Werkboek week 1 4

35
Immersive Space Uitvoering: Albert Hogenberg Klas: C1V Opleiding: CMD (HAN) Studiejaar: 2014-2015 Werkboek

description

Week 1 t/m 4 immersive space

Transcript of Werkboek week 1 4

Page 1: Werkboek week 1 4

Immersive Space

Uitvoering: Albert Hogenberg

Klas: C1V

Opleiding:CMD (HAN)Studiejaar: 2014-2015

Werkboek

Page 2: Werkboek week 1 4

Inhoudsopgave

Opdracht 1 ..........................................................................3

Opdracht 2 ..........................................................................6

Opdracht 3 ..........................................................................9

Opdracht 4 ........................................................................17

Opdracht 5 ........................................................................21

Opdracht 6 ........................................................................25

Opdracht 7 ........................................................................30

Opdracht 8 ..........................................................................................xx

Opdracht 9 ..........................................................................................xx

Opdracht 10 .......................................................................................xx

Page 3: Werkboek week 1 4

3

Opdracht 1

Afbeelding 1

a: Wat maakt deze afbeelding immersive.Deze afbeelding is een harmonieuze samenwerking tussen mens en natuur. De metal-en vlakken in combinatie met het aangepaste landschap geeft deze omgeving iets heel eigens. Ergens is het rustgevend maar tegelijkertijd ook druk. Associaties die ik krijg zijn schaakborden ( vanwege de gekleurde vlakken om en om en daarnaast associaties met water vanwege de ronde vormen.

b: Wat is de vormgeving en wat betekent dit voor de sfeer van het beeld.De vormgeving bestaat merendeels uit ronde vormen, ronde vormen staan voor open-heid en uitnodigend tot verdere inspectie. Het contrast tussen zilver en groen zorgt ervoor dat de metalen vlakken apart staan maar toch nog bij het gras lijken te horen.

Page 4: Werkboek week 1 4

4

Afbeelding 2

a: Wat maakt deze afbeelding immersive.Deze afbeelding straalt een ontzettende boost van kleurrijkheid en de immersive kwaliteiten van deze omgeving zijn is dat je word ingezogen in de psychedelische wereld waarvan deze kunst een interpretatie is. Vaak worden deze kunstwerken ook begeleid met psychedelische trance, een vorm van muziek dat de gebruiker in een trance moet opwekken en dat in combinatie met de psychedelische kunst in hogere sferen moet brengen.

b: Wat is de vormgeving en wat betekent dit voor de sfeer van het beeld.De vormgeving bestaat uit string art, dit zijn draden ondergedompeld in uv verf waarmee vele vormen worden gemaakt. Er is een overduidelijk jaren ‘60/psychedel-isch sfeertje wat de omgeving wel relaxed maakt. Tegelijkertijd omdat er zoveel string art is kan dit ook worden gezien als overweldigend.

Page 5: Werkboek week 1 4

5

Afbeelding 3:

a: Wat maakt deze afbeelding immersive.Afbeelding 3 is een tunnel die onder water gaat. Bij het bedenken van onderdompe-len in ruimte wat een definitie is van immersive space dacht ik direct aan water en vandaar deze afbeelding. Hier kan een toeschouwer totaal ondergedompeld zijn in de wereld onder water en zich toch veilig voelen.

b: Wat is de vormgeving en wat betekent dit voor de sfeer van het beeld.De vormgeving is zoveel mogelijk openheid om de immersive space kwaliteiten van de omgeving te vergrooten, hier krijg je echt het gevoel dat je op de bodem van de zee loopt. Veel valt er verder niet te zien van de vormgeving, bij de onderkant zien we veel rechte hoeken diagonaal lopend en de ronde glazen geven een bol effect waardoor het lijkt dat je omringt bent door water.

Page 6: Werkboek week 1 4

6

Opdracht 2

Origineel:

Page 7: Werkboek week 1 4

7

Bewerkt:

Page 8: Werkboek week 1 4

8

Wat heb ik aan objecten toegevoegd:Een Jimi hendrix poster: hiervan is het perspectief en transparantie lichtelijk aangepast. Daarnaast is de saturatie gelijkgetrokken met de afbeelding en bevat de poster een zwart-wit gradiënt dat de kleurinval van het raam op de poster weergeeft.

Een Stratocaster gitaar: Hier heb ik de saturatie ook aangepast en daarnaast met per-spectief de gitaar veranderd zodat deze aaannemelijk tegen de muur staat, ook heb ik lichtelijk gespeeld met licht wat op de gitaar valt.

Discolampen: Ik heb van buitenaf enkele lichtstralen die komen van een discolamp, hiermee wil ik gebroken licht suggereren wat uit het raam komt. In het origineel bevatte het raam ook alleen maar wit licht, dit heb ik aangepast naar een blauwe tint om het gebroken licht aannemelijker te maken. Door deze lichtstralen ontstaat er een heel ander beeld, voorheen was de kamer erg duister, ook met de bloedvlek op de achterste muur middenin de kamer. Dankzij deze techniek word de immersive space heel anders.

Immersive Space kwaliteiten:Ook heb ik ervoor gezorgd dat deze lichten op de andere twee objecten schijnen. Hi-erdoor word het gevoel van muziek nog meer versterkt. Alle drie de objecten hebben met muziek te maken en geven de indruk dat dit een backstage kamer is bij een dis-cotheek of theaterpodium of iets dergelijks. Dit was de indruk wat ik wilde bereiken met de aanpassingen in deze kamer.

Page 9: Werkboek week 1 4

9

1. Beantwoord de volgende vragen:

Wat is de eerste ruimte die je je kunt herinneren? De woonkamer van het huis waarin ik ben opgegroeid in mijn eerste levensjaren. wwKun je nog objecten noemen en beschrijven die daar waren? Een grote lompe bruine en oude televisie, een grijs/beige bank met enkele gaten erin waar het pluis uitkwam en een donkerbruin rechthoekig tafeltje bij de bank. Daar-naast liep er ook een rode kater in deze ruimte rond.

Wat is de grootste ruimte waar je ooit in geweest bent? Zonder terug te vallen op antwoorden die deze vraag ontwijken (buiten, het uni-versum etc.) zou ik zeggen dat de grootste ruimte een leger kazerne is waar ik heb deelgenemen aan een Lanparty (computer feestje voor gamers). Deze lanparty heette de Lanmacht en was ook georganiseerd door het leger.

Wat is de kleinste ruimte waar je ooit in geweest bent? Een kruipruimte onder een huis in Deventer waar ik vier jaar geleden in heb ge-woond. Deze kruipruimte was minder dan een halve meter hoog en twee vier-kante meter aan lengte en breedte qua inhoud. Aan mij was de taak gesteld om de kruipruimte helemaal leeg te maken, daarom ben ik deze ruimte ingegaan.

Waarom voel jij je in sommige ruimtes prettig? Vanwege het kleurgebruik en de associaties die ik heb met voorwerpen in deze ruimte. Ook vanwege gebeurtenissen die in een ruimte hebben plaatsgevonden kan ik mij prettiger voelen. Bijvoorbeeld de ruimte waarin ik mijn middelbare school diploma ontving zie ik als een prettige ruimte.

Waarom voel jij je in sommige ruimtes onprettig? Het gevoel opgesloten te zijn ervaar ik als onprettig, misschien de gedachte dat nie-mand weet waar je bent en dat je opgesloten zit voor een ondefinieerbare tijdsperiode. Een van de redenen waarom ik dit ervaar is dat ik een paar keer in een lift ben opges-loten. Ook het feit dat een lift er erg technologisch kil en koud uitziet versterkt het gevoel van isolatie wat een toppunt bereikt als ik ook nog vast zit in een kapotte lift.

Eerdere duistere associaties kunnen een ruimte ook onprettig maken. Tijdens een schoolreis naar Tjechië ben ik met mijn klas naar een concentratie kamp geweest en door alle associaties die wij meekregen ervaarde ik een kille ongemakkelijke sfeer, bepaalde ruimtes waar mensen massaal zijn uitgemoord lijken een vreemd sfeertje

Opdracht 3

Page 10: Werkboek week 1 4

10

te bevatten. Toch vraag ik mij af of ik deze ruimte echt anders zou beoordelen als ik geen informatie vooraf hierover had gekregen of dat de ruimte alsnog uit zichzelf een duistere sfeer oproepte.

Ook het gebruik van koude kille kleuren en harde vormen zoals op scholen vaak plaatsvinden ervaar ik als onprettig. De combinatie van TL verlichting maakt dit koude technologische verhaal af. Desondanks weten de leraren wel te inspireren in deze ruimte maar mijn voorkeur gaat toch uit van veel meer kleur en echte verlicht-ing in plaats van het kostenbesparende plaatje wat veel scholen voor zich zien in een schoolgebouw. De ironie is dat ik een creatieve opleiding doe in een gebouw wat ontworpen is om weinig creativiteit op te roepen ( eerder conformiteit, misschien vanwege het IT/ICT aspect van het schoolgebouw waar ik inzit) of zoveel mogelijk kosten te besparen.

Van welke ruimtes of omgevingen waar je nog nooit bent geweest kun je je toch wel een voorstelling van maken?

Een ruimte zoals de ISS kan ik mij wel voorstellen dankzij alle televisieprogramma’s die ik heb gezien waarin de ruimte een prominente rol speelt en waarbij er astro-nauten in hun gespecialiseerde outfits zwevend te zien zijn in een ruimte zoals de ISS (ruimte station).

Andere beroemde ruimtes zoals het Witte Huis, de Taj Mahal, de piramides in Egypte en het Collosseum kan ik mij wel een voorspelling maken dankzij alle beelden die de media in de loop van mijn levensjaren mij mee heeft gebombardeerd. Mijn interesse in geschiedenis en archeologie was ook groot tijdens mijn kinderjaren, hierdoor heb ik deze ruimtes ook bestudeerd in boeken.

Van welke ruimtes of omgevingen kun je je helemaal geen voorstelling maken? De meeste planeten in ons zonnestelsel, Mars bijvoorbeeld is zo goed als de enige pla-neet waar wij mensen op Aarde vaak een beeld van voorstellen hoe het leven op deze planeet zou verlopen. Ook omdat de ruimtevaart geinteresseerd is in Mars is er veel meer beeldmateriaal beschikbaar om deze ruimtes voor te stellen dan andere planeten in ons zonnestelsel. Daarnaast ruimtes die door overheden worden gebruikt voor snode doeleinden. Bijvoorbeeld de “black prisons” van de CIA die in Europa zijn gemaakt om terreur-verdachten te verhoren. Dit is een typische ruimte dat “need to know” is en dat ik mij ook niet kan voorstellen. Natuurlijk geven tv-shows zoals 24 wel een indicatie over hoe dit soort geheime locaties eruitzien toch is dit natuurlijk een fantasie voor ieder-een die niet werkt voor deze overheidsdiensten hoe deze ruimte eruitziet.

Page 11: Werkboek week 1 4

11

Kun je je nog een ruimte herinneren van een enge film? Beschrijf die. Een ruimte die ik mij nog goed kan herinneren is die in de film “Cube”. Hierin worden enkele personen wakker in een kubusachtige ruimte dat verbonden is met andere kubusachtige ruimtes. Omdat elke kamer hetzelfde eruitzag bracht deze film voor mij een claustrobisch gevoel teweeg met daarnaast een gevoel van machteloos-heid aangezien elke kamer hetzelfde eruitziet. Ook het kille kleurgebruik van wit, zwart en rood versterken deze negatieve gevoelens.

Kun je je nog een ruimte herinneren van een feel-good-movie? Beschrijf die. Een interessante ruimte vond ik de bowlingbaan in de film “The Big Lebowski”, voor de hoofdpersoon is bowlen een groot onderdeel van zijn bestaan en daarnaast ziet de bowlingbaan eruit als een reflectie van de maatschappij waar iedereen mee kan doen en competities kan winnen.

De bowlingbaan ziet eruit als een ruimte met uitgerekte lanen die van elkaar geschei-den zijn zodat elke groep van personen zijn eigen laan heeft, houtkleuren hebben de overvloed, met name lichte kleuren.

In feite is de bowlingbaan dus meritocratisch ( mensen worden beoordeeld op hun kunnen en niet op hun materiële eigendommen). De film begint in de bowlingbaan en de hoofdpersoon speelt op de bowlingbaan om de problemen in zijn echte leven te ontwijken. Hierin is de bowlingbaan dus ook een vorm van escapisme, een ruimte voor de hoofdpersoon om zich goed in te voelen.

Bedenk zelf 5 ruimtevragen en beantwoord die.

Vraag 1: Wat is de vreemdste ruimte waarin je ooit bent geweest?

De vreemdste ruimte waar ik ooit ben geweest was in een fluoriscerend museum, de maker van dit museum had grote fluoriscerende rotsen geplaatst in zijn museum wat het gevoel gaf dat je plotseling in een buitenaardse ruimte was binnengelopen aangezien fluoriscerende objecten bijna niet natuurlijk voorkomen op Aarde.

Een afbeelding van deze ruimte toen ik er was:

Vraag 2: Naar welke ruimte zou je in de toekomst het liefst heen willen?

Page 12: Werkboek week 1 4

12

Wat mij ontzettend gaaf lijkt is het verlaten van deze planeet aangezien ik alleen op een intellectueel niveau besef dat ik op een ronde bol ben die razendsnel om zijn as

draait en door de ruimte reist in een elliptische boog om de zon heen. Dit echt besef-fen lijkt mij een gave ervaring, het liefst zou ik dan naar de ruimte willen gaan die NASA wil maken op Mars door op Mars een grote koepel te plaatsen en een kun-stmatige atmosfeer te creeëren binnen deze koepel. Het idee van reizen naar andere werelden zet denk ik het leven op Aarde in een ander perspectief, in ieder geval voor mij.

Vraag 3: Naar welke ruimte in het verleden zou je graag heen willen?

De bibliotheek van Alexandrië. Deze bibliotheek bevatte een archief van alle oude kennis verzameld rond het jaar 0 van de tijden hiervoor. Geschiedenis wordt geschre-ven door de overwinnaars en aangezien deze bibliotheek is vernietigd zal ik nooit de echte geschiedenis voor deze vernietiging leren aangezien de overblijfselen natuurlijk een beperkt perspectief leveren. Daarnaast ben ik ook sterk geinteresseerd in alle

Page 13: Werkboek week 1 4

13

kennis die oude culturen hebben geleerd en ontwikkeld en die nu verloren is of weer wordt herontdekt. Een voorbeeld hiervan zijn de Piramides in egypte waarvan de plaatsing is gebaseerd op sterrenbeelden, iets waar de Westerse wereld pas in de 21ste eeuw weer achterkwam.

Door wie deze ruimte is vernietigd is onzeker, sommigen zeggen de Romeinen in op-dracht van Julius Caeasar en anderen zeggen de Christenen in opdracht van een paus.

Vraag 4: Als je een digitale / virtuele ruimte zou maken, hoe zou deze eruitzien?

Deze ruimte zou eruitzien als een kamer met geen rechte hoeken, alle hoeken zijn rond. Het kleurgebruik zou bestaat uit lichte kleuren die tegen wit aan zitten, kleuren zoals lichtgeel, lichtblauw die elkaar afwisselen. Deze kleuren wekken associaties met zand en zee op, wat mij in ieder geval vrolijk maakt, ook de strakke hoeken en lijnen in een kamer die verdwijnen geven mij meer het idee dat ik niet opgesloten zit in deze ruimte.

Vraag 5: Als je in een ruimte mocht wonen uit een fantasie of science fiction film, welke ruimte zou je kiezen?

Een ruimte of wereld zoals die word beschreven in de film “Waking Life” lijkt mij zeer interessant om in te wonen, in deze film wordt gesuggereerd dat men in een droomwereld zit en de hoofdpersoon wordt constant gebombardeerd met nieuwe in-formatie en op het moment dat hij beseft dat hij in een droom zit krijgt hij ook meer controle over deze droom. Het gevoel dat je alles kan doen wat je maar wilt in deze “droom” ruimte en daarnaast je denken ook continu wordt uitgedaagd lijkt mij een gave wereld / ruimte om in te leven. De hoofdpersoon beland in een drukke stad die toch leger blijkt te zijn als hij beseft dat dit een droom is en in plaats van de anonimi-teit wat veel mensen in een stad ervaren praat hij juist met veel vreemde figuren met vreemde gedachten. De keuze voor deze ruimte is dus vooral gebaseerd op de mogeli-jkheden voor mij als persoon in deze ruimte, niet zozeer de aspecten van de ruimte zelf (kleur, vormen taal etc.).

2. Maak een uitgebreide mindmap van alledrie de ideeën die je hebt voor mogelijke werelden / immersive spaces.

De drie immersive spaces die ik heb uitgekozen zijn:Bibliotheek van Alexandria

Page 14: Werkboek week 1 4

14

Surrealisme en droomwereldEen knekelhuis / ossuarium

Om mijn inspiratie en mijn mindmaps te weergeven heb ik gebruik gemaakt van Pinterest, hier volgen de links per immersive space:

Bibliotheek van AlexandriaInspiratie: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-idee-1-library-of-alexandria-babel/Mindmaps: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-2015-mind-maps/

Surrealisme en droomwereld:Inspiratie: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-idee-2-dream-world/Mindmaps: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-2015-mind-maps/

Ossuarium:Inspiratie: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-idee-3-ossuar-ium/Mindmaps: http://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-2015-mind-maps/

3. Bedenk voor elke letter van het alfabet iets wat met je (gekozen) wereld te maken heeft.

Ik heb gekozen om de volgende wereld uit te werken: Surrealisme en droomwereld.

Surrealisme en droomwereld alfabet:

A: Automatisch schrijven, een van de manieren om inspiratie op te doen uit deze stroming.

B: Beat generatie, een stroming van kunstenaars in Amerika, opvolgers van surrealis-ten.

C: Cockney Alfabet, een surrealistische versie van het alfabet met onlogische verbindingen.

Page 15: Werkboek week 1 4

15

D: Dali, Salvador. Een van de belangrijkste kunstenaars in deze stroming.

E: Ernst, Max. Een van de pioniers van het surrealisme en dadaisme.

F: Freud, Sigmund. Surrealisten denken vaak het tegenovergestelde van Freud.

G: Grattage, een schildertechniek waarbij natte verf van het canvas word geschraapt.

H: Hieronymus Bosch, deze schilder was een grote inspiratie voor de surrealisten.

I: Inspired Hill, een schilderij gemaakt door Max Ernst in zijn Amerikaanse periode.

J: Joan Miró, een van de grootste surrealisten, schilder, beeldhouwer en graficus.

K: Kans, Kans en spontaniteit zijn twee belangrijke woorden die associaties ook echt vrij maken.

L: L’amour fou. Ook wel vertaald als crazy love. Een belangrijk thema in films voor surrealisten.

M: Manifesto, Surrealistisch, Een geschrift wat de basis van deze stroming definieert.

N: Non-objectieve kunst, een kunstwerk dat niet een persoon, plaats of ding beschri-jft.

O: Onderbewuste. Aandacht voor wat het onderbewuste ons zegt in dromen.

P: Primitivisme, een stroming gelieerd aan het surrealisme, het spontane staat hierin centraal.

Q: Quixote, een fictieve ridder die in zijn eigen surrealistische wereld leeft.

R: Rationeel surrealisme, een literaire stroming waarbij irrationale werelden gestruc-tureerd worden

S: Soufflage. Een techniek waarbij vloeibare verf wordt geblazen over een canvas.

T: Triptography, een fototechniek waarbij een rol film drie keer wordt gebruikt (over-heen gespoeld)

U: Un Chien andalou. Een film gemaakt door Dali wat een uiting is van het surreal-isme.

Page 16: Werkboek week 1 4

16

V: Vrije associatie, een idee dat het onderbewuste echt vrij is om nieuwe associaties te maken.

W: Women and Bird in the Moonlight, een van de eerste schilderijen van Joan Miró.X: Composition IX, schilderij van Kandinsky wat de andere kant van abstract schil-deren voorstelt.

Y: Yves Tanguy, een andere grondlegger van het surrealisme.

Z: Zink wit, dit is een pigment in de schilderkunst dat wat kouder is dan de normale lood wit.

Page 17: Werkboek week 1 4

17

Opdracht 4

Immersive Space: Surrealisme en droomwereld

Waarom kies je hiervoor?Esthethisch en grafisch vind ik dit de meest interessante stijl van de drie, mijn an-dere twee werelden waren erg gedrukt in een stijl en voor mij zat er ook te weinig gedachten achter. Droomwerelden en de opkomst van het surrealisme geven mij veel materiaal om dit te verkennen, ik hoef niet perse de stijl van het surrealisme vast te houden, alleen de principes erachter.

Voor mijn immersive space heb ik gekozen voor de wereld surrealisme (en droomw-ereld). Het surrealisme kenmerkt zich door de samengestelde beelden van vreemde schokkende combinaties en relaties van (alledaagse) objecten met de omgeving. Vervreemding, vervorming en vrije associaties zijn drie termen die veel terugkomen in het surrealisme. Een uitstekend voorbeeld van surrealisme dat mensen in de echte wereld zien is het fenomeen van pareidolia oftewel het zien van gezichten of dieren in objecten. Dit kan een apparaat zijn dat lijkt op een gezicht maar ook net zo goed een wolk waarin iemand een dier voorstelt. Een ander aspect van het surrealisme is dat fantasie zoveel mogelijk de vrije loop word gelaten, men gebruikt vaak beelden uit dromen of gebruikt technieken om vrije assocaties op te wekken.

Wat ik hierboven heb beschreven heeft met name te maken met het visuele aspect van het surrealisme, andere aspecten zoals geluid komen weer uit een hele andere hoek. De pioniers van het surrealisme hielden zich vooral bezig met visuele kunst-werken, later in de 21ste eeuw raken muzikanten geinteresseerd in het toepassen van surrealisme in hun muziek. Gaandeweg ontstaat hierdoor zeer experimentele vor-men van muziek, enkele genres die hier uit voortkwamen zijn Noise en Industrial. Muziek word gemaakt door harde, industriële geluiden te gebruiken en het verlaten van standaarden in de muziek zoals een maat, melodie en vocalen. Sommige mensen zien hierom ook een genre zoals Noise niet als muziek, toch is er voor de kenner wel degelijk sprake van muziek.

Zelf ervaar ik de muziek vaak als een landschap wat in mijn fantasie word gemaakt, de harde geluiden en de disconnectie met normale vormen van muziek zorgen voor een duistere, post apocalyptisch sfeer en brengt veel meer vervreemding teweeg dan de visuele aspecten in het surrealisme.

Page 18: Werkboek week 1 4

18

Wat is het verschil tussen de Jungiaanse en Freudiaanse interpretatie van dromen?Volgens jung is een droom een reflectie van wat je meemaakt in je leven, belangrijke transities in je leven geven daarom ook dromen die beter herinnerd worden vanwege de sterk verhoogde intensiteit. Dromen worden gevormd door archetypes, concepten die vast zitten in je onderbewuste of een collectief bewustzijn dat deze archetypes doorgeeft. Archetypes worden uitgedrukt in symbolen die iets zeggen over een facet van onszelf. De symbolen in iemand’s droom zijn volgens Freud dus van belang omdat dit een manier van het onderbewuste is om te communiceren met het bewuste en dit gebeurt via archetypes die iets zeggen over een facet van een persoon dat op dat moment in een bepaalde staat zit als iemand droomt.

De interpretatie van Freud is dat een droom slechts doorgeeft waar het onderbewuste van overloopt, verdrongen verlangens en dergelijke komen naar boven. Dromen hoeven dus niet een keuze in je leven te reflecteren maar juist alle verlangens die een mens in zijn wakkere staat onderdrukt. Het onderbewuste krijgt vrij toegang in je droom dus ontlaad alle emoties en stress in een droom, voor Freud is de symboliek dus niet een interpretatie van je onderbewuste maar juist de emoties en gevoelens van de droom zelf.

Welke 3 ruimtes wil je gaan maken?Ruimte 1: Niet rotoscopisch. Een soort van hal dat erg leeg en wit is, in deze hal staan meubelen, al deze meubelen zijn rond, er zijn geen scherpe hoeken in deze hal.Deze ruimte is een soort van command center van de droomwereld waar men an-dere werelden verkent, alsof men lucide droomt voor het eerst en zelf de wereld kan maken. De ruimte zelf met meubelen is niet rotoscopisch (geanimeerd waarbij lijnen in en over elkaar heen lopen). Het geluid mag experimenteel zijn maar niet te duister, deze ruimte staat juist voor neutraliteit.

Ergens in deze hal is een lift, naast deze lift is een paneel, dit paneel is onder invloed van rotoscoping technieken ( deze ruimte zelf niet, alleen het paneel, details zijn vaag in dromen namelijk). Als men met de muis over het paneel gaat brand er een licht (of een symbool in licht) boven de lift op. Als men op het paneel klikt dan gaat er een lampje branden op het paneel en gaan de liftdeuren open en dicht, na een fade out fade in komt men in de volgende ruimte. We belanden in de freudiaanse droomw-ereld.

Ruimte 2: Rotoscopisch. De freudiaanse interpratie van een droom, dit speelt zich af in een Oostenrijks berg gebied, aangezien Freud hier vandaan kwam, bij Freud draait

Page 19: Werkboek week 1 4

19

het meer om subtiliteit van de achterliggende werkelijkheid dan wat voor vormen de symbolen in iemand’s droom aannemen. Voor Freud was het sexuele ook belangrijker voor de kern van een persoon dan het collectief bewustzijn ( de beelden die iemand meekrijgt uit een cultuur) wat Jung zich voorstelde.

Mij lijkt het wel interessant om dit landschap te verdelen in twee stukken, dat ge-scheiden word door een weg, dit is niet een snelweg maar een weg uit de jaren’20. Dit scheid het bewuste en het onderbewuste. Het bewuste gedeelte is erg rustig, het onderbewuste is juist erg kleurrijk. Misschien kan ik de weg ook ergens laten ophouden en na een stuk zwart ravijn kan ik de weg door laten gaan naar het onder-bewuste landschap waar bijv. bomen de vormen hebben van strakke geometrische driehoeksbomen en in het bewuste lijkt een boom veel meer op een echte boom, het onderbewuste staat dus voor een abstractie.

Deze ruimte draait dus om een Oostenrijks berglandschap waar enkele bomen groe-ien, naarmate men de weg volgt of een van de twee zijdes van de weg is een radicaal verschil met de andere zijde. De scheiding tussen het bewuste en onderbewuste, het onderbewuste is veel abstracter dus bomen mogen gerust driehoekig zijn en rotsen rond en kleuren wat helderder bij het onderbewuste. Het bewuste is wat doffer en normaler.

Als men klikt op het einde van de weg dan volgt er een fade out en een fade in waar-bij twee deuren open gaan en de binnenkant de volgende ruimte is.

Een ander idee voor ruimte 2 is om in een bos te werken waarbij gezichten met ver-drongen emoties erop uit de bomen morphen als het ware, pareidolia en surrealisme maken dan een magisch realisme mogelijk en meer interactie dan het bos. Ook kun-nen bomen morphen van hun echte vormen naar wat meer geometrische vormen en weer terug met rotoscoping, dit versterkt het gevoel in een droom te zijn en dit ergens te besturen. Gezichten kunnen met mouseovers werken.

Dit laat misschien beter het verschil tussen Freud en Jung zien, Freud vind het meest aanwezige irrelevant en focust zich op het achterliggend wat het onderbewuste wil vertellen (gezichten uit de boom) en Jung is juist andersom, die zou zeggen de boom op zichzelf kan een archetype voorstellen wat een facet van je persoonlijkheid is, ook is hier een verschillend niveau van abstractie aanwezig tussen Freud en Jung.

Ruimte 3: Rotoscopisch. De jungiaanse archetypische interpretatie van een droom: Dit is een ruimte van een psychiaterkantoor waar een bureau opstaat, als men klikt op het bureau dan verandert het beeld en krijgt men het bureau beter te zien met de

Page 20: Werkboek week 1 4

20

verschillende symbolen erop die verplaatst kunnen worden over het bureau.In deze ruimte staan 4 symbolen die de grote archetypes van Jung voorstellen, symbo-liek dat duidelijk naar voren komt in dromen is meestal in een van deze vier types te plaatsen:

1. Het zelf wat meestal uitgedrukt wordt in cirkels, vierkanten of mandala’s.2. De schaduw, dit staat voor de duistere, chaotische en onbekende kant van de psy-che, alle verlangens, instincten en tekortkomingen worden gerepresenteerd door de schaduw.3. De anima/animus, de andere zijde van het geslacht, de vrouwelijke zijde van een man, de mannelijke zijde van een vrouw, misschien iets met een man en vrouw dat ieder de helft van een lichaam bestaat.4. De Persona, komt van het latijnse woord masker wat refereert aan de vele sociale maskers wat wij dragen. Misschien zullen dit verschillende maskers zijn die over elkaar heen lopen?

Beeldmateriaal 3 ruimtes en pareidolia(ruimte 2):

Ruimte 1: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-1/Ruimte 2: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-2/Ruimte 3: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-3/Pareidolia: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-pareidolia/

Page 21: Werkboek week 1 4

21

Opdracht 5

Scenario Waking Dream

Beschrijving van je wereldVoor mijn immersive space is mijn thema Waking Dream. Oftewel wat gebeurt er met iemand die plotseling beseft ( of wakker wordt) dat hij droomt. In de literatuur word dit lucide dromen genoemd. De twee emoties die met name optreden zijn een gevoel van vervreemding dankzij het besef dat alles wat men ziet voortkomt uit de fantasie en een gevoel van verrasing dankzij de vreemde combinaties van bijv. voorw-erpen die het bewuste en onderbewuste vormen in dromen. Een voorbeeld van zo’n absurde combinatie zou zijn dat iemand plotseling beseft dat hij kijkt naar een zwem-bad waar een olifant in zit te zwemmen.

In de verschillende ruimtes die ik maak laat ik verschillende aspecten zien van hoe wij tegenwoordig denken hoe dromen werken. Dit ga ik doen door een juxtapositie te maken van de Freudiaanse en Jungiaanse interpratie van een droom, deze krijgen dus beide een ruimte in mijn wereld. Als inleiding tot deze twee ruimtes maak ik de eerste ruimte als een neutrale ruimte die als het ware tussen deze ruimtes in zit. In deze eerste ruimte bevind zich een lift die de gebruiker naar de twee interpretaties van dromen brengt, als eerste gaat de gebruiker naar de Freudiaanse ruimte.

In de tweede ruimte zien wij een scheiding tussen hetgeen wat het bewuste maakt en wat het onderbewuste maakt, dit wordt uitgebeeld in de vorm van een landschap dat gespleten wordt door een weg. Dit landschap is een metafoor van het bewuste en onderbewuste. In het bewuste zien we allemaal fotorealistische vormen die de werke-lijkheid representeren, in het onderbewuste zien we juist de gevoelens en abstracties uitgedrukt in meer illustratieve vormen die als het ware de voorlopers vormen van de echte vormen van het bewustzijn. Men kan in de tweede ruimte weer terug in de lift gaan, hiermee gaat men naar de derde ruimte.

Deze derde ruimte stelt de Jungiaanse interpretatie voor van een droom. Waar het bij Freud erg draaide om de gevoelens draait het voor Jung om archetypes die een gedeelte van iemand’s persoonlijkheid weergeeft en de status van dit gedeelte. Dit wordt voorgesteld door het kantoor van Jung waar enkele voorwerpen zich bevinden op het bureau van Jung. Deze voorwerpen stellen elk een ander deel van de psyche voor. Deze voorwerpen zijn: Een tekening van een mandala wat het zelf voorstelt. Een masker dat de sociale rol voorstelt. Een schaduw van een persoon die op de tafel valt wat de duistere zijde van de mens voorstelt en als laatste een tekening van een zon en een maan met een gezicht in deze vormen. Dit stelt de anima/animus voor (de man-nelijke zijde in een vrouw en de vrouwelijke zijde in een man).

Page 22: Werkboek week 1 4

22

Waar dromen bij Freud draaien om gevoelens en verdringen draait het bij Jung om de status van gedeelten van je psyche wat dromen aan je vertellen dankzij symboliek omdat het onderbewuste anders niet door de censor komt van het bewuste.

Beschrijving van je vormgevingMijn immersive space word een combinatie van fotorealisme en illustraties. Als inspi-ratie voor de vormgeving ben ik vooral gaan kijken naar het surrealisme. Hier kwam ik twee technieken tegen die ik in de specifieke context van een droomwereld wil toepassen: 1. Het gebruik van fotomontage om vreemde voorwerpen in juxtapositie met elkaar te stellen, het verrassende effect van de vreemde en soms unieke combinaties van voorwerpen dus.2. Het gebruik van trypographie, dit is een techniek dat ook afstamt van het surre-alisme, dit houd in dat verschillende foto’s over elkaar heen worden gelegd, hierdoor verdwijnen de grenzen van de objecten en dit geeft met name een vervreemdend effect.

Het zien van de film Waking life wat gaat over een persoon die bewustword dat hij droomt was voor mij ook erg inspirerend bij het maken van deze immersive space. Met name de camera techniek wat rotoscoping wordt genoemd vond ik erg toepas-selijk bij een droomwereld waarin de film zich afspeelt. Deze techniek is vergelijk-baar met tryptographie alleen nu toegepast op bewegende beelden in plaats van een stilstaand beeld. Voor mijn immersive space wil ik dus gebruikmaken van rotoscoping om het gevoel van vervreemding op te roepen. De vreemde combinatie van fotomon-tage en illustraties versterkt dit gevoel en roept ook verrassing op dankzij unieke com-binaties van voorwerpen in dezelfde ruimte. De emoties verrassing en vervreemding zijn de basis van het Surrealisme wat voor mij een droom ook is, iets surreëls. Voor het kleurgebruik wil ik vooral kijken naar de kleuren die worden gebruikt in schilderijen van bekende surrealisten. Hier kan ik dus een harmonieus kleuren palet uit samenstellen dat ervoor zorgt dat mijn space een geheel vormt ook al betreft het voorwerpen op verschillende abstracties ( van het imaginaire naar het realistische en de graduaties hier tussen).

Qua vormentaal wil ik vooral niet te hard en te industriaal overkomen, de associaties die ik heb met dromen en het surrealisme zijn namelijk gevoelens en de Romantiek. Geen industrieël landschap dus maar juist een terugkering naar de natuur.De combinatie tussen illustratie en fotorealisme is wel lastig, foto’s worden schaars toegepast, waar het wel wordt toegepast is het bewuste gedeelte van het landschap van de tweede ruimte en de voorwerpen op het bureau van Jung in de derde ruimte.

Page 23: Werkboek week 1 4

23

Beschrijving en interacties van de drie ruimtes:Ruimte 1: In de eerste ruimte zijn geen ramen en is het enige zichtbaar een witte/gri-jze kamer waar een liftdeur met liftpaneel in te zien is. Ook zijn er twee rondvormige meubelen die de verschillende interpretaties en de controle hierop voorstellen. Alles in deze ruimte is geillustreerd.Interacties: De twee meubelen hebben iets verrassend en vreemd in zich wanneer men er over gaat met de muis. Daarnaast zijn er kleur en misschien stijlveranderingen zodra iemand op het paneel klikt naast de liftdeur.

Ruimte 2: In de tweede ruimte schemert het licht dus het landschap is wel te zien maar ook nog maar amper. Dit om het gevoel van vervreemding en verdringing te vergroten, een Freudiaanse interpretatie is namelijk met name duister omdat het vaak verdringingen van het libido betreft. Om een grotere connectie met Freud te maken is het landschap gebaseerd op het berglandschap in Oostenrijk waar Freud geboren is.Interacties: In dit landschap veranderen er dingen met name in het onderbewuste gedeelte, bijv. het verschijnsel van pareidolia kan plaatsvinden. Ook de weg die de twee gebieden scheid zal niet permanent hetzelfde zijn, zodra men hierover gaat met de muis gaat deze weg een beetje kronkelen in plaats van de standaard rechte weg wat het eerst is. Als laatste kan men naar de volgende ruimte door te klikken op een paneel wat opnieuw een liftdeur opent en wat men naar de derde ruimte brengt.

Ruimte 3: Deze derde ruimte komt men binnen als het al donker is, er is een lamp dat verlichting biedt aan deze ruimte en het bureau in het midden van de kamer is met name zichtbaar. Alles wordt geillustreerd door echte vormen over te trekken op de vier voorwerpen op het bureau na.Interacties: Een kleine terugkoppeling naar de eerste ruimte is het liftpaneel wat hier links tegen de rand aan van de ruimte is te zien. Hiermee keert men weer terug naar de eerste ruimte. Verder zijn de voorwerpen op het bureau aanklikbaar, dit zorgt er-voor dat er een nieuwe versie verschijnt van de afbeelding, nieuwe foto’s dus. In totaal bevat deze ruimte dan 5 interacties (de vorige twee hadden drie)

Page 24: Werkboek week 1 4

24

Bewijsmateriaal research:Links naar pinterest verzamelingen:Schetsen: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-schetsen-research/Waking life: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-waking-life/

Research per ruimte:Ruimte 1: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-1/Architectuur: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-empty-room-301/

Ruimte 2: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-2/Human animals: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-hu-man-animals-room-2/Pareidolia: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-pareidolia/

Ruimte 3: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/is-ruimte-3/Tarot: https://www.pinterest.com/alberthogenberg/immersive-space-tarot-room-3/

Page 25: Werkboek week 1 4

25

Opdracht 6

Afbeelding 1:

Dit is de meest geslaagde afbeelding van mijn ruimte, ik heb voor de eerste ruimte gekozen wat een grijs/zwarte koude en lege ruimte moet voorstellen, als objecten heb ik twee poppen gekozen om verschillende emoties mee uit te drukken en daarnaast werken deze goed als belichtingsobjecten.

Deze afbeelding maakt gebruik van een licht/donker en een scherp/onscherp effect. Dit versterkt het gevoel van tegenstellingen waar kleurige objecten al snel in terecht komen als zij in een grijze omgeving komen. Het schept een juxtapositie oftewel een plaatsing van 2 objecten naast elkaar. Het surrealisme draait allemaal om vreemde juxtaposities dus daarom leken mij de poppen in deze ruimte een interessante com-binatie. De uitdrukking van de voorste pop zegt wat over de ruimte of het figuur erachter, daarnaast roept het mysterie en nieuwsgierigheid op waarom deze pop deze emotie uitdrukt. Dit gevoel wil ik ook benadrukken in mijn immersive space. Een koud vervreemdend gevoel maar tegelijkertijd ook een nieuwschierigheid wat er in deze wereld zit.

Page 26: Werkboek week 1 4

26

Afbeelding 2:

De tweede afbeelding is in zwart-wit gemaakt met een scherpe diagonaal om de ruimte af te snijden in twee gedeeltes. Het standpunt is hierdoor gekanteld.De di-agonaal schept een vervreemdend effect en daarnaast roept het duistere figuur in het donker veel vragen op.

Page 27: Werkboek week 1 4

27

Afbeelding 3:

In deze foto was ik aan het experimenteren met objecten op voor en achtergrond, de focus ligt op de achtergrond en ik heb de foto afgesneden van een object van de voorgrond, dit schept diepte in deze foto. Ook de reflectie van het poppetje op de achtergrond schept meer diepte in het beeld. De muur achter het figuur staan bijna in hetzelfde perspectief als mijn eerste ruimte.

Page 28: Werkboek week 1 4

28

Afbeelding 4:

Bij deze afbeelding wilde ik met name reflecties benadrukken en een effect van donker naar licht, dit suggereert diepte op zichzelf. Ook een reflectie op de muur in plaats van alleen de grond en de schaduw achter het linker poppetje scheppen veel diepte. Bij mij rees de vraag op bij deze foto dat als ik de figuren weg zou halen en de reflecties en schaduwen in de afbeeldingen zou laten, zou deze afbeelding dan nog steeds werken? De tegenstellingen van emoties tussen beide poppen vind ik ook sterk om het beeld spannender te maken.

Page 29: Werkboek week 1 4

29

Afbeelding 5:

Voor deze afbeelding heb ik voor twee effecten gekozen, licht/donker en scherp/onscherp. Ook heb ik de foto sterk afgesneden waardoor de lijn tussen licht en donker in het midden van de afbeelding valt en het poppetje op een derde van de afbeelding. Daarnaast lijkt het poppetje een schaduw af te werpen, zelfs zit hij in het donker, ik was benieuwd hoe een schaduw eruitziet in een donkere ruimte waar bijna geen schaduwen meer te zien zijn. Ook de reflectie op de vloer is veranderd in een schaduw.

Page 30: Werkboek week 1 4

30

Opdracht 7

Stijlonderzoek

Ik heb gekozen om een boom te gebruiken als object voor mijn stijlonderzoek. Bomen als symbool grijpen terug naar oerverlangens en naar de Romantiek. Oerver-langens zijn met name van belang omdat mijn tweede ruimte hier primair over gaat. Om het effect van oerverlangens te versterken en daarnaast ook menselijk te maken ga ik gebruikmaken van een psychologisch effect genaamd Pareidolia. Dit houdt in dat mensen in niet menselijke objecten gezichten of menselijk/dierlijkee vormen zien. Het beste voorbeeld hiervan zijn wolken waar mensen bijvoorbeeld een dier in inzien.

Ik wil de bomen dus een menselijke tint meegeven die een oerverlangen moet uit-drukken. De oerverlangens zelf zijn uit te drukken in vier soorten: voeden, voort-planten, vechten en vluchten. Omdat dit neutraal tot duistere begrippen zijn word de sfeer van mijn ruimte en de boom dus ook in deze richting gedrukt. Daarnaast is mijn ruimte gebaseerd op de droominterpretatie van Freud en deze was alles behalve vrolijk. Voor hem waren dromen een uiting van verdrongen gevoelens die zich ken-baar maken in symbolen als iemand droomt. Een gezicht zien in een boom draait dus puur om symboliek en een verdrongen gevoel van de dromer. Dit roept voor mij vervreemding en isolatie op, de mens is alleen in de natuur.

Page 31: Werkboek week 1 4

31

Afbeelding 1:

Voor deze eerste afbeelding heb ik gekozen voor een gezicht dat verlatenheid en paniek oproept. Om het beeld nog meer vervreemdend te maken heb ik de omlijning twee keer getekend, uiteindelijk wil ik deze omlijning animeren zodat de omlijning continu in beweging is met een animatie techniek genaamd Rotoscoping.

Page 32: Werkboek week 1 4

32

Afbeelding 2:

Bij deze afbeelding ben ik meer gaan spelen met geometrie en de idee dat gezichten alleen in stammen te zien zijn wat bij pareidolia vaak het geval is. Op deze afbeelding word het gezegd op een blad afgedrukt en hierdoor lijkt de boom op een menselijk lichaam. Ik heb hier niet gekozen voor een driedubbele omlijning omdat het gezicht in deze afbeelding niet vervreemding moet oproepen maar juist meer angst. Toch is het gezicht misschien iets te cartoony dus uiteindelijk zal ik dit niet gaan gebruiken.

Page 33: Werkboek week 1 4

33

Afbeelding 3:

Toen ik eenmaal op het idee kwam om anders na te denken over pareidolia leek het mij wel interessant om met verschillende objecten een gezicht te vormen. Dit is ook een bekend thema in het surrealisme, ik wilde met name een lichaam benadrukken met grote ogen en een grote mond die angstig kijkt. Samen met de omlijning zorgt dit net zoals afbeelding 1 voor vervreemding en isolatie. Maar in tegenstelling tot afbeelding 1 hoeft deze stijl niet gebruik te maken van rotoscoping, de omlijning is al genoeg voor een vervreemdend effect zonder dit expliciet over elkaar te laten lopen.

Page 34: Werkboek week 1 4

34

Afbeelding 4:

Hier ben ik gaan kijken of ik een echte boom kon gebruiken om te illustreren dus ik heb een foto van een boom gebruikt voor deze stijl. Misschien is een combinatie van fotorealisme en illustratie hierop wel een leuke combinatie.

Page 35: Werkboek week 1 4

35

Afbeelding 5:

Als laatste heb ik ook een afbeelding in Illustrator gemaakt. Hier heb ik met simpele vormen enkele bomen nagemaakt. Als experiment heb ik een gezicht gemaakt met 3 bomen om te kijken of dit werkt qua illustratie. De kleuren van deze afbeelding zijn vrij duister en misschien zijn daarom de lach van de gezichten iets te vrolijk.