Werknemer en toekomst

download Werknemer en toekomst

of 48

Transcript of Werknemer en toekomst

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    1/48

    o.:

    WERKNEMERen

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    2/48

    VAN WIEN, VOOR WIEN EN WAAROM?De schrijver van deze brochure behoort zelf door ge-boorte en maatschappelijke positie tot de arbeidersklasse.

    Sterke banden, nog versterkt door jarenlange, zij het be-scheiden werkzaamheid in de arbeidersbeweging, verbin-den hem met de werkers. Hun welzijn, stoffelijk en gees-telijk gaat hem boven alles ter harte. Juist daarom voelthij zich door de gang van zaken tijdens d$ laatste jarenvr, maar vooral door de ervaringen gedurende dezeoorlog, gedrongen, openhartig en eerlijk (zij het helaasanoniem) tot zijn medearbeiders te spreken.'De bedoeling is niet in de eerste plaats om te getuigenvoor bepaalde denkbeelden, waartoe ds schrijver zelf ge-komen is, al zal dat zeker niet achterwege blijven. Ditgeschrift wil in de eerste plaats de werknemers prikkelentot nadenken, oproepen tot bezinning, wakker schuddenuit onverschilligheid, waartoe het oorlogsleed zovelen ge-bracht heeft, los te rukken uit de sleur van vroeger aan-gehangen opvattingen. En bovenal wil de samenstellervan dit geschrift ook in de arbeidersbevolking van onsvaderland iets wekken van de nieuwe gezindheid, welkein de toekomst nodig zal zijn, wil niet al het leed vandeze verschrikkelijke jaren tevergeefs geleden zijn.Al richt deze brochure zich dus vooral tot de werkne-mers, zo zou de schrijver zich niettemin gelukkig prijzen,indien zij ook Nederlanders uit andere kringen der bevol-king mocht bereiken en tot nadenken stemmen. ~

    I n t . I n t t t t u j U tSo c. Gos c h i eiiH .1! ;'Keizersgracht 26

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    3/48

    OORLOGSLEED.Er is in ons zwaar getroffen land welhaast geen gezin,geen familie, geen vriendenkring meer of zij gevoelt hetgemis van hen,>.die als gevangene, gijzelaar, krijgsgevan-gene of gedeporteerde voor arbeidsinzet of als Joods ban-neling ver van huis aan velerlei gevaren zijn blootgesteld.En, erger nog, velen betreuren: het onherstelbaar verliesvan hen, die voor de vuurpeletons, in de concentatiekam-pen, bij bombardementen of in de strijd, hier, in Indi alop zee hun leven lieten. Bij al dit leed verdwijnt de stof-felijke nood, waaronder wij allen al is het niet in ge-lijke mate gebukt gaan, bijna in het niet, al willen wijde verwoestende gevolgen van deze nood (ziekte, demo-ralisatie) zeker niet onderschatten. Hoe reageren wij op al dit leed, dat ons in de laatstejaren in zo overstelpende mate heeft getroffen?Er zijn er velen, die van al het leed van deze tijd nietsanders schijnen te merken, dan dat hun boterham thansminder dik gesmeerd is dan vroeger. Zij kankeren van devroege morgen tot ds late avond en wenden alle geoor-loofde en ongeoorloofde middelen aan om voor zich enhun gezin nog zoveel mogelijk voedsel te bemachtigen.Andere zorgen dan die voor hun maag' kennen deze lie-den niet. Veel gewetensbezwaren om anderen tekort tedoen evenmin. Helaas moeten we vaststellen, dat het aan-tal van hen, die zo handelden onder de werkrfemers zekerniet geringer is, dan onder de andere groepen van de be-volking.Er zijn er verder velen, vooral onder de arbeiders, die

    onder de zware druk van verdriet en stoffelijke nood, minof meer gevoelloos schijnen te worden voor alles,, wat erS

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    4/48

    om hen heen gebeurt, die alles maar laten zoals het komt.Zij hebben opgehouden na te denken over de oorzakenvan het leed, dat ons allen trof en over ds mogelijkhedenvan een betere toekomst. Wie zou hen daarover hard dur-ven vallen?? Het leed, dat een mensch te dragen krijgt,kan wel eens te zwaar worden. Toch moet het ronduitgezegd worden: wie zich blijvend door zijn verdriet laatbeheersen, schiet te kort. Wij mogen, wat zich om onsheen afspeelt, niet onverschillig langs ons heen latengaan. Ieder mens, ook de zwaarst getroffene, blijft verant-woordelijk voor wat hij doet of nalaat. En daarom: trachtboven Uw verdriet, Uw zorgen uit te komen, geeft U re-kenschap van wat er gebeurd is en nog gebeurt, helptwaar ge kunt en bovenal, laat ons samen proberen, uithet vreselijke lot, dat on volk trof, iets goeds voor detpe,komst, te leren.M en vindt, ook onder de werknemers, mensen, die heelanders reageren op het gebeuren van deze tijd. Zij heb-ben, en hadden reeds lang, hun gevestigd oordeel over allemaatschappelijke vraagstukken. Kr kan gebeuren wat wil,hun opvattingen, hun schema's, hun.... stokpaardjes zijnvoor nu en voor alls tijden onveranderlijk. Uit de gebeur-tenissen van de afgelopen jaren, hoe schokkend, hos alles-omverwerpend ook, trekken de hier bsdoelde mensen slechtsn conclusie:., zij hebben het altijd wel gezsgd'M! Voorzover deze houding alleen maar uit bekrompenheid enzucht tot gelijkhetaben voortkomt, is het een tamelijkhopeloos geval. Maar dsze houding wordt ook vaak onbe-wust en ongewild aangenomen, doordat men een grotemate van verknochtheid gevoelt jegens esn idee, een be-weging of leidende personen, die in het verleden een groteen vruchtdragende rol hebben gespeeld. Mocht dit ge-

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    5/48

    schriftje er in slagen, juis t deze ou de getrouwen" (diemen overigens ook wel onder jongeren aa ntre ft) eryan tete overtuigen, dat sommige opvattingen en denkschema'van vr 1940 niet meer passen zullen op de werkelijkeverhoudingen na deze oorlog, dan ware veel gewonnenTrouw, mits niet ontaardend in geestelijke verstarringis een kostbare eigenschap en wij kunnen niets beter^wengen, dan hen, die in sterke mate over deze eigenschapbeschikken, voor de nieuwe opbouw" van na ds oorlog tewinnen.ONS NEDERLANDERSCHAP IN DE BRANDING.

    Wanneer wij proberen ons rekenschap te geven van on-ze oorlogs- en bszettingservaringen, dan blijkt er n 'feitte zijn, dat voor verreweg de meeste Nederlanders alleandere verschijnselen overheerst: w ij zijn ons (weer ) vanons Neder lander schap bewust geworden .Op zichzelf is dat helemaal niets bijzonders. Wij zijnals volk aangevallen en overwonnen^ ons zelfstandigvolksbestaan staat op het spel, wij allen tezamen onder-gaan dit lot en voelen het als onrecht, wij komen in ver-zet. Dit verweer, deze gevoelens, zij zijn er en uiten zicheven onweerstaanbaar als de drang tot zelfbehoud bij hetindividu. Alle abstracte redenering ten spijt, zijn hetslechts kleine, verworden groepen, die zich, als een volkin nood verkeert, aan de werking van deze oerkrachtenweten te onttrekken.Bij elk volk, welks zelfstandig bestaan in gevaar komt,openbaren zich deze verschijnselen en in zoverre is denationale bewustwording in Nederland dus niets bijzonders"al is zij voor menigen Nederlander, die zichzelf toch wel

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    6/48

    heel erg internationaar'-georinteerd achtts (ook onderde wernemers waren er velen zo) wel een leerzame erva-ring geweest.Wel bijzonder lijkt ons, dat wij Nederlanders ons ookmeer dan voorheen bewust zijn geworden van de inhoudvan ons Nederlanderschap.Dat de Duitsers, zonder dat wij daartoe aanleiding had-den gegeven, in de nacht ons land zijn binnengevallen, isen blijft een wandaad en een ernstige schending van hetrecht. Maar daarbij hadden wij, Nederlanders, omdat wenu eenmaal nuchtere werkelijkheidsmensen zijn, die ooghebben voor politieke en strategische onvermijdelijkheden,,ons desnoods nog wel kunnen neerleggen. Dat de Duitsersechter hun macht als bezettingsoverheid misbruikten omons een gedachtenwereld op te dwingen, die strijdt metalles, wat ons volk aan zedelij,ke en geestelijke waardenbezit, dat wekt taai verzet, innerlijk en soms ook openlijk,bij allen, die zich echte Nederlanders voelen.Het is uiterst moeilijk, dat echt Nederlandse" onderwoorden te brengen. Het zit hem vooral hierin, gelovenwij, dat de grote meerderheid der Nederlanders er in grotetrekken een gezamenlijke en tamelijk eensluidende opvat-ting op nahoudt over de vraag, wat in het maatschappe-lijk en persoonlijk leven wel en niet bshoort" te gebeu-renj.. In de jaren voor de oorlog ging deze eenstemmig-heid aangaande de hoofdzaken' vaak schuil achter de me-ningsverschillen over detailkwesties (hos belangrijk somsook) en ook wel achter meningsverschillen van theologi-sche of theoretische aard.NEDERLANDSE WAARDEN.Wij zien als de voornaamste normen", waarnaar, krach-

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    7/48

    .

    tens de al of niet scherp bewuste opvatting van de ovweldigende meerderheid der Nederlanders, ons levenstaat, maatschappij, gezin enz. zich heeft te richten,:a. naastenliefde.b. gerechtigheid.c. verantwoordelijkheid.d. eerbiediging van de menselijke persoonlijkheid.e. principiele gelijkwaardigheid van alle mensen.Laat ons elkaar goed begrijpen. Niemand zal zo dwazijn, te beweren, dat alle Nederlanders overvloeien vliefde tot den naaste, strikt rechtvaardig zijn, zich altvan hun verantwoordelijkheid bewust enz. Ook wij, Nedlanders, zijn mensen; wien niets menselijks, dat wil o

    zeggen niets slschts vreemd is. Maar er leeft in ons votoch wel een gemeenschappelijk besef en het leefden leeft gelukkig nog', heel sterk in de besten onder o- dat de mens zijn naaste behoort lief te hebben, altrechtvaardig en waarheidlievend behoort te zijn, de psoonlijkheid van ieder ander behoort te respecteerem eDit gemeenschappelijk normbesef is de grond van ons vzet tegen'de Jodenvervolgingen, van onze afkeer van hleiders-beginsel, van onze ongevoeligheid voor de Nazi-prpaganda, van onze lachlust, als wij horen van Herrevolken.Dit gemeenschappelijk besef voor wat behoort" en wniet, heeft ook invloed gehad op ons volkskarakter. Oandere factoren hebb*n daarop ingewerkt, zoals onze gschiedenis en, onze aardrijkskundige en economische ostandigheden. Denk maar eens aan onze eeuwigdurenstrijd tegen en op het water sn, aan onze wereldhandelscheepvaart. Zo hebben zich een stuk of w.at typisch Nderlandse karaktereigenschappen gevormd niet alls ev7

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    8/48

    fraai, ongetwijfeld, maar wel echt-Nederlands; een, sterkevrijheids- en onafhankelijkheidszin, zekere koppigheid,nuchterheid, een neiging tot particularisme, tamelijk ster-ke gehechtheid aan stoffelijke welstand.W at maakt een groep mensen, die op oen bepaald grond-gebied tezamen wonen tot een volk"? Wat maakt in hetbijzonders de inwoners van de lage landen tot n Volk?Niemand zal ontkennen, dat de gezamenlijke afstamming(het ras) en dat de gezamenlijke lotgevallen in de historie(de lotsverbondenheid) hierbij een rol spelen. Maar vanveel groter betekenis achten wij de geestelijk-zedelijk^factoren, ons Nederlandse geestesmerk", ons volkskarak-ter. /Duistere machten uit het verleden, gehuld in een nieuwkleed, bedreigen dit geestelijk bezit van ons allen! Hoezouden wij ons dan niet opnieuw en dieper bewust wordenvan ons Nederlanderschap en er gelijk het oude Wilhel-mus zo schoon zegt niet lijf en goed altesamen" voorover hebben om het te verdedigen..Maar wat hiermee nu speciaal de werknemers te makenhebben? Vergissen wij ons niet, wanneer we zeggen, dater juist in onze kringen velen zijn geweest, die in en doordeze vreselijke tijd voor het eerst intens hebben gevoeld- en met welk een trots gevoeld dat zij niet, zoals zijvroeger wel eens geloofd hebben, buiten, maar dat zijmidden in deze nationale gemeenschap staan? Dat zij metalle vezelen van hun ziel daartoe behoren. Dat zij die Ne-derlanse volksgemeenschap met al haar tekortkomingenliefhebben, juist omdat zij in de eerste plaats een geeste-lijk-jzedelijke inhoud heeft.En nu de conclusie van deze beschouwing??Wel, die luidt, dat, hetgeen ons Nederlanders allen met8

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    9/48

    elkaar verbindt, van oneindig groter waarde is, clan wons scheidt!!WAT VERLOREN GING.

    Tal van instellingen in ons politieke en. maatschappeke leven trachtten iets van die gemeenschappelijk avaarde normen te verwezenlijken. Natuurlijk: trachttede mertsch is nu eenmaal niet volmaakt. Onze democraonze wetgeving, zij waarborgden aan een ieder een grmate van vrijheid, rechtszekerheid en rechtsgelijkheVervolgden en verdrukten vonden bij ons een toevlucOnze sociale wetten en instellingen waren een pogingook tegenover de economisch-zwakken sociale rechtvadigheid te betrachten en hun persoonlijkheid te eerbiegen. In onze belasting- en onderwijswetgeving vond mresds tal van elementen, die in dezelfde richting werktMoeten wij er nog eens aan toevoegen, dat het natuurlaltijd nog te weinig was, vergeleken bij wat gedaan hkunnen worden? En dat Nederland vooral op n punt,werkloosheid, tekort schoot.Vele van genoemde instellingen waren wij langzamhand als zo vanzelfsprekend gaan beschouwen, dat whaar bestaan nauwelijks meer opmerkten, laat staan wadeerden. Slechts haar eventuele tekortkomingen, critiseeden wij.Nu veel van dit alles is weggevaagd o in zijn tegendis omgezet, nu beseffen wij weer, welk een ontzaglijwaarde deze instellingen hadden. Nu zien wij weer klaen duidelijk, dat, wat ons verenigt, veel en veel meer waade heeft, dan wat ons van elkaar scheidt!

    9

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    10/48

    NATIONAAL EN INTERNATIONAAL.'Voor aen gedeelte van onze arbeidersbevolking wijbedoelen de aanhangers van de socialistische beweging inhaar verschillende schakeringen zit aan het hierboven

    behandelde nog een speciale kant. Het internationalismewas in die kringen altijd een sterk levende gedachte.Zijn nationaal en internationaal werkelijk tegenstellin-gen? Dat hangt er van af. Wanneer men met nationaalbesef de overspannen nationalistische gevoelens aanduidt,die sommige volkeren er toe brengen, te geloven, dat zijzelf in alls opzichten ver verheven zijn in aanleg hoeda-nigheden boven andere volkeren, dan sluit dit natuurl i jkelk eerlijk nationalisme uit. Het is echter juister in ditgeval van nationalistisch en niet van nationaal te spreken.Wanneer men aan de andere kant met internatinalis-me bedoelt, ds opvatting, dat alle volken en nationalitei-ten maar in n grote pot gestopt moeten worden, omdatnationaal bewustzijn niet anders is dan een burgerlijkvooroordeel eni de arbeiders niets anders te verliezenhebben dan hun ketenen", ja, dan is het internationalismevolkomen onverenigbaar met wezenlijk nationale saam-horigheid.

    Maar wie gelooft er na de ervaringen van deze oorlognog in zulke carieaturen? Wie in Nederland zou nog dur-ven beweren dat de arbeiders van Nederland met het ver-loren gaan van de zelfstandigheid van ons land nietsverloren" hebben? Men zou het den Nederlandsen arbeiderin Duitsland maar eens moeten vragen of de duizenden,die in de gevangenissen en concentratiekampen opgeslotenzitten. En wie in Nederland denkt er aan om de foutenen tekortkomingen van eigen volk te verdoezelen en ons10

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    11/48

    volk op te hemelen tot een Herrenvolk"? Toch ook nismand.Neen, in onze historie, in onze prestaties, in ons volkskarakter, in onze instellingen, tradities, zeden en gewoonten is zoveel om trots op te zijn, dat wij alle dwa ze ze lfverheffing missen kunnen, en ons toch Nederlander voelen. En aan de andere kant zien v/ij in de bewoner vaneen ander land .onze naaste" en zijn wij bovendien ver-standig genoeg om te beseffen, dat in deze wereld inter-nationaal vertrouwen en internationale samenwerkingonmisbaar zijn. De begrippen nationaal en internationaazijn daarom voor ons geen tegenstellingen.KLASSE-, GROEPS EN STANDENWAAN.

    Nog een enkel woord over een paar andere oorlogsterva-ringen. Ervaringen van minder prettigs aard dan de hier-voor geschetste herleving van ons nationaal bewustzijn.Er is onder de bezetting door vele Nederlanders eenmosd, een trouw aan beginselen getoond, die niets danbewondering verdienen. Maar niet alle Nederlanders wa-ren moedig en trouw. Niet weinigen hebtoen aan den vij-and een lieve grijpstuiver verdiend, om van erger dingennog maar te zwijgen. De tijd om hierover in bijzonderhe-den te treden komt n o g . . . . n a d e oorlog. Maar n dingmoet hier wel worden vastgesteld: moedigen en zwakke-lingen, karaktervollen en beginsellozen, zij w are n in allekringen en klassen van once samenleving te vinden. Hetwaren niet de bezitters en ook niet de materialistische"arbeiders uit de rode hoek die aan de verlokkingen vanden nationaal-socialistischen vogelaar ten prooi vielen.Het waren ook niet de Katholieken, dis altijd alle kanten11

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    12/48

    uitkunnen", noch de tot het fascisme neigende'' midden-standen), die omvielen. Neen, in alls kampen en bevol-kingsgroepen overheerste gelukkig een fiere Nederlandsegeest, maar in alle groepen ook telde men beginsellozeoverlopers.Zodat wij maar zeggen willen, dat de onzalige gewoontevan sommigen de eigen groep of richting of klasse de uit-verkorene^ de enig-sdelijke of de enig begiselvaste teachten, nu het er op aankwam, op niets anders dan opeigenwaan blijkt te berusten. W at maar gelukkig is ooktrouwens. Er is geen klasse, van welke het toekomstigheil der mensheid alleen afhankelijk is, omdat zij allegoade zedelijke en geestelijke kwaliteiten in zich verenigt,er is geen richting, die alleen de ruggegraat" der natievormt. Ook iets om voor de toekomst te onthouden!!VERSCHERPTE TEGENSTELLING.

    Al is er veel en veel meer, dat ons Nederlander:; met.elkaar verbindt dan scheidt, scheidingen ' zijn er helaasook nog. En van die scheidingslijnen is ons in deze bs-zettingstijd nog weer eens scherp voor oogen gesteld.Vroeger was het verschil in welstand vooral een verschilin ds mogelijkheden van comfort, luxe, ontspanning, ont-wikkeling. Vroeger kon ook een gezin met een klein inko-men toch altijd wel zoveel voedsel en kleding aanschaffen,dat leven en gezondheid van de gezinsleden gewaarborgdwaren. Dat is nu niet meer het geval. De groepen met delaagste inkomens, die hoegenaamd niets in de zwarte han-del kunnen kopen, j a , die niet eens alle artikelen, die opde bonkaarten beschikbaar gesteld worden kunnen tasta-len, ontberen het nodige om gezond te kunnen blijven.12

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    13/48

    ' ; i t verscherpt onwillekeurig de tegenstelling tussen armn rijk. Hierbij moet opgemerkt worden, dat sommige ar-leidersgroepen, met name zij, die direct of indirect voor( e Duitse weerwacht werken en daar behalve hoge lonenok nog extra rantsoenen krijgen, er beter aan toe zijnl a n vele am btenaren ', intellectuelen, gpensionneerden,leine renteniers, sommige middenstanders ( lang nietU l e ) en arbeiders met een vast inkomen, overheidsper-bneel bijv.). Voor het moment is hier niet veel aan teloen. Laat ons echter voor de toekomst beseffen, dat hiern dele nieuwe) scheidingen in ons volk ontstaan of ver-liept zijn en laat ons onze maatregelen daarnaar tref-en. En laten zij, die op n of andere wijzs in een be-'oorrechte positie verkeren, hun minder bevoorrechteandgenoten niet'in den steek laten.EEN S GEZIN D H EID G E EN L U X E M A A R N O O D Z A A K .

    Waarom leggen wij z < * sterk de nadruk op de zedelijk-ieestelijke waarden, die all# Nederlandres verbinden,vaarom waarschuwen wij nu reeds tegen tegenstellingen, e zich in de toekomst zouden kunnen voordoen of ver-liepen? Is dat, omdat wij bang zijn voor de geestelijke'erscheidenheid, die vanouds een kenmerk van ons volks-even was, willen wij alles dwingen in het keurslijf van'en kunstmatige eenheid"? Daarvan is geen sprake.Maar de ervaring heeft geleerd, dat een volk zijn demo-'.ratische instellingen slechts kan handhaven en zijn volks-lestaan oo,k naar buiten slechts kan waarborgen, indienlet boven de verschillen en onderlinge tegenstellingenlit, wordt samengehouden door een duidilijk besef vanfcat alten onderling verbindt. Als de tegenstellingen al te13

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    14/48

    scherp wo rden , kan de democratie niet meer functionneren. M et andere v/oorden dan gaan grote zedelijkewaarden, dis onze Nederlandse samenleving haar waardeen betekenis geven, verloren. Dat deze waarden behoudenblijven is een belang, dat ook de Naderlandse werknemersna aan het hart behoort te liggen. En daarom dienen ookz J j het hunne te doen om tegenstellingen is verzwakkenof te overbruggen, scheidingslijnen, die er waren, te door-breken.Wij zullen straks met elkaar nagaan, welke tegenstel-lingen en scheidingslijnen er vr deze oorlog bestondenen wat daarvan in het licht van de ervaring van toen envan nu nog werkelijk is . Mas.r eerst moeten wij het heb-ben over enkele vooroorlogse evaringen.DE WERKLOOSHEID.

    Ook vroeger zijn er wel perioden van grots werkloos-heid geweest, maar een werkloosljeid, zo omvangrijk, zolangdurig en zo diep invreteltd in de gehele samenleving,als wij van 19311937 ge (kend hebben, was tot dan io zongekend. Zij tastte ons gehele maatschappelijk bestelaan.Er is aan de werkloosheid veel gedokterd, de werklozenwerden nist, gelijk in de vorige eeuw, aan hun lot over-gelaten, zij werden, gesteund", zij het veelal mondjes-maat. Twee dingen ontbraken echter: het besef, dat iedermens een zedelijk recht op arbeid heeft, omdat daarvanniet alleen zijn inkomen, maar ook zijn gehele geestelijk-zedelijke welzijn afhankelijk is en ten tweds de bereid-heid om door grots middelen en grote offers vooralhet kwaad in de wortel aan te tasten.11

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    15/48

    Verschillende goede plannen, en iden zijn geopperd engepropageerd, velen hebben al hun werkkracht en idealis-me aan de strijd tegen de verwoestende gevolgen van dewerkloosheid, onder de jeugd vooral, gegsven. En toch'blee,k ons volk tegenover die rampspoedige werkloosheidvrijwel machteloos te staan, ondanks de goede wil en degoede plannen van groepen en enkelingen. Het leek ersoms wel op, of men in Nederland nist begreep, welk eencatastrophe die werkloosheid was. Doch dit was slechtsschijn, wij begrepen het wel, maar waren niet bij machtetot een groots initiatief. Het ontbrak ons aan de bezieling,aan het vertrouwen, aan de eensgezindheid, die nodigzouden zijn geweest om de zaak op waarlijk grootse wijzeaan te pakken. W ij wantrouwden elkaar, dachten in deeerste plaats altijd aan ons eigen gelijk en aan onze eigenparochie, inplaats van aan onze gemeenschappelijke plicht.De nog werkenden vreesden aantasting van hun positie,de werkgevers het uitblijven van loonsverlaging, de libe-ralen aantasting van de vrijheid", de socialisten weer ietsanders. Een plan werd alleen al afgskeurd, omdat het vanpolitieke tegenstanders" kwam. Welk een ongelukzaligesituatie!

    Tienduizenden gezinnen zijn in die jaren in het rijke(toen nog rijke) Nederland verkommerd, tienduizendenjonge mensen voor hun leven, geknauwd, duizenden rijpgemaakt voor fiarbaarse iden.Over de bestrijding van de werkloosheid zullen wij hetnog moeten hebben, maar v r i j willen nu alvast drie con-clusies trekksn uit wat tussen de jaren 193137 in onsl-and op dit gbied is gebeurd en nagelaten:1. De werkloosheidsgruwel mag niet meer tsrugkeeren. 2. Grote middelen en grote offers van allen mogen niet15

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    16/48

    geschuwd worden om dit doel te bereiken.3. Van deze plannen en offers l:orat pas wat terecals wij Nederlanders ons kunnen opwerken tot raeeensgezindheid tot groter verantwoordelijkheidsvoel en vooral to t meer onderling- vertrouwen!!

    Laat ons dan nu eens zien,velke tegenstellingen en schdingslijnen de eensgezindheid en saamhorigheid in ovolk hebben geschaad. En laat ons vooral eens zisn, wdaarvan in de toekomst te vermijden en te overbruggeis. Natuurlijk kunnen wij in een geschrift]s als dit nialle tegenstellingen behandelen. Wij beperken ons dus tenkele punten, die vooral in de arbeiderswsreld een rspelen of gespeeld hebben.DE KLASSEN-STRIJD.

    De theorie en de practijk vormen hier af zonderlij khoofdstukken. Eerst iets over de theorie. Dat er in de vorige eeuw, onder de indruk van de hemetergende toestanden, waaronder de arbeiders en hun gzinnen grotendeels leefden, een theorie kon ontstaan, din de felste klassenstrijd en de volkomen vernietiging vade klassentegenstander, de eenige mogelijkheid tot verbtering van het lot der werkers zag, is maar al te gemaKkelijk te begrijpen. Van de ingewikkelde philosofische eeconomische theorin van Marx en zijn navolgers hebbede arbeiders in het algemeen nooit veel gesnapt en zij ifteresfeeerden er zich ook niet voor. Maar de opvatting vade klassenstijd als boven weergegeven, was voor de sterk16 .

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    17/48

    ' n opstandige naturen uit de uitgebuite arbeidersklassean ^e vorise eeuw een brok realiteit, iets dat zij kondenmee1eS riJpen en dat perspectief g-af aan hun leven en hunHet werd voor hen een nieuw evangelie. Doormachts-orming en klassenstrijd zouden uitbuiting en tyrannieerdwijnen en zou een nieuwe samenleving worden bereikt.M ar x ' theorin waren bepaald materialistisch (in philo-iQfische zin dan) en anti-godsdienstig. Niet deze theorinschsfchter waren de voornaamste oorzaak, dat grote groepenin oiin arbeiders, voor wie het socialisme en de klassenstrijdwa5n nieuw evangelie waren, zich van het Christelijk ge-afwendden. De voornaamste oorzaak lag zonder twij-nie^l i*1 de houding, die kerkelijke voorgangers en kerkelijke

    tof ingen in het algemeen toentertijd ten opzichte vanen roPcials vraagstukken plachten in te nemen. Eten houdingfwijzend en vol wanbegrip. Daarom wendde vele werkersch van de godsdienst af. Onlogisch? Misschien wel.i j wierpen het kind met het badwater weg. En toch:5or een eenvoudig man zijn leer en leven n. Heeft hijper slot van zaken zo geheel en al ongelijk in?Hoa dan ook, de kerkelijke overheden van die dagenin het opkomend socialisme en de daarmede nauwn gs-5rbonden klassenstrijd-gedachte een groot gevaar. Om-dJft het socialisme anti-godsdienstig is",zeiden zij. Niet'vatbar, omdat jullie de arbeiders er onder wilt houden",verbe-^den da socialistsn.W ij willen niet proberen, deze strijdvraag thans nog tee^-slissen, omdat zij, zoals wij hopen aan te tonen, nietmr is. Ds waarheid zal wel zo'n beetje -in hetzij ii-id.den gelegen hebben, zoals gewoonlijk bij zulke strijd-vafl 'agen- Aan beide zijden hebben oprechte en meer verbor-ster*tfin motieven, esrlijke overtuiging en vooroordeel wel een17

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    18/48

    rol gespeeld. Belangrijk is echter, er aan te herinneren,dat de stichting van vSle confessionele vakbonden tennauwste met deze strijdvraag verband hield; evenzo snaargeestige vervolging, broodroof, verdachtmaking enz.,waaraan socialisten en leden van de moderne vakbewegingin sommige streken van ons land to t kort voor 1940 toehebben bloot gestaan. En da aldus vervolgden lieten zichgelegenheid natuurlijk ook niet onbetuigd. Wij halen de-ze oude koeien waarachtig niet uit de sloot om opnieuwgevoeligheden te treffen. Wij willen slechts latsn zien,hoe principile strijdvragen, die allang hun betekenis ver-loren hebben, nog nawerken en scheidingslijnen in hetleven houden. Laat ons van harte hopen, dat dit alles inMei 1940 diep begraven is limmer zal herleven.GODSDIENST EN SOCIALISME.

    Is werkelijk de tegenstelling gelovigesocialist niet ac-tueel meer?In de laaste jaren vr 1940 behoorde inderdaad demeerderheid van hen die desl uitmaakten van de socialis-tische beweging (N.V.V., S.D.A.P. en nevenorganisaties)tot de onkerkelrjken, hoewel menig buitenstaander verbaasdzou staan van het aantal ker":elijken, dat vooral in dekleine plaatsen to t deze beweging behoorde. V an enig ac-tief, laat staan agressief optreden tegen de godsdienstwas evenwel geen sprake. De vereniging ,,de Dageraad"telde onder de honderdduizende aanhangers van de mo-derne arbeidersbeweging nauwelijks enkele tientallen le-den, deze vereniging bestond vrijwel geheel uit communisten, anarchisten en syndicalisten. Voorzover er in de yio-derne arbeidersbeweging nog Maxistische theoretici aan-18

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    19/48

    senz.,toezichde-

    zien,ver-hetin

    ac-de

    ac-

    le-jiio-aan-

    wezig waren, die het philosofisch en historisch materialis-me verdedigden, waren dit de laatste der Mohicanen".Met andere woorden, de gelovige arbeiders hadden voorhun godsdienst werkelijk niets meer van de moderne ar-'beidersbeweging te vrezen.De gebeurtenissen van de laatste vier jaar hebben mo-gelijkheden voor een verdere toenadering geschapen.Velen werden in deze verschrikkelijke tijd losgerukt uithun werk, hun zaak, hun gezin, hun studie, hun milieu.Alle beslommeringen, die vroeger hun leven vulden en zo, belangrijk leken, vielen weg; stoffelijk welzijn, comfortcarrire en aanzien, voorheen het uitsluitend doel vanveler werken en streven, men ziet ze thans, nu het levenzelf van zovele millioenen elke dag aan een zijden draadhangt, duidelijk in hun betrekkelijkheid, ja onbelangrijk-

    t heid. Sommigen brengt dit tot een levenshouding, die menhet beste karakteriseert door de leus: na ons de zond-vloed". Maar daar staat tegenover, dat zich thans ook aanmenigeen, die daarvoor vroeger geen tijd en geen belang-stelling had, de vragen naar het hoe" en het waarom"van het mensenbestaan opdringen.BEZINNING.

    Wij zouden niet graag beweren, dat allen, die thans voor het eerst of weer opnieuw over de diepste levens-vragen nadenken,, de weg tot n der Christelijke kerkenzullen vinden, al zrjn er velen, voor wie het ChristelijkGeloof weer een levende werkelijkheid geworden is.Wij weten niet, waartoe deze ontwikkeling in de toe-komst leiden zal. Vast staat in elk geval, dat de waar-dering van het Christelijk geloof in buiten-kerkelijke kring19

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    20/48

    thans een geheel andere is, dan voorheen. Velen, dis v ozichzelf nog niet tot een beslissing of een keuze kunnof willen kom en, erke nn en toch de grote waarde vChristus' Evangelie voor het persoonlijke en ook voor rmaatschappelijke leven. Men erkent zeker, dat het Nderlandse normbesef, waarvan wij hiervoor spraken (blz. 3) onder de eeuwenlange invloed van het Christendoin zijn verschillende schakeringen ontstaan is. Ook hurnnistische stromingen hadden daarop haar invloed, madeze zijn van het Christelijk geloof bijna niet los te deken, (Erasmus), al hebben zij er zich later wel van vwijderd. Wat wij thans zien als ons hoogste gosd, als ogene, wat ons als Nederlanders in de eerste plaats t e zmen houdt en wat wij in deze tijd willen verdedigen, dis ons er is geen twijfel aan door het Christendogegeven.ARBEIDERS EN KE RK .

    De houding van de niet-kerkelijke Nederlanders t.o.v.Kerken ondervindt van dit groeiend 'besef natuurl i jkweerslag. Dit geldt tot dusver waarschijnlijk meer vintellectuele dan voor arbeiderskringen. Maar er is Wook onder de on-kerkalijke werknemers een kentering wate nemen. Vroeger heerste daar veelal de opvatting, de" kerk reactionnair en voor de noden der werkers ogevoelig was. De al te nauwe band, welke in het verledbestond tussen behoudende politieke partijen en ker.lcnootschappen heeft deze opvatting in de hand gewerKEen groeiend sociaal besef in kerkelijke kringen (en &dateert gelukkig niet van de laatste jaren alleen) maaKdeze opvatting al vroeger onhoudbaar, maar zulke opva20

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    21/48

    tingen hebben een lang leven. De veranderde waardervan het Christelijk geloof als zodanig alsook de klohouding, welke de kerkelijke overheden tegenover bepade maatregelen van de bezetting heeft aangenomen, hben, geloven wij, nu wel zoveel van As oude misverstanen vooroordelen opgeruimd, dat na de oorlog de tegensling tussen kerkelijke en onkerkelijke arbeiders, datin de praktijk zeggen, tussen confessioneel-georganiseeen modem-georganiseerden arbeiders verdwenen zal zDat zou een zegen voor de arbeiders en voor onze Nedlandse- volksgemeenschap wezen.KLASSENSTRIJD-THEORIE HEEFT AFGEDAAN.

    Keren wij na deze uitweiding tot de theorie van klassenstrijd terug. Dat de klassenstrijd de motor vanwerkeljjke vooruitgang" is, dat de klassentegenstellingzich steeds toespitsen en zo . .natuurnopdwendig" tot het socialisme moet voeren, dat de heersende klasse"schuld van alle aardse ellende, het proletariaat" daartegen de verdrukte onschuld en tevens ds enige nobeleheldhaftige voorvechter van een ideale toekomstmaschappij zou zijn, ach, wie gelooft in dit alles nog, na wwij beleefden? Wie meent nog, dat wij uitsluitend dhet onteigenen van de bezitters" en het overbrengen vde eigendom der productie-middel-en in handen van de meenschap in enen alle maatschappelijke kwalen zoudkunnen oplossen van de werkloosheid en de armoedetot de bezwering van het oorlogsgevaar toe?? Neen,aimpel zijn de dingen niet. Wie- in het werkelijke levgeprobeerd heeft, verbeteringen tot stand te brengen, wwel, dat daar met zulke universele geneesmiddelen ni21

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    22/48

    valt te beginnen. Hij weet ook, dat de hervormingen va-ker afstuit enop de domheid, de bekrompenheid en de be-houdzucht zelfs van degenen., die men holpen wil, dan ophet in de Marxistische literatuur zo beruchte klassebe-lang der bezitters".O, wij willen de samenleving, zoals zij was, voor 1940volstrekt niet idealiseren. Er waren natuurlijk belangen-tegenstellingen tussen arbeiders en werkgevers. Maar diewaren er ook tussen plattelanders en stedelingen, tussenkleine en grote onde rnem ingen, tussen handelarenen industrilen, tussen renteniers en ondernemers.En laatstgenoemde tegenstellingen, waren vaak evenhevig, soms heviger dan die tussen patroons en ar-beiders. Wie de zaken realistisch durft zien, moest zelistegenstellingen tussen arbeiders en arbeiders vaststellen,tussen werkende en werkloze arbeiders bijvoorbeeld.V an een alle andere tegenstellingen overheersende tegen-stelling tussen proletariaat en bezittende klasse, waarbijdan gemakshalve alle niet-ar'beiders maar als hulptroepenbij de bourgeoisie" werden ingedeeld, gelooft toch lang-zamerhand niemand meer iets.W at er van de Marxistische theorie in Nederland isovergebleven, dat zijn eigenlijk twee dingen:PROLETARISCH" WANTROUWEN.

    In de eerste plaats een bepaalde woordkeuze en wijzevan zeggen bij sommigen in de arbeidersbeweging (hetkapitaal", de burgerlijken" enz.) die veel verw arring stichten de werkelijke problemen zelden verheldert. En tentwede, en dat is veel erger, een onberedeneerd wantrou-wen bij grote groepen arbeiders tegen alles wat burger-22

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    23/48

    lijk" is. En onder dit laatste worden dan behalve de eigenlijke grote kapitaalbezitters, ook verstaa n de intellectuelende middenstand, de boeren, ja zelfs grote groepen werKnemers, die niet tot de handarbeiders in de enge zin vanhet woord behoren. Natuurlijk vindt dit alles aanvretendewantrouwen( de communistische agitatie leeft uitsluitenddaarvan) niet alleen in de resten van de Marxistisclfklassenstrijd-iden zijn voedingsbodem. Werkgevers, dieook in de jongste tijd nog behoorlijk overleg met de vakorganisaties weigerden, die de arbeidswetten en socialawetten ontdoken, kopstukken uit beurs- en bankwezendie gelijk de befaamde negen mannen" in verlaging vande lonen het middel tegen alle kwalen zagen en werkgevers-secretarissen, die niet anders deden, dan afbrekendecritisk oefenen op alles wat overheid en organisatie tenbate van de arbeiders' deden, hebben het hunne tot hevoortwoekeren van dit wantrouwen bijgedragen. Herinneringen aan het verleden en een nog steeds niet overwonnen minderwaardigheidscomplex deden de rest.Dit wantrouwen (dat zelfs tot diep in de rijen van deconfessioneel-georganiseerde arbeiders is doorgedrongenja , dat zich soms richtte tegen de eigen vertrouwensman-nen, men denke aan de wilde sta,kingen, ook in katholiekestreken) is , indien het niet overwonnen kan worden, voorde toekomst van ons volk, en van de arbeiders in het bij-zonder, funest. Maar voordat wij daarop nader ingaaneerst iets over de praktijd van ds klassenstrijd. PRAKTIJK VAN DE KLASSENSTRIJD.Die wa s, bijna van den beginne af aan, heel wat minder ge-welddadig dan de theorie. In de jaren voor het opkomenderevolutionnaire socialisme en anarchisme is door somml-23

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    24/48

    gen wel getracht, de theorie tot in uiterste consequentiesook in de praktijk te brengen en men k'.vam. dan tot nral-ligheden als: een verloren staking i's beter dan een succes--volle onderhandeling, want een verloren staking versterkthet revolutionnair sentiment en wakkert de strijd aan. Zo-dra de vakverenigingen enige wezenlijke invloed kregen heb-ben* de verantw oordelijke elemen ten aan deze stakingsgym-nsstiek resoluut een einde gemaakt. En pas toen dit gebeurdwas, zette na tientallen jaren, van stilstand een ongehoor-de groei van de vakbeweging in. Het gezond verstand vands Nederlandse arbeiders had zich tegen het onverant-woordelijk hanteren van een zo tweesnijdend zwaard alsde staking, nu eenmaal is, met succes verz et.Merkwaardigerwijs is in de confessionele vakbewegingeen ontwikkeling in omgekeerde richting waar te nemen.Aanvankelijk nam men daar het standpunt in, dat stakingaltijd ongeoorloofd was, zelfs ging men in prot. christe-lijke kring zover om in sommige gevallen ook staatsingrij-pen ten gunste van de arbeiders af te wijzen. In later ja-ren aanvaardde men, als alle andere middelen faalden, destaking als laatste middel. Overigens hebben de christelij-ke en katholieke arbeidersbeweging zeker het hare aan de

    tot standkoming van de sociale wetgeving in ons land bij-gedragen.Zo groeiden in de praktijk van het werk de richtingennaar elkaar toe. In bedrijf na bedrijf werden door het op-treden van de vakverenigingen orde en regel in de arbeids-verhoudingen geschapen, in de plaats van de vroegererechteloosheid en willekeur.Tal van verstandige patroons waren ook al uit wel-begrepen eigenbelang tot overleg inzake de arbeidsvoor-waarden bereid. De vakbonden van hun k a n t -handhaaf-24

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    25/48

    den. wel de staking als laatste redmiddel", maar ook zijgaven verre de voorkeur aan overleg en samenwerking. Dacijfers bewijzen het: staking en uitsluiting raakten voor1940 steeds meer in onbruik in Nederland. Van een zich.verscherpende klassenstrijd was met andere woorden geensprake! Wel van een zich steeds uitbreidende constructie-ve werkzaamheid van de vakorganisaties op allerlei ter-rein. M en denke aan de geestelijke verzorging der werk-lozen, aan de gezondheidszorg, vacantietehi.zen, vakoplei-ding en ontwikkelingswerk van allerlei aard.MAATSCHAPPELIJKE ONWIKKELING DWINGT TOTSAMENWERKING.

    I

    Dat de ontwikkeling in de/e richting ging was' waarlijkniet alleen en zelfs niet in de eerste plaats aan het wijsbeleid of het vredelievend karakter van de bestuurders dervakorganisaties van patroons en arbeiders te danken. In-tegendeel er waren nog wel eens bestuurders, dis in rede-voeringen graag een revolutionairen schaats reden, terwijlwij al wezen op de 'funeste werkzaamheid van sommigescherpslijpende werkgeverssecretarissen.'Het was de ontwikkeling van de maatschappij en vanhet bedrijfsleven in het bijzonder, die onweerstaanbaardreef en niet drijft naar toespitsing, doch naar overbrug-ging van klassentegenstelling.en En dat wel ondanks res-sentimenten en verouderde theorin. E,n men mag geluk-kig vaststellen, dat de vakverenigingsleidersdeze ontwik-keling meestal wel begrepen en er zich, wat hun optreden,betreft, bij aangepast hebben.Het moderne bedrijfsleven is een hoog-ontwikkeld, fijnvertakt en zeer ingewikkeld raderwerk geworden. Alles; ! . r i . i l i l ' . in elkaar, n onoderneming is op honderd manie-25

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    26/48

    ren van talloze andere afhankelijk en daarmede vertoon-den. Allerlei organisatie-vormen treden op en verbindende afzonderlijke ondernemingen met elkaar.Een verstoring van dit ingewikkeld mechanisme doorarbeidsconflicten heeft funsste gevolgen, dat kan niet uit-blijven. Bovendien hebben arbeidsconflicten in deze tijddoor de sterke onderlingen afhankelijkheid en onderlingeorganisatiebanden der ondernemingen, de neiging, zichsnel tot gehele bedrijfstakken uit te breiden. Door de ster-ke organisatie zowel van de werknemers als van de werk-gevers beschikt men aan beide kanten over de middelenom een staking of uitsluiting lange tijd vol te houden.Voor beide partijen, zelfs voor de winnende", levert daar-door een arbeidsconflict tegenwoordig meer schade danvoordeel op. Vandaar, dat een verstandig mens ze lieververmijdt.

    Door het algemeen kiesrecht is de werknemer van bur-ger 2e klasse tot een gelijkgerechtigd burger van de Neder-landse staat geworden. De verkrijging van deze gelijkstel-ling, die zonder twijfel vooral aan de stuwkracht van desociaal-democratie te danken is geweest, mogen onze so-cialistische mede-arbeiders, naast de 8-urendag, als nvan hun triomfen beschouwen. Zij hebben met deze beidehervormingen iets; van onvergankelijke waarde voor da ar-beidersbevolking n voor de Nederlandse volksgemeen-schap tot stand gebracht.WEZEN VAN DE STAAT VERANDERDE.Door dat" algemeen kiesrecht is de staat in zijn wszenvolkomen veranderd. Hij is in beginsel een volksstaat ge-worden, voor welke de noden en belangen van de massa26

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    27/48

    des volks zeer zwaar wegen. Wanneer ds socialistische abeiders in hun Internationale" thans nog zingen: dstaat verdrukt, de wet is logen", dan zal niemand hun daeuvel duiden, omdat er nu eenmaal voor de socialisteaan dit lied vele tradities verbonden zijn. Ma a r laat onhet goed duidelijk zeggen: voor de verhoudingen van 193was de inhoud van dat lied van a tot z onjuist! Onjuismede dank zij de baanbrekende brief v a n . . . . de S.D. A.Een uitgebreid stelsel van sociale voorzieningen, teveeom hier op te noemen, 'bewees metterdaad, dat onze democratische Nederlandse staat voor de belangen der werknemers niet onverschillig was. Deze sociale wetgeving wanog niet volmaakt, met name ontbrak een redelijke oudedagsverzorging. Maar het was een reuzenstap in de goedrichting.Wat heef t dit nu met arbeidsconflicten en klassentegenstellingen ts maken? Alles! Want de lasten van dezsociale voorzieningen worden grotendeels opgebracht doohet bedrijfsleven, ja sommige sociale wetten zouden niseens kunnen functionneren, indien'het bedrijfsleven stagneerde. M en denke aan de Ziektewet, Ongevallenwet, Kinderbijslagwet. Zo de normale functionnering en de rentabiliteit van het bedrijfsleven door veelvuldige en steein hevigheid toenemende arbeidsconflicten duurzaam igevaar werdsn gebracht, dan kwam ook het stuk bestaansen rechtszekerheid, dat de sociale w etten voor de w erknemers betekenen, in gevaar. Met andere woorden: niet bzich steeds toespitsende tegenstellingen, niet bij een steedheviger oplaaiende klassenstrijd hebben de arbeiders, vadeze kant gezien, belang, doch wel bij een overbrugginvan de tegenstellingen.Maar daarbij bleef het niet. Toen de economisch crisi27

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    28/48

    grote moeilijkheden voor het Nederlandse 'bedrijfsleven ver-oorzaakte, bleek, dat de staat niet meer de nachtwaker"-staat van ds liberale 19e eeuw was. Hij erkende, dat debloei van het bedrijfsleven niet een zaak van de onderne-rners alleen was, doch dat daarmede de belangen van degehele Nederlandse voliksgemeenschap gemosid waren engreep, mede onder aandrang van de vertegenwoordigersvan de werknemers diep in het bedrijfsleven in. Het doeiwas de instandhouding en het weder tot bloei brengen vanhet bsdrijfsleven. Niet altijd kwamen de maatregelen tij-dig genoeg, niet altijd waren zij doel t reffend en voldoen-de Liberale vooroordelen speelden met name den leidersder confessionele partijen menigmaal parten. Maar dat al- les kan thans verder buiten beschouwing blijven. Waarhet ons in dit betoog om gaat is het volgende: de staatbesteedde grote sommen aan dsze maatregelen en trachttedoor handelspolitieke maatregelen, verbindendverklaringvan ondernemersovereenkomsten, vestigingswetten, ver-bind-endverklaren van collectieve arbeidsovereenkomsten,landbouwcrisismaatregelen en nog vele andere, het be-bedrijfsleven weer op gang te brengen. Nu zou het toch alte gek geweest zijn (en het is gelukkig ook bijna nimmer gebeurd), wanneer arbeiders en werkgevers alsof er nietsaan de hand ware arbeidsconflicten waren gaan uitvech-ten, waardoor zij dan natuurlijk de hele boel weer in het honderd gestuurd zouden hebben.W A T KU N N EN WIJ REDELIJKERWIJS VERLANGEN?Deze ontwikkeling is nog lang niet teneinde. N a dezeoorlog valt met zekerheid een publiekrechtelijke organisa-tie van ons gehele bedrijfsleven te verwachten, waarb i j deoverheid zal optreden als behartiger van 't algemeen belang.28

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    29/48

    Als wij arbeiders onze taak en onze tijd begrijpen, dan zwij er op aandringen, dat ook aan onze vertegenwoordeen plaats in de bedrijfsorganen wordt ingeruimd. Leniet alleen om te zorgen, dat met onze belangen rekwordt gehouden, maar ook omdat wij als volwaardigedewerkers aan het Nederlandse productie-proces, onsvan de verantwoordelijkheid voor de goede gang van zwillen dragen. Niet alleen rechten dus, ook plichten.Maar als wij op die wijze msde-verantwoordelijkgeworden,, kan er dan nog sprake zijn van toenemendbeidsconflicten en, verscherpte klasse-tegenstelliDat kan niet en het is ook niet nodig., Wat wij arbeiders met recht verlangen kunnen enmosten, dat is, dat ons een behoorlijke rechtsgang geborgd wordt. Dat wil zeggen, wanneer wij door ondedelingen via de vakorganisaties niet tot overeenstemku nn en geraken over de arbeidsvoorw aarden, dan mer onafhankelijke organen zijn die deze geschillen beten. Ook moeten wij verlangen, dat onze plaats iarbeidsproces, dat wil zeggen onze arbeidsmogelijkheschermd wordt en dat er maatregelen getroffen wom te zorgen, dat v/ij met onze gezinnen een dragelistaan hebben, wanneer door bedrijfsomstandighedender werk dan gewoonlijk voorhanden is. Maar komzover en er is alle reden om te geloven, dat ditdaad na de oorlog verwezenlijkt zal worden, danatuurlijk het eigen-rechter-spelen op sociaal terreiheel tot het verleden moeten gaan behoren, voor denemers zowel als voor de werkgevers!ONZE KIJK OP DE WERKGEVERS.

    Is dit alles nu geen utopie,'geen hersenschim? Z29

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    30/48

    onwil der bezittende klasse" de totstandkoming vanrechts- en bestaanszekerheid bij een behoorlijk levenspeilvoor de arbeiders niet verhinderen?Wij wezen er al op, dat de wergevers er tegenwoordiguit zuiver zakelijke overwegingen veelal belang bij hebben,arbeidsconflicten te vermijden. Maar er is meer.Wie leiden tegenwordig in hoofdzaak de ondernemingen,vooral de grotere? Zijn dat nog particuliere kapitalisten,die elke cent loon, welke zij aan hun arbeiders kunnenonthouden, in eigen zak steken? Weineen immers. De lei-ding is meestentijds in handen van bedrijfsleiders, direc-teuren, ingenieurs, technici, die evenzeer als de arbeidersin bezoldigde dienst van de onderneming staan. Zij hebbentezamen met de arbeiders n groot belang: dat da onder-neming bloeit! De invloed die de aandeelhouders hebben,wordt voortdurend kleiner, vooral in de grote onderhsmin-gsn. De directie, de be drijfsl eid ing beslist en deze laat zichdikwijls meer leiden door het belang van de ondernemingdan door dat van de aandeelhouders. Heel vaak ziet de be-drijfsleiding ook terdege in, dat geschoolde, ontwikkelde,behoorlijk gevoede en geklede arbeiders een bedrijfsbelangvan de esrste orde zijn, terwijl er bovendien van oudsherondernemers en bedrijfsle iders geweest zijn, die afgezienvan alle zakelijke overwegingen uit zuiver sociaal verant-woordelijkheidsgevoel veel voor de met hun werkende ar-beiders gedaan hebben. M en denke aan figuren als RobertOwen, van Marken, Bathenau s.d.Alweer, wij willen -niet idealiseren. Er zijn natuurlijk ooknog altijd werkgevers, die uit bekrompenheid, vooroordeelstandenwaan, hebzucht of beginsel" de totstandkomingvan geregelde, bshoorlijke arbeidsverhoudingen trachtentegen te gaan en de gemaakte rsgelingen te saboteren. Er30

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    31/48

    is echter n heel groot verschil met vroeger. Toen de vriconcurrentie oppermachtig en de ondernemer ook op hstuk van de arbsidsvoorwaarden geheel vrij" was, kon ekleine groep dwarsdrijvers ook de goedwillenden onderpatroons noodzaken, lage lonen te betalen. De concurrentie dwong daartoe. Naarmate echter de bedrijfsverhouclmgen aan bepaalde regels en voorschriften gebonden woden, vaak zelfs onder overheidssanctie, wordt de invlovan mogelijke dwarsdrijvers onder de werkgevers steeds gringer. En naarmats door het orden-snd optreden van bedrijfsorganen de bedrijfstoestanden gesaneerd wordezijn ook de vele kleine werkgevers en achterlijke ondernemigen niet meer genoodzaakt om met de arbeidsvoorwaardete knoeien, terwijl aan de andere kant de kans om dit doen steeds kleiner wordt.Overzien wij dit alles, dan is het duidelijk, wat in dtoekomst onze taak als arbeiders zijn zal, namelijk uit almacht meewerken om de oude tegenstellingen te helpeoverwinnen en de ontwikkeling, die thans in het socialeven aan ds gang is te bevorderen, opdat deze nieuwkoers over de geheele linie zegeviert.EN HET SOCIALISME DAN?

    Voordat wij er nu toe overgaan, de maatregelen, dia wna de oorlog op korte of op langere termijn nodig achtenader uit te werken, willen wij nog enkele tegenwerpingebespreken, die mogelijk gemaakt zouden kunnen wordeAllemaal goed en wel", zo zou bijv. een socialistiscarbeider kunnen vragen, maar, hoe komen wij op dezmanier tot het socialisme? Als'gij de klassetegenstellingevyilt overbruggen hoe zullen wij dan ooit de macht vomen om de onteigening van de productie-middelen door31

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    32/48

    zetten? G ij maakt mij bovendien niet wijs, dat er geenkapitalistische belangen zijn, die de grote massa aan zichtrachten dienstbaar te makken en er daarbi j zelfs niet voorterugschrikken, regeringen naar. hun hand te zetten."Wij beginnen met een wedervraag. Is het wel juist om,zoals onze vragensteller doet, socialisme en onteigeningvan productiemiddelen zo sterk met elkaar te vereenzelvi-gen? Wij geloven van niet. Natuurlijk is het juist, dat demeeste socialistische denkers en organisaties ds onteige-ning der productiemiddelen gezien hebben als het voor-naamste middel om tot het socialisme te geraken. Maar,wanneer de socialistische arbeider op den Lsten. Mei zongvan zijn heerlijk ideaal", dan dacht hij toch aan heel w aimeer dan alleen maar aan die wel erg prozasche onteigs-ning. Mogen wij eens een omschrijving wagen van datgenuwat de socialistische arbeider bedoelde als hij droomdevan en streed en offerde voor het socialisme"? Zou hijdan niet bedoeld hebben: een vreedzame samenleving,waarin ieder mens een zo grote mate van vrijheid geniet,als met de vrijheid van den naaste verenigbaar is en eenmate van welstand als bere ikbaar is met de doelmatigstebsnutting van alle hulpbronnen en overeenstemt met zijnprestaties?SOCIALISATIE EEN VRAAG VAN DOELMATIGHEID.Als we deze omschrijving goed op ons laten inwerken,dan wordt ons ook duidelijk, dat socialisatie (onteigeningten 'bate van de gemeenschap) van productie-middeleneen vraag van doelmatigheid is. Zou het inderdaad doel-matig zijn, alls ondernemingen in Nederland te onteige-nen en te brengen aan de staat? Zou daaimes een beterbeheer, een ruimere voortbrenging van alles wat we nodig32

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    33/48

    hebben, gewaarborgd zijn? Het laatste beginselprogma van de S.D.A.P. spreekt slechts van onteigening vavoornaamste productiemiddelen. Terecht, naar onzening, want met de onteigening van het kleinbedrijfhandel, ambacht, industrie en landbouw zouden weeen stap vooruit, maar een grote stap achteruit zeDenk U eens in, dat wij al dis onderneminkjes, winkeboerderijtjes enz. vanuit centrale punten zouden mobesturen en beheren. Onbegonnen werk!Maar wat dan? Moeten wij al deze kleine ondernetjes, die toch met elkaar een flink stuk van het Nederlss bedrijfsleven, waarvan ons aller wel en wee afhanghanden hebben, maar laten schalten und walten",zij willen? Geen kwestie van.Met medewerking van de bedrijfsgenoten zelf (vanwhun niet te vervangen deskundigheid) en van de arbeiin dis bedrijfstakken, m oeten regels geschapen wo rwaaraan alle ondernemingen zich te houden hebben, de kleine. Op die regels komen strafbepalingen voorgeval van ontduiking. Zo socialiseren wij sen stuk van dschikkingsmacht zonder ons de ond oelm atige soesah vanledige overheidsexploitatie op de hals te halen; de gede elementen van overheids- en particuliere exploiworden op deze wijze verenigd. En ds grotere ondernemgen, moeten \ve die allemaal socialiseren? Alleen voover valt aan te tonen, dat het algemeen belang dit eisons antwoord. Natuurlijk eist het algsmeen belang dat,een socialistisch arbeider antwoorden. Laat ons denog wat nader bezien.Een zo ruim mogelijke voorziening in de behoeftenons volk eist, dat de ondernemingen zo efficint mogworden geleid. Zouden nu werkelijk van overheidsw33

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    34/48

    benoemde functlonnarissen daarin altijd beter slagen,dan de tegenwoordige bedrijfsleiders? Een gezonden con-currentie, mits deze nist to t excessen leidt en niet op kos-ten van de arbeidsvoorwaarden wordt gevoerd (en dat kanvoorkomen worden!!) is nog zo gek niet. De tegenwoordigeervaringen, nu door de schaarste elke concurrentie ont-breekt ontbreekt, hebben ons toch ook wat te zeggen opdit stuk. Trouwens als wij prijs stellen op het 'behoud vanonze consumptie-vrijheid (d.w.z. dat ieder voor zijn geldzal kunnen kopen, wat hij wenst), dan is zekerg vrijheidin de prrjsvormng en daardoor wesr het voortbestaan vanminstens een belangrijke particuliere sector van het be-drijfsleven noodzakelijk. En nu een vraag op den man ar.Hebt gij socialistische arbeiders er ooit iets van bsmerkt,dat gesocialiseerde bedrijven (d.w.z. overheids- of semi-overheidsbedrijven) zoveel goedkoper leveren dan particu-liere, dat personeel en Isiding van deze overheidsbedrijvenzich zoveel meer afsloven om het den verbruikers tochvooral naar de zin te maken, of dat zij zoveel meer arbeids-vreugde ondervinden in hun gemeenschapsbedrij f dan deandere arbeiders in hun particuliere ondernemingen? Hettegendeel is soms waar!!Dus helemaal niet socialiseren? Wij herhalen: alleen,indien het algemeen belang dit eist. De Nederlandse Bankb.v. moet nodig een staatsbank worden, maar die verrichtdan ook werkzaamheden van zeer uitzonderlijke aard enheeft bovendien overwegende invloed op het gehelebankwezen. Dezs commandopost behoort zo spoedigmogalijk in handen van de gemeenschap te komen. OOKmonopolie bedrijven komen voor socialisatie in aanmer-king, omdat zij door het ontbreken van concurrentie deverbruikers zouden kunnen brandschatten. Dit betreft dus34

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    35/48

    telefoon, waterleiding, gas- en electiciteitsvoorzieninspoorwegen, trams enz. Maar vrijwel al deze bedrijven zalreeds in handen van de overheid. Verder de taewapningsindustrie, indien hier ooit een particuliere ondernming op dit gebied zou ontstaan. Maar hier geldt niet ezo doelmatig beheer als motief voor de socialisatie, dochbeperking van oorlogsgevaar. Zo zijn er misschien nog wandere gevallen te noemen. Na de oorlog zal straffe ovheidsleiding voor het bedrijfsleven nodig zijn. Dat wil nzeggen, dat de -overheid op de stoel van den ondernemmoet gaan zitten, wel dat zij hem algemene richtlijngeeft, waaraan hij zich te houden heeft. Mocht het dnodig blijken, bepaalde sleutelindustrien in direct oveheidsbeheer te brengen, dan zal dit moeten gebeuren. Maalweer, dan is het niet een zo efficint mogelijk behevan de desbetreffende industrie het motief voor de socilisatie, doch de beheersing van het bedrijfsleven in . zigeheel.NIEUWE MOGELIJKHEDEN VOOR HET SOCIALISME.Betekent dit nu, dat we het socialisme op stal zettenHelemaal niet, als we maar in het oog hou-den, dat socilisatie slechts een weg tot en niet het socialisme zelfMaar zegt ge, de omschrijving die in deze brochure vasocialisme gegeven werd is zo algemeen, dat tal van niesocialisten daar zeker ook naar willen streven. Zo bijvoobeeld tal van intellectuelen en zeker de arbeiders van hR.K. Werkliedenvertaond, misschien ook wel de arbeidevan het Christelijk Vakverbond.Precies onze mening! Doch moet ge U daarover niet veheugen? Ge hebt toch het socialisme niet aangehangeom wat anders te zijn dan anderen? En als nu blijkt, dvele anderen thans (vroeger was dat zeker niet het geval35

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    36/48

    met U naar een socialistische samenleving willen streven,zij het dan dat zij die misschien anders noemen en alledoor U vroeger gepropageerde middelen niet even doeltref-fend achten', zouden wij dan niet vol lan en vol vertrou-wen de handen ineen slaan, om samen voor het grote doelverder te strijden?Te strijden? Ja, waarachtig. Want al behoren o.i. de ar-beidsconflicten practisch tot het verleden, er zal nog eenmoeilijke strijd gestreden moeten worden. B en strijd metgeestelijke wapenen.Want er bestaan nog kapitalistische belanggn", in heteigenlijke bedrijfsleven maar meer nog in de beurs- en

    bankwereld met hun handlangers in pers en film. Dezeduistere machten zijn het ook, die in het verleden weleens gepoogd hebben, hun wil aan de democratische rege-ringen- op te leggen, hun invloeden achter de schermen zijnvaak sterk. Niet alleen persoonlijk geldelijk belang, maarevenzeer de handhaving van machtsposities en aanziendrijven deze reactionnaire krachten.Een krachtig en onafhankelijk regeergezag, zuiveringvan de journalistiek (ook om andere redenen een zeernoodzakelijk karwei), een gedegen volksvoorlichting zullennodig zijn om deze invloeden te keren.Maar ook zal er te strijden zijn tegen behoudzucht enkleingelovigheid, tegen wantrouwen en wanbegrip, tegende dogmatici van allerlei richting, die het nieuwe niet wil-len, alleen maar omdat het niet klopt met hun verouderdedenk-schema's.HET EERST NOD IGE: EEN NIEUWE GEZINDH EID".Wat wij in de toekomst het eerst en het meest van node36

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    37/48

    f,zullen hebben, dat is een nieuwe gezindheid.In As eerste plaats zullen we moeten erkennen, dat wijvoor de tekortkomingen van voor 1940 met z'n allen aan-sprakelijk zijn. De onverschilligen door hun afzijdigheid, depolitiekers door hun partijzucht, de arbeiders door hunwantrouwen, de patroons door hun tekort aan sociaal be-sef, de regeerders door hun tekort aan daadkracht, de ge-regeerden, doordat zij geen andere regeerders aan hetwerk zetten, wij allen door ons tekort aan onderling ver-trouwen eensgezindheid en offervaardigheid. Als wij nade oorlog beginnen met te beweren, dat wij het dan tochaltijd maar bij het rechte eind hadden en dat de ande-ren" alle mogelijke fouten maakten en zich nu zullen moe-ten beteren, dan hebben wij ook uit deze oorlog weer nietsgeleerd.Die nieuwe gezindheid sjal voorts moeten bestaan in eensterker besef van de nationale saamhorigheid, niet in deeerste plaats tot uiting komende in rumoerige nationalemanifestaties en 'festiviteiten, doch in daden van eensge-rinde offervaardigheid voor de opbouw van een nieuwvolksbestaan. Want niet minder dan dit zullen wij hebbente volbrengen. Materieelvolkomen geruneerd zullende be-zetters ons hier achterlaten. Het is goed daaromtrent geenenkele illusie te koesteren. Slechts met inspanning vanalle krachten zal het Nederlandse volk erin kunnen sla-gen tz herstellen, wat verwoest werd.Wij zullen bereid moeten zijn, weer naar elkaar te luis-teren, moeten, trachten elkaar ts begrijpen en te waarde-ren, uit wat kamp of richting wij ook komen. W ij moetengaan leven uit het besef, dat een band die sterker is danalle tegenstellingen en meningsverschillen, ons bindt. Eenband, die bestaat in ons gezamenlijk Nederlanderschap, in

    37

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    38/48

    alles, wat wij in daz jaren gezamenl i jk moeten doorwor-stelen, maar bovenal in ons gezamenlijk geestelijk bezit.En wat k tot de nieuwe gezindheid behoort: w ij zullentegelijk zakelijk en radicaal moeten durven zijn. Oudedenkschema's zullen wij overboord mosten durven zetten,zels als het nieuwe ons nog niet kant en klaar voor ogenstaat. Maar als wij eenmaal hebben vastgesteld, wat ge-beuren kan en wat gedaan moet worden:, dan moeten weook durven doortasten! Bereidheid tot luisteren naar an-deren . en tot samenwerking, moet vooral niet verwardworden met halfheid. Wij moeten geloven in onze taaken in onze verantwoordelijkheid en van dit geloof ook geenduimbreed afwijken. Maar wat de bgreiking van dit doelbetreft, moeten wij beseffen, dat elke stap werkelijkevooruitgang slecht gedaan kan worden na nuchtere enrealistische afweging van de mogelij kheden.Eindelijk moeten wij toch ophouden met elkaar stesdsweer te bekogelen met algemeenheden en patent-oplossin-gen. Noch economische vrijheid", noch afschaffing vanhet kapitalisme", noch ,,solidarisme", of welk ander ismeook, kunnen ons ontslaan van de plicht om nuchter enzakelijk en radicaal elke mogelijkheid tot verbetering vande samenleving te beoordelen en te verwezenlijken.NIEUWBOUW OP ELK GEBIED.

    Op vele terreinen van ons maatschappelijk leven zalnieuwbouw na de oorlog noodzakelijk zijn: om de positievan Nederland naar buiten hecht en sterk te maken, omin het eigen land onze welvaart weer op te bouwen, omde verwildering en demoralisatie tegen te gaan, om onsvolk lichamelijk weer krachtig en gezond te maken en ten-38

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    39/48

    slotte om te proberen, de in het verleden gemaakte foutente vermijden.Wij zullen ons in het volgende hoofdzakelijk moetenbeperken tot de nieuwbouw op sociaal-economisch terrein.Op sociaal-economisch terrein zullen onmiddellijk na deoorlog een aantal urgentie-maatregelen getroffen dienente worden, die op zichzelf nog niets met een nieuwe op-bouw te maken hebben. Wel moet bij voorbaat vast staan,dat deze maatregelen in elk geval de nieuwe opbouw nietzullen hinderen.URGENTIE-MAATREGELEN.Wij noemen dan in de eerste plaats de herplaatsingvan alle uit het buitenland terugkerende en bij de weer-machtswerken hier te lande ontslagen arbeiders in hunvroegere werkkring. Ook als zij door de Begering tijdelijkelders tewerkgesteld worden bijv. aan herstel- of oprui-mingswerkaaamheden, dan zal toch de band met de onder-neming, waarin zij thuishoren niet verbroken mogen wor-den. Zo lang de ondernemingen niet voldoende werk heb-ben moet door werktijdverkorting, 2 op l stelsel en der-gelijke maatregelen de beschikbare hoeveelheid werk overallen verdeeld worden. De wekelijkse inkomsten zijn dannatuurlijk niet voldoende en moeten worden aangevulduit wachtgeldfondsen te beheren door werkgevers en arbei-ders samen, met overheidssubsidie.Een snelle en krachtige prijsstijging zou voor de minst-draagkrachtigen en vooral voor degenen met vaste inkom-sten noodlottig zijn. Daarom zal krachtig moeten wordenopgetreden tegen de zwarte handel en wij arbeiders zullenniet moeten schromen om de overheid daarbij een handje tshelpen. Maar ook maatregelen als de distributie van le-39

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    40/48

    vensmiddelen en kleding, de prijsbeheersing en de loon-beheersing zullen voorlopig onmisbaar zijn. Laten wij e rvooral maar geen doekjes om winden: reele loonsverho-ging zal voorlopig alleen maar voor groepen, die tot dus-ver slecht 'betaald werden mogelijk zijn. De andere groepenzullen zich denkelijk wel tevreden moeten stellen m et aan-passing van hun lonen aan de gestegen kosten van hetlevensonderhoud. Eerst zal ons productie-apparaat hersteldmosten worden, pas dan wordt het mogelijk aan verbete-ring van de sociale positie te denken.Wel mogen wij van de regering verwachten, dat zij allemaatregelen zal nemen, om de armoede eerlijk over de be-volking te verdelen. Tot deze maatregelen behoren o.a.een rigoureuze oorlogswinstbelasting op alle extra ver-diensten tijdens deze oorlog. Deze belasting moet door een(tijdelijke?) opheffing van het bankgeheim door omwisse-ling van alle bankbiljetten boven een zekere waarde e.d.mogelijk gemaakt worden. V oorts moet door belasting-heffing e.d. gezorgd worden, dat niemand, die daartoe toe-vallig in staat is, zich door speculatie of door buitensporighoge winsten verrijkt, terwijl wij allen verarmd zijn. Eenstevige heffing van de vermogens zal nodig zijn om destaatsschuld tot dragelijke afmetingen terug ts brengen.Zodra de grondstoffenpositie dit mogelijk maakt zal deOverheid de terhandneming van ds bouw van volkswonin-gen mo eten stimuleren. R eeds onm iddellijk na de oorlogkunnen grote groepen arbeiders aan het werk gezet wor-den om runes op te ruimen, gronden bouwrijp ts maken,wegen plantsoenen enz. aan te leggen, kortom al die werk-zaamheden te verrichten, die nodig zijn om zodra de grond-stoffen beschikbaar komen een om vangri jk bouwprogram-m a te kunnen uitvoeren. Want het woningtekort zal40

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    41/48

    loon-rwij er!dus-

    aan-n hetj alle

    o.a.ver-eene.d. "

    toe-Eende

    .schrikbarend zijn na de oorlog. Toezicht van overheidswegef o p de huurvorming zal onmisbaar zijn, evenals in de eer-'ste tijd de verdeling van de beschikbare woonruimte doorInkwartiering e.d. over alle gegadigden. De Overheid zal debouw van arbeiderswoningen moeten bevorderen, door oponbekrompen wijze de bouwverenigingen, coperaties e.d.In staat te stellen met Woningwetvoorschriften te gaanbouwen. Particuliere bouw leidt, voor wat arbeiderswonin-gen betreft, de ervaring heeft het bewezen, niet tot bevre-digende rssultaten, noch wat het woonpeil, noch wat hetonderhoud en de afschrijving, noch wat de huren aangaat.Dus, Verenigingsbouw!!SOCIAAL ECONOMISCHE OPBOUW.Er zijn voor ds organische opbouw van het bedrijfslevenna deze oorlog al heel wat plannen gelanceerd. En het IsVerheugend, dat zij een grote mate van overeenstemmingvertonen, wat de hoofdzaken betreft. Ons dunkt, dat hetdoor de commissie Wolterson gemaakte indelingsschemaZeer bruikbaar is. Natuurlijk zal het leiderschap niet aande voorzitters der hoofd-, bedrijfs-, en vakgroepen kunnentirjven, al is een sterke centralisatie van bevoegdhedenaan de top wel gswenst. De sociale aangelegenheden mo-gen niet van de economische gescheiden worden. Voortszvllen de werknemers in de bedrijfsgroepen vertegenwoor-digd moeten, worden. Hier ligt een taak en een prachtigwerkterrein voor de vakvereenigingen, uit welker middende?e arbeidersvertegenwoordigers o.i. moeten voorkomen.Als bezwaar hiertegen wordt wel aangevoerd, dat de vak-veienigingen naar haar wezen strijdorganisaties zijn, dochwi; hebben al uiteengezet, hoe dit wezen reeds voor deooilog sterk gewijzigd was en wij zouden het zeer bstreu-41

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    42/48

    ren, wanneer deze ontwikkeling in de goede richting zouworden onderbroken, doordat mij zou weigeren, de vakver-enigingen in de organische opbouw van het bedrijfslevente betrekken. Man zou dan trouwens het omgekeerde be-reiken van. wat 'men wenst en de vakorganisaties als hetware in een door haar zelve niet mesr begeerlijke nega-tieve strijdpositie dwingen.Een centrale sociaal-economische raad zou als advise-serend college voor de overheid kunnen optreden t.a.v. allesociaal-economische problemen,. Ook zou aan dit collegemisschien een cordinerende en rechtsprekende bevoegd-heid t.o.v. hoofd-, bedrijfs- en vakgroepen gegeven kunnenworden.

    Een punt waaromtrent nog al wat verschil van meningbestaat is de vertegenwoordiging van het algemeen belangin de bedrijfsorganen. In beginsel lijkt deze vertegenw oor-diging ons een onafwijsbare noodzaak. Niet het groepsbe-lang, maar het algemeen belang most tenslotte de door-slag geven en dat zal niet voldoende tot gelding komen,alleen maar door een veto-recht van den Minister ten op-zichte van beslissingen en verordeningen van de bedrijfs-organen. Zsker, in de hoofd- en bedrijfsgroepen behoorthet algemeen belang vertegenwoordigd te zijn, al was hetmaar door een vanwege de overheid te benoemen voorzit-ter. Ook is te denken aan de opneming van vertegenwoor-digers van verbruikers (verbruikscorporaties, huisvrouwen-organisaties e.d.) in bepaalde bedrijfso rganen.De Minister van Economische Zaken, dit most heel goedvast staan, blijft tenslotte aan de via algemeen kiesrechtgekozen volksvertegenwoordiging voor het gehe le economi-sche belsid verantwoordelijk. Dit lijkt ons een eis van de-mocratie en de arbeiders zullen, na de ervaringen van de-42

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    43/48

    ze oorlog, minder dan ooit geneigd zijn aan de democratiete laten tornen. Daarom, mag de verantwoordelijke minis-ter zich nimmer achter welke instantie ook kunnen ver-schuilen. Hij is het, die de grote lijnen van de ts volgenpolitiek, in overleg met Sociaal-economische Raad vaststelten de uitvoering daarvan aan de hoofdgroepen opdraagt,vanzelfsprekend, na elk van deze groepen in de gelegen-heid gesteld te hebben haar adviezen over de op haar ge-bied liggende vraagstukken aan hem voor te leggen. Bin-nen het aldus tot stand gekomen algemene kader kan danaan elke hoofdgroep, bedrijfsgroep, vakgroep enz. wordenovergelaten, op eigen terrein de verordeningen te makenen de maatregelen te treffen, die nodig zijn.

    De volksvertegenwoordiging kan er zich dan zulks integenstelling tot een vorige periode toe bepalen, de ai-gemene lijnen van het beleid en vooral het resultaat vande gevoerde politiek te beoordelen. Aldus wordt zij vanallerlei detailwerk ontlast, wat hoog nodig is.Gelijk gezegd, bestaat voor het bovenstaande in de 'hoofd-zaken vrij grote eenstemmigheid. Wat nog al eens uit hetoog verloren wordt is, dat men met een aldus georgani-

    seerd bedrijfsleven nog alle kanten uit kan, wat de te voe-ren economische en sociale politiek betreft. Nu kan rnenover deze politiek, althans voor wat een iets verder liggen-toakomst betreft, heel moeilijk iets concreets zeggen. Menkent namelijk de omstandigheden niet, waaronder wij danzullen moeten werken. Wel is het mogelijk, iets te zeggenaangaande de doeleinden, welke met de te voeren sociaal-economische politiek naar onze mening behoren te wordennagestreefd. Hesl in het kort komen deze op het volgendeneer. 43

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    44/48

    Gestreefd moet worden naar een zodanige voorziening inde stoffelijke en geestelijke behoeften, dat ieders welzijnzoveel mogelijk wordt gediend. In het algemeen komt ditneer op het streven naar een zo ruim mogelijke behoef-tenvoorziening, echter met bepaalde beperkingen. Er moetbijvoorbeeld voldoende vrije tijd voor de werkers blijven,hun gezondheid, noch hun zedelijk welzijn mogen door deproductie worden geschaad enz. Zowel het eigendomsrechtals de persoonlijke vrijheid (vestiging, opheffing van be-drijven, winststreven enz.) op economisch en sociaal ter-rein moeten door de overheid ingeperkt of opgeheven wor-den, indien dat voor de bereiking van het algemeen wel-zijn noodig is. Ieder behoort naar zijn prestatie beloond teworden, met dien verstande, dat ook met de eenvoudigstearbeid een menswaardig bestaan verdiend moet kunnenworden. Aan hen, die niet werken kunnen, moet door so-ciale voorzieningen (ziekte, invaliditeit, ouderdom enz.)toch een redelijk inkomen worden verschaft.Erkenning van de principiele gelijkwaardigheid van al-len (wat iets geheel anders is dan de gelijkheid van allen;er zijn geen twee mensen volkomen aan elkaar gelijk)leidt voorts tot de opvatting, dat aan allen gelijke levens-kansen moeten worden gegeven. Dit leidt tot een complexvan maatregelen op het gebied van onderwijs, van de be-lastingheffing, van kinderbijslag enz., die niet meer uit-sluitend op sociaal-economisch gebied alleen liggen. Wijkomen op dit punt hieronder nog even terug.DE ARBEIDER IN DE ONDERNEMING.Onze houding en ons optreden als werknemers in deenderneming moeten ook de invloed van de nieuwe gezind-heid, waarvan wij eerder in deze brochure spreken onder-44

    I

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    45/48

    daaraan nogalwat.-f Vwerkers!Maar toch>altijd gemakkelijk gemaakt door * dingenwij' hebben vooral m deze^ oorlog ^ gergerd hgb_meegemaakt, ^ J goedewerkgever, bij wien zeben. Arbeiders ' 'enplotseling in de steek lietenal Urenlang in nst war P^ dateen

    t, Qbetaling en wat even J g^ opeisen op een adeling verlangen. W M i " aarfig bestaan, ook als ebeidsplaats en op n menswaa ^ ,g^ .gdoor omstandigheden niet u dan oofe mede.verant.daar taat tegenover dat n a dg sde gangyan zakenwoordelijk hebben te voeten v ^^ alleen onsin/de onderneming imniers ^ in de r,m.eigen bestaan en datvan^ En dit klemtste zin al, maar ook het alg mannell in de totemeer, als wu door onze v ociaal.ec0nomische Baadrijfs- envakgroepen en In ae ^ bedrijts_meer invloed krijgen o p , debesllssen betekent nie

    leven. Laten we wel * licht! ,alleen een recht. m a a r )S P n ^ zijn.En nu moet een mg on tenslotte maar eein moeilijke omstandiheden verkeert.

    e.r.i. ocrati,V45

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    46/48

    deze een streven betekent naar een democratischer ver-houding tussen arbeider en werkgever en tussen het per-soneel van verschillende rang onderling, prachtig!! Allestandsvooroordeel, alle belemmeringen aan eenvoudige ar-beiders in de weg gelegd om ook de hoogste posten te be-reiken als zij daarvoor geschikt zijn, zijn uit den boze. EIKautoritair optreden van werkgever, bedrijfsleider of baasis fout, schaadt de goede verstandhouding, verstikt hetinitiatief en de werklust van de rest van het personeel.Fabriekskernen, ondernemingsraden, vertrouwensmannenom wensen en verlangens en ideen van het personeelter kennis van de bedrijfsleiding te brengen enom deze bedrijfsleiding in staat te stellen, de op-vattingen van het personeel over technische, hy-ginische en sociale aangelegenheden te vernemen,wij zijn er vlak voor. Sterker, wij menen, dat zijin geen moderne onderneming mogen ontbreken en datwij als arbeiders er van harte aan moeten medewerkenom zulke instellingen in het leven te roepen en goed tedoen functionneren. Maar dit alles kan niet betekenen, datde bedrijfsleiding niet meer zelfstandig en onafhankelijkbeslissingen zou kunnen nemen, welke op technisch, com-mercieel en bedrijfseconomisch gebied elk moment geno-men moeten worden.Wij hebben uiteengezet, hoe de bedrijfsleiding steedsonafhankelijker is geworden van de aandeelhouders. Zijzal even onafhankelijk moeten blijven in haar bedrijfs-economische beslissingen van de werknemers in de onder-nemingen. Er ware wat voor te zeggen, om deze onafhan-kelijke positie van s bedrijfsleiding ook wettelijk te rege-lijk. Wij denken, aan een regeling, waarbij aanstelling enontslag van de bedrijfsleiding niet meer, gelijk tot dusver,46

    l

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    47/48

    zou zijn overgelaten aan een raadde aandeelhouders.gekoze,.maar een^ r . ^sarissen, waarin * ^nnannen kunnen aanwijzen.neming staande Jertrou7an commissarissen zou inmen-Maar ook aan de . a*dr\ifsbeleid niet toegestaan zijn,ging in heteigenlijke fsbe^^is. Als zij het met is, be

    rnen> in de besturento de bestuursorganen

    moet dr f'en aangewezen. Zullen vmden? Revinden zichzelf e^ ^ egn flinkotschreeuwer

    dit is nu eenmaalleiding competenthoort zij te verdwNog iets andersvan fondsen, vakvvan vakgroepen, bsbeiders, vertegen"wij daarvoor dezal moeilijk zijn.anderen pas flink, alsgrote mond kunnen oL deze tijd dewawttgj ^ "eisen" dit eger de mond zo, Sadhet sterkste karakter? Z > j n oeisen" dat,nu inderda d ng woordigers? wij wetein de toekomst onze beste vertes ^ nQ&wel beter. Wij h e b b e r ^ > rusBe en v .gyan geedie hunweetje we weteen e als ^^wijken weten. Deze brer?gen ^aar z horen, ziedaar een op deP^ftkomst,waarbij de vakverenigiKrSeTrou enten belangrijke rolzullen kunen spelenuWELKE KRACHTEN ZULLEN DIT ALLES KUNNEN

    overtuigd, dat voor de denkbeelde47

  • 8/7/2019 Werknemer en toekomst

    48/48

    die wij ontwikkeld hebben althans wat de hoofdzaken,treft n onder de arbeiders n ook onder andere groepvan ons Ne delandse volk een' grote meerderheid alles voDe vraag is zullen zij elkaar vinden en zullen zij de nodkracht weten te ontwikkelen om de ontwikkeling een flstuk in de aangegeven richting te drijven?Het lijkt ons, dat dit kan, wanneer wij allen, oude tegstellingen durven doorbreken, vroegere scheidingslijndurven overschrijden. De oude antithese op godsdiensterrein, hoezeer ook de principieele verschillen zijn gebven, he ef t voor politiek en sociaal-economisch en culreel gebied geen betekenis meer sinds er over een aanzedelijke normen en waarden een grote mate van estemmigheid is gegroeid. De klassenstrijd heeft als theoen als praktijd afgedaan, gelijk wij aantoonden. Zij is veen revolutionnaire tot reactionnaire kracht gewordDus weg er mee!!Alls voorstanders van een radicale, vooruitstrevendelitiek zouden elkaar thans kunnen vinden in n grvolksbeweging.En op sociaal gebied? Is het daar nodig de scheidinlijnen tussen moderne, katholieke, protestantse en neutle arbeiders te handhaven? W ij weigeren te geloven,dit nodig of nuttig zou zfn. Het beteksnt een verspilvan krachten, een energie-verlies en het in het Isvhouden van mogelijkheden to t wrijving en geschillen,wij ons in de toekomst nist meer zullen kunnen veroloven. Want wat wij ook van de toekomst verwachten,Nederlandsche volk zal een harde strijd om zijn bestate voeren hebben, materieel en geestelijk. Samentrekkivan alle krachten is derhalve nodig.