Welkom bij het - Spierinzichtspierinzicht.com/wp-content/uploads/2013/11/Lessen-verdi... · 2014....
Transcript of Welkom bij het - Spierinzichtspierinzicht.com/wp-content/uploads/2013/11/Lessen-verdi... · 2014....
26-3-2014
1
“ Het gebrek aan voldoende begrip en vakkundige behandelaars van MTrPs veroorzaakt bij zoveel mensen nodeloos pijn en bewegingsbeperking, dat dit de tragiek van de moderne geneeskunde genoemd kan worden. ”
Dr. Janet Travell & Dr. David Simons
Welkom bij hetVerdiepingsprogramma
Triggerpoints
Spreker:
Bonne Eigenhuis, fysiotherapeut
www.bonneeigenhuis.nl
www.spierinzicht.nl
3
het Verdiepingsprogramma…
Thema 1 Bovenste Extremiteit (3)
Thema 3 Casuistiek (3)
Thema 2 Onderste Extremiteit (2)
Thema 4 Examen (2)
4
De Opdrachten…
Thema 1 Uitwerking Schoudercasus
Thema 3 Presentatie Onderzoek
Thema 2 Uitwerking Rugcasus
Thema 4 Examen (2)
5
• Weet je wat een triggerpoint is;
• Kun je bij jezelf MTrP’s herkennen;
• Weet je hoe je Triggerpoints kuntopsporen;
• Ken je de waarde van deze kennis alsaanvulling op de reguliere diagnostiek;
• Heb je een begin gemaakt met het zoekennaar triggerpoints bij je buurman of buurvrouw
Thema 1. bovenste extremiteitNadien….. Myofascial Triggerpoint (MTrP)
intro
Lokale contractuur in de spierbuik:
26-3-2014
2
substance P (SP), norepiferine (NE), bradykinine (BK), Potentieel aan Hydrogenium (PH)tumor necrosis factor alpha (TNF-α), Cytokinine (IL-6)
calcitonine gen-gerelateerde peptiden, interleukines,
Stoffen in hoge concentratie aangetoond in Actieve en Latente MTrPs (Shah)
(A) pH and (B) BK(A) SP and (B) NE
26-3-2014
3
(A) TNF-α, and (B) IL-6
Tumornecrosefactor-alfa (afgekort: TNFα, ook wel cachexine of cachectine genoemd) is een van de twee bekende tumornecrosefactoren en een daarmee een cytokine. Het speelt een belangrijke rol bij ontstekingsprocessen en de acutefasereactie.TNFα stimuleert de ontstekingsreactie in het lichaam. Hierdoor kan het tumorcellen doden. Het speelt echter ook een sleutelrol als boodschapper bij reumatoïde artritis en de ziekte van Crohn. Het doet de ontsteking toenemen. Dit heeft weefselafsterving (= necrose) tot gevolg.
IL-6 is een cytokine, betrokken bij zowel pro-inflammatoire en anti-inflammatoire reacties. T-cellen en macrofagen produceren IL-6 om het immuunsysteem te stimuleren bij weefselschade. IL-6 wordt verder ook geproduceerd door spieren als reactie op spiercontractie (cytokines gemaakt door spieren worden ook wel myokines genoemd).
16
Wat doet een triggerpoint ?
Een MTrP heeft invloed op de functie van de spier
Welke functies heeft een spier?
Een MTrP beinvloedt het specifieke uitstralingsgebied
Triggerpoints verstoren de samenwerking van spieren
Bron:Travell and Simons Myofascial pain and disfunction
De 5 stadia van MTrP’s
• 1) Strakke band “taut band”
• 2) Latent: bij druk pijnlijk op de plek
• 3) Latent: bij druk pijnlijk op de plek met uitstraling
• 4) Actief: zonder druk pijn aan het einde van de dag of bij inspanning, bij druk geprovoceerd en herkenbaar
• 5) Actief: constante pijn, bij druk geprovoceerd en herkenbaar
26-3-2014
4
Vaak een rol bij:
Achillespeesklachten Brandende pijn Carpaal tunnel syndroom Chronische pijn Frozen shoulderGroeipijn Gevoelloosheid in handen of voeten Hielsporen Hoofdpijn/migraine Ischias Kaakklachten Knakkende gewrichten Kniepijn Knikkende knieën
Kuitkramp MenstruatiepijnenPijn of stijfheid aan gewrichten of spieren Piriformis syndroom Restless legs RSI (CANS)Rotator cuff syndroom Rugpijn Schrijverskramp Slijmbeursontsteking
Tennisarm Thoracic outlet syndroom Tintelingen in handen of voetenETC.
MTrP ’s
MPS, wat is dat?
• MPS is gedefinieerd als een complex van sensorische, motorische en autonome symptomen veroorzaakt door Myofasciale Triggerpoints (MTrPs).
• De prevalentie van MPS is de laatste jaren sterk toegenomen en wordt geschat op 12% in de populatie.
• De prevalentie van MPS varieert van 21% van de bezoekende patiënten aan een orthopeed tot wel 85-93% van de patiënten in een pijnkliniek (Borg-Stein en Simons, 2002).
Hoe ontstaan MTrP’s?
“Mensen met een zittend beroep hebben meer actieve MTrP’s”
- Trauma (vertillen, laesie, whiplash)
- Interne aandoeningen (infecties)
- Metabolische disfunctie
- Immobilisatie
- Statische of dynamische (over) belasting
of biomechanische factoren (houding)
- Mentale factoren
- Neuromusculaire disfunctie/ruis (v. Galen)
Onstaan
• Hoe kom je achter de oorzaak?
• Is er eigenlijk wel een/1 oorzaak aan te wijzen?
• Of is het Triggerpoint een gevolg van iets anders?
• Welk Triggerpoint was het eerst?
Oorzaak of gevolg?m. Sternocleidomastoïdeus
Stabiliseren hoofd
Draaien/ schuin omhoog kijken
Hoofdpijn
Oorpijn
Duizeligheid
Misselijkheid
Slecht zien
Loopneus
26-3-2014
5
Herkenning MTrP
- Plekgevoeligheid
- Herkenbare pijn
- Palpabele strakke spierstreng
“Gezonde spieren hebben geen MTrP’s”
- Lokale Twitch respons
Tennisarm, hoe pakken we dat aan?
• Oorzakelijke en onderhoudende factoren?
• Welke Triggerpoints spelen een rol?
• Reageert de patiënt op inactivatie van triggerpoints?
• Hoe verder na inactivatie?
GezondheidstoestandGezondheidstoestand
Omgevings Omgevings
FactorenFactoren
Persoonlijke Persoonlijke
FactorenFactoren
Functie en AnatomieFunctie en Anatomie ActiviteitenActiviteiten ParticipatieParticipatie
ICF
Oorzakelijke en onderhoudende factoren met ICF
Tennisarm, hoe pakken we dat aan?
• Oorzakelijke en onderhoudende factoren?
• Welke Triggerpoints spelen een rol?
• Reageert de patiënt op inactivatie van triggerpoints?
• Hoe verder na inactivatie?
Welke spieren spelen een rol?(rechtstreekse ketting)
• Anconeus Infraspinatus
• Brachioradialis Subclavius
• Extensor carpi Radialis Longus Teres Major
• Extensor digitorum Deltoideus
• Serratus posterior superior
• Supinator
• Supraspinatus
• Triceps Brachi
Onderzoek
• Doe het rustig, langzaam en gebruik een groot oppervlak
• Neem de huid mee en bepaal je intentie, doe het bewust
• Nodig de client uit om mee te voelen aandacht te geven aan wat hij of zij voelt en zijn ervaring te benoemen
• Schep vertrouwen en zorg voor een positieve ervaring
26-3-2014
6
Spierkettingen
• Rechtstreekse ketting; onderzoeken
• Associatieketting; behandelen
Muscle chains Peter Jonckheere en Jan Pattyn
Tennisarm, hoe pakken we dat aan?
• Oorzakelijke en onderhoudende factoren?
• Welke Triggerpoints spelen een rol?
• Reageert de patiënt op inactivatie van triggerpoints?
• Hoe verder na inactivatie?
Vormen van inactivatie (twitch)
• Manuele release technieken
• Triggerpoint Dry Needling (v.a les 4)
• Warmte/koude
• Lengte geven / rekken
Associatiekettingbehandelketting m. Infraspinatus• m. Biceps Brachii
• m. Deltoideus anterior
• m. Pectoralis major
• m. Supraspinatus
Associatiekettingm. Supraspinatus
• m. Deltoideus• m. Infraspinatus
Wat kunnen we op dit moment met apparatuur voor medische
beeldvorming irt Triggerpoints
• EMG:
• http://www.youtube.com/watch?v=Bs5uNMSYqrU
• Echo:
• http://www.youtube.com/watch?v=yz0YGKtAg9M
Tennisarm, hoe pakken we dat aan?
• Oorzakelijke en onderhoudende factoren?
• Welke Triggerpoints spelen een rol?
• Reageert de patiënt op inactivatie van triggerpoints?
• Hoe verder na inactivatie?
26-3-2014
7
GezondheidstoestandGezondheidstoestand
Omgevings Omgevings
FactorenFactoren
Persoonlijke Persoonlijke
FactorenFactoren
Functie en AnatomieFunctie en Anatomie ActiviteitenActiviteiten ParticipatieParticipatie
ICF
Adviseren, ondersteunen, begeleiden en instrueren in ICF
domeinenb BODY FUNCTIONS
1. MENTAL FUNCTIONS
2. SENSORY FUNCTIONS AND PAIN
3. VOICE AND SPEECH FUNCTIONS
4. FUNCTIONS OF THE CARDIOVASCULAR, HAEMATOLOGICAL, IMMUNOLOGICAL AND RESPIRATORY SYSTEMS
5. FUNCTIONS OF THE DIGESTIVE, METABOLIC AND ENDOCRINE SYSTEMS
6. GENITOURINARY AND REPRODUCTIVE FUNCTIONS
7. NEUROMUSCULOSKELETAL AND MOVEMENT-RELATED FUNCTIONS
8. FUNCTIONS OF THE SKIN AND RELATED STRUCTURES
Body functions
b BODY FUNCTIONS
1. STRUCTURES OF THE NERVOUS SYSTEM
2. THE EYE, EAR AND RELATED STRUCTURES
3. STRUCTURES INVOLVED IN VOICE AND SPEECH
4. STRUCTURES OF THE CARDIOVASCULAR, IMMUNOLOGICAL AND RESPIRATORY SYSTEMS
5. STRUCTURES RELATED TO THE DIGESTIVE, METABOLIC AND ENDOCRINE SYSTEMS
6. STRUCTURES RELATED TO THE GENITOURINARY AND REPRODUCTIVE SYSTEMS
7. STRUCTURES RELATED TO MOVEMENT
8. SKIN AND RELATED STRUCTURES
Body functions
1. LEARNING AND APPLYING KNOWLEDGE
2. GENERAL TASKS AND DEMANDS
3. COMMUNICATION
4. MOBILITY
5. SELF-CARE
6. DOMESTIC LIFE
7. INTERPERSONAL INTERACTIONS AND RELATIONSHIPS
8. MAJOR LIFE AREAS
9. COMMUNITY, SOCIAL AND CIVIC LIFE
Activiteiten en Participatie
1. PRODUCTS AND TECHNOLOGY
2. NATURAL ENVIRONMENT AND HUMAN-MADE CHANGES TO ENVIRONMENT
3. SUPPORT AND RELATIONSHIPS
4. ATTITUDES
5. SERVICES, SYSTEMS AND POLICIES
Externe factoren Persoonlijke factoren
1.cognities de wijze van waarnemen en interpreteren van zichzelf, anderen en gebeurtenissen
2.affectende draagwijdte, intensiteit, labiliteit en de adequaatheid van de emotionele reacties
3.functioneren in het contact met anderen
4.beheersing van de impulsen
26-3-2014
8
43
• Weet je hoe je Triggerpoints kunt opsporenen behandelen in de volgende spieren:
• m. Deltoideus / mm.Teres / m.Subclavius / m. Subscapularis / mm. Scaleni / m. Infraspinatus / m. Supraspinatus
Thema 1. bovenste extremiteitNa deze 2e-bijeenkomst…
Zelfbehandeling
Leer de patiënt hoe de spieren te inactiveren volgens de massagerichtlijnen
Massagerichtlijnen
• Maak diepe knedingen
• Herhaal de kneding 3 - 10 keer
• Steeds in één richting
• Langzaam
• Voelt goed aan: schaal 7
• Tussen de 1 en de 6 keer per dag
• Druk op de UITademing
En hoe verder na inactivatie?
• rusten / bewegen / trainen / overbelasten
• Rekken
• Voeding
• Werk
• Ademhaling
• Stress
De drie mogelijkheden bij onderzoek
- Therapeut voelt niets bijzonders, patient zit tegen het plafond.
- Therapeut voelt MTrP, patient beaamt;
“Patient voelt meestal waar MTrP zit en of deze van
belang is. Nodig de patient dus uit mee te
onderzoeken”
- Therapeut voelt MTrP, patient voelt niets bijzonders;
Herkenning MTrP
- Plekgevoeligheid;
- Herkenbare pijn.
- Palpabele strakke spierstreng;
“Gezonde spieren hebben geen MTrP’s”
- Lokale Twitch respons;
26-3-2014
9
De drie kenmerken van 7
- Patient ervaart druk als duidelijk voelbaar,
maar niet onprettig.
- Patient kan vooral aangezicht blijven ontspannen;
“De 7 is de ideale behandeldruk”
- Patient kan doorademen;
50
• We gaan in deze les uit van een casus van eenstudent uit de klas:
Er komt een voorbeeld en vervolgens gaan we deze casus in kleine groepjes uitwerken
Methodiek
Thema 1. bovenste extremiteitNa deze 3e-bijeenkomst…
Wat opfris vragen
1) Wat zijn de kenmerken van een MTrP in stadium 4?
2) Noem minstens drie oorzakelijke factoren voor het ontstaan van Triggerpoints
3) Wat is het uitstralingsgebied van de achterste SCM
4) Noem de 3 kenmerken van 7 uit de massagerichtlijnen van Clair Davies
5) Noteer twee vragen waarmee je meer te weten komt over de mogelijk onderhoudende externe factoren
Onbekend =
Onbekwaam =
Onbevoegd!?
Methodiek Onderzoek
1. IPQ-K, VAS en PSK 2. Waar zit de pijn? Teken die in.3. Welke oorzaken en onderhoudende factoren zijn er aan te
wijzen (ICF)4. Hoe is het met de stand van bekken, nek en voeten5. De actieve functionele TEST (AFT), passief of weerstand6. Instructie cliënte over wat er gaat gebeuren en de 7 uit
de massagerichtlijnen7. Rechtstreekse ketting onderzoeken, dwars op de
vezelrichting8. Registratie stadia9. Conclusie en behandelplan
Onderzoek
• Zoek in dwarse richting
• Neem de tijd en gebruik meerdere vingers (groot oppervlak)
• Neem de huid mee en bepaal je intentie, doe het bewust (ken je anatomie)
• Nodig de cliënt uit om mee te voelen en zijn ervaring te benoemen (b.v. Uitstraling, herkenbaarheid)
• Schep vertrouwen en zorg voor een positieve ervaring
• Differentieer op (anatomische) diepte en uitstralinggebieden
26-3-2014
10
Methodiek Behandelen
1. Inactiveren associatieketting met manuele release of Dry-Needling. JE BEHANDELT ALTIJD MEERDERE SPIEREN
2. Comfort en opwarming3. Stretchen van de ketting4. Segmentale desentisatie 5. De her-TEST
• Afleiding van het CZS (scherpe of koude prikkel) om centrale
inhibitie te voorkomen. Spray and Stretch (T&S)
• Barrière release longitudinale druk op triggerpoint terwijl de
spier in verlengde positie is (Dommerholt)
• Onderscheid tussen spierstijfheid (spier kan dan wel volledig
verlengd worden) en spierverkorting/contractuur (bij
triggerpoint)
• Verhoogde concentratie Titin (spierverbinder/lijm) is
aangetoond
• Voordat je gaat rekken eerst de antagonist inactiveren
• Diagnostisch rekken om triggerpoint te lokaliseren.
Rekken
Methodiek coachen en instrueren
1. Advies en coaching richting werk, sport of ADLGa uit van functiebehoudStem af op wensen, leefstijl, niveau van de patient
2. Instructie voor zelfbehandeling (SKUD) volgens massagerichtlijnen van Clair DaviesS = SimpelK = KortU = UitdagendD = Doeltreffend
Methodiek Rapporteren
1. Evalueren per behandelsessie2. Rapporteren naar derden
Hoofdpijn, hoe pakken we dat aan?
• Oorzakelijke en onderhoudende factoren?
• Welke Triggerpoints spelen een rol?
• Reageert de patiënt op inactivatie van triggerpoints?
• Hoe verder na inactivatie?
GezondheidstoestandGezondheidstoestand
Omgevings Omgevings
FactorenFactoren
Persoonlijke Persoonlijke
FactorenFactoren
Functie en AnatomieFunctie en Anatomie ActiviteitenActiviteiten ParticipatieParticipatie
ICF
Oorzakelijke en onderhoudende factoren met ICF
26-3-2014
11
Spierkettingen
• Rechtstreekse ketting; onderzoeken
• Associatieketting; behandelen
Muscle chains Peter Jonckheere en Jan Pattyn
Verdelen in groepjes van 3
• Onderzoek eerst alle spieren manueel en
benoem de orientatiepunten;
• Behandel de meest actieve MTrPs.
• Noteer alle spieren van de associatieketting
van deze spieren
• Bepaal welke segmenten betrokken zijn.
• Sluit af met een rektechnieken en
segmentale desentisatie
Massagerichtlijnen
• Maak diepe knedingen
• Herhaal de kneding 3 - 10 keer
• Steeds in één richting
• Langzaam
• Voelt goed aan: schaal 7
• Tussen de 1 en de 6 keer per dag
• Druk op de UITademing
Spieren in buiklig
• M. Splenius capitis en cervicus
• M. Levator Scapulae
• M. Multifidi
• M. Subocciputalis
• M. Infraspinatus
• MM. Trapezius
Spieren in ruglig
• M. Sternocleidomastoideus
• M. Temporalis
• M. Masseter
En hoe verder na inactivatie?
Persoonlijke factoren (les 2)zelfbehandeling/motiveren/leefstijl/ervaren gezondheid
Activiteiten (les 3)adl/rusten/bewegen/trainen/sporten/overbelasten
Externe Factoren (les 4)voeding/stress/partner/leefomgeving
Functie en Anatomie (les 5)ademhaling/rekken/pijn
Participatie (les 6)werk
26-3-2014
12
GezondheidstoestandGezondheidstoestand
Omgevings Omgevings
FactorenFactoren
Persoonlijke Persoonlijke
FactorenFactoren
Functie en AnatomieFunctie en Anatomie ActiviteitenActiviteiten ParticipatieParticipatie
ICF
Adviseren, ondersteunen, begeleiden en instrueren in ICF
domeinen
68
• Heb je kennisgemaakt met de Dry Needling techniek
• Weet je hoe je Triggerpoints kunt opsporen en behandelen in de volgende spieren:
• Mm. Psoas / M. Iliacus / m. Gluteus minimus en medius / Hamstrings / m. Piriformis / QuadratusLumborum / mm. Multifidi / m. Iliocostalis / m. Longisimus / m. Rectus abdominis
Thema 2. onderste extremiteit
Na deze 4e-bijeenkomst…
Inleiding (met eventuele PICO-vraagstelling) Methode (validiteit) Resultaat (belang en toepasbaarheid voor de praktijk) Discussie (bias) Conclusie
Inleiding (met eventuele PICO-vraagstelling) Methode (validiteit) Resultaat (belang, toepasbaarheid voor de praktijk) Discussie (bias) Conclusie
Opdracht OnderzoekSamenvatting Dry Needle techniek
• Voorzorgsmaatregelen / hygiene
• Tubes of geen tubes
• Lengte en dikte van de naald
• Van palpatie naar het zetten van de naald
• De richting van de naald
• Het tempo van het in brengen en uithalen van de naald
Effect diepe dry- needling
• Opwekken van Local Twitch respons
• Correctie biochemische milieu:
– pH-waarde ↑;
– Spiernociceptoren ↓;
– ATP ↑;
– Ca2+ afgifte ↓;
– 02 – spanning ↑.
• Vermindere eindplaatgeruis
Spieren in zijlig
• M. Iliopsoas
• M. Gluteus medius
• M. Gluteus minimus
• M. Piriformis
• M. Quadratus Lumborum
26-3-2014
13
Spieren in buiklig
• M. Hamstrings
• Mm. Multifidi
• M. Iliocostalis
• M. Longisimus
• M. Rectus abdominis
En hoe verder na inactivatie?
Persoonlijke factoren (les 2)zelfbehandeling/motiveren/leefstijl/ervaren gezondheid
Activiteiten (les 3)adl/rusten/bewegen/trainen/sporten/overbelasten
Externe Factoren (les 4)voeding/stress/partner/leefomgeving
Functie en Anatomie (les 5)ademhaling/rekken/pijn
Participatie (les 6)werk
Vragen• Mag de Dry needle techniek pijn opleveren?
• Kunnen we de naald hergebruiken bij dezelfde patiënt?
• Hoeveel Twitches willen we veroorzaken?
• Wanneer gebruiken we de naald en wanneer niet?
• Wat doen we met de kennis over defascie?
• Waar plaatsen we de naald?
• Hoe snel brengen we de naald in?
• Welke naalddikte en lengte gebruiken we?
• Wanneer en in welk tempo wordt de naald verwijderd?
• Hoe gaan we om met de Hong-techniek?
76
• Weet je hoe Triggerpoints op te sporen en te behandelen in de volgende spieren:
m. Adductor Longus en Brevis / m. Pectineus / m. Gracilis / m. Adductor Magnus / m. Vastus lateralis / m. Vastus medialis / Rectus Femoris / m. Vastus Intermedius / Tensor fascia lata
Thema 2. onderste extremiteitNa deze 5e-bijeenkomst…
GezondheidstoestandGezondheidstoestand
Omgevings Omgevings
FactorenFactoren
Persoonlijke Persoonlijke
FactorenFactoren
Functie en AnatomieFunctie en Anatomie ActiviteitenActiviteiten ParticipatieParticipatie
ICF
Oorzakelijke en onderhoudende factoren met ICF Effect diepe dry- needling
• Opwekken van Local Twitch respons
• Correctie biochemische milieu:
– pH-waarde ↑;
– Spiernociceptoren ↓;
– ATP ↑;
– Ca2+ afgifte ↓;
• Vermindere eindplaatgeruis
26-3-2014
14
Spieren in ruglig
• M. Vastus Medialis
• M. Rectus Femoris
• M. Vastus Intermedius
• M. Adductor Longus en Brevis
• M. Pectineus
Spieren in zijlig
• M. Gracilis (homolateraal)
• M. Adductor Magnus (homolateraal)
• M. Vastus Lataralis
• M. Tensor Fascia Lata
En hoe verder na inactivatie?
Persoonlijke factoren (les 2)zelfbehandeling/motiveren/leefstijl/ervaren gezondheid
Activiteiten (les 3)adl/rusten/bewegen/trainen/sporten/overbelasten
Externe Factoren (les 4)voeding/stress/partner/leefomgeving
Functie en Anatomie (les 5)ademhaling/rekken/pijn
Participatie (les 6)werk
Voeding,
de juiste zuur-base balans
Verzurende voeding heeft invloed op het ontstaan van Myofasciale disfunctie, omdat de viscera de Mg en K
onttrekken van de spieren.
Denk aan: frisdrank (cola heeft een pH van 2 a 3), suiker, zuivel, brood, alcohol, cafeine, nicotine en rood
vlees. Maar ook anti-biotica, pasta en chips.
• Wanneer voeding 1 van de onderstaande ingredienten of kenmerken bevat, is het waarschijnlijk zuurmakend (pH↓):
- suiker- schimmel (zoals kaas)- gefermenteerd (zoals sojasaus)- bevat zwammen (zoals paddenstoelen)- is bewerkt of in de magnetron bereid
Potentieel aan Hydrogenium (waterstof) ionen
De pH waarde van ons bloed dient 7.365 te zijn (alkalisch)
1/10 afwijking -> triggerpoints 2/10 – 4/10 afwijking -> degeneratieve
verschijnselen of ernstige ziekten
5/10 afwijking -> onmiddelijke dood.
26-3-2014
15
Buffers
• Ons lijf bezit gelukkig buffers van alkaline mineralen, die er voor zorgen dat de zuren kunnen worden geneutraliseerd. Dit zijn o.a calcium en magnesium.
• Door Stress, Ademhaling en Voeding raken buffers uitgeput.
Buffers ter voorkoming van verzuring
Ca uit de botten -> botontkalking
Mg en K uit spieweefsel -> Triggerpoints
Een veelgebruikte buffermethode van het lichaam is om het zuur om te zetten in een vaste vorm en op te slaan in vet,
(waaronder cholesterol) en kristalvorming (zoals bij nierstenen). Het vet redt in feite je leven! Wanneer je geen
aanleg hebt om vet op te slaan, wil het zuur door je huid naar buiten en zul je sneller last krijgen van je huid. Denk
hierbij aan acne, eczeem, een droge huid of rimpelvorming.
Andere effecten van verzuring
Er is een wetenschappelijke link tussen verzuring en:
overgewicht, hartfalen, diabetes type II, jicht, kanker, acne, hoofdpijn, hoog
cholesterol, vermoeidheid, fibromyalgie, artritis, allergieën, PMS,
lupus en brandend maagzuur.
Ontzurende voeding
• verse salades, bladgroenten, koolsoorten, grassen, algen, zeewier, suikerarme fruitsoorten zoals citroen, limoen, tomaat en avocado, omega olien, noten, zaden en sommige volkoren of gespruitte producten zoals boekweit, quinoa of spelt. Veelal gaat het om de VERSE, waterrijke producten met een hoge voedingswaarde.
Voedingssupplementen
• Vitamine: B1, B6, B12, C en foliumzuur;
• Er een directe relatie tussen pijn en Vit. D tekort;
• Mineralen: Calcium, IJzer, Magnesium en Kalium.
90
• Is de schoudercasus geevalueerd
• Hebben we de heupcasus uitgewerkt
• Is jullie duidelijk dat je (met je allereerste vraag) kunt sturen richting ziekte en gezondheid
Thema 3. CasuistiekNa deze 6e-bijeenkomst…
26-3-2014
16
Evaluatie Schoudercasus
Casus Schoudertrauma
Een 19 jarige jongen, fanatiek handballer en dit jaar voor het eerst bij de selectie vraagt jou om eens naar zijn schouder te kijken en indien mogelijk te behandelen.
In de voorbereiding van het seizoen is zijn rechterarm bij een bovenhandse worp geblokkeerd.
Hij had op het moment van het trauma direct een scherpe pijn, ging het veld uit met een ijskompres en na een ongeveer 10 minuten rust ging hij het veld weer in. Hij speelde de wedstrijd uit en heeft een week met zijn arm rust gehouden.
Aanvankelijk had hij lokale pijn met name bij inspanning. Op dit moment klaagt hij over pijn in de gehele arm en zelfs in zijn Re duim. Deze pijn is vaag in rust aanwezig echter na een training of wedstrijd heeft hij er de volgende dag nog last van. Hij klaagt over pijn in de nek-schouder regio en pijn diep in de schouder. Verder vertelt Jan dat hij het gevoel heeft dat hij minder krachtig werpt. En soms bij hard gooien een “’klikje”” hoort. Jan heeft nog nooit eerder last gehad van nek-schouder of arm en er is nooit een eerder trauma geweest.
Functie”s Activiteiten Participatie
Externe factoren Persoonlijke factoren
ICF
Rechter nek-schouder(diep)-arm –duim. Aanvankelijk scherpe pijn, lokaal bij inspanning. Nu vaag (in rust) hele arm, duim. Belasten provoceert (dag last) . Klik bij hard gooien.
Werpen Handballen, voor het eerst bij de selectie
Trauma: Blokering bij bovenhandse worp, ijs, 10 minuten rust, daarna veld weer in. Na wedstrijd week rust
Jan, Jongen 19 jaar.
“Fanatiek handballer”
Ik werp minder krachtig
Opdracht 1a) Welke informatie heb je nodig om je ICF-plaatje compleet te maken?b) Verzin een aantal vragen die je nog wilt stellen
TestOpdracht 2a) Welke Functionele Actieve Test is voor de hand liggend bij deze casusb) Wat zeg je tegen de client als hij de test uitvoert
Opdracht 3Maak een lijst met spieren die je wilt onderzoeken en registreer onderzoeksgegevens in het triggerpointverslag:(functie, ligging (orientatiepunten) en het verloop/ de vezelrichting van de spier).
mm. Scaleni, mm. Serratus m. Infraspinatus m. Latissimus mm. Pectorali, m. Supraspinatus, m. Subscapularis, m. Brachialis, mm. Teres, m. Deltoideus, m. Biceps, mm. Trapezius, m. Coracobrachialis, m. Levator Scapula
Opdracht 1
a) Welke informatie heb je nodig om je ICF-plaatje compleet te maken?
b) Verzin een aantal vragen die je nog wilt stellen
Opdracht 4Wat is de conclusie van je onderzoek , welke spier krijgt een P van prioriteit
Opdracht 5Kies 3 spieren die je wilt behandelen
Opdracht 6a) Doe de hertest b) Wat is je vraag?
Opdracht 7a) Geef een gericht sportadvies aan je client op basis van je bevindingen b) Geef instructie voor 1 spier
26-3-2014
17
70%
BELASTIN Pijn BelastingsverhogingG
0 TIJD
100% Wat wil je bereiken?
= Overbelastingsmoment = Terugval = Trainingslijn
Externe en persoonlijke factoren Externe en persoonlijke factoren beïnvloeden het natuurlijke herstelbeïnvloeden het natuurlijke herstel
(over)belasten is de enige manier (over)belasten is de enige manier om je grens te bepalen!om je grens te bepalen!
Dus denk: Dus denk: Fijn dat ik Fijn dat ik weet waar nu mijn grens weet waar nu mijn grens ligt!!!ligt!!!
ZZ GG
Ziekte en Zorg Gezondheid en Gedrag
Probleem en ziekte Plezier en groei
Klacht Kracht
Verticaal Horizontaal
Helpen en zorgen Begeleiden en coachen
Preventie Promotie van gezondheid
Doelgroep Groep met een doel verbinden en bekrachtigen
Patient Deelnemer klant
98
DOOD
LEVEN
bevorderen van individuele en collectieve gezondheid
gezond
2e
en
3e
Lijn
1stelijnsGezondheidszorg
Welzijnsorganisaties
Gemeente, GGD en WMO
Woningbouw
Werkgelegenheid
Sport organisaties
SupermarktenVoeding
Sociale- en culturele organisaties
Opleiding
Huisarts/ POH
Gezondheid Ziekte
Fysiotherapie
Oefentherapie
Ziek
Promotie van gezondheid]] preventie
Mentrum
Verpleeghuis
Ziekenhuis
Startpunt voor Gezondheid
Gezondheidscentra
Evaluatie rugcasus
Casus Rug
Je wordt bezocht door een vrouw van 24 jaar. Ze heeft sinds 3 jaar last van de lage rug, vooral ‘s nachts. Destijds werkte ze in de horeca. Sindsdien heeft ze mensendieck, chiropractie, fysiotherapie gehad. Wat het meest geholpen heeft is de orthomanuele arts. Zelf denkt ze dat haar houding en haar perfectionistische persoonlijkheid oorzaak zijn. Ze is student economische geografie en verwacht hiermee over 3 maanden klaar te zijn. Ze moet een scriptie schrijven en moet hiervoor elke dag achter de computer. Hierbij is ze heel bewust bezig met het variëren in houding. Desondanks begint ze wel last te krijgen van een vermoeid gevoel in schouder en arm. Zelf noemt ze het RSI. Ze jogt twee keer per week in voorbereiding op het hockeyseizoen welke in september weer begint. Ze woont samen met haar zus en heeft een vriend. Ze geeft zichzelf een 7½ voor haar algemene gezondheid en wil graag een 8½ . Om dit te bereiken moet ze volgens eigen zeggen “de lat wat lager leggen” en heeft ze het gevoel dat ze afhankelijk is van een goede therapeut. Er is nooit nader onderzoek gedaan naar haar klachten, omdat de huisarts dat niet nodig vindt. Ze gebruikt geen medicatie. Op de valreep geeft ze aan haar hele leven al last te hebben van hoofdpijn. Hier komt ze niet voor, omdat ze denkt dat ze dat toch de rest van haar leven zal hebben.
Functie”s Activiteiten Participatie
Externe factoren Persoonlijke factoren
ICF
Sinds 3 jaar LWK, vooral ‘s nachts.
Vermoeide schouderen arm;”RSI”
Hele leven hoofdpijn
Varieert veel qua houding tijdens PC-werk
Jogt 2x/week
Laatste 3 maanden van studie economische geografie. Veel PC-werkivm scriptie (afstuderend student)
v.a september hockey
T: mensendieck /chiropractie / FT. De orthomanueel hielp
Samenwonen met zus, LAT vriend
H.A.: “geen OZ nodig”
Vrouw 24 jr.
“Perfectionistisch”
“Oorzaak klacht is houding, hebRSI en de rest van mijn levenhoofdpijn”
Alg gez : 7½ wil 8 ½ Lat lager leggen en een goede therapeut
26-3-2014
18
Opdracht 1a) Welke informatie heb je nodig om je ICF-plaatje compleet te maken?b) Verzin een aantal vragen die je nog wilt stellen
TestOpdracht 2a) Welke test is voor de hand liggend bij deze casusb) Wat zeg je tegen de client als hij de test uitvoert
Opdracht 3Maak een lijst met spieren die je wilt onderzoeken en registreer onderzoeksgegevens in het triggerpointverslag:(functie, ligging (orientatiepunten) en het verloop/ de vezelrichting van de spier).
Opdracht 1
a) Welke informatie heb je nodig om je ICF-plaatje compleet te maken?
b) Verzin een aantal vragen die je nog wilt stellen
Opdracht 4Wat is de conclusie van je onderzoek , welke spier krijgt een P van prioriteit
Opdracht 5Kies 3 spieren die je wilt behandelen
Opdracht 6a) Doe de hertest b) Wat is je vraag?
Opdracht 7a) Geef een gericht sportadvies aan je client op basis van je bevindingen b) Geef instructie voor 1 spier
En weten jullie dit ook?
• Welke spieren zijn vaak oorzakelijk voor dysfunctie in de m. Iliocostalis en longissimus;
• Mm. Multifidi
• Welke spieren kom je tegen op niveau C3• (van med-lateraal) Multifidi, Trapezius Tp1, Splenius cervicus, SCM
• Noem de 6 spierlagen die je tegenkomt op niveau C3 van opp naar diep
• Trap, levator, Splenius capitis, Splenius cervicus, Iliocostalis, Multifidi
En dit..?
• Welke spierketting gebruiken we voor onderzoek;
• Rechtstreekse
• Noem 2 effecten van Dry-needling;• Acethylcholine (centraal) neuropeptiden (lokaal)
• Welke spier is het slachtoffer van een niet goed functionerende centrale as;
• M. Levator Scapula
Even het geheugen opfrissen
• Welke spierketting gebruiken we voor behandeling;
• associatieketting
• Wat is de meest oppervlakkige adductor;• M. adductor Longus
• Welke spier zit mediaal van de arterie femoralis in de lies;
• M. Pectineus
Nog een paar weetjes…
• Hoe kunnen we de lokatie van de TFL het beste orienteren;
• Roteren van het been
• Waar verwachten we een triggerpoint bij een actieve sporten met pijn bij het zitten;
• Hoge punt in de hamstring
• Welke aanhechtingen heeft de m. Gracilis• Per anserinus naar Ramus superior van het os pubis
26-3-2014
19
De laatste 2…
• Welke spieren vinden we in de kuit in de 4e laag
• Tib posterior, Flexor digitorum longus, Flexor hall longus
• Tot welke ribhoogte lopen de longen aan de voorkant
• 5e rib