Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij...

40
Verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren Henk Lindeman Henk van Woudenberg

Transcript of Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij...

Page 1: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

Verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Henk LindemanHenk van Woudenberg

lereninspireren

Page 2: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

Deze publicatie is ontwikkeld door APS voor ondersteuning van het regulier en speciaal onderwijs

in opdracht van het Ministerie van OCW. APS vervult op het gebied van R&D een scharnierfunctie

tussen wetenschap en onderwijsveld.

Het is toegestaan om, in het kader van een educatieve doelstelling, niet bewerkte en niet te

bewerken (delen van) teksten uit deze publicatie te gebruiken, zodanig dat de intentie en aard van

het werk niet worden aangetast. Het is toegestaan om het werk in het kader van educatieve doel-

stellingen te verveelvoudigen, op te slaan in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar te

maken in enige vorm, zoals elektronisch, mechanisch of door fotokopieën.

Bronvermelding is in alle gevallen vereist en dient als volgt plaats te vinden:

Bron: Henk Lindeman, Henk van Woudenberg. Verbinden van buitenschools leren met binnen-

schools leren. Utrecht: APS, in opdracht van het Ministerie van OCW.

ColofonTitel Verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Auteurs Henk Lindeman, Henk van Woudenberg

Projectgroep Iko Doeland (projectleider), Dimph Rubens, At Stuurman,

Hans Werkman en beide auteurs

Vormgeving APS

Druk Drukkerij Ten Brink, Meppel

Bestelnummer 962043

Bestellen Deze brochure is te bestellen bij BDC Meppel,

tel.: 0522 - 237555. Bestellen kan ook via www.aps.nl.

© APS Utrecht, 2011

APS is een toonaangevend onderwijsadviesbureau op het gebied van leren, onderwijsvormgeving, schoolontwikkeling en leiderschap. Via advies, training, coaching en projectleiding werken we met docenten en leidinggevenden aan duurzame vernieuwing.Onze aanpak is geënt op wetenschappelijke inzichten, deelname aan innovatieprojecten en ervaring in de praktijk van alledag. We werken met 120 trainers/adviseurs.

Page 3: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

3InLeIDIng

Inleiding

Deze publicatie gaat over binnenschools en buitenschools leren. Hierover bestaan verschillende opvattingen in het land. De ene docent begint met het aanleren van kennis en laat die vervolgens toepassen buiten de klas. De ander is ervan overtuigd dat het bij het verbinden van binnenschools en buitenschools leren gaat om het voortborduren op wat de leerling al weet. Beide invalshoeken zijn waardevol en sluiten elkaar zeker niet uit.

TestHoe denk jij over binnenschools en buitenschools leren? Doe de test op pagina 7.

Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke visie heb je als school op buitenschools leren? Wij bieden instrumenten aan en geven tips om bestaande praktijk te verbeteren. We willen lezers op nieuwe ideeën brengen en hun kennis over het onderwerp uitbreiden, zodat zij in hun lessen een nieuwe vorm van ver-binding tussen binnenschools en buitenschools leren inzetten.Het is onze overtuiging dat, wanneer de kwaliteit van die verbinding groot is, dit het leren zal verdiepen.

Leeswijzer1. Het boek start met een aantal begrippen in het kader van buitenschools

leren. De begrippen kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten en competenties; leerprocessen weergegeven in de piramide van Miller; for-meel, informeel, non-formeel en semi-formeel leren; leren naar aanlei-ding van, leren over en leren aan.

2. In het tweede deel van het boek geven we onze visie op binnenschools en buitenschools leren. De Lemniscaat staat hierbij centraal. Vervolgens nodigen wij u uit om een eigen visie op dit thema te ontwikkelen.

3. In het derde en laatste deel werken we methodieken uit die elke docent kan gebruiken bij het verbinden van binnenschools en buitenschools

Page 4: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

leren. Het gaat daarbij om de twee manieren om te verbinden, anticipe-ren en reflecteren.

Veel plezier bij het lezen.

namens de projectgroep leren buiten school van APS,Henk Lindeman &Henk van Woudenberg

4 VeRBInDen VAn BUITenSCHOOLS LeRen MeT BInnenSCHOOLS LeRen

Page 5: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

5InHOUD

Inhoud

Test je opvatting over buitenschools leren 7

Begrippen 91. Begrippen 11 Kennis, vaardigheden, kwaliteiten en competenties in schema 11 Kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten en competenties 11 De piramide van Miller 12 Leren doe je niet alleen in de klas 13 Leren naar aanleiding van, leren over en leren aan 15

2. Onze visie op binnenschools en 19 buitenschools leren 19 De Lemniscaat 19 Verbinden 19 Dieper leren vraagt om voorkennis activeren en kennis gebruiken 21 Motieven voor verbinden van binnenschools en buitenschools leren 21 Van buiten naar binnen 22 Van binnen naar buiten 24 Besluit waar je in je onderwijs op uit bent 26 Buitenschools leren als schoolbeleid 27

3. Instrumenten 31 Stappenplan voor activeren voorkennis 31 Voorkennis activeren: het woordenweb 31 Wat drijft mij? (niveaus van bewustzijn) 33 Doorvragen bij reflectie 35 Reflectie via Johari venster 36 Wat ik nog niet wist van mezelf 36 Criteriumgericht interview met STARRT-methode 37 Opdracht geven: volledige instructie 38 In de klas reflecteren op opgedane ervaringen 39

Page 6: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke
Page 7: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

7TeST Je OPVATTIng OVeR BUITenSCHOOLS LeRen

Test je opvatting over buitenschools leren

Het is aardig om aan het begin van dit boekje de eigen opvattingen over binnen- en buitenschools leren te onderzoeken. De test leidt niet tot een conclusie over die opvattingen, maar is bedoeld om je opvattingen scherp te krijgen. Bij het lezen van het boekje ontdek je of die opvatting je helpt bij het verbinden van binnenschools en buitenschools leren of dat het je hindert.

Hieronder schetsen we een aantal opvattingen. Deze zijn steeds geformu-leerd in twee uitersten. Bedenk steeds: kies ik meer voor A of meer voor B?

Impliciete kennisA: Kennis sla je op en op het moment dat je het moet toepassen, boor je het

vanzelf aan.B: Als je kennis niet nu leert toepassen, zal je er niets aan hebben.

Wat je bijblijftA: Je leert wat op jou persoonlijk indruk maakt.B: Je leert wat belangrijk is van de vakinhoud.

Algemene vormingA: Algemeen vorming verrijkt je leven. B: Algemene vorming is nutteloos.

Echt lerenA: Leerlingen leren pas als ze gemotiveerd zijn, er aan toe zijn en het willen

weten.B: Leerlingen leren wanneer het programma dat aangeeft.

LeukA: Hoe leuker het onderwijs, des te beter wordt er geleerd.B: Of het onderwijs leuk is, maakt niet uit voor de kwaliteit van het leren.

Abstract en praktischA: Je begrijpt een abstract begrip pas wanneer je het kan koppelen aan een

praktische ervaring.

Page 8: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

8 VeRBInDen VAn BUITenSCHOOLS LeRen MeT BInnenSCHOOLS LeRen

B: Je begrijpt een abstract begrip als je het theoretisch kan omschrijven.

LeerstijlenA: Bij het lesgeven moet je altijd rekening houden met de verschillende

leerstijlen van leerlingenB: De leerling koppelt het aanbod zelf aan zijn leerstijl.

Talen lerenA: Je leert eerst de theorie of grammatica en daarna pas je het toe.B: Je leert door te doen.

ToetsenA: Je leert voor een toets en daarna vergeet je het.B: Je leert omdat het interessant is.

Beklijven A: Je leert het globaal om je te kunnen redden.B: Je leert om het heel precies te kennen.

Organisatie IA: De buitenwereld binnenhalen krijg je niet georganiseerd.B: De buitenwereld binnenhalen kan altijd en overal.

Organisatie IIA: Buiten de school leren is lastig te organiseren.B: Buiten de school leren kan altijd en overal.

ToepassenA: Wat je op school leert, hoef je niet te kunnen toepassen in de buitenwereld.B: Wat je op school leert, moet je kunnen toepassen in de buitenwereld.

PendelenA: Buiten en binnen school verbinden doe je met een goed buitenschools project. B: Buiten en binnen school verbinden doe je door steeds heen en weer te gaan.

VakintegratieA: Buiten en binnen school verbinden doe je per vak.B: Buiten en binnen school verbinden gaat het best met een aantal vakken

samen.

Page 9: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

9De werelD is niet van ons, De kinDeren hebben Die aan ons geleenD

Deel 1Begrippen

Page 10: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke
Page 11: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

11BegRIPPen

1. Begrippen

Kennis, vaardigheden, kwaliteiten en competenties in schema

Kennis Vaardig-heden

Kwaliteiten competen-ties

gaat over Wat weet ik? Wat kan ik? Wie ben ik? Ik doe dit (in een context) en ik weet waarom

Zichtbaar maken door

Toetsen Leerlijnen Ontwikkel-lijnen

Competen-tielijnen

Feedback Beoordelen Reflecteren en beoorde-len

Reflecteren Assessment

Voorbeeld uit het verkeer

Verkeers-regels

Besturen Anticiperen Autorijden

Kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten en competenties

Zodra er gesproken wordt over binnenschools en buitenschools leren gaat het over kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten en competenties. Ligt de nadruk bij de stage op het ontwikkelen van competenties? Staan in de projecten op onze school vakoverstijgende vaardigheden als presenteren, onderzoeken en informatie verwerken centraal of moeten de projecten een verlengstuk zijn van de vaklessen en staat vakkennis centraal? De meeste gesprekken over deze kennis, vaardigheden, persoonlijke kwalitei-ten en competenties leiden tot enorme misverstanden omdat iedereen wat anders verstaat onder die begrippen. Wat het extra lastig maakt is dat deze

Page 12: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

12 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

begrippen nog wel eens door elkaar worden gebruikt. Daarom is het verstan-dig om op je eigen school met elkaar dezelfde taal te spreken.

Hieronder geven wij onze beschrijvingen zoals wij die ook in dit boek hanteren.

• Bij kennis gaat het erom wat je weet: wat je kent. • Bij vaardigheden gaat het erom hoe je iets doet: wat je kunt.• Bij persoonlijke kwaliteiten gaat het om persoonlijke eigenschappen: wie

je bent. • Bij competenties gaat het erom dat je goed handelt in die situatie: je

bent een goede …

Competenties zijn op te vatten als het geheel van kennis, vaardigheden en persoonlijke kwaliteiten, die je inzet in een bepaalde situatie. Anders gezegd: competent zijn betekent: ik doe dit en ik weet waarom.

De piramide van Miller

In het model van de gekantelde piramide van Miller wordt voor het bin-nenschools en buitenschools leren ingezoomd op de diverse leerprocessen, namelijk die van het verwerven van (vak)kennis, (vak)vaardigheden, routines en competenties. Het idee van dit model is dat je eerst (vak)kennis en (vak)vaardigheden aanleert. Je zet een vaardigheid verschillende keren in zodat je het je eigen maakt. Anders gezegd, toepassen ervan wordt een routine. Denk

LEERARRANGEMENTEN

VAKKENNIs

achtergronden leren

achtergronden kennen

VAKVAAR-DIGhEID

handelingentrainen

handelingendemon-streren

ROuTINEpraktisch

meewerken

toets van portfolio

COMpETENTIEreflectie op keuze

assessment van reflectie

Page 13: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

13BegRIPPen

bijvoorbeeld aan het voeren van een gesprek terwijl je autorijdt. Bij de leerprocessen horen verschillende vormen van toetsing. Bij de meest rechtse vorm van leren in de piramide, de competentie, is er sprake van die-per leren door reflectie.

In de figuur bevindt zich ook een dimensie van binnen naar buiten (van links naar rechts). • Kennis leer je vooral op school.• Vaardigheden kan je op school verbeteren.• Routines ontwikkel je binnen en buiten school. • Competenties leer je door alles te combineren in een context, dat is bijna

altijd buiten de school.

Leren doe je niet alleen in de klas

Formeel – non-formeel - Informeel – Semi-formeel

Binnenschool Buitenschool

Formeel X

non-formeel

X

Informeel X X

Semi-formeel

X X

Page 14: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

14 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

De kern van het denken over buitenschools leren is dat leren binnen en buiten de school gebeurt. De erkenning dat de school niet de enige plaats is waar je kunt leren, maar dat leren iets is dat een primaire menselijke acti-viteit is die gepland en ongepland, bedoeld en onbedoeld, erkend en niet erkend plaatsvindt. Om die verschillen te duiden gebruiken we de vierdeling: formeel, non-formeel, informeel en semi-formeel leren.1

Leren doe je in de klas onder leiding van een docent. Het schoolse leren in de klas wordt ook wel formeel leren genoemd: intentionele en systematische overdracht van kennis en vaardigheden.

Als een leerling naar muziekles gaat of een scheidsrechterscursus volgt is er ook sprake van een intentie om systematisch te leren, maar dan buiten de school: non-formeel leren.

Informeel leren doet zich, min of meer spontaan, voor in contexten die niet expliciet rond leren georganiseerd zijn. Bijvoorbeeld: proefondervindelijk ontdekken dat je huisdieren niet moet knijpen, ruimtelijk inzicht krijgen door hinkelen of nintendo, de beginselen van het koken meekrijgen bij het helpen in de keuken, bij groepsactiviteiten doorkrijgen wat wel en niet soci-aal acceptabel is, beroepsvaardigheden verwerven door op de werkplek van anderen de kunst af te kijken. Het gaat om incidentele en toevallige leerer-varingen. Informeel leren vindt niet alleen buiten de klas plaats, maar ook in de klas leren leerlingen zaken die de docent niet voorzien heeft. Je leert bijvoor-beeld dat sommige leerlingen bij het spieken wel te vertrouwen zijn en ande-ren niet. Je ontdekt dat je sommen maken wel leuk vindt, maar het lezen van teksten niet. Of je leert, zonder dat de docent dat voorzien heeft, hoe je het beste woordjes kunt leren.

Met semi-formeel leren bedoelen wij intentioneel georganiseerd, gestructu-reerd leren dat door de school georganiseerd wordt, maar buiten het klas-sikale leren plaatsvindt. Denk bijvoorbeeld aan stages, de maatschappelijke stage, het doen van onderzoek buiten de klas, prestaties in opdracht van externe opdrachtgevers, vakoverstijgende projecten buiten de klas, excursies

1. Bij deze definiëring hebben wij ons gebaseerd op het artikel 'leren in een kennissamenleving' Onderwijsraad januari 2003.

Page 15: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

15BegRIPPen

en survival weken. Semi-formeel leren speelt zich niet alleen buiten de klas af. Maar ook als de buitenwereld in de klas gehaald wordt, bijvoorbeeld een kunstenaar die iets met de leerlingen gaat maken, een native speaker of een beroepsbeoefenaar die over zijn beroep vertelt.

Kortom, heb je het over buitenschools leren dan kun je het dus hebben over non-formeel, informeel en semi-formeel leren.

Leren naar aanleiding van, leren over en leren aan

Leren naar aanleiding van

Leren over

Leren aan

Page 16: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

16 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Door reflectie en het laten toepassen legt de docent de relatie tussen het buitenschoolse leren en het leren in de klas. Maar ook bij het behandelen van de lesstof kan de docent de koppeling leggen met de kennis die leerlingen buiten de klas hebben opgedaan. We maken hierbij het onderscheid tussen Leren Naar Aanleiding Van, Leren Over en Leren Aan.

Bij Leren Naar Aanleiding Van is een ervaring van een leerling een aanleiding om over een onderwerp wat daarmee samenhangt iets te leren. Het is een aangrijpingspunt of de aanleiding slaat een bruggetje naar de lesstof. Drie voorbeelden:• een leerling is gevallen en dat is aanleiding om het te gaan hebben over

de zwaartekracht; • een leerling werkt in een bedrijf en dat vormt een aanleiding om het te

gaan hebben over de kredietcrisis;• leerlingen lezen van alles over de kredietcrisis en dat is een aanleiding om het

te gaan hebben over de vraag wat een bank voor een burger kan betekenen.Kortom, als docent sla je een brug tussen een opgedane ervaring en de voor-geschreven lesstof (bijvoorbeeld een paragraaf in de lesmethode).

Bij Leren Over vormt de ervaring het onderwerp. Veelal blijkt in deze gevallen dat de informatie in de lesmethode niet voldoet en dat de docent nog andere informatie moet geven. Bijvoorbeeld: • lezen over de kredietcrisis leidt tot leerstof over de kredietcrisis; • vallen en jezelf verwonden leidt tot leren over verwondingen; • werken bij een bank is het aangrijpingspunt om over het functioneren

van een bank te gaan praten.

Tot slot onderscheiden we nog Leren Aan. Bij Leren Aan vormt het object de bron waaraan geleerd wordt. Bijvoorbeeld: door vragen te stellen aan het bankpersoneel leer je hoe een bank werkt.

Deze indeling wekt de suggestie dat al het leren buiten de klas Leren Aan is. niets is minder waar. Tijdens heel wat excursies of bij kleine opdrachten die leerlingen buiten moeten uitvoeren is het Leren naar Aanleiding Van. Bij een winkel kun je de vraag stellen over de relatie vraag en aanbod en dan is het gewoon Leren naar Aanleiding Van, omdat je een beroep doet op kennis die je in de winkel niet nodig hebt. Je kunt ook bij een winkel de vraag stellen welke producten het meest verkocht worden. Dan is het Leren Aan.

Page 17: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

Deel 2Onze visie op binnenschools en buitenschools leren

Page 18: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke
Page 19: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

19OnZe VISIe OP BInnenSCHOOLS en BUITenSCHOOLS LeRen

2. Onze visie op binnenschools en buitenschools leren

De Lemniscaat

De Lemniscaat van Binnen- en Buitenschool lerenDit lemniscaat verbeeldt dat wanneer er een voordurende verbinding tussen binnen- en buitenschoolse leren plaatsvindt er dieper geleerd wordt.

Verbinden

er is steeds meer erkenning voor de waarde van het buitenschools leren. Scholen doen er ook steeds meer mee. Denk aan excursies, beroepsvoorbe-reidende of maatschappelijke stages, veldwerk, theaterbezoek, enz. Hierbij leren leerlingen vaardigheden en ontwikkelen zij competenties. Het leren van vakkennis gebeurt echter nog vooral binnen de klas. Zo is er een grote splitsing ontstaan tussen het leren van vakkennis in de klas en het leren van vaardigheden en competenties buiten de school. Die splitsing is in onze ogen een gemiste kans. Wij pleiten ervoor om juist de verbinding te leggen tussen het binnenschools en buitenschools leren, voor zowel kennis, vaar-digheden als competenties.

De vakkennis die aangeboden wordt op school is kennis die voor de docent zinvol is. Het is nodig voor het behalen van het eindexamen. Deskundigen

AnticiperenReflecterenVan binnenNaar buiten

Van buitenNaar binnen

Page 20: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

20 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

hebben de vakkennis vertaald in een lesmethode. Hierdoor wordt de kennis veelal geïsoleerd aangeboden. Het voordeel hiervan is dat de leerling de kern snel leert. Helaas blijft deze kennis voor de leerling abstract en zijn er weinig raakvlakken met het alledaagse leven. Voor de leerling is kennis die hij buiten de school opdoet veelal betekenis-voller dan de kennis uit lesmethodes. er kleven echter ook nadelen aan. De leerling is zich lang niet altijd bewust dat hij zich die kennis eigen heeft gemaakt. Hij zet die kennis alleen in die specifieke situatie in waarin hij die kennis opgedaan heeft en niet breder of in een andere context.

echt leren of dieper leren ontstaat wanneer de schoolse kennis verbonden wordt met de buitenschoolse werkelijkheid en omgekeerd. De figuur van de lemniscaat geeft deze visie weer. De lemniscaat verbeeldt het verbinden van binnenschools en buitenschools leren. Het is dan nodig om op de buitenschoolse ervaring te reflecteren. en het is nodig om tijdens het binnenschools leren te anticiperen op de buitenschoolse situaties. Door binnen en buiten goed te verbinden verdiept het leren.

Je kunt op verschillende plekken de lemniscaat instappen. Je kunt beginnen met het behandelen van theorie en vervolgens de leerling vragen dit buiten de school te herkennen. Omgekeerd, de leerling doet allerlei ervaringen bui-ten de school op, die vervolgens het startpunt vormen voor de les in de klas. een aantal voorbeelden:• de beschrijving van een uiterwaard krijgt meer betekenis en zeggings-

kracht als de leerling tijdens een excursie een uiterwaard ziet;• het gamen van een engels spel is een mooi begin voor schrijfvaardigheid

engels; • een maaltijd koken in het praktijklokaal is een goede opmaat voor koken

in een instellingskeuken;• het uitrekenen van de oppervlakte van het schoolplein beklijft meer dan

die van een figuur uit de lesmethode.

Het zwaartepunt van de lemniscaat is het kruispunt. Op het kruispunt wordt de verbinding gelegd tussen binnenschools en buitenschools leren. Dit is het punt waar reflectie door de leerling plaatsvindt. De docent helpt de leerling bij het maken van de vertaalslag van buiten naar binnen en het benutten van opgedane ervaringen. In de andere richting laat de docent de leerling antici-peren op de buitenschoolse situatie. Het gaat om het toepasbaar maken van

Page 21: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

21OnZe VISIe OP BInnenSCHOOLS en BUITenSCHOOLS LeRen

kennis en het voorbereiden van leerlingen bij het inzetten van vaardigheden en competenties buiten de school. Het is van belang dat de docent van tevo-ren besluit waarop hij het accent legt: op kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten en/of competenties.

Dieper leren vraagt om voorkennis activeren en kennis gebruiken

OnthoudenLeeractiviteiten gericht op herinneren en onthouden van aangebo-den informatie.

BegrijpenLeerlingen kunnen leerstof in eigen woorden weergeven. Het gaat ook om samenhang tussen gegevens.

IntegrerenLeerlingen halen bestaande kennis (voorkennis) op en activeren dit door nieuw verworven kennis te verbinden met al aanwezige kennis.

gebruikenLeerlingen zó laten leren doordat ze geleerde kennis in nieuwe onbekende situaties kunnen gebruiken.

Motieven voor verbinden van binnenschools en buiten-schools leren

Dieper lerenLeren vraagt om kennis onthouden, kennis begrijpen, kennis integreren en kennis toepassen. Bij kennis onthouden kunnen leerlingen kennis letterlijk reproduceren. Kennis begrijpen gaat een stap verder. Het betekent dat leer-lingen iets in eigen woorden kunnen uitleggen. Hiervoor hebben zij voor-beelden nodig die de leerlingen buiten de school gezien hebben. Kennis inte-greren vraagt om koppeling van nieuwe kennis aan voorkennis. Veelal gaat het om kennis die leerlingen buiten de school opgedaan hebben. Tot slot laat je leerlingen kennis toepassen. Indien je kennis niet regelmatig gebruikt, raak je deze snel weer kwijt. Kennis die je kunt koppelen aan levensechte ervaringen krijgt meer betekenis en beklijft daardoor beter. Kortom, buitenschools leren leidt tot dieper leren.

Page 22: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

22 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

24/7Leerlingen zijn 24 uur per dag en zeven dagen per week rechtstreeks of via media met anderen verbonden. Ook dit is een bron van leren. een belangrijke uitdaging voor scholen is om de leefwereld van jongeren in te zetten in de school; om hen te motiveren, de lesstof betekenis te geven en bij leerlingen eigen verantwoordelijkheid te ontwikkelen. Kortom, buitenschools leren zet je in om binnenschools leren krachtiger, effectiever en efficiënter te maken.

persoonlijke ontwikkelingLeerlingen zijn in een fase van hun leven waarin ze zichzelf steeds beter leren kennen. In de klas, maar ook in buitenschoolse situaties komen ze zichzelf op veel manieren tegen. Door reflectie kun je leerlingen bewust maken van hun persoonlijke kwaliteiten. Dit is een belangrijk onderdeel bin-nen (levens)loopbaanleren.Kortom, buitenschools leren zet je in om leerlingen hun persoonlijke kwali-teiten te laten ontdekken en verder te ontwikkelen.

Competenties ontwikkelenAlle eindtermen van vmbo onderwijs bevatten beroepsgerichte competenties als onderdeel van het curriculum. Deze vragen om oefening buiten de school en reflectie daarop in de school. Bijvoorbeeld: het organiseren van iets, het maken van een planning, het omgaan met klanten, improviseren en onder-nemerschap. naast beroepscompetenties wil de overheid leerlingen laten werken aan burgerschapscompetenties. Dit vraagt om leren buiten de school. Kortom, buitenschools leren is nodig om (burgerschaps)competenties te kunnen ontwikkelen.

Van buiten naar binnen

Page 23: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

23OnZe VISIe OP BInnenSCHOOLS en BUITenSCHOOLS LeRen

De leerling legt op initiatief van de docent verbinding tussen buitenschoolse ervaringen en binnenschools leren. De docent helpt de leerling daarbij door:• activeren van voorkennis;• doorontwikkelen van opgedane vaardigheden;• laten reflecteren op persoonlijke kwaliteiten. Voorkennis activerenDe leerling doet buiten de school kennis, ervaringen of indrukken op waar-aan de docent op school kennis koppelt. Soms is het leren door de school georganiseerd zoals tijdens een project, stage of prestatie. Maar ook los van de school doet de leerling-bedoeld en onbedoeld-kennis en ervaring op. Denk aan al pratend met vrienden, tijdens vakanties, via internet en online gaming, op de sportclub, tijdens bijbaantjes en tijdens het uitgaan. Zijn de buitenschoolse ervaringen het startpunt, dan kan de docent inventa-riseren welke ervaringen leerlingen al hebben en wat ze al weten; de docent activeert de voorkennis die de leerlingen buiten de school hebben opgedaan. Leerlingen kunnen ook zelf de kennis en ervaringen die ze buiten de school hebben opgedaan op waarde schatten en inbrengen. Hulpmiddelen hierbij zijn onder andere woordenweb en mindmanager (zie deel 3). Deze inventari-satie vormt het startpunt voor nieuwe informatie.

Vaardigheden verder ontwikkelenBuiten de school maakt de leerling zich allerhande vaardigheden eigen. De leerling kan met de computer omgaan, vakken vullen in de supermarkt, klan-ten te woord staan bij een stage, een training geven op de sportclub of al enigszins engels communiceren tijdens een internetgame. Vaardigheden die de leerling geleerd heeft in een bepaalde context, maar die ook bruikbaar zijn in een andere context. De docent kan de opgedane ervaringen gebruiken om te reflecteren met leerlingen en in dialoog met de leerlingen de ervarin-gen te verdiepen. De buitenschoolse ervaringen vormen het startpunt om op school deze vaardigheden verder te ontwikkelen. Het is daarbij wel zaak dat de docent en de leerling samen op zoek gaan naar vaardigheden die voor de school van belang zijn.

Reflecteren op persoonlijke kwaliteitennaast deze inhoudelijke kennis en vaardigheden doet de leerling ook allerlei kennis over zichzelf op. Veelal gaat het hier om persoonlijke kwaliteiten. De docent reflecteert samen met de leerling wat de leerling gedaan heeft en wat

Page 24: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

24 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

dit over de leerling zegt. De docent gaat in dat geval met de leerling na wat zijn drijfveren zijn en hoe de leerling zich in een bepaalde situatie gedragen heeft. In deel 3 bespreken we instrumenten die je hiervoor kunt gebruiken: de niveaus van bewustzijn en het Johari venster.

Tot slot: Zet de leerling de nieuwe kennis of vaardigheid die hij op school verkregen heeft daarna weer in buiten de school, dan doorloopt hij de gehele lemniscaat. Dit geldt ook als de leerling zichzelf door reflectie beter heeft leren kennen en hij deze wetenschap in een nieuwe buitenschoolse situ-atie inzet. In beide gevallen anticipeert de leerling op de (nieuwe) buiten-schoolse situatie.

Van binnen naar buiten

De leerling anticipeert samen met de docent op wat hem te wachten staat als hij de op school opgedane kennis en ervaringen buiten de school gaat gebruiken of toepassen. Bijvoorbeeld: bij het leren schrijven van een brief wordt de koppeling gelegd met solliciteren.

Wat kan een docent nog meer doen om de theorie te koppelen met buiten?

Opdrachten gevenDe docent kan een (huiswerk -)opdracht geven om het geleerde buiten de school toe te passen. De instructie van de opdracht moet helder en volledig zijn daar de leerling de opdracht zelfstandig moet kunnen uitvoeren. De docent behandelt eerst de theorie op school. Hij helpt de leerling te antici-peren op de buitenschoolse situatie. Vervolgens past de leerling de theorie

Page 25: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

25OnZe VISIe OP BInnenSCHOOLS en BUITenSCHOOLS LeRen

toe in de nieuwe, buitenschoolse situatie. een docent kan ook kiezen voor vakoverstijgende projecten. De leerling oefent dan in de binnenschoolse situatie bepaalde vaardigheden. Denk aan informatie verzamelen en verwerken, interviewen of presenteren. Vanuit het binnenschools onderwijs wordt de leerling voorbereid op het inzetten van de vaardigheden in de buitenschoolse situatie.

stagevoorbereidingDe docent kan zijn leerlingen in de klas voorbereiden op wat zij buiten de klas gaan ervaren. Laat de leerlingen een voorspelling doen van wat zij denken te zullen zien of mee te maken. Bovendien kan de docent een situatie alvast ‘droog’ voorspelen of oefenen. “Ik ben een klant en jij bent caissière. Ik ben boos omdat … Hoe reageer jij?” De docent kan ook voordoen wat gewenst gedrag is, meerdere voorbeelden beschrijven en leerlingen met elkaar laten oefenen. Dit kan ter voorbereiding op een beroepsgerichte stage, maar ook op de maatschappelijke stage.

Competenties ontwikkelenIn de klas lijkt de leerling een vaardigheid te beheersen. Het kan zijn dat diezelfde leerling door zenuwen, afleidende geluiden of andere indrukken er in een buitenschoolse situatie niets van bakt. Misschien is deze uitspraak van een leerling illustratief voor het probleem van de transfer in de nieuwe situatie: “Mevrouw, ik kan wel engels praten in het klaslokaal, maar in het taaldorp engels kan ik het niet. Hoef ik dan niet naar het taaldorp?”De docent kan de leerling hierbij helpen door de vaardigheid te conceptua-liseren. Samen gaan zij na wat er anders is aan het uitvoeren van de vaar-digheid in een buitenschoolse situatie in plaats van in de schoolse situatie.Bij competentiegericht onderwijs speelt de buitenschoolse context een belangrijke rol. De leerling wordt in spannende, authentieke contexten gebracht waarin van alles tegelijkertijd gebeurt en aanwezig is. De leerling kan de lemniscaat linksom of rechtsom doorlopen. Kennis wordt op school aangedragen. De leerling anticipeert en gebruikt het in de buitenschoolse situatie. Andersom, kennis en ervaring die de leerling buitenschools opge-daan heeft, wordt na reflectie binnenschools verdiept. Hierbij kan de leerling gebruikmaken van de methode ‘360 graden feedback’. Ook kan de docent met de leerling het gesprek aangaan over zijn drijfveren, vaardigheden en gedrag in een bepaalde (buitenschoolse) situatie. Hierbij zijn de niveaus van bewustzijn (Korthagen) en het Johari venster in te zetten (zie deel 3).

Page 26: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

26 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Besluit waar je in je onderwijs op uit bent

Waar streef je naar met leren buiten de school? naar het aanleren van kennis, vaardigheden, persoonlijke kwaliteiten of competenties? Bepaal je hierbij als docent de leerroute of laat je de leerling zelf een aanpak bepalen?

Kennis kun je zowel op school als buiten de school opdoen. Het is zaak om binnenschoolse kennis te koppelen aan kennis waarover de leerling al beschikt of om deze kennis te benutten in de wereld buiten de school. Rup-sen in een boom zijn anders dan rupsen uit het leerboek, een slingerbewe-ging in het lokaal is iets anders dan de slinger van een klok en een stuk tekst in het lesboek is echt iets anders dan een stuk tekst in een krant.

Vaardigheden kun je heel goed trainen op school, maar ook oefenen in de wereld buiten school. De meest gebruikte vorm is dat de docent een vaardig-heid voordoet en de leerling deze nadoet in de klas. De leerling anticipeert hiermee op de buitenschoolse situatie. een vervolgstap is dat het geleerde toegepast wordt in de buitenschoolse werkelijkheid (wat helaas lang niet altijd gebeurt).

Is het doel van je onderwijs het ontwikkelen van competenties, dan toont de piramide van Miller (zie deel 1) dat dit alleen buitenschools kan. De leerling moet ondergedompeld worden en onder begeleiding leren hoe hij zich com-petent kan gedragen: welke kennis moet hij inzetten, welke vaardigheden en hoe moet hij daar persoonlijk mee omgaan? naast instructie speelt reflectie met de coach/mentor/begeleider een belangrijke rol. Hierbij staat centraal wat de leerling gedaan heeft, waarom hij het zo gedaan heeft en waarin hij zich nog verder moet bekwamen. Hierna volgt de verdiepende fase. De leer-ling gaat actief op zoek naar antwoorden op vragen die tijdens de reflectie naar boven kwamen. Pas dan vindt er verankering plaats.In feite ben je als docent voortdurend bezig op het kruispunt van de lem-niscaat. Vaardigheden kan de leerling op school oefenen en vervolgens in een buitenschoolse situatie toepassen. Andersom kan ook. De leerling doet eerst maar wat buiten de school, reflecteert daarop, stelt zijn handelen bij en past de vaardigheid vervolgens beter toe in een nieuwe buitenschoolse situatie. In dat geval doorloopt de leerling de lemniscaat van rechtsonder naar rechtsboven.

Page 27: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

27OnZe VISIe OP BInnenSCHOOLS en BUITenSCHOOLS LeRen

Buitenschools leren als schoolbeleid

een school kan kiezen voor incidenteel buitenschools leren. Het hangt dan van de individuele docent af wat er gebeurt. De school kan er ook voor kiezen om beleidsmatig met het buitenschools leren aan de gang te gaan. Hiertoe moet de school eerst vijf vragen beantwoorden.

1. Waartoe kiest de school voor buitenschools leren?a. Buitenschools leren motiveert leerlingen.b. Buitenschools leren verdiept leren.c. Leerlingen kunnen buiten de school vaardigheden oefenen.d. Leerlingen worden zich bewust van persoonlijke kwaliteiten en kun-

nen deze verder ontwikkelen.

Ieder motief vraagt om een andere invulling van buitenschools leren, voor-bereiding en verwerking ervan in de klas.

2. Wat is de frequentie van buitenschools leren? a. Het gebeurt zo af en toe in vakken of in projecten.b. Leerlingen gaan regelmatig tijdens de vakken en projecten naar buiten.c. Leerlingen leren zeer frequent buiten de school.d. Buitenschoolse activiteiten zijn systematisch in het programma ingebracht.

Voor incidentele activiteiten hoef je niet veel te organiseren. De docent houdt zelf het overzicht. Vindt buitenschools leren regelmatig en met veel leerlingen plaats, dan vraagt dit wel een organisatie en administratie. De school kan er ook voor kiezen om te beginnen met een aantal experimenten. Het is dan wel zaak om vooraf af te spreken hoe je deze experimenten evalu-eert en hoe je bij het vervolg meer docenten kunt betrekken. Ons advies luidt: start met enkele enthousiaste docenten onder leiding van een enthousiaste schoolleider, evalueer dit, pas aan en breid het uit.

3. Wat is de kwaliteit van het buitenschools leren? Wat gebeurt er vooraf, tijdens en achteraf, zodat buitenschools leren ook echt leren is en niet verwordt tot louter leuk bezig zijn?

In dat kader is het ook belangrijk om vast te leggen hoe de docent de acti-viteiten van de leerling beoordeelt en zijn vooruitgang vastlegt. Als leer-lingen het gevoel krijgen dat ze niets leren, werkt dat zeer demotiverend.

Page 28: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

28 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

4. Hoe regel je de inzet van docenten en schoolleiding? Wie is waar verant-woordelijk voor en wie doet wat en wanneer? Hoe maakt dit deel uit van het taakbeleid?

5. Hoe betrek je leerlingen bij het buitenschools leren? Hoe laat je hen ini-tiatieven nemen voor buitenschools leren?

6. Hoe maak je zichtbaar dat buitenschools leren ertoe doet. Hoe beloon je het? a. Zit het in het rooster? b. Is er compensatie, bijvoorbeeld in studiepunten? c. Is het zichtbaar in het portfolio? d. Krijgt het een plek op het rapport?

Page 29: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

29De werelD is niet van ons, De kinDeren hebben Die aan ons geleenD

Deel 3Instrumenten

Page 30: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke
Page 31: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

31InSTRUMenTen

3. Instrumenten

stappenplan voor activeren voorkennis

er zijn diverse mogelijkheden voor het activeren van voorkennis. Bijvoor-beeld via een onderwijsleergesprek of de driestappenmethode. In beide gevallen start het met een gerichte vraag van de docent.

Stap 1: De docent stelt vragen als “Wat weet je van …?” en “Welke ervarin-gen met … heb je?”. De leerling schrijft zijn kennis of zijn ervaringen op.

Stap 2: De leerlingen wisselen in tweetallen hun kennis en/of ervaringen uit. Dit kan mondeling of via een schrijfronde. De leerling vult de kennis of ervaringen bij de andere aan. een uitwisseling met een andere leerling roept nog veel meer associaties op dan als een leerling alleen zit.Deze uitwisseling zal ertoe leiden dat leerlingen meer weten dan ze aanvan-kelijk dachten.

Stap 3: Klassikaal uitwisselen van voorkennis en/of ervaringen met daarbij gebruikmaken van verschillende vormen, zoals het woordenweb, een place-mat of gebruikmaken van digitale technieken, zoals het computerprogramma mindmanager.

Voorkennis activeren: het woordenweb

brood

kinderen

gamers

bejaarden

studenten

arbeiders

bo

uw

vakkers

vliegtuigpassagiers

automobilisten

artiest

en

pubers

Page 32: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

32 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

uit: http://leerbeleving.nl/wp-content/uploads/2008/08/imindmap-voorbeeld1.jpg

Page 33: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

33InSTRUMenTen

een veelgebruikte werkvorm om voorkennis te activeren is de woordenspin of het woordenweb. Centraal staat het woord waar het om gaat, bijvoorbeeld energie, landbouw, zouten, de Tweede Wereldoorlog of alcoholisme. De leerlingen zetten hun associaties rondom dit woord. Dit is een enkelvoudige woordenspin. Je kunt ook weer gaan associëren bij een woord dat je hebt toegevoegd. Dan ontstaat er een woordenweb. Het kan ook digitaal met een programma als mindmanager.

Woordenweb

Doelen Brainstormen, voorkennis activeren, bestaande kennis ophalen

Stap Docentactiviteit

1. Opdracht elke leerling krijgt de werkvormenkaart en eventueel apart een lege spin. Vertel wat het onderwerp is en laat leerlingen die in de middelste cirkel noteren.Stel de leerling vervolgens de vraag: Wat weet je ervan?

2. noteren in woordenweb

De leerling noteert alles wat hij ervan weet in het woor-denweb.

3. Uitwisselen Laat leerlingen in tweetallen, viertallen uitwisselen of wissel klassikaal uit wat er gebrainstormd is. Mogelijk maak je daarbij een indeling in categorieën.

Wat drijft mij? (niveaus van bewustzijn)

betrokken-heid

identiteit

overtuigingen

competenties

gedrag

omgeving

uit: http://leerbeleving.nl/wp-content/uploads/2008/08/imindmap-voorbeeld1.jpg

Page 34: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

34 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

een leerling kan vinden dat hij in de wieg gelegd is voor een bepaald iets, maar dit hoeft niet altijd te stroken met zijn vaardigheden of er is helemaal geen vraag naar. Het kan ook zijn dat een leerling voor iets gekozen heeft, maar dat gaandeweg blijkt dat dit niet iets is wat de leerling diep van binnen ambieert. Het model van bewustzijnsniveaus kan een docent gebruiken om met de leerling te reflecteren op wat er van hem gevraagd wordt (de omge-ving), wat de leerling kan (competenties) of wat de leerling diep van binnen ambieert (niveau van betrokkenheid).

Niveaus van bewustzijnOmgeving: de nadruk ligt op vertellen van wat er gebeurde, met wie, wan-neer, waar. De verteller legt de oorzaken in het verhaal buiten zichzelf. Veel energie wordt gestoken in het verklaren van hoe iets is ontstaan. Ook mopperen valt hieronder.Gedrag: de nadruk ligt op wat de verteller zelf heeft gedacht en gedaan en welke invloed de verteller zelf heeft uitgeoefend op de situatie. Ook de gedachten over de eigen mogelijke invloed en wat de verteller had kunnen doen om de situatie te beïnvloeden vallen onder gedrag.Competenties: bij de analyse van de eigen invloed komt de verteller op acties die hij had willen uitvoeren, maar die nog niet tot het eigen reper-toire behoren. Dan gaat het om vaardigheden die hij graag zou willen beheersen, om beter greep te krijgen op de situatie en op zichzelf.Overtuigingen: de verteller denkt na over het waarom van het gedrag, de achterliggende normen en waarden. Overtuigingen uiten zich in een herkenbaar patroon dat in verschillende situaties optreedt. Belemmerende overtuigingen kunnen verhinderen dat bestaande vaardigheden worden ingezet.Identiteit: de verteller exploreert hier persoonlijke zingevingvragen. Waarom ben ik hier zo, wat is voor mij de moeite waard, waar bloei ik van, wat daagt mij uit? Dit niveau speelt vaak een rol bij een burn-out en overspannenheid.Betrokkenheid: de verteller legt verbanden met het grotere geheel. Dit is het wijsheidsniveau. De zin van het bestaan, verantwoordelijkheid voor de wereld en de komende generaties, diepgevoelde religieuze of spirituele visies. Dit niveau vraagt vaak aandacht in het kader van een (levens)crisis.

Page 35: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

35InSTRUMenTen

Doorvragen bij reflectie

Doorvragen bij reflectie met behulp van de niveaus van bewustzijn

De bewustzijnsniveaus zijn algemeen en op allerlei situaties toe te passen. Per bewustzijnsniveau geven we hieronder enkele vragen die ingaan op het samenwerken en het werken in teams. Iemand kan zich die vragen zelf stel-len en zo achterhalen hoe hij aankijkt tegen het samenwerken. De teamlei-der, de schoolleiding of een coach kan die vragen ook stellen. Hoe dieper de vragen gaan hoe spannender het gesprek wordt. OmgevingWat gebeurde er precies tijdens dat voorval?Wat gebeurde er op dat moment waardoor jij je … voelt?

GedragWat en hoe deed jij in die situatie?Wat had je willen doen?

CompetentiesWat deed je goed? Welke sterke punten heb jij tijdens je stage van jezelf ontdekt?Wat zou je beter willen kunnen, zodat het team beter functioneert?

OvertuigingenHoe denk je over …? Waar geloof je in?

IdentiteitHoe zie je jouw rol in de organisatie van je stage?Wat voor rol zou je willen spelen?

BetrokkenheidOp welke wijze draagt dat werk bij aan wat jij belangrijk vindt in je leven?In hoeverre is dat werk voor jou betekenisvol?

Page 36: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

36 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Reflectie via Johari venster

Wat ik nog niet wist over mijzelf:

Bekend over mij aan mijzelf

Ja nee

Bekend over mij aan anderen

Ja Open ruimte Blinde vlek

nee Privédomein Onbekend gebied

een ander bruikbaar reflectie-instrument is het Johari venster.De open ruimte is wat je van jezelf weet, maar wat de ander ook over je weet. Wat je eet, of je al dan niet vrolijk bent, of je gemakkelijk vrienden maakt, zijn voor-beelden van de open ruimte. er zijn ook zaken, die je zelf wel weet, maar anderen niet en daar kunnen zaken bij zijn als hoe het toegaat in je familie, hoe je de zondag invult en wat je waarden en normen zijn. Dit alles is het privédomein. Als anderen kenmerken van je zien waar je jezelf niet bewust van bent, reke-nen we dat tot de blinde vlek. Je hebt een blinde vlek voor bijvoorbeeld je brutaliteit, of je geslotenheid of het geringe respect dat je toont voor ande-ren. Het onbekende terrein bevat die zaken die je zelf niet kent en erkent, maar die de ander ook niet van je weet.

Wat ik nog niet wist van mezelf

Het Johari venster kan gebruikt worden als reflectie-instrument bij leerlin-gen, bijvoorbeeld bij een stage. In de klas praat je over de ervaringen en de verwachtingen van leerling en docent. Daar moet de dialoog over gaan. Hiervoor is een klimaat van veiligheid en vertrouwen voorwaardelijk. De leer-lingen moeten zich figuurlijk bloot durven te geven en dit gebeurt alleen als iedereen weet dat er met ervaringen en opvattingen van elkaar respectvol omgaat.De dialoog kan worden toegelicht aan de hand van het Johari-venster (genoemd naar de sociaalpsychologen Joe Luft en Harry Ingham). Het model zet Imago (hoe ziet een ander je?) en Identiteit (hoe zie je jezelf?) tegen elkaar af en toont ook de discrepantie tussen beide perspectieven.

Page 37: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

37InSTRUMenTen

In een veilig klimaat kan de dialoog bewerkstelligen dat de open ruimte groeit en het privédomein en de blinde vlek inkrimpen. Door feed-back te vragen van anderen verschuift ruimte van de blinde vlek naar de open ruimte. Wat jij en de ander gezamenlijk weten van jezelf wordt uit-gebreid. De blinde vlek voor zaken waar jij bij jezelf geen oog voor hebt wordt kleiner, evenals het gebied waar je liever niet over praat, het zoge-naamde privé domein. De docent kan deze dialoog vormgeven door het stel-len van open en gesloten vragen en het doorvragen. Door open te commu-niceren verschuift ruimte van het onbekende gebied naar de open ruimte. Je hoeft echter niet alles blindelings te communiceren. Het kan handig zijn om bepaalde zaken (nog) niet te communiceren, bijvoorbeeld als het gaat om:vertrouwelijke informatie waarbij je niet zeker bent of de ander dit voor zich kan houden, zaken waarvan je inschat dat de ander er niet (goed) overweg mee kan, of als het de ander niet aangaat, bijvoorbeeld het vrijgeven van seksuele geaardheid of geloof tijdens een sollicitatiegesprek.

Criteriumgericht interview met sTARRT-methode

Ook dit instrument kan ingezet worden als reflectie instrument. Het gaat over gedragscriteria. d.w.z. criteria met betrekking tot competent han-delen gedefinieerd in termen van gedrag en bekwaamheden. Uitgangspunt hier-bij is dat gedrag uit het recente verleden, het gedrag in de toekomst voorspelt.

situatieBeschrijf de situatie eens?Wie waren de betrokkenen?Waar speelde het zich af?Waarover ging het precies?Wat was de aanleiding?

TaakWat was je taak in die situatie?Wat was je rol, functie?Wat moest je doen?Wat werd er van je verwacht?Wat was je doel? Wat waren je doelen?Wat was je voornemen? Actieplan?

Page 38: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

38 verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

ActieWat heb je werkelijk gedaan?Hoe heb je het aangepakt?Welke afwegingen hebben daarin op dat moment een rol gespeeld?Wat dacht je? Wat zei je? Wat voelde je? Wat zag je voor je?Wat was precies jouw aandeel of inbreng?

ResultaatWat was het gevolg van de actie bij jou, bij de andere betrokkenen?Wat was het gevolg op de sfeer in de groep, op het proces?Wat was het resultaat, effect van jouw aandeel in die situatie? (Met betre-king tot product en proces, gevoel, positief en negatief.)

ReflectieHoe kijk je erop terug?Welke conclusies trek je hieruit?Wat heb je ervan geleerd?Wat ga je ermee doen?Wat zegt dit over jouw competentie in die situatie?

TransferStel je voor … (alternatieve situatie) … wat zou je dan doen?In hoeverre zie je jezelf dit doen in een situatie waarin …?

Opdracht geven: volledige instructie

Leerlingen die een opdracht krijgen om 'buiten' iets te doen zijn gebaat bij een helder geformuleerde opdracht. Wees concreet over de volgende zes aandachtspunten.

Wat moet je doen?

Waarom moet je het doen?

Hoe moet je het aanpakken?

Hulp, bij wie/waar?

Hoeveel tijd krijg je?

Uitkomst, wat doen we ermee?

Klaar, wat ga je dan doen?

Page 39: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

39InSTRUMenTen

In de klas reflecteren op opgedane ervaringen

Tijdens stages, maar ook tijdens een project, doen leerlingen ervaringen op die leerzaam kunnen zijn. Door gericht op deze ervaringen te reflecteren in de klas kunnen deze ervaringen vele malen benut worden.In buitenschoolse situaties doen de leerlingen praktijkkennis op, veelal in de dagelijkse werkelijkheid. een docent geschiedenis legt bijvoorbeeld de kop-peling met het museumbezoek. een docent kan in zijn lessen de koppeling leggen tussen de opgedane ervaringen in de projecten en de lesstof in de klas. Voorwaarde is wel dat de onderwerpen van de projecten zo gekozen zijn dat de koppeling logisch is. Projecten kunnen een startpunt zijn voor de les-stof die in de klas aan de orde komt. Dit vraagt van de docent de inhoudelijke kennis om de koppeling te leggen, maar ook de vaardigheid om de leerlingen een open vraag te stellen en de antwoorden te benutten bij het verwerken van de lesstof. eigenlijk is het een vorm van reflectie: wat heb je ervaren en wat betekent dat voor wat je nu leert? Terugblikken op andere ervaringen opgedaan tijdens stages, vakanties, baantjes of andere bezigheden en benut-ten tijdens de lessen is dus ook een vorm van reflectie.Reflecteren met een klas vraagt om bepaalde docentvaardigheden. De koppe-ling van non-formeel leren binnen de klas - een laboratoriummedewerker die vertelt over zijn kennis en ervaringen met biologie - met de normale lesstof van het vak biologie vraagt vaardigheden van de docent om reflectie bij leer-lingen op gang te brengen: goede reflectievragen stellen en de antwoorden van leerlingen kanaliseren.

Page 40: Verbinden van buitenschools leren met …...Doe de test op pagina 7. Met deze publicatie willen wij scholen helpen bij het nadenken over wat men wil met buitenschools leren. Welke

Verbinden van buitenschools leren met binnenschools leren

Henk LindemanHenk van Woudenberg

lereninspireren