Thuis

10
Thuis koesterplaats, vindplaats van heelkracht en vertrouwen Inleiding Stilvallen in onze wereld van vandaag, mag dan wel niet zo vanzelfsprekend zijn, want alles moet worden opgevuld door vluchtige impulsen, maar echte stilteplekken waar je adem en rust kan vinden, zijn er nog. Goddank. In de natuur, weg van de grote drukte. In de ruimte van een kerk of kapel. Binnen de muren van een abdij of in een kloostertuin, en overal waar je wordt opgeroepen om de activiteit even loslaten. Zoals hier en nu. Toch zijn er ook andere omstandigheden die je uitdagen om tot bezinning te komen en te zoeken naar het meest wezenlijke in dit bestaan. Daarover wil ik het hebben. Ik ben er immers van overtuigd dat de oproep om ten diepste mens te worden, weerklinkt daar waar we leven dag aan dag. In de realiteit en in de concrete vragen die op ons afkomen. Op de plaats waar we het meest op anderen betrokken zijn. In het antwoord dat we geven op die concrete werkelijkheid, voltrekt zich het proces van menswording. Ook wanneer de consequentie daarvan is dat we dromen en verwachtingen moeten opgeven. Kris Gelaude Woordkunstenaar en auteur http://krisgelaude.blogspot.com/ Onlangs verscheen van haar hand het boek "Voor wie woorden zoekt. Inspiratie voor grote en kleine momenten". Deze tekst wordt u aangeboden door Kleopas, één van de partners die Viermaal stilvallen mogelijk maakt. Kleopas geeft het magazine overhoop uit, een magazine voor mensen met een positieve, hoopvolle blik op mens en wereld. De cover van het decembernummer stelt de vraag die andere magazines, kranten, tv- en radioprogramma's ook stellen: 'wat eten we met Kerstmis?' Maar overhoop benadert die vraag op een heel eigen wijze. Benieuwd? Kijk dan even op www.overhoop.be.

description

Thuis, koesterplaats, vindplaats van heelkracht en vertrouwen. Tekst van de voordracht van Kris Gelaude op de tweede viermaal stilvallenavond van 2011.

Transcript of Thuis

Thuis

koesterplaats,

vindplaats van heelkracht en vertrouwen

Inleiding

Stilvallen in onze wereld van vandaag, mag dan wel niet zo

vanzelfsprekend zijn, want alles moet worden opgevuld door vluchtige

impulsen, maar echte stilteplekken waar je adem en rust kan vinden, zijn

er nog. Goddank. In de natuur, weg van de grote drukte. In de ruimte

van een kerk of kapel. Binnen de muren van een abdij of in een

kloostertuin, en overal waar je wordt opgeroepen om de activiteit even

loslaten. Zoals hier en nu.

Toch zijn er ook andere omstandigheden die je uitdagen om tot

bezinning te komen en te zoeken naar het meest wezenlijke in dit

bestaan. Daarover wil ik het hebben. Ik ben er immers van overtuigd dat

de oproep om ten diepste mens te worden, weerklinkt daar waar we

leven dag aan dag. In de realiteit en in de concrete vragen die op ons

afkomen. Op de plaats waar we het meest op anderen betrokken zijn. In

het antwoord dat we geven op die concrete werkelijkheid, voltrekt zich

het proces van menswording. Ook wanneer de consequentie daarvan is

dat we dromen en verwachtingen moeten opgeven.

Kris Gelaude

Woordkunstenaar en auteur

http://krisgelaude.blogspot.com/

Onlangs verscheen van haar

hand het boek "Voor wie

woorden zoekt. Inspiratie

voor grote en kleine

momenten".

Deze tekst wordt u aangeboden door Kleopas, één van de

partners die Viermaal stilvallen mogelijk maakt. Kleopas geeft het

magazine overhoop uit, een magazine voor mensen met een

positieve, hoopvolle blik op mens en wereld.

De cover van het decembernummer stelt de vraag die andere

magazines, kranten, tv- en radioprogramma's ook stellen: 'wat

eten we met Kerstmis?' Maar overhoop benadert die vraag op

een heel eigen wijze. Benieuwd?

Kijk dan even op www.overhoop.be.

Sta me toe dat ik, om dat toe te lichten, vertrek vanuit mijn eigen

geschiedenis. Ik was 18 toen ik, op een avond net voor kerstmis, naast

vader in het ziekenhuis stond. Daar kregen we te horen dat moeder nog

hoogstens enkele maanden te leven had. Zij had kanker en in die tijd

waren daarvoor geen behandelingen. Ik was de oudste van het gezin. En

het was vanzelfsprekend dat ik moeders taken zou overnemen. Dat heb

ik gedaan en ik heb moeder thuis verzorgd tot aan haar dood enkele

maanden later, met de beperkte hulp van het Wit-gele kruis. Alles

gebeurde thuis en moeder stierf, omringd door de hele familie, in een

sfeer van intimiteit, warmte en geborgenheid. Die hele context heeft in

grote mate richting gegeven aan mijn leven.

Hoe moeilijk het ook allemaal geweest is, toch kijk ik nog altijd op die

ervaringen terug met een gevoel van dankbaarheid, omdat dit heeft

gekund. Voor haar en voor ons. Niettegenstaande het grote verlies dat

we leden, heeft dat iets toegevoegd aan mijn leven. Iets wat niemand me

ooit kan ontnemen. Het heeft zelfs een stuk mijn verdere leven bepaald.

Doorheen die ervaringen heb ik ook geleerd wat levenskwaliteit is. Voor

velen is het onbegrijpelijk dat er in zulke context sprake kan zijn van

levenskwaliteit. En toch. Juist in moeilijke omstandigheden kun je heel

sterke momenten beleven, die voor de rest van je leven van betekenis

zijn. Want alles wat bijkomstig is, blijkt zonder waarde en valt weg. Je

luistert en je spreekt anders, je beleeft veel bewuster wat er gebeurt. Je

zegt elkaar dingen waar je in andere omstandigheden niet toe komt. Je

wordt gevoeliger voor het onzegbare. En je doet beroep op je beste

vermogens. Zo ontstaat er levenskwaliteit. De toewijding waarmee je

iemand omringt, zorgt altijd voor iets wat blijvend is. Een meerwaarde

die door niets anders te vervangen is.

Thuis, koesterplaats voor kwetsbaarheid.

Ook vanuit die omstandigheden heb ik geleerd hoezeer ‘thuis’ een

koesterplaats kan zijn voor alles waar een mens van leeft. Brood en wijn.

Vreugde en verdriet. Liefde en onmacht. Hoop en wanhoop. De morgen

en de avond. Krijgen en loslaten. Geboren worden en sterven. Thuis is

de plaats waar al die ervaringen samenvallen. Daar kan je a.h.w. het erts

vinden, waarmee je vorm kan geven aan je bestaan. En waar je tegelijk

de kans geboden wordt om te leren omgaan met tegenstrijdigheden.

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

2

Om die in ons leven te integreren en ons te verzoenen met wat we niet

kunnen veranderen.

Dat houdt ook in dat thuis vooral de plek is waar je ten diepste je eigen

kwetsbaarheid kan ervaren. Waar je dat mag toelaten, omdat het de plek

bij uitstek is waar men geacht wordt lief te hebben. En kwetsbaarheid wil

ik hier heel duidelijk benaderen als een positief gegeven. Niet – zoals het

bij de meesten van ons werd ingeprent – als iets dat er niet hoort te zijn,

als een zwakheid.

Cfr. Luk: ‘Op een bepaald moment heb ik ingezien hoe belangrijk het is

om ruimte te laten voor kwetsbaarheid en dat te beleven en te

benaderen als iets waardevols. Het is een lange en moeizame oefening

geworden, maar het heeft van mij een ander mens gemaakt. En het

heeft mijn wereld geopend naar de minderen in onze samenleving.’

Kwetsbaarheid aanvaarden en er iets mee doen, ligt echt niet voor de

hand. Er is moed voor nodig. Heel veel moed soms. En nederigheid. Wij

trekken ons allemaal op aan wat we kunnen, aan onze prestaties. Maar

wie we werkelijk zijn, onze innerlijke kracht, komt pas aan het licht

doorheen onze diepste kwetsbaarheid en in de moeilijkste situaties.

De joodse auteur F. Weinreb zegt dat juist de weerloze mens het grootst

is en het meest het goddelijke benadert. Precies omdat hij hoopt en

wanhoopt. Omdat hij in al zijn beperktheid alleen maar kan uitzien naar

genade en bevrijding. In die toestand worden wij weer ontvankelijk als

een kind. Dat een mens in zijn kwetsbaarheid en afhankelijkheid tegelijk

ook groot kan zijn, heb ik ten overvloede ervaren. Dan, meer dan in

andere omstandigheden, wordt men aangewezen op zijn diepste,

verborgen kracht. Dat heb ik telkens met eigen ogen gezien. En het was

dan ook vooral de meest kwetsbare, die mij de weg wees.

Een aantal jaren geleden, moest ik op een herfstavond aan mijn dochter,

die op dat moment reeds een hele tijd in het ziekenhuis was

opgenomen, gaan vertellen dat zij een ver gevorderde kanker had. Zij

was toen een jonge vrouw van 22. Studente, levenslustig, rebels van

karakter, iemand die de volheid van het leven wou proeven. Maar zij

vermoedde zelf al dat ze ernstig ziek was. Natuurlijk kwam mijn

boodschap zeer hard aan. Toch reageerde zij op een bijzonder serene

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

3

manier. Eén van haar uitspraken die toen diepe indruk op me maakte,

was: ‘Jullie zijn nu zo lief voor me, maar doe dat slechts in die mate dat ik

er mij niet zielig bij voel’. M.a.w. ‘Laat mij in alle omstandigheden blijven

wie ik ben en gun mij vooral mijn waardigheid’.

En toen ik de dag na het slechte nieuws bij haar kwam, zei ze: ‘Vannacht

heb ik over alles nagedacht. Ik heb me de vraag gesteld, wat ik in het

leven gehad heb en wat ik er verder nog mag van verwachten. Welke

keuzes er nu nog voor me overblijven…’ En haar conclusie was: ‘Ik moet

me geen vragen stellen, ik moet gewoon wat me hier en nu overkomt in

mijn leven zien te integreren, wat het ook wordt.’ Dit was naar mijn

gevoel een heel moedige en krachtdadige keuze. Dat had ze toen

samengevat in een kort gedicht:

‘Misschien ga ik wel…. ‘ (Teder Asiel, p. 22)

Vooral in die laatste regel zegt zij bijzonder veel. Niet dat ‘eenvoudig’ hier

voor haar ‘gemakkelijk’ betekent, want zij weet dat haar een zeer

moeilijke en onzekere tijd te wachten staat. Maar precies door dat onder

ogen te zien, zonder te weten waar die weg naartoe zou leiden, en dan

toch met positieve ingesteldheid verder te gaan, vindt zij iets als de

wijsheid van de eenvoud. Want inderdaad, pas wanneer men zich

verzoent met de complexiteit van het bestaan, kan men ook de

wezenlijke eenvoud ervan beginnen ervaren. En dat komt altijd neer op

vertrouwen. Zelfs in de donkerste nacht. Haar manier om met die bittere

realiteit om te gaan werd uiteraard ook voor ons toonaangevend. Zij riep

het beste in ons wakker. En keer op keer bewees zij voor ons hoe groot

men kan zijn in zijn kwetsbaarheid.

Het antwoord van nabijheid.

In die context opteerde ik ervoor om in de eerste plaats nabij te zijn,

honderd procent, wat dat ook mocht inhouden. Ieder uur dat ons

gegeven werd, met alle zorg en aandacht die ik kon bieden. En ik vind dit

nog altijd de meest zinvolle bezigheid die een mens op zich kan nemen.

Zo zijn we samen een weg van jaren gegaan. Tijden doorregen van

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

Luistermomenten

Niets doen en luisteren. Zo eenvoudig kan het zijn: even de drukte

van de dag doorbreken om je opnieuw te verankeren in het hier

en nu van de eeuwigheid. Het enige wat je daarvoor nodig hebt, is

een digitale audiospeler. De luistermomenten kan je downloaden

van www.overhoop.be: twee voor elke week van de advent.

De eerste twee audiobestanden komen tegen zondag online. Je

hoeft ze niet te downloaden en naar een audiospeler over te

zetten. Je kunt ze ook via het web beluisteren.

onmacht, twijfel, vrees en onvermogen. Maar anderzijds ook gedragen

door intense warmte, tederheid, verbondenheid. En op die manier kon

het ook een weg van vertrouwen worden, binnen de geborgenheid die

een thuis kan bieden.

Meer recent kwam ik opnieuw in een vergelijkbare context terecht. Vier

jaar geleden werd plots duidelijk dat mijn echtgenoot een ernstige

hersenaandoening had. Hij stond nog volop in het actieve leven, was een

zeer gedreven iemand, een intellectueel en geboren lesgever, met een

grote behoefte aan vrijheid. Maar de aandoening maakte hem op een

minimum van tijd volkomen afhankelijk van mij. Zijn vermogen om te

spreken, om te zeggen wat hij dacht en voelde werd aangetast. Al zijn

intellectuele bezigheden moest hij opgeven, loslaten wat hem altijd

bezield had. Zijn rationele ingesteldheid kwam in botsing met vreemde,

fysieke ervaringen die hem iedere zogenaamde vrijheid ontnamen. Zijn

sociale contacten werden tot een minimum herleid, omdat hij geen

prikkels meer verdroeg. Thuis werd de enige plek waar hij zich veilig

voelde, zijn asielplaats. Waar alles er mocht zijn. Pijn, ontgoocheling,

kwaadheid of verdriet. Hij had alle redenen om zich te verzetten en

bitter te worden. Waarom moesten wij ook hier weer door? Maar op een

bepaald moment maakte ook hij een duidelijke keuze, nl. om niet de

schaduwkant van het leven, maar de lichtzijde de bovenhand te geven.

Van dan af bracht zijn ziekte een enorme mildheid en minzaamheid in

hem naar boven. Hij had de moed gevonden om kwetsbaar te zijn. Om

ondanks zijn eigen hulpeloosheid, zelfs aandacht te tonen voor de

kwetsbaarheid van anderen. En om te zeggen: ‘Het is goed geweest’ en

uiteindelijk alles uit handen te geven. ‘Het is goed geweest’, dit waren

woorden die hij telkens opnieuw herhaalde. Buitenstaanders konden het

soms moeilijk vatten, hoe iemand zich met zo’n bittere realiteit kan

verzoenen. En toch. En iedere keer lag in die woorden een ontzaglijke

rust en vertrouwen.

Ik heb ook gezien hoe, binnen ons gezin, de relaties steeds diepgaander

werden. Uiteraard leer je in zo’n omstandigheden gevoeliger met elkaar

omgaan. Wetend dat je iemand kan verliezen, ga je die ook meer

koesteren. Maar hij was degene die voor een grotere intensiteit zorgde.

Die dingen deed en zei, waar hij vroeger nooit toe zou gekomen zijn en

waarin wij levenslang troost zullen in vinden.

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

5

Merkwaardig genoeg waren er naast al het moeilijke waar we doorheen

moesten, ook sterke, feestelijke momenten, zowel tijdens het

ziekteproces van mijn echtgenoot als dat van mijn dochter. Ook al besef

je dan meer dan ooit hoe kortstondig en broos alles is, toch beleef je die

ogenblikken als een uiterst kostbaar geschenk. Als een soort

eeuwigheidsmoment, dat zijn betekenis blijft bewaren en nooit uit je

herinnering zal gewist worden. Zo was bijvoorbeeld ieder thuiskomen uit

het ziekenhuis, na een kritieke fase. Dan krijg je elkaar bijna letterlijk

terug, met de nadruk op ‘krijgen’.

Vb. Kerst vorig jaar (zie ook Teder Asiel, p. 46)

‘Alles krijgen we en alles moeten we laten gaan’ (G.Vanhercke).

Krijgen en loslaten, het is een oefening die ons hele leven omhelst. Maar

het is ook een oefening waarbij vooral de ontvankelijkheid wordt

aangescherpt. Hoezeer mensen elkaar kunnen krijgen heb ik keer op

keer geleerd. En in dat bewuste krijgen wordt de relatie telkens een

beetje meer geschuurd en gepolijst. Elkander krijgen en alle

vanzelfsprekendheid afleggen, vergt immers een permanente aandacht

en betrokkenheid, waarin schroom tegenover het ongekende en het

onaantastbare in de ander aan alles vooraf gaat. De diepste ontmoeting,

de sterkste verbinding gebeurt tussen het krijgen en loslaten.

Bij het overlijden van mijn echtgenoot, enkele maanden geleden, heeft

één van onze kinderen dat zeer treffend verwoord: ‘Wij kunnen enkel

maar zoveel verliezen omdat we zoveel gekregen hebben’.

De weg van menswording.

Met mijn verhaal zou ik ook willen aangeven hoezeer ‘mens worden’

geen vaag begrip kan blijven, maar voortdurend dient te gebeuren, ons

leven lang, ondanks en dankzij alles wat ons overkomt. In iedere realiteit

waarmee we geconfronteerd worden zit een oproep. En het antwoord

daarop kunnen alleen wij zelf geven. Ook al kan ik het scenario van mijn

leven helemaal niet zelf bepalen – want niemand kan dat – toch moet ik

er mij van bewust blijven dat ikzelf inhoud moet geven aan mijn

levensverhaal. Wat er ook gebeurt, ik ben verantwoordelijk voor de zin

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

6

van mijn bestaan. Niemand anders. En die zin valt ook niet uit de hemel.

Het komt erop aan van met de werkelijkheid iets te doen en doorheen

kwetsuren en kwetsbaarheid toch trachten te groeien. Of zoals

Oosterhuis het ooit zei: ‘Geloven is het doen met wat je gegeven is’.

Wanneer we ook nog proberen voorrang te geven aan het duurzame en

het kwetsbare, wanneer we elkaar steeds weer proberen nabij te zijn,

wordt het leven niet complexer, maar veeleer eenvoudiger. Want vragen

als: ‘Wat bereik ik hiermee? Wat levert mij dat op?’ worden dan

volkomen overbodig. De klemtoon komt te liggen op: wat maak ik van dit

moment, hoe beleef ik dit? En wat biedt hier en nu levenskwaliteit, niet

alleen voor mezelf, maar ook voor de mens naast mij? De weg die

mensen in die optiek samen afleggen, met aandacht en nabijheid, in

warme samenhorigheid, is altijd een zinvolle weg, waar die ook naartoe

loopt.

Het grote gemis dat ik nu ken zal blijven, levenslang. Maar toch leer ik uit

al die ervaringen en zelfs uit het verdriet, dat vertrouwen voorwaarde is

om niet zonder levenskwaliteit te vallen. Vertrouwen brengt het

ondenkbare, het mysterie dichterbij. Reeds lang geleden heb ik komaf

gemaakt met geloofszekerheden. Alle zekerheden staan de dynamiek

van het geloof en het mysterie trouwens in de weg. Of ze nu materieel of

spiritueel zijn. Het enige dat ik wel weet is: dat ik een weg te gaan heb en

dat precies het gaan van die weg, met onbevangen geest en met

betrokkenheid op anderen, mij perspectief kan bieden. En dat ik op die

weg misschien af en toe ook in verwondering zal kunnen stilstaan,

gegrepen door de gebeurtenissen die mij overstijgen. Vertrouwen

immers opent altijd perspectieven.

Ook de erkenning die mensen elkaar kunnen bieden - en hoe belangrijk

is het niet om je als persoon erkend te voelen - ook die erkenning wordt

ingegeven door vertrouwen. Niet voor niets zegt de grote filosoof

Immanuel Kant dat de plicht tot vertrouwen, onze hoogste menselijke

plicht is. Is het vaak niet het omgekeerde van vertrouwen, nl.

wantrouwen, achterdocht, angst voor het onbekende, die voor

spanningen en slechte verhoudingen zorgt. Een samenleving valt uiteen

als er geen vertrouwen is.

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

7

Vertrouwen daarentegen stelt ons in staat om grenzen te verleggen en

bruggen te bouwen. Mensen met een diepgeworteld vertrouwen in het

leven zelf, kennen geen angstvalligheid en zullen ook niet eenzelvig

leven. Vaak merk je dat zo’n mensen ook veel kunnen relativeren. En

relativeren betekent letterlijk: alles in zijn wezenlijk verband plaatsen,

samen voegen wat samen hoort. Vreugde en verdriet, onmacht en

kracht, leven en sterven. Het is een levenskunst, die nauw samenhangt

met vertrouwen. Wie zich daarin oefent zal zijn vertrouwen altijd

doorgeven. En op die manier ook kracht uitstralen.

Cfr. Elke: ‘Omdat ik voor het leven gekozen heb, heb ik ook hiervoor

gekozen’.

Dat is de kracht die schuilt in vertrouwen. Een kracht waarmee mensen

hun wereld scheppen. En scheppen betekent ordenen. Alles in

verbinding brengen met het grotere geheel.

Dat vertrouwen is in wezen iets heiligs, omdat het vorm geeft aan het

oervertrouwen dat het leven, ondanks alle tegenslagen, toch goed en

zinvol kan zijn. Vertrouwen is dus een religieuze grondhouding. En ook

alle hoop en vertrouwen die we aan anderen kunnen geven, hebben

diezelfde onuitwisbare betekenis.

En het is door vertrouwen uit te stralen en te geven, dat we uiteindelijk

ook tot een gelovig antwoord kunnen komen, op dat ene, ultieme woord

dat God aan mensen heeft gegeven, zijn eigen naam: ‘Ik zal er zijn’.

Tenslotte is dat de enige belofte, de enige garantie die we gekregen

hebben. Geen godsbewijzen, geen zekerheden zwart op wit. Maar een

woord dat ons door God is toegezegd. En het is krachtig genoeg om te

weten dat we geen angst moeten hebben, niet voor het leven en niet

voor de dood. Omwille van dat onaantastbare, goddelijke woord: ‘Ik zal

er zijn’.

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

8

Verbindingsmens worden.

Als die naam, dat woord voor ons betekenis heeft, dan moeten we ook

onze eigen opdracht daarin horen weerklinken. D.w.z. dat ook wij er

willen zijn voor anderen, op een helende, verbindende manier. M.a.w.

lotsverbonden. De weg die we gaan in lotsverbondenheid, elkaar

dragend, zal nooit een doodlopende weg worden. En waar kun je dat

beter leren dan thuis. Daar zou voor iedereen de voedingsbodem

moeten liggen van verbondenheid.

Wanneer ik spreek over het belang van lotsverbondenheid, gebruik ik

graag het beeld van de woestijn. Iemand die door de woestijn moet

trekken, enkel aangewezen op zichzelf, is zo goed als ten dode

opgeschreven. Hij zal overgeleverd worden aan angst en twijfel en

onvoorstelbare risico’s tegemoet gaan. Alleen wanneer mensen op

elkaar betrokken zijn, maken ze kans om zo’n tocht te overleven.

Daarom kunnen wij het ons niet permitteren, zeker niet als gelovigen,

om onverschillig te blijven tegenover het lot van anderen. Niet in onze

nabije omgeving en niet in de grotere samenleving. Wij moeten ons

daarop laten betrekken, telkens opnieuw.

In de wereld van vandaag, waarin mensen zo snel opgedeeld worden in

groepen en categorieën, is er bovendien een grote nood aan

verbindingsmensen. Wat ik daaronder versta heeft niets met functies te

maken. Ik heb het vooral over mensen die door hun zorg en

fijngevoeligheid, door hun gemoedelijkheid, door hun mildheid, door

hun betrouwbaarheid, door hun wijsheid, door hun geestdrift, door hun

aandacht en geduld, voor een sfeer zorgen waarin iedereen zich erkend

en thuis voelt. Voor verbinding zorgen betekent eveneens anderen tot

bewustzijn en tot nadenken brengen. Ook daaraan hebben we nood

vandaag, dat woorden en berichten die ons overspoelen ons tot kritisch

nadenken stemmen. I.p.v. tot oppervlakkigheid en onverschilligheid.

In dat opzicht herinner ik mij de veelbetekende uitspraak van de

Italiaanse aartsbisschop Bruno Forte, enkele jaren geleden tijdens zijn

bezoek aan Leuven. Er werd hem gevraagd waarin nu eigenlijk het

verschil ligt tussen gelovigen en ongelovigen. En zijn antwoord was het

volgende:

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

9

‘De scheidingslijn vandaag loopt niet tussen gelovigen en ongelovigen.

Maar wel tussen degenen die willen nadenken en zij die dat niet meer

doen; tussen hen die zich nog confronteren aan de wereld en zij die dat

niet meer doen’.

En daarom is het zo belangrijk om af en toe stil te vallen. Om weer thuis

te komen bij onszelf en bij onze diepste kracht. Om opnieuw af te

stemmen op wat essentieel is en ons voortdurend te heroriënteren in

deze snel veranderende wereld. Moge deze avond daartoe bijdragen.

w

w

w

.

v

i

e

r

m

a

a

l

s

t

i

l

v

a

l

l

e

n

.

b

e

10