Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word...

19

Click here to load reader

Transcript of Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word...

Page 1: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

Survivalgids

Page 2: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

InhoudsopgaveInleiding..................................................................................................................................................3

1. Bijzondere leerlingen in de klas..........................................................................................................4

1.1 De grens als mentor......................................................................................................................4

1.2 Faalangst......................................................................................................................................4

1.3 ADHD............................................................................................................................................5

1.4 Dyslexie........................................................................................................................................6

2. De eerste mentor les..........................................................................................................................7

3. Bevorderen van de groepsvorming....................................................................................................7

4. Het voeren van individuele gesprekken.............................................................................................9

5. Het eerste ouder gesprek...................................................................................................................9

6. Lesactiviteiten..................................................................................................................................10

6.1 Activiteiten om de groepsvorming te bevorderen......................................................................10

6.2 Samenwerkend leren..................................................................................................................13

6.3 De drie verschillende gesprekken...............................................................................................14

6.3.1 Het kennismakingsgesprek..................................................................................................14

6.3.2 Aanspreken op ongewenst gedrag......................................................................................14

6.3.3 Keuzeloopbaan gesprekken.................................................................................................14

Referenties...........................................................................................................................................15

Page 3: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

Inleiding

In het kader van onderwijseenheid werken in de schoolcontext is deze survivalgids ontwikkeld. Deze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor!

Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. Deze survivalgids is bedoeld voor startende docenten die kennis willen maken met het mentorschap. De survivalgids biedt naast informatie ook hele handige handvaten die gebruikt kunnen worden in verschillende lessen. In deze survivalgids wordt allereerst een toelichting gegeven op bijzondere leerlingen. Met bijzondere leerlingen worden leerlingen bedoeld die faalangst, ADHD of dyslexie hebben. Als mentor moet je deze leerlingen kunnen herkennen, daarom wordt er ingegaan op de signalen van de verschillende problemen. In het tweede hoofdstuk worden er een aantal tips gegeven voor je eerste mentor les. In de daar opvolgende hoofdstuk worden er een aantal handvaten gegeven om de groepsvorming in de klas te kunnen bevorderen. Dit is immers één van de taken van een mentor. Vervolgens wordt er een hoofdstuk gewijd aan het voeren van individuele gesprekken met leerlingen. Hoofdstuk vijf gaat over het eerste ouder gesprek en hoe je deze het beste kunt voorbereiden. De survivalgids wordt afgesloten met praktische activiteiten die je in de les kunt toepassen.

Page 4: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

1. Bijzondere leerlingen in de klasEen mentor heeft verschillende functies binnen het onderwijs. Het begeleiden en doorverwijzen van leerlingen behoort tot één van deze functies. Wanneer hoort een mentor zijn leerlingen zelf te begeleiden of door te verwijzen? In de praktijk lopen veel mentoren hier tegen aan, maar waar ligt nou de grens? Nemen mentoren te veel verantwoordelijkheid? In dit document zullen de meest voorkomende problemen binnen de klas worden toegelicht. Tevens zal beschreven worden hoe deze leerlingen begeleid en doorverwezen kunnen worden.

1.1 De grens als mentor Ieder mentor komt in zijn klas bijzondere problemen tegen. Als mentor is het niet je taak om leerlingen met speciale problemen te begeleiden. Wel is het de taak van de mentor om deze problemen te herkennen en door te verwijzen naar professionele zorgverleners. Het is belangrijk dat de leerlingen de juiste ondersteuning krijgen zodat hun leerproces optimaal kan verlopen. Iedere mentor zal zelf de problemen willen oplossen voor zijn leerlingen. Dit kan niet altijd een positief effect hebben. Als docent en mentor heb je niet altijd de juiste vaardigheden om de leerlingen met speciale problemen goed te begeleiden. De meeste leerlingen zijn blij dat ze een mentor hebben die een luisterend oor biedt. Binnen de geïntegreerde leerlingbegeleiding zijn er tweedelijns functionarissen op school, die als interne deskundige, deze specialistische problemen van leerlingen professioneel kunnen begeleiden (Bakker-De Jong & Mijland, 2014).

1.2 FaalangstFaalangst is een woord dat de laatste jaren veel voorkomt binnen het onderwijs. Leerlingen die lijden aan faalangst hebben angst om te falen. Iedereen heeft wel eens de angst om ergens voor te falen ervaren. Op het moment dat de zenuwen de prestaties beïnvloeden kan er sprake zijn van faalangst. Leerlingen die last hebben van faalangst lopen tegen het probleem aan dat ze tijdens tentamens, proefwerken of spreekbeurten de kennis kwijtraken die ze normaal gesproken wel hebben.

In Nederland heeft 12 % van de schoolgaande jeugd last van faalangst. Dat betekent dat je als mentor een grote kans hebt dat er in jouw mentorklas leerlingen met faalangst aanwezig zijn. Jouw taak als mentor is leerlingen met faalangst te herkennen en ze in overleg met ouders door te verwijzen naar faalangst specialisten. Leerlingen die aan faalangst lijden kunnen worden herkend aan de volgende punten:

- Vragen regelmatig feedback over hun gemaakte werk;- Worden onzeker als ze een nieuwe opdracht moeten maken;- Durven in de klas geen vragen te stellen;- Kijken de docent niet aan in de klas;- Proberen te voorkomen dat ze de beurt krijgen in de klas;- Starten laat aan een proefwerk of werken juist heel gehaast;- Zijn voor een toets heel erg onrustig;- Stellen veel vragen tijdens een toets;- Reageren geïrriteerd op geluiden tijdens een toets;- Zijn gevoelig voor kritiek;- Geven veel negatieve commentaar;- Vertrouwen complimenten van anderen niet;- Zeggen dat ze toch een onvoldoende zullen halen.

Page 5: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

1.3 ADHDBinnen het huidige onderwijssysteem wordt er veel aandacht besteedt aan ADHD. Er zijn specifieke methodes ontwikkeld om de leerlingen met ADHD te begeleiden. Volgens Bakker-De Jong & Mijland (2014) heeft 3 tot 5 procent van de schoolgaande jeugd te kampen met ADHD of een aanverwante stoornis. Hierdoor zal je als mentor ook in aanraking komen met leerlingen met ADHD. Als mentor is het belangrijk om de leerlingen met ADHD te herkennen en door te verwijzen. Tevens zullen er ouders zijn die hier geen toestemming voor geven. Als mentor is het dan jouw taak een goed ontwikkelingsperspectief plan te ontwikkelen. Je zult de vakdocenten moeten inlichten over de methode waar de leerling de meeste baat bij heeft. De leerlingen die lijden aan ADHD vertonen opvallend gedrag in de klas. Deze leerlingen worden in de praktijk als lastig ervaren omdat ze druk en moeilijk te corrigeren zijn. Een leerling met ADHD heeft moeite met aandacht op te brengen voor een taak dat uitgevoerd moet worden. De leerling kan zich moeilijk concentreren en is vergeetachtig. De leerling kenmerkt zich ook met hyperactiviteit en impulsiviteit. Deze leerlingen kunnen herkend worden aan de hand van de volgende kenmerken:

- Stelt werk uit;- Kan niet stil zitten;- Beweegt voortdurend met zijn handen en voeten;- Kan zich niet concentreren tijdens de les/instructies;- Heeft moeite met luisteren;- Kan niet stoppen met praten;- Laat anderen niet uitpraten;- Is gemakkelijk te beïnvloeden;- Doet dingen zonder na te denken;- Komt verplichtingen niet na;- Wilt meerdere dingen tegelijk doen;- Houdt niet van taken die veel tijd en concentratie kosten.

Page 6: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

1.4 DyslexieEen op de twintig leerlingen is dyslectisch. Leerlingen die dyslectisch zijn hebben moeite met lezen en schrijven waardoor hun leerprestaties achter blijven. Het is moeilijk om op de basisschool dyslectische leerlingen te signalen. Wanneer leerlingen op het voorgezet onderwijs komen en meerdere vreemde talen volgen komen ze in de knel. Als mentor is het belangrijk alert te zijn op leerprestaties. Uiteraard hoeft een leerling met lage cijfers niet gelijk dyslectisch te zijn. De leerlingen die dyslectisch zijn proberen dit meestal voor de buiten wereld te verbergen. Als mentor is het belangrijk bij signalen door te verwijzen voor verder onderzoek, zodat de leerling leert om met zijn/haar leerstoornis om te gaan. De volgende kenmerken kunnen signalen van dyslexie zijn:

- Hebben soms een slordig handschrift;- Halen ondanks veel studie lage cijfers voor spellingtoetsen;- Hebben moeite met het vinden van bepaalde woorden;- Verwarren letters die op elkaar lijken;- Hebben veel verbeteringen aangebracht op hun werk;- Veranderen letters met gelijke klanken;- Hebben opvallend veel moeite met vreemde talen;- Slaan bij lezen woorden of letters over;- Komen in tijdsnood;- Begrijpen de lesstof goed tijdens de les;- Hebben lage rapportcijfers voor talen;- Blijven ondanks herhaling fouten maken;- Kunnen moeilijk dingen onthouden;- Scoren hoog voor exacte vakken.

Page 7: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

2. De eerste mentor lesHet moment is aangebroken! De eerste mentor les staat voor de deur! Deze handleiding zal jou erdoorheen helpen met tips die je direct in jouw lessen kunt toepassen.

1. Heet de leerlingen welkom bij de deur. Dit zorgt ervoor dat je iedere leerling even hebt aangekeken.

2. Leer je leerlingen snel kennen! Zorg ervoor dat de leerlingen naambordjes krijgen. Zo kun je iedere leerling tijdens de les met zijn of haar naam aanspreken. Dit zorgt ervoor dat leerling zich gezien voelt.

3. Vertel wat over jezelf en laat de leerlingen ook vragen stellen, zodat zij meer over jou te weten te komen. Tijdens de eerste lessen zijn de leerlingen nogal verlegen en krijg je niet veel uit ze. Probeer een veilige sfeer en klimaat te creëren.

3. Bevorderen van de groepsvormingHet is belangrijk dat er een veilige en positieve sfeer in de klas heerst. Dit vergroot de leerresultaten van de leerlingen. Onder de taken van de mentor valt het bevorderen van de groepsvorming. Het ontstaan van een groep heeft volgens Luitjes e.a.(2011) vijf fasen: vorming, normering, bestorming, prestatie en opheffing. Tijdens de eerste weken dat de groep bij elkaar is, vindt de fase vorming plaats. De mentor kan de vorming faciliteren door onder meer veiligheid te creëren voor alle kinderen (Gilis e.a., 2003). Het doel van het faciliteren is dat het individuele kind zich veilig voelt, zich persoonlijk kan ontwikkelen en zich present kan stellen. (Luitjes e.a., 2011). Door middel van het bevorderen van interactie, kan dit doel worden bereikt.

Hoe kan ik de interactie in de groep bevorderen?1. Ruimte nemen voor een goede kennismaking, een persoonlijke begroeting en een rustige

start;2. Maak gebruik van energizers;3. Zet in op coöperatieve werkvormen;4. Biedt zorg, structuur en bescherming.

Ad 1. Ruimte nemen voor een goede kennismaking, een persoonlijke begroeting en een rustige start. Een goede kennismaking houdt niet alleen in dat de docent de leerlingen leert kennen, maar ook de leerlingen elkaar. Als de leerlingen elkaar beter leren kennen, kunnen ze meer begrip voor elkaar hebben en meer van elkaar verdragen als het even wat moeilijker gaat. Een aantal lesactiviteiten die hierop gericht zijn:

- De docent kan de leerlingen stimuleren om naar overeenkomsten te zoeken tussen zichzelf en de groepsleden;

- De leerlingen van tegenwoordig doen veel online, sluit aan bij hun belevingswereld en laat hen een collage over zichzelf maken bijv. op www.collage.com waarin ze zichzelf voorstellen.

Meer lesactiviteiten kun je vinden in hoofdstuk zes van deze survivalgids.

Ad2. Energizers Dit zijn spelletjes om de kinderen te activeren of juist even te ontspannen. Het gebruik maken van energizers zal de leerlingen op hun gemak stellen, waardoor zij in de groep durven te participeren. De energizers kun je ook gebruiken als beloning voor de klas als zij goed hebben gewerkt.

Page 8: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

Ad 3. Het coöperatief leren stimuleert de interactie tussen leerlingenOm samenwerkend leren in de klas succesvol te laten verlopen zijn er vijf belangrijke begrippen (Ebbens & Ettekoven, 2005):

- Positieve wederzijdse afhankelijkheid: de leden van de groep hebben elkaar nodig om het gewenste resultaat te kunnen behalen;

- Individuele aanspreekbaarheid: ieder groepslid is aanspreekbaar voor eigen inbreng in de groep en op het gehele groepsresultaat;

- Directe interactie: de opdracht nodigt uit naar interactie tussen de groepsleden. De opstelling van de groepen is zo ingedeeld, dat dit de interactie bevordert;

- Sociale vaardigheden: de sociale vaardigheden die voor de samenwerking noodzakelijk zijn, worden aangeleerd en geëvalueerd;

- Aandacht voor groepsprocessen: het groepsproces en de inhoud van de opdracht worden geëvalueerd.

In het hoofdstuk lesactiviteiten wordt beschreven hoe je de bovengenoemde begrippen in de les kunt vormgeven.

Verder is het de taak van de docent om instructies te geven voordat er gewerkt wordt met samenwerkend leren. Een goede instructie houdt in dat de leerlingen weten:

- wat ze moeten doen;- hoe ze het moeten doen;- met wie ze het moeten doen;- hoe en waar ze hulp kunnen vragen;- hoelang ze er ongeveer over mogen doen;- hoe er geëvalueerd wordt;- wat ze kunnen doen als ze eerder klaar zijn.

Tijdens het samenwerkend leren begeleidt de docent de groep. Na het samenwerkend leren wordt de inhoud en het proces kort geëvalueerd.

Ad. 4 Bied zorg, structuur en beschermingDit bevordert het pedagogische klimaat. Met structuur wordt de mate waarin leerlingen een houvast wordt aangeboden bedoeld. Deze houvast houdt in dat de leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt en wat ze moeten doen om die studieresultaat te behalen. Structuur kan op twee gebieden worden aangebracht. Ten eerste op disciplinair vlak, dit houdt in dat de docent duidelijke en consistente regels en verwachtingen opstelt en deze ook consequent opvolgt. Ten tweede kan structuur aangeboden worden ten behoeve van het leerproces van de leerlingen. Dit zorgt ervoor dat de leerlingen zich bekwaam en competent voelen om de opdrachten uit te voeren. Dit kan de docent doen door bijvoorbeeld een stappenplan op te stellen, leerlingen te voorzien van positieve feedback en vertrouwen schenken, hulp bieden via tips, aangeven van werkpunten en optimaal uitdagende taken aanbieden(Marzano, 2005).

Page 9: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

4. Het voeren van individuele gesprekkenDe basis voor een goed gesprek is de LSD methode. Deze methode kun je in vrijwel elk gesprek toepassen. Dit is de kunst van het vragenstellen. LSD staat voor luisteren, samenvatten en doorvragen.

LuisterenAllereerst moet je luisteren naar wat de ander te zeggen heeft. Luisteren doe je niet alleen met je oren, maar met je gehele lichaam. De lichaamshouding laat zien dat je geïnteresseerd bent in wat de ander te zeggen heeft. Een aantal aandachtspunten voor bij het luisteren:

- Open houding- Oogcontact- Knikken en hummen- Aantekeningen maken- Non-verbaal meeveren: afstand verkleinen, afstand nemen, gebaren spiegelen.

SamenvattenAls de ander is uitgepraat, vat je kort samen in je eigen woorden wat hij/zij gezegd heeft. Zo kun je controleren of je de boodschap goed hebt begrepen. Als dit niet het geval is, dan geef je de ander de gelegenheid om jou aan te vullen of te corrigeren. De samenvattingen geven het gesprek structuur. Je kunt het samenvatten starten door te zeggen: “Als ik je goed heb begrepen, vind jij dat….” Of “Je zegt dus dat….”.

DoorvragenMet doorvragen kan je de context verhelderen. Dit doe je door activerende en open vragen te stellen. (wat, waarom, wie, waar, wanneer of hoe)

Een mentor kan om verscheidene redenen een individueel gesprek voeren met een leerling. In het hoofdstuk lesactiviteiten worden de volgende soorten gesprekken toegelicht:

- Kennismakingsgesprek;- Aanspreken op ongewenst gedrag;- Keuzeloopbaan gesprekken;

5. Het eerste ouder gesprekJe eerste oudergesprek blijft een spannende gebeurtenis. Alles wat je voor het eerst doet brengt spanningen met zich mee. Zo ook voor het eerst in gesprek gaan met de ouders van je leerling.Er wordt niet voor niets gezegd: een goede voorbereiding is het halve werk. Begin daar dus mee! Ga na wat je kwijt wilt in het gesprek, dit kan enorm veel schelen tijdens het gesprek. Als het eenmaal zover is begin je met het welkom heten van de ouders en vertel je de inhoud van het oudergesprek. Vervolgens ga je na of de ouders het ermee eens zijn of dat zij nog iets anders ter sprake willen stellen. Daarna gaan jullie informatie delen. Je staat stil bij de ontwikkeling en leerresultaten van de leerling, maar ook bij de inbreng van de ouders. Op het moment dat je je zorgen maakt om de leerling, bespreek je dit dan ook. Deel de zorgen die je over het kind hebt. Bijvoorbeeld het gedrag van de leerling of de sociaal-emotionele ontwikkeling. Als alles besproken is sta je stil bij hoe jullie nu verder willen gaan en welke afspraken er worden gemaakt. Er is ook gelegenheid voor beide partijen om vragen te stellen. Tot slot is het belangrijk om het gesprek samen te vatten en het af te ronden door te vragen hoe ouders het gesprek hebben ervaren. Het is belangrijk om de ouders altijd te bedanken.De bovengenoemde handleiding kan jou aan het begin van je carrière helpen, want het biedt structuur waardoor je niets vergeet. Probeer het maar eens een keer op deze manier!

Page 10: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

6. LesactiviteitenIn dit hoofdstuk worden er een aantal activiteiten die je in de les kunt toepassen toegelicht. Allereerst worden er activiteiten die de groepsvorming in de klas bevorderen beschreven. Een onderdeel daarvan is het samenwerkend leren. Vervolgens worden er drie verschillende mentor-leerling gesprekken behandeld.

6.1 Activiteiten om de groepsvorming te bevorderenVind iemand die…Bij deze activiteit gaan de leerlingen in de klas op zoek naar leerlingen die een bepaald kenmerk of eigenschap bezitten. Ieder leerling krijgt een speelblad. Op dit blad staan negen hokjes met daarin verschillende kenmerken of eigenschappen. Een voorbeeld daarvan is: broertjes en zusjes hebben. De leerling moet dan doormiddel van vragen stellen een leerling vinden die broertjes en zusjes heeft. Als hij deze leerling heeft gevonden, schrijft hij de naam van de leerling in het hokje op. Om te voorkomen dat leerlingen alleen binnen hun eigen vriendengroep zullen zoeken, kun je de regel dat een naam maximaal twee keer op het blad mag staan gebruiken. Dit is een voorbeeld van een knip blad. De eigenschappen en kenmerken kunnen natuurlijk aangepast worden:

Vind iemand die ... Een instrument bespeelt

.......................................

Een bril heeft .......................................

Jarig is in december .......................................

Rode kleren aan heeft .......................................

Niet op vakantie is geweest .......................................

Een broertje en een zusje heeft .......................................

Een kat als huisdier heeft .......................................

Van spruitjes houdt .......................................

Op voetbal zit .......................................

Vliegtuigjes vouwenMet dit spel leren de leerlingen reflecteren en doelen opstellen met elkaars hulp. Geef alle leerlingen een a4 blad. Hier schrijven zij hun naam duidelijk op. Op de achterkant moeten de leerlingen aan de linkerkant van het blad drie doelen opschrijven. Op de rechterkant schrijven zij vier punten waar zij trots op zijn. Vervolgens moeten de leerlingen een vliegtuigje van hun blad vouwen en deze zo ver mogelijk laten vliegen. Als alle leerlingen dit gedaan hebben, gaan ze op zoek naar een vliegtuigje dat niet van hen is. Ze lezen de doelen en geven hier feedback op. Ze schrijven voor de andere leerling op, hoe hij/zij deze doel zou kunnen behalen. Ook noteert de leerling minstens één andere punt waar diegene trots op kan zijn. De blaadjes gaan dan direct terug naar de docent. De leerlingen krijgen de blaadjes op een ander moment terug. Bijvoorbeeld op een moment dat het even niet goed gaat. Als

Page 11: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

ze het blad bekijken, herinneren ze zich niet alleen hun doelen, maar zien ze ook positieve feedback van een anonieme medeleerling.

De bovenstaande activiteiten komen van de website www.lessenvanlisa.nl. Op deze website staan meerdere activiteiten. Neem daar een kijkje als je op zoek bent naar leuke activiteiten die je in de klas wilt doen.

SociogramEen sociogram maken is een manier om de sociale verbindingen binnen de klas in kaart te brengen. Stel dat de docent wilt weten hoe de relatie in de klas is op basis van vriendschappen, dan vraagt hij aan de leerlingen met welke twee leerlingen hij/zij het liefst samenwerkt op school. Uit de sociogram kan de docent opmaken welke leerlingen populair zijn en welke minder. Het geeft de onderlinge aantrekking en afstoting weer in een klas. Op basis van deze gegevens kan de docent nadenken over welke stappen hij moet nemen om het patroon te veranderen. Hierbij kun je denken aan groepsvormen, begeleiding en opdrachten. De onderstaande afbeelding is een voorbeeld van een sociogram.

Sociogram tekenenOp basis van de antwoorden wordt een sociogram getekend. Er zijn ook online mogelijkheden om een sociogram te laten tekenen. Bijvoorbeeld op www.sociogramonline.nl. Zo kan je zelf een sociogram tekenen:

- Teken de leiders in het midden. Geef hen weer door een grote cirkel met hun naam erin.- Teken hun ‘aanhangers’ eromheen. Geef hen weer door een kleinere cirkel met hun naam

erin.- Teken een pijl tussen twee cirkels als er een relatie is. De richting van de pijl geeft de richting

van de keuze aan. Als leerlingen elkaar kiezen, teken je een lijn met aan beide kanten een pijlpunt.

Page 12: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

- Teken de leerlingen die buiten de groep vallen aan de buitenkant. Geef hen weer door een vierkant met hun naam erin.

Groepsrelaties in het sociogramUit een sociogram kun je verschillende groepsrelaties aflezen: de kliekjes, de sterpositie, de slangpositie, de paren en de marginalen.

De kliekjesDit zijn de leerlingen die onderling met elkaar bevriend zijn en een groepje vormen.

De sterpositieDit zijn de populaire leerlingen die veel gekozen worden. Het zijn vaak de leiders van de groep.

De slangrelatieHierbij is wel onderlinge affiniteit tussen de leerlingen, maar dat is niet altijd wederzijds.

Page 13: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

De parenDit zijn twee leerlingen die voor elkaar kiezen en zich afzonderen van de rest.

De marginalenDit zijn de groepsleden die door niemand gekozen worden. Hoe meer marginalen er in een klas zijn, hoe minder de groep een hechte eenheid vormt.

Bron: http://wij-leren.nl/sociogram-tips.php

6.2 Samenwerkend lerenPositieve wederzijdse afhankelijkheid

- Taakverdeling maken

Eén grote opdracht wordt verdeeld in taken. Iedere leerling krijgt een taak.- Rollenspel

Ieder leerling vervult een rol. Bijvoorbeeld gespreksleider, tijdbewaker, verslaggever etc.

Individueel aanspreekbaarheidDoor elke leerling een taak te geven, zijn leerlingen ook individueel aanspreekbaar.

Directe interactieOm interactie mogelijk te kunnen maken moet de opstelling van de klas hier ook op gericht zijn. Het is belangrijk dat de groepsleden elkaar allemaal kunnen aankijken. Als de leerlingen aan tafel werken, betekent het dat de tafels tegenover elkaar worden gezet.De opdracht die zij moeten uitvoeren, moet ook tot interactie leiden. Geef in de opdracht bijvoorbeeld aan dat ze vragen samen moeten bespreken of een conclusie moeten trekken.

Sociale vaardighedenDe sociale vaardigheden kunnen worden aangeleerd door van te voren heldere gespreksregels vast te stellen. Dit zorgt ervoor dat leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt.

EvaluatieBespreek klassikaal het proces en het product. Met het bespreken van het proces kunnen de gespreksregels worden geëvalueerd. Aan het begin van de opdracht hebben de leerlingen gehoord wat er van hen verwacht wordt. Evalueer hier gericht op.

Page 14: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

6.3 De drie verschillende gesprekken

6.3.1 Het kennismakingsgesprekHet voeren van een gesprek is de meest directe manier van informatie verzamelen. Bij het voeren van een kennismakingsgesprek is de houding van de docent belangrijk voor het verloop van het gesprek. De leerling moet zich veilig en geaccepteerd voelen. Als docent kan je dit bereiken door jezelf empatisch op te stellen en het kind te accepteren zoals het is. Een aantal tips voor het gesprek:

- Voordat je het gesprek voert, schrijf voor jezelf op waarover je het wilt hebben;- Vertel de leerling wat het doel van het gesprek is. Dit zorgt ervoor dat de leerling zich op zijn

gemak voelt. Vertel ook wat over jezelf;- Geef aan het eind van het gesprek ruimte voor opmerkingen of aanvullingen.- Hanteer tijdens het gesprek het luisteren, samenvatten en doorvragen methode.

6.3.2 Aanspreken op ongewenst gedragHet kan voorkomen dat je van andere docenten meerdere klachten hoort van een leerling. Je wilt hierover in gesprek gaan met de leerling. Hoe ga je een gesprek aan met de leerling?

1. De eerste stap is contact maken met de leerlingen door hem/haar te begroeten.2. Verhelder de context. Leg uit waarom hij/zij een gesprek met jou heeft en vraag hem/haar

om toelichting. Bespreek één kwestie per keer.3. Vat samen wat de leerling gezegd heeft en vraag door.4. Maak afspraken met de leerling, die gericht zijn op verbetering van het gedrag. Geef duidelijk

aan wat er van hem/haar verwacht wordt.5. Geef de leerling ruimte voor vragen en opmerkingen. Als deze er niet zijn rond je het gesprek

af door de afspraken te herhalen. Vervolgens neem je afscheid van elkaar.

6.3.3 Keuzeloopbaan gesprekkenBij deze bespreking is het belangrijk om de leerling aan het denken te zetten over wat hij/zij later wilt gaan doen. Het is van belang dat er open vragen worden gesteld en dat de mentor door vraagt. De leerling moet onder woorden kunnen brengen waarom hij bepaalde keuzes wilt maken in zijn loopbaan. Bij dit gesprek is het doorvragen cruciaal.

Page 15: Survivalgids - €¦  · Web viewDeze survivalgids is onderdeel van de Wiki page: Help ik word mentor! Voor je ligt de survivalgids om je op weg te helpen als mentor. ... (Gilis

Referenties

Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2005). Samenwerkend Leren, praktijkboek. Groningen/Houten: Wolters-Noordhof

Gielis, P., Koning, A., Lap, J. (2003) Begeleiden van de groep. Houten: Educatieve Partners Nederland

Luitjes, M., Zeeuw-Jans, I. de. (2011) Ontwikkeling in de groep. Bussum: Uitgeverij Coutinho

Marzano, R., Miedema, W. (2005) Leren in vijf dimensies. Assen: Van Gorcum