Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel...

44
Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 1 Vragen en Takenbundel Natuurbeheer en Inrichting Toegepaste Biologie TB4.3 auteur: Piet de Jongh bewerking: Wiet van Bragt versie: november 2016 MBO Den Bosch oriëntatiefase beroepsfase afstudeerfase

Transcript of Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel...

Page 1: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 1

Vragen en Takenbundel

Natuurbeheer en Inrichting

Toegepaste Biologie TB4.3

auteur: Piet de Jongh bewerking: Wiet van Bragt versie: november 2016

MBO Den Bosch

oriëntatiefase beroepsfase afstudeerfase

Page 2: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 2

Beste leerlingen,

Deze cursus gaat over het inrichten en beheren van natuur in het algemeen en in

onze eigen stedelijke leefomgeving in het bijzonder.

In Deel I kijken we naar de achtergronden en principes van deze aspecten. Veel van

wat hier besproken wordt, heb je al eens bestudeerd. Denk maar aan bodemkunde,

hydrologie en ecologie. We gaan er dan ook snel doorheen. De bedoeling is dat je

alle vragen zelf maakt en de bespreking van de belangrijkste ervan volgt. Alle

antwoorden worden na afloop van de eerste lessencyclus naar je toegestuurd.

Vanaf Hoofdstuk 9 in Deel II gaan we dieper op de stof in met de behandeling van

de uitgangpunten voor een succesvol natuurgebied.

In Deel III komt de praktijk aan de orde. Cristel Burgmans neemt jullie mee door het

beheer van natuurtypen. Dit deel vormt samen met Deel IV dat Wiet van Bragt

bespreekt de kern van het boek. In Deel IV staan we uitgebreid stil bij het beheer

van soorten.

Wij wensen jullie een boeiend lesprogramma toe!

Wiet van Bragt en Cristel Burgmans

Page 3: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3

Vragen bij Ecologisch Groenbeheer

DEEL I

Hoofdstuk 1 Groenbeheer Vragen bij 1.1 1.In de tekst wordt uitgebreid ingegaan op de Engelse Landschapsstijl, maar er is ook een zogenaamde Franse tuinstijl. a. Zoek eens op wat deze inhoudt. b. Is deze stijl ook geschikt voor natuurbeheer? Leg uit. 2.Wat is de belangrijkste oorzaak van het verval van het oude agrarische landschap? 3.De omvorming van het agrarische platteland gebeurde door Ruilverkavelingen die desastreus voor het landschap waren. Later is men anders gaan werken en noemde men deze aanpak Landinrichting. Geef een drietal verschillen tussen Ruilverkaveling en Landinrichting. Vragen bij 1.2 1.Bij Ecologisch Groenbeheer denk je vaak aan tuinen, parken en stadsgroen. Toch kun je ook natuurgebieden en landschappen ecologisch beheren. Geef hiervan enkele voorbeelden voor: a. een bos b. een weiland, c. een veedrinkpoel. 2.Waarom hoor je dikwijls dat er geen echte natuur is in Nederland? Licht dit toe met de gegeven definities van natuur. 3. Wat kun je verstaan onder “Beheer strategie”? 4.Je kunt natuurbeheer uitvoeren met het natuurdoeltype voor ogen (Deel III). Je kunt de natuur ook beheren met soort bescherming als doel (Deel IV). Geef een voorbeeld van de verschillen hiertussen voor bosbeheer. 5.Deel de volgende natuurdoeltypen in volgens het schema op blz 23. a. Heide b. Visvijver c. Hooiland d. Waddenzee 6. Geef een verklaring voor de grote biodiversiteit van gradiëntrijke stadsranden. 7.Wat betekent het voor het natuurbeheer dat je meer inzet op levensgemeenschappen en processen dan op soorten? 8.Als je natuurbeheer als een lijn van links naar rechts denkt en ecologisch groenbeheer in het midden plaatst, wat staat er dan uiterst links en uiterst rechts? 9.Wat kun je zeggen over de tolerantiegrenzen van indicatorsoorten? 10.We zien vaak dat er soorten worden aangeplant op plaatsen waar ze niet kunnen gedijen. Daartegenover worden er ook soorten geplant die het veel te goed doen en gaan woekeren. a. Geef een voorbeeld van een soort op een slechte locatie. b. Geef een voorbeeld van een soort die na uitplanten is gaan woekeren. 11.Geef drie voorbeelden bij de op blz 31 genoemde doelstellingen van groenbeheer.

Page 4: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 4

12.Voor groen- en landschapsbeheer maken we eigenlijk overal keuzes. Toch zijn er nog plaatsen op aarde waar we niets te kiezen hebben. Noem er eens drie? Hoofdstuk 2 Ecologische principes. Vragen bij 2.1 1.Als je naar een poel als ecosysteem kijkt, welke levensgemeenschappen kun je dan ontdekken? 2. Geef aan welke relaties een poel met zijn omgeving kan hebben. Wat speelt er in de directe omgeving een rol voor de poel als ecosysteem? Vragen bij 2.2 1.Maak een voedselpiramide van een poel. 2.Wat is het probleem met de afbraakkringloop als je kijkt naar hoe de meeste mensen tuinieren? 3.Wat houdt het begrip “ herverdeling” in bij de graasvoedselkringloop? 4.Het is niet altijd zo dat wanneer een soort zich hier vestigt dat dit komt omdat ons land zo’n gunstig leefgebied voor deze soort is. Verklaar dit of geef een voorbeeld. 5.Vanuit de begrippen evenwicht en regulatie is het onzin dat jagers beweren dat bijvoorbeeld de reeën stand in een bos te hoog is en er dus geschoten moet worden. Licht dit eens toe. 6.Welke argumenten kun je beter aanvoeren als je jager bent en dus wilt schieten? 7.Waarom zal de eikenproccessierups eerder in onze bossen een plaag vormen dan in Bialowieza? 8.Veel soorten uit vreemde landen doen het in ons land niet best. Ze woorden onder andere weggeconcurreerd door onze eigen soorten. Toch zijn er ook successen zoals bijvoorbeeld de Rododendron op zandgronden. Noem twee redenen waardoor uitheemse soorten toch goed kunnen aanslaan in Nederland. 9.Geef een viertal voorbeelden waardoor pioniersoorten het milieu op den duur voor zichzelf ongeschikt maken. 10.In een pionierstadium kennen we veel externe dynamiek. Een climaxbos kent een interne dynamiek. Verklaar deze termen. 11.In Nederland is het climaxstadium bos. Als we dit laten ontstaan zouden er in ons land dus alleen maar bosplanten groeien. Leg uit dat dit niet het geval zal zijn. 12.Leg uit wat we bedoelen met “beheren is het sturen in de successie”. Vragen bij 2.3 1.Leg in het kort de eilandtheorie uit. 2.Geef een voorbeeld van een kleinschalig gevarieerd landschap. 3.Geef met een voorbeeld het verschil tussen een structuur en een patroon in een natuurgebied aan. 4.Wat is de functie van een Steppingstone in een verbindingszone? Hoofdstuk 3 Bodem als basis Vragen bij 3.1

Page 5: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 5

1. Welke drie bodemfactoren zijn bepalend voor de ontwikkeling van de begroeiing? 2. Wat verstaan we onder “zware klei”? 3. Wat zijn in het algemeen vaaggronden? 4. Wat bepaalt of we een mineraal deeltje een zanddeeltje noemen? 5. Geef het verschil aan tussen veen en humus. Vragen bij 3.2 1.Maak een grafiek met op de x-as de voedselrijkdom van een bodem en op de y-as de biodiversiteit. Wat valt je op? 2.Wanneer treedt uitspoeling van voedingsstoffen in een bodem op? 3.Welke twee belangrijke voedingsstoffen voor planten ken je? 4. Zet de vier factoren die de beschikbaarheid van voedingsstoffen in de bodem bepalen (blz 66) op een rij en geef aan hoe ze de beschikbaarheid regelen. 5. Waarom groeien er op een veraarde veenbodem veel brandnetels en bramen? 6. Waarom wordt organische stof onder water niet afgebroken? 7. Bacteriën werken in zure bodems veel trager dan in basische gronden. Hoe kun je dit verhelpen? 8. Hoe passen planten zich aan indien ze op een erg droge bodem willen overleven? 9. Geef twee mogelijkheden om een bodem beter water vast te laten houden. 10. Soms vind je op schelpenpaden in het binnenland planten die eigenlijk aan de kust of in Zuid-Limburg voorkomen. Verklaar dit eens. 11. Waarom is het belangrijk dat een bodem de kans krijgt zich onder stabiele omstandigheden, gedurende lange tijd te kunnen ontwikkelen? Vragen bij 3.3 1.Hoe kan het dat je als je gras maait en het maaisel laat liggen er verrijking van de bodem optreedt? 2.Zet de problemen van verdichte bodems op een rij. 3.Als je een podzolbodem sterk verstoord, treden er veranderingen in de waterhuishouding op. Leg dit uit. 4. Een plant als Engels gras is zouttolerant. Dat is iets anders dan dat de plant van zout water houdt. Leg dit uit. 5. Hoe treedt natuurlijke ontzilting van graslanden aan de kust op? 6.Zure regen zorgt er o.a. voor dat waardevolle ionen als Ca, Mg en K in oplossing gaan en wegspoelen. Andere ionen als Al en Zn die schadelijk zijn komen los van de bodem en zijn voor planten nu beschikbaar. Hoe komt dit? Vragen bij 3.4 1.Geef acht variabelen die je bij een basis bodemonderzoek zou willen onderzoeken. 2.De aanwezigheid van voedingsstoffen wordt o.a. bepaald door kringlopen van stikstof en fosfaat. a. Welke van deze twee heeft een natuurlijke kringloop? b. Wat is het grote probleem met de andere stof? 3.Voor het aangeven van de vochttoestand kun je ook gebruik maken van de grondwatertrap. Geef een voorbeeld van de grondwatertrap van een droge grond.

Page 6: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 6

4.Hoe kan het dat sommige zandgronden ook kalkrijk zijn? Hoofdstuk 4 De invloed van water Vragen bij 4.1 1.Wat is het effect op de verdamping van grondwater als een gebied begroeid is met bos ten opzichte van een weiland met gras? Leg uit. 2. Maakt het bij vraag 1 nog uit of het een dennenbos of een loofbos is? Leg uit. Vragen bij 4.2 1.Leg uit hoe een stadsgracht als hypertroof aangeduid mag worden. 2.Hoe komt het dat regenwater oligotroof is? 3.Wat versta je onder “gebiedsvreemd water”? 4.Waarom zullen er altijd voedingsstoffen uit de landbouwgronden naar het grondwater uitspoelen? 5.Wat is een bijkomend probleem bij het afbreken van organische stoffen in water? 6.Zou een openlucht zwembad met een betonnen vloer en randen ook een oppervlaktewater zijn? Geef twee eisen die je aan het begrip oppervlaktewater zou moeten stellen. 7.Wat is de eerste aanleiding tot verbraseming? 8.Eutrofiering van het oppervlaktewater levert voor de waterschappen ook een extra kostenpost op. Geef eens aan waardoor. 9.Met welke organismen start de voedselkringloop in water? 10.Wanneer wordt algengroei, algenbloei? 11a.Waar slaan vissen de schadelijke stoffen als zware metalen en PCB’s in hun lichaam op? 11b.Hoe komen deze stoffen uiteindelijk weer beschikbaar in het organisme? 12.Op basis van welke stof hebben we tabel 1 op blz 88 opgesteld? 13.Welke twee beheersmaatregelen zijn de uitgangspunten voor een goed waterbeheer? 14. Noem twee redenen waarom de chemische kwaliteit en de biologische kwaliteit van oppervlaktewater slechter af is met landbouwpeilen dan met een natuurlijk waterpeil. 15. Wat verstaan we onder Integraal Waterbeheer. Hoofdstuk 4.3 1.In welk jaargetijde zal onder natuurlijke de grondwaterspiegel onder een weiland hol zijn? 2a.Hoe kan verdroging tot verzuring leiden? 2b.Hoe kan verdroging tot eutrofiering leiden? 3.Leg uit waarom grondwater met opgelost kalk waardevoller is voor de natuur dan wanneer er ijzer in is opgelost. 4.Verklaar waarom diepe kwel meer betekent voor de flora dan regionale kwel. 5.Welke twee positieve invloeden heeft de toestroom van kwelwater op de plantengroei? 6.Hoe kun je eenvoudig in het veld waarnemen dat zich in een sloot kwelwater bevindt? Noem drie aspecten.

Page 7: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 7

Hoofdstuk 5 Het Microklimaat Hoofdstuk 5.1 1.Varens zijn goed aangepast aan schaduwomstandigheden ondanks dat ze ook graag licht ontvangen. a.Hoe zijn varens goed aangepast aan weinig licht? b.Waarom kom je geen varens op een open deel van het bos tegen, ondanks dat ze het er prima naar hun zin zouden hebben? 2.Hoe kunnen sommige planten al heel vroeg in het voorjaar ontkiemen zonder dat er al veel licht op de bodem valt? 3.Waarom verdampt water uit de bodem sneller als er planten op groeien in vergelijking met een kale bodem? 4.Wat heeft het vochtgehalte van de bodem met de bodemtemperatuur te maken? Hoofdstuk 5.2 1.Leg uit op welke wijze de aanwezigheid van een graspol in een stuifzandlandschap een microklimaat kan scheppen.

Hoofdstuk 5.3 1.Verklaar waarom bij een steile helling het verschil in microklimaat tussen noord en zuidhelling het grootst is. Hoofdstuk 5.4 1.Noem een drietal plaatsen in de natuur met een extreme schommeling in microklimaat. Hoofdstuk 5.5 1.Welk belangrijk microklimaat mis je in een bos en is voor veel dieren in de stad ’s winters van groot belang?

Page 8: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 8

Hoofdstuk 6 Basisprincipes Flora Hoofdstuk 6.1 1.Zet de begrippen begroeiing, beplanting en vegetatie bij elkaar met gebruikmaking van de tekens + en =. Hoofdstuk 6.2 1.Wat kun je over de variatie in standplaats factoren zeggen op een struikheideveld van 100 ha? 2.Beschrijf de zes standplaatsfactoren voor het heideveld van vraag 1. 3.Op welke wijze worden zaden van de volgende planten verspreid: a. Eik b. Grove den c. Paardenbloem d. Donzige klis 4.Bestudeer de kaarten op blz 110 en geef aan in welke districten de wilde marjolein voorkomt. 5.Kun je op de kaart van de floradistricten een verklaring vinden voor de vreemde plaatsen waar, buiten Gelderland, ook het Gelders district (G) voorkomt? Hoofdstuk 6.3 1.Geef de definitie van een plantengemeenschap. 2.Waarom kun je het systeem van plantengemeenschappen in steden niet gebruiken? 3.Je loopt door een gebied een route van 1 km en noteert alle plantensoorten die je tegenkomt. Welke methode van blz 115 (Braun-Blanquet of Tansley) is de meest geschikte om iets over het voorkomen van plantensoorten te vertellen? 4. Wanneer is de andere methode van blz 115 dan goed bruikbaar? Hoofdstuk 6.4 1.Als je alle voorbeelden van blz 120 doorleest valt één kenmerk van een biodivers terrein op, welk? Hoofdstuk 7 Basisprincipes Fauna Hoofdstuk 7.1 1.In Nederland komen twee soorten beekjuffers uit dezelfde familie voor, de weidebeekjuffer en de bosbeekjuffer. Ze gedragen zich hetzelfde en eten hetzelfde. Zoek eens uit waarom de weidebeekjuffer algemeen is en de bosbeekjuffer zeldzaam. 2.Geef twee voorbeelden waarom soorten migratie vertonen. 3.Dieren kunnen zich aanpassen aan mogelijk onveilige situaties. Een mooi voorbeeld vormde lepelaarkolonie in het Naardermeer. Toen vossen doorkregen dat lepelaars hier op de grond broeden hebben de vogels een oplossing bedacht, welke denk je? 4.Waarom kan één boom in een weidvogelgebied zeer veel predatie onder de vogels te weeg brengen?

Page 9: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 9

5.Schat eens in wat de maximale dispersie van een amfibieën populatie vanuit een habitat (poel) is? 6. Hoe noemen we het aanpassen van hindernissen zodat deze niet zo’n grote barrière voor organismen meer vormen? 7.Wat is het grote verschil tussen een metapopulatienetwerk en een bron-put netwerk? Hoofdstuk 7.2 1.De invloed van konijnen in de zeeduinen kan zowel positief zijn als negatief. Licht beide aspecten toe. 2.De stippelmot is bekend omdat zijn rupsen in het voorjaar de kardinaalsmutsstruik geheel kaalvreten. Hoe reageert de plant hierop? 3.Welke dieren zorgen in het bos voor het op grote schaal omzetten van de bodem, maar hebben we helaas uit onze meeste bossen verbannen? 4.We hebben eerder gezien dat de taxus een inheemse naaldboom is. Toch scoort hij in de tabel op blz 130 erg slecht. Kun je dit verklaren? 5.In een insectenrijke tuin treffen we meestal vlinderstruiken aan. Nooit kom je er echter een reuzenbereklauw aan. Waarom niet? Hoofdstuk 7.3 1.Noem een vijftal soorten die het in de stad prima naar hun zin hebben maar die wij minder op prijs stellen. Hoofdstuk 7.4 1.Omdat we de beste gronden van ons land voor landbouw hebben ingericht moeten dieren meestal uitwijken naar de schrale natuur die we hebben overgelaten. Noem eens een aantal problemen die zich daarom hier voordoen. 2.Als de voedselsituatie in een gebied verslechterd, hebben dieren een ingebouwd mechanisme om de populatie hierop af te stemmen. Leg dit eens uit. Hoofdstuk 8 Landschap, het grotere verband Hoofdstuk 8.1 1.In deze paragraaf worden de zeven factoren die een landschap bepalen nog eens op een rij gezet. We hebben dit al eens behandeld aan de hand van een driehoek waarin ze alle een plaats hebben gekregen. Buiten de driehoek stonden twee belangrijke factoren die ook een rol van betekenis speelden, welke? 2.We hebben ook gezien dat de biodiversiteit van een gebied een relatie heeft met de mate waarin de mens er ingegrepen heeft. Zet eens in een grafiek de biodiversiteit tegen de menselijke invloed uit. Op de x-as de mate van menselijk ingrijpen, op de y-as de biodiversiteit. Wat valt je op? Hoofdstuk 8.2 1.Waarom spelen groenontwerpers graag in op de natuurlijke vegetatie van een gebied als ze stadsgroen gaan ontwerpen? Hoofdstuk 8.3

Page 10: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 10

1.In deze paragraaf worden vijf gevolgen van menselijk ingrijpen in de stad genoemd. Je kunt deze zowel positief als negatief oppakken. Zet de vijf gevolgen in een schema en geef steeds een negatief punt en een positief.

Gevolg Negatief Positief

Verstoorde bodems

Water is kwalitatief en kwantitatief aangetast

Sterke dynamiek in de vegetatie, verstoring

Sterke verstoring van dierenwereld

Veel bijzondere milieu’s

Hoofdstuk 9 Het streven naar variatie Hoofdstuk 9.1 1.Bij het aanleggen van een tuin is het fijn dat je een voedselrijke bodem hebt. Je planten slaan dan goed aan. Welk probleem dient zich echter ook tegelijkertijd aan? 2.Op blz 147 staan een vijftal gradiënten opgesomd. Kun je er nog een drietal bij bedenken? 3.In de natuurkunde leer je dat de natuur altijd verschillen tussen energieën en situaties gelijkmatig probeert te laten verlopen (nivelleren). Leg dit principe eens uit voor a. een steile helling b. de grens tussen zout en zout water c. een koude en een warmere waterlaag 4. Wat kun je voor conclusie uit vraag 3 trekken met betrekking tot gradiënten en harde grenzen? Hoofdstuk 9.2 1.Veel planten die in parken of tuinen worden aangeplant redden het na verloop van enige tijd niet. Geef voor de volgende plantengroepen aan waarom het niet lukt om deze langdurig in een tuin te behouden. a. rotsplanten in de volle grond b. akkerkruiden in een gazon c. heide op goed bemeste bodem d. tropische planten in een Nederlandse tuin 2.Bij het aanplanten van een houtsingel zaaien we vaak de eenjarige plant phacelia in, die erg geliefd is bij insecten. Zo blijft de bodem bedekt en zie je veel bijen en vlinders verschijnen. Waarom zaaien we een bodembedekker onder de nieuwe houtsingel? 3.Waarom is het naast het toepassen van inheems plantmateriaal ook verstandig om veel variatie in de soorten te gebruiken? Noem twee redenen. Hoofdstuk 10 Principes bij inrichting

Page 11: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 11

Hoofdstuk 10.1 1.Geef duidelijk het verschil tussen inrichting en beheer aan. 2.Er wordt in de tekst op gebiedseigen grond en de voordelen hiervan gewezen. Toch kan dit voor sommige vegetaties betekenen dat ze onmogelijk aan te leggen en te beheren zijn. a. Leg dit eens uit voor een heidetuin op kleigrond. b. Leg dit ook uit voor een rotstuin op veengrond. 3.Wat is het grote belang van een goede strooisel laag? 4. In de tekst vind je dat in natte milieus voedingsstoffen beperkt vrijkomen. Hoe komt dit? 5.Waarom plaatsen we bij grondwerk steeds de voedselrijke laag onder de voedselarme laag? 6. Waarom planten we struiken liever op de noordzijde van een helling dan op de zuidzijde? Hoofdstuk 10.2 1.Het loswoelen van een bodem is ongunstig voor een goede ontwikkeling van de natuurlijke vegetatie. Waarom ploegt een boer dan ieder voorjaar zijn akker? 2.Welke problemen ontstaan er in de bodem als je deze verdicht? Hoofdstuk 11 Uitgangspunten bij het beheer Hoofdstuk 11.1 1.Er wordt gezegd dat beheren eigenlijk het ingrijpen in de successie is. Verklaar deze uitleg eens. 2.Leg uit waarom verschralingsbeheer zoals het in de tekst voor bodems wordt beschreven voor wateren niet altijd opgaat. Het maaien en afvoeren van de watervegetatie levert lang niet altijd verschraling op. 3.Waarom is het belangrijk dat je graslanden altijd op hetzelfde tijdstip maait? 4.Leg ook uit dat bij vraag 3 dit tijdstip niet steeds dezelfde kalenderdag hoeft te zijn. 5.Waarom is branden zo slecht voor ontwikkeling van de vegetatie in een gebied? Hoofdstuk 11.2 1.Waarom kiezen we de vegetatie als uitgangspunt voor het beheer? Hoofdstuk 12 Pionier begroeiingen (12.1) 1.Leg uit of geef een voorbeeld dat er ook pionierplanten op voedselarme bodems voorkomen. 2.Waarom vinden we op voedselrijke bodems weinig mossen? 3.Geef twee voorbeelden van plaatsen met een hoge dynamiek. 4.Verklaar dat pioniersoorten zichzelf vaak het voortbestaan onmogelijk maken. 5.Waardoor komen er veel pioniersoorten voor op akkers en niet in weilanden? 6.Je leest dat pioniersoorten vaak zeer bloemrijk zijn. Wat is daarvan de reden? 7.Hoe noemen we het proces waardoor pioniersoorten verdwijnen? 8.Waarom zijn tredplanten ook tot de pioniersoorten gerekend?

Page 12: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 12

9. Geef een drietal voorbeelden waar je pioniersituaties in een (heem) tuin zou kunnen toepassen. 10.Geef voor elk van de in vraag 9 genoemde situaties een beheertip. Hoofdstuk 13 Graslandbegroeiingen (13.1 & 13.2) 1.Graslanden ontstaan o.a. door maaien of begrazen. Noem twee verschillen tussen een grasland met begrazing en een met maaibeheer. 2.Wat zijn de eerste natuurtypen die opkomen nadat het maaibeheer is gestopt of de begrazing extensiever wordt? 3.Verklaar het verloop van de grafiek op bladzijde 198. 4.Waarom is het belangrijk grassen vlak voor de bloei te maaien? Geef twee redenen. 5.Wat versta je onder de structuur van grasland? 6.Welk nadeel treedt in de nieuwe situatie op als je van een grasland de hele bovenlaag met de teelaarde weghaalt? 7.Grassen worden bij verschraling vaak verdrongen door biezen, russen en zeggen. Wat zijn dit voor planten en geef van alle drie een voorbeeld. 8.Waarom kunnen madeliefjes in een veelvuldig gemaaid gazon stand houden? 9. Op welke wijze concurreren grassen kruiden weg in een voedselrijke situatie? 10.Leg het verschil uit tussen een vochtige en een vochthoudende bodem uit. Hoofdstuk 14 Begroeiing van ruigtekruiden (14.1) 1.Leg uit dat een ruigte uiteindelijk ook verdrongen wordt door een andere vegetatie. 2.Noem enkele voorbeelden van plaatsen waar ruigten kunnen ontstaan. 3.Vaak willen we helemaal niet dat er een ruigte ontstaat. Geef een drietal tips om te voorkomen dat zich ergens ruigtekruiden ontwikkelen. 4.Waarom geven ruigtekruiden de voorkeur aan voedselrijke omstandigheden? 5.Ruigtekruiden komen nu voor op plaatsen die wij verstoren. Welke natuurlijke standplaats hebben echter de meeste kruiden? (bos, grasland, heide, moerassen, duinen) 6.Waarom hebben in het algemeen ruigtekruiden zo’n grote betekenis voor dieren? 7.Ruigtekruiden van zeer voedselrijke plaatsen hebben in onze taal een aparte aanduiding gekregen. Weet je welke? 8.Geef een voorbeeld van hoe dieren bij kunnen dragen aan de ontwikkeling van ruigtekruiden in een gebied. 9. Geef een drietal voorbeelden waar je ruigtekruiden in een (heem) tuin zou kunnen toepassen. 10.Geef voor elk van de in vraag 9 genoemde situaties een beheertip.

Page 13: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 13

Hoofdstuk 15 Bossen en struwelen 1.Wat is een belangrijk verschil tussen struweel en bos? 2.Noem een viertal factoren die bepalen welk type bos ontstaat? 3.Wat is het verschil tussen bosplantsoen en sierplantsoen? 4.Zie figuur fasen bosontwikkeling blz 249: a.Welke fase heeft de hoogste biodiversiteit in planten? b.Welke fase heeft de minste lichtval op de bodem? c.Welke fase heeft de hoogste biomassa? d.Welke fase heeft de hoogste biodiversiteit in het algemeen? e.Welke fase kiezen we als ideaal voor een houtsingel? 5.Hoe zijn mossen aangepast om in een schaduwrijk bos te overleven? 6.Welke laag is het belangrijkst voor de kringloop van voedingsstoffen in het bos? 7. Hoe kun je zoom en mantelvegetaties IN een bosgebied ontwikkelen? 8.Verklaar de opmerking dat ‘n houtsingel eigenlijk een bosrand met twee zijden is. 9. Leg uit hoe bosuitbreiding van nature werkt. 10. Zet overzichtelijk op een rij welke belangrijke biotisch waarde een ideale houtsingel kan betekenen. 11.Wat voor biodiversiteitsprobleem leveren oude beukenbossen? Hoe lost de natuur dit probleem op? 12.Wat is het verschil tussen een structuur en een patroon. 13. Geef drie voorbeelden van structuurverschillen in een bos. 14.Waarom komen sommige planten alleen maar voor in oude bossen? 15.Waarom gunnen wij onze bossen in het algemeen weinig rust? 16.Geef een tweetal voorbeelden van het nut van staand dood hout. 17.Noem drie factoren die de potentiele natuurlijke vegetatie bepalen. 18.Waarom is het aanplanten van soorten uit de eindfase niet erg zinvol? 19. Welke verschillen treden op bij een culturele aanpak van een jong bos ten opzichte van een natuurlijke aanpak? 20.Waarom komen we weinig bossen op de ideale voedselrijke en vochthoudende bodem tegen? Hoofdstuk 16 Water en verlandingsbegroeiing 1.Wat verstaan we onder verlandingsbegroeiingen? 2.Welke 5 zones onderscheid je in de gradiënt van water naar land? 3.Wat bepaalt tot hoe diep de ondergedoken zone zich uitstrekt? 4.Hoe voeden niet wortelende planten zoals kroos zich? 5.Waarom hebben planten uit de verlandingszone holle stengels? 6.Wat bepaalt welke planten in de verlandingszone groeien? 7.Waarom hebben wilgen en elzen zacht hout en eiken en beuken hard hout? 8.Als open water kan verlanden, waarom zijn dan niet al onze plassen volledig dichtgegroeid? 9.Welke zones worden door het waterschap bij het jaarlijks onderhoud verwijderd? 10.Welke andere reden dan doorstroming zou een waterschap kunnen hebben om een waterpartij te schonen? 11.Wat is het nadeel van een kunstmatige oeverbeschoeiing?

Page 14: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 14

12. Hoe zou je een meer natuurlijke oeverbeschoeiing kunnen realiseren? 13.Geef de betekenis van de figuur op blz 302 in woorden weer. 14.Wat houdt verbraseming van het water is? 15. Wat is het probleem met een door kroos volledig dichtgegroeid plasoppervlak? 16.Wat is een riooloverstort? 17.Waarom is het peilbeheer in sloten vaak omgekeerd geregeld ten opzicht van de natuurlijke waterpeilen? 18.Geef enkele verschillen in de vegetatie tussen een voedselrijke sloot en een voedselarmere. 19.Hoe kun je in een kunstmatige vijver toch zorgen voor een natuurvriendelijke en rijke oeverbegroeiing? (16.3.1) 20.Wat houdt actief biologisch beheer in voor een kunstmatige vijver? Hoofdstuk 17 Begroeiing van muren 1.Waar vinden we van nature planten van muren en bestrating? 2.Een muur is vaak onderhevig aan sterke wisseling van milieufactoren. Kun je er drie noemen? 3.Waarom zijn met name oude muren interessant voor planten? 4.Waarom zijn muren zo belangrijk voor solitaire wespen? 5. Veel soorten planten op muren behoren tot de vetplanten. Geef hiervoor een verklaring. 6.Zet de voordelen van een sedumdak (vetplanten) eens op een rij. 7.Waarom vinden we vaak mossen en varens op muren en minder hogere planten? 8.Veel klimplanten zoals klimop en wilde wingerd hebben geen moeite met een muur terwijl zij normaal tegen bomen klimmen. Leg uit hoe dit kan. 9.Waarom is een muur van zandsteen of kalksteen erg geschikt voor vegetatie? 10.Wat is het effect op de groei als je muurvegetaties in de volle grond plant? Hoofdstuk 18 Begrazing 1.Verklaar waarom er structuur en variatie ontstaat door begrazing met runderen of paarden. 2.Waarom willen we geen grazers in hooilanden? 3.Leg uit wat verschraling en bemesting voor effecten op het begrazingsgebied hebben. 4.Wat is het verschil in eetpatroon tussen een schaap en een rund? 5.Licht de kringloop van voedingsstoffen voor een begrazingsgebied toe. 6.Wat is het effect van grazers op de populatie grondbroedende vogels? 7. Wat is het effect van grazers op de populatie konijnen en hazen? 8.Welke vormen van begrazing zijn er en ligt deze kort toe. 9.Wat is het verschil in eetpatroon tussen paarden en runderen.? 10.Leg uit welke dieren in de Dongevallei worden ingezet en waarom. Kijk op https://www.bhic.nl/media/document/file/donge-de-dongevallei-een-natuurgebied-in-de-stad.pdf

Page 15: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 15

taak

1. Natuur en bodem

resultaat Je ziet relaties tussen de bodem waarop en waarin natuur zich kan

ontwikkelen

Doen:

Kies bij elk onderstaand bodemtype een of meerdere (drie) natuurtypen. Vul

vervolgens de tabel verder in met de voorwaarden waarin de bodem moet voldoen

om dit natuurtype goed te laten ontwikkelen.

Kies voor het natuurtype uit: Loofbos, naaldbos, grasland, heide, laagveenmoeras,

open water, duinen, kwelder, hoogveen, laagveenbos, hoogveenplas.

Bodemtype Natuur type Voedselrijkdom Vochthuishouding Zuurgraad

Zand a. grasland

b.

c.

mesotroof vochtig neutraal

Klei a.

b.

c.

Veen a.

b.

c.

Löss a.

b.

c.

Voedselrijkdom: Oligotroof, mesotroof, eutroof

Vochthuishouding: droog, vochtig, nat,

Zuurgraad: basisch, neutraal, zuur

Geef tot slot aan welk natuurtype het best bij de bodemsoort past.

Page 16: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 16

taak

2. Natuur en water

resultaat Je ziet relaties tussen het water waarop en waarin natuur zich kan

ontwikkelen

Doen:

Zoek bij de onderstaande waterplanten uit onder welke omstandigheden ze in en om

het water groeien en hoe je het beheer ervan zou opzetten. Je gaat uit van een grote

waterplas in het stedelijk gebied.

Plant waterregime zuurgraad Trofiegraad

Voedselrijkdom

Beheer

waterlelie

krabbenscheer

waterpest

zwanenbloem

Riet

rietorchis

Waterregime: oever nat, oever droog, ondergedoken, drijvend,

Zuurgraad water: zuur, basisch, neutraal, indifferent (maakt niet uit)

Trofiegraad: oligotroof, mesotroof, zwak eutroof, eutroof, sterk eutroof

Beheer: maaien met de boot, maaien vanaf de kant, baggeren, niets doen

Page 17: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 17

taak

3. Planten en hun ecotoop

Zoek van de gevonden planten de Latijnse naam en het nummer op en plaats

deze in de tabel achter de Nederlandse naam. Noteer ook de familie waartoe

de plant behoort.

Zoek op www.Floron.nl onder downloads (digitaal) naar de Standaardlijst

2003.De kolommen die je in beeld moet krijgen zijn:

o KFK (kilometerfrequentieklasse) 30, 80, 95.kolom D,E,F

o RL 2000 (Rode Lijst) kolom H

o eco 1 en 2 (ecologische groep) kolom N, O

Neem de gegevens uit de kolommen over in je tabel.

Beantwoord de volgende vragen:

o a. Welke ecologische groep komt het meeste voor en welke op één

na? Zoek de benaming van de groepen in de legenda (tabbladen). Wat

zegt je deze omschrijving over het milieu?

o b. Zijn er Rode Lijst soorten gevonden en zo ja welke?

o c. Welke soorten zijn in de afgelopen eeuw toegenomen? Heb je hier

een verklaring voor?

o d. Welke soorten zijn in de afgelopen eeuw afgenomen? Heb je hier

een verklaring voor?

Check

Vergelijk je resultaten met de andere groepen. Als er verschillen zijn, probeer die dan

te verklaren. Als dit komt door gemaakte fouten in je opdracht, verbeter dan die

onderdelen.

Page 18: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 18

Planten uit de schooltuin

Nederlandse naam Wetenschap

naam

Familie nr KFK

30, 80, 95

RL 2000 Eco 1 Eco 2

Jacobskruiskruid

Margriet

Sint Janskruid

Speerdistel

Akkerhoornbloem

Vlasbekje

Pinksterbloem

Moeraswalstro

Brunel

Gewone wederik

Knopig helmkruid

Penningkruid

Echte koekoeksbloem

Dagkoekoeksbloem

Smalle weegbree

Duizendblad

Knoopkruid

Zilverschoon

Rietorchis

Bosbies

Grote ratelaar

Wilde Bertram

Page 19: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 19

taak

4. Natuur inrichting naar Keuze

resultaat Je kiest natuurontwikkeling en bepaalt daarbij de inrichting, het beheer

en de monitoring.

Doen:

Stel dat je een groot oppervlakte grond tot je beschikking krijgt om natuur op te ontwikkelen,

hoe zou je dit dan aanpakken? Voor welk type natuur kies je? Ga je de natuurontwikkeling

een handje helpen of laat je alles aan de natuur zelf over? Hoe volg je de ontwikkeling naar je

eindbeeld? Daarover gaat deze taak.

Huidig beeld Streefbeeld

1e stap:

inrichting

2e stap: beheer 3e stap

Monitoring

Boerenweide Veel bloemen Stoppen met

bemesten

maaien PQ monitoren

Voetbalveld

Kapvlakte in bos

Braakland bij

boerderij

Oever van

stadsvijver

waterplas

Huidig beeld Toelichting

Boerenweide Zwaar bemeste weide, kaal, enkele vochtige plaatsen met één

soort gras

Voetbalveld Oud café voetbalveld aan de rand van het dorp

Kapvlakte Bomen zijn met stronk en al verwijderd. Rondom is nog loofbos.

Kale bodem

Braakland De stal die hierop stond is net gesloopt. Overal arm geel zand.

Oever Er is beschoeiing van planken en palen. Grenst aan intensief

gemaaid gazon.

Poel Overal even diepe waterplas in het agrarisch gebied. Steile

oevers, kaal landschap.

Page 20: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 20

taak

5. Dieren en hun ecotoop

Je erft van je opa een bosje van 1 ha. Het is er erg leuk en divers en je ziet volop

mogelijkheden om er iets nog mooiers van te maken.

Om dit te realiseren heb je hoofdstuk 7.1 en 7.2 als theorie tot je beschikking.

1. Bestudeer Hoofdstuk 7.1 en zet op een rij wat de voorwaarden voor vestiging van

soorten zijn (4x).

2. Bestudeer Hoofdstuk 7.2 en zet op een rij waar je bij je beheer en inrichting zeker

aandacht aan wilt besteden.

Zoals gezegd is er al een aardige biodiversiteit maar je gaat voor meer. Graag zou je ook de

volgende soorten in je bos willen hebben:

a. Kleine ijsvogelvlinder g. Vliegend hert

b. Bosuil h. Eekhoorn

c. Fluiter i.

d. Kleine watersalamander j

e. Platbuik libelle k

f. Grasmus l.

3. Geef aan welke generieke (algemene) maatregelen je zou willen nemen om de soorten

in het gebied te krijgen of te lokken en ze te houden.

4. Geef aan welke specifieke (bijzondere) soortgerichte maatregelen je zou willen

nemen.

5. Licht toe wat de kansen zijn dat, wanneer je alle maatregelen hebt genomen, je succes

zult hebben met je pogingen.

Page 21: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 21

taak

6. Amfibieën en reptielen

resultaat Je hebt inzicht in het belang van amfibieën en reptielen

vooraf Kennis van amfibieën en reptielen en hun habitateisen

Door RAVON wordt veel onderzoek gedaan naar reptielen, amfibieën en vissen. Er wordt elk

kwartaal een tijdschrift uitgegeven waar je je gratis digitaal op kunt abonneren. Wordt

abonnee door naar de site te gaan.

http://www.ravon.nl/Infotheek/RAVONpublicaties/Nieuwsbrieven/SchubbenSlijm/tabid/1503

/Default.aspx

A

zoek bij RAVON op welke soorten amfibieën en reptielen er in Nederland voorkomen en

vermeld bij elke soort:

- Nederlandse naam

- Wetenschappelijke naam

- Status van voorkomen

- Beschermde status

- Voorkomen in de provincie waar je woont.

B

In Handboek Natuurdoeltypen wordt een uitvoerige beschrijving gegeven van het

natuurdoeltype Gebufferde poel en wiel (3.14) blz 394 e.v. Op Wikiwijs bij dit vak kun je een

pdf van deze beschrijving vinden. Een poel is echter iets anders dan een vijver.

Maak een schema met 4 kolommen. Zet met behulp van het Handboek Natuurdoeltypen (de

pdf van Wikiwijs) in de eerste kolom de belangrijkste kenmerken van een poel onder elkaar.

Geef in de tweede kolom met een A aan, welke aspecten belangrijk zijn voor amfibieën. Zet

in de derde kolom een R wanneer de aspecten belangrijk zijn voor reptielen. Geef in de 4de

kolom aan, welke aspecten je in een vijver kunt verwachten.

Page 22: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 22

C

Maak een ontwerp voor een ideale poel / vijver voor een heemtuin. Houd bij het ontwerp

rekening met de volgende eisen:

- minimale grootte (inclusief randbegroeiing) is 10 m2.

- Er moet minstens 5 m2 open water zijn (er mogen wel drijvende bladeren in liggen)

- De tekening moet op schaal zijn en er moeten details bij waar de (variatie in) diepte

zichtbaar is.

- In een begeleidende tekst moet worden uitgelegd, met welke bedoeling je bepaalde

keuzes hebt gemaakt. Daarbij moet er een link naar het handboek Natuurdoeltype

worden gelegd.

- Er moet een aspect van ontkoppeling van regenwater inzitten. In het verleden was het

logisch dat regenwater via het riool werd afgevoerd. Tegenwoordig wil men

voorkomen, dat bij zware regenval de riolen het niet meer aankunnen en daarvoor in

de plaats het regenwater op andere manieren afvoeren. Bedenk een systeem waarbij de

vijver in ieder geval door regenwater wordt aangevuld en er sprake is van een

overloop.

Page 23: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 23

taak

7. Graslanden en heiden

resultaat Je hebt inzicht in het beheer van graslanden en heiden

vooraf Kennis van het natuurtype grasland en heide

Doen:

I Van sportveld naar bloemenweide

In een wijk van je gemeente moet een trapveldje worden omgevormd tot een bloemrijke

weide. De bodem is vrij droog en matig voedselarm

Maak voor het beantwoorden van de vragen gebruik van hoofdstuk 13.

a. Formuleer de uitgangspunten voor je werk. Wat is je doel. Licht je antwoord toe. Zie

13.2

b. Wat zijn de kansen en problemen bij dit project? Zie pag 13.5

c. Wat is de ecologische winst van de omvorming? Zie pag 13.2

d. Wat is de aanpak van het beheer? Hoe ga je je doelen behalen. Zie hiervoor pag 13.4

II Beheer van heiden

Al beheerder krijg je de zorg voor het beheer van een 100 ha groot droog heideveld. Het veld

is sterk verouderd, de heidestruiken zijn houtachtig en op veel plaatsen overheersen grassen.

Maak voor het beantwoorden van de vragen gebruik van de theoriebundel Graslanden en

Heiden.

a. Wat zijn je uitgangspunten voor het beheer?

b. Welke keuzemogelijkheden heb je voor heidebeheer in het algemeen?

c. Geef een gemotiveerde keuze uit de mogelijkheden van vraag b.

d. Geef duidelijk aan hoe je de werkzaamheden op gaat zetten.

Page 24: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 24

taak

8. Insectenrijke leefomgeving

resultaat Je hebt inzicht in het belang van insecten

vooraf Kennis van insectengroepen en hun habitateisen

Voor verschillende diergroepen zijn er verenigingen of stichtingen die zich bekommeren om

het wel en wee van die groep. Zulke belangenorganisaties hebben vaak ook handige

informatie. Denk aan RAVON.

Voor insecten ligt dat anders. Er is niet één belangengroep en het is dus iets moeilijker om

informatie te vinden. Toch staat deze groep van geleedpotigen steeds meer in de

belangstelling en zijn er verschillende manieren om groepen, die van belang zijn in het

ecosysteem te faciliteren. In deze taak ga je daar meer zicht op krijgen.

De insecten behoren tot de Klasse van de geleedpotigen. Als je maatregelen neemt voor

insecten zullen ook de andere dieren van deze klasse daar van profiteren.

Maak een schema met 4 kolommen

- In de eerste kolom zet je alle groepen van geleedpotigen

- In de tweede kolom geef je aan, van welke groepen je vertegenwoordigers in tuinen op

het land kunt verwachten

- In de derde kolom geef je een voorbeeld van een soort door de Nederlandse naam en

de wetenschappelijke naam te vermelden

- In de vierde kolom geef je aan, wat je in de tuin voor die betreffende soort zou kunnen

doen.

Er zijn verschillende manieren om iets voor insecten te doen. Er zijn bijvoorbeeld

insectenhotels en geglazuurde potten voor op een stok of aan de muur. Maak een overzicht

waarin je aangeeft

1. welke voorzieningen er zijn (naam en plaatje)

2. voor welke dieren het bedoeld is (vermeld de groep zo precies mogelijk, dus niet

alleen “insecten”)

3. wat de functie is voor de betreffende groep (bv overwinteren, eieren leggen etc)

4. wat de beste plaats is voor de voorziening (onder de grond, op het zuiden, aan een

boom etc)

Maak een eigen ontwerp van een voorziening waarin je minstens drie verschillende functies

combineert. Leg er vooral veel creativiteit in en besef, dat het wel gemaakt moet kunnen

worden. Maak de bouwtekening op schaal en geef tevens aan, welke materialen nodig zijn.

Laat de klas oordelen over je ontwerp. Kies met de klas de beste ontwerpen uit en probeer

zoveel mogelijk ontwerpen te realiseren.

Page 25: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 25

Page 26: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 26

taak

9. Van struweel tot hakhoutsingel

resultaat Je hebt inzicht in het beheer van houtopstanden

vooraf Kennis van het natuurtype bos

Doen:

Aanleg en Beheer van houtsingels (struweel)

I. Aanleg

Rond je perceel of tuin wil je graag een houtsingel laten planten. Op een 8m brede strook wil

je een gevarieerde begroeiing van struiken aanplanten met hier en daar een boom die er

bovenuit mag groeien. We hebben het hier over een struweel dat overeenkomt met de mantel

van een bos. Je terrein ligt op een vochtige matig voedselrijke bodem.

a. Beschrijf de uitgangspunten voor je houtsingel. Zie pag 15.2

b. Ga uit van volledig inplanten, welke soorten zou je kiezen? Geef steeds kort aan

waarom. Zie pag 15.2.9

c. Maak een tekening van een deel van de strook van 30m x 8m. geef hierin aan hoe je de

plantafstand en de menging heb gedacht. Zie 15.3.3.

II. Beheer

Na de aanplant van de houtsingel kun je niet rustig afwachten. Je moet van tijd tot tijd

ingrijpen.

a. Geef een overzicht van de maatregelen die je neemt in het aanleg/beheer.

b. Je kiest ervoor om de singels te ontwikkelen tot hakhout. Leg uit wat je stappen

hiertoe zijn.

Page 27: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 27

taak

10. Tuinvogels

resultaat Je hebt inzicht in het belang van vogels

vooraf Kennis van tuinvogels en hun habitateisen

In Nederland zijn veel soorten aangepast aan het leven in en rond de tuin. Als je jaren

achtereen blijft bijhouden welke vogelsoorten er een bezoek brengen aan je tuin, kan er een

indrukwekkende lijst ontstaan. Veel vogelsoorten zullen slechts een bliksembezoek brengen

en misschien nooit meer terugkeren. Andere soorten zie je dagelijks.

Vogels kunnen om verschillende redenen een tuin bezoeken. Het kan gaan om zaken als

voedsel (ook prooien!), drinken, nestmateriaal, nestelgelegenheid (tuin en bebouwing),

zangposten

A

Maak een tabel voor de 10 meest voorkomende vogels in de tuin.

- In de eerste kolom zet je de Nederlandse naam van de soort

- In de tweede kolom de wetenschappelijke naam van de soort

- In de derde kolom de reden waarom ze de tuin bezoeken (kunnen meer redenen zijn)

- In de vierde kolom in welke van de 4 seizoenen de soort aanwezig is

- In de vijfde kolom geef je aan welke voorzieningen je aan kunt brengen voor één of

meer behoeftes van de soort

B

Er bestaan heel veel type nestkasten voor vogels.

Maak een overzicht met kolommen waarin je bepaalde kenmerken verzamelt.

- kolom 1 het type nestkast

- kolom 2 de typische eigenschap van de nestkast

- kolom 3 de soort(en) waarvoor de nestkast is bedoeld.

Page 28: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 28

C

Kies een zonnige dag uit om vogels te turven in de tuin. Geef in een schema aan

- welke soorten je ziet

- om hoeveel exemplaren het per soort gaat door een schatting te geven (1, 2, een paar,

meer dan 10)

- wat de reden is van hun komst (eten, drinken, vechten, territorium verdedigen, reden

onbekend)

D

1

Kies een vogel en schrijf chronologisch op, wat dat exemplaar doet. Schrijf eerst de tijd op

(stopwatch) en start dan met de beschrijving. Als het dier wegvliegt uit de tuin zet je een

streep en beschrijf je verder een ander exemplaar van die soort. Als er even geen exemplaren

van de soort zijn schrijf je de tijd op. Zodra er een nieuwe vogel komt van die soort start je

weer. Doe dit minstens voor een totaal van een kwartier.

2

Maak een cirkeldiagram waarin je met een schatting aangeeft hoeveel tijd de vogel

procentueel bezig is met de verschillende gedragingen.

Page 29: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 29

taak

11. Zoogdieren

resultaat Je hebt inzicht in het belang van zoogdieren

vooraf Kennis van zoogdieren, graag geziene gasten en plaagsoorten en hun

habitateisen

Zoogdieren kunnen heel leuk zijn maar ook overlast en schade veroorzaken. Tot de eerste

groep behoren bijvoorbeeld de egels, tot de tweede groep de ratten. Er zijn ook soorten die

vaak als een probleem worden gezien omdat er bij de meeste mensen onvoldoende kennis is

over die groep. De aanwezigheid van vleermuizen geeft in eerste instantie vaak aanleiding tot

een klacht. Na een toelichting ontstaat er vaak een betere kijk op de aanwezigheid en is men

geneigd om de dieren te dulden.

In Nederland komen zo’n 100 soorten zoogdieren voor (57+4+10+1+31 = 103, Zie bijlage 1).

In deze lijst gaat het voor een groot deel om walvisachtigen en dieren die alleen periodiek of

slechts sporadisch in Nederland voorkomen. Het is niet eenduiig aan te geven, welke soorten

in tuinen voorkomen. Dat hangt voor een groot deel ook af van de omgeving. Een ree in een

kleine tuin ligt niet voor de hand, maar als een tuin bij een huis in het buitengebied ligt is een

kans op een ree niet uitgesloten. Ook is het verspreidingsgebied van belang. Een steenmarter

in een Nijmeegse tuin is heel gewoon, in Middelburg is de kans echter heel klein. Natuurlijk

kunnen zoogdieren niet net als vogels even naar een ander gebied, van de andere kant moet de

te overbruggen afstand niet worden onderschat. Sommige individuen kunnen grote afstanden

afleggen.

A

Hieronder staan een aantal soorten, die je kunt verwachten in een tuin in het centrum van ’s-

Hertogenbosch.

Bosmuis, huisspitsmuis, dwergvleermuis, egel, grootoorvleermuis, huismuis, laatvlieger, mol,

zwarte rat, Bruine rat, konijn.

Zet deze dieren in een overzicht door 5 kolommen te maken.

- kolom 1 al deze soorten met de meest graag geziene gast boven en de grootste

plaagsoort onder

- Kolom 2 waarom de soort wordt gewaardeerd of wat de schade is die de plaagsoort

veroorzaakt

- Kolom 3 hoe je de aanwezigheid van deze soorten het beste vast kunt stellen

- kolom 4 wat je kunt doen om de soort extra kansen te geven indien gewenst, en te

bestrijden wanneer het om een plaagsoort gaat. Als het niets uitmaakt of de soort er zit

hoef je in deze kolom niets in te vullen.

Page 30: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 30

B

Voor zoogdieren zijn er speciale voorzieningen beschikbaar. Voor egels zijn er speciale

kasten die onder een composthoop kunnen worden gezet. Voor vleermuizen zijn er veel

verschillende typen van vleermuiskasten. Ook worden er vleermuiskelders gebouwd.

C

Maak een vleermuiskast en hang die thuis op.

D

Steenmarters nemen snel in aantal toe. Hun aanwezigheid zorgt vaak voor dilemma’s. De

steenmarter is een beschermde soort maar veroorzaakt aan de andere kant ook schade. Heel

typische schade. Plak in je dossier een kopie van een krantenartikel of een uitdraai van een

digitaal bericht waarin deze schade wordt beschreven.

Page 31: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 31

Bijlage in Lijst van zoogdieren

(http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_zoogdieren_in_Nederland) aangepast

Oorspronkelijke soorten

Aardmuis (Microtus agrestis)

Baardvleermuis (Myotis mystacinus)

Bergwoelrat (Arvicola scherman)

Bever (Castor fiber)

Boommarter (Martes martes)

Bosmuis (Apodemus sylvaticus)

Bosvleermuis (Nyctalus leisleri)

Bruinvis (Phocoena phocoena)

Bunzing (Mustela putorius)

Das (Meles meles)

Dwergmuis (Micromys minutus)

Dwergspitsmuis (Sorex minutus)

Dwergvleermuis (Pipistrellus pipistrellus)

Edelhert (Cervus elaphus)

Eekhoorn (Sciurus vulgaris)

Egel (Erinaceus europaeus)

Eikelmuis (Eliomys quercinus)

Franjestaart (Myotis nattereri)

Geelhalsbosmuis (Apodemus flavicollis)

Gewone bosspitsmuis (Sorex araneus)

Gewone hamster (Cricetus cricetus)

Gewone zeehond (Phoca vitulina)

Grijze grootoorvleermuis (Plecotus austriacus)

Grijze zeehond (Halichoerus grypus)

Grootoorvleermuis (Plecotus auritus)

Haas (Lepus europaeus)

Hamster (Cricetus cricetus)

Hazelmuis (Muscardinus avellanarius)

Hermelijn (Mustela erminea)

Huismuis (Mus musculus)

Huisspitsmuis (Crocidura russula)

Ingekorven vleermuis (Myotis emarginatus)

Kleine dwergvleermuis (Pipistrellus pygmaeus)

Laatvlieger (Eptesicus serotinus)

Meervleermuis (Myotis dasycneme)

Mens (Homo sapiens)

Mol (Talpa europaea)

Noordse woelmuis (Microtus oeconomus)

Ondergrondse woelmuis (Microtus subterraneus)

Otter (Lutra lutra)

Ree (Capreolus capreolus)

Rosse vleermuis (Nyctalus noctula)

Rosse woelmuis (Myodes glareolus)

Ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii)

Steenmarter (Martes foina)

Page 32: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 32

Tweekleurige bosspitsmuis (Sorex coronatus)

Tweekleurige vleermuis (Vespertilio murinus)

Vale vleermuis (Myotis myotis)

Veldmuis (Microtus arvalis)

Veldspitsmuis (Crocidura leucodon)

Vos (Vulpes vulpes)

Waterspitsmuis (Neomys fodiens)

Watervleermuis (Myotis daubentoni)

Wezel (Mustela nivalis)

Wild zwijn (Sus scrofa)

Witsnuitdolfijn (Lagenorhynchus albirostris)

Woelrat (Arvicola amphibius)

Uitheemse soorten

Bruine rat (Rattus norvegicus)

Damhert (Dama dama)

Konijn (Oryctolagus cuniculus)

Zwarte rat (Rattus rattus)

Ingeburgerde soorten en exoten

Amerikaanse nerts (Mustela vison) (onzeker of hij zich voortplant)

Beverrat (Myocastor coypus)

Chinese muntjak (Muntiacus reevesi)

Fret (Mustela furo)

Moeflon (Ovis ammon musimon) (uitsluitend binnen de rasters van parken)

Muskusrat (Ondatra zibethicus)

Siberische grondeekhoorn (Tamias sibericus)

Verwilderde kat (Felis catus)

Wasbeer (Procyon lotor)

Wasbeerhond (Nyctereutes procyonoides)

Onbekend of ze in Nederland voorkomen

Relmuis (Glis glis)

Incidentele of periodieke soorten

Baardrob (Erignathus barbatus)

Bechsteins vleermuis (Myotis bechsteini)

Beloega (Delphinapterus leucas)

Blauwe vinvis (Balaenoptera musculus)

Brandts vleermuis (Myotis brandti)

Bultrug (Megaptera novaeangliae)

Dolfijn van Cuvier (Ziphius cavirostris)

Dwergpotvis (Kogia breviceps)

Dwergvinvis (Balaenoptera acutorostrata)

Gestreepte dolfijn (Stenella coeruleoalba)

Gewone spitssnuitdolfijn (Mesoplodon bidens)

Gramper (Grampus griseus)

Griend (Globicephala melas)

Grote hoefijzerneus (Rhinolophus ferrumequinum)

Klapmuts (Cystophora cristata)

Page 33: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 33

Kleine hoefijzerneus (Rhinolophus hipposideros)

Lynx (Lynx lynx)

Mopsvleermuis (Barbastella barbastellus)

Noordelijke butskop (Hyperoodon ampullatus)

Noordse vinvis (Balaenoptera borealis)

Noordse vleermuis (Eptesicus nilssoni)

Orka (Orcinus orca)

Potvis (Physeter catodon)

Ringelrob (Phoca hispida)

Spitssnuitdolfijn van De Blainville (Mesoplodon densirostris)

Spitssnuitdolfijn van Gray (Mesoplodon grayi)

Walrus (Odobenus rosmarus)

Wilde kat (Felis silvestris)

Witflankdolfijn (Lagenorhynchus acutus)

Zadelrob (Phoca groenlandica)

Zwarte zwaardwalvis (Pseudorca crassidens)

Page 34: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 34

taak

12. Vissen in je poel of vijver

resultaat Je hebt inzicht in welk effect vissen op een poel kunnen hebben

Doen:

Bij de aanleg van een vijver heb je niet altijd volledig de regie als het gaat om de soorten die

zich er in gaan vestigen. Vooral vissen kunnen om verrassende redenen zomaar in je poel

terecht komen.

Voorwerk:

a. Geef eens aan hoe vissen in je vijver kunnen komen.

b. Geef een vijftal voorbeelden van veel voorkomende vissen die na verloop van tijd in je

vijver kunnen zwemmen.

c. Waarom verstoren een groot aantal vissen het ecologisch evenwicht in poelen die door

mensen beheerd worden?

d. Hoe kun je met een eenvoudige maatregel de visstand in een natuurlijke poel weer tot

nul reduceren?

e. Wat is het effect op een natuurlijke sloot van het uitzetten van de fraaie zonnebaarsjes

uit je volle vijver ?

f. Zoek eens op wat de effecten zijn van de volgende planten als je ze uitzet in de natuur:

Watercrassula, Grote kroosvaren en Grote waternavel.

g. Geef een vijftal tips voor het houden van vissen in een poel of vijver.

Page 35: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 35

taak

13. Sedumdaken

resultaat Je hebt inzicht in de aanleg en het onderhoud van een sedumdak.

Doen

We gaan een sedumdak ontwerpen en volgen daarbij deze stappen.

1. Oppervlakte 4 x 4 m. Bepaal hoeveel plantjes je nodig hebt als de plantjes 10 x 10 cm

oppervlakte hebben? We gebruiken dus geen voorgeplante matten.

2. Ga naar www.groendak.info en zoek op sedumdak naar plantensoorten. Maak een

keuze uit de soortenlijst.

a. Welke soorten heb je gekozen

b. Waarom heb je voor deze soorten gekozen: geef aan per soort.

c. Hoeveel van elk bestel je?

3. Leg kort uit aan de klant hoe een sedumdak wordt gemaakt.

4. Leg kort uit aan de klant hoe een sedumdak moet worden onderhouden.

Page 36: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 36

taak

14. Vissen in de vijver

resultaat Je hebt inzicht in het belang van vissen

vooraf Kennis van vissen en hun habitateisen

A

Zoek informatie over vissen die worden verkocht voor in een vijver. Verwerk de informatie in

een schema. Het gaat om:

- de soort vis

- hoe groot de vis meestal is als je die koopt

- wat de prijs is per vis

- hoe groot de vis bij voldoende ruimte kan worden

- wat de vis als voer moet hebben

- met welke vissen deze soort samen in een vijver kan

- bijzonderheden over de soort

B

Sommige vissen kunnen beslist niet samen in een vijver. De ene soort wil graag beschutting

zoeken tussen de planten, de andere sloopt alle planten er uit en zit liever in een kale

omgeving. Ook kunnen roofvissen de jonge visjes van andere soorten opeten.

Maak drie combinaties van minstens twee soorten vissen. Bij elke combinatie

- noem je de vissoorten

- geef je een afbeelding van die soorten

- beschrijf je hoe die vijver er uit moet zien

- voeg je een tekening toe (een schuin aanzicht getekend, dus geen plattegrond

- geef je aan welk voer je moet geven

C

Gekochte vissen voldoen soms niet aan de verwachtingen. Eigenaren besluiten dan wel eens

om de vissen “de vrijheid te geven” . Soms veroorzaken zulke vissen een probleem. Zie

http://www.ravon.nl/Tellen/Verspreidingsonderzoek/Exoten/tabid/723/Default.aspx

en

http://www.ravon.nl/Portals/0/PDF3/schubbenslijm21.pdf op blz 6 en 7.

Kijk in opdracht B naar de soorten en geef hieronder aan welke soorten in de natuur voor

problemen kunnen zorgen.

Zoek voor elke soort op of er in de wet beperkingen opgenomen zijn over aanschaf en

vrijlaten in de natuur.

Page 37: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 37

Taak

15. Beheersplan Natuurtuin

resultaat Je krijgt inzicht in beheer- en onderhoudsmaatregelen voor een aantal

natuurtypen

vooraf Bestudeer boek Ecologisch groenbeheer

werktijd 4 weken

belang Visie op natuurinrichting & -beheer kunnen communiceren

Met de inrichting van een natuurtuin kan je volop gaan genieten. Maar het is wel zaak om dit

ook de komende jaren te kunnen blijven doen. Dat betekent onderhoud en beheer.

Om hier structuur in te brengen maak je een beheersplan, waarin je alle activiteiten die je

moet uitvoeren chronologisch achter elkaar zet, over het jaar verdeeld.

Je kunt een dergelijk plan uitbreiden door aan te geven: a) welke materialen je steeds nodig

hebt, b) of je extra hulp behoeft en/of c) er nieuwe planten moeten worden aangeschaft.

DEEL I Heemtuin Locatie

- Kies een locatie voor jouw heemtuin. Denk hierbij aan de bereikbaarheid, mensen

moeten deze heemtuin kunnen bezoeken. Leg uit waarom je juist voor deze locatie

kiest. De afmetingen zijn ongeveer 40x80m.

- Locatieonderzoek:

o Bodemsoort

o Grondwaterstand

o Huidig gebruik

o Flora en Fauna

o Randen van het gebied

o Zorg voor foto’s

DEEL II Heemtuin uitwerking

In je park tref je:

- Een poel met moerasdeel

- Een bosstruweel met drie bomen

- Een eenjarige bloemenweide

- Een vaste plantenborder voor bijen en andere insecten

- Een muur

- Een boomgaard/fruitboom/klein fruit

- Een ruigte

- Een pioniervegetatie

Page 38: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 38

A. Maak een globale schets van je heempark/natuurtuin, zodat je meer inzicht krijgt in de

ruimtelijke afwegingen. (opnemen in PP presentatie)

- Schets is schaal 1:200 op A3 formaat. Werk deze schets uit in kleur en gebruik de

uitgedeelde voorbeelden van beplanting. Scan de schets in voor je Powerpoint

Presentatie.

- Visie: Uitleg ontwerp:

o Wat doe je?

o Waarom doe je dat?

o Hoe ziet dat er uit?

Door het beantwoorden van deze vragen leg je globaal jouw ontwerp uit. Je legt uit

welke elementen waar en waarom juist daar in jouw ontwerp zijn opgenomen.

B. Maak een beheersplan voor één jaar voor een heempark/natuurtuin.

- Maak een maandenplanning voor alle activiteiten en voor elk onderdeel wat je wilt

gaan ondernemen in het park. Zie hiervoor het schema in de bijlage

- Geef per activiteit aan waarom je de voorgestelde handelingen wilt gaan uitvoeren.

Kan ook in het schema.

- In de PP presentatie neem je alleen het beheersplan van je gekozen element op. Het

totale overzicht lever je in op Vibe.

C. Uitwerking van één element (opnemen in PP presentatie)

- Leg uit waarom je juist dit element hebt uitgewerkt.

- Waarom is dit element van belang?

- Ligging en locatiekeuze van dit ontwerp

- Licht het beheersplan van dit element toe

DEEL III Soorten

A. In de natuurgebiedjes van je heemtuin kun je verschillende diersoorten proberen aan te

trekken. Maak voor elk van de 6 heempark onderdelen in onderstaand schema een

actieprogramma voor de bij het onderdeel genoemde soortgroep (kies één diersoort

als voorbeeld).

- Wat ga je in een jaar doen om deze dieren een aantrekkelijk leefomgeving te

bezorgen? Deze uitwerking lever je in op Vibe.

B. Maak voor elk van de gekozen 6 dieren een jaaroverzicht van hun eigen activiteiten

in je natuurgebied. Deze uitwerking lever je ook in op Vibe.

C. Voor één van de gekozen dieren maak je een PP-presentatie met daarin het

actieprogramma + jaaroverzicht van hun activiteiten met aantrekkelijk

beeldmateriaal.

Page 39: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 39

Verwerking

Je maakt een PP presentatie van deel I, deel II en deel III (kijk goed in de opdrachten wat er

wel en wat er niet in de presentatie moet worden opgenomen).

Eisen presentatie:

- Duur: 15 minuten

- Educatief verhaal

- Wervend en overtuigend verhaal voor bewonerscommissie.

- Duidelijk ontwerp

- Koppelingen tussen deel I, II en III

Bovenstaande opdrachten lever je tevens in op Vibe. Geef duidelijk aan om wel deel het gaat.

Je moet deze opdracht individueel uitvoeren!

Page 40: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 40

BIJLAGEN: Voorbeelden

1. Soorten

Hieronder zie je per onderdeel van een heempark om welke soorten het gaat, en daaronder

een voorbeeld van een uitwerking.

Onderdeel heempark Soort dier waar beheer op

gericht is.

Suggestie ( ook aangeven

wanneer)

Een poel

Amfibieën

(bijv. kamsalamander)

Een bosstruweel met drie

bomen

Vogels

(bijv. bosuil)

nestkast

Een eenjarige

bloemenweide

Vlinders

(bijv. oranjetipje)

Een vaste plantenborder

voor bijen en andere

insecten

Insekten

(bijv. honingbij)

Google eens op “Food4Bees”

Een muur

Zoogdieren

(bijv. dwergvleermuis)

vleermuiskast

Een boomgaard

Vogels

(bijv. steenuil)

Voorbeeld bij III-A actieprogramma beheer

bosstruweel bosuil Ruig hoekje maken waar muizen zich op kunnen

houden en verschuilen.

Zij kunnen voedsel voor de uil vormen.

Ook nestkastjes ophangen. Uil eet ook jonge

vogels!

Voorbeeld bij III-B jaaroverzicht dierlijke activiteiten

bloemenweide oranjetip Wanneer worden er eitjes afgezet?

Welke planten zijn interessant?

Wanneer vliegen de vlinders?

Page 41: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 41

2. Beheersplan

Hier zie je een aantal voorbeelden van mogelijke beheersmaatregelen over een jaar.

Poel/Vijver

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari Eventueel sneeuw

verwijderen

Licht houdt fotosynthese

van algen op gang

Voorzichtig, geen

verstoring voor de

vissen

Februari Eventueel sneeuw

verwijderen

Licht houdt fotosynthese

van algen op gang

Voorzichtig, geen

verstoring voor de

vissen

Maart 1.Houdt de vispopulatie in

de gaten.

2.Maak uitstapplaatsen

voor amfibieën

1.Te veel vis belemmert

groei amfibieën en

verontreinigt het water

2.Amfibieen gaan op het

land voedsel verzamelen

1.Vissen wegvangen

en nooit in natuur

uitzetten

2.Geen probleem met

schuine oevers.

April 1.Dode planten vervangen

2.Eenden verjagen

1.Planten sterven af in de

winter

2. Bij kleine vijver geven

broedende eenden veel

overlast

1.Geen planten uit de

natuur halen.

2. Bij grote vijver

geen probleem

Mei Afzetting van amfibie-eitjes

Kijk ’s avond met zaklamp

in de vijver.

Kikkervisjes in de vijver Let op salamanders:

eieren apart tussen

blaadjes gevouwen

Juni Overmaat aan draadalgen

verwijderen

Sterke

temperatuurwisselingen

Algengroei komt op

gang door hogere

temperaturen en

voedsel

Juli Idem als juni. Denk ook aan

eendenkroos

Augustus Genieten

September Genieten

Oktober 1.Dode delen van planten

verwijderen

2.Bladeren verwijderen

3.Sterk uitgegroeide

planten snoeien of scheuren

4. Leg

overwinteringsplaatsen aan

voor amfibieën

5. zonodig de poel

machinaal schonen

1. Dood materiaal

verbruikt zuurstof

2.Rottend blad neemt

zuurstof weg

4. Enkele amfibieën gaan

op land overwinterteren

2.Eventueel net

spannen

3.Veel planten

woekeren in

voedselrijke

omgeving

4. Bv hout- of

steenstapel

November Bladeren verwijderen Rottend blad neemt

zuurstof weg

Eventueel net

spannen

December Eventueel sneeuw

verwijderen

Licht houdt fotosynthese

van algen op gang

Voorzichtig, geen

verstoring voor de

vissen

Page 42: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 42

Opmerkingen: groot onderhoud als baggerlaag verwijderen is erg afhankelijk van

bodemmateriaal en moet periodiek over een aantal jaren gebeuren.

Bosstruweel

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari Elzenbosjes afzetten, wilgen

knotten

Nestkastjes schoonmaken

Niet te laag bij de

grond

Bij geen vorst

Februari Overig zaagwerk,

houtwallen uitdunnen,

hagen snoeien, verplanten

en aanplanten

Takken in bos

verwerken

Maart Schuilplaatsen maken van

snoeihout

Besdragende struiken

planten

Rustig aan i.v.m.start

broedseizoen

April Planten en verplanten

wintergroene struiken

Mei Zoek naar nesten

Buxus en taxus snoeien

Juni Besdragende struiken

planten

Delen van voorjaarskruiden

Juli Water geven van jonge

aanplant

Augustus Onkruid wieden

September Bomen planten, bollen

planten, hagen snoeien

Beste tijd om bomen

te planten, er volgt nu

een natte periode

Oktober

November Onderhoud knotbomen Kan de hele winter

December

Page 43: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 43

Bloemenweide

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari

Februari Compost verspreiden

Maart Maaien wintergroei

April Bloemenmengsels

zaaien

Mei

Juni Afknippen

uitgebloeide

bloemstengels

Om tweede bloei te

bevorderen

Juli Onkruid wieden

Augustus

September Maaien zomerbloei Laat wat ruige hoekjes

ongemoeid

Overwinterplaatsen

voor insecten

Oktober

November Bladeren wegharken Niet alles

schoonmaken

December

Vaste plantenborder

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari Compost

verspreiden

Februari Oude bloeiwijzen

verwijderen

Maart Dode planten

vervangen

April Planten delen

Mei Bemesten,

Onkruiden wieden

Juni Onkruid wieden

Juli Tweejarige planten

zaaien

Onkruid wieden

Augustus Delen jonge

uitgegroeide planten

September Bollen planten

Oktober

November

December

Page 44: Vragen en Takenbundel - Wikiwijs€¦ · Wiet van Bragt en Cristel Burgmans . Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 3 Vragen bij Ecologisch

Takenbundel Natuurbeheer & -Inrichting

TB43, Helicon Opleidingen MBO Den Bosch 44

Muur

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari niets

Februari

Maart Eénjarige planten en

klimplanten zaaien

April

Mei

Juni

Juli Onkruid wieden Storende kruiden

verwijderen

Augustus

September

Oktober

November

December Uitgebloeide planten

afknippen

Boomgaard

MAAND ACTIVITEIT TOELICHTING OPMERKINGEN

Januari Appel, peer en

kleinfruit snoeien

Februari Takkenrillen maken

Maart Eventueel snoeien

April

Mei

Juni Onkruid wieden

Juli

Augustus Oogsttijd voor

appels en peren

September Frambozen

terugsnoeien

Oktober

November

December