TIJDBALK 1600-1940

Antoinette van Beers DBKV 2A

schilder/beeldhouwer/schilderij/sculptuur fotograaf architect maatschappelijk historische gebeurtenis schrijver/filosoof/kunstcriticus/muzikant wetenschapper/geleerde/politicus

1600

1700

1619-1690: Charles Le Brun, sterk onder invloed van Poussin 1632-1704: John Locke 1642-1727: Isaac Newton, gaf een rationele verklaring voor de wetten die de structuur van het univer-sum bepalen. 1650: Descartes overlijdt 1662-1736: Matthaeus Daniel Pöppelman, paviljoen in de Zwinger. 1669: Aanvang met de bouw van Versailles 1670-1742: Jean Baptiste Dubois, Franse theoreticus. 1675-1757: Rosalbo Carrira, befaamde portretschilderes. 1678: Oorlogen tegen Spanje, de verenigde Republiek en Het Heilige Roomse Rijk waren beëindigd. 1684-1721: Antoine Watteau, de grootste schilder van het begin van de 18e eeuw. 1688: Willem van Oranje, stadhouder van de Verenigde Republiek werd koning in Engeland. 1690: Essay concerning Human understanding van John Locke. 1692-1766: Johann Michael Fischer 1694-1778: Voltaire, de grootse geest van de verlichting. 1695-1768: François Cuvilliés, beierse hofbouwmeester, introduceerde een soort super-roccocoversie van de Franse binnenhuis architectuur in Duitsland. 1696-1770: Giovanni Battista Tiepolo, Venetiaanse frescoschilder. 1697-1764: William Hogarth 1697-1768: Canaletto, zijn stadsgezichten vielen vooral bij de Engelsen in de smaak. 1699-1779: Jean-Siméon Chardin, schildert in een stevige volkse trant, alles eenvoudig en gezond.

1700

1710

1720

1712-1778: Jean-Jacques Rousseau, de grootste criticus van de kwalen van het maatschappelijk leven van zijn tijd en de meest gedreven pleitbezorger van de natuurlijke gevoelens, riep in 1750 op tot didac-tische kunst. 1712-1793: Francesco Guardi, faam berust op zijn gezichten op Venetië. 1714-1727: George I koning van de constitutionele monarchie in Engeland. 1715: Dood van Lodewijk XIV; regentschap tot 1723. 1717-1768: Johann Joachim Winckelmann, bewerkstelligde een volledige herwaardering van de kunst uit de klassieke cultuur. Hij schreef vanuit de visie van een estheet, de verlichte denker.

1700 - 1777: Charles - Joseph Natoire, Parijse kunstenaar. 1703-1777: François Boucher, Franse roccoco schilder.

1720

1730

1740

1720 - 1778: Giovanni Battista Piranesi, architect.1721-1820: Charles Louis Dériseau, Franse architect

1723-1798: Gavin Hamilton, Schotse schilder

1725-1775: Ignaz Günther, beeldhouwer, beelden van hout in naturalistische kleuren, onmiskenbaar Germaans en religieus karakter in zijn werk. 1725 - 1805: Jean-Baptiste Greuze, schilder. 1727-1788:Thomas Gainsborough 1728-17922: Robert Adam, architect, 1754: Grand Tour.

1730: Hercules en Omphale, François Boucher, sensibiliteit. 1730 - 1795: Josiah Wedgwood, had een fabriek waar ze keramiek ontworpen en maakte. 1731-1802: Erasmus Darwin, evolutietheorie. 1732-1735: ‘Venetië, de Bacino di S. Marco op hemelvaartsdag’, Canaletto. 1732-1806: Jean-Honoré Fragonard 1737-1740: Gabriel Germain Boffrand, prinsessensalon. 1738: Opgravingen Herculaneum. 1738-1820: Benjamin West, schilderde graag historische onderwerpen, gewoonlijk geleend aan de oude geschiedenis waarbij figuren in keurig klassiek kostuum waren gestoken.

1740

1750

1760

1751: Franse encyclopedie ontstaat. 1752: Tiepolo, plafond in Würzburg. 1754: eerste staalwals in Engeland.

1755-1842: Marie Louise Vigée-Lebrun 1756-1791: Wolfgang Amadeus Mozart 1757-1822: Antonia Canova 1757-1827: William Blake, de goddelijke verbeeldingskracht diende volgens hem het feilbare menselijke verstand in het gareel te houden, en niet andersom.

1740-1786: Frederik de Grote koning van Pruisen 1741-1807: Angelica Kauffman 1741-1828: Jean-Antoine Houdon, meest befaamde Franse portret beeldhouwer van zijn tijd, zijn borst-beelden maken altijd een volstrekt natuurlijke indruk, beantwoorden aan de aanstellerij door de roccoco af te zweren en terug te keren naar de natuur.

1743: Mariage à la mode, William Hogarth 1743: Engels park aangelegd in Stourhead in Wiltshire.1743-1826: Thomas Jefferson 1744-1829: Jean Baptiste Lamarck, evolutietheorie. 1746-1828: Francisco de Goya, Spaanse schilder, specialiseerde zich in religieuze voorstellingen en por-tretten en werkte veel voor het hof. 1748: Opgravingen Pompeij 1748-1825: Jacques Louis David

1760

1770

1780

1765-1833: Nicéphore Nièpce, Fransman, slaagt erin beelden in een camera obscura vast te leggen op metaal en glas. 1768: Oprichting van de Royal Academie; eerste voorzitter is Sir Joshu Reynolds. 1768-1826: Mme Benoist, leerling van Jacques Louis David.

1770: ‘De dood van generaal Wolfe’, Benjamin West, eigentijdse kleding was van belang, omdat dit een werkelijkheids gevoel opriep en dit de waarheid van de ethische boodschap versterkte. 1770-1850: William Wordsworth 1771: Eerste spinweverij in Engeland. 1771-1835: Antoine Jean Gros,leerling van Jaques Louis David. 1771-1772: ‘De ontmoeting’, Jean Honoré Fragonard, uit de ontwikkeling van de liefde, met Fragonard raakte de roccoco bezield door een nieuw hartstochtelijk leven. 1773-1837: John Constable, ’natuurlijk’ schilder. 1774-1793:Lodewijk XVI koning van Frankrijk. 1774-1840: Caspar David Friedrich, in verf gedachten en emoties uitdrukken die niet in woorden te vat-ten waren. 1775-1851: Joseph Mallord William Turner 1776: Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring.

1780

1790

1800

1791-1824: Théodore Géricault 1792-1867: Victor Cousin, Frans filosoof. 1793: ‘De dood van Marat’, Jacques Louis David 1793: Lodewijk XVI wordt onthoofd. 1794: Slavernij op Frans grondgebied wordt afgeschaft. 1795: In Nederland werd de stadhouder verjaagd met hulp vanuit Frankrijk. 1795: De Bataafse Republiek werd uitgeroepen.1795: ‘eerste jaar van de Bataafse vrijheid’ 1796-1875: Jean-Baptiste Camille Corot, grootste Franse lanschapschilder van zijn tijd. 1797-1856: Paul Delaroche 1798: Lithografie uitgevonden. 1798-1862: Eugène Delacroix, colorist

±1780: Indrustriële revolutie in Engeland. 1780-1867: Jean Auguste Dominique Ingres1780-1790:Jozef II van Oostenrijk. 1781-1814: Karl Friedrich Schinkel, Duitse architect. 1783: Vrede van Versailles: VS erkend door de Europese machten. 1784: ‘Durf te weten!’ Heb de moed je verstand te gebruiken, dat is het motto van de verlichting’ -Imannuel Kant 1787-1793: ‘Cupido en Psyche’, Antonio Canova 1787-1851: Louis Jacques Mandé Daquerre, maakt onafhankelijk van William Henry Fox Talbot een uitvinding van fotografie openbaar. 1789: Val van Bastille; Franse revolutie, verklaring van de rechten van de mens.

1800

1810

1820

1800: ‘Portret van een zwarte vrouw’, Marie Guillaume Benoist, brak radicaal met 18e eeuwse tradities. 1800-1877: William Henry Fox Talbot, maakte onafhankelijk van Louis Jacques Mandé Daquerre een uitvinding van fotografie openbaar. 1801-1848: Thomas Cole 1802: Vrede van Amiens, maakt einde aan de oorlog tussen Engeland en Frankrijk 1804: Beethoven, ‘Eroica’ 1804:Napoleon door de paus tot keizer gekroond. 1804: ‘Napoleon in het pesthuis in Jaffa’, Antoine Jean-Gros 1809-1882: Charles Darwin, in 1859: ‘The origins of species’.

1811-1879: George Caleb Bingham 1812-1870: Charles Dickens, roman schrijver 1813: Duitse bevrijdingsoorlog 1813: Nederlaag van Frankrijk en de terugkeer van Oranje. 1814: Stour Valley en de kerk van Dedham, John Constable 1814:Eerst werkende stoommachine 1814-1875: Jean-François Millet 1815: Slag bij Waterloo 1815-1879: Julia Margaret Cameron, fotografe 1815-1905: Adolph van Menzel 1817-1818: ‘De wandelaar boven de nevelen’, Caspar David Friedrich 1817-1862: Henry David Thoreau 1818-1883: Karl Marx, schreef in 1848 een communistisch manifest 1819: ‘Het vlot van Medusee’, Théordore Géricault 1819-1877: Gustave Courbet

1820

1830

1840

1830: Juli-revolutie, Louis-Philippe koning van Frankrijk. 1830-1902: Albert Bierstadt 1830-1903:Camille Pissarro 1830-1904: Eadweard Muybridge 1832-1883: Edouard Manet, ‘eerste moderne schilder’ 1832-1923: Gustave Eiffel, Frans Ingenieur. 1834: Britse afschaffing van de slavernij 1834-1905: James Abott McNeill Whistler, een van de meest overtuigende estheten, ‘L’art pour l’art’, verdiepte zich erg in de Japanse kunst en interpreteerde dit op creatieve wijze in zijn werk.1834-1917: Edgar Degar, relatie met de impressionisten was problematisch, maar stelde wel samen met hen tentoon. Landschappen interesseerden hem niet, en hij werkte in zijn atelier en zelden of nooit buiten. ‘Verliefd geraakt op het moderne leven’.

1836-1910: Winslow Homer 1837: Victoria koningin van Engeland. 1837: Daguerre slaagt erin een tafereel vast te leggen op een verzilverde koperen plaat. ‘Daguerreoty-pie’ 1839: Uitvinding van de fotografie 1839-1899: Alfred Sisley, meest zuivere maar ook meest eenvoudige impressionist van allen.1839-1906: Paul Cézanne, werd diepgaand beïnvloed door de reactie op de industriële revolutie --> nos-talgie naar het platteland. ‘Nadenken moeten we, het oog is niet voldoende, bezinning is noodzakelijk.

1820-1895: Friedrich Engels, ‘communistisch manifest’ met Marx 1820-1910: Nadar, fotograaf. 1821-1867: Charles Baudelaire, dichter. 1823-1896: Mathew Brady, fotograaf. 1825-1898: Charles Garnier, architect. 1826-1900: Frederick Edwin Church 1827-1875: Jean-Baptiste Carpeaux, beeldhouwer. 1828: ‘De dood van Sardanapalus, Eugène Delacrois 1829-1896: John Everett Millais, prerafaëliet.

1840

1860

1850

1840: ‘Het slavenschip’, William Turner, hij vatte schilderen op als het hanteren van doorzichtige en ondoorzichtige pigmenten op een plat vlak. 1840-1882: Timothu H. O’Sullivan, fotograaf. 1840-1917: Auguste Rodin 1840-1926: Claude Monet, impressionist.

1842: ‘Odalisk met slaaf’, Ingres 1844-1900: Friedrich Wilhelm Nietsche, filosoof.1844-1926: Mary Cassat, de belangrijkste Amerikaanse kunstenaar van haar generatie, die vanaf 1879 met de impressionisten in Parijs tentoonstelde. 1844-1910: Henri Rousseau, zijn technische en conceptuele naïviteit verleende hem echter de onge-repte kijk van een ‘wilde’ zonder dat hij ooit een voet buiten Parijs had gezet. 1844-1916: Thomas Eakins 1844-1930: Ilja Jefimovitsj Repin 1845: ‘Bonthandelaars op de Missouri’, George Caleb Bingham 1848-1903:Paul Gaugain 1848: Revoluties in Frankrijk enz. Tweede republiek. 1848: Marx en Engels, communistisch manifest 1849-1850: ‘Een begravenis in Ornons’, Gustave Courbet, onderwerp is nadrukkelijk alledaags.

Tweede helft 19e eeuw: Japanse prenten hebben de hele ontwikkeling van de Westerse kunst beïn-vloed, zij vormden als het ware een katalysator waardoor schilders zich konden bevrijden van de last van de klassieke traditie. Volgens Degas was de Japanse prentkunst: ‘Een manier om vorm te zien’.1851: Crystal Palace, Londen1851-1870: Tweede keizerrijk van Napoleon.

1852-1926: Antoni Gaudi

1853-1890: Vincent van Gogh, voor wie kunst een middel tot persoonlijk geestigheid was. Autodidact.

1856-1924: Henry Sillivan, Amerikaanse architect, de otnwikkeling van de wolkenkrabber. 1856-1939: Sigmund Freud, Traumdeutung (1900), zijn theoriën over het onderbewuste, vooral over de rol van de seksualiteit betekenden een omwenteling in de normen en waarden van het begin van de eeuw.

1859-1891: Georges Seurat 1859-1937: Henry Ossawa Tanner

1860

1870

1880

1861-1865: Amerikaanse burgeroorlog 1861-1898: Opening de Opéra, van Charles Garnier, symboliseerde de toon van beide regimes en tijd-perken.1863:Salon de Refugés; voor werken die door de officiële Salon geweigerd werden, vormden de eerste stap in het streven de tirannie van de officiële kunstwereld te doorbreken. 1863: ‘Déjeuner sur l’herbe’, Edouard Manet 1863-1944: Edvard Munch1864-1901: Henri Marie Raymond de Toulouse-Lautrec, bracht de litho tot een nieuwe vorm van kunst, met inspiratie duidelijk uit Japan. 1865: Einde van de Amerikaanse burgeroorlog 1866-1944: Wassily Kandinsky, beseft in een avond in 1910 als een moment waarop hij het abstracte voor het eerst compleet besefte. 1866-1957: Diego Rivera, Mexicaanse schilder, werd gezien als leider van de nieuwe Mexicaanse kunst. 1867: ‘De terechtstelling van keizer Maximiliaan’, Edouard Manet 1867: Grote Wereldtentoonstelling, lofzang op het nog steeds groeiende rijk-->Frankrijk. 1867-1945: Kathe Kollwitze, beschouwde zichzelf als een realiste, wilde onafhankelijk zijn en blijven en tot geen enkele groep behoren, anders zou ze tot een van de eerste expressionisten kunnen worden benoemd. 1867-1954: Frida Kahlo, Mexicaanse schilderes, werd ‘een van de ontdekkingen’van het surrealisme genoemd. 1867-1956: Emil Nolde, expressionist, (maskers 1911) 1868: ‘Tussen de bergen van de Sierra’, Albert Bierstadt 1869: ‘Geboorte van het impressionisme’ Monet en Renoir brengen samen een zomer door in Bougival aan de Seine, ze werken erg nauw samen. 1869: ‘Long Branch, New Jersey’ Winslow Homer 1869-1958: Henri Matisse 1869-1959: Frank Lloys Wright, grootste Amerikaanse architect.

1870: Nederlaag in franse geschiedenis, Frans-Duitse oorlog, Napoleon de derde capituleert. 1872: ‘Impressie zonsopgang’, Claude monet, gaf het impressionisme de naam toen het in 1874 ten-toongesteld werd.1872-1944: Piet Mondriaan

1875: ‘Staalwalserij’, Adolph van Menzel

1876-1942: Julio Gonzalez, heeft te maken met gelast metaal in de beeldende kunst, waagde deze sprong samen met Picasso. 1876-1918: Raymond Duchamp Villon, beeldhouwer.1876-1958: Maurice de Vlaminck 1878: ‘Galopperend paard’, Eadweard Muybridge1878-1955: Kazimir Malevitsj, schilderde in 1912 in een stijl die hij zelf kubofuturistisch noemde, toen hij verder gevorderd was in de richting van een absoluut zuivere vorm van totale abstractie was, noemde hij dit suprematisme. 1879-1953: Francis Picabia, vormde samen met Duchamp een dada-groep in de oorlogstijd (in New York)

1880

1890

1900

1880-1916: Franz Marc, naast Kandinsky belangrijkste kunstenaar van ‘Der Blaue Reiter’ 1880-1938: Ernst Ludwich Kirchner, ‘Hij die zijn innerlijke overtuiging weergeeft zoals hij weet dat hij dat moet doen, en dat doet met spontaniteit en oprechtheid, is een der onzen’. 1881-1882: ‘Een bar in de Golies-Bergère’, Edouard Manet, meesterwerk van een ander soort, combi-natie van kunstmatig en natuurlijk, van illusie en werkelijkheid in deze wereld. Hij leverde bij uitstek ‘moderne’ beelden van het eigentijdse leven op. 1881-1973: Pablo Picasso1882: Renoir begint na een reis naar Italië ernstig te twijfelen aan het impressionisme vanwege gebrek aan vorm, compositie en inhoud, en hij zocht naar vernieuwing door meer traditionele vormen en me-thoden te ontwikkelen. 1882-1963: Georges Braque 1883-1931: Theo van Doesburg 1883-1965:Charles Sheeler, ook moeilijk te plaatsen in een chronologisch overzicht.1882-1967: Edward Hopper, moeilijk te plaatsen in een chronologisch overzicht.1883-1965:Charles Sheeler, ook moeilijk te plaatsen in een chronologisch overzicht. 1884: ‘Ze verwachten hem niet’, Repin ±1885: Crisis binnen het impressionisme groeit uit tot een bewuste reactie, jonge kunstenaars wilden dat de kunst een diepere betekenis zou krijgen; net neo-impressionisme. 1885-1953: Vladimir Tatlin, leider van de meest vooruitstrevende beweging: het constructivisme.1886: ‘Symbolisch Manifest’ van Jean Moréas, i.p.v. motieven in het zichtbare om hen heen te zoeken keken zij nu in het innerlijk, zodat gevoelens en ideeën het uitgangspunt vormden voor kunstwerken. 1886-1963: Tristan Tzara, Roemeense dichter, spreekbuis van de dada. 1886-1969: Ludwig Mies van der Rohe, Duitse architect, ontwerper. 1887-1965: Le Corbusier, Charles Edouard Jeanneret, Zwitserse schilder/architect. 1887:-1968: Marcel Duchamp1888: ‘Het visioen na de preek’, eerste grote voorbeeld van synthetisme of schilderkunstig symbolisme. 1888-1964: Gerrit Rietveld 1888-1978: Giorgio Chirico 1889-1943:Sophie Taeuber Arp, dadïst in Zurich, partner Jean(Hans) Arp (1887-1966)

1890-1941: El Lissitzky, leider van de meest vooruitstrevende beweging: het constructivisme. 1890-1976: Man Ray (Emanuel Rudnitsky)

1891-1956: Aleksander Rodtsjenki, bleef in Rusland. 1891-1976: Max Ernst

1892-1916: Umberto Boccioni

1893: ‘De schreeuw’, Edvard Munch1893-1983:Joan Miró, het surrealisme bood hem nieuwe artistieke mogelijkheden, waardoor hij zich van nieuwe invloeden kon bevrijden.

1895: ‘Voor tachtig cent’, Angelo Morbelli(1853-1919), hier in wordt een sociale boodschap uitgedragen.1895-1965: Dorothea Lange, fotografe, wijdde zich later aan het visueel documenteren van de daklozen en werklozen.

1896: Opening galerie ‘Art Nouveau’, ontworpen door Belgische architect Henry van de Velde (1863-1957) 1896-1966: André Breton, dichter, in 1924 zijn eerste surrealistische manifest publiceerde, het riep alle schrijvers en beeldend kunstenaars op om zich van alle beperkende banden te bevrijden. 1897: Grieks-Turkse oorlog 1898-1967: Rene Magritte 1898-1974: Alexander Caldier, werkte ook met het concept van metalen sculptuur met een open vorm. 1898-1986: Henry Moore, Britse beeldhouwer.

1900

1910

1920

Eeuwwisseling: het zoeken naar nieuwe manieren om de wereld te zien, in combinatie met een neiging om alle bestaande conventies en uitgangspunten af te breken.

Eerste jaren van de 20e eeuw: opstand tegen alle vormen van naturalisme zijn in volle gang. 1902: Einde boerenoorlog 1903-1975: Walker Evans 1903: ‘Mont Saint Victoire’, Paul Cezanne 1904-1989: Salvador Dalí

1905: Tentoonstelling in Parijs in Salon d’Automne, kan worden beschouwd als de eerste grote gebeurte-nis in de kunst van de 20e eeuw. 1905: Die Brücke ontstaat in Dresden. 1905: Acrobatenfamilie, Pablo Picasso

1906: ‘ De levensvreugde’, Henri Matisse, het grote fauvistische meesterwerk. 1906-1965: David Smith

1907: ‘Les demoisselles d’Avignon’, Pablo Picasso 1907: ‘Waterlelies’, Claude Monet

1908-1909: ‘De rode kamer’, Henri Matisse1908-2004: Henri Cartier-Bresson, werkte vanaf 1936 voor een communistische krant in Parijs. 1908: Abstraktion und Einfühlung, Warringer

1910: Kandinsky voltooid zijn boek: Über das Geistige in der Kunst 1910-1912: ‘Analytisch Kubisme’. 1911: De schrijver André Gide schreef: ‘De tijd voor zachtaardigheid en dilettantisme is voorbij. Wat wij nodig hebben zijn barbaren’. 1911: de term ‘expressionist’ werd in 1911 voor het eerst gebruikt door WIlhem Warringer met betrek-king tot van Gogh en Matisse. 1911-1916: kunstenaars van der Blaue Reiter deden een belangrijke stap: zij betraden de wereld achter de visuele uiterlijke schijn en behoorden tot de eersten die volstrekt abstracte kunstwerken maakten. 1912: Het eerste volkomen abstracte werk ontstaat. 1912: ‘Orfisch kubisme’, werd door Apollionaire ingehaald als een vorm van ‘zuivere schilderkunst’, waarin het onderwerp geen enkele rol speelde. Schilders die bij deze beweging betrokken waren: Robert Delauney, Sonia Delauney, Fernand Leger, Marcel Duchamp, Francis Picabia. : Gitaar, Pablo Picasso, het eerste kubistische sculptuur, hij veranderde het hele karakter van de sculptuur, gebruikte hiervoor hout, blik, karton, papier en touw. 1912-1913: Ontstaan van de eerste Russische abstracte beweging, geleid door Michau Lariona en natalja Gontsjarova: Rayonisme.1913: Compositie VII, Wassily Kandinsky, vormte een mijlpaal in de geschiedenis want de vormen, de kleurvlakken hebben geen equivalenten in de zichtbare wereld. Bovendien ontbreekt perspectief en zijn er dus geen ruimtelijke verhoudingen. 1913: ‘Unieke vormen van continuïteit in de ruimte’ Umberto Boccioni 1914-1918: Eerste Wereldoorlog

1915: ‘Ready Mades’ worden voor het eerst getoond in New York. 1916: Dada maakt zijn entree in de kunstwereld, had zijn wortels al in 1914. 1917: De Stijl wordt opgericht door Piet Mondriaan, Theo van Doesburg en Jacobus Pieter Oud. 1917: Fontein, Marcel Duchamp, Ready Made.1919: Bauhaus wordt gelanceerd, door Gropius.

1920

1930

1940

1921: Schönberg, ‘Suite voor piano Op.25’

1922: Malevitsj verklaard het einde van het suprematisme. 1923: USSR (Sovjet-Unie) gevormd. 1923: ‘Vrijgezellenmachine’, Marcel Duchamp 1923: ‘zittende Harlekijn’, Pablo Picasso 1924: Schröderhuis, Gerrit Rietveld

1925: Hitler, ‘Mein Kampf’1925: Eerste surrealistische tentoonstelling in Parijs, opvallende afwezigheid van Magritte en Dali, die zich pas later bij de beweging aansloten. 1925: Chromen buisstoel, Marcel Breuer 1925: Bauhaus verhuist naar Dessau, waar Gropius een nieuw gebouw voor de school ontwierp. 1927: ‘The Jazz Singer’ (eerste commerciele geluidsfilm) 1927: ‘Cafetaria’, Edward Hopper 1929: ‘Guéridon’, Georges Braque 1929: ‘Les femmes 100 têtes’, Max Ernst

1930: ‘Fox trot A’, Piet Mondriaan1930-1931: ‘Vrouwenkop’. Pablo Picasso1931-1985: Meret Oppenheim1931: ‘De halsstarrigheid van de herinnering’, Salvador Dali1932: verbod op artistieke groeperingen door de nazi’s.

1932: Roosevelt president van de VS1933: Bauhaus wordt door de nazi’s gesloten. 1933: Hitler bondskanselier in Duitsland

1934: ‘Le viol’, Rene Magritte 1934-1935: Lloyd Wright, Broadacre City-project 1936: ‘Object bekleed met bont’, Meret Oppenheim 1937: ‘Guernica’, Pablo Picasso

1936: Spaanse Burgeroorloog 1938: ‘vrouwenkop’, Joan Miró 1939 Duitsland trekt Polen binnen. Begin WO II

Overzicht van stromingen: Barok: 1600 - 1750Rococo: 1700 - 1750Classicisme: 1750 - 1850Romantiek: 1800 - 1900Realisme, Impressionisme, symbolisme: 1850/60 - 1870Post-impressionisme: 1870/1880 Art Nouveau 1890-1910Fauvisme:1904-1908 Die Brücke: 1905-1913 Expressionisme: 1905-1940Kubisme: 1906 tot ca. 1920 Futurisme: 1909-1914 Der Blaue Reiter:1911-1914 Constructivisme: 1914-1928 Suprematisme: 1915-1930 Dadaïsme: 1916-1924 De Stijl: 1917-1931 Het Bauhaus: 1919-1933 Surrealisme: vanaf 1924