en Unilever in Sydney. Vervolgens

was hij onder meer bij Procter & Gamble werkzaam in

diverse brand managementposities. Guy is ook actief

als adviseur strategische marketing, communicatie en

branding en als docent en trainer bij diverse marketing-,

marketingcommunicatie- en merkgerichte opleidingen. Hij

is gecertificeerd Register Marketeer, Qualified Marketing

Auditor, lid van de NIMA-programmaraad en jurylid van de

NIMA Marketing Company of the Year, en geeft regelmatig

lezingen voor organisaties over de rol van purpose en

zingeving in een bedrijfsmatige context.

Page 39: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

173

Prof.dr. Henk Volberda is hoogleraar Strategisch Manage-

ment & Ondernemingsbeleid en Director Knowledge Trans-

fer aan de Rotterdam School of Management, Erasmus

Universiteit. Tevens is hij wetenschappelijk directeur van

het topinstituut INSCOPE Research for Innovation. Hij

promoveerde cum laude aan de Faculteit Bedrijfskunde

van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij was visiting scholar

aan de Wharton School van de University of Pennsylvania

en aan de Cass Business School, London. Voor zijn

onderzoek op het gebied van organisatorische flexibiliteit

en strategische verandering ontving hij de prestigieuze

Igor Ansoff Strategic Management Award en de ERIM

Impact Award. In Management Team werd hij genoemd

als één van de belangrijkste Nederlandse internationale

managementgoeroes. Hij heeft gewerkt als adviseur voor

vele grote Europese ondernemingen en publiceerde in

diverse internationale tijdschriften.

Dr. Peter van der Zwan studeerde in 2007 cum laude af in

de econometrie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

In 2011 is hij in Rotterdam gepromoveerd op een

proefschrift dat op individueel niveau de determinanten

van toetreding tot en uittreding van ondernemerschap

onderzoekt. Momenteel concentreert zijn onderzoek zich

op ondernemerschap, werk en geluk. Peter is in dienst van

de Erasmus Universiteit Rotterdam als universitair docent

aan de Erasmus School of Economics en de Erasmus

Happiness Economics Research Organisation. Eerder had

Van der Zwan een aanstelling bij onderzoeksbureau Panteia

in Zoetermeer binnen de afdeling Strategisch Onderzoek.

Over de auteurs

Page 40: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

174

Page 41: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

175

SMO-publicaties

Ondernemen in transitie: Bedrijfstransities als innovatief model voor duurzaam

ondernemen

Prof.dr. Derk Loorbach, prof.dr.ir. Jan Rotmans en drs. Roebin Lijnis Huffenreuter

Deze tijd van grote sociale, economische en ecologische veranderingen vraagt van bedrijven,

in toenemende mate, flexibiliteit, veerkracht en innovatievermogen. Deze publicatie biedt een

nieuw perspectief voor bedrijven: hoe kan een bedrijf omgaan met de kansen en bedreigingen

die transities naar duurzaamheid met zich meebrengen? Transities veranderen bestaande

structuren en markten op disruptieve wijze in allerlei sectoren, zoals energie, bouw, water-

en afvalbeheer, chemie, zorg, welzijn en landbouw. Bedrijven kunnen slim inspelen op deze

transities door zich te richten op het creëren van toegevoegde waarde middels nieuwe vormen

van ondernemen. Dit vraagt voor bedrijven in de praktijk vaak om het heruitvinden van hun

eigen core-business, structuur, routines en interne bedrijfscultuur.

In ‘Ondernemen in transitie’ bieden Derk Loorbach, Jan Rotmans en Roebin Lijnis Huffenreuter

van het Dutch Research Institute for Transitions (DRIFT) verbonden aan de Erasmus

Universiteit Rotterdam een unieke aanpak voor deze bedrijfstransities. Zij presenteren hier

een innovatieve methode gebaseerd op de aanpak van Transitiemanagement, die zich heeft

ontwikkeld vanuit de wetenschap en de praktijk. Deze aanpak is speciaal voor bedrijven die de

slag willen maken van het reduceren van een negatieve impact door duurzaam ondernemen,

naar het creëren van een positieve impact voor mens, milieu en economie.

2014-3 bestelnummer 0364 prijs � 19,95

___

Filantropie in Nederland

Prof. dr. Lucas Meijs

Filantropie is in Nederland big business. Uit het onderzoek ‘Geven in Nederland’ van de

Vrije Universiteit blijkt dat er 4,3 miljard euro per jaar in omgaat. Het is privaat geld dat in

de breedste zin van het woord bedoeld is voor het algemeen nut. Individuen, huishoudens,

fondsen, loterijen en bedrijven dragen op die manier in royale mate bij aan allerlei

maatschappelijke en goede doelen. Nederlanders stellen niet alleen geld ter beschikking,

net zo essentieel is de tijd die ze erin steken.

Tijd en geld zijn de cruciale aspecten die centraal staan in deze publicatie, die tot stand

gekomen is op aandragen van Vereniging NOV en Gilde Nederland. Wat is vrijwilligerswerk

nou eigenlijk? En wat kunnen ondernemers er mee? De economische en maatschappelijke

betekenis van vrijwilligerswerk is grotendeels nog onbekend en onbenut. Dat terwijl

Page 42: WORDEN MENSEN GELUKKIGER VAN DE GELUKSWIJZER? · hun geluk, waardoor ze wel optimale keuzen kunnen maken. Voor meer informatie over de techniek van de GeluksWijzer verwijzen we naar

Het rendement van geluk: Inzichten uit wetenschap en praktijk

176

vrijwilligerswerk een grotere economische en maatschappelijke rol moeten gaan spelen

dan we waarschijnlijk denken. Deze publicatie maakt duidelijk wat de rol van filantropie en

vrijwilligerswerk is in de huidige samenleving en hoe we deze krachten kunnen gebruiken in

de opbouw van de participatiesamenleving.

2014-2 bestelnummer 0363 prijs � 19,95

___

De toekomst van het Nederlands verdienmodel: Ondernemers en wetenschappers over de

lerende economie

Prof.dr. Hans Strikwerda

In de afgelopen halve eeuw ontwikkelde Nederland zich op meerdere fronten door gestage

economische groei van middenmoter tot Europese koploper. De welvaart nam toe, net als de

productiviteit en de arbeidsparticipatie. De blik op het verleden kan stemmen tot tevredenheid,

maar met de opkomst van andere continenten en snel veranderende omstandigheden

is er visie op de toekomst nodig. In het rapport Naar een lerende economie ontvouwt de

Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) deze visie.

In deze publicatie van Stichting Maatschappij en Onderneming (SMO) reageren ondernemers

en wetenschappers op het WRR-rapport en kijken zij ook vooruit. Ze schetsen een inrichting

van de economie waarin weinig bij het oude blijft, omdat onderwijs, bedrijfsleven en

bestaande instituties op een nieuwe leest geschoeid worden. De auteurs hanteren ieder een

ander recept, maar de uitkomst is in alle gevallen een wendbare economie, drijvend op kennis

en innovatie. Ze presenteren in deze publicatie grensverleggende ideeën die ertoe leiden dat

Nederland de toekomstige wereldwijde concurrentie aan zal kunnen.

2014-1 bestelnummer 0362 prijs � 19,95

___

Voor een volledig overzicht van de SMO-publicaties, zie www.smo.nl.