CONCEPT

Doordat er in dit document nog gewerkt wordt kan het voorkomen dat genummerde activiteiten niet helemaal overeenkomen met de activiteiten lijst.

Meerjaren strategisch-beleidsplan Phorza

2010-2014

4

Inhoudsopgave

Inleidingde sociaalagoogde sector sociaalagogisch werkledengroei

Hoofdstuk 1 Strategische beleidsplan

I De belangen van, en de diensten voor de beroepskracht

de inhoudelijke belangenbehartigingberoepscodeberoepsregisterdeskundigheidsbevorderingZelfstandigen (eigen praktijk)kader voor supervisie en intervisieOptimaal profijt voor de ledenBeroepsethiekPlatform voor collegiale uitwisseling en beroepsontwikkeling

II De belangen van, en de diensten voor de beroepsgroep

inbreng op strategisch niveaufunctiegroepenverenigingstuchtrechtbeïnvloeding wet- en regelgevingbeïnvloeding organisaties voor zorg en welzijnrichtlijn, aanvullende richtlijnontwikkelingparapluontwikkelingonderzoekInternationaal

4

III Samenwerking

Beroeps- en werkgeversverenigingenKennisintitutenOnderwijsinstellingenZorgverzekeraars

IV Infrastructuur vereniging en bureau

Websitenieuwsbrievenlogobureaubezettingkortingen/aanbiedingen

Hoofdstuk 5Begroting

Hoofdstuk 6Activiteitenoverzicht 2010 – 2014

Hoofdstuk 7Organogram

4

Inleiding

Phorza is de beroepsvereniging voor professionals in het sociaal agogische vak. Merendeel van deze professionals hebben als achtergrond HBO SPH of HBO pedagogiek. Naast HBO vertegenwoordigt Phorza ook de MBO sociaal werkers, zoals activiteiten- en persoonlijke begeleiders in de ouderen- en gehandicaptenzorgPhorza is een belangenorganisatie. Dit betekent dat Phorza zich sterk maakt voor de belangen van haar leden, de individu en het vak dat zij beoefenen, de beroepsgroep. Phorza levert op deze manier een bijdrage aan de instandhouding en verbetering van de professionaliteit in het werkgebied; Het sociaalagogische werkveld is groot, breed en zeer divers. Phorza gelooft in de kracht van deze diversiteit en streeft naar uitwisseling en versterking van het gemeenschappelijke hierin. Phorza wil haar leden inspireren en activeren. Zij vindt dat sociaalagogen vanuit hun deskundigheid kunnen en moeten meebeslissen over de ontwikkelingen in het werkveld waarbinnen zij werkzaam zijn. Dat geldt voor de eigen beroepsuitoefening, binnen de eigen instelling, bij de financiers, bij de opleidingen en ten aanzien van overheden. De sociaalagoog gaat daarbij uit van (nauwe) samenwerking met andere zorgaanbieders, op basis van respect voor ieders discipline en werkdomein. Phorza wil de organisatie zijn waaraan de sociaalagoog zijn collectieve beroepsidentiteit ontleent.Phorza is een beroepsvereniging in ontwikkeling, daar gaan we de komende jaren mee door, met onder andere de volgende speerpunten:

Het belang van de vereniging breed zichtbaar en duidelijk te maken aantrekkelijkheid voor de leden vergroten verdere professionalisering van de vereniging.

Professionals moeten het tot hun eigen verantwoordelijkheid rekenen om op te komen voor hun beroepsstandaarden, de herziene beroepscode is daarvoor een belangrijk instrument. Een instrument is ook het verenigingstuchtrecht, waarmee de beroepsgroep zelf verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de beroepsuitoefening neemt. Beleidsvoornemens die ingrijpen in het primaire proces moeten langs de meetlat van de beroepscodes en standaarden worden gelegd. De beroepsstandaarden/ professionals moeten betrokken worden in het debat op beleidsniveau en op de werkvloer en moeten niet langer van minder belang zijn dan de agenda’s van financiers, werkgevers, cliëntenorganisaties en overheid. Phorza is ervan overtuigd dat dan ook de professional zich serieus genomen gaat voelen, een actieve bijdrage wil leveren en zich gewaardeerd voelt.

4

We kennen de goede voorbeelden: de opvoedondersteuners bijvoorbeeld. Een actieve functiegroep binnen Phorza die vanuit een degelijke visie, geregeld bij elkaar komt om actuele kwesties te bespreken, die masterclasses organiseert, aanschuift in het overleg met het Ministerie van Jeugd en Gezin, er zorg voor draagt dat ook de inbreng van de beroepsgroep van sociaalagogen gehoord wordt, aansluiting zoekt bij vaktijdschriften. Een bijeenkomst organiseert met de andere beroepsgroepen in het Centrum voor Jeugd en Gezin, de artsen, de verpleegkundigen, en het initiatief neemt de discussie te starten over overkoepelende competenties, met Engelse inbreng als voorbeeld. Omdat ze dat als een goed middel zien om de samenwerking tussen de disciplines succesvol te laten worden, om vanuit een visie te werken. Leren ook van elkaars ervaringen! En gelukkig zijn er meer initiatieven groeiende. De functiegroep WAAR die opkomt voor de belangen van de activiteitentherapeuten in revalidatiecentra, een kleine groep die gemakkelijk in de knel komt en waarvan het belang ondergesneeuwd raakt.De functiegroep gehandicaptenzorg i.o., die aandacht vraagt voor de kwaliteit van de zorg.

We realiseren ons goed dat we als beroepsorganisatie een specifieke structuur hebben, noodgedwongen enerzijds, als voornamelijk een organisatie die door vrijwilligers wordt bemenst. Gekozen anderzijds, als vereniging hebben de leden grote invloed op beleid en uitvoering. Als verenigingsbestuur en -bureau willen we onze leden faciliteren, in de structuur en in de dienstverlening. De beroepsverenigingen vertegenwoordigen de stem van de professional. Op het strategische niveau hebben de beroepsverenigingen voor sociaalagogen veelal de kracht gemist om zich optimaal in te kunnen zetten voor de beroepsgroepen. Een zekere onvrede bij professionals in zorg, welzijn en onderwijs is mede daarop terug te voeren. We zijn ons er van bewust dat de organisatiegraad van professionals in zorg en welzijn laag is – en dat wordt door werkgevers ook nogal eens tegen ons gebruikt. Die lage organisatiegraad geldt overigens ook voor politieke partijen en de vakbonden. Wij vinden dat we als beroepvereniging de tijd en mogelijkheden zouden moeten hebben om de beroepsontwikkeling, het ontwikkelen van strategieën voor het vergroten van de betrokkenheid van de professional, te vergroten.

De sociaalagoog Onder de term sociaalagoog vallen in principe alle werkers in de sociaalagogische sector: zoals de sociaal pedagogische hulpverlener, de groepsleider/sociotherapeut, jeugdzorgwerker, de activiteitenbegeleider/therapeut, ouderenadviseur, woonbegeleider, groepsleidster kinderopvang, de maatschappelijk werker1,

4

de ggz-agoog2 en de leidinggevende3 van sociaalagogische werkers, de pleegzorgwerker, een eindeloze rij. “Sociaalagoog” is een overkoepelende term voor professionals die HBO, MBO-niveau, dan wel op masterniveau zijn opgeleid. Wat hen bindt en maakt dat zij onder één term onder te brengen zijn, is dat zij staan voor de volgende kernkwaliteiten in hun werk:

Sociale betrokkenheid: sociaalagogische werkers doen hun werk vanuit een maatschappelijk engagement. Sommigen verwoorden dat met ‘met mensen werken’, anderen met ‘willen bij-dragen aan een betere samenleving’. Zij vinden dat alle mensen recht hebben op een goede kwaliteit van leven, dat zij vanuit hun eigen levensvisie hun leven kunnen bepalen, ook al zijn zij gehandicapt, hebben zij gezondheidsproblemen of leven zij in een achterstandssituatie.

Empathie: Als beroepskracht leven zij zich in in de situatie van de cliënt en zijn ze in staat hun kwaliteiten, talenten te zien en te waarderen. Ze benaderen de cliënt met respect en ze kunnen schakelen tussen verschillende culturen, leefstijlen en generaties. Ze stralen een culturele sensitiviteit uit. Ze weten hun vertrouwen en sympathie te winnen en deze vast te houden in probleemsituaties.

Assertiviteit: Zij hebben een goede antenne voor verbale en non-verbale signalen in de omgangstaal. Zij hebben een goed gevoel voor verhoudingen en hun eigen positie daarin. Zij kunnen goed inschatten welke wensen van cliënten belangrijk zijn en waar ze grenzen moet stellen. Zij hebben ook een goed gevoel voor verhoudingen met leidinggevenden en collega’s. Zij weten de eigen normen en waarden goed in te schatten en de grenzen te bewaken.

Representativiteit:Als beroepskracht hebben zij een positieve en professionele uitstraling naar cliënten, collega’s en beroepskrachten van andere organisaties. Ze vertegenwoordigen de werkeenheid naar buiten en weten zich als beroepskracht met een eigen identiteit en ethiek te presenteren. Ze staan voor hun vak en zijn kritisch naar vakgenoten en organisaties waar het gaat om het behouden van beroepsnormen en kwaliteit.

Integriteit: Als beroepskracht hanteren ze de algemeen geldende ethische normen en houden ze zich aan de beroepscode. Daardoor weten cliënten zich veilig bij hen en weten zij

4

dat persoonlijke informatie in vertrouwde handen is. Ze zijn betrouwbaar in het nakomen van afspraken, gaan zorgvuldig om met informatie van cliënten, de organisatie en derden. In samenwerking met andere disciplines weten ze de beroepscode te handhaven.

De sociaal agogische sector‘Social Work’ is de term die veelal, mede door de verengelsing in het onderwijs, gebruikt wordt om de sociale sector aan te geven. Binnen deze sector vallen verschillende beroepen en opleidingen. In tabel 1 is een overzicht van de opleidingen die momenteel worden aangeboden in Nederland. Op de website www.YouChooz.nl is een uitgebreide lijst met beroepen die uitgeoefend worden binnen deze sector. In tabel 2 is te zien hoe groot de totale omvang is .Daarnaast is het scherpe onderscheid tussen hbo en wo ´schuivend´. In het nieuwe onderwijsstelsel is sprake van een keten met vloeiende overgangen tussen mbo, hbo en wo; (hbo-pedagoog en wo-pedagoog, de aansluiting bachelor - master)4

HBO: MBO:SPH (sociaal pedagogische hulpverlening)HBO PedagogiekHBO PsychologieMaatschappelijk Werk & DienstverleningCulturele Maatschappelijke VormingCreatieve Therapie

SPW3 (sociaal pedagogisch werker, niveau 4)SPW4 (sociaal pedagogisch werker, niveau 4)Sociaal Cultureel WerkerSociaal Maatschappelijk DienstverlenerMaatschappelijke Zorg

Tabel 1

In de branches welzijn en maatschappelijke dienstverlening, Jeugdzorg, Kinderopvang/peuterspeelzalen, gehandicaptenzorg en GGZ zijn in totaal zo’n 159.000 agogische beroepskrachten in loondienst werkzaam. Daarnaast is er een trend waarneembaar waarbij steeds meer sociaalagogen zich zelfstandig vestigen.Onderstaande tabel geeft een overzicht van de verdeling over de verschillende branches5.

4

Werkzame personen in 2009Sector Totaal waarvan

agogen*Percentage

Gehandicaptenzorg ca. 109.600ca. 56.600 52%

Geestelijke gezondheidzorg ca. 46.300ca. 13.500 29%

Jeugdzorg ca. 22.400ca. 17.300 77%

Kinderopvang ca. 49.100ca. 36.100 74%

Welzijn en maatschappelijke dienstverlening

ca. 37.000ca. 22.900 62%

Verpleeg- en verzorgingshuizen ca. 159.300ca. 9.700 6%

Ziekenhuizen ca. 90.200ca. 2.900 3,2%

Totaal geschatte aantal agogische functies:

ca. 159.000(Zonder MWD: ca. 131.500)

Tabel 2 , bron :AZWinfo; Regiomarge 2009*agogen : Kwalificatieniveau SWP3, SPW4, SPH5 en MWD

LedengroeiBeroepsverenigingen in zorg en welzijn, dus ook Phorza, hebben weinig leden en daarmee weinig financiële mogelijkheden. Het ledenaantal neemt gelukkig toe6 en ook de vraag naar ondersteuning en registratie van het beroepenveld vanuit de werkers. Ook de overheid stimuleert een verdere professionalisering. Parallel hieraan zien ook de brancheorganisaties in toenemende mate het belang van professionalisering middels de beroepsverenigingen in7. Phorza vindt een hogere organisatiegraad van groot belang om haar missie en doelen te kunnen realiseren. Toename van het aantal leden is een van de speerpunten in de planperiode. Daarbij ligt de focus met name op het aantrekkelijk maken van diensten voor bestaande en nieuwe leden. Een andere invalshoek is die van het middenmanagement, veel middenmanagers hebben een sociaalagogische achtergrond, maar voelen zich (nog) niet thuis bij de beroepsvereniging, in de komende planperiode wil Phorza onderzoeken hoe dit beter kan. Want : als er niet meer leden komen en de financiële middelen zo karig blijven als ze nu zijn zal dit het einde betekenen van de vereniging

1

4

Grafiek 1: Aanwas nieuwe leden in 2009

Ledenaantallen

Jaar Aantal (afgerond) Toename2009 730 %2008 550* %2007 700* 2006 650* -

Tabel 3 Ledenaantallen* In 2008 is de administratie opgeschoond met als gevolg een fikste daling van het aantal leden.

4

Hoofdstuk 1Strategische beleidsplan

Om als vereniging verder te ontwikkelen en het belang van een beroepsvereniging voor sociaalagogen breed zichtbaar en duidelijk te maken is een strategisch beleid nodig. Het strategisch beleidsplan is een uitwerking van de missie van Phorza, opgesplitst in vier elementen8:I inhoudelijke belangenbehartiger voor beroepskracht.II inhoudelijke belangenbehartiger voor beroepsgroep, door positionering in

overleg met werkgeversorganisaties, overheden, adviescolleges, kortom het gehele krachtenveld.

III Samenwerking externe partijen.IV Infrastructuur, vereniging en bureau.

I De belangen van, en de diensten voor de beroepskracht

De inhoudelijke belangenbehartiger voor beroepskracht.In feite hebben we het over een nog jonge discipline. Tot 1985 werd er in wat we nu kennen als de brede sociaalagogische praktijk nauwelijks naar een specifieke opleidingsachtergrond gevraagd, er was een diversiteit aan medische en sociaalagogische opleidingen, intern en extern. Er was binnen de werkterreinen nauwelijks consensus over de vereiste kwalificaties of het opleidingsniveau, noch over enig methodisch handelen.9

Er was een versnippering van beroepsverenigingen, voorafgaande aan Phorza. In 1996 zaten nog de volgende beroepsverenigingen om de tafel: de Vereniging ter Bevordering Sociotherapie (VBS); de Landelijke Beroepsvereniging voor Groepsleiders (LBVG) de vereniging voor Jeugdwelzijnswerk, Kind & Opvoeding (K&O) de Nederlandse Beroepsvereniging Activiteitenbegeleiders en

Activiteitenondersteuners (NBAA) de beroepsvereniging Pedagogisch Medewerkers Ziekenhuizen (BPMZ)De stichting Vijfbergen ontstaan in 1999, was een federatief verband van die vijf beroepsverenigingen. Pas in 2005 is Phorza ontstaan uit een fusie van de NVSPH, de Nederlandse Vereniging voor Sociaal Pedagogische Hulpverleners, deBvP, de Beroepsvereniging voor Pedagogen en de eerder genoemde NBAA, de Nederlandse Beroepsvereniging voor activiteitenbegeleiders en activiteitentherapeuten.

4

De werkgevers in de betreffende sectoren domineren de beleidsagenda’s en domineren daarmee ook de inhoudelijke agenda. In zorg en welzijn hebben marktwerking, bedrijfsmatig werken en schaalvergroting de afgelopen decennia voorop gestaan en niet de inhoudelijke en normatieve kern van het werken van de beroepsbeoefenaar.10

Het benoemen van professionaliseringstaken11 als een van de drie taken van de beroepspraktijk van sociaalagogen heeft pas recent op de opleidingen meer aandacht gebracht voor de beroepsvereniging en voor de randvoorwaarden die nodig zijn12 voor professionalisering. Phorza werkt aan een bijdrage aan de canon zoals die nu te vinden is op www.canonsociaalwerk.eu . Over sociaalagogen biedt deze nog te weinig informatie, het betreft nu m.n. informatie over het maatschappelijk werk.

BeroepscodeWaren er aanvankelijk drie verschillende codes nadat in 2005 de drie beroepsverenigingen, de BvA, voor de activiteitenbegeleiders, de BvP, voor de pedagogen en de NVSPH waren gefuseerd.” In 2009 is de hernieuwde code toegespitst op de brede doelgroep waarop de nieuwe, brede vereniging zich richt, namelijk “ allen die als professioneel beroepsbeoefenaar werkzaam zijn in de sociale, pedagogische en/of sociaal-pedagogische hulpverlening” (kortweg de sociaalagogen) (art. 2).De beroepscode expliceert de moraal van je beroepsgroep, wat als goed en belangrijk wordt ervaren, maar ook wat niet is toegestaan. In de code laat je als professionals aan elkaar en aan de buitenwereld zien waar je voor staat, wat je kernwaarden zijn, wat opdrachtgevers, werkgevers en cliënten van jou mogen verwachten. De code is voor jou ook een leidraad als je in je praktijk wordt geconfronteerd met belangentegenstellingen, met onzorgvuldig of zelfs onjuist handelen, met beleidsbeslissingen die je voor morele dilemma’s plaatsen.Dan gaat het om een heel ander begrippenkader dan effectiviteit, efficiency, contacttijd, registratieformulieren. Het zijn die professionele waarden en idealen die onafhankelijkheid geven en toetssteen zijn tegenover al datgene wat door ‘anderen’ gedirigeerd wordt en door beleidsmakers, managers, wetenschappers, politiek, media op je af komt. Professionele waarden en idealen geven oriëntatie, motivatie, betekenis en zin. Het verbindt je met anderen. Je staat als professional niet alleen, je maakt deel uit van een collectief, die met elkaar dezelfde waarden delen.De beroepsvereniging Phorza wil in de implementatie van de beroepscode en in het ondersteunen van het moreel beraad tussen de sociaalagogische werkers een centrale rol spelen vanuit de werkervaring van de werkers. Door middel van een interactieve website wil Phorza een platform te bieden waar werkers hun concrete

2

3

4

dilemma’s uit de beroepspraktijk kunnen inbrengen en op elkaar kunnen reageren. De discussie tussen de werkers stimuleren, immers ook binnen de beroepsgroep bestaan er verschillen van mening over morele vraagstukken, denk bijvoorbeeld maar aan de verplichte opvoedingsondersteuning. Door het installeren van een beroepsethische commissie die zich buigt over de morele dilemma’s waar de sociaalagoog zich mee geconfronteerd ziet, met deskundigen uit de verschillende beroepsvelden die thuis zijn in deze vragen, middels de helpdesk kun je die dan raadplegen. Bij ieder artikel uit de beroepscode komen op de website steeds concrete voorbeelden van dilemma’s uit de beroepspraktijk te staan. Werkers worden uitgenodigd hierop te reageren en zelf nieuwe dilemma’s in te brengen. Scholen en opleidingen kunnen de editie van de beroepscode met de concrete dilemma’s gebruiken voor scholing en training in beroepsethische vaardigheden. Een hernieuwde uitgave van de beroepscode, inclusief het vastgestelde tuchtreglement is in voorbereiding.

BeroepsregisterHet Beroepsregister van Agogisch en Maatschappelijk Werkers/BAMw is hét kwaliteitskeurmerk dat cliënten helpt professionals te onderscheiden. Het BAMw toetst of de geregistreerde zich aantoonbaar schoolt, competenties onderhoudt en continu bij blijft op zijn of haar vakgebied. Met het keurmerk BAMw profileren professionals zich binnen hun werksector. Vertegenwoordigers van Phorza nemen deel aan de cie. van beroep Opleidingen en de Cie. van Beroep Registratie. Ook neemt een vertegenwoordiger namens Phorza deel aan de Raad van Toezicht van het BAMw.Het beroepsregister BAMw is het register waar alle op HBO-functionerende sociaal-agogen en maatschappelijk werkers zich kunnen registreren. Het register is opgezet door de twee beroepsverenigingen in deze sector: Het NVMW (Nederlandse Vereniging voor Maatschappelijk Werkers) en Phorza De beroepsverenigingen en het BAMw zijn aparte organisaties die veel met elkaar te maken hebben. Zo vallen zowel de verenigingen als de geregistreerden van het BAMw onder het verenigingstuchtrecht en word je in beide gevallen geacht je te houden aan de beroepscode van de vereniging. Phorza wil bij het BAMw bereiken dat ook MBO-opgeleide sociaalagogen zich kunnen laten registreren;In 2012 zal er naast de Kamer voor Agogen, die het BAMw reeds kent, ook een Kamer Jeugdzorg komen.Een wettelijke verplichting tot registratie voor sociaalagogen in de jeugdzorg zal naar alle waarschijnlijkheid in 2012 gerealiseerd zijn;10

/11

4/5

6/7

8

9

4

Phorza wil regelmatig masterclasses gaan organiseren ten behoeve van haar leden, o.a. in samenwerking met de kennisinstituten (die met publieke middelen worden gefinancierd), opdat daarmee op een deskundige en betaalbare wijze de registerpunten in de zgn. vrije ruimte, 10 punten in totaal over 5 jaar, verkregen kunnen worden. Phorza wil met de hogescholen onderzoeken of er een gezamenlijk aanbod voor het zgn. gecertificeerde opleidingsdeel gerealiseerd kan worden13.Phorza zal onderzoeken in hoeverre bijdragen aan functiegroepen in aanmerking komen voor registerpunten.

Deskundigheidsbevordering Phorza-academie, middels e-learning modules en in samenwerking met de

hogescholen14; kortingen op congressen organisatie van masterclasses, Masterclasses zijn bedoeld voor leden met name, maar ook voor niet-leden, maar dan tegen een ander tarief, om daarmee hun deskundigheid uit te bouwen; deelname aan masterclasses levert tevens registerpunten op voor het beroepsregister BAMw. De masterclasses zijn daarnaast een instrument, naast de functiegroepen, waardoor de leden heel direct de activiteit van de beroepsvereniging wordt ervaren en waarbij de beroepsvereniging direct contact met de leden heeft. Worden ze nu vaak incidenteel georganiseerd, met aanvullende middelen is een jaarplanning mogelijk en kunnen relaties en een infrastructuur worden opgebouwd. Bijvoorbeeld komt er dan ruimte om de bijeenkomsten regionaal te organiseren, nu geven leden aan dat ze het op prijs stellen hun collega´s uit de regio te ontmoeten, maar dat de reis van Overijssel of Groningen naar Utrecht voor een masterclass niet rendabel is en extra prijzig vanwege hoge reiskosten.In de komende jaren zullen een aantal workshops samen georganiseerd worden met NVMW en deskundigeninbreng van het NJI. Ook met de andere kennisinstituten zal samenwerking gezocht worden.

Zelfstandigen (met eigen praktijk)In 2010 e.v. wordt verder gewerkt aan de dienstverlening voor zelfstandig gevestigden.- folder over tuchtrecht specifiek voor ZZP’ers;- algemene voorwaarden actualiseren;- in het kader van professionalisering werken aan standarisatie, met als doelstelling het kwaliteitsniveau inzichtelijk en controleerbaar te maken.

12

13/14

16

15

4

de zzp’er in aanmerking laten komen voor vergoeding in het pakket van de aanvullende ziektekostenverzekeringen.

Juridische helpdeskPHORZA heeft een overeenkomst gesloten met Lydia Janssen, gespecialiseerd jurist, om leden bij te staan bij beroepsinhoudelijke kwesties met een juridische component. Omdat dit alleen toegankelijk is voor leden van PHORZA, is er een vragenformulier bereikbaar in de exclusieve ledensite

Beroepsethiek De Ethische Commissie heeft tot doel te bevorderen dat bij sociaalagogen de belangstelling en discussie wordt bevorderd over beroepsinhoudelijke ethische thema’s. Onder beroepsinhoudelijke ethische thema’s verstaan we de ethische problematiek in de sociaalagogische praktijk. De commissie wil actief bijdragen aan de verheldering en verdieping van de gedachtevorming over sociaalagogische-ethische vraagstukken; de geformuleerde beroepscode dient daarbij als uitgangspunt.De cie. zal bestaan uit praktijkwerkers, ethici, onderzoekers, we willen met de realisatie van een beroepsethische commissie de beroepscode ´tot leven laten komen´.

Kader voor supervisie en intervisieVoor registratie in het BAMw is reflectie op het beroepsmatig handelen, middels supervisie, intervisie-bijeenkomsten en/of werkbegeleiding verplicht. Supervisoren dienen geregistreerd te zijn bij de Landelijke Vereniging voor Supervisie en Coaching. Phorza wil als een extra service aanvullende kwaliteitscriteria ontwerpen en een netwerk maken van supervisoren/intervisie begeleiders bv. hoeveel ervaring heeft iemand met de verschillende beroepspraktijken van sociaalagogen. Werkt iemand met speciale methodes of technieken, of is iemand vooral gericht op bepaalde vraagstukken. Ook kunnen we daar bv. aan verbinden een jaarlijkse bijeenkomst, tbv. informatievoorziening, uitwisseling en verzamelen van ervaringen en deskundigheidsbevordering. We kunnen ook denken aan het organiseren van workshops voor instellingen in zorg en welzijn, gericht op diegenen die bv. de werkbegeleiding op zich nemen van sociaalagogen. M.n. in de jeugdzorg wordt dit in 2012, met de wschl. Invoering van het beroepsregister als verplichting van belang ( ook implementatieplan jeugdzorg). Een plaatsing op een lijst op de ledensite strekt dan tot aanbeveling van de betreffende supervisor.

18

17

4

platform voor collegiale uitwisseling en beroepsontwikkeling

hoeder van beroepskwaliteit door beroepscode, collegiale toetsing en klachtrecht, maar ook door haar nauwe betrokkenheid bij het beroepsregister van agogen;Deze verenigingsfunctie omvat die activiteiten die voor de gehele beroepsgroep van belang zijn en collectief gelden. Het gaat om zaken die van grote invloed zijn op de ordening van het beroep en op de kwaliteit van de beroepsuitoefening. Het strategisch doel dat met deze activiteiten wordt nagestreefd is kwaliteitsbevordering en het scheppen van randvoorwaarden, die resulteren in een optimale kennis en deskundigheid van sociaalagogen. Het betreft activiteiten die voor leden een belangrijke reden vormen om lid te worden en waarvan ook niet leden veel invloed ondervinden. Hoe meer leden des te groter de structurerende werking die de vereniging op de beroepsordening, op de kwaliteit en op de randvoorwaarden voor de uitoefening van het beroep kan uitoefenen.

Een goed begin…… Phorza werkt aan een zelf-assesment voor aspirant sociaalagogen waarmee ze kunnen toetsen welke competenties het toekomstige beroep van hen vraagt.

4

II De belangen van, en de diensten voor de beroepsgroep

De inhoudelijke belangenbehartiger voor beroepsgroep, door positionering in overleg met werkgeversorganisaties, overheden, adviescolleges, kortom het gehele krachtenveld; opdat de doelgroep een aanzienlijk onderdeel zal uitmaken van de agenda van politici en beleidsmakers.

Inbreng op strategisch niveauMiddels het pleiten voor wettelijke verplichting tot beroepsregistratie in alle sectoren en niet alleen de jeugdzorg waar dit een van de beleidsvoornemens reeds is;Aandacht voor een optimale werkomgeving middels voldoende mogelijkhedenvoor deskundigheidsbevordering, reflectie, middels het onderzoeken van de mogelijkheden en financiering van aansluiting bij de FBZ15 het eerdere voornemen, in het werkplan 200802009, het leveren van een actief aandeel bij het opstellen van de verschillende CAO’s in de gezondheidszorg, jeugdzorg en (academische) ziekenhuizen, is hiervan mede-afhankelijk .

Middels het onderzoeken van mogelijkheden om met de stichting HKZ beroepscode, tuchtrecht en beroepsregister onderdeel te laten worden van het Certificatieschema, rubriek 5, Medewerkers en rubriek 6, Actueel houden en vernieuwen van zorg – en dienstverlening.Middels regulier overleg met brancheorganisaties, cliëntenorganisaties, overheden, financiers, zorg dragen voor een actief opstelling richting media;Zichtbaarheid naar politiek en samenlevingPeriodiek contacten onderhouden met bewindslieden en kamerleden;

FunctiegroepenPHORZA als organisatie in het geheel behartigt de beroepsbelangen op een algemeen niveau, maar omdat hele functiespecifieke of domeinspecifieke beroepsontwikkeling nodig is, zijn er functiegroepen. Het hart van de beroepsvereniging wordt gevormd door deze functiegroepenPhorza is een netwerkorganisatie van werk- en functiegroepen. Ieder Phorza-lid wordt bij aanmelding automatisch ingedeeld bij een functiegroep. Een functiegroep is een deelverzameling van de Phorza-leden die zich verenigen rondom een bepaald werkveld of een bepaalde functie. Leden die bijvoorbeeld werkzaam zijn in de jeugdzorg kunnen zich in een functiegroep bezighouden met specifieke belangenbehartiging en deskundigheidsontwikkeling voor de leden in die sector. Dat kan zo prima werken omdat leden in dat segment collega's ontmoeten

19

23/24

25

26

20/21/

4

uit dezelfde hoek en die leden ook inhoudelijk vaak het beste zijn geïnformeerd over de ontwikkelingen in dat werkveld.In feite heeft de functiegroep hetzelfde soort streven als Phorza in geheel, maar beperkt zich tot haar eigen achterban. Met de introductie van phorza.net in oktober 2008 is het aantal mogelijkheden om te participeren in interessegroepen eindeloos. Via dit netwerk worden een aantal functiegroepen of contactgroepen aangeboden waarbij ieder lid zich kan aansluiten. De organisatie van contactgroepen werkt vraaggestuurd. Groepen kunnen ook besluiten bijeenkomsten te organiseren om thema's in het ' echt' te bespreken of intervisie te regelen of conferenties te organiseren. Dat kan op eigen initiatief, maar kan ook gefaciliteerd worden door het bureau.Er zijn een aantal functiegroepen actief : Werk- en Dagbesteding, Opvoedingsondersteuning, Jeugdzorg is i.o., Waar (revalidatie) is i.i., Spelbegeleiders i.o..Bij voldoende leden uit de sector moet het op termijn mogelijk zijn dat er capaciteit vanuit de beroepsvereniging beschikbaar komt, vooralsnog is dat niet zo.- uitgave van de handleiding16 in een publieksversie wordt voorbereid- aparte aandacht op de nieuwe website

Plannen WAAR – invulling volgt

plannen opvoedondersteuning – invulling volgt

plannen gehandicaptenzorg- invulling volgt

plannen Jeugdzorg - invulling volgt

TuchtcollegeIn 2009 heeft Phorza haar tuchtreglement vastgesteld, waarvoor verschillende redenen aan te voeren waren: het belang van een zorgvuldige beroepsuitoefening;

het individuele belang van cliënten; de noodzakelijke bescherming van de verschillende beroepen die door

sociaalagogen worden uitgeoefend en; het recht en de plicht van een sociaalagoog om zich over zijn gedraging te

verantwoorden;

4

In 2010 wordt de werving en vorming College van beroep en College van Toezicht gerealiseerd. Ook in 2010 wordt een aanvulling op het tuchtcollege gerealiseerd samen met de NVMW. Met de wettelijke verplichting tot opname in het BAMw, het beroepsregister, gaan alle jeugdzorgwerkers onder het tuchtrecht vallen en daarmee hebben Phorza en NVMW zich verplicht, onder invloed van overheid en werkgevers, tot een tuchtcollege jeugdzorg.In de komende jaren zal het tuchtcollege haar plaats gaan verwerven Kennisopbouw en –ontwikkeling van beroepsethiek en ontwikkeling van een hoogwaardig verenigingstuchtrecht in relatie tot de praktijk vraagt tijd en ervaring.

Beïnvloeding wet en regelgevingPhorza wil het aanspreekpunt zijn voor ambtenaren en politici die belast zijn met wet- en regelgeving die rechtstreeks of indirect betrekking hebben op functies waarin sociaalagogen werkzaam zijn.Phorza wil dat de beroepsuitoefening wettelijk wordt geborgd en de beroepsbeoefenaar wordt beschermd door heldere wetgeving, die aansluit bij de praktijk van het beroep en op draagvlak kan rekenen van de beroepsgroep.Belangrijke criteria daarbij zijn de uitvoerbaarheid en bureaucratievermindering.Phorza wil daartoe haar relaties met de kennisinstituten versterken;Phorza wil dit doen in relatie met de relevante beroepsverenigingen en belangenbehartigers in de onderscheiden sectoren;Phorza wil dit doen door beginnend professionals de eerste jaren te volgen in hun loopbaan; Phorza wil dit doen door middel van enquêtes en i.s.m. het vaktijdschrift Sozio, waarmee de beroepsgroepen direct hun stem kunnen laten horen over relevante onderwerpen17; Phorza wil dit doen door invoering van het verenigingstuchtrecht te bepleiten in alle sectoren waarin sociaalagogen werkzaam zijn; middels het pleiten voor wettelijke verplichting tot beroepsregistratie in alle sectoren. Hernieuwd onderzoek naar de wijze waarop de CAO’s ruimte geven aan de professional18

Beïnvloeding organisaties voor zorg en welzijnMiddels de ontwikkeling van een Professioneel statuut Het professioneel statuut biedt een kader waarbinnen sociaalagogen kunnen werken volgens de beroepscode, het beroepsprofiel en de kwaliteitseisen zoals geformuleerd door de beroepsvereniging en het beroepsregister van agogisch en maatschappelijk werkers. Uitgangspunt in het professioneel statuut is dat de werkgever de algemene verantwoordelijkheid draagt voor het realiseren van de doelstellingen en het beleid van de organisatie en de daartoe te verrichten functies.

28

29

30/3132/33/34

27

4

De sociaalagoog draagt de verantwoordelijkheid voor het uitoefenen van zijn beroep conform de beroepscode en de kerntaken zoals uitgewerkt en toegelicht in het vigerende beroepsprofiel. Het professioneel statuut bestaat uit een algemeen gedeelte dat is opgesteld door de beroepsvereniging en een specifiek gedeelte dat wordt ingevuld door de werkgever en werknemers in een specifieke organisatie. In principe is het ook mogelijk dat het specifieke gedeelte wordt ingevuld door Phorza en een brancheorganisatie. Het algemene gedeelte van het professioneel statuut is een kaderregeling die op alle werksoorten waarin sociaalagogen werkzaam zijn ten dienste van een organisaties, van toepassing kan zijn. Enkele artikelen van het algemeen gedeelte behoeven daarom een uitwerking die is toegespitst op de specifieke situatie. Deze organisatiegebonden uitwerkingen worden vastgelegd in het specifieke gedeelte van het professioneel statuut (denk ook aan implementatieplan jeugdzorg). Nader uit te werken.

Het instrument van de Adviesraden voor Professionals Of het nu de landelijke politiek, de regionale netwerken of de zorgorganisaties zijn: op alle niveaus moeten professionals invloed hebben op het beleid. Het is dus ook belangrijk dat sociaal agogen mede het beleid van hun instellingen bepalen. Daarom wil PHORZA verkennen of het oprichten van Adviesraden voor professionals (PAR’s) in zo veel mogelijk instellingen daarvoor een goed instrument is. Het voorbeeld komt uit de gezondheidszorg. PAR staat voor Adviesraad voor professionals . Zoals de naam al zegt, is een PAR een adviesorgaan van beroepsbeoefenaren voor de directie of Raad van Bestuur van de zorginstelling. Wat is het doel van een PAR? Een PAR adviseert vanuit beroepsinhoudelijke optiek aan de directie of Raad van Bestuur om de kwaliteit van de zorg te waarborgen en te verbeteren in de zorginstelling. Door deze adviserende rol heeft de PAR vanuit de invalshoek van de sociaalagoog een stem in het beleid van de organisatie. Daarnaast stimuleert de PAR beroepsinhoudelijke ontwikkelingen. De PAR kan bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van zorg voor patiënten / cliënten, een beleid dat beter aansluit bij de professionele beroepsuitoefening, een grotere betrokkenheid van de zorgprofessionals bij de koers van de organisatie, verbreding van het draagvlak voor nieuw beleid een kwaliteitsimpuls door het optimaal benutten van de sociaalagogische expertise die aanwezig is in de organisatie.

35

4

Internationaal Phorza overweegt lidmaatschap van de IFSW, international Federation of Social Workers. The International Federation of Social Workers is a successor to the International Permanent Secretariat of Social Workers, which was founded in Paris in 1928 and was active until the outbreak of World War II. It was not until 1950, at the time of the International Conference of Social Work in Paris, that the decision was made to create the International Federation of Social Workers, an international organization of professional social workers.Nadere kennismaking met internationale partners. In mei 2010 is er een uitwisseling gepland met Israel en in juni komt een onderzoek beschikbaar van 4e jaars SPH-studenten van de Hogeschool Inholland op welke wijze Phorza de professionaliteit van sociaal agogen in Nederland kan bevorderen middels het vergroten van de aantrekkelijkheid voor de potentiële doelgroep. Kennis van het functioneren van vergelijkbare verenigingen in het buitenland is daarbij de invalshoek.

Richtlijnen, aanvullende richtlijnen en aanverwante productenRichtlijnen geven aanwijzingen voor het handelen van beroepsbeoefenaren in bepaalde situaties of met betrekking tot bepaalde doelgroepen. Ze zijn gebaseerd op de beschikbare, liefst evidence based, kennis over het betreffende onderwerp. Beroepsverenigingen worden daarin een belangrijke legitimerende rol toegedeeld. Op dit moment zien we een ware hausse aan kennisinstituten die in opdracht van de financierende overheid en met legitimatie van de andere stakeholders, richtlijnen aan het ontwikkelen zijn. De beroepsvereniging staat daar dubbel in, enerzijds verleent het gezag aan het optreden van de professional, anderzijds draagt het bij aan de verdergaande en steeds indringender bemoeienis met het handelen van de professional. Leden van Phorza verlenen daar waar ze kunnen een bijdrage vanuit de beroepspraktijk maar lopen er ook tegenaan dat het vanuit de werksituatie geen eenvoudige opgave is om daar tijd voor te maken, dan wel tijd voor vrij te krijgen en dat beperkt in belangrijke mate de betrokkenheid. Ook al staan er tegenwoordig veelal voor de directe vertegenwoordigers wel vacatiegelden tegenover. Ook dit laatste maakt dat er twijfels zijn of deze ontwikkeling voldoende als komende van de professional kan worden gekenschetst.

Paraplu ontwikkelingHet begrip sociaalagoog is een verzamelnaam voor een diversiteit van functies, beroepen, initiële opleidingen en vervolgopleidingen, denk bijvoorbeeld aan de in opkomst zijnde masteropleidingen voor sociaalagogen. Ook gaat het om een brede waaier van organisaties in zorg en welzijn waar sociaalagogen werkzaam zijn. Het is

36

37

4

het voornemen van Phorza om in vervolg op het positionpaper ( zie onder samenwerking) een helder, toegankelijk overzicht en samenhang te creëren van sectoren, functies, beroepen vanuit het perspectief van de sociaalagoog. Met als doel het versterken van de beroepsidentiteit van de sociaalagoog. Goede voorbeelden zijn de wijze waarop in de gezondheidszorg dit is ontwikkeld door Giel Hutschemaeker, i.o.v. het Ministerie van Volksgezondheid. Een goed deelvoorbeeld is ook ‘Vele takken, een stam’ van het HSAO. Dit voornemen kan alleen gerealiseerd worden i.s.m. kennisinstuten als MOVISIE. (nader uitwerken en onderzoeken). Meer en meer zal horizontale loopbaanontwikkeling de toekomst zijn19, een goed inzicht in die ‘ paraplu’ en de wijze waarop het in elkaar grijpt is van belang voor de sociaalagoog en voor het vergroten van de aantrekkelijkheid van de arbeidsmarkt.

OnderzoekAan de Nederlandse hogescholen bestaan sinds 2001 lectoren die via praktijkgericht onderzoek bijdragen aan beroepsinnovatie en vitaal onderwijs. Deze lectoren hebben zich verenigd in het Platform lectoren zorg en welzijn.Het Platform wil o.a. vanuit zijn kennis en ervaringen met het praktijkgericht onderzoek meedoen aan en invloed uitoefenen op het politieke en maatschappelijke debat. Het Platform doet dit onder ander door het opstellen van manifesten rond actuele ontwikkelingen die het agogisch werk raken.Er zijn belangrijke raakvlakken met de doelstelling van de beroepsvereniging en de wensen van de leden20. De eerste contacten zijn er reeds met een aantal lectoren, o.a. met de voorzitter van het netwerk van lectoren.Via de functiegroep gehandicaptenzorg i.o. worden contacten gelegd en via de functiegroep opvoedingsondersteuning.Phorza wil de komende jaren een structurele samenwerking opbouwen met lectoraten en hogescholen. In samenwerking met de lectoren kan gewerkt worden aan de versterking van de beroepsidentiteit en het imago van de sociaalagoog, het informeren over inhoudelijke ontwikkelingen, het duiden van nieuwe ontwikkelingen, het verkennen van vraagstukken als de professionele handelingsruimte, het ontwikkelen van het concept van de ‘ professionele organisatie’ .

38

39

4

III Samenwerking

Beroeps- en wergeversorganisatiesOp dit moment is er een diversiteit van beroepsverenigingen in zorg, welzijn en onderwijs, georganiseerd naar opleidingsachtergrond21. Deze beroepsverenigingen lopen wat samenwerking betreft ‘achter’ bij maatschappelijke organisaties als bijvoorbeeld vakbonden, politieke partijen en werkgeversverenigingen. Daarmee is het moeilijk om een sterke gesprekspartner te zijn voor de overheid, de werkgevers, de politiek en de samenleving, waaronder de cliëntenorganisaties. Op het strategische niveau missen de beroepsverenigingen de kracht om zich optimaal te kunnen inzetten voor de beroepsgroepen. Een zekere onvrede bij professionals in zorg, welzijn en onderwijs is mede daarop terug te voeren. Men ervaart onvoldoende zeggenschap over de (beleids)ontwikkelingen22 waarmee men geconfronteerd wordt. De beroepsverenigingen zijn te weinig speler in het maatschappelijke debat en participeren hierin onvoldoende23. Participatie is, naast professionalisering, wat deels op te vatten is als ‘het eigen belang’ van de beroepsgroep, een belangrijke legitimatie voor een grotere rol van beroepsverenigingen in het maatschappelijke krachtenveld. Gezamenlijkheid versterkt de zeggingskracht van de professionals24 en daarmee de positie die de vereniging(en) kan innemen. Ook uit oogpunt van effectiviteit en efficiency is het van belang om krachten te bundelen. De scheiding is langzamerhand arbitrair en´ouderwets´waar het de

tegenstellingen betreft om verschillende redenen: de verschillen binnen de beroepsverenigingen zijn vaak net zo groot als

tussen de verenigingen; de lijnhiërarchie in het werk van professionals is aan het verdwijnen,

hiërarchie op basis van uitoefening van competenties blijft, vakmanschap wordt leidend;

het scherpe onderscheid tussen hbo en wo is ´schuivend´. In het nieuwe onderwijsstelsel is sprake van een keten met vloeiende overgangen tussen mbo, hbo en wo; (hbo-pedagoog en wo-pedagoog, de aansluiting bachelor - master)25

Er zijn, naast Phorza, nog twee beroepsverenigingen die zich richten op een specifieke functiegroep binnen de beroepsgroep sociaal agogen : NVMW, de Nederlandse vereniging voor Maatschappelijk Werkers en de BON, Beroepsvereniging Opbouwwerkers Nederland. De drie verenigingen BON, NVMW en Phorza zijn een samenwerkingsverband aangegaan, d.d. juni 2007, waarmee de krachten zijn gebundeld (zie daarvoor het document van het Platform Sociaalagogische Beroepsverenigingen). In de periode 2010-2012 berust het voorzitterschap van het platform bij Phorza, bij Jean Baptist Segond van Banchet.

4

Voor 2010 tot en met 2012 is en blijft t.a.v. dit onderdeel de doelstelling: - daar waar mogelijk de krachten te bundelen en uitvoering geven aan de voornemens die het Platform heeft geformuleerd.- het vergroten van het ledenaantal om met grotere zeggingskracht de belangen te kunnen behartigen.- de realisatie van een ‘positionpaper’ over de sociaalagoog. Een mogelijke partner in de jeugdzorg is de belangenbehartiger BMJ. De relatie met de BMJ (vakbond jeugdbescherming) zal blijvend de aandacht houden, vanuitPhorza is er veel bewondering voor de wijze waarop de BMJ erin geslaagd is de belangen van de jeugdbeschermers op de politieke agenda te krijgen. De gedachte is dat de doelstellingen van de beroepsvereniging hierop een belangrijke aanvulling kunnen zijn die de professionaliteit van de jeugdbeschermer versterkt.

Phorza zal zich ook in deze periode blijvend inzetten voor verdere samenwerking, zowel in activiteiten, zie onder de masterclasses, in verbetering van de professionele infrastructuur zie onder beroepsregister en tuchtcollege en beroepscode jeugdzorg, als in bundeling van de verenigingen.

Kennisinstituten

Beroeps-competentieprofielen geven een beschrijving van de taakgebieden en de bijbehorende competenties van het betreffende beroep. Beroepscompetentieprofielen sluiten idealiter aan bij de nieuwe beroepenstructuur in zorg en welzijn ‘Klaar voor de toekomst26’ Deze zijn idealiter ook gebaseerd op de recent door het HSAO geformuleerde gemeenschappelijke sociaal-agogische competenties27. Die zijn weer afgeleid van de missie voor social work die is geformuleerd door de IASSW en de IFSW:“ The Social Work profession promotes social change, problem solving in human relationships and the empowerment and liberation of people to enhance wellbeing. Utilizing theories of human behavior and social systems, social work intervenes at the points where people interact with their environments. Principles of human rights and social justice are fundamental to Social Work “.Bij de totstandkoming van dit bouwwerk, wat houvast en transparantie moet bieden voor alle partijen, is Phorza, als beroepsvereniging een van de stakeholders en waar ze kan vertegenwoordigt ze het belang en verzorgt ze de inbreng van de sociaalagoog 28. De kernkwaliteiten zoals geformuleerd in de beroepscode zijn daarbij een belangrijk uitgangspunt, evenals de kennis van de praktijksituatie die onze leden inbrengen.

41

40

4

Phorza streeft jaarlijks naar overleg met de relevante opleidingscoördinatoren van de verschillende sociaalagogische opleidingen.

OnderwijsinstellingenNadrukkelijk richten we ons ook op de opleidingen, voor de werkzame professionals is vooral een grotere naamsbekendheid van cruciaal belang29

Sociaal pedagogen die al jaren in het vak zitten en nog nooit lid geweest zijn van een vereniging zullen de noodzaak om dat wel te doen niet snel inzien. Het zijn met name de jonge mensen en studenten die open staan voor de vereniging. Zij zijn het toekomstige werkveld, dus als we studenten al vanaf het begin het belang van vakontwikkeling en de vereniging meegeven is de kans groter dat ze lid zullen worden en blijven van de vereniging. Phorza heeft ook voor de komende jaren een aanbod ontwikkeld voor de

hogescholen, met het lidmaatschap als afstudeercadeau; een workshop over beroepscode en verenigingstuchtrecht; een nieuwsbrief voor docenten.

In 2010- 2012 zal aandacht uit gaan naar de zogenaamde SAW-opleidingen op MBO-niveau.

Phorza zal zich verdiepen in de organisatie van studierelevante activiteiten, informatievoorziening enz.

Phorza wil relaties leggen met de alumni-verenigingen van de relevante opleidingen, om te beginnen met het HBO.

Phorza gaat op zoek naar sponsors30 die het studentenlidmaatschap mede-mogelijk willen maken.

Phorza wil relaties gaan leggen met de contractafdelingen

Meer contact en inhoudelijke invloed op Hogescholen:De volgende punten zijn belangrijk om deze groep mensen te bereiken. In de lessen ethiek en beroepscode moet ook belang Phorza behandeld

worden. Lessenmateriaal/pakket samenstellen voor ethiek en beroepscode. College/presentatie voor studenten en docenten door Phorza in

samenwerking met SoziO

Zorgverzekeraars>> invulling volgt

44

42

43

45

4

IV Infrastructuur vereniging en bureau

Geen van de hiervoor omschreven activiteiten kan worden uitgevoerd zonder een effectieve en efficiënte verenigingsstructuur, die voor een belangrijk deel berust op de actieve inzet van de leden en actieve vrijwilligers. Functiegroepen, commissies alle worden bemenst door leden en zijn onontbeerlijk voor een goede communicatie met de beroepsgroep. Hun inzet wordt door het bestuur bijzonder gewaardeerd.Leden beschouwen een goed functionerende vereniging als ‘ normaal’ en zijn daardoor niet perse bijzonder gemotiveerd om zich in te spannen. Het bestuur draagt er daarom zorg voor dat de inzet van leden niet iets vanzelfsprekends is.Zoveel mogelijk worden vacatiegelden gevraagd wanneer leden verzocht worden zich extern in te zetten en schenken we in onze uitingen aandacht aan de zaak en diegene die zich heeft ingezet in onze nieuwsbrieven.

Algemene ledenvergaderingVindt statutair eenmaal per jaar vast, dan wel zo vaak als er aanleiding voor is, zoals bijvoorbeeld de vaststelling of wijziging van beroepscode en tuchtreglement. De algemene ledenvergadering spreekt zich o.a. over het beleid en de activiteiten van de vereniging.

BestuurHet bestuur is verantwoordelijk voor de voorbereiding en bewaakt de uitvoering van het beleid. Draagt zorg voor de representatie, vertegenwoordigd Phorza naar buiten en is zo verdeeld dat de verschillende variatie van het beroep van sociaalagoog goed vertegenwoordigd is. Draagt er zorg voor dat de ALV wordt gehouden en dat eenmaal per jaar het Jaarboek wordt gepubliceerd, met als inhoud het jaarverslag, de ledenlijst en andere belangrijke zaken.Het bestuur vergadert minimaal 6x per jaar.

Raad van AdviesIn 2010 e.v. onderzoekt Phorza of het wenselijk is om een Raad van Advies samen te stellen, bestaande uit gezaghebbende personen, afkomstig uit de wetenschap, de sectoren zorg en welzijn, de politiek en het bedrijfsleven.

47

48

49

4

CommissiesBetrokkenheid van leden en niet-leden kan goed tot uiting komen in werkgroepen en commissies. Er zijn er een aantal aanwezig binnen Phorza, zie hiervoor ook het organisatieschema in de bijlage. Kascommissie commissie deskundigheidsbevordering i.o. commissie P.R. en marketing i.o. werkgroep onderzoek i.o.

BureauHet bureau draagt zorg voor de uitvoering van het beleid, de ondersteuning van de leden, de organisatie van activiteiten, de ondersteuning van de functiegroepen, de marketing en communicatie intern en extern. folders , toespitsing op sectoren specifieke projecten: implementatie Actieplan Profess. Jeugdzorg, Regionale bijeenkomsten professionals CJG, Sting-project Algemene voorwaarden formeel regelen en op de website plaatsen

Communicatiemiddelen

NieuwsbrievenDe huidige nieuwsbrief in printvorm kost ontzettend veel geld. Wanneer we kijken naar het aantal mensen (4200) die zich aangemeld hebben voor de digitale SoziO nieuwsbrief, kunnen we ervan uit gaan dat ondanks dat onze doelgroep niet heel actief zijn op het gebied van ICT, zij wel gebruik maken van informatievoorziening d.m.v. een digitale nieuwsbrief. Daarom is het verstandiger als Phorza overgaat van 4 keer per jaar een print nieuwsbrief naar een digitale nieuwsbrief die elke maand verschijnt.

Sector nieuwsUit het ledenaantal en uit eerdere onderzoeken is gebleken dat sociaal-agogen moeilijk te organiseren zijn. Een reden hiervoor zijn de vele verschillende sectoren waarbinnen de agogen werkzaam zijn. Waardoor zij zich niet gemakkelijk met elkaar identificeren. Om ze toch allemaal te kunnen bereiken is het belangrijk dat elke sector apart benaderd wordt. Helaas weten we niet van (alle) onze leden in welke sector zij werkzaam zijn. Wanneer dit in kaart is gebracht is het uiteindelijk de bedoeling dat er verschillende nieuwsbrieven komen met in elke een

52

53

50

51

4

algemeen deel en een sector deel. Stappen die moeten worden ondernomen: In kaart brengen in welke sector elk lid werkzaam is. Nieuwsbrief per sector maken

WebsiteBezoekers van de website krijgen door de onprofessionele uitstraling een slechte (eerste) indruk. Tevens is de informatie niet actueel, overzichtelijk, volledig en vindbaar. Een nieuwe website moet daar verandering in brengen. Belangrijke aandachtspunten zijn: Zichtbaarheid van de verschillende sectoren31

Aandacht voor vormgeving Items die oproepen tot reactie (casus en stellingen) Persoonlijke interviews

‘Hierin wordt beschreven wat de hulpverlener drijft, wat is zijn/haar passie en hoe trots deze is op zijn/haar werk. Op deze manier zal traffic worden gegenereerd.’

Integreren van de ledensite en de reguliere site. Inloggen via de reguliere site zorgt voor meer traffic en meer

overzicht/duidelijkheid. Aandacht voor functiegroepen.

LedensiteVan de netwerkmogelijkheden wordt momenteel zeer slecht gebruik gemaakt. Waarschijnlijk zijn de redenen32 hiervoor dat er niets veranderd op de site en mensen nergens voor terug komen. Door ervoor te zorgen dat mensen worden uitgedaagd om te reageren op items, casus en/of stellingen zorg je ervoor dat mensen nieuwsgierig worden naar wat ze nu weer op de site zullen aantreffen en of er reacties zijn op hun berichten. Mensen komen terug en hebben het gevoel dat ze wat hebben aan de site. Op de gewone site kan een oproep komen voor mensen om te reageren.

HuisstijlHet bestaande logo van Phorza is door de (grote) blauwe blokken heel massief. Een logo reflecteert de organisatie. Hierdoor wordt ook de vereniging gezien als een massieve organisatie. Tevens ondersteunen de website en de communicatie, ‘het belang van verenigen’, dit. Door in plaats van de blokken alleen het tekst-logo te gebruiken maakt het, het geheel, en dus de organisatie luchtiger.

54

55

56

4

Marketing

Ledenwervingsstrategie.De wervingsacties leveren niet de leden op zoals gewenst en uit de quickscan* van Kennis centrum Movisie komt naar voren dat leden de informatie en communicatie vanuit de vereniging ‘matig’ en ‘vaag’ vinden. Dit, en het huidige ledenaantal zijn duidelijke signalen dat een verandering noodzakelijk en gewenst is.Een andere aanpak is nodig: “Mensen hebben nog niet de beroepstrots en de passie dat ze erbij willen horen.” Is wat voorzitter Hans Nieukerke zei tijdens zijn interview met Olaf Stompe van SoziO.

Thema- en actiecampagneEr zijn twee verschillende manieren om onder de aandacht te komen van je doelgroep. Dit kan doormiddel van een actiecampagne: De campagne moet mensen direct aanzetten om tot actie over te gaan; in het geval van Phorza is dat lid worden. Of door een themacampagne waar vooral een gevoel of sfeer neer gezet wordt; beroepstrots. Met uiteindelijk het doel dat de doelgroep vindt dat een onderdeel zijn van de vereniging ten goede komt van zijn of haar eigen behoeften.In het volgende hoofdstuk volgen daarom focuspunten waarop Phorza zich de komende jaren moet richten. In deze focuspunten zijn zowel actie- als themagerichte punten verwerkt.

Zichtbaarheid

Bewustwording van beroepstrots onder hulpverleners in de sociaal-agogische sector.

Bijvoorbeeld:Campagne ‘beroepstrots’Om ervoor te zorgen dat hulpverleners beroepstrots krijgen zal een themacampagne worden ingezet. In deze campagne zal het gevoel ‘beroepstrots’ centraal staan en zal de vereniging op de achtergrond aanwezig zijn. De bedoeling van de campagne is dat hulpverleners op een’ ludieke’ en luchtige manier benaderd worden en daardoor met een positief gevoel geconfronteerd worden met de vereniging, in plaats van een serieuze, verantwoordelijke manier zoals dat nu het geval is.

57

4

Op informatiemarkten, tijdens congressen en bezoeken merken we dat de naamsbekendheid van Phorza niet groot/hoog is. Er zijn nog steeds relatief weinig mensen die weten dat er een beroepsvereniging is voor sociaal (ped)agogen. Om hier verandering in te brengen zullen de volgende acties worden ondernomen:Betere contacten met hulpverleners en management van instellingen binnen de sectorenIn het eerste kwartaal van 2010 zal een overzicht worden gemaakt van alle instellingen waarbinnen sociaal pedagogen werkzaam zijn. De instellingen zullen in eerste instantie een mailing of informatiefolder ontvangen. Ze zijn dan bekend met de naam. Vervolgens worden de instellingen persoonlijk benaderd.Afhankelijk van de instellingen volgen er verdere wervingsacties: Persoonlijke gesprek management van een instelling Presentatie houden tijdens studiedag + stand Informatiepakketten opsturen naar instelling of werknemers. Mailing versturen met een aanbieding voor de werknemers

Relaties met vakbladen

AdvertentiesPhorza levert geregeld een aandeel van de verschillende vakbladen. Dit aandeel is nu nog te gering en sporadisch. Door regelmatig in de vakbladen te staan vergroot Phorza haar naamsbekendheid. De volgende bladen passen bij de doelgroep van Phorza:

SWP bladen Externe bladenSoziO Zorg + WelzijnPIP MarkantRehabilitatie PSYGeronOuderschapskennis

Phorza heeft met een aantal bladen van uitgeverij SWP een verbintenis, dwz. dat leden een vakblad naar keuze ontvangen als onderdeel van het lidmaatschap. De specifieke relatie met de beroepsvereniging is beperkt herkenbaar.Alleen in het tijdschrift Sozio heeft Phorza een vaste rubriek. In de komende planperiode zullen deze relaties verder worden vormgegeven.Denkbaar is bijvoorbeeld: vaste advertentie

58

59

4

op termijn relatie met kennistoetsen zoals door Sozio i.s.m. hogescholen ontwikkeld, meer specifiek betreft het dan de afgestudeerden die op deze wijze hun registerpunten kunnen verkrijgen.

KortingenOok in de planperiode zal Phorza zich inspannen voor kortingen op congressen en boeken ten behoeve van de leden. Het is een van de manieren om de site aantrekkelijk te maken voor website geregeld bezoek.6O

4

Hoofdstuk 5Begroting

Phorza ziet mogelijkheden zich verder financieel te versterken:- door uitbreiding van het aantal leden, middels versterkte werving, - door het verwerven van fondsen, sponsors33 en andere aanvullende financiële middelen. In een periode waarin professionaliteit hoog op de beleids- en publieke agenda staat is het onbegrijpelijk dat er geen middelen beschikbaar zijn voor het versterken van de beroepsidentiteit en de beroepsontwikkeling door de beroepsgroep zelf.Alternatieven bronnen van financiering zullen verder worden onderzocht: bijvoorbeelddie middels de kennisinstituten, via detachering, dan wel beschikbaarstelling van formatie.Idem geldt dat voor de hogescholen en de organisaties waar sociaal agogenwerkzaam zijn. Denkbaar is dan dat capaciteit beschikbaar komt vanwege stages, heroriëntaties, herintreding enz.

KwaliteitsfondsPhorza vindt dat er structurele middelen beschikbaar moeten komen voor versterking van de professionaliteit, bij voorbeeld dor het opzetten van een meerjarig kwaliteitsfonds, waaraan meerdere sectoren bijdragen.- implementatie van beroepscode- opzetten van deskundigheidsbevordering- aandacht voor beroepsethiek- organisatie van de inbreng vanuit de professionele praktijk- compensatie van de inzet van professionals34

6 1

62

4

Begroting PHORZA Beroepsorganisatie

Kosten

Personeel – beknopte versie1.1 Bureaucoordinator 0,7 fte 30.0001.2 Secretariaat 0,5 fte 14.0001.3 Huisvestingskosten 10.0001.4 Kantoorinfrastructuur 8.0001.5 Software 3.000

Subtotaal 65.000

Personeel – uitgebreide versie1.6 Directeur1,0 fte 70.000 Secretariaat/bureaucoord. 0,8 fte 30.000 Financ./adm.medewerk. 0,5 fte 15.000 Jurist 0,5 fte 25.000 Comm.medewerk 0,5 fte 20.000 5 sectiesecr. 5,0 fte 200.000 Verhoging 1.3, 1.4, 1.5 100.000

Subtotaal 460.000

Beroepsontwikkeling, kwaliteitsbevordering & participatie2.1 Ledencongressen 15.0002.2 Voorlichtingsbijeenkomsten 9.0002.3 Masterclasses 20.0002.4 Functiegroepen 20.0002.5 Reservering herziening code 7.0002.6 Participatie externe organen, advisering 5.0002.7 Ontwikkeling organisatie gehandicaptenzorg 50.0002.8 Ontwikkeling organisatie GGZ 50.000

Subtotaal 176.000

Marketing, werving, publiciteit3.1 PHORZA folder werving incl. Mailing 15.0003.2 Nieuwsbrief incl. Aanmaak en verzending 10.0003.3 Advertentiekosten 8.000

4

3.4 Website 1.500 Subtotaal 34.500

Commissies en bestuur4.1Bestuur 5.0004.2Beroepscommissies 3.000 Subtotaal 8.000

Totaal generaal 2010 – beknopte versie 293.500Totaal generaal 2010 – uitgebreide versie 688.500

4

Hoofdstuk 6Activiteitenoverzicht 2010-2014

1. Een andere invalshoek is die van het middenmanagement, veel middenmanagers hebben een sociaalagogische achtergrond, maar voelen zich (nog) niet thuis bij de beroepsvereniging, in de komende planperiode wil Phorza onderzoeken hoe dit beter kan.

2. Phorza werkt aan een bijdrage aan de canon zoals die nu te vinden is op www.canonsociaalwerk.eu . Over sociaalagogen biedt deze nog te weinig informatie, het betreft nu m.n. informatie over het maatschappelijk werk.

3. Phorza werkt aan een zelf-assesment voor aspirant sociaalagogen waarmee ze kunnen toetsen welke competenties het toekomstige beroep van hen vraagt.

4. De beroepsvereniging Phorza wil in de implementatie van de beroepscode en in het ondersteunen van het moreel beraad tussen de sociaalagogische werkers een centrale rol spelen vanuit de werkervaring van de werkers. Door middel van een interactieve website van Phorza een platform te bieden waar werkers hun concrete dilemma’s uit de beroepspraktijk kunnen inbrengen en op elkaar kunnen reageren. De discussie tussen de werkers stimuleren, immers ook binnen de beroepsgroep bestaan er verschillen van mening over morele vraagstukken, denk bijvoorbeeld maar aan de verplichte opvoedingsondersteuning.

5. Door het installeren van een beroepsethische commissie installeren die zich buigt over de morele dilemma’s waar de sociaalagoog zich mee geconfronteerd ziet, met deskundigen uit de verschillende beroepsvelden die thuis zijn in deze vragen, middels de helpdesk kun je die dan raadplegen.

6. Bij ieder artikel uit de beroepscode komen op de website steeds concrete voorbeelden van dilemma’s uit de beroepspraktijk te staan. Werkers worden uitgenodigd hierop te reageren en zelf nieuwe dilemma’s in te brengen.

7. Scholen en opleidingen kunnen de editie van de beroepscode met de concrete dilemma’s gebruiken voor scholing en training in beroepsethische vaardigheden.

8. Een hernieuwde uitgave van de beroepscode, inclusief het vastgestelde tuchtreglement is in voorbereiding.

9. Phorza wil bij het BAMw bereiken dat ook MBO-opgeleide sociaalagogen zich kunnen laten registreren;

10. In 2012 zal er naast de Kamer voor Agogen, die het BAMw reeds kent, ook een Kamer

4

Jeugdzorg komen.

11. Een wettelijke verplichting tot registratie voor sociaalagogen in de jeugdzorg zal naar alle waarschijnlijkheid in 2012 gerealiseerd zijn;

12. Phorza wil regelmatig masterclasses gaan organiseren ten behoeve van haar leden, o.a. in samenwerking met de kennisinstituten (die met publieke middelen worden gefinancierd), opdat daarmee op een deskundige en betaalbare wijze de registerpunten in de zgn. vrije ruimte, 10 punten in totaal over 5 jaar, verkregen kunnen worden.

13. Phorza wil met de hogescholen onderzoeken of er een gezamenlijk aanbod voor het zgn. gecertificeerde opleidingsdeel gerealiseerd kan worden[ii].

14. Phorza zal onderzoeken in hoeverre bijdragen aan functiegroepen in aanmerking komen voor registerpunten.

15. Met de organisatie van masterclasses wordt door de leden heel direct de activiteit van de beroepsvereniging ervaren en heeft de beroepsvereniging direct contact contact met de leden. Worden ze nu vaak incidenteel georganiseerd, met aanvullende middelen is een jaarplanning mogelijk en kunnen relaties en een infrastructuur worden opgebouwd. Bijvoorbeeld komt er dan ruimte om de bijeenkomsten regionaal te organiseren, nu geven leden aan dat ze het op prijs stellen hun collega´s uit de regio te ontmoeten, maar dat de reis van Overijssel of Groningen naar Utrecht voor een masterclass niet rendabel is en extra prijzig vanwege hoge reiskosten. In de komende jaren zullen een aantal workshops samen georganiseerd worden met NVMW en deskundigeninbreng van het NJI. Ook met de andere kennisinstituten zal samenwerking gezocht worden.

16. In 2010 e.v. wordt verder gewerkt aan de dienstverlening voor zelfstandig gevestigden.folder over tuchtrecht specifiek voor ZZP’ers;algemene voorwaarden actualiseren;in het kader van professionalisering werken aan standarisatie, met als doelstelling het kwaliteitsniveau inzichtelijk en controleerbaar te maken.de zzp’er in aanmerking laten komen voor vergoeding in het pakket van de aanvullende ziektekostenverzekeringen.

17. De Ethische Commissie wil actief bijdragen aan de verheldering en verdieping van de gedachtevorming over sociaalagogische-ethische vraagstukken; De cie. zal bestaan uit praktijkwerkers, ethici, onderzoekers, we willen met de realisatie van een beroepsethische commissie de beroepscode ´tot leven laten komen´.

18. Phorza wil als een extra service aanvullende kwaliteitscriteria ontwerpen en een netwerk

4

maken van supervisoren/intervisie begeleiders.

19. Middels het pleiten voor wettelijke verplichting tot beroepsregistratie in alle sectoren en niet alleen de jeugdzorg waar dit een van de beleidsvoornemens reeds is.

20. Aandacht voor een optimale werkomgeving middels voldoende mogelijkhedenvoor deskundigheidsbevordering, reflectie.

21. Middels het onderzoeken van de mogelijkheden en financiering van aansluiting bij de FBZ[i].

22. Middels het onderzoeken van mogelijkheden om met de stichting HKZ beroepscode, tuchtrecht en beroepsregister onderdeel te laten worden van het Certificatieschema, rubriek 5, Medewerkers en rubriek 6, Actueel houden en vernieuwen van zorg – en dienstverlening.

23. Middels regulier overleg met brancheorganisaties, cliëntenorganisaties, overheden, financiers, zorg dragen voor een actief opstelling richting media.

24. Zichtbaarheid naar politiek en samenleving.

25. Periodiek contacten onderhouden met bewindslieden en kamerleden.

26. Ten behoeve van de functiegroepen: uitgave van de handleiding[iii] in een publieksversie wordt voorbereid. Er komt aparte aandacht op de nieuwe website

27. In 2010 wordt de werving en vorming College van beroep en College van Toezicht gerealiseerd.

28. Ook in 2010 wordt een aanvulling op het tuchtcollege gerealiseerd samen met de NVMW. Met de wettelijke verplichting tot opname in het BAMw, het beroepsregister, gaan alle jeugdzorgwerkers onder het tuchtrecht vallen en daarmee hebben Phorza en NVMW zich verplicht, onder invloed van overheid en werkgevers, tot een tuchtcollege jeugdzorg.

30. Phorza wil daartoe haar relaties met de kennisinstituten versterken;

31. Phorza wil dit doen in relatie met de relevante beroepsverenigingen en belangenbehartigers in de onderscheiden sectoren;

32. Phorza wil dit doen door beginnend professionals de eerste jaren te volgen in hun loopbaan;

33. Phorza wil dit doen door middel van enquêtes en i.s.m. het vaktijdschrift Sozio, waarmee de

4

beroepsgroepen direct hun stem kunnen laten horen over relevante onderwerpen[iv];

34. Phorza wil dit doen door invoering van het verenigingstuchtrecht te bepleiten in alle sectoren waarin sociaalagogen werkzaam zijn;

35. middels het pleiten voor wettelijke verplichting tot beroepsregistratie in alle sectoren.

36. Hernieuwd onderzoek naar de wijze waarop de CAO’s ruimte geven aan de professional[v]

37. Of het nu de landelijke politiek, de regionale netwerken of de zorgorganisaties zijn: op alle niveaus moeten professionals invloed hebben op het beleid. Het is dus ook belangrijk dat sociaal agogen mede het beleid van hun instellingen bepalen. Daarom wil PHORZA verkennen of het oprichten van Adviesraden voor professionals (PAR’s) in zo veel mogelijk instellingen daarvoor een goed instrument is.

38. Phorza overweegt lidmaatschap van de IFSW, international Federation of Social Workers. In mei 2010 is er een uitwisseling gepland met Israel en in juni komt een onderzoek beschikbaar van 4e jaars SPH-studenten van de Hogeschool Inholland op welke wijze Phorza de professionaliteit van sociaal agogen in Nederland kan bevorderen middels het vergroten van de aantrekkelijkheid voor de potentiële doelgroep. 39. Kennis van het functioneren van vergelijkbare verenigingen in het buitenland is daarbij de invalshoek.

39. Richtlijnen geven aanwijzingen voor het handelen van beroepsbeoefenaren in bepaalde situaties of met betrekking tot bepaalde doelgroepen. De beroepsvereniging staat daar dubbel in, enerzijds verleent het gezag aan het optreden van de professional, anderzijds draagt het bij aan de verdergaande en steeds indringender bemoeienis met het handelen van de professional. Leden van Phorza verlenen daar waar ze kunnen een bijdrage vanuit de beroepspraktijk maar lopen er ook tegenaan dat het vanuit de werksituatie geen eenvoudige opgave is om daar tijd voor te maken, dan wel tijd voor vrij te krijgen en dat beperkt in belangrijke mate de betrokkenheid. Ook al staan er tegenwoordig veelal voor de directe vertegenwoordigers wel vacatiegelden tegenover. Ook dit laatste maakt dat er twijfels zijn of deze ontwikkeling onvoldoende als komende van de professional kan worden gekenschetst.

40. Het is het voornemen van Phorza om in vervolg op het positionpaper ( zie onder samenwerking) een helder, toegankelijk overzicht en samenhang te creëren van sectoren, functies, beroepen vanuit het perspectief van de sociaalagoog.

41. Phorza wil de komende jaren een structurele samenwerking opbouwen met lectoraten en hogescholen. In samenwerking met de lectoren kan gewerkt worden aan de versterking van de beroepsidentiteit en het imago van de sociaalagoog, het informeren over inhoudelijke ontwikkelingen, het duiden van nieuwe ontwikkelingen, het verkennen van vraagstukken als de

4

professionele handelingsruimte, het ontwikkelen van het concept van de ‘ professionele organisatie’

42. De realisatie van een ‘positionpaper’ over de sociaalagoog.

42a Bij de totstandkoming van het bouwwerk van beroepen en opleidingen, wat houvast en transparantie moet bieden voor alle partijen, is Phorza, als beroepsvereniging een van de stakeholders en waar ze kan vertegenwoordigt ze het belang en verzorgt ze de inbreng van de sociaalagoog. Phorza streeft jaarlijks naar overleg met de relevante opleidingscoördinatoren van de verschillende sociaalagogische opleidingen.

43. Phorza heeft ook voor de komende jaren een aanbod ontwikkeld voor de hogescholen, met het lidmaatschap als afstudeercadeau; een workshop over beroepscode en verenigingstuchtrecht; een nieuwsbrief voor docenten.

44. In 2010- 2012 zal aandacht uit gaan naar de zogenaamde SAW-opleidingen op MBO-niveau. -Phorza zal zich verdiepen in de organisatie van studierelevante activiteiten, informatievoorziening enz. -Phorza wil relaties leggen met de alumni-verenigingen van de relevante opleidingen, om te beginnen met het HBO. -Phorza gaat op zoek naar sponsors[vi] die het studentenlidmaatschap mede-mogelijk willen maken. Phorza wil relaties gaan leggen met de contractafdelingen

45. Meer contact en inhoudelijke invloed op Hogescholen: De volgende punten zijn belangrijk om deze groep mensen te bereiken.Lessenmateriaal/pakket samenstellen voor ethiek en beroepscode. College/presentatie voor studenten en docenten door Phorza Samenwerking met SoziO (kennistoetsen voor leden Phorza i.s.m. hogescholen) verder verdiepen.

46. Het is verstandiger als Phorza overgaat van 4 keer per jaar een print nieuwsbrief naar een digitale nieuwsbrief die elke maand verschijnt.

47. Algemene ledenvergadering wordt jaarlijks gehouden, dan wel zo vaak als nodig.uiteindelijk is het de bedoeling dat er verschillende nieuwsbrieven komen met in elke een algemeen deel en een sector deel. Stappen die moeten worden ondernomen: In kaart brengen in welke sector elk lid werkzaam is. (d.m.v. antwoordkaart/mail) Nieuwsbrief per sector maken

4

48. Het bestuur vergaderd minimaal 6x per jaar.

49. In 2010 e.v. onderzoekt Phorza of het wenselijk is om een Raad van Advies samen te stellen

50. Er zijn verschillende cie. in oprichtingcommissie; deskundigheidsbevordering i.o., - commissie P.R. en marketing i.o., - werkgroep onderzoek i.o. , zie hiervoor de toelichting elders in het werkplan.

51. Het bureau wil een aantal specifieke zaken realiseren: folders , toespitsing op sectoren en 1 De maatschappelijk werkers hebben een eigen beroepsvereniging; NVMW2 De ggz-agoog is een SPH-er of MWD’er die speciaal is opgeleid om te werken in de GGZ.3

? Middenmanagers geven aan dat Phorza zich profileert als van de uitvoerend werkers en dat zij zich daarom niet vertegenwoordigd voelen, niet welkom voelen bij Phorza, terwijl zij ook in het BAMw geen registratie kunnen vinden.4

? Zowel universiteiten als hogescholen leiden op tot bachelor - en mastergediplomeerden, waarbij de wo-masteropleidingen worden gefinancierd door de overheid en de hbo-masters niet, behoudens enkele uitzonderingen. In het werkveld dat de beide beroepsverenigingen tot hun aandachtsveld rekenen komen zowel hbo- als wo-bachelor en masteropleidingen voor. Er is wel sprake van nadrukkelijke verschillen in toegangscriteria en eindtermen van opleidingen, waardoor hbo-gediplomeerde bachelors alleen via schakelprogramma’s een wo-vervolgtraject kunnen volgen. Geconstateerd wordt dat mede onder invloed van de economische teruggang een grote toeloop op vervolgstudies in het pedagogische wo zichtbaar is. Daarnaast is inmiddels een hbo masteropleiding (jeugdzorg) die kan rekenen op financiering van overheidswege.

5 Deze meest recente cijfers wijken af van de cijfers zoals vermeld in het werkplan 2008-2009, ontleend aan de ‘Quick Scan beroepsverengingen Sociaal Agogisch Werk’ , MO-visie, april 2007, blz. 6.

6

? Zie hiervoor het jaarverslag 2009 7

? Zie hiervoor het jaarverslag 2009, nader in te vullen met contacten VGN, Branche Jeugdzorg, hogescholen8 Professioneel verenigingsmanagement, P.Tach en P.Beusmans (red.), VU uitgeverij, 2002, blz 29 e.v. Voor de rubricering van de activiteiten is gebruik gemaakt van het zogenaamde propellermodel9

? Jaska de Bree, Grondslagen SPH, SWP, 19 , blz 17 en 18. Jaska de Bree meent dat dit gebrek aan consensus mede veroorzaakt heeft dat werkers zich moeizaam profileerden en positioneerden en weinig status hadden.10

? Willem Blok, Inleiding Social Work, vanuit internationaal perspectief, HB Uitgeverij, 2009, blz 107.11

? ‘Vele takken een stam’, Kader voor de hogere sociaal-agogische opleidingen, SWP, 2008 “het werken aan professionaliteit en professionalisering omvat alle taken die bijdragen aan de ontwikkeling van een eigen beroepsidentiteit en het vermogen een bijdrage te leveren aan het beroep

4

er zijn reeds lopende, dan wel op stapel zijnde projecten: implementatie Actieplan Profess. Jeugdzorg, Regionale bijeenkomsten professionals CJG, Sting-project.

52. Een voornemen is ook : algemene voorwaarden formeel regelen en op de website plaatsen

53. uiteindelijk is het de bedoeling dat er verschillende nieuwsbrieven komen met in elke een algemeen deel en een sector deel. Stappen die moeten worden ondernomen:

54. Een nieuwe website moet verandering brengen.

of de beroepsontwikkeling door signalering van lacunes tussen wat beleidsmatig en politiek wordt beoogd in de werkvelden en de praktijk van alledag waarin niet aan beoogde normen en .of standaarden wordt voldaan. Daarnaast gaat het om onderzoek en innovatie en het ontwerpen van diensten en methodieken voor klanten of klantgroepen. (blz 22)12

? In 2009 heeft Phorza een aantal malen een docentennieuwsbrief uitgestuurd en is er middels workshops op verschillende opleidingen, CHE, Leiden, Amsterdam, Avans, HAN, aandacht geweest voor vereniging en beroepscode13

? Zie daarvoor het voorstel ……14

? BUILDING A LEARNING COMMUNITY Notitie Duurzame Ontwikkeling in de professionalisering van de welzijnsmedewerkers*. 21 november 2009, Karlien Dun, Henk Ouwens

15 FBZ staat voor: Federatie van Beroepsorganisaties in de Zorg en daaraan gerelateerd onderwijs en onderzoek.16

? Opgesteld door MO-visie, in 2008/200917

? Denk aan een ‘soort van Maurice de Hond’ 18

? Eerder onderzoek dateert van………Collegio19

? Adjiedj Bakas20

? Zie ook weer het Achterbanonderzoek sociaalagogische beroepsverenigingen, MO-visie, juni 2009.21

? Beroep als onderscheidend criterium is een diffuus begrip in dit verband, m.n. voor de HBO-sociaalagogen bestaan er bijv. geen wettelijk geregelde beroepen.22 Denk aan bureaucratie, marktwerking, onvoldoende weerbaarheid voor kritiek van cliënten en buitenwereld, denk aan beschikbaarheid van middelen voor de vertegenwoordiging van de beroepsgroep.23

? Denk bijv. aan de evaluatie van de Wet op de Jeugdzorg of de aandacht voor verbetering van de deskundigheid in de gehandicaptenzorg.24

? ‘Level playing field’.25

4

55. Ledensite wordt aangepast. Door ervoor te zorgen dat mensen worden uitgedaagd om te reageren op items, casus en/of stellingen zorg je ervoor dat mensen nieuwsgierig worden naar wat ze nu weer op de site zullen aantreffen en of er reacties zijn op hun berichten.

56. Naast de informatievoorziening via de website moeten ook de andere informatiekanalen worden herzien.

57. Campagne ter bevordering van de beroepstrots opzetten

58. Afhankelijk van de instellingen volgen er verdere wervingsacties

59. In de komende planperiode zullen deze relaties verder worden vormgegeven.

60. Ook in de planperiode zal Phorza zich inspannen voor kortingen op congressen en boeken ten behoeve van de leden.

? Zowel universiteiten als hogescholen leiden op tot bachelor - en mastergediplomeerden, waarbij de wo-masteropleidingen worden gefinancierd door de overheid en de hbo-masters niet, behoudens enkele uitzonderingen. In het werkveld dat de beide beroepsverenigingen tot hun aandachtsveld rekenen komen zowel hbo- als wo-bachelor en masteropleidingen voor. Er is wel sprake van nadrukkelijke verschillen in toegangscriteria en eindtermen van opleidingen, waardoor hbo-gediplomeerde bachelors alleen via schakelprogramma’s een wo-vervolgtraject kunnen volgen. Geconstateerd wordt dat mede onder invloed van de economische teruggang een grote toeloop op vervolgstudies in het pedagogische wo zichtbaar is. Daarnaast is inmiddels een hbo masteropleiding (jeugdzorg) die kan rekenen op financiering van overheidswege.

26

? 200627

? Vele takken, een stam, kader voor de hogere sociaal-agogische opleidingen, SWP, 200928

? zie ook het jaarverslag 200929

? Zie hiervoor het ‘Achterbanonderzoek sociaalagogische beroepsverengingen’ van MO-visie , juni 2009.30

? Denk aan uitgeverijen van opleidingsmateriaal.31 Denk aan strategie-conferentie Phorza 200932 Hierna is geen onderzoek gedaan.33 Denk bijvoorbeeld aan de zorgverzekeraars, als het gaat om de sociaalagogen in de gezondheidszorg34

? Ook professionals worden meer en meer geconfronteerd met de gevolgen van marktwerking waardoor de werkgever stelt dat inspanning tbv. de beroepsvereniging financieel gecompenseerd dient te worden.

4

61. Alternatieven bronnen van financiering zullen verder worden onderzocht: bijvoorbeeld die middels de kennisinstituten, via detachering, dan wel beschikbaarstelling van formatie.Idem geldt dat voor de hogescholen en de organisaties waar sociaal agogen werkzaam zijn. Denkbaar is dan dat capaciteit beschikbaar komt vanwege stages, heroriëntaties, herintreding enz.

62. Phorza vindt dat er structurele middelen beschikbaar moeten komen voor versterking van de professionaliteit, bij voorbeeld dor het opzetten van een meerjarig

4

Hoofdstuk 7Organgram

4

Bijlagen

Opleidingsgegevens / Instroom / Agogisch / Totaal

2004 2005 2006 2007 2008Niveau 5: Culturele en maatschappelijke vorming 938 920 847 925 827Niveau 5: Sociaal pedagogische hulpverlening 4.386 4.648 4.702 4.877 4.788Niveau 5: Creatieve therapie 445 486 511 463 440Niveau 5: Maatschappelijk werk en dienstverlening 3.026 3.082 3.291 3.442 3.405Niveau 4: Sociaal cultureel werk 1.749 1.446 1.804 1.853 1.760Niveau 4: Sociaal pedagogisch werk niveau 4 9.905 9.834 8.612 7.680 6.730Niveau 3: Sociaal pedagogisch werk niveau 3 11.123 11.885 12.318 14.272 16.808Niveau 3: Sociale dienstverlener 1.064 1.080 1.088 1.229 1.102Totaal 32.636 33.382 33.173 34.741 35.860 BOL voltijd 24.749 26.407 26.336 26.182 26.659BOL deeltijd 3.635 3.164 3.261 3.535 3.136BBL 4.252 3.810 3.576 5.024 6.065

Bron: OVDB/OC&W, HBO-raad

4

Eindnoten