€¦ · Web view · 2018-05-16Bestaande jaar- en semesteropdrachten in duo’s van gelijkende...

Netwerkdag r.-k. godsdienstleerkrachten officieel SO Donderdag 3 mei 2018 Jaar- & groepswerken - 1

Jaar- en semesteropdrachten & groepswerken Leerplandoelen realiseren via jaaropdrachten en groepswerken: uitwisselen van goede praktijken, brainstormen rond mogelijkheden.

DRAAIBOEK zelfgestuurd leren in groep olv Trui MasscheleinHulpmiddel: boekjes met leerplandoelen van alle leerjaren SO

DOEL: komen tot algemene voorwaarden voor jaar- & semesterwerken, groepswerken.

1. Inloopfase + voorbereidingsfase – max. 30 minutena. supersnel voorstellingsrondje: naam + school/scholen.b. Aanstelling tijdbewaker (T) en verslaggever (V) – verslaggever noteert

basisvoorwaarden voor goede jaar- & semesteropdrachten, groepswerken.

c. Bestaande jaar- en semesteropdrachten in duo’s van gelijkende doelgroepen doornemen – kies de opdracht die dichtst bij jouw doelpubliek ligt: er is een opdracht 1ste graad, een opdracht 3ASO, een opdracht 5 BSO en twee opdrachten 7 BSO. Wie les geeft in 1ste graad bespreekt –bij voorkeur in duo- opdracht 1ste graad, wie lesgeeft in 7 BSO bespreekt –bij voorkeur in duo- opdrachten 7de jaren, enz.)

d. voorbereiden van vragen in onderstaande opdracht.

2. Groepsfase – 20 minutenDelen en uitwisselen van goede basisvoorwaarden, eventueel komen tot een frame, een checklist, … voor dit soort opdrachten

3. Afrondend – verslaggever geeft weergave van genoteerde basisvoorwaarden – aanvulling mogelijk

GESPREKSVRAGEN tijdens voorbereiding in duo:

A. Wat is de sterkte van deze opdracht? Welke leerplandoelen kunnen met deze opdracht gerealiseerd worden?

B. Welke update is eventueel mogelijk/nodig?- om leerplandoelen scherper na te kunnen streven, - andere leerplandoelen na te streven- om evaluatie transparanter te maken- …

C. Welke basisvoorwaarden ontdek je voor goede jaaropdrachten en groepswerken

Opdracht BVL+2A - Persoonlijk werk Godsdienst: BEELDVERHAAL

1. Kies 1 opdracht uit onderstaande lijst. 2. Maak rond deze opdracht een beeldverhaal: 10 beelden voorzien van enkele

kernwoorden of een korte tekst. Je kan werken met een powerpointpresentatie, een


collage, foto’s, tekeningen, krantenartikels, .. Kies één werkvorm die het beste bij je past.

3. Toon je werk aan de leerkracht, ten laatste 1 week voor je aan de beurt bent. 4. Voer eventueel aanpassingen door. 5. Breng je opdracht in de klas op de afgesproken datum die in je agenda staat.

Keuzemogelijkheden

1. Pijn- Stel een persoon of organisatie voor waar je naar opkijkt omdat zij zich inzetten voor

een goed doel. Besteed aandacht aan de moeilijkheden en de pijn die dit kan meebrengen en hoe zij daarmee omgaan.

- Wat doet mensen pijn of verdriet? Wat of wie kan troosten?

2. Lichaam - Taal en tekenkarakter van lichamelijkheid: bv.lichaamstaal, gevoelens,

lichaamshoudingen, - Zelfbeeld : invloed van buitenaf (bv reclame, opmerkingen van anderen,

tijdsgeest, ...), zelfvertrouwen opbouwen.

3. Aarde- Trek in de natuur en maak foto’s of een filmpje van wat jij mooi vindt. Hoe zorgen we

voor het behoud van de aarde (een kleinere ecologische voetafdruk) ? - de relatie tussen de mens en de aarde in verschillende godsdiensten en

levensbeschouwingen

4. Innerlijk - Invloed van gevoelens en gedachten op gedrag- vormen van innerlijkheid oefenen- hoe mensen van innerlijkheid leven en bronnen van leven zoeken- quotes of bezinnende teksten - Bijbelverhaal of parabels

5. IK Stel jezelf voor aan de hand van volgende vragen. Je hoeft niet elke vraag te behandelen.- Welke mensen zijn belangrijk voor

jou?- Welke mensen bewonder je?

Waarom?- Wie/wat zou je zelf willen worden?- Waarnaar verlang je?- Waarin geloof je? Waarin geloof je

niet?- Vind je stilte belangrijk? Vind je

stilteplaatsen?- Welke rol speelt de natuur in jouw

leven?

- Hoe ga je om met de natuur? - Hoe voel je je in je vel? Ben je

tevreden met je eigen lichaam?- Wat kwetst jou? Wat doet je

verdriet?- Wat troost jou?- Hoe wil jij troost zijn voor

anderen?- Welke wens/droom heb je? - Wat vind je super belangrijk in het

leven?

6. Symbolen en rituelen - Welke rituelen spreken je aan in godsdiensten? Wat betekenen ze?

7. Talenten


- Welke talenten heb je? Wat maakt je gelukkig? Welke passie drijft jou?- Vraag aan enkele personen die je goed kennen wat jouw sterke kanten zijn.

ZELFEVALUATIEFORMULIERGeef bij elk item je punten op 10. Wees hierbij kritisch en objectief!1. Beantwoordde mijn lesbegin aan de opdracht: aansluitend bij de vragen?

… / 102. Heb ik voldoende tijd besteed aan de voorbereiding van mijn presentatie?

… / 103. Heb ik een goede timing opgesteld (er op tijd aan begonnen, tijdig klaar,… )? …

/ 104. Was de presentatie duidelijk? Kon de klas altijd volgen? Was zij logisch opgebouwd? …

/ 105. Ging het presenteren vlot (voldoende ingeoefend, …)? …

/ 106. Was mijn houding bij de presentatie voor de klas goed verzorgd, ernstig en

enthousiast ? … / 107. Kwam de presentatie over bij de klas? (Was de klas aandachtig, kon ik hen boeien)

… / 108. Ben ik creatief geweest in de uitwerking van mijn presentatie? …

/ 10(originele invalshoek?)

9. Hoe verliep het op vlak van techniek? … / 10

10. Kon ik op (eventuele) vragen van de klas antwoorden? … / 10

Globale beoordeling: …. / 100

Schrijf hier jouw algemene opmerkingen bij de presentatie.Wat vond je positief? Wat vond je voor verbetering vatbaar?

Nota: tot vorig schooljaar vroeg de leerkracht om dit uit te werken via de pecha kucha methode – Een passage uit haar mail: Dit schooljaar heb ik het de naam 'beeldverhaal' gegeven. Ik merkte dat niet iedereen over een pc beschikte (zeker kinderen in armoede of allochtone lln) of dat niet iedereen al vaardig is om een ppt te maken (zeker in het eerste jaar). Sommige leerlingen maken ook graag collages of werken met fotomateriaal. Elk schooljaar pas ik mijn opdrachten aan. Heel belangrijk is de sturing, de link met de doelstellingen en de verdieping die je er als leerkracht zelf aan geeft. Telkens moet het een positieve bekrachtiging zijn)


Opdracht 3 ASOProject Utopia

Je werkt aan de bouw van een eigen Utopia. Het project zal ongeveer 4 tot 6 lesuren in beslag nemen en geëvalueerd worden aan de hand van een ‘reisbeurs’ in de klas.

- Gebruik je tijd slim!- In elk lesuur zal je concrete opdrachten moeten uitvoeren.- Ieder lid van de groep is verantwoordelijk voor het eigen werk.- De groep is verantwoordelijk voor het afgeronde geheel.

Het uiteindelijke product zal een groot uitgetekend plan (kaart, tekening, bouwplan …) zijn van een Utopia en een reclamefilmpje waarin jouw groep de klasgenoten probeert te overtuigen om in jullie Utopia te komen wonen.

Terrein(en) / Doel(en):Jezelf worden

- in de eigen identiteit een participeren aan groep(en) en gemeenschap(pen) ontdekken

Bronnen van leven- Opsporen en bespreken waar mensen vandaag zoal leven, visie en kracht uit putten.- Openheid vertonen voor het gebruik van symbolen, rituelen en tweede taal.- Aangeven hoe bijbel en traditie inspirerend werken voor de ontplooiing van

gelovigen en geloofsgemeenschappen.

Stap 1 Voorbereidend luik (onderzoek)/25 (zie opdrachten en teksten)

In een voorbereidend luik zullen jullie individueel experten worden van een belangrijk hoofdaspect en een extra zijaspect van een (utopische) samenleving. Een expert onderzoekt een afgebakend domein op basis van informatie aangereikt door de leerkracht en zelfstandig opzoekwerk. Elke expert koppelt op het einde van zijn onderzoek terug naar de groep.

EXPERT 1: WetenschapperGeografie: geografische eigenschappen, klimaat, energieopwekking …Bevolking: inwoners, religie(s), culturen, talen …

EXPERT 2: KunstenaarStadsplanning en architectuur: stadszones (wonen, werken, handel, groen, verdediging, etc.), vormgeving gebouwen, transport …Symboliek: beelden, kunstwerken, monumenten, blikvangers …

EXPERT 3: WijzeIdeologie: visie, levensvragen, ideeën …Risicobeheersing: bedreigingen, gevaren, valkuilen …


Stap 2 Stadsplan/45

Het afgewerkte stadsplan moet de volgende elementen bevatten (vink af!):

In het plan verwerkt (voorkant A3): Naam van de utopische samenleving; /2 Een stadslogo met slogan die weergeeft waar jullie als stad voor staan;

/4 Een stadsmascotte die een spiegel is van jouw stadsidealen; /2 De inzichten die je hebt verworven in de expertengroepen;

/12 Eigen persoonlijke wensen (visueel uitgewerkt in het stadsplan – denk aan

infrastructuur, inplanting van gebouwen, monumenten, geografie, energieopwekking, transport, vrijetijdsbesteding …).

/5

Op de achterkant: Het bestuursorgaan (democratie, theocratie, anarchie, monarchie, dictatuur of

mengvorm) én een verklaring van jullie keuze;/4

Een korte onafhankelijkheidsverklaring met de reden waarom je een utopische samenleving hebt gevormd;

/5 Een lijst met de 5 belangrijkste regels of wetten die gelden in de Utopische

samenleving /5 3 unieke feestdagen voor jullie samenleving + datum en reden voor elke feestdag. /6

Stap 3 (optioneel) Tijd voor reclame

Elke groep maakt bijkomend een 1 minuut durend reclamefilmpje waarin hun utopische visie wordt ‘verkocht’. Elk lid van de groep doet mee in deze presentatie.

/10

Zelfevaluatie (Gebaseerd op Animo 1)

1 Kan ik nog in groeien.2 Ben ik goed in.3 Ben ik heel goed in.4 Ben ik super in.CRITERIA WAARDERINGWAT?In utopische voorstellingen uit de bijbel onderzoeken hoe christenen de maatschappij willen vormgeven (stap 1).

1 - 2 - 3 - 4

Creatief vormgeven van een utopische samenleving die een weerspiegeling is van wat ik zelf belangrijk vind in de maatschappij (stap 2).

1 - 2 - 3 - 4

Visualisering en uitwerking van de gevraagde elementen in het stadsplan (stap 2).

1 - 2 - 3 - 4

Creatief vormgeven van een reclamefilpje (stap 3). 1 - 2 - 3 - 4


HOE?Het stadsplan en de reclamefilm zijn netjes en verzorgd uitgewerkt. 1 - 2 - 3

- 4Het stadsplan en de reclamefilm zijn tijdig voorbereid en ingeleverd.

1 - 2 - 3 - 4

VASTSTELLING:

Hierin blonk ik uit:

Hieraan kan ik nog werken:

Dit neem ik mee:


Semesteropdracht 5 BSO

Naar school gaan is niet alleen kennis vergaren, maar ook waardevolle ervaringen opdoen en hieruit leren. Om jullie heel even wakker te schudden en jullie uit jullie dagelijkse sleur te halen, een opdracht zoals geen andere: kies twee doe-opdrachten en schrijf hierover een kort tekstje. Presenteer nadien ook je opdracht voor de klas.

Categorie 1: goede doel - Ik verkoop oude spullen (speelgoed, kledij, ...) op een rommelmarkt/online of ik maak

eigen creaties (tekeningen, dessertjes, ...) en ga die huis aan huis verkopen voor een goed doel naar keuze. Tip: zoek op www.goededoelen.be .

- Ik help op school mee met Youca of Oxfam Wereldwinkel

Categorie 2: horizonten verruimen / diaconie - Ik ga minstens 1 uur vrijwilligerswerk doen in het plaatselijke bejaardentehuis, het

OCMW, de Ark, Poverello, e.d. Meer info via (nvdr gegevens van een plaatselijke website zijn hier verwijderd - ) of via www.goededoelen.be .

- Ik word samen met een klasgeno(o)t(e) “buddy” van een Syrisch vluchtelingengezin in xx en help meubelen zoeken, ga heel af en toe eens op bezoek om met hen te praten (Nederlands leren, e.d.).

- Ik ga, samen met een medewerkster van Samana, op duobezoek bij een “eenzame man/vrouw” gedurende 1 uurtje.

Categorie 3: het leven over een andere boeg - Ik doe toezicht bij minstens 3 “Stille maandagen” in de Kapel van xxx (van 12u20 tot

12u50). - Ik ga met een vriend/vriendin 2 of 3 dagen op retraite in een abdij en volg er het

abdijleven (leren leven in rust, filosoferen met de gasten, een misviering bijwonen, ...). Tips: Abdij “Averbode”, Abdij “Tongerlo”, Abdij “Postel”, ...

HOE ga je te werk? Na elke opdracht verwacht ik een voorstelling met PowerPointpresentatie en een schrijfopdrachtje van 1 à 2 bladzijden, met het volgende stramien: a. Wat heb ik precies gedaan? b. Waarom heb ik voor deze opdracht gekozen? c. Hoe is de opdracht gelukt? (schrijf een kort verhaaltje over hoe je alles hebt aangepakt:

wat ging er goed, wat ging er fout, enz.) d. Hoe voel(de) jij je (tijdens en) na deze opdracht? M.a.w. wat vond je leuk om doen, waar

heb je iets van opgestoken, wat vond je minder leuk, enz.

Je mag in je tekst ook enkele foto’s voegen die je gemaakt hebt tijdens je opdracht. De deadline voor de eerste vrije opdracht is vrijdag 13 april, voor de tweede opdracht vrijdag 1 juni. Tip: begin liever vroeg dan laat zodat je niet verrast wordt door de deadlines!


Opdracht 7 BSO

CRITERIA BIJ DE EIGEN LEVENSLIJN / EIGEN GELOOFSBELIJDENIS VAN …………………………………

Tijdens de voorstelling van je eigen levenslijn, wil ik dat je rekening houdt met onderstaande leerplandoelstellingen. Ik heb ze vertaald naar beoordelingscriteria, zodat het duidelijk wordt wat ik verwacht.

Via concrete verhalen het belang van lukken en mislukken in de persoonsvorming illustreren en verduidelijken.RV De leerling kan een voorbeeld geven van iets dat lukte in zijn/haar leven en

verduidelijken waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.ENDe leerling kan een voorbeeld geven van iets dat mislukte in zijn/haar leven en verduidelijken waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.

V De leerling kan een voorbeeld geven van iets dat lukte in zijn/haar leven maar verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.ENDe leerling kan een voorbeeld geven van iets dat mislukte in zijn/haar leven maar verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.

V De leerling kan een voorbeeld geven van iets dat lukte in zijn/haar leven en verduidelijken waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.OFDe leerling kan een voorbeeld geven van iets dat mislukte in zijn/haar leven en verduidelijken waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.

O De leerling kan een voorbeeld geven van iets dat lukte in zijn/haar leven maar verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.OFDe leerling kan een voorbeeld geven van iets dat mislukte in zijn/haar leven maar verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.

TO De leerling kan geen voorbeeld geven van iets dat lukte in zijn/haar leven en verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.OFDe leerling kan geen voorbeeld geven van iets dat mislukte in zijn/haar leven en verduidelijkt niet waarom dit belangrijk was in zijn/haar persoonswording.

De eigen kijk op het leven verhalenderwijs aanbrengen.RV De leerling brengt zijn/haar eigen kijk op het leven in een vlot verhaal aan.

V De leerling brengt zijn/haar eigen kijk op het leven in een verhaal aan, maar hapert af en toe.

O De leerling brengt zijn/haar eigen kijk op het leven, maar het is onsamenhangend.

TO De leerling brengt zijn/haar eigen kijk op het leven niet aan.

Opdracht 7 BSOOPDRACHT BIJ “DE ARBEIDERS VAN HET ELFDE UUR”


Na het lezen van de parabel van “de arbeiders van het elfde uur” merkten we op dat de manier waarop de “arbeiders van het eerste uur” werden behandeld, niet rechtvaardig werd ervaren.Nu gaan jullie op internet op zoek naar een actueel voorbeeld van onrechtvaardigheid op de werkvloer. Zoek een krantenartikel, een getuigenis, een blog van onrechtvaardigheid in het bedrijfsleven, de zakenwereld of het beroepsveld.Je kopieert en plakt de informatie (artikel, blog, …) in een Word-document en beantwoordt volgende vragen:

- Wie zijn de betrokken partijen in het verhaal?- Wie is de zwakste partij in het verhaal?- Wat is het probleem precies?- Waarom is dit onrechtvaardig?

BEOORDELINGSCRITERIA

De leerling kan in arbeidssituaties de ethische problematiek opsporen en omschrijven.RV De leerling kan zelf een voorbeeld vinden van een ethisch probleem op de

werkvloer.ENDe leerling kan duidelijk omschrijven wat het probleem precies is.

V De leerling kan zelf een voorbeeld vinden van een ethisch probleem op de werkvloer.OFDe leerling kan duidelijk omschrijven wat het probleem precies is.

O De leerling kan geen voorbeeld vinden van een ethisch probleem op de werkvloer.ENDe leerling kan niet omschrijven wat het probleem precies is.

TO De leerling werkt deze opdracht niet af.

€¦ · Web view · 2018-05-16Bestaande jaar- en semesteropdrachten in duo’s van gelijkende...

Documents

Transcript of €¦ · Web view · 2018-05-16Bestaande jaar- en semesteropdrachten in duo’s van gelijkende...