WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s...

4
LHV DE DOKTER – DECEMBER 2014 WAT DE TRANSITIES BETEKENEN VOOR UW DAGELIJKSE PRAKTIJK 9 TIPS OM � GOED TE BEGINNEN 18 VERANDERINGEN 2015 TEKST : CORIEN LAMBREGTSE // BEELD: HOLLANDSE HOOGTE

Transcript of WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s...

Page 1: WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s die dit met zich meebrengt. Vraag altijd schriftelijk toestemming van de patiënt

lhv DE DOKTER – DEcEMBER 2014

WAT DE TRANSITIES BETEKENEN VOOR UW DAGELIJKSE PRAKTIJK

9 TIPS OM ���� GOED

TE BEGINNEN

18 Veranderingen 2015T EK S T: CO R I EN L A M B R E G T S E // B EEL D: H O L L A N D S E H O O G T E

Page 2: WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s die dit met zich meebrengt. Vraag altijd schriftelijk toestemming van de patiënt

Het zal op 1 januari niet pats-boem anders gaan, toch worden er vanaf dat moment grote veranderingen in de langdurige zorg en de jeugd-zorg doorgevoerd en krijgen ge-meenten een grotere verantwoor-delijkheid. De wijzigingen in de GGZ die dit jaar zijn ingegaan, werken daarbij ook nog door. Wat bete-kent dit voor patiëntengroepen als jeugd, ouderen, GGZ-patiënten en gehandicapten? En bent u daar op voorbereid? Negen tips om in 2015 goed van start te gaan.

1 Jeugdzorg: let op biJ verwiJzen

Gemeenten zijn vanaf 2015 verantwoordelijk

voor de zorg en ondersteuning van jeugdigen.

Zij gaan dus alle jeugdzorg inkopen. Gemeenten

zijn verplicht om passende zorg te bieden, maar

hebben ook een bezuinigingsdoelstelling. Voor

u als huisarts is het belangrijk om te weten bij

wie welke zorg door de gemeente is ingekocht.

Dat is immers van belang voor uw verwijsmoge-

lijkheden.

Stel uzelf dus op de hoogte van het aanbod van

de gemeente en zorg ervoor dat u over een

actuele sociale kaart beschikt met de onder-

steuningsmogelijkheden voor lichte problema-

tiek en de gecontracteerde gespecialiseerde

organisaties. Kijk hiervoor op de website van de

gemeente en neem zo nodig contact op met de

gemeente.

U hebt volgens de Jeugdwet het recht om pati-

enten rechtstreeks te verwijzen naar jeugdhulp,

óók als de gemeente u vraagt om patiënten

eerst door te verwijzen naar het sociale wijk-

team, waarin mogelijk ook een jeugdpsychiater

zit. U mag dus altijd uw eigen afweging maken,

waarbij de professionele standaard uiteraard

leidend is. Voor wat betreft de omgang met

het sociale wijkteam: het is niet verplicht dat

u zelf deelneemt aan het wijkteam, u kunt

bijvoorbeeld ook een contactpersoon voor het

wijkteam in uw praktijk aanstellen.

2 bescherm de privacy van Jeugdigen

De gemeente zal misschien van u

willen weten wanneer en waarom u

een patiënt naar een bepaalde zorg-

verlener doorverwijst. U bent echter

gehouden aan uw beroepsgeheim,

de privacywetgeving en de richtlijnen

van de KNMG. U mag dus niet zomaar

de naam van het kind en de diagnose

doorgeven aan de gemeente. Ook als

een patiënt zelf zijn dossier opvraagt

om het aan een bepaalde instantie

door te geven, heeft u de taak om uw

patiënt te informeren over de risico’s

die dit met zich meebrengt. Vraag

altijd schriftelijk toestemming van de

patiënt om informatie met anderen

te delen. En verstrek alleen informatie

op basis van gerichte schriftelijke

vragen.

3 poh-ggz: neem kennis van het kersverse functieprofiel

De GGZ-nieuwe stijl is in 2014

ingegaan, maar de impact daarvan is

in 2015 zeker nog merkbaar. De GGZ-

zorg is verdeeld in drie echelons: 1:

de gewone huisartsenzorg, al dan

niet met ondersteuning van een

POH-GGZ, 2: de generalistische basis

GGZ, en 3: de gespecialiseerde GGZ.

De doelstelling van de wijziging is:

minder bedden in GGZ-instellingen,

meer behandeling en begeleiding

thuis en in de wijk. Dat betekent

een verschuiving van zorg naar de

generalistische basis GGZ en de

huisartsenzorg.

Ruim 70 procent van de huisartsen

werkt volgens de LHV-peiling uit

mei 2014 inmiddels samen met een

POH-GGZ, die laagdrempelige,

goede GGZ-zorg biedt bij basale

psychische problemen. Deze functie

is zo nieuw dat hiervoor nog maar

net een functieprofiel is opgesteld, in

samenwerking met de hogescholen.

In het functieprofiel worden de visie

op de functie, de benodigde compe-

tenties en de instroomeisen voor de

opleiding omschreven.

De functie POH-GGZ wordt op dit

moment ingevuld door mensen

vanuit verschillende beroepen, zoals

sociaalpsychiatrisch verpleegkun-

digen, eerstelijns psychologen en

maatschappelijk werkers. Streven is

dat er op de lange termijn een eigen

beroepsopleiding komt voor POH’s

GGZ.

Meer weten?

De LHV biedt leden de volgende

ondersteuning voor goede

jeugdzorg:

De digitale werkmap Samen

werken in de wijk, met het

speciale Addendum Jeugd.

Praktijkkaart jeugd: een han-

dig overzicht van de veran-

deringen in uw praktijk en de

randvoorwaarden.

LHV-notitie Aanbod huis-

artsenzorg voor jeugd met

psychische of psychosociale

klachten. Deze notitie biedt

een overzicht van de drie

vormen van aanbod: basis,

aanvullend en bijzonder.

Kijk op www.lhv.nl/jeugd 

19

Page 3: WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s die dit met zich meebrengt. Vraag altijd schriftelijk toestemming van de patiënt

5 ouderenzorg: zorg voor goede samenwerking

met de wiJkverpleegkundige

Vanaf 2015 hebben alleen de meest

kwetsbare patiënten nog recht op

zorg en verblijf. Dat betekent dat

het aantal kwetsbare ouderen dat

thuis woont vanaf volgend jaar fors

zal toenemen. Om deze mensen

thuis voldoende en ook kwalitatief

goede zorg te kunnen bieden, is sa-

menwerking met de wijkverpleeg-

kundige en de specialist ouderen-

geneeskunde (SO) nodig.

De wijkverpleegkundige krijgt

in het nieuwe zorgstelsel een

belangrijke rol. Zij is in dienst van

een (thuis)zorginstelling en bekijkt

samen met cliënten wat zij aan

verpleging en verzorging nodig

hebben om langer thuis te kunnen

wonen. De wijkverpleegkundige

coördineert de benodigde zorg en

stemt die ook af met huisarts en

andere hulpverleners. Zij vormt de

linking-pin naar het wijkteam van de

gemeente.

6 werk ook samen met de specialist ouderengeneeskunde

Volgend jaar kunt u de SO gewoon

inzetten. Hiervoor is de subsidie-

regeling extramurele behandeling

in het leven geroepen. Op basis

hiervan kan de SO in de thuissituatie

worden ingezet voor consultatie en

(mede)behandeling. Er wordt hard

gelobbyd om de SO vanaf 2016 een

zelfstandige betaaltitel in de Zorg-

verzekeringswet te geven.

Het is belangrijk dat u als huisarts

afspraken maakt met een zorgin-

stelling die een SO in dienst heeft,

over de extramurele inzet van deze

specialist. Mogelijk is er ook een

zelfstandige maatschap van SO’s in

uw omgeving waarmee u afspraken

kunt maken. Neem in dat geval wel

eerst contact op met het zorg-

kantoor in uw regio, zodat u zeker

weet dat de inzet van de SO wordt

vergoed.

Om de samenwerking met de SO’s

te bevorderen, hebben de LHV

en Verenso recent een convenant

ondertekend waarin staat dat huis-

arts en SO samen verantwoordelijk

zijn voor de zorg voor kwetsbare

ouderen in een thuissituatie. De SO

kan bijvoorbeeld worden ingezet

voor consultatie, medebehandeling

of een geriatrisch consult. Wel moe-

ten hierover regionaal afspraken

worden gemaakt.

Het kan zijn dat een thuiswonende

patiënt zo’n complexe zorgvraag

heeft, dat huisartsenzorg alleen niet

meer toereikend is. In overleg met

de huisarts kan de SO het hoofd-

behandelaarschap dan overnemen.

Maar ook hierover moeten eerst re-

gionaal afspraken worden gemaakt.

Op dit moment wordt er gewerkt

aan een nieuwe modelovereen-

komst huisarts-SO-zorginstelling,

om afspraken te kunnen maken

over de zorg voor kwetsbare

ouderen die in een voormalig

verzorgingshuis of kleinschalige

woonvorm wonen. Zo moet er

continu een verzorgende aanwe-

zig zijn. Daarnaast moeten een

verpleegkundige en SO op afroep

beschikbaar zijn.

4 check of uw verwiJsbrief voor ggz-

zorg compleet is

Binnen de GGZ-nieuwe stijl hebben huisartsen een be-

langrijke poortwachtersfunctie. Mensen met eenvou-

dige, veelvoorkomende klachten worden bij voorkeur

binnen de huisartsenpraktijk geholpen. Hiervoor geldt

geen eigen risico, voor de generalistische basis GGZ of

de gespecialiseerde GGZ wel.

Aan het doorverwijzen naar deze echelons worden

door de verschillende zorgverzekeraars verschillende

eisen gesteld. Als een verwijsbrief niet aan bepaalde

eisen voldoet, krijgen de betreffende aanbieders de

zorg niet vergoed. Er moet bijvoorbeeld een duidelijke

verwijzing in staan naar het betreffende echelon. Ook

moeten de AGB-code van de betreffende zorgaanbie-

der en een omschrijving van (het vermoeden van) de

DSM-stoornis in de verwijsbrief worden vermeld.

Om er zeker van te zijn dat alle vereiste elementen in

de brief worden genoemd, kunt u gebruik maken van

het digitale format dat de LHV voor verwijsbrieven

heeft opgesteld.

Een aantal zorgverzekeraars vraagt van huisartsen

dat zij een screeningslijst invullen als ze een patiënt

op het spreekuur zien. Op basis van de antwoorden

van de patiënt rolt er een advies voor GGZ-zorg uit.

De screeningslijst moet worden meegestuurd met

de verwijsbrief. De NHG, LHV en InEen zijn tegen het

verplicht stellen van screeningslijsten van zorgverze-

keraars, omdat hiermee in de verantwoordelijkheid

van de huisarts wordt getreden. Bovendien zijn de

screeningslijsten per zorgverzekeraar verschillend en

niet altijd wetenschappelijk onderbouwd.

Meer weten?

De LHV heeft een aantal producten gemaakt

ter ondersteuning van de GGZ-zorg:

LHV-notitie Aanbod huisartsenzorg voor

patiënten met psychische problematiek.

Het format voor een verwijsbrief die aan de

eisen van de zorgverzekeraars voldoet

Het functieprofiel van de POH-GGZ en meer

informatie over deze functie vindt u in het

dossier POH GGZ op www.lhv.nl.

Kijk op www.lhv.nl/ggz

20

Page 4: WAT DE TRANSITIES BETEKENEN 9VOOR UW DAGELIJKSE … · patiënt te informeren over de risico’s die dit met zich meebrengt. Vraag altijd schriftelijk toestemming van de patiënt

7 u mag zelf patiënten insturen voor kortdurend

eersteliJns verbliJf

Vanaf 2015 kunt u patiënten

weer direct insturen voor

kortdurend eerstelijns verblijf.

U hoeft dus geen noodgreep

meer te doen en patiënten in

te sturen naar het ziekenhuis

voordat zij kunnen worden

opgenomen in een eerste-

lijnsvoorziening. Zo nodig

kunt u hierover overleggen

met de wijkverpleegkundige,

transferverpleegkundige in

het ziekenhuis of de SO.

Voorwaarde voor kortdu-

rende opname is dat een pa-

tiënt niet-planbare zorg van

tijdelijke aard nodig heeft.

Het gaat bijvoorbeeld om

een patiënt met een long-

ontsteking die de verzorging

en verpleging thuis niet ge-

organiseerd kan krijgen. De

patiënt wordt dan voor korte

tijd in een zorginstelling op-

genomen om te herstellen.

De kosten voor kortdurend

eerstelijns verblijf worden

in het overgangsjaar 2015

vergoed uit de subsdierege-

ling kortdurend verblijf. Vanaf

2016 valt deze zorg onder de

Zorgverzekeringwet.

8 gehandicaptenzorg: zorg voor goede

samenwerkingspartners

Voor de gehandicaptenzorg

gelden grotendeels dezelfde

punten als voor de oude-

renzorg. De omvang van de

groep gehandicapten is ech-

ter veel kleiner dan de groep

kwetsbare ouderen.

Ook voor gehandicapten

geldt dat ze steeds vaker

thuis zullen blijven wonen. Als

huisarts werkt u in de gehan-

dicaptenzorg vooral samen

met de arts verstandelijk

gehandicapten (AVG). Voor

deze samenwerking is eerder

een modelovereenkomst

opgesteld die ook na 2015 van

toepassing blijft.

Daarnaast krijgt u meer te

maken met de gemeente,

omdat die verantwoordelijk

is voor vormen van be-

schermd-wonen voor men-

sen met een verstandelijke

beperking. U wordt mogelijk

gevraagd huisartsenzorg te

bieden aan mensen in zo’n

woonvorm. Daarom is het

van belang dat de gemeente

tijdig met u overlegt over de

oprichting van zo’n woon-

vorm. Om goede huisartsen-

zorg te kunnen bieden, moet

aan bepaalde voorwaarden

worden voldaan, zoals de

continue beschikbaarheid

van een AVG, een verpleeg-

kundige achterwacht en een

verzorgende op het juiste

niveau.

9 bescherm de privacy van oudere patiënten en

gehandicapten

Gemeenten zijn vanaf 2015 via

de Wmo verantwoordelijk voor

een deel van de ouderenzorg

en de gehandicaptenzorg.

Thuiszorg, begeleiding en

dagbesteding vallen daar ook

onder. Het kan zijn dat ge-

meenten in dat kader informa-

tie van u vragen over patiënten.

Net als bij de jeugdzorg geldt

dat u zich bewust moet zijn van

de wettelijke regels en richtlij-

nen rond de bescherming van

de privacy. U mag medische

gegevens onder voorwaarden

delen met andere zorgverle-

ners en bepaalde instanties,

maar in ieder geval niet met

het hele wijkteam. In de prak-

tijkkaart privacy en de KNMG-

wegwijzer beroepsgeheim in

samenwerkingsverbanden

vindt u daarover meer informa-

tie (zie kader Samenwerking

met gemeente en bescher-

ming privacy).

samenwerking met gemeente en bescherming privacyDe samenwerking met de gemeente en de bescherming van

de privacy zijn vanaf 2015 belangrijke thema’s in de zorg. De

LHV heeft een aantal producten gemaakt om u daarbij te

ondersteunen:

Digitale werkmap Samen werken in de wijk. Bevat ook aan-

bevelingen voor de omgang met wijkteams. Kijk hiervoor

op de website: www.lhv.nl, onder het dossier Huisarts en

gemeente.

Praktijkkaart privacy: een overzicht van de regels en de

randvoorwaarden rond privacy. Deze praktijkkaart vindt

u onder www.lhv.nl/beroepsgeheim. Deze regels gelden

overigens niet alleen voor samenwerking met gemeenten,

maar ook met andere instanties.

KNMG-wegwijzer beroepsgeheim in samenwerkingsver-

banden; deze wegwijzer is binnenkort te vinden op de LHV-

website. Kijk onder Praktijkvoering en vervolgens onder

Beroepsgeheim, ICT en medische dossiers.

Meer weten?Kijk op www.lhv.nl/ouderenzorg

De LHV heeft een aantal producten gemaakt ter onder-

steuning van zorg voor ouderen:

LHV-Notitie Ouderenzorg, zie www.lhv.l, onder dossier

Ouderenzorg.

Verenso-notitie extramuraal zorgaanbod SO

Voor gehandicaptenzorg heeft de LHV de handreiking

huisarts en AVG ontwikkeld, inclusief de modelovereen-

komst samenwerking U vindt deze op www.lhv, onder

Producten en Diensten.

Vragen over beroepsgeheim? Een overzicht van regels en randvoorwaarden vindt u op de praktijkkaart privacy

lhv DE DOKTER – DEcEMBER 2014 Veranderingen 2015 21