Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De...

22
TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 1/22 Toetsbeleid@Thomas More Document: Thomas More/AD-OS-Toetsbeleid@Thomas More Datum goedkeuring Versie Datum herziening Plaats informatieportaal Redacteur 2015-03-25 I. Van de Plas Inhoud 1 Waarom een toetsbeleid .......................................................................................... 2 2 Het toetsbeleid@Thomas More ................................................................................. 3 2.1 Toetskader............................................................................................................. 4 Visie op toetsing ..................................................................................................... 4 Pijlers voor toetsing ................................................................................................ 4 Kaders voor toetsen binnen Thomas More .................................................................. 4 2.2 Toetsplan............................................................................................................... 5 Bouwstenen voor een toetsplan ................................................................................ 5 Kwaliteitsborging en toetscommissie ......................................................................... 6 2.3 Toetsschema .......................................................................................................... 7 2.4 Toets & toetsitem ................................................................................................... 8 2.5 Toetsing in 14 stappen .......................................................................................... 11 3 Geraadpleegde literatuur ....................................................................................... 12 4 Begrippenlijst ....................................................................................................... 13

Transcript of Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De...

Page 1: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 1/22

Toetsbeleid@Thomas More

Document: Thomas More/AD-OS-Toetsbeleid@Thomas More

Datum

goedkeuring

Versie Datum herziening Plaats informatieportaal Redacteur

2015-03-25 I. Van de Plas

Inhoud

1 Waarom een toetsbeleid .......................................................................................... 2 2 Het toetsbeleid@Thomas More ................................................................................. 3 2.1 Toetskader ............................................................................................................. 4

Visie op toetsing ..................................................................................................... 4 Pijlers voor toetsing ................................................................................................ 4 Kaders voor toetsen binnen Thomas More .................................................................. 4

2.2 Toetsplan ............................................................................................................... 5 Bouwstenen voor een toetsplan ................................................................................ 5 Kwaliteitsborging en toetscommissie ......................................................................... 6

2.3 Toetsschema .......................................................................................................... 7 2.4 Toets & toetsitem ................................................................................................... 8 2.5 Toetsing in 14 stappen .......................................................................................... 11 3 Geraadpleegde literatuur ....................................................................................... 12 4 Begrippenlijst ....................................................................................................... 13

Page 2: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 2/22

1 Waarom een toetsbeleid

- ‘Een van de kritieke factoren voor goed onderwijs is de kwaliteit van de evaluatie.’ (Castelijns

& e.a., 2011)

- ‘Kwaliteit in toetsen maak je niet alleen, maar je maakt ze wel zelf.’ (Jaspers & van Zijl, 2011)

- ‘Toetsen zijn sturend voor het leerproces, de ontwikkeling van studenten en de optimalisatie

van de kwaliteit van het onderwijs’ (Joosten – ten Brinke, 2011)

- ‘Toetsen zijn een integraal onderdeel van het onderwijs en verdienen daarom net zoveel

aandacht als het geven van onderwijs. Ze mogen niet (letterlijk) het sluitstuk van onderwijs

zijn’ (van Berkel & Bax, 2006).

- ‘De evaluatiepraktijk is een afspiegeling van de visie van de opleiding/docent op wat de

kerntaak van onderwijs is.’

- ‘De evaluatiepraktijk toont aan studenten waar het echt over gaat, wat echt belangrijk is.’

- ‘Tijdens het onderwijsproces worden voortdurend beslissingen genomen ... de vraag is of we

de informatie gebruiken die valide is voor de beslissingen die we nemen.’ (Mien Segers)

- ‘Er is de empirische vaststelling dat studenten zich richten op de heersende toetscultuur (The

tail wags the dog)’ (Dochy & Segers)

Thomas More biedt kwaliteitsvol onderwijs. Kwaliteitsvolle toetsing1 is daarvan een essentieel een

onderdeel. Op basis van de toetsing worden studenten bekwaam verklaard om als beginnend

beroepsbeoefenaar aan de slag te gaan. Opleidingen hebben de verantwoordelijkheid om te zorgen

dat de toetsing betrouwbaar, valide, transparant en efficiënt gebeurt. Een toetsbeleid dat de

uitgangspunten en kaders over toetsing vastlegt, helpt om de kwaliteit van de toetsing te

garanderen. Het toetsbeleid@Thomas More reikt opleidingen hiertoe de kaders en hulpmiddelen aan.

Het toetsbeleid@Thomas More staat niet op zichzelf. Interne ontwikkelingen pleiten voor een Thomas

More-breed toetsbeleid. Missie, visie, strategie, waarden en visie op onderwijs & studenten zetten

hierbij de richting uit.

Studenten kiezen voor Thomas More omdat:

- een Thomas More-diploma een kwaliteitslabel vormt: een afgestudeerde van Thomas More

geldt als iemand die beschikt over een gedegen vakkennis én over attitudes en skills die

nodig zijn in de 21ste eeuw.

- Thomas More een inclusieve community is waarmee studenten en medewerkers zich

identificeren.

Dit realiseren opleidingen binnen Thomas More door:

- inspirator en trendsetter te zijn voor onderwijs.

- in te zetten op persoonlijke groei

- te geloven in het potentieel van onze studenten en hen maximaal uit te dagen.

- een structuur aan te bieden waarin studenten eigenaar zijn van hun leren

- studenten (in hun leerproces) te coachen als toekomstige professionals

- leeromgevingen te creëren die uitgaan uit van de verscheidenheid tussen de studenten.

- in te zetten op het verwerven van sleutelcompetenties voor de toekomst en een stevige

kennisbasis

- het dagelijks didactisch handelen te baseren op resultaten van toegepast

onderwijsonderzoek.

- de effectiviteit van hun onderwijs te bewaken aan de hand van beschikbare en te verzamelen

data.

1 Toetsen en toetsing worden in het vervolg van de tekst gebruikt voor ‘toetsen en beoordelen’. Het omvat het

systematisch verzamelen van informatie over iemands kennis, inzicht, vaardigheden, attitudes en/of

competentieniveau en het geven van een oordeel daarover ten behoeve van het nemen van beslissingen.

Page 3: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 3/22

Daarnaast staat toetsing in het hoger onderwijs volop in de belangstelling door de kwaliteitscontrole

die de NVAO uitvoert via de instellingsreview. In het licht hiervan wil Thomas More krijtlijnen uitzetten

voor een gezamenlijk toetsbeleid.

Het toetsbeleid@Thomas More beoogt:

- het ontwikkelen van een Thomas More-brede visie ten aanzien van toetsen, in lijn met de visie

op onderwijs & studenten.

- het eenduidig hanteren van begrippen en definities met betrekking tot toetsing.

- het bevorderen en borgen van de kwaliteit en het niveau van de toetsing. Thomas More biedt

de garantie dat de waarde/kwaliteit van haar diploma’ s onbetwistbaar is.

- een toetsing die voldoet aan wettelijke regels en afspraken. Het toetsbeleid@Thomas More

gaat verder dan wat in de Onderwijs en Examenregeling (OER) over toetsen staat. Het biedt

opleidingen een houvast in het realiseren van hun vooropgesteld ‘eindniveau’.

- een efficiënt toetsbeleid, waarin optimaal gebruik gemaakt wordt van digitale toetsen. Het

kostenplaatje en organisatorische mogelijkheden zijn echter meebepalend in de keuze van

technologieën en toetsvormen. Het haalbare, het wenselijke en het noodzakelijke worden met

elkaar in overeenstemming gebracht.

2 Het toetsbeleid@Thomas More

Thomas More kiest voor een toetsbeleid dat vorm krijgt op alle niveaus binnen de organisatie.

Het toetsbeleid@Thomas More is een gedeelde verantwoordelijkheid van de hogeschool, de

opleiding en de docenten.

- Thomas More reikt een toetskader aan waarbinnen opleidingen hun toetsbeleid vorm geven.

- De opleiding werkt dit toetskader uit in een toetsplan, dat betrekking heeft op de opleiding

als geheel en op de opleidingsonderdelen binnen de opleiding.

- De docent/het docententeam van een opleidingsonderdeel maakt in lijn met het toetsplan

van de opleiding een toetsschema voor het opleidingsonderdeel.

- De docent/het docententeam ontwikkelt op basis van het toetsschema kwaliteitsvolle

toetsen. Een toets is kwaliteitsvol wanneer elk toetsitem voldoet aan de vooropgestelde

kwaliteitseisen.

Voorwaarden voor slagen van het toetsbeleid

- De ontwikkeling van een toetsbeleid is altijd maatwerk en een continu proces. Het

eigenaarschap ligt bij alle betrokkenen.

- De ontwikkeling van een toetsbeleid vereist een doorleefde visie op onderwijs & studenten.

- Binnen een toetsbeleid is er ruimte voor professionalisering en ondersteuning van

medewerkers en opleidingsteams.

Toetskader

Thomas More

Toetsplan

Opleiding

Toetsschema

Opleidings-onderdeel

Toets(item)

Toets & toetsitem

Page 4: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 4/22

2.1 Toetskader

Thomas More reikt een toetskader aan waarbinnen opleidingen hun toetsbeleid vorm geven. Dit

toetskader beschrijft in grote lijnen de visie, de uitgangspunten en de kaders voor toetsing binnen

Thomas More. Het omvat die aspecten die Thomas More over opleidingen heen geregeld wil hebben

om ‘in controle’ te zijn wat betreft de kwaliteit van toetsing. De opleidingen gebruiken dit kader bij het

ontwikkelen of het optimaliseren van hun toetsbeleid.

Visie op toetsing

De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing maakt

integraal deel uit van het curriculum. Het speelt een doorslaggevende rol in het leerproces van elke

student. Dit geldt niet alleen voor de vorm en inhoud, maar ook voor de inbedding van de toetsing

in het onderwijsproces. Toetsing vormt dan ook het uitgangspunt voor curriculumontwikkeling en –

verbetering (en niet het sluitstuk).

Pijlers voor toetsing

- Thomas More toetst studentgericht.

De toetsing gaat uit van verscheidenheid en diversiteit tussen studenten. Universeel ontwerp

wordt ingezet om hierop een antwoord te bieden.

De toetsing biedt studenten de mogelijkheid om het leerproces in eigen handen te nemen.

Studenten worden actief en als volwaardige partner betrokken bij de toetsing.

De toetsing is transparant. Alle relevante informatie over regelgeving zoals de onderwijs- en

examenregeling (OER), ombudswerking en de werking van de examencommissie is voor

studenten duidelijk, eenvoudig te vinden en te raadplegen.

- Thomas More toetst resultaatgericht.

Leerresultaten zijn het uitgangspunt voor de toetsing. Het type en het niveau van de

leerresultaten zijn bepalend voor de toetsing: keuzes van de toetsvorm, inhoud,

beoordelingscriteria en normering. De toetsing is afgestemd op niveau 6 van de Vlaams

kwalificatiestructuur.

- De toetsing is afgestemd op de kenmerken van de leeromgevingen in Thomas More.

- De toetsing maakt deel uit van de kwaliteitszorg en voldoet aan de minimale kwaliteitseisen,

waardoor deze door alle betrokkenen geaccepteerd en als fair gezien wordt. Relevante

partijen in de kwaliteitsborging zijn: de instelling, de opleidingen, de examencommissies, de

docenten, het ondersteunend personeel en de studenten.

Docenten ontwikkelen naast inhoudelijke en didactische kennis en deskundigheid ook

toetstechnische kennis en deskundigheid.

Kaders voor toetsen binnen Thomas More

Het Thomas More toetskader biedt opleidingen onderstaande kaders aan waarbinnen ze het

toetsbeleid op opleidingsniveau vorm geven.

- Een jaarlijks geactualiseerd Onderwijs- en examenreglement dat voldoet aan de eisen

vermeld in de Codex Hoger onderwijs2. Hierin zijn opgenomen: de onderwijsregeling, de

examenregeling en de algemene regelingen.

- Een jaarlijks geactualiseerd academisch kalender dat de realisatie van het

toetsbeleid@Thomas More mogelijk maakt.

- EVC- en EVK-procedure geldend voor de opleidingen binnen Thomas More.

2 Codex Hoger Onderwijs: Artikel II.220, II.221, ...

http://www.ond.vlaanderen.be/hogeronderwijs/Codex-Hoger-Onderwijs-v2-20-juni-2014.pdf.

Page 5: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 5/22

2.2 Toetsplan

Elke opleiding concretiseert het toetskader in een toetsplan. Het toetsplan brengt het toetsbeleid van

een opleiding in kaart. Dit impliceert dat een opleiding beschikt over toetsbeleid, dit uitvoert,

evalueert en bij stelt. In lijn met het toetskader, beschrijft het toetsplan het kader waarbinnen

toetsen ontwikkeld en afgenomen worden, hoe gerapporteerd wordt en hoe de evaluatie van de

toetsing gebeurt. Het beschrijft de gewenste situatie inzake toetsing. Het maakt duidelijk dat de

toetsing binnen een opleiding een consistent, coherent en transparant geheel vormt. Het toetsplan

heeft betrekking op de opleiding als geheel en op de opleidingsonderdelen binnen de opleiding. Het

diept de onderwijskundige, inhoudelijke, toetstechnische en organisatorische kant van toetsing uit.

Bouwstenen voor een toetsplan

Het toetsplan ondersteunt de opleiding bij de realisatie van het vooropgesteld eindniveau. Het

resulteert in een coherent toetsprogramma en biedt een antwoord op vijf basisvragen, nl. waarom,

wat, door wie, wanneer en hoe toetsen.

Waarom toetsen?

Toetsen sturen en waarderen in sterke mate het leergedrag van studenten. Toetsing wordt ingezet

als leerinstrument (formatief) en als beoordelingsinstrument (summatief). Toetsen kunnen op elke

moment in een leerproces bewust en zinvol ingezet worden: vooraf, tussentijds en op het einde. De

functie van toetsing is afhankelijk van de doelstelling die de toetsing heeft:

- summatief toetsen: kwaliteitsbeoordeling van de leerprestaties, leeruitkomsten of

leerproducten aan het eind van een leerproces die wordt vastgelegd

in een score.

- formatief toetsen: bewust verzamelen van informatie met het oog op het (zo nodig)

verbeteren van de prestaties van de student tijden het leerproces;

het geven van feedback over het leerproces of tussentijdsproduct.

‘When a chef tastes the soup, that’s formative assessment. But when the customer tastes it, it’s

summative’ (Scriven, M. (1991) geciteerd in Mc Laughin & Phillips, 1991.

Waaromtoetsen

Wattoetsen

Wie is betrokken

Wanneertoetsen

Hoetoetsen

Page 6: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 6/22

Cijfers en feedback houden niet van elkaar! Het geven van punten heeft zijn voor- en nadelen. De

kunst is om cijfers een relevante plaats te geven in het onderwijsproces.

‘Feedback is het belangrijkste leerinstrument, maar zodra je een cijfer geeft verdwijnt de interesse

van de student voor de bijkomende feedback als sneeuw voor de zon. Dat is jammer, want

feedback is veel waardevoller dan een cijfer’ (Hattie & Timperley, 2007)

‘Not everything that counts can be counted and not everything that van be counted counts’ (Albert

Einstein).

Wat toetsen?

De opleiding toetst of studenten de opleidingsspecifieke leerresultateneind van de opleiding bereiken.

Elke opleiding bepaalt hierbij zelf in welke mate de toetsing zich richt op kennis, inzicht, toepassing

of integratie.

De ‘Piramide van Miller’ en de ‘Taxonomie van Bloom’ zijn hulpmiddelen om het beheersingsniveau

van leerresultaten in kaart te brengen.

Wie toetst?

Docenten, studenten en werkveld kunnen participeren in de toetsing.

Zeker wanneer de toetsing als leermiddel wordt ingezet, krijgen

studenten hierin een actieve rol.

Toetsing is een teamgebeuren. Door het bevorderen van onderling

overleg en teamwerk worden docenten gestimuleerd om over hun

toetsing na te denken en deze te optimaliseren (Vier-ogen-principe’).

Wanneer toetsen?

Toetsing kan zinvol zijn op elk moment in een leerproces: vooraf, tussentijds, en op het einde van

een onderwijsperiode. Opleidingen brengen in kaart waar en wanneer formatieve en summatieve

toetsen gepland staan in het opleidingsprogramma, hoe de relevante kennisgebieden en leerlijnen in

het curriculum getoetst worden.

Hoe toetsen

‘De staart beweegt de hond’. Studenten richten zich op de heersende toetscultuur (pre-assessment

of backwash effect). Dit betekent dat de perceptie die studenten hebben over de toetsing een invloed

heeft op hun studieaanpak. Het is dan ook belangrijk om leeromgevingen en leeractiviteiten te

ontwerpen die in lijn liggen met de toetsen en de te bereiken leerdoelen (constructive alignement).

Er bestaan diverse toetsvormen en –instrumenten. Niet alle instrumenten zijn echter geschikt voor

alle doeleinden. Opleidingen stellen doorheen de drie opleidingsfasen een doordachte mix van

resultaatgerichte, werkbare en onderling aanvullend toetsvormen en –instrumenten voorop.

Kwaliteitsborging en toetscommissie

De opleiding is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de toetsing en het behaalde (eind)niveau van

de studenten. Een juiste beslissing over het toekennen van het diploma is alleen mogelijk als deze

gebaseerd is op een kwalitatief goed toetsprogramma.

Toetsprogramma

Een toetsprogramma is een bewust samengestelde combinatie van toetsen, passend bij de

leerdoelen, de inhoud, de opbouw en structuur van het curriculum. De toetsen in een

toetsprogramma zijn complementair: ze vullen elkaar aan en zorgen voor de dekking van de

opleidingsspecifieke leerresultaten. In een toetsprogramma zijn de formatieve en summatieve

functies van toetsing in balans. Aan het eind van het hele toetsprogramma volgt de uiteindelijke

student student

docent werkveld

Page 7: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 7/22

beslissing: het wel of niet toekennen van het diploma. Komen tot een goed toetsprogramma vergt

overleg en afstemming.

Voorbeeld toetsprogramma

Toetsmatrix

Het maken van een inventarisatie en analyse van de bestaande toetspraktijken aan de hand van een

toetsmatrix vormt de eerste stap om aan de kwaliteitsborging tegemoet te komen. Een toetsmatrix

is een visuele weergave van de huidige situatie inzake toetsing binnen de opleiding. Het is een

inventarisatie van al de toetsen die op dat ogenblijk in de opleiding gebruikt worden. Het bevat de

verschillende toetsvormen, gekoppeld aan de beoordelaars, het tijdstip van afname, feedback,

studielast, doel van de toetsing, enz.

Voorbeeld toetsmatrix

Toetscommissie

Om de kwaliteitsborging en expertise-ontwikkeling met betrekking tot toetsing te waarborgen stellen

we voor om binnen een opleiding3 met een toetscommissie te werken.

De rol van een toetscommissie is drieledig: bevorderen, bewaken en borgen van de kwaliteit van het

toetsgebeuren. Een toetscommissie neemt volgende taken op:

- Ontwikkelen en of optimaliseren van het toetsplan van de opleiding

- Uitvoeren van kwaliteitsanalyses (psychometrisch en edumetrisch) en het formuleren van

adviezen

- Professionalisering en ondersteuning van collega‘ s.

2.3 Toetsschema

De toetsing is een essentieel en centraal onderdeel van de onderwijspraktijk. Op

opleidingsonderdeelniveau krijgt het toetsbeleid@Thomas More vorm in een toetsschema. Het

toetsschema van een opleidingsonderdeel is gebaseerd op het toetsprogramma van de opleiding.

Het beschrijft:

- welke leerresultaten worden getoetst (wat de inhoud van de toetsen is)

- welke toetsen de toetsing van het opleidingsonderdeel omvat (type en vorm)

- hoeveel toetsmomenten worden voorzien (formatief & summatief)

- wanneer de toetsen worden afgenomen

- in welke vorm de toetsen worden afgenomen

- hoeveel tijd voor een toets voorzien wordt

- wat de onderlinge weging van de toetsen is

- hoe en door wie de toetsen worden afgenomen en beoordeeld

- hoe en wanneer wordt er feedback gegeven

De informatie uit het toetsschema is terug te vinden in de programmagids (ECTS-evaluatiefiche) en

wordt eventueel verder geconcretiseerd in de studiewijzer bij het opleidingsonderdeel. Studenten

worden bij de aanvang van het opleidingsonderdeel over de toetsing geïnformeerd, zodat voor hen

transparant is wat en hoe er te leren valt.

Opbouw van de ECTS - Evaluatiefiche

3 Bij kleine opleidingen kan met meerdere opleidingen samen gewerkt worden door de toetscommissie

opleidingsoverstijgend samen te stellen.

Page 8: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 8/22

2.4 Toets & toetsitem

Het toetsbeleid op toetsniveau focust op de toetskwaliteit van de toets en de toetsitems. Een toets

afnemen impliceert meer dan het construeren van toetsvragen. Het is een proces dat uit vijf fasen

bestaat: doelbepaling meten cijfer geven/scoren beslissen rapporteren.4

Een docent ontwikkelt op basis van het toetsschema van het opleidingsonderdeel en het

toetsprogramma van de opleiding kwaliteitsvolle toetsen. Een toets is kwaliteitsvol wanneer zowel

de toets als elk toetsitem voldoet aan de basiskwaliteitseisen.

Een toets is méér dan een toevallige, ad random verzameling van vragen. Wanneer men een toets

opstelt, zorgt men ervoor dat de leerresultaten van het opleidingsonderdeel op een evenwichtige en

representatieve manier vertegenwoordigd zijn. Men maakt m.a.w. een doordachte keuze van het

aantal vragen dat over leerresultaten gesteld wordt. Om dit op een gerichte en bewuste manier te

doen, maakt men gebruik van een toetsmatrijs.

‘Toetsen zijn meetinstrumenten. Om die reden moeten zij met de grootst mogelijke zorgvuldigheid

worden samengesteld. Ze zijn een afspiegeling van het onderwijs.’ (Bender, W., Toetsen in het

hoger onderwijs (2003). Koninklijke Van Gorcum, Asse)

Toetsmatrijs

Een toetsmatrijs is bedoeld om de validiteit van de toets en de vragen te borgen. Een toetsmatrijs is

een blauwdruk (tabel) die een systematische constructie van representatieve toetsen wil garanderen.

Het is een hulpmiddel om te bepalen hoeveel vragen in een toets verdeeld zijn over de

vooropgestelde leerdoelen en beheersingsniveaus in combinatie met de leerinhouden. Na de opmaak

van een toetsmatrijs kan men per leerdoel nog vrij bepalen welke vraagvorm/toetsvorm men wil

gebruiken.

Voorbeeld toetsmatrijs

Keuze van toetsvorm en vraagvorm

Als docent maakt je op basis van de gewenste toetsmatrix van je opleiding een keuze voor de meest

efficiënte en effectieve toetsvorm(en). De functie die de toets heeft (formatieve of summatieve

evaluatie) en de leerdoelen die getoetst worden, bepalen de keuze van de toetsvorm.

Er bestaan diverse toetsvormen en toetsinstrumenten. Niet alle toetsvormen zijn echter geschikt

voor alle doeleinden. Bovendien is het vaak beter om diverse toetsvormen te combineren

(triangulatie van methoden). De gekozen toetsvorm moet de beoogde leeropbrengst kunnen

gemeten. De keuze van de toetsvorm wordt ook beïnvloed door wie zal beoordelen, de beschikbare

afnametijd, de benodigde en beschikbare beoordelingstijd, de wijze van beoordelen. Het ontwikkelen

van een toets betekent ook het beschikbaar hebben van studentinstructies, beoordelingscriteria en

een antwoord- en scoremodel.

Op basis van de gekozen toetsvorm worden toetsvragen en/of toetstaken geconstrueerd. De beste

methode voor het construeren van toetsvragen is uit te gaan van de leerdoelen en

beheersingsniveaus zoals ze vastgelegd zijn in de toetsmatrijs. Dit biedt de beste garantie dat de

toets representatief is voor de leerdoelen en dus ook inhoudsvalide is. De Piramide van Miller is ook

bij het formuleren van toetsvragen een handig hulpmiddel.

Cesuurbepaling en normering

In het onderwijs is het gebruikelijk om aan een toetsscore een cijfer (eindcijfer of pass/faill) toe te

kennen, dat aantoont of de student al dan niet geslaagd is (en de mate waarin de student al dan niet

geslaagd is). Het waarderingscijfer dat aan een leerprestatie wordt toegekend, situeert zich op een

schaal van 0 tot 20. Dit impliceert dat ergens grenzen getrokken zijn. Het bepalen van de cesuur

4 (Castelijns & e.a., 2011)

Page 9: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 9/22

(zak/slaaggrens), het toekennen van cijfers en het geven van waarderingen aan cijfers zijn sterk

met elkaar verbonden.

Het toekennen van een cijfer aan een score/prestatie gebeurt op basis van een vastgelegde norm

(referentiepunt). Dit referentiepunt vormt de basis voor het bepalen van de of cesuur

(zak/slaaggrens). Aan de hand van deze cesuur zet je de verzamelde informatie over de student om

in een concreet eindcijfer.

De cesuurbepaling is een belangrijke fase in het toetsproces. Deze fase bepaalt de beslissing: voldoet

de student, of niet? En in welke mate voldoet hij (of niet)? Er bestaat geen ‘beste’ manier van

cesuurbepaling. Het belangrijkste is dat duidelijk is hoe de eindbeoordeling of eindcijfer tot stand is

gekomen. Het proces van de cesuurbepaling kent drie stappen:

- Normering:

Het referentiepunt bepalen, is een essentieel onderdeel in het proces van toetsconstructie.

Studenten moeten het cijfer krijgen dat zij verdienen. De normering zorgt er voor dat

iedereen die dezelfde toets aflegt voor dezelfde score hetzelfde cijfer krijgt. Er zijn

theoretisch drie benaderingen om deze norm vast te stellen: criteriumgericht, normgericht

en zelfgericht.

- Cesuurbepaling:

Op basis van gekozen normering, bepaal je de concrete cesuur of ‘beslisregels’. De

belangrijkste beslissing is waar je de zak/ slaaggrens (verschil tussen een 9 en 10) legt,

maar uiteraard moet je ook de andere tussenniveaus bepalen. Hiervoor kan je een

omzettingsschaal of omzettingstabel hanteren. Houd de cesuur zo transparant en eenvoudig

mogelijk. Dit geldt voor een cesuur voor eigen gebruik maar zeker wanneer je externen de

cesuur de prestaties van studenten laat omzetten in een concreet cijfer op basis van je cesuur

of beslisregels.

- Omzetten van scores in een eindcijfer:

In deze laatste stap vertaal je effectief de verzamelde informatie (scores/waardes) in een

eindcijfer.

Kwaliteit van toetsvragen en toetsen5

Ook de perfecte toetsvraag bestaat niet. Toch moet elke toetsvraag aan minimale inhoudelijke en

vormtechnische eisen voldoen: relevantie, objectiviteit, efficiëntie en geschikte moeilijkheidsgraad

- Relevantie: De mate waarin een item toetst wat het beoogt te toetsen. Met andere

woorden: op de mate waarin het item een directe relatie heeft met het

leerdoel.

- Objectiviteit: De score van een item is onafhankelijk van diegene die de beoordeling

uitvoert. Antwoordmodellen laten zo min mogelijk ruimte voor

subjectieve interpretaties. Deskundigen zijn het eens over het juiste

antwoord of over de criteria waaraan een juist antwoord moet voldoen.

- Efficiëntie: Wanneer men kan kiezen uit verschillende soorten toetsvragen die in

alle opzichten gelijkwaardig zijn, verdient de toetsvraag die het minste

tijd kost in termen van afname en correctie de voorkeur.

5 (Sluijsmans, december, 2012)

10 14

CESUUR

Page 10: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 10/22

- Moeilijkheidsgraad: De moeilijkheidsgraad van een toetsvraag moet aanvaardbaar zijn,

gegeven het niveau van de studenten. We willen vooral de zogenaamde

grensstudenten nauwkeurig van elkaar onderscheiden.

Ook dé ideale toets bestaat niet. Het komt er op neer om een evenwicht te zoeken tussen de

verschillende kwaliteitseisen: validiteit, betrouwbaarheid, objectiviteit, transparantie en efficiëntie.

Daarbij dragen normering, triangulatie en authenticiteit bij tot een kwaliteitsverhoging van een toets.

- Validiteit: De toets meet wat men ermee beoogt te meten.

De validiteit van de toets heeft te maken met de betekenis, de

bruikbaarheid en de juistheid van de conclusies die uit de toetsscores

worden getrokken. Hierbij speelt zowel relevantie, als representativiteit

een rol.

- Betrouwbaarheid: Hoe goed meten we wat we willen meten? De betrouwbaarheid van de

toets geeft aan in hoeverre er vertrouwen kan zijn in de toets als meting,

ongeacht de inhoud van de toets. Een toets is intern consistent wanneer

de resultaten bij herhaalde toetsing van eenzelfde groep studenten

dezelfde zijn.

- Objectiviteit: De meest gangbare betekenis van objectiviteit is intersubjectiviteit: de

persoon van de beoordelaar geen rol speelt in de beoordeling. De

toetsuitkomst is onafhankelijk van de beoordelaars

- Transparantie: Dit wil zeggen dat het toetsproces doorzichtig en begrijpelijk is; alle

informatie is voorhanden. Hierdoor wordt de toets door alle betrokkenen

als eerlijk en rechtvaardig ervaren. Dit realiseer je door studenten vooraf

te informeren over: leerdoelen, toetsvorm, beoordelingscriteria, de

afname, weging, cesuur/norm, consequenties en dit vervolgens ook op

consequente manier te volgen.

relevantie of representativiteit van de toets speelt daarbij een rol.

- Efficiëntie: Een toets is efficiënt als hij op zo kort mogelijke tijd en met zo weinig

mogelijk middelen zoveel mogelijk informatie oplevert en als hij op alle

vlakken (afname, scoring, ... ) praktisch in gebruik is. Een toets moet

economisch haalbaar zijn.

We moeten de juiste balans zoeken tussen wat er kan en wat er nodig

is om betrouwbaar, geldig, transparant en objectief te kunnen toetsen.

- Normering: Het doel van normering is het hard kunnen maken van beslissingen.

- Triangulatie: Dit is toetsen met verschillende toetsvormen, door verschillende

beoordelaars op verschillende momenten en in verschillende situaties.

- Authenticiteit: Authentiek toetsen is toetsen met reële opdrachten en vragen die

representatief zijn voor de maatschappelijke realiteit.

De inhoudelijke en vormtechnische eisen van een toets en de toetsvragen zijn vooraf te controleren.

Hiervoor doe je als docent beroep op het interbeoordelaarsprincipe. De moeilijkheidsgraad en het

onderscheidingsvermogen van de toetsvragen en de betrouwbaarheid van de toets als geheel kunnen

pas achteraf beoordeeld worden. Hiervoor maakt men gebruik van psychometrische analyses. Indien

de toetsanalyse hiertoe aanleiding geeft, kan dit leiden tot aanpassing van de cesuur en beoordeling.

Drie kwaliteitsindicatoren bieden een zicht op de kwaliteit van de toets:

- p-waarde: maat voor de moeilijkheidsgraad van een toetsvraag

- Rit-waarde: maat voor het onderscheidingsvermogen van een toetsvraag

- Cronbach’s α: een maat voor de betrouwbaarheid, de interne consistentie van een toets.

Page 11: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 11/22

2.5 Toetsing in 14 stappen

1. Bepaal doel en functie van de toetsing op basis van het toetsprogramma.

2. Bepaal op basis van de toetsmatrijs van het OPO de weging van de toetsonderdelen.

3. Kies een geschikte toetsvorm.

4. Stel de toets samen: selecteer geschikte toetsvragen.

5. Bepaal de beoordelingscriteria en scoringsregels.

6. Bepaal de cesuur.

7. Laat collega’ s de toets maken en/of beoordelen en stuur desgewenst de toets bij.

8. Schrijf de instructies voor de student uit.

9. Neem de toets af.

10. Bepaal het behaalde niveau.

11. Geef een score (bepaal het ‘cijfer’, neem een beslissing op basis van het behaalde niveau)

12. Evalueer de toets (toets- en itemanalyse) en pas indien nodig cesuur en scoring aan.

13. Rapporteer de resultaten.

14. Geef feedback

Page 12: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 12/22

3 Geraadpleegde literatuur

- Bender, W. (2003). Toetsen in het hoger onderwijs. Uitgeverij Van Gorcum.

- Castelijns, J. H. M., & Segers, M. (2011). Evalueren om te leren: toetsen en beoordelen op school.

Coutinho.

- de Bie, D., & e.a. (1997). Toetsen en beoordelen. DOZ-boek 6. Culemborg-HvU Press.

- Dochy, F. & Schelfhout, W. (2005). Anders evalueren, Assessment in de onderwijspraktijk. Lannoo

Campus.

- ECHO: Expertisecentrum Hoger Onderwijs. (2013). Vijftig onderwijstips. Maklu.

- Gijbels, D. (2011). Beginassessments: meten van startcompetenties. Maklu.

- Joosten-ten-Brinke, D. (2001). Eigentijds toetsen en beoordelen. Tilburg: Fontys Hogescholen.

- Kallenberg T., e. (2014). Leren (en) doceren in het hoger onderwijs. Boom Lemma uitgevers.

- Molkenboer, H. & Sugito, A. (2013). Whitepaper 'Toetsbeleid: een goed plan voor

toetsbekwaamheid'. Teelen Kennismanagement.

- NVAO. (2013). Accreditatiestelsel hoger onderwijs Vlaanderen. Kader voor de

opleidingsaccreditatie, 2de ronde.

- NVAO. (2013). Beoordelingskader instellingsreview hoger onderwijs Vlaanderen, 1ste ronde.

- Sabbe, E., & Lesage, E. (2012). Meerkeuzetoetsen. Praktische handleiding voor leerkrachten en

docenten. Maklu.

- Sluijsmans, D. (2012). De kwaliteit van toetsing onder de loep. OnderwijsInnovatie (OU Heerlen).

- Teelen Kennismanagement. (2012). Toetsontwikkeling in de praktijk: Hoe maak ik goede vragen

en toetsen? Wilp.

- Van Berkel, H., Bax, A., & Joosten-ten Brinke, D. (2014). Toetsen in het hoger onderwijs. Bohn

Stafleu van Loghum.

- Van Berkel, H. (1999). Zicht op toetsen: Toetsconstructie in het hoger onderwijs. Van Gorcum.

- Van Berkel, J. B. (2012). Studiesucces bevorderen, het kan en het is niet moeilijk. Lemma.

- Van der Grijspaarde, L., Ter Braak, A., & Van Horzen, C. J. (2000). Leren (en) doceren in het

hoger onderwijs. Lemma.

- Van den Eeckhaut, G. (2011). Toetsen verbeteren: Beoordelen in competentiegericht onderwijs.

Katholieke Hogeschool Kempen.

- Vandebosch, N. (2010). Digitale voortgangstoets: van concept tot implementatie. Maklu.

- Van Petegem, P., (2009). Praktijkboek activerend hoger onderwijs. Lannoo Campus.

- Vlaamse Overheid, Ministerie van Onderwijs. (sd). Flexibiliseringsdecreet.

- Wijnants L., e.a. (2011). Innovatief evalueren in het hoger onderwijs: Leerwegonafhankelijk

summatief toetsen. Lannoo Campus.

- Inventarisatie Toetsbeleid in het hoger onderwijs. (2012). Opgeroepen op december 16, 2014,

van https://www.surf.nl/kennis-en-innovatie/kennisbank/2013/inventarisatie-toetsbeleid-in-het-

hoger-onderwijs.html

- Onderzoek en wetenschap: kenniscentrum/begrippenlijst. (sd). Opgeroepen op december 16,

2014, van CITO.nl: http://www.cito.nl/onderzoek%20en%20wetenschap/kenniscentrum/

begrippenlijst.aspx

- Toetsing.hum.uu.nl/modules/cesuur-theorie. (sd). Opgeroepen op december 16, 2014, van

http://toetsing.hum.uu.nl/modules/cesuur/cesuur-theorie/

- Toetskoffer, OOF-project Associatie KU Leuven. Opgeroepen op december 16, 2014, van

http://toetskoffer.be/

- Toetstip 10. (sd). Opgeroepen op november 15, 2014, van cnavt.org: http://www.cnavt.org/

files/TOETSTIP%2010.rtf

- UT Toetskader. Kader voor integraal toetsbeleid Universiteit Twente. (2013). Opgeroepen op

december 16, 2014, van http://www.utwente.nl/ces/toetsing/Examencommissies/Toetsbeleid

%20UT/UT-toetskader_ sept2013.pdf

Page 13: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 13/22

4 Begrippenlijst

Accreditatiestestel hoger onderwijs

In het nieuwe accreditatiestelsel is toetsbeleid één van de drie te beoordelen onderdelen van de

beperkte opleidingsbeoordeling (Generieke KwaliteitsWaarborg 3 – GKW3). Om te voldoen aan de

eisen die de accreditatie stelt, moet elke opleiding een adequaat toetsing- en beoordelingsbeleid

kunnen voorleggen.

Hogescholen zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van hun onderwijs en de kwaliteit van de toetsing

daarvan. Via de instellingsreview zullen zij in de toekomst kritisch beoordeeld worden op de manier

waarop hun toetskader is opgezet en de verantwoording ervan.

Beoordelingscriteria

Scoringsregels vaststellen, antwoordmodellen/verbetersleutel opstellen.

Een verbetersleutel geeft enerzijds weer welke elementen in een antwoord aan bod moeten komen

en welke bijkomende beoordelingsaspecten mee in rekening genomen worden. Ook het gewicht van

deze onderdelen in de beoordeling wordt in de verbetersleutel vastgelegd.

Betrouwbaarheid van een toets(item)

Betekent dat de toets(item) nauwkeurig en consistent meet.

Cesuurbepaling

De cesuur (= referentienorm) is de zak/slaaggrens bij de beoordeling van een toets. Daarbij stel je

jezelf de vraag welke score een student minstens moet behalen om een voldoende te halen of om te

slagen. Als de cesuur bijvoorbeeld op 15 ligt, is een student die 14 heeft gehaald, gezakt en een

student die 15 of hoger heeft gehaald, geslaagd. Het aantal punten wat voldoende is voor een

voldoende wordt norm genoemd. Op basis van gekozen norm bepaal je de concrete cesuur of

‘beslisregels’. Hiervoor kan je een omzettingsschaal of een omzettingstabel hanteren.

Omzettingsschaal

Studenten kunnen bij een toetsing een bepaald aantal punten halen (een score).

Het aantal behaalde punten of de score wordt vervolgens omgezet naar een cijfer

(op een schaal van 1 tot 20). Dit omzetten doe je met behulp van een

omzettingsschaal of score-cijfer transformatieschaal (zie figuur). In een

omzettingsschaal worden de scores die behaald kunnen worden afgezet tegen het

cijfer wat daarbij hoort.

Omzettingstabel

In een omzettingstabel gebeurt de omzetting kwalitatief. De

referentiepunten worden kwalitatief omschreven, gebaseerd op de

beoogde leerresultaten/leerdoelen en beoordelingscriteria.

ECTS-Evaluatiefiche (programmagids)

In dit deel van de ECTS-fiche wordt de informatie opgenomen die toelichting geeft bij de wijze waarop

de evaluatie (toetsing) van het OPO of een OLA gebeurt.

Referentiepunt Eindcijfer

Kwalitatieve

omschrijving

18-20

16-17

14-15

12-13

10-11

8-9

7

6-5

3-4

0-2

Page 14: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 14/22

Opbouw van de ECTS-Evaluatiefiche

- Informatie aangeleverd uit SAP

Onderwijstaal (originele taal)

(Type) evaluatie-activiteit

Docenten

- Informatie aan te leveren door docent

Type en vorm

Gebruik leermateriaal

Vraagvorm

Toelichting

2de examenkans

EVC

Een Eerder of Elders Verworven Competenties is het geheel van kennis, inzicht, vaardigheden en

attitudes verworven door middel van leerprocessen die niet met een studiebewijs werden

bekrachtigd.

EVK

Een Eerder Verworven Kwalificatie is elk binnenlands of buitenlands studiebewijs dat aangeeft dat

een formeel leertraject, al dan niet binnen onderwijs, met goed gevolg werd doorlopen.

Examencommissie

Het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze na elke examenperiode de examencijfers en de

maatregelen van studievoortgang vaststelt en bepaalt of een student geslaagd is voor een opleiding

en met welke graad van verdienste.

De beperkte examencommissie bereidt de beraadslaging door de examencommissie als geheel voor.

Als zij meent dat er aanpassingen nodig zijn, legt zij dit voor aan de volledige examencommissie.

Generieke kwaliteitswaarborg 3: gerealiseerd eindniveau (opleidingsvisitatie)

“De opleiding beschikt over een adequaat systeem van beoordeling, toetsing en examinering en toont

aan dat de beoogde leerresultaten worden gerealiseerd.”

Criteria: Het gerealiseerd niveau blijkt uit de validiteit, betrouwbaarheid en transparantie van de beoordeling,

de toetsing en de examinering van de studenten, de mate van inzetbaarheid van de afgestudeerden

op de arbeidsmarkt of de doorstroom naar een vervolg opleiding en uit het diplomarendement per

instromende cohorte.

Instellingsreview

Een periodieke toetsing van de kwaliteit van het onderwijsbeleid van een hogeronderwijsinstelling in

Vlaanderen. De review biedt de instelling vanaf 2015 de kans te laten zien vanuit welke visie zij

opereert, welk beleid is gevoerd en met welk resultaat, welke verbeteracties zijn genomen en welk

nieuw beleid is ontwikkeld.

Onderwerp 3: evaluatie en monitoring

De instelling garandeert de effectiviteit van haar beleidsacties in functie van de onderwijskwaliteit door

het inzetten van feedback- en opvolgsystemen en in het bijzonder interne systemen van

kwaliteitsbewaking.

Toelichting en criteria:

De instelling meet en evalueert regelmatig de effectiviteit van haar beleidsacties om de kwaliteit van haar

onderwijs te garanderen en hanteert daarbij een adequaat systeem van kwaliteitszorg.

Om de effectiviteit van haar beleidsacties te kunnen waarborgen moet de instelling zicht hebben op de

mate waarin de beleidsdoelstellingen worden gerealiseerd. Daartoe beschikt zij over een goed

opgezet systeem van evaluatie en monitoring. Dit systeem levert geaggregeerde informatie op voor

de instelling. Deze resultaten hebben betrekking op alle relevante beleidsdomeinen inclusief procedures en

instrumenten die de instelling inzet om haar beleidsdoelstellingen te realiseren en om de kwaliteit van het

onderwijs te garanderen.

Het systeem van regelmatige interne evaluaties en externe beoordelingen past bij het gehanteerde

bestuursmodel. Het is niet noodzakelijk dat de meet- en evaluatieactiviteiten instellingsbreed uniform zijn.

Page 15: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 15/22

Een actieve rol van studenten, medewerkers, alumni en vertegenwoordigers van het beroepenveld bij de

evaluatie is onmisbaar in een systeem van kwaliteitszorg en stimuleert de verdere ontwikkeling van een

kwaliteitscultuur.

Kwaliteitseisen voor toetsen

Valide, betrouwbaar, objectief en transparant.

Kwaliteitseisen voor toetsitems

Relevantie, objectiviteit, efficiëntie en geschikte moeilijkheidsgraad

Leerdoelen

Een leerdoel is een concrete beschrijving van de gewenste kennis, houding of vaardigheid die een

student moet verwerven en toepassen of gewenst gedrag dat een student moet demonstreren na

afloop van een onderwijseenheid/opleidingsonderdeel.

Leerlijnen

Een leerlijn is een beredeneerde opbouw van en samenhang tussen leerdoelen en inhouden, leidend naar

een leerresultaat

Normering

De normering is de maatstaf die gehanteerd wordt bij het becijferen van toetsen. Er zijn drie

manieren om te normeren: criteriumgericht, normgericht en zelfgericht.

Criteriumgericht en absoluut:

De norm is absoluut, ligt vast vóór de toets wordt afgenomen en wordt bepaald op basis van absolute

vooraf bepaalde – kwalitatieve of kwantitatieve- criteria. Voor iedereen geldt dezelfde norm.

bv. 75% van de vragen

De student behaalde minstens ‘voldoende’ op beoordelingsaspecten 1, 2, 3 en 5 en een ‘goed’

op beoordelingsaspecten 4 en 6.

Bij elke twee fouten gaat er een punt af

Normgericht en relatief:

Een relatieve norm wordt bepaald na afname van de toets. De prestatie van een student wordt vergeleken

met die van andere studenten. De achterliggende gedachte is dat het onderwijs en de doelstellingen van

het onderwijs afgestemd moeten zijn op de studenten die het onderwijs volgen én dat een toets altijd

mogelijke ‘ruis’ kent. Deze norm kan je pas achteraf, na afname vastleggen.

bv. Op basis van ervaring bepaalt de docent hoeveel procent onvoldoendes aanvaardbaar is (bv.

25% onvoldoendes). De relatieve norm wordt dan nadien net boven het resultaat van de 25%

laagste scores gelegd.

Ipsatief of zelfgericht:

Een ipsatieve norm wordt ook een zelfgerichte norm genoemd. De prestaties worden afgezet t.o.v. vorige

prestaties van de student of de ‘toegevoegde waarde’ ten opzichte van vorige prestaties.

Er kan ook een keuze gemaakt worden voor een combinatie van deze referentiepunten. Men bepaalt

dan vooraf de norm (criteriumgericht), maar afhankelijk van de effectieve moeilijkheidsgraad van de

toets of toetsomstandigheden, kan de norm eventueel achteraf bijgesteld worden (relatief) of neemt

men ook de mate van voortgang van de student (ipsatief) mee in rekening.

Onderwijs en Examenregeling (OER)

Een aantal geldende procedures en rechten en plichten met betrekking tot het onderwijs en de

examens moeten bij decreet voor elke (groep van) opleiding(en) worden opgenomen in de OER (o.a:

toelatingsvoorwaarden, inschrijvingsregels, studiegeld, contracttypes, studieprogramma van de

individuele student, vrijstellingen, maatregelen van studievoortgang). Andere onderwerpen worden

geregeld in een ruimer toetsbeleid.

OER: Algemene regelingen

Omvat: de ombudswerking, rechten en plichten van de student, tuchtregeling, gedragscode met betrekking

tot de taalregeling, interne beroepsprocedure

OER: Examenregeling

Omvat: Organisatie van de examens, deelname aan de examens, verloop van de examens; beraadslaging

van de examencommissie, hernemen van examens en het inzetten van toleranties, examenfraude,

mededeling en bespreking van de examenresultaten, materiële vergissingen

Page 16: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 16/22

OER: Onderwijsregeling

Omvat: toelatingsvoorwaarden, inschrijvingsregels, studiegeld, contracttypes, studieprogramma van de

individuele student, vrijstellingen, maatregelen van studievoortgang

Opleidingsspecifieke Leerresultaten (OLR)

OLR zijn beknopte omschrijvingen van de kennis, inzichten, vaardigheden en houding waarover een

student aan het eind van een opleiding minimaal zou moeten beschikken. Anders gezegd: het

streefdoel van wat een student 'kent, snapt en kan', na succesvolle voltooiing van een opleiding.

Piramide van Miller

In de context van het onderwijs maakt Miller (1990) gebruik van een piramide om de niveaus te

schetsen waarop de bekwaamheid van studenten kan worden beschreven. Onderliggende niveaus

vormen steeds het fundament voor de bovenliggende laag.

Knows

Het onderste niveau wordt gevormd door de kennis waarover een beroepsbeoefenaar moet beschikken

om zijn taken uit te kunnen voeren zoals van hem wordt verwacht.

Knows how

Op dit niveau gaat het erom of de beroepsbeoefenaar weet hoe hij die kennis moet gebruiken bij het

uitvoeren van zijn probleemoplossende taken.

Shows how

Op dit derde niveau laat de beroepsbeoefenaar zien dat hij kan handelen in een gesimuleerde omgeving,

onder meer op basis van zijn kennis. Het gaat hier dus om kennen en handelen (cognitie en gedrag).

Does

Het bovenste niveau in de driehoek betreft het zelfstandig handelen in de complexe praktijk van alledag.

Daarbij wordt een beroep gedaan op een geïntegreerd geheel van kennis, vaardigheden, houdingen en

persoonlijke eigenschappen.

(http://www.gertjanschop.com/modellen/driehoek_van_miller.html)

psychometrische analyse

Psychometrische analyses zijn kwantitatieve analyses waarbij een aantal indicatoren berekend

worden die iets zeggen over de kwaliteit van de toets. Na de toetsafname kan de psychometrische

analyse plaatsvinden. Het doel ervan is docenten op basis van de toetsscores inzicht te geven in de

kwaliteit van de toetsvragen en van de toets als geheel. Meer weten: www.toetskoffer.be

Relevantie

Begripsvaliditeit: zinvolle vragen, inhoud is congruent met de leerdoelen, elke vraag raakt in principe

de kern van de zaak

Representativiteit

Inhoudsvaliditeit: toetsvragen zijn evenredig/evenwichtig verdeeld over de vooropgestelde

leerdoelen

Resultaatgericht (output-based) toetsen

- Leerresultaten zijn het uitgangspunt voor toetsingen;

- Toetsing is afgestemd op niveau 6 van de Vlaams kwalificatiestructuur;

- Toetsing valideert sleutelcompetenties voor de toekomst

Page 17: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 17/22

Studentgericht toetsen

- Ziet de student als cruciale actor;

- Stimuleert elke student maximaal om het beste van zichzelf te geven;

- Stimuleert collaboratief leren;

- Stimuleert formeel en informeel leren op korte en lange termijn;

- Stimuleert en ondersteunt het zelfregulerend leren (met als doel uitstelgedrag van studenten

verminderen)

Taxonomie van Bloom

Het model van Bloom maakt bij de lerende het onderscheid tussen zes denkniveaus, hiërarchisch

geordend van eenvoudig naar complex. De hiërarchie betekent dat de lerende pas een niveau kan

behalen als de voorafgaande niveaus bereikt zijn.

Kennis: informatie herinneren en kunnen reproduceren

Inzicht/begrip: informatie kunnen weergeven, samenvatten, uitleggen

Toepassing: informatie kunnen gebruiken om een probleem op te lossen

Analyse: informatie systematisch kunnen onderzoeken en met elkaar in verband brengen

Evaluatie: informatie kunnen beoordelen en een standpunt kunnen formuleren.

Synthese/creëren: informatie tot een nieuw geheel kunnen samenvoegen

Thomas More Bouwstenen voor een opleiding

Bouwstenen voor een opleiding wil de opleidingen ondersteunen bij de vormgeving van hun

onderwijs: opstellen van een opleidingsvisie, vastleggen van een profiel, curriculumontwikkeling,

ontwerpen van leeromgevingen en opleidingsonderdelen.

Fundamenten

Profiel

Curriculum

Leeromgeving

Thomas More Leeromgevingen

Leeromgevingen binnen Thomas More worden gekenmerkt door volgende uitgangspunten:

universeel ontwerp, blended leren, multicampuscontext, praktijkgericht, multi- & interdisciplinair en

evidence based.

Thomas More Missie: Waarom bestaan wij?

Thomas More wil als hogeschool van de Associatie KU Leuven in de provincie Antwerpen een motor

vormen van maatschappelijke en economische ontwikkeling voor de regio’s waarin haar campussen

gelegen zijn. In nauwe samenwerking met het werkveld is Thomas More toonaangevend in zijn

basisaanbod van ondernemend en innovatief professioneel onderwijs, toepassingsgericht onderzoek

en dienstverlening. Daarnaast bieden we opleidingen en expertise met nationale of internationale

aantrekkingskracht voor sectoren waarin onze regio’s zich profileren.

Thomas More Strategie: Hoe raken we daar?

We verbeteren onze studentgerichtheid op alle vlakken.

We verhogen ons marktaandeel in de basisopleidingen, door voortdurende vernieuwing van de

opleidingen in co-creatie met het werkveld en door de introductie van nieuwe en unieke

opleidingen.

Page 18: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 18/22

We leggen de lat hoog voor iedereen en investeren in de ontwikkeling van leiderschap en de

professionele groei van medewerkers

We vormen de spil in kennisplatformen waar organisaties uit het werkveld en onderwijs elkaar

ontmoeten. Ons onderzoek en dienstverlening versterken en actualiseren ons onderwijsaanbod

en verbinding met het werkveld.

We maken onze organisatie vlak, wendbaar en regelluw.

We investeren in de professionele uitstraling, aantrekkelijkheid en gezelligheid van onze

campussen.

Thomas More Visie: Wat willen we bereiken (in 2020)?

Een Thomas More-diploma vormt een kwaliteitslabel: een afgestudeerde van Thomas More

geldt als iemand die beschikt over een gedegen vakkennis én over attitudes en skills die nodig

zijn in de 21ste eeuw.

Thomas More spreekt de taal van het werkveld en is daardoor eerste keus als partner in

onderwijs, onderzoek en dienstverlening.

Thomas More is in het bijzonder gekend voor de expertise van zijn medewerkers en de passie

waarmee ze die overdragen.

Thomas More vormt een inclusieve community waarmee studenten en medewerkers zich

identificeren.

Thomas More Visie op onderwijs en studenten

1. Thomas More is inspirator en trendsetter voor onderwijs.

Vernieuwingen breken eerst bij Thomas More door.

Onze medewerkers en studenten dragen deze vernieuwingen uit.

Onze afgestudeerden en medewerkers zijn koplopers in werkveld en samenleving.

2. Studenten en medewerkers leren graag en verliezen de goesting om te leren nooit.

We dagen iedereen uit om met vallen en opstaan het beste uit zichzelf te halen.

We creëren kansen om blijvend leerervaringen op te doen.

3. We zijn een leer- en leefgemeenschap waar iedereen zich thuis voelt.

Contact tussen studenten en medewerkers is open en laagdrempelig.

Onze studentenvoorzieningen ondersteunen de sociale integratie van de student.

Onze infrastructuur lokt ‘community-gevoel’ uit.

4. Onze studenten zijn volwassenen met potentieel en met eigen keuzes en verantwoordelijkheden.

Studenten en medewerkers zijn evenwaardige partners.

We stimuleren studenten om zelf hun leerproces in handen te nemen.

We begeleiden en ondersteunen de student in zijn leerproces.

5. We dagen elke student maximaal uit vanuit een leeromgeving met design for all als fundament.

Onze leeromgeving gaat uit van de verscheidenheid tussen de studenten.

Blended leren vormt de basis van het leren in onze opleidingen.

We streven ernaar dat elke student zichzelf overstijgt.

We laten studenten risico’s nemen en halen hen naar hun limiet.

6. Onze afgestudeerden hebben de kennisbasis en sleutelcompetenties om proactief met

veranderingen om te gaan.

Het leren is gericht op het verwerven van sleutelcompetenties voor de toekomst.

Een stevige kennisbasis is nodig.

Onze afgestudeerden en medewerkers zijn wendbaar en veerkrachtig.

Onze afgestudeerden zien de opportuniteiten van een internationale en gedigitaliseerde samenleving.

7. Ons onderwijs is evidence based.

Ons dagelijks didactisch handelen is gebaseerd op resultaten van toegepast onderwijsonderzoek.

We bewaken de effectiviteit van ons onderwijs aan de hand van beschikbare en te verzamelen data.

Studenten en medewerkers versterken hun onderzoeksvaardigheden en – attitudes

Thomas More Waarden: Door welke principes laten we ons leiden?

Lef: moed, durf, anders zijn, initiatief, ondernemerschap

Enthousiasme: passie, gedrevenheid, inspiratie, plezier in het werk

Focus: op de student, op de lange termijn, op het resultaat

Vertrouwen: geloven in elkaar, eigenaarschap en verantwoordelijkheid

Page 19: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 19/22

Toets

Een instrument om iemands prestaties (leerresultaten), die door middel van studie en/of onderwijs

op een of ander vakgebied verworven zijn, te meten.

Toetsen, evalueren en beoordelen

Toetsen: het vaststellen van individuele studievorderingen en studie-inspanningen.

Het uitvoeren van een meting (via een examen, test, opdracht, presentatie of andere

methode, al dan niet in combinatie) om na te gaan of een student aan bepaalde

voorwaarden/leerdoelen voldoet en op basis van de resultaten van de toetsing tot

een formatief oordeel (tussentijds, t.b.v. het bijsturen van het leer- of

onderwijsproces of het leergedrag van de student) of summatief oordeel

(kwalificerende beslissing; eindoordeel) te komen.

Beoordelen: het toekennen van een (waarde)oordeel aan een toetsresultaat

Evalueren: Het gericht en systematisch verzamelen van informatie over iemands kennis,

inzicht, vaardigheden, attitudes en/of competentieniveau en het geven van een

oordeel daarover ten behoeve van te nemen beslissingen.

Evalueren heeft enerzijds betrekking op de beslissing of de leerresultaten van een

student voldoende zijn om te slagen voor een opleiding(sonderdeel). Anderzijds

kunnen evaluatieactiviteiten ook worden gebruikt om de studenten en het didactisch

team te informeren over de gemaakte vorderingen en eventuele moeilijkheden. De

evaluatie heeft dan tot doel het leerproces te ondersteunen en te sturen.

Toetsbeleid

Een samenhangend geheel van maatregelen en voorzieningen die men treft om de kwaliteit van de toetsing

te bewaken en te bevorderen.

Toetscommissie

Een groep van docenten die de opleiding ondersteunen bij het borgen van de kwaliteit van de

toetsing, het maken van een toetsplan, professionalisering van docenten, het opstellen van

toetsschema’ s en toetsmatrijzen, ....

Toetsfuncties

Toetsen hebben een leer- en feedbackfunctie Ze geven inzicht in de studievoortgang en zijn

motiverend voor het verdere leerproces

- Formatief: Tussentijds, tijdens het leertraject. Evaluatie om te leren, Assessment for

learning (AfL)

- Summatief: Op het einde van een leertraject. Evaluatie van het leren, Assessment of

learning (AoL)

Toetsing

Toetsing wordt in dit document gebruikt voor ‘toetsen en beoordelen’. Het omvat het systematisch

verzamelen van informatie over iemands kennis, inzicht, vaardigheden, attitudes en/of

competentieniveau en het geven van een oordeel daarover ten behoeve van het nemen van

beslissingen.

Toetskader

Of toetsbeleid op instellingsniveau beschrijft in grote lijnen de uitgangspunten en kaders voor

toetsing en beoordeling binnen de instelling.

Toetsmatrijs

Een toetsmatrijs is een tabel waarin voor een opleidingsonderdeel wordt aangegeven hoe binnen

elke toets de toetsitems verdeeld zijn over de te bereiken leerdoelen (& leerinhouden) in relatie tot

het beheersingsniveau waarop je wil toetsen. Hierbij wordt de weging van de toetsonderdelen

aangegeven. De toetsmatrijs is een blauwdruk om de systematische constructie van een

inhoudsvalide toets te bevorderen.

Page 20: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 20/22

Toetsmatrijs: voorbeeld

Leerresultaat Leerinhoud Kennis Begrijpen Toepassen Totaal

1 Hoofdstuk ...

Hoofdstuk ...

...

5%

15%

0%

10%

10%

0%

5%

0%

2 Hoofdstuk ...

Hoofdstuk ...

10% 5% 0% 25%

3 Hoofdstuk ...

...

15% 5% 5% 20%

4 ... 5% 5% 10% 30%

... ... ... % ...% ...% ...%

Totaal ...% ...% ...% 100%

Toetsmatrix

Een visuele weergave van de huidige toetspraktijken binnen de opleiding (de feitelijke situaties). Het

is een inventaris van alle toetsvormen - gekoppeld aan de beoordelaars, het tijdstip van afname,

feedback, studielast, doel van de toetsing, enz. - die de opleiding gebruikt. Deze informatie vormt

het vertrekpunt voor de beschrijving van de gewenste toetssituatie in het toetsprogramma.

Toetsmatrix: voorbeeld

Toetsmomenten

Toetsen kan zinvol zijn op elk moment in een leerproces, afhankelijk van de functie van de toetsing:

- vooraf: als selectie, oriëntering of als nulmeting

- tussentijds: summatieve of formatieve (permanente) evaluatie

- op het einde: resultaatsbepaling

Wanneer? Benaming Doel Functie

Voor de start Nulmeting Selectie

Voortgangscontrole

Toelating

Startpunt bepalen

Tijdens Tussentijdse toetsing

(kan in de vorm van permanente evaluatie)

Leermiddel

Voortgangscontrole

Sturing

Bijsturing

Aan het eind Resultaatsbepaling Kwalificatie Niveaubepaling

Page 21: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 21/22

Toetsplan

Beschrijft het gewenste beleid inzake toetsing binnen de opleiding, gebaseerd op het toetskader en

de onderwijs- en toetsvisie van de instelling.

Toetsprogramma

Een systematische beschrijving van de gewenste situatie van het geheel van toetsen dat de opleiding

gebruikt om te toetsen of een student de eindkwalificaties heeft gehaald. Het is gebaseerd op het

opleidingsspecifieke leerresultatenkader, de opleidingsvisie en de onderwijs- en toetsvisie van de

instelling. Het geeft aan welke leerresultaten hoe, wanneer, door wie, waar, ... getoetst worden. Het

is m.a.w. een beargumenteerd en samenhangend geheel waarin verschillende toetsvormen elkaar

aanvullen.

Toetsprogramma: voorbeeld

Toetsschema

Legt vast welke toetsen binnen een opleidingsonderdeel worden ingezet. In een toetsschema legt

een docent/coördinator van een opleidingsonderdeel (in lijn met het toetsprogramma van de

opleiding) vast wat de inhoud en vorm van de toetsen is en hoe deze worden afgenomen en

beoordeeld, inclusief de wegingsfactor (hoe tellen de resultaten per toetsvorm al dan niet mee in het

eindcijfer). Deze informatie is ook terug te vinden in de programmagids (ECTS: EVA-fiche).

Toetsvormen

De keuze voor een toetsvorm en –instrument moet aansluiten bij de te toetsen leerdoelen.

Open toetsvormen (= vrije antwoorden; zowel mondeling als schriftelijk mogelijk): essay-,

korte-antwoord- en aanvultoetsen

Gesloten toetsvormen (= geprecodeerde antwoorden): ja/nee-, juist/onjuist-, meerkeuze-,

meerantwoord-, rangschik-, hotspot-/aanwijs-, matching-, matrixtoetsen

Vaardigheidstoets

Casustoets

Stage- of praktijkopdracht/authentieke opdracht/worksample

Overalltoets

Performances assessment/simulaties/rollenspelen/gedragsproef

Stationsproef

Criteriumgericht interview

Portfolio (bewijsdossier)

Verslag (eindverslag/reflectieverslag)

Voortgangstoets

(Beroeps)product of project

Assessment en development centers

Page 22: Toetsbeleid@Thomas Morebouwstenenopleiding.thomasmore.be/uploads/4/3/6/9/43695377/tm-… · De toetsing binnen Thomas More ligt in lijn met de Visie op onderwijs & studenten. Toetsing

TM-OS-Toetsbeleid@Thomas More p 22/22

Transparantie

Transparantie voor studenten betekent dat volgende aspecten vooraf duidelijk zijn: de afstemming

van de toets op de vooropgestelde leerresultaten, de toetsvorm(en), de beoordelingscriteria, het

verloop van de toetsing, de wijze waarop de eindbeoordeling tot stand komt, …

Validiteit

Validiteit van de toets betekent dat de toetsvorm en de inhoud van toets bewust worden gekozen

opdat de toets meet wat ze beoogt te meten in termen van kennis, vaardigheden, attitudes en

competenties. Validiteit over het geheel van de opleiding betekent dat het geheel van de toetsing is

afgestemd op de leerresultaten van de opleiding.

Vierogenprincipe

Interbeoordelaarsprincipe: de vragen aan collega’ s voorleggen en bespreken; meerdere

beoordelaars inschakelen, waardoor de betrouwbaarheid verhoogt.