Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe...

16
Starttaal 3F Leerwerkboek deel B Methode Nederlands voor het mbo Bregje Cruijsberg Marleen Tienstra Suzet Volders Lieke van Pagée Carrien Brinkman Egberdien Prins Suzanne Dieleman Antje Diepersloot Ruth Jansen Michael Mandersloot Marjan Dorresteijn Ruud van den Belt Rieke Wynia GEWIJZIGDE HERDRUK

Transcript of Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe...

Page 1: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Starttaal 3FLeerwerkboek deel B

Methode Nederlands voor het mbo

Bregje Cruijsberg • Marleen Tienstra • Suzet Volders • Lieke van Pagée • Carrien Brinkman

Egberdien Prins • Suzanne Dieleman • Antje Diepersloot • Ruth Jansen

Michael Mandersloot • Marjan Dorresteijn • Ruud van den Belt • Rieke Wynia

GEWIJZIGDEHERDRUK

Page 2: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Inhoudsopgave Starttaal 3F – deel B

Verantwoording van de methode 4

Woord aan de leerling 7

Deel 1 Examentraining CE

Fase 1 Voorbereiding Fase 2 Oefenexamens

Hoofdstuk 1 Lezen 1.1 Examenteksten lezen 12 1.2 Examenvragen

beantwoorden 21 1.3 Oefenen met tijdsdruk 47

Hoofdstuk 2 Luisteren 2.1 Kijken en luisteren

naar examenteksten 60 2.2 Oefenen met tijdsdruk 76

Deel 2 Examentraining IE

Fase 1 Voorbereiding

Hoofdstuk 3 Schrijven 3.1 Het examen schrijven

verkennen 126 3.2 Beoordeling van het

schrijfexamen 130 3.3 Examenteksten schrijven 139

Hoofdstuk 4 Spreken 4.1 Het examen spreken

verkennen 170 4.2 Beoordeling van een

presentatie 171 4.3 Een presentatie

voorbereiden en uitvoeren 178

Hoofdstuk 5 Gesprekken voeren 5.1 Het examen gesprekken

voeren verkennen 194 5.2 Beoordeling van

een gesprek 195 5.3 Gesprekken voorbereiden

en uitvoeren 203

Scheurbladen 223

Oefenexamen lezen & luisteren 1 84Oefenexamen lezen & luisteren 2 103

Fase 2 Oefenexamens

Oefenexamen schrijven 1 212Oefenexamen schrijven 2 216Oefenexamen spreken 1 219Oefenexamen spreken 2 220Oefenexamen gesprekken voeren 1 221Oefenexamen gesprekken voeren 2 222

3

INHOUDSOPGAVE

Page 3: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Verantwoording van de methode

Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant. Starttaal is ontwikkeld voor mbo-leerlingen die een beroepsopleidende leerweg volgen en examen op 2F- of 3F-niveau moeten doen. De methode speelt in op de belevingswereld van deze leerlingen en is sectoronafhankelijk.

LeerwerkboekenDe methode Starttaal bestaat voor zowel 2F- als 3F-niveau uit twee leerwerkboeken: deel A en deel B. De leerling oefent in deze leerwerkboeken met de taalvaardigheden lezen, luisteren, taalverzorging, schrijven, spreken en gesprekken voeren. In de leerwerkboeken worden theorie, voorbeelden en opdrachten na elkaar aangeboden.

Deel AIn deel A van Starttaal 3F oefent de leerling met taal in een betekenisvolle en functionele context. Deel A biedt een cursorische aanpak binnen thema’s die de doelgroep aanspreken. De leerling oefent stapsgewijs met de lesstof die nodig is om het vereiste 3F-niveau te bereiken. In deel A krijgt de leerling bovendien alle bagage mee om aansluitend te starten met de examenvoorbereiding in deel B.

Deel BAls een leerling deel A heeft doorgewerkt, kan hij starten met de examen voorbereiding in deel B. Deel B biedt de leerling naast examenvoorbereiding per taalvaardigheid ook oefenexamens voor de receptieve en productieve vaardigheden. Een leerling die zowel deel A als deel B heeft doorgewerkt, is klaar voor de examens op 3F-niveau.

GRRIM

Verantwoordelijkheid docent Introductie & modeling IK

Begeleide oefening WIJ

Samen toepassen JULLIE

Zelfstandig toepassen JIJ Verantwoordelijkheid

leerling

Bron: Gradually Release Responsibility Instruction Model (GRRIM), Pearson & Gallagher (1983)

Bewezen aanpak– Van begeleid naar zelfstandig

oefenen.– Structurele inzet van modeling.– Veel aandacht voor zelfrefl ectie

en peerfeedback.– Aanleren en toepassen

van relevante lees- en luisterstrategieën.

– Inzet van schrijf- en spreekplan.– Taalverzorging in dienst van

schrijven– Schrijven aan de hand van

het vijffasenmodel.

Vijffasenmodel

Fase 1: Oriënteren op het onderwerp

Fase 2: Oriënteren op de opdracht

Fase 3: Schrijven

Fase 4: Bespreken en herschrijven

Fase 5: Verzorgen en publiceren

Bron: Hoogeveen (1993), Kouwenberg & Hoogeveen (2007)

Aanvullende materialen bij de leerwerkboekenUitgeverij Deviant biedt docenten die met Starttaal werken aanvullend materiaal bij de leerwerkboeken. Dit aanvullende materiaal bestaat onder meer uit:– antwoordmodel inclusief handreiking per opdracht;– thematoetsen;– kijk- en luisterfragmenten;– aftekenkaarten;– controle- en feedbackformulieren.

Deze aanvullende materialen zijn kosteloos te downloaden van de methodesite Studiemeter. Docenten kunnen een inlogcode aanvragen voor Studiemeter door een e-mail te sturen naar [email protected].

4

VERANTWOORDING VAN DE METHODE

Page 4: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

leze

n

SpraakwaterAls aanvulling op de methode Starttaal kunnen docenten het kaartspel Spraakwater inzetten. Met Spraakwater trainen leerlingen op een leuke en interactieve manier hun gespreksvaardigheid. Leerlingen worden in het spel uitgedaagd keuzes te maken en te beargumenteren, actief naar elkaar te luisteren en op gepaste wijze te discussiëren.

Naast de speelkaarten vinden de leerlingen in Spraakwater:– een tipkaart voor het stellen van open vragen;– een kaart met gespreksregels waaraan iedere speler zich tijdens het spel moet houden.

Van nulmeting tot examineringUitgeverij Deviant biedt de volgende lesmaterialen om leerlingen taalvaardig te maken op 3F-niveau:

Methodeonafhankelijke niveautest

Uitleg

Oefenen

Toetsen

Ondersteuning

TNTTaalniveautest

Starttaalleerwerkboeken

Starttaal 3F

Thematoetsen

Starttaal 2FSpraakwater

ViaStarttaal Online 3F

ViaStarttaal Online 3Fdeeltoetsen & eindtoetsen

ViaStarttaal Online 2F

Examentraining Examencoach Nederlands3F

ExamenIE Nederlands 3F

schrijven, spreken en gesprekken voeren

CE Nederlands 3Flezen en luisteren

Papier Digitaal

5

VERANTWOORDING VAN DE METHODE

Page 5: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

TNTDe Taalniveautest (TNT) is een methodeonafhankelijke en online niveautest Nederlands. Met de TNT kan de docent het startniveau Nederlands van een leerling bepalen. De docent kan de TNT ook als voortgangsinstrument inzetten. De TNT meet het niveau van de leerling op het gebied van lezen, spelling, stijl, woordkennis en luisteren.

ViaStarttaal OnlineViaStarttaal Online is het digitale oefen- en toetsprogramma waarmee de leerling zijn taalverzorging traint op zijn eigen niveau.

Met ViaStarttaal Online traint de leerling de volgende vaardigheden: stijl, grammatica, algemene spelling, werkwoordspelling, vaste uitdrukkingen en woordenschat. De leerling vindt in ViaStarttaal Online ook extra oefenmateriaal voor lezen en luisteren. ViaStarttaal Online kan worden ingezet als aanvulling op de lesstof in Starttaal.

Examencoach NederlandsMet de Examencoach Nederlands kan de leerling zich online voorbereiden op het centraal examen lezen en luisteren op 2F- en 3F-niveau.

De Examencoach Nederlands bestaat uit:– Vijf oefenexamens die de leerling individueel, in zijn eigen tijd en op zijn eigen tempo maakt.

Na afloop krijgt de leerling uitgebreide feedback op de antwoorden die hij heeft gegeven.– Twee proefexamens waarin het examen wordt gesimuleerd. De leerling maakt een proefexamen

op school en onder toezicht. De leerling moet het examen binnen de vastgestelde tijdsduur maken.

Instellingsexamens NederlandsUitgeverij Deviant ontwikkelt methodeonafhankelijke instellingsexamens Nederlands op 2F- en 3F-niveau voor de taalvaardigheden schrijven, spreken en gesprekken voeren. Deze instellingsexamens worden ontwikkeld in samenspraak met verschillende roc’s in Nederland.

Onderwijsinstellingen die onze methode Starttaal gebruiken kunnen onze instellingsexamens kosteloos downloaden van Studiemeter.

Voorlichting en trainingWilt u meer weten over de didactische achtergrond van Starttaal? Vraagt u zich af hoe u Starttaal, of ons andere lesmateriaal voor het vak Nederlands, in uw dagelijkse onderwijspraktijk kunt inzetten?

Neem dan contact met ons op door een e-mail te sturen naar [email protected] onder vermelding van ‘Voorlichting en training Starttaal’. Of bel 033 – 4650831 en maak direct een afspraak.

6

VERANTWOORDING VAN DE METHODE

Page 6: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

leze

n

Beste leerling,

Voor je ligt deel B van Starttaal 3F. In deel B bereid je je voor op de examens op 3F-niveau. Deel B is een leerwerkboek waarin theorie, voorbeelden en opdrachten na elkaar worden aangeboden. Je kunt starten in deel B als je alle opdrachten in deel A hebt gemaakt, alle taalportfolio-opdrachten in het net hebt uitgewerkt en alle thematoetsen met een voldoende hebt afgerond.

Opbouw van deel BStarttaal 3F deel B is als volgt opgebouwd:

Deel 1: Examentraining CE

Fase 1: Voorbereiding Fase 2: Oefenexamens

Hoofdstuk 1 Lezen Oefenexamen lezen & luisteren 1Hoofdstuk 2 Luisteren Oefenexamen lezen & luisteren 2

Deel 2: Examentraining IE

Fase 1: Voorbereiding Fase 2: Oefenexamens

Hoofdstuk 3 Schrijven Oefenexamen schrijven 1Oefenexamen schrijven 2

Hoofdstuk 4 Spreken Oefenexamen spreken 1Oefenexamen spreken 2

Hoofdstuk 5 Gesprekken voeren Oefenexamen gesprekken voeren 1Oefenexamen gesprekken voeren 2

Deel 1: Examentraining CEIn deel 1 bereid je je voor op het centraal examen (CE) Nederlands. Het CE is het landelijk examen lees- en luistervaardigheid. Je maakt dit examen op de computer en beantwoordt vragen bij leesteksten en gesproken teksten.

In fase 1 van deel 1 raak je bekend met de vraagsoorten die je tijdens het examen kunt verwachten. Je oefent met meerkeuzevragen, matrixvragen en casusvragen. Ook leer je hoe je tijdens het examen efficiënt met tijd en hulpmiddelen kunt omgaan.

In fase 2 van deel 1 maak je oefenexamens. Je past toe wat je in fase 1 hebt geleerd. Met het maken van de oefenexamens ga je na of je klaar bent voor het CE op 3F-niveau.

Deel 2: Examentraining IEIn deel 2 bereid je je voor op de instellingsexamens (IE) Nederlands: de examens schrijven (inclusief taalverzorging), spreken en gesprekken voeren. Alle mbo-leerlingen moeten deze examens doen, maar anders dan bij het CE bepaalt jouw onderwijsinstelling zelf hoe dit examen eruitziet.

In fase 1 van deel 2 verken je het examen per taalvaardigheid aan de hand van een aantal voorbereidende vragen. Daarna oefen je stapsgewijs met de opdrachten die je tijdens het examen kunt verwachten.

In fase 2 van deel 2 maak je een aantal oefenexamens. Je past toe wat je in fase 1 hebt geleerd en je ervaart hoe het is om te werken onder tijdsdruk. Met het maken van de oefenexamens ga je na of je klaar bent voor de instellingsexamens op 3F-niveau.

7

WOORD AAN DE LEERLING

Page 7: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

8

WOORD AAN DE LEERLING

Weet je nog?In elk hoofdstuk van dit leerwerkboek vind je extra theoriekaders met ingekorte theorie uit deel A. Je herkent deze theoriekaders aan de blauwe kleur en de titel: Weet je nog? Je hebt met deze theorie al uitgebreid geoefend in deel A. Als je niet genoeg houvast hebt aan de ingekorte theorie in deel B, kun je de uitgebreide theorie in deel A opzoeken.

ComputeropdrachtenVoor sommige opdrachten in dit leerwerkboek heb je een computer nodig. Je herkent deze opdrachten aan het volgende pictogram: .Dit pictogram vind je ook bij opdrachten waarbij je een fragment moet bekijken of beluisteren. Deze kijk- en luisterfragmenten vind je onder de menuknop Methodes op Studiemeter door te klikken op Starttaal Leerwerkboeken.

Taalportfolio-opdrachtenIn deel 2 vind je een aantal taalportfolio-opdrachten. Deze opdrachten werk je in het net uit voordat je ze in je taalportfolio opneemt. Taalportfolio-opdrachten herken je aan het volgende pictogram: TP .

Examen doenHet CE en IE zijn verplichte examens voor elke mbo-leerling. Volg je een mbo-opleiding op niveau 4, dan doe je examen op 3F-niveau. Als je alle opdrachten in zowel deel A als deel B hebt gemaakt, ben je klaar voor deze examens op 3F-niveau.

Veel succes!

Page 8: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Examenteksten lezen

Theorie 1 Examenteksten verkennend, globaal en intensief lezenTijdens het leesexamen beantwoord je vragen bij leesteksten. Om de vragen bij de teksten te kunnen beantwoorden, moet je de teksten goed begrijpen. Daarom moet je de teksten verkennend, globaal en intensief lezen.

Je leest een tekst eerst verkennend en globaal om te voorspellen waar de tekst in grote lijnen over gaat. Vervolgens lees je een tekst intensief. Je leest de tekst dan nauwkeurig, zodat je weet waar de tekst precies over gaat. Tijdens het intensief lezen neem je een kritische houding aan. Je gaat dan na of de informatie in de tekst betrouwbaar is. Bij een overtuigende tekst bekijk je ook of de argumenten het standpunt aannemelijk maken.

Voor het lezen van examenteksten kun je het Stappenplan intensief lezen gebruiken.

Stappenplan intensief lezenVoor het intensief lezen:1 Lees de tekst verkennend. – Bekijk het uiterlijk van de tekst en lees de titel, lead, tussenkopjes en de bron. Bekijk ook eventuele afbeeldingen en lees de bijschriften. – Bepaal de tekstsoort en het onderwerp. – Voorspel waar de tekst over gaat.2 Lees de tekst globaal. – Bedenk wat je al weet over het onderwerp. – Lees de inleiding en de eerste en laatste zin van elke alinea. – Ga na welke tekststructuur je in de tekst herkent en wat het tekstdoel is. – Bedenk waar de tekst in grote lijnen over gaat.

De stap globaal lezen is tijdens het examen minder uitgebreid dan je gewend bent, omdat je bij het examen beperkt de tijd hebt.

Tijdens het intensief lezen:3 Lees de tekst nauwkeurig en kritisch. Let daarbij op: – de aanwijzingen in de inleiding; – de verbanden tussen de verschillende tekstdelen; – onbekende woorden en beeldspraak; – eventuele tabellen en diagrammen; – de betrouwbaarheid van de informatie; – een eventueel standpunt en de daarbij gegeven argumenten.

Na het intensief lezen:4 Vat de tekst in je hoofd samen.5 Beantwoord de vragen bij de tekst.

!

1.1

1H O O F D S T U K

Lezen

12

Page 9: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Leze

n

Tijdens het examen kun je sleutelwoorden digitaal markeren. Je mag ook pen en papier gebruiken om sleutelwoorden op te schrijven. Verder mag je een woordenboek gebruiken om de betekenis van woorden op te zoeken.

Zoek niet te veel woorden op, want dat kost tijd. Ook is het niet altijd nodig om onbekende woorden op te zoeken, omdat je de betekenis vaak kunt afl eiden uit de tekst. Alleen als dat niet lukt, en als je de betekenis echt nodig hebt om de tekst te begrijpen, zoek je het woord op in het woordenboek.

Voorbeeld

Tijdens het examen lees je een tekst volgens het Stappenplan intensief lezen. Je markeert de sleutelwoorden.

Alle (jong)volwassenen gelijk loon voor gelijk werkHet is onrechtvaardig dat het minimumloon van 18 tot 23 jaar lager is dan dat boven 23 jaar.Door: Linda Voortman, Sadet Karabulut en Roos Vermeij, Tweede Kamerleden namens GroenLinks, SP en PvdA

en jongere verdient in Nederland onterecht heel weinig. In de meeste landen verdienen de jongeren 70 tot 80 procent van het minimumloon. In Nederland ligt dat onder de 60 procent, voor een 17-jarige zelfs rond de 40 procent. Een 17-jarige verdient dus minder dan de helft van wat een 23-jarige verdient. Dit komt doordat we in Nederland het systeem van wettelijke minimum-

jeugdlonen kennen, dat geldt voor jongeren tussen de 15 en 23 jaar. Het Centraal Planbureau (CPB) conclu-deerde in 2012 al dat het Nederlandse jeugdloon naar internationale maatstaven heel laag ligt. Wij vinden dat de wet op het minimumloon uit 1968 aan herziening toe is.

2. Jongeren, verenigd in Young & United, vragen met een publieke actie aandacht voor de lage jeugdlonen. Zij zeggen: als je 18 bent in dit land, ben je volwassen. Je mag autorijden, stemmen en op eigen benen staan. Je verdient alleen een heel stuk minder dan mensen boven de 23. Dat vinden zij oneerlijk. Waarom hebben jongeren geen recht op ‘gelijk loon voor gelijk werk’? En naast herziening van de jeugdlonen vragen zij ook om een verbetering van de contracten.

Publieke steun3. De actie, ondersteund door vakbonden en de jongerenorganisaties van onze partijen, heeft in korte tijd al tot veel discussie geleid en krijgt veel publieke steun. Ook wij, de woordvoerders van de PvdA, SP en GroenLinks in de Tweede Kamer, steunen dit initiatief. Voor ons gelden drie argumenten om het minimum-jeugdloon vanaf 18 jaar te herzien.

4. Ten eerste is het wettelijk minimumloon ontworpen om werknemers in staat te stellen zelfstandig door het leven te gaan. Dat is niet mogelijk voor een jongere die afhankelijk is van het wettelijk minimumjeugdloon: van een loon van 683,30 euro bruto per maand kunnen vaste lasten zoals huur en verzekeringen niet worden betaald. Het is niet acceptabel dat werkzame jongeren nu een beroep moeten doen op bijzondere bijstand om rond te komen. De waarde van bestaanszekerheid verhoudt zich niet tot het minimumjeugdloon.

5. Ten tweede wordt vaak opgemerkt dat de arbeidsmarktpositie van jongeren veel slechter wordt bij verhoging van de jeugdlonen. Maar er is weinig bewijs voor dit verweer. Sterker nog, het omgekeerde is waar: in landen als Denemarken en Oostenrijk bestaat geen apart jeugdloon en daar is de jeugdwerkloosheid lager dan in Nederland.

Oneerlijke concurrentie6. Tot slot constateren wij dat het minimumjeugdloon voor oneerlijke concurren-tie zorgt tussen grote en kleine ondernemingen. Grote ondernemingen kunnen bij werknemers die ouder worden, en dus duurder worden, besluiten het contract niet te verlengen en in de plaats van de oudere werknemers weer nieuwe jongeren aan te nemen. Voor werkgevers van het mkb ligt dit lastiger: de lokale drogist of kledingzaak wil wel continuïteit bieden aan werknemers, of ze nu 19, 29 of 39 jaar oud zijn. Hier worden werknemers dus niet op straat gezet omdat ze ouder en duurder worden. Dit gaat over goed werkgeverschap. Ook daarom is een herziening wenselijk.

7. Wij vinden dan ook dat het stelsel van de minimumjeugdlonen anders moet, geen halve lonen, maar leefbare lonen, zeggen wij Young & United na.

8. Wat ons betreft is het politieke debat over de wettelijke minimumjeugdlonen – met veel strijd, energie en betrokkenheid van jongeren zelf – begonnen. Wij nodigen ook onze collega's uit mee te doen en zullen, als dat nodig blijkt, zelf initiatief nemen om het wettelijk minimumjeugdloon te verhogen. Alle volwassenen op de arbeidsmarkt verdienen gelijk loon voor gelijk werk en de mogelijkheid om in je eigen onderhoud te voorzien.

E1.

Waarom hebben jonge-ren geen recht op ‘gelijk loon voor gelijk werk’?

Dat jongeren nu beroep moeten doen op bijzon-dere bijstand is niet acceptabel

12 juni 2015

Bron: Volkskrant.nl

!

13

HOOFDSTUK 1 LEZEN

Page 10: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

1 Lees de tekst verkennend.Aan de opmaak en de bron zie ik dat het een artikel is op een krantenwebsite. Uit de titel en de lead maak ik op dat het minimumloon van jongeren het onderwerp van de tekst is.Ik denk dat in de tekst wordt uitgelegd waarom het niet rechtvaardig is dat 18- tot 23-jarigen minder verdienen dan werknemers ouder dan 23 jaar.

2 Lees de tekst globaal.Ik weet dat een paar van mijn vrienden niet genoeg loon krijgen om van rond te komen. In de inleiding lees ik een standpunt en in de derde alinea staat dat er argumenten gegeven zullen worden. De tekst heeft een standpunt-argumentstructuur en het tekstdoel is overtuigen.De schrijvers betogen dat het minimumjeugdloon te laag is en daarom aan herziening toe is. Ze geven hiervoor drie argumenten.

3 Lees de tekst nauwkeurig en kritisch.

Sleutelwoorden:

- jongere verdient in Nederland weinig, systeem wettelijke minimumjeugdlonen

aan herziening toe

- Young & United, publieke actie, aandacht lage jeugdlonen, wij steunen

initiatief, drie argumenten

- minimumloon ontworpen werknemers zelfstandig door leven gaan, niet

mogelijk voor een jongere, niet acceptabel, beroep op bijzondere bijstand

- arbeidsmarktpositie veel slechter bij verhoging jeugdlonen, omgekeerde waar:

Denemarken en Oostenrijk geen apart jeugdloon, daar jeugdwerkloosheid lager

- minimumjeugdloon zorgt voor oneerlijke concurrentie grote en kleine

ondernemingen, grote ondernemingen werknemers die ouder worden

contract niet verlengen, nieuwe jongeren aannemen, werkgevers van het mkb

wel continuïteit aan werknemers

4 Vat de tekst in je hoofd samen.Een jongere verdient in Nederland weinig. Dat komt door het systeem van wettelijke minimumjeugdlonen dat we hier hebben. Die wet is aan herziening toe. Young & United vraagt met een publieke actie aandacht voor de te lage jeugdlonen. De schrijvers steunen dit initiatief. Ze hebben drie argumenten om het minimumjeugdloon te herzien:1. Het is ontworpen om werknemers zelfstandig door het leven te laten gaan, maar dat is niet

mogelijk voor een jongere. Het is niet acceptabel dat jongeren een beroep moeten doen op bijzondere bijstand om rond te komen.

2. Vaak wordt opgemerkt dat de arbeidsmarktpositie van jongeren verslechtert bij verhoging van jeugdlonen, maar juist het omgekeerde is waar. In Denemarken en Oostenrijk bestaan er geen minimumjeugdlonen en daar is de jeugdwerkloosheid lager.

3. Het zorgt voor oneerlijke concurrentie tussen grote en kleine ondernemingen, doordat grote ondernemingen contracten van werknemers die ouder worden niet verlengen, maar telkens nieuwe jongeren aannemen, terwijl mkb-werkgevers werknemers niet ontslaan als ze ouder worden.

5 Beantwoord nu de vragen bij de tekst.

14

DEE L 1 EXAMENTRAINING CE FASE 1 VOORBEREIDING

Page 11: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Leze

n

Opdracht 1

Voer de deelopdrachten uit.

a. Lees de tekst verkennend en geef antwoord op de vragen.

Geef elke leerling snipperdagenOPINIE Snipperdagen maken het plannen van vakanties eenvoudiger. En trage leerlingen kunnen worden bijgespijkerd door ze niet op te nemen.Misha van Denderen is voorzitter van de Stichting voor Persoonlijk Onderwijs.

1. Staatssecretaris Dekker wil in het hele land in dezelfde twee weken meivakantie invoeren. Hij wil zo voorkomen dat ouders met kinderen op verschillende scholen op andere data meivakantie hebben. Het adviesorgaan voor voortgezet onderwijs, de VO-raad, wil dat Dekker dit beleid meteen doortrekt naar de zomervakantie.

2. Maar als we de vakanties gelijktrekken, zal de drukte op de wegen en campings helemaal niet meer te overzien zijn. We hebben allemaal wel eens een zwarte zaterdag meegemaakt. Ik pleit daarom voor een andere oplossing, namelijk het invoeren van snipperdagen voor schoolkinderen.

3. Snipperdagen voor kinderen zijn een heel goed idee, want kinderen moeten af en toe een dag vrij zijn. Op scholen voor Persoonlijk Onderwijs bestaan snipperdagen al jaren. De eerste van deze scholen is de Isaac Beeckman Academie in Zeeland. De school bestaat inmiddels vijf jaar. Leerlingen hebben er acht snipper-dagen. En aangezien de school ook nog een 4-daagse schoolweek heeft, betekent het dat leerlingen in totaal twee weken in het jaar vrij kunnen nemen.

4. De voordelen van deze opzet zijn groot voor ouders. Als ze kinderen op verschillende scholen hebben, kunnen ze toch gewoon gezamenlijk met vakantie. De snipperdagen kunnen ook gebruikt worden voor speciale gelegenheden. Denk aan een toneelvoorstelling in de late avond, waarna kinderen een dag vrij kunnen opnemen.

5. Daar komt bij dat ouders vakanties in het laagseizoen kunnen plannen of een paar dagen eerder weg kunnen gaan en later terug kunnen komen. Dat scheelt files, maar het betekent ook dat ouders goedkoper een vakantie kunnen boeken. Alles bij elkaar zorgen de snipperdagen voor meer rust in de gezinsagenda en minder stress in het gezin.

6. Ook voor de kinderen, en daardoor indirect voor de school, zijn deze voordelen positief. Voor de school is er verder het voordeel dat er geen eeuwige discussies meer zijn met ouders over de vraag voor welke jubilea wel of niet vrij genomen mag worden.

7. Het belangrijkste is echter een onderwijskundig voordeel. De snipperdagen hóéven niet opgenomen te worden, het mag. Trage leerlingen krijgen het advies om het niet te doen. In de praktijk blijkt dat ouders dat advies in de meeste gevallen heel serieus nemen. Hierdoor ontstaat er in de klas een situatie waarin er meer coherentie is tussen leerlingen. Dat is fijn voor de leerlingen, maar ook voor de docent.

8. We leven in 2016. Er is veel mogelijk in onderwijsland. Laten we geen kansen verspillen om het onderwijs beter en het leven van ouders makkelijker te maken.

Bron (bewerkt): Volkskrant.nl

1. Bepaal de tekstsoort en het onderwerp. Schrijf op welke aanwijzingen je hiervoor in de tekst krijgt.

Tekstsoort:

Onderwerp:

15

hoofdstuk 1 LEZEN

Page 12: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Oefenexamen lezen & luisteren 1Met dit oefenexamen test je of je klaar bent voor het centraal examen (CE) Nederlands op 3F-niveau. Het oefenexamen bestaat uit de volgende onderdelen:

aantal vragen

aantal te

behalen punten

Lezen Tekst 1: Dit is geen nerd met een zak chips 6 6

Tekst 2: Tekstdeel 1: Levenslang ter discussie Tekstdeel 2: Uitspraak Europees Hof over levenslange

gevangenisstraffen

13 13

Tekst 3: Algemene voorwaarden woonruimte bij jongerenhuisvesting

1 6

Tekst 4: ‘We hebben medelijden met een 17-jarige zonder bier. Wie is er nou sneu?’

7 7

Luisteren Tekst 5: Wereldbevolking eet steeds vaker hetzelfde 13 13

Tekst 6: Job Boersma over leugendetectie 6 6

Tekst 7: Moeten mensen in de bijstand verplicht iets terugdoen? 9 9

Totaal 55 60

Je mag:– zelf weten in welke volgorde je de onderdelen maakt.

Je hebt in totaal 120 minuten de tijd om het oefenexamen te maken.– zo vaak naar fragmenten kijken en luisteren als je wilt. Let daarbij wel op de tijd die je hebt.

Maak aantekeningen om tijd te besparen.– een pen of potlood, kladpapier en een woordenboek gebruiken.

84

dee l 1 EXAMENTRAINING CE fase 2 OEFENEXAMENS

Page 13: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Tekst 1

Bij deze tekst horen 6 vragen.

Gamen heeft niet de status van sport, maar voor professional Koen Schobbers is het allang geen onschuldig spelletje meer.

1. AMSTERDAM – Koen Schobbers staat onder contract bij het internationale team van Acer, ‘het Barcelona van de gamesport’, zoals hij het noemt. De 22-jarige Brabander is gespecialiseerd in het racespel Trackmania, dat hoofdzakelijk in Europa wordt gespeeld. Zondag is zijn wedstrijddag. Na het avondeten trekt hij zich terug op zijn ‘werkkamer’. Nadat hij zijn handen vetvrij heeft gemaakt en de capuchon van zijn vest over het hoofd heeft getrokken, kan de wedstrijd beginnen.

2. In landen als Zuid-Korea, China en India is gamen een geaccepteerde sport. In Nederland wil de elektronische sportbond (e-sportbond) volgend jaar aansluiting bij de Nederlandse sportorganisatie NOC*NSF. Maar is gamen een sport?

Topsport of toch niet?3. Volgens Maarten van Bottenburg is het lastig om een definitie van sport te geven. De hoogleraar sportontwikkeling aan de Universiteit Utrecht maakt onderscheid tussen de informele en formele betekenis van het woord. ‘Een activiteit wordt vaak als sport gezien zodra een groep mensen de activiteit als sport beschouwt. De groep moet daar zelf van overtuigd zijn.’ Een sport bestaat formeel als die recht heeft op subsidies of aansluiting vindt bij het NOC*NSF. Dat ook die definitie verandert, bewijst het sportvissen, dat tot 2012 geen lid was van de sportkoepel.

4. Voor Koen Schobbers is gamen zonder twijfel een topsport. ‘Mentaal is het namelijk zwaar.’ Hij zit regelmatig op de roei- en crosstrainer om in conditie te blijven. ‘Een goede conditie zorgt ervoor dat je je beter kunt concentreren en frisser bent van geest.’

5. Bewegingswetenschapper Monique Simons deed onderzoek naar het stimuleren van een gezonde levensstijl bij jongeren met behulp van games en gamestrategieën. Zij ziet gamen niet als sport. Voor haar is sport iets waarbij je beweegt en enige intensiteit van het lichaam wordt gevraagd. Simons gelooft in de kracht van games, maar ziet meer in spellen op de Nintendo Wii of met de virtual-realitybril. Hierbij worden jongeren gedwongen te bewegen tijdens het gamen.

6. ‘Toch zijn dammen en schaken ook erkend als sport’, reageert Jasper Schoo. De voorzitter van de e-sportbond beschouwt gamen als digitale vorm van de denksport. Prioriteit is wat hem betreft het opzetten van een competitie in eigen land. Tot op heden regelt de bond slechts één wedstrijd:

het Nederlands kampioenschap. Toernooien en evenementen worden georganiseerd door teams of groepen.

Competitie7. Een van de toelatingseisen van het NOC*NSF is dat de bond zijn achterban representeert. Met ongeveer 72 duizend e-sporters in Nederland en slechts vijfduizend leden bij de e-sportbond is daar nog geen sprake van. Een nationale competitie moet daarin verandering brengen. Gedacht wordt aan eenzelfde rankingsysteem als de tennisbond hanteert.

8. Gamer Schobbers heeft weinig binding met de e-sportbond. ‘Ik wist niet eens dat je lid kon worden.’ Meer heeft hij gemeen met zijn teamgenoten, ook al heeft hij sommige nog nooit ontmoet. ‘Het sociale contact via de headset is erg belangrijk. Naast teamgenoten beschouw ik hen als mijn vrienden. Je bouwt een band op in een virtuele wereld.’ Op Skype voerde hij de contractbesprekingen om met een digitale handtekening zijn overgang van het Nederlandse Mousecontrol naar het internationale team Acer te bevestigen.

9. Er zijn meer barrières. Commerciële partijen hebben nu een te dikke vinger in de pap. Zij schrijven eigen wedstrijden en

toernooien uit, die zijn gebaseerd op commerciële belangen. Iedereen hanteert zijn eigen regels. Daardoor verschillen wedstrijden van elkaar. De vraag wie daadwerkelijk de beste is, kan zo moeilijk worden beantwoord. Ook zijn spellen gelieerd aan miljardenbedrijven die de auteursrechten hebben.

Alleen de makers hebben invloed op de ontwikkeling van het spel.

Imago10. Aansluiting bij de Nederlandse sportkoepel moet bijdragen aan een beter imago van de gamesport. ‘Het beeld is nu dat wij een stel nerds zijn die met een zak chips de hele dag achter de computer zitten.’ Maar daar is geen sprake van, meent Schobbers. Op de Radboud Universiteit in Nijmegen, waar hij de studie biomedische wetenschappen volgt, reageren medestudenten verrast als Schobbers verklapt dat hij een professioneel gamer is. ‘Ik kan daar wel om lachen en vertel ze dan dat ik ook gewoon een vriendin en een vriendengroep heb.’

11. Op het WK in Frankrijk ervoer de Nederlander hoezeer gamen leeft. Mensen uit Noorwegen waren speciaal voor hem naar Parijs afgereisd. In een bomvolle hal werd hij in november door 2.500 fans toegejuicht. Thuis achter zijn computer was niet tot hem doorgedrongen hoe populair hij is.

12. Toch is de populariteit van de sport in Europa nog niet te vergelijken met die in Azië. Voetbalstadions met zestigduizend zitplaatsen zijn binnen de kortste keren uitverkocht, het prijzengeld loopt op tot in de miljoenen euro’s en online kijken fans van over de hele wereld mee.

13. Gemiddeld traint Schobbers tien tot twintig uur per week voor een wedstrijd. Op zondagavond moet het gebeuren. Dan vlamt hij vanbinnen, maar oogt vanbuiten als een ijskonijn. Na afloop volgt de wedstrijdbespreking via Skype. Een derde helft in de kantine zit er niet in.

Dit is geen nerd met een zak chips

Bron (bewerkt): de Volkskrant

‘Gamen is zwaar.Daarom zit ik vaak

op de roei- en crosstrainer.’

Foto: Freek van den Bergh

85

LEZEN & LUISTEREN

Page 14: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

1. Welke functies heeft de inleiding? Kruis aan welke functies de inleiding wel en niet heeft.

wel niet

De auteur geeft een samenvatting van de tekst.

De auteur maakt zijn standpunt duidelijk.

De auteur noemt de aanleiding van de tekst.

De auteur schetst een beeld van het onderwerp.

De auteur stelt de vraag waarop hij antwoord zoekt.

2. Wat is het voornaamste tekstdoel van deze tekst? A. amuseren B. beschouwen C. betogen D. informeren

3. In alinea 2 staat de vraag ‘Maar is gamen een sport?’ Hoe zouden de personen uit de tekst op deze vraag reageren?

ja neutraal nee

Maarten van Bottenburg

Koen Schobbers

Monique Simons

Jasper Schoo

4. In alinea 7 wordt gesteld dat de e-sportbond te weinig leden heeft om zijn achterban te representeren.

Wat is hier volgens Koen Schobbers de reden voor? A. De e-sportbond biedt geen mogelijkheid tot sociaal contact tussen gamers. B. De e-sportbond heeft onduidelijke toelatingseisen. C. Gamers hebben geen band met de e-sportbond. D. Gamers willen niet vertegenwoordigd worden door de e-sportbond.

5. Wat is de beste samenvatting van alinea 9? A. Bedrijven hanteren hun eigen spelregels, zodat zij kunnen bepalen wie de beste gamer is. B. Bedrijven hebben er belang bij dat gamewedstrijden onderling verschillen. C. Bedrijven hebben te veel invloed op gamewedstrijden en de ontwikkeling van games. D. Bedrijven krijgen te veel vrijheid bij het organiseren van gamewedstrijden.

6. Wat is het verband tussen alinea 11 en 12? A. Alinea 11 en 12 vormen een opsomming. B. Alinea 11 en 12 vormen een tegenstelling. C. Alinea 11 geeft een oorzaak bij alinea 12. D. Alinea 12 geeft een voorbeeld bij alinea 11.

86

dee l 1 EXAMENTRAINING CE fase 2 OEFENEXAMENS

Page 15: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Het examen schrijven verkennen

Theorie 1 Verkenning van het schrijfexamenTijdens het schrijfexamen Nederlands moet je vaak een zakelijke brief en een artikel schrijven. Voordat je aan het schrijfexamen begint, verken je het hele examen. Dit doe je zodat je weet wat er van je wordt verwacht.

Als je het schrijfexamen verkent, stel je jezelf een aantal vragen:1. Hoeveel tijd heb ik om het examen te maken?2. Uit hoeveel opdrachten bestaat het examen?3. Wat voor teksten moet ik schrijven? Bepaal de tekstsoort, het onderwerp, het schrijfdoel en

de doelgroep.4. Zijn er bronnen die ik moet gebruiken? Zo ja, wat voor bronnen?5. Hoeveel tijd heb ik per opdracht ongeveer nodig?6. In welke volgorde kan ik de opdrachten het beste uitvoeren?

Bij elke opdracht staat uit hoeveel woorden je tekst moet bestaan. Aan het schrijven van een tekst met veel woorden ben je vaak meer tijd kwijt dan aan een tekst met weinig woorden.

Voorbeeld

Amir moet schrijfexamen doen. Voordat hij met de opdrachten begint, verkent hij het examen.

Instellingsexamen Nederlands 3F SchrijvenInformatie voor de kandidaat

Je gaat examen doen voor het onderdeel schrijven van het vak Nederlands. Het examen bestaat uit twee opdrachten. Voor die opdrachtenkrijg je 120 minuten de tijd. Lees de opdrachten eerst goed door. Na afl oop van het examen lever je de teksten die je hebt geschreven en dit examenboekje in bij de docent.

Examenopdracht 1:

Situatie:Je opleiding organiseert een uitwisselingsproject in Londen. Het doel van de uitwisseling is dat leerlingen ervaren hoe hun toekomstige beroep eruitziet in een ander land. Er is maar een beperkt aantal plekken voor de uitwisseling. Daarom moeten geïnteresseerden een motivatie-e-mail schrijven aan de uitwisselingscommissie. Hierin moet je beargumenteren waarom juist jij mee moet naar Londen. Jij wilt graag mee en besluit een motivatie-e-mail te schrijven.

Opdracht:Schrijf de e-mail aan de uitwisselingscommissie met jouw motivatie voor de uitwisseling. Gebruik 200 tot 250 woorden.

!

3.1

duur examen

tekst examenopdracht 1:– tekstsoort: e-mail met

een motivatie– onderwerp:

uitwisselingsproject in Londen

– schrijfdoel: overtuigen– doelgroep: de

uitwisselingscommissie

aantal opdrachten

lengte tekst

3H O O F D S T U K

Schrijven

126

Page 16: Starttaal 3F - uitgeverij-deviant.nl · Verantwoording van de methode Starttaal is de nieuwe methode Nederlands van Uitgeverij Deviant.Starttaal is ontwikkeld voor mbo- leerlingen

Schr

ijven

Examenopdracht 2:

Situatie:Op internet lees je een nieuwsbericht over de toenemende populariteit van plastische chirurgie (bron 1). Onder het artikel staan reacties van voor- en tegenstanders van plastische chirurgie (bron 2). Je besluit voor de leerlingenblog van je school een artikel te schrijven over de voor- en nadelen van plastische chirurgie. Ook wil je in je artikel je mening geven over het onderwerp.

Opdracht:Schrijf het artikel voor de leerlingenblog. Geef daarbij minimaal twee voordelen en twee nadelen van plastische chirurgie. Gebruik de informatie uit de bronnen. Je mag ook zelf informatie bedenken. Gebruik 400 tot 600 woorden.

Amir heeft de opdrachten verkend en bepaalt de volgorde waarin hij ze gaat uitvoeren. Hij denkt dat hij met examenopdracht 1 maximaal 40 minuten bezig zal zijn. Examenopdracht 2 is een stuk groter. Amir denkt dat hij er ongeveer 80 minuten aan kwijt is. Hij begint met examenopdracht 1 zodat hij de rest van de tijd kan besteden aan examenopdracht 2.

Opdracht 1

Ga naar Oefenexamen schrijven 1 op blz. 212 tot en met 215 en voer de deelopdrachten uit.

a. Verken het oefenexamen en geef antwoord op de vragen.

1. Hoeveel tijd heb je om het oefenexamen te maken?

2. Uit hoeveel opdrachten bestaat het oefenexamen?

3. Wat voor teksten moet je schrijven? Schrijf van elke tekst de tekstsoort, het onderwerp, het schrijfdoel en de doelgroep op.

4. Zijn er bronnen die je moet gebruiken? Zo ja, wat voor bronnen?

bronnen

tekst examenopdracht 2:– tekstsoort: artikel– onderwerp: plastische

chirurgie– schrijfdoelen: informeren

en mening geven– doelgroep: klasgenoten

lengte tekst

127

HOOFDSTUK 3 SCHRIJVEN