Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen...

8
Pabo Arnhem Ruitenberglaan 27 6826 CC Arnhem 026 - 369 16 00 Student: Marijke Stageschool: - Leertaak: Meesterproef, les 2 Mentor: - Uitvoeringsdatum: 20 maart 2017 Pabo/DAVO klas: - Studentnummer: - Groep: - Stagebegeleider: - Aantal kinderen: - Gebruikte bronnen: Nooij, D. de. (2008). Kijk op spel: drama voor de pabo. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Leerdoelen (voor de leerlingen): De leerlingen memoriseren en breiden de tafelproducten uit. De leerlingen gaan op een respectvolle manier met elkaar om. Ze werken samen, staan open voor elkaars ideeën, geven hun meningen en luisteren naar elkaar. De leerlingen kunnen de keersom uit de context halen. De leerlingen verwerven het inzicht dat keersommen en vermenigvuldigen veel voorkomt in het dagelijks leven. Beginsituatie (voor de student): Mijn Minorkeuze was Drama & theater in het onderwijs. Tijdens deze minor heb ik veel geleerd over drama-activiteiten en hoe deze in te zetten. Beginsituatie (van de leerlingen): De leerlingen hebben wel vaker dramalessen gehad, maar niet in combinatie met rekenen. Sommige leerlingen vinden het wel spannend om voor de klas te spelen. Ik moet daarom de sfeer bewaken en leerlingen benadrukken dat ze een rol spelen en niet zichzelf. Persoonlijk doel (in relatie tot de competenties): Ik wil de leerlingen handvatten geven zodat zij zelf tot een creatief idee komen om uit te voeren. Ik wil een balans vinden tussen begeleiden en loslaten op het juiste moment. Tijd Inleiding : 1 minuut Leerroute van de leerlingen Inleiding: De leerlingen zitten in een kring op de grond. Ze horen waarmee ze deze les aan de slag gaan. Werkroute van de student Inleiding: Ik vertel de leerlingen dat wanneer je toneelspeelt je een rol aanneemt en dat je even niet jezelf hoeft te zijn. Je kruipt in een rol van een personage. Dit beeld je uit met je mimiek (gezicht), hoe je loopt en hoe je praat. Ik vertel de leerlingen dat keersommen veel meer voorkomen in het dagelijks leven, dan wij eigenlijk denken. Ik vertel ze dat we korte Pagina | 1

Transcript of Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen...

Page 1: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid

Pabo ArnhemRuitenberglaan 276826 CC Arnhem026 - 369 16 00

Student: Marijke Stageschool: - Leertaak: Meesterproef, les 2

Mentor: - Uitvoeringsdatum: 20 maart 2017

Pabo/DAVO klas: -

Studentnummer: - Groep: - Stagebegeleider: -

Aantal kinderen: -Gebruikte bronnen:Nooij, D. de. (2008). Kijk op spel: drama voor de pabo. Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Leerdoelen (voor de leerlingen): De leerlingen memoriseren en breiden de tafelproducten uit. De leerlingen gaan op een respectvolle manier met elkaar om. Ze werken

samen, staan open voor elkaars ideeën, geven hun meningen en luisteren naar elkaar.

De leerlingen kunnen de keersom uit de context halen. De leerlingen verwerven het inzicht dat keersommen en vermenigvuldigen

veel voorkomt in het dagelijks leven.

Beginsituatie (voor de student):Mijn Minorkeuze was Drama & theater in het onderwijs. Tijdens deze minor heb ik veel geleerd over drama-activiteiten en hoe deze in te zetten.

Beginsituatie (van de leerlingen):De leerlingen hebben wel vaker dramalessen gehad, maar niet in combinatie met rekenen. Sommige leerlingen vinden het wel spannend om voor de klas te spelen. Ik moet daarom de sfeer bewaken en leerlingen benadrukken dat ze een rol spelen en niet zichzelf.

Persoonlijk doel (in relatie tot de competenties):Ik wil de leerlingen handvatten geven zodat zij zelf tot een creatief idee komen om uit te voeren. Ik wil een balans vinden tussen begeleiden en loslaten op het juiste moment.

TijdInleiding:1 minuut

Warming-up:5 minuten

Leerroute van de leerlingen

Inleiding:De leerlingen zitten in een kring op de grond. Ze horen waarmee ze deze les aan de slag gaan.

Warming-up:

- Bewegingsopdracht

De leerlingen lopen door het lokaal, dit doen ze individueel. Ze bewegen/spelen op een bepaalde manier, bijvoorbeeld als een aap, opa/oma of beroemdheid. Geen geluid maken! Wanneer ik in mijn

Werkroute van de student

Inleiding:Ik vertel de leerlingen dat wanneer je toneelspeelt je een rol aanneemt en dat je even niet jezelf hoeft te zijn. Je kruipt in een rol van een personage. Dit beeld je uit met je mimiek (gezicht), hoe je loopt en hoe je praat.Ik vertel de leerlingen dat keersommen veel meer voorkomen in het dagelijks leven, dan wij eigenlijk denken. Ik vertel ze dat we korte toneelstukjes gaan spelen waar keersommen in verstopt zitten. Eerst gaan we een warming-up doen.

Warming-up:

- Bewegingsopdracht

De leerlingen lopen door het lokaal, dit doen ze individueel. Ze bewegen/spelen op een bepaalde manier, bijvoorbeeld als een aap, opa/oma of beroemdheid. Geen geluid maken! Wanneer ik in mijn handen klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid maken.

Pagina | 1

Page 2: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid

Instructie:5 minuten

Oefenen:15 minuten

Opvoeren:20 minuten

Afsluiting:5 minuten

handen klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid maken. Ik geef aan als je weer als jezelf door het lokaal mag lopen.

Instructie

De leerlingen luisteren naar de opdracht. Ze stellen vragen wanneer zij iets niet begrijpen.

Kern:

De leerlingen worden verdeeld in groepjes van 4 (één groepje van 5).Elk groepje krijgt een kaartje met een locatie daarop. Ze zoeken een eigen plek op in de ruimte en bespreken met elkaar welke keersom en welke situatie.

Na een kwartier oefenen gaan de leerlingen op de banken zitten. De groepen voeren om de beurt de toneelstukjes op. De keersommen worden benoemd en per groepje worden er twee complimenten gegeven gericht op spel.

Afsluiting: De leerlingen geven aan hoe met welk gevoel zij de les eindigen.

Ik geef aan als je weer als jezelf door het lokaal mag lopen.

Instructie:

Ik vertel de leerlingen wat de opdracht is:Elk groepje maakt een toneelstukje van ongeveer 1-2 minuten. In dit toneelstukje moet één of meerdere keersommen in voorkomen.In mijn eentje speel ik een stukje uit. Voorbeeld:Bij de bakker: Wij zijn thuis met vier personen en wij lusten allemaal twee croissantjes. (keersom is 4 x 2 is 8). Daarom heen wordt de binnenkomst, de klanten, het vragen van de bestelling, de bestelling meegeven en het betalen gespeeld. In mijn stukje zijn dit denkbeeldige personen.Ik stel de leerlingen controlevragen: Welke getallen hoorde je? Welke keersom? Het antwoord? Waar speelde het zich af (locatie)? Welke rol had ik? Welke rollen waren er nog meer?

De leerlingen die kijken, het publiek, letten goed op en onthouden welke keersommen voorbij zijn gekomen. Na elk toneelstukje wordt er benoemd welke keersom er in het toneelstuk zat.Voor de groepjes die het moeilijk vinden een locatie te bedenken zijn er kaartjes met speellocaties. Dit geeft hen houvast:Koningshuis, sportwedstrijd, winkel, verjaardag, dierentuin, collectanten.

Kern:De leerlingen worden verdeeld in groepjes van vier. In het speellokaal zelf overleggen de groepjes welke rollen er zijn, wat het verhaal is en welke keersom(men) er voorkomen.

Na een kwartier oefenen gaan de leerlingen op de banken zitten. De groepen voeren om de beurt de toneelstukjes op. De keersommen worden benoemd en per groepje worden er twee complimenten gegeven gericht op spel.

Afsluiting: De leerlingen gaan in een grote cirkel om mij heen staan. Ik als begeleider sta in het midden. Ik ben de tijdwijzer en wijs telkens een leerling aan. Iedere leerling beeldt zijn gevoel over de les uit als de ‘tijdwijzer’ bij hem/haar stilstaat. Hierdoor kom ik te weten met welk gevoel de leerlingen de les eindigen.

Speelleermiddelen en materialen:

- Eventueel verkleedkleren

Inrichting van de ruimte:

Deze les wordt gegeven in het speellokaal. De spullen van het lokaal zijn zoveel mogelijk naar de zijkant geschoven. Bij het raam staan banken waar de leerlingen op zitten tijdens de uitleg.

Pagina | 2

Page 3: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid

Theoretische verantwoording van de les:

In het boek Kijk op spel schrijft Nooij (2012) over de indeling van een les: - Inleiding

Er wordt kort verteld wat er in de les gedaan wordt, waar de leerlingen aan gaan werken en eventueel ook het lesdoel.Warming-upDe leerlingen zijn bezig met een speloefening die te maken heeft met de kern van de les. Dit is een voorbereidende oefening. De leerlingen zijn allemaal tegelijk bezig, maar doen dit individueel of in tweetallen. Vaak worden er twee warming-up-oefeningen gedaan.

- InstructieEr wordt een korte, activerende instructie gegeven over de kernopdracht. Ook krijgen de leerlingen concrete punten waarop er nabesproken wordt. Zo weten de leerlingen waar ze op moeten letten of waar ze aan moeten werken.

- KernDe leerlingen gaan bezig met de kernopdracht. De vaardigheden die in de warming-up geoefend zijn, komen nu weer aan bod. De opdracht kan een klassikale opdracht of een groepjesopdracht zijn.

- AfsluitingSamen met de leerlingen wordt er kort teruggekeken op de les. Er kan geëvalueerd worden op proces en op het product.

Evaluatie: Na grote pauze was er veel ‘gedoe’ in de klas: er werden nog Pokémon-kaarten geruild en een aantal jongens was nog aan het duwen en trekken op de gang met elkaar. Ik heb de leerlingen de klas in gestuurd en ik ging achter mijn bureau zitten. Ik heb twee minuten gewacht tot het helemaal stil was in de klas. Op een rustige, maar serieuze toon heb ik de leerlingen duidelijk gemaakt welke dingen ik niet blij was om te zien. Het is vaker onrustig na de grote pauze en omdat dit de ‘zoveelste keer’ was, raakte ik behoorlijk geïrriteerd. Wanneer het onrustig in de klas is, kan ik wel eens mijn stem verheffen, maar door dat ik nu juist op een hele rustige, serieuze manier praatte, maakte dit indruk bij de leerlingen.Na even diep ademgehaald te hebben, vertelde ik de leerlingen kort over de drama-les. Daarna gaf ik hen de opdracht: schoenen uit, in tweetallen in de rij. Op de gang ben je stil en in de speelzaal ga je in een kring op de grond zitten. Ik heb de leerlingen verteld dat ik niet boos, maar wel streng ben.

Het succes van deze les zat in mijn duidelijkheid naar de leerlingen toe en het positief benaderen.Vooraf aan elke oefening vertelde ik telkens wat de bedoeling was. Ik vertelde wat ik van de leerlingen verwachtte en hoe ze dit konden waarmaken. Mijn benadering naar de leerlingen toe was positief. Ik gaf veel complimenten, vertelde welke goede dingen ik zag (klassikaal, maar ook individueel) en liet leerlingen elkaar complimenten geven.

Pagina | 3

Page 4: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid

Feedback gegeven door de leerkracht

Page 5: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid
Page 6: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid
Page 7: Normal.dot  · Web viewhanden klap, zoeken de leerlingen de dichtstbijzijnde leerling op en spelen een korte scène (10 seconden) met elkaar. Nu mogen de leerlingen wel praten/geluid

Pagina | 7