Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview,...

26
1 Informatie vergarend gesprek Invulling van P-taak 3.5, gesprek op uitvoeringsniveau Door: Ruth Noordmans Studentnummer: S1046908 Docent: Betty van Goor Stagebegeleider: Marjo Veldman P-taak: 3.5, gesprek op uitvoeringsniveau Datum: 20 januari 2014

Transcript of Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview,...

Page 1: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

1

Informatie vergarend gesprekInvulling van P-taak 3.5, gesprek op uitvoeringsniveau

Door: Ruth Noordmans

Studentnummer: S1046908

Docent: Betty van Goor

Stagebegeleider: Marjo Veldman

P-taak: 3.5, gesprek op uitvoeringsniveau

Datum: 20 januari 2014

Page 2: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

2

Voorwoord

Voor u ligt het verslag ´informatie vergarend gesprek´, een invulling van p-taak 3.5, gesprek op uitvoeringsniveau. Ik heb dit verslag geschreven als voorbereiding op en uitwerking van een gesprek dat ik heb gevoerd met de juffrouw van Patty, mijn mentorjongere van de naschoolse dagbehandeling. Dit gesprek was bedoeld om kennis te maken, informatie uit te wisselen en af te stemmen. Mijn stageplaats is de naschoolse dagbehandeling van Ambiq in Deventer. Ambiq is een instelling voor cliënten met een licht verstandelijke beperking. Op de naschoolse dagbehandeling komen op maandag tot en met donderdag dagelijks maximaal acht kinderen in de leeftijd van 8 tot ongeveer 16 jaar. Al deze kinderen hebben een licht verstandelijke beperking en andere daarbij komende problematieken.

Ik wil de juffrouw van Patty bedanken voor het prettige gesprek en de mogelijkheid om het gesprek te gebruiken voor dit verslag. Daarnaast wil ik F.G. bedanken voor haar ondersteuning en begeleiding voor en tijdens het gesprek en haar feedback na afloop van het gesprek. Verder wil ik Marjo bedenken voor haar beoordeling van dit verslag.

Page 3: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

3

Inhoudsopgave

Inleiding..................................................................................................................................................4

Deel I. Voorbereiding.............................................................................................................................5

De context..........................................................................................................................................5

Het gesprek........................................................................................................................................6

Gespreksmodel...............................................................................................................................6

Gespreksdoelen..............................................................................................................................6

Deel II. Het gesprek................................................................................................................................7

Feitelijke weergave.............................................................................................................................7

Analyse.............................................................................................................................................12

Aansluiting....................................................................................................................................12

Gespreksinterventies....................................................................................................................12

Verantwoording...............................................................................................................................13

Deel III. Reflectie..................................................................................................................................14

Feedback..........................................................................................................................................14

Mijn reflectie....................................................................................................................................15

Bronnenlijst..........................................................................................................................................18

Page 4: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

4

Inleiding

Dit verslag gaat over Patty en een gesprek met haar juffrouw. Het is een invulling van p-taak 3.5, een p-taak die gekoppeld is aan competentie 3, uitvoeren.Patty is een meisje dat sinds november 2013 op de naschoolse dagbehandeling van Ambiq komt. Sinds haar start hier, ben ik haar mentor. Vanuit deze functie heeft er een gesprek plaatsgevonden met de juffrouw van Patty. Dit gesprek heeft plaatsgevonden om informatie over Patty uit te wisselen en om af te stemmen, zodat alle hulp de juffrouw en wij bieden zo goed mogelijk is voor Patty.

Allereerst wordt in dit verslag beschreven welke voorbereiding heeft plaatsgevonden, voorafgaand aan het gesprek. In dit hoofdstuk wordt de context van het gesprek en het gekozen gespreksmodel en de gespreksdoelen beschreven. Hierop volgt een feitelijke weergave van het gesprek in het gelijknamige hoofdstuk. Vervolgens wordt het gesprek geanalyseerd, in het hoofdstuk analyse. Hierin wordt besproken hoe er tijdens het gesprek wordt aangesloten bij de juffrouw en welke gespreksinterventies zijn ingezet.Na deze analyse wordt het hele verslag tot dan toe verantwoord in het eveneens gelijknamige hoofdstuk. Zowel de context, de doelen en het gesprek als de analyse worden met elkaar in verband gebracht en verantwoord.Dit verslag eindigt met een reflectie op het gesprek en gemaakte verslag.

De namen die in dit verslag genoemd worden zijn gefingeerd.

Page 5: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

5

Deel I. Voorbereiding

De contextHet gesprek dat in dit verslag uitgewerkt zal worden, wordt gehouden met de juf van Patty. Patty is een meisje van acht jaar oud, die sinds november 2013 op de naschoolse dagbehandeling van Ambiq komt. Het gaat om een eerste gesprek met de juf.Een van de kernwaarden van Ambiq is Samenwerkend; overleg met ouders en cliënten en samenwerken met ketenpartners (Ambiq, 2013). Afstemming tussen de naschoolse dagbehandeling van Ambiq en de school van Patty, valt ook onder deze samenwerking. Daarbij heeft moeder in het afstemmingsgesprek aangegeven dat zij het prettig zou vinden, als er afstemming tussen de school en de naschoolse dagbehandeling plaats zou vinden. Door een afstemmingsgesprek te voeren met de juffrouw van Patty, komt de naschoolse dagbehandeling tegemoet aan deze wens van de moeder van Patty. Dit past binnen het vraagstellingsgericht werken van Ambiq, waarbij de hulpverlener tegemoet komt aan de behoeften/wensen van de cliënt (Ambiq, 2009)en in dit geval de moeder van de cliënt.

Patty zit op een school voor speciaal basisonderwijs, waar zij wekelijks veel tijd door brengt. Op deze school, hebben de docenten dan ook een bepaald beeld van Patty, zij kennen haar op een bepaalde manier. Door in gesprek te gaan met de juf van Patty, kan de naschoolse dagbehandeling informatie krijgen over wie Patty op school is en welk gedrag zij daar laat zien. Deze informatie kan waardevol zijn voor de behandeling van Patty op de naschoolse dagbehandeling. Omgekeerd kan de school ook baat hebben bij informatie die de naschoolse dagbehandeling over Patty kan geven. Wanneer er afstemming plaats vindt tussen de naschoolse dagbehandeling en de school van Patty, kan er ook gezamenlijk met Patty aan haar doelen gewerkt worden. School is natuurlijk niet direct een plek waar veel behandeld kan worden. Wanneer de school echter wel op de hoogte is van de doelen van Patty op de naschoolse dagbehandeling, kan school hier wel aandacht aan besteden. Op die manier is de kans ook groter dat gedragsveranderingen bij Patty niet beperkt blijven tot de naschoolse dagbehandeling, maar ook doorgetrokken worden naar andere situaties zoals school.

Page 6: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

6

Het gesprek

GespreksmodelVoor het gesprek met de juffrouw van Patty, is gekozen om het model voor een informatie vergarend gesprek te gebruiken. De meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005). Voor dit gesprek is ook gekozen voor het open interview. Het open interview biedt de beste mogelijkheden om de geïnterviewde te laten vertellen wat hij of zij weet of vindt over een bepaald onderwerp (Van der Molen & Kluijtmans, 2005). In het geval van het gesprek met de juffrouw van Patty, is het de bedoeling om zoveel mogelijk informatie te verzamelen over hoe het met Patty gaat op school en het beeld dat de juffrouw van Patty heeft. Het open interview als gespreksvorm om informatie te verzamelen past hier daarom goed bij.Het open interview begint met het bespreken van het doel van het gesprek, de eventuele gespreksthema´s en de beschikbare tijd voor het gesprek. Vervolgens wordt de openingsvraag gesteld. Aan de hand van deze vraag kan de geïnterviewde gaan vertellen over het onderwerp van het gesprek. In het geval van het gesprek met de juffrouw van Patty, is dit onderwerp ´Patty´. Gespreksvaardigheden die bij dit gesprek van pas kunnen komen zijn het doorvragen wanneer bepaalde informatie niet duidelijk is, de inhoud parafraseren en (non)verbaal aandacht gevend gedrag. Deze laatste twee kunnen er voor zorgen dat het gesprek op gang blijft (Van der Molen & Kluijtmans, 2005).

GespreksdoelenVoor het gesprek met de juffrouw van Patty zijn onderstaande doelen opgesteld. Al deze doelen hebben betrekking op de informatie waarover ik wil beschikken aan het eind van het gesprek. Het hoofddoel van het gesprek is als volgt:

Na afloop van het gesprek weet ik hoe het met Patty gaat op school.

Dit doel is onderverdeeld in de volgende subdoelen. Elk van deze subdoelen zou geformuleerd kunnen worden als vraag, die is het gesprek gesteld kan worden. Na afloop van het gesprek weet ik:

Hoe Patty contact maakt met andere kinderen; Hoe Patty’s schoolprestaties zijn; Of Patty op school vaak ruzie heeft en hoe die ruzies er uit zien; Of Patty opvallend gedrag vertoont en hoe dit gedrag er uit ziet; Of er op school zorgen zijn over Patty en wat deze zorgen zijn.

Naast het vergaren van informatie over Patty op school is het ook een doel om informatie te verstrekken over hoe Patty op de naschoolse dagbehandeling is. Verder is het een doel van het gesprek om af spraken te maken over hoe er in de toekomst contact gehouden wordt tussen school en de naschoolse dagbehandeling. Aan al deze (sub)doelen zal in het gesprek gewerkt worden.

Page 7: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

7

Deel II. Het gesprek

Feitelijke weergaveHieronder volgt het verslag van het gesprek met de juffrouw. Er is voor gekozen het gesprek volledig uit te typen, zodat goed zichtbaar is hoe het gesprek is verlopen. Voordat het gesprek zoals hieronder weergegeven begon, is er toestemming gevraagd het gesprek op te nemen en het te gebruiken voor dit verslag. Niet alle verbale aanmoedigingen zijn in dit verslag opgenomen, omdat deze vaak gezegd worden terwijl de juf aan het praten is. Ook omdat het gesprek een interview was, zijn voornamelijk de vragen en antwoorden hieronder opgeschreven. De dingen die de juf heeft gezegd zijn rood gekleurd. De dingen die ik vanuit de naschoolse dagbehandeling heb gezegd, zijn blauw gekleurd.

Patty zit zoals gezegd bij ons op de naschoolse dagbehandeling en wij hebben dit gesprek aangevraagd, om te horen hoe het op school met Patty gaat. Wij hebben in het begin met moeder afgesproken dat wij met school ook gaan afstemmen, zodat iedereen zeg maar op de hoogte is van Patty. Dus vandaar dit gesprek. Nou helemaal goed. Ik zou uhm in eerste instantie graag willen weten hoe het met Patty gaat op school. Uhm, het gaat wisselend met Patty. Patty kan heel hard werken, ze kan positief gedrag laten zien maar Patty kan ook geen zin hebben, onderuit gezakt hangen op de stoel. Zij kan omslaan als een blad aan de boom. Ze kan heel open en vrolijk binnen komen, maar dan gebeurt er iets en dan uh voelt zij zich heel sterk aangevallen. Dus ze heeft heel snel het gevoel van ‘oh ze moeten mij hebben’ en dan uh komt ze op een manier uit de hoek wat eigenlijk boven haar leeftijd is. Dus zij is verbaal heel sterk. Oke. Zij is heel snel in even een krab uitdelen, even een trap uitdelen als jij dat als leerkracht niet ziet. En als je haar daar op aan spreekt, dan uh, is zij daar op en eerlijk in en zegt zij ook wat haar aandeel is. Oke. Zij belooft dan ook dat zij dat anders wil gaan doen, maar dat lukt haar gewoon lang niet altijd. Het is een meisje waar ik in die zin wel zorgen om heb, van hoe gaat zich dat ontwikkelen. Want, uh, ik had net dus ook een ouder. Dan is er dus wat gebeurd en heeft Patty uit lopen dagen. En dan zegt zij ‘o, doe maar dit of dat bij iemand. Ga die maar slaan of doe maar..’. En dat is natuurlijk, uh, dat moet niet. Kinderen zeggen ook ‘dat wil ik niet’. Maar goed, daar komt dan ook wel weer ruzie van en zij is daar altijd bij betrokken, als er iets gebeurd. Oke. Dus ik vind haar fysiek sterk, ze lost vaak dingen fysiek op. Ik vind haar verbaal ver boven haar leeftijd, ze gebruikt schuttingtaal. En dat doet zij vooral als jij dat niet hoort. In de klas hebben we de regel dat we dat gewoon niet doen. Maar in open situaties, zoals op het plein of lopend naar de gym en weer terug, dus als je even het niet hoort of ziet, dan weet je dat het een gevaarlijk moment voor haar is.Oke, ja. Aan de andere kant is het een heel lief meisje, wat heel graag wil en haar best doet om uh, om goed gedrag te laten zien. Maar ik denk ook dat het een meisje is wat gewoon heel veel heeft meegemaakt. Het is denk ik een meisje dat zich bepaald gedrag heeft aangeleerd om zich staande te houden. Dat is een beetje het beeld dat wij van haar hebben. Ja. En qua leerprestaties? Dan komt zij mee, met de groep van wat je van haar kan verwachten. Dat betekend dat zij nu in onderbouw twee A zit en dat zij functioneert op het niveau van midden tot eind groep drie, wat betreft lezen en wat betreft rekenen. Dat is ook wel een beetje het niveau wat hier in de klas aanbieden. Oke, ja. Ze had vaak ruzie zei u net al, is Patty dan ook vaak de aanleiding van het conflict? Het is wel opvallend dat zij er heel vaak bij betrokken is. Zij kan uitdagend zijn en net even iets zeggen of even aanduwen. Uitlokken. Zij zoekt dat op. Patty is geen kind dat naar buiten gaat en rustig gaat spelen. Heel vaak loopt zij rond op het plein, dan komt zij niet tot spel maar dan gaat zij op een bepaalde manier naar kinderen toe en even een duwtje geven of uitlokken. Oke, ja. En hoe pakken jullie dat met Patty op? Wij hebben de kanjertraining, dus dat betekend dat de kinderen moeten zeggen ‘stop hou op’, als iets niet prettig is. Daarna zeg je dat nog een keer. Lukt het niet, dan ga je naar de leerkracht en dan komt de leerkracht erbij om het te helpen oplossen. En slaan, schoppen, schelden ja dat kan gewoon niet. Dus dan volgt daar soms op dat je een pauze binnen moet blijven, of dat je

Page 8: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

8

even buiten de klas moet. Maar dat is voor haar voor mijn gevoel ook een overlevingsstrategie. Ook gedrag dat zij thuis misschien wel nodig heeft om zich staande te houden. Want ik hoor ook wel van moeder dat het thuis soms best heel lastig is en dat zij veel buiten is, waar ook vaak dingen gebeuren die uh, vervelende dingen, schelden, moeilijk tot spel kunnen komen. Dan denk ik, dan ben je ook meisje wat thuis niet lekker gaat spelen maar dat eigenlijk in een soort straat situatie zich staande probeert te houden. Ja. Maar goed, dat is iets waar ik niet bij ben en daar kan ik ook niet over oordelen, maar het heeft wel mijn zorg. Ze vindt het heel leuk om naar jullie te gaan, ze zegt ook ‘daar ga ik leren om met andere kinderen om te gaan’. Toen ze net de eerste twee weken was, zag je ook in haar gedrag van ‘oh, ik wil dat graag laten zien’, maar ze kan dat niet vasthouden in de zin van, uh, maandag is voor haar vaak een moeilijke dag. Net of dan het weekend, of ze dan toch weer, ja ze is vaak moe, en hangt dan in de bank. Ik werk vaak maandag, dinsdag, woensdag en maandag is dan toch wel haar minste dag. Dat ik denk, ‘goh ben je dan toch laat naar bed gegaan?’. Ik kan het ook niet helemaal checken,maar… Nee, maar zo oogt ze wel. Ja zo oogt ze wel ja. En verder in contact met andere klasgenoten, hoe doet Patty dat? Uh, ze laat zich zeker niet de kaas van het brood eten. Ze kan heel aardig zijn en behulpzaam en dat wil ze ook wel graag, maar als er dan ook maar iets gebeurt, dan vervalt ze weer in haar oude gedrag. En dat is echt die overlevingsdrang heb ik het idee van. Ja. Zo van ´o ze moeten mij hebben´ en wat ik het begin van het jaar ook heel opvallend vond is dat ze steeds zegt ´ik ben lelijk en niemand vindt mij mooi´. Het is niet een meisje dat trots is op zichzelf, maar wat een negatief zelfbeeld heeft. Ja. Dat zien wij ook wel terug op de groep, dat ze zichzelf af en toe lelijk noemt. Ja. Wat ik jammer vind is dat op een gegeven moment, uh, ze gaat een naam ontwikkelen. Ook hier binnen de school. Want op het schoolplein als er wat is, is zij er heel vaak bij betrokken. En dan heb ik net een ouder die zegt ´ik ben er eigenlijk wel klaar mee, het is al zo vaak gezegd dat ze niet mag schoppen, slaan of krabben, maar ze blijft het doen´. Ja. Ja en als ik het zie dan krijg je straf en dan blijf je binnen, maar het zit zo geworteld in haar hele zijn dat het heel lastig is om er uit te halen. Dus ik hoop dat ze dat bij jullie gaat leren. Ja, dat is wel iets waar we met haar mee aan de slag zouden kunnen gaan. Het is alleen wel zo dat wij dit heel weinig zien op de groep. Bij ons op de groep speelt ze veel samen met andere kinderen en kan ze zich ook best alleen vermaken. Oke, ja dat kan ze prima ja. En in samenspel, ze vindt het heel leuk om samen te spelen. Ze gaf in het begin wel aan dat ze dat wel moeilijk vindt, maar dat zien we op de groep eigenlijk weinig terug. Ze kan wel een beetje bazig doen van ´nee, je moet nu dit doen´, maar we hebben haar nog niet fysiek gezien, dat ze iets heeft gedaan. Nee. Ook haar grove taal zien we op de groep eigenlijk helemaal niet terug. Patty zegt wel eens dat ze een slecht woord wilde zeggen, maar dat ze dat niet heeft gedaan. Ze is er wel echt mee bezig, met die schuttingtaal zeg maar, maar we horen het eigenlijk niet. Nee. Het punt is op school ook, in de klas doet ze het niet. Nee. Want dan weet ze ook, dat wordt niet getolereerd. Waar het gebeurt, is tijdens de vrije situaties op het plein. Als er veel kinderen zijn, dan speel je toch met zo´n dertig kinderen buiten, dan zie je het het meest. Ja. Wat ze op de groep ook vaak doet, is andere kinderen complimentjes geven. Ja dat is leuk, want dat oefenen we op school wel heel veel. WE zijn met de kanjertraining bezig, we hebben daar ook een lijst hangen met complimentjes voor elkaar. Soms is er een dag dat we zeggen ´aan het eind van de dag moet je die of die een complimentje geven´. Dat vindt zij ook leuk, daar kan ze ook heel goed in mee doen. Ik ben ook wel heel benieuwd, ze is natuurlijk nieuw bij jullie op de groep. Ja. Dan wil ze het heel graag goed doen, dat merk je hier op school ook wel. En hier zijn ook wel bepaalde gedragingen zijn misschien wel ingeslepen, van vorig jaar. Deze moeder zegt ook ´ja vorig jaar deed ze dat ook steeds´. In de klas laat ze ook steeds uh, heel leuk en goed gedrag zien, maar soms dan gebeurt er wat en dan denk ik ´hé´. En dan zie je het ook, dan wordt ze echt een beetje boos en dan kan ze even flink uh uit de hoek komen. En dan heeft ze of gekrabd of een trap gegeven, maar niet waar jij als leerkracht bij bent. Nee. Kunt u een voorbeeld noemen van wat er dan kan gebeuren waardoor Patty zo omslaat? Dat ze eerst zo leuk aanwezig is en dat ze dan opeens. Ik denk dat ze dan zich echt wel aangevallen voelt, dat er dan iets gezegd wordt of gedaan wordt wat ze gewoon vervelend vindt. Of een kind, er zitten hier natuurlijk ook wel kinderen die bepaalde gedragingen steeds maar herhalen, nou dan heeft zij daar wat van gezegd, van ‘stop’. Maar als jij een kind met PDD-NOS hebt, die kan daar niet mee stoppen. Dus dat irriteert haar dan en dan kan ze er nog een

Page 9: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

9

keertje wat van zeggen, maar dat kind kan dat niet dus die zegt wat terug en dan bouwt het op. Ja, oke. Verder vind ik opvallend dat zij heel sterk bezig is met verliefd zijn, jongens, oudere kinderen. Ze is nu nog heel jong, maar ik maak me daar voor de toekomst wel zorgen over. Want zij was bij jullie de eerste keer geweest en ze kwam terug en ze vertelde ‘er is daar een hele leuke jongen juf!’ Ik denk, ik vind dat gewoon niet gezond. Nee. Dat jij als achtjarige naar zo’n groep gaat en dat wat je verteld is dan dat er een leuke jongen is waar jij eigenlijk al verliefd op bent. Ze is heel sterk gericht op man-vrouw relaties, verliefd zijn. Daar is ze niet de hele dag mee bezig, maar de andere kinderen in onze klas talen daar bijna nog niet naar. Nee. In die zin vind ik haar soms al wat puberaal gedrag laten zien. Ja. En kunt u nog een voorbeeld noemen van wanneer zij bijvoorbeeld bezig is met die man-vrouw relaties? Uh, nou toen ze dus bij jullie was geweest dan komen er, ja, of als we naar het zwembad gaan en er is een hele groep jongens van het VMBO dat daar toevallig staat, dan zie je aan haar van ‘o, grote jongens’. Oke. Dat is dan interessant, terwijl ze eigenlijk maar een kind is en daar eigenlijk uh, uh. Niet mee bezig hoort te zijn. Nee inderdaad, niet mee bezig hoort te zijn. En uh, we hebben hier op school ook een keer een voorval gehad. Thuis had ze van haar moeder een telefoon gekregen en met die telefoon belde ze steeds de jongens van hier de bovenbouw. Via via had ze dat telefoonnummer gekregen en dan ging ze bellen en dan ging ze schelden. Oke. En andere rare woorden zeggen. Dat is natuurlijk allemaal buiten school om, maar op een gegeven moment kwamen die jongens ermee en hebben we om tafel gezeten. Ik heb het ook met moeder besproken, maar dat is dan, dat zijn dan dingen als je dat doet buiten school, en je zet zo’n mond op en je belt jongens hier uit de bovenbouw, ja dan kun je er op wachten dat je er reactie op krijgt de volgende dag op school. En dan wil ze zich waarmaken dus ja. Daar hebben we dus dan wel zorgen om. En waar ik me zorgen om maak is dat moeder duidelijk aangeeft dat ze veel moeite heeft met Patty thuis. Ja. En dat ik me afvraag in hoeverre kan zij dat goed aan en uh, ik vind als kinderen acht zijn, dan hoor je ‘s avonds niet heel laat nog op straat te zijn. Dan moet je thuis gezellig theedrinken en een spelletje doen en uh. Nou de vraag is lukt dat en nu is ze acht, maar als ze straks twaalf, dertien is en ze gaat dan ’s avonds de straat op. Ja. Ja, wat dan. Dus dat is ook wel een punt van zorgen waarvan ik denk ja. Ik heb er ook wel met moeder over gehad en die zegt dat ze wel iemand heeft met wie ze hier over praat. Daar krijgt ze ook wel tips van, maar dat is wel ja. Ja. Wanneer heeft u het hier met moeder over gehad? In november heb ik het hier met moeder over gehad en toen vertelde moeder dus ook van dat op straat dat Patty daar een grote mond op zet. Maar nogmaals, hier in de klas doet ze dat bijna nooit, maar als ze in het gedrang komt. En dan nog hoor ik dat altijd via via, want ze weet wel dat het niet hoort en dat als ik het hoor ik er wat van ga zeggen. Oke. Uh, zijn er nog meer dingen die opvallen in Patty’s gedrag hier op school? Nou, uh, nee. Dat zijn wel de meest opvallende dingen. Vooral dat echt heel lief doen en heel aanhankelijk zijn en geborgenheid bij je zoeken. Dan denk ik ‘wat ben je toch een hartstikke lief meisje dat echt kan genieten van kleine dingen en dan zie je haar ook stralen. Maar dan zo ineens voelt ze van ‘ze moeten mij hebben of het is niet goed genoeg’ en dan draait dat dus om.Oke. Wat ik me verder nog af vraag is of Patty vriendjes of vriendinnetjes heeft in de klas. Nee niet voor vast. Ze wil wel graag. Ze kan wel redelijk goed met N. maar ook daarin is het extreem. Het ene moment is het best friends forever, armen erom heen en we gaan altijd samen wat doen en dan is er wat gebeurd en dan is het ‘ik ben je vriendin niet meer!’. Dan is dan wel van twee kanten, maar het is extreem. Dus uh, heel graag wil ze vriendinnetjes, maar dan is het even mis en dan uh, het is alles of niets vaak. En ik denk dat dat daar ook in mee speelt, maar dat is invulling van mij, de angst van ze wil heel graag en dan gaat het dus mis en dan dekt ze zichzelf in van ‘dan maar helemaal niet’. Want uh het moet dan helemaal goed zijn. Ik heb het gevoel van dan zie je daar weer die overleving ‘het is niet helemaal honderd procent, dan zorg ik wel dat ik haar op mijn tanden krijg’. Net of er dan een schild omheen gaat. Niet te dichtbij. Nee, terwijl ze aan de andere kant zich wel op andere momenten open stelt. Je komt bij Patty wel dichtbij. Daar kun je echt wel leuke dingen mee doen en van genieten of een spelletje doen en dat vindt ze ook heel erg leuk. Ja. Het is hier dus ook weer twee kanten, maar wel in het extreme naar beide kanten. Ja nou ja, extreem, in ieder geval opvallend. Het is niet zo dat ze de hele dag ruzie loopt te maken en te schelden. Jullie komen hier om te weten hoe het met haar gaat en dit gedrag laat zij zien, maar zij laat ook zien dat zij wel heel graag

Page 10: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

10

wil en dat boze dat krabben en slaan en schoppen is natuurlijk heel vervelend. Dat doet zij gemiddeld genomen meer dan andere kinderen en kijk als dat nu af gaat nemen is dat natuurlijk goed. Maar als je hier niks mee gaat doen en het ontwikkeld zich, dan kun je een heel problematische puber krijgen denk ik. Ja. Want ik vind het echt wel zorgwekkend gedrag. Ja. En dat slaan en schoppen, is dat haar manier van het uiten van haar boosheid? Zou het dan helpen wanneer ze een andere manier zou leren om haar boosheid te uiten? Dat weet ik niet. Nee. Ik weet, ze kan het ook verbaal, maar ze kan het niet op een gewone manier. Dus dan wordt het al gauw, uh ja. Misschien hebben jullie een idee, want jullie zijn daar in gespecialiseerd of? Nou ja, want ze gaat daar heen en ze zegt ook ‘ik ga naar de juf om te leren dat ik niet meer boos wordt en om te leren hoe ik met andere kinderen om moet gaan’. Nou zij is natuurlijk een kind dat dat meer nodig heeft, wij besteden daar heel veel aandacht aan, sociale vaardigheden. Wij hebben de kanjertraining, dat is eigenlijk nog belangrijker dan het didactische, want het is de basis. En als je die rust niet hebt, is je hoofd ook niet leeg om iets te leren. Dus daar besteden wij heel veel aandacht aan. Maar voor is dat dus nog niet voldoende. Nee. Nou Patty komt dus bij de naschoolse dagbehandeling van Ambiq, en uh, zij komt drie dagen in de week na schooltijd. Wij doen dat in combinatie met ouderbegeleiding, dus wij gaan een keer in de twee weken naar moeder toe om dingen met haar te bespreken. Uh, wij zitten nu nog in de observatieperiode met Patty, dus om te kijken hoe alles gaat. Binnenkort hebben we een behandelplan bespreking, waarin we doelen gaan opstellen. Ook doelen voor thuis, dus dingen waar moeder met Patty tegenaan loopt en waarin wij haar kunnen ondersteunen. Ja, want dit verhaal over thuis, dat herkennen jullie of hebben jullie ook gehoord of is dat nieuw? Nou, uh, niet in die mate. We hebben van moeder wel gehoord dat Patty wel veel buiten speelt met oudere kinderen en dan vaak ruzie maakt. Dat heeft Patty ons zelf ook verteld. Moeder zegt wel dat Patty lastig kan zijn thuis en wat zij er precies lastig aan vindt, maar ik heb nog niet echt het idee gekregen dat moeder het echt problematisch vindt. En wat we nu ook een beetje terug horen is dat, doordat zij naar de dagbehandeling bij ons gaat, dat ze eigenlijk als ze thuis komt alleen nog wat eet en niet meer naar buiten gaat. De geluiden die wij horen van moeder is dat het thuis ook stukken beter gaat met Patty. Dat is inderdaad wel anders dan het verhaal dat moeder mij vertelde, maar dat was dan ook van november, dus voordat ze naar jullie toe ging. Oke, ja. Ja wat wij nu van moeder terug horen is dat ze er positief in staat en het eigenlijk wel de goede kant op gaat. Nou ik vind het ook zeker niet erger worden hier op school, toevallig hadden we nu dan een akkevietje met een moeder en dat was vrijdag gebeurd. Donderdag was er een invaljuf. Toen kwamen mij duo partner en ik in de kleine pauze en toen zat zij op de gang. Heel boos, want ze was er uit gezet. Dat zij situaties die zij niet aan kan. Dan komt er een andere juf op de groep en er gebeuren dingen, andere kinderen zijn onrustiger. Dat zijn dan momenten waarop Patty verbaal sterker wordt en ruzie krijgt met andere kinderen. En nogmaals dat is niet iets wat dagelijks is. En vrijdag is het nog wat onrustiger, want dan is de eigen juf er weer en dan gaat het dus mis op het plein. Ja. Maar het is echt niet zo dat zij hier alle dagen voor straf zit en dat wij niks met haar kunnen beginnen. Nee ik vind het ook in de klas, dan moet je haar wel eens bijsturen, maar is het niet een kind waar wij heel veel problemen mee hebben. Maar moeder noemt dat van thuis en wij herkennen dat wel in de vrijere situaties. Dat zij dan op die manier gaat reageren. En het is ook niet zo dat van ons een hulpvraag komt omdat wij echt niet weten wat we met dit kind moeten. Want eigenlijk hebben wij wel tools ervoor om met haar aan het werk te gaan. Maar ik vind het wel fijn, voor moeder, dat zij van die kant ook hulp krijgen, omdat moeder dat zo duidelijk aangaf. Oké, ja. Dat is helder. Heeft u verder nog vragen voor ons? Ik ben uh, eigenlijk wel heel benieuwd wat jullie met haar gaan doen en wat wij daarin kunnen doen. Want het is natuurlijk het mooist als we dat af kunnen stemmen. Want wat zij bij jullie leert, als wij dat weten, dan kunnen wij haar daar ook op aanspreken en haar daar complimenten voor geven. Je had het net over een behandelplan, ik zou het dan wel heel fijn vinden om dat eens door te lezen of dat in ieder geval te weten. Dan kunnen we op een positieve manier op een lijn gaan zitten en dat werkt denk ik het beste. Ja, dat is fijn. Het is in principe vanuit ons ook de intentie om af te stemmen inderdaad. Patty zit nu dus nog in de observatieperiode, dat we op verschillende gebieden kijken van ‘hoe doet Patty het?’. Bijvoorbeeld contact maken met leeftijdsgenoten, met volwassenen. En uit mijn hoofd 20 februari hebben wij een behandelplanbespreking. Dan gaan we samen met de

Page 11: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

11

gedragswetenschapper, met moeder en volgens mij komt voogd er ook bij en wij zitten er bij en dan gaan we met zijn allen zeg maar aan de hand van een observatieverslag bekijken wat worden de doelen voor Patty om aan te gaan werken. En dan zou het ook wel prettig zijn als iemand van school daar bij aanwezig kan zijn. Dat er een algehele afstemming plaats vindt. Dat is op 20 februari? Ja. Dat is op een? Op een donderdag. Om tien uur ongeveer. En het mag ook prima een IB-er van school ofzo zijn hoor, als het u niet lukt om te komen. Oke. Ik zou in principe kunnen, maar ik ga even navragen of het mag, want daar zijn binnen de school wel afspraken over. Prima, en als het niet lukt, kunnen we altijd een afspraak maken om de belangrijke dingen uit het behandelplan door te spreken. Oke, prima. Het is dan misschien handig dat ik jullie erover bel of er iemand van ons bij kan zijn. Prima. En vindt u het fijn om verder ook contact te onderhouden over hoe het met Patty gaat op de naschoolse dagbehandeling en dat wij ook door u op de hoogte gehouden worden van hoe het met Patty gaat op school? Ja ik vind het wel prettig om een keer in de vijf/zes weken contact te hebben en te kijken wat zien wij, wat zien jullie en zijn er veranderingen. Prima, dat lijkt ons ook fijn. En mochten er hele bijzondere dingen zijn met Patty op school, wat handig is voor ons om te weten, vinden wij het fijn om daar via een mailtje ofzo even van op de hoogte gesteld worden. Ik vind het in ieder geval fijn als we wat haar betreft bepaalde gedragingen kunnen doorbreken, want ze verdient gewoon dat we met een open blik naar haar kijken en dat ze een nieuwe kans krijgt. Dat is ook het mooie van dat ze nu bij jullie komt, een nieuwe omgeving met kinderen die haar nog niet kennen. En als ze zich dan van haar beste kant laat zien, is het een heel leuk meisje om mee te werken en om mee te spelen. Ja, ja misschien dat ze nog moet loskomen, maar voor nu laat ze heel positief gedrag zien. Ja dat is hartstikke mooi. Inderdaad. En wat betreft het contact onderhouden, wat zou u daar prettig in vinden. Heeft u dat het liefst via de mail, telefonisch of zoals nu face to face? Uh, ik denk dat via de telefoon wel prima is. Om elke zes weken heen en weer te rijden wordt misschien een beetje veel. Dus ja, telefonisch is voor ons denk ik het fijnst. Oke, prima. Doen we dat. Hebben jullie nu een ander beeld dan waarmee je gekomen bent? Uh, het is wel een anders dan wat wij van Patty zien op de groep, maar wat ik weet vanuit de intakegegevens en wat moeder ons tot nu toe heeft verteld, komt dat wel aardig over een. Het verbaasd in ieder geval niet. Ik vind het wel erg mooi dat ze in een nieuwe setting nu bij jullie positief gedrag laat zien. Dat biedt echt kansen voor haar. Aan de andere kant ook wel zorg, van waar komt dat andere gedrag dan vandaan. Wat heb jij meegemaakt dat jij je op die manier staande moet houden. Nee inderdaad. En dat voor zo’n jong meisje nog. Nee en daarom denk ik ook wel een meisje dat je in die zin in de gaten houdt, omdat het ook naar de negatieve kant zich kan ontwikkelen. Ja zeker. En dat moet niet. Nee, zeker niet. Oke. Ik heb verder geen vragen meer. Ik denk dat wij dit gesprek nu naar moeder gaan terugkoppelen en ook even overleggen in hoeverre zij het fijn vindt dat wij informatie met elkaar delen. Oke, prima. Dan horen wij nog van u over de twintigste, de behandelplanbespreking en anders spreken wij u weer over een week of zes. Helemaal goed. Bedankt voor het gesprek en voor alle informatie en dan tot ziens. Jullie ook bedankt en jullie horen nog van mij.

Het bovenstaande verslag, bevat niet alles wat er in het gesprek besproken is. De collega die vanuit de naschoolse dagbehandeling bij het gesprek aanwezig was, heeft tussendoor ook enkele vragen gesteld. Deze vragen en antwoorden zijn uit het verslag weggelaten, zodat het mijn gesprek met de juffrouw weergeeft.

Page 12: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

12

Analyse

AansluitingHet gesprek vond plaats met een docente uit het speciaal basisonderwijs. Deze docente is deskundig op het gebied van lesgeven aan kinderen uit het speciaal basisonderwijs. Dit was niet een gesprek waarin er een gesprek plaatsvond tussen een hulpverlener en een cliënt. Het was eerder een gesprek tussen twee hulpverleners uit verschillende disciplines. Met deze instelling ging ik ook naar het gesprek toe. Voordat het gesprek zoals uitgewerkt begon, heb ik mezelf voorgesteld aan de juffrouw en toestemming gevraagd voor het gebruik van het gesprek voor dit verslag. Nadat ik hiervoor toestemming had gekregen, begon het gesprek zoals in het hoofdstuk hiervoor uitgewerkt. Nadat de eerste open vraag gesteld was, begon de juffrouw met vertellen over Patty en hoe het met haar gaat op school. De juffrouw vertelde uit zichzelf veel informatie. Ik onderbrak haar bewust niet met nieuwe vragen, zodat de juffrouw haar verhaal kon doen zonder dat ze door mijn vragen in een bepaalde richting geduwd werd. Ik probeerde dus vooral aan te sluiten door de juffrouw zoveel mogelijk aan het woord te laten en haar te volgen in de onderwerpen die besproken werden. Dit omdat de juffrouw deskundige is op het gebied van ‘docent zijn’ van kinderen in het speciaal basisonderwijs, dus ook Patty. Verder kent de juffrouw Patty het best, zoals Patty op school is. Door de juffrouw de ruimte te geven haar verhaal te vertellen en geen suggestieve vragen te stellen of dingen in te vullen, kon ik deze deskundigheid erkennen. Er zijn wel moment geweest waar ik wel een suggestieve vraag stelde of waar ik wel iets invulde. Bijvoorbeeld op pagina 7, de blauwe regel waarin wordt gevraagd naar de ruzies. Hier vraag ik of Patty dan ook vaak de aanleiding van het conflict is. Dat is eigenlijk een suggestieve vraag. Het is dus niet helemaal gelukt om de juffrouw te volgen. Verder heb ik geprobeerd aan te sluiten bij de juffrouw door te vragen hoe zij op school dingen aanpakken. Bijvoorbeeld op pagina 7, de laatste blauwe zin. Daar vraag ik hoe zij met Patty om gaan wanneer zij uitlokt of ruzie heeft. Op pagina 11 is te lezen dat er afspraken gemaakt worden over toekomstige afstemming tussen de naschoolse dagbehandeling en school. Daar vraag ik of de juffrouw dat prettig zou vinden en op welke manier zij dat prettig zou vinden. Door naar haar mening te vragen probeer ik opnieuw bij de juffrouw aan te sluiten. Ik wilde namelijk in ieder geval graag contact onderhouden om vaker af te kunnen stemmen.

GespreksinterventiesDe gespreksinterventie dit ik het gesprek met de juf het meest heb toegepast is de verbale aanmoediging. In de feitelijke weergave van het gesprek staan maar een paar van deze verbale aanmoedigingen weergegeven, omdat veel van deze aanmoedigingen gezegd werden terwijl de juf ook aan het praten was. Door deze verbale aanmoedigingen te geven, wilde ik de juf laten merken dat ik echt naar haar luisterde. Ook probeerde ik haar daardoor te stimuleren verder te praten. Een andere interventie die ik heb toegepast is doorvragen. Bijvoorbeeld op pagina 7, waar ik vraag hoe het gaat met ruzies en hoe de juffrouw dat dan met Patty oppakt. Het inzetten van deze gespreksinterventie zorgt ervoor dat ik een duidelijker beeld krijg van hoe school om gaat met Patty wanneer zij uitdaagt of ruzie heeft. Wanneer ik weet hoe ze op school met Patty en dit soort situaties om gaan, kunnen wij op de naschoolse dagbehandeling proberen op dezelfde lijn te gaan zitten. Ook heb ik een aantal keer doorgevraagd door naar een voorbeeld te vragen van gedrag dat de juffrouw beschreef, zoals op pagina 8 de laatste blauwe zin of pagina 9 de eerste blauwe zin. Op die manier krijg ik een beter beeld van het gedrag dat de juf beschrijft. Verder heb ik weinig gespreksinterventies toegepast. Ik vond dat tijdens het gesprek niet nodig. De juffrouw vertelde veel uit zichzelf en was voor mij ook duidelijk in wat zij vertelde. Ik kreeg vrij automatisch alle informatie die ik wilde hebben. Grotendeels zelfs zonder er naar te vragen. Ik zag daarom geen reden om andere interventies toe te passen.

Page 13: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

13

Verantwoording

In dit hoofdstuk zullen de verschillende onderdelen van het gesprek aan elkaar gekoppeld worden.

Vanuit de context van het gesprek, afstemming creëren tussen de naschoolse dagbehandeling en de juf van Patty, waren er verschillende gespreksdoelen opgesteld. Deze doelen zijn terug te lezen in het hoofdstuk Het gesprek, gespreksdoelen op pagina 6 van dit verslag. Al deze doelen waren gericht op het vergaren van informatie over hoe het met Patty gaat op school. Om het gesprek goed vorm te geven, was ervoor gekozen om het model voor een informatie vergarend gesprek te hanteren tijdens het gesprek met de juf. Dit model heeft het karakter van een open interview. In de weergave van het gesprek is dit karakter van een open interview duidelijk terug te zien. In het begin van het gesprek, op pagina 7, wordt één open vraag gesteld, de openingsvraag, waarna de juffrouw verteld over Patty. Naar aanleiding van wat de juf vertelt, worden er vervolgvragen gesteld, zoals op pagina 7, de laatste blauwe zin. Daar verteld de juffrouw over dat Patty vaak bij conflicten betrokken is, daar wordt op in gegaan door te vragen hoe de juffrouw dit met Patty op pakt. Binnen het onderwerp ‘Patty’ worden gedurende het gesprek meerdere vragen gesteld, om die informatie te verkrijgen waarmee de doelen worden behaald. Dit is bijvoorbeeld te zien op pagina 7. De juffrouw vertelt na de openingsvraag hoe het met Patty gaat op school. Daar wordt op in gegaan door te vragen hoe het met Patty gaat qua leerprestaties. De vraag sluit dus aan op wat de juffrouw aan het vertellen was, maar stuurt het gesprek in een net andere richting waardoor er over een ander gespreksdoel wordt gesproken, namelijk het doel ‘Ik weet na afloop van het gesprek hoe Patty’s schoolprestaties zijn’. Ook de verschillende gespreksinterventies hebben ertoe bijgedragen dat de gespreksdoelen behaald zijn. Door de verbale aanmoedigingen, werd de juf gestimuleerd verder te praten over Patty en hoe zij het op school doet. Ik hoefde weinig vragen te stellen, om toch de informatie te krijgen die ik wilde hebben. Door door te vragen, kon ik om dat beetje extra informatie vragen wat ik ook nog nodig had om een doel te behalen, zoals in het voorbeeld dat hierboven ook al beschreven staat, pagina 7 de vraag over leerprestaties. De interventie ´doorvragen´ hoort ook bij het model van een informatie vergarend gesprek. Door door te vragen, kun je binnen hetzelfde hoofdonderwerp, over verschillende deelonderwerpen informatie vragen. Daarbij gaat zo´n vraag meestal in op iets wat de geïnterviewde, in dit geval de juf, heeft gezegd.

Page 14: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

14

Deel III. Reflectie

Feedback

Je hebt het gesprek goed gevoerd. Je hebt netjes toestemming gevraagd en je begon met een goede openingsvraag waardoor de juf in een keer veel vertelde. Volgens mij heb je je gespreksdoelen ook allemaal behaald, zonder dat je daar veel extra vragen voor hoefde te stellen, dus dat is mooi. Ik merkte bij mezelf wel dat ik het lastig vond om de vragen of opmerkingen had niet te stellen of vertellen. Sorry als ik daardoor jouw rol een beetje overnam. Maar ook daar haakte je telkens weer goed op in. Wat betreft je non verbale communicatie, je zat er rustig en ontspannen bij, keek de juf goed aan. Geen bijzonderheden eigenlijk.Verder heb ik weinig feedback voor je. Je hebt het gesprek goed gevoerd, je bent te weten gekomen wat je wilde weten. Ook dat wat je over Patty van de groep vertelde deed je netjes. Je mag tevreden zijn.Door: F.G., collega.

Page 15: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

15

Mijn reflectie

Deze reflectie schrijf ik aan de hand van de STARR methode en de feedback van mijn collega uit het vorige hoofdstuk.

SituatieSinds Patty in november op de naschoolse dagbehandeling komt, ben ik haar mentor. In het startgesprek met moeder, gaf zij aan dat ze het prettig zou vinden als wij als naschoolse dagbehandeling ook contact zouden houden met school. In dit gesprek hebben wij dan ook toegezegd dit te zullen doen. Het was daarom mijn taak, als mentor van Patty, om een afspraak met de juffrouw van Patty te regelen om informatie uit te wisselen en af te stemmen. Dit heb ik dan ook gedaan. Op 20 januari had ik een afspraak met de juf van Patty. Samen met mijn collega die mij in mijn mentorschap begeleidt, ging ik naar de school van Patty voor het gesprek met de juf. De juffrouw liet ons binnen en na een voorstel rondje en de vraag of dit gesprek opgenomen mocht worden, begon het gesprek echt.

TaakHet was mijn taak, als mentor van Patty, om een gesprek met de juf te houden om informatie uit te wisselen en af te stemmen. Zodoende was het ook mijn taak om te bedenken wat ik precies wilde weten van de juf en wat ik eigenlijk van het gesprek verwachtte. Het kader van deze P-taak was daarom erg handig. Nu ‘moest’ ik van tevoren verschillende dingen bedenken, zoals welk gespreksmodel ik ging hanteren en welke doelen ik wilde bereiken door dit gesprek te voeren. Dat was voor mij in deze situatie ook wel goed. Wanneer ik dit gesprek niet voor deze p-taak had gebruikt, had ik deze voorbereidingen denk ik ook niet getroffen en was ik veel meer ‘blanco’ het gesprek met de juf in gegaan. Als mentor van Patty zou ik het gesprek met de juf voeren, ook al was mijn collega er ook bij en ondanks dat ik nog nooit eerder een gesprek met een leerkracht had gevoerd. Ik vond het vooruitzicht van het gesprek met de juffrouw spannend, onder andere omdat het de eerste keer was dat ik zoiets moest doen. Daarnaast vond ik het ook spannend omdat ik graag een goede indruk wilde maken bij de juf en omdat ik het gesprek graag goed wilde voeren. Ik verwachtte van mezelf dat ik het gesprek goed zou voeren, zonder enige fout te maken. Goed hield voor mij in dit geval in dat ik de leiding van het gesprek zou houden, de juiste vragen op het juiste moment zou stellen en bij de juf de indruk van ‘professionele hulpverlener’ zou achterlaten. Ik verwachtte ook van mijzelf dat ik goed antwoord zou kunnen geven op de vragen die de juf mij eventueel zou stellen en dat ik daarbij niet de hulp van mijn collega nodig zou hebben. Ik wilde het gesprek helemaal zelf, helemaal goed kunnen voeren. Nu weet ik best dat wanneer je iets voor de eerste keer doet, er een grote kans is dat het niet helemaal goed gaat. Ik wist dus ook wel dat dit gesprek misschien niet helemaal goed zou gaan. Toch wilde ik dat wel graag, iets wat samenhangt met het perfectionisme dat ik de laatste tijd bij mezelf heb ontdekt.

ActieVoorafgaand aan het gesprek had ik mij verdiept in verschillende gespreksmodellen en besloten dat het model van een informatie vergarend gesprek het best bij het gesprek met de juf zou passen. Nadat ik de keuze voor dit model had gemaakt, begon ik na te denken over gespreksdoelen. Ik bedacht welke informatie belangrijk zou kunnen zijn voor de behandeling van Patty op de naschoolse dagbehandeling en welke informatie handig zou zijn om over te beschikken. De gespreksdoelen had ik toen snel bedacht. Ik voelde me daar ook tevreden over, ik had het idee dat dat ook echt alles was wat ik wilde weten aan het eind van het gesprek. Voor de zekerheid besprak ik de gespreksdoelen vooraf ook nog met mijn collega die mij begeleidt. Zij was het met de doelen eens en had geen aanvullingen. Dit gaf mij een stukje zelfvertrouwen, dat ik in ieder geval een goede voorbereiding had gedaan.

Page 16: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

16

Toen de juf ons uitnodigde om het lokaal binnen te komen, stelde ik mijzelf voor als de mentor van Patty. Mijn collega stelde zichzelf voor als collega van mij, die mij begeleidt in het mentorschap van Patty. Zij vertelde daarbij ook dat ik het gesprek zou gaan voeren. Ik hoefde dus niet meer aan de juffrouw uit te leggen hoe de taken tussen mij en mijn collega verdeeld waren. Daarbij komt dat ik de juf ook al telefonisch had gesproken en had uitgelegd dat ik stagiaire ben en wat mijn taak is. Ik voelde me aan het begin van het gesprek zenuwachtig. Ik wist niet precies wat ik moest zeggen en hoe ik alles moest zeggen. Ik had ook het idee dat ik een beetje klungelig over kwam doordat ik vaak ‘uhm’ zei. Dat kwam doordat ik zenuwachtig was. Gelukkig kreeg ik het idee dat de juffrouw mij serieus nam. Ze keek mij aan en reageerde serieus op dingen die ik zei en vroeg. Dit stelde mij gerust. Nadat ik de eerste officiële vraag had gesteld en de juffrouw vertelde, voelde ik mij langzaam ontspannen. Ik voelde mij serieus genomen. Terwijl ik naar de juf luisterde, bedacht ik nieuwe vragen die ik zou kunnen stellen aan de hand van wat zij vertelde. Veel van die vragen werden terwijl de juf vertelde alweer beantwoord. Doordat ik hier ondertussen over aan het nadenken was, wist ik ook wat ik kon vragen als de juffrouw even stopte met haar verhaal. Er vielen daardoor voor mij geen ongemakkelijke stiltes. Daardoor voelde ik me zelfverzekerd en niet ‘onkundig’. Af en toe stelde mijn collega ook een verdiepende vraag, ondanks dat we hadden afgesproken dat ik het gesprek zou voeren. Zij vroeg voor zij deze vraag stelde wel aan mij of ik het goed vond dat zij een vraag stelde. Ik gaf aan dat niet erg te vinden. Toch voelde ik me de eerste keer wel even een beetje onzeker worden. Het gaf mij namelijk het gevoel dat ik bepaalde dingen vergat en het daardoor niet goed deed. Nadat mijn collega de vraag had gesteld, ebde die onzekerheid ook weer weg. De vraag die mijn collega stelde, was namelijk een vraag waar ik niet op zou zijn gekomen. Dit had mijn gevoel van ‘ik vergeet dingen’ erger kunnen maken, maar dat deed het niet. Ik vond de vraag die mijn collega toen en later stelde, namelijk minder relevant dan de vragen die ik stelde en wat de juf verder vertelde. Toch was het niet zo dat ik de vraag erg irrelevant vond. Het leverde namelijk toch weer stukjes informatie op, die we anders niet hadden gekregen en die op een of andere manier best van pas zouden kunnen komen. Door naar de vragen van mijn collega te luisteren had ik ook het idee dat ik een idee/beeld zou krijgen van andere denkkaders van waaruit ik ook zou kunnen (leren) denken. Ik vond het dus eigenlijk voor zowel het gesprek als voor mijn eigen ‘leerproces’ verrijkend dat mijn collega haar vragen ook stelde. Na elke vraag gaf zij het gesprek ook weer over aan mij, waardoor ik niet het idee kreeg dat zij het over nam.

ResultaatDoordat ik voor mezelf had opgeschreven welke doelen ik had, wist ik gedurende het gesprek precies wat ik al wel wist en wat ik nog graag wilde weten. Wanneer de juffrouw dan even stil viel en ik had ondertussen geen vraag bedacht over wat de juffrouw had verteld, kon ik een nieuwe vraag stellen zonder dat ik daar echt over na hoefde te denken. Uiteindelijk had ik in een vijfenveertig minuten durend gesprek alle gespreksdoelen behaald die ik voor mezelf had opgesteld. Ik had door de vragen die ik had gesteld en de antwoorden die de juf daarop had gegeven, een beeld gekregen van hoe Patty op school functioneert en hoe de juffrouw daar mee om gaat. Ook had ik een beeld van hoe de juffrouw tegen bepaalde gedragingen van Patty aan kijkt. Dit kan mij weer helpen om bepaald gedrag van Patty vanuit een ander perspectief dan dat van mijzelf te bekijken. Na afloop van het gesprek, gaf de juffrouw aan dat zij het een prettig gesprek had gevonden en dat zij graag contact zou willen onderhouden met mij/ons. Ook vertelde de juffrouw dat zij een beeld had gekregen van hoe Patty op de naschoolse dagbehandeling is. Dat gaf voor mij wel aan dat ik niet alleen goede vragen had gesteld, maar ook goede antwoorden had kunnen geven op de vragen die de juffrouw stelde.

ReflectieNa afloop van het gesprek voelde ik me redelijk tevreden over hoe het gesprek was verlopen. Ik was blij met de informatie die ik had gekregen en dat ik daarmee mijn gespreksdoelen had behaald. Ook was ik blij dat de juffrouw tevreden was over het gesprek en erg positief stond tegenover toekomstig contact en samenwerking ten behoeve van Patty. Toch waren er wel dingen waarover ik niet helemaal tevreden was. Ik had het idee dat ik misschien wel te weinig vragen had gesteld, ondanks

Page 17: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

17

dat ik eigenlijk alle informatie had gekregen die ik wilde hebben. Ik vond dat ik erg weinig aan het woord was geweest en ik maakte me daardoor wel zorgen of ik de p-taak wel goed uit zou kunnen voeren. Ik had vooraf aan het gesprek namelijk de hele p-taak wel doorgelopen, kijken naar wat er van mij werd verwacht en wat ik dus moest doen. Ik had het idee dat ik helemaal geen gespreksinterventies had toegepast. Dit maakte mij allemaal wel een beetje onzeker. Toen ik feedback vroeg van mijn collega, kreeg ik alleen maar positieve feedback. Dit vond ik erg prettig. Dit nam mijn onzekere gevoel wel enigszins weg. Ik had het gesprek goed gevoerd, ondanks dat het dan misschien niet helemaal in het kader van deze p-taak paste.Toen ik bezig ging met het terugluisteren en uitwerken van het gesprek, kwam ik erachter dat ik wel interventies had ingezet, alleen geen interventies die als voorbeeld werden genoemd in de beoordelingscriteria. Dit vond ik in het begin alsnog wel lastig. Het blokkeerde mij ook een beetje. Ik wist niet goed wat ik moest opschrijven, omdat ik het idee had dat ik niet had voldaan aan de eisen van de p-taak. Door te kijken wat ik wel had gedaan en wat ik wel kon beschrijven, in plaats van door te kijken naar wat ik niet had gedaan en wat ik niet kon beschrijven, lukte het me toch om het gesprek te analyseren en verantwoorden. Ik ben nu niet alleen tevreden over het gesprek met de juf, wat veel handige informatie heeft opgeleverd, ik ben ook tevreden over mijn verslag. Ik had dit verslag vooraf heel anders voorgesteld, veel uitgebreider. Aan de hand van het gesprek met de juf is dat niet gelukt. Misschien was dit gesprek wel niet zo geschikt voor deze p-taak. Toch heb ik er wel veel van geleerd. Ik heb geleerd dat ik best een gesprek kan voeren, ondanks dat ik soms van mezelf denk dat ik het niet (goed genoeg) kan. Ook heb geleerd dat je eigenlijk in elk gesprek interventies toepast. Soms zijn het maar kleine interventies zoals doorvragen, maar het zijn wel gespreksinterventies. Verder heb ik geleerd dat ik niet altijd moet kijken naar wat ik niet heb gedaan of wat niet lukt, maar juist moet kijken naar wat ik wel heb gedaan en wat wel lukt. In het geval van dit verslag bereikte ik daar veel meer mee, namelijk dat ik wel verder kon met mijn verslag en het af heb gekregen.

Page 18: Web viewDe meeste informatie vergarende gesprekken vinden plaats in de vorm van een interview, veelal een open interview (Van der Molen & Kluijtmans, 2005)

18

Bronnenlijst

Ambiq. (2013). over ambiq, kernwaarden. Opgeroepen op Januari 31, 2013, van ambiq: http://www.ambiq.nl/organisatie/kernwaarden/

Van der Molen, H. T., & Kluijtmans, F. (2005). Gespreksvoering, basisvaardigheden en gespreksmodellen. Groningen: Wolters Noordhoff.