Verrekijkers 15

28
WAAROM VRIJWILLIGEN WIJ? ANTWERPEN EUROPESE JONGERENHOOFDSTAD DUBBELINTERVIEW: KRISTOF CALVO & MIEKE VOGELS Mei 2011 # 2 jaargang V www.verrekijkers.org

description

Waarom vrijwilligen wij?

Transcript of Verrekijkers 15

Waarom vrijwilligen Wij?

antWerpen europese jongerenhoofdstad

dubbelintervieW: Kristof Calvo &

mieKe vogels

Mei 2011 # 2 jaargang V www.verrekijkers.org

INhoudstafel

� Verrekijkers

Redactie

Dries Rombouts, Hans Moens, Janus Verrelst, Johan Costermans, Laurie Gadeyne, Karolien Berger, Koen Huysmans, Stefan Raeijmaekers, Wouter Moons

Lay-out

Wouter Moons

Werkten mee

Eva Hambach, Bert Leysen, Daan Neels, Lars Keuleers, Sander Goossens, Margo Clerckx, Tobi Lancsweert

Verantwoordelijke uitgever

Janus Verrelst Prinsstraat 13 - 2000 Antwerpen

Met de steun van

inhoudstafel3 Voorwoord: “Jongeren engageren

zich meer dan ooit!” Eva Hambach

4 INleIdINg: Antwerpen Jongerenstad

6 eeN dag IN het leVeN: Wij vrijwilligen

7 dossIer: Jong en oud op de barricade, een dubbelinterview met Kristof Calvo en Mieke Vogels

10 dossIer: “Jongeren weten heus wel waar ze met hun stad naartoe willen”

1� stem VaN de studeNt: Over engagement

14 fotoreportage

16 dossIer: “Mijn engagement voor het Zuiden beschouw ik als een levensmissie”

17 goed geweteN: De pragmatische Samaritaan

19 gezoNdheId: Return on engagement

�0 debat: “Het Westen grijpt nooit militair in om humanitaire redenen.” Noam Chomsky

�� uIt met VerrekIjkers

�4 Cultuur: Arabische kunst voor elk seizoen

�6 dossIer: www.protest.org

�7 reCept met respeCt

VoorwoordTekst: Eva Hambach, directeur van het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk vzw

3Verrekijkers

We moeten ermee stoppen wat smalend te doen over de jongeren. Het wordt tijd dat we hen hun plaats gunnen, de kans geven om te experimen-teren en te ontdekken hoe zij de samenleving willen kneden en vorm geven. Ik kan tal van toffe initiatieven bedenken die uit het brein van jongeren zijn ontsproten en die het toppunt vor-men van engagement.

Bovendien blijkt uit onderzoek dat jongeren die studeren en bijverdienen hun vrijwillig engage-ment hiervoor niet opzij schuiven. Ze zijn wel verplicht hun activiteiten beter af te bakenen en hun vrije tijd anders in te vullen. Dat kan (tijde-lijk) leiden tot kortere engagementen. En dan? Wie de smaak te pakken heeft om een engage-ment op te nemen, doet dat als hij of zij daar-toe in staat is, als het gaat om een aantrekkelijke doelstelling en als er geen andere prangende zaken in de weg staan.

In de literatuur wordt in dit verband gesproken over episodisch vrijwilligerswerk. Er zijn momen-ten dat de inzet erg intens is, op andere ogen-blikken moet het vrijwilligerswerk dan weer even wijken. Het engagement beweegt zich in golven.

Deze tendens is niet typisch voor de jeugd. Gedaan dus met jongeren alle negatieve eigen-schappen toe te dichten. Nu is het moment aan-gekomen om na te gaan hoe het vrijwilligerswerk zich verder kan ontwikkelen om boeiend en aan-trekkelijk te blijven voor de noden van de heden-daagse jongeren.

“Er is geen opvolging, madam”, krijg ik vaak te horen van wat oudere vrijwilligers die schrik hebben dat hun jarenlange inzet teloor zal gaan als zij er de brui aangeven. Ze zijn er rotsvast van overtuigd dat de jeugd niet meer in bewe-ging is te krijgen. Fout natuurlijk!

Tijdens een gesprek met een statisticus van de Vlaamse overheid bleek meteen dat het vrijwil-ligerswerk in Vlaanderen het goed doet. Het engagement van onze jongeren dreigt niet te ver-dwijnen. Onze jeugd hinkelt in vergelijking met de andere Europese landen zeker niet achterop. Het geweeklaag over het vermeende gebrek aan engagement blijkt trouwens van alle tijden te zijn. In de jaren zestig ging de kijkbuis mensen aan hun zetel kluisteren. Vandaag zijn de technisch vernuftige hebbedingen waarmee je kunt chatten en virtuele discussies voeren, de schuldigen.

De jongeren hebben in een geglobaliseerde wereld een bredere kijk op de zaken die het engagement niet aantasten, maar anders invul-len. Het virtuele vrijwilligerswerk is een feit, maar dat staat het live engagement voorlopig niet in de weg. Wekelijks staan er duizenden jongeren paraat om een degelijk programma aan te bieden binnen de jeugdbeweging, om nog maar te zwij-gen over de jongeren die in een sportvereniging helpen, actief zijn in een natuurvereniging of hun stem in het politieke debat laten horen.

“‘Er is geen opvolging, madam...’ Fout natuurlijk!”

“jongerenengageren ziCh meer dan ooit!”

INleIdINg Tekst: Karolien Berger

4 Verrekijkers

Z olang de Sinjoren bestaan, zal Antwerpen nooit niet vergaan… Misschien ken je dit liedje wel van in de jeugdbeweging of van op het voetbalveld. Antwerpen

is echter niet alleen een sinjorenstad, en dat zullen we geweten hebben! De Europese jongerenraad bekroonde onze stad tot derde Europese jongerenstad. Organisator Antwerp European Youth Capital 2011 (AEYC2011) belooft ons alvast meer dan 150 feestjes, evenementen en artistieke projecten.

Wat Antwerpen als Europese Jongerenhoofdstad uniek maakt, is dat de activiteiten niet alleen vóór maar ook dóór jonge-ren georganiseerd worden. Leila Kandil is een van de orga-nisatoren. Wat zij te vertellen heeft, kan je lezen op pagina 10. Heb je zelf een leuk idee en kriebelt het om iets te orga-niseren? Als je jonger bent dan 26, kan je een project indie-nen en subsidies krijgen.

Op vier maart werd het startschot gegeven voor Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad. Achthonderd lagere schoolkin-deren verzamelden in het Centraal Station en telden samen met burgemeester Patrick Janssens af. Een dag later werd

het station ingepalmd door jongeren en omgetoverd tot Club Centraal. Het feest ging door tot in de vroege uurtjes. Voor wie van ver kwam, werden er zelfs 60 slaapplaatsen verloot door de organisatie.

De activiteiten duren echter nog tot ver na de zomer. Een vol-ledig overzicht van het programma vind je op www.aeyc2011.be. Of je nu nog naar school gaat, of lid bent van een studen-tenclub. Of je nu voetbalt, cello speelt of in de tekenschool zit: er is voor ieder wat wils. Neem eens een kijkje en laat je verrassen! Je kan je ook inschrijven voor een nieuwsbrief. Wij selecteerden alvast onze favoriete activiteiten. Blader snel even door naar de Cultuuragenda, op pagina 22 en 23.

Het is natuurlijk niet moeilijk om jongeren te motiveren voor gratis feestjes. Het engagement van sommigen gaat echter verder. Honderden jongeren doen op regelmatige basis aan vrijwilligerswerk, wij zetten hen graag eens in de kijker! We waren present op Ik VRIJWILLIG, een groots opgezette vrij-willigersbeurs in Antwerpen. Op de volgende pagina’s kan je enkele geëngageerde jongeren leren kennen.

Antwerpen sinjorenstadjongeren

eeN dag IN het leVeNTekst: Margo Clerckx — Foto’s: Daan Neels

�Verrekijkers

V rijwilligerswerk. Het blijft voor vele mensen een vreemd gegeven. Welke rare snuiter steekt dan ook tijd in iets waar je geen geld mee verdient? Veel

mensen, zo bleek tijdens Ik VRIJWILLIG op zondag 27 februari in de Sint-Elisabethzaal te Antwerpen. Ook wij, de Verrekijkers-vrijwilligers waren present. Niet enkel om onze organisatie te promoten bij toekomstige vrijwilligers, maar ook om onze oren te luisteren te leggen bij andere jonge gelijkgezinden.

Ik VRIJWILLIG werd georganiseerd naar aanleiding van De week van de vrijwilliger eind februari. Een week later vond hetzelfde evenement plaats in Gent, Brugge, Hasselt en Leuven. Met Ik VRIJWILLIG wil organisator Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk vzw vrijwilligers in de bloemetjes zetten. Tweehonderd verenigingen, verspreid over de 5 provincie-hoofdsteden, kregen de unieke kans hun organisatie voor te stellen en nieuwe vrijwilligers aan te trekken.

Wij gingen tijdens Ik VRIJWILLIG op zoek naar jonge vrijwilli-gers om er achter te komen wat hen motiveert en hoeveel tijd ze, zonder verloning, investeren in de maatschappij.

Frauke

Hoe heet je en bij welke organisatie ben je vrijwilliger?

Ik ben Frauke en ik werk op de speelpleinen van de Organisatie en Koraal VZW.

Wat zijn jullie taken daar?

De vzw heeft tien speelpleinwerkingen: twee grote speelplei-nen in Schoten en Wommelgem en acht kleine in de andere gemeentes rond Antwerpen. Wij zijn leiding gedurende de vakanties en door het jaar zorgen wij voor de opbouw van de speelpleinen en denken we goed na over hoe de speelplei-nen er volgende zomer beter kunnen uitzien.

Hoeveel engagement is hier voor nodig?

Dat varieert sterk van week tot week. De ene week drie uur, de andere week een uurtje en soms niets. Het hangt af van de activiteiten die georganiseerd worden. Onze groep bestaat uit zeer geëngageerde vrijwilligers die zich allemaal al min-stens drie jaar inzetten voor de vzw.

Wij vrij-willigen

Tekst: Margo Clerckx — Foto’s: Daan NeelseeN dag IN het leVeN

6 Verrekijkers

Samira

Hoe heet je en bij welke organisatie ben je vrijwilliger?

Ik ben Samira en ik doe vrijwilligerswerk bij het Platform Allochtone Jeugdwerking.

Wat zijn je taken daar?

Wij organiseren activiteiten voor allochtone jongeren en daarnaast subsidiëren wij ook verenigingen. We moedi-gen jongeren aan om deel te nemen aan activiteiten. Ikzelf zet me vooral in op administratief vlak en organiseer mee activiteiten.

Hoeveel engagement is hier voor nodig?

Dat hangt af van week tot week. Soms kies ik ervoor om over-koepelende activiteiten mee te coördineren en steek ik er wel snel vijf à zes uur per week in, maar soms werk ik gewoon mee op de dag zelf en dat vraagt minder tijd. Alle vrijwilli-gers die bij ons werken zijn jongeren.

Yentl

Hoe heet je en bij welke organisatie ben je vrijwilliger?

Ik ben Yentl en ik ben vrijwilliger bij Hannibal.

Wat zijn je taken daar?

Ik organiseer vakanties voor kinderen en tieners met een beperking. Ik ben vorig jaar mee geweest als begeleidster op een autismekamp. Dit jaar ga ik mee op een aandachtsva-kantie voor kinderen met een zware handicap.

Hoeveel engagement is hier voor nodig?

Voor elke deelnemer gaat er een begeleider mee. Je krijgt het dossier van je deelnemer en je wordt verwacht de vakan-tie helemaal zelf op voorhand voor te bereiden. Het is heel leuk, maar ook zwaar en vermoeiend. Toch krijg je er heel veel voldoening van. Ik ga het dan ook nog zeker een tijdje blijven doen.

Niels

Hoe heet je en bij welke organisatie ben je vrijwilliger?

Ik ben Niels en ik ga elke zomer mee als monitor op kamp met pleegkinderen tussen de vijf en twaalf jaar. De kinderen zijn lid van de Kinderdienst vzw. Ze komen allemaal uit zeer moeilijke thuissituaties en gaan nooit op reis. Het is een zeer multiculturele groep, zo gaan er kinderen mee van Burundi, Rwanda, Congo, België en ga zo maar door.

Wat zijn je taken daar?

Elk jaar trekken we naar een kasteel in Bornem. Voor de kin-deren is dat iets magisch. Ze zijn er ook zeer gelukkig, want we geven hen de warmte en structuur die ze nodig hebben. Twee weken lang werken we rond een thema. Vorig jaar was het thema bijvoorbeeld Ridders en kastelen.

Hoeveel engagement is hier voor nodig?

Twee maanden voor het kamp gaan we op voorbereidings-weekend en de laatste weken voor het kamp moeten we alles klaarmaken. Elk jaar offer ik twee weken vakantie op, maar

het is een passie. Ik heb er de tijd van mijn leven en dat is meer dan genoeg.

Kris en Mirke

Hoe heten jullie en bij welke organisatie zijn jullie vrijwilliger?

Wij zijn Kris en Mirke en wij doen sinds september vrijwil-ligerswerk bij Chiro National.

Wat zijn jullie taken daar?

Dát is een goede vraag (gegiechel van beiden). We waren vroeger zelf leidsters bij de Chiro en we hebben ons van daar-uit eigenlijk naar boven gewerkt. Je kan dan bijvoorbeeld bij de Gewestwerking terecht komen, maar wij werken bij het Verbond. Specifiek ondersteunen wij stadschiro’s. Zo zijn we betrokken bij het 4X4 project dat allochtone jongeren wilt opleiden tot leiders en leidsters van de Chiro of Scouts.

Hoeveel engagement is hier voor nodig?

Je wordt verwacht één maal per maand deel te nemen aan een vergadering en tijdens die vergadering kies je voor welke projecten je je wilt inzetten. Je bepaalt dus helemaal zelf je engagement. Je kan onder andere vormingen geven en work-shops testen.

Vrijwilligerswerk: enkele cijferfeiten

Aan de hand van onze persoonlijke bevindingen én cijfer-gegevens van een onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Koning Boudewijnstichting, kunnen we enkele conclu-sies trekken.

Eerst en vooral is het zeer duidelijk dat vrijwilligerswerk geen verwaarloosbaar fenomeen is. Naargelang de studie zou-den 1 tot 1,4 miljoen Belgen zich inzetten als vrijwilliger. Gemiddeld zetten vrijwilligers zich vier à vijf uur per week in, met een grote variatie.

Vele vrijwilligers zijn actief in de culturele sector en de sec-toren van sport en vrije tijd. In mindere mate zijn ze actief in sectoren die sterk geprofessionaliseerd zijn, zoals het onder-wijs en de verzorgsector.

Vooral de oudere leeftijdscategorieën vormen een groot gewicht in de vrijwilligerspopulatie. Ook jongeren zijn zeer goed vertegenwoordigd, maar blijken vooral actief te zijn in de jeugdbewegingen.

Wij interviewden vooral jonge vrijwilligers die zich, met hart en ziel, inzetten voor de jeugd. Een dikke pluim voor hen!

Bron: Loose, M., Gijselinckx, C., Dujardin, A. & Marée, M. 2007. De meting van vrijwilligerswerk in België: Kritische ana-lyse van de statistische bronnen met betrekking het vrijwilli-gerswerk in België. Brussel: Koning Boudewijnstichting.

dossIerTekst: Vincent Bellinkx

7Verrekijkers

B ij het woord activisme denk je al snel aan de woelige jaren zestig, toen Parijs in brand stond en de

Amerikanen massaal betoogden tegen de oorlog in Vietnam. Dit was echter slechts een moment-opname. Activisme is iets van alle tijden. En van alle leeftijden… Ook vandaag komen jong en oud overal ter wereld op voor hun rechten en bekom-mernissen. Ieder op zijn manier. Is er een groot verschil tussen de activisten vroeger en nu? Oudgediende politica Mieke Vogels en Belgiës jongste parlementslid, Kristof Calvo, spreken over hun engagement.

Jullie zijn beiden zeer actief in de politiek, en daar schuilt onherroepelijk een hele brok acti-visme achter. Heeft er altijd al een activis-mebeest in jullie gezeten om de wereld te veranderen? Of is dat pas later gekomen?

Mieke: Ik was al 32 toen ik in de politiek ging, maar ben wel altijd heel actief geweest. Ik kwam uit een generatie die apolitiek was. Wij wilden de wereld veranderen en niet bij een politieke par-

tij gaan, want die waren toch allemaal verzuild en verknocht aan de macht. Zij deden enkel aan politiek om de macht te behouden en niet om de wereld te veranderen.

Was het activisme met de paplepel ingegeven?

Mieke: Nee helemaal niet. Eigenlijk vooral vanaf de middelbare school. Omdat ik een zeer con-servatieve godsdienstleraar had...

Kristof: Dé motor van elke verontwaardiging! (lacht)

Mieke: ... en die verdedigde dat het normaal was dat mijn vader (arbeider, red.) veel minder verdiende dan pakweg een dokter of advocaat. Daardoor ben ik politiek bewust geworden en met allerlei acties beginnen meedoen. Ik ben op mijn 32ste in de politiek gegaan omdat ik ont-dekte dat het niet of-of was, beweging of poli-tiek, maar dat beide belangrijk zijn. Dat besef kwam na de grote, historische antiraketten-betoging. Wij liepen met een half miljoen door Brussel en de dag erop stonden die raketten er toch. Dat was zo’n desillusie. En dan besef je dat je ook mee aan die vetpotten moet zitten om écht iets te veranderen.

jong en oud op de

barriCadeHet activismebeest in Kristof Calvo en Mieke Vogels

“In de politiek doe je de facto aan veel acties en manifes-taties mee.” (Kristof Calvo)

dossIer Tekst: Vincent Bellinkx

� Verrekijkers

Kristof: Mijn verhaal is iets anders. Vanaf 2003 ben ik mij fel beginnen engageren binnen toen nog Agalev, omdat het politieke forum me met-een aantrok. Omdat dat zo goed is meegeval-len, heb ik eigenlijk nooit de behoefte gehad om daarnaast nog aan activisme te doen. In de poli-tiek doe je de facto aan veel acties en mani-festaties mee. Maar er zijn natuurlijk nog vele andere vormen van activisme. Activisme kan absoluut los staan van politiek, maar bij mij is het een beetje de aard van het beestje. Ik heb geen enkele moeite met alle kleine geschreven en ongeschreven regeltjes van de politiek, waar anderen misschien op afknappen. Daarom is het mij zo goed bevallen om me op zo’n jonge leef-tijd in de politiek te gooien.

Als je de jongeren van nu vergelijkt met de generatie ’68, lijken ze flauwe miekes gewor-den. Of zijn jongeren realistischer of zelfs opportunistischer dan toen?

Mieke: Hou het maar bij realisme. Ik denk dat wij veel meer idealisten waren. Ook professoren waren veel politieker. Zij schreven toen mani-festen voor verandering! Terwijl zij nu vooral wetenschappers zijn die zich objectief en veel minder maatschappijkritisch opstellen.

Kristof: Ik denk dat het pragmatisme van de hui-dige generatie zich vooral in de vorm situeert.

Het gaat vooral over hoe je dingen probeert te bereiken, met welke instrumenten en via welke fora. En daar is een grote verschuiving. Het heeft niet altijd zin om op straat te komen, dus gaat men andere manieren uitproberen. Maar ik denk dat het wel klopt dat zélfs bij de idea-listen van de jonge generatie een soort pragma-tisme heerst.

Mieke: De randvoorwaarden waren ook helemaal anders. Nu kan men even een tweet of een mail rondsturen. In onze tijd moesten wij samenhok-ken in een kot om pamfletten te gaan draaien. Nu is het veel individueler.

Maar die droom om de wereld te veranderen is nog altijd dezelfde bij jongeren?

Kristof: Ja, maar ik denk dat er een gigantische diversiteit is aan projecten waarvoor jongeren kunnen gaan. Nu gaan jongeren eerder zich heel specifiek engageren. Meer gespecialiseerd. Ik vind het heel moeilijk om één bepaald pro-ject te definiëren voor al wie zich maatschappe-lijk wil engageren. Dat is onmogelijk.

Mieke: Misschien waren wij toen ook wel wat naïever. Bij ons barstten er heel vaak ideolo-gische discussies los tijdens de les. Soms dis-cussieerden we een uur lang. In de jaren ’60 kon ook alles. The sky was the limit. Wij waren ook de generatie die het bijna altijd verder kon schoppen dan onze ouders. Nu is dat helemaal niet meer het geval. Mijn vader was arbeider, mijn moeder huisvrouw en ik ging naar de uni-versiteit. Dat was echt wereldschokkend, ineens een stap hoger.

Kristof: Bovendien krijg je als jongere vandaag heel dikwijls de boodschap dat het in de toe-komst enkel slechter kan gaan. “Wij gaan niet opkunnen tegen de groeilanden (Brazilië, Rusland, India en China, red.), onze welvaartstaat is te duur ...” Dat geloof ik niet en het is ook deels mijn politiek engagement om daar tegen te strij-den. We moeten proberen nieuwe perspectieven aan te reiken. Maar het verhaal dat het alleen slechter kan gaan, is nefast.

Waar streed de mei ’68-er voor?

Mieke: Wij vochten tegen de vastgeroeste palen. Dat ging héél breed, ook internationaal. De stu-dentenclub van Pol. & Soc. (faculteit politieke en pociale wetenschappen, red.), waar ik toen lid van was, was toen nogal beïnvloed door de maoïs-ten. Wat ons toen enorm charmeerde, was het feit dat in China studenten ook een deel van het werk op het platteland en in de fabriek moesten doen. België maakte op dat moment een heel nat najaar mee. De boerenbond riep de hulp in van de dienstplichtige soldaten om de suikerbieten

“In onze tijd moesten wij samenhokken in een kot om pamfletten te gaan draaien.” (Mieke Vogels)

dossIerTekst: Vincent Bellinkx

9Verrekijkers

mee te oogsten. Toen premier Vanden Boeynants weigerde zijn we met studenten en proffen een weeklang mee op de velden in het Waasland gaan helpen. In het begin waren we met één bus, op den duur met twaalf bussen! Proffen en studenten die samen met de laarzen aan in de klei ploeteren. Dat zie ik vandaag toch niet meer gebeuren!

En waar strijdt de jonge activist nu voor?

Kristof: Je kunt vandaag al veel moeilijker van dé jonge activist spreken. De huidige groep activis-ten is veel heterogener dan vroeger en heeft veel minder een gemeenschappelijk project dan de generatie van Mieke. Voor mij is het factuurden-ken belangrijk. Er wordt een gigantische financi-ele en ecologische factuur doorgeschoven naar een groep die er nooit inspraak in heeft kunnen hebben. Ik ben ecologist, dus mijn drijfveer is een stem geven aan die toekomstige generaties. Bij jongere politieke generaties, waar dan ook in het politieke spectrum, voel ik dat dat factuur-probleem meer komt bovendrijven. Maar iedereen zal het natuurlijk anders willen oplossen…

Mieke: Op dit moment ontbreekt het werkelijk aan solidariteit voor de komende generatie.

“Dat (activisme)beestje in Mieke Vogels krijg je niet dood!” (Kristof Calvo)

Kristof: Als die solidariteit zou spelen in het politieke debat, zouden de keuzes die vandaag gemaakt worden gewoonweg niet gemaakt wor-den. Ik volg als volksvertegenwoordiger klimaat en energie op en als jongere zijn dat toch twee thema’s waar je je ontbijt aan hebt te danken als je ’s morgens opstaat. Als ik vandaag mijn mond opendoe als groene, dan kan ik misschien iets realiseren waar mensen over 200 jaar nog plezier aan hebben.

Denken jullie ooit dat activismebeestje kwijt te geraken en op een goeie dag te kunnen zeggen: nu is het mooi geweest?

Kristof: Dat beestje in Mieke Vogels krijg je NIET dood! Ik vind dat ongelooflijk hoe zij zich steeds volledig smijt. Zij is minister, partijvoor-zitter, schepen,... geweest. Ze heeft alles mee-gemaakt, maar ze kan zich nog steeds in de kleinste details verliezen. Je krijgt haar strijders-hart niet kapot!

Mieke: Kristof is nog heel jong, maar het ziet er niet naar uit dat dat beestje hem ooit nog zal verlaten!

dossIer Tekst: Laurie Gadeyne

10 Verrekijkers

V errekijkers sprak met Leila Kandil (26) van Generatie A, de creatieve en jeugdige denktank achter de com-

municatiecampagne van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad (Antwerp European Youth Capital 2011, of AEYC2011). Samen met vijf andere jongeren zorgt Kandil ervoor dat ieder-een weet dat Antwerpen dit jaar feest viert. Want wie weet beter wat jongeren willen dan zijzelf? “AEYC2011 is het jaar van de Antwerpse jongeren en zij hebben enorm veel goesting om de organi-satie daarvan zelf in handen te nemen”, vertelt Leila Kandil. Over jongeren, engagement en hun onuitputtelijke creativiteit.

Waarom engageerde je je voor AEYC2011?

Ik ben jong en ik woon en leef in Antwerpen. Ik hou van mijn stad en AEYC2011 is een unieke

kans om aan Antwerpen, België én Europa te laten zien wat een fantastische stad Antwerpen is. Een stad waar jongeren een eigen plekje heb-ben en waar ze goed kunnen leven en wonen.

Wat mogen we verwachten van AEYC2011?

De rode draad doorheen het jaar is ruimte voor en door jongeren. Daar bedoelen we zowel fysieke als mentale ruimte mee. Fysieke ruimte, omdat jongeren plaats in de stad nodig hebben om te spelen, te feesten en hun ding te doen. Mentale ruimte, omdat ze zélf goed weten wat ze belangrijk vinden en waar ze met hun stad naartoe willen. Ze moeten de kans krijgen om dat aan iedereen te laten weten.

Hoe vertaalt zich dat in het kalender van AEYC2011?

Het programma is heel divers. Dat gaat van intieme projecten tot grote evenementen: cul-tuur, sport, debatavonden, feestjes... Het moet vooral een heel leuk jaar zijn waarin we vieren dat Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad is.

“jongeren Weten heus Wel Waar ze met hun stad naartoe Willen”

“We hopen ook dat veel mensen hun ogen openen bij het zien van zoveel creativiteit en engagement van jongeren.”

dossIerTekst: Laurie Gadeyne

11Verrekijkers

Maar het moet ook een jaar zijn waarin men-sen beseffen dat Antwerpen meer dan 140.000 jongeren telt. Dat is bijna 30 procent! Zij hebben ook hun plekje nodig in de stad. Als Europese Jongerenhoofdstad kunnen we dit duidelijk maken aan België en ver daarbuiten en krijgen jongeren de kans om hun talenten en creativi-teit te tonen. We laten ook zien dat de stad sterk investeert in een goed jongerenbeleid. Het is trouwens dankzij het goede stadsbeleid dat het Europese Jongerenforum de titel aan Antwerpen toewees.

Hebben jongeren volgens jou te weinig inspraak in het jeugdbeleid van Antwerpen?

Ik denk dat de stad sterk investeert in jongeren-inspraak. Ook dit jaar is de stem van jongeren, zeker met AEYC2011, een belangrijke pijler van het beleid. Naast de jeugdraden hebben we in Antwerpen iets heel uniek dat de jeugdparagraaf heet. Dit betekent dat het beleid bij openbare werken altijd rekening moet houden met wensen of opmerkingen van jongeren. Op dit moment brainstormt het Antwerps beleid over een e-par-ticipatietool waardoor jongeren via de moderne communicatiemiddelen inspraak krijgen.

Slaagt de jeugdparagraaf aan?

De jeugdparagraaf krijgt veel respons van jon-geren, maar de stad kan natuurlijk niet altijd helemaal rekening houden met wat jongeren wil-len. Nu wordt de jeugdparagraaf enkel gebruikt bij materies van het openbaar domein, maar de stad werkt hard om dit naar andere domeinen uit te breiden.

Denk je dat jongeren nog geëngageerd zijn om zelf een project te organiseren?

Já! Natuurlijk! Ik ben ervan overtuigd dat jonge-ren heel graag het heft in eigen handen nemen en ik ben er ook zeker van dat zij dat heel goed doen, met veel zin en energie. Ik ben al een paar keer positief verrast door het engagement van jongeren. Het bureau van Generatie A hebben we bijvoorbeeld ingericht met behulp van studen-ten interieurarchitectuur. We zochten vrijwilli-

gers die samen met ons iets knap wilden maken van ons lokaal, dat in het begin een witte bun-ker was, en plaatsten een oproep op Facebook. De respons die we daarop kregen, was enorm. Het was zelfs moeilijk om tussen al die kandi-daten te kiezen. (lacht)

Jullie roepen jongeren ook op om zelf projecten in te dienen?

Ja, maar de Antwerpse jeugddiensten doen dat al langer. Elk jaar voorziet Antwerpen subsidies om jongeren financieel te ondersteunen wanneer zij zelf iets willen organiseren. Nu we Europese Jongerenhoofdstad zijn, willen we dat extra in de kijker zetten en roepen we jongeren op om AEYC2011 mee vorm te geven.

Welke evenementen organiseren jongeren dan?

Sven Spur bijvoorbeeld is een achttienjarige jon-gen die zich al een hele tijd in film verdiept. Nu gaat hij voor het eerst zijn eigen kortfilm Nicht maken die tegen de zomer gelanceerd wordt.

Ook de crew van de film bestaat enkel uit jonge-ren. Een ander leuk voorbeeld is Yannick, zeven-tien en dj. Hij wil graag op feestjes draaien, maar omdat hij nog jong en beginnend is, wordt hij niet veel gevraagd. Daarom organiseert hij zelf een fuif waar jongeren zoals hij de kans krijgen om plaatjes te draaien en om de fuif helemaal mee te organiseren.

Wat staat er nog op het programma?

(lacht) Heel, heel veel! Eén donderdagavond per maand bijvoorbeeld zetten musea hun deuren open en voorzien ze een speciaal programma voor jongeren. Op 21 april vindt de eerste editie plaats. Een ander groot evenement is de Youth Fashion Day op 14 en 15 mei, georganiseerd door jongeren van IncuFashion. Op die dag kun je de nieuwste modetrends opsnuiven, oude kle-ren omruilen of opfleuren... En er staat nog veel meer op het programma. We hopen en gaan ervan uit dat het een heel gevarieerd en leven-dig jaar wordt. We hopen ook dat veel mensen hun ogen openen bij het zien van zoveel crea-tiviteit en engagement van jongeren. Het is een jaar voor, maar vooral ook door jongeren.

Nog tot 20 november 2011 mag Antwerpen zich Europese Jongerenhoofdstad noemen. “Dat is meteen de internationale dag van de kinderrech-ten. Een symbolische datum dus om het jaar mooi af te sluiten!”, besluit Leila Kandil.

“AEYC2011 is het jaar van de Antwerpse jongeren en zij hebben enorm veel goesting om de organisatie daarvan zelf in handen te nemen.”

stem VaN de studeNt Tekst: Stefan Raeijmaekers

1� Verrekijkers

Steven Claeys (Rechten)

Doe je aan vrijwilligerswerk?

Recent heb ik een eerste keer iets voor het goede doel gedaan. Dat was met de bloedinzamelactie in de sporthal van de Antwerpse Universiteit.

Waarom is vrijwilligerswerk belangrijk voor je?

De betrokkenheid, het persoonlijk contact. De voldoening is veel groter. Je ziet waarmee je bezig bent, welke mensen je helpt en wat het resultaat is.

Welke initiatieven spreken je het meeste aan?

Zowat alles wat het Rode Kruis doet. Maar dat is omdat ik erg geïnteresseerd ben in de medische wereld.

Denk je dat jongeren zich nog gemakkelijk inzetten voor het goede doel?

Nee, dat denk ik niet. Ik denk dat er vroeger te veel fouten zijn gemaakt en dat mensen hun geloof een beetje hebben verloren in die goede doelen. Ik merk bij mezelf ook dat ik veel moeilijker bij dit onderwerp stil blijf staan.

Vind je als student gemakkelijk je weg naar het vrijwilligerswerk?

Nee. Ik denk dat de toegankelijkheid toch wel een groot probleem is. Ofwel lijkt de organisatie, op het eerste zicht, niet zo betrouwbaar en ben je minder geneigd er naartoe te stappen. Ofwel hebben studenten totaal geen benul van wat een organisatie juist inhoudt. Ze vragen dan ook geen uitleg, zodra ze beseffen dat het om vrijwilligerswerk gaat. Mensen met een groot hart vind je tegenwoordig niet meer zo gemakkelijk.

jongeren en engagementHoe staat de Antwerpse student tegenover vrijwilligerswerk?

Verrekijkers trok naar de Vrijwilligersbeurs van Prisma om het uit te zoeken.

stem VaN de studeNtTekst: Stefan Raeijmaekers

13Verrekijkers

Tom Goovaerts (Rechten)

Doe je aan vrijwilligerswerk?

Tijdens de zomervakantie heb ik een aantal weken aan speel-pleinwerking gedaan. Daarnaast ben ik actief geweest bij de scouts, wat eigenlijk ook een vorm van vrijwilligerswerk is.

Waarom is vrijwilligerswerk belangrijk voor je?

Het feit dat je iets voor een medemens kunt doen, vind ik belangrijk. Tegenwoordig denkt iedereen nogal gemakkelijk in termen van geld. Maar als je op een simpele manier kunt bijdragen aan de samenleving, hoeven daar voor mij niet per se geldstortingen aan te pas te komen.

Welke initiatieven spreken je het meeste aan?

Ik vind hulp aan jongeren en kinderen uit een slechte thuis-situatie erg belangrijk. Initiatieven die deze kinderen helpen met hun schoolwerk of ze bezighouden op een speelplein spreken me erg aan.

Denk je dat jongeren zich nog gemakkelijk belangeloos inzetten?

Dat denk ik niet. Alles is duurder aan het worden en jonge-ren willen geld verdienen. Het is, volgens mij, toch een min-derheid die ervoor kiest om zich ergens vrijwillig voor in te zetten. Zeker op langdurige basis. Op zich wel jammer, natuurlijk.

Vind je als student gemakkelijk je weg naar het vrijwilligerswerk?

Nee, daarom ben ik blij dat ik op deze beurs terecht kan met enkele van mijn vragen.

Marjolein van Bavel (Geschiedenis)

Doe je aan vrijwilligerswerk?

Ik heb aan vrijwilligerswerk gedaan. Voor Jeugd en Vrede heb ik een inleefreis naar Sri Lanka gemaakt en bijna 10.000 euro ingezameld.

Waarom is vrijwilligerswerk belangrijk voor je?

Door vrijwilligerswerk voel je je een pak nuttiger. Die inleefreis naar Sri Lanka opende mijn ogen. Ik was toen nog een stuk jonger, dus ook het avontuur trok mij aan. Ik heb daar veel bijgeleerd, ook over de nadelen van vrijwilligerswerk.

Welke initiatieven spreken je het meeste aan?

Ngo’s die samenwerken met de lokale bevolking. Ik ben vooral geïnteresseerd in kleinschalige projecten, waar de mensen uit de plaatselijke gemeenschap het zelf moeten doen. PLAN vind ik bijvoorbeeld een goed initiatief.

Denk je dat jongeren zich nog gemakkelijk inzetten voor het goede doel?

Je zou bijna kunnen zeggen dat het tegenwoordig hipper is om je te engageren. Het heeft volgens mij niet alleen met menta-liteit te maken, maar ook met het feit dat het gemakkelijker is om je in te zetten. We zijn meer op de hoogte van wat er in

de wereld gebeurt en je kunt gemakkelijker naar de andere kant van de wereld te vliegen.

Vind je als student gemakkelijk je weg naar het vrijwilligerswerk?

Van thuis uit kende ik wel een aantal initiatieven. Of je als student gemakkelijk met deze organisaties in contact komt, weet ik niet. Ik moet wel toegeven dat ik er, buiten deze beurs, nog niet veel van heb gezien. Vrijwilligersinitiatieven zijn niet echt opvallend aanwezig. Maar ik denk dat geïnte-resseerden altijd wel de weg vinden.

Eliane Maes (SEW)

Doe je aan vrijwilligerswerk?

Ik help mee bij Sante Gidio. Momenteel werk ik aan de School van de Vrede. Dat is een project van Sante Gidio dat zich inzet voor kansarme kinderen. Wij proberen kinderen te helpen met hun huiswerk. Tegelijk laten wij hen ook kennismaken met kinderen uit andere culturen en leren we hen samenleven.

Waarom is vrijwilligerswerk belangrijk voor je?

Iedere zaterdag zie ik hoe graag de kinderen naar ons komen. Ze geven misschien niet veel terug, maar als ze blij zijn, als ik zie hoe gelukkig ze zijn dat ze die oefening van wiskunde echt snappen, doet dat voor mij heel veel. Daar hoef ik geen geld voor te krijgen.

Welke initiatieven spreken je het meeste aan?

Initiatieven die zich inzetten voor kansarme volwassen en kinderen, of daklozen. Vaak gaat het hier om mensen die zich aan de rand van de samenleving bevinden. Ik vind het mooi om te proberen die mensen toch in de maatschappij te laten functioneren. Ik denk hierbij niet echt aan een bepaald initiatief, maar mijn voorkeur gaat wel naar organisaties die in België werken.

Denk je dat jongeren zich nog gemakkelijk inzetten voor het goede doel?

Ik denk het wel. Maar de uiteindelijke stap zetten, is voor velen toch wel moeilijk. De kansarmen van Sante Gidio zijn mensen waarmee je normaal niet in contact zou komen en waarbij je je misschien een beetje onwennig voelt. Bovendien is Sante Gidio een christelijke organisatie. Ik denk dat het geloof een struikelblok is voor veel mensen om met ons samen te werken. Maar eigenlijk hebben de School van de Vrede en geloof niets met elkaar te maken. Mensen die een totaal ander geloof hebben of mensen die niet geloven, zijn bij ons ook welkom.

Vind je als student gemakkelijk je weg naar het vrijwilligerswerk?

Ik vind dat vrijwilligerswerk nog te onbekend is in België. De meeste mensen kennen organisaties als Sante Gidio niet. Ikzelf kende het Rode Kruis, Amnesty International en initia-tieven van de universiteit zoals USOS en Prisma. Projecten die studenten naar het buitenland sturen, ken ik minder, omdat ik daar niet echt in geïnteresseerd ben.

fotoreportage Foto’s: Lars Keuleers & Sander Goossens

14 Verrekijkers

antWerpen, europese

jongerenhoofdstad 2011

Openingsfeest, Antwerpen Centraal, 5 maart 2011

fotoreportageFoto’s: Lars Keuleers & Sander Goossens

1�Verrekijkers

dossIer Tekst: Laurie Gadeyne

16 Verrekijkers

T elkens gaat ze op zoek naar mensen in onderdrukte gebieden. Omdat hun levenskracht haar intrigeert en inspi-

reert. Omdat hun situatie haar herinnert aan haar Westerse vrijheid. Maar vooral omdat het een drang is. Een drang die ze niet kan verklaren of ontkomen.

Wat zet je aan om naar risicogebieden als de Palestijnse Gebieden te trekken?

De kracht van een bevolking in onderdrukte gebieden heeft me altijd geïntrigeerd. Zij weten te overleven in een samenleving die hen psy-chisch en fysiek onderdrukt. Ik kan moeilijk verwoorden waarom ik zoiets doe. Het is een sterke drang, een intuïtie. Ik beschouw het als een levensmissie die ik niet zelf gekozen heb. Steeds weer kom ik erop uit dat ik zulke dingen moet doen. Die drijfveer is sterker dan mezelf en ik kan er niet aan ontkomen.

Belangrijk voor mij is ook om anderen erbij te betrekken. Ikzelf ga en ervaar, maar ik wil zoveel mogelijk mensen mee op de kar krijgen.

Je neemt dan toch grote risico’s?

Ik ben niet roekeloos. Ik weet steeds waar ik aan begin en wat de risico’s zijn. Ik ben ook niet naïef op de vloot naar Gaza gestapt. De organi-satoren hadden al jaren ervaring en waren goed voorbereid. Als westerling geniet je een interna-

tionale bescherming. Die moet je gebruiken om naar dergelijke gebieden te gaan.

Speelt er ook geen verlangen naar avontuur mee?

Ik ben altijd avontuurlijk geweest. Het is net door mijn avonturen op de fiets dat mijn enga-gement sterker is geworden (Griet fietste door Mongolië, Cuba, Ijsland, Tibet en Zuid-Amerika, red.). Door low profile te reizen, kom je in con-tact met mensen uit heel andere werelden dan de onze. Wij zijn bezig met onze dromen en onze toekomst, maar sommige mensen hebben die vrijheid niet.

“Wij hebben een vrijheid die anderen niet heb-ben”. Ervaar je dan een schuldgevoel?

Een schuldgevoel heb ik niet. Maar we moe-ten ons allemaal bewust zijn dat niet ieder-een dezelfde keuzemogelijkheden heeft als wij. Voor mij is het niet voldoende om enkel bewust te zijn. Ik wil meer doen, zoals anderen op de kar trekken. Doe zoveel je kan. Niet enkel voor jezelf, maar ook voor anderen.

Deknopper is peda-goge aan de leraren-opleiding. In de bezette Palestijnse gebieden bestudeert ze bijvoor-beeld hoe leerkrachten leerlingen onderwij-zen binnen het strakke keurslijf dat een regime of de bezettende macht hen oplegt. Hiermee wil ze leerkrachten in Bel-gië tools aanreiken om leerlingen een mondi-aal bewustzijn bij te brengen. “Ik geloof zeer sterk in de kracht van een leraar. Leraars zijn de schakel naar een verdraagzamere samenleving”,

Vorig jaar voer ze mee op de Freedom Flo-tilla, een vloot van acht schepen die met hulp-goederen in Gaza wilde aanmeren. Op 31 mei 2010 viel het Israëlische leger de vloot aan. Er vielen negen doden.

“mijn engagement voor het zuiden besChouW iK als een levensmissie”

Griet Deknopper vertelt waarom zij zich inzet voor het Zuiden

Tekst: Janus Verrelst — Beeldbewerking: Wouter Moons goed geweteN

17Verrekijkers

V eertig procent van de volwassen Belgen beweert jaarlijks iets te geven voor het Zuiden. Het cijfer duidt een licht dalende trend aan. Dat betekent

echter niet dat we minder wakker liggen van armoede in het Zuiden of dat we daar minder aan willen doen. We staan vooral kritischer tegenover de klassieke vormen van ontwikke-lingssamenwerking. Bovendien kunnen we ons meer en meer op andere manieren inzetten voor het Zuiden. Het Belgisch-Nederlands onderzoeksplatform PULSE brengt nieuwe vor-men van solidariteit in kaart. Wat opvalt, is dat we er vooral zelf iets aan moeten hebben.

Over onze kennis van het Zuiden mogen we niet klagen. We krijgen er les over op school, gaan er op vakantie en bewon-deren het op computer of televisie. Maar meer kennis betekent ook een kritischere geest. Dat geldt ook voor ontwikkelings-samenwerking: we denken eerst na voor we onze centjes de andere kant van de aarde opsturen.

Critici merken op dat we al vijftig jaar lang Afrika proberen te helpen, maar nog niet veel verder staan. Ze hebben een punt. Verhalen over inefficiëntie en middelen die in het Noorden blijven plakken, doen de sector geen goed. Gelukkig zijn er nog andere vormen van engagement waarmee we onze soli-

dariteit met het Zuiden tonen. Vrijwilligerswerk, bewust-makingsacties, politiek lobbywerk of eerlijke handel zitten bijvoorbeeld duidelijk in de lift. Maar doen we dat nu voor het Zuiden of voor onszelf? De waarheid ligt in het mid-den. Ziehier drie drijfveren waarom we ons inzetten voor het Zuiden.

Solidariteit is leerzaam

Als je meehelpt aan een geldinzameling, een benefiet of een demonstratie, bereid je je maar best goed voor. Je bent name-lijk verplicht om meer te weten over de inhoud van de actie. Bovendien doe je bij een solidaire actie nieuwe ervaringen op en ontmoet je nieuwe mensen. Zo ontwikkel je bewust of onbewust vaardigheden die misschien niet meteen iets met het Zuiden te maken hebben. Je kan ook zelf naar het Zuiden gaan om ter plekke als vrijwilliger te werken. Hier wordt je enga-gement beloond met een maximaal leereffect. Je verbreedt je wereldbeeld en scherpt je interculturele competenties aan.

Solidariteit is fun

Ludieke acties werken altijd beter dan een overschrijvings-formulier. Een quiz of een voetbalwedstrijd prikkelen

de pragmatisChe samaritaan

Waarom we ons inzetten voor het Zuiden

De parabel van de goede Samaritaan, onbekende schilder

dossIer Tekst: Janus Verrelst — Beeldbewerking: Wouter Moons

1� Verrekijkers

je competitiedrang en stimuleren je geefgedrag. Elk jaar staan we weer versteld van de energie en de opbrengst die een actie als Music For Life met zich meebrengt. Critici beweren dat deze actie te oppervlakkig is. Feit is wel dat Music for life groepen bereikt die zich normaal niet enga-geren voor het Zuiden. Bovendien zet het scho-len aan om extra aandacht te besteden aan de inhoud van de campagne en inspireert Music For Life ons om zelf acties op poten te zetten.

Solidariteit is lekker

Waarom zouden we geld storten als we er ook iets voor in de plaats kunnen krijgen? Iets lek-kers als chocolade bijvoorbeeld. Eerlijke han-del boomt. Meer dan de helft van de bevolking beweert af en toe fair tradeproducten te kopen. En de cijfers stijgen alleen maar. De supermarkt-ketens weten dat en spelen er handig op in. Zo is fair trade al lang geen alleenheerschappij meer van de Wereldwinkels.

Enquête

PULSE vroeg aan een representatieve steekproef van Belgen hoe zij zich inzetten voor het Zuiden. Volgende percentages geven weer hoeveel res-pondenten ja antwoordden op de vraag: hebt u in het afgelopen jaar deelgenomen aan volgende acties?

1. Producten kopen met het label Max Havelaar of met een ander fair trade label: 58,2%

2. Petities tegen onrecht in de derde wereld ondertekenen: 29,1%

3. Meewerken aan evenementen (zoals een fuif, een quiz, …) waarvan de opbrengt de derde wereld ten goede komt: 13,3%

4. Meewerken aan een project van vrienden, fami-lie of van jezelf in de derde wereld: 11,2%

5. Meewerken aan geldinzamelacties van ontwik-kelingsorganisaties (bijvoorbeeld door verkoop van gadgets op straat): 10,0%

6. Met collega’s een project in de derde wereld ondersteunen: 7,3%

7. Naar de derde wereld op vakantie gaan: 7,2%

8. Een kind uit de derde wereld financieel adopte-ren: 7,2%

9. Als vrijwilliger meehelpen in één van de wereldwinkel: 4,7%

10. Meestappen in demonstraties tegen onrecht in de derde wereld: 4,3%

11. Demonstraties of acties voor de derde wereld organiseren: 2,7%

12. Een kind uit de derde wereld daadwerkelijk adopteren: 1,0%

13. Iets anders, maar niet in deze lijst: 11,6%Pollet I., Onderzoeksrapport algemene barometer draagvlak ontwikkelingssa-menwerking, HIVA-KULeuven, 2010

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100

Tekst: Bert Leysen — Foto’s: Bert Leysen gezoNdheId

19Verrekijkers

return on engagementHoe kan je een reisbeurs krijgen voor een buitenlandse stage?

“Waarom doe ik het allemaal?” is een vraag die elke vrijwilliger zich wel eens stelt. Het antwoord is veelzijdiger dan je misschien had gedacht. Werkgevers vinden het vaak belangrijk mensen met persoonlijkheid aan te werven: men-sen die weten wat ze willen, daar vanalles voor doen en al doende veel leren. Ook de overheid houdt van ondernemende mensen. De Vlaamse Interuniversitaire Raad voor Universitaire Ont-wikkelingssamenwerking (VLIR UOS) deelt reis-beurzen van 1000 euro uit.

Zomaar, voor iedereen? Neen, voor studenten die een stage doen in een ontwikkelingsland op de VLIRUOS-lijst. Er doen jaarlijks meer studen-ten zo’n stage dan dat er beurzen zijn. Om tóch een beurs te krijgen, moet je dus het verschil maken. Besef goed waarvoor die reisbeurzen zijn bedoeld: ontwikkelingssamenwerking sti-muleren op universitair niveau.

Voor een wetenschappelijke stage in een ontwik-kelingsland is dat doel normaal gezien beant-woord. Voor studenten geneeskunde die elders op klinische stage gaan is dat niet zo duidelijk. Het is niet omdat je in een buitenlands zieken-huis rondloopt dat je de ontwikkeling van wat dan ook vooruithelpt.

Hoe maak je het verschil?

Je steekt er boven uit als je een bepaalde pas-sie of interesse hebt ontdekt die je ginder ver-der wil ontplooien. Die extra missie op stage beschrijf je dan zo overtuigend mogelijk in de motivatiebrief. Een voorbeeld: een collega van mij, die net als ik 2 maanden naar Zuid-Afrika

is geweest, doet haar eindwerk over hepatitis B. Ze vraagt zich af waarom er zoveel aandacht en geld gaat naar de opvang van weeskinderen met HIV, terwijl er bijna niets bestaat voor kinderen in dezelfde situatie met hepatitis B. Dat stond in haar motivatiebrief en ze kreeg een reisbeurs. Een tweede voorbeeld: ikzelf heb in mijn moti-vatiebrief verteld over mijn interesse in voeding en volksgezondheid. Iemand van Kaapstad helpt mij met een literatuurstudie i.v.m. het doorgeven van HIV via borstvoeding. Ook ik kreeg geld op mijn rekening gestort.

Engagement tonen levert iets op. In de eerste plaats persoonlijke voldoening en waardering van anderen. In mijn geval ook een beurs die ruimschoots mijn vliegtuigticket heeft terugbe-taald.

debat Tekst: Dries Rombouts

�0 Verrekijkers

Ondanks zijn 82 jaar is Noam Chomsky nog steeds wereldberoemd. Het Auditorium Janson van de ULB was op16 maart dan ook tot de nok gevuld.

1.300 enthousiastelingen waren afgezakt naar Brussel om hun held met een staande ovatie te onthalen. En niet zonder reden. Jarenlang was Chomsky een van de weinige Amerikaanse intellectuelen die het buitenlandbeleid van de Amerikaanse regering op de korrel durfden nemen. Zijn talloze boeken schetsen een ontluisterende analyse van het imperialisme en de dominantie van het Westen. In de loop van zijn carrière inspireerde Chosmky een generatie intellectuelen die wel eens the Chomsky left (de linkse school van Chomsky) wordt genoemd. En nu was hij na 20 jaar nog eens in het Westen.

Chomsky onderscheidt zich als criticus door zijn weten-schappelijke werkwijze. De inhoud van zijn boeken en lezin-

gen is nooit uit de lucht gegrepen maar steeds gebaseerd op degelijk onderzoekswerk en gestaafd met de nodige bewij-zen. Dat maakt zijn argumentatie sterk en overtuigend, zoals we sinds maart kunnen lezen in zijn nieuwste boek Hoop en Vooruitzicht. Ook in Brussel liet hij de ontluisterende feiten voor zich spreken. Wat had de grootmeester te vertellen?

De Arabische lente

Chomsky stak de loftrompet over de Arabische revolte en de kracht van de burgerlijke wil. Maar wat hem het meest intri-geerde, was de herkenbare reactie van het Westen: steun aan de dictator tot het laatste moment. De Verenigde Staten, de belangrijkste bondgenoot van Egypte, bleven Moebarak, een brutale moordenaar die zijn land verarmde en duizen-den mensen executeerde, financieel en moreel steunen tot de

“het Westen grijpt nooit militair in om humanitaire redenen.”

Politiek analist Noam Chomsky in Brussel

Tekst: Dries Rombouts debat

�1Verrekijkers

druk onhoudbaar werd. En zelfs daarna lieten ze het regime grotendeels intact. Ook in de andere Arabische landen blijft de steun voor de verschillende despoten overeind.

Volgens Chomsky laat het Westen zich van oudsher leiden door twee factoren: de hoeveelheid olie die de dictator heeft, en de mate waarin hij aan het Westen gehoorzaamt. Saudi-Arabië is het beste voorbeeld. De Saudi’s beschikken over een enorme hoeveelheid olie en zijn erg gehoorzaam aan de behoeften van het Westen. Er werd niets ondernomen toen zij Bahrein binnenvielen of de opstanden in eigen land onderdrukten. Over Libië, ook een olierijk land, was er wel bijna meteen een consensus: er moest ingegrepen worden. Chomsky herinnert ons dat de Amerikanen Libië in de jaren ’80 al eens bombardeerden. Is het toeval dat Khadaffi steeds een onafhankelijke koers voer en het Westen regelmatig op stang gejaagd heeft? Volgens Chomsky blijft de conclusie voorlopig overeind: “Het Westen heeft nog nooit om huma-nitaire redenen ingegrepen.”

Obama erger dan Bush

Over Obama kon Chomsky geen goed woord reppen. De ver-kiezing van een zwarte tot president was uiteraard een mijl-paal, maar daar bleef het dan ook bij.

De twee Amerikaanse politieke partijen, de Republikeinen en de Democraten, vertegenwoordigen volgens Chomsky enkel ondemocratische elitaire belangen De strijd tussen deze belangen bereikt traditioneel een hoogtepunt tijdens de verkiezingen, wanneer de machtigste economische spe-lers tonnen geld investeren in de campagnes van hun presi-dentskandidaten. De kandidaat met de vrijgevigste sponsors wint. Obama won in 2008. Hij zet het conservatieve beleid van zijn voorgangers voort in binnen- en buitenland.

In het buitenland is Obama op vele vlakken nog erger dan Bush, aldus Chomsky. Hij verdubbelde het defensiebudget. De bouw van mega-ambassades, in feite enorme militaire bases, in Bagdad en andere steden gaat gewoon door. In Pakistan voert de president een agressief beleid waarbij dagelijks burgers om het leven komen. Obama is een uitstekende pr-man en juist dat maakt hem zo gevaarlijk. Bush vertelde de Europese lei-ders ronduit dat ze luitenanten van de Verenigde Staten zijn. Obama noemt hen zijn hooggeëerde partners maar behan-delt hen dan toch als ondergeschikten. Ook in de Verenigde Staten zelf gaat het van kwaad naar erger. De hervorming van de gezondheidszorg was een fl op en de economie gaat verder achteruit terwijl de banken weer winst maken. Van een Amerikaanse lente is nog lang geen sprake…

Noam Chomsky Hoop en vooruitzicht

Uitgeverij EPO

Vertaald uit het Engels door Dries Rombouts

22,50 euro

doemee!

Verrekijkers is steeds op zoek naar enthousiaste studenten.

Neem contact op via [email protected]

Tot snel?

wij zijn steeds op zoek naar:

REDACTEURS

JOURNALISTEN

FOTOGRAFEN

ILLUSTRATOREN

steunons!

& abonneer je!

via mail: 1. [email protected] (vermeld je naam en adres).

2. Stort 7 euro op rekeningnum-mer 979-1491734-73 (vermeld abon-

nement, je naam en adres). �

CultuurageNda Tekst: Karolien Berger & Koen Huysmans — Illustratie: Koen Huysmans

�� Verrekijkers

Festivals/ ontmoetings-plaatsen

1 mei

Cultuur- markt MerksemGemeentepark 1, MerksemGratis

www.aeyc2011.be

Op 1 mei wordt het gemeentepark voor één dag omgetoverd tot een cultuurparadijs. Kunst-liefhebbers krijgen de kans om van het aan-bod van verschillende verenigingen te proe-ven. Het park wordt één groot podium. Kom zeker genieten van the-ater, muziek, kunstin-stallaties en héél veel workshops.

13 − 16 mei

Opening MASHanzestedenplaats, AntwerpenGratis, sommige voor-stellingen zijn tegen betaling

www.mas.be

Op dinsdag 17 mei 2011 opent het Museum aan

de Stroom officieel de deuren. Dat vraagt natuurl ijk om een feestje! Tijdens het vier dagen durende ope-ningsfestival is ieder-een van ’s ochtends tot middernacht welkom in het museum. Theater- en dansvoorstellingen, muziek, films, tentoon-stellingen en originele wandelingen bren-gen de buurt tot leven. Je kunt er natuurlijk ook terecht voor een hapje en een drankje. En op zaterdagavond is er vuurwerk! Voor bepaalde voorstellin-gen kun je best reser-veren, check dus zeker de website.

25 juni − 30 september

Unieke bar aan Het SteenSteenplein, AntwerpenGratis

www.aeyc2011.be

Wil je weten wat er zoal georganiseerd wordt in het kader van Antwerpen Jon-gerenhoofdstad? Kom dan zeker naar de tij-delijke unieke bar met

terras aan het Steen. Ook voor een optre-den of een feestje kun je hier gedurende heel de zomer terecht.

1 juli − 28 augustus

Zomer van AntwerpenVerschillende plaatsen in AntwerpenMeestal gratis, som-mige activiteiten zijn betalend

www.zomervanantwer-pen.be

Met de examens in zicht, komt gelukkig ook de zomervakan-tie dichterbij. En dat zal je geweten hebben in Antwerpen! Zoals elk jaar kun je in Ant-werpen tijdens de hele zomer terecht voor the-ater, muziek, film, cir-cus en natuurlijk ook de zomerbar. Op 31 mei wordt het hele programma bekend gemaakt, vanaf 18 juni kun je tickets kopen. Wees er snel bij, want de vorige jaren waren alle betalende activi-teiten in een mum van tijd uitverkocht!

Muziek

30 april en 1 mei

Mobile StageZirkstraat 36, AntwerpenGratis

www.liefhebberkun-stenfestival.be

Young Age Music Ent. (Y.A.M.E.) begeleidt jongeren die naar eigen zeggen vette muziek maken. Junior Mthom-beni van The Interna-tionals zette mee zijn schouders onder dit artistieke project, jul-lie kunnen komen kij-ken! De woorden mobile stage mag je overigens letterlijk opvatten, een gepimpte bak-fiets is namelijk het podium…

4 mei

Straatlaweit Antwerp on stageStadswaag, AntwerpenGratis

www.straatlaweit.be

De stad presenteert maar l ie fst zeven muziekfestivals, ver-spreid over heel Ant-

werpen. Kom met je vrienden genieten van de zomer, heerlijke muziek en een frisse pint. In het kader van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad worden ook internatio-nale acts geprogram-meerd.

Sport

4 mei

Varen voor VredeBonapartedok, AntwerpenGratis

www.santegidio.be/vvv

Doe mee aan deze unieke bootrace op de dokken voor het MAS! Ploegen van vier jon-geren nemen het tegen elkaar op in een kano en roeien een bepaald parcours. Je ploeg moet wel bestaan uit min-stens drie verschillende godsdiensten of over-tuigingen. Te weinig multiculturele vrien-den? Geen probleem: als je alleen komt, krijg je een team cadeau!

uit met verreKijKers

Een selectie uit het cultuuraanbod

CultuurageNdaTekst: Karolien Berger & Koen Huysmans — Illustratie: Koen Huysmans

�3Verrekijkers

Expo

17 mei − 20 november

MAS in jonge handenHanzenstedenplaats, Antwerpen€ 8, € 1 (-26)www.mas.be

Eén wandelboulevard, 10 verdiepingen, 9 vitrines, 27 wanden of 540 vierkante meter… Plaats genoeg dus voor een kunstwerk voor en door jongeren. Onder het thema over de grenzen heen gingen een tachtigtal jonge-ren aan de slag. Hun unieke creatie blijft een jaar lang hangen, en zal te bewonderen zijn door alle bezoe-kers. Een aanrader!

26 en 27 mei

Donderdag- avonden van de MuseaIn de drie musea: Rockoxhuis, Plantin-Moretus en Mayer Van den BerghGratis

www.aeyc2011.be

Maak je klaar voor een exclusief museumbe-zoek in een uniek decor! In het museum Mayer van den Bergh word je op sleeptouw genomen door de geest van Bru-eghel, met een hapje en een drankje. Bij het museum Plantin-More-tus staat de avond in het teken van lusthoven, hier kun je terecht voor vergeten hapjes, jazz, tango en theater.

Anders dan anders ope-nen Museum Mayer van den Bergh, Museum Plantin-Moretus/Pren-

tenkabinet en het Rock-oxhuis hun deuren voor een exclusieve avond in een uniek decor. Om 23 uur gidst een bekende Vlaming je vanop de Grote Markt naar zijn favoriete plekjes in Ant-werpen. Afspraak om 20u aan het Plantin-Moretus-museum!

Debatten/Lezingen

16 en 17 mei

Youth on the MoveZalen van de Zoo (Koninging Astridplein, Antwerpen)Gratis

www.aeyc2011.be

Dit debat wordt georga-niseerd door de Euro-pese commissie, in het kader van de Europese Jeugdweek. 150 deel-nemers kunnen van gedachten wisselen met Europese vertegen-woordigers. Op 17 mei vindt ook de European Youth Award Ceremo-nie plaats. Die dag gaan jongeren onder andere in discussie met nie-mand minder dan de voorzitter van de Euro-pese commissie, Jose Manuel Barroso.

Tekst: Dries Rombouts — Foto: Daan NeelsCultuur

�4 Verrekijkers

arabisChe Kunst voor

elK seizoenHoe kunstencentrum Moussem een brug slaat tussen

de Arabische en de Vlaamse gemeenschap

M oussem is een begrip in het Vlaamse culturele landschap. Het nomadisch kunstencentrum, zoals

de organisatie zichzelf noemt, groeide in tien jaar uit van een eenmalig initiatief gerund door vrij-willigers tot een erkend kunstencentrum met een rijkgevuld programma in binnen- en buitenland. Moussem brengt met muziek, schilderkunst, the-ater en film alles wat van culturele waarde is in de Arabische wereld. Artiesten die nog niet ont-dekt zijn, krijgen de kans om zich te bewijzen op de planken. Verrekijkers sprak met Mohamed Ikoubaân, directeur en een van de oprichters en bezielers van Moussem.

Wanneer we Ikoubaân ontmoeten in de Antwerpse Roma maakt hij ons meteen warm voor de voorstelling: “Het wordt een gemengde avond met film, poëzie en muziek uit het cul-turele hart van Irak. We geven het woord aan enkele onbekende Iraakse artiesten die hoopvol zijn over de toekomst van hun land.”

Wat betekent het woord moussem eigenlijk?

Moussem is het Arabische woord voor seizoen. Maar in Marokko, mijn geboorteland, is het ook de naam voor traditionele volksfeesten die jaar-lijks in de steden worden georganiseerd. Vaak duren die feesten wel een of twee weken. Een beetje zoals de Gentse Feesten. Toen ik naar Antwerpen emigreerde, had ik wel goede contac-ten met alle gemeenschappen hier maar ik miste de warmte en gezelligheid van de moussems.

Is toen het idee ontstaan om Moussem op te richten?

Moussem is spontaan gegroeid. We hadden zeker niet het idee om een kunstencentrum op te richten. We wilden de Arabische cultuur uit

de privésfeer halen en het brede publiek ken-nis laten maken met de culturele diversiteit in de Arabische landen. Daarom organiseerden

“We experimenteren graag en dan neemt je project wel eens een onverwachte wending!”

Tekst: Dries Rombouts — Foto: Daan Neels Cultuur

��Verrekijkers

we in 2001 het Moussem Festival. Het was toen een van de eerste culturele initiatieven die uit de Marokkaanse gemeenschap in Antwerpen is gegroeid en afstand nam van ongenuanceerde stereotiepe beelden. Het festival was een groot succes en smaakte naar meer. Samen met enkele enthousiastelingen stampte ik toen Moussem uit de grond.

Jullie kalender is heel divers. Traditionele dans en film, maar ook hip hop en theater met Vlaamse acteurs. Jullie brengen meer dan Arabische cultuur.

Dat klopt. Al onze producties en coproducties moeten een link leggen met de Arabische cul-tuur. Dat is onze enige voorwaarde. We willen het Vlaamse publiek kennis laten maken met de Arabische cultuur, maar we willen evenzeer de Arabische gemeenschap in contact brengen met de Vlaamse kunst en cultuur. Dat is de inter-culturele opdracht van Moussem. We werken samen met Vlaamse cultuurcentra, auteurs en projecten om een gevarieerd aanbod aan te bie-den. Dat merk je dan ook aan ons publiek. Dat wisselt naargelang de productie.

Jullie zijn in de loop van de tijd uitgegroeid tot een professionele organisatie. Werken jullie nog met vrijwilligers?

Natuurlijk, vele projecten draaien louter op vrij-willigers. We hebben bijvoorbeeld een videoa-telier waar vrijwilligers elke maand een filmpje maken over de problemen van alledag. Dat kan heel ludiek zijn. Zo is er een filmpje waarin enkele jongeren met een petitie de straat op gaan om van de Abdijstraat de Abdelstraat te maken, gezien de vele Marokkanen daar. (lacht) Verder heb je nog Club Verzet, een project waarin jongeren van 14 tot 20 jaar zelf een the-atervoorstelling maken, en de masterclass poë-zie en performance. In het kader van Antwerpen Europese Jongerenhoofdstad hebben we trou-wens ook een reeks workshops lopen.

Aan welk project heb je de beste herinneringen?

Er zijn er zoveel, maar eentje zal me altijd bijblij-ven. In 2007 stelden we enkele kunstwerken ten-toon in het MuHKA (Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen, red.). De kunstwerken waren gekozen door vrijwilligers met Arabische roots die gedurende een jaar hadden nagedacht over wat hedendaagse kunst voor hen betekent. De vrijwilligers waren leken. Ze hadden voordien zelfs nog nooit een voet gezet in een museum voor hedendaagse kunst.

Waarom is je dit bijgebleven?

De tentoonstelling oversteeg alle verwachtingen. Zozeer zelfs dat het MuHKA besliste zes kunst-werken van Noord-Afrikaanse kunstenaars op te

nemen in het cultureel patrimonium van België. Een absolute primeur! Maar dat was nog niet alles. Niet lang nadien borrelde het idee om de kunstwerken ook tentoon te stellen in Marokko, onontgonnen terrein voor hedendaagse kunst. In 2010 organiseerden we de allereerste expositie van hedendaagse kunst in Rabat. Dat is typisch voor Moussem. We experimenteren graag in alle vrijheid en met alles wat zich aanbiedt, en dan kan het wel eens gebeuren dat ons project een onverwachtse wending neemt.

Een laatste, actuele, vraag. Denk je dat de con-tacten tussen de jongeren in Noord-Afrika en hun geëmigreerde familieleden en vrienden in het Westen de Arabische revoluties geholpen hebben?

Eerst en vooral moet men beseffen dat de Arabische cultuur doorheen de geschiedenis sterk beïnvloed is geweest door het Westen maar ook door andere culturen. Die diversiteit aan invloeden proberen we duidelijk te maken in onze producties. Maar het is niet zo dat de Arabische revoluties zijn ontstaan met dank aan de westerse invloed. Integendeel.

Als studenten geloofden we in de waarden en normen van het Westen en verslonden we de westerse literatuur. Iedereen wilde meer demo-cratie. Daarom was onze teleurstelling zo groot toen de Verenigde Staten weer maar eens tus-senkwamen om hun oliebelangen te verdedigen of om de despoten die de Arabische wereld rijk is een handje te helpen. Uit woede steunden we soms zelfs Khaddafi omdat die durfde opkomen tegen de westerse mogendheden. De Arabische revolutie was een vulkaan die pas na dertig jaar lijden uitbarstte…

dossIer Tekst: Karolien Berger — Illustratie: Wouter Moons

�6 Verrekijkers

I nternetactivisme. Het doet je misschien denken aan Facebookgroepen als Laat kalfje Willy leven of No government, great

country. Via sociale media kan je al snel tien-duizenden mensen bereiken. Een paar maan-den geleden waren er op de Shame-betoging in Brussel bijvoorbeeld 34.000 mensen, gemobili-seerd via internet. En dat gebeurt niet alleen in ons Belgenlandje. Hoewel het wereldwijde web in vele landen ook vandaag nog gecensureerd wordt, zit het internetactivisme duidelijk in de lift.

Tijdens de Arabische revoluties van de voor-bije maanden speelde internet op verschillende gebieden een rol. Youtube, Twitter en Facebook worden ook daar gebruikt om mensen te mobi-liseren en te informeren. De rol van het inter-netactivisme mag echter niet overschat worden. De revoluties in Tunesië, Egypte, Libië en ook Jemen en Bahrein komen natuurlijk niet uit de lucht gevallen. De situatie gaat in deze landen veel verder dan het wereldwijde web, het zijn de tienduizenden mensen op straat die uitein-delijk de stem van het protest zo duidelijk doen klinken.

Wel is het zo dat de overheden beginnen in te zien dat ze niet alles kunnen censureren. En dus beginnen ze rare sprongen te maken. In Bahrein worden internetactivisten simpelweg opgepakt.

WWW.protest

.org

Bekende namen in de wereld van het internetactivismeWael Ghonim (30, Egypte) is een ICT-ingenieur en marketing manager bij Google Midden Oosten en Noord-Afrika. Facebook was zijn voornaamste middel, hij maakte pagina’s waarin hij democratie promootte en mensen opriep tot protest in Caïro. Zijn arrestatie leidde tot heel wat commotie, na een kleine twee weken werd hij vrijgelaten en als een held onthaald. Ghonim stelt zelf dat de slachtoffers en de demonstranten de echte helden zijn en dat hijzelf hooguit een beetje heeft geholpen.

Avaaz.org is een online gemeenschap die mensen van over de hele wereld oproept om hun stem te laten horen in de besluitvor-ming. Met meer dan acht miljoen leden, kan deze stem behoorlijk luid klinken. Avaaz verzamelde bijvoorbeeld 800.000 voorstan-ders voor een no-fl y zone in Libië. Enkele dagen later was dit doel bereikt.

Tarak Mekki (53, Tunesië) is een zakenman en politiek fi guur. Hij sprak zich online uit tegen ex-president Ben Ali en postte op zijn website een alternatieve presidentiële campagne. Ook produ-ceert hij komische sketches waarin hij het vroegere regime bela-chelijk maakt. Zijn speeches worden onder andere uitgezonden via Youtube.

In Tunesië kraakte de overheid blogs en e-mail-adressen en werd alles wat tegendraads klonk, verwijderd. Tijdens de opstanden in Egypte werd een Facebooker opgepakt. De beelden van zijn vrijlating gingen de wereld rond (zie kader). Organisaties als Amnesty International en Human Rights Watch doen er gelukkig alles aan om dit soort arrestaties aan te vechten, maar de weg is nog lang…�

reCept met respeCtTekst en Recept: Koen Huysmans — Foto: Karolien Berger

�7Verrekijkers

H eb je tijdens de examens nood aan een gezonde boost? Er zijn twee mogelijkheden. Of je gaat terug naar

Hotel Mama en geniet van vers klaargemaakt eten op vaste tijdstippen. Of je kiest voor de rust op je kot en gaat zelf op zoek naar voedzame alterna-tieven. Het onderstaande recept is in een mum van tijd klaar en garandeert je talloze uren blok-succes! Zit je toch thuis? Laat je familie dan mee-genieten van deze heerlijke hamburger!

Bereidingswijze:

Snij de maïskorrels los van de harde kern of laat een blikje maïs uitlekken. Doe de maïs samen met het ei, de bloem, peper, zout en verse kori-ander in een blender en mix alles tot een papje. Als je geen blender hebt, dan kan je het mengsel in een beker met de staafmixer fijnmalen. Smelt een beetje boter in een pan en schep de maïs-mengeling in een hoopje van een centimeter dik. Laat dit een paar minuten bakken totdat het ste-vig genoeg is om om te draaien. Bak het vervol-gens langs de andere kant.

Halveer ondertussen een avocado, haal de pit er uit en schep hem uit de schil. Prak dit fijn met een vork en meng er de olijfolie, citroen-sap en blokjes tomaat onder, kruid af met peper en zout.

Schep de avocadopuree tussen het turks brood, leg er sla en de groentenburger tussen en strooi er nog wat fijn gesneden ajuin over.

Op nog geen tien minuten heb je een gezonde en heerlijke groenteburger klaar. Smakelijk!

Ingrediënten:

1 stronk maïs (of een blikje maïs)1 ei1 eetlepel bloemVerse korianderPeper en zoutKlontje boterHalf turks broodPaar blaadjes slaEen halve rijpe avocado1 eetlepel olijfolieBeetje citroen- of limoensap1 tomaat1 ajuin

een heerlijKegroenteburger met avoCado

OB

4731

6

SCHRIJF JE IN OP ONZE NIEUWSBRIEF VIAWWW.MO.BE

VOLG ONS OP FACEBOOK VIAWWW.FACEBOOK.COM/MONDIAALNIEUWS

VOLG ONS OP TWITTER VIAWWW.TWITTER.COM/MONDIAALNIEUWS

NIEUWS I OPINIE I ACHTERGROND

MONDIAAL NIEUWS MET INZICHT

WWW.MO.BE

OB47518_MO_A4.indd 1 04/02/11 11:37

certified PDF