Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op...

8
D e initiatiefnemers dr. Henri Van De Putte en jezuïet pater Jozef Bogaerts lieten zich bij de oprichting van het Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen in 1937 inspireren door het (gelijknamige) Nederlandse model. De doelstelling – inzetten op thuisverpleging en sociale geneeskunde – is in 80 jaar onveranderd gebleven. Uit de lange en bewogen geschiedenis van het WGK pikken we er enkele markante feiten uit. 1940-1945: WGK speelt een belangrijke rol in het bezette België; ondanks de oorlogsomstandigheden kent de organisatie een duidelijke groei. 1947: de eerste WGK-auto rijdt rond in Pittem; voordien verplaatsten de ‘verpleegsters’ zich met de fiets of de bromfiets. 1950-1970: het WGK kent een grote groei, o.a. door de ondertekening van het Nationaal Protocol met de christelijke ziekenfondsen en Caritas Catolica. 1963: oprichting van negen provinciale vzw’s. 1998: het Vlaamse en Waalse WGK gaan hun eigen weg; de provincies hebben elk hun autonomie. In 80 jaar is het Wit-Gele Kruis uitgegroeid tot een gevestigde waarde en een belangrijke speler in de zorgsector. Het WGK blijft continu inspelen op maat- schappelijke, demografische en medische evoluties en is geëvolueerd naar een meer coördinerende rol in het zorgverhaal. De jongste jaren heeft de organisatie een nieuwe visie ontwikkeld met aandacht voor de eerstelijns- verpleegkundige; de geïntegreerde eerstelijnszorg met de nodige aandacht voor innovatie, technologie en actieve gegevensdeling; en een nieuw financieringsmo- del voor de thuisverpleging. De zorgbehoefte van de patiënt en de mantelzorger staat daarbij centraal. Totaalzorg is daarbij het motto. Henk Van Nieuwenhove DE REFERENTIE VOOR HUISARTSEN EN SPECIALISTEN WWW.ARTSENKRANT.COM 37STE JAAR NR2500 - VRIJDAG 16 JUNI 2017 - 3,00 € - WEEKBLAD - P309577 - ROULARTA HEALTHCARE - RAKETSTRAAT 50, BUS 14 - 1130 BRUSSEL Accreditering en zorgkwaliteit: communicatie is cruciaal blz 4 T achtig jaar Wit-Gele Kruis wordt vandaag, vrijdag 16 juni 2017, feestelijk gevierd op een Academische Zitting die gehouden wordt in de prestigieuze Opera van Gent. Op het programma staan lezingen van twee belangrijke stemmen in het actuele debat van de gezondheidszorg, met name Ignaas Devisch (rechts), professor in de filosofie, medische filosofie en ethiek aan de UGent en professor Lieven Annemans (links) die gezondheids- economie doceert aan de faculteit geneeskunde van de UGent. Ignaas Devisch focust op de zorgrelaties die onder druk staan en de omschakeling van patiënt tot consument. Lieven Annemans onderzoekt de (moeizame) evolutie naar een geïntegreerde zorg. De beide sprekers worden ingeleid door Vincent Vandevelde, voorzitter van het Wit- Gele Kruis Oost-Vlaanderen. Vlaams voorzitter Piet Vanthemsche rondt de Academische Zitting af met een slottoespraak waarin hij de aandacht zal vestigen op recente verwezenlijkingen van het WGK en een blik in de toekomst zal werpen. H.V.N. PB-PP | B-331 BELGIË(N) - BELGIQUE ©Wit-Gele Kruis van Antwerpen Op 13 november 1937 werd in Gent de eerste Wit-Gele Kruisafdeling opgericht. Het was meteen de eerste georganiseerde dienst voor thuisverpleging in ons land. Tachtig jaar later telt het WGK 6.835 medewerkers, 156.368 patiënten en 17.892.574 huisbezoeken op jaarbasis. Pionier in de thuiszorg Speciale editie Lieven Annemans Ignaas Devisch Feestelijke viering in Opera van Gent © Belga Image

Transcript of Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op...

Page 1: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

De initiatiefnemers dr. Henri Van De Putteen jezuïet pater Jozef Bogaerts lieten zichbij de oprichting van het Wit-Gele KruisOost-Vlaanderen in 1937 inspireren door

het (gelijknamige) Nederlandse model. De doelstelling –inzetten op thuisverpleging en sociale geneeskunde – isin 80 jaar onveranderd gebleven.

Uit de lange en bewogen geschiedenis van het WGKpikken we er enkele markante feiten uit. 1940-1945:WGK speelt een belangrijke rol in het bezette België;ondanks de oorlogsomstandigheden kent de organisatieeen duidelijke groei. 1947: de eerste WGK-auto rijdtrond in Pittem; voordien verplaatsten de ‘verpleegsters’zich met de fiets of de bromfiets. 1950-1970: het WGKkent een grote groei, o.a. door de ondertekening van hetNationaal Protocol met de christelijke ziekenfondsen enCaritas Catolica. 1963: oprichting van negen provincialevzw’s. 1998: het Vlaamse en Waalse WGK gaan huneigen weg; de provincies hebben elk hun autonomie.

In 80 jaar is het Wit-Gele Kruis uitgegroeid tot eengevestigde waarde en een belangrijke speler in de zorgsector. Het WGK blijft continu inspelen op maat-schappelijke, demografische en medische evoluties en isgeëvolueerd naar een meer coördinerende rol in hetzorgverhaal.

De jongste jaren heeft de organisatie een nieuwe visie ontwikkeld met aandacht voor de eerstelijns -verpleegkundige; de geïntegreerde eerstelijnszorg metde nodige aandacht voor innovatie, technologie enactieve gegevensdeling; en een nieuw financieringsmo-del voor de thuisverpleging. De zorgbehoefte van depatiënt en de mantelzorger staat daarbij centraal.Totaalzorg is daarbij het motto.

Henk Van Nieuwenhove

DE REFERENTIE VOOR HUISARTSEN EN SPECIALISTEN WWW.ARTSENKRANT.COM37STE JAAR NR2500 - VRIJDAG 16 JUNI 2017 - 3,00 € - WEEKBLAD - P309577 - ROULARTA HEALTHCARE - RAKETSTRAAT 50, BUS 14 - 1130 BRUSSEL

Accreditering en zorgkwaliteit: communicatie is cruciaal blz 4

Tachtig jaar Wit-Gele Kruis wordt vandaag,vrijdag 16 juni 2017, feestelijk gevierd op

een Academische Zitting die gehouden wordtin de prestigieuze Opera van Gent. Op hetprogramma staan lezingen van twee belangrijkestemmen in het actuele debat van degezondheidszorg, met name Ignaas Devisch(rechts), professor in de filosofie, medischefilosofie en ethiek aan de UGent en professorLieven Annemans (links) die gezondheids -economie doceert aan de faculteit geneeskundevan de UGent. Ignaas Devisch focust op dezorgrelaties die onder druk staan en deomschakeling van patiënt tot consument.Lieven Annemans onderzoekt de (moeizame)evolutie naar een geïntegreerde zorg.De beide sprekers worden ingeleid doorVincent Vandevelde, voorzitter van het Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen. Vlaams voorzitterPiet Vanthemsche rondt de AcademischeZitting af met een slottoespraak waarin hij deaandacht zal vestigen op recenteverwezenlijkingen van het WGK en een blik inde toekomst zal werpen.

H.V.N.

PB-PP | B-331BELGIË(N) - BELGIQUE

©W

it-G

ele

Kru

is v

an A

ntw

erp

en

Op 13 november 1937 werd in Gent de eerste Wit-GeleKruisafdeling opgericht. Het was meteen de eerste

georganiseerde dienst voor thuisverpleging inons land. Tachtig jaar later telt het WGK

6.835 medewerkers, 156.368 patiënten en17.892.574 huisbezoeken op jaarbasis.

Pionier in de thuiszorg

Specialeeditie

Lieven Annemans Ignaas Devisch

Feestelijke vieringin Opera van Gent

© B

elga

Im

age

AKspecialWGK-001 cov_V_Cover 12/06/17 08:27 Pagina 1

Page 2: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

2 Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Actueel

Dat een arts aan de basis ligt vanhet Wit-Gele Kruis is geen toeval.

Evenmin is het toeval dat deze bijlage80 jaar na de oprichting verschijnt bijeen krant voor artsen. De cirkel is rond.En toekomstgericht.De populatie vergrijst en multi -pathologieën zijn aan de orde van dedag. Acute zorg wordt meer en meerchronische zorg. Het systeem is op eenkantelmoment aanbeland.Samenwerken wordt cruciaal. Zorg zalgeïntegreerd zijn of zal niet zijn.Ziekenhuisnetwerken slagen pas inhun opzet in de mate dat ze ookhuisartsen, thuisverpleegkundigen – deeerste lijn – en mantelzorgers bij hunwerking betrekken. Dit moet (moet)!Essentieel is goede communicatietussen de lijnen. De afgelopen jarenontwikkelde het Wit-Gele Kruis hetElektronisch Verpleegkundig Dossier.Toegankelijk voor huisartsen enziekenhuizen. Elke thuis -verpleegkundige beschikt over eentablet. De organisatie is er klaar voor.Naadloos sluit dit aan bij debloemstructuur in het kader van eenhervormd KB 78. De patiënt als het hartvan de bloem, de zorgverleners als deblaadjes. Het concept is er, nu deuitvoering nog. Tijd datthuisverpleegkundigen ondervoorwaarden medicatie mogenvervoeren of bewaren. In het velddringt alvast door dat overbevraagde – en stilaan schaarser wordende –huisartsen beroep moeten/willen doenop (thuis)verpleegkundigen. Ook voorprestaties die nu nog voorbehoudenzijn aan medici.Centraal bij elke handeling staatlevenskwaliteit.Thuisverpleegkundigen kennen desituatie van hun patiënt door en door.Een enorme troef. Want alletechnologie ten spijt, is het alfa enomega van elke goede zorgverlenerimmers menselijkheid, empathie,mededogen, vijf minuten aandacht.Een hele dag kijken sommigezorgbehoevenden daar naar uit.

De mens

6.380Zoveel auto’s van het Wit-Gele Kruisrijden er rond in Vlaanderen (in2016). In 1947 werd het eersteautootje door WGK in Pittem in

gebruik genomen.

Edito

Thuiszorg op www.artsenkrant.com: enkele voorbeelden >>> Ziekenhuizen kunnen verpleegkundige dossiers Wit-GeleKruis inkijken >>> Thuisverpleegkundige is rechterhand van huisarts >>> Complexe wondzorg: van ziekenhuis naarthuiszorg >>> Theoretisch kan er veel in de thuiszorg >>> …

Onze thuisverpleegkundigen,en bij uitbreiding natuurlijkalle verpleegkundigen,verdienen een standbeeld

Hendrik Van Gansbeke, algemeencoördinator Wit-Gele Kruis

Het landschap van de zorg is volop inbeweging. De medische wetenschap, demaatschappij, de zorg zijn aan grote ver-anderingen onderhevig. Het Wit-Gele

Kruis van Vlaanderen speelt in op deze evoluties, deorganisatie past zich permanent aan in functie vannieuwe noden. Het vormen van netwerken staat daar-bij centraal, netwerken binnen de eerste lijn tussen devele actoren die daar actief zijn, maar ook netwerkentussen eerste en tweede lijn.

Het Wit-Gele Kruis heeft heel wat te bieden: eenwendbare organisatie op het terrein, geaccrediteerdezorgprocessen, een zorgvuldig en deskundig uitge-werkt medicatiebeleid, een professioneel manage-ment. We investeren in zorgcentrales, in gebruiks-vriendelijke IT-toepassingen. Elke patiënt heeft eenelektronisch verpleegkundig dossier dat met zijn ofhaar toestemming door de arts kan geraadpleegdworden. Bij dat alles staat aandacht voor de patiënt enzijn of haar omgeving voorop. Want dat blijft onzecore business: de patiënt de juiste professionele ver-pleegkundige zorg toedienen in de thuissituatie, metoog voor de omgeving, voor zelfredzaamheid, voorpatiënt empowerment.

Het Wit-Gele Kruis werkt samen met heelveel partners in de eerste en de tweede lijn.Artsen, zowel huisartsen als specialisten,zijn het belangrijkste professionele referentie-punt voor onze thuisverpleegkundigen.Een goede samenwerking en commu-nicatie tussen beiden komt vooral depatiënt ten goede.

Het Wit-Gele Kruis is een grote endiverse organisatie. Onze partnersweten te weinig over de werkingen het aanbod van onze organisa-tie. We willen hier verandering inbrengen door beter te communi-ceren over waar onze organisatievoor staat. Net daarom hebbenwe gekozen om samen te werkenmet de Artsenkrant. De journa-listieke ervaring en kennis vande gezondheidszorg helpenons om het Wit-Gele Kruisbeter in beeld te brengen.

Piet Vanthemsche voorzitter Wit-Gele Kruis

Maatschappelijke missie in het DNAHet Wit-Gele Kruis van Vlaanderen viert dit jaar zijn tachtigste verjaardag.

Wat begon in 1937 in Gent op initiatief van onze stichter dr. Henri Vandeputte, is uitgegroeidtot de toonaangevende marktleider in de thuisverpleegkunde die het Wit-Gele Kruisvandaag is. De maatschappelijke bewogenheid die aan de basis lag van deoprichting van het Wit-Gele Kruis zit in ons DNA. In de loop der jaren werddaar een hoog niveau van professionalisering aan toegevoegd.

VOORWOORD

Geert Verrijken

© S

tudi

o G

oosl

ake

AKspecialWGK-002-003_V_Actua 12/06/17 08:28 Pagina 2

Page 3: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

3Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Ook over tien jaar moet je allepatiënten nog de nodige zorg kunnen bieden, verteltal gemeen directeur Katlyn

Colman. “Zorg moet betaalbaar blijven,maar kostenefficiëntie primeert niet op derelatie met de cliënt.” Dat betekent dat deverpleegkundige snel keuzes moet kunnenmaken. “Ze moet snel kunnen afstemmenmet de mantelzorg, gezinshulp, de huisarts– dat red je niet met een hele hiërarchie erbovenop.”

“In een hiërarchisch model zijn denkenen doen gescheiden. Dat werkt zolang deomgeving relatief eenvoudig is” lichtWalter Sermeus van het Instituut voorGezondheidszorgbeleid - KU Leuven toe.“Maar wanneer de vraaggestuurde zorgcomplex en zeer variabel wordt, moet dezorgverlener kunnen inspelen op de omge-ving. Denken en doen moeten opnieuwsamenkomen. Zelfsturing is de meest effi-ciënte organisatievorm voor deze complexedoelstelling.”

In WGK Oost-Vlaanderen was het dezorgdirecteur die voor het eerst met dat ideevoor de dag kwam. “In 2012 zijn we daar-over gaan nadenken, hebben we de ratio-nale bekeken, en de grote lijnen bepaald. In2013 zijn een zestal ‘expeditieteams’ vanvrijwilligers het gaan uitproberen op hetterrein”, verklaart Katlyn Colman. In 2014waagde dan een eerste groep wijkteams de overstap. “Veel moesten ze zelf nog uit-vinden.” In 2017 is de transitie geheelgemaakt: het oude werkmodel heeft afgedaan. De huidige wijkverpleegteamsomvatten acht tot vijftien leden: genoegmensen om de continuïteit te verzekeren,maar die elkaar toch van dichtbij kennen.

OndersteuningDe zelfsturende teams moeten kunnen

rekenen op goede ondersteuning – metname op de punten die ze zelf aangeven. Zekunnen met administratieve en logistieke

problemen terecht van 7 tot 22u. Ze doenzelf de planning – een belangrijk aan-dachtspunt. Checklists, protocols, op -lossingen voor problemen op het terreinworden centraal uitgewerkt door expertsdie de regelgeving en de literatuur goedkennen. Colman: “We springen daar nuanders mee om. Protocols zijn niet als deverkeerslichten aan een kruispunt die jeblindelings volgt. We zien ze veeleer als een rotonde: de professional beslistwanneer hij tot de actie overgaat.”

Nadenken over de eigen werkingkunnen de teams aan de hand van eenreflectielijst. Een competentiematrixbrengt de navormingsbehoeften in kaart.Met andere teams worden ideeën uitgewis-seld. Een team van teamcoaches staat altijdklaar. “Onze directeur zorgverlening wasvroeger 10% van haar tijd on the field, nu

60-70%. Ze bekijkt en bespreekt met deteams de visie en resultaten.”

ResultaatafsprakenDe missie van het WGK en de kwaliteit

van de zorg blijft de grote opgave voor hetcentrale management. Er worden resul -taatafspraken gemaakt. “We werken meteen evenwichtig samengestelde korf vankey performance indicators. Het teamvolgt zelf deze KPI’s op en legt daaroververantwoording af”, legt Colman uit.Loosening control without losing control, ishaar uitgangspunt.

“De kennis, de verantwoordelijkheid,de ‘regulering’ moet zoveel mogelijkliggen op het niveau van de relatie zorg-verlener-patiënt. Het management moetdat loslaten maar moet wel de globale visiebewaken.”, vat professor Sermeus hetsamen.

Naakte cijfersDe professoren Walter Sermeus, Lieven

Annemans en Jan Heyrman, werden vanbij aanvang in het proces betrokken. Zewerkten een onderzoeksprotocol uit omveranderingen in kaart te brengen dieeigen waren aan de transitie naar zelf -sturing. Teams in het transitieproces

werden daartoe vergeleken met andereteams van WGK Oost-Vlaanderen die nogop de klassieke manier werkten.

“Het is ook nodig om de globale organi-satie te monitoren”, onderstreept Sermeus.“Bij de evaluatie moet je niet alleen nagaanwat het veranderingsproces betekent heeftvoor het WGK, maar ook welke effectenhet heeft voor de cliënten en de maatschap-pij. Waren er minder zieke patiënten enminder ziekenhuisopnamen? Kon meninstitutionalisering van cliënten langer uit-stellen?”

“We namen de triple aim als leidraad.Worden patiënten beter van de zelf -sturende teams? Zijn ze zelfredzamer? Punttwee: hoe voelen mensen zich bij de veran-dering? Kleine zelfsturende teams zullentaken vooral toewijzen aan verpleegkundigendie de patiënt al kent en kunnen beter fragmentering van de zorg vermijden. Depatiënt ziet vaker de vertrouwde gezich-ten, wat de communicatie ten goede komt.Ten slotte: wordt de organisatie efficiën-ter? Spring je beter om met de beschikbaremiddelen?” De onderzoeksresultaten – Denaakte cijfers over zelfsturing – worden ditnajaar gepubliceerd. “Op het eerste gezichtwijzen ze in de goede richting.”

Wouter Colson

Zelfsturende teams kunnen complexe zorg aanSinds 2016 werkt het Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen helemaal met kleine,

zelfsturende teams van wijkverpleegkundigen – de transitieperiode duurde enkele jaren.“Een dappere keuze”, noemt professor Walter Sermeus het.

ZELFSTURING

¿ Katlyn Colman, algemeen directeur Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen

≠ prof. Walter Sermeus, Instituut voor Gezondheidszorgbeleid - KU Leuven

Protocols zijn niet als deverkeerslichten aan eenkruispunt die je blindelingsvolgt. We zien ze veeleerals een rotonde- Katlyn Colman

Doe-het-zelfgids

Ook de andere provinciale afdelingenvan het WGK geloven in de

autonomie van de zorgverlener, verzekertKatlyn Colman. Ze kreeg steeds meervragen te beantwoorden en schreefdaarom samen met collega's van haardirectieteam het boek De naakte waarheidover zelfsturing.Iedere organisatie heeft zijn eigen DNA.“Een copy-paste van onssysteem is geen goed idee.Maar we proberen eenmethodiek en eeninstrumentarium mee tegeven.” Het boek werduitgegeven bij Lannoo(EAN: 9789401433518)

© S

ylvi

e B

on

“Zelfsturing is de meest efficiënte organisatievorm voor onze complexe doelstelling.”

© W

it-G

ele

Kru

is O

ost

-Vla

and

eren

.

1 2

AKspecialWGK-002-003_V_Actua 12/06/17 08:28 Pagina 3

Page 4: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

4 Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Sinds 2013 organiseert het WGKWest-Vlaanderen alle zes maan-den een bevraging over demanier waarop patiënten zorg

ervaren, legt Ben Willaert, directeurkwaliteit uit. “Het gaat over 50 op eviden-tie gebaseerde vragen waarop telkenscirca 45% respons komt.” Algemeen directeur Anna Pollentier: “Perceptie is welniet nood zakelijk hetzelfde als zorgkwaliteit.Een thuisverpleegkundige kan technischschitterend werk verrichten en toch niet‘aanslaan’. En omgekeerd. Onder anderetellen sociale vaardigheden ook mee.”

75% tevredenheidDrie kwart van de patiënten blijkt zeer

tevreden. Willaert: “Het percentage is stabiel. We zoeken wel continu verbeter-mogelijkheden. De thuiszorg gaat vaak overchronische patiënten en dus zijn het over dejaren heen dikwijls dezelfde respondenten.Significant verbeteren kan dus enkel viaeen ‘cultuur- en mentaliteitswijziging’. Datvergt tijd.” Pollentier: “Communicatie iszeer belangrijk. Een verpleegkundige kan

bijvoorbeeld onverwachts, omdat de zorgbij een vorige patiënt is uitgelopen, te laatkomen. Dat wekt wrevel op. Daarombeschikken de verpleegkundigen nu overeen tool waarmee ze snel de lokale admini-stratie kunnen verwittigen. Zij informerende patiënt. Dat betekent al heel veel.”

Pollentier merkt ook op dat patiënten,gezien hun afhankelijke positie, eerdergeneigd zijn een anonieme vragenlijst in te vullen dan te klagen bij de verpleeg -kundige. “Dat is positief voor de responsmaar het bemoeilijkt het bewustwordings-proces. Bestraffen doen we echter niet. De centrale vraag is: wat leert de organisatie eruit? Hoe spelen we erop in?”De enquêteresultaten vormen één van de insteken voor een beleidsplan.

Sinds 2015 krijgen ook de mantelzorgers

halfjaarlijks een perceptiebevraging met50 vragen voorgeschoteld. De resultatenbij inwonende mantelzorgers – die dethuisverpleegkundigen veel meer aan hetwerk zien – zijn een stuk beter dan bij niet-inwonende mantelzorgers. Vooral depatiëntrelatie zit goed, een aandachtspuntblijft de doorverwijzing – bijvoorbeeldnaar maatschappelijk werk bij vragen overtegemoetkomingen. Andermaal is commu-nicatie cruciaal.

Gouden AC-labelAnna Pollentier: “Werpen onze

kwaliteitsinspanningen vruchten af totbij het bed van de patiënt? Wordt hetoverheidsgeld waarmee we werken optimaal besteed? Om die vragen te beantwoorden, namen we in december2014 de neutrale, gespecialiseerde accre -diteringsorganisatie AC (AccreditationCanada) onder de arm.” Willaert: “Wevroegen de verpleegkundigen uitdrukke-lijk ‘normaal’ te functioneren en zich nietdubbel te plooien omwille van de accredi -tering. We behaalden het gouden AC-label.De resultaten waren goed, vooral rond hetbed van de patiënt. Een opsteker.”

Ben Willaert benadrukt dat het WGKniet op alle AC-eisen inging. “AC-survey-ors verwachten bijvoorbeeld dat al onzemedewerkers op de hoogte zijn van denormen. Daar hebben we ons tegen verzet.Verpleegkundigen lopen niet warm voornormen. Wel hebben we hen geleerd ompotentieel onveilige situaties te herkennenen aan te pakken. Dat is veel concreter.Communicatie stond vooral in het teken van kwaliteitsverbetering, niet vanaccreditering. Evenmin gingen we mee inhet rigoureus toepassen van het AC-normeringsverhaal, wel gingen we uiter-aard mee met het onderliggende gedachte-goed. Wat voor ons telt, is toegevoegdewaarde.” Pollentier: “Accrediteren om te

accrediteren doen we niet. Doel is hetbeleid professionaliseren, vooral tot bij hetbed van de patiënt. In sommige domeinenzoals medicatiemanagement, decubitusenzovoort stonden we al ver en versneldede accreditering enkel het verbeterproces.Het beleid, het kader is van belang, niet omnorm per norm eisen op te leggen.”

Elektronisch VerpleegdossierBijkomende administratie was eveneens

uit den boze. Willaert: “De gedocumen-teerde Qmentum-normen drijven de hoeveelheid papier op. Verpleeg kundigenzien daarvan de meerwaarde niet in. Welbelangt het stafmedewerkers aan. We pro-beren het papier tot een minimum tebeperken maar met 1.400 medewerkerskan je de belangrijkste richtlijnen best uit-schrijven en gebruiks vriendelijk ter beschik-king stellen van de verpleegkundigen.Pollentier: “Papier heeft trouwens geenenkele meerwaarde als richtlijnen niet inde praktijk worden toegepast. Daar ligtdan ook de focus op.” We registreerdentrouwens al veel, onder andere via hetElektronisch Verpleeg dossier (EVD). Enkeltijdens de introductieperiode van het EVDverhoogde de registratiedruk voor de ver-pleegkundigen.” Pollentier: “Na vijf jaar ishet voor onze verpleegkundige ondenk-baar om nog zonder EVD op pad te gaan.”

Anna Pollentier: “Accreditering creëerteen bijkomend voordeel van (inter)natio-naal benchmarken. Tevens is dit een signaalnaar (geaccrediteerde) ziekenhuizen en dehuisartsen dat we kwaliteit leveren.Essentieel is dat we tussen twee cycli doorblijven werken aan kwaliteitsverbetering,zo niet verwatert het snel. Bovendien evolu-eert ook de eerstelijnszorg snel. Dat uit zicheveneens in gewijzigde normen en hetonderliggende gedachtegoed.”

Geert Verrijken

Actueel

“Accreditering creëert een bijkomend voordeel van (inter)nationaal benchmarken. Tevens isdit een signaal naar (geaccrediteerde) ziekenhuizen en de huisartsen dat we kwaliteit leveren.”

De patiënten zijn zeer tevreden over de zorgkwaliteit; wel blijft er – zoals steeds –een verbetermarge, zo leren de halfjaarlijkse gevalideerde patiëntenenquêtes van het WGKWest-Vlaanderen. Deze en andere resultaten toetste men af bij de accrediterings organisatie AC.Doel: het thuiszorg beleid verder professionaliseren tot bij het bed van de patiënt.

KWALITEIT

Communicatie is cruciaal

©Je

rry

De

Bri

e

‘Sociale vaardighedentellen onder anderen ookmee’- Anna Pollentier

‘De resultaten waren goed.Vooral rond het bed van depatiënt’- Ben Willaert

¿ Anna Pollentier, algemeen directeur WGK West-Vlaanderen

≠ Ben Willaert, directeur Kwaliteit, R&D WGK West-Vlaanderen

© J

DB

1 2

AKspecialWGK-004-005_V_Actua 12/06/17 08:28 Pagina 4

Page 5: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

5Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Fixatie en vrijheidsbeperkendemaatregelen, waar hebben wehet dan over? “Dat gaat van hetletterlijk vastbinden van –

meestal dementerende – patiënten, met eenZweedse gordel, tot bijvoorbeeld hetgebruik van een bedhekken of het plaat-sen van het bed tegen de muur. Of de zetelzo kantelen dat de patiënt niet meer opeigen kracht recht kan komen. De remmenop de rolstoel vastzetten, is een anderemogelijkheid. Of mensen gewoon in een kamer opsluiten”, licht KristienScheepmans toe. Zij is verpleegkundigstafmedewerker bij het Wit-Gele Kruis enhoofdauteur van de nieuwe richtlijn.

Huisarts niet op de hoogte“Vaak wordt de huisarts onvoldoende

betrokken bij de initiatie, de besluit -vorming en de uitvoering van zulke maat-regelen”, gaat ze verder. “Terwijl die tocheen centrale rol speelt in de thuiszorg.”

“De huisarts moet nochtans goed geïn-formeerd zijn, daar ligt in de richtlijn ookde nadruk op”, pikt Koen Milisen, hoog-leraar ouderenzorg en medeauteur, in.“Verpleegkundige en huisarts zijn deenige twee beroepen die wettelijk gezienfixatie mogen opstarten. Aangezien dehuisarts de eindverantwoordelijke blijft

voor de totaalzorg, mag zijn rol niet onder-schat worden. Hij moet samen met de ver-pleegkundige een oplossing zoeken, actiefbetrokken worden en de context grondigevalueren, rekening houdend met de levenskwaliteit van de patiënt, en met de mantelzorger.” Die laatste is eenbelangrijke partner, benadrukken beidegesprekspartners. Vaak worden vrijheids-beperkende maatregelen immers door defamilie opgestart, ook al is dat wettelijkgezien verboden. “Nieuw is wel dat mantelzorgers nu bepaalde maatregelenmogen uitvoeren mits voldaan is aanstrikte voorwaarden zoals een vooraf-gaande opleiding en een attest”, vultKristien Scheepmans aan.

Laatste redmiddelFixatie of vrijheidsbeperkende maat -

regelen moeten sowieso een uitzonderingblijven, een laatste redmiddel. Ze zijn bestvan korte duur en moeten met de juiste enveilige materialen, correct uitgevoerd enopgevolgd worden.

De voornaamste reden voor het toepassenvan vrijheidsbeperkende maatregelen ishet voorkomen van valincidenten. “Maareigenlijk is dat een verkeerde aanpak”,vindt Koen Milisen. “Door de fixatie komtde patiënt immers in een neerwaartse spi-raal terecht – rust roest. De negatievegevolgen wegen daar meestal niet tegenop: denk aan doorligwonden, mindermobiliteit, afnemende spierkracht, minderevenwicht,… Factoren die het valrisicouiteindelijk doen toenemen.” En dan is ernog de psychologische impact.

Milisen: “Dat alles heeft voor gevolg datde negatieve gevolgen soms groter zijn dande oplossing die je met de fixatie probeertte bereiken. De boodschap is dus: ga opzoek naar alternatieven, in samenwerking

met alle betrokkenen: de patiënt, de mantelzorger, verpleegkundige, huisarts,kinesitherapeut,…”

Geen leven zonder risico’s“Respect voor de autonomie van de

patiënt is primordiaal”, gaat de Leuvensehoogleraar verder. “En vergeet niet datrisico’s nu eenmaal bij het leven horen.Wat is bijvoorbeeld nog de levenskwaliteitvan iemand die vastgebonden zit en zo zijnheup niet zal breken? Weegt dat op tegendiens welbevinden? Voor- en nadelenmoeten worden afgewogen, en de huisartskan daar een belangrijke rol bij spelen.”

De boodschap is dan ook klaar en duide-lijk: alle neuzen moeten in dezelfde rich-ting. “Proactieve multidisciplinaire samen-werking tussen de patiënt zelf, demantelzorger en het zorgteam is waar wijop hameren.” De nieuwe praktijkrichtlijnbiedt hierbij een belangrijke onder -steuning en kan gebruikt worden als eenrichtsnoer in het realiseren van een fixatie-armbeleid in de thuiszorg.

Veerle Caerels

Streven naar fixatiearme thuiszorgVrijheidsbeperkende maatregelen vormen een complex probleem in de

gezondheidszorg, en al helemaal in de thuissituatie. De ernstige negatieve gevolgen voorde patiënt, de familie en de zorgverleners zijn evident. En toch worden deze maatregelennog te vaak toegepast. Het Wit-Gele Kruis werkte samen met het Academisch Centrumvoor Verpleeg- en Vroedkunde van KU Leuven een praktijkrichtlijn uit (1).

RICHTLIJN

Medisch

Door de fixatie komt depatiënt in een neerwaartsespiraal terecht – rust roest

¿ Kristien Scheepmans, verpleegkundig stafmedewerker bij het Wit-Gele Kruis en hoofdauteur van de nieuwe richtlijn

≠ Koen Milisen, hoogleraar ouderenzorg en medeauteur

Uit een onderzoek dat Scheepmans,Milisen en collega’s voerden bij

zo’n 6.400 ouderen (2), blijkt dat zowateen kwart (24,7%) metvrijheidsbeperkende maatregelen temaken had, meestal dagelijks (85%) envaak voor een langere periode (54,5%,24u/24). De vaakst aangehaalde redenvoor de maatregel is veiligheid (50,2%).Andere vaak voorkomende oorzaken: depatiënt wil niet langer thuisblijven(18,2%) en het verlichten van de last voorde mantelzorger (8,6%). Deze laatstespeelt een belangrijke rol in debesluitvorming en de uitvoering. De(huis)arts is veel minder betrokken(16,2% bij de besluitvorming). In 64,5%van de gevallen is er geen evaluatie nahet opstarten van de vrijheidsbeperkendemaatregel.

Een kwalitatief onderzoek van dezelfdeauteurs (3) wijst op een aantal knelpunten.De deelnemende verpleegkundigen zienbepaalde handelingen niet noodzakelijkals vrijheidsbeperkende maatregelen,maar eerder als veiligheidsmaatregelen.Zo bijvoorbeeld het gebruik van eenbedhekken of van een geriatrische stoel –zelfs zonder toestemming van de patiënt.Uit de interviews met de verpleeg -kundigen blijkt verder dat ze het vaakmoeilijk hebben met het toepassen vanvrijheidsbeperkende maatregelen.

>> 2. Restraint Use in Older AdultsReceiving Home Care, K. Scheepmanset al, J Am Geriatr Soc 2017, DOI:10.1111/jgs.14880

>> 3. Restraint use in home care, aqualitative study from a nursingperspective, K. Scheepmans et al, BMCGeriatrics 2014,14:17

Een kwart van de ouderen

>> 1. Streven naar eenfixatiearme thuiszorg:praktijkrichtlijn. K.Scheepmans et al.,2015, Acco, Leuven

© B

elga

Im

age

1 2

AKspecialWGK-004-005_V_Actua 12/06/17 08:29 Pagina 5

Page 6: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

De gezondheidszorg evolueertsnel, en dat is niet andersvoor de thuiszorg. “Watvooral ook toeneemt, is de

zwaarte van de zorg in de thuissetting”,zegt Minne Casteels, voorzitter van WGKVlaams-Brabant. “Patiënten worden snel-ler uit het ziekenhuis ontslagen en komenmet meer complexe pathologie naar huis.Dat is voor de thuiszorg een enorme uit -daging, en vergt continu aanpassingen enbijscholing.”

Casteels: “De situatie thuis is uiteraardheel anders dan in een ziekenhuis, waar jeals verpleegkundige omringd bent doorartsen en collega’s. In de thuiszorg neemtde verpleegkundige die verantwoordelijk-heid alleen op zich, in overleg met de huis-arts weliswaar.” Volgens de Leuvense profheeft 84% van de patiënten een huis -apotheker, en de meesten hebben ook eenvaste huisarts. Goede afstemming metbeide beroepsgroepen en ziekenhuizen, isprimordiaal voor de zorgcontinuïteit.

Werkgroep“Onze verpleegkundigen zien vaak als

eerste wat er eventueel slecht loopt, enkunnen dan ingrijpen. Wetenschappelijk

onderbouwde en gebruiksvriendelijkegeneesmiddeleninformatie is essentieelvoor de thuisverpleegkundige. Daaromwerd ook een werkgroep medicatiebeleidopgestart. Steeds meer – ook vrij complexeen risicovolle – medicatie wordt in dethuiszorg toegediend, en we streven naar een veilig en kwaliteitsvol medicatie-beleid.”

Een eerste project van de werkgroep ishet uitwerken van praktische product -informatiefiches voor alle verpleegkundigenvan het WGK. Verpleegkundig stafmede-werker bij WGK Vlaanderen IrinaDumitrescu: “We hebben de genees -middelen waarvoor een fiche nodig is,opgelijst. De fiches worden door verpleeg-experten opgesteld en komen elektronischter beschikking op de tablet van de ver-pleegkundige, waar ze worden gekoppeldaan het EVD.” Het gaat om behapbarefiches, gebaseerd op de wetenschappelijkebijsluiter, en gevalideerd door apothekersen artsen.

Wettelijke problemen“In feite moeten onze mensen over des-

kundigheid beschikken op alle vlakken,gezien de uiteenlopende pathologieën

waarmee ze in aanraking komen.Aangezien de thuisverpleegkundigenonregelmatig met complexe geneesmiddelente maken krijgen, is het handig als zekunnen terugvallen op deze fiches. Dievormen dus een heuse meerwaarde”,voegt Jan Meskens, beleidsmedewerkerinnovatie bij WGK Vlaams-Brabant, er aantoe. “De invoering van de fiches gaat overi-

gens gepaard met een opleiding,en een vragenlijst via het EVD aande hand waarvan we kunnennagaan of de info goed is overge-komen en of we eventueel moetenbijsturen.” Het WGK wil zo ookin de thuisverpleegkunde met denodige techniciteit kwaliteits-volle thuiszorg ondersteunen.

Er rijzen in de context van hettoedienen van medicatie in dethuiszorg een aantal wettelijkeproblemen, gaat Jan Meskensverder. “Denk aan chemo sub -cutaan bijvoorbeeld. Dat zijn erggevoelige, en vaak dure produc-ten. Hoe krijg je die op een veiligemanier bij de patiënt thuis?Thuisverpleegkundigen mogengeen medicatie vervoeren ofbewaren. Dit kan een opportuni-teit zijn om nieuwe visies hier -omtrent te ontwikkelen.”

Geen adrenaline“Nog zoiets is de toediening van

het griepvaccin”, pikt Irina Dumitrescu in.“Moet een thuisverpleegkundige adrena-line bij zich hebben als ze een patiënt thuisvaccineert? Dat is volgens de bijsluiter ver-eist, maar het mag dus wettelijk niet. MetDomus Medica en de Academie voorGeneeskunde hebben we afgesproken datadrenaline bij zich hebben niet nodig is opvoorwaarde dat de verpleegkundige cor-rect kan reageren. Onze interne richtlijn bijde toediening van een vaccin is dat ofwelde patiënt kan uitgenodigd worden omnaar het WGK-dispensarium te komen,ofwel dat de verpleegkundige in de thuis-situatie nog een kwartier ter plaatse blijftna de inspuiting. Onze verpleegkundigenkrijgen hierover een opleiding, die samenmet het NVKVV georganiseerd werd. ”

Om af te sluiten onderstreept JanMeskens nog dat Vitalink voor de thuis-verpleegkundigen een grote stap vooruitzou zijn. “Maar momenteel maken jammergenoeg te weinig artsen er gebruik van.”

Veerle Caerels

Medisch

Het Wit-Gele Kruis werkt hard aan eenaangepast medicatiebeleid voor de thuiszorg. De settingis immers erg specifiek. Topprioriteit is de veiligheid vande patiënt en het voorkomen van medicatiefouten.

MEDICATIEBELEID

Geneesmiddelen in de thuiszorg: safety first

¿ Minne Casteels, voorzitter van WGK Vlaams-Brabant, prof. klinische Farmacologie en Farmacotherapie, KU Leuven

≠ Irina Dumitrescu, Verpleegkundig stafmedewerker bij WGK Vlaanderen

¬ Jan Meskens, beleidsmedewerker innovatie bij WGK Vlaams-Brabant

Het online platform mijnWGK sleepte de AgoriaeHealth award voor het project met de grootste

return in de wacht. Die beloont een project dat op demeest eenvoudige manier de meeste doelstellingenvoor de gebruiker en de overheid realiseert en tegelijkmaximale waarde creëert voor de gebruiker, deoverheid of de medische wereld.Voorzitter Piet Vanthemsche: “Deze award erkent deinspanningen die we doen om via het online platformmijnWGK de samenwerking met alle zorgactoren teoptimaliseren. Eenvoudig en snel gegevens delen is

cruciaal om nog beter voor onze patiënten te zorgen.”Meer dan 4.000 huisartsen gebruiken reeds deapplicatie. Samen met 6.200 verpleegkundigen vanhet Wit-Gele Kruis betekent dit dat er al meer dan10.000 zorgverleners via dit platform gegevens delen.Binnenkort wordt de rechtstreekse koppeling naar deziekenhuizen geactiveerd via de CoZo hub. Op diemanier zullen ziekenhuizen bij opname van eenpatiënt onmiddellijk een goed overzicht hebben vande verpleegkundige zorg thuis.

V.Ca.

mijnWGK wint Agoria eHealth award 2017

“We streven naar een veilig en kwaliteitsvol medicatiebeleid.”

6 Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

1 2 3

AKspecialWGK-006-007_V_Actua 12/06/17 08:29 Pagina 6

Page 7: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

7Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Dokter Luc Seuntjens is huis-arts in groepspraktijk HetArtsenhuis (Beerse). Sinds2013 worden de huisartsen

er twee halve dagen per week bijgestaandoor twee verpleegkundigen van het Wit-Gele Kruis. “Tot ons patiëntenbestandbehoren steeds meer chronische patiën-ten”, vertelt dr. Seuntjens. “Zij vragenmeer tijd en zorg. Om kwaliteitsvolle zorgte kunnen blijven aanbieden, hebben we ons team versterkt met twee verpleeg-kundigen. Zij ondersteunen de consultatiesvan de chronische patiënten.”

Specifieke nodenIn de provincie Antwerpen zijn er zo’n

15 verpleegkundigen van het Wit-GeleKruis aan de slag, verspreid over acht huis-artsenkabinetten, zowel groeps- als solo-praktijken. “Een zevental volgt momenteelhet postgraduaat ‘Verpleegkundige in dehuisartsenpraktijk’, dat sinds dit academie- jaar loopt”, vertelt Hilde Van Loon (direc-teur Zorgbeleid Wit-Gele Kruis Antwerpen).Voorheen gebeurde de opleiding volledig in de huisartsenpraktijk zelf en voor specifieke opdrachten in samenspraak met het Wit-Gele Kruis.

“De verpleegkundigen bij het Wit-GeleKruis zijn natuurlijk de thuiszorg gewoon.Maar voor de huisartsenpraktijk zijn erspecifieke noden”, legt dokter Seuntjensuit. “De verpleegkundigen hebben er huneigen taken en verantwoordelijkheden,onder supervisie van de huisarts.” Zokunnen ze zich bijvoorbeeld ontfermenover zorgtaken bij chronische aandoenin-gen, preventie, levensstijlbegeleiding,bloedafnames, inspuitingen, infuustherapie,diabetescontroles en uitlezen van glu co -

meters, het bijhouden van het elektronischpatiëntendossier enzovoort.

Informele omgangOok in de omgang met patiënten kan een

verpleegkundige een meerwaarde zijn.“Het informele karakter van de raad -plegingen geeft de verpleegkundige infor-matie voor een verrijkend verslag, dat heelwaardevol is voor onze consultaties”, vultdokter Seuntjens aan. “De verpleeg -kundige kan ook bepaalde zaken bevragen,die in een gewoon dokterscontact watdirect overkomen. Denk bijvoorbeeld aanhet peilen naar de autonomie en compliance,nadat een patiënt zijn of haar partner isverloren.”

“De invulling van de taken en opdrach-ten is maatwerk”, zegt Hilde Van Loon.“Elke praktijk heeft andere noden.”Dankzij de hulp die ze krijgen van de ver-pleegkundige, komt voor de huisartsenheel wat tijd vrij. “Die je opnieuw invult

door andere zaken, zoals overleg. Vanechte tijdswinst is dus niet echt sprake”,aldus dr. Seuntjens.

Positief neveneffect“Om de integratie in de praktijk zo vlot

mogelijk te laten verlopen, is het belang-rijk om duidelijke afspraken te maken”,vervolgt dokter Seuntjens. “Zo hebben we,samen met de verpleegkundigen en dehaio, verschillende protocollen afgetoetst.Samen het warm water weer uitvinden isessentieel voor een goede samenwerking.”Door aan die protocollen te werken, is ookhet artsenteam naar elkaar toegegroeid.“Een onverwacht neveneffect van samen-werken met verpleegkundigen in de prak-tijk”, lacht Luc Seuntjens.

“Om de drie maanden zitten we allemaalsamen, om eens grondig na te denken overde praktijk en om waar nodig bij te sturen.De verpleegkundigen zijn vragende partijvoor feedback”, zegt dr. Seuntjens. Deartsen en verpleegkundigen hebben overi-gens een goed contact, aldus de huisarts.

Middelen vrij makenIn tegenstelling tot landen als Nederland

en Engeland, waar praktijkassistentiewijdverbreid is, moet dit concept in onsland nog groeien, denkt Hilde Van Loon. “Het multidisciplinair werken, de integratievan een verpleegkundige in de praktijk en

de meerwaarde ervan vindt echter stilaaningang. Daarnaast moet de accommodatieer zijn, en moet het financiële plaatje kloppen.”

Hoe makkelijk – of moeilijk – is het ommiddelen vrij te maken voor praktijk -assistentie? “Een verpleegkundige in huislaat ons toe bepaalde onderzoeken te doendie we anders misschien zouden uitstellen,zoals spirometrie, EKG,… Dat levert depraktijk een return op van 30 procent opde kosten van zo’n verpleegkundige”,weet dr. Seuntjens.

Zijn praktijk zou alvast niet meer zonderde verpleegkundigen kunnen. Voor deverpleegkundigen is het werk in de huis-artsenpraktijk een aangename en leerrijkeafwisseling, weet Hilde Van Loon. “Zekunnen de thuiszorg niet missen, maarhalen ook veel voldoening uit hun werk inde praktijk.”

Samenwerking uitbouwenVerder ziet dokter Seuntjens nog moge-

lijkheden om de samenwerking met ver-pleegkundigen verder uit te bouwen.Bijvoorbeeld door verpleegkundigen tebetrekken bij het kwaliteitsmanagementvan de huisartsenpraktijk, en samen na tedenken over hoe het werk nog kan ver -beterd worden. “Het bijhouden van data,en hanteren van kwaliteitsindicatoren isdaarbij essentieel”, zo zegt dr. Seuntjens.

“We moeten ook zoeken naar oplossin-gen om chronische aandoeningen ofandere complexe problematieken multi -disciplinair aan te pakken”, vervolgtSeuntjens. “Naast de huisarts hebben dezepatiënten ongetwijfeld ook baat bij thuis-en praktijkverpleegkundigen in hun zorg-team, waarbij elke zorgverlener waaktover een stukje van de zorg.”

Emily Nazionale

Verpleegkundigen in de huisartsenpraktijkDoor de vergrijzing en multiculturele

samenleving worden (huis)artsen geconfronteerd met eenalsmaar groter wordende zorgvraag. Comorbiditeit encomplexere problematieken maken dat ook dezorgzwaarte toeneemt. Sommige artsenpraktijkenwerken daarom met een verpleegkundige.

SAMENWERKING

Praktijk

Samen het warm waterweer uitvinden isessentieel voor een goedesamenwerking

¿ Hilde Van Loon, directeur Zorgbeleid WGK Antwerpen

≠ Dr. Luc Seuntjens, huisarts in Beerse

© J

esse

Will

ems

De integratie van een verpleegkundige heeft heel wat meerwaarde voor de huisartsenpraktijk.

1 2

AKspecialWGK-006-007_V_Actua 12/06/17 08:29 Pagina 7

Page 8: Speciale editie - Wit-Gele Kruis · key performance indicators. Het team volgt zelf deze KPI’s op en legt daarover verantwoording af”, legt Colman uit. Loosening control without

Referentieverpleegkundigen zijnhet antwoord op de toe nemen -de behoefte aan expertise in dethuiszorg. De referentiever-

pleegkundige is een wijkverpleeg kundigemet specifieke competentie die ze doorgeeft aan de wijkteams. “Wijk verpleeg -kundigen kennen hun patiënten en zijngewoon de nodige zorg te vertalen naar dethuissituatie”, vertelt Melissa Rouma vanhet Wit-Gele Kruis Limburg. Dat kun je niet vervangen door ziekenhuisverpleeg-kundigen aan huis te sturen. Melissa is referentieverpleegkundige voor geestelijkegezondheidszorg. “Ik doe vooral thuiszorgzoals iedere wijkverpleegkundige. Onsteam gaat bij de oudere dame met diabetes,

en daarna bij de jongen in dezelfde straat die pas een psychose ontwikkelde. Zo stig-matiseer je ook niemand.”

AntennefunctieWijkverpleegkundigen komen soms bijna

dagelijks aan huis bij hun patiënten. “Voorhuisartsen kunnen we belangrijke signalenopvangen.” Dat beaamt ook professor NereeClaes – voorzitter van het WGK Limburgmaar tevens praktiserend huisarts. “Eenkwart van de bevolking kampt in de loopvan het leven met een psychisch probleem.Bij twee derden blijft die ongedetecteerd.Wijkverpleeg kundigen zijn ook onze anten-nes. Wanneer een alleenwonende oudere eenbeginnende depressie ontwikkelt, bijvoor-beeld, kunnen ze ons verwittigen en hetvangnet inschakelen.”

Referentieverpleegkundigen zijn daarbijbelangrijke tussenschakels. Zij beoordelenwat er het best gebeurt bij het vermoedenvan een psychische aandoening. Ze zijn ookeen vraagbaak voor de collega’s, wanneerdie meer willen weten over hoe je eenbeginnende psychose herkent.

Zorgvuldige selectieOm referentieverpleegkundige te worden

volgde Melissa tijdens haar werk een post-graduaat van een jaar. Referentieverpleeg -kundige word je niet zomaar, legt zorg -directeur Solange Indenkleef uit. “Het is niet genoeg dat je al een goede wijk -verpleegkundige bent en dat je wel inte-resse hebt in bijvoorbeeld diabeteseducatieof wondzorg.” Voor kandidaten is er eenheuse sollicitatieprocedure met cognitievetests, motivatiegesprekken,... Je moet alledagen aanwezig zijn terwijl veel wijk -

verpleegkundigen deeltijds werken. “Omde twee jaar vindt een evaluatie plaats.”

Elke referentieverpleegkundige volgtniet alleen een opleiding maar ook ieder jaarnavorming. GGZ is een erg breed domein ende referentieverpleegkundigen verdelenonder elkaar het interessante aanbod. Denieuw verworven inzichten geven ze aanelkaar door.

“Een strenge selectie van kandidaten isbelangrijk om de kwaliteit te bieden dieonze cliënten ook verwachten. Het is maardoordat we zo een grote organisatie zijn datwe zo een brede waaier van expertisekunnen verwerven”, luidt het commentaarvan algemeen directeur Bart Meyers.

De referentieverpleegkundigen van eenafdeling overleggen ook samen wat belang-rijk is in hun verschillende domeinen (GGZ,stomazorg, chronische zorg,…) om aan deandere verpleegkundigen door te geven.

SchakelfiguurMaar referentieverpleegkundigen zijn

meer dan doorgeefluiken. Ze ondersteunende wijkverpleegkundigen. Ze kunnengeraadpleegd worden door de verpleeg-kundigen en de wijkteams. Ze kunnen even

de zorg voor een patiënt overnemen om eensituatie uit te klaren. Ook het (elektronisch)verpleegkundig dossier, dat nu mobielwordt aangevuld, is een belangrijk commu-nicatie-instrument. Melissa Rouma: “Vaakmoet je afgaan op je buikgevoel. Iemand dieplots de rolluiken niet meer optrekt. Dat ismisschien niet pluis. Een bipolaire patiëntdie de hele nacht opblijft. Mogelijk hetteken van een manische episode. Het is mijnrol de wijkverpleegkundige dan aan teporren tot extra waakzaamheid.”

De referentieverpleegkundige GGZ is ookeen schakelfiguur. Het overleg tussen de instellingen in de sector en de thuisver-pleging is de laatste jaren veel verbeterd,meent Melissa. “Vroeger belde iedere ver-pleegkundige met haar vragen naar deinstelling. Tegenwoordig is de referentie-verpleegkundige bekend in de instelling –een vertrouwd gezicht. Daarmee wordtmakkelijker informatie doorgegeven.” HetWGK vraagt bij psychische aandoeningenook niet meer naar diagnosen – wat gevoeligligt. Men informeert naar de aandachts -punten bij de zorg voor een psychiatrischepatiënt.

Wouter Colson

Een wijkverpleegkundige met extra dimensieEr komt steeds meer af op de thuiszorg.

In de ziekenhuizen neemt de subspecialisatie toe enziekenhuisverblijven worden steeds korter. Maar dewijkverpleegkundige blijft vooral een vertrouwenspersoon.

THUISZORG EN GGZ

8 Artsenkrant Special Wit-Gele Kruis | 16 juni 2017 | Nr. 2500

Praktijk

¿ Neree Claes, voorzitter van het WGK Limburg en hoogleraar UHasselt

≠ Solange Indenkleef, zorgdirecteur WGK Limburg

¬ Bart Meyers, algemeen directeur WGK Limburg

√Melissa Rouma, referentieverpleegkundige WGK Limburg

Hoofdredacteur Geert Verrijken

Adjunct-hoofdredacteur Veerle Caerels

Eindredactie Henk Van Nieuwenhove

RedactieWouter Colson, Emily Nazionale, Karolien Van de Velde, & 02-702.70.36, [email protected]

Art director & hoofd van de productieViviane Claes

VormgevingPhilippe Ossemann, Helga Orinx, Antonio Zamora

Druk Roularta Printing

Jaarabonnement120 euro - & 078-35.33.13Adreswijzigingen: ENKEL per e-mail naar [email protected]

Artsenkrantis een uitgave van

Raketstraat 50 bus 14 - 1130 Brussel

Directeur van de redactie Geert Verrijken

Communication & promotion manager Isabelle Spettante

Operations Manager Virginie Meysmans

Uitgeefdirecteur Guido Van Hoeck

Verantwoordelijk uitgever Sophie Van Iseghem

Content manager Jorgen Vanderdood

Bijlage in samenwerking met het Wit-Gele Kruis.

WWW.ARTSENKRANT.COM

“Wijkverpleegkundigen zijn ook onze antennes. Wanneer een alleenwonende oudere eenbeginnende depressie ontwikkelt, bijvoorbeeld, kunnen ze ons verwittigen en het vangnetinschakelen.”

MedicatieklaarzettenEen wijkverpleegkundige kan aan huis

komen bij een patiënt met een psychischprobleem om medicatie klaar te zetten. De verpleegkundige houdt meteen eenvinger aan de pols en brengt wat structuur inde dag. En natuurlijk kan het nemen van demedicatie een groot verschil uitmaken. “Voor medicatie klaarzetten bijpsychiatrische patiënten, geldt een specifiekenomenclatuur, enkel vergoed voor patiëntenmet een bipolaire stoornis of schizofrenie. De voorschrijvende arts moet in het medischdossier de elementen bewaren die aantonendat de patiënt aan deze definitiebeantwoordt. Maar ook bij anderepathologieën gaat de verpleegkundige terplaatse als het nodig is. Hiermee maken weons vaak waar als een belangrijke partner”,merkt Melissa Rouma nog op.

1 2 3 4

© J

esse

Will

ems

AKspecialWGK-008_V_Actua 12/06/17 08:30 Pagina 8