· Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag...

9
Internationaal zeerecht: Les 14 december 2009 Remedierende verdragen Verdrag van Genève van 1958 (art.4): Over de volle zee dient iedere staat regelen vast te stellen ter voorkoming van de verontreiniging van de zee als gevolg van het verspreiden van olie door schepen. Regionale verdragen : om mariene verontreiniging door schepen op regionaal vlak aan te pakken Interventieverdrag 1969: Na de ramp met de Torrey Canyon (1967) bleek dat de belangen van de kuststaten in geval van ernstige accidentele vervuiling door olie afkomstig van schepen, onvoldoende kon gevrijwaard worden op grond van de bestaande juridische regelingen. Samenroepen internationale conventie te Brussel (1969) wat leidde tot twee verdragen: 1. Inzake burgerlijke aansprakelijkheid voor schade door verontreiniging door olie 2. Maatregelen in volle zee in geval van een ongeval dat verontreiniging door olie tot gevolg kan hebben = ‘Interventieverdrag’ of ‘Public Law Convention (PLC)’ : Wanneer er sprake is van olieverontreiniging moet men ook kunnen optreden ongeacht de vlag van het schip. Wanneer een schip zich immers op volle zee bevindt, dan zou eigenlijk alleen maar het recht van de vlaggenstaat van toepassing zijn maar wanneer een staat wordt bedreigd door verontreiniging, kan zij toch optreden. => regelt het interventierecht van de kuststaat uitsluitend op volle zee MAAR ingrijpen in de territoriale zee blijft onderworpen aan de nationale soevereiniteit. Verdrag van Bonn (1969 en 1983):

Transcript of · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag...

Page 1: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

Internationaal zeerecht: Les 14 december 2009

Remedierende verdragen

Verdrag van Genève van 1958 (art.4): Over de volle zee dient iedere staat regelen vast te stellen ter voorkoming van de verontreiniging van de zee als gevolg van het verspreiden van olie door schepen.

Regionale verdragen : om mariene verontreiniging door schepen op regionaal vlak aan te pakken

Interventieverdrag 1969: Na de ramp met de Torrey Canyon (1967) bleek dat de belangen van de kuststaten in geval van ernstige accidentele vervuiling door olie afkomstig van schepen, onvoldoende kon gevrijwaard worden op grond van de bestaande juridische regelingen.

Samenroepen internationale conventie te Brussel (1969) wat leidde tot twee verdragen:

1. Inzake burgerlijke aansprakelijkheid voor schade door verontreiniging door olie

2. Maatregelen in volle zee in geval van een ongeval dat verontreiniging door olie tot gevolg kan hebben = ‘Interventieverdrag’ of ‘Public Law Convention (PLC)’ : Wanneer er sprake is van olieverontreiniging moet men ook kunnen optreden ongeacht de vlag van het schip. Wanneer een schip zich immers op volle zee bevindt, dan zou eigenlijk alleen maar het recht van de vlaggenstaat van toepassing zijn maar wanneer een staat wordt bedreigd door verontreiniging, kan zij toch optreden.

=> regelt het interventierecht van de kuststaat uitsluitend op volle zee MAAR ingrijpen in de territoriale zee blijft onderworpen aan de nationale soevereiniteit.

Verdrag van Bonn (1969 en 1983):

o 1969: Landen die grenzen aan de Noordzee sluiten een overeenkomst voor het bestrijden van de verontreiniging door olie. Er kunnen dan samenwerkingsverbanden worden opgezet tussen de verschillende staten. Er bestaat ook een dergelijke samenwerking tussen de Baltische staten.

o 1983: bepalingen worden uitgebreid tot andere gevaarlijke producten dan olie en modaliteiten worden vastgelegd voor gezamenlijke bestrijdingsacties => nauwe samenwerking tussen staten

OPRC (1990): beoogt internationale samenwerking en wederzijdse bijstand te vergemakkelijken in geval van olieverontreiniging.

Page 2: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

o Vb. Bepaalde organismen groeien op de scheepsromp. Als men deze niet verwijdert, kunnen er allerlei exotische organismen in vreemde wateren komen. Daarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit van deze middelen. want een dergelijk bestrijdingsmiddel mag niet erger zijn dan de vreemde organismen.

Aansprakelijkheidheidsverdragen

CLC (1969): De schipbreuk van de ‘Torrey Canyon’ heeft voldoende aangetoond dat het klassieke stelsel voor aansprakelijkheid van de eigenaars van zeeschepen (LLMC) onvoldoende aan de belangen van de slachtoffers tegemoet komt.

Verdrag van Brussel inzake de burgerlijke aansprakelijkheid voor schade door verontreiniging van olie:

o Van klassieke schuldaansprakelijkheid naar objectieve aansprakelijkheid MAAR voorwaarden:

Uitsluitend van toepassing op schade veroorzaakt door verontreiniging op het gebied van een verdragsstaat, de territoriale zee inbegrepen

Beperkt tot zeeschepen die olie in bulk vervoeren

Charterers kunnen niet op grond van dit verdrag aansprakelijk worden gesteld.

Vb. Erika arrest: Total was charterer van de Erika. Men heeft toen geprobeerd om Total aansprakelijk te stellen via een hele constructie. In deze zaak heeft men gebruik gemaakt van de afvalstoffenrichtlijn. De olie die is aangespoeld op het strand heeft men beschouwd als afval. En degene die dit heeft veroorzaakt, moet hiervoor opdraaien. Total was hier de producent van de olievervuiling en moest daarom voor de verontreiniging opdraaien. Men heeft dus op deze manier het CLC verdrag omzeilt.

o Kanalisering van aansprakelijkheid naar scheepseigenaar

TENZIJ hij zich kan beroepen op één of meerdere exoneratieclausules = niet evident

Beperking van aansprakelijkheid volgens de tonnenmaat van zijn schip, de scheepseigenaar zal dan een beperkingsfonds instellen waarnaar zijn schuldeisers zich moeten richten.

Page 3: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

Eigenaars van schepen die meer dan 2.000ton olie in bulk als lading vervoeren zijn verplicht een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten, of een andere financiële zekerheid te stellen tot het max. van de aansprakelijkheidslimiet => certificaat

o Het is interessanter om zich te beroepen op het LLMC verdrag dan het CLC verdrag omdat het LLMC verdrag voorziet in een lagere aansprakelijkheid van de eigenaar.

CLC (1992): Als gevolg van de ramp met de Amoco Cadiz in 1978 werd een protocol tot amendering van het Aansprakelijkheidsverdrag aangenomen waarin de aansprakelijkheidslimiet van de scheepseigenaar gevoelig wordt verhoogd. (niet door alle staten geratificeerd vb. VS)

o Nieuwere versie van het CLC die eigenlijk identiek is aan die van 1984 MAAR men heeft de voorwaarden voor het inwerkingtreden gemilderd.

o De scheepseigenaar zal zijn aansprakelijkheid niet mogen beperken indien bewezen wordt dat de schade het gevolg is van zijn persoonlijke handelen of nalaten, begaan hetzij met opzet zondanige schade te veroorzaken, hetzij roekeloos en met het bewustzijn dat zodanige schade er wss uit zou voortvloeien.

o Kleinere tankers kunnen ook grote schade veroorzaakt. Als een kleine tanker volledig lek slaagt, dan kan de schade ook heel groot zijn. en als men dan rekening zou houden met het CLC verdrag, dan zou de aansprakelijkheid van de scheepseigenaar niet zo heel hoog zijn. daarom zijn er ook een aantal akkoorden gesloten om ervoor te zorgen dat een klein schip dan wordt gelijkgesteld met een schip dat minimaal iets meer gaat wegen dan 20000 ton.

Fonds verdrag (1971/1992): het exclusief aansprakelijk stellen van de scheepseigenaar viel niet in goede aarde WANT lading zorgt voor verontreiniging.

Oprichting van een Internationaal Vergoedingsfonds (IOPC fund) waardoor deel van het schaderisico komt te liggen bij de ladingbelanghebbenden (oliemaatschappijen):

o Gefinancierd door grote oliemaatschappijen die per kalenderjaar meer dan 150.000ton olie over zee vervoeren

o Met als doel een vergoeding te verschaffen voor zover het Aansprakelijkheidsverdrag onvoldoende bescherming biedt.

Vb. Vissers kunnen problemen hebben, hoteliers kunnen zonder gasten vallen,... wanneer deze mensen geen geld meer kunnen krijgen van het fonds van de scheepseigenaar kunnen zij nog altijd proberen

Page 4: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

om een vergoeding te krijgen van het tweede fonds. Men gaat dan nagaan of deze mensen al dan niet een recht hebben op een vergoeding

o Verhoging van de aansprakelijkheidslimieten.

o Na de ramp met de Erika volstonden de vergoeding van de twee fondsen niet. Daarom heeft men nog voorzien in een aanvullend fonds (2005). De limiet van dit fonds ligt op 1 miljard euro. Het uitgaanspunt was dat door dit aanvullend fonds er voor moest zorgen dat alle claims moesten kunnen worden gedekt.

Ship’s bunker verdrag (2001): Naast olietankers kunnen ook gewoon koopvaardijschepen zorgen voor olieverontreiniging. Niet alle verontreinigingschade wordt door bovenstaande verdragen gedekt. Dit verdrag is in België op 11 november 2009 in werking getreden.

o Enkel van toepassing ingeval van verontreinigingschade door bunkerolie.

o In tegenstelling tot het Aansprakelijkheidsverdrag (CLC) is het Bunkerverdrag van toepassing op alle schepen, zijnde alle zeeschepen en zeegaande vaartuigen, van welk type ook.

o Voert een verplichte aansprakelijkheidsverzekering in

LOSC 1982Wetgevende en uitvoerende rechtsbevoegdheid

Vlaggenstaten: In hoofde van de vlaggenstaten wordt een algemene verplichting opgelegd om voor schepen van hun nationaliteit wettelijke maatregelen uit te vaardigen, die mariene verontreiniging door schepen moeten voorkomen en tegengaan.

Kuststaten en havenstaten: krijgen naast de algemene bevoegdheden nog een aantal specifieke bevoegdheden.

o De vlaggenstaat kan optreden tegenover het schip waar het schip zich ook bevindt, maar ook de havenstaat kan optreden tegen het schip (om zo toch op te treden tegen schepen die onder goedkope vlag varen).

o Een van de goedkoopste vlaggen vandaag de dag is de Marshall eilanden. Marshall heeft niet echt effectieve bevoegdheid tegenover de schepen die onder haar vlag varen (in de praktijk). Daarom is het ook nuttig dat havenstaten/kuststaten kunnen optreden tegen schepen die zich in territoriale wateren/haven bevinden van de staat (wanneer bijvoorbeeld de vlaggenstaat in gebreke gaat blijven).

Dumping= vrijwillige storting of lozing in zee van om het even welk materiaal via een transportmiddel.

LOSC (1982):

Page 5: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

o Basis: ‘de staten dienen nationale wetten en reglementeringen op te stellen ter voorkoming, beperking en controle van de verontreiniging veroorzaakt door dumping.

o Zolang schadelijke gevolgen binnen het rechtsgebied van de staat zich niet kunnen uitstrekken tot buiten de grenzen van de nationale rechtsbevoegdheid.

Verdrag van Oslo (1972): betreft een drieledige indeling waarvoor telkens een verschillend rechtsregime wordt weerhouden = soort van lijstensysteem:

o Zwarte lijst: bevat gevaarlijke substanties welke aan de strengste controle zijn onderworpen (oa. Kxik, cadmium en carcinogene stoffen) => dumping volledige verboden.

o Grijze lijst: Arsenium, lood, koper, pesticiden,….=>dumping enkel toegelaten met een bijzondere vergunning.

o Witte lijst: alle stoffen buiten diegene specifiek opgenomen in de zwarte of grijze lijst => algemene machtiging tot dumping vereist.

o Probleem is wel dat er steeds nieuwe stoffen bijkomen => oprichting Commissie (OSCOM) die de effectiviteit van de uitgevaardigde maatregelen geregeld diende na te kijken en aan te passen aan wetenschappelijke ontwikkelingen

Verdrag van Parijs (1992): Men stapt af van het systeem van de lijsten en neemt aan dat dumping verboden is behoudens uitzonderingen waarvoor een vergunning voor nodig is vb. baggerspecie, inerte materialen van natuurlijke oorsprong, visafval van industriële visverwerking.

Ook het dumpen van laag radioactief afval is niet meer toegelaten. Men heeft wel gedurende een bepaalde tijd een overgangsperiode aanvaardt voor een aantal verdragspartijen.

London Dumping Conventie (1972/1996): In tegenstelling tot vorige verdragen is deze conventie universeel en dus niet beperkt tot een welomschreven gebied. Ook deze conventie werkt met het systeem van lijsten met als grote verschil dat eventuele twijfelgevallen opgelost worden in het voordeel van het verbod tot storten ipv een toelating tot storten.

Atmosferische verontreinigingVerontreiniging afkomstig van het vasteland is de voornaamste bron van mariene verontreiniging. In contrast met de andere verontreinigingvormen ligt de oorzaak hier bij een brede gamma van menselijke activiteiten. Verontreiniging vanaf het land kan aangevoerd worden door riolen die in zee uitmonden, industriële en huishoudelijke afvalstoffen komen via rivieren in de kustwateren terecht terwijl ook de atmosferische verontreiniging (zure regens) belangrijke proporties aanneemt ten gevolge van de toegenomen industrialisatie.

Page 6: · Web viewDaarom gaat men deze ook behandelen met een bepaald middel. Er is een verdrag gesloten dat in 2009 in werking getreden is in België dat regelingen bevat omtrent de toxiciteit

LOSC (1982)

Regionale verdragen

In de jaren 60 en 70 had men veel last van zure regen, dit heeft men vrij goed aangepakt.

Exploitatie van zeebodemTijdens de laatste decennia is het aandeel van de offshore-exploitatie bij de winning van gas en petroleum aanzienlijk gestegen. Zowel tijdens de exploratie als tijdens de exploitatiefase van het oliebedrijf op zee wordt het mariene milieu belast. Voortdurend komen (kleine) hoeveelheden olie in zee terecht, zowel ten gevolge van breuken en lekken in pijpleidingen als ten gevolge van de werking van boorplatforms.

Verdragen/nationale wetgeving:

o Basis: ‘de kuststaat is verplicht om binnen de veiligheidszones rond de exploratie- en exploitatieplatforms de gepaste maatregelen te treffen voor de bescherming van de levende rijkdommen van de zee tegen schadelijke stoffen.’

o Het zeerechtverdrag (1982) bevat iets specifiekere bepalingen

o Regionale verdragen

o Ook binnen de offshore industrie bestaan akkoorden die de aansprakelijkheid gaan regelen.

Removal guidelines: Na verloop van tijd waren bepaalde machines ook afgeschreven/ boorputten waren bijvoorbeeld uitgeput. De vraag die men zich toen stelde was of men deze gewoon mocht laten staan. Nu is zijn er ook guidelines om dergelijke offshoreinstallaties te verwijderen. Dergelijke installaties gaan immers ook na verloop van tijd uit elkaar vallen.

Aansprakelijkheidsakkoorden: Het is de exploitant van de offshore-installatie die aansprakelijk is voor de verontreiniging door olie.