Taxmanagement: uitstel van belastingheffing
Click here to load reader
-
Upload
ababaccountantsenadviseurs -
Category
Business
-
view
61 -
download
5
Transcript of Taxmanagement: uitstel van belastingheffing
Uitstel van belastingheffingOm te kunnen investeren, stellen ondernemers de heffing van
belasting graag uit naar een later moment. In de belastingwet-
geving en belastingrechtspraak bestaan hiervoor spelregels,
ook wel bekend als goedkoopmansgebruik. Binnen de regels
van goedkoopmansgebruik hoeft u zich als ondernemer niet
rijker te rekenen dan u bent. U hoeft winst pas te verantwoor-
den als die daadwerkelijk is gerealiseerd. Verliezen kunt u op-
nemen zodra er een redelijke kans is dat u deze verliezen gaat
lijden. Hoewel het goedkoopmansgebruik haar basis vindt in
de bedrijfseconomie, wijkt de fiscale winstbepaling soms af van
de commerciële winstbepaling. In deze whitepaper zetten we
de fiscale spelregels op een rijtje.
De waardering van bezittingenDe waardering van materiële bedrijfsmiddelen, zoals gebouwen,
machines en inventaris, gebeurt op basis van kostprijs minus af-
schrijvingen of op basis van de lagere bedrijfswaarde, rekening
houdend met de restwaarde. Afschrijvingen verminderen het
belastbare resultaat, zonder dat er sprake is van een cash out.
Hoe hoger de afschrijvingen, hoe lager de belastingdruk.
Reguliere afschrijvingen
Bij de afschrijvingen zijn de boekwaardemethode of de lineaire
methode van toepassing.
• De boekwaardemethode:
Deze methode mag u alleen toepassen bij bedrijfsmiddelen
met een dalend nut, zoals vervoersmiddelen en machines. In
de eerste jaren wordt er meer afgeschreven dan bij de lineai-
re methode.
• De lineaire methode:
Hierbij wordt jaarlijks een gelijk bedrag afgeschreven.
Een switch van de ene naar de andere afschrijvingsmethodiek
kan alleen onder bijzondere omstandigheden (wijziging tech-
niek) plaatsvinden.
Bij onroerende zaken wordt de afschrijving begrensd door de
gemeentelijke WOZ-waarde (Waardering Onroerende Zaken).
Bij verhuurde onroerende zaken kunt u tot maximaal 100%
van de WOZ-waarde afschrijven. Bij onroerende zaken, aan-
gewend binnen de onderneming, is dit maximaal 50% van de
WOZ-waarde. De gemeente bepaalt jaarlijks de waarde van on-
roerende zaken. Wanneer deze te hoog is geschat, kunt u een
bezwaarschrift indienen. Een lagere WOZ-waarde betekent dus
meer afschrijvingsmogelijkheden.
Willekeurige afschrijvingen
Willekeurig afschrijven betekent dat de ondernemer zelf kan be-
palen hoe en wanneer een bedrijfsmiddel wordt afgeschreven.
Willekeurige afschrijving geldt voor bepaalde bedrijfsmiddelen,
zoals milieubedrijfsmiddelen. Ook voor startende ondernemers
(natuurlijke personen) geldt onder voorwaarden een willekeuri-
ge afschrijving. Door sneller dan regulier af te schrijven wordt de
belastingheffing uitgesteld. In geval van verliesverdamping kunt
u ervoor kiezen om juist niet af te schrijven.
Afwaardering naar lagere bedrijfswaarde
Bij het afwaarderen naar een lagere bedrijfswaarde geldt de
WOZ-waarde niet als een afschrijvingsbegrenzing. De afwaar-
dering van een bedrijfsmiddel naar een lagere bedrijfswaarde is
in de discussie met de Belastingdienst vaak lastige materie. Het
gaat erom dat u de going concernwaarde van de onderneming
toerekent aan een specifiek bedrijfsmiddel. Hierbij zijn een on-
derbouwing met waardeberekeningen door een deskundige en
een taxatierapport van een beëdigd taxateur belangrijk.
Let op: stijgt de waarde weer, dan moet de boekwaarde weer
opgewaardeerd worden tot aan de oorspronkelijke kostprijs, ver-
minderd met de afschrijving.
abab.nl
Doe er uw voordeel mee
Taxmanagement
abab.nl
Forceren van verlies
Als alternatief voor de afwaardering naar lagere bedrijfswaarde,
bestaat in concernverband de mogelijkheid om in plaats daarvan
een afwaarderingsverlies te forceren. Door verkoop tegen de la-
gere taxatiewaarde (lager dan de fiscale boekwaarde) aan een
gelieerde zelfstandig belastingplichtige vennootschap, ontstaat
er een aftrekbaar boekverlies.
Vorderingen
Opeisbare en volwaardige vorderingen worden gewaardeerd op
de nominale waarde. Een vordering die wordt betwist, mag di-
rect worden afgewaardeerd. Dit geldt ook wanneer op balansda-
tum twijfelachtig is of de betaling van de vordering (bijvoorbeeld
dubieuze debiteuren) nog zal plaatsvinden. De afwaardering
van vorderingen in gelieerde verhoudingen is overigens in de
praktijk lastiger vanwege de belastingrechtspraak.
Reserveren van boekwinstBij verkoop van bedrijfsmiddelen waarvoor een herinvesterings-
voornemen bestaat, mag u de behaalde boekwinst reserveren
in een zogenaamde herinvesteringsreserve. Deze reservering is
maximaal drie jaar geldig na het jaar van verkoop en mag u bin-
nen deze periode afboeken van de kostprijs van het vervangen-
de bedrijfsmiddel. Hiervoor gelden specifieke spelregels.
Ook voor niet-bedrijfsmiddelen, zoals voorraad, zijn er reser-
veringsmogelijkheden. Deze reserveringsmogelijkheid vindt
zijn basis in de ruilarresten. Verkoopt u voorraad met het doel
deze te vervangen door een (modernere) voorraad, dan kunt u
de winst doorschuiven naar de nieuwe voorraad. Dit kan ook als
de oude voorraad overgaat naar privé. De Belastingdienst han-
teert hiervoor strikte regels. Overleg daarom altijd tijdig met uw
belastingadviseur.
VoorzieningenEen direct gevolg van het voorzichtigheidsbeginsel (onderdeel
van goedkoopmansgebruik) is de vorming van een voorziening
op de balans. Voorzieningen zijn bedoeld voor toekomstige kos-
ten die zich (zeer waarschijnlijk) zullen voordoen, maar waarvan
de omvang nog niet geheel bekend (maar wel redelijkerwijs te
schatten) is. Door een voorziening te vormen, kunt u de belastba-
re winst verminderen. Hiervoor moet er aan drie vereisten wor-
den voldaan:
1. Toekomstige uitgaven vinden hun oorsprong in feiten en
omstandigheden voorafgaand aan balansdatum (oorsprongs-
vereiste);
2. Deze uitgaven zijn toe te rekenen aan de periode tot aan de
balansdatum (toerekeningsvereiste);
3. Er is een redelijke kans dat de uitgaven zich in de toekomst
gaan voordoen (redelijke kansvereiste).
Waarvoor kunt u voorzieningen treffen? Enkele voorbeelden:
Garantievoorziening:
bij het verlenen van garantie op een product of dienst
De dotatie (= toevoeging) aan de voorziening baseert u op een
goede schatting op basis van ervaringscijfers. De kosten van het
verrichte garantiewerk brengt u in mindering op de voorziening.
Onderhoudsvoorziening:
bij verwacht groot onderhoud aan een bedrijfsmiddel
Om discussies met de Belastingdienst te voorkomen, moet u deze
voorziening onderbouwen met een offerte. U plant bijvoorbeeld
onderhoud over 5 jaar voor een gebouw van 10 jaar oud. U kunt
dan in het eerste jaar 10/15 van de verwachte kosten opnemen
in de voorziening (inhaaldotatie). Het restantbedrag voegt u ge-
leidelijk in 5 jaar toe.
Voorziening (belasting)claims:
bij claims, geschillen en procedures
Als er een redelijke kans is dat u in een procedure wordt ver-
oordeeld, kunt u hiervoor een voorziening treffen. Deze mag u
vormen voor het door de tegenpartij geclaimde bedrag inclusief
de proceskosten.
Voorziening jubileumkosten:
bij toekomstige jubileumuitkeringen
Dienstjubilea vinden hun oorsprong in arbeidsprestaties die zijn
verricht voorafgaand aan balansdatum. Voor toekomstige jubile-
umuitkeringen mag u een voorziening treffen tegen de contante
waarde van de in de toekomst uit te keren jubileumuitkeringen.
Voorziening langdurig zieken:
voor doorbetalen van loon
U vormt de voorziening voor op de balansdatum bestaande ver-
plichtingen tot het doorbetalen van beloningen aan medewer-
kers die naar verwachting blijvend geheel of gedeeltelijk niet in
staat zijn om werkzaamheden te verrichten. n
Wilt u meer weten over tax management?
Neem dan contact op met Hans van Dam,
senior belastingadviseur op 0492.57.98.81
of via e-mail [email protected]
Hoewel bij de samenstelling van deze whitepaper de uiterste zorg is nagestreefd, wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor
onvolledigheden of onjuistheden. Deze whitepaper heeft slechts een informatief karakter en aan de inhoud kunnen geen rechten
worden ontleend. Voor toepassing in individuele gevallen raden wij u aan contact met ons op te nemen.