Scriptie: Provincie Noord-Brabant - Gideon...

Scriptie: Provincie Noord-Brabant - Avans Hogeschool Titel: Brabantwegen App

Auteur: G Swart Student nummer: 2025059 Functie auteur: Student Advanced Business Creation – Avans Hogeschool te ‘s-Hertogenbosch Opdrachtgever: D. van Eck Functie opdrachtgever: Hoofd Bouwbureaus Middelen Stagebegeleider: H. van Zandvoort Functie stagebegeleider: Projectleider Infrastructurele werken Datum: 20 augustus 2013 Classificatie: Intern Adres: Brabantlaan 1 5200 MC ’s-Hertogenbosch 073-681 2812

Voorwoord Deze afstudeeropdracht en stage heb ik opgezet in samenwerking met Hans van Zandvoort vanuit de opleiding Advanced Business Creation. De uitkomsten van deze opdracht zijn in eerste instantie ten behoeve van de provincie Noord-Brabant, maar het resultaat blijkt zodanig te zijn dat het ook bruikbaar is voor andere overheden (overige provincies, gemeenten en Rijkswaterstaat). Ik hoop dan ook dat wanneer het product daadwerkelijk wordt uitgevoerd, ik hierin actief mag participeren. De stage bij de provincie Noord-Brabant die tot dit resultaat heeft geleid, was zeer waardevol. Ik heb veel kennis opgedaan met betrekking tot het opzetten en uitvoeren van een onderzoek bij een grote organisatie. Deze stageperiode heeft mij persoonlijk daarom veel positieve ervaringen gebracht. De werkomstandigheden en de begeleiding bij de provincie Noord-Brabant waren erg prettig. Ik ben dan ook erg blij met het feit dat de provincie mij voor deze opdracht heeft aangenomen en mij deze kans heeft gegeven. Ik wil Hans van Zandvoort en de provincie Noord-Brabant bedanken voor de goede begeleiding en het enthousiasme. Daarnaast wil ik ook de volgende personen bedanken die mij op meerdere manieren gesteund hebben: Daniël van Dijk; Hans Goossens; Solette Pennings; Hetty Teljoarubun; Marianne van Berge Henegouwen; Ruben Swart; alle experts, participanten van het fieldresearch, interviews, brainstorm- én focusgroepen. Gideon Swart

Inhoud

Samenvatting

Inleiding 1

Onderzoeksmethodiek 2 Innovatie 2 VOORT-methode 2

1. Vertrekken 5 1.1 Wie is de opdrachtgever? 5 1.2 Wat is de innovatieopdracht? 5 1.3 Waarom deze opdracht? 5 1.3.1 Wat is de huidige aanpak? (Communicatiebeleid om op de wensen en behoeften van de

weggebruiker in te spelen) 5 1.3.1.1 Hoe ziet de huidige communicatie van signaal tot aan de verwerking van het signaal eruit? 5 1.3.1.2 Hoe ziet het onderhoud van de provinciale wegen er tot op heden uit? 6 1.3.1.3 Waarom veroorzaakt het huidige beleid een probleem? 6 1.3.2 Waar komt dit probleem vandaan vanuit de provincie? 7 1.3.3 Waar komt dit probleem vandaan vanuit de weggebruiker? 7 1.3.4 Worstelen ook andere overheden met dit probleem? 7 1.3.5 Waarom hebben de provincie en de weggebruiker belang bij dit onderzoek? 8 1.3.6 Welk proces maakt het resultaat van het onderzoek beter en op welke manier gebeurd dit? 8 1.3.7 Wat is het strategische belang van dit onderzoek? 8 1.4 Wat is de hoofdvraag? 8 1.4.1 Wat is de doelstelling? 8 1.4.1 Welke onderzoeksvorm zal op deze hoofdvraag en doelstelling inspelen? 8 1.5 Aan welke criteria moet de opdracht voldoen? 9 1.5.1 Op welke afbakening moet het onderzoek worden gefocust? 9 1.6 Wie is de doelgroep? 10 1.7 Kansrichtingen 10

2 Ontdekken 11 2.1 Hoe ziet de macro omgeving eruit (toegespitst op de Bouwbureaus)? 11 2.1.1 Demografie 11 2.1.2 Economie 11 2.1.3 Sociaal 11 2.1.4 Technologie 11 2.1.5 Ecologie 12 2.1.6 Politiek 12 2.2 Wat zijn de relevante trends en ontwikkelingen? 12 2.2.1 Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven 12 2.2.2 Overheid en cocreatie 12 2.2.3 Platformen, internet en mogelijkheden 13 2.2.4 Overal en altijd internet 13 2.2.5 Social media 13 2.2.6 Zelf controle en identiteit 13 2.2.7 Customization 13 2.2.8 Online registratie is “out” 14 2.2.9 Mapping 14 2.2.10 Mobiliteit 14 2.3 Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voortkomen uit de DESTEP en de

trends en ontwikkelingen? 14 2.3.1 Kansen: 14 2.3.2 Bedreigingen: 14 2.4 Hoe ziet de SWOT-analyse van de casussen eruit? 15 2.4.1 Wat is Verbeterdebuurt.nl? 16 2.4.2 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus? 16 2.4.3 Wat is Buitenbeter.nl? 16 2.4.4 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus? 16 2.4.5 Wat is Omgevingsalert.nl? 16 2.4.6 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus? 16 2.5 Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen

cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort) 17 2.5.1 Resultaten Q-sort 17 2.5.1.1 Negatieve resultaten (-5, -4 en -3) 17 2.5.1.2 Positieve resultaten (3, 4 en 5) 18 2.6 Kansrichtingen 18

3 Ontwikkelen 20 3.1 Generatie van verschillende innovatieve ideeën. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). 20 3.2 Ideeën selectie. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). 20 3.3 Realisatiefase ofwel de uitwerkingsfase (Concept 1.0). (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). 20 3.3.1 Infographic eindproduct 21 3.4 Kansrichtingen 22

4 Reflecteren 23 4.1 Testen van het digitale middel/instrument. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). 23 4.1.1 Focusgroep 23 4.1.1.1 Welke stappen moeten nog worden ondergaan om het te perfectioneren? 24 4.1.1.2 Hoe worden de minpunten verwerkt in het concept? 24 4.1.2 Interview 24 4.1.2.1 Wat zijn de resultaten welke voortkomen uit de interviews en persoonlijke gesprekken en hoe

worden deze verwerkt? 24 4.2 Hoe ziet het definitieve digitale middel/instrument (concept 2.0) eruit waarmee de provincie

Noord-Brabant kan inspelen op de wensen en behoeften van de weggebruikers omtrent de provinciale wegen? 25

4.2.1 Verbeteringen 25 4.2.2 Concept 2.0 - Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de

provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? 26

4.2.2.1 Concept 2.0 – DEFINITIEF CONCEPT 26 4.2.2.2 Kansrichtingen 26

5 Terugkeren – Implementatieplan 27 5.1 Business Model Canvas Visueel 28 5.2 Business Model Canvas Tekstueel 28 5.2.1 Aanbod: 28 5.2.1.1 Value Proposition 28 5.2.2 Aandacht voor klanten (Rechtervlak van model Business Model Canvas – (Zie:

Onderzoeksmethodiek).): 29 5.2.2.1 Customer Segments 29 5.2.2.2 Customer Relationship 29 5.2.2.3 Channels 29 5.2.3 Voor de organisatie (Linkervlak van model Business Model Canvas – (Zie:

Onderzoeksmethodiek).): 30 5.2.3.1 Key Resources 30 5.2.3.2 Key Partners 32 5.2.3.3 Key Activities 32 5.2.4 Financiële levensvatbaarheid 35 5.2.4.1 Cost Structure 35 5.2.4.1.1 Verhouding weginspecteur Noord-Brabant – weggebruiker: 37 5.2.4.2 Revenue Streams 37 5.2.4.2.1 Hoe kan de provincie Noord-Brabant deze lage opbrengsten omzetten naar hogere

opbrengsten? 38 5.2.4.2.2 Wat zijn de extra opbrengsten voor de provincie Noord-Brabant d.m.v. de Brabantwegen App? 38

6 Succescriteria binnen concept 2.0 39 6.1 Conclusie succescriteria 39

7 Waarom deze applicatie en wat zijn de (andere) maatschappelijk brede doeleinden van de applicatie? 40

8 Conclusie en aanbeveling 41 8.1 Inleiding 41 8.2 Conclusie 41 8.3 Aanbeveling 42 8.3.1 Waarom wel, waarom niet? 42

Literatuur 1 Websites 1 Papers, journals en online documenten 2 Experts en participanten brainstormgroepen 5 Participanten Q-sort en focusgroepen 6 Casus 6 Interne documenten 6 Boeken 7

Bijlage Innovatiemodellen 9

Bijlage Implementatiemodellen 13

Bijlage Open gesprek Tholhuijsen 17

Bijlage Open gesprek Hagenaars 18

Bijlage Communicatiebeleid 19

Bijlage DESTEP 20 Demografie 20 Economie 20 Sociaal 21 Technologie 22 Ecologie 22 Politiek 23

Bijlage Trends en ontwikkelingen 25 Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven 25 Overheid en cocreatie 25 Platformen, internet en mogelijkheden 26 Overal en altijd internet 27 Social media 27 Zelf controle en identiteit 28 Customization 28 Online registratie is “out” 29 Mapping 29 Mobiliteit 30

Bijlage Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl? 31 Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl? 31 Stap 1 31 Stap 2 32 Stap 2.1 32 Stap 3.1 32 Stap 3.2 32 Stap 4 32 Stap 4.1 32 Stap 5 32 Stap 6 32 Extenties 33

Bijlage Hoe werkt Buitenbeter.nl? 35 Hoe werkt Buitenbeter.nl? 35

Bijlage Hoe werkt Omgevingsalert.nl? 37 Hoe werkt Omgevingsalert.nl? 37 Stap 1 38 Stap 2 39 Stap 3 40 Stap 4 40 Stap 5 41 Stap 6 41 Stap 7 42 Stap 8 42 Extenties 42 Vanuit de gemeente 42

Bijlage Conclusie SWOT-analyse 43 Conclusie SWOT-analyse 43 Krachten 43 Zwakten 43 Kansen 43 Bedreigingen 44

Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse 45

Bijlage Uitwerking Q-sort 47

Bijlage Resultaten Q-sort 50

Bijlage Negatieve resultaten 53

Bijlage Positieve resultaten 54

Bijlage Conclusies en verbanden 55

Bijlage Brainstorm 59

Bijlage 10 ideeën Generatie van verschillende ideeën. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). 62

Bijlage “Rode” ideeën 63

Bijlage Concept 1.0 tekstueel 64

Bijlage Concept 1.0 68

Bijlage Focusgroep 83

Bijlage Uitwerking focusgroep 85

Bijlage Interview 88

Bijlage Conclusie interviews 93

Bijlage Persoonlijke gesprekken 94

Bijlage Concept 2.0 Tekstueel 95

Bijlage QR Codes 100

Bijlage Succescriteria 101 Criteria provincie Noord-Brabant: 101 Criteria onderzoek 101 Must Haves (Zie: fase Ontwikkelen Kansrichtingen) 101 Optionals (Zie: fase Ontwikkelen Kansrichtingen) 102

Bijlage Interview extra opbrengsten 104

Samenvatting De provincie Noord-Brabant beheert het gebied dat tussen de grenzen van de provincie en de gemeenten binnen Noord-Brabant ligt. Hieronder valt ook het infrastructurele beheer en het onderhoud van de provinciale wegen. Heldere en laagdrempelige communicatie hierover met de doelgroep, de weggebruikers van de N/NA wegen, is van groot belang. Het geheel van opinies, wensen en behoeften aangaande het wegennetwerk als bron van informatie is belangrijke input voor de provincie Noord-Brabant nodig voor optimalisatie van beheer en onderhoud. De provincie Noord-Brabant ziet in dat zij en de weggebruikers onvoldoende gebruik maken van deze informatie-uitwisseling omdat de huidige traditionele communicatiekanalen hiertoe niet voldoende zijn toegerust. Al langer wordt de mogelijkheid overwogen een nieuw communicatiemiddel te ontwikkelen in de vorm van cocreatie. Door middel van zo’n nieuw communicatiemiddel wordt dynamisch informatiemanagement mogelijk voor de provincie en voor de weggebruiker. In het doorlopen innovatietraject is onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van zo’n nieuwe communicatiemiddel. Centraal stond de vraag: Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? De komaf en de randvoorwaarden voor de benodigde oplossing werden bepaald door zowel intern als extern de opdracht te valideren. Vervolgens werd desk- en kwalitatief fieldresearch uitgevoerd, waarbij de factoren die een rol spelen bij de communicatie tussen de provincie en weggebruiker werden onderzocht. Relevante trends en bestaande eParticipatieve initiatieven werden geanalyseerd evenals door weggebruikers geuite vereisten. Het onderzoek laat zien dat zowel de provincie als weggebruiker een aanzienlijke behoefte hebben aan een interactieve informatie-uitwisseling ofwel cocreatie. Verder toont het onderzoek aan dat de weggebruiker een aanzienlijke behoefte heeft aan een digitaal communicatiemiddel gebaseerd op smartphones en tablets. Met dit middel ontstaat de mogelijkheid om via een digitale kaart wensen en behoeften te visualiseren. Het doorlopen traject heeft geleid tot de ontwikkeling van een applicatie die een directe koppeling mogelijk maakt tussen het infrastructurele beheer van de provincie Noord-Brabant en de weggebruiker.

Wat is nodig om de toepassing van de applicatie te realiseren? Strategisch gezien zullen er tijds- en financiële investeringen nodig zijn om de applicatie te realiseren. De implementatieduur zal +/- 9 weken in beslag nemen en de investeringen bedragen +/- €100.000,- welke onder andere uit de ontwikkelingskosten van de applicatie bestaan. De implementatie zal moeten plaatsvinden in samenwerking met een externe applicatieontwikkelaar. De grootste verandering zal op intern niveau zijn. Verschillende afdelingen zijn nodig om de positieve effecten te realiseren. Het interne personeel zal moeten inspelen op deze nieuwe vorm van communicatie met de weggebruiker. Gekeken naar het geheel biedt de applicatie veel kansen. Met dit onderzoek en de geboden oplossing kan de provincie het infrastructurele onderhoud verbeteren en efficiënter uitvoeren. Daarnaast kan de weggebruiker hierop meer invloed uitoefenen zodat de kloof tussen overheid en burger beduidend minder worden. Door de applicatie te verwerken in een animatie kan met overtuiging en met daadkracht een draagvlak worden gecreëerd. Wanneer dit op zorgvuldige wijze wordt geïmplementeerd zal het overkoepelende doel, namelijk om als wegbeheerder de verkeersveiligheid, de doorstroming van het verkeer en dus de leefomgeving van de provincie Noord-Brabant te optimaliseren, worden behaald.

- 1 - Gideon Swart - Avans Hogeschool - Advanced Business Creation - te ‘s-Hertogenbosch

Inleiding

De provincie Noord-Brabant beheert het gehele gebied dat zich tussen alle gemeenten binnen de provincie en de eigen grenzen van de provincie Noord-Brabant zelf bevindt. Binnen dit gehele gebied beheert de provincie alle infrastructurele werken op provinciaal niveau (inclusief de n/na-wegen). Zij draagt verantwoordelijkheid voor het beheer en onderhoud van alle provinciale wegen, en tegelijkertijd ook voor alle communicatie met de ruim 1,9 miljoen weggebruikers. Het geheel van opinies, wensen en behoeften aangaande het wegennetwerk als bron van informatie is belangrijke input voor de provincie Noord-Brabant nodig voor optimalisatie van beheer en onderhoud. De communicatie moet een stap verder gaan dan een éénrichtingsverkeer vanuit de provincie. De drang om als weggebruiker steeds meer invloed op het onderhouds- en omgevingsbeleid te kunnen uitoefenen wordt alsmaar groter. Weggebruikers willen niet alleen maar meer meekijken, maar willen ook meeregeren en hun individuele belang laten gelden. (Kreijveld, M. 2012). Het cree ̈ren van een interactie tussen wegbeheerders en weggebruikers om het onderhoud van de (provinciale) wegen te verduurzamen, is een belangrijk doel van de overheid. Hiervoor is samenwerking nodig en kennis-delen ofwel cocreatie. (Brul, A.J. 2011). De provincie Noord-Brabant ziet de mogelijkheid om op basis van reeds aanwezige, maar voor het doel nog ongebruikte technologie een communicatiemiddel op te zetten. De hoofdvraagstelling hierbij is: Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? Deze scriptie bevat onderzoek naar relevante trends, ontwikkelingen, voorbeelden van dergelijke initiatieven en vereiste condities inzake de hoofdvraagstelling. Vervolgens wordt het eindresultaat ontvouwd: een nieuwe aanvulling aan het portfolio van de provincie Noord-Brabant. Voor de realisatie van het eindresultaat is een implementatieplan ontwikkeld met heldere implementatiestappen.

- 2 - Scriptie - provincie Noord-Brabant

Onderzoeksmethodiek

Het onderzoek wordt op basis van een geselecteerde onderzoeksmethodiek uitgevoerd. Dit is van belang omdat het onderzoek zo reproduceerbaar/heruitvoerbaar is. Hieronder volgt de beschrijving waarin te vinden is hoe ieder onderdeel van dit onderzoek is opgezet. Eerst zal de gekozen onderzoeksmethodiek worden verklaard, waarna de losse onderdelen van deze methode zullen worden uitgelegd. Innovatie Dit onderzoek staat in het teken van innovatie. Innovatie is belangrijk om de grootste klantwaarde te kunnen aanbieden. Voor de provincie Noord-Brabant betekent dit de beste diensten kunnen leveren aan de Brabander. In het geval van dit onderzoek houdt dit productinnovatie in. Bij productinnovatie worden veranderingen doorgevoerd met betrekking tot (specifieke) producten en/of diensten. Het specifieke doel bij dit onderzoek is een nieuw communicatie middel/instrument te ontwikkelen waarmee de weggebruiker haar eigen wensen omtrent het onderhoud van de provinciale wegen kan doorvoeren. Deze doorvoering zal verwezenlijkt moeten worden in samenwerking met de provincie Noord-Brabant. Om dit doel te behalen zal er gebruik gemaakt moeten worden van een innovatiemodel. Er zijn vele onderzoeksmodellen waarmee innovatief onderzoek kan worden gedaan. Het is belangrijk de juiste methode te kiezen. Daarom zijn er 6 verschillende onderzoeksmodellen geanalyseerd, achtereenvolgens: het Stage-Gate model (Wulfen, van G. 2009), het Traditioneel innovatiemodel (Cole, Robert E. 2006), het Open innovatiemodel (Chesbrough, H. 2003), het model van Innovatieroutine (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008), het Innovatie-leermodel (Ormondt, van F. & Voort, van der P. 2011) en de VOORT-methode (Wulfen, van G. 2009). Na het analyseren van deze 6 onderzoeksmodellen is er gekozen voor de VOORT-methode. Dit model is het meest geschikt om innovatie met betrekking tot dit onderzoek te stimuleren en het doel te behalen. De VOORT-methode biedt een gedetailleerd stappenplan aan. Iedere fase geeft invulling aan de opeenvolgende fase waardoor de fases van het onderzoek afhankelijk van elkaar zijn. Op deze manier kan er een gespecificeerde oplossing worden ontwikkeld, aangezien alle informatie binnen de VOORT-methode in deze ontwikkeling zal worden meegenomen. Ondanks het feit dat de VOORT-methode gericht is om door een ideationteam te worden doorlopen, blijkt uit de praktijk dat deze methode ook op individueel niveau te gebruiken is. (Wulfen, van G. 2009). Tevens staat de VOORT-methode in het teken van product/dienst innovatie, waardoor deze methode past bij de opdracht van de

provincie Noord-Brabant. (Zie analyse van 6 innovatiemodellen: Bijlage Innovatiemodellen).

VOORT-methode De VOORT-methode kent 5 stappen, deze stappen bestaan uit: Vertrekken: Opdracht bepalen, waarom deze opdracht nodig is en aan welke eisen moet worden voldaan. Ontdekken: Analyseren van belangrijke trends, ontwikkelingen en klantfricties. Ontwikkelen: Creëren van een conceptoplossing voor de hoofdvraag. Reflecteren: Testen en valideren van de oplossing, oplossing bijschaven en afronden. Terugkeren: Opzetten van een implementatieplan.

Opdrachtbepaling Fase Vertrekken In deze fase zal de opdracht gedefiniëerd worden. Dit zal gedaan worden door de benodigde onderzoeksvormen uit te voeren, namelijk interviews, gesprekken en deskresearch. Met deze informatie zal worden nagegaan of het probleem daadwerkelijk aanwezig is bij de provincie, weggebruikers en andere wegbeheerders. Hiermee kan vorm worden gegeven aan de criteria en kansrichtingen voor het onderzoek. Desk- en fieldresearch Fase Ontdekken Omdat de provincie Noord-Brabant te maken heeft met een grote bevolkingspopulatie is het van belang om alle spelende factoren binnen de provincie helder te krijgen. Zonder kennis van deze factoren ofwel ontwikkelingen op het gebied van sociale, technologische, maatschappelijke trends etc. kan er geen vorm worden gegeven aan een oplossing. Om deze informatie op een juiste wijze te vergaren zal er zowel desk- als fieldresearch worden uitgevoerd. Deskresearch – DESTEP Het is belangrijk om de een rol spelende relevante ontwikkelingen vast te leggen. Hierom zal er gebruik gemaakt worden van de DESTEP (Demografie, Economie, Sociaal, Technologie, Economie, Politiek). De DESTEP geeft een door de praktijk bewezen houvast om grote factoren te analyseren welke van belang zijn om bewegingen op verschillende niveaus te analyseren. (Kotler, P. 2009).

VOORT-methode (Wulfen, van G. 2009).


Deskresearch – Trends en ontwikkelingen Er zullen ook overige trends en ontwikkelingen worden onderzocht. Met het analyseren van deze trends en ontwikkelingen kan er een specifieke richting worden gegeven waaraan zal moeten worden voldaan. De gegevens uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen bieden een gedetailleerde informatievoorziening waarmee in kaart kan worden gebracht welke factoren een belangrijke rol hebben in de ontwikkeling van de oplossing. Deskresearch – Casussen Belangrijk is om inzichten te hebben in de functionaliteiten welke voor een succesvol nieuw communicatiekanaal zullen zorgen. Er zullen 3 bestaande eParticipatie initiatieven worden geanalyseerd om na te gaan wat sterke en zwakke punten zijn van interactieve toepassingen. Fieldresearch – Q-sort De output van het deskresearch zal de input zijn voor het fieldresearch. Fieldresearch in deze fase is belangrijk om na te kunnen gaan of er daadwerkelijk fricties zijn vanuit de weggebruikers, hoe deze mogelijke fricties eruit zien en welke vereisten nodig zijn om deze fricties teniet te doen. Dit zal gedaan worden door middel van de Q-sort methode. Deze methode biedt de mogelijkheid om op kwalitatieve wijze de fricties van de weggebruiker helder te krijgen en aan welke condities de oplossing moet voldoen. Kwalitatief onderzoek is hier van belang om diepgewortelde overtuigingen en meningen helder te krijgen. (Brown, S.R. 1980). Met de resultaten uit zowel het desk- als fieldresearch zullen er kansrichtingen worden opgezet welke zullen bestaan uit functionaliteiten die benodigd zijn om het doel van de opdracht te vervullen tijdens de volgende fase “Ontwikkelen’.

Concept ontwikkeling Fase Ontwikkelen Omdat het van groot belang is om tijdens de ontwikkeling van een oplossing tot een juiste oplossing te komen, zal hier gebruik gemaakt worden van het model van Innovatieroutine. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). Dit model biedt een methode waarmee ideeën kunnen worden gegenereerd, geselecteerd en ontwikkeld, waarna deze zal worden getest. De laatste stap “testen” zal worden toegepast in de volgende stap van de VOORT-methode

“fase Reflecteren”. Deze staat namelijk in het teken van het testen van de oplossing. De overige stappen “Vermenigvuldiging” en “Feedback” zullen niet worden gebruikt aangezien deze niet van toepassing zijn voor dit onderzoek. (Zie voor analyse model Innovatieroutine: Bijlage Innovatiemodellen). Generatie van verschillende innovatieve ideeën Tijdens de generatie van ideeën voor een oplossing zal er worden gebrainstormd met personen op verschillende expertiseniveaus. Met deze verschillende kennisvelden zal er door middel van de technieken; Superheld, Directe Analogie en Toevalstreffers, een oplossing worden gegenereerd. Verschillende expertises en brainstormtechnieken zijn hier van belang om een innovatieve oplossing te bieden. (Byttebier, Igor. 2002). Ideeën selectie De ontwikkelde ideeën tijdens de generatie zullen worden gefilterd tot één goede oplossing. Dit zal worden gedaan door middel van de COCD-box om de beste oplossing te filteren welke voldoet aan de kansrichtingen uit de voorgaande fases. De COCD-box biedt een simplistische toepassing om tot de beste oplossing te komen. (Byttebier, I. 2002). Realisatie Binnen de realisatie zal de ontwikkelde oplossing vorm krijgen door deze verder door te ontwikkelen. Dit zal tijdens deze brainstorm gebeuren aangezien hierdoor alle expertises mee kunnen worden genomen tijdens de definiëring hiervan. Hiermee wordt de oplossing geconcretiseerd. (Wulfen, van G. 2009. en Byttebier, I. 2002). De ontwikkelde oplossing zal worden meegenomen in de volgende fase “Reflecteren” waarin deze zal worden getest door zowel de provincie Noord-Brabant als de weggebruiker. Testen concept Fase Reflecteren Tijdens het testen zal er gebruik gemaakt worden van de laatste relevante stap van het model van Innovatieroutine, namelijk “Testen van de oplossing”. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). Het testen van het concept zal bestaan uit verschillende kwalitatieve fieldresearchvormen aangezien er meningen en overtuigingen nodig zijn om de oplossing te voltooien. Kwantitatief onderzoek biedt onvoldoende diepgang om dit te bewerkstelligen. (Everaert, H. & Peet, van. A. 2006. en Broekhoff, M.A. 2007).

Innovatieroutine (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008).


Focusgroep Door middel van een focusgroep zal worden nagegaan of de oplossing inspeelt op de klantfricties van de weggebruiker. Een focusgroep is hierbij de juiste vorm van kwalitatief onderzoek, aangezien er in een kort tijdbestek een voldoende diepgaande hoeveelheid aan overtuigingen naar boven kan worden gehaald. (Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). Interviews Naast een focusgroep zullen er ook interviews plaatsvinden om te bevestigen of de oplossing past bij de provincie Noord-Brabant. De interviews zullen bestaan uit open interviews waarmee via een vooraf bepaalde structuur meningen en overtuigingen naar boven zullen worden gehaald. (Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). Op basis van de gegevens uit deze fase zullen de verbeteringen worden doorgevoerd door gebruik te maken van de Verrijkingstechniek SCHAVVEN, waarna de definitieve oplossing zal worden afgerond. (Byttebier, I. 2002). Implementatieplan Fase Terugkeren Om aan te geven hoe de oplossing moet worden geïmplementeerd, zal er een implementatiemethode moeten worden gekozen. Er zijn vele methodes om dit te behalen. Hierom zijn er 4 verschillende methodes geanalyseerd, namelijk: het 5 P’s model van Pryor (Have, ten S. & Have, ten W. & Janssen, B. 2009), het SOSTAC model (janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010), de Mini New Business Case (Wulfen, van G. 2009) en het Business Model Canvas (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Na de analyse is er gekozen voor het Business Model Canvas. Dit model biedt de mogelijkheid om op basis van 9, voor een implementatieplan, benodigde bouwstenen een gedetailleerd plan te ontwikkelen waarmee een oplossing kan worden geïmplementeerd aangezien hier veel ruimte voor diepgang is. De praktijk wijst uit dat dit een geschikt middel is. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De mogelijkheid wordt gegeven om een kort en krachtig plan op te leveren. Het Business Model Canvas is al eerder gebruikt binnen de provincie Noord-Brabant waardoor het creëren van draagvlak snel zal verlopen. (M. van den Hoven, E. Pot. 2013). Ondanks het feit dat er geen mogelijkheden

zijn om een tijds- en actieplanning weer te geven, kan er een concreet plan worden opgezet, omdat het model ruimte biedt om het implementatieplan zowel te visualiseren als tekstueel diepgaand te onderbouwen. Hier is dan ruimte voor om op deze zwakte in te spelen. Dit zal gedaan worden door binnen het Business Model Canvas het onderdeel “Actions” van SOSTAC te plaatsen. Dit onderdeel staat in het teken van het helder krijgen van het tijdsbestek en de benodigde acties. (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010.). (Zie analyse van 4 implementatiemodellen: Bijlage Implementatiemodellen).

Het implementatieplan zal er als volgt uit komen te zien op basis van de samenvoeging van het Business Model Canvas en “Actions” van SOSTAC: Value Proposition: De waardepropositie Customer Segments: De doelgroep (weggebruikers) Customer Relationship: De relatie met de klant Channels: De kanalen waarmee gecommuniceerd zal worden met de doelgroep Key Resources: De benodigdheden om de oplossing te implementeren Key Partners: De benodigde partners om de oplossing te implementeren Key Activities – “Actions” van SOSTAC: Hierin zal het onderdeel “Actions” van SOSTAC worden verwerkt. Op deze wijze wordt er duidelijkheid gecreëerd waarmee inzichtelijk is wanneer en op welke wijze de oplossing moet worden geïmplementeerd. Door dit hierin toe te voegen komt het Business Model Canvas niet te kort aan informatie. Cost Structure: De (benodigde) kosten Revenue Streams: De opbrengsten

Als dit implementatiemodel is ontwikkeld, zal duidelijk worden of de oplossing van toepassing is voor de provincie Noord-Brabant. Hierna zal de conclusie en aanbeveling worden ontwikkeld.

Business Model Canvas (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010).

SOSTAC (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010.).


1. Vertrekken

De fase Vertrekken staat in het kader van het helder krijgen van de innovatieopdracht. Van belang is dat duidelijk wordt wie de opdrachtgever is, wat de opdrachtgever wil, op wie het eindproduct of in dit geval het middel/instrument inspeelt, en wat de kansrichtingen zijn voor het te ontwikkelen idee. (Wulfen, van G. 2009). 1.1 Wie is de opdrachtgever? De provincie Noord-Brabant kent 5 verschillende directies. Binnen deze 5 directies werken ongeveer 1500 mensen. De directies bestaan uit: Directie Economie & Mobiliteit, Directie Ecologie, Directie Ruimtelijke Ontwikkeling en Handhaving, Directie Sociale en Culturele Ontwikkeling en Directie Middelen. Iedere directie is verantwoordelijk voor een takenpakket. Voor de Directie Economie & Mobiliteit wordt dit onderzoek uitgevoerd. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Deze directie is de schakel tussen overheden, ondernemers, onderwijs en de Brabantse regio zelf. Onder deze directie vallen de Bouwbureaus. De Bouwbureaus hebben betrekking op de infrastructurele werken waar het onderzoek specifiek voor zal gelden. Dit omdat de Bouwbureaus verantwoordelijk zijn voor zowel het onderhoud van de provinciale wegen- als de communicatie en samenwerking met de weggebruikers. De bouwbureaus verzorgen het onderhoud van de provinciale wegen en alle eisen die hierin zijn betrokken vanuit de weggebruiker. Hierdoor zijn de Bouwbureaus niet alleen de schakel tussen alle organisaties binnen de provincie zelf, maar ook tussen de overheid en de Brabantse weggebruiker. Dit houdt in dat het onderhouden van een sterke relatie met de weggebruiker van zeer groot belang is binnen het takenpakket van de Bouwbureaus. Kennisdeling tussen deze afdeling en de weggebruiker is cruciaal.

1.2 Wat is de innovatieopdracht? De provincie Noord-Brabant ziet de urgentie in om een nieuw middel/instrument op te zetten. (H. van Zandvoort. 2013). Dit nieuwe middel/instrument is van belang aangezien de provincie de noodzaak inziet in het feit dat zij tot op heden onvoldoende inzichten kan verkrijgen in de wensen en behoeften van de weggebruiker. Deze wensen en behoeften hebben betrekking op het onderhoud van de provinciale wegen. Het is namelijk van grote waarde om deze in te kunnen zien aangezien hiermee het onderhoud van de provinciale wegen kan worden

gespecificeerd. Wanneer er samen met de weggebruiker het onderhoud op haar wensen en behoeften ingespeeld kan worden, kan het onderhoud en kwaliteit van de provinciale wegen worden verbeterd, waarnaast ook meer waarde aan de relatie toegekend kan worden tussen de provincie en weggebruiker. (H. van Zandvoort, H. Goossens, A. Hagenaars. 2013). Binnen het huidige productportfolio bevindt tot op heden nog niet het juiste middel/instrument om dit te bewerkstelligen. Onderzoek is nodig om tot een juiste aanbeveling te komen. Het onderzoek bestaat hierom uit het onderzoek doen naar een nieuw middel/instrument. Met dit nieuwe middel/instrument moeten de provincie en de weggebruiker de mogelijkheid hebben om te cocreëren op basis van de wensen en behoeften van de weggebruiker met als doel om het onderhoud van de provinciale wegen hierop te specificeren. Van belang is om alle benodigde functionaliteiten hiervoor te onderzoeken, zodat dit doel kan worden behaald. Cocreatie is hierbij van groot belang omdat zowel de provincie als weggebruiker steeds meer om een interactieve samenwerking vragen, zo blijkt ook uit de oriënterende fase. (Zie: fase Vertrekken Wat is de huidige aanpak?, en zie: fase Ontdekken). Met cocreatie wordt in deze context het volgende bedoeld: “Het gezamenlijk inspelen (vanuit de provincie Noord-Brabant) op de wensen en behoeften en/of ideeën van de weggebruiker om het onderhoud van de provinciale wegen beter af te stemmen op deze wensen en behoeften”. (H. van Zandvoort, H. Goossens. 2013). Als eindresultaat zal er een een nieuw vormgegeven middel/instrument worden gepresenteerd aan de provincie. (Baarda, B. 2009. en Kempen, K & Keizer, J. 2011). 1.3 Waarom deze opdracht? Dit onderdeel zal behandeld worden door middel van 7 vragen. Hiermee zal helder worden gemaakt waarom deze opdracht van belang is en of er een daadwerkelijke urgentie naar dit onderzoek en oplossing zal zijn. 1.3.1 Wat is de huidige aanpak? (Communicatiebeleid om op de wensen en behoeften van de weggebruiker in

te spelen) De huidige aanpak van de communicatie bestaat uit verschillende onderdelen. Voor iedere belanghebbende heeft de provincie een aanpak om mee te communiceren. Binnen deze aanpak staat ook weergegeven hoe er met de weggebruikers/omwonenden of andere geïnteresseerden moet worden gecommuniceerd. De communicatie met de weggebruiker ziet er als volgt uit: “b. Onderhouden contacten met omwonenden en andere geïnteresseerden. De Opdrachtgever zal de omwonenden, gemeenten, bedrijven en andere geïnteresseerden informeren. Op verzoek van de Opdrachtgever assisteert de Opdrachtnemer hierbij.” Directie Economie & Mobiliteit. (Provincie Noord-Brabant. 2011). (Zie voor volledige aanpak volgens het beleid van de provincie: Bijlage Communicatiebeleid).

1.3.1.1 Hoe ziet de huidige communicatie van signaal tot aan de verwerking van het signaal eruit? Tot op heden kan de weggebruiker via traditionele paden communiceren met de provincie Noord-Brabant waarin zij haar wensen en behoeften kan tonen omtrent de provinciale wegen. Deze wensen en behoeften bestaan uit specifieke


onderhouds- en beleidseisen die de weggebruiker stelt aan de provinciale wegen en haar wegbeheerder. (H. van Zandvoort, M. Schipper. 2013). Onder deze traditionele paden valt de mogelijkheid om telefonisch, via mail, post, offline media (krantberichten in lokale kranten), Twitter, het meldpunt op www.brabant.nl en georganiseerde informatiemomenten wensen en behoeften te melden aan de provincie. (S. Pennings, M. Schipper.2013, J. Dudar. 2013). Zowel de provincie als weggebruiker maken gebruik van deze kanalen om te communiceren. Wanneer de weggebruiker via één van deze kanalen een melding doet van een probleem en/of idee welke zij opdoet met betrekking tot de provinciale wegen, komen deze terecht bij de afdeling Verkeers Beheer (Frontoffice). Binnen deze afdeling wordt gekeken voor welke Directievoerder, die de weginspecteurs coördineert binnen specifieke projecten, bestemd is en hierop in moet spelen. De weginspecteurs hebben de taak om binnen specifieke projecten meldingen te behandelen. Blijkt dat de melding daadwerkelijk betrekking heeft op de infrastructurele werken van de provincie, worden de specifieke projectbeheerders (Directievoerders) via telefoon, e-mail of intranet met door de weggebruiker geleverde gegevens hiervan op de hoogte gebracht. Vanaf hier wordt bekeken hoe het probleem en/of idee kan worden opgelost.

1.3.1.2 Hoe ziet het onderhoud van de provinciale wegen er tot op heden uit? De provincie kent verschillende soorten qua onderhoud. Deze zijn onder te verdelen in projectmatig-, planmatig- en incidenteel onderhoud. Het projectmatige en planmatige onderhoud bestaan uit onderhoud welke betrekking hebben op specifieke projecten die de provincie uitvoert ten behoeve van de kwaliteitswaarborging van de provinciale wegen. Voor deze projecten organiseert de provincie verschillende informatievoorzieningsmomenten waarbij de weggebruiker geïnformeerd kan worden over het desbetreffende project of onderhoudstraject. De mogelijkheid is aanwezig voor de weggebruiker om via het huidige communicatiebeleid vragen te stellen of haar wensen en behoeften te delen met de provincie. Daarnaast kent de provincie incidenteel onderhoud. Dit onderhoud bestaat uit bijvoorbeeld reparaties aan het wegdek als er vorstschade is opgetreden. De weggebruiker meldt de schade aan de provincie via het huidige communicatiebeleid, waarna de provincie actie onderneemt om de schade te herstellen. (S. Kalloe, H. Teljoarubun. 2013). Deze 3 vormen van onderhoud en communicatie zijn allen van belang om de kwaliteit van de provinciale wegen te behouden. Het nieuwe middel/instrument zal om deze reden voor alle 3 de onderhoudsvormen en communicatiepaden gelden, er zal een overkoepelende oplossing moeten worden gezocht waarmee er op de probleemstelling kan worden ingespeeld. (H. Goossens. 2013, H. Teljoarubun. 2013). (Zie voor huidige communicatiebeleid: fase Vetrekken Hoe ziet de huidige communicatie van signaal tot aan de verwerking van het signaal eruit?).

1.3.1.3 Waarom veroorzaakt het huidige beleid een probleem? De provincie Noord-Brabant heeft behoefte naar een nieuw middel/instrument waarmee zij kan cocreëren met de weggebruiker en haar wensen en behoeften om het onderhoud van de provinciale wegen te specificeren. Deze behoefte vanuit de provincie komt voort uit het management van de Bouwbureaus. (D. van Eck, M. Visser. 2013). Het management geeft aan dat er onvoldoende mogelijkheden tot de beschikking zijn voor zowel de provincie als weggebruiker om op deze behoefte antwoord te geven. Belangrijk is het om deze wensen en behoeften samen met de weggebruiker te verwerken. Dit blijkt uit de fase Ontdekken en Reflecteren, cocreatie tussen overheden en burgers is belangrijk omdat beide steeds meer afhankelijk van elkaar worden. Naar voren komt dat een samenwerking onontkoombaar is, aangezien de grens tussen overheid en burger zal verkleinen door onder andere de technologische ontwikkelingen en maatschappelijke belangen met betrekking tot deze samenwerking. (Brul, A.J. 2011 en Kreijveld, M. 2012). Tot op heden worden er traditionele communicatiemiddelen aangeboden, maar deze bieden onvoldoende diepgang en (te) simplistische mogelijkheden. Dit geldt voor alle 3 de vormen van onderhoud, namelijk: projectmatig-, planmatig- en incidenteel onderhoud. (H. Goossens, S. Pennings. 2013, H. Teljoarubun. 2013). Deze kanalen welke worden gebruikt om inzichten op te doen in de wensen en behoeften van de weggebruiker bieden weinig tot geen interactiemogelijkheden op grote schaal. (A. Hagenaars, S. Pennings. 2013). Hierdoor ontstaat het probleem. Met deze middelen kan niet worden gecocreëerd. Dit komt omdat deze kanalen niet de mogelijkheid bieden om een interactie aan te gaan tussen de provincie en de desbetreffende weggebruiker waarmee wensen en behoeften bloot kunnen worden gelegd, én ook gezamenlijk kunnen worden verwerkt tot concrete oplossingen. De provincie heeft weinig tot geen inzichten in welk onderhoud daadwerkelijk van belang is om de kwaliteit van leefomgeving binnen Noord-Brabant voor de weggebruiker te optimaliseren. Dit zorgt ervoor dat er onnodig onderhoud wordt uitgevoerd aan de provinciale wegen terwijl de weggebruiker andere eisen stelt hieraan. Wanneer hier een oplossing voor kan komen, kan de provincie met deze kennis haar beleid omtrent het onderhoud van de provinciale wegen verder specificeren op de weggebruiker. Om dit probleem te verifiëren hebben er gesprekken plaatsgevonden met de personen die direct hiermee te maken hebben. Uit deze gesprekken met het Omgevingsmanagement, communicatieadviseurs, managementteam van de Bouwbureaus en het Bureauhoofd van Verkeers Beheer blijkt dat er behoefte is naar een onderzoek waarmee de invulling van een nieuw middel/instrument wordt gedaan. (M. Schipper, M. Tholhuijsen, A. Hagenaars, H. Teljoarubun, H. Goossens. 2013). Aangegeven is dat er onvoldoende middelen tot op heden aanwezig zijn waarmee dit doel kan worden behaald. De aantallen en de minimaliteit van kwaliteit van de meldingen ten opzichte van de huidge technologische maar ongebruikte mogelijkheden zijn niet voldoende hierop gebaseerd. Daarbij hebben niet alleen de belangen van de provincie behoefte naar dit onderzoek, maar ook de belangen van de weggebruiker. Om na te gaan of er daadwerkelijk behoefte is vanuit de weggebruiker om te cocreëren met de provincie, heeft er fieldresearch plaatsgevonden. Hieruit is gebleken dat de weggebruiker animo heeft naar een nieuw communicatiemiddel/instrument. (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)). Uit het fieldresearch komt naar voren dat de weggebruiker vele functionaliteiten mist binnen de huidige communicatiemogelijkheden welke door de provincie

http://www.brabant.nl/


worden aangeboden. Hier wordt aangetoond hoe dit nieuwe middel/instrument eruit moet komen te zien met al haar functionaliteiten inbegrepen. Eveneens geven de DESTEP, trends en ontwikkelingen (Zie: fase Ontdekken) weer dat het van belang is voor zowel de provincie als weggebruiker om een nieuw middel/instrument tot haar beschikking te hebben waarmee zij kan samenwerken. Zonder een dergelijke mogelijkheid kan de weggebruiker haar behoefte naar samenwerking met de provincie niet vervullen, waardoor de kloof tussen de weggebruiker en de provincie zal groeien. Dit blijkt óók uit de gesprekken met de communicatieadviseurs en het managementteam van de Bouwbureaus. Er is aangegeven dat de huidige gebruikte kanalen niet voldoen aan de functionaliteiten welke de weggebruikers stellen in het fieldresearch aan een interactief middel/instrument. (A. Hagenaars, M. Tholhuijsen, S. Pennings, H. Teljoarubun. 2013). Het feit dat er zowel door de provincie als weggebruiker geverifieerd kan worden dat er tot op heden nog geen mogelijkheden zijn om het onderhoud te specificeren op beide belangen, toont aan dat er een aanzienlijke urgentie is tot innovatie en dit onderzoek. Zonder deze nieuwe mogelijkheden blijft dit probleem aanwezig en zal deze kloof tussen de provincie en weggebruiker groter worden. Innovatie is hierbij essentiëel aangezien er buiten de grenzen van de huidige communicatietoepassingen moet worden gekeken. Van zeer groot belang is dat er onderzoek wordt gedaan naar de invulling en werking van een nieuw middel/instrument welke voldoet aan de verwachtingen van zowel de provincie als de weggebruiker. Met een nieuw middel/instrument welke de mogelijkheid tot cocreatie verzorgt, kan de provincie specifieker op eisen, die de weggebruiker stelt omtrent de provinciale wegen, inspelen. Op deze manier speelt het resultaat van dit onderzoek in op de vraag vanuit de provincie en weggebruiker, waardoor de provinciale wegen kwalitatief beter worden in de ogen van beide belanghebbenden. Concluderend: om te kunnen cocreëren met de weggebruiker is er een innovatief middel/instrument nodig waarmee de provincie gezamenlijk met de weggebruiker het onderhoud kan gaan richten op de weggebruiker en haar wensen en inzichten. Wanneer een dergelijk middel zal ontbreken zullen de eisen die worden gesteld door beide partijen aan de kwaliteit en het onderhoud van de provinciale wegen langs elkaar lopen. Dit zal ten koste gaan van de verkeersveiligheid, doorstroming en leefkwaliteit. (H. Goossens, C. van Spijk. 2013). 1.3.2 Waar komt dit probleem vandaan vanuit de provincie?

Het management van de Bouwbureaus en de Bureauhoofden van Verkeers Beheer hebben erkend dat het voor de weggebruiker lastig is om de provincie te benaderen omtrent problemen en/of ideeën welke zij wil leveren met betrekking tot de provinciale wegen. (D. van Eck, H. Goossens. 2013). Deze herkenning van problemen komt voort uit het feit dat de usability van de traditionele kanalen omslachtig en onduidelijk is. Dit kan worden beaamd door de slechte kwaliteit van meldingen welke bij Verkeers Beheer binnen komen. (C. van Spijk. 2013). Nadrukkelijk wordt hier aangegeven door de weggebruikers, dat er onvoldoende mogelijkheden aanwezig zijn waarmee de weggebruiker op transparante wijze samen met de provincie problemen en/of ideeën kan herkennen en realiseren. (Zie: fase Ontdekken, en zie: fase Reflecteren). Dit blijkt ook uit de Commissie voor Economische zaken en Bestuur. Door het ontbreken van deze cocreatie heeft de provincie geen toegang tot de specifieke onderhoudseisen die de weggebruiker stelt aan de provinciale wegen. (Brul, A.J. 2011 en Rijksbrede Kennisagenda. 2010). Hierdoor kan de provincie het onderhoud onvoldoende gespecificeerd uitvoeren waardoor onnodig onderhoud wordt gepleegd. (H. Goossens. 2013). 1.3.3 Waar komt dit probleem vandaan vanuit de weggebruiker?

Er wordt aangetoond door middel van de kwaliteit van de usability van de huidige communicatiemiddelen dat de huidige mogelijkheden onvoldoende zijn om specifieke informatie in te winnen vanuit de weggebruiker. Dit blijkt uit de slecht gedetailleerde meldingen die binnenkomen bij de provincie. De weggebruiker wil meer invloed op het onderhoudsbeleid van de provinciale wegen uit kunnen oefenen, maar hiervoor ontbreekt het juiste middel/instrument. (H. Goossens. 2013). Deze gegevens worden bekrachtigd door de gesprekken welke zijn gehouden met de communicatieadviseurs en het Strategisch Omgevingsmanagement. (A. Hagenaars, M. Tholhuijsen, M. van den Hoven. 2013). Eveneens wordt in het deskresearch in de fase Ontdekken aangegeven dat weggebruikers graag willen samenwerken. Om deze gegevens te verifiëren is er kwalitatief fieldonderzoek uitgevoerd, zie hiervoor fase Ontdekken “Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)”. Dit fieldresearch bevestigt dat er behoefte is naar een nieuw middel/instrument waarmee wensen en behoeften kunnen worden uitgewerkt in samenwerking met de provincie. De huidige mogelijkheden kunnen namelijk geen antwoord geven op de functionaliteiten die de weggebruiker verwacht. (H. Goossens, C. van Spijk. 2013). Er wordt in de fase Ontdekken, door onder andere dit fieldresearch weergegeven aan welke condities dit nieuwe middel/instrument en al haar functies moet voldoen voordat de weggebruiker deze aanneemt. Tot op heden kan de provincie niet aan deze condities voldoen. Hier geeft de weggebruiker aan dat zij toe is aan een nieuw middel/instrument waarmee deze interactie en cocreatie wel kan worden bewerkstelligd, waarmee aan haar eisen wordt voldaan. (S. Pennings, C. van Spijk, H. Goossens. 2013). 1.3.4 Worstelen ook andere overheden met dit probleem?

Niet alleen de province Noord-Brabant ondervindt problemen waarbij er een communicatie middel/instrument mist, ook andere overheden missen dit middel/instrument. Dit blijkt uit de conclusies die naar voren zijn gekomen binnen het platform WOW ofwel Wegbeheerders Ontmoeten Wegbeheerders. WOW is een platform waarbij allerlei verschillende wegbeheerders, van Rijkswaterstaat tot aan gemeenten, gezamenlijk vraagstukken behandelen welke betrekking hebben op de infrastructuur van Nederland. Op 4 april 2013, tijdens dit evenement van de wegbeheerders van Nederland is gebleken dat cocreatie met de weggebruiker van belang is om de kwaliteit van de wegen te vergroten en hiermee de leefomgeving van Nederland te optimaliseren. Er zijn tot dusver nog geen middelen/instrumenten bekend binnen alle wegbeheerders waarmee op grote schaal met weggebruikers samengewerkt ofwel gecocreëerd kan worden. (WOW.


2013). Hiermee kan worden geconcludeerd dat ook andere wegbeheerders nog geen mogelijkheden hiertoe hebben. Met dit gegeven wordt de urgentie van dit essentiële onderzoek vergroot. 1.3.5 Waarom hebben de provincie en de weggebruiker belang bij dit onderzoek?

Er is behoefte om het onderhoud van de provinciale wegen te verbeteren. Deze behoefte komt zowel voort vanuit de provincie, andere overheden en de weggebruiker zelf. De procedure om als weggebruiker meldingen te doen van problemen en/of ideeën omtrent de provinciale wegen is omslachtig. De provincie heeft onvoldoende mogelijkheden om wensen en behoeften in te zien en toe te passen en de weggebruiker heeft onvoldoende interactiemogelijkheden om deze wensen en behoeften kenbaar te maken. Er zijn te weinig functionaliteiten binnen de huidige kanalen waarmee dit kan worden gerealiseerd. Dit blijkt evenzeer uit het desk- als fieldresearch in de fase Ontdekken en als uit de conclusies vanuit het platform WOW (Zie: fase Vertrekken Worstelen ook andere overheden met dit probleem?. (WOW. 2013). Met een nieuw middel/instrument wordt er op een duidelijke vraag vanuit de provincie en de weggebruiker ingespeeld. Beide partijen kunnen elkaar ondersteunen, informatie delen en creëren. Hiermee kunnen zowel de wensen en behoeften van de weggebruiker worden gerealiseerd omtrent de provinciale wegen en kan het onderhoud door de provincie specifieker worden uitgevoerd. Hierdoor wordt de infrastructuur van de provincie verbeterd, en zal er geen onnodig onderhoud worden gepleegd. De kloof tussen provincie en weggebruiker zal hiermee worden verkleind. 1.3.6 Welk proces maakt het resultaat van het onderzoek beter en op welke manier gebeurd dit?

Het resultaat van het onderzoek zal er voor zorgen dat de provincie op effectieve wijze op de wensen en behoeften van de weggebruiker in kan spelen. Dit door een oplossing aan te bieden in de vorm van een nieuw middel/instrument waarmee de provincie niet alleen wensen en behoeften kan herkennen, maar ook daadwerkelijk kan realiseren. En dit op interactieve wijze met de weggebruiker. Op deze manier verkrijgt de provincie de mogelijkheid om zeer specifieke informatie vanuit de weggebruiker te betrekken bij het onderhoud. Door middel van cocreatie zal de provincie op efficiënte wijze informatie op kunnen doen en toepassen. De duurzaamheid, onderhoudsintervallen en kwaliteit van infratructuur en leefomgeving worden hierdoor vergroot. Daarbij zal dit resultaat ervoor zorgen dat de weggebruiker haar wensen en behoeften volledig kan uitwerken en realiseren, waardoor de weggebruiker dichterbij de provincie komt te staan. Door dit onderzoek kan de weggebruiker gedetailleerde eisen weergeven, waarmee op de wens vanuit de weggebruiker wordt ingespeeld. Deze wens houdt in dat de weggebruiker meer transparantie wil en meer invloed wil uit kunnen oefenen op het onderhoud en beleid van de provincie en haar wegen. En dit op interactieve wijze met de provincie, met het oogpunt om de samenwerkingsrelatie te versterken, zo blijkt uit het desk- en fieldresearch van de fases Ontdekken en Reflecteren. 1.3.7 Wat is het strategische belang van dit onderzoek?

De strategie van de provincie staat in het teken van innovatie en vernieuwing. De provincie streeft er naar om in volledige samenwerking met de Brabander Noord-Brabant te verbeteren door naar nieuwe mogelijkheden te kijken waarop dit kan gebeuren. Het is van belang dat de provincie haar toppositie als overheid behoud door kennis en innovatie mee te nemen op welke manier dan ook, waarmee er op deze strategie ingegaan kan worden. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Dit blijkt ook uit de missie en visie van de provincie: “Vernieuwend. Deze kernwaarde staat voor een creatieve manier van werken. De provincie staat open voor nieuwe ideeën… De provincie stáát voor Brabant en de Brabanders. In hun belang neemt de provinciale organisatie initiatieven om maatschappelijke vragen op te lossen… Verbindend. Vanuit deze kernwaarde inventariseert de provincie interne en externe belangen en brengt ze deze samen. Ze kijkt van buiten naar binnen, werkt samen met partners en stimuleert onderlinge samenwerking.” (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Dit onderzoek speelt op deze strategie in en geeft hier antwoord op. Door het eindresultaat van dit onderzoek zal de provincie Noord-Brabant de mogelijkheid hebben om de kernwaarden van de weggebruiker helder te krijgen en deze samen te brengen waarmee de provincie en haar wegen worden geoptimaliseerd. Daarbij zal de interactieve cocreatie ervoor zorgen dat alle betrokkenen hun kennis met elkaar kunnen delen en realiseren. Innovatie is hier van zeer groot belang. Doordat dit onderzoek buiten de grenzen van het huidige product (communicatie) portfolio zal kijken, zal er een nieuw en innovatief eindresultaat worden geleverd door creatieve kennis tijdens de ontwikkeling hiervan te gebruiken. (Zie: fase Ontwikkelen, fase Reflecteren en fase Terugkeren). Met het eindresultaat zullen, zoals de missie en visie aangeven, de provincie en de weggebruiker dichter bij elkaar komen te staan. 1.4 Wat is de hoofdvraag? Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? (Baarda, B. 2009).

1.4.1 Wat is de doelstelling? Binnen de afstudeerstage een digitaal middel/instrument opleveren in de vorm van een visualisatie en een Business Model Canvas. (Baarda, B. 2009).

1.4.1 Welke onderzoeksvorm zal op deze hoofdvraag en doelstelling inspelen? Het onderzoek staat in het teken van de ontwikkeling van een middel/instrument ofwel een communicatiekanaal. Dit houdt in dat het onderzoek gericht is op het ontwikkelen van een medium. En aangezien er een nieuw medium ontwikkeld moet worden, zal het onderzoek in het teken staan van productontwikkeling. Door dit onderzoek op


productonwikkeling te focussen, kan er gespecificeerde informatie worden gegenereerd ten behoeve van het eindresultaat. De specificatie van de generatie van informatie zal liggen op de ontwikkeling van een concreet middel/instrument ofwel product. (Wulfen, van G. 2009). Dat is dan ook de reden dat de VOORT-methode voor de ontwikkeling van het te aanbevelen concept zal worden gebruikt aangezien deze hierop is gefocust. 1.5 Aan welke criteria moet de opdracht voldoen? De provincie Noord-Brabant heeft eisen opgesteld waaraan het middel/instrument moet voldoen. Deze zijn gebaseerd op niet beschreven algemene voorwaarden welke de communicatieadviseurs hanteren bij communicatieontwikkeling tussen overheid en burger (Zie tekstvak hiernaast). (A. Hagenaars, M. Tholhuijsen. 2013). Om na te gaan of

deze criteria daadwerkelijke betrekking hebben op dit onderzoek, zijn deze criteria binnen het Strategisch Omgevingsmanagement en ICT- beheer van de provincie geverifiëerd. Hierbij zijn de criteria nagelopen waarna geconcludeerd is dat de deze algemene voorwaarden voldoen om mee te nemen in dit onderzoek. Er is tevens gebleken dat het ten behoeve van het resultaat het van groot belang is dat het eindresultaat zal worden gevisualiseerd. Dit omdat het communicatiebeleid vanuit de provincie vraagt om een snelle en duidelijke informatievoorziening waarbij visualisaties een leidende rol hebben. En om op dit effect

van overzichtelijke informatievoorziening in te spelen, is ook uit deze verificatie gebleken dat het Business Model Canvas voldoende mogelijkheden biedt tot het ontwikkelen van een gedetailleerd implementatieplan. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en H. van Zandvoort. 2013). Het Business Model Canvas biedt door 9 bouwstenen een kort en krachtig overzicht aan welke ook inspeelt op de eis naar een snelle informatievoorziening. Het Business Model Canvas is bekend binnen de provincie, waardoor de provincie snel op het implementatieplan in kan spelen. (M. van den Hoven, E. Pot. 2013). Door middel van een visualisatie en het Business Model Canvas kan er op effectieve wijze draagvlak worden gecreëerd voor het nieuwe middel/instrument. Na verificatie zijn de volgende criteria van belang voor het onderzoek waaraan het eindresultaat aan zal moeten voldoen: Het middel/instrument moet bereikbaar zijn voor de weggebruiker. Dit houdt in dat het overal en altijd te gebruiken moet zijn. Daarnaast moet deze beschikbaar zijn op een werkzame manier waardoor iedereen toegang hiertoe heeft. De communicatie moet waarde toevoegen voor de provincie en weggebruiker door een interactie tussen overheid en burger te kunnen bewerkstelligen. Dit door mogelijkheden te bieden waarbij de wensen en behoeften, welke bestaan uit meningen vanuit de weggebruiker omtrent het onderhoud, gezamenlijk kunnen worden uitgewerkt. Dit op zowel tekstuele als visuele wijze, waarmee concrete onderhoudsplannen kunnen worden opgezet. Deze interactie moet gebruiksvriendelijk zijn, wat betekent dat tijdens het gebruik er geen belemmeringen ontstaan. En deze interactie moet innovatief zijn door mogelijkheden aan te bieden waarbij zowel informatie kan worden gedeeld en gecreëerd. Het resultaat moet worden verwerkt in een visualisatie waardoor de provincie op eenvoudige wijze in kan zien wat het nieuwe middel/instrument inhoudt. Dit resultaat moet worden verwerkt in een implementatieplan welke bestaat uit een Business Model Canvas met volledige tekstuele onderbouwing om de implementatie te vergemakkelijken. (M. van den Hoven, E. Pot. 2013, H. van Zandvoort. 2013). 1.5.1 Op welke afbakening moet het onderzoek worden gefocust?

Het is van belang om het onderzoeksgebied af te bakenen. Op deze manier kan er gericht een nieuw middel/instrument worden opgezet. Uit de interviews met de communicatieadviseurs M. Tholhuijsen (Zie: Bijlage Open gesprek Tholhuijsen) en A. Hagenaars (Zie: Bijlage Open gesprek Hagenaars) blijkt dat digitalisering, individualisering door internet en mobiliteit van digitale apparaten de grootste trends zullen zijn binnen communicatie op globaal niveau. Dit blijkt ook uit zowel de DESTEP en trends en ontwikkelingen als het fieldresearch in de fase Ontdekken, waarbij de meningen en overtuigingen van de weggebruiker zijn onderzocht. Door middel van digitalisering kan er veel data worden gedeeld en gecreëerd. Invididualisering is van belang aangezien de provincie een individuele relatie op wil kunnen zetten met de weggebruiker. Op deze wijze kan de provincie specifieke wensen en behoeften bloot leggen. Daarbij vraagt de weggebruiker om een individuele interactieve relatie, wat blijkt uit het fieldresearch in de fase Ontdekken. Het internet en de mobiliteit van digitale apparaten is hierbij cruciaal. Dit omdat de overheid en burger om steeds meer mogelijkheden vragen waarbij er overal en altijd een verbinding kan worden opgezet met de digitale wereld. (Zie: fase Ontdekken DESTEP, en zie : fase Ontdekken Trends en Ontwikkelingen).

Algemene geverifiëerde voorwaarden communicatiebeleid:

- Bereikbaar

- Beschikbaar

- Innovatief

- Gebruiksvriendelijk

- Toegevoegde waarde

- Wensen en behoeften weergeven en uitwerkingsmogelijkheden

- Gevisualiseerd

- Communicatieversterkend

Overige criteria:

- Het middel/instrument weergeven in een visualisatie om duidelijk aan te geven -

wat het inhoudt

- Het resultaat verwerken in een implementatieplan, bestaande uit

- Het Business Model Canvas, uitgewerkt door middel van volledige tekstuele

onderbouwing. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010).

(A. Hagenaars, M. Tholhuijsen. 2013).


Daarnaast is cocreatie ook van belang, waarop de oplossing ofwel het middel/instrument zal moeten worden gericht. Uit de fases Ontdekken en Reflecteren komt naar voren dat cocreatie voor transparantie kan zorgen tijdens het gebruik van de oplossing welke uit het onderzoek zal voortvloeien. Dit gegeven kan worden beaamd door het Projectmanagement van de Directie Economie & Mobiliteit van de provincie, zo blijkt uit de gesprekken. (H. van Zandvoort, M. Visser. 2013). eParticipatie ofwel cocreatie zal een aanzienlijke rol gaan spelen in de communicatie en informatievoorziening tussen overheid en burger. Ook wordt door het deskresearch deze gegevens bevestigd, waaruit blijkt dat ook de weggebruiker een interactieve relatie wil aangaan. Deze gegevens zijn van grote waarde voor het onderzoek. (Zie: fase Ontdekken). Uit de fase Ontdekken en Reflecteren is gebleken dat er naast invidiualisering, digitalisering etc. ook andere condities een factor spelen waaraan het nieuwe middel/instrument moet voldoen. Deze condities komen voort uit fieldresearch in de vorm van kwalitatief onderzoek en een focusgroep. Hierin wordt aangegeven dat er specifieke functies van belang zijn om een cocreatieve relatie tussen de provincie en de weggebruiker op te zetten. Deze condities ofwel functies beslaan mogelijkheden waarmee de weggebruiker en provincie overal en altijd informatie kunnen delen en creëren. Zie voor deze specifieke condities: fase Ontdekken Kansrichtingen, en zie: fase Reflecteren Verbeteringen. Concluderend zijn de volgende afbakeningen voor het onderzoek en het eindresultaat essentiëel:

- Digitalisering; - Individualisering; - Mobiliteit van apparaten; - Cocreatie; - (Overige condities: (Zie: fase Ontdekken en Reflecteren)).

Van belang is het om in te spelen op deze afbakeningen, aangezien deze de eisen representeren welke zowel voort komen vanuit de provincie als weggebruiker, maar ook trends en ontwikkelingen die relevant zijn voor dit onderwerp. Dit blijkt uit de fase Vertrekken, Ontdekken, Ontwikkelen en Reflecteren. 1.6 Wie is de doelgroep? Noord-Brabant kent 2.454.215 mensen waaronder 1.916.040 motorvoertuigen onder zijn verdeeld. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Alle bestuuders van deze motorvoertuigen vallen onder de doelgroep van de Bouwbureaus waarnaast ook alle gebruikers van de provinciale wegen ook bij deze groep horen. Kort gezegd vallen alle personen welke gebruik maken van de provinciale wegen (N- en NA- wegen) binnen de doelgroep waardoor de doelgroep provinciebreed is. (H. van Zandvoort, J. Dudar. 2013).

1.7 Kansrichtingen Vanuit zowel de provincie als de weggebruiker wordt aangegeven dat er behoefte is naar een nieuw middel/instrument waarmee meer dan alleen een eenrichtingsrelatie kan worden opgezet. Er is behoefte aan een mogelijkheid om gezamenlijk ideeën en problemen te verwerken tot concrete oplossingen. Dit blijkt ook uit verschillende afdelingen binnen de provincie. Zowel de Bouwbureaus en haar experts op het gebied van Strategisch Omgevingsmanagement en de communicatieadviseurs, als de directie en de Bureauhoofden van Verkeers Beheer geven aan dat er een nieuwe toepassing moet komen. Bovendien blijkt ook uit het fieldresearch dat de weggebruiker tot op heden onvoldoende mogelijkheden tot de beschikking heeft om dit doel te behalen, waarmee de kwaliteit van het onderhoud kan worden vergroot. (Zie: Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)). Uit dit fieldresearch komt naar voren dat er bepaalde condities worden gesteld vanuit de weggebruiker om aan deze cocreatie en middel/instrument te voldoen. Hier blijkt dat er aanzienlijke behoefte is naar een cocreatie vanuit de weggebruiker. Maar desondanks kan de huidige aanpak niet op deze eisen en condities inspelen. Dit kan ook worden bevestigd door het deskresearch (Zie: fase Ontdekken), en het testen van het resultaat (Zie: fase Reflecteren). Ook ondervinden andere wegbeheerders hier moeilijkheden door, waardoor het maatschappelijk belang voor dit onderzoek wordt vergroot. (WOW. 2013). Geconcludeerd kan worden dat de provincie nog niet het juiste middel/instrument heeft waarmee dit doel kan worden behaald. Om die reden is er een aanzienlijke urgentie aanwezig om dit onderzoek uit te voeren. De vastberadenheid om het doel tot cocreatie tussen provincie en weggebruiker te behalen, is duidelijk te zien vanuit de provincie. De provincie Noord-Brabant heeft animo om dit onderzoek te stimuleren. Dit is te zien door de kleine varianten van initiatieven die de provincie in samenwerking met Gemeente Schoon al eerder heeft proberen op te zetten. (M. Tholhuijsen. 2013. en Gemeente Schoon. z.d.). Om dit doel te behalen is het van belang dat er aan de vooraf bepaalde afbakening wordt voldaan, zo blijkt uit de expertise van de communicatieadviseurs M. Tholhuijsen en A. Hagenaars. Hierbij kunnen deze gegevens worden beaamd door de Directie Economie & Mobiliteit en de conclusies uit de fase Vetrekken. Aangegeven wordt dat digitalisering een grote rol speelt voor zowel de provincie als de weggebruiker. Dit omdat er veel data kan worden gedeeld en gecreëerd, wat van groot belang is wanneer er een cocreatie moet worden opgezet. (M. Tholhuijsen, A. Hagenaars, M. Schipper. 2013). Invididualisering is een pré binnen dit onderzoek, zo blijkt zowel uit de fase Ontdekken als de communicatieadviseurs. Gedetailleerde gegevens zijn van belang om het onderhoud te specificeren, waarbij individuele benadering essentiëel is. Dit kan worden bevestigd door de weggebruiker, vanuit het fieldresearch in de fase Ontdekken. De kansrichtingen liggen hierdoor bij een digitaal middel/instrument waarmee op individualistische wijze informatie kan worden gedeeld en gecreëerd. Met deze mogelijkheid kan de provincie specifieke informatie inwinnen omtrent het onderhoud van de provinciale wegen en kan de weggebruiker haar eigen wensen en behoeften zelf realiseren in samenwerking met de provincie door middel van cocreatie. Hiermee kan de leefomgeving van de provincie Noord-Brabant worden geoptimaliseerd.


2 Ontdekken

In de fase Ontdekken wordt er gekeken naar de kansrichtingen waarmee er antwoord kan worden gegeven op de vraag vanuit de opdrachtgever. Hierbij worden trends en ontwikkelingen gezocht, maar ook voorbeelden geanalyseerd. Naast het doen van deskresearch moeten ook in deze fase de klantfricties worden opgedaan, en dit door fieldresearch. En met al deze gegevens en resultaten kan er vorm worden gegeven aan de vereisten waaraan het digitale middel/instrument zich moet voldoen. (Wulfen, van G. 2009). 2.1 Hoe ziet de macro omgeving eruit (toegespitst op de Bouwbureaus)? (“Hoe ziet de macro omgeving eruit (toegespitst op de Bouwbureaus?” is beantwoord door gebruik te maken van de DESTEP van Kotler. (Kotler, P. 2009). Met deze DESTEP is er weergeven welke krachten van belang zijn in de macro omgeving. De provincie en de afdeling Bouwbureaus zijn verantwoordelijk voor een door de overheid vastgesteld takenpakket, waardoor het van belang is voor het onderzoek om binnen deze grenzen de grote trends en ontwikkelingen vast te leggen. De DESTEP is ingevuld door gebruik te maken van verschillende bronnen. Deze bronnen zijn opgedaan door deskresearch. Hierbij is er gebruik gemaakt van verschillende documenten en websites welke relevante informatie verstrekken. De betrouwbaarheid en validiteit van deze 6 stappen zijn gewaarborgd door minimaal per stap gebruik te maken van 2 bronnen. Daarnaast is alle informatie welke is gebruikt voor de DESTEP, door of de overheid zelf opgesteld, of door het CBS en instellingen die ervaring hebben met het onderzoeken van trends en ontwikkelingen op nationaal niveau. De DESTEP is toegespitst op de kansrichtingen en de opdracht welke voortkomen uit de fase Vertrekken. Zie voor volledigde DESTEP: Bijlage DESTEP.) 2.1.1 Demografie

Het CBS en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) geven aan in de prognose dat de Nederlandse bevolking zal groeien naar 16,9 miljoen inwoners in 2025. (CBS/PBL. 2008). Hiervan zullen ruim 2,4 miljoen inwoners in de provincie Noord-Brabant wonen wat voor een bevolkingsgroei van 1% zorgt (tussen 2007 en 2025). De groei van de huishoudens is groter dan de groei van het aantal inwoners, de reden hiervan is de afnemende huishoudens grootte. Het aantal eenpersoonshuishoudens gaat toenemen. In de provincie Noord-Brabant zal dit 40% zijn t.o.v. 30% van de rest van Nederland. (Centraal Bureau voor Statistieken. 2007). Ook in 2008 geeft het CBS aan dat de trend van de groei van Noord-Brabant zal doorgaan. Dit komt door de vergrijzing en de individualisering van Nederland. (Jong, de. A. & Agtmaal-Womba, van E. 2008). 2.1.2 Economie

Rijksoverheid heeft aangegeven dat de Rijksoverheid Noord-Brabant zal blijven financieren om onder andere het provinciale verkeer, vervoersbeleid en het mobiliteitsmanagement te ondersteunen. Dit zal gedaan worden door een financiering van € 26,5 miljoen per jaar. (Rijksoverheid. 2008). Dit omdat de mobiliteit van de provincie van groot belang is voor zowel de provincie zelf als het rijk. De overheid en de provincie Noord-Brabant willen gaan dereguleren en het ambtenarenapparaat gaan verminderen. (Rijksoverheid. 2008). Deze vlakken komen namelijk terug in het regeerakkoord van 2012. (VVD-PVDA. 2012). De overheid wil dezelfde kwaliteit leveren met minder personeel. (FNV. 2012. en RTL 7. 2012). Daarbij zal de economie dalen en hetzelfde geldt voor het consumentenvertrouwen. (NVM. Data & Research. 2012. en Centraal Planbureau. 2012). Het lage consumentenvertrouwen zorgt er voor dat de mediabestedingen vanuit de burger zal dalen, zo geeft Rabobank Cijfers & Trends aan. (Rabobank Cijfers & Trends. 2013). Ook is er sprake van decentralisatie. De decentralisatie is van belang om de kenniseconomie te stimuleren, waarmee Nederland en Noord-Brabant kunnen worden geoptimaliseerd. Er is dan ook vraag naar een mogelijkheid om decentraal kennis te kunnen delen zodat de weggebruiker, gemeente, provincie en rijksoverheid dichterbij elkaar staan, waarbij kennis gedeeld kan worden. (Rijksoverheid. 2008). De investeringen die worden gedaan moeten onder andere het decentrale werken gaan ondersteunen. (Rijksbrede Kennisagenda. 2010. en Brul, A.J. 2011). 2.1.3 Sociaal

Mensen willen steeds meer keuzevrijheid hebben en invloed kunnen hebben op de zaken die te maken hebben met Nederland. (Brul, A.J. 2011). Dit blijkt ook uit het onderzoek dat 21minuten.nl heeft gehouden onder 100.000 Nederlanders. De Nederlander wil niet alleen meer meekijken met de overheid, maar wil juist ook zelf invloed kunnen uitoefenen. (21minuten.nl. 2007). Deze ontwikkeling gaat gepaard met de medialisering van Nederland. Nederlanders kunnen steeds meer invloed in een korter tijdsbestek uitoefenen. Daarnaast kan de Nederlander zonder grote drempel samen macht uitoefenen door bij elkaar aan te sluiten. Hierdoor wordt de invloed alsmaar sterker op organisaties en dwingt dit tot transparantie van deze organisaties. De bereidheid van de Nederlander wordt dan ook steeds groter om samen met de overheid te werken. (Rijksbrede Kennisagenda. 2010). 2.1.4 Technologie

Volgens de Commissie van Economische Zaken en Bestuur blijkt dat de provincie Noord-Brabant het participatieniveau van de burger wil vergroten. Dit zou moeten gebeuren door gebruik te maken van de ICT mogelijkheden die de huidige technologie biedt. (Brul, A.J. 2011). Volgens de trends en ontwikkelingen van ABN-AMRO verliezen grotere apparaten zoals pc’s de macht en winnen de kleinere apparaten aan populariteit. Er is dus een verdringing te zien van de pc- markt. (Arentshorst, H. & Klene, N. 2012). Ook geven Cisco Systems en Gemeente Schoon aan dat de Nederlander meer gebruik maakt van de mobiele mogelijkheden. Dit omdat zij overal en altijd via internet invloed uit wilt kunnen oefenen zowel op individualistisch als collectief niveau. (Cisco Systems. 2011. en Gemeente Schoon. z.d.). Daarbij onstaan er steeds meer initiatieven vanuit de overheid om digitaal samen te werken met de burger. Gemeente Oss. (Provincie Noord-Brabant. 2013). Hierbij vindt er ook dus een medialisering plaats. In het rapport van Paolo Celot, Study on Assestment Criteria for Media Literacy levels, wordt aangegeven dat het gebruik van


media in de maatschappij zal toenemen met een factor van tien tot honderd de komende 10 jaar. (Celot, P. 2009). 2.1.5 Ecologie

De provincie Noord-Brabant voert steeds meer ecologische handelingen uit. Met deze vorm van ecologisch beheer van de provinciale wegen tracht Noord-Brabant een voorbeeldfunctie te zijn voor andere overheden. (Hairwassers, H.A.J. 2012). De provincie Noord-Brabant tracht ook met de toekomst mee te gaan. Zo is de provincie zodanig bezig geweest dat er een 100% duurzame weg komt in Brabant, de N329. (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). De provincie en burgers zetten duurzaamheid steeds meer in om samen de maatschappij te verbeteren. (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). Uit het onderzoek van het CBS blijkt dat milieubewustheid generatie afhankelijk is. (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). Daarentegen is het zo dat milieuvriendelijkheid met de leeftijd komt en dus ook leeftijdsafhankelijk is, zo blijkt uit dit onderzoek. Ouderen zullen zich eerder milieuvriendelijker gedragen. Jongeren denken meer aan het korte termijn winstperspectief en houden hierdoor minder rekening met het milieu. (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). 2.1.6 Politiek

Het project Weg van de Toekomst is een goed voorbeeld hoe de provincie aan de slag wilt gaan met een vorm van cocreatie en hoe zij staat t.o.v. een nieuwe vorm van communiceren met de weggebruiker. (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). Uit dit project kan dan ook afgeleid worden dat de provincie open staat voor nieuwe mogelijkheden. Dit blijkt ook uit iBrabant. (Brul, A.J. 2011). De provincie is namelijk op zoek naar nieuwe mogelijkheden om te kunnen gaan cocreëren met de weggebruiker in Brabant om zo beter op de weggebruiker te kunnen anticiperen. Het is de ambitie van de provincie om decentraal aan te slag te gaan met als doel de weggebruiker centraler neer te kunnen zetten in het beleid dat zij voert. (Brul, A.J. 2011). Met deze decentralisatie van beleid en overheid kan de provincie meer op de weggebruiker inspelen, wat tevens ook voor versterking van relatie tussen provincie en weggebruiker zorgt. (Rijk - provincies. 2008. en Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Interprovinciaal overleg, Unie van Waterschappen en Rijk. 2011.) 2.2 Wat zijn de relevante trends en ontwikkelingen? (“Wat zijn de relevante trends en ontwikkelingen?” is beantwoord door gebruik te maken van alleen boeken, papers, journals, het regeerakkoord VVD-PVDA en geverifieerde websites zoals www.rtl.nl, www.abvakabofnv.nl en www.ambtenaarnieuws.nl. Dit is zo gedaan aangezien er nooit een zekerheid is of een simpele website relevante informatie plaatst. Er is een kans met het gebruiken van informatie van alleen websites dat deze informatie zodanig is aangepast dat alleen maar de belangrijke onderdelen van de informatie op deze specifieke website worden geplaatst. De boeken zijn door gebruik van www.books.google.nl gevonden, de papers en journals zijn gevonden door gebruik te maken van Xplora van Avans Hogeschool. Hierin staat namelijk allemaal informatie en bronnen welke geleverd worden door organisaties die wetenschappelijke informatie toegankelijk stelt of zelf creëert. De trends en ontwikkelingen zijn specifiek gezocht op cocreatie, burgerparticipatie, overheidsbeleid, platformen en digitale- sociale trends. Het zoekproces is hierop toegespitst om zo de belangrijke onderdelen van digitale participatie te kunnen onderzoeken. Deze onderwerpen zijn gefilterd door gebruik te maken van publicaties die zijn gedaan in het oogpunt van burgerparticipatie, maatschappelijke- sociale ontwikkelingen en de overheid. (Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011. en Berlo, van D. 2010. en Kreijveld, M. 2012). De trends en ontwikkelingen zijn toegespitst op de kansrichtingen en uiteraard de opdracht welke voortkomen uit de fase Vertrekken. Zie voor volledige trends en ontwikkelingen: Bijlage Trends en ontwikkelingen.) 2.2.1 Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven

Er ontstaan steeds meer initiatieven vanuit de Nederlandse samenleving waarbij het doel is om als burger betrokken te worden bij de overheid en hierdoor de samenleving te verbeteren. Daarbij geeft het Ministerie voor Binnenlandse Zaken en Koninklijke Relaties aan dat het aantal burgerinitiatieven om samen te werken met de overheid alleen maar zal stijgen, zo blijkt uit het boek van Wij, de overheid: Cocreatie in de netwerksamenleving. (Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). De digitalisering is hiervoor de katalysator geweest. Dankzij het internet gaan mensen zich steeds meer als zwermen gedragen, mensen komen digitaal bij elkaar om samen iets op te zetten. De burger wilt onderdeel zijn van het beleid dat de overheden voeren. (Berlo, van D. 2010). En de trend van cocreatie tussen burger en overheid zal doorlopen in de toekomst, zo geven de schrijvers van het boek: Cocreatie in de publieke sector. Een verkennend onderzoek naar nieuwe digitale verbindingen tussen overheid en burger, en het boek, Burger en politiek: participatie als burger over de vertrouwenskloof, aan. (Bekkers, V. & Meijer, A. 2010. en Waard, de H. & Rodenburg, K.J. 2007). 2.2.2 Overheid en cocreatie

De Nederlandse overheid wil steeds meer samen met de burger doen, zo wil zij in spelen op de steeds slimmer wordende burger die zichzelf kan voeden door de communicatiemogelijkheden van het internet, zo blijkt het uit boek Wij, de overheid: Cocreatie in de netwerksamenleving. (Berlo, van D. 2010). Daarbij geeft de auteur van ‘Samen Slimmer’. Hoe de ‘wisdom of crowds onze samenleving zal veranderen.’, M. Kreijveld aan dat de overheid en andere organisaties de kennis nodig hebben van de burgers. Burgers kunnen veel meer bieden door intrinsiek gedrag, dan verwacht. In de toekomst, zoals Kreijveld aangeeft, zal de burger steeds meer samen met overheden en organisaties werken om de maatschappij in hun ogen te verbeteren of te ondersteunen. (Kreijveld, M. 2012). Overheden en burgers zullen samen ideeën gaan ontwikkelen en uitwerken, waarbij de burger niet meer als “burger” wordt gezien, maar als partner om het overheidsbeleid te verbeteren. (Berlo, van D. 2010. en Kreijveld, M. 2012. en Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). Hier wil de overheid op in gaan spelen door sociale netwerken te ontwikkelen waarbij burgers zelf initiatieven kunnen nemen om de overheid te

http://www.rtl.nl/

http://www.abvakabofnv.nl/

http://www.ambtenaarnieuws.nl/

http://www.books.google.nl/


ondersteunen, zo blijkt uit boek: Sociaal Kapitaal: De meerwaarde van sociale media voor gemeenten. (Kok, D. 2012). Deze trend is ook te zien vanuit de burger zelf. Het boek iOverheid geeft aan dat burgers steeds meer met de overheid willen samenwerken. In de toekomst zal de kloof tussen overheid en burger verdwijnen doordat de burger en overheid meer en meer zullen samenwerken. (Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid. 2011. en Kreijveld, M. 2012). 2.2.3 Platformen, internet en mogelijkheden

Het internet zal in de toekomst nog een grotere rol spelen dan dat men denkt. Kreijveld geeft aan dat de machtsverschuiving van producten naar consumenten door zal gaan, waarbij zij via cocreatie steeds meer zullen bepalen. (Kreijveld, M. 2012. en The Long Tail, Anderson, C. 2009). Dankzij de mogelijkheden van het internet zal de burger steeds meer de eigen (woon)omgeving kunnen beïnvloeden door de initiatieven die zijn ontwikkeld. Deze mogelijkheden zijn gebaseerd op platformen waar mensen samen kunnen komen, zoals social media. (Kreijveld, M. 2012. en Berlo, van D. 2010. en Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). Naast de platformen zullen ook mobiele apparaten steeds meer mogelijkheden krijgen zoals augmented reality. (Kreijveld, M. 2012). Deze techniek zal er voor gaan zorgen dat de mens “in het web kan gaan leven”. Ook Bekkers en Meijer geven aan dat de mens steeds meer informatie wil kunnen aanpassen. Het gaat niet meer alleen om toegang tot informatie verkrijgen, maar het zal in de richting gaan van het aanpassen en het gezamenlijk kunnen creëren van informatie waarmee de mens de eigen omgeving kan verbeteren op zowel individualistische- als collectieve wijze. (Kreijveld, M. 2012. en Bekkers, V. & Meijer, A. 2010). 2.2.4 Overal en altijd internet

Het internet is groeiende en een belangrijk aandeel van dit groeiende internet is de trend: “anywhere, anyway, anytime”, aldus het boek: Trends in het medialandschap. (Donk, van de. W.B.H.J. & Broeders, D.W.J. & Hoefnagel, F.J.P.M. 2005). De schrijvers geven aan dat er steeds meer instrumenten met elkaar zullen worden verbonden. Zo kan er altijd, overal en op welke manier dan ook een verbinding worden gemaakt met internet. Ook Twinkle Magazine geeft aan dat overal en altijd internet van groter belang zal worden. (Smits, G.J. 2010). In de Paper: Four Tech Trends – and what they mean for marketeers, wordt aangegeven dat internet alsmaar sneller zal worden. Communicatiemiddelen zullen steeds sneller met elkaar verbonden kunnen worden, zodat mensen via verschillende media met elkaar kunnen communiceren, waar en wanneer dan ook. (Seaborn, S. 2012). Het aantal mensen met een smartphone, welke een applicatie voor de smartphone hebben gedownload is hard gestegen. In juli 2009 van 16 naar 27% in Europa. (Petersen, B. 2012). Dit geeft dus aan dat het mobiele internet een sterk groeiende markt is. 2.2.5 Social media

Er wordt aangegeven dat steeds meer mensen gebruik maken van verschillende vormen van platformen waarmee men in contact staat met het internet. (Petersen, B. 2012). Op deze manier wordt er een internet- experience gecreëerd waarbij men altijd verbonden is met het internet, op welke manier dan ook. Social media zal zich voornamelijk gaan afspelen op de mobiele markt. Deze mobiele markten geven de mogelijkheid om locatie-gebaseerde gegevens te delen of te creëren. Hierbij zullen de smartphones de markt voor zich gaan winnen, zo geeft het boek: Understanding Social Media, aan. (Taprial, V. & Kanwar, P. 2012). Er is een duidelijke stijging te zien van het gebruik van social media door mobiele apparaten, zo geeft The Nielsen Company aan. (Nielsen, 2012). Het aantal keren dat er van social media gebruik is gemaakt in 2012 is gestegen, terwijl het aantal keren dat mensen dit via de computer is gedaan, is gedaald. Social media zal daarbij worden geïntegreerd in de mogelijkheden die zullen worden aangeboden op het web, blijkt uit de paper: 10 trends in technology. (Holden, M. 2012). Nielsen geeft aan dat het gebruik van applicaties zal blijven stijgen. Dit is te zien in de stijging van de ontwikkeling van applicaties voor social media. Applicaties zullen een blijvende groei kennen in het gebruik. Dit komt doordat mobiele apparatuur vaker wordt gebruikt. (Nielsen, 2012). 2.2.6 Zelf controle en identiteit

Mensen zullen dankzij de steeds beter wordende technologie meer dingen zelf gaan creëren. Technologie is een verlengstuk van je eigen identiteit, welke mensen zelf willen kunnen beheersen. Men wil foto’s, video’s, muziek, tekeningen, teksten etc. kunnen maken en delen om zo aan te geven wie hij of zij is, zo blijkt uit het boek van Wim Veen, Homo Zappiens: opgroeien, leven en werken in een digitaal tijdperk. (Veen, W. 2009). Uit de journal van Roderick Graham, the Digital Practices of Mobile Phones, komt voort dat men applicaties e.d. niet afwijst omdat deze te weinig mogelijkheden heeft of te langzaam is, maar omdat het niet in het verlengde van de eigen identiteit staat. (Graham, R. 2012). De reden waarom men een bepaalde identiteit aanneemt en zich gedraagt in de richting van een bepaald productgebruik komt doordat mensen elkaar beïnvloeden, zo blijkt uit de paper van Joseph Chan, 2013 and beyond: Media trends and the implications for marketers. (Chan, J. 2012). Het is dan ook van groot belang om een goed netwerk op te bouwen waarbij mensen elkaar kunnen ontmoeten om meningen met elkaar te kunnen delen, zodat er een community ontstaat. (Chan, J. 2012. en Kreijveld, M. 2012). 2.2.7 Customization

In de journal Mass Customizatiom: On-line Consumer Involvement in Product Design van Nargas Kamali en Suzanne Loker, blijkt dat mass customization, ofwel massapersonalisatie van groot belang is om klantenbinding te verkrijgen. (Kamali, N & Loker, S. 2006). In de journal is een onderzoek gedaan waarbij participanten van het onderzoek konden kiezen tussen duizenden ontwerpen van producten en 1 product welke zelf aan te passen was. Het resultaat was dat men voornamelijk koos uit het product welke zelf aan te passen is, ofwel te personaliseren is. Deze trend wordt gevolgd door een andere trend volgens Joseph Chan, 2013. (Chan, J. 2012). Hij geeft namelijk aan dat men steeds meer en in grotere mate persoonlijk willen worden benaderd. Mensen willen voelen dat zij speciaal zijn


voor de betrokken partijen. Daarbij geeft Chan aan dat de snelheid van interactie groter moet worden om met de trend mee te kunnen gaan. (Chan, J. 2012). 2.2.8 Online registratie is “out”

Volgens de schrijfster van Washingtonianmagazine, the New York Times magazine, Time en Marie Claire is online registratie niet goed voor de zaken voor een online- gerelateerde business. (Courtney, R. 2011). Er is onderzoek gedaan in 2010 waarin 675 online winkelaars zijn geobserveerd, waaruit bleek dat deze het proces op de desbetreffende website stilleggen, wanneer er voor een registratie wordt gevraagd. De oplossing hiervoor, zo wordt aangegeven, is de mogelijkheid bieden om mensen via social media in te laten loggen. (Courtney, R. 2011). 2.2.9 Mapping

Volgens de journal van Mada Gadjah, Usability Issues in Applying Participatory Mapping for Neighbourhood Infrastructure Planning is het van groot belang dat wanneer men met burgers wil samenwerken om de omgeving te verbeteren, hierbij een digitale kaart wordt aangeboden. (Aditya, T. 2010). Een kaart geeft namelijk inzicht over hoe de huidige omgeving eruit ziet en waar het “probleem” zich afspeelt. Er zal steeds meer gebruik gemaakt worden van digitale kaarten volgens Aditya om mensen inspraak te geven om de omgeving aan te passen. In de journal wordt aangegeven dat interactiviteit en diepgaande mogelijkheden tot het creëren van informatie omtrent de omgeving een belangrijke factor is om mensen ideeën te laten genereren over de omgeving. Hierbij gaat het voornamelijk om het kunnen ontwikkelen en/of aanpassen en delen van informatie. (Aditya, T. 2010).

2.2.10 Mobiliteit

In Noord-Brabant zal de mobiliteit gaan toenemen. Dit blijkt uit het Ruimtelijke Ordeningsbeleid. (Heugten, van R. z.d.). Tot 2030 zal de mobiliteit groeien met 40%. Door deze groei komen wegen onder druk te liggen, dit geldt voornamelijk voor de wegen welke rondom stedelijke gebieden liggen. Het is daarom van groot belang om het wegennetwerk van Noord-Brabant te versterken zodat de toenemende mobiliteitsdruk kan worden gehandhaafd. (Heugten, van R. z.d.). 2.3 Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voortkomen uit de DESTEP en de trends en

ontwikkelingen? (“Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voortkomen uit de DESTEP en de trends en ontwikkelingen?” is beantwoord door zeer korte conclusies te schrijven van de gegevens welke zijn weergegeven in de DESTEP en trends en ontwikkelingen. Deze conclusies zijn opgezet door de belangrijkste punten te filteren en deze hieronder te plaatsen in 1 enkele zin. Dit is gedaan door de kernen uit de informatie te halen waarbij deze informatie hierdoor tot onderstaande punten zijn verwerkt. Deze korte conclusies zijn namelijk van groot belang voor het fieldresearch in “fase Ontdekken Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)”. Hiermee komen de wensen en behoeften naar voren omtrent een digitaal middel/instrument. En aangezien deze kansen en bedreigingen uit deze DESTEP en trends en ontwikkelingen als stellingen hebben gefungeerd tijdens het fieldresearch ofwel Q-sort, is het niet van belang geweest om alleen maar de voornaamste kansen en bedreigingen weer te geven. Het is namelijk de bedoeling van de Q-sort techniek dat er zoveel mogelijk stellingen worden gegeven aan de participant van de Q-sort methode, aangezien er op deze wijze een zeer gespecificeerd beeld van de wensen en behoeften van de participant kan worden weergegeven. (Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008). Hierdoor zijn de kansen en bedreigingen allemaal van belang geweest in het onderzoek. (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort).) 2.3.1 Kansen:

1. De verkeersdruk zal stijgen in Noord-Brabant 2. Er zal decentralisatie vanuit de overheid gaan plaatsvinden 3. Er is behoefte vanuit de maatschappij om met de overheid te participeren, te cocreëren en te interacteren

waarmee de maatschappij kan worden verbeterd 4. Er vindt medialisering plaats 5. Mobiele apparaten zullen pc’s gaan verdringen en het gebruik van applicaties zal groeien 6. De overheid neemt steeds meer initiatieven om het participatieniveau te vergroten met de burger 7. Duurzaamheid wordt steeds meer van belang binnen de overheid 8. Men wil via een digitale kaart de omgeving aan kunnen passen door hier ideeën te kunnen ontwikkelen en delen

met andere participanten 9. Social media zal in de toekomst geïntegreerd worden met het aanbod op internet 10. Er zal steeds meer behoeften komen vanuit zowel de burger als overheid om met elkaar te kunnen cocreëren 11. Augmented reality zal in de toekomst een belangrijke factor zijn in de digitale wereld 12. Mensen willen overal en altijd gebruik kunnen maken van digitale mogelijkheden 13. Digitale apparaten zullen steeds makkelijker en vaker met elkaar worden verbonden 14. Social media zal een stijging in het gebruik blijven kennen 15. Men wil steeds meer informatie kunnen creëren (foto’s, video’s, tekeningen, muziek, teksten etc.) en deze delen

via het web 2.3.2 Bedreigingen:

1. Er zal gekort worden op het aantal ambtenaren 2. De economie zal krimpen in 2013


3. Het consumentenvertrouwen zal dalen in 2013 4. Het slechte consumentenvertrouwen heeft een negatieve invloed op de media uitgaven 5. De verkeersdruk zal stijgen in Noord-Brabant 6. Mobiele apparaten zullen pc’s gaan verdringen 7. De milieubewustheid van de burgers is van minder groot belang 8. De macht van de maatschappij wordt steeds groter doordat men elkaar makkelijk kan vinden via het internet 9. Men wil zich niet meer registeren via de traditionele paden om gebruik te maken van digitale mogelijkheden maar

wil zich alleen maar registeren via social media 10. Men wil steeds meer functies tot de beschikking hebben om informatie te kunnen genereren/aanpassen 11. Mensen willen overal en altijd verbonden zijn met het internet 12. Men wil steeds meer persoonlijk worden benaderd en verwacht een grote snelheid van interactie tussen

organisatie en “klant” 13. Men verwacht steeds meer van de digitale wereld en wil deze constant aan kunnen passen aan de eigen

wensen en behoeften 14. Men zal steeds vaker meteen willen worden geholpen op het moment en de plaats dat hen uit komt 15. Digitale mogelijkheden worden pas geaccepteerd wanneer deze bij de identiteit van de desbetreffende persoon

past 2.4 Hoe ziet de SWOT-analyse van de casussen eruit? (“Hoe ziet de SWOT-analyse van de casussen eruit?” is beantwoord door www.verbeterdebuurt.nl als casus te gebruiken. Er is voor dit voorbeeld gekozen omdat dit initiatief gebruik maakt van een bottum-up benadering. Burgers kunnen namelijk ideeën of klachten over hun leefomgeving indienen via Verbeterdebuurt.nl welke terecht komen bij de desbetreffende gemeente. (www.verbeterdebuurt.nl. 2013). Daarnaast heeft Verbeterdebuurt.nl in 2009 the Dutch e-Participatie award gewonnen, welke is gegeven door het Ministerie van Binnenlandse Zaken. (www.verbeterdebuurt.nl. 2013). Ook is er gebruik gemaakt van de SWOT-analyse bij Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl. (www.buitenbeter.nl. 2013. en www.omgevingsalert.nl. 2013). Buitenbeter.nl is een zeer goede casus aangezien Buitenbeter.nl een applicatie is waarmee de burger problemen aan kan geven in een bepaalde gemeente. De gemeente ontvangt deze meldingen die worden gedaan via de applicatie van Buitenbeter.nl en speelt hierop in. Daarbij wordt Buitenbeter.nl al in meer dan 50 verschillende gemeenten toegepast. (www.buitenbeter.nl. 2013). Ook Omgevingsalert.nl biedt mogelijkheden om de omgeving in te zien. Met deze applicatie kan er transparantie worden gegeven aan burgers omtrent vergunningaanvragen en (ver)bouwplannen. Bovendien heeft Omgevingsalert.nl de prijs gewonnen voor beste Applicatie van 2013. Deze prijs is uitgereikt door het Ministerie van Economische zaken. (Nationale App-prijs. 2013). Deze 3 casussen zijn dus gevalideerde voorbeelden welke veel informatie hebben weergegeven ten behoeven van het onderzoek. Op deze 3 casussen is een SWOT-analyse uitgevoerd gebaseerd op de modellen van Kotler. (Kotler, P. 2009). Met deze SWOT-analyse is namelijk nagegaan wat de krachten, zwakten, kansen en bedreigingen zijn, welke zijn gebruikt in het fieldresearch door deze te verwerken tot stellingen. Er is voor een SWOT-analyse gekozen omdat deze het voordeel heeft dat er een balans kan worden gezocht tussen de krachten en zwakten én kansen en bedreigingen. (Homan, S. 2011). Daarbij is er gekozen voor deze casussen aangezien deze op innovatieve wijze mogelijkheden bieden aan de maatschappij waarmee er transparantie en verbetermogelijkheden aan de burger worden aangeboden. Bovendien zijn deze gebruikt aangezien deze middelen op de digitale wereld zijn gebaseerd, wat van belang is voor het onderzoek. De provincie is namelijk op zoek naar een digitaal middel/instrument. De krachten en zwakten zijn opgesteld door samen met studenten van Communicatie Multimedia en Design de casussen Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl te analyseren. (R, Heesakkers, J, Kuilder, en F. van den Ekart, R. Swart. 2013). Het vakgebied van deze personen is gericht op usability, waardoor deze personen een valide bron zijn om deze casussen te analyseren op basis van de krachten en zwakten. (AvansCMD. 2013). Tijdens het analyseren zijn Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl doorgenomen met deze personen, zodat zij wisten wat Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl inhielden en hoe deze werken. Hierna is op basis van de kennis van deze personen de SWOT-analyse uitgevoerd. Hiervoor is gebruik gemaakt van zowel de websites als applicaties van Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl tijdens de analyse welke is gedaan in de deelvragen: “Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl?”, “Hoe werkt Buitenbeter.nl?” en “Hoe werkt Omgevingsalert.nl?”. (Zie: Bijlage Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl?, Bijlage Hoe werkt Buitenbeter.nl? en Bijlage Hoe werkt Omgevingsalert.nl?). De analyse is gedaan in de vorm van een groepsdiscussie. Dit is de ideale manier om conclusies te trekken aangezien men op elkaars standpunten verder kan borduren. (Byttebier, I. 2002). De SWOT-analyse is gericht op het communicatiemiddel van Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl en niet de organisatie er omheen. Dit is gedaan aangezien de opdrachtomschrijving aangeeft dat er een digitaal middel/instrument moet worden ontworpen en niet een digitaal middel/instrument met een organisatie er omheen. Tijdens de uitvoering van de SWOT-analyse zijn dus alleen de krachten en zwakten van het communicatiemiddel van Verbeterdebuurt.nl, Buitenbeter.nl en Omgevingsalert.nl gebruikt om zo tot de juiste bevindingen te komen waarmee het fieldresearch (Q-sort) uitgevoerd is. De gegevens die voort komen uit de SWOT-analyse zijn van groot belang om weer te kunnen geven waar de wensen en behoeften liggen van de weggebruiker omtrent een digitaal middel/instrument waarmee gecocreëerd kan worden met de provincie. En aangezien deze krachten en zwakten uit deze casussen als stellingen hebben gefungeerd tijdens het fieldresearch ofwel Q-sort, is het niet van belang geweest om alleen maar voornaamste krachten en zwakten weer te geven. Het is namelijk de bedoeling van de Q-sort techniek dat er zoveel mogelijk stellingen worden gegeven aan de participant van de Q-sort techniek, aangezien er op deze wijze een zeer gespecificeerd beeld van de wensen en behoeften van de participant kan worden weergegeven. (Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008). Hierdoor zijn de krachten en zwakten

http://www.verbeterdebuurt.nl/





http://www.buitenbeter.nl/

http://www.omgevingsalert.nl/



































allemaal van belang geweest in het onderzoek. (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort).) 2.4.1 Wat is Verbeterdebuurt.nl?

De technical director van Verbeterdebuurt.nl, Stijn van Balen geeft aan dat Verbeterdebuurt.nl een manier is om burgers de leefomgeving te laten verbeteren door elkaars ideeën en/of klachten te ondersteunen. Verbeterdebuurt.nl is een website waarop burgers problemen en ideeën in hun buurt op een digitale landkaart kunnen zetten. (Balen, van S. 2011). Daarbij wordt er door www.verbeterdebuurt.nl vanuit gegaan dat de burgers kritisch kijken naar de overheid. (Twist, van M. 2010). Verbeterdebuurt.nl gaat met de mediatrends mee door een applicatie te ontwikkelen en door als een platform te fungeren waarbij mensen bij elkaar kunnen aansluiten. (http://www.verbeterdebuurt.nl/blog/. www.verbeterdebuurt.nl. 2013). 2.4.2 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus?

Krachten 1. Het gebruik van iconen (punaise, gloeilamp en groene vlag) 2. Het gebruik van een kaart (Google-Maps) 3. De mogelijkheid om een foto toe te voegen binnen de specifieke punaise/gloeilamp/groene vlag 4. De mogelijkheid om binnen de specifieke punaise/gloeilamp/groene vlag te kunnen communiceren met de

stakeholders 5. Men kan de oplossing voor het probleem/idee beoordelen op het feit of deze goed is uitgevoerd en kan hier

eventueel nog tips bij toevoegen Zwakten 1. Men moet zich registreren om gebruik te maken van Verbeterdebuurt.nl 2. Er zijn geen multimedia mogelijkheden geïntegreerd zoals Google (afbeeldingen, internet, Streetview) en Youtube 3. Er kan geen projectgroep worden opgesteld 4. Er is geen universeel middel voor zowel de burger als gemeente 5. Er is geen mogelijkheid binnen de specifieke punaise/gloeilamp om problemen/ideeën uit te tekenen of te

visualiseren

2.4.3 Wat is Buitenbeter.nl? Buitenbeter.nl is een soortgelijk initiatief als Verbeterdebuurt.nl. Buitenbeter.nl maakt ook gebruik van een applicatie voor de smartphone/tablet. (www.buitenbeter.nl. 2013). Buitenbeter.nl biedt de mogelijkheid voor inwoners van gemeenten om problemen aan te geven aan de desbetreffende gemeente. (Eindhoven.nl. z.d.). Buitenbeter.nl wordt al gebruikt door meer dan 50 gemeenten en er komen meer dan 150 problemen per week binnen via de applicatie bij de gemeenten, het middel kent dan ook een stijging in het gebruik. (www.buitenbeter.nl. 2013). 2.4.4 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus?

Krachten 1. Er kan een foto worden verzonden 2. De locatie kan worden weergegeven (GPS) 3. De burger krijgt informatie over hoe het probleem wordt opgelost en binnen welk termijn dit zal gebeuren 4. De mogelijkheid om het probleem te volgen 5. Het is een mobiele applicatie voor overal en altijd gebruik (beschikbaar voor alle besturingssystemen) Zwakten 1. Men kan niet over een probleem convergeren 2. Er zijn geen multimedia mogelijkheden geïntegreerd zoals Google en Youtube 3. Men moet de NAW-gegevens opgeven om Buitenbeter.nl te gebruiken 4. Andere problemen kunnen niet worden gezien die zijn gemeld door andere burgers 5. Er is geen integratie met social media 2.4.5 Wat is Omgevingsalert.nl?

Omgevingsalert.nl is een applicatie waarmee burgers in een bepaalde omgeving kunnen zien welke vergunningen zijn aangevraagd en wat de (ver)bouwplannen zijn. (www.omgevingsalert.nl. 2013). Omgevingsalert.nl wordt gebruikt door 200 lokale overheden, waarvan er 10 continu samen werken met Omgevingsalert.nl. (Rasch, C. 2013. en www.omgevingsalert.nl 2013). Daarbij maakt Omgevingsalert.nl ook gebruik van een applicatie voor de smartphone/tablet. Bovendien heeft Omgevingsalert.nl de prijs gewonnen voor beste Applicatie van 2013. Deze prijs is uitgereikt door het Ministerie van Economische zaken. (Nationale App-prijs. 2013). 2.4.6 Wat zijn de kansrichtingen ofwel krachten en zwakten die voortkomen uit de casus?

Krachten 1. Er kan bepaald worden in welke omgeving de vergunningen/(ver)bouwaanvragen kunnen worden gezien 2. Men kan de betreffende documenten inzien via een hyperlink 3. Er wordt gebruik gemaakt van Google Streetview 4. Men krijgt een update van veranderingen in een bepaalde opgegeven omgeving 5. Men kan een vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag volgen 6. Er is een integratie met social media Zwakten 1. Men kan er alleen gebruik van maken via een smartphone/tablet en geen vaste computer







http://www.verbeterdebuurt.nl/blog/





















2. Men kan niet via de applicatie bezwaar tekenen ofwel discussiëren over een vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag

3. Men kan zelf geen reacties plaatsen op de desbetreffende vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag om zo meer informatie van de “verbouwer” in te winnen

4. De (ver)bouwtekeningen worden niet direct getoond op het desbetreffende pinnetje 5. Er staat geen planning bij het bouwproces waardoor men niet weet wanneer er wat gaat gebeuren en eventueel

overlast kunnen verwachten 2.5 Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de

provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort) (“Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)” is beantwoord door gebruik te maken van de gegevens die zijn voortgekomen uit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en de SWOT-analyse welke gevormd zijn tot stellingen (Zie: Bijlage Conclusie SWOT-analyse, en zie: Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse). Deze stellingen zijn gebaseerd op de kansen, bedreigingen, krachten en zwakten welke uit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en 3 casussen komen. De Q-sort techniek is een ideale techniek om met weinig respondenten een gedegen kwalitatief onderzoek uit te voeren. (Brown, S.R. 1980. en Block, J. 2008. en Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008 en Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009). Kwalitatief onderzoek in deze fase in het onderzoek is van belang om meningen naar voren te krijgen met betrekking tot het digitale middel/instrument. Kwalitatief onderzoek is ideaal aangezien het erop is gericht om de diepgewortelde meningen naar boven te krijgen. (Everaert, H. & Peet, van. A. 2006. en Broekhoff, M.A. 2007). De Q-sort techniek geeft na uitvoering een weergave van de stellingen welke van belang zijn voor de participant of in dit geval de weggebruiker. (Boer, D. d. 1994). Na de uitvoering zijn de voornaamste stellingen ofwel wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument blootgelegd. (Wolsink, M. & Breukers, S. 2010). McKeown en Thomas geven aan dat de participant alle vrijheid krijgt om zijn of haar mening t.o.v. de stellingen en het Q-sort onderzoek te ventileren. Dit is van belang aangezien op deze wijze de participant precies aan kan geven hoe hij of zij de vraag of probleemstelling ziet. (McKeown B. & Thomas D. 1988). En ondanks de kritiek welke is gebaseerd op het verdelen van de stellingen die er voor zorgen dat de participant geforceerd mee doet aan een onderzoek, is er toch voldoende plaats voor de individuele mening van de participant. (Watts, S. & Stenner, P. 2012). De participant beslist zelf welke stelling hij of zij van betekenis vindt omtrent dit onderzoek. (Brown, S.R. 1980). De Q-sort techniek is uitgevoerd door 10 personen welke woonachtig zijn in Noord-Brabant en voorzien zijn van zowel een rijbewijs als auto. (E. Swart, A. Sweegers, W. de Jong, R. de Jong, B. Sibsten. 2013, R. van de Westelaken, R. van de Westelaken, N. Devlaeminck. 2013, R. van de Putten, H. Huijsmans. 2013). Hierdoor vallen deze personen binnen de doelgroep. 4 tot 5 participanten zijn voldoende om een valide onderzoek op basis van de Q-sort techniek uit te voeren. (Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008). (Zie voor het proces van uitvoering van het fieldresearch: Bijlage Uitwerking Q-sort.). De Q-sort is gebaseerd op het model van S. Jedeloo en A van Sta. (Jedeloo, S. & Staa, van A. Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009). De onderstaande resultaten komen voort uit de resultaten welke uit de bijlage: Bijlage Uitwerking Q-sort, Bijlage Resultaten Q-sort, Bijlage Negatieve resultaten, Bijlage Positieve resultaten, voortkomen. Deze resultaten bestaan uit de meest ongewenste en gewenste stellingen. (-5, -4 en -3 én 3, 4 en 5). Zie hiervoor onderstaand model. (Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009).)

2.5.1 Resultaten Q-sort Er is voor deze vorm van kwalitatief onderzoek gekozen omdat deze vorm van kwalitatief onderzoek, de Q-sort techniek, inzichten geeft in de wensen en behoeften van de participant ofwel weggebruiker omtrent het digitale middel/instrument. (Block, J. 2008. en Peet, van A. 2007). Deze uitkomsten zullen worden meegenomen in de volgende fase, fase Ontwikkelen.

De 10 participanten van de Q-sort hebben ieder 47 stellingen op volgorde naar interesse geplaatst. Om tot deze stellingen te komen zijn de meest relevante gegevens uit de kansen, bedreigingen, krachten en zwakten gebruikt. De resultaten bestaan uit de stellingen waar het meeste eens was en de resultaten waar het minste mee eens was. De stellingen waar de participant het meeste mee eens was (3, 4, 5) zullen worden meegenomen in de fase Ontwikkelen aangezien dit de wensen en behoeften zijn van de weggebruiker omtrent een digitaal middel/instrument. De stellingen waar de participant het minste mee eens was (-5, -4, -3) zullen worden vermeden in het ontwikkelen van een concept. De overige stellingen zijn van onvoldoende toegevoegde waarde, aangezien deze volgens de participanten van minder belang zijn. (Zie voor volledige resultaten Q-sort: Bijlage Uitwerking Q-sort, Bijlage Resultaten Q-sort, Bijlage Negatieve resultaten, Bijlage Positieve resultaten). In de weergave hieronder zijn de negatieve- en positieve resultaten met een frequentie van 4 of hoger aangegeven, welke dus worden meegenomen in de fase Ontwikkelen.

2.5.1.1 Negatieve resultaten (-5, -4 en -3) (Zie voor scores overige stellingen: Bijlage Negatieve resultaten). (Zie stellingnummers: Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse). Uit de negatieve resultaten, ofwel -5, -4 en -3 komen de volgende stellingen naar voren welke een verband weergeven tussen de participanten:

Nee Ja -5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z aa ab ac ad ae af ag ah ai aj ak al am an ao ap aq ar as at au


1. Ik vind het belangrijk om een bepaalde omgeving af te kunnen bakenen zodat ik in deze omgeving kan zien wat er gaande is (Stelling # 10).

2. Ik vind het belangrijk dat het digitale middel/instrument verbonden kan worden met social media (Facebook, Twitter etc.) (Stelling # 14).

3. Ik vind het belangrijk dat ik een projectgroep op kan stellen omtrent een specifiek probleem en/of idee (Stelling # 16).

4. Ik vind het belangrijk dat ik me moet registreren en dus mijn persoonlijke gegevens moet opgeven voordat ik gebruik maak van een dergelijk digitaal middel/instrument (Stelling # 20).

5. Ik vind het belangrijk dat ik belangrijke documenten kan inzien zoals bouwtekeningen die te maken hebben met de oplossing/uitvoering van een specifiek probleem en/of idee (Stelling # 23).

6. Ik vind het belangrijk dat ik mijn digitale apparaten met elkaar kan verbinden (Stelling # 34). 7. Ik vind het milieu van minder groot belang dan bijvoorbeeld de financiële toestand van Nederland (Stelling #40). 8. Ik vind het belangrijk dat ik me nog alleen met mijn social media account (zoals Facebook) kan registreren als ik

gebruik wil maken van een dergelijk digitaal middel/instrument (Stelling # 42). 9. Ik vind het belangrijk dat een digitaal middel/instrument bij mijn individuele identiteit past waardoor ik het eerder

wil gaan gebruiken (Stelling # 47).

2.5.1.2 Positieve resultaten (3, 4 en 5) (Zie voor scores overige stellingen: Bijlage Positieve resultaten). (Zie stellingnummers: Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse). Uit de positieve resultaten, ofwel 3, 4 en 5 komen de volgende stellingen naar voren welke een verband weergeven tussen de participanten: 1. Ik vind het belangrijk om foto’s toe te voegen omtrent een specifiek probleem en/of idee (Stelling # 3). 2. Ik vind het belangrijk om een locatie van een oplossing en/of idee weer te geven (Stelling # 6). 3. Ik vind het belangrijk om informatie te ontvangen over hoe een probleem en/of idee wordt opgelost en binnen

welk termijn dit gebeurt (Stelling # 7). 4. Ik vind het belangrijk om met mijn smartphone/tablet gebruik te maken van een digitaal

communicatiemiddel/instrument (Stelling # 9). 5. Ik vind het belangrijk om problemen en/of ideeën uit te kunnen tekenen of te visualiseren (Stelling # 18). 6. Ik vind het belangrijk om met de provincie Noord-Brabant samen te werken om gezamenlijk ideeën te

ontwikkelen/problemen op te lossen, zodat de provincie wordt verbeterd (Stelling # 27). 7. Ik zal steeds meer gebruik maken van applicaties voor mijn smartphone/tablet (Stelling # 29). 8. Ik vind het belangrijk dat de overheid steeds meer samen wil werken om problemen op te lossen en/of ideeën te

ontwikkelen om de maatschappij te verbeteren (Stelling # 30). 9. Ik vind het belangrijk dat ik overal en altijd gebruik kan maken van alle digitale mogelijkheden (Stelling # 33). 2.6 Kansrichtingen (“Kansrichtingen” is beantwoord door de resultaten welke voort komen uit het fieldresearch tegenover de gegevens van DESTEP en trends en ontwikkelingen te leggen. Het analyseren van verbanden is gedaan door na te gaan welk resultaat uit het fieldresearch raakvlakken heeft met welke gegevens uit het deskresearch. (Zie voor de verbanden en tabellen: Bijlage Conclusies en verbanden). Deze gegevens zijn op grond van de resultaten uit het deskresearch en fieldresearch ontwikkeld. Hierbij is er een verschil gemaakt in “must haves” en “optionals”. Dit is gedaan aangezien de “must haves” bestaan uit positieve resultaten uit het fieldresearch welke worden bevestigd door het deskresearch. Dit betekent dat deze van groot belang zijn in het digtale middel/instrument. Daarnaast zijn de “optionals” opgezet, aangezien deze gegevens welke voortkomen uit het deskresearch en fieldresearch elkaar tegenspreken. Om het risico niet te lopen dat het digitale middel/instrument te kort zal doen, is er voor gekozen om deze “optionals” als vrijblijvende mogelijkheid mee te gaan nemen binnen het digitale middel/instrument.) Uit zowel de fase Vertrekken als Ontdekken komt naar voren dat een digitaal middel/instrument de vraag naar een cocreatie tussen provincie en weggebruiker kan dichten. Uit de fase Vertrekken blijkt dat de provincie een duidelijke vraag heeft naar een nieuwe manier van samenwerken tussen provincie en weggebruiker. Daarbij biedt de huidige aanpak veel ruimte, er wordt tot op heden met relatief traditionele middelen samengewerkt met belanghebbenden omtrent de provinciale wegen. En dit geldt niet alleen voor de provincie, ook blijkt dat de weggebruiker en de maatschappij zelf behoefte heeft naar een interactieve relatie met de overheid. Bovendien geven alle resultaten weer uit zowel de DESTEP, als trends en ontwikkelingen, casussen en Q-sort dat een digitaal mobiel middel/instrument een goede invalshoek is om voor de provincie een middel/instrument te ontwikkelen. Uit de tabellen, verbanden en conclusies zijn richtingen ofwel eisen opgehaald waar de ontwikkeling van het digitale middel/instrument aan moet voldoen om zowel op de wensen en behoeften als trends en ontwikkelingen in te spelen. (Zie: Bijlage Conclusies en verbanden). Hieronder zijn deze eisen weergegeven welke zullen worden meegenomen in de fase Ontwikkelen. Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; (“Must Haves”, aangezien deze bestaan uit de positieve wensen en behoeften welke voortkomen uit zowel het desk- als fieldresearch): - waarmee foto’s kunnen worden gemaakt en worden toegevoegd van problemen en/of ideeën zodat deze duidelijk

naar voren komen - waarmee een locatie van een probleem/idee kan worden opgegeven op eventueel een kaart - welke informatie geeft over hoe een probleem/idee wordt opgelost/uitgevoerd en binnen welk termijn dit gebeurt - welke te gebruiken is op smartphones/tablets - welke overal en altijd te gebruiken is


- waar problemen/ideeën mee kunnen worden uitgetekend of kunnen worden gevisualiseerd zodat men informatie kan creëren of kan beïnvloeden

- welke eventueel is gebaseerd op een applicatie voor smartphones/tablets - en welke logischerwijs, zo blijkt uit het field- en deskresearch, samenwerkingsmogelijkheden biedt tussen de

provincie en weggebruikers waarbij problemen en/of ideeën kunnen worden verholpen/uitgevoerd (Zie: Bijlage Conclusies en verbanden Tabel 1). Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; (“Optionals”, aangezien deze bestaan uit de negatieve wensen en behoeften en zijn vervormd zodat zij zowel op de wensen en behoeften van de weggebruikers- als de ontwikkelingen uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen inspelen.): - waar men mogelijkheid heeft om te zien wat in geheel Noord-Brabant afspeelt omtrent de provinciale wegen - waar men vrijblijvend een koppeling kan maken met social media. Wanneer dit niet gedaan wordt door de

gebruiker, ontstaan er geen beperkingen en blijven dezelfde mogelijkheden aanwezig - waarmee geen projectgroepen voor nodig zijn of de mogelijkheid hiervoor wordt aangeboden - waarmee de weggebruiker zich niet hoeft te registreren om het te gebruiken. Het moet dus een vrijblijvend

middel/instrument zijn - waarmee er vrijblijvend de mogelijkheid is om belangrijke documenten te kunnen raadplegen omtrent specifieke

problemen/ideeën - waarmee vrijblijvend een verbinding kan worden gemaakt met andere digitale apparaten - waarmee ook de aan provinciale wegen relevante milieu- aspecten kunnen worden beïnvloed - waarmee het niet nodig is, wanneer men het digitale middel/instrument wil gebruiken, om zich te registreren met

het social media- account - welke op basisniveau te personaliseren is (Zie: Bijlage Conclusies en verbanden Tabel 2).


3 Ontwikkelen

De fase Ontwikkelen staat in het teken van creativiteit en conceptontwikkeling. Het is in deze fase de bedoeling om alle opgedane kennis in de fases Vertrekken en Ontdekken toe te passen en te gebruiken, om hiermee een concept te ontwikkelen welke antwoord geeft op de hoofdvraag. (Wulfen, van G. 2009). (“Ontwikkelen” is beantwoord door de kansrichtingen ofwel “Must Haves” en “Optionals” uit de fase Ontdekken en de succescriteria uit de fase Vertrekken te verwerken in een brainstorm. Tijdens de brainstorm zijn deze punten als randvoorwaarden aan de deelnemers toevertrouwd waarvan zij niet mochten afwijken. De brainstorm is uitgevoerd met R. Mathijssen, R. Swart, P. Vis en M. Verberkt. R. Mathijssen, R. Swart, P. Vis, M. Verberkt. 2013. Deze personen komen uit verschillende hoeken. R. Mathijssen studeert HBO civiele techniek, R. Swart en M. Verberkt volgen de opleiding Communicatie Multimedia en Design en P. Vis volgt de opleiding Advanced Business Creation. Tevens zijn allen in het bezit van een rijbewijs, auto en woonachtig in Noord-Brabant waardoor zij ook binnen de doelgroep vallen. De brainstorm is gebaseerd op basis van de tips en richtlijnen van het boek Creativiteit Hoe?Zo!. (Byttebier, I. 2002). (Zie voor het draaiboek: Bijlage Brainstorm). De brainstorm heeft bestaan uit de volgende technieken: Toevalstreffers, Directe analogie en de Superheld. (Byttebier, I. 2002). Er is voor deze technieken gekozen, aangezien deze de mogelijkheid bieden om binnen een kort tijdsbestek veel creatieve ideeën te ontwikkelen. Daarbij bieden deze technieken veel vrijheid in het “creatieve denken”, waardoor er geen belemmeringen in de creativiteit ontstaan. Naast het draaiboek is er gebruik gemaakt van een presentatie welke de participanten houvast hebben gegeven tijdens de brainstorm. (Zie de link: http://prezi.com/ucebtxnu-rzn/untitled-prezi/?kw=view-ucebtxnu-rzn&rc=ref-11267641). Het uiteindelijke product is uitgewerkt op tekstuele basis en visuele basis. Een visualisatie ofwel een infographic geeft namelijk meer informatie dan een groot verhaal. (Byttebier, I. 2002. en Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en Wulfen, van G. 2009). Hierdoor komt het verhaal van het eindproduct duidelijker naar voren. Daarbij speelt de visualisatie in op de succescriteria welke aangeeft dat er een visualisatie van het concept moet worden geleverd aan de provincie. De invulling van de fase Ontwikkelen is gedaan door gebruik te maken van het model van Jacobs, D. & Snijders Innovatieroutine: hoe managers herhaalde innovatie kunnen stimuleren. Dit model geeft namelijk aan hoe er ideeën worden ontwikkeld en geleidelijk afvallen door selectie. Met dit model kan het beste idee worden geselecteerd om deze definitief uit te werken in de fase Reflecteren en Terugkeren. Dit model is gebaseerd op de praktijk, waardoor de validiteit al is bewezen. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008).) 3.1 Generatie van verschillende innovatieve ideeën. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). De brainstorm heeft bestaan uit 3 divergerende brainstormtechnieken, namelijk: Toevalstreffers, Directe analogie en de Superheld. (Byttebier, I. 2002). Deze 3 technieken zijn uitgevoerd door 4 participanten welke uit verschillende studierichtingen komen. (R. Mathijssen, R. Swart, P. Vis, M. Verberkt. 2013). De diversiteit aan specialismen heeft voor verschillende ‘views’ gezorgd tijdens de brainstorm, waardoor er creatief- brede ideeën naar voren zijn gekomen. De participanten hebben gezamenlijk 10 relevante ideeën ontwikkeld. (Zie voor de 10 ideeën: Bijlage 10 ideeën Generatie van verschillende ideeën. Jacobs, D. & Snijders, H. 2008.).

3.2 Ideeën selectie. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). Voor het selecteren van het beste idee is de COCD-box gebruikt. (Byttebier, I. 2002). Dit model biedt de mogelijkheid om op simpele wijze ideeën te filteren waar uiteindelijk uit kan blijken wat het beste idee is van alle ideeën. Er is gezamenlijk, met de participanten van de brainstorm, de COCD-box ingevuld. Dit is gedaan zodat alle verschillende vaardigheden van de participanten de ideeën hebben kunnen beoordelen, waardoor verschillende kennisvaardigheden met elkaar hebben kunnen besluiten over de kwaliteit van het idee. Na het invullen van de COCD-box is gezamenlijk het beste “rode” idee uitgekozen en gezamenlijk uitgewerkt tot 1 concreet en goed concept. Dankzij het gezamenlijk invullen is er de mogelijkheid geboden om een compleet digitaal middel/intrument te ontwikkelen voor de provincie Noord-Brabant. (Zie voor overige gekozen “rode” ideeën: Bijlage “Rode” ideeën). (Zie: COCD-box hiernaast). Zie hieronder het beste “rode” idee:

- “Een applicatie welke direct wordt gestart wanneer de smartphone meet via GPS dat de snelheid meer dan 30 kilometer bedraagt (dus wanneer de smartphone bijvoorbeeld in een auto zit). Waarmee op simpele wijze via een grote knop op het beeldscherm foto’s kunnen worden gemaakt wanneer de weggebruiker onderhoudsproblemen ziet.” Dit is tevens ook het gekozen en uitgewerkte idee. 3.3 Realisatiefase ofwel de uitwerkingsfase (Concept 1.0). (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). De realisatie van het digitale middel/instrument is gebaseerd op de “Must Haves” en “Optionals” welke voortkomen uit het diepte onderzoek en succescriteria welke op zijn gesteld door de provincie Noord-Brabant. (Zie: fase Ontdekken Kansrichtingen en fase Vertrekken Succescriteria). Alle criteria uit zowel de “Must Haves” en “Optionals” én succescriteria zijn meegenomen in het digitale middel/intrument door deze als randvoorwaarden tijdens de ontwikkeling te gebruiken. Hierdoor is op alle eisen vanuit de weggebruiker en op de belangrijke overige gegevens (“Optionals”) ingespeeld, en tevens dus ook op de eisen die gesteld zijn vanuit de provincie. Daarbij is het concept gezamenlijk met de brainstorm groep ontwikkeld. (R. Matthijssen, R. Swart, P. Vis, M. Verberkt. 2013). Hieronder is zowel een tekstuele als visuele variant van het digitale middel/instrument te vinden. Er is een visualisatie gemaakt aangezien een visualisatie meer informatie geeft dan een groot verhaal. Daarbij is de visualisatie van belang aangezien dit ook een criteria is welke is opgesteld door het onderzoek zelf. (Byttebier, I. 2002. en Pigneur, Y. &

http://prezi.com/ucebtxnu-rzn/untitled-prezi/?kw=view-ucebtxnu-rzn&rc=ref-11267641

http://prezi.com/ucebtxnu-rzn/untitled-prezi/?kw=view-ucebtxnu-rzn&rc=ref-11267641


Osterwalder, A. 2010. en Wulfen, van G. 2009). (Zie voor volledige tekstuele variant van het concept: Bijlage Concept 1.0 tekstueel). (Deze naam “Brabantwegen App” is gekozen ten behoeve van het concept maar is niet gedeponeerd. Dit i.v.m. de keuzevrijheid die hiermee wordt gegeven aan de provincie Noord-Brabant, waardoor de provincie een eigen naam kan toekennen aan deze applicatie.) Het concept Het concept dat uit de brainstorm is gekomen bestaat uit een applicatie voor smartphones en tablets. Met deze applicatie kan de weggebruiker meldingen doen van problemen en ideeën omtrent de provinciale wegen. Wanneer de weggebruiker de applicatie tot haar beschikking heeft, en zich met een snelheid van 30 km/h of meer bevindt op een provinciale weg, komen er 2 knoppen in beeld van de smartphone/tablet. De 1e knop is er voor om memo’s van niet meer dan 15 seconden te maken. De 2e knop is er voor om een foto te maken. Beiden worden gebruikt om problemen of ideeën op te slaan in de applicatie. Wanneer de knoppen worden ingedrukt, wordt de locatie van het probleem/idee bevestigd. Na verloop van tijd krijgt de weggebruiker een notificatie binnen van de gemaakte memo en/of foto. Als hier op wordt gedrukt, ziet de weggebruiker de kaart van Noord-Brabant met icoontjes van een microfoon (van de memo) en/of van een fototoestel. Als hier op wordt gedrukt kan de weggebruiker deze terug zien/luisteren. Daarbij kan het probleem/idee worden ingevuld door een titel, categorie en beschrijving op te geven. Daarnaast kan de weggebruiker via Google Maps op kaarten en/of sattelietbeelden tekenen, zodat het probleem/idee kan worden gevisualiseerd. Daarbij heeft de weggebruiker de mogelijkheid om dit gemelde probleem/idee te delen via social media (Facebook en Twitter). Ook kan de weggebruiker er voor kiezen om push-berichten te ontvangen. Wanneer dit niet wordt gedaan wordt het probleem/idee geplaatst op de kaart binnen de applicatie en verzonden naar de provincie, zonder dat de weggebruiker een interactie kan aangaan met de provincie Noord-Brabant om dit probleem/idee te verwerken. Wanneer dit wel wordt gedaan, kan de weggebruiker individueel en samen met de provincie Noord-Brabant dit probleem/idee oplossen. Dit doordat er een chatfunctie bij zit, er gegevens kunnen worden gedeeld en visualisaties kunnen worden gemaakt. Als er een interactie wordt aangegaan veranderen de iconen van “microfoon” en “fototoestel” in een “gloeilamp” zodat de melding herkenbaar blijft voor de melder. De provincie Noord-Brabant ontvangt zowel meldingen van problemen/ideeën waarbij wel of geen push-berichten willen worden ontvangen door de weggebruikers. Hierdoor behoudt de provincie het overzicht van wat er met betrekking tot provinciale wegen afspeelt en kan zij inspelen op de wensen en behoeften van de weggebruikers welke wél push-berichten willen ontvangen. En om ook voor weggebruikers, welke niet in het bezit zijn van een smartphone/tablet de mogelijkheden toegankelijk te laten zijn, komen dezelfde mogelijkheden als extentie op de website van de provincie Noord-Brabant, www.brabant.nl. Hierdoor kan iedere weggebruiker en dus de gehele doelgroep van de provincie haar wensen en behoeften verwerken door middel van cocreatie in samenwerking met de provincie Noord-Brabant. 3.3.1 Infographic eindproduct

Een visualisatie ofwel een infographic geeft op een overzichtelijke manier een overzicht van het eindproduct. Het overzicht dat een visualisatie ofwel infographic mogelijk maakt is groter dan lappen tekst. (Byttebier, I. 2002. en Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en Wulfen, van G. 2009). Hierdoor wordt de inhoud van het eindproduct makkelijker vertaald voor de provincie Noord-Brabant en speelt deze in op de criteria die is gesteld in de fase Vertrekken (Zie: fase Vertrekken Succescriteria). Daarom hieronder een infographic van het eindproduct. (Zie voor de volledige infographic: Bijlage Concept 1.0). (Voor het gemak in is de applicatie benoemd als “Brabantwegen App”.).

Visualisatie applicatie extentie website provincie Noord-Brabant www.brabant.nl



Visualisatie applicatie voor smartphone/tablet

Visualisatie applicatie vanuit provincie Noord-Brabant 3.4 Kansrichtingen Het concept ofwel concept 1.0 is het resultaat van het deskresearch, fieldresearch en concept ontwikkeling. Dit concept is gebaseerd op de gegevens welke uit voorgaande fases voortkomen, waardoor het concept op basis van de kansrichtingingen van Vertrekken en Ontdekken is ontwikkeld. Concept 1.0 speelt op de verwachtingen van de provincie Noord-

Brabant in, wat inhoudt dat het concept al zodanig is dat het een realiseerbaar en acceptabel idee is voor de provincie Noord-Brabant, zo blijkt uit de persoonlijke mededeling van H. van Zandvoort. (H. van Zandvoort. 2013). Het concept zal worden meegenomen in de fase Reflecteren. In deze fase zal het resultaat worden getoetst door zowel de eindgebruikers als de provincie Noord-Brabant zelf door intern het concept voor te leggen en dit te gaan evalueren. Het toetsen van de weggebruikers zal worden gedaan door middel van een focusgroep en het toetsen binnen de provincie zal worden gedaan door de expertise binnen de provincie Noord-Brabant te raadplegen. Op deze manier kan concept 2.0 in de fase Reflecteren worden ontwikkeld waarmee het tegelijkertijd de aanbeveling zal zijn voor de provincie Noord-Brabant.


4 Reflecteren

Binnen de fase Reflecteren is het de bedoeling dat het concept uit fase Ontwikkelen wordt getest bij zowel de doelgroep als de organisatie zelf. Dit is van groot belang om het concept bij te schaven en te perfectioneren, zodat er op basis van het hernieuwde concept een aanbeveling en implementatieplan kan worden opgesteld. (Wulfen, van G. 2009). 4.1 Testen van het digitale middel/instrument. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). (“Testen van het digitale middel/instrument. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2009).” is beantwoord door een focusgroep te houden met de toekomstige eindgebruikers van het concept, ofwel de weggebruikers welke allemaal in het bezit waren van een rijbewijs en auto, en woonachtig waren in Noord-Brabant. Hierdoor vielen alle participanten binnen de doelgroep van de provincie. De focusgroep werd mede gefaciliteerd door R. Swart. (R. Swart. 2013). Dit is gedaan aangezien R. Swart veel kennis heeft van applicatieontwikkeling. Hij heeft Mediavormgeving met uitstroom Art & Desing gestuurd en is tot op heden student bij Communicatie Multimedia en Design. Beide studies zijn onder andere op de usability van digitale toepassingen gericht. Daarbij heeft hij deel gemaakt van het tv-programma Xperience om hier zijn kennis van digitale toepassingen te testen en heeft hij internationale opdrachten uitgevoerd. Met dit portfolio was hij een goede co-facilitator tijdens de focusgroep waarmee niet alleen algemene kennis naar voren is gekomen, maar ook specifieke voor het onderzoek belangrijke kennis, waarmee de validiteit van de focusgroep is vergroot. Op deze wijze is het resultaat uit de fase Ontwikkeling volledig getest door zowel een expert als de doelgroep. Dit is van belang om te kunnen toetsen waar het concept nog bijgeschaafd moet worden. Deze focusgroep is gebaseerd op het vervolg van het model van Innovatieroutine (Zie: fase Ontwikkelen). (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). Dit model geeft weer dat in dit stadium van innovatieontwikkeling het van belang is om dit te gaan testen bij de doelgroep. Het is tevens de laatste fase die zal worden toegepast uit dit model. Er is hiervoor gekozen omdat het er hierna om gaat om een routinematig systeem op te kunnen zetten. Dit is in deze scriptie irrelevant voor de provincie, en het onderzoek zal worden voortgezet op basis van alleen de VOORT-methode. Er is voor een focusgroep gekozen aangezien deze methode wordt gebruikt om participanten te laten voortvloeien op elkaars ideeën waardoor de kwaliteit van de ideeën wordt vergroot. (Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). De focusgroep is gebaseerd op “Kwalitatief conceptonderzoek” van Wulfen, van G. (Wulfen, van G. 2009). Er is een focusgroep gebruikt aangezien deze vorm ideaal is om mensen te laten discussiëren over producten in ontwikkeling. Er kan namelijk in een kort termijn een grote hoeveelheid informatie worden geworven. (Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). De focusgroep heeft uit 8 personen bestaan. (S. Sweegers, M. Sweegers, P. Urban-Swart, T. Urban-Swart, M. Scheefhals, L. Haland, Y. Cohen, L. Cohen. 2013). Dit aantal is voldoende om kwalitatief valide informatie teweeg te brengen. (Mandemakers, M. & Meier, U. 2007). Voor de focusgroep is er gebruik gemaakt van “Kwalitatief conceptonderzoek”. (Wulfen, van G. 2009). Deze structuur is specifiek ontwikkeld door Wulfen, van G. om een concept te testen en geeft namelijk een duidelijke structuur van vragen welke bedoeld zijn om een productconcept te testen. (Zie: Bijlage Focusgroep; voor het draaiboek van de focusgroep. Zie voor presentatie voor focusgroep: http://prezi.com/9rc6bmmdcpzj/untitled-prezi/?kw=view-9rc6bmmdcpzj&rc=ref-11267641. Zie voor volledige resultaten focusgroep: Bijlage Uitwerking focusgroep). Als stimilu voor de focusgroep is de infograpgic uit de fase Ontwikkelen gebruikt. Naast de focusgroep zijn er open interviews gehouden met het interne bureauhoofd van Verkeers Beheer Hans Goossens. (H. Goossens. 2013). en met de Strategisch Omgevingsmanager van de Bouwbureaus Mark van den Hoven. (M. van den Hoven. 2013. Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). De onderwerpen zijn samengesteld uit relevante onderwerpen van “Kwalitatief conceptonderzoek” uit het boek Nieuwe producten bedenken. (Wulfen, van G. 2009). (Zie: Bijlage Interview ; voor de gehouden interviews, en zie voor volledige conclusies interviews: Bijlage Conclusie interviews). En buiten deze interviews zijn er ook persoonlijke gesprekken gevoerd met het Management Team Hetty Teljoarubun en Solette Pennings, de project ingenieur Satish Kalloe en de specialist CAD Jos van Herkhuizen. (H. Teljoarubun, S. Pennings, S. Kalloe, J. van Herkhuizen. 2013). De persoonlijke gesprekken zijn ontstaan door gesprekken aan te gaan welke niet vooraf waren ingepland en gestructureerd. Dit is dan ook de reden dat hier samenvattingen zonder structuur van zijn opgezet. (Zie: Bijlage Persoonlijke gesprekken; voor de verslaglegging van de persoonlijke gesprekken met desbetreffenden). Ook de interviews en persoonlijke gesprekken vielen onder het “testen” van het model van Innovatieroutine. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2009). De resultaten uit de focusgroep, interviews en persoonlijke gesprekken zijn in één samenvatting en conclusie geschreven aangezien de resultaten elkaar overlapten. Hierdoor is er een duidelijk overzicht ontstaan van de resultaten. Om de kwaliteit te waarborgen van het reflecteren binnen de fase Reflecteren is er gebruik gemaakt van verschillende kwalitatieve onderzoeksmethoden en is er op verschillende wijze het concept geëvalueerd. Dit is van belang om de betrouwbaarheid van deze fase te kunnen vergroten. (Zwieten, van M. & Willems, D. 2004). Uiteindelijk zijn er verbeteringen naar voren gekomen tijdens het testen van concept 1.0, waarna deze zijn verwerkt tot concept 2.0 en is gevisualiseerd zoals de doelstelling heeft aangegeven. Een visualisatie geeft namelijk meer informatie dan een tekstueel verhaal. (Byttebier, I. 2002. en Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en Wulfen, van G. 2009).) 4.1.1 Focusgroep

Om het concept van het digitale middel/instrument te testen is er een focusgroep gehouden waarbij het doel was om het digitale middel/instrument te perfectioneren op basis van de wensen en behoeften van de weggebruiker. Deze focusgroep is gebaseerd op het vervolg van het model van Innovatieroutine (Zie: fase Ontwikkelen). (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). De focusgroep heeft uit 8 personen bestaan. (S. Sweegers, M. Sweegers, P. Urban-Swart, T. Urban-Swart, M. Scheefhals, L. Haland, Y. Cohen, R. Swart. 2013). Daarbij is R. Swart co-facilitator geweest aangezien zijn expertise van groot belang was om de validiteit van de focusgroep te garanderen. De resultaten zijn in onderstaande conclusies verwerkt waarmee de meningen vanuit de participanten van de focusgroep zijn geüniformeerd,

http://prezi.com/9rc6bmmdcpzj/untitled-prezi/?kw=view-9rc6bmmdcpzj&rc=ref-11267641


waardoor er een overzicht is ontstaan van de resultaten. Dit is gedaan door gezamenlijk met de participanten een conclusie te ontwikkelen welke als leidraad is meegenomen tijdens het ontwikkelen van het definitieve digitale middel/instrument. (Zie voor volledige resultaten focusgroep: Bijlage Uitwerking focusgroep).

4.1.1.1 Welke stappen moeten nog worden ondergaan om het te perfectioneren? 1. De resultaten uit de focusgroep zijn positief. Het feit dat er door middel van een applicatie een interactieve relatie op wordt gezet om de weggebruiker te betrekken bij het beleid van het onderhoud van de wegen is een zeer goede oplossing op dit vraagstuk. Er zijn maar twee punten expliciet naar voren gekomen uit de focusgroep die de participanten anders zouden willen zien in het digitale middel/instrument. Binnen het concept moet veranderd worden dat er incentives ofwel beloningen worden toegekend aan weggebruikers die een nadrukkelijk probleem/idee hebben aangegeven en uitgewerkt. Dit moet in de vorm van een straattegel of straatnaambord met de naam van de desbetreffende “melder” erop, welke op locatie wordt geplaatst van het (grote) probleem/idee dat is uitgewerkt. Hierdoor krijgt de weggebruiker erkenning voor haar dienst. 2. Naast de incentives die moeten verwerkt in het concept, dienen ook de actielijst en planning worden veranderd binnen het digitale middel/instrument. Volgens de focusgroep is het niet prettig als men door middel van notificaties gegevens ontvangen. Het is verstandiger om deze toe te voegen binnen het icoon “gloeilamp” op de digitale kaart binnen de applicatie. Dit omdat hier ook de link naar de database al binnen valt. Op deze manier kan de “melder” alles op 1 plaats vinden, waardoor het middel gebruiksvriendelijker wordt.

4.1.1.2 Hoe worden de minpunten verwerkt in het concept? 1. De incentive zal worden verwerkt door als een weggebruiker een aanzienlijk probleem/idee heeft aangekaart en samen met de provincie Noord-Brabant heeft uitgewerkt, zij een straattegel of straatnaambord met haar eigen naam erop krijgt welke zal worden geplaatst op locatie van het desbetreffende probleem/idee. Dit zal worden verwerkt in de applicatie. De provincie kan door middel van reacties (chatfunctie) aangegeven of het probleem/idee de provincie vooruit heeft geholpen en of de “melder” dan recht heeft op een dergelijke incentive. Door dit in de reacties binnen het specifieke probleem/idee (gloeilamp) te plaatsen kan worden overlegd over de vorm van de incentive en of de “melder” dit daadwerkelijk wil. 2. De actielijst en planning zullen niet worden verzonden door middel van een notificatie naar de desbetreffende “melder”. Dit i.v.m. overlast en onduidelijkheden aangezien de “melder” niet alles onder één knop kan vinden. Daarom zullen de actielijst en planning binnen de applicatie zelf worden geplaatst wat betekent dat deze ook onder de link zullen vallen die te vinden is in het icoon “gloeilamp”. (Zie: Bijlage Concept 1.0 tekstueel). 4.1.2 Interview

Om ervoor te zorgen dat het concept van het digitale middel/instrument past binnen de provincie Noord-Brabant is er een interview gehouden met het bureauhoofd van Verkeers Beheer van provincie Noord-Brabant Hans Goossens. (H. Goossens. 2013). en de Strategisch Omgevingsmanager van de Bouwbureaus Mark van den Hoven. (M. van den Hoven. 2013). Deze personen zijn onder andere verantwoordelijk voor het verwerken van meldingen van burgers en het communiceren met deze burgers. Daarbij vallen deze taken binnen de strategische niveau’s van de provincie, waardoor de validiteit gegarandeerd is. (Zie: Bijlage Interview; voor de gehouden interviews). De interviews zijn opgebouwd uit een gespreksschema waarbij verschillende onderwerpen omtrent het digitale middel/instrument zijn nagegaan. Dit is een ideale manier om voldoende informatie te verkrijgen waarmee het definitieve concept ofwel aanbeveling is geperfectioneerd. Dit omdat de vrije structuur, waarbij geen concrete vragen worden gesteld, alle ruimte geeft aan de geïnterviewde om haar inzichten te vergeven omtrent het specifieke gespreksonderwerp. (Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). De onderwerpen zijn samengesteld uit relevante onderwerpen van “Kwalitatief conceptonderzoek” uit het boek Nieuwe producten bedenken. (Wulfen, van G. 2009). Deze zijn gebruikt aangezien deze specifiek zijn ontwikkeld door Wulfen, van G. om een concept of product te testen. (Zie voor volledige conclusies interviews: Bijlage Conclusie interviews). Naast de focusgroep en interviews hebben er ook persoonlijke gesprekken plaatsgevonden ten behoeve van het onderzoek. Deze gesprekken zijn zonder ingeplande data, tijden of structuur uitgevoerd waarin wel het resultaat uit de fase Ontwikkelen is behandeld. Hierbij is de expertise van de gesprekspartners gebruikt om het concept te testen binnen de provincie Noord-Brabant. Het is daarom ook van groot belang geweest dat deze gesprekken zijn uitgevoerd aangezien deze de representativiteit verder kunnen waarborgen tijdens het testen van het concept. (Zie: Bijlage Persoonlijke gesprekken; voor volledige verslaglegging). De resultaten van de interviews en persoonlijke gesprekken zijn bij elkaar gevoegd aangezien deze elkaar overlapten.

4.1.2.1 Wat zijn de resultaten welke voortkomen uit de interviews en persoonlijke gesprekken en hoe worden deze verwerkt?

De resultaten uit de interviews is in onderstaande conclusie verwerkt waardoor er een duidelijk overzicht is ontstaan. Hierbij zijn de resultaten van de persoonlijke gesprekken bij toegevoegd aangezien de verbeterpunten uit de interviews en persoonlijke gesprekken elkaar overlapten. De reacties waren zeer positief omtrent de applicatie. De applicatie past volledig bij de provincie en het productportfolio. Een applicatie is een zeer waardevolle toevoeging omtrent de kanalen vanuit de provincie en de Bouwbureaus. Maar om het te perfectioneren zijn er enkele verbeteringen nodig. Deze verbeteringen bestaan namelijk uit: wanneer de weggebruiker de applicatie voor het eerst gebruikt, moet er een duidelijke handleiding aanwezig zijn. Dit i.v.m. het feit dat de gemiddelde weggebruiker geen kennis heeft of het een specifieke Rijksweg, provinciale of gemeentelijke weg is. Op deze manier wordt er voor gezorgd dat de gebruiker van de applicatie begrijpt waarvoor de applicatie is bedoeld en hier geen misvattingen over plaats kunnen vinden. Ook moet de applicatie niet alleen worden geactiveerd wanneer de smartphone/tablet zich met een minimale snelheid van 30km/h op de provinciale wegen bevindt, maar ook wanneer deze zich met of geen snelheid bevindt op de provinciale wegen. Want wanneer


weggebruikers bijvoorbeeld zich in een file bevinden op de provinciale wegen, kunnen hierdoor ook de problemen/ideeën worden aangeven. Daarbij moet de provincie de mogelijkheid hebben om vandalisme te bestrijden. Dit kan gedaan worden door de provincie de mogelijkheid te geven waarbij zij gebruikers kan “verbannen” van de applicatie. Om hierop in te spelen zal de provincie bepaalde applicatiegebruikers kunnen blokkeren van gebruik. Dit kan worden gedaan doordat de applicatie door de weggebruiker pas gebruikt kan worden wanneer zij de algemene voorwaarden accepteert als de applicatie voor het eerst wordt geactiveerd en het telefoonnummer van de gebruiker nodig is ter sms-verificatie. Als de weggebruiker dan vandalistisch gedrag toont, kan de provincie het desbetreffende telefoonnummer blokkeren waardoor de specifieke gebruiker geen toegang meer heeft tot de applicatie. En om daarnaast de bruikbaarheid en duidelijkheid nog verder te vergroten voor zowel de weggebruiker als de provincie zal bij ieder automatisch geplaatste icoon in het klein een datum en tijdstip worden geplaatst. Zo kunnen de weggebruiker en de provincie zien wanneer de meldingen zijn gedaan. Daarbij kan de provincie hierdoor zien of een melding al lang staat te wachten of net is binnengekomen. Hierdoor krijgt de provincie nóg meer inzicht over wat er gebeurt omtrent de provinciale wegen. 4.2 Hoe ziet het definitieve digitale middel/instrument (concept 2.0) eruit waarmee de provincie Noord-Brabant

kan inspelen op de wensen en behoeften van de weggebruikers omtrent de provinciale wegen? (“Hoe ziet het definitieve digitale middel/instrument (concept 2.0) eruit waarmee de provincie Noord-Brabant kan inspelen op de wensen en behoeften van de weggebruikers omtrent de provinciale wegen?” is beantwoord door gebruik te maken van de input welke is gecreëerd door een focusgroep, interviews en persoonlijke gesprekken. Deze gegevens zijn verwerkt door zelf te brainstormen waarmee uiteindelijk het definitieve concept is opgezet. De brainstorm is gedaan door gebruik te maken van de brainstormtechniek SCHAVVEN. (Byttebier, I. 2002). Het concept is daarbij tegen alle “Must Haves”, “Optionals” en succescriteria opgezet zodat het definitieve concept overeenkomt met de eisen welke hieraan zijn gesteld. Hieruit is het definitieve concept ofwel concept 2.0 uit voortgevloeid.) 4.2.1 Verbeteringen

Concept 1.0 is, zo blijkt uit de focusgroep, interviews en persoonlijke gesprekken, absoluut relevant en bruikbaar voor de provincie Noord-Brabant. Het concept is daarbij waardetoevoegend voor zowel de weggebruiker en provincie. Dit omdat het concept een direct ontwikkelbare mogelijkheid biedt tot cocreatie tussen weggebruiker en provincie. Daarbij staan zowel het beleid van de provincie als de Brabantse maatschappij open voor een dergelijke cocreatie waarbij de provinciale wegen op gespecificeerdere wijze kan onderhouden, zo blijkt uit de fase Ontdekken, Ontwikkelen en Reflecteren. Tijdens de fase Reflecteren zijn alle nieuwe inzichten gebruikt en verwerkt tot onderstaande verbeteringen. Dit is gedaan door een brainstorm waarbij gebruik is gemaakt van de brainstormtechniek SCHAVVEN. Deze techniek biedt de mogelijkheid om via een vrije creatieve structuur concepten te verbeteren. SCHAVVEN is een simpele methode om makkelijk pijnpunten te verbeteren. (Byttebier, I. 2002). Tijdens het gebruik van SCHAVVEN zijn de “Must haves”, “Optionals” en succescriteria uit fase Ontdekken en Vertrekken als randvoorwaarden gebruikt zodat het definitieve concept voldoet aan deze eisen. Uit SCHAVVEN zijn de volgende punten naar voren gekomen welke zijn verwerkt in het definitieve concept, concept 2.0. (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0). - Wanneer de applicatie voor het eerst wordt gebruikt moet er een handleiding vrijwillig te zien zijn. Deze

handleiding moet bestaan uit een instructiefilmpje welke te voorschijn komt wanneer de applicatie voor het eerst wordt gebruikt. Het instructiefilmpje moet alle informatie tonen maar moet ook makkelijk weg te klikken zijn i.v.m. overlast.

- Er moeten beloningen worden toegekend aan weggebruikers welke een (groot) probleem/idee hebben opgelost in de vorm van een straattegel of straatnaambord welke wordt geplaatst op locatie van het opgeloste probleem/idee, waar de naam van de “melder” op staat. Deze beloning zal worden toegekend door middel van de chatfunctie binnen de applicatie. Zo kan de provincie namelijk nagaan of de desbetreffende melder wel behoefte heeft naar een dergelijke beloning en zo ja, kan de provincie alle benodigde informatie opvragen.

- De planning en actielijst welke als notificatie worden toegekend aan de weggebruiker wanneer een probleem/idee wordt verzonden naar de provincie Noord-Brabant, moet niet als notificatie worden verzonden naar de specifieke smartphone/tablet, maar binnen de database worden geïntegreerd. De weggebruiker krijgt dus geen planning en actielijst toegestuurd maar deze wordt automatisch binnen de link naar de database in de applicatie geplaatst zodat de “melder” geen spam ontvangt.

- De applicatie moet niet alleen worden geactiveerd wanneer deze meet dat de smartphone/tablet een snelheid heeft van 30km/h op een provinciale weg, maar moet altijd worden geactiveerd wanneer deze zich op een provinciale weg bevindt. Op deze manier kunnen ook bijvoorbeeld fietsers of mensen die een file inrijden met minder dan 30km/h de applicatie meteen gebruiken. De functies zullen hetzelfde blijven, dus wanneer de applicatie meet dat de applicatie zich op provinciale weg bevindt, zullen zowel de knop voor het kunnen maken van een foto als memo in beeld verschijnen.

- Om vandalisme te bestrijden wanneer weggebruikers een overdaad aan meldingen doen, moet de provincie de mogelijkheid hebben om applicatiegebruikers te blokkeren van het gebruik ervan. Op deze manier kan de provincie Noord-Brabant vandalisme tegengaan en de kwaliteit van meldingen behouden. Dit kan gedaan worden doordat de provincie de mogelijkheid heeft, wanneer zij in de specifieke melding werkt, het telefoonnummer te bekijken van de desbetreffende melder waarnaast een knop te zien is waarmee dit specifieke telefoonnummer kan worden geblokkeerd.

- De applicatie moet ook de tijd en datum weergeven van het probleem/idee dat is gemeld aan zowel de weggebruiker als de provincie. Dit zal gedaan worden door naast ieder icoon een datum en tijd te plaatsen. De datum en tijd zullen worden weergegeven zodra de icoon automatisch wordt geplaatst, dus zodra de weggebruiker een foto/memo bijvoorbeeld maakt.


4.2.2 Concept 2.0 - Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd?

(“Concept 2.0 – Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd?” is beantwoord door alle voorgaande bevindingen (uit de voorgaande fases) toe te passen tijdens de ontwikkeling van het definitieve concept ofwel digitale middel/instrument. De resultaten van het testen van concept 1.0 in de fase Reflecteren zijn gebruikt om een definitief concept te ontwikkelen waarmee de provincie Noord-Brabant kan cocreëren met de weggebruikers en bestaat uit het antwoord welke definitief antwoord geeft op de hoofdvraag.) Concept 2.0 bestaat uit het definitieve concept waarbij alle voorgaande verbeteringen in zijn verwerkt. (Zie: fase Reflecteren Verbeteringen). Dit concept geeft vorm aan de basis van de aanbeveling. (Zie: Conclusie en aanbeveling). Dit concept (2.0) zal worden gepresenteerd aan de provincie Noord-Brabant. Concept 2.0 is tot stand gekomen door alle voorgaande fases inclusief deze fase, fase Reflecteren, te doorlopen. Concept 2.0 ofwel het digitale middel/instrument waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker, bestaat uit een applicatie voor smartphones en tablets. Naast deze applicatie zal de website van provincie Noord-Brabant www.brabant.nl dezelfde mogelijkheden gaan aanbieden als de applicatie op de smartphones/tablets. Hieronder is concept 2.0 voor het digitale middel/instrument als visualisatie weergegeven. (Zie voor de tekstuele variant van concept 2.0: Bijlage Concept 2.0 Tekstueel).

4.2.2.1 Concept 2.0 – DEFINITIEF CONCEPT Het definitieve concept (2.0) bestaat uit een applicatie (Brabantwegen App) waarmee de weggebruiker waar en wanneer dan ook individueel meldingen kan doen van problemen en/of ideeën. Deze meldingen komen dankzij de applicatie terecht bij de provincie Noord-Brabant welke deze kan verwerken. De applicatie biedt de mogelijkheid aan de weggebruiker om problemen en/of ideeën uit te werken in zowel tekstuele- als visuele variant. Deze door de weggebruiker ontwikkelde gegevens kunnen wanneer en waar dan ook worden aangepast door zowel de desbetreffende weggebruiker als de provincie Noord-Brabant. Hierbij kunnen beide partijen elkaars veranderingen van het probleem en/of idee (live) zien en deze ook weer verder veranderen of hierop anticiperen. Daarbij biedt de applicatie de mogelijkheid om informatie te delen omtrent het desbetreffende probleem en/of idee tussen de weggebruiker en provincie. Op deze manier ontstaat een volledige vorm van cocreatie. Hierdoor kan het probleem en/of idee op basis van de wensen en behoeften van de weggebruiker worden uitgewerkt en kan de provincie Noord-Brabant het onderhoud van de provinciale wegen specificeren op deze wensen en behoeften van de individuele weggebruiker. (Zie voor volledig concept de QR codes voor de animatie van het definitieve concept hieronder). De URL’s en QR codes en hieronder leiden tot een animatie van het definitieve concept welke antwoord geeft op de hoofdvraag van dit onderzoek. Deze URL’s en QR codes representeren het definitief concept voor het onderzoek. Door deze in een animatie ofwel visualisatie te verwerken heeft het definitieve concept op de doelstelling van de opdracht ingespeeld. Zie dan ook de URL’s en QR codes voor het definitief concept. (Voor het scannen van de QR code is een applicatie nodig welke de gebruikte smartphone/tablet naar de animatie leidt. Hiervoor dient een applicatie uit de applicatiemarkt van de desbetreffende smartphone/tablet worden gedownload. Zie wanneer de QR Codes/URL’s het niet doen: Bijlage QR Codes).

4.2.2.2 Kansrichtingen De Brabantwegen App biedt de mogelijkheid aan de weggebruiker om wanneer en waar dan ook problemen/ideeën te delen en te creëren. En doordat deze mogelijkheid is gebaseerd op de maatschappelijke (technologische) ontwikkelingen en eisen etc. welke hieraan worden gesteld, is het direct toepasbaar. Uit zowel de fase Ontdekken als Reflecteren is dan ook gebleken dat er behoefte is naar een (technologische) innovatie mogelijkheid (applicatie) vanuit de burger en overheid. Bovendien zorgen de functies binnen de applicatie ervoor dat de weggebruiker alle mogelijkheden heeft om er voor te kiezen of het bij een eenrichtingsverkeer blijft of een cocreatie, waardoor de acceptatiedrempel laag is. Daarbij zorgen deze functies er ook voor dat de vrijblijvendheid tot interactie op een zodanig niveau is, dat de individuele problemen/ideeën ofwel wensen en behoeften van de weggebruiker daadwerkelijk tot realiteit kunnen worden gebracht. En naast het feit dat deze door de weggebruiker makkelijk te realiseren zijn door de Brabantwegen App, zijn deze ook makkelijk te herkennen zijn voor de provincie. Hierdoor kan de provincie anticiperen op de individuele wensen en behoeften van de weggebruiker en dus het onderhoud van de provinciale wegen hierop specificeren. Dit komt doordat de functies van de Brabantwegen App vanuit de provincie er voor zorgen dat er altijd kan worden gecommuniceerd met de weggebruiker om deze problemen/ideeën te verwerken en te realiseren. Dit met als doel om zowel de relatie met de burger als de verkeersveiligheid en leefbaarheid van Noord-Brabant te verbeteren. Op deze manier wordt er op innovatieve wijze een cocreatie opgezet waarmee niet alleen de provincie, maar ook de maatschappij de mogelijkheid heeft om samen te werken ten behoeve van Noord-Brabant.

http://youtu.be/HGdywpQ0W58

http://youtu.be/6XWSrLqQdo4





5 Terugkeren – Implementatieplan

De fase Terugkeren staat in het teken van het uitwerken van het concept en het bepalen van de levensvatbaarheid. Het is de bedoeling om in deze fase aan te geven welke zaken er nodig zijn om verder te gaan met het ontwikkelde concept. (Wulfen, van G. 2009). (“Terugkeren - Implementatieplan” is beantwoord door gebruik te maken van het Business Model Canvas (BMC). Het BMC is een zeer handig middel om een implementatieplan te ontwikkelen. Dit model geeft de mogelijkheid om de applicatie vanuit verschillende perspectieven weer te geven, namelijk vanuit de klant (het rechter deel van het model). Vanuit de interne organisatie (het linker deel van het model), vanuit de waardepropositie en vanuit de financiële zaken (kosten en baten). Daarbij weerspiegelt het BMC de belangrijkste onderdelen van zowel een organisatie als de belangrijkste benodigdheden van een product, ofwel de 9 bouwstenen. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Het BMC is met succes in de praktijk getest door verschillende multinationals zoals Swatch en Nespresso, waardoor het een betrouwbaar middel is voor de provincie Noord-Brabant om de applicatie hiermee te implementeren. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Het BMC is op 2 verschillende manieren ingevuld, namelijk op een visuele- en tekstuele wijze. Dit is gedaan aangezien het visueel ingevulde BMC de mogelijkheid geeft om in 1 oogopslag te kunnen zien wat er moet gebeuren om de applicatie te implementeren. En het tekstueel ingevulde BMC is opgezet aangezien deze een gestructureerd en onderbouwd implementatieplan weergeeft waarmee in detail is aangegeven hoe de applicatie moet worden gelanceerd. Het tekstueel ingevulde BMC is ingevuld door het in te delen in 4 segmenten. De 4 segmenten bestaan uit: “Aanbod”, “Aandacht voor de klanten” (het rechtervlak van het model), “Voor de organisatie” (het linkervlak van het model) en “Financiële levensvatbaarheid”. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De focus heeft op het linkervlak van het model gelegen aangezien het rechtervlak is ingevuld door de applicatie zelf. Hierdoor heeft de provincie extra inzicht in hoe zij de applicatie moet implementeren aangezien de focus van het BMC op de organisatie ofwel provincie gericht is. Aanbod: Het aanbod bestaat uit het volgende onderdeel: Waardepropositie: De waardepropositie bestaat uit 3 elementen, namelijk: Nieuwheid, Customization en Gemak/bruikbaarheid. De waardepropositie is hiermee weergegeven aangezien de Brabantwegen App op deze 3 elementen inspeelt met betrekking tot de provincie Noord-Brabant. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Aandacht voor klanten: Klantsegmenten: Klantsegmenten zijn weergegeven door de input van de interne experts op het gebied van de provinciale wegen. (H. van Zandvoort. 2013. en H. Goossens. 2013). Met deze weergave van klantsegmenten kan duidelijk worden aangegeven voor wie de Brabantwegen App is en op wie het zich moet richten. Klantrelaties: De klantrelaties zijn op basis van de elementen: Cocreatie en Peroonlijke hulp gebaseerd. Deze 2 elementen zijn de basis voor het weergeven van de relatie met de weggebruikers. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Kanalen: De Kanalen zijn weergegeven door aan te geven op welke manier de provincie Noord-Brabant via de Brabantwegen App met de weggebruiker communiceert en cocreëert. Hierbij is ook aangegeven of deze kanalen in het bezit (zullen) zijn van de provincie Noord-Brabant zelf of van partners. Voor de organisatie: Benodigdheden: De Benodigdheden zijn weergegeven door aan te geven welke fysieke- en human resource factoren er nodig zijn om de Brabantwegen App te implementeren. Er is gekozen om de fysieke- en humane resource factoren in te vullen aangezien deze de benodigdheden representeren. (E. Pot. 2013). De fysieke- als human resource factoren zijn weergegeven in tabellen waarbij is aangegeven waaruit deze factoren bestaan. Hierdoor is een overzichtelijk overzicht ontstaan omtrent de benodigdheden voor de implementatie van de applicatie. Partners: De Key Partners zijn weergegeven door alle betrokken externe partijen gestructureerd te beschrijven. Deze partijen bestaan uit de applicatieontwikkelaar en de website developer. (E. Pot. 2013). Deze zullen worden aanbesteed aangezien de provincie Noord-Brabant tracht applicatieontwikkeling door de markt te laten ontwikkelen. De weggebruikers zijn de eindgebruikers en vallen dus ook onder de Key Partners. Activiteiten: De Activiteiten zijn gebaseerd op de 1-op-1 methode. Deze methode houdt in dat aan iedere taak dezelfde tijd wordt toegekend. Wanneer het ontwikkelen van de applicatie x aantal dagen beslaat, zal dezelfde tijd benodigd zijn om de applicatie te implementeren. (E. Pot. 2013). Daarbij is er gebruik gemaakt van het Applicatiebeheer document. Dit document geeft het proces van applicatiebeheer binnen de provincie Noord-Brabant weer. (Applicatiebeheer Document. 2010). Financiële levensvatbaarheid: (Voor de opzet van de kosten en opbrengsten zijn deze niet tot op detail uitgewerkt. Wulfen, van G. geeft namelijk aan dat dit in deze fase niet de bedoeling is. Het is de bedoeling dat er een goed ingeschatte indicatie wordt weergegeven. “Ga omzet, kostprijs en winst niet tot achter de komma doorrekenen. Eén ding is namelijk in deze prille fase zeker. Je zit er toch naast. Het gaat er juist om de verwachtingen van de directie of raad van bestuur goed te ‘managen’. Levert dit product de eerste jaren na de marktintroductie een jaarlijkse omzet op van €100.000, €5 miljoen, €25 miljoen of €100 miljoen? Maak hierin een duidelijke keuze. En probeer te onderbouwen waarom een van bovenstaande opties aannemelijk is.” (Wulfen, van G. 2009).) Kosten: De Kosten zijn weergegeven door gebruik te maken van de expertises binnen de commerciële ICT markt. Hierdoor representeren de benodigde kosten de daadwerkelijke marktprijs. Dit is van belang aangezien de provincie zoveel mogelijk applicatie- activiteiten probeert te outsourcen. (E. Pot. 2013). Daarbij zijn de kosten welke worden gemaakt tijdens de implementatie, opgezet door het gemiddelde salaris te gebruiken van een provincie ambtenaar.


(Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. 2012. en Omroepwest.nl. 2009). Opbrengsten: De Opbrengsten zijn gebaseerd op een aaname. Hierdoor zijn de opbrengsten (evenals de kosten) een geschatte waarde. De opbrengsten zijn opgesteld door de financiële expertise te gebruiken van de provincie Noord-Brabant. (H. Wijnen. 2013). Op basis van het tekstueel ingevulde BMC is het visuele Business Model Canvas opgezet. Het visuele canvas is gecreëerd aangezien een visualisatie meer spreekt dan een tekstueel ingevuld model. (Byttebier, I. 2002. en Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en Wulfen, van G. 2009). Door gebruik te maken van zowel een tekstueel- als visueel Business Model Canvas is het implementatieplan zowel inhoudelijk verklaard als op simplistische wijze weergegeven waardoor het voor de provincie Noord-Brabant een overzichtelijk implementatieplan is geworden.)

Business Model Canvas

Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010.

5.1 Business Model Canvas Visueel

5.2 Business Model Canvas Tekstueel

5.2.1 Aanbod:

5.2.1.1 Value Proposition “De bouwsteen Waardepropositie beschrijft de bundel van producten en diensten die waarde creëert voor een specifiek klantsegment. De waardepropostitie is de reden dat klanten het ene bedrijf boven het andere verkiezen. Zij lost een klantprobleem op of voorziet in een klantbehoefte.” “Elementen uit de volgende niet-uitputtende lijst ‘zullen’ bijdragen aan de creatie van klantwaarde: - Nieuw: Sommige waardeproposities voorzien in een volkomen nieuwe reeks van behoeften die klanten eerder niet hadden waargenomen, omdat er geen vergelijkbaar aanbod was. - Customization: Het op maat afstemmen van producten en diensten op de specifieke behoeften van individuele klanten of klantsegmenten creëert waarde. - Gemak/bruikbaarheid: Zaken gemakkelijker maken of eenvoudiger te gebruiken kan aanzienlijk waarde creëren.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010).


De waardepropositie welke wordt aangeboden door middel van de Brabantwegen App bestaat uit: het overal en altijd kunnen realiseren van wensen en behoeften omtrent de provinciale wegen waardoor het onderhoud van de provinciale wegen kan worden gespecificeerd. (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0). De punten Nieuw, Customization en Gemak/bruikbaarheid zijn waardetoevoegend aangezien het een nieuwe mogelijkheid biedt aan de weggebruiker waarmee zij wanneer en waar dan ook problemen en/of ideeën kan uitwerken. Tot op heden biedt de provincie niet de mogelijkheid waarmee de weggebruiker wensen en behoeften gezamenlijk met de provincie Noord-Brabant kan uitwerken waarbij een cocreatie ontstaat. (Zie: fase Vertrekken Wat is de huidige aanpak?). De applicatie speelt hierop in door een nieuwe mogelijkheid te bieden, waardoor het onderhoud van de provinciale wegen kan worden gespecificeerd op de weggebruiker. Ook is customization een element waarop de Brabantwegen App inspeelt. De weggebruiker heeft door de Brabantwegen App de mogelijkheid om problemen/ideeën te individualiseren en aan te passen aan de wensen en behoeften. Dit doordat de weggebruiker gepersonaliseerde behoeften kan uitwerken en realiseren in samenwerking met de provincie. Daarbij zorgt de Brabantwegen App voor een groter gemak en bruikbaarheid. Door gebruik te maken van de Brabantwegen App kan de weggebruiker problemen/ideeën leveren en vormgeven. De mogelijkheden om deze aan te geven op basis van tekstuele als visuele vorm maakt het voor de weggebruiker en provincie Noord-Brabant een simplistisch middel. (Zie: fase Reflecteren Testen van het digitale middel/instrument. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2009).). 5.2.2 Aandacht voor klanten (Rechtervlak van model Business Model Canvas – (Zie: Onderzoeksmethodiek).):

5.2.2.1 Customer Segments “De bouwsteen Klantsegmenten definieert de verschillende groepen mensen of organisaties die een onderneming wil bereiken of bedienen.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). “De provincie stáát voor Brabant en de Brabanders.” (Provincie Noord-Brabant. z.d.). De Bouwbureaus binnen de provincie Noord-Brabant zijn gefocust op de provinciale wegen waardoor de weggebruiker van de provinciale wegen de “klant” is van de Bouwbureaus. De Bouwbureaus voeren alle taken uit waarmee de weggebruiker door middel van een goede doorstroming en verkeersveilige situaties van A naar B kan. Dit met als doel de leefbaarheid te optimaliseren van de provincie Noord-Brabant. (H. van Zandvoort, H. Goossens. 2013). Wanneer een weggebruiker gebruik maakt van de provinciale wegen binnen de provincie Noord-Brabant, is zij direct “klant”. Deze klanten bestaan dus uit alle mensen die gebruik maken van de provinciale wegen. Alle weggebruikers van de provinciale wegen van Noord-Brabant behoren dan ook tot de klanten ofwel doelgroep van de Bouwbureaus. Hier valt dan ook geen onderscheid in te maken aangezien een weggebruiker een weggebruiker is en ieder type weggebruiker kan problemen herkennen of ideeën opdoen omtrent de provinciale wegen.

5.2.2.2 Customer Relationship “De bouwsteen Klantrelaties beschrijft de soorten relaties die een bedrijf aangaat met specifieke klantsegmenten.” “Cocreatie: Steeds meer bedrijven gaan verder dan de traditionele klant-verkoperrelaties om samen waarde te creëren. Sommige bedrijven schakelen klanten in om te helpen nieuwe en innovatie producten te ontwerpen. Andere, zoals Youtube.com, vragen klanten content te creëren voor openbaar gebruik.” “Persoonlijke hulp: De relatie is gebaseerd op menselijke interactie. De klant kan communiceren met een echte klantvertegenwoordiger om hulp te krijgen.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). “Co-creation is the commercial practice of developing products or marketing messages via collaboration with external consumers.” (Warc Exclusive, 2012). Het doel van de Brabantwegen App is om een interactieve relatie te bewerkstelligen tussen weggebruiker en de provincie. Dit houdt in dat de klantrelatie is opgebouwd uit cocreatie. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Doordat de Brabantwegen App voor een interactieve relatie zorgt tussen weggebruiker en provincie, waarbij het doel is om gezamenlijk het onderhoud van de provinciale wegen te verbeteren, spreekt hier men van cocreatie. Hierbij worden de wensen en behoeften van de weggebruiker individueel behandeld door de provincie Noord-Brabant. Dit houdt in dat er persoonlijke hulp is gebonden tijdens de uitwerking van de problemen en ideeën. Hierdoor bestaat de relatie met de weggebruiker niet alleen uit cocreatie maar ook uit persoonlijke hulp.

5.2.2.3 Channels “De bouwsteen Kanalen beschrijft hoe een bedrijf met zijn klantsegmenten communiceert en ze bereikt om een waardepropositie te leveren.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De kanalen van het concept bestaan uit 2 onderdelen, namelijk: - Brabantwegen App: De Brabantwegen App zelf is het primaire kanaal waarmee de weggebruiker gebruik van kan maken wanneer zij haar wensen en behoeften omtrent de provinciale wegen wil gaan realiseren. - Www.brabant.nl (Brabantwegen App): Naast de Brabantwegen App zal de website www.brabant.nl dezelfde mogelijkheden gaan aanbieden als de applicatie zelf. Dit i.v.m. het feit dat niet iedere weggebruiker in het bezit is van een smartphone of tablet. Deze 2 kanalen zijn eigen directe kanalen van de provincie Noord-Brabant. De Brabantwegen App en extentie op de website van de Brabantwegen App, zijn bezit van de provincie zelf zonder dat daarbij gebruik gemaakt wordt van partnerkanalen. De provincie kan hierdoor direct in contact komen met de weggebruiker en op de wensen en behoeften van de weggebruiker inspelen, zonder daar afhankelijk te zijn van andere partners. Daarbij verliest de provincie ook geen relaties met de burger aangezien alles vanuit de provincie zelf wordt georganiseerd.




5.2.3 Voor de organisatie (Linkervlak van model Business Model Canvas – (Zie: Onderzoeksmethodiek).):

5.2.3.1 Key Resources “De bouwsteen Key resources beschrijft de belangrijkste assets die nodig zijn om te zorgen dat een businessmodel werkt. ‘Key resources ‘zullen’ in de volgende categorieën worden ingedeeld’: Fysiek: Deze caterogie omvat fysieke assets, zoals productiefaciliteiten, gebouwen, voertuigen, machines, systemen, point-of-sale systemen en distributienetwerken. Human resources: Elke onderneming heeft human resources nodig, maar mensen zijn vooral belangrijk in bepaalde businessmodellen. Bijvoorbeeld, human resources zijn cruciaal in kennisintensieve en creatieve sectoren.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Om de Brabantwegen App te kunnen implementeren zijn er benodigdheden nodig. Deze benodigdheden bestaan uit onderstaande factoren, opgedeeld in zowel fysieke- als human resource factoren. Deze benodigdheden bestaan uit fysieke ofwel tastbare zaken aangezien de Brabantwegen App een digitaal tastbaar middel/instrument is. (E. Pot. 2013). Naast de fysieke factoren zijn er ook mensen nodig ofwel human resources. Deze mensen zijn onderverdeeld in verschillende interne afdelingen binnen de provincie Noord-Brabant. Iedere afdeling heeft haar eigen expertise en zijn dan ook appart onderverdeeld in het tabel hieronder: (*De provincie heeft de ambitie om zoveel mogelijk te outsourcen en te vermarkten binnen de applicatieontwikkeling. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt. **Het uurtarief van applicatieontwikkeling is €85,- waarbij de ontwikkeling van een dergelijke applicatie +/- €15000,- zal bedragen. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt).

Fysieke resources Fysieke rerources Kern fysieke

resources Argumentatie Kosten Kosten

per uur Aanvraagformulier applicatieontwik. (E. Pot. 2013).

E-formulier. (E. Pot. 2013).

Dit formulier is nodig om een applicatie door te voeren binnen de provincie Noord-Brabant. (E. Pot. 2013).

€0,- €0,-

Huidige netwerk Computers Het huidige netwerk kan worden gebruikt om de Brabantwegen App te implementeren en te lanceren

€0,- €0,-

Huidige werkstations Werkplaatsen De huidige werkstations kunnen worden gebruikt om de Brabantwegen App te implementeren en te lanceren

€0,- €0,-

Nieuwe server. (E. Pot. 2013).

Modems Er zullen nieuwe servers moeten komen naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen. (E. Pot. 2013).

*(Op basis van een eenmalige investering) €15000,- (M. van den Heuvel. 2013).

X

Website www.brabant.nl (Zie: Fase Terugkeren - Implementatieplan Key Partners).

Brabantwegen App extentie op website van provincie Noord-Brabant

Binnen concept 2.0 is aangegeven dat de Brabantwegen App ook te gebruiken moet zijn via de website www.brabant.nl

*(Op basis van een eenmalige investering) €2000, (Op basis van jaarlijkse onderhoudskosten) €1000,- (R. Sweegers. 2013).

X

Brabantwegen App De Brabantwegen App voor de smartphone en tablet

De Brabantwegen App is de kern van de cocreatie en alle digitale middelen/instrumenten omtrent dit concept waarmee een interactie opgezet kan worden tussen overheid en burger

*(*) (Op basis van een eenmalige tijdsinvestering van 176,47 uur en op basis van een eenmalige investering om de applicatie te laten ontwikkelen) €15000,-. (Op basis van jaarlijkse onderhoudskosten) €2000,- (E. Pot. 2013).

€85,-

(*De kosten zijn gebaseerd op een gemiddeld bruto maandsalaris van €3600,- voor de gemiddelde provincieambtenaar op basis van een 40 urige werkweek. (Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. 2012. en Omroepwest.nl. 2009). De tijd om te cocreëren per weggebruiker is gebaseerd op 1 uur per provincieambtenaar. (H. Goossens. 2013).)

Human resources Human resources Taak Herkomst Argumentatie Kosten (Op basis

van gemiddelde (startverwachting van) 10 meldingen per week. (H. Goossens. 2013).)

Kosten per uur per ambtenaar

Interne kerngebruikers. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Ondersteuning en coaching. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Intern: Verkeers beheer / E&M Onderhoud / Dienstenplein - Helpdesk

Dit zijn gebruikers met ruime kennis en ervaring van het proces en het systeem. Deze gebruikers ondersteunen en coachen de gebruikers bij het gebruik van het systeem en/of bij vragen of problemen met het systeem. Er

*(Bij 10% van alle meldingen zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 1 ondersteuning per 10 meldingen per

*(Op basis van een gemiddeld provincie ambtenaar salaris) €22,50




zullen meerdere mensen moeten worden ingeschakeld naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

week) €22,50 (Kosten per jaar bij 52 meldingen bij 52 weken) €1170,-

Interne gebruikers. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Reageren en ondersteunen van weggebruikers welke problemen/ideeën leveren via de Brabantwegen App. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Intern: Verkeers beheer / E&M Onderhoud

Deze personen zullen werken aan de achterkant van de applicatie en dus op alle meldingen reageren. Zij zijn de kern van de cocreatie welke ontstaat tussen provincie en weggebruiker. Er zullen meerdere mensen moeten worden ingeschakeld naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

*(Bij 10 probleem/idee meldingen per week) €225,-. (Kosten per jaar bij 520 meldingen (10 per week per 52 weken) meldingen) €11700,-

*(Op basis van een gemiddeld provincieambtenaar salaris) €22,50

Dienstenplein – Helpdesk. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Vraagbaak en incidentbeheer

Intern: Dienstenplein – Helpdesk. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Aannemen, registreren en categoriseren van meldingen. Melding proberen op te lossen m.b.v. de vraagbaak. Onderhouden van de vraagbaak. Melding doorzetten naar 2e lijns ondersteuning indien de helpdesk de melding niet kan oplossen. Actief monitoren openstaande meldingen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

*(Bij 10% van alle meldingen zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 1 ondersteuning per 10 meldingen per week) €22,50 (Kosten per jaar bij 52 meldingen bij 52 weken) €1170,-

*(Op basis van een gemiddeld provincieambtenaar salaris) €22,50

Functioneel beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Werkinstructie beheer

Intern: Functioneel beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Vertegenwoordigen van de gebruikersorganisatie. Functioneel beheer is namens de gebruikersorganisatie opdrachtgever van IT en accepteert namens de organisatie de producten en diensten van IT. Ondersteunen van gebruikers bij het gebruik van de informatievoorziening. Ondersteunen analist en testcoördinator bij specificeren van wensen en eisen en coördineren van o.a. acceptatietesten. (Applicatiebeheer Document. 2010).

*(Bij 5% van alle meldingen per week zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 0,5 ondersteuning per week) €11,25 (Kosten per jaar bij 52 weken) €585,-

*(Op basis van een gemiddeld provincie-ambtenaar salaris) €22,50

Technisch beheer. Applicatiebeheer Document. 2010.

Werkinstructie beheer, wijzigingenbeheer, configuratiebeheer. Applicatiebeheer Document. 2010.

Intern: Technisch beheer. Applicatiebeheer Document. 2010.

Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s, randapparatuur) en systeemsoftware en zorgdragen voor de operationalisering van de bedrijfssoftware (de exploitatie). (Applicatiebeheer Document. 2010).

(Implementatie- en onderhoudskosten per applicatie en extenties per jaar) €1000,- (E. Pot. 2013).

X

Applicatiebeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Werkinstructie beheer, configuratiebeheer, probleembeheer, incidentbeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Intern: Applicatie beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn naast de software ook de bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

(Implementatie- en onderhoudskosten per applicatie en extenties per jaar) €1000,- (E. Pot. 2013).

X

Hiernaast de weergave van de human resources van de provincie Noord-Brabant. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Functioneel beheer Systeem

Dienstenplein Helpdesk

Technisch beheer ICT

Applicatie beheer Prov. Appl.

2e lijn

3e lijn

Gebruiker Kerngebruiker

1e lijn


5.2.3.2 Key Partners “De bouwsteen Key partners beschrijft het netwerk van leveranciers en partners die zorgen dat het businessmodel werkt. ‘Het is nuttig om onderscheid te maken tussen partnerschappen om deze te creëren’: Acquisitie van bepaalde resources en activiteiten: Maar weinig bedrijven bezitten alle resources, of voeren alle activiteiten uit, die door hun businessmodellen worden beschreven. In plaats daarvan breiden zij hun eigen capaciteiten uit, door op andere bedrijven te vertrouwen voor het leveren van bepaalde resources of het uitvoeren van bepaalde acitiveiten.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De provincie Noord-Brabant besteedt de ontwikkeling van applicaties e.d. zoveel mogelijk uit aan de markt. Dit houdt in dat de provincie Noord-Brabant aan acquisitie doet van resources en activiteiten. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. en E. Pot. 2013). Hieronder zijn de partners weergegeven welke van belang zijn om de Brabantwegen App te implementeren en te lanceren. (E. Pot. 2013). (*De provincie heeft de ambitie om zoveel mogelijk te outsourcen en te vermarkten binnen de applicatieontwikkeling). (**Het uurtarief van applicatieontwikkeling is €85,- waarbij de ontwikkeling van een dergelijke applicatie +/- €15000,- zal bedragen. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt).

Key Partners Key Partner Taak Argumentatie

Taak voor de provincie Noord-Brabant

Kosten Kosten per uur

Externe applicatieontwikkelaar

Het ontwikkelen van de Brabantwegen App

De applicatieontwikkelaar zal de Brabantwegen App moeten ontwikkelen. Dit aangezien de provincie Noord-Brabant dit wil outsourcen.* De applicatieontwikkelaar zal gebruik moeten maken van het eindproduct ofwel concept 2.0 zodat alle elementen worden meegenomen in de realisatie van de applicatie

Het benaderen van de juiste applicatie-ontwikkelaar

*(*)(Op basis van een eenmalige tijdsinvestering van 176,47 uur en op basis van een eenmalige investering) €15000,-. (Op basis van jaarlijkse onderhoudskosten) €2000,- (E. Pot. 2013).

€85,-

Website developer

Het ontwikkelen van de extentie van de Brabantwegen App op www.brabant.nl

De website developer zal de extentie op de website www.brabant.nl moeten ontwikkelen. Dit aangezien de provincie Noord-Brabant dit wil outsourcen.* De website developer zal gebruik moeten maken van het eindproduct ofwel concept 2.0 zodat alle elementen worden meegenomen in de realisatie van de applicatie

Het benaderen van de juiste website developer

*(Op basis van een eenmalige investering) €2000,-. (Op basis van jaarlijkste onderhoudskosten) €1000,- (R. Sweegers. 2013).

X

Weggebruiker Het ontwikkelen van meldingen en het onderdeel zijn van cocreatie

De weggebruikers zullen de eindgebruikers zijn van de Brabantwegen App. De weggebruikers zullen input leveren op basis van de eigen wensen en behoeften welke gezamenlijk met de provincie Noord-Brabant tot realiteit zullen worden gebracht

Het cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften om het onderhoud van de provinciale wegen te specificeren

(Op basis van abonnementsgelden per jaar om de Brabantwegen App te plaatsen op de Applicatie- markten) €80,-. (WeBuildApps. 2013).

X

5.2.3.3 Key Activities “De bouwsteen Kernactiviteiten beschrijft de belangrijkste dingen die een bedrijf moet doen om te zorgen dat zijn businessmodel werkt. Elk businessmodel vereist een aantal kernactiviteiten. Dit zijn de belangrijkste acties die een bedrijf moet ondernemen om met succes te opereren. ‘De kernactiviteit zal uit de volgende categorie bestaan’: Platform/netwerk: In businessmodellen, ontworpen met een platform als Key resource, overheersen platform- of netwerk gerelateerde kernactiviteiten.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De Brabantwegen App is gebaseerd op een applicatie waarvan vele weggebruikers gebruik van kunnen maken. Hierdoor valt de applicatie onder “Platform/netwerk” binnen het BMC. Om de Brabantwegen App binnen deze categorie te implementeren horen ook specifieke acties. Deze acties zijn weergegeven door gebruik te maken van het theoretische kader binnen “Het actieplan” van het boek Interactieve marketing. (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Binnen de Key Activities is het van belang om de doelstellingen, deelactiviteiten, de taakverdeling en tijdsplanning weer te geven. Met deze gegevens kan de provincie Noord-Brabant inzien wie voor welke taak verantwoordelijk is tijdens de implementatie en uitvoering van de Brabantwegen App. De doelstellingen zijn van belang om aan te geven wat de kern is van de Key Activities binnen het Business Model Canvas. De deelactiviteiten en taakverdelingen zijn nodig om aan te geven hoe de doelen worden behaald. De tijdsplanning geeft aan binnen welk tijdsbestek iedere deelactiviteit en taak moet worden afgerond. (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Doelstellingen: (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010).

- Het ontwikkelen van de Brabantwegen App




- Het ontwikkelen van de Brabantwegen App- extentie op de website www.brabant.nl - Het implementeren van de Brabantwegen App en het cocreëren met de weggebruiker op basis van

meldingen vanuit de wensen en behoeften van de weggebruiker - Het onderhouden en beheersen van de Brabantwegen App

(Een samenwerking tussen de applicatieontwikkelaar en de website developer is van belang om de functies van de Brabantwegen App synchroon te laten lopen voor zowel het gebruik van de Brabantwegen App op de smartphones/tablets als op de website www.brabant.nl) Deelactiviteiten en taakverdeling: (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Doelstelling “Het ontwikkelen van de Brabantwegen App”: (door Functioneel beheer. Functioneel beheer vertegenwoordigt de gebruikersorganisatie. Functioneel beheer is namens de gebruikersorganisatie opdrachtgever van IT en accepteert namens de organisatie de producten en diensten van IT. (Applicatiebeheer Document. 2010).).

- Onderzoek doen naar verschillende applicatieontwikkelaars - Applicatieontwikkelaar kiezen - Applicatieontwikkelaar voorzien van eindproduct ofwel concept 2.0 (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0). - Een samenwerking opzetten met website developer - Resultaat Brabantwegen App intern testen bij Technisch Beheer en Applicatiebeheer

o Technisch beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s, randapparatuur) en systeemsoftware Zorgdragen voor de operationalisering van de bedrijfssoftware (de exploitatie)

o Applicatiebeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn naast de software ook de

bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen - Brabantwegen App lanceren en vrijgeven op app stores

Deelactiviteiten en taakverdeling: (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Doelstelling “Het ontwikkelen van de Brabantwegen App- extentie op de website www.brabant.nl”: (door Functioneel beheer. Functioneel beheer vertegenwoordigt de gebruikersorganisatie. Functioneel beheer is namens de gebruikersorganisatie opdrachtgever van IT en accepteert namens de organisatie de producten en diensten van IT. (Applicatiebeheer Document. 2010).).

- Onderzoek doen naar verschillende website developers - Website developer kiezen - Website developer voorzien van eindproduct ofwel concept 2.0 (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0). - Een samenwerking opzetten met applicatieontwikkelaar - Resultaat Brabantwegen App- extentie testen bij Technisch beheer en Applicatiebeheer

o Technisch beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s, randapparatuur) en systeemsoftware Zorgdragen voor de operationalisering van de bedrijfssoftware (de exploitatie)

o Applicatiebeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn naast de software ook de

bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen - Brabantwegen App- extentie lanceren

Deelactiviteiten en taakverdeling: (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Doelstelling “Het implementeren van de Brabantwegen App en het cocreëren met de weggebruiker op basis van de meldingen vanuit de wensen en behoeften van de weggebruiker” Doelstelling “Het onderhouden en beheersen van de Brabantwegen App”:

- Interne kerngebruikers. (Applicatiebeheer Document. 2010). o Verkeers Beheer

Kennismaken met Brabantwegen App Eindgebruikers binnen provincie Noord-Brabant ondersteunen en coachen bij gebruik van

Brabantwegen App o E&M Onderhoud


Brabantwegen App o Dienstenplein - Helpdesk


Brabantwegen App - Interne eindgebruikers. (Applicatiebeheer Document. 2010).

o Verkeers beheer Kennismaken met Brabantwegen App Reageren en ondersteunen van weggebruikers welke problemen/ideeën leveren via de

Brabantwegen App o E&M Onderhoud

Kennismaken met Brabantwegen App





Reageren en ondersteunen van weggebruikers welke problemen/ideeën leveren via de Brabantwegen App

- Dienstenplein – Helpdesk. (Applicatiebeheer Document. 2010). o Dienstenplein – Helpdesk

Aannemen, registreren en categoriseren van meldingen (problemen tijdens het gebruik van de Brabantwegen App).

Meldingen proberen op te lossen m.b.v. de vraagbaak Onderhouden van de vraagbaak Meldingen doorzetten naar 2e lijnsondersteuning indien helpdesk de melding niet kan

oplossen (Functioneel beheer, Technisch beheer). Actief monitoren van openstaande meldingen

- Functioneel beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). o Functioneel beheer

Organiseren van gebruikerstrainingen Registreren en prioriteren van bevindingen (probleem of wijziging) Samen met applicatiebeheer de inhoud van onderhoudsreleases vaststellen Afstemmen grote functionele wijzigingen of informatiebehoeften met informatie adviseur Afstemmen met proceseigenaar Autoriseren kerngebruikers en eindgebruikers

- Technisch beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). o Technisch beheer

Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s, randapparatuur) en systeemsoftware Zorgdragen voor de operationalisering van de bedrijfssoftware (de exploitatie)

- Applicatiebeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010). o Applicatiebeheer

Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn naast de software ook de bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen

Tijdsplanning: (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Voor het toekennen van tijd is de 1-op-1 methode toegepast. Deze methode houdt in dat aan iedere taak dezelfde tijd wordt toegekend. Wanneer het ontwikkelen van de applicatie x aantal dagen beslaat, zal dezelfde tijd benodigd zijn om de applicatie te implementeren. (E. Pot. 2013). Voor de ontwikkeling van de applicatie is 176,47 uur nodig. (Zie: fase Terugkeren - Implementatieplan Key Partners). Dit zijn +/- 23 dagen van 8 werkuren. Deze hoeveelheid benodigde dagen wordt op basis van de 1-op-1 methode als uitgangspunt meegenomen voor de implementatie van de Brabantwegen App.

Wanneer Deelactiviteit Wie Deadline Fysieke resources Maandag week 1 Aanvraagformulier applicatieontwikkelen Kerngebruikers, eindgebruikers,

Dienstenplein – Helpdesk, Functioneel beheer, Technisch beheer, Applicatiebeheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Dinsdag week 5

Maandag week 4 Nieuwe servers Technisch beheer Maandag week 5 Human resources Doelstelling: Het ontwikkelen van de Brabantwegen App Maandag week 1 Onderzoek doen naar verschillende

applicatieontwikkelaars Functioneel beheer Donderdag week 1

Donderdag week 1 Applicatieontwikkelaar kiezen Functioneel beheer Vrijdag week 1 Vrijdag week 1 Applicatieontwikkelaar voorzien van eindproduct ofwel

concept 2.0 Functioneel beheer Vrijdag week 1

Vrijdag week 1 Een samenwerking opzetten met website developer Functioneel beheer Maandag week 2 Maandag week 5 Resultaat Brabantwegen App intern testen bij Technisch

Beheer en Applicatiebeheer Technisch beheer, Applicatiebeheer Maandag week 5

Maandag week 5 Brabantwegen App lanceren en vrijgeven op app stores Technisch beheer, Applicatiebeheer Woensdag week 5 Doelstelling: Het ontwikkelen van de Brabantwegen App- extentie op de website www.brabant.nl Maandag week 1 Onderzoek doen naar verschillende website developers Functioneel beheer Donderdag week 1 Donderdag week 1 Website developer kiezen Functioneel beheer Vrijdag week 1 Vrijdag week 1 Website developer voorzien van eindproduct ofwel

concept 2.0 Functioneel beheer Vrijdag week 1

Vrijdag week 1 Een samenwerking opzetten met applicatieontwikkelaar Functioneel beheer Maandag week 2 Maandag week 2 Resultaat Brabantwegen App- extentie testen bij

Technische beheer en Applicatiebeheer Technisch beheer, Applicatiebeheer Maandag week 5

Maandag week 5 Brabantwegen App- extentie lanceren Technisch beheer, Applicatiebeheer Woensdag week 5 Doelstelling: Het implementeren van de Brabantwegen App en het cocreëren met de weggebruiker op basis van de meldingen vanuit de wensen en behoeften van de weggebruiker Doelstelling: Het onderhouden en beheersen van de Brabantwegen App (1-op-1 methode) Onderdeel: Technisch beheer Maandag week 1 Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s,

randapparatuur) en systeemsoftware Technisch beheer Maandag week 5

Maandag week 5 Zorgdragen voor de operationalisering van de Technisch beheer Woensdag week 5



bedrijfssoftware (de exploitatie) Onderdeel: Applicatiebeheer Woensdag week 5 Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn

naast de software ook de bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen

Applicatiebeheer Vrijdag week 5

Onderdeel: Functioneel beheer Vrijdag week 5 Organiseren van gebruikerstrainingen aan interne

(kern)(eind)gebruikers en Dienstenplein - Helpdesk Functioneel beheer Maandag week 6

Maandag week 6 Registreren en prioriteren van bevindingen (probleem of wijziging)

Functioneel beheer Woensdag week 6

Woensdag week 6 Samen met applicatiebeheer de inhoud van onderhoudsreleases vaststellen

Functioneel beheer, Applicatiebeheer

Donderdag week 6

Donderdag week 6 Afstemmen grote functionele wijzigingen of informatiebehoeften met informatie adviseur

Functioneel beheer Vrijdag week 6

Vrijdag week 6 Afstemmen met proceseigenaar Functioneel beheer Vrijdag week 6 Vrijdag week 6 Autoriseren kerngebruikers en eindgebruikers Functioneel beheer Vrijdag week 6 Onderdeel: Interne kerngebruikers Vrijdag week 6 Kennismaken met Brabantwegen App Verkeers beheer, E&M

Onderhoud, Dienstenplein - Helpdesk

Vrijdag week 8

Maandag week 9 Interne eindgebruikers binnen provincie Noord-Brabant ondersteunen en coachen bij gebruik van Brabantwegen App

Interne kerngebruikers Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Onderdeel: Interne eindgebruikers Vrijdag week 6 Kennismaken met Brabantwegen App

Verkeers beheer, E&M Onderhoud Vrijdag week 8

Maandag week 9 Reageren en ondersteunen van weggebruikers welke problemen/ideeën leveren via de Brabantwegen App

Verkeers beheer, E&M Onderhoud Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Onderdeel: Dienstenplein - Helpdesk Maandag week 6 Aannemen, registreren en categoriseren van meldingen

(problemen tijdens het gebruik van de Brabantwegen App).

Dienstenplein - Helpdesk Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Maandag week 6 Meldingen proberen op te lossen m.b.v. de vraagbaak Dienstenplein - Helpdesk Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Maandag week 6 Onderhouden van de vraagbaak Dienstenplein - Helpdesk Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Maandag week 6 Meldingen doorzetten naar 2e lijnsondersteuning indien helpdesk de melding niet kan oplossen (Functioneel beheer, Technisch beheer).

Dienstenplein - Helpdesk Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

Maandag week 6 Actief monitoren van openstaande meldingen Dienstenplein - Helpdesk Tot aan het einde gebruik Brabantwegen App

5.2.4 Financiële levensvatbaarheid

5.2.4.1 Cost Structure “De bouwsteen Kostenstructuur beschrijft alle kosten die worden gemaakt om een businessmodel te laten werken. Vanzelfsprekend moeten kosten in elk businessmodel tot een minimum beperkt worden. Maar lage kostenstructuren zijn voor sommige businessmodellen belangrijker dan voor andere. ‘Het is daarom nuttig om een onderscheid te maken tussen kostengestuurde en waardegestuurde businessmodellen’: Waardegestuurd: Premium waardeproposities en een hoge mate van gepersonaliseerde service zijn veelal kenmerken voor waardegestuurde businessmodellen. Kostengestuurd: ‘De kostenstructuur zullen uit de volgende categorieën bestaan’: Vaste kosten: kosten die hetzelfde blijven, ongeacht het volume aan goederen of diensten dat wordt geproduceerd. Variabele kosten: Kosten die proportioneel variëren met het volume aan goederen en diensten dat wordt geproduceerd.” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De provincie Noord-Brabant is onderdeel van de Nederlandse overheid en valt hierdoor binnen de non-profit sector. Het doel van de provincie is de Brabander een welvarend en veilig leven te bieden. Hierdoor is de provincie waardegestuurd en niet kostengestuurd aangezien het belang van de Brabander voorop staat. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Binnen de kostenstructuren, die ondanks het feit dat de provincie non-profit is georiënteerd aanwezig zijn, beslaan zowel vaste als variabele als investeringskosten. Dit aangezien de Brabantwegen App en alle benodigdheden alleen kunnen bestaan wanneer er verschillende kosten worden gemaakt. De vaste kosten zijn nodig om structureel de applicatie te onderhouden. De variabele kosten zijn afhankelijk van het gebruik van de applicatie en de investeringskosten zijn een eenmalige investering om de applicatie tot realiteit te brengen. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010).


(*De provincie heeft de ambitie om zoveel mogelijk te outsourcen en te vermarkten binnen de applicatieontwikkeling. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt).

Vaste kosten Herkomst kosten Onderdeel Argumentatie *€2000,- E. Pot. 2013. Externe

applicatieontwikkelaar Brabantwegen App jaarlijks onderhouden

De applicatieontwikkelaar zal de Brabantwegen App moeten onderhouden

*€1000,- R. Sweegers. 2013.

Externe website developer

Het onderhouden van de extentie van de Brabantwegen App op www.brabant.nl

De website developer zal de extentie op de website www.brabant.nl moeten onderhouden

*€80,-. WeBuildApps. 2013.

Externe markets Apple, Android, Blackberry etc.

Het plaatsen van de Brabantwegen App op de App- markten

De weggebruikers zullen de Brabantwegen App downloaden van de App- markten en van de applicatie gebruik maken

€1000,- E. Pot. 2013. Intern Technisch beheer Implementatie- en onderhoudskosten per applicatie en extenties per jaar

Beheren van hardware (servers, netwerken, pc’s, randapparatuur) en systeemsoftware en zorgdragen voor de operationalisering van de bedrijfssoftware (de exploitatie). (Applicatiebeheer Document. 2010).

€1000,- E. Pot. 2013. Intern Applicatiebeheer Implementatie- en onderhoudskosten per applicatie en extenties per jaar

Beheren en aanpassen van applicatieobjecten. Dat zijn naast de software ook de bijbehorende ontwerpen (functioneel, technisch) en datamodellen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Totaal bedrag aan jaarlijkste vaste kosten €5080,-

Naast de vaste kosten zijn er ook variabele kosten die afhankelijk zijn van het aantal problemen/ideeën dat de weggebruiker levert aan de provincie als de Brabantwegen App is gelanceerd. De variabele kosten zijn gebaseerd op een verwachting van 10 meldingen per week. (H. Goossens. 2013). Hieronder zijn de variabele kosten: (*De kosten zijn gebaseerd op een gemiddeld bruto maandsalaris van €3600,- welke de gemiddelde provincieambtenaar verdient op basis van een 40 urige werkweek. (€22,50. per uur). (Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. 2012. en Omroepwest.nl. 2009). De tijd om te cocreëren per weggebruiker is gebaseerd op 1 uur per provincieambtenaar. (H. Goossens. 2013).)

Variabele kosten Herkomst kosten Onderdeel Argumentatie *(Bij 10% van alle meldingen per week zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 1 ondersteuning per week) €22,50 (Kosten per jaar bij 52 weken) €1170,-

Intern: (Kerngebruikers) Verkeers beheer / E&M Onderhoud / Dienstenplein - Helpdesk

Ondersteuning en coaching. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Dit zijn gebruikers met ruime kennis en ervaring van het proces en het systeem. Deze gebruikers ondersteunen en coachen de gebruikers bij het gebruik van het systeem en/of bij vragen of problemen met het systeem. Er zullen meerdere mensen moeten worden ingeschakeld naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

*(Bij 10 probleem/idee meldingen per week) €225,-. (Kosten per jaar bij 52 weken) €11700,-

Intern: Verkeers beheer / E&M Onderhoud (Eindgebruikers)

Reageren en ondersteunen van weggebruikers welke problemen/ideeën leveren via de Brabantwegen App

Deze personen zullen werken aan de achterkant van de applicatie en dus op alle meldingen reageren. Zij zijn de kern van de cocreatie welke ontstaat tussen provincie en weggebruiker. Er zullen meerdere mensen moeten worden ingeschakeld naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen

*(Bij 10% van alle meldingen per week zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 1 ondersteuning per week) €22,50 (Kosten per jaar bij 52 weken) €1170,-

Intern: Dienstenplein – Helpdesk. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Vraagbaak en incidentbeheer

Aannemen, registeren en categoriseren van meldingen. Melding proberen op te lossen m.b.v. de vraagbaak. Onderhouden van de vraagbaak. Melding doorzetten naar 2e lijns ondersteuning indien de helpdesk de melding niet kan oplossen. Actief monitoren openstaande meldingen. (Applicatiebeheer Document. 2010).

*(Bij 5% van alle meldingen per week zal er ondersteuning nodig zijn. Bedrag is voor 0,5 ondersteuning per week) €11,25 (Kosten per jaar bij 52 weken) €585,-

Intern: Functioneel beheer. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Werkinstructie beheer

Vertegenwoordigen van de gebruikersorganisatie. Functioneel beheer is namens de gebruikersorganisatie opdrachtgever van IT en accepteert namens de organisatie de producten en diensten van IT. Ondersteunen van gebruikers bij het gebruik van de informatievoorziening. Ondersteunen analist en testcoördinator bij specificeren van wensen en eisen en coördineren van o.a. acceptatietesten. (Applicatiebeheer Document. 2010).

Totaal bedrag aan jaarlijkse variabele kosten (Op basis van 10 meldingen per week).

€14625,-




Om de Brabantwegen App te implementeren zijn er investeringskosten nodig. Deze kosten bestaan uit eenmalige bestedingen. Deze investeringen representeren de kosten welke nodig zijn om de Brabantwegen App en alle benodigdheden te realiseren. Hieronder zijn de variabele kosten schematisch weergegeven: (*De provincie heeft de ambitie om zoveel mogelijk te outsourcen en te vermarkten binnen de applicatieontwikkeling. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt). (**Het uurtarief van applicatieontwikkeling is €85,- waarbij de ontwikkeling van een dergelijke applicatie +/- €15000,- zal bedragen. (E. Pot. 2013). Hierdoor zijn de prijzen conform de markt). (***De kosten zijn gebaseerd op een gemiddeld bruto maandsalaris van €3600,- welke de gemiddelde provincieambtenaar verdient op basis van een 40 urige werkweek. (Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. 2012. en Omroepwest.nl. 2009). De tijd om te cocreëren per weggebruiker is gebaseerd op 1 uur per provincieambtenaar. (H. Goossens. 2013).).

Investeringskosten Herkomst kosten Onderdeel Argumentatie *€15000,- (M. van den Heuvel. 2013).

Intern/extern ICT beheer Nieuwe server. (E. Pot. 2013).

Er zullen nieuwe servers moeten komen naarmate het gebruik van de Brabantwegen App zal stijgen. (E. Pot. 2013).

*€2000,- (R. Sweegers. 2013).

Externe website developer Extentie Brabantwegen App op website www.brabant.nl

Binnen concept 2.0 is aangegeven dat de Brabantwegen App ook te gebruiken moet zijn via de website www.brabant.nl

**€15000,- (E. Pot. 2013).

Externe applicatieontwikkelaar

Brabantwegen App *(*)De applicatieontwikkelaar zal de Brabantwegen App moeten ontwikkelen. Dit aangezien de provincie Noord-Brabant dit wil outsourcen

***(Op basis van de geïnvesteerde uren gedaan door alle betrokken interne partijen). €43020,-

Intern: (Kerngebruikers) Verkeers beheer / E&M Onderhoud (eindgebruikers) / Dienstenplein - Helpdesk

Kennismaking met Brabantwegen App

Deze kosten representeren de kosten welke zullen worden gemaakt op basis van de werkuren welke worden geïnvesteerd tijdens de implementatie van de Brabantwegen App en haar extenties. Zie: fase Terugkeren - Implementatieplan Key Activities voor de hoeveelheid uren welke benodigd zijn

Totaal bedrag aan jaarlijkse variabele kosten €75020,-

Uit deze kostenindicaties kan worden geconcludeerd dat de primaire investeringskosten in fysieke elementen zoals de Brabantwegen App zelf +/- €32000,- zullen bedragen. Wanneer de medewerkers van de provincie Noord-Brabant bij dit proces zullen worden betrokken, zullen de kosten intotaal bestaan uit +/- €75020,-. Naast de investeringskosten zullen er ook vaste en variabele kosten aanwezig zijn. De jaarlijkse variabele kosten zullen €14625,- bedragen, en de vaste kosten bestaan uit +/- €5080,-. Bij de variabele kosten moet wel rekening worden gehouden dat deze gebaseerd zijn op 10 meldingen per week of 520 meldingen per jaar via de Brabantwegen App. Daarbij zijn deze kosten variabel en kunnen fluctueren. Binnen het eerste jaar zullen de kosten bestaan uit +/- €94725,-.

5.2.4.1.1 Verhouding weginspecteur Noord-Brabant – weggebruiker:

Wanneer de Brabantwegen App in werking zal worden gebracht neemt dit ook extra werk voor de weginspecteurs mee. Doordat de Brabantwegen App de mogelijkheid biedt aan de provincie Noord-Brabant om meer informatie te ontvangen van de weggebruiker, zullen de weginspecteurs vaker op meldingen moeten reageren. Dit omdat sommige meldingen van bepaalde aard zijn waarbij de expertise van de weginspecteur nodig is om de situatie in te schatten. Daarentegen staat wel dat de weggebruiker de funtie van de weginspecteurs (deels) vervangt. De weggebruiker kan een probleem/idee aan de provincie Noord-Brabant leveren, welke direct naar de aannemer in contract kan worden doorgestuurd. Doordat deze 2 gegevens op elkaar inspelen zullen de kosten en/of opbrengsten hiervan op €0,- worden gezet. (H. Wijnen. 2013). Dit omdat aan de ene kant de weginspecteur vaker moet controleren aangezien er meer meldingen binnen zullen komen en aan de andere kant de rol van de weginspecteurs wordt ingevuld door de weggebruiker aangezien zij nu de “controleurs” van de provinciale wegen zijn.

5.2.4.2 Revenue Streams “De bouwsteen Inkomstenstromen representeert de cash die een bedrijf genereert uit elk klantsegment (kosten moeten van de inkomsten worden afgetrokken om winst te creëren).” (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). De kwaliteit van de provinciale wegen wordt vergroot doordat de weggebruiker ook als weginspecteur kan gaan fungeren voor de provincie Noord-Brabant. Doordat de Brabantwegen App de weggebruiker en de provincie Noord-Brabant de mogelijkheid geeft om te cocreëren, wordt de relatie tussen overheid en burger en de kwaliteit van het onderhoud van de provinciale wegen vergroot. Aan deze relatie tussen overheid en burger en kwaliteit van de wegen kunnen geen opbrengsten worden toegekend. Wanneer er namelijk meer meldingen binnen komen, zal aan de ene kant de weginspecteur vaker meldingen moeten gaan inspecteren, en aan de andere kant wordt de functie van de weginspecteur vervangen. Hierdoor ontstaat er een balans van kosten en opbrengsten. (Zie: Fase Terugkeren - Implementatieplan Key Activities Verhouding weginspecteurs – weggebruikers). (H. Wijnen. 2013). Daarbij is de provincie Noord-Brabant onderdeel van de Nederlandse overheid en is dus een non-profit organisatie. Hierdoor is er geen commerciële waarde toe te kennen aan de waarde tussen overheid en burger. Daarbij gegenereerd de Brabantwegen App ook geen opbrengsten vanuit de meldingen welke worden gedaan door de weggebruikers. Wanneer een provincie medewerker 100% aan werk heeft en extra werk moet gaan verzetten doordat er meer meldingen binnen zullen komen dankzij de Brabantwegen App (bijvoorbeeld 10% extra werk), zal dit extra werk ook moeten worden betaald. (Dus de provincie Noord-Brabant zal dan voor 110% aan verzet werk moeten betalen aan de




provincie medewerker). Hierdoor ontstaan er alleen maar kosten. Daarentegen is het wel zo dat de aannemer in contract minder tijd hoeft te besteden in het controleren van de benodigde kwaliteit van de provinciale wegen. Deze taak wordt namelijk gedeeltelijk overgenomen door de weggebruiker. Doordat de weggebruiker de provinciale wegen inspecteert voor de aannemer, hoeft de aannemer hier minder tijd en dus geld aan te besteden. Dit houdt in dat de aannemer de provinciale wegen voor een lager bedrag kan onderhouden voor de provincie Noord-Brabant, waardoor dus de aanbestedingskosten voor een aannemer dalen en dus opbrengsten zijn voor de provincie Noord-Brabant. (H. Wijnen. 2013). Hieronder een weergave van de opbrengsten welke ontstaan doordat de aannemer minder financiële benodigdheden nodig heeft om de provinciale wegen te controleren en te onderhouden, waardoor ook de aanbestedingskosten voor de aannemer dalen vanuit de provincie Noord-Brabant: (Het gemiddelde salaris van een hulpkracht in de bouwsector is €2384,-. Dit houdt in dat het uursalaris uit €15,90 bestaat. (Loonwijzer.nl. 2013). De benodigde tijd per jaar voor de aannemer om de wegen te controleren is 5460 uur. (P. Sannen. 2013). Hierbij wordt er door middel van een aanname vanuit gegaan dat de aannemer 30% minder tijd hoeft te investeren in het controleren van de provinciale wegen. (H. Wijnen. 2013).) De kosten welke jaarlijks worden bespaard door de Brabantwegen App bestaan uit €26044,20. Dit houdt in dat de provincie Noord-Brabant €26044,20 bespaart per jaar op de aanbestedingskosten van de aannemer welke dus als opbrengsten kunnen worden meegenomen.

5.2.4.2.1 Hoe kan de provincie Noord-Brabant deze lage opbrengsten omzetten naar hogere opbrengsten?

(“Hoe kan de provincie Noord-Brabant deze lage opbrengsten omzetten naar hogere opbrengsten?” is beantwoord door een andere sector te benaderen. Hierbij is er naast de infra, in de sector technisch advies met betrekking tot werktuigbouw en elektrotechnische installaties bekeken of er animo is voor de Brabantwegen App. Dit is gedaan door het technisch adviesbureau Sweegers en de Bruijn b.v. te benaderen. Hierbij is er een open interview gevoerd met de regeltechnicus/ICT van Sweegers en de Bruijn b.v. (M. Vugts. 2013). Een open interview biedt namelijk alle bewegingsvrijheid om tijdens het gesprek een breed scala aan vragen te stellen dankzij een vrije structuur van de te bespreken onderwerpen. Hierdoor kan de informatie van de respondent makkelijk naar boven worden gehaald. (Mandemakers, M. & Meier, U. 2007. en Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007). De relevante onderwerpen welke tijdens het interview zijn behandeld, zijn opgezet door een checklist. De checklist was van belang zodat er niet van het onderwerp afgeweken kon worden tijdens het interview. (Broekhoff, M.A. 2007). Deze checklist was opgezet door de relevante en benodigde punten op te stellen en mee te nemen in het interview. Door dit interview is naar voren gekomen of andere sectoren ook gebaat zijn bij deze App en of hiermee ook inkomsten voor de provincie kunnen worden gegenereerd. (Zie voor volledig interview: Bijlage Interview extra opbrengsten).) Het interview is gehouden met Sweegers en de Bruijn b.v. (Zie voor volledig interview: Bijlage Interview extra opbrengsten). Deze organisatie bevindt zich in de top 5 van grootste technisch adviesbureaus met betrekking tot werktuigbouw en elektrotechnische installaties. (M. Vugts. 2013). De referenties van deze adviezen bevinden zich wereldwijd. Daarbij heeft Sweegers en de Bruijn b.v. vele overheidsprojecten ondersteund. (Zie: www.swebru.nl). Hierdoor is Sweegers en de Bruijn b.v. een valide organisatie waarvan de gegevens van toegevoegde waarde zijn voor de Brabantwegen App. Deze organisatie adviseert technische en elektrotechnische installaties aan grote gebouwen zoals ziekenhuizen e.d. Het interview is gehouden met regeltechnicus/ICT van deze organisatie, waaruit is gebleken dat binnen deze sector/branche al een soortgelijk initiatief wordt gebruikt. (M. Vugts. 2013). Dit initiatief ofwel QR locaties biedt de mogelijkheid om de locaties van klanten en haar problemen weer te geven, waarbij ook de informatie van de desbetreffende technische installatie wordt getoond. Deze huidige applicatie biedt alleen niet de mogelijkheid om zonder fysiek contact problemen uit te werken, te beschrijven of te visualiseren, waarop deze App dus wel op inspeelt. De Brabantwegen App zou van toepassing zijn voor niet alleen Sweegers en de Bruijn b.v. en niet alleen de sector/branche voor technische adviesbureaus, maar voor de gehele bouwsector. (M. Vugts. 2013). Door middel van de Brabantwegen App zouden grote beheerders zoals Sweegers en de Bruijn b.v. problemen kunnen verwerken in samenwerking met de klant. Dit doordat de Brabantwegen App alle benodigdheden biedt waarmee problemen worden verholpen zonder dat daar een tussenpersoon zoals een installateur voor nodig is. Deze persoon is tot op heden wel nodig tijdens de herkenning van een probleem. Met de Brabantwegen App zouden grote beheerders minder snel een installateur van de technische installatie naar locatie hoeven te sturen aangezien dankzij de Brabantwegen App alle problemen samen met de klant kunnen worden behandeld. En hetzelfde geldt voor andere sectoren zoals de bouw, waarbij de Brabantwegen App van toepassing zou zijn, als bijvoorbeeld onderaannemers problemen herkennen. Want dankzij de Brabantwegen App zou de hoofdaannemer niet meer iemand naar locatie hoeven te sturen om de onderaannemer te ondersteunen met het probleem. Want dit kan via deze App worden verholpen dankzij de mogelijkheid om gegevens te delen en te creëren. (M. Vugts. 2013).

5.2.4.2.2 Wat zijn de extra opbrengsten voor de provincie Noord-Brabant d.m.v. de Brabantwegen App?

Sweegers en de Bruijn b.v. geeft aan dat zij voor tussen de €3000,- en €4000,- de Brabantwegen App zou willen leasen per jaar. Wanneer zij de applicatie zou willen kopen, zou zij hiervoor tussen de €10000,- en €20000,- aan willen besteden. (M. Vugts. 2013). Daarbij geeft Sweegers en de Bruijn b.v. aan dat er meer geïnteresseerden zouden zijn voor de Brabantwegen App binnen deze en andere sectoren/branches. (M. Vugts. 2013). Wanneer de provincie dus 20 organisaties zou kunnen vinden welke jaarlijks de gemiddelde leaseprijs van €3500,- zou willen betalen, zou de provincie breakeven spelen. De inkomsten bedragen dankzij de lease van 20 organisaties €70000,-. Hiermee wordt het gat gedicht van de €94000,- aan kosten en €26000,- aan opbrengsten welke de Brabantwegen App met zich mee zou brengen. Wanneer de provincie er voor zou kiezen om de applicatie te verkopen aan andere organisaties, zouden er 5 organisaties nodig zijn om dit gat te dichten. Deze 5 organisaties zouden op basis van de gemiddelde verkoopprijs van een applicatie (€15000,-) gezamenlijk €75000,- opbrengen.

http://www.swebru.nl/


6 Succescriteria binnen concept 2.0

(“Succescriteria binnen concept 2.0” is beantwoord door de”Must haves” en “Optionals” uit de fase Ontdekken en de succescriteria uit de fase Vertrekken mee te nemen in de fase Ontwikkelen en Reflecteren. (Zie: fase Ontdekken, fase Ontwikkelen, en fase Reflecteren). Binnen deze fases zijn de “Must haves”, “Optionals” en succescriteria tijdens het ontwikkelen van het concept meegenomen en ingevuld. Dit zodat de applicatie inspeelt op de eisen welke uit het onderzoek naar voren zijn gekomen en de opdrachtgever heeft opgesteld. Om aan te kunnen geven dat het definitieve concept ofwel digitale middel/instrument inspeelt op deze eisen, zijn deze criteria ingevuld op basis van de Brabantwegen App. Dit door het definitieve concept (Brabantwegen App) tegen alle eisen op te stellen, en op de inidividuele “Must haves”, “Optionals” en criteria antwoord te geven. Hierdoor is er een overzicht ontstaan waarin te zien is dat het definitieve concept antwoord geeft op alle criteria. (Zie voor de volledige invulling van de gestelde criteria: Bijlage Succescriteria).) Het is van groot belang voor de opdrachtgever om inzicht te hebben omtrent dit onderzoek of de criteria, welke naar voren zijn gekomen uit het onderzoek (“Must haves” en “Optionals”) en succescriteria welke zijn opgezet als randvoorwaarden van het onderzoek (Succescriteria), zijn behaald. Deze criteria representeren de randvoorwaarden waaraan het advies ofwel het concept moet voldoen. Deze criteria zijn in de fase Ontwikkelen en fase Reflecteren meegenomen tijdens de ontwikkeling van het concept en definitieve concept. (Zie: fase Ontwikkelen, en fase Reflecteren). Op deze manier is er ingespeeld op de eisen welke de opdrachtgever heeft opgesteld. En om middels een overzichtelijke conclusie aan te geven of de applicatie inspeelt op deze eisen, is hieronder een conclusie van deze eisen weergegeven waarmee de opdrachtgever in kan zien of het resultaat voldoet. Het is van groot belang voor de provincie Noord-Brabant om na te kunnen gaan of deze eisen zijn behaald of niet. Hierom is in de bijlage de volledige uitwerking te zien van alle “Must haves”, “Optionals” (fase Ontdekken) en succescriteria (fase Vertrekken). Zie voor de volledige invulling van de gestelde criteria: Bijlage Succescriteria. 6.1 Conclusie succescriteria De applicatie speelt op alle succescriteria uit de fase Vertrekken en “Must haves” en “Optionals” (kansrichtingen) uit de fase Ontdekken in. Hiermee kan dus worden geconcludeerd dat de applicatie voldoet aan de eisen welke door de opdrachtgever zijn opgesteld, en voldoet aan de gegevens uit het onderzoek zelf (fase Ontdekken Kansrichtingen). Daarbij is de applicatie getest en geperfectioneerd in de fase Reflecteren waarbij ook deze “Must haves”, “Optionals” en succescriteria als leidraad hebben gefungeerd om de applicatie te verbeteren. De applicatie biedt de mogelijkheid aan de provincie Noord-Brabant en weggebruikers van de provinciale wegen om gezamenlijk het onderhoud van de provinciale wegen te specificeren op basis van de wensen en behoeften van de weggebruikers. Dit wordt aangeboden doordat de provincie met de weggebruiker een cocreërende relatie aan kan gaan, waar en wanneer dan ook. Daarbij zorgt de applicatie voor een interactief proces. Dit interactieve proces vergroot de relatie tussen overheid en burger waarmee de transparantie tussen het beleid van de overheid (en provincie Noord-Brabant) wordt vergroot voor de burger. Hiermee heeft deze transparantie een tweerichtingsverkeer. De weggebruiker kan namelijk samen met de provincie de eigen wensen en behoeften uitwerken en realiseren. Daarnaast verkrijgt de provincie inzicht in de wensen en behoeften van de weggebruiker, waardoor de transparantie vanuit de weggebruiker voor de provincie wordt vergroot. Deze applicatie creëert dus de mogelijkheid om samen met de weggebruiker wensen en behoeften omtrent de provinciale wegen te ontwikkelen en uit te voeren, waarbij zowel de weggebruiker als de provincie Noord-Brabant gebaat bij is. Al deze mogelijkheden spelen dan ook op alle eisen in, wat inhoudt dat de applicatie antwoord geeft op de vraag vanuit zowel de provincie Noord-Brabant als de weggebruiker.


7 Waarom deze applicatie en wat zijn de (andere) maatschappelijk brede doeleinden van de applicatie?

(“Waarom deze applicatie en wat zijn de (andere) maatschappelijk brede doeleinden van de applicatie?” is beantwoord door secundaire gegevens te gebruiken welke zijn opgedaan door de verschillende gesprekken en interviews. Daarbij is er ook van informatie gebruik gemaakt welke buiten de interviews met H. Goossens en M. Vugts naar voren zijn gekomen. Deze informatie bestonden uitspraken van de desbetreffende personen welke naast de gehouden interviews zijn geuit. (H. Goossens, M. Vugts. 2013).) Naast het feit dat de Brabantwegen App opbrengsten met zich meebrengt in de vorm van daadwerkelijke omzetten, voegt de Brabantwegen App ook waarde toe aan de niet-tastbare opbrengsten. De Brabantwegen App draagt namelijk bij de veiligheid en doorstroming van de de provincie Noord-Brabant. En naast deze bijdrage, verzorgt de Brabantwegen App een sterkere relatie met de burger, of in dit geval met de weggebruiker. (H. van Zandvoort, H. Goossens. 2013). Dit is dan ook van groot belang, aangezien deze bijdrage er voor zorgt dat de burger inzichten verkrijgt in het beleid van de provincie en vice versa. Daarbij geeft de Brabantwegen App niet alleen het inzicht wat de burger en provincie in elkaar krijgen, maar ook de mogelijkheid om hierop in te spelen. En door deze interactie ontstaat er een specifieker beleid waarmee de stem van de burger meer tot uiting kan komen en waardoor de provincie haar beleid kan specificeren om de burger te ondersteunen in haar wensen en behoeften. (H. Goossens. 2013). De applicatie heeft dan ook volledige toegevoegde waarde, aangezien deze voortborduurt op de missie en visie van de provincie Noord-Brabant. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Bovendien is de Brabantwegen App gebaseerd op de huidige ontwikkelingen op zowel macroniveau als de huidige relevante trends en ontwikkelingen. Hierdoor verzorgt de Brabantwegen App een nieuwe haalbare en onontkoombare kans waarop de provincie Noord-Brabant in op moet gaan spelen om met de huidige maatschappelijke en technologische ontwikkelingen bij te blijven. (H. Goossens. 2013). Buiten de provincie Noord-Brabant kunnen ook andere overheden gebruik maken van de Brabantwegen App. “De Brabantwegen App is toepasbaar door andere provincies, Rijkswaterstaat en gemeenten waarmee de overheden nóg meer als overheden en samenwerkingspartners kunnen fungeren met de weggebruikers.” (H. Goossens. 2013). Andere overheden kunnen ook het beleid verbeteren en de verkeersveiligheid en doorstroming van verkeer vergroten door middel van de applicatie. Binnen de Nederlandse overheid wordt samenwerking gestimuleerd en alle kennis welke beschikbaar is, moet worden gedeeld zodat Nederland een steeds welvarender land is waarbij de stem van de burger ofwel weggebruiker gehoord kan worden. (WOW. 2013). De Brabantwegen App biedt deze mogelijkheden aangezien iedere overheid, van kleine gemeente tot grote Rijksoverheid, in principe samen kan werken met de weggebruiker dankzij deze applicatie. De applicatie verzorgt een interactieve/cocreërende relatie tussen overheid en weggebruiker, waarmee de relatie tussen beide wordt versterkt en de verkeersveiligheid wordt vergroot. (H. Teljoarubun. 2013). En naast de ondersteunende factor voor de Nederlandse overheden, welke de applicatie met zich meebrengt, zijn ook andere sectoren gebaat bij het gebruik van de Brabantwegen App. De applicatie kan gebruikt worden om bijvoorbeeld binnen de profitsectoren zoals de technische adviesbureau sector/branche of binnen de bouwsector een ondersteuning te bieden waarmee de bedrijfvoering efficiënter uitgevoerd kan worden. (M. Vugts. 2013). Hiermee kan geconcludeerd worden dat de Brabantwegen App niet alleen voor de provincie Noord-Brabant een toegevoegde waarde heeft, waarbij de applicatie voor een beter, maar ook veiliger Brabant zorgt. (Provincie Noord-Brabant. z.d.). Maar ook voor de overige overheden waarbij de relatie tussen de burger en overheid kan worden versterkt en het wegbeheer nog veiliger kan worden uitgevoerd. (H. van Zandvoort, H. Goossens, H. Teljoarubun. 2013). Dit houdt in dat de Brabantwegen App een maatschappelijk brede functie heeft welke voor alle overheden, waarbij wegen bij zijn betrokken, van toegevoegde waarde is. Daarbij heeft de Brabantwegen App ook potentie binnen de commerciële sectoren, waardoor de diversiteit en de potentie om binnen zowel de overheid als commerciële wereld de bedrijfsprocessen bij te staan. (M. Vugts. 2013).


8 Conclusie en aanbeveling

8.1 Inleiding In de fase Vertrekken is het grote belang gebleken om dit onderzoek uit te voeren. Naar voren kwam dat er een noodzaak is om een digitaal middel/instrument te ontwikkelen waarmee op het probleem kan worden ingespeeld. Dit probleem bestond uit het ontbreken van een middel/instrument waarmee de provincie op de wensen en behoeften in kan spelen van de weggebruiker en gezamenlijk kan gaan realiseren. In de fase Vertekken en Reflecteren, en met name in de expertinterviews en gesprekken is dit dan ook gebleken. Het is belangrijk dat de provincie dit tot de beschikking heeft waarmee het onderhoud van de provinciale wegen kan worden verduurzaamd door dit specifieker uit te voeren op basis van deze wensen en behoeften. Dit omdat op deze wijze de kwaliteit van de provinciale wegen nog verder kan worden vergroot en de efficiëntie van het onderhoud kan worden verbeterd. En op dit onderhoudsproces wil de weggebruiker meer invloed uit kunnen oefenen. De weggebruiker geeft in zowel het desk- als fieldresearch in de fase Vertekken, Ontdekken en Reflecteren aan dat zij een dergelijk middel/instrument in het productportfolio van de provincie wil zien. Hierin blijkt dat de weggebruiker een cocreatie wil aangaan met de provincie, waarbij de wensen en behoeften gerealiseerd kunnen worden. Zonder deze toepassing kan de weggebruiker tot op heden onvoldoende samenwerken met de provincie en haar onderhoudsbeleid, waardoor de interactieve relatie tussen overheid en burger hier onder kan gaan lijden. Zonder deze mogelijkheid zal de kloof tussen de provincie en de weggebruiker worden vergroot en kan de leefomgeving niet worden geoptimaliseerd. Op deze manier kan het resultaat van dit onderzoek met een zekere urgentie aan de provincie worden overhandigd waarmee tegelijkertijd de noodzaak van implementatie kan worden versterkt. In de conclusie en aanbeveling worden alle bevindingen gepresenteerd waarin de go/no-go wordt onderbouwd. 8.2 Conclusie Uit het onderzoek is gebleken dat de Brabantwegen App antwoord geeft op zowel de vraag vanuit de provincie als weggebruiker. Deze vraag bestaat uit het aanbieden van een mogelijkheid waarmee de provincie en weggebruiker gezamenlijk, op basis van de wensen en behoeften van deze weggebruiker, het onderhoud van de provinciale wegen kunnen specificeren. Dit door specifieke functionaliteiten en condities aan de Brabantwegen App toe te kennen, waarmee dit doel kan worden behaald. (Zie: fase Ontdekken Kansrichtingen, en zie: fase Reflecteren Verbeteringen). In de fase Vertrekken is gebleken dat er een aanzienlijke noodzaak was om dit onderzoek uit te voeren. Zowel de provincie en weggebruiker ondervonden problemen doordat er geen middel/instrument aanwezig was waarmee een cocreatie op kon worden gezet. De weggebruiker wil interacteren op cocreatieniveau, maar de huidige mogelijkheden kunnen niet voldoen aan de funtionaliteiten die de weggebruiker hieraan eist. Ook is in de andere fases van het onderzoek, welke hebben bestaan uit zowel field- als deskresearch, fase Ontdekken, Reflecteren en Terugkeren, aangetoond dat zonder nieuwe (technologische) mogelijkheden er geen cocreatie kan worden gerealiseerd. Het antwoord op deze vraag bestaat aldus uit de Brabantwegen App. De Brabantwegen App voldoet aan alle functionaliteiten welke aan een nieuw, digitaal en innovatief middel/instrument zijn gesteld door de provincie en weggebruiker. Dit blijkt uit de fase Reflecteren waarin door middel van expertinterviews, een focusgroep en open gesprekken is gebleken dat de Brabantwegen App antwoord geeft op deze vraag. Dit door een nieuwe toevoeging te doen aan het huidige portfolio van de provincie. (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de wensen en behoeften omtrent het digitale middel/instrument om te kunnen cocreëren met de provincie vanuit de weggebruiker? (Q-sort)). (Zie: fase Ontdekken Kansrichtingen). (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0, en fase Reflecteren Succescriteria binnen concept 2.0). De Brabantwegen App biedt de mogelijkheid tot cocreatie op basis van een digitale toepassing waarmee de invididuele weggebruiker invloed uit kan oefenen op het onderhoudsbeleid van de province Noord-Brabant. Met het resultaat van dit onderzoek kan er antwoord gegeven worden op de hoofdvraag: Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0). Het digitale middel/instrument bestaat uit een applicatie voor alle smartphones/tablets, en een extentie hiervan op de website van de provincie Noord-Brabant (www.brabant.nl). Met deze applicatie kan de provincie individuele wensen en behoeften, ofwel eisen van de weggebruiker omtrent de provinciale wegen, inzien en hierop inspelen waarmee het onderhoud van de provinciale wegen kan worden gespecificeerd. Hiermee kan de weggebruiker tegelijkertijd deze wensen en behoeften uitwerken door middel van de specificieke condities die zij hieraan heeft gesteld. (Zie: fase Ontdekken Kansrichtingen, en zie: fase Reflecteren Verbeteringen). Tijdens deze interactie biedt de Brabantwegen App de mogelijkheid om te cocreëren tussen de provincie en weggebruiker. Deze mogelijkheid bestaat uit verschillende functionaliteiten binnen de applicatie en extentie op www.brabant.nl. De functionaliteiten zijn gebaseerd op de expertises van de provincie, eisen van de weggebruiker, trends en ontwikkelingen en krachten en zwakten van 3 casussen. (Zie: fase Vertrekken, fase Ontdekken, fase Ontwikkelen en fase Reflecteren). De Brabantwegen App biedt een volledig nieuwe en effectieve aanpak aan, welke inspeelt op de provincie en de weggebruiker. Tot op heden hadden de provincie en de weggebruiker nog geen mogelijkheden tot cocreatie waarmee gezamenlijk het onderhoud van de provinciale wegen kon worden gespecificeerd. (Zie: fase Vertrekken Waarom deze opdracht?). Door dit ontbreken hiervan groeit te kloof tussen beide partijen en zit er een discrepantie tussen de kwaliteitseisen omtrent de provinciale wegen van de provincie en weggebruiker. Met deze kennis kan het onderhoud en de effectiviteit van de samenwerking tussen overheid en burger worden verbeterd. Op deze manier zal Noord-Brabant en haar maatschappij een kwalitatief betere leefomgeving bieden doordat de verkeersveiligheid wordt vergroot. De Brabantwegen App voorziet een nieuwe methode waarmee alle benodigdheden worden gegeven welke de informatieuitwisseling tussen de provincie en weggebruiker verbetert. Dankzij deze nieuwe mogelijkheid kan de weggebruiker op basis van de gewenste condities (Zie: fase Ontdekken, en zie:




fase Reflecteren) cocreëren, en hetzelfde geldt voor de provincie Noord-Brabant. Hierdoor wordt het proces waarmee de provincie wensen en behoeften tracht te herkennen effectiever en kan zeer gespecificeerde informatie opdoen. Ook verzorgt de Brabantwegen App de gelegenheid dat de weggebruiker een volledige individuele interactie met de provincie aan kan gaan, waarbij er geen omslachtig proces nodig is om wensen en behoeften kenbaar te maken en te realiseren. Op deze manier krijgt de weggebruiker meer invloed en mogelijkheden, waardoor er op de vraag vanuit de weggebruiker wordt ingespeeld om een effectieve mogelijkheid te bieden waarmee transparantie wordt gecreëerd en dit doel kan worden behaald. 8.3 Aanbeveling Het aantal weggebruikers binnen Noord-Brabant zal blijven stijgen. Hierdoor zal de verkeersdruk binnen de provincie toenemen. Tegelijkertijd zal de burger steeds meer invloed op de overheid uit willen en kunnen oefenen door de snel groeiende technologische mogelijkheden welke steeds meer binnen de maatschappij zullen worden geïntegreerd. De weggebruiker wil niet meer alleen meekijken met de overheid, maar wil mee kunnen regeren om zo de individuele eisen met betrekking tot het overheidsbeleid hieraan toe te voegen. Hiermee groeit de vraag vanuit de provincie en de weggebruiker om een nieuwe mogelijkheid waarmee op de toenemende verkeersdruk ingespeeld kan worden. En tegelijkertijd de wensen en behoeften van de steeds mondiger wordende weggebruiker kunnen worden meegenomen. Bovendien moet deze mogelijkheid de possibiliteit aanbieden waarmee er op de steeds groter wordende vraag naar cocreatie tussen provincie en weggebruiker kan worden geanticipeerd. (Zie: fase Ontdekken, en zie: fase Reflecteren). Tot dusver zijn er onvoldoende mogelijkheden om hier antwoord op te geven. (Zie: fase Vertrekken Waarom deze opdracht?). Wanneer er geen oplossing hiervoor wordt geboden zal de kloof tussen de provincie en de weggebruiker vergroot worden. Waardoor de provincie de leefomgeving niet verder kan optimaliseren aangezien zij geen inzichten heeft in de blik van de weggebruiker. Dit is dan ook de reden dat dit onderzoek van grote waarde is voor zowel de provincie als haar weggebruikers. Met het resultaat “Brabantwegen App” zal er antwoord kunnen worden gegeven op deze vraag. De provincie zal door middel van cocreatie met de weggebruiker het onderhoud van de provinciale wegen op haar wensen en behoeften kunnen specificeren. Hiermee kan er transparantie worden gecreëerd met de Brabantwegen App tussen overheid en burger waarmee dit doel kan worden behaald. En doordat de Brabantwegen App deze samenwerking verzorgt tussen de provincie en de weggebruiker, wordt er op de missie en visie van de provincie Noord-Brabant ingespeeld. “De provincie stáát voor Brabant en de Brabanders. In hun belang neemt de provinciale organisatie initiatieven om maatschappelijke vragen op te lossen. … Verbindend. Vanuit deze kernwaarde inventariseert de provincie interne en externe belangen en brengt ze deze samen. Ze kijkt van buiten naar binnen, werkt samen met partners en stimuleert onderlinge samenwerking.” (Provincie Noord-Brabant. z.d.). 8.3.1 Waarom wel, waarom niet?

De urgentie om de Brabantwegen App te implementeren is aanzienlijk aanwezig. In het huidige portfolio van communicatie middelen/instrumenten zit nog niet het juiste middel/instrument waarmee de provincie en weggebruiker een cocreatie op kunnen zetten. (Zie: fase Vertrekken Waarom deze opdracht?, en zie: fase Ontdekken DESTEP t/m fase Ontdekken Kansrichtingen). De huidige middelen/instrumenten zijn gebaseerd op traditionele kanalen welke voor onvoldoende diepgang zorgen waardoor dit resultaat niet kan worden behaald. Dit ondanks er zowel een vraag vanuit de provincie als weggebruiker hier naar is, zo blijkt uit de fase Vertrekken, Ontdekken en Reflecteren. En op dit feit speelt de Brabantwegen App in. Deze applicatie verzorgt de mogelijkheid om een cocreatie op te zetten waarmee gezamenlijk door de provincie en de individuele weggebruiker het onderhoud van de provinciale wegen op digitale wijze kan worden gespecificeerd. Waarmee tegelijkertijd de relatie tussen beiden wordt versterkt. Tevens speelt de Brabantwegen App in op de bezuinigingen welke zijn gericht op het ambtenarenapparaat. (Zie: fase Ontdekken DESTEP). De rol van de weginspecteurs wordt deels vervangen door de weggebruiker, waardoor er met minder ambtenaren hetzelfde werk kan blijven worden gedaan. (Zie: fase Terugkeren Verhouding weginspecteur Noord-Brabant – weggebruiker). Ook zullen de aanbestedingskosten van de aannemers minder hoog zijn. De aannemer heeft minder personeel nodig om de provinciale wegen blijvend te conctroleren aangezien de weggebruiker gedeeltelijk deze taak overneemt. (Zie: fase Terugkeren Revenue Streams). Waarnaast ook de provincie de Brabantwegen App kan verkopen of leasen aan (commerciële) organisaties. Voor de Brabantwegen App is interesse vanuit andere sectoren, waardoor hier de provincie omzet kan genereren. (Zie: fase Terugkeren Hoe kan de provincie Noord-Brabant deze lage opbrengsten omzetten naar hogere opbrengsten?). Hierdoor neemt de applicatie opbrengsten met zich mee. Daarentegen zijn wel investeringskosten gebaat bij de implementatie van de Brabantwegen App. Deze kosten zijn cruciaal om de Brabantwegen App te lanceren en zijn hierdoor onontkoombaar. Daarbij komen ook vaste en variabele kosten kijken welke van belang zijn om de applicatie levensvatbaar te laten zijn. (Zie: fase Terugkeren Financiële levensvatbaarheid). Bovendien is er ook een contra effect te zien. De applicatie zorgt ervoor dat er minder weginspecteurs nodig zijn, maar neemt anderzijds ook werk met zich mee. Er zal personeel nodig zijn om alle meldingen vanuit de weggebruiker te behandelen. Dit omdat de Brabantwegen App ervoor zorgt dat de weggebruiker op effectieve en efficiënte wijze kan cocreëren met de provincie. (Zie: fase Terugkeren Verhouding weginspecteur Noord-Brabant – weggebruiker). Dit pro- en contra effect ten opzichte van de vermindering van het ambtenarenapparaat is hierom dan ook op €0,- gezet. Uit de analyse van de kostenexpert van de provincie zullen hier geen opbrengsten of kosten uit voortvloeien. (H. Wijnen. 2013). Het eerste jaar zal +/- €100.000,- aan kosten kennen. Wanneer, na het eerste jaar de investeringskosten zijn gemaakt, zullen alleen de vaste en variabele kosten blijven bestaan. Deze zullen in de opeenvolgende jaren +/- €20.000,- bedragen. De opbrengsten die de Brabantwegen App met zich meebrengt voor ieder jaar zal bestaan uit +/- €25.000,-. Dit betekent dat in het eerste jaar er een tekort is van +/- €75.000,- en de opeenvolgende jaren


een omzet van +/- €5000,- zal kennen. (Zie voor alle details: fase Terugkeren Fincanciële levensvatbaarheid). Wanneer de provincie de Brabantwegen App aan minstens 5 externe (commerciële) organisaties kan verkopen of leasen voor €15.000,- per organisatie, kan er in het eerste jaar break-even worden gespeeld en kent de Brabantwegen App geen hoge kosten meer. Daarbij blijkt uit het interview met Sweegers en de Bruijn b.v. dat er absoluut interesse naar is. (M. Vugts. 2013). (Zie: fase Terugkeren Hoe kan de provincie Noord-Brabant deze lage opbrengsten omzetten naar hogere opbrengsten?). Hiermee kan geconcludeerd worden dat de Brabantwegen App niet voor negatieve financiële effecten kan zorgen mits de provincie voldoet aan het verkopen en/of leasen hiervan. Bovendien verzorgt de Brabantwegen App niet alleen voor eventuele opbrengsten wanneer er meer dan 5 externe organisaties gebruik hiervan willen maken, ook speelt de Brabantwegen App op een maatschappelijk belang in. De applicatie vergroot de verkeersveiligheid en doorstroming doordat er met meer ogen de proviniciale wegen veilig kunnen worden gehouden, namelijk die van de weggebruiker. Hiermee wordt de leefomgeving verder geoptimaliseerd. (H. van Zandvoort, H. Goossens. 2013). De relatie tussen de provincie en de weggebruiker wordt versterkt en speelt hiermee in op de trend welke inhoud dat de overheid en burger steeds meer afhankelijk van elkaar worden. De kloof tussen de provincie en weggebruiker zal hierdoor niet worden vergroot, maar juist worden verkleind. (Zie: fase Vertrekken Waarom deze opdracht). (Zie: fase Ontdekken DESTEP t/m Trends en ontwikkelingen). Overigens gelden deze positieve effecten niet alleen voor de provincie, maar voor alle wegbeheerders van Nederland, aangezien zij ook met dit probleem worstelen. (WOW. 2013). Op deze manier wordt er op een landelijk maatschappelijk belang ingespeeld. (Zie: fase Vertrekken Worstelen ook andere overheden met dit probleem?, en zie: Waarom deze applicatie en wat zijn de (andere) maatschappelijk brede doeleinden van de applicatie?). Er kan worden vastgesteld dat de effecten van de Brabantwegen App positief zijn. De Brabantwegen App kan voor voldoende opbrengsten zorgen waardoor de kosten teniet worden gedaan. Bovendien kan de applicatie voor meer opbrengsten zorgen dan kosten wanneer er zich vele geïnteresseerden voordoen. Bovendien wordt er op een landelijk maatschappelijk belang ingespeeld waarmee de verkeersveiligheid, doorstroming en relatie tussen overheid en burger worden vergroot. De Brabantwegen App geeft daarnaast antwoord op de hoofdvraag en het overkoepelende doel van dit onderzoek. De applicatie verzorgt een cocreatie tussen de provincie en de weggebruiker waarbij de wensen en behoeften van de weggebruiker kunnen worden gerealiseerd om het onderhoud van de provinciale wegen hierop te specificeren. (Zie: fase Vertrekken Wat is de innovatieopdracht?). Ook uit de succescriteria blijkt dat de Brabantwegen App hier overal antwoord op geeft, waardoor de applicatie volledig past als oplossing van de provincie. (Zie: Succescriteria binnen concept 2.0). Hiermee wordt een oplossing geboden aan het probleem welke volledig op dit probleem inspeelt. (Zie: fase Vertrekken Waarom deze opdracht?). Door deze applicatie kan de informatievoorziening vanuit de weggebruiker richting de provincie op effectievere wijze worden bewerkstelligd. De provincie krijgt op efficiënte wijze inzichten in wat de weggebruiker wil waardoor het onderhoud specifieker kan worden uitgevoerd. En verkrijgt de weggebruiker de mogelijkheid om meer invloed uit te kunnen oefenen op het onderhoudsbeleid waarbij de individuele wensen en behoeften als input gelden. Er ontstaat hier transparantie. Dit draagt op deze manier bij aan de veiligheid, doorstroming en leefomgeving van de provincie Noord-Brabant. (Zie: fase Vertrekken). Hiermee kan er een positieve aanbeveling worden gedaan aan de provincie Noord-Brabant om de Brabantwegen App te implementeren. http://youtu.be/HGdywpQ0W58 http://youtu.be/6XWSrLqQdo4




Literatuur

Websites Avans. 2013. Advanced Business Creation. Afstudeerfase Advanced Business Creation voorjaar 2013. Geraadpleegd op 28 januari 2013 van www.iavans.nl (course: AM-CE, SBRM en ABC Afstuderen - Final Assignment voorjaar 2013 (AM-FINAL-ASSIGNMENT-VJ13)) AvansCMD. 2013. Avans Communicatie Multimedia en Design. Geraadpleegd op 13 maart van http://www.avanscmd.nl/studeren Balen, van S. 2011. Ideeën worden (virtuele) werkelijkheid. Geraadpleegd op 13 maart van http://verbeterdebuurt.pressdoc.com/13231-ideeen-worden-virtuele-werkelijkheid CBS/PBL. 2 juli 2008. Regionale prognose 2007-2025. Geraadpleegd op 5 februari 2013 van http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71548NED&D1=0&D2=0,31-33&D3=a&D4=137,353,390,429,488&D5=0,7,12,l&HD=081029-1351&HDR=G1,G3,G2&STB=T,G4&P=T Courtney, R. 15 februari 2011. Should You Make Consumer Register to Buy Online? Inc. Geraadpleegd op 12 maart van http://www.inc.com/news/articles/2011/02/customers-dont-want-to-register-to-buy-online.html Eindhoven.nl. (z.d.). Klachtmelding openbare ruimte. Geraadpleegd op 20 maart van http://www.eindhoven.nl/inwonersplein/leefomgeving/onderhoud/klachtmelding.htm FNV. 2012. Regeerakkoord en kwaliteit van de publieke dienstverlening. Geraadpleegd op 12 maart van http://www.abvakabofnv.nl/nieuws/archief/390461/470558/regeerakkoord-en-kwaliteit-van-de-publieke-dienstverlening Gemeente schoon. (z.d.). Praktijkvoorbeelden. Geraadpleegd op 30 januari 2013 van http://www.gemeenteschoon.nl/kennisbank# Heugten, van R. (z.d.). Meer focus in provinciaal RO-beleid. Geraadpleegd op 12 maart van http://ro.brabant.nl/00EDC02B-3FB3-471F-9769-5B293225962D/b_NL.IMRO.9930.sv2010-0003_I.A.2.2.2.html Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009. Q-methodologie, een werkelijke mix van kwalitatief en kwantitatief onderzoek? Geraagdpleegd op 20 maart van http://www.boomlemmatijdschriften.nl/tijdschrift/KWALON/2009/2/KWALON_2009_014_002_002 Nationale App-prijs. 2013. Nationale App-prijs. Geraadpleegd op 20 maart van http://nationaleappprijs.nl/winnaar-nationaleapp-prijs-bekend/ Omroepwest.nl. 2009. Provincieambtenaar ontvangt het beste salaris. Geraadpleegd op 2 mei van http://www.omroepwest.nl/nieuws/20-04-2009/provincieambtenaar-ontvangt-het-beste-salaris Organogram Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Geraadpleegd op 30 januari 2013 van http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur/organogram.aspx Overmorgen.nl. 2011. eParticipatie is de sleutel naar groter bereik burgers. Geraadpleegd op 25 februari van http://overmorgen.nl/eparticipatie-is-sleutel-naar-groter-bereik-burgers/ Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Missie en visie. Geraadpleegd op 4 februari t/m 5 mei van http://www.brabant.nl/organisatie/missie-en-visie.aspx Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Spreekbeurtinformatie. Geraadpleegd op 4 mei van http://www.brabant.nl/organisatie/over-brabant/spreekbeurtinformatie.aspx Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Demografische gegevens Bevolking. Bevolkingspyramide. Motorvoertuigen. Geraadpleegd op 30 januari 2013 van http://brabant.databank.nl/quickstep/qsreportcontents.aspx?report=tabel Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Directie Economie & Mobiliteit. Geraadpleegd op 30 januari 2013 van http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur/directies/economie-en-mobiliteit.aspx Provincie Noord-Brabant. (z.d.). Organisatiestructuur. Geraadpleegd op 30 januari 2013 van http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur.aspx

http://www.iavans.nl/

https://bblogin.sso.avans.nl/?new_loc=/webapps/portal/frameset.jsp?tab_tab_group_id=_2_1&url=%2Fwebapps%2Fblackboard%2Fexecute%2Flauncher%3Ftype%3DCourse%26id%3D_54431_1

https://bblogin.sso.avans.nl/?new_loc=/webapps/portal/frameset.jsp?tab_tab_group_id=_2_1&url=%2Fwebapps%2Fblackboard%2Fexecute%2Flauncher%3Ftype%3DCourse%26id%3D_54431_1

http://www.avanscmd.nl/studeren

http://verbeterdebuurt.pressdoc.com/13231-ideeen-worden-virtuele-werkelijkheid

http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71548NED&D1=0&D2=0,31-33&D3=a&D4=137,353,390,429,488&D5=0,7,12,l&HD=081029-1351&HDR=G1,G3,G2&STB=T,G4&P=T

http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71548NED&D1=0&D2=0,31-33&D3=a&D4=137,353,390,429,488&D5=0,7,12,l&HD=081029-1351&HDR=G1,G3,G2&STB=T,G4&P=T

http://www.inc.com/news/articles/2011/02/customers-dont-want-to-register-to-buy-online.html

http://www.eindhoven.nl/inwonersplein/leefomgeving/onderhoud/klachtmelding.htm

http://www.abvakabofnv.nl/nieuws/archief/390461/470558/regeerakkoord-en-kwaliteit-van-de-publieke-dienstverlening

http://www.gemeenteschoon.nl/kennisbank

http://ro.brabant.nl/00EDC02B-3FB3-471F-9769-5B293225962D/b_NL.IMRO.9930.sv2010-0003_I.A.2.2.2.html

http://www.boomlemmatijdschriften.nl/tijdschrift/KWALON/2009/2/KWALON_2009_014_002_002

http://nationaleappprijs.nl/winnaar-nationaleapp-prijs-bekend/

http://nationaleappprijs.nl/winnaar-nationaleapp-prijs-bekend/

http://www.omroepwest.nl/nieuws/20-04-2009/provincieambtenaar-ontvangt-het-beste-salaris

http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur/organogram.aspx

http://overmorgen.nl/eparticipatie-is-sleutel-naar-groter-bereik-burgers/

http://www.brabant.nl/organisatie/missie-en-visie.aspx

http://www.brabant.nl/organisatie/over-brabant/spreekbeurtinformatie.aspx

http://brabant.databank.nl/quickstep/qsreportcontents.aspx?report=tabel

http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur/directies/economie-en-mobiliteit.aspx

http://www.brabant.nl/organisatie/organisatiestructuur.aspx


Rasch, C. 2013. Frankwatching; Omgevingsalert: Vergunningaanvragen en (ver)bouwplannen in jouw buurt. Geraadpleegd op 20 maart van http://www.frankwatching.com/gespot/omgevingsalert/ Rijksoverheid. (z.d.). Kwalitatief onderzoek. Geraadpleegd op 21 februari van http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidscommunicatie/informatie-voor-professionals/omgevingsonderzoek/kwalitatief-onderzoek RTL 7. 2012. Regeerakkoord & ambtenaren: de maatregelen op een rij. Geraadpleegd op 12 maart van http://www.ambtenarennieuws.nl/post/34565763251/regeerakkoord-ambtenaren-de-maatregelen-op-een-rij Scriptie Overzicht. (z.d.). Geraadpleegd op 14 februari van http://www.scriptieoverzicht.nl/hoetebeginnen/ Smits, G.J. 2010. Trends: Realtime, open en overal. Geraadpleegd op 11 maart van http://twinklemagazine.nl/achtergronden/2010/03/trends-realtime-open-en-o/ WOW. 2013. Wegbeheerders ontmoeten wegbeheerders. Geraadpleegd op 28 januari t/m 31 mei van http://weg.platformwow.nl/ Papers, journals en online documenten 21minuten.nl. 2007. Editie 2007. Onderzoek naar sociaal-economische vraagstukken. Geen locatie: 21 minuten.nl. Geraadpleegd op 6 februari van http://www.21minuten.nl/21minuten/images/21minuten_2007_rapport.pdf Aditya, T. 2010. Usability Issues in Applying Participatory Mapping for Neighbourhood Infrastructure Planning. Gebruikersonderzoek naar digitale kaarten omtrent burgers en organisaties. Department of Geodetic Engineering: Universiteit Mada Gadja. Geraagdpleegd op 7 maart van http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1467-9671.2010.01206.x/pdf

Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008. Q-Methology in nursing research: a promising method for the study of subjectivity. Western Journal of Nursing Research. Manchester: University Manchester. Geraadpleegd op 20 maart van http://wjn.sagepub.com/content/30/6/759.full.pdf+html Arentshorst, H. & Klene, N. 2012. ABN AMRO Sector Research. Visie op technologie, media en telecom. Visie op Technologie, Media en Telecom. Geen locatie: ABN-AMRO. Geraadpleegd op 6 februari van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=trends%20technologie%20pdf&source=web&cd=5&ved=0CEsQFjAE&url=http%3A%2F%2Fwww.abnamro.nl%2Fnl%2Fimages%2FGeneriek%2FPDFs%2F020_Zakelijk%2F02_Sectoren%2FMedia_en_Technologie%2Fvos-media_technologie.pdf&ei=Y08SUcPBOcfO0QXYjoC4Cw&usg=AFQjCNGYOG2B_iNwftbsdiPUQVUddB_XEQ&bvm=bv.41934586,d.d2k Brul, A.J. 2011. Commissie voor Economische Zaken en Bestuur. iBrabant: Open en Innovatief. Visie over e-Participatie Noord-Brabant. ’s-Hertogenbosch: Provincie Noord-Brabant. Geraadpleegd op 6 februari van http://www.brabant.nl/politiek-en-bestuur/provinciale-staten/vergaderstukken-en-besluiten-ps-en-commissies/agenda-en-vergaderstukken-statencommissies/cezb.aspx?qvi=38671 Celot, P. 2009. Study on Assestment Criteria for Media Literacy levels. Studie over Assestment criteria voor het niveau van mediageletterdheid. Brussel: Media Literacy Unit. Geraadpleegd op 17 februari van http://ec.europa.eu/culture/media/media-content/media-literacy/studies/eavi_study_assess_crit_media_lit_levels_europe_finrep.pdf Centraal Bureau voor Statestieken. 2007. Provincie op Maat 2007. Demografische, sociale, economische gegevens Provincie Noord-Brabant. Den Haag: CBS. Geraadpleegd op 5 februari 2013 van http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/B948D2F7-3635-4E2B-BC18-0E6B2AC3B13E/0/2007a130noordbrabant.pdf Centraal Planbureau. 2012. Economie krimt/Begrotingstekort naar 3,3%: Decemberraming 2012, Economische vooruitzichten 2013. Kortetermijnraming maart 2013. Geen locatie: CPB. Geraadpleegd op 17 februari van http://www.cpb.nl/cijfer/kortetermijnraming-maart-2013 Chan, J. 2012. Media trends and the implications for marketers. Media trends en de implicaties voor marketeers.Londen: Warc. Geraadpleegd op 12 maart van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=115dd3d3-144f-46f2-972c-bf6216b174ac&q=internet+trends+2013

http://www.frankwatching.com/gespot/omgevingsalert/

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidscommunicatie/informatie-voor-professionals/omgevingsonderzoek/kwalitatief-onderzoek

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/overheidscommunicatie/informatie-voor-professionals/omgevingsonderzoek/kwalitatief-onderzoek

http://www.ambtenarennieuws.nl/post/34565763251/regeerakkoord-ambtenaren-de-maatregelen-op-een-rij

http://www.scriptieoverzicht.nl/hoetebeginnen/

http://twinklemagazine.nl/achtergronden/2010/03/trends-realtime-open-en-o/

http://weg.platformwow.nl/

http://www.21minuten.nl/21minuten/images/21minuten_2007_rapport.pdf

http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1467-9671.2010.01206.x/pdf

http://wjn.sagepub.com/content/30/6/759.full.pdf+html

http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=trends%20technologie%20pdf&source=web&cd=5&ved=0CEsQFjAE&url=http%3A%2F%2Fwww.abnamro.nl%2Fnl%2Fimages%2FGeneriek%2FPDFs%2F020_Zakelijk%2F02_Sectoren%2FMedia_en_Technologie%2Fvos-media_technologie.pdf&ei=Y08SUcPBOcfO0QXYjoC4Cw&usg=AFQjCNGYOG2B_iNwftbsdiPUQVUddB_XEQ&bvm=bv.41934586,d.d2k





http://www.brabant.nl/politiek-en-bestuur/provinciale-staten/vergaderstukken-en-besluiten-ps-en-commissies/agenda-en-vergaderstukken-statencommissies/cezb.aspx?qvi=38671

http://www.brabant.nl/politiek-en-bestuur/provinciale-staten/vergaderstukken-en-besluiten-ps-en-commissies/agenda-en-vergaderstukken-statencommissies/cezb.aspx?qvi=38671

http://ec.europa.eu/culture/media/media-content/media-literacy/studies/eavi_study_assess_crit_media_lit_levels_europe_finrep.pdf

http://ec.europa.eu/culture/media/media-content/media-literacy/studies/eavi_study_assess_crit_media_lit_levels_europe_finrep.pdf

http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/B948D2F7-3635-4E2B-BC18-0E6B2AC3B13E/0/2007a130noordbrabant.pdf

http://www.cpb.nl/cijfer/kortetermijnraming-maart-2013

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=115dd3d3-144f-46f2-972c-bf6216b174ac&q=internet+trends+2013

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=115dd3d3-144f-46f2-972c-bf6216b174ac&q=internet+trends+2013


Cisco Systems. 2011. Forrerst Research, Inc. Next-Generation Contact Centres Must Become Relationship Platforms. Strategies To Keep Pace With The Social Customer. February 2011. Strategie om de sociale consument bij te houden. Cambridge: Forrester Consulting. Geraadpleegd op 6 februari van http://www.cisco.com/en/US/prod/collateral/voicesw/custcosw/next_generation_contact_centers.pdf Cole, Robert E. 2006. From continuous improvement to continuous innovation. Van verbeteringen naar innovatie. Wilwaukee: ASQ Quality Press. Geraadpleegd op 1 februari van http://www.letu.edu/people/jaytevis/Software-Engineering/E1189-Quality-Into-21-Century.pdf#page=137 Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. 2012. Rechtspositie Rijksambtenaar. Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. Den Haag: Directie Organisatie en Personeelsbeleid Rijk. Geraadpleegd op 2 mei van http://werken.belastingdienst.nl/userfiles/file/rechtspositie-rijksambtenaar-2012.pdf Evervaert, H. & Peet, van. A. 2006. Kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Kwalitatief en kwantitatief onderzoek in de Onderwijspraktijk. Utrecht: Hogeschool Utrecht. Geraadpleegd op 21 februari van http://hbo-kennisbank.uvt.nl/cgi/hu/show.cgi?fid=20720 Gemeente Hilversum. 2013. FAQ Omgevingsalert. Hilversumse vergunningen nu online via app OmgevingsAlert! Hilversum: Gemeente Hilversum. Geraadpleegd op 20 maart van https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=2&ved=0CD0QFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.hilversum.nl%2Fdsresource%3Ftype%3Dpdf%26objectid%3Dgured4%3A203570%26versionid%3D%26subobjectname%3D&ei=yYZMUcDyNMis0QW7xIGoCw&usg=AFQjCNFcpTJPfHF7j2YOy8lFSUb8F2Ylrg&bvm=bv.44158598,d.d2k Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013. De Brabantse Weg N329 wordt Weg van de Toekomst. Weg van de Toekomst Noord-Brabant – Gemeente Oss. ’s-Hertogenbosch: Provincie Noord-Brabant. Geraadpleegd op 7 februari van http://www.dubodag.nl/dubo-award/Gemeente%20Oss%20-%20N329%20Weg%20van%20de%20Toekomst.pdf Graham, R. 2012. The Digital Practices of Mobile Phones. De Digitale Praktijken van Mobiele Telefoons. Rhode Island: Rhode Island College. Geraadpleegd op 12 maart van http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1751-9020.2012.00500.x/pdf Hairwassers, H.A.J. 2012. Provincie Noord-Brabant. Economie & Mobiliteit. Commissie voor Ecologie en Handhaving. Commissie voor Ecologie en Handhaving, Commissie Economie en Mobiliteit. ’s-Hertogenbosch: Provincie Noord-Brabant. Geraadpleegd op 7 februari van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=web&cd=24&cad=rja&ved=0CEcQFjADOBQ&url=http%3A%2F%2Fwww.brabant.nl%2Fpolitiek-en-bestuur%2Fprovinciale-staten%2Fvergaderstukken-en-besluiten-ps-en-commissies%2Fagenda-en-vergaderstukken-statencommissies%2Fceh.aspx%3Fqvi%3D42130&ei=X6gTUf_rHKeb0QWX8YFY&usg=AFQjCNFt_zTDeQh6iE1p8syE-daJH6Qx0w Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011. Experimenteren met Burgers: Van Doe-het-zelf naar Doe-het-samen Maatschappij. Participatieonderzoek. Geen locatie: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninklijke Relaties. Geraadpleegd op 8 maart van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=web&cd=1&cad=rja&sqi=2&ved=0CC4QFjAA&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Fbrochures%2F2011%2F08%2F29%2Fexperimenteren-met-burgerinitiatief%2F07dw2011g021.pdf&ei=Rd45UcXYCc3a0QXUi4Ag&usg=AFQjCNH7FYY2VC96H-tJYVyVB_Oj8g2IRA&bvm=bv.43287494,d.d2k Holden, M. 2012. 10 trends in technology. 10 trends in technologie. Geen locatie: Warc. Geraadpleegd op 14 maart van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=3d609376-5b97-46f0-9103-299f99898cc9&q=social+media+integration+trends

Homan, S. 2011. Marktanalyse Healthcheck. Marktanalyse Healthcheck. Twente: Universiteit Twente. Geraadplgeegd op 5 maart van http://essay.utwente.nl/61778/1/BSc_S_Homan.pdf

Jong, de. A. & Agtmaal-Womba, van E. 2008. Centraal Bureau voor Statestieken. Regionale bevolkings- en huishoudenprognose 2007-2025: Belangrijkste uitkomsten. Bevolkingsgroei en huishoudenprognose. Geen locatie: CBS. Geraadpleegd op 5 februari van http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/DF08BAFA-BA23-4D38-9904-354179A0E33C/0/2008k3b15p45art.pdf Kamali, N & Loker, S. 2006. Mass Customizatiom: On-line Consumer Involvement in Product Design. Massapersonalisatie: Online Consumenten Betrokkenheid in Product Ontwerp. Ithica: Cornell University. Geraadpleegd op 12 maart van http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1083-6101.2002.tb00155.x/full

http://www.cisco.com/en/US/prod/collateral/voicesw/custcosw/next_generation_contact_centers.pdf

http://www.letu.edu/people/jaytevis/Software-Engineering/E1189-Quality-Into-21-Century.pdf#page=137

http://www.letu.edu/people/jaytevis/Software-Engineering/E1189-Quality-Into-21-Century.pdf#page=137

http://werken.belastingdienst.nl/userfiles/file/rechtspositie-rijksambtenaar-2012.pdf

http://hbo-kennisbank.uvt.nl/cgi/hu/show.cgi?fid=20720

http://hbo-kennisbank.uvt.nl/cgi/hu/show.cgi?fid=20720

https://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&source=web&cd=2&ved=0CD0QFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.hilversum.nl%2Fdsresource%3Ftype%3Dpdf%26objectid%3Dgured4%3A203570%26versionid%3D%26subobjectname%3D&ei=yYZMUcDyNMis0QW7xIGoCw&usg=AFQjCNFcpTJPfHF7j2YOy8lFSUb8F2Ylrg&bvm=bv.44158598,d.d2k



http://www.dubodag.nl/dubo-award/Gemeente%20Oss%20-%20N329%20Weg%20van%20de%20Toekomst.pdf

http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1751-9020.2012.00500.x/pdf

http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=web&cd=24&cad=rja&ved=0CEcQFjADOBQ&url=http%3A%2F%2Fwww.brabant.nl%2Fpolitiek-en-bestuur%2Fprovinciale-staten%2Fvergaderstukken-en-besluiten-ps-en-commissies%2Fagenda-en-vergaderstukken-statencommissies%2Fceh.aspx%3Fqvi%3D42130&ei=X6gTUf_rHKeb0QWX8YFY&usg=AFQjCNFt_zTDeQh6iE1p8syE-daJH6Qx0w





http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=&esrc=s&frm=1&source=web&cd=1&cad=rja&sqi=2&ved=0CC4QFjAA&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Fbrochures%2F2011%2F08%2F29%2Fexperimenteren-met-burgerinitiatief%2F07dw2011g021.pdf&ei=Rd45UcXYCc3a0QXUi4Ag&usg=AFQjCNH7FYY2VC96H-tJYVyVB_Oj8g2IRA&bvm=bv.43287494,d.d2k





http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=3d609376-5b97-46f0-9103-299f99898cc9&q=social+media+integration+trends

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=3d609376-5b97-46f0-9103-299f99898cc9&q=social+media+integration+trends

http://essay.utwente.nl/61778/1/BSc_S_Homan.pdf

http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/DF08BAFA-BA23-4D38-9904-354179A0E33C/0/2008k3b15p45art.pdf

http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/DF08BAFA-BA23-4D38-9904-354179A0E33C/0/2008k3b15p45art.pdf

http://onlinelibrary.wiley.com.ezproxy.avans.nl/doi/10.1111/j.1083-6101.2002.tb00155.x/full


Loonwijzer.nl. 2013. Bruto salaris per maand voor: Bouwvakhulpkracht. Bruto salaris bouwvakhulpkracht. Geen locatie: Loonwijzer. Geraadpleegd op 5 mei van http://www.loonwijzer.nl/home/salaris/salarischeck?job-id=9313010000000 Nielsen, 2012. The social media report. Het sociale media verslag. New York: Warc. Geraadpleegd op 11 maart van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=c5aa3e51-57f2-4d4f-852b-7c85b4bed018&q=social+media NVM. Data & Research. 2012. Macro-economische Ontwikkelingen. Landelijke economische ontwikkelingen. Geen locatie: NVM. Geraadpleegd op 17 februari van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=koopkracht%202013%20cbs&source=web&cd=14&ved=0CEgQFjADOAo&url=http%3A%2F%2Fwww.nvm.nl%2F~%2Fmedia%2FNVMWebsite%2FDownloads%2FMarktcijfers%2F2012Q4%2FBijlage%2520II%2520Macro-economische%2520analyse%25202012-4.ashx&ei=k0NAUfWZHqex0AXT0oCABA&usg=AFQjCNFiEWv6KIRtW4U2wCT10Bg2CeNhPg Peet, van A. 2007. Q-sort: Een Rangorde. Q-sort techniek. Utrecht: Hogeschool Utrecht. Geraadpleegd op 5 maart van http://www.educatie.onderzoek.hu.nl/~/media/sharepoint/Lectoraat%20Gedrag%20en%20Onderzoek%20in%20de%20Educatieve%20Praxis/2006/KG16_Arie_Qsort.pdf

Petersen, B. 2012. 10 trends in social media. 10 trends in sociale media. Geen locatie: Warc. Geraadpleegd op 11 maart van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=e08a0d59-8623-43d6-85bc-2d7a8a29e15e&q=social+media+trends Rabobank Cijfers & Trends. 2013. Rabobank Cijfers & Trends, Branche informatie. Uitgeverijen. Trends en cijfers uitgeverijen. Geen locatie: Rabobank. Geraadpleegd op 13 maart van https://www.rabobankcijfersentrends.nl/index.cfm?action=print.printPdf&id=fce30086-a42b-489f-bc93-58c7ee197261 Rijk – provincies. 2008. Bestuursakkoord Rijk – provincie 2008-2011. Bestuursakkoord Rijksoverheid en provincies. Geen locatie: Rijksoverheid. Geraadpleegd op 7 februari van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=bestuursakkoord%20rijk%20%E2%80%93%20provincies%202008%20-%202011&source=web&cd=2&ved=0CDMQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Frapporten%2F2008%2F06%2F05%2Fbestuursakkoord-rijk-provincie%2Fbestuursakkoord4juni.pdf&ei=4b0TUZ_IDYWx0QWE0YDABQ&usg=AFQjCNGGcYDwO0lZuxIV-qyAhJEY6VH33A Rijksbrede Kennisagenda. 2010. Fase 1 Trends & Ontwikkelingen. Trends en ontwikkelingen in de wereld. Geen locatie: Rijksoverheid. Geraadpleegd op 5 februari van http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=rijksbrede%20kennisagenda&source=web&cd=2&sqi=2&ved=0CDcQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Frapporten%2F2010%2F12%2F06%2Frijksbrede-kennisagenda%2Frijksbrede-kennisagenda-definitief.pdf&ei=NBERUa-gHKza0QXe74DoCA&usg=AFQjCNGKlAlVax1oo659NUyx4zudWSfHFA&bvm=bv.41867550,d.d2k Rijksoverheid. 2008. Het Bestuursakkoord rijk – provincies . 2008 -2011. Bestuursakkoord tussen het Rijk en Provincies. Geen Locatie. Rijksoverheid. Geraadpleegd op 5 februari van http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2008/06/05/bestuursakkoord-rijk-provincie.html Seaborn, S. 2012. Four Tech Trends – and what they mean for marketers. 4 technologische trends en wat deze betekenen voor de marketeers. Geen locatie: Warc. Geraadpleegd op 11 maart van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=7f2d9aad-1478-4f27-b495-59b4dd2465b0&q=mobile+applications+trend Sterkenburg, G.P. 2006. Interactief beleid als spanningsveld voor de ambtenaar. Nieuw vertrouwen en nieuw élan in de politiek. Twente: Universiteit Twente. Geraadpleegd op 20 maart van http://www.decentraalbestuur.nl/phocadownload/userupload/Workshop2006/paper06.pdf Twist, van M. 2010. Innovation in Accountability, Content and form symbolism of new accountability arrangement. Innovatie in verantwoording. Geen locatie: Prof. Dr. Mark van Twist. Geraadpleegd op 5 maart van http://www.bestuurskundig.nl/file_download/3/Twist+and+Vanhommerig+Innovation+in+accountability.pdf Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010. Milieu van later, wiens zorg nu? Milieubewustheid is generatie- en leeftijdsafhankelijk. Geen locatie: CBS & CPB. Geraadpleegd op 17 februari van http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/BE4E21C2-84F1-430F-9956-B075F04C3614/0/Milieuvanlaterwienszorgvannu.pdf Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Interprovinciaal overleg, Unie van Waterschappen en Rijk. 2011. Bestuursakkoord 2011-2015. Bestuursakkoord Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Interprovinciaal overleg, Unie

http://www.loonwijzer.nl/home/salaris/salarischeck?job-id=9313010000000

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=c5aa3e51-57f2-4d4f-852b-7c85b4bed018&q=social+media

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=c5aa3e51-57f2-4d4f-852b-7c85b4bed018&q=social+media

http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=koopkracht%202013%20cbs&source=web&cd=14&ved=0CEgQFjADOAo&url=http%3A%2F%2Fwww.nvm.nl%2F~%2Fmedia%2FNVMWebsite%2FDownloads%2FMarktcijfers%2F2012Q4%2FBijlage%2520II%2520Macro-economische%2520analyse%25202012-4.ashx&ei=k0NAUfWZHqex0AXT0oCABA&usg=AFQjCNFiEWv6KIRtW4U2wCT10Bg2CeNhPg




http://www.educatie.onderzoek.hu.nl/~/media/sharepoint/Lectoraat%20Gedrag%20en%20Onderzoek%20in%20de%20Educatieve%20Praxis/2006/KG16_Arie_Qsort.pdf

http://www.educatie.onderzoek.hu.nl/~/media/sharepoint/Lectoraat%20Gedrag%20en%20Onderzoek%20in%20de%20Educatieve%20Praxis/2006/KG16_Arie_Qsort.pdf

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=e08a0d59-8623-43d6-85bc-2d7a8a29e15e&q=social+media+trends

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=e08a0d59-8623-43d6-85bc-2d7a8a29e15e&q=social+media+trends

https://www.rabobankcijfersentrends.nl/index.cfm?action=print.printPdf&id=fce30086-a42b-489f-bc93-58c7ee197261

http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=bestuursakkoord%20rijk%20%E2%80%93%20provincies%202008%20-%202011&source=web&cd=2&ved=0CDMQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Frapporten%2F2008%2F06%2F05%2Fbestuursakkoord-rijk-provincie%2Fbestuursakkoord4juni.pdf&ei=4b0TUZ_IDYWx0QWE0YDABQ&usg=AFQjCNGGcYDwO0lZuxIV-qyAhJEY6VH33A




http://www.google.nl/url?sa=t&rct=j&q=rijksbrede%20kennisagenda&source=web&cd=2&sqi=2&ved=0CDcQFjAB&url=http%3A%2F%2Fwww.rijksoverheid.nl%2Fbestanden%2Fdocumenten-en-publicaties%2Frapporten%2F2010%2F12%2F06%2Frijksbrede-kennisagenda%2Frijksbrede-kennisagenda-definitief.pdf&ei=NBERUa-gHKza0QXe74DoCA&usg=AFQjCNGKlAlVax1oo659NUyx4zudWSfHFA&bvm=bv.41867550,d.d2k




http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2008/06/05/bestuursakkoord-rijk-provincie.html

http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2008/06/05/bestuursakkoord-rijk-provincie.html

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=7f2d9aad-1478-4f27-b495-59b4dd2465b0&q=mobile+applications+trend

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=7f2d9aad-1478-4f27-b495-59b4dd2465b0&q=mobile+applications+trend

http://www.decentraalbestuur.nl/phocadownload/userupload/Workshop2006/paper06.pdf

http://www.bestuurskundig.nl/file_download/3/Twist+and+Vanhommerig+Innovation+in+accountability.pdf

http://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/BE4E21C2-84F1-430F-9956-B075F04C3614/0/Milieuvanlaterwienszorgvannu.pdf


van Waterschappen en Rijk. Geen locatie: Rijksoverheid. Geraadpleegd op 7 februari van http://www.vng.nl/files/vng/vng/Documenten/vngdocumenten/2011_lbr/bestuursakkoord/20110420_OnderhandelaarsakkoordBA_def.pdf VVD-PVDA. 2012. Bruggen slaan Regeerakkoord VVD-PVDA. Regeerakkoord. Geen locatie: Rijksoverheid. Geraadpleegd op 12 maart van http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/10/29/regeerakkoord.html Warc Exclusive, 2012. Warc Briefing: Co-creation. Definition of Co-creation. London, United Kingdom: Warc Ltd. Geraadpleegd op 29 april van http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=a7c87f53-ca90-4b3b-9f44-6eb408fa61a0&q=co+creation WeBuildApps. 2013. App distributie via app stores. Geraadpleegd op 3 mei van http://webuildapps.com/app-distributie-via-app-store/ Wolsink, M. & Breukers, S. 2010. Contrasting the core beliefs about effective wind power Implementation. An international comparison of stakeholder views. Journal of Environmental Planning and Management. Amsterdam: University of Amsterdam. Geraadpleegd op 20 maart van https://gin.confex.com/gin/2006/techprogram/P1713.HTM Zwieten, van M. & Willems, D. 2004. Waardering van kwalitatief onderzoek. Methodologie van kwalitatief onderzoek. Geen locatie: Huisarts en Wetenschap. Geraadpleegd op 12 april van http://link.springer.com/article/10.1007/BF03083653#page-1

Experts en participanten brainstormgroepen A. Hagenaars. 2013. Communicatieadviseur Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 8 februari 2013 t/m 21 mei 2013 C. van Spijk. 2013. Coordinator Buitendienst – provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 28 januari t/m 10 juni 2013 D. van Eck. 2013. Hoofd Bouwbureaus Middelen – provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 8 februari 2013 t/m 21 maart 2013 E. Pot. 2013. Projectmanager ICT - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 11 februari 2013. en 1 mei 2013 H. Goossens. 2013. Bureauhoofd Verkeers Beheer - provincie Noord-Brabant. Interview, 16 april 2013. Persoonlijke mededeling, 4 februari 2013 t/m 10 juni 2013 H. Teljoarubun. 2013. Projectondersteuning Management Team Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 4 februari 2013 t/m 5 juni 2013 H. van Zandvoort. 2013. Projectleider Infrastructurele werken Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonljike mededeling, 4 februari 2013 t/m 10 juni 2013

H. Wijnen. 2013. Kosten expert Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling 1 mei 2013 J. Dudar. 2013. Ingenieur Kunstwerken Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 4 februari 2013 J. van Herkhuizen. 2013. Specialist CAD - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 15 april 2013 M. Schipper. 2013. Omgevingsmanager Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 28 februari 2013 t/m 16 april 2013 M. Tholhuijsen. Online Media adviseur - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling. 6 februari 2013 t/m 21 mei 2013

M. van den Heuvel. 2013. ICT/International Business Studies - Koning Willem 1 College. Persoonlijke mededeling, 2 mei 2013

http://www.vng.nl/files/vng/vng/Documenten/vngdocumenten/2011_lbr/bestuursakkoord/20110420_OnderhandelaarsakkoordBA_def.pdf

http://www.vng.nl/files/vng/vng/Documenten/vngdocumenten/2011_lbr/bestuursakkoord/20110420_OnderhandelaarsakkoordBA_def.pdf

http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/10/29/regeerakkoord.html

http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/10/29/regeerakkoord.html

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=a7c87f53-ca90-4b3b-9f44-6eb408fa61a0&q=co+creation

http://www.warc.com.ezproxy.avans.nl/Content/ContentViewer.aspx?MasterContentRef=a7c87f53-ca90-4b3b-9f44-6eb408fa61a0&q=co+creation

http://webuildapps.com/app-distributie-via-app-store/

http://webuildapps.com/app-distributie-via-app-store/

https://gin.confex.com/gin/2006/techprogram/P1713.HTM

http://link.springer.com/article/10.1007/BF03083653#page-1


M. van den Hoven. 2013. Strategisch Omgevingsmanager Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Interview, 17 april 2013. Persoonlijke mededeling, 8 februari 2013 t/m 3 juni 2013 M. Visser. 2013. Hoofd Bouwbureaus Human Resources – provincie Noord-Brabat. Persoonlijke mededeling, 8 februari 2013 t/m 28 februari 2013 M. Vugts. 2013. Regeltechnicus/ICT - Sweegers en de Bruijn. B.v. Interview, 23 mei 2013 P. Sannen. 2013. Contractmanager Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 6 mei 2013 R. Heesakkers. 2013. en J. Kuilder. 2013. en F. van den Ekart. 2013. en R. Swart. 2013. Student Communicatie Multimedia en Design - Avans Hogeschool. Brainstorm op 15 maart van 11:30u – 14:30u. Locatie: Avans Hogeschool ’s-Hertogenbosch R. Mathijssen. 2013. (Student Civiele Techniek) en R. Swart. 2013. (Student Communicatie Multimedia en Design) en P. Vis. 2013. (Student Advanced Business Creation) en M. Verberkt. 2013. (Student Communicatie Multimedia en Design). Brainstorm op 5 april van 12:30u – 14:30u. Locatie: Avans Hogeschool ’s-Hertogenbosch R. Sweegers. 2013. Webdeveloper Mediavormgeving - Koning Willem 1 College. Persoonlijke mededeling, 2 mei 2013 S. Kalloe. 2013. Project Ingenieur Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 4 februari 2013 t/m 10 juni 2013 S. Pennings. 2013. Projectondersteuning Management Team Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 4 februari 2013 t/m 10 juni 2013 W.v.d. Pijll. 2013. Omgevingsmanager Bouwbureaus - provincie Noord-Brabant. Persoonlijke mededeling, 8 februari 2013

Participanten Q-sort en focusgroepen E. Swart. 2013. & A. Sweegers. 2013. & W. de Jong. 2013. R. de Jong. 2013. & B. Sibsten. 2013. & R. van de Westelaken. 2013. & R. van de Westelaken. 2013. & N. Devlaeminck. 2013. & R. van de Putten. 2013. & H. Huijsmans. 2013. Q-sort 18 maart t/m 22 maart 2013

R. Swart. 2013. Mediavormgeving/Art & Design - Communicatie Multimedia en Design - Swartproductions. Co-facilitator focusgroep 12 april. Locatie: Vierde Morgen te ’s-Hertogenbosch

S. Sweegers. 2013. & M. Sweegers. 2013. & P. Urban-Swart. 2013. & T. Urban-Swart. 2013. & M. Scheefhals. 2013. & L. Haland. 2013. & Y. Cohen.2013. & R. Swart. 2013. Focusgroep 12 april. Locatie: Vierde Morgen te ’s-Hertogenbosch

Casus www.buitenbeter.nl 2013. Buiten Beter. Geraadpleegd op 15 t/m 26 maart van www.buitenbeter.nl.

www.omgevingsalert.nl. 2013. Omgevingsalert. Geraadpleegd op 15 maart tot 26 maart van www.omgevingsalert.nl.

www.verbeterdebuurt.nl. 2013. Verbeter de Buurt. Geraadpleegd op 19 februari t/m 26 maart van www.verbeterdebuurt.nl.

Interne documenten Applicatiebeheer Document. 2010. Beheerdocument. E-formulieren. ’s-Hertogenbosch: Provincie Noord-Brabant. Directie Economie & Mobiliteit. Provincie Noord-Brabant. 2011. Werkdocument, Prestatiegericht meerjarig onderhoud provinciale wegen, Provincie Noord-Brabant. Prestatiecontract UAV-GC. ’s-Hertogenbosch: Provincie Noord-Brabant








Boeken Anderson, C. 2009. The Long Tail. New York: Random House. Baarda, B. 2009. Dit is onderzoek. Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Bekkers, V. & Meijer, A. 2010. Cocreatie in de publieke sector. Een verkennend onderzoek naar nieuwe digitale verbindingen tussen overheid en burger. Den Haag: Boom Juridische Uitgevers. Berlo, van D. 2010. Wij, de overheid: Cocreatie in de netwerksamenleving. Amersfoort: Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie & Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Block, J. 2008. The Q-Sort in Character Appraisal. North Berge, NJ: Book-mart Press Boer, D. d. 1994. Methodologie en statistiek voor communicatie-onderzoek. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum Broekhoff, M.A. 2007. Starten met marktonderzoek, snel en praktisch aan het werk. Groningen: Wolters-Noordhoff BV. Brown, S.R. 1980. Political Subjectivity: Applications of Q Methodology in Political Science. New Haven: Yale University Press. Byttebier, I. 2002. Creativiteit Hoe?Zo! Tielt: Lannoo. Chesbrough, H. 2003. Open Innovation: The New Imperative for Creating and Profiting from Technology. The United States of America: Harvard Business School Publishing. Donk, van de. W.B.H.J. & Broeders, D.W.J. & Hoefnagel, F.J.P.M. 2005. Trends in het medialandschap. Amsterdam: Amsterdam University Press Have, ten S. & Have, ten W. & Janssen, B. 2009. Het verander boek: 70 vragen van manager over organisatieveranderingen. Amsterdam: Mediawerf Uitgevers. Jacobs, D. & Snijders, H. 2008. Innovatieroutine: hoe managers herhaalde innovatie kunnen stimuleren. Assen: Koninklijke Van Gorcum BV. Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010. Interactieve marketing. Amsterdam: Pearson Education Benelux BV. Kempen, P en Keizer, J. 2011. Competent afstuderen en stagelopen: Een advieskundige benadering. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Kok, D. 2012. Sociaal Kapitaal: De meerwaarde van sociale media voor gemeenten. Delf: Academische Uitgeverij Eburon. Kooiker, R. & Broekhoff, M. & Stumpel, H. 2007. Marktonderzoek. Groningen: Wolters-Noordhoff bv. Kotler, P. 2009. Marketing: de essentie. Amsterdam: Pearson Education Belenux. Kreijveld, M. 2012. Samen slimmer: Hoe de “wisdom of the crowds” onze samenleving zal veranderen. Den Haag: STT Mandemakers, M. & Meier, U. 2007. Kwalitatief marktonderzoek, op zoek naar voorkeuren en oordelen. Groningen: Wolters-Noordhoff bv. McKeown B. & Thomas D. 1988. Q methodology. Thousand Oaks: Sage. Ormondt, van F. & Voort, van der P. 2011. Het innovatie boek. Den Haag: Sdu Uitgevers bv. Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010. Business Model Generatie: Deventer: Kluwer. Taprial, V. & Kanwar, P. 2012. Understanding Social Media. Telluride: Varinder Taprial & Priya Kanwar & Ventus Prublishing ApS. Veen, W. 2009. Homo Zappiens: opgroeien, leven en werken in een digitaal tijdperk. Amsterdam: Pearson Education Benelux bv.


Waard, de H. & Rodenburg, K.J. 2007. Burger en politiek: participatie als bruger over de vertrouwenskloof. Antwerpen – Apeldoorn: Garant-Uitgevers n.v. Watts, S. & Stenner, P. 2012. Doing Q methodology: theory, method and interpretation. Thousand Oaks: Sage Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid. 2011. iOverheid. Amserdam: Amsterdam University Press. Wulfen, van G. 2009. Nieuwe producten bedenken. Amsterdam: Pearson Education Benelux.


Bijlage Innovatiemodellen

De scriptie zal worden geschreven op basis van een innovatiemodel. Om het juiste model te kiezen is het van belang om aan te geven waarom welk innovatiemodel zal worden gebruikt. Bij het kiezen van een innovatiemodel zijn er 6 innovatiemodellen onderzocht welke eventueel van toepassing zou kunnen zijn voor de afstudeerscriptie. Hieronder zijn de 6 innovatiemodellen aangegeven en welke waarom wel of niet is gekozen: Stage-Gate model:

Het Stage-Gate model omschrijft een methode waarbij via verschillende fases (stages en gates) een concept, product of dienst wordt gevormd. Dit model is al vaak gebruikt in de praktijk, waardoor het zichzelf heeft bewezen. Het proces om het Stage-Gate model volledig te doorlopen is een langdurig proces en kan gemiddeld tot 18 maanden in beslag nemen. (Wulfen, van G. 2009). Hierdoor is deze methode ongeschikt om binnen 20 weken een antwoord te geven op de hoofdvraag. Daarbij is er geen diepgang binnen iedere stage en gate, waardoor het gebruik van deze methode onvoldoende structuur biedt. Traditioneel innovatiemodel:

Binnen het Traditionele innovatiemodel worden er 5 verschillende stappen weergegeven waarmee een innovatieonderzoek kan worden uitgevoerd. Deze stappen bestaan uit: oriëntatie/marktonderzoek, ideeëngeneratie, ontwikkeling van het concept, de commercialisatie van het concept en de evaluatie hiervan, waarna het proces opnieuw kan worden doorlopen. Dit is een simpele methode waardoor een innovatie makkelijk kan worden opgezet. Deze simpliciteit veroorzaakt hierdoor ook minpunten. Binnen iedere fase wordt onduidelijk weergegeven welke stappen moeten worden ondergaan om tot een goed resultaat te komen. Het is van belang dat dit opnieuw en opnieuw wordt doorlopen om de innovatie te perfectioneren, wat voor tijdstekort zou kunnen zorgen binnen de 20 weken van het onderzoek. (Cole, Robert E. 2006). Dit model is hierdoor ongeschikt voor toepassing om te gebruiken tijdens het onderzoek voor de provincie Noord-Brabant.


Open innovatiemodel:

Het Open innovatiemodel biedt de mogelijkheid om buiten de grenzen van de organisatie te kijken tijdens het doen van een onderzoek. Hierbij staat kennisdeling met externe partijen centraal. Het is de bedoeling om kennis toe te passen vanuit andere sectoren/markten, waardoor er een sterke oplossing kan ontstaan. Dit is ook meteen het zwakke punt van dit model. Het samenwerken met andere partijen en het delen van kennis is een tijdrovend proces. Daarbij is het Open innovatiemodel erop gericht om kennis op te doen en samen te werken. Hierbij ligt de focus dus niet op de ontwikkeling van oplossingen. Dit is om deze redenen een ongeschikte methode om te gebruiken voor dit onderzoek. (Chesbrough, H. 2003). Innovatieroutine:

Het model van Innovatieroutine biedt een mogelijkheid om van ruwe ideeën naar concrete ideeën te komen en deze te testen. De stappen van dit model bestaan uit: ideeën generatie, selectie van ideeën, de realisatie van de geselecteerde ideeën, het testen van de geselecteerde ideeën, waarna de oplossing opnieuw wordt toegepast voor de organisatie. Door de laatste stap kan de oplossing opnieuw waarde bieden voor de organisatie. Dit model biedt hiermee een “trechter proces” waarmee het een goede structuur biedt om van vele ideeën naar een concrete oplossing te komen. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008). De laatste stap van dit model biedt geen toegevoegde waarde voor het onderzoek, aangezien deze stap erop is gericht om innovaties alsmaar te specificeren door constant de oplossing te blijven implementeren. Wanneer dit model zou worden gebruikt, zou er een overbodig proces worden doorlopen aangezien de laatste stap niet van toegevoegde waarde is. Dit omdat het niet mogelijk is om binnen 20 weken de laatste stap in te vullen. Maar desondanks deze laatste stap biedt het model een goede methode aan waarmee ideeën geselecteerd kunnen worden en kunnen worden gevormd tot een concrete oplossing waarna deze getest kan worden. Dit omdat er concrete stappen hierin worden weergegeven waarmee dit kan worden gerealiseerd. Hierom zou deze methode van toepassing kunnen zijn binnen het specifieke onderdeel van het onderzoek waarbij het om het genereren, selecteren en testen van de creatieve oplossing gaat.


Innovatie-leermodel:

Innovatie is volgens het Innovatie-leermodel nooit afgerond. Dit model gaat ervan uit dat innovatie een onophoudelijke cyclus is. Het model biedt een methode waarbij er volgens 5 stappen, namelijk: koersbepaling, doelbepaling, ontwikkeling, invoering en bestaande/nieuwe activiteiten, een innovatie kan worden opgezet. Wanneer de cyclus volledig is doorlopen, is het de bedoeling om dit opnieuw te doen, waardoor de oplossing alsmaar gespecificeerder wordt. Dit proces moet constant herhaald worden. Dit model biedt een goede mogelijkheid om innovaties steeds verder te verbeteren, maar is hierdoor ook ongeschikt voor de opdracht van de provincie Noord-Brabant. Wanneer er niet de mogelijkheid aanwezig is door bijvoorbeeld tijdsgebrek om het model opnieuw te doorlopen, verliest het waarde. (Ormondt, van F. & Voort, van der P. 2011). VOORT-methode:

De VOORT-methode biedt een gedetailleerd stappenplan aan waarmee vraagstukken op innovatieve en creatieve wijze kunnen worden beantwoord. Hierbij ligt de focus van de VOORT-methode op productontwikkeling. Dit stappenplan bestaat uit: Vertrekken, Ontdekken, Ontwikkelen, Reflecteren en Terugkeren. Binnen iedere stap wordt aangegeven hoe deze moet worden vormgegeven en wat de bedoeling is. Daarbij biedt de VOORT-methode de mogelijkheid om hierin een implementatieplan te betrekken, namelijk in de fase Terugkeren. Hierin is het de bedoeling dat de levensvatbaarheid en de acties om dit te behalen, worden weergegeven. Het zwakke punt van de VOORT-methode ligt in het feit dat deze erop is gericht om door een ideationteam doorlopen moet worden. Hier zijn dus meerdere personen voor nodig. Dit is een zwak punt van de VOORT-methode, aangezien dit een langdurig proces kan zijn wanneer op individuele wijze de VOORT-methode wordt gebruikt. Daarentegen staat wel dat volgens de bedenker van deze methode deze wel op individuele basis kan worden gebruikt. (Wulfen, van G. 2009). Het feit dat de VOORT-methode specifiek is gericht op productonwikkeling, waarbij een gedetailleerde aanpak wordt aangeboden, geeft aan dat dit een relevante methodiek is. En doordat er de mogelijkheid tot implementatie wordt gegeven, geeft dit ook aan dat dit een goede methode is om toe te passen. Bovendien is de VOORT-methode ook al eerder op individuele wijze te gebruikt, waardoor het een bewezen methode is om toe te passen tijdens dit onderzoek voor de provincie Noord-Brabant. (Wulfen, van G. 2009).


Conclusie Het feit dat de VOORT-methode specifiek erop is gericht om producten te ontwikkelen waarmee vraagstukken kunnen worden beantwoord, geeft aan dat dit een juiste methode is om toe te passen. Daarbij geeft de gedetailleerde indeling van deze methode veel structuur en biedt hiermee een specifiek proces waarmee de vraag kan worden beantwoord. Ook het feit dat ondanks de VOORT-methode op een ideationteam is gericht doet niet af aan de bruikbaarheid aangezien is bewezen dat de VOORT-methode ook individueel te doorlopen is. (Wulfen, van G. 2009). Naast de VOORT-methode biedt het model van Innovatieroutine een duidelijke opbouw waarmee van de generatie van ideeën tot aan de concretisering en het testen hiervan wordt aangeboden. Deze duidelijke structuur geeft voldoende diepgang om een concept te ontwikkelen en te testen waarop een implementatie kan worden gebaseerd. Bovendien, wanneer de laatste stap niet wordt ingevuld waarbij het de bedoeling is om de concrete oplossing opnieuw te implementeren, wordt er alsnog een goede structuur aangeboden. Ook blijkt uit de ontwikkelaars van het model dat niet alle organisaties en projecten alle stappen hoeven te doorlopen om deze methode een succes te laten zijn. Hierom is dit dan ook een goede methode om toe te passen tijdens de creatieve en reflecterende fases binnen de VOORT-methode. Dat is dan ook de reden dat er voor de VOORT-methode gekozen zal worden. Deze onderzoeksmethode biedt een duidelijke structuur waar veel diepgang in zit. Op deze manier kan er binnen iedere fase van het onderzoek, van probleemanalyse tot aan de implementatie van het concept, gespecificeerde informatie worden gecreëerd, welke antwoord zal geven op de vraagstelling van de provincie. Daarbij zal er in de creatieve en testende fase, fase Ontwikkelen en Reflecteren van de VOORT-methode, gebruik gemaakt worden van het model van Innovatieroutine. Dit model geeft een specifieke methode weer waarmee ideeën kunnen worden gegenereerd en geselecteerd. Op deze manier kan er tijdens de ontwikkeling van het concept/antwoord voor de provincie Noord-Brabant via een concrete route het doel worden behaald en dus een middel/instrument worden ontwikkeld.


Bijlage Implementatiemodellen

Om het resultaat van het onderzoek te kunnen gaan implementeren is er een implementatieplan nodig. Dit is van belang zodat de provincie Noord-Brabant straks kan zien hoe zij het digitale middel/instrument moet gaan uitwerken, implementeren en gaan realiseren. In de fase Reflecteren is er een visualisatie van het digitale middel/instrument gemaakt om duidelijk weer te kunnen geven wat het middel is, wat het kan en wat het doet. Voor het implementatieplan zijn er 4 verschillende implementatiemodellen onderzocht, zodat de beste methode zal worden gebruikt in de scriptie. 5P’s model:

Het 5 P’s model van Pryor geeft 5 verschillende onderdelen van organisties weer. Deze onderdelen bestaan uit: Purpose, Principles, Processes, People en Performance. Hierbij wordt het doel (strategie), de principes (cultuur en waarden), de processen (het interne systeem), de mensen (gedrag) en de prestaties (meten van feedback) aangegeven. Dit model is hierdoor voornamelijk gericht op de cultuur en het veranderingsgedrag van mensen binnen een organisatie. (Have, ten S. & Have, ten W. & Janssen, B. 2009). Dit is meteen ook het zwakke punt van deze methode. Er is onvoldoende diepgang om ook bijvoorbeeld de kosten, baten en benodigde middelen weer te geven. Doordat dit model voornamelijk erop is gericht om mensen te veranderen tijdens een implementatie en niet op het doorvoeren van de innovatie zelf, wordt er onvoldoende houvast gegeven om innovaties te implementeren. Hierom is het een ongeschikte implementatiemethode. A van SOSTAC:

SOSTAC (Situation, Objectives, Strategie, Tactics, Actions, Control) is een model waarmee marketingplannen kunnen worden ontwikkeld, hiervoor een strategie en tactiek kunnen worden opgezet, waarna deze kunnen worden geïmplementeerd en worden gecontroleerd. Het onderdeel “A” ofwel “Actions” is het specifieke onderdeel waarin alle acties worden weergegeven waarmee het marketingplan kan worden geïmplementeerd. Binnen de “Actions” wordt aangegeven welke taken er moeten worden uitgevoerd, hoeveel het gaat kosten, wat de tijdsplanning is en wat de doelstellingen zijn. Hierdoor biedt dit onderdeel een specifieke structuur waarmee duidelijk kan worden aangegeven wat er wanneer moet gebeuren. Daarentegen staat wel dat iedere fase van SOSTAC afhankelijk van elkaar is. Het ene onderdeel is niets zonder het andere. Hierdoor biedt SOSTAC onvoldoende mogelijkheden om te worden gebruikt als implementatiemethode. Dit aangezien alleen het onderdeel “Actions” diepgang kan geven voor de implementatie. (Janssen, H. & Reijsen, van M. & Zweers, T. 2010). Desalniettemin biedt het onderdeel “Actions” wel voldoende mogelijkheden om als onderdeel tijdens de implementatie te fungeren aangezien het een specifieke structuur biedt waarmee innovaties kunnen worden vertaald naar een actie- en tijdsplanning.


Mini New Business Case: 1. Productconcept Zo is het idee ontstaan Dit maakt het product aantrekkelijk Dit maakt het productconcept uniek 2. Strategie Zo past het in de bedrijfsstrategie Zo past het in de divisiestrategie Zo past het in de doelgroepstrategie Zo past het in de productportfolio 3. Commercieel Doelgroep Concrete marketingmix Dit is de reclameslogan voor het product Dit is het ideale moment voor de marktintroductie 4. Bedrijfsmatig We kunnen het (laten) maken We kunnen het (laten) produceren We moeten er (wellicht) voor investeren We hebben de kennis (of weten waar die te vinden is) Dit zijn de mogelijke interne belemmeringen Dit is het ontwikkelproces 5. Financieel Dit levert het op Dit gaat het kosten 6. Aanbeveling Dit zijn de redenen waarom we het moeten ontwikkelen Dit zijn de risico’s als we het niet ontwikkelen Dit zijn de belangrijkste onzekerheden Wij stellen voor het wel/niet te doen De Mini New Business Case biedt een methode aan waarmee eindresultaten van een concept uitgebreid kunnen worden getoond. Hierbij wordt aangegeven wat het concept is en inhoudt, waarom het een goed concept is, hoe het concept moet worden uitgevoerd, wat het gaat kosten en opbrengen en of het een Go/No-go is. Hierdoor wordt er een duidelijke structuur weergegeven waarmee stapsgewijs een concept kan worden doorgevoerd. Daarentegen staat wel dat deze methode vele irrelevante vlakken kent. Deze methode vraagt bijvoorbeeld om een concrete reclameslogan terwijl het onderzoek van de provincie erop is gericht om een middel/instrument te ontwikkelen en geen promotiecampagne o.i.d. er omheen. Dit kan kostbare tijd kosten, waardoor de kwaliteit van het implementatieplan onvoldoende zou kunnen zijn. Daarbij zijn alle onderdelen van de Mini New Business Case afhankelijk van elkaar. Wanneer er dus een onderdeel niet zou worden uitgevoerd in dit onderzoek, zou deze methode haar waarde verliezen. (Wulfen, van G. 2009). Hierom is de Mini New Business Case ongeschikt als implementatiemethode voor dit onderzoek.


Business Model Canvas:

Het Business Model Canvas is een model waarmee op basis van 9 punten businessplannen kunnen worden opgezet en geïmplementeerd. De populariteit van dit model groeit snel in het bedrijfsleven en wordt voor steeds meer innovatievraagtekens gebruikt om deze te beantwoorden. Hierbij wordt dit model steeds vaker gebruikt om product en dienstconcepten te implementeren. Dit model biedt de mogelijkheid om aan te gegeven hoe een organisatie eruit ziet, wat zij aanbiedt, wie haar klanten zijn en hoe zij die kan benaderen, welke partners zij heeft, welke benodigdheden en acties er nodig zijn om het aanbod aan te kunnen bieden en wat de kosten en opbrengsten zijn van het aanbod. Hierdoor is dit een middel waarmee op simplistische wijze organisaties en/of producten/diensten kunnen worden weergegeven en doorgevoerd door de desbetreffende organisatie ofwel provincie Noord-Brabant. Dit doordat de 9 onderdelen van het Business Model Canvas alle onderdelen beslaan waarmee concepten kunnen worden gerealiseerd en geïmplementeerd. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010). Deze onderdelen bestaan uit: Value proposition, Channels, Customer relationship, Customer segments, Key activities, Key resources, Key partners, Cost structure en Revenue streams. Daarbij biedt dit model voldoende ruimte voor creativiteit aangezien dit model bedoeld is om concepten te visualiseren. Hierdoor kan een concept op simplistische wijze worden aangeduid. Daarentegen biedt het model onvoldoende mogelijkheden om een tijdsplanning weer te geven. Hierdoor mist het Business Model Canvas de mogelijkheid om aan te geven wanneer het eindresultaat voor de provincie moet worden geïmplementeerd en op welke manier dit moet gebeuren. Bovendien is het de bedoeling van dit model dat het eindresultaat wordt gevisualiseerd. Dit zou voor dubbel werk zorgen aangezien de succescriteria aangeven dat het eindresultaat moet worden gevisualiseerd. (Zie: fase Vertrekken Aan welke criteria moet de opdracht voldoen?). Verder wordt er al in het eindresultaat aandacht geschonken aan de kanalen en de eindgebruikers, waardoor de vlakken Channels, Customer relationship en Customer segments overbodig zouden zijn. Maar desondanks deze nadelen biedt het Business Model Canvas voldoende ruimte om op concrete wijze een implementatieplan weer te geven. Dit omdat het model ruimte biedt om het implementatieplan zowel te visualiseren als tekstueel te onderbouwen. De 9 onderdelen bieden hier voldoende diepgang voor. Hierdoor kan er een ruimschoots uitgewerkt implementatieplan worden ontwikkeld. En om de overlap van de kanalen en eindgebruikers te voorkomen, zou de focus op de interne organisatie van het model liggen, namelijk: Key activities, Key resources en Key partners. Hierdoor kan er een implementatieplan worden opgezet waarmee de voor de organisatie belangrijke onderdelen extra diepgang kan krijgen. Conclusie Het Business Model Canvas biedt een concrete mogelijkheid om een implementatieplan te ontwikkelen. Dit doordat er 9 concrete onderdelen binnen dit model worden weergegeven waarmee er een voldoende uitgewerkt implementatieplan kan worden opgezet. Deze onderdelen zijn op alle facetten gericht om producten dienstinnovaties weer te geven en door te voeren. Waardoor het Business Model Canvas alle onderdelen, van financiële levensvatbaarheid tot aan de waardepropositie, kunnen worden vertaald tot een concreet plan voor de provincie Noord-Brabant. Hierbij zorgt het feit dat deze methode al is gebruikt om producten te implementeren dat het een betrouwbaar middel is. Daarentegen mist deze methode de mogelijkheid om een actie- en tijdsplanning op te nemen. Om hierop in te spelen biedt het onderdeel “Actions” van SOSTAC alle mogelijkheden om dit gat binnen het Business Model Canvas op te vullen. “Actions” zal worden meegenomen in het onderdeel Key activities van het Businss Model Canvas, waardoor er een volledig implementatieplan kan worden ontwikkeld voor de provincie Noord-Brabant. Bovendien zorgt de mogelijkheid, welke bestaat uit het feit dat het Business Model Canvas gevisualiseerd kan worden, ervoor dat er op de criteria vanuit de provincie verder wordt ingespeeld. (Zie: fase Vertrekken Aan welke criteria moet de opdracht voldoen?). Want het is de bedoeling van het Business Model Canvas om deze te visualiseren. En om de overlap te voorkomen waarbij het Business Model Canvas inspeelt op de kanalen en eindgebruikers, zal de focus op het linker vlak van


het Business Model Canvas liggen. Op deze manier kan er een uitgediept plan worden opgezet voor de interne organisatie, aangezien dit vlak van deze methode hier ook op is gericht. Het dubbele werk dat zou worden gedaan door alsnog de kanalen en eindgebruikers binnen het Business Model Canvas uit te werken, biedt geen belemmeringen op maar voordelen. Dit omdat er op deze wijze een volledig implementatieplan van het eindresultaat van het onderzoek aan de provincie Noord-Brabant wordt geschonken. Hierom zullen het Business Model Canvas en “Actions” van SOSTAC binnen het onderdeel Key activities van het Business Model Canvas worden gebruikt om het implementatieplan te ontwikkelen voor de provincie Noord-Brabant.


Bijlage Open gesprek Tholhuijsen

Aantekening: Gideon Swart Datum: 6 februari 2013 Locatie: Provinciehuis te ’s-Hertogenbosch Aanwezigen: Chantal Boogers en Marleen Tholhuijsen Communicatiespecialisten provincie Noord-Brabant Om een betere verbinding te creëeren met de weggebruiker moeten er nieuwe initiatieven ontstaan. Deze initatieven moeten digitaal zijn aangezien de digitale tijd onontkoombaar is. Daarbij biedt eParticipatie vele mogelijkheden tot verbeteringen, en dit geldt niet alleen voor alleen de infratechniek. Er wordt al op kleine schaal de burger betrokken bij het beleid van de province, zie hiervoor www.doemee.brabant.nl. Op deze website kunnen mensen op verschillende manieren participeren met de overheid. Hierbij zijn namelijk initiatieven te zien waarvoor de burger iets kan betekenen. Hierbij is het alleen wel een eenrichtingsverkeer. Er kan geen informatie met elkaar snel en simpel worden gedeeld. Ook is Meld Rommel In het Buitengebied een voorbeeld waarbij de burger wordt betrokken. Deze voorbeelden geven aan dat de provincie open staat voor nieuwe innovaties, alleen is er nog geen onderzoek gedaan voor een digitaal initiatief op provinciebrede schaal waarbij een tweerichtingsverkeer mogelijk is. Verder zijn er informatieavonden van te voren gepland bij projecten waarin burgers kunnen participeren. Deze groep is wel erg klein omdat deze avonden fysiek worden gehouden. De animo is niet erg groot voor deze avonden omdat de burger niet of nauwelijks van deze avonden af weet. Het is dan ook van belang dat er dus een nieuw online initiatief gaat komen. In de toekomst moet er absoluut iets komen waarmee de burger kan gaan participeren op digitaal niveau. Er is nieuwsgierigheid vanuit de burger. Dit is te zien aan de hand van het aantal burgers die de filmpjes op www.brabant.nl kijken. Verder geven de specialisten op communicatief beleid aan dat de burger absoluut zou gaan participeren via digitale mogelijkheden wanneer deze toegankelijk zijn, want burgers houden van macht uit te oefenen of te klagen. De burger heeft alleen minder binding met de provincie dan met de gemeenten, dit komt omdat de gemeenten lokaler zijn georiënteerd. Dat is dan ook de reden dat er een middel moet komen waarbij er persoonlijke hulp kan worden geboden omtrent de wensen en behoeften van de provinciale wegen. De burger is niet geïnteresseerd in projecten, zij zijn alleen geïnteresseerd in het resultaat dat de provincie boekt. Ook is de burger alleen geïnteresseerd in het resultaat van haar invloed die zij uitoefent op de provincie. De drempel om te participeren is klein door het internet, maar omdat de burger niet weet waar zij deze internetmogelijkheden kan vinden is de drempel toch hoog om de burger zo ver te krijgen. Hiervoor moet dan ook een oplossing komen. Bij klankbordgroepen gaan de provincie en de burger verder kijken, dat zijn burgers maar ook milieupartijen en andere belanghebbenden. Helaas is door de geringe aanwezigheid van de burger bij zulke klankbordgroepen de invloed van de burger niet groot.

http://www.doemee.brabant.nl/



Bijlage Open gesprek Hagenaars

Aantekening: Gideon Swart Datum: 8 februari 2013 Locatie: Provinciehuis te ’s-Hertogenbosch Aanwezigen: Anne-marie Hagenaars Communictie adviseur Bouwbureaus Wat zijn de klantfricties betreft de e-participatie/cocreatie tussen burger en de provincie? De burger krijgt pas behoefte om te cocreëren met de provincie wanneer de burger direct daar positieve gevolgen van kan ondervinden. Het is dan ook van belang dat er een onderscheid kan worden gemaakt tussen de directe leefomgeving en de indirecte leefomgeving, dus op grotere afstand. Mensen zijn namelijk geïnteresseerd wat er om zich heen gebeurt, maar wat er op grotere afstand gebeurt is van minder belang. Het is dan ook de bedoeling dat er iets wordt bedacht waarmee de locatie kan worden aangegeven. Hoe pakt de provincie een soortgelijk probleem aan? Tot op heden worden er regelmatig informatieavonden gehouden en bijeenkomsten georganiseerd voor burgers. Maar de burger komt hier pas op af als het een impact heeft op de eigen leefomgeving. Zodra het direct met de leefomgeving heeft te maken, worden de burgers geactiveerd om mee te denken. Verder speelt Twitter passief een rol. Er wordt niet actief met Twitter mensen geworven, maar het wordt wel gebruikt om de burger te informeren. Dit wordt gedaan om met de trend mee te gaan en niet om op de trend voor te lopen. En wat er vaak ook gebeurt is dat de burger niet overal bij wordt betrokken. Dit i.v.m. juridische, politieke of financiële zaken. Wat zijn de trends en ontwikkelingen met betrekking tot e-participatie/cocreatie tussen de provincie en de burger? Er wordt steeds meer gedaan met de digitale mogelijkheden. Mensen nemen langzamerhand steeds meer actief deel aan de internetcampagnes van de provincie. Dit is een heel langzaam en geleidelijk proces. Daarbij is mobielinternet niet meer weg te denken, het wordt de toekomst voor de provincie en de burger omtrent e-participatie. Steeds meer bedrijven krijgen een eigen app en daar gaat de provincie in de toekomst ook heen. Er is bijvoorbeeld al een wegen app waarbij je kan zien wat waar wordt gedaan aan de wegen om de burgers te informeren. Wat zijn de kansrichtingen over het algemeen gesproken betreft e-participatie/cocreatie?(gebaseerd op de trends en ontwikkelingen) Het is en groeiende markt. Maar de groei mag je niet overschatten. Ouderen hebben namelijk moeite om met de digitale trends mee te groeien. En deze groep is erg van belang want zij zullen een groot deel van de populatie beslaan. Ouderen hebben dan ook meer moeite met de digitale media. Jongere mensen daarentegen zijn juist wel van de media en daar valt nog veel in te behalen. De kansrichting die dan ook ingeslagen moet worden is een combinatie van online (waar en wanneer dan ook) en basic-online (vaste computer) waarmee zowel de ouderen als de jongeren aan de slag kunnen met betrekking tot cocreatie. Wat is uw eigen visie betreft e-participatie/cocreatie tussen burger en de provincie? In de toekomst heb je geen openingstijden meer, iedereen kan 24 uur per dag ideeën leveren aan de provincie wanneer en waar dan ook. Als je iets wilt weten of juist wilt delen zal dat waarschijnlijk via de telefoon of tablets gaan die overal en altijd internet aanbieden. Daarbij wordt de maatschappij individueler, het wordt dan ook moeilijker om mensen te betrekken tenzij er een goed idee komt. Iedereen zal anders voor het eigenbelang gaan. Mensen zullen niet meer betrokken willen worden, tenzij er goede mogelijkheden komen voor participatie. Dit zal dan gebeuren van achter de computer, telefoon of tablet. Wanneer deze mogelijkheden er zijn, zal de motivatie juist wel gaan stijgen vanuit de burger om te cocreëren. Welke middelen/media zijn van belang om in te spelen op dit “probleem” en waarom? Internet en dan voornamelijk mobiel internet. Mensen worden steeds nieuwsgieriger. Mobiel internet kan dan ook het probleem verhelpen dat de burger vaak niet weet wat de provincie of welke andere overheid dan ook doet. Heeft u nog toevoegingen/opmerkingen/tips? Organiseer een focusgroep om de daadwerkelijke klantfricties naar voren zien te krijgen. Gebruik daarbij eventueel een vorm van fieldresearch waarmee meerdere belangen omtrent een digitaal middel/instrument naar voren komen.


Bijlage Communicatiebeleid

(Directie Economie & Mobiliteit. Provincie Noord-Brabant. 2011).

a. Onderhouden contacten met de media.

Alle (pers)contacten met de media aangaande de werkzaamheden worden verzorgd door de Opdrachtgever.

Vragen van de media over het werk, de werkzaamheden of algemene vragen over het wegennet moet de

Opdrachtnemer doorspelen aan de Opdrachtgever. De Opdrachtgever zorgt voor de verdere afhandeling. Op

verzoek van de Opdrachtgever moet de Opdrachtnemer hierbij assisteren.

b. Onderhouden contacten met omwonenden en andere geïnteresseerden.

De Opdrachtgever zal de omwonenden, gemeenten, bedrijven en andere geïnteresseerden informeren. Op verzoek

van de Opdrachtgever assisteert de Opdrachtnemer hierbij.

c. Onderhouden contacten met belanghebbenden.

De Opdrachtnemer dient in overleg met de Opdrachtgever contacten te onderhouden met hulpdiensten,

ziekenhuizen, gemeenten, waterschappen, provincies, (vaar)wegbeheerders, brandstofverkooppunten, eventueel

omliggende bedrijven en instellingen, transportsector en overige belanghebbenden om werkzaamheden die de

bereikbaarheid en de functionaliteit van de bestemmingen kunnen beïnvloeden en te stemmen.

d. Communicatie bij werkzaamheden

Alle in het kader van de overeenkomst uit te voeren communicatie ten behoeve van tijdelijke

verkeersvoorzieningen moet in overleg met de Opdrachtgever worden uitgevoerd.

e. Afhandelen klachten.

Klachten die worden gemeld aan de Opdrachtnemer dienen door de Opdrachtnemer terstond te worden gemeld

aan de Opdrachtgever. De Opdrachtnemer meldt uiterlijk binnen twee werkdagen aan de Opdrachtgever welke

maatregel hij zal treffen in verband met het verhelpen voor zover mogelijk, van de klacht. De Opdrachtnemer

maakt de Opdrachtgever duidelijk dat hij adequaat en zorgvuldig zijn verantwoording neemt en registreert klachten

en de gevolgde procedure in zijn. voortgangsrapportages. De Opdrachtnemer draagt eveneens zorg voor de

terugkoppeling richting de melder van de klacht.


Bijlage DESTEP

Demografie Figuur 1. (Jong, de. A. & Agtmaal-Womba, van E. 2008).

Het CBS en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) geven aan in de prognose dat de Nederlandse bevolking zal groeien naar 16,9 miljoen inwoners in 2025. (CBS/PBL. 2008). Hiervan zullen ruim 2,4 miljoen inwoners in de provincie Noord-Brabant wonen wat voor een bevolkingsgroei van 1% zorgt (tussen 2007 en 2025), zie figuur 1. De groei van de huishoudens is groter dan de groei van het aantal inwoners, de reden hiervan is de afnemende huishoudens grootte. Het aantal eenpersoonshuishoudens gaat toenemen. In de provincie Noord-Brabant zal dit 40% zijn t.o.v. 30% van de rest van Nederland. (Centraal Bureau voor Statistieken. 2007). Ook in 2008 geeft het CBS aan dat de trend van de groei van Noord-Brabant zal doorgaan: “Hoewel het aantal inwoners er niet veel meer groeit, wordt ook voor de provincies Gelderland en Noord-Brabant nog een flinke toename van het aantal huishoudens verwacht. … Onder invloed van de voortgaande

vergrijzing en individualisering zullen daar steeds meer mensen alleen wonen. Tot 2025 komen er in Gelderland naar verwachting 100 duizend huishoudens bij en in Noord-Brabant 110 duizend.” (Jong, de. A. & Agtmaal-Womba, van E. 2008). Zie: Figuur 2. Deze groei van het aantal inwoners binnen Noord-Brabant en de gestage groei van het aantal eenpersoonshuishoudens zal de verkeersdruk vergroten binnen Noord-Brabant. Het is dan ook van belang dat de veiligheid en een goede leefomgeving gewaarborgd kan worden, wanneer de druk met betrekking tot de provinciale wegen zal stijgen. Hierop moet dan ook geanticipeerd worden door het onderhoud van de provinciale wegen te kunnen garanderen van goede kwaliteit, gericht op de behoeften van de weggebruiker binnen Noord-Brabant. Zie voor demografische gegevens provinciale wegen figuur 3. (Provincie Noord-Brabant. z.d.) Figuur 2. (Centraal Bureau voor Statestieken. 2007).

Figuur 3. (Provincie Noord-Brabant. z.d.)

Economie

Rijksoverheid heeft aangegeven dat de Rijksoverheid Noord-Brabant zal blijven financieren om onder andere het provinciale verkeer, vervoersbeleid en het mobiliteitsmanagement te ondersteunen. Dit zal gedaan worden door een financiering van € 26,5 miljoen per jaar. (Rijksoverheid. 2008). Dit omdat de mobiliteit van de provincie van groot belang is voor zowel de provincie zelf als het rijk. De mobiliteit zorgt namelijk voor een stabiele en sterke provincie. “Voor een goed functionerende overheid is vertrouwen de basis. Het gaat hierbij zowel om vertrouwen tussen overheden als van de burger en weggebruiker in deze overheid. Een goede verantwoordelijkheidsverdeling tussen Rijk, provincies en gemeenten is daarbij een onmisbare voorwaarde.” (Rijksoverheid. 2008). De doelen die zijn vastgesteld mede op basis van deze financiële ondersteuning zijn als volgt:

Wegen (km) [2011] Absoluut % van totaal

Totaal 22.502 100%

Gemeentelijke en waterschapswegen 21.030 93,5%

Provinciale wegen 610 2,7%

Rijkswegen 863 3,8%


“Het Rijk en provincies maken in dit bestuursakkoord mede op basis van het advies van de commissie Lodders afspraken over: - decentralisatie van taken en overheveling van financiële middelen; - deregulering en vermindering van administratieve lasten.” (Rijksoverheid. 2008). Deze punten zijn van belang aangezien er met minder mensen het zelfde werk moet worden uitgevoerd om de mobiliteit te ondersteunen van Noord-Brabant. Deze vlakken komen namelijk terug in het regeerakkoord van 2012. (VVD-PVDA. 2012). De overheid wil dezelfde kwaliteit leveren met minder personeel, waardoor er druk komt te liggen op het huidige beleid van de verschillende overheden, waarbij tegelijk ook decentraler gewerkt moet worden om op de kennis van de Nederlander in te spelen. Het is dan ook belangrijk voor de provincie Noord-Brabant om een manier te vinden waarbij de kwaliteit kan worden gewaarborgd en de mobiliteit blijvend kan worden gegarandeerd. De decentralisatie is van belang om de kenniseconomie te stimuleren, waarmee Nederland en Noord-Brabant kunnen worden geoptimaliseerd. De Nederlandse productie is namelijk erg afhankelijk geworden van diensten die samen hangen met sociale vaardigheden van de Nederlander. Kennis is dan ook een productiemiddel geworden van Nederland. Er is dan ook vraag naar een mogelijkheid om decentraal kennis te kunnen delen zodat de weggebruiker, gemeente, provincie en rijksoverheid dichterbij elkaar staan, waarbij kennis gedeeld kan worden. De investeringen die worden gedaan moeten onder andere het decentrale werken gaan ondersteunen. (Rijksbrede Kennisagenda. 2010. en Brul, A.J. 2011). Er zal dus worden bezuinigd op de ambtenaren, zo staat in het regeerakkoord van Rutte 2. (VVD-PVDA. 2012). Het ontslagrecht voor ambtenaren wordt namelijk gelijk getrokken met die van de private sector. Op deze manier wil de overheid gaan bezuinigen op ambtenaren, er moet namelijk bestuurd worden met minder mensen om door de crisis heen te komen. De FNV vakbond geeft aan dat deze bezuinigingen bestaan uit een half miljard euro. (FNV. 2012). Het is daarom van belang voor overheden om zodanig te kunnen functioneren dat er met minder personeel nog steeds het zelfde werk kan worden geleverd. Het is onontkoombaar om niet te korten op alle vlakken van de Nederlandse maatschappij, en dus ook op het ambt. (RTL 7. 2012). Rutte en Samson geven aan dat er minder geld naar het provinciefonds gaat, waardoor provincies minder te besteden hebben. Het NVM (Nederlandse Vereniging van Makelaars) geeft aan dat er een klein herstel zal optreden in 2013. En ondanks dit herstel zal de economie met een half procent dalen in 2013. Daarbij zal de werkloosheid gaan toenemen en de koopkracht afnemen. Verder is het consumenten vertrouwen gedaald en zal dit nog voortduren in 2013. (NVM. Data & Research. 2012). Ook het CPB (Centraal Planbureau) geeft aan dat er een klein herstel van de economie in 2013 zal plaatsvinden. Daarbij geeft het CPB óók aan dat het consumenten vertrouwen zal dalen in 2013 en dat de economie zal krimpen. Het begrotingstekort zal boven de 3% uitkomen, namelijk op 3,3%. (Centraal Planbureau. 2012). Deze cijfers en verwachtingen geven aan dat de economie in 2013 nog steeds zal verslechteren en dat het consumentenvertrouwen nog steeds laag zal blijven. De uitgaven van de Nederlanders zullen dus dalen. Het consumenten vertrouwen blijft laag waardoor mensen minder snel geld uit zullen geven. Het lage consumentenvertrouwen zorgt er voor dat de mediabestedingen vanuit de burger zal dalen, zo geeft Rabobank Cijfers & Trends aan. (Rabobank Cijfers & Trends. 2013). Sociaal “Vanuit de maatschappij is er behoefte aan een open overheid. Voor het stimuleren van de kenniseconomie en van innovatie (door bijvoorbeeld open data), maar ook vanwege de bijdrage aan de democratie (openheid & transparantie) en het verbeteren van de publieke dienstverlening door het betrekken van weggebruikers (cocreatie/burgerparticipatie).” (Brul, A.J. 2011). Mensen willen steeds meer keuzevrijheid hebben en invloed kunnen uitoefenen op de zaken die te maken hebben met Nederland. Dit blijkt ook uit het onderzoek dat 21minuten.nl heeft gehouden onder 100.000 Nederlanders. Hierin werd het thema Democratie van Overheid behandeld. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat in de huidige maatschappij de Nederlander haar mening steeds standvastiger aangeeft. De Nederlander wil niet alleen maar meekijken met de overheid, maar wil juist ook zelf invloed kunnen uitoefenen. (21minuten.nl. 2007). Deze ontwikkeling gaat gepaard met de medialisering van Nederland . Nederlanders kunnen steeds meer invloed in een korter tijdsbestek uitoefenen. Daarnaast kan de Nederlander zonder grote drempel samen macht uitoefenen door bij elkaar aan te sluiten. Hierdoor wordt de invloed alsmaar sterker op organisaties en dwingt dit tot transparantie van deze organisaties. (Rijksbrede Kennisagenda. 2010). Het is dan ook van belang voor de provincie dat zij gaat inspelen op zowel de digitalisering van de maatschappij als op de cocreërende burger. Ook uit een ander onderzoek blijkt dat de Nederlander steeds meer betrokken wil zijn met de overheid. “eParticipatie bij gebiedsontwikkeling zorgt ervoor dat een nieuwe groep burgers meepraat over ontwikkelingen in hun stad. Dat wijst recent onderzoek uit van Over Morgen onder inwoners van Utrecht. Het bureau onderzocht de motivatie van de deelnemers aan het online Stadsdebat in Utrecht over het Dynamisch Stedelijk Masterplan, gehouden in maart 2011. En wat bleek? Maar liefst 25% van de deelnemers aan het online Stadsdebat heeft voor het eerst geparticipeerd en 98% wil dit vaker gaan doen.” (Overmorgen.nl. 2011).


Hierbij wordt aangegeven door de participant van het onderzoek dat de drempel laag is om mee te doen aan participatieprojecten vanuit de overheid wanneer dit op digitale wijze wordt aangeboden. Er kan dan namelijk zelf worden gekozen wanneer de participant mee doet. Technologie “Om samenwerking en uitwisseling mogelijk te maken wordt aangesloten bij wat elders ontwikkeld is en maken we gebruik van open standaarden, en waar mogelijk open source. Om efficiënt te werken maken we slim gebruik van ontwikkelingen en kennis en ervaring die ook zichtbaar zijn bij andere overheidsorganisaties. We zijn in die zin volger en geen voorloper, maar wel een actieve volger. ICT faciliteert de samenwerking binnen het provinciehuis en met partners buiten het provinciehuis en ICT maakt het mogelijk dat kennis & informatie van de provincie beschikbaar zijn voor de Brabantse samenleving en voor medewerkers van de provincie.” (Brul, A.J. 2011). “Om slim en efficiënt te werken moeten we niet alleen de kennis en kunde binnen onze organisatie beter ontsluiten maar maken we ook gebruik van kennis en ervaring binnen de (Brabantse) samenleving. Integrale samenwerking en cocreatie zowel intern als extern spelen hierbij een belangrijke rol.” (Brul, A.J. 2011). Volgens de Commissie van Economische Zaken en Bestuur blijkt dat de provincie Noord-Brabant het participatieniveau van de burger wilt vergroten. Dit zou moeten gebeuren door gebruik te maken van de ICT mogelijkheden die de huidige technologie bied. (Brul, A.J. 2011). Het is dan ook van belang voor de provincie om in te spelen op het mobiele gedrag van de Brabander. Volgens de trends en ontwikkelingen van ABN-AMRO verliezen grotere apparaten zoals pc’s de macht en winnen de kleinere apparaten aan populariteit. Er is dus een verdringing te zien van de pc- markt. (Arentshorst, H. & Klene, N. 2012). Ook geeft Cisco Systems aan dat de Nederlander alsmaar meer gebruik maakt van de mobiele mogelijkheden. Dit omdat zij overal en altijd via internet invloed uit wilt kunnen oefenen zowel op individualistisch als collectief niveau. (Cisco Systems. 2011). Het is dan ook vanzelfsprekend dat de provincie met deze trend mee moet gaan om op de vraag van interactie vanuit de burger in te kunnen spelen. Daarnaast zijn er relatief gezien kleine initiatieven die gebruik maken van nieuwe technieken waarmee burgerparticipatie versterkt kan worden. Deze kennis is dan ook van belang voor de provincie om hiervan te leren. Gemeenteschoon.nl maakt al gebruik van een mobiele applicatie waarbij de weggebruiker in een bepaalde gemeenten aan kan geven wat er eventueel beter zou kunnen. (Gemeente Schoon. z.d.). Maar er zijn ook grotere initiatieven binnen de provincie zelf. De provincie heeft namelijk tijdens het ontwerp van het project van de provinciale weg N329 voor een vorm van fysieke burgerparticipatie gekozen. Dit project geeft dan ook aan dat de provincie nadenkt over het inspelen op de wensen en behoeften van de weggebruiker door middel van cocreatie. (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). Daarbij vindt er dus een medialisering plaats. In het rapport van Paolo Celot, Study on Assestment Criteria for Media Literacy levels, wordt aangegeven dat het gebruik van media in de maatschappij zal toenemen met een factor van tien tot honderd. (Celot, P. 2009). “It’s no longer an advantage to be media literate; rather, it is a debilitating disadvantage not to be.” (Celot, P. 2009). In de komende 10 jaar zal het gebruik van media binnen de Europese maatschappij hard stijgen. Deze trend is goed te zien vanaf het internet in 2000 tot 2005. De vrijetijdsbesteding is in deze periode vervijfvoudigd omtrent internetgebruik. En deze trend zal zich blijven voor doen in de toekomst. (Celot, P. 2009). Ecologie De provincie is sinds 1996 bezig met het onderhouden van de bermen van de provinciale wegen op ecologische wijze. Zo gebruikt zij geen chemische bestrijdingsmiddelen, wat voor een zeer positief effect heeft gezorgd bij de insecten langs de provinciale wegen. Ook is de provincie actief bezig om de biodiversiteit te versterken in Brabant. Zo zijn er in 2011 langs 6 provinciale wegen vlinderbermen geplaatst om de biodiversiteit te versterken. Met deze vorm van ecologisch beheer van de provinciale wegen, tracht Noord-Brabant een voorbeeldfunctie te zijn voor andere overheden. Daarnaast is de provincie bezig met het kruidvriendelijk maken van de bermen langs de provinciale wegen en levert zij een bijdrage aan de BMF (diverse imkerverenigingen) om aandacht te krijgen voor de bijenproblematiek. (Hairwassers, H.A.J. 2012). De provincie Noord-Brabant tracht ook met de toekomst mee te gaan. Zo is de provincie zodanig bezig geweest dat er een 100% duurzame weg komt in Brabant, de N329. Hiermee zorgt de provincie dat duurzame wegenbouw in Brabant meer voor moet komen door deze weg als een voorbeeldweg te laten zijn voor andere provincies en gemeenten. “Voor het afwegen van mogelijkheden is gezocht naar zoveel mogelijk dialoog met marktpartijen gedurende de aanbesteding. Duurzaamheid en zichtbare vernieuwing gaven de doorslag in het aanbestedingsresultaat, niet de prijs. … “Dit project kan qua aanpak en resultaat Brabantbreed en wellicht zelfs nationaal als voorbeeld dienen. Innovatieve en duurzame elementen worden toegepast waarbij inhoud en proces kopieerbaar zijn naar andere wegenprojecten. De


gemeente Oss en de provincie Brabant laten zien dat infra projecten leuk kunnen zijn en niet al te lang hoeven duren als iedereen er de schouders onder zet. Dit is een voorbeeld project met een integrale aanpak.” (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). De provincie zet duurzaamheid steeds meer in en met het project van de gemeente Oss en de provincie samen moet het een voorbeeld project zijn voor de toekomst. Hiermee wordt dus aangegeven dat duurzaamheid van belang is bij de provincie. Hetzelfde geldt voor de weggebruiker, in de ontwikkeling van de N329 zijn er weggebruikers bij betrokken, welke duurzame ideeën konden toevoegen aan de ontwikkeling van de N329. Dit geeft dan ook het bewustzijn van de Brabander weer. Vanuit het perspectief van de burger is te zien dat milieubewustheid van minder belang is dan dat van overheid ofwel de provincie Noord-Brabant. Zo is de economie en de werkloosheid belangrijker in het perspectief van de burger dan het milieu. Toch is het milieu van belang, Nederlanders zijn zich namelijk bewust van de problemen die zich opdoen omtrent het milieu. “Werkloosheid en de economische situatie voeren de ranglijst aan, zowel in Nederland als elders in Europa.” (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). Uit het onderzoek van het CBS blijkt dat milieubewustheid generatie afhankelijk is. Zo zijn ouderen minder milieuvriendelijk doordat zij vast zitten aan bepaalde patronen. Zij hebben op een bepaalde manier leren autorijden, zonder dat daar milieubewustheid kwam kijken. Het is dan ook moeilijker voor ouderen om zulke patronen te doorbreken. Jongeren daarentegen zijn milieubewuster opgevoed, waardoor deze meer zich bezighouden met het milieu. Zo leren zij milieuvriendelijker auto te rijden en bijvoorbeeld strikter afval te scheiden. (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). Daarentegen is het zo dat milieuvriendelijkheid met de leeftijd komt en dus ook leeftijdsafhankelijk is, zo blijkt uit dit onderzoek. Ouderen zullen zich eerder milieuvriendelijker gedragen. Het onderzoek geeft aan dat zij eerder denken aan de toekomst doordat zij kinderen en/of kleinkinderen hebben. Jongeren denken meer aan het korte termijn winstperspectief en houden hierdoor minder rekening met het milieu. (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). Ouderen zijn eerder dan jongeren geneigd zich milieuvriendelijk te gedragen. Uit de focusgroepen bleek dat zij zich meer bewust zijn van wat ze nalaten aan toekomstige generaties, het gaat hierbij om de kinderen en kleinkinderen die ze hebben. Jongeren denken daarentegen minder in termen van toekomstige generaties en kijken meer naar het profijt dat zijzelf hebben van hun gedrag. Daartegen staat wel dat de jongeren meer mogelijkheden kennen van milieuvriendelijk gedrag dan de ouderen. (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010) “Elke nieuwe generatie kiest uiteindelijk voor gedrag dat beter is voor het milieu dan de vorige generatie.” (Verbeek, D. & Boelhouwer, J. 2010). Concluderend is milieubewustheid zowel generatie- als leeftijdsafhankelijk. Ouderen houden zich er meer mee bezig maar zijn minder bekend met de mogelijkheden, en jongeren houden zich er juist minder mee bezig maar kennen juist wel meer mogelijkheden. Het is daarom ook van belang voor de maatschappij om beide groepen te helpen om het milieu te kunnen ondersteunen. Politiek “We realiseren innovatieve vormen van betrekken en raadplegen van bedrijfsleven, kennisinstellingen én weggebruikers bij het ophalen en uitwerken van de ideeën. Samen maken we de Weg van de Toekomst. We zijn transparant in wat er met de input van geraadpleegde partijen wordt gedaan, laten zien wat de afwegingen en argumenten zijn om al dan niet tot uitvoering van een idee over te gaan.” (Gemeente Oss. Provincie Noord-Brabant. 2013). Het project Weg van de Toekomst is dan ook een goed voorbeeld hoe de provincie aan de slag wilt gaan met een vorm van cocreatie. En hoe zij staat t.o.v. een nieuwe vorm van communiceren met de weggebruiker. Uit dit project kan dan ook afgeleid worden dat de provincie open staat voor nieuwe mogelijkheden. Dit blijkt ook uit iBrabant. (Brul, A.J. 2011). De provincie is namelijk op zoek naar nieuwe mogelijkheden om te kunnen gaan cocreëren met de weggebruiker in Brabant om zo beter op de weggebruiker te kunnen anticiperen. “Om slim en efficiënt te werken moeten we niet alleen de kennis en kunde binnen onze organisatie beter ontsluiten maar maken we ook gebruik van kennis en ervaring binnen de (Brabantse) samenleving. Integrale samenwerking en cocreatie zowel intern als extern spelen hierbij een belangrijke rol.” (Brul, A.J. 2011). Zo zijn er al mogelijkheden om door middel van open source de weggebruiker te betrekken bij relatief kleine projecten, zie als voorbeeld Weg van de Toekomst. Het is de ambitie van de provincie om decentraal aan te slag te gaan met als doel de weggebruiker centraler neer te kunnen zetten in het beleid dat zij voert. Met deze decentralisatie van beleid en overheid kan de provincie meer op de weggebruiker inspelen, wat tevens ook voor versterking van de relatie tussen provincie en weggebruiker zorgt. (Rijk - provincies. 2008). De overheid wil maatschappelijke kennis en burgerinitiatieven meer gaan benutten waarmee het vertrouwen kan worden vergroot tussen de overheid en de burger. Daarbij is het de bedoeling om decentraler aan de slag te kunnen gaan vanuit het ambt, en door in te spelen op de stijgende hoeveelheid aan


burgerinitiatieven is het een kans om dit doel te gaan verwezenlijken. De maatschappij kan namelijk verbeterd worden en worden geoptimaliseerd wanneer er gebruik gemaakt wordt van burgerinitiatieven. Burgers kunnen namelijk het Rijk verbeteren door vrijwillig kennis aan te bieden. Het is dan ook van groot belang voor de overheid om gebruik te maken van de steeds betrokken wordende burger. Dit omdat de kracht en de invloed van de burger steeds groter wordt dankzij de mediamogelijkheden en de intrinsieke behoefte van de burgers om samen te werken. (Brul, A.J. 2011. en Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Interprovinciaal overleg, Unie van Waterschappen en Rijk. 2011. en Rijk - provincies. 2008). “Het Rijk wil maatschappelijke krachten en burgerinitiatieven beter benutten.” (Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Interprovinciaal overleg, Unie van Waterschappen en Rijk. 2011).


Bijlage Trends en ontwikkelingen

Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven De burger wil steeds meer betrokken worden bij de overheid. Er ontstaan steeds meer initiatieven vanuit de Nederlandse samenleving waarbij het doel is om als burger betrokken te worden met de overheid en hierdoor de samenleving te verbeteren, zo blijkt uit het boek van Wij, de overheid: Cocreatie in de netwerksamenleving. (Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). De samenleving gaat steeds meer als een netwerk eruit zien, dit komt voornamelijk door de digitalisering. Mensen kunnen namelijk steeds laagdrempeliger samen iets opzetten, als voorbeeld is er www.petitie.nl. Burgers hebben deze opgezet zodat er op simpele wijze handtekeningen kunnen worden verzameld om de overheid wakker te schudden voor bepaalde zaken. Daarbij geeft het Ministerie voor Binnenlandse Zaken en Koninklijke Relaties aan dat het aantal burgerinitiatieven om samen te werken met de overheid alleen maar zal stijgen. (Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). Dit geeft dan ook de bereidheid weer van de burger om samen met de overheid Nederland blijvend te verbeteren. De digitalisering is hiervoor de katalysator geweest. Dankzij het internet gaan mensen zich steeds meer als zwermen gedragen, mensen komen digitaal bij elkaar om samen iets op te zetten. Het is de bedoeling om op deze wijze invloed uit te kunnen oefenen. Door deze groeperingen die ontstaan, ontstaat er een individualisering in de vorm van loskomende burgerorganisaties. Deze organisaties zijn zodanig georganiseerd, dat deze niet meer als individu door de overheid kunnen worden gezien, maar benaderd moeten worden als een echte organisatie. Hiervoor is er een alternatief bedacht, namelijk netwerksturing. (Berlo, van D. 2010). Dankzij deze initiatieven en groepsvormingen kan de burger steeds meer invloed uitoefenen op de overheid. De burger wilt onderdeel zijn van het beleid dat de overheden voeren. (Berlo, van D. 2010). En de trend van cocreatie tussen burger en overheid zal doorlopen in de toekomst, zo geven de schrijvers van het boek: Cocreatie in de publieke sector. Een verkennend onderzoek naar nieuwe digitale verbindingen tussen overheid en burger, aan. (Bekkers, V. & Meijer, A. 2010). De overheid ziet namelijk in dat de burgers een daadwerkelijke goede bijdrage kunnen leveren. Daarbij ziet zij het belang in van deze kennis, aangezien Nederland alleen maar verder kan groeien wanneer zij samenwerkt en haar kennis vergroot door samen kennis te delen met de burgers. En naast het feit dat de overheid het belang in ziet van samenwerking tussen burger en ambtenaar, ziet de burger dit ook in. De burger begint in de loop der jaren steeds meer te begrijpen dat Nederland alleen maar beter kan worden wanneer de burger zelf ook initiatief neemt om Nederland te verbeteren. (Bekkers, V. & Meijer, A. 2010). De trends van cocreatie tussen overheid en burger zal verder toenemen, zo beschrijft het boek: Burger en politiek: participatie als brug over de vertrouwenskloof. (Waard, de H. & Rodenburg, K.J. 2007). In de afgelopen 10 tot 15 jaar is de samenwerking tussen de overheid en burger gestegen en dit zal nog wel even doorgaan. Dit is van belang zodat het beleid van de overheid steeds beter kan worden uitgevoerd, waarmee het vertrouwen kan worden versterkt tussen beide groepen. Overheid en cocreatie “Resultaat wordt bereikt in cocreatie met andere partijen en dat houdt in dat sommige activiteiten door anderen kunnen worden opgepakt. Initiatieven van anderen kunnen een bijdrage leveren aan het eindresultaat waar je als ambtenaar of afdeling op wordt afgerekend.” (Berlo, van D. 2010). “Een belangrijke rol die voor de overheid is weggelegd is het mogelijk maken van cocreatie, het bij elkaar brengen van partijen rond een project of probleem en het faciliteren van de samenwerking. De overheid voelt zich immers verantwoordelijk voor een goede werking van een balans in de samenleving. Voor die cocreatie kan ze een platform bieden, fysiek en online, via de media en de politiek.” (Berlo, van D. 2010). De Nederlandse overheid wil steeds meer samen met de burger doen, zo wil zij in spelen op de steeds slimmer wordende burger die zichzelf kan voeden door de communicatiemogelijkheden van het internet, zo blijkt het uit boek Wij, de overheid: Cocreatie in de netwerksamenleving. (Berlo, van D. 2010). Berlo geeft aan dat samenwerking tussen de overheid en de burger van groot belang is, de burger krijgt namelijk dankzij de digitale mogelijkheden zoals het zelf opzetten van initiatieven, steeds meer macht. Wanneer de overheid deze groepen niet als serieuze partners ziet, kan dit als gevolg hebben dat de burger de overheid weg gaat duwen. De overheid ziet dan ook in dat samen Nederland verbeteren belangrijk is zodat de burger actief kan bijdragen aan het onderhouden van Nederland. Daarbij geeft de auteur van ‘Samen Slimmer’. Hoe de ‘wisdom of crowds onze samenleving zal veranderen.’, Maurits Kreijveld aan dat de overheid en andere organisaties de kennis nodig hebben van de burgers. Burgers kunnen namelijk veel meer bieden door intrinsiek gedrag, dan verwacht. In de toekomst, zoals Kreijveld aangeeft, zal de burger steeds meer samen met overheden en organisaties werken om de maatschappij in hun ogen te verbeteren of te ondersteunen. (Kreijveld, M. 2012). Overheden zullen steeds meer samen met burgers projecten, taken en andere zaken gaan uitwerken door de mogelijkheden die de digitalisering met zich mee heeft genomen en zal gaan nemen. Overheden en burgers zullen samen ideeën gaan ontwikkelen en uitwerken, waarbij de burger niet meer als “burger” wordt gezien, maar als partner om het overheidsbeleid te verbeteren. Hier zal het heen gaan omdat de stem van de burger steeds sterker wordt door de groeperingsmogelijkheden. (Berlo, van D. 2010. en Kreijveld, M. 2012. en Heijden, van der J. &

http://www.petitie.nl/


Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). Hier wil de overheid op in gaan spelen door sociale netwerken te ontwikkelen waarbij burgers zelf initiatieven kunnen nemen om de overheid te ondersteunen, zodat de overheid haar grip behoudt op de machtiger wordende burger en toch samen kan gaan werken om Nederland te verbeteren op ieder vlak, zo blijkt uit boek: Sociaal Kapitaal: De meerwaarde van sociale media voor gemeenten. (Kok, D. 2012). Zo heeft de overheid geleerd uit eerdere participatie projecten, opgezet door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninklijke Relaties. (Kreijveld, M. 2012. en Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011.): “Ten eerste: neem serieus wat burgers zeggen. Koudwatervrees voor participatie blijkt altijd onterecht te zijn. Burgers leveren per definitie een zinvolle bijdrage, omdat wat ze doen en zeggen voortkomt uit hun eigen ervaring. Levert participatie geen gouden eieren op, dan geeft het in elk geval inzicht in wat burgers beweegt. Ten tweede: zorg voor beleidsruimte. Geen beleidsruimte? Dan ook geen participatie. Als de piketpaaltjes onduidelijk zijn of als burgers niet het idee hebben dat er aandacht of plaats is voor hun inbreng, leidt participatie alleen maar tot wantrouwen. Ten derde: creëer openheid. In alle fasen van het participatietraject is het essentieel om een transparant inzicht te geven in de stand van zaken. Actieve communicatie en terugkoppeling zijn cruciaal voor het ontwikkelen én in stand houden van goede relaties.” Deze trend is ook te zien vanuit de burger zelf. Het boek iOverheid geeft aan dat burgers steeds meer met de overheid willen samenwerken. Het gaat niet meer alleen om controlerende taken waarbij de stemcomputers tijdens verkiezingen worden gecontroleerd, maar ook om daadwerkelijk het beleid van de overheid te beïnvloeden. (Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid. 2011). Burgers willen een actievere rol verkrijgen door onder andere zelf initiatieven op te zetten zoals: www.participatiekaart.nl. Dit zijn voorbeelden van initiatieven waarmee de burgers onder andere het overheidsbeleid wil beïnvloeden door een sterkere positie te verkrijgen, welke zijn verkregen door zelf initiatieven op te zetten en zich hierbij aan te sluiten. In te toekomst zal de kloof tussen overheid en burger verder verdwijnen doordat de burger en overheid meer en meer zullen samenwerken. (Wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid. 2011). “Burgers beschikken in 2032 over krachtige technologische hulpmiddelen waarmee zij kunnen co-creëren. Via mobiele apparatuur en de intelligente omgeving hebben zij toegang tot geavanceerde multimediatechnologieën waarmee spraak en beeld, gebaren en emoties kunnen worden opgenomen, uitgewisseld en gecombineerd.” (Kreijveld, M. 2012). Platformen, internet en mogelijkheden Het internet zal in de toekomst nog een grotere rol spelen dan dat men denkt. Kreijveld geeft aan dat de machtsverschuiving van producenten naar consumenten door zal gaan, “waarbij consumenten steeds meer zelf kunnen gaan bepalen met wie ze zaken doen en op welke wijze ze via cocreatie zelf mede bepalen.” (Anderson, C. 2009). Daarbij komt er een veranderde rol van regels. “Er zijn tekenen van afbraak van instituten zoals de kerk, de natie, de overheid als eenheid van autoriteit en geloof in autoriteit.” (Kreijveld, M. 2012). Dankzij de mogelijkheden van het internet zal de burger steeds meer de eigen omgeving kunnen beïnvloeden door de initiatieven die zijn ontwikkeld waarmee de burger de omgeving kan aanpassen. Deze mogelijkheden zijn gebaseerd op platformen waar mensen samen kunnen komen, zoals social media. Social media zal namelijk de basis zijn waar mensen bij elkaar komen om initiatieven te gaan nemen waarmee zij de omgeving kan gaan beïnvloeden. Er kan namelijk via social media snel kennis worden gedeeld en worden verspreid. Daarbij zal social media gekoppeld worden aan de initiatieven die worden ontwikkeld, zodat iedere burger straks kan gaan participeren met verschillende instanties waarop de initiatieven zijn gericht. (Kreijveld, M. 2012. en Berlo, van D. 2010. en Heijden, van der J. & Dam, van R. & Noortwijk, van R. & Salverda, I. & Zanten, van I. 2011). Naast de platformen zullen ook mobiele apparaten steeds meer mogelijkheden krijgen zoals augmented reality. “Internet wordt een levende driedimensionale plattegrond die als een laag over de wereld die wij waarnemen kan worden gelegd. De online informatie vormt een verrijking van onze werkelijkheid. Dit fenomeen wordt aangeduid met ‘augmented reality’ en zal naar verwachting de komende jaren een enorme groei doormaken.” (Kreijveld, M. 2012). Deze techniek zal er voor gaan zorgen dat de mens “in het web kan gaan leven”, waardoor informatie verwerking door de mens steeds makkelijker en sneller gaat. Op deze manier kunnen mensen steeds meer informatie verwerken en genereren aangezien door augmented reality mensen gegevens op kunnen halen, kunnen werken en deze digitaal kunnen plaatsen op fysieke locaties. (Kreijveld, M. 2012). “De komende twintig jaar zullen de mogelijkheden voor burgers om zelf producten te creëren, ontwikkelen en ontwerpen verder toenemen. De mogelijkheden voor eenvoudige en flexibele fabricage en prototyping zullen naar verwachting verder toenemen.” (Kreijveld, M. 2012). “De grenzen tussen organisaties en de crowd vervagen. R&D wordt flexibel georganiseerd op basis van benodigde competenties.” (Kreijveld, M. 2012).

http://www.participatiekaart.nl/


Ook Bekkers en Meijer geven aan dat de mens steeds meer informatie wil kunnen aanpassen. Het gaat niet meer alleen om toegang tot informatie verkrijgen, maar het zal in de richting gaan van het aanpassen en het gezamenlijk kunnen creëren van informatie waarmee de mens de eigen omgeving kan verbeteren op zowel individualistische- als collectieve wijze. Hierbij zal het internet een onmisbare schakel zijn, want het internet zorgt ervoor dat alle informatie voor iedereen beschikbaar is, te veranderen is en te delen is, waarbij social media een belangrijke rol (gaat) spelen. (Kreijveld, M. 2012. en Bekkers, V. & Meijer, A. 2010). Overal en altijd internet Het internet is groeiende, daar zijn geen twijfels over mogelijk. Een belangrijk aandeel van dit groeiende internet is de trend: “anywhere, anyway, anytime”, aldus het boek: Trends in het medialandschap. (Donk, van de. W.B.H.J. & Broeders, D.W.J. & Hoefnagel, F.J.P.M. 2005). De schrijvers geven aan dat er steeds meer instrumenten met elkaar zullen worden verbonden. Zo kan er altijd, overal en op welke manier dan ook een verbinding worden gemaakt met internet. Ook Twinkle Magazine geeft aan dat overal en altijd internet van groter belang zal worden. (Smits, G.J. 2010). Dankzij het internet en de mogelijkheden om constant in verbinding te staan met het web, zullen er ook steeds meer real-life verbindingen ontstaan. “De term ‘online’ gaat verdwijnen. Offline zijn, bestaat niet meer. De consument wil altijd de beschikking hebben over informatie en communicatie.” (Smits, G.J. 2010). In de Paper: Four Tech Trends – and what they mean for marketeers, wordt aangegeven dat internet alsmaar sneller zal worden. Communicatiemiddelen zullen namelijk steeds sneller met elkaar verbonden kunnen worden, zodat mensen via verschillende media met elkaar kunnen communiceren, waar en wanneer dan ook. (Seaborn, S. 2012). Zo zijn er al mogelijkheden om auto’s met mobiele telefoons te verbinden en gebouwen met andere apparatuur welke extern is gelegen. Daarbij zal in de toekomst het “publiek”, ofwel de gebruikers van het internet de mogelijkheden krijgen om direct data te verzenden naar andere media. “The connected media audience will have more power and control than traditional media audiences. Within five years, we will see audiences that are used to manually controlling their experiences. … In a world where hardware and software are hyper-connected, it follows that the mobile phone will evolve into a digital hub. We will see more mobile ‘phones’ connected to other devices as we move around – train ticket barriers, bus stops, parking meters, EPoS systems, televisions, magazines, points-of-sale, packaging, outdoor billboards, fridges, stereos, heating and lighting systems, and cars.” (Seaborn, S. 2012). Pc’s en laptops zullen worden vervangen door mobiele apparaten zoals smartphones en tablets. Het aantal mensen met een smartphone, welke een applicatie voor de smartphone hebben gedownload, is hard gestegen. In juli 2009 van 14% naar 27% in Noord-Amerika, van 16% naar 27% in Europa, van 29% naar 47% in Azië en van 19% naar 47% in Latijns-Amerika. Paper of Warc Trends. (Petersen, B. 2012). Dit geeft dus aan dat het mobiele internet een sterk groeiende markt is. Het is dan ook van belang voor organisaties om in te spelen op deze trend, wanneer er met internet- gekoppelde gegevens gewerkt moet worden. “De afgelopen jaren heeft het web een steeds grotere rol gekregen in ons dagelijks leven. Met de groei van mobiel internet en de opkomst van mobiele apparaten als smartphones en tabletcomputers raakt het web steeds meer verweven met onze dagelijkse activiteiten: op de plaats en het moment zelf. Deze snelle groei zal naar verwachting de komende jaren blijven doorzetten.” (Kreijveld, M. 2012). Social media

Petersen geeft aan dat steeds meer mensen gebruik maken van verschillende vormen van platformen waarmee men in contact staat met het internet. (Petersen, B. 2012). Op deze manier wordt er een internet- experience gecreëerd waarbij men altijd verbonden is met het internet, op welke manier dan ook. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van verschillende platformen om in contact te staan, tegelijkertijd. Mensen willen hoe dan ook en waar dan ook in verbinding staan. “More than 39% of Facebook users used more than one platform to access the social network in June 2011. Consumers are adding more and more platforms, increasing their connection time, rather than replacing one platform with another.” (Petersen, B. 2012). Social media zal zich voornamelijk gaan afspelen op de mobiele markt. Deze mobiele markten geven namelijk de mogelijkheid om locatie-


gebaseerde gegevens te delen of te creëren. Op deze manier kan een bepaalde locatie een specifieke boodschap, advertentie, informatie etc. delen. Hierbij zullen de smartphones de markt voor zich gaan winnen, zo geeft het boek: Understanding Social Media, aan. (Taprial, V. & Kanwar, P. 2012). Er is een duidelijke stijging te zien van het gebruik van social media door mobiele apparaten, zo geeft The Nielsen Company aan. (Nielsen, 2012). (Zie afbeeldingen op de vorige pagina en hieronder. (Nielsen, 2012).) “While the social media audience via PC declined a slight five percent from a year ago, time spent increased 24 percent over the same period, suggestinging that users are more deeply engaged.” (Nielsen, 2012). Het aantal keren dat er van social media gebruik is gemaakt in 2012 is gestegen, terwijl het aantal keren dat mensen dit via de computer hebben gedaan, is gedaald. Dit houdt in dat er via andere media gebruik gemaakt wordt van social media. Daarbij is er een stijging te zien van het gebruik van social media. (Nielsen, 2012). Social media is dus nog steeds “hot”, voornamelijk op de mobiele markt. (Nielsen, 2012).

Social media zal daarbij worden geïntegreerd in de mogelijkheden die zullen worden aangeboden op het web, blijkt uit de paper: 10 trends in technology. (Holden, M. 2012). Op deze manier kunnen websites op het web het aanbod aanpassen aan de desbetreffende persoon welke via Facebook op deze webpagina komt. Hierdoor kan het aanbod nog specifieker worden voor de internetbezoeker. “Facebook’s OpenGraph has already started the significant process of connecting the entire web to Facebook – so websites can get access to our social data in order to personalise their sites for us, in real-time.” (Holden, M. 2012). Daarbij geeft Nielsen aan dat het gebruik van applicaties zal blijven stijgen. Dit is te zien in de stijging van de social media, waarvoor applicaties zijn ontwikkeld. Applicaties zullen dan een blijvende groei kennen in het gebruik. Dit komt doordat mobiele apparatuur steeds vaker wordt gebruikt. En om gebruik te maken van de digitale mogelijkheden die via de vaste computer worden

aangeboden, op de smartphones en tablets zijn hier applicaties voor ontwikkeld zodat men dezelfde mogelijkheden heeft als een vaste computer. (Nielsen, 2012). Zelf controle en identiteit Mensen zullen dankzij de steeds beter wordende technologie meer dingen zelf gaan creëren. Technologie is een verlengstuk van je eigen identiteit, welke mensen zelf willen kunnen beheersen. Men wil foto’s, video’s, muziek, tekeningen, teksten etc. kunnen maken en delen om zo aan te geven wie hij of zij is, zo blijkt uit het boek van Wim Veen, Homo Zappiens: opgroeien, leven en werken in een digitaal tijdperk. (Veen, W. 2009). Uit de journal van Roderick Graham, the Digital Practices of Mobile Phones, komt voort dat men applicaties e.d. niet afwijst omdat deze te weinig mogelijkheden heeft of te langzaam is, maar omdat het niet in het verlengde van de eigen identiteit staat. (Graham, R. 2012). Het is daarom van groot belang om de mens de mogelijkheid te geven om applicaties of andere digitale producten aan te passen aan de eigen wensen en behoeften. De reden waarom men een bepaalde identiteit aanneemt en zich gedraagt in de richting van een bepaald productgbruik, komt doordat mensen elkaar beïnvloeden, zo blijkt uit de paper van Joseph Chan, 2013 and beyond: Media trends and the implications for marketers. (Chan, J. 2012). Mensen vertrouwen het eigen netwerk welke een mening delen met de desbetreffende persoon. Volgens Chan zal dit ook steeds van groter belang worden in de toekomst. Daarbij geeft Chan ook aan dat mensen ook van meningen of ervaringen van derden gebruik maken, ondanks dat zij niet bekend met deze derden zijn. Het is dan ook van groot belang om een goed netwerk op te bouwen waarbij mensen elkaar kunnen ontmoeten om meningen met elkaar te kunnen delen, zodat er een community ontstaat. (Chan, J. 2012. en Kreijveld, M. 2012). “Over half of online consumers in the UK, China and Russia claimed they trusted their friends’ written comments about consumer electronics products and over a third trusted strangers’ comments, according to the TNS Digital Life survey. These figures are expected to increase in the foreseeable future taking such factors into account as rising global take-up of mobile internet as well as the greater availability and improved quality of social media and other platforms.” (Chan, J. 2012). Customization In de journal Mass Customizatiom: On-line Consumer Involvement in Product Design van Nargas Kamali en Suzanne Loker, blijkt dat mass customization, ofwel massapersonalisatie van groot belang is om klantenbinding te verkrijgen. (Kamali, N & Loker, S. 2006). In de journal is een onderzoek gedaan waarbij participanten van het onderzoek konden kiezen tussen duizenden ontwerpen van producten en één product welke zelf aan te passen was. Het resultaat was dat men voornamelijk koos uit het product welke zelf aan te passen is, ofwel te personaliseren is.


“In summary, mass customization strategies that promote design involvement for the consumer are an attractive approach for Web-based businesses. This study demonstrated that consumers’ satisfaction increased as interactivity based on design involvement was offered. Involving consumers in product design using Internet technology affords potential competitive advantage for businesses and should be explored and exploited.” (Kamali, N & Loker, S. 2006). Massapersonalisatie heeft grote potentie om de relatie tussen consumenten en producten/diensten met elkaar te verbinden waarbij de communicatie en transacties tussen beiden zal worden versterkt. (Kamali, N & Loker, S. 2006). Deze trend wordt gevolgd door een andere trend volgens Joseph Chan, 2013 and beyond: Media trends and the implications for marketers. (Chan, J. 2012). Hij geeft namelijk aan dat men steeds meer en in grotere mate persoonlijk willen worden benaderd. Mensen willen voelen dat zij speciaal zijn voor de betrokken partijen. “Increasing expectations for personalisation and customisation - the demand to “give me what I want, where, when and how I want it” - will become common amongst consumers. Hunger for tailored, personalised communications and flexibility in the consumption of information will create a new set of standards for consumer engagement.” (Chan, J. 2012). Daarbij geeft Chan aan dat de snelheid van interactie groter moet worden om met de trend mee te kunnen gaan. (Chan, J. 2012). Dit komt omdat de mens steeds meer mogelijkheden krijgt op digitaal gebied om te communiceren, hierdoor stijgt de vraag aanzienlijk om direct contact te hebben met de betrokken partijen zodat er meteen een interactie kan plaats vinden. “With the introduction of the superfast 4G network in the UK, it is expected that future consumers will be even more empowered by their smartphones and connected devices to take instant action and involve themselves heavily in consuming and sharing content.” (Chan, J. 2012). Online registratie is “out” Volgens de schrijfster van Washingtonianmagazine, the New York Times magazine, Time en Marie Claire is online registratie niet goed voor de zaken voor een online- gerelateerde business. (Courtney, R. 2011). Er is onderzoek gedaan in 2010 waarin 675 online winkelaars zijn geobserveerd, waaruit bleek dat deze het proces op de desbetreffende website stilleggen, wanneer er voor een registratie wordt gevraagd. “A new report from Portland-based software startup Janrain and Blue Research says 75 percent of consumers who are asked to register with a site are bothered by it and change their behavior as a result.” (Courtney, R. 2011). De oplossing hiervoor, zo wordt aangeveven, is de mogelijkheid bieden om mensen via social media in te laten loggen. Op deze manier zal de specifieke website deze mensen blijven herkennen, waardoor men eerder geneigd is om zaken te doen. Mensen raken namelijk volgens het onderzoek en artikel gefrustreerd door het feit dat er op traditionele wijze moet worden geregistreerd. Het is dan ook van belang volgens dit artikel dat men de mogelijkheid heeft om via social media acties te kunnen ondernemen op het internet. (Courtney, R. 2011). “Nearly half of those surveyed say companies that offer social sign-in are more up-to-date and innovative than those that don’t.” (Courtney, R. 2011). Mapping Volgens de journal van Mada Gadjah, Usability Issues in Applying Participatory Mapping for Neighbourhood Infrastructure Planning, is het van groot belang dat wanneer men met burgers wil samenwerken om de omgeving te verbeteren, hierbij een digitale kaart wordt aangeboden. (Aditya, T. 2010). Een kaart geeft namelijk inzicht over hoe de huidige omgeving eruit ziet en waar het “probleem” zich afspeelt. Er zal steeds meer gebruik gemaakt worden van digitale kaarten volgens Aditya om mensen inspraak te geven om de omgeving aan te passen, wanneer het om participatie gaat tussen verschillende groepen. Aditya geeft in de journal aan dat het van belang is wanneer men met elkaar wil kunnen discussiëren, de mogelijkheid moet worden geboden waarmee mensen ideeën, meningen en perspectieven kunnen delen. Deze punten bestaan uit de volgende punten volgens Aditya:


In de journal wordt aangegeven dat interactiviteit en diepgaande mogelijkheden tot het creëren van informatie omtrent de omgeving een belangrijke factor is om mensen ideeën te laten genereren over de omgeving. Hierbij gaat het voornamelijk om het kunnen ontwikkelen en/of aanpassen van informatie wat inhoud dat men een dialoog aan kan gaan. De belangrijke punten hiervoor bestaan uit: - groepen mensen kunnen samenwerken omtrent een bepaald idee - men teksten kan typen omtrent het idee in de onlinekaart zelf - men locaties op de kaart aan kan geven - men kan tekenen op locaties op de onlinekaart - men van elkaar kan zien wie wat doet binnen de participerende groep omtrent het idee - men aan kan geven wat de status is van het idee - men op elkaars gecreëerde informatie kan reageren - men elkaar kan oberserveren omtrent de bezigheid van deze mensen tijdens het werken aan het idee - men bepaalde debatten kan volgen omtrent een bepaald idee - men de omgeving van de locatie van het bepaalde idee kunnen bekijken (Deze informatie is opgezet door onderzoek dat Aditya heeft uitgevoerd omtrent digitale participatie. (Aditya, T. 2010).) Geconcludeerd kan worden dat men, wanneer er via een digitale kaart wordt gewerkt, van belang vindt om informatie te kunnen creëren en aan te kunnen passen, waarbij de participerende personen elkaar kunnen observeren. (Aditya, T. 2010). Mobiliteit In Noord-Brabant zal de mobiliteit gaan toenemen. Dit blijkt uit het Ruimtelijke Ordeningsbeleid. (Heugten, van R. z.d.). Tot 2030 zal de mobiliteit groeien met 40%. Door deze groei komen wegen onder druk te liggen, dit geldt voornamelijk voor de wegen welke rondom stedelijke gebieden liggen. Het is daarom van groot belang om het wegennetwerk van Noord-Brabant te versterken zodat de toenemende mobiliteitsdruk kan worden gehandhaafd. (Heugten, van R. z.d.).


Bijlage Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl?

De technical director van Verbeterdebuurt.nl, Stijn van Balen geeft aan dat Verbeterdebuurt.nl een manier is om burgers de leefomgeving te verbeteren door elkaars ideeën en/of klachten te ondersteunen: “Verbeterdebuurt.nl is een website waarop burgers problemen en ideeën in hun buurt op een digitale landkaart kunnen zetten. De rode punaises op de kaart staan voor problemen zoals een gat in de weg, deze meldingen zijn meteen doorgestuurd naar de gemeente die er mee aan de slag kan. Ideeën zijn herkenbaar als lampjes en gaan bijvoorbeeld over een skatebaan die je graag in de buurt wilt hebben. Ideeën hebben tien stemmen nodig voordat ze worden verholpen. Als problemen en ideeën worden opgelost verschijnt er een groen vlaggetje, zo zie je de buurt beter worden.” (Balen, van S. 2011). Burgers kunnen namelijk zelf actief participeren en aangeven waar de overheid problemen moet oplossen. Daarbij wordt er door www.verbeterdebuurt.nl vanuit gegaan dat de burgers kritisch kijken naar de overheid. (Twist, van M. 2010). Verbeterdebuurt.nl gaat met de mediatrends mee door een applicatie te ontwikkelen en door als een platform te fungeren waarbij mensen bij elkaar kunnen aansluiten. http://www.verbeterdebuurt.nl/blog/. (www.verbeterdebuurt.nl. 2013). Doordat www.verbeterdebuurt.nl een groeiend platform is, welke er is op gericht om de leefomgeving te verbeteren, is het een ideale casus welke kan worden gebruikt in dit onderzoek. “Verbeterdebuurt.nl and Fixmystreet.com are examples of innovative forms of accountability in which the tables have turned: they are not exclusively about government giving account for its actions, based on the idea that citizens are critical followers of government. They no longer see themselves as governments’ subjects but demand value for money and a government that is firmly based on the core values of good governance.” (Twist, van M. 2010). Daarbij biedt Verbeterdebuurt.nl een applicatie aan waarbij gebruik gemaakt wordt van het mobiele netwerk. Zo kan de applicatiegebruiker van Verbeterdebuurt.nl zien welke ideeën en/of klachten waar zijn geplaatst. Op deze manier kunnen mensen elkaar steunen om dit idee en/of klacht te ondersteunen. (Balen, van S. 2011). Hoe werkt Verbeterdebuurt.nl? Het communicatiemiddel van Verbeterdebuurt.nl bestaat uit twee verschillende varianten, namelijk de mobiele variant voor de smartphone en/of tablet en de vaste digitale variant, dus de standaard variant voor de computer of laptop. Beide varianten worden op basis van onderstaand proces ingevuld:

Stap 1 De melder kiest op basis van Maps.google.nl, en dus de mogelijkheden die Google biedt, zoals een kaart, sattelietbeeld of beide, (welke is geïntegreerd binnen Verbeterdebuurt.nl) een locatie waar de desbetreffende persoon een melding over wil doen. Deze melding kan bestaan uit een probleem of een idee. Beide worden beschreven via het volgende invulformulier:

Titel: Titel van het probleem Categorie: Keuze maken uit één van volgende categorieën: afval, water en riolering, verkeer en bestrating, groen

en speelvoorzieningen, straatmeubilair en verlichting, overlast, overig, bouw. Omschrijving: Omschrijving van het probleem in maximaal 1000 karakters Naam: De naam van de melder wordt getoond op de kaart (Wel is de mogelijkheid om dit anoniem te doen,

door dit aan te geven op het invulformulier van het probleem. De desbetreffende gemeente ontvangt wel de persoonlijke contactgegevens van de melder.)







http://www.verbeterdebuurt.nl/blog/










Woonplaats: De woonplaats van de melder Adres: Het adres van de melder Postcode: Postcode van de melder E-mail: E-mailadres van de melder, welke niet wordt getoond op de kaart van Verbeterdebuurt.nl, maar is wel

nodig om het “probleem” of “idee” te bevestigen via de mail Telefoonnummer: Telefoonnummer wordt niet getoond op de kaart van Verbeterdebuurt.nl, maar is wel nodig zodat

de gemeente en gekoppelde instanties contact met de melder kunnen opnemen Foto: Optioneel kan er een foto worden toegevoegd

Stap 2 De melder krijgt een e-mail toegezonden via het opgegeven e-mailadres waarin de desbetreffende persoon de melding moet bevestigen om deze op de kaart te kunnen laten plaatsen van Verbeterdebuurt.nl.

Stap 2.1 Wanneer de melder de bevestiging via de e-mail bevestigt, komt het probleem/idee meteen op de kaart van Verbeterdebuurt.nl te staan. Een probleem wordt in de vorm van een rode punaise geplaatst op de kaart en een idee in de vorm van een gele gloeilamp. Na de bevestiging heeft de melder een account voor Verbeterdebuurt.nl, waarmee er ingelogd kan worden op Verbeterdebuurt.nl.

(Eenmaal een account, kan de melder frequent problemen of ideeën plaatsen zonder alle persoonlijke gegevens nogmaals op te hoeven geven.)

Stap 3.1 Een probleem wordt meteen doorgezonden naar de desbetreffende gemeente via de klachtafhandeling. Dit wordt gedaan via een e-mail waarin alle informatie staat over het gemeldde probleem, waarbij ook de contactgegevens van de melder zijn toegevoegd. Verbeterdebuurt.nl stuurt het probleem door naar de desbetreffende gemeente waarin een link in staat waar op geklikt kan worden wanneer het probleem is opgelost.

Stap 3.2 Een idee heeft minimaal tien stemmen nodig om deze door te laten sturen naar de klachtafhandeling van de desbetreffende gemeente. Verbeterdebuurt.nl stuurt het idee door naar de desbetreffende gemeente waarin een link in staat waarop geklikt kan worden wanneer het idee is beantwoord.

Stap 4 Zodra het probleem/idee is geplaatst op de kaart van Verbeterdebuurt.nl, kunnen andere mensen stemmen of reageren op dit probleem/idee. Hiervoor moet men wel eerst ingelogd zijn via Verbeterdebuurt.nl en dus een account hebben. Dit kan gedaan worden doordat deze mensen kunnen klikken op de punaise of de gloeilamp op de kaart, hierbij vullen zij de eigen naam en e-mailadres in en kunnen dan de reactie plaatsen op het desbetreffende probleem/idee. Daarbij kunnen zowel de melder als stemmers het opgegeven probleem/idee delen via social media, om dit te kunnen plaatsen op bv. Facebook. (Wanneer ingelogd, hoeft men niet de eigen naam en e-mailadres op te geven om te kunnen reageren op problemen/ideeën.) Dit zelfde geldt voor de gemeente, deze kan ook een reactie plaatsen op het desbetreffende probleem/idee, een reactie plaatsen op de website Verbeterdebuurt.nl of direct contact opnemen met de melder.

Stap 4.1 Mensen kunnen zien welke problemen/ideeën het meeste spelen in een bepaalde gemeente. Dit wordt weergegeven wanneer een persoon een bepaalde gemeente zoekt via de kaart van Verbeterdebuurt.nl. Op de kaart komen dan de meest spelende problemen/ideeën op een rijtje te staan, zodat men kan zien waar echt iets moet gebeuren.

Stap 5 De desbetreffende gemeente heeft 3 weken de tijd om het probleem/idee op te lossen. Wanneer dit niet het geval is, krijgt de desbetreffende gemeente een herinnering van Verbeterdebuurt.nl over het specifieke probleem/idee.

Stap 6 Nadat de desbetreffende gemeente het probleem/idee heeft opgelost, geeft de gemeente dit aan door op een link te klikken die zij heeft gekregen in de e-mail van Verbeterdebuurt.nl, welke werd verzonden toen het probleem/idee
















werd aangegeven op Verbeterdebuurt.nl. Hiermee kan de gemeente aangeven aan Verbeterdebuurt.nl dat het probleem is opgelost. Dit zal geverifieerd worden bij de melder. Wanneer de melder aangeeft dat het probleem/idee inderdaad is opgelost, wordt er een groene vlag geplaatst op de kaart van Verbeterdebuurt.nl, zodat men kan zien dat dit is opgelost. De vlag komt in de plaats van de punaise of gloeilamp, zodat men kan zien dat op die specifieke locatie het probleem/idee is opgelost. Men kan op de groene vlag op de kaart van Verbeterdebuurt.nl klikken om een waardering te geven over het opgeloste probleem, dit gebeurt in de vorm van 0 tot 5 sterren. Daarnaast kan men een reactie plaatsen om eventuele verbeterpunten door te geven aan de desbetreffende gemeente. Hierdoor kan de desbetreffende gemeente het probleem/idee nog verder oplossen. Hiervoor moet men wel eerst ingelogd zijn via Verbeterdebuurt.nl en dus een account hebben. Ook kan men zelf aangeven of het probleem is opgelost. Dit namelijk door op het probleem/idee- icoon te klikken op de kaart van Verbeterdebuurt.nl. Wanneer dit wordt aangegeven, verandert ook hierbij de punaise of gloeilamp in een groen vlaggetje waarop de waardering kan worden geplaatst en reacties op kunnen worden gegeven. (Hiervoor moet men wel eerst ingelogd zijn via Verbeterdebuurt.nl en dus een account hebben.) (Men kan via social media het opgegeven idee/probleem weergeven om zo dit te kunnen delen met “vrienden”.)

Extenties Widget website gemeente Daarnaast kunnen gemeenten een widget op de eigen website plaatsen welke weergeeft welke problemen/ideeën het meeste spelen binnen de desbetreffende gemeente. Mensen kunnen via de website van de gemeente precies zien welke problemen/ideeën de gemeente oplost doordat in deze widget wordt aangegeven aan welke problemen/ideeën wordt gewerkt. Hierbij kan men ook stemmen door het e-mailadres in te vullen, zodat het specifieke probleem/idee eerder naar de voorgrond komt bij de gemeente. Uitvoerders App gemeente Verbeterdebuurt.nl biedt ook een uitvoerdersapp, welke alleen is ontwikkeld voor de gemeente Leerdam. “Met deze app kunnen de uitvoerders van Leerdam eenvoudig alle openstaande meldingen bekijken in hun werkgebied en met behulp van de navigatiesoftware op de bijgeleverde smartphone kan de locatie worden bezocht. Na het oplossen van de melding wordt dit direct op locatie doorgegeven aan de melder, die het probleem vervolgens als opgelost aangeeft op Verbeterdebuurt.nl. … De uitvoerder vult na de klus ook direct een werkformulier in. De app maakt het dus mogelijk om precies bij te houden hoeveel tijd er is besteed aan het oplossen van de melding. Dit is een zeer nuttig hulpmiddel om de kosten van beheer openbare ruimte te monitoren. Komt de uitvoerder onderweg zelf een misstand tegen? Deze kan direct worden toegevoegd via de uitvoerdersapp. De app wordt geleverd op een kras- en stootbestendige smartphone, die gerust in zware beroepen kan worden gebruikt.” (www.verbeterdebuurt.nl. 2013). Met deze applicatie kan er op locatie van het probleem/idee rechtstreeks contact worden opgenomen met de melder door de uitvoerders van de gemeente Leerdam, of er kan een reactie worden geplaatst op Verbeterdebuurt.nl (via de kaart). Doordat de uitvoerders direct contact kunnen maken met de melder, kan het probleem duidelijk worden gemaakt wanneer de uitvoerders of gemeente het probleem/idee onduidelijk vinden. Op deze manier kan er door de













gemeente Leerdam met de melder de juiste oplossing zoeken voor het probleem/idee. Daarbij biedt deze applicatie de mogelijkheid voor de uitvoerders om een foto toe te voegen, zodat het voor de burgers van de gemeente duidelijk wordt hoe de oplossing eruit is komen te zien, wanneer de punaise/gloeilamp is veranderd in een groene vlag. (www.verbeterdebuurt.nl. 2013).



Bijlage Hoe werkt Buitenbeter.nl?

Buitenbeter.nl is een soortgelijk initiatief als Verbeterdebuurt.nl. Dit initiatief maakt gebruik, net zoals Verbeterdebuurt.nl van Maps.google.nl, waarbij er gekozen kan worden tussen zowel een kaart, sattelietbeeld of beiden. Daarbij maakt Buitenbeter.nl ook gebruik van een applicatie voor de smartphone/tablet. (www.buitenbeter.nl. 2013. en Eindhoven.nl. z.d.). Buitenbeter.nl biedt de mogelijkheid om voor inwoners van gemeenten welke de applicatie toepassen van Buitenbeter.nl, om problemen aan te geven aan de desbetreffende gemeente. Deze problemen gaan over zaken welke traditioneel via de telefoon worden gemeld bij de desbetreffende gemeente. Buitenbeter.nl heeft hierop ingespeeld door een website/applicatie op te zetten waarbij mensen online problemen kunnen weergeven. De problemen kunnen bestaan uit: zwerfvuil, losliggende tegel, slecht wegdek, onkruid, bomenoverlast, kapotte straatverlichting etc. Buitenbeter.nl wordt al gebruikt door meer dan 50 gemeenten en er komen meer dan 150 problemen per week binnen via de applicatie bij de gemeenten, het middel kent dan ook een stijging in het gebruik. (www.buitenbeter.nl. 2013). Hierdoor wordt de burger steeds meer bekend met deze applicatie en kan de omgeving van de burger steeds beter worden gemanaged. “Met de BuitenBeter app kunnen inwoners van Eindhoven problemen in de openbare ruimte melden. Denk bijvoorbeeld aan rommel op straat, een gat in het wegdek en kapotte straatverlichting. Dit kunnen problemen in uw eigen straat zijn, maar ook onderweg. Deze problemen, en vele anderen, kunt u snel en eenvoudig melden. U bent de gebruiker van de openbare ruimte. Daarom hebben wij u nodig. U ervaart en signaleert de zaken die niet in orde zijn, verbeterd kunnen worden, overlast veroorzaken of zelfs onveilige situaties opleveren.” (Eindhoven.nl. z.d.). Hoe werkt Buitenbeter.nl?





http://www.maps.google.nl/










(www.buitenbeter.nl. 2013). De burger kan dus een melding doen zowel via de computer als via de smartphone/tablet. Hierbij kan de burger een foto van de situatie maken, een locatie aangeven, een onderwerp kiezen omtrent het probleem en deze uiteindelijk verzenden naar de desbetreffende gemeente. Wanneer de burger het probleem heeft ingezonden, kan de burger het probleem blijven volgen om te kijken of het probleem goed is verzonden, er aan wordt gewerkt of al is opgelost. De desbetreffende burger krijgt een bericht via de applicatie waarin staat hoe het probleem zal worden opgelost en op welk termijn dit zal gebeuren. Als het probleem is opgelost ontvangt de melder een bericht via de applicatie dat het probleem is opgelost (Deze melding komt pas binnen bij de burger wanneer de desbetreffende gemeente gebruik maakt van de applicatie). Wanneer de burger het probleem heeft opgesteld, moet de burger de NAW-gegevens opgeven zodat de desbetreffende gemeente de burger altijd nog kan contacteren. De desbetreffende gemeente ontvangt de klacht bij het meldpunt in de vorm van een digitale notule waarin de afbeelding is aangegeven, het probleem is omschreven, waar het probleem zich plaats vindt en wie de melding heeft verzonden, zodat het opgelost kan worden.



Bijlage Hoe werkt Omgevingsalert.nl?

http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=5IEb4Q1EZcU Omgevingsalert.nl is een applicatie waarmee burgers in een bepaalde omgeving kunnen zien welke vergunningen zijn aangevraagd en wat de (ver)bouwplannen zijn, en kunnen dus zien wat er zal gaan veranderen in de omgeving. Deze applicatie is opgezet om burgers inzicht te bieden in de vergunningen die worden aangevraagd en de (ver)bouwplannen in de desbetreffende woonomgeving. (www.omgevingsalert.nl. 2013). Omgevingsalert.nl wordt gebruikt door 200 lokale overheden, waarvan er 10 samen continu samenwerken met Omgevingsalert.nl. (Rasch, C. 2013. en. www.omgevingsalert.nl 2013). Dit initiatief gebruikt ook net zoals Verbeterdebuurt.nl en Buitenbeter.nl van Maps.google.nl. Daarbij maakt Omgevingsalert.nl ook gebruik van een applicatie voor de smartphone/tablet. “OmgevingsAlert is een gratis app voor iPhone, iPad en Android waarmee je alle lopende vergunningaanvragen kunt zien in een door jou ingesteld gebied: je kunt een adres en straal invoeren of je huidige locatie gebruiken. Op het moment dat er een vergunningaanvraag bijkomt krijg je daar automatisch een alert van. Je ziet het soort aanvraag, het adres, de data en een actuele foto uit streetview en kunt meteen doorlinken naar de juiste plek op de gemeentelijke website voor meer informatie of bezwaar.” (Rasch, C. 2013. en. www.omgevingsalert.nl 2013). Burgers hebben namelijk het recht om bezwaar te maken tegen vergunningen die worden aangevraagd of worden gewijzigd. De applicatie biedt dan ook de mogelijkheid voor de burgers om in te zien wat er in de eigen omgeving afspeelt omtrent deze vergunningen en kunnen hier dus bezwaar op maken wanneer zij dit van toepassing vindt. (Rasch, C. 2013. en www.omgevingsalert.nl. 2013). “Als burger heb je recht om bezwaar te maken tegen bepaalde vergunningaanvragen of om een zienswijze in te dienen. Maar om van dat recht gebruik te maken, moet je wel weten wat voor vergunningaanvragen er lopen. En dat betekent in de meeste gemeenten dat je wekelijks het huis-aan-huiskrantje moet lezen, geen ‘nee-nee‘ sticker moet hebben én die kleine lettertjes goed moet kunnen interpreteren. Of dat je wekelijks naar de gemeentelijke websites moet gaan. Hoe reëel is dat nu anno 2013?” (Rasch, C. 2013. en www.omgevingsalert.nl. 2013). Kort gezegd: “Met de OmgevingsAlert app zie je in één oogopslag waar in jouw buurt (ver)bouwplannen zijn én krijg je automatisch een alert als bijvoorbeeld je buurman een bouwvergunning aanvraagt.” (Rasch, C. 2013. en www.omgevingsalert.nl. 2013). Daarbij heeft Omgevingsalert.nl de prijs gewonnen voor beste Applicatie van 2013. Deze prijs is uitgereikt door het Ministerie van Economische zaken. (Nationale App-prijs. 2013). Deze prijs wordt uitgereikt aan een applicatie die volgens de jury van Nationale App-prijs het best scoort op originaliteit, potentie, businessmodel, bruikbaarheid en gebruiksvriendelijkheid. “Wat zijn voor mij voordelen van publicatie van bekendmakingen via deze Omgevingsalert app? Met deze app bent u vanaf nu direct altijd en overal op de hoogte van alle aangevraagde, verleende of geweigerde omgevingsvergunningen bij u in de buurt. U hoeft niet meer te wachten op het wekelijkse huis aan huis blad of op de gemeentelijke website te zoeken.” (Gemeente Hilversum. 2013). Hoe werkt Omgevingsalert.nl? “Je stelt simpelweg je locatie in of gebruikt je huidige locatie. Vervolgens zie je welke vergunningsaanvragen er op dit moment lopen. Deelnemende gemeenten publiceren in ieder geval de Omgevingsvergunningen (de verzamelnaam voor onder andere milieu- , bouw-, kap- en sloopvergunningen). Steeds meer gemeenten publiceren ook andere vergunningtypen zoals horecavergunningen. Als er meer soorten aanwezig zijn, kun je deze aan- of uitvinken. … Je kunt desgewenst switchen tussen kaartweergave of lijstweergave gesorteerd op datum of adres. Vergeet niet de push-berichten aan te zetten om alerts te krijgen van nieuwe meldingen. Check vóór je downloadt of jouw gemeente al meedoet.” (Rasch, C. 2013. en www.omgevingsalert.nl. 2013). http://www.youtube.com/watch?v=5IEb4Q1EZcU&feature=youtu.be


http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=5IEb4Q1EZcU








http://www.maps.google.nl/









http://www.youtube.com/watch?v=5IEb4Q1EZcU&feature=youtu.be


Stap 1 Geef op de applicatie via GPS aan wat de huidige locatie is. Deze kan altijd en overal aangepast worden door de huidige locatie te gebruiken of handmatig in te vullen.


Stap 2 Geef aan binnen welke straal de vergunningen en/of (ver)bouwaanvragen moeten worden weergegeven, variërend van 100 meter, 500 meter, 1000 meter en 5000 meter. Binnen deze stap kan ook worden weergegeven of er wel of niet “push-berichten” worden ontvangen. Deze push-berichten bieden de mogelijkheid voor de gebruiker om notificaties op de smartphone/tablet te ontvangen van nieuwe vergunningaanvragen/(ver)bouwaanvragen of veranderingen hierin.


Stap 3 Bekijk op de kaart welke vergunningaanvragen en/of (ver)bouwaanvragen zijn en/of worden gedaan. Deze weergave is te zien via een kaart (Google Maps) of via een lijst waarin alle vergunningaanvragen en/of (ver)bouwaanvragen staan welke binnen de specifieke opgegeven locatie vallen. (De vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag worden weergegeven als pinnetjes op een kaart)

Stap 4 Tab één van de genotificeerde “push- vernieuwingen” aan of één van de interessante voor de gebruiker vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag. (De vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag worden weergegeven als pinnetjes op een kaart)


Stap 5 Bekijk de geselecteerde vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag, waarbij de mogelijkheid is om te zien waar deze zich bevind t.o.v. de eigen locatie via een kaart. De weergegeven informatie bestaat uit: titel, straat, postcode, plaats, gemeente, datum vanaf de start van de aanvraag/bouw, datum van de wijziging van de aanvraag/bouw en de datum van het einde van de aanvraag/bouw.

Stap 6 Tab op het pinnetje op de kaart waarna wordt weergegeven; waar de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag onder valt, bv: Omgevingsvergunning, wat de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag inhoud door een omschrijving en belangrijke hyperlinks worden getoond die naar andere relevante informatiebronnen leiden zoals gemeentelijke documenten. Daarbij wordt via Google Streetview een foto weergegeven waarmee de situatie in beeld is gebracht.


Stap 7 Bekijk het daadwerkelijke document van de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag door op de hyperlink te klikken waarmee automatisch naar het desbetreffende document wordt verwezen op de website van de desbetreffende gemeente. Of wordt doorverwezen naar de website van de desbetreffende gemeente.

(www.omgevingsalert.nl. 2013).

Stap 8 Wanneer men het niet eens is met de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag, kan men hierop reageren door de hyperlinks binnen het pinnetje te gebruiken of het meldpunt te benaderen en hier bezwaar aan te tekenen omtrent de specifieke vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag.

Extenties - Ontvang push-berichten van veranderingen in de omgeving en de opgegeven straal omtrent vergunningen en (ver)bouwingen. - Deel de informatie via social media om deze te delen met het persoonlijke netwerk. Omgevingsalert.nl biedt daarbij de mogelijkheid om de applicatie te leveren in de huisstijl van de desbetreffende gemeente waarbij relevante informatie wordt getoond van deze gemeente zoals een hyperlink naar de website van deze gemeente. (www.omgevingsalert.nl. 2013).

Vanuit de gemeente Vanuit de gemeente gezien moet zij de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag plaatsen op het programma welke is gekoppeld aan de Omgevingsalert.nl applicatie. Hierbij moet de gemeente de gegevens invullen zoals de titel, straat, postcode, plaats, gemeente, datum vanaf de start van de aanvraag/bouw, datum van de wijziging van de aanvraag/bouw en de datum van het einde van de aanvraag/bouw. Automatisch plaatst het programma de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag op het web, waardoor ook de locatie en afbeelding van Google Streetview binnen het pinnetje worden geplaatst op de kaart. Hierna kan de burger de vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag zien en hierop reageren door op de hyperlinks te klikken of door het meldpunt te benaderen.






Bijlage Conclusie SWOT-analyse

Conclusie SWOT-analyse (“Conclusie SWOT-analyse” is ingevuld door krachten én zwakten te gebruiken welke zijn opgesteld in fase Ontdekken Wat zijn de krachten én zwakten die voort komen uit de casus?. De kansen én bedreigingen zijn opgesteld door de kansen én bedreigingen te gebruiken welke zijn opgesteld in fase Ontdekken Wat zijn de kansen en bedreigingen die voort komen uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen?. (Kotler, P. 2009).)

Krachten Verbeterdebuurt.nl 1. Het gebruik van iconen (punaise, gloeilamp en groene vlag) 2. Het gebruik van een kaart (Google-Maps) 3. De mogelijkheid om een foto toe te voegen binnen de specifieke punaise/gloeilamp/groene vlag 4. De mogelijkheid om binnen de specifieke punaise/gloeilamp/groene vlag te kunnen communiceren met de

stakeholders 5. Men kan de oplossing voor het probleem/idee beoordelen op het feit of deze goed is uitgevoerd en kan hier

eventueel nog tips bij toevoegen Buitenbeter.nl 1. Er kan een foto worden verzonden 2. De locatie kan worden weergegeven (GPS) 3. De burger krijgt informatie over hoe het probleem wordt opgelost en binnen welk termijn dit zal gebeuren 4. De mogelijkheid om het probleem te volgen 5. Het is een mobiele applicatie voor overal en altijd gebruik (beschikbaar voor alle besturingssystemen) Omgevingsalert.nl 1. Er kan bepaald worden in welke omgeving de vergunningen/(ver)bouwaanvragen kunnen worden gezien 2. Men kan de betreffende documenten inzien via een hyperlink 3. Er wordt gebruik gemaakt van Google Streetview 4. Men krijgt een update van veranderingen in een bepaalde opgegeven omgeving 5. Men kan een vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag volgen 6. Er is een integratie met social media Zwakten Verbeterdebuurt.nl 1. Men moet zich registreren om gebruik te maken van Verbeterdebuurt.nl 2. Er zijn geen multimedia mogelijkheden geïntegreerd zoals Google (afbeeldingen, internet, Streetview) en Youtube 3. Er kan geen projectgroep worden opgesteld 4. Er is geen universeel middel voor zowel de burger als gemeente 5. Er is geen mogelijkheid binnen de specifieke punaise/gloeilamp om problemen/ideeën uit te tekenen of te

visualiseren Buitenbeter.nl 1. Men kan niet over een probleem convergeren 2. Er zijn geen multimedia mogelijkheden geïntegreerd zoals Google en Youtube 3. Men moet de NAW-gegevens opgeven om Buitenbeter.nl te gebruiken 4. Andere problemen kunnen niet worden gezien die zijn gemeld door andere burgers 5. Er is geen integratie met social media Omgevingsalert.nl 1. Men kan er alleen gebruik van maken via een smartphone/tablet en geen vaste computer 2. Men kan niet via de applicatie bezwaar tekenen ofwel discussiëren over een

vergunningaanvraag/(ver)bouwaanvraag 3. Men kan zelf geen reacties plaatsen op de desbetreffende vergunningaavraag/(ver)bouwaanvraag om zo meer

informatie van de “verbouwer” in te winnen 4. De (ver)bouwtekeningen worden niet direct getoond op het desbetreffende pinnetje 5. Er staat geen planning bij het bouwproces waardoor men niet weet wanneer er wat gaat gebeuren en eventueel

overlast kunnen verwachten Kansen (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voort komen uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen?). 1. De verkeersdruk zal stijgen in Noord-Brabant 2. Er zal decentralisatie vanuit de overheid gaan plaatsvinden 3. Er is behoefte vanuit de maatschappij om met de overheid te participeren, te cocreëren en te interacteren

waarmee de maatschappij kan worden verbeterd 4. Er vindt medialisering plaats 5. Mobiele apparaten zullen pc’s gaan verdringen en het gebruik van applicaties zal groeien 6. De overheid neemt steeds meer initiatieven om het participatieniveau te vergroten met de burger










7. Duurzaamheid wordt steeds meer van belang binnen de overheid 8. Men wil via een digitale kaart de omgeving aan kunnen passen door hier ideeën te kunnen ontwikkelen en delen

met andere participanten 9. Social media zal in de toekomst geïntegreerd worden met het aanbod op internet 10. Er zal steeds meer behoeften komen vanuit zowel de burger als overheid om met elkaar te kunnen cocreëren 11. Augmented reality zal in de toekomst een belangrijke factor zijn in de digitale wereld 12. Mensen willen overal en altijd gebruik kunnen maken van digitale mogelijkheden 13. Digitale apparaten zullen steeds makkelijker en vaker met elkaar worden verbonden 14. Social media zal een stijging in het gebruik blijven kennen 15. Men wil steeds meer informatie kunnen creëren (foto’s, video’s, tekeningen, muziek, teksten etc.) en deze delen

via het web Bedreigingen (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voort komen uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen?). 1. Er zal gekort worden op het aantal ambtenaren 2. De economie zal krimpen in 2013 3. Het consumentenvertrouwen zal dalen in 2013 4. Het slechte consumentenvertrouwen heeft een negatieve invloed op de media uitgaven 5. De verkeersdruk zal stijgen in Noord-Brabant 6. Mobiele apparaten zullen pc’s gaan verdringen 7. De milieubewustheid van de burgers is van minder groot belang 8. De macht van de maatschappij wordt steeds groter doordat men elkaar makkelijk kan vinden via het internet 9. Men wil zich niet meer registeren via de traditionele paden om gebruik te maken van digitale mogelijkheden maar

wil zich alleen maar registeren via social media 10. Men wil steeds meer functies tot de beschikking hebben om informatie te kunnen genereren/aanpassen 11. Mensen willen overal en altijd verbonden zijn met het internet 12. Men wil steeds meer persoonlijk worden benaderd en verwacht een grote snelheid van interactie tussen

organisatie en “klant” 13. Men verwacht steeds meer van de digitale wereld en wil deze constant aan kunnen passen aan de eigen

wensen en behoeften 14. Men zal steeds vaker meteen willen worden geholpen op het moment en de plaats dat hen uit komt 15. Digitale mogelijkheden worden pas geaccepteerd wanneer deze bij de identiteit van de desbetreffende persoon

past


Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse

(“Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse” is beantwoord door de meest relevante krachten, zwakten (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de krachten én zwakten die voort komen uit de casus?). en kansen en bedreigingen (Zie: fase Ontdekken Wat zijn de kansrichtingen ofwel kansen en bedreigingen die voort komen uit de DESTEP en de trends en ontwikkelingen?). (Zie ook: Bijlage Conclusie SWOT-analyse). zodanig te formuleren dat zij tot een stelling zijn ontwikkeld. Deze zijn vanuit de “ik”-vorm beschreven, zodat tijdens de uitvoering van het fieldresearch ofwel Q-sort techniek, de participanten meer affiniteit hadden met de stellingen. Hiermee is de uitvoering van het fieldresearch voor de participanten vergemakkelijkt, waardoor men het fieldresearch effectiever uit konden voeren. (Brown, S.R. 1980. en Akhtar-Danesh, N. & Baumann, A. & Codringley, L. 2008. en Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009). Het is de bedoeling voor de Q-sort techniek om stellingen op te zetten welke voort komen uit geanalyseerde documenten. (Sterkenburg, G.P. 2006). Al deze krachten, zwakten, kansen en bedreigingen zijn meegenomen aangezien het juist de bedoeling is om veel verschillende en relevante onderwerpen met betrekking tot het onderzoek te gebruiken in het fieldresearch. Op deze manier heeft de participant voldoende ruimte om zelf invulling te geven aan hoe hij/zij het digitale middel/instrument zou willen zien. (McKeown B. & Thomas D. 1988. en Peet, van A. 2007. en Watts, S. & Stenner, P. 2012). De stellingen zijn niet geordend zoals in zij in de Bijlage Conclusie SWOT-analyse zijn weergegeven, maar als een gehele opsomming neergezet. Dit is dan ook de bedoeling van de Q-sort techniek. Op deze manier kan de participant namelijk niet subjectief te werk gaan, maar is afhankelijk van zijn/haar eigen mening en niet van de ordening van het onderzoek. (Brown, S.R. 1980. en Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009).) Verbeterdebuurt.nl 1. Ik vind iconen handig op een kaart om zo problemen en/of ideeën aan te geven 2. Ik vind het belangrijk om met een digitale kaart te werken als het gaat om provinciale wegen 3. Ik vind het belangrijk om foto’s toe te voegen omtrent een specifiek probleem en/of idee 4. Ik vind het belangrijk om te kunnen communiceren/reageren binnen een specifiek probleem en/of idee met alle

belanghebbenden 5. Ik vind het belangrijk om een oplossing voor een probleem en/of idee te kunnen beoordelen en hierop nog

eventueel kan reageren om tips te geven Buitenbeter.nl 6. Ik vind het belangrijk om een locatie van een oplossing en/of idee weer te geven 7. Ik vind het belangrijk om informatie te ontvangen over hoe een probleem en/of idee wordt opgelost en binnen

welk termijn dit gebeurt 8. Ik vind het belangrijk om de uitvoering van het oplossen van een bepaald probleem en/of idee te kunnen volgen 9. Ik vind het belangrijk om met mijn smartphone/tablet gebruik te maken van een digitaal

communicatiemiddel/instrument Omgevingsalert.nl 10. Ik vind het belangrijk om een bepaalde omgeving af te kunnen bakenen zodat ik in deze omgeving kan zien wat

er gaande is 11. Ik vind het belangrijk om belangrijke documenten in te kunnen zien welke betrekking hebben op een specifiek

probleem en/of idee 12. Ik vind het belangrijk om updates te kunnen krijgen van een specifiek probleem en/of idee 13. Ik vind het belangrijk om een specifiek probleem en/of idee te kunnen volgen 14. Ik vind het belangrijk dat het digitale middel/instrument verbonden kan worden met social media (Facebook,

Twitter etc.) Verbeterdebuurt.nl 15. Ik vind het belangrijk om gebruik te kunnen maken van Google en Youtube als ik een probleem en/of idee wil

uitwerken 16. Ik vind het belangrijk dat ik een projectgroep op kan stellen omtrent een specifiek probleem en/of idee 17. Ik vind het belangrijk om samen met de provincie hetzelfde digitale middel/instrument te gebruiken als ik een

probleem en/of idee ga uitwerken 18. Ik vind het belangrijk om problemen en/of ideeën uit te kunnen tekenen of te visualiseren Buitenbeter.nl 19. Ik vind het belangrijk om binnen het digitale middel/instrument te kunnen discussiëren met andere mensen 20. Ik vind het belangrijk dat ik me moet registreren en dus mijn persoonlijke gegevens moet opgeven voordat ik

gebruik maak van een dergelijk digitaal middel/instrument 21. Ik vind het belangrijk om andere problemen en/of ideeën te kunnen zien welke zijn gemeld door andere burgers

of instanties Omgevingsalert.nl 22. Ik vind mijn computer nóg belangrijker dan mijn smartphone/tablet 23. Ik vind het belangrijk dat ik belangrijke documenten kan inzien zoals bouwtekeningen die te maken hebben met

de oplossing/uitvoering van een specifiek probleem en/of idee 24. Ik vind het belangrijk dat ik weet wanneer er wat gaat gebeuren omtrent een specifiek probleem/idee zodat ik

hier rekening mee kan houden








Kansen 25. Ik vind het belangrijk dat ik een steentje bij kan dragen als de verkeersdruk gaat stijgen in de provincie Noord-

Brabant 26. Ik vind het belangrijk dat de overheid aan het decentraliseren is (Machtsverschuiving van overheid naar burger) 27. Ik vind het belangrijk om met de provincie Noord-Brabant samen te werken om gezamenlijk ideeën te

ontwikkelen/problemen op te lossen, zodat de provincie wordt verbeterd 28. Ik vind digitaal contact belangrijker dan fysiek contact 29. Ik zal steeds meer gebruik maken van applicaties voor mijn smartphone/tablet 30. Ik vind het belangrijk dat de overheid steeds meer samen wil werken om problemen op te lossen en/of ideeën

te ontwikkelen om de maatschappij te verbeteren 31. Ik vind het belangrijk dat de overheid duurzaamheid steeds belangrijker gaat vinden 32. Ik vind Augmented reality belangrijk voor de toekomst 33. Ik vind het belangrijk dat ik overal en altijd gebruik kan maken van alle digitale mogelijkheden 34. Ik vind het belangrijk dat ik mijn digitale apparaten met elkaar kan verbinden 35. Ik vind het belangrijk om informatie te kunnen creëren zoals foto’s, video’s, muziek, tekeningen etc. en deze kan

delen via het web Bedreigingen 36. Ik vind het belangrijk dat ik de provincie Noord-Brabant kan helpen aangezien er gekort zal worden op het

aantal ambtenaren 37. Ik vind het verontrustend dat de economie verder zal krimpen in 2013 omtrent het onderhoud van de provinciale

wegen 38. Ik vind het verontrustend dat ik minder te besteden heb in 2013 39. Ik zal minder geld uitgeven aan media door het slechte financiële weer 40. Ik vind het milieu van minder groot belang dan bijvoorbeeld de financiële toestand van Nederland 41. Ik vind het belangrijk dat ik samen met anderen via digitale media macht kan uitoefenen op de overheid 42. Ik vind het belangrijk dat ik me nog alleen met mijn social media account (zoals Facebook) kan registreren als

ik gebruik wil maken van een dergelijk digitaal middel/instrument 43. Ik vind het belangrijk om veel functies te hebben waarmee ik informatie kan genereren of aanpassen 44. Ik vind het belangrijk dat ik persoonlijk en snel wordt benaderd/geholpen door de provincie 45. Ik vind het belangrijk om een digitaal middel/instrument te kunnen personaliseren aan mijn eigen wensen en

behoeften 46. Ik vind het belangrijk dat ik overal en altijd kan worden geholpen 47. Ik vind het belangrijk dat een digitaal middel/instrument bij mijn individuele identiteit past waardoor ik het eerder

wil gaan gebruiken


Bijlage Uitwerking Q-sort

(“Uitwerking Q-sort” is beantwoord door de Q-sort techniek te gebruiken. De uitvoering van de Q-sort techniek bestond uit een korte introductie per participant. Hierbij was aangegeven wat het onderzoek inhoud en wat het doel hiervan is. Daarna zijn de stellingen voorgelegd aan de individuele participant, waarna deze door de participant in de kaders zijn geplaatst. Dit kader is gebaseerd op het kader van Jedeloo, S. & Staa, van A. (Jedeloo, S. & Staa, van A. 2009). De stellingen waren uitgeprint en uitgeknipt, zodat de participant fysiek de stellingen op volgorde kon plaatsen. Tijdens de uitvoering van de Q-sort techniek is de participanten alle tijd gegeven voor het op volgorde leggen van de stellingen, zodat er geen druk kwam te staan op de participanten. De resultaten uit het fieldresearch is vastgelegd door de frequenties van de stellingen aan te geven en deze te verwerken in tabellen, zie bijlage: Bijlage Resultaten Q-sort, Bijlage Negatieve resultaten, Bijlage Positieve resultaten. Deze resultaten bestaan uit de meest linkse en rechtse gegevens (-5, -4 en -3 én 3, 4 en 5), ofwel de stellingen (wensen en behoeften) welke van zeer groot belang zijn voor de fase Ontwikkelingen en de stellingen die absoluut niet terug mogen komen in het concept.) (Zie: Bijlage Stellingen vanuit de, DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse) Participant 1

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

40 20 14 21 16 42 23 7 29 27 33

43 39 47 4 25 10 11 31 24 15 2

5 32 1 26 19 12 9 3 18

28 41 38 17 46 6 30

8 44 22 34 13

37 45 35

36 Participant 2

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

20 12 23 36 10 32 25 24 5 7 2

47 17 34 16 11 39 31 21 8 29 27

35 45 42 13 40 26 44 15 33

46 19 14 1 22 30 18

28 43 3 37 38

4 6 41

9


Participant 3

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

26 20 34 13 17 32 30 41 28 15 38

21 3 6 8 43 4 27 19 25 18 33

24 40 10 11 5 1 29 9 2

16 23 31 35 46 44 45

36 7 42 47 37

22 39 12

14 Participant 4

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

38 17 14 22 32 39 6 15 4 25 18

20 10 40 42 8 23 34 44 27 12 30

16 47 43 35 41 29 33 7 3

45 46 19 28 37 5 1

31 21 13 36 2

24 9 11

26 Participant 5

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

22 31 34 23 46 38 33 15 21 14 35

20 47 43 41 26 40 42 3 16 17 9

39 10 11 12 32 2 7 8 19

37 4 44 45 6 36 30

5 1 24 27 29

18 13 28

25 Participant 6

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

20 42 11 18 40 39 31 10 3 33 29

16 32 23 15 8 47 4 30 13 46 9

14 37 22 35 26 43 34 24 6

36 38 19 5 1 44 7

12 27 45 41 28

2 21 25

17 Participant 7


Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

41 34 42 26 9 2 13 24 44 3 37

20 14 15 28 45 39 19 7 30 6 27

47 5 1 43 4 10 18 31 25

29 17 11 22 8 35 36

21 12 40 33 23

32 38 16

46 Participant 8

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

42 10 43 39 12 40 45 33 1 30 29

47 20 34 22 11 5 15 9 4 28 6

46 23 17 13 32 16 3 35 27

19 21 31 44 14 2 36

25 24 38 7 26

18 41 8

37 Participant 9

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

16 32 37 44 41 5 26 13 29 28 33

20 42 23 10 19 15 38 27 6 8 46

40 14 4 31 25 45 35 3 9

36 11 47 30 43 21 7

2 39 18 24 22

1 17 34

12 Participant 10

Nee Ja

-5 -4 -3 -2 -1 0 1 2 3 4 5

20 40 10 11 12 6 5 2 1 9 35

39 43 23 17 13 8 7 3 4 27 36

47 31 24 22 21 14 15 29 33

45 37 34 25 16 18 30

46 42 32 26 19

44 38 28

41


Bijlage Resultaten Q-sort

De horizontale as representeert het nummer van de stelling; De verticale as representeert de frequentie van het door de participante gebruikte stelling. (Zie: Bijlage Stellingen vanuit de DESTEP, trends en ontwikkelingen en SWOT-analyse)

0

1

2

3

4

5

6

7

16 20 21 22 26 38 39 40 41 42 47

-5

0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

3 5 10 12 14 16 17 20 24 31 32 35 39 40 42 43 46 47

-4


0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

3,5

4

4,5

5

5 6 10 11 14 15 16 19 23 28 29 31 32 34 36 37 40 42 43 45 46 47

-3

0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

3,5

4

1 3 4 5 6 7 8 9 13 15 16 18 21 24 25 27 28 29 30 31 35 36 44 45

3


0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

3,5

4

2 3 6 7 8 9 12 14 15 17 18 19 25 27 28 29 30 33 46

4

0

0,5

1

1,5

2

2,5

3

2 6 9 18 27 29 30 33 35 36 37 38 46

5


Bijlage Negatieve resultaten

Stelling Frequentie 3 1 5 2 6 1 10 4 11 1 12 1 14 5 15 1 16 4 17 2 19 1 20 10 21 1 22 1 23 5 24 1 26 1 28 1 29 1 31 3 32 3 34 4 35 1 36 2 37 3 38 1 39 3 40 5 41 1 42 4 43 3 45 3 46 2 47 6


Bijlage Positieve resultaten

Stelling Frequentie 1 3 2 3 3 5 4 3 5 1 6 4 7 4 8 2 9 5 12 1 13 1 14 1 15 3 16 1 17 1 18 4 19 1 21 1 24 2 25 3 27 6 28 3 29 6 30 6 31 1 33 7 35 3 36 3 37 1 38 1 44 1 45 1 43 2


Bijlage Conclusies en verbanden

Binnen de fase Ontdekken zijn duidelijke verbanden te zien. In de tabel hieronder staan de verbanden tussen het deskresearch en de “positieve” resultaten uit het fieldresearch (3,4 en 5): (Tabel 1) Fieldresearch DESTEP Trends en ontwikkelingen

Ik vind het belangrijk om foto’s toe te voegen omtrent een specifiek probleem en/of idee

X Platformen, internet en mogelijkheden

Zelf controle en identiteit

Conclusie: Hieruit blijkt dat men steeds meer mogelijkheden tot de beschikking wil hebben. Men wil de omgeving steeds meer kunnen beïnvloeden en informatie kunnen creëren, en verwerken, zo blijkt uit de trends en ontwikkelingen. Deze trends passen dan ook goed bij de wensen en behoeften omtrent een digitaal middel/instrument, welke voort komt uit het fieldresearch. Dit geeft aan dat dit een concrete en belangrijke wens is voor de weggebruiker op het gebied van één van de mogelijkheden die het digitale middel/instrument moet gaan bieden. Men wil dus foto’s kunnen maken van een bepaald probleem en/of idee.

Ik vind het belangrijk om een locatie van een oplossing en/of idee weer te geven

X Mapping

Conclusie: De trend “Mapping” geeft aan dat wanneer men een gebied wil verbeteren, men graag met een digitale kaart werkt. Op deze manier ontstaat namelijk het inzicht voor de gebruiker om precies aan te kunnen geven waar zij invloed wil uitoefenen. Het resultaat uit het fieldresearch ligt dan ook in het verlengde met deze trend. De weggebruiker wil namelijk een locatie kunnen weergeven wanneer het om een probleem en/of idee gaat. Hieruit kan worden opgehaald dat het van belang is voor de weggebruiker dat het digitale middel/instrument de mogelijkheid biedt om locaties weer te geven omtrent het probleem en/of idee.

Ik vind het belangrijk om informatie te ontvangen over hoe een probleem en/of idee wordt opgelost en binnen welk termijn dit gebeurt

Sociaal Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven

Overheid en cocreatie

Conclusie: Het fieldresearch geeft weer dat de weggebruiker het belangrijk vindt om informatie te ontvangen welke betrekking hebben op specifieke problemen en/of ideeën. De weggebruiker wil weten hoe zaken worden aangepakt en welke tijd hier voor gerekend zal worden. Dit resultaat wordt bevestigd door zowel de DESTEP als trends en ontwikkelingen. Hieruit blijkt dat de burger niet alleen maar mee wil kijken met de overheid, maar ook daadwerkelijk wil mee kunnen doen om de maatschappij te verbeteren. Burgers willen steeds meer informatie ontvangen welke betrekking hebben op de activiteiten van de overheid. Dit bevestigt dan ook dat het van belang is voor het digitale middel/instrument dat er de mogelijkheid moet zijn voor de weggebuiker om te kunnen zien hoe zaken worden aangepakt en binnen welk termijn dit zal gebeuren.

Ik vind het belangrijk om met mijn smartphone/tablet gebruik te maken van een digitaal communicatiemiddel/instrument

Sociaal

Technologie

Overal en altijd internet

Social media

Conclusie: Uit het fieldresearch is naar voren gekomen dat de weggebruiker het van belang vindt om gebruik te maken van smartphones en tablets als het gaat om digitale mogelijkheden. Dit gegeven komt overeen met de resultaten uit zowel de DESTEP als trends en ontwikkelingen. Deze geven namelijk weer dat de maatschappij medialisering kent. Daarbij blijkt dat pc’s en laptops zullen worden verdrongen door mobiele digitale apparatuur. Men wil overal en altijd gebruik kunnen maken van mobiele digitale apparaten. Daarbij zal het gebruik van applicaties steeds meer stijgen volgens de trend Social media. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het dus belangrijk is om een digitaal middel/instrument te ontwikkelen welke overal en altijd te gebruiken is op smartphones en tablets, eventueel in de vorm van een applicatie.

Ik vind het belangrijk om problemen en/of ideeën uit te kunnen tekenen of te visualiseren


Zelf controle en identiteit

Conclusie: De weggebruiker wil problemen en/of ideeën kunnen uit tekenen of visualiseren, volgens het fieldresearch. Dit resultaat wordt bevestigd door de trends en ontwikkelingen welke aangeven dat men niet alleen maar informatie wil kunnen zien, maar ook creëren en beïnvloeden, zoals beelden, visualisaties, tekeningen e.d. Het is daarom van belang dat het digitale middel/instrument een mogelijkheid biedt waarmee de weggebruiker niet alleen informatie kan inzien, maar ook daadwerkelijk kan visualiseren of tekenen, zo blijkt uit het fieldresearch.


Ik vind het belangrijk om met de provincie Noord-Brabant samen te werken om gezamenlijk ideeën te ontwikkelen/problemen op te lossen, zodat de provincie wordt verbeterd

Economisch

Sociaal

Politiek

Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven


Conclusie: Zowel het fieldresearch als de DESTEP en trends en ontwikkelingen geven weer dat én de weggebruikers/burgers én overheid steeds meer trachten om samen te werken door problemen aan te pakken of ideeën te ontwikkelen welke de maatschappij verbeteren. Vanuit de overheid is er een decentralisatie te zien, waarbij er ook steeds meer initiatieven worden genomen om samen te werken met de burgers, of in dit geval de weggebruikers. De overheid wil steeds meer kennis gebruiken van de burgers om zo het werk te kunnen specificeren op de wensen en behoeften van de burgers. Vanuit de burgers is duidelijk te zien dat zij ook steeds meer initiatieven neemt om samen te werken met de overheid. Daarbij groeit de behoefte om met de overheid samen te werken, waarbij het de bedoeling is dat de burger steeds meer invloed uit kan oefenen om Nederland te verbeteren. Deze resultaten geven dan ook aan dat er zowel behoefte is vanuit de weggebruiker/burger als de overheid om Nederland/provincie Noord-Brabant te verbeteren door samen problemen en/of ideeën te verwerken.

Ik zal steeds meer gebruik maken van applicaties voor mijn smarthone/tablet

Technologie Overal en altijd internet

Social media

Conclusie: Uit het fieldresearch is gebleken dat de weggebruiker steeds meer applicaties zal gebruiken in combinatie met het gebruik van smartphones/tablets. Dit komt ook naar voren in de DESTEP en trends en ontwikkelingen. Hier komt naar voren dat het gebruik van zowel applicaties en mobiele digitale apparatuur zoals smartphones/tablets zal blijven stijgen. Het is dan ook een belangrijk gegeven voor de ontwikkeling van een middel, aangezien het van belang is om op deze duidelijke wensen, behoeften en trends in te spelen.

Ik vind het belangrijk dat de overheid steeds meer samen wil werken om problemen op te lossen en/of ideeën te ontwikkelen om de maatschappij te verbeteren

Economisch

Sociaal

Politiek

Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven


Conclusie: Net zoals het feit dat het resultaat “Ik vind het belangrijk om met de provincie Noord-Brabant samen te werken om gezamenlijk ideeën te ontwikkelen/problemen op te lossen, zodat de provincie wordt verbeterd” naar voren is gekomen in het fieldresearch, komt dít gegeven ook naar voren in het fieldresearch. Daarbij wordt ook dit gegeven bevestigd in de DESTEP en trends en ontwikkelingen, dat de overheid steeds meer tracht samen te werken met de burger. En het feit dat de weggebruiker dit van belang vindt, zo blijkt uit het fieldresearch, geeft aan dat zowel de overheid als de weggebruiker beiden hier behoefte naar hebben. Er kan dus geconcludeerd worden dat zowel de overheid als weggebruikers behoefte hebben naar een interactieve relatie waarbij samen wordt gewerkt om door middel van cocreatie de maatschappij te verbeteren.

Ik vind het belangrijk dat ik overal en altijd gebruik kan maken van alle digitale mogelijkheden

Sociaal

Technologie

Overal en altijd internet

Conclusie: Zowel het desk- als fieldresearch geven aan dat men overal en altijd bereikbaar wil zijn. Deze ontwikkeling is veroorzaakt door de medialisering van de maatschappij. Men heeft steeds meer digitale mogelijkheden tot de beschikking en wil dit dan ook overal kunnen gebruiken. Het desk- en fieldresearch bevestigen dan ook dat deze wensen en behoeften en trends beiden naar voren komen. Het is dan ook van belang tijdens de ontwikkeling van een digitaal middel/instrument dat deze overal en altijd te gebruiken in.

Hieronder zijn de verbanden tussen het deskresearch en de “negatieve” resultaten uit het fieldresearch (-5, -4 en -3): (Tabel 2)

Fieldresearch DESTEP Trends en ontwikkelingen

Ik vind het belangrijk om een bepaalde omgeving af te kunnen bakenen zodat ik in deze omgeving kan zien wat er gaande is

X Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven


Mapping

Conclusie: Het deskresearch heeft aangegeven dat men steeds meer invloed wil kunnen uitoefenen om zo de maatschappij te


verbeteren. Hierbij wil men steeds meer inzichten verkrijgen en transparantie hebben zodat men kan zien waar zij een steentje aan bij kan dragen. Uit het fieldresearch is gebleken dat de weggebruiker geen behoefte heeft om bepaalde regio’s af te kunnen bakenen zodat zij kan zien wat hier speelt omtrent de provinciale wegen. Hieruit kan dan ook geconcludeerd worden dat het digitale middel/instrument geen mogelijkheid moet hebben tot het afbakenen van gebieden, maar juist een geheel overzicht kan bieden van heel Noord-Brabant.

Ik vind het belangrijk dat het digitale middel/instrument verbonden kan worden met social media (Facebook, Twitter etc.)


Social media

Online registratie is “out”

Conclusie: Het deskresearch heeft aangegeven dat de rol van social media alleen maar zal stijgen. Maar het tegendeel wordt bewezen in het fieldresearch. Er is te zien in de trends en ontwikkelingen dat men zich niet meer wil registreren voor digitale mogelijkheden, maar dat het “aanmelden met een social media- account” de oplossing zou zijn. En uit het fieldresearch blijkt dat men geen koppeling wil hebben met social media. Om op beide gegevens uit zowel het desk- als fieldresearch in te spelen zal het digitale middel een vrijblijvende mogelijkheid moeten hebben om het digitale middel/intrument te koppelen met social media. Wanneer men geen koppeling tijdens het gebruik van het digitale middel/instrument wil, moet dit er niet voor zorgen dat de mogelijkheden binnen dit middel/instrument geen beperkingen krijgt. Op deze manier wordt er zowel op de wensen en behoeften van de weggebruiker (fieldresearch) ingespeeld, als op de trends en ontwikkelingen (deskresearch).

Ik vind het belangrijk dat ik een projectgroep op kan stellen omtrent een specifiek probleem en/of idee

Demografisch Burgerbetrokkenheid en burgerinitiatieven

Conclusie: Er is gebleken uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen dat de maatschappij aan het individualiseren is. Daarbij ontstaat er een afbraak van instituten zoals kerken, de natie, de overheid als eenheid etc. Dit bevestigt dan ook de uitkomsten van het fieldresearch. De weggebruiker heeft geen behoefte om projectgroepen op te stellen. Dit is dan ook een belangrijk gegeven voor de ontwikkeling. Er hoeven dus geen mogelijkheden binnen het middel/instrument te zijn waarmee de weggebruiker een projectgroep kan opstellen.

Ik vind het belangrijk dat ik me moet registreren en dus mijn persoonlijke gegevens moet opgeven voordat ik gebruik maak van een dergelijk digitaal middel/instrument

X Online registratie is “out”

Conclusie: Het fieldresearch geeft aan dat de weggebruiker zich niet wil hoeven te registreren wanneer zij gebruik wil maken van een digitaal middel/instrument. Dit blijkt ook uit de trends en ontwikkelingen, men wil zich niet meer hoeven te registreren. Registratie zou alleen maar een afbraak voor het gebruik kunnen zijn. Het digitale middel/instrument moet dus vrijblijvend te gebruiken zijn.

Ik vind het belangrijk dat ik belangrijke documenten kan inzien zoals bouwtekeningen die te maken hebben met de oplossing/uitvoering van een specifiek probleem en/of idee

Sociaal

Technologie


Conclusie: Uit het fieldresearch komt naar voren dat de weggebruiker geen behoefte heeft om belangrijke documenten tot haar beschikking te hebben welke te maken hebben met een probleem en/of idee. Maar uit het deskresearch is gebleken dat de maatschappij behoefte heeft naar transparantie en een open overheid. Hierdoor botsen beide resultaten. Om hierop in te spelen is het van belang dat het digitale middel/instrument de mogelijkheid moet gaan bieden om, op voor de weggebruiker vrijblijvende wijze, de mogelijkheid te bieden waarmee belangrijke documenten kunnen worden geraadpleegd. Door dit op vrijblijvende wijze aan te bieden, zullen de resultaten uit het desk- en fieldresearch niet gaan botsen.

Ik vind het belangrijk dat ik mijn digitale apparaten met elkaar kan verbinden

X Overal en altijd internet

Conclusie: In de trends en ontwikkelingen wordt aangegeven dat digitale apparaten steeds makkelijker met elkaar kunnen worden verbonden. Deze trend is gebaseerd op het “overal en altijd kunnen internetten”. Uit het fieldresearch blijkt daarentegen dat de weggebruiker geen behoefte heeft om digitale apparaten met elkaar te kunnen verbinden. Om ervoor te zorgen dat deze feiten niet met elkaar zullen botsen, zal het digitale middel/instrument zodanig moeten


worden opgezet dat deze vrijblijvend voor een verbinding kan zorgen tussen verschillende digitale apparaten.

Ik vind het milieu van minder groot belang dan bijvoorbeeld de financiële toestand van Nederland

Ecologie X

Conclusie: Het milieu is een belangrijk onderwerp voor de maatschappij. Uit het fieldresearch is gebleken dat de weggebruiker wel degelijk het milieu van belang vindt. Het milieu doet dan ook niet onder aan de financiële zaken die spelen. Het is dan ook van belang voor het digitale middel/instrument dat hiermee naast de provinciale wegen ook de relevante milieu- aspecten meeneemt omtrent de provinciale wegen.

Ik vind het belangrijk dat ik me nog alleen met mijn social media account (zoals Facebook) kan registreren als ik gebruik wil maken van een dergelijk digitaal middel/instrument


Social media

Online registratie is “out”

Conclusie: Het fieldresearch heeft aangegeven dat de weggebruiker geen behoefte heeft om het digitale middel/instrument te gebruiken wanneer zij zich moet registreren via haar social media- account. Het deskresearch bevestigt dan ook dat het laten registreren van eventuele gebruikers een afbraak is op het gebruik van het digitale aanbod.

Ik vind het belangrijk dat een digitiaal middel/instrument bij mijn individuele identiteit past waardoor ik het eerder wil gebruiken

X Zelfcontrole en identiteit

Customization

Conclusie: Uit het fieldresearch komt naar voren dat de weggebruiker het niet van belang vindt dat een digitaal middel/instrument bij de eigen identiteit past. Het middel/instrument wordt ook niet eerder gebruikt, wanneer deze bij de identiteit past. Toch blijkt uit het deskresearch dat identiteit en personalisering van belang is. Het deskresearch geeft weer dat men een applicatie sneller zal gebruiken als deze aan te passen is aan de eigen wensen en behoeften. Het is daarom van belang dat deze gegevens niet met elkaar botsen. Daarom moet er een vrijblijvende mogelijkheid zijn binnen het digitale middel/instrument waarmee de weggebruiker het digitale middel/instrument op basisniveau kan personaliseren of dat de meldingen welke worden gedaan gepersonaliseerd kunnen worden.


Bijlage Brainstorm

(Bron: Byttebier, I. 2002.) Draaiboek t.b.v.: Brainstorm: Provincie Noord-Brabant Facilitator: Gideon Swart Datum: 5 april Locatie: Avans Hogeschool te ’s-Hertogenbosch, lokaal OX327 Benodigdheden:

1. Smartboard 2. Een fijne creatief- vriendelijke ruimte 3. Grote tafel(s) om de COCD-box op te plaatsen 4. Post-its 5. A-4 papier 6. Handouts met “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria, A-4 papier met titels: Toevalstreffers, Directe

analogie, Superheld en Output ofwel uitgewerkt idee 7. Pennen/stiften 8. +/- 50 afbeeldingen voor Directe analogie 9. Snacks/snoep en drinken

Tijdschema: Tijd Activiteit 12.30 Welkom + introductie 12:40 Kennismaking met “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria 12:50 Creativiteit stimuleren 13.05 Toevalstreffers 13.20 Directe analogie 13.35 Superheld 13.50 COCD-box 14.05 Beste rode idee kiezen 14.20 Output: gezamenlijk idee concretiseren 14.30 Afsluiten Welkom + introductie Hoofdvraag: Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? Kennismaking met “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; (“Must Haves”, aangezien deze bestaan uit de positieve wensen en behoeften welke voort komen uit zowel het desk- als fieldresearch):

- waarmee foto’s kunnen worden gemaakt en worden toegevoegd van problemen en/of ideeën zodat deze duidelijk naar voren komen

- waarmee een locatie van een probleem/idee kan worden opgegeven op eventueel een kaart - welke informatie geeft over hoe een probleem/idee wordt opgelost/uitgevoerd en binnen welk termijn dit

gebeurd - welke te gebruiken is op smartphones/tablets - welke overal en altijd te gebruiken is - waar problemen/ideeën mee kunnen worden uitgetekend of kunnen worden gevisualiseerd zodat met

informatie kan creëren of kan beïnvloeden - welke eventueel is gebaseerd op een applicatie voor smartphones/tablets - en welke logischerwijs, zo blijkend uit het field- en deskresearch, samenwerkingsmogelijkheden biedt tussen

provincie en weggebruikers waarbij problemen en/of ideeën kunnen worden verholpen/uitgevoerd Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; (“Optionals”, aangezien deze bestaan uit de negatieve wensen en behoeften en zijn vervormd zodat zij zowel op de wensen en behoeften van de weggebruikers- als de trends en ontwikkelingen uit de DESTEP en trends en ontwikkelingen inspelen.):

- waar men mogelijkheid heeft om te zien wat in geheel Noord-Brabant afspeelt omtrent de provinciale wegen


- waar men vrijblijvend een koppeling kan maken met social media. Wanneer dit niet gedaan wordt door de gebruiker, ontstaan er geen beperkingen en blijven dezelfde mogelijkheden aanwezig

- waarmee geen projectgroepen voor nodig zijn of de mogelijkheid hiervoor wordt aangeboden - waarmee de weggebruiker zich niet hoeft te registreren om het te gebruiken. Het moet dus een vrijblijvend

middel/instrument zijn - waarmee er vrijblijvend de mogelijkheid is om belangrijke documenten te kunnen raadplegen omtrent

specifieke problemen/ideeën - waarmee vrijblijvend een verbinding kan worden gemaakt met andere digitale apparaten - waarmee ook de aan provinciale wegen relevante milieu- aspecten kunnen worden beïnvloed - waarmee het niet nodig is, wanneer men het digitale middel/instrument wil gebruiken, om zich te registreren

met het social media- account - welke op basisniveau te personaliseren is

Succescriteria De provincie heeft uiteraard ook eisen waaraan het digitale middel/instrument moet voldoen. Deze eisen bestaan uit de volgende punten die het digitale middel/instrument waar kunnen maken: Het digitale middel/instrument moet:

- Bereikbaar zijn voor de gebruiker, dus overal en altijd te gebruiken - Beschikbaar zijn op een werkzame manier, dus iedereen kan het digitale middel/instrument bereiken - Innovatief en gebruiksvriendelijke zijn - Beheersbaar, dus de provincie moet alle gebruikers van het digitale middel/instrument kunnen bijstaan tijdens het gebruik - Wensen en behoeften weergeven welke samen met de provincie kunnen worden uitgewerkt tot concrete plannen - Gevisualiseerd zijn zodat de provincie ziet wat het middel/instrument inhoudt - De communicatie versterken tussen de weggebruiker en provincie

Creativiteit stimuleren http://www.youtube.com/watch?v=TwJaELXadKo http://www.youtube.com/watch?v=FScddkTMlTc Toevalstreffers (Bij toevalstreffers kies je probleem vreemde informatie om je te inspireren tot nieuwe ideeën. Dit kiezen moet echter wel lukraak gebeuren. Je laat het toeval beslissen. Deze techniek vloeit voort uit de overtuiging dat je alles met alles kan verbinden in je hoofd. En als je dat zelf ook gelooft, werkt het ook nog! Vertrekkend van elk willekeurig gegeven zal je brein met meer of minder moeite dit gegeven kunnen terugkoppelen naar de probleemsituatie.)

1. Gebruik de 5 afbeeldingen die voor je liggen 2. Gebruik de afbeeldingen voor inspiratie en bedenk op basis van deze afbeeldingen een oplossing voor de

vraagstelling 3. Teken het idee uit, schrijf het uit, beeld het uit

Directe analogie Twee elementen vertonen analogie als ze (altijd gezien vanuit onze hersenen) gelijkwaardige kenmerken vertonen. Deze gemeenschappelijke eigenschappen noemt men de analogiebasis. Een kopje en een glas noemen we analoog omdat ze een grote analogiebasis hebben. Met directe analogie laat je je inspireren door een thema (analogon) dat ver van je probleem afstaat. Je gebruikt dit analogon als startpunt voor het resociëren naar de startformulering.

1. Kijk naar de eisen van het middel 2. Kies een dier, auto, insect, voorwerp, iets uit een film 3. Kies 5 kenmerken van het gekozen dier/ding 4. Pas de 5 gekozen kenmerken van je gekozen dier/ding toe op de vraagstelling 5. Teken het idee uit, schrijf het uit, beeld het uit

(Wees concreet met je benaming: de opdracht is het bedenken van een COMMUNICATIEMIDDEL, het kiezen van een dier wordt gedaan door een GIRAF te kiezen, en het kiezen van een kenmerk van de giraf wordt bv. gedaan door de LANGE NEK van de GIRAF te kiezen)

http://www.youtube.com/watch?v=TwJaELXadKo

http://www.youtube.com/watch?v=FScddkTMlTc


Superheld De superheldtechniek is een voorbeeld van een fantastische analogie. De fantastische analogie vertoont vergelijkenis met de vorige techniek maar in tegenstelling tot directe analogie beperkt de fantastische analogie zich niet tot de realiteit. Bij het kiezen van analogons laten we de fantasie de vrije loop. Hierdoor ontstaat een andere invalshoek om naar een probleem te kijken en kunnen nieuwe ideeën worden gegenereerd.

1. Neem een held of heldin in gedachten 2. Laat je superheld nu tot leven komen in je gedachten 3. Fantaseer over hoe jouw superheld de vraagstelling zou oplossen en uitvoeren 4. Teken het idee uit, schrijf het uit, beeld het uit

COCD-box Hoe werkt de techniek? Bij het selecteren van ideeën volgens de COCD-box methode hou je rekening met twee basiscriteria. Enerzijds de vernieuwingskracht: is het idee bekend (gewoon) of nieuw? Anderzijds de realiseerbaarheid: is het idee makkelijk te realiseren of moeilijk te realiseren? Bij realiseerbaarheid speelt zowel de kostprijs als de wettelijkheid, technische haalbaarheid, strategie etc. Kortom alles waardoor je zou kunnen aannemen dat een idee moeilijk te realiseren zijn. Op basis van deze twee criteria, vernieuwingskracht en realiseerbaarheid, krijg je een assenstelsel met drie interessante kwadranten: Linksonder vind je de blauwe ideeën. Dit zijn de gewone en haalbare ideeën. Niks verkeerd mee en heel nuttig. Waarschijnlijk zouden deze ideeën in een gewone vergadering ook naar boven kunnen komen.

Rechtsonder vind je de rode ideeën. Eigenlijk is een creatieve sessie bedoeld om rode ideeën te bedenken. De rode ideeën hebben dat prikkelende, dat vernieuwende. En toch geeft je buikgevoel aan dat deze ideeën zonder al te veel moeite te realiseren moeten zijn.

Rechtsboven vind je een categorie ideeën die bijna na een creatieve sessie verloren gaan: de gele ideeën. Dit zijn de ideeën waarvan je weet dat ze niet realiseerbaar zijn maar je vindt ze toch sublieme ideeën. In een droomwereld zou je voor de gele ideeën gaan. Maar het leven is hard. En je moet het inzien: in de huidige vorm kunnen ze niet gerealiseerd worden. Maar dit wil niet zeggen dat de gele ideeen niet gerealiseerd kunnen worden. Misschien zijn ze gewoon te vroeg. Misschien is het budget er nu niet, maar later wel. Beste rode idee kiezen

1. Bekijk de “Must Haves” en de “Optionals”, lees deze goed door. 2. Gezamenlijk wordt het beste “rode” idee gekozen vanuit de COCD-box. 3. Maak het gekozen idee voor jezelf concreet in je eigen hoofd zodat het in de echte wereld zou kunnen

werken. Output: gezamenlijk idee concretiseren Nagaan of het idee wel compleet is volgens de “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria. Nagaan of het idee realistisch is en is toe te passen.

1. Ga met elkaar in conclaaf en bekijk het gekozen idee, discussieer hierover en maak het duidelijk aan elkaar.

2. Ga na of het idee klopt volgens de “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria. 3. Pas het idee aan totdat het klopt met de “Must Haves” en “Optionals” en succescriteria, zorg ervoor dat

het idee helemaal naar jullie wens is. 4. Teken het idee uit, schrijf het uit, beeld het uit.

Afsluiting Dank jullie wel voor jullie input en creativiteit!


Bijlage 10 ideeën Generatie van verschillende ideeën. (Jacobs, D. & Snijders, H. 2008).

- Een pen met inbegrepen digitale kaart welke uit de pen kan worden gerold en kan worden gebruikt om locaties van problemen op te plaatsen - Een dockingsyteem voor een smartphone waarin een smartphone kan worden geplaatst en tijdens het autorijden op een grote knop gedrukt kan worden (op het beeldscherm van de smartphone), waarna een voicerecord kan worden gemaakt. Het voicerecord dient als memo voor de weggebruiker waarmee, als de weggebruiker bij plaats van bestemming is aangekomen, deze kan uitwerken tot een concreet idee. De memo is direct gekoppeld aan de locatie van inspreken, zodat de weggebruiker precies kan zien waar hij/zij een probleem zag of een idee voor had - Een applicatie welke direct wordt gestart wanneer de smartphone meet via GPS als de snelheid meer dan 50 kilometer per uur bedraagt (dus wanneer de smartphone bijvoorbeeld in een auto zit), waarmee op simpele wijze via een grote knop op het beeldscherm foto’s kunnen worden gemaakt wanneer de weggebruiker onderhoudsproblemen ziet - Een TomTom applicatie welke de mogelijkheid geeft aan de weggebruiker om tijdens het autorijden via voicecommand bepaalde problemen/ideeën in te spreken en te omschrijven, welke direct naar de provincie Noord-Brabant worden verzonden - Een applicatie waarmee alle smartphones met elkaar verbonden worden. Wanneer deze applicatie meet via GPS dat zij aan het autorijden is, wordt deze geactiveerd. Wanneer de smartphone meet dat er op een bepaalde locatie veel smartphones aanwezig zijn op een bepaald stuk weg, krijgt deze specifieke smartphone bericht dat hier file staat - Een applicatie welke via een centraal programma bij de provincie Noord-Brabant meet dat weggebruiker veel op de “problemen” knop op de smartphone drukt. Hierna wordt dit aangegeven bij de wegbeheerders en weten zij dat er iets aan de hand is op deze locatie - Vandalismebestendig tablet op parkeerhavens langs de provinciale wegen waarop problemen/ideeën uitgetekend en uitgeschreven kunnen worden, waarbij ook de locatie via Maps van Google kunnen worden toegevoegd - Een applicatie welke bestaat uit een community waarbij mensen problemen/ideeën op kunnen plaatsen en aan de leden van de community kunnen vragen wie met de “melder” van het probleem/idee zou willen samenwerken om dit probleem/idee te beantwoorden - Een applicatie waarmee gebeld kan worden naar de provincie Noord-Brabant en problemen/ideeën mee kunnen worden doorgegeven op de traditionele wijze, welke automatisch wordt gekoppeld aan het bestand van dit probleem/idee waarin het activiteitenschema staat betreft de oplossing. De applicatie geeft dan alle informatie aan de “melder” weer over hoe en wanneer het probleem wordt opgelost - Een verplichte camera voor in de auto welke via algoritmen oneffenheden of veranderingen meet van de provinciale wegen en deze doorstuurt naar de provincie Noord-Brabant


Bijlage “Rode” ideeën

- Een dockingsyteem voor een smartphone waarin een smartphone kan worden geplaatst en tijdens het autorijden op een grote knop gedrukt kan worden (op het beeldscherm van de smartphone), waarna een voicerecord kan worden gemaakt. Het voicerecord dient als memo voor de weggebruiker waarmee, als de weggebruiker bij plaats van bestemming is aangekomen, deze kan uitwerken tot een concreet idee. De memo is direct gekoppeld aan de locatie van inspreken, zodat de weggebruiker precies kan zien waar hij/zij een probleem zag of een idee voor had - Een applicatie waarmee gebeld kan worden naar de provincie Noord-Brabant en problemen/ideeën mee kunnen worden doorgegeven op de traditionele wijze, welke automatisch wordt gekoppeld aan het bestand van dit probleem/idee waarin het activiteitenschema staat betreft de oplossing. De applicatie geeft dan alle informatie aan de “melder” weer over hoe en wanneer het probleem wordt opgelost


Bijlage Concept 1.0 tekstueel

Eindproduct uitgetypt vanuit de weggebruiker tijdens het autorijden Stap 1: Een applicatie welke automatisch wordt geactiveerd wanneer deze meet via GPS dat de smartphone/tablet een snelheid van 30 km/h of meer heeft bereikt op provinciale wegen. Als deze applicatie wordt geactiveerd komen er 2 grote knoppen op het beeldscherm naar voren. De eerste knop (een groene knop) kan worden ingedrukt wanneer de weggebruiker een foto wil maken van een bepaalde locatie op de provinciale weg. De tweede knop (een rode knop) kan worden ingedrukt wanneer de weggebruiker een voicerecord ofwel memo wil maken waarbij 15 seconden lang de mogelijkheid wordt geboden om een memo in te spreken. De memo dient als herinnering voor de weggebruiker als zij op plaats van bestemming is aangekomen, zodat de weggebruiker weet wat het probleem of idee was wat zij wilde uitwerken. Wanneer de knoppen worden ingedrukt wordt direct de locatie vastgelegd van de foto en/of memo, zodat de weggebruiker precies kan zien waar zij een probleem heeft gezien of een idee voor had. Door het feit dat de applicatie wordt geactiveerd tijdens het autorijden zullen de weggebruikers deze niet vergeten te activeren. Daarnaast bieden de 2 mogelijkheden, dus de 2 knoppen, een simpele wijze om gebruik van de applicatie te maken. Hierdoor ontstaan er geen gevaarlijke situaties waarbij de weggebruiker het zicht verliest aangezien er op de applicatie wordt gericht. Het gebruik is namelijk erg simpel, namelijk met 1 (of 2) knop(pen). Stap 2: Wanneer de weggebruiker op de plaats van bestemming is aangekomen, krijgt de weggebruiker een reminder ofwel een notificatie van de applicatie, aangezien deze meet door middel van het GPS dat zij niet meer aan het rijden is in een voertuig, over het feit dat zij of een memo heeft opgenomen of een foto heeft gemaakt. Dit wordt gemeten aangezien de applicatie via het GPS kan zien dat deze niet meer 30km/h of harder rijdt en dat de smartphone/tablet zich niet meer op de provinciale wegen bevindt. Stap 3: De weggebruiker opent de notificatie van de applicatie en kan de foto en/of memo terug zien/horen. Deze kunnen worden geopend, doordat deze zijn weergegeven op een kaart welke is gebaseerd op Maps van Google, door hierop te klikken. Een foto wordt in de vorm van een fototoestel op de precieze locatie op de kaart weergegeven en de memo wordt als een microfoon op de precieze locatie op de kaart weergegeven, waar deze zijn gemaakt. De kaart van de provincie Noord-Brabant is het basisscherm van de applicatie. Stap 4: Wanneer de foto/memo is gezien/afgeluisterd komt er automatisch in het beeldscherm een format waarin het probleem/idee kan worden beschreven en kan worden gevisualiseerd. De beschrijving en/of visualisering van het probleem/idee kan worden gestart door of op het icoontje “Fototoestel” of “Microfoon” te klikken. Wanneer dit gebeurt, wordt er een format geopend. Dit format bestaat uit een beschrijvend deel waarbij het probleem/idee omschreven kan worden en bestaat uit een deel waarbij het probleem/idee uitgetekend kan worden. Het beschrijvende deel biedt de mogelijkheid om titel, onderwerp en beschrijving op te geven waarbij aangevinkt dient te worden of het om een probleem of idee gaat. Het visualiserende deel biedt de mogelijkheid om de gemaakte foto te openen en streetview en/of maps.google.nl te gebruiken waarbij in deze beelden getekend kan worden. Dit tekenen kan worden gedaan door gebruik te maken van een simpele tekentool waar gekozen kan worden uit een “Pen” en uit de basiskleuren waarmee de visualisatie kan worden gedaan. En een “Gum” welke te gebruiken is om tekenfouten te herstellen. Daarbij kan er met een “typtool” teksten worden getypt in de visualisatie. Op deze manier kan men het probleem/idee volledig uittekenen. Daarbij is het niet verplicht om in een foto of op de kaart maps.google.nl te tekenen. Dit kan ook op een blanko achtergrond. Ook is de volledige visualisatie- mogelijkheid vrijblijvend en dus niet verplicht om een probleem/idee op te geven aan de provincie Noord-Brabant. Hierdoor wordt het een toegankelijke applicatie om te gebruiken, waarbij de weggebruiker wel de mogelijkheid heeft om deze volledig uit te tekenen (en te beschrijven). Stap 5: Als de weggebruiker de beschrijving/visualisatie heeft afgerond heeft de weggebruiker de mogelijkheid om push- berichten te ontvangen. Wanneer men deze inschakelt, wordt de desbetreffende smartphone/tablet gekoppeld aan de database van de provincie Noord-Brabant en ontvangt de weggebruiker de statusrapporten, in de vorm van een simplistische planning en actielijst van de afhandeling van het probleem/idee. Hierdoor kan de weggebruiker zien hoe en wanneer er op de melding wordt ingespeeld door de provincie Noord-Brabant. Deze worden ontvangen door de desbetreffende weggebruiker in de vorm van notificaties op haar smartphone/tablet. De weggebruiker stemt met het accepteren van push- berichten in dat zij dus notificaties ontvangt omtrent het probleem en hierop kan reageren door in een “opmerkingen document” kan werken, welke ook bestaat uit een beschrijvend en visualiserend deel. Dit document is gekoppeld aan het werkdocument binnen de database van de provincie Noord-Brabant van de melding, zodat de provincie Noord-Brabant de open aanmerkingen van de weggebruiker kan inzien. Na het wel of niet accepteren van de push- berichten, kan de weggebruiker het probleem/idee zenden naar de provincie Noord-Brabant. Wanneer de weggebruiker de melding heeft verstuurd naar de provincie Noord-Brabant, vraagt de applicatie of de weggebruiker de melding wil delen via social media, ofwel Facebook en Twitter. Dit is niet verplicht en dus vrijblijvend. Wanneer men dit wel doet, komt er op de persoonlijke social media pagina van de weggebruiker de melding te staan waarbij de beschrijving, visualisatie en locatie is te zien van de melding. Hierdoor kan het sociale netwerk van de weggebruiker op deze melding reageren.


Stap 6: Als de weggebruiker het probleem/idee heeft verzonden en heeft aangegeven dat zij push- berichten wil ontvangen, ontvangt zij een simplistische planning en actielijst. Daarnaast biedt de notificatie de mogelijkheid om in een “opmerkingen document” te werken. Dit document bestaat ook uit een beschrijvend en visualiserend onderdeel, net zoals bij stap 4. Alle door de weggebruiker opgegeven informatie is hierin te zien en kan ook door de specifieke weggebruiker worden aangepast. Dit document is gekoppeld aan het werkdocument van de melding binnen de provincie Noord-Brabant, waardoor de provincie deze open aanmerkingen kan inzien. Binnen het “opmerkingen document” kan ook de provincie Noord-Brabant reageren en alle informatie aanpassen, waardoor er cocreatie ontstaat tussen de weggebruiker en de provincie Noord-Brabant. De mogelijkheid om te reageren wordt extra aangeboden onder het beschrijvende en visualiserende deel. Hierdoor kan er een overzichtelijk gesprek ontstaan tussen provincie en weggebruiker. Deze melding ofwel “opmerkingen document” zal in de vorm van een “gloeilamp” op de kaart worden geplaatst, welke alleen de desbetreffende melder kan zien. Wanneer de weggebruiker op deze “gloeilamp” drukt ziet zij een link naar het werkdocument ofwel database waarin alle relevante informatie staat omtrent het specifieke probleem/idee. Voor de overige weggebruikers welke niet de melding hebben geplaatst zal op de kaart van de applicatie een punaise op de specifieke locatie van het probleem/idee komen te staan, zodat andere gebruikers van deze applicatie het probleem in kunnen zien. Wanneer andere weggebruikers op deze punaise klikken kunnen zij de beschrijving en/of de visualisatie van het probleem/idee inzien. Deze weggebruikers kunnen alleen niet binnen deze specifieke punaise werken, aangezien dit voor eventuele escalerende discussies kan zorgen. Stap 7: Als de province Noord-Brabant het probleem/idee heeft opgelost/verwerkt, krijgt de weggebruiker hier een notificatie van en zal de “gloeilamp” of “punaise” automatisch verdwijnen van de digitale kaart. Eindproduct uitgetypt vanuit weggebruiker zonder auto te rijden Stap 1: Wanneer men niet onderweg is met de auto en dus niet harder rijdt dan 30km/h op een provinciale weg, kan men ook gebruik maken van de applicatie. Wanneer de applicatie wordt geopend ziet men de kaart van Noord-Brabant waarin alleen de provinciale wegen zijn weergegeven. Op deze kaart kan men de verschillende problemen/ideeën zien in de vorm van punaises welke zijn geplaatst op de specifieke locaties van deze problemen/ideeën. Als men een eigen probleem/idee heeft opgegeven, wordt deze in de vorm van een “gloeilamp” weergegeven. Stap 2: Men kan op een punaise drukken en kan hierbij de beschrijving zien van het probleem/idee. Het beschrijvende deel biedt de mogelijkheid om titel, onderwerp en beschrijving op te geven waarbij aangevinkt dient te worden of het om een probleem of idee gaat. Daarnaast kan men het eventueel gevisualiseerde probleem/idee inzien. Hierop kan niet gereageerd worden aangezien dit tot eventuele eindeloze escalaties zou kunnen volgen. Op deze manier kan men zien wat er in de provincie Noord-Brabant zich afspeelt omtrent de provinciale wegen. Stap 3: Als de applicatiegebruiker een probleem/idee zelf wil toevoegen, kan men op de kaart welke als basismenu fungeert, een locatie aangeven door hier op dubbel te klikken. Hierna wordt gevraagd of men een foto wil maken welke betrekking heeft tot deze locatie met betrekking tot een probleem/idee, of meteen wil doorgaan naar het format. Wanneer er een foto wordt gemaakt op de opgegeven locatie op de kaart, wordt het format waarin het probleem/idee kan worden beschreven en/of gevisualiseerd geopend. Wanneer er geen foto wordt gemaakt kan men gewoon doorgaan naar het format door simpelweg de foto-mogelijkheid weg te drukken waarna het probleem/idee kan worden beschreven en/of gevisualiseerd. Stap 4: Wanneer het format wordt geopend, kan het probleem/idee worden beschreven/gevisualiseerd. Dit format bestaat uit een beschrijvend deel waarbij het probleem/idee omschreven kan worden en bestaat uit een deel waarbij het probleem/idee uitgetekend kan worden. Het beschrijvende deel biedt de mogelijkheid om titel, onderwerp en beschrijving op te geven waarbij aangevinkt dient te worden of het om een probleem of idee gaat. Het visualiserende deel biedt de mogelijkheid om de gemaakte foto te openen, streetview en/of maps.google.nl te gebruiken waarbij in deze beelden getekend kan worden. Dit tekenen kan worden gedaan door gebruik te maken van een simpele tekentool waar gekozen kan worden uit een “Pen” en uit de basiskleuren waarmee de visualisatie kan worden gedaan. En een “Gum” welke te gebruiken is om tekenfouten te herstellen. Daarbij kan er met een “typtool” teksten worden getypt in de visualisatie. Op deze manier kan men het probleem/idee volledig uittekenen. Daarbij is het niet verplicht om in een foto en/of op de kaart maps.google.nl te tekenen. Dit kan ook op een blanko achtergrond. Ook is de volledige visualisatie- mogelijkheid vrijblijvend en dus niet verplicht om een probleem/idee op te geven aan de provincie Noord-Brabant. Hierdoor wordt het een toegankelijke applicatie om te gebruiken, waarbij de weggebruiker wel de mogelijkheid heeft om deze volledig uit te tekenen (en te beschrijven). Stap 5: Als de weggebruiker de beschrijving/visualisatie heeft afgerond heeft de weggebruiker de mogelijkheid push- berichten te ontvangen. Wanneer men deze inschakelt, wordt de desbetreffende smartphone/tablet gekoppeld aan de database van de provincie Noord-Brabant en ontvangt de weggebruiker de statusrapporten, in de vorm van een simplistische planning en actielijst van de afhandeling van het probleem/idee. Hierdoor kan de weggebruiker zien hoe en wanneer er op de melding wordt ingespeeld door de provincie Noord-Brabant. Deze worden ontvangen door de desbetreffende weggebruiker in de vorm van notificaties op haar smartphone/tablet. De weggebruiker stemt met het accepteren van push- berichten in dat zij dus notificaties ontvangt omtrent het probleem en hierop kan reageren door in een “opmerkingen document” kan werken, welke ook bestaat uit een beschrijvend en visualiserend deel. Dit


document is gekoppeld aan het werkdocument binnen de database van de provincie Noord-Brabant van de melding, zodat de provincie Noord-Brabant de open aanmerkingen van de weggebruiker kan inzien. Na het wel of niet accepteren van de push- berichten, kan de weggebruiker het probleem/idee zenden naar de provincie Noord-Brabant. Wanneer de weggebruiker de melding heeft verstuurd naar de provincie Noord-Brabant, vraagt de applicatie of de weggebruiker de melding wil delen via social media, ofwel Facebook en Twitter. Dit is niet verplicht en dus vrijblijvend. Wanneer men dit wel doet, komt er op de persoonlijke social media pagina van de weggebruiker de melding te staan waarbij de beschrijving, visualisatie en locatie is te zien van de melding. Hierdoor kan het sociale netwerk van de weggebruiker op deze melding reageren. Stap 6: Als de weggebruiker het probleem/idee heeft verzonden en heeft aangegeven dat zij push- berichten wil ontvangen, ontvangt zij een simplistische planning en actielijst. Daarnaast biedt de notificatie de mogelijkheid om in een “opmerkingen document” te werken. Dit document bestaat ook uit een beschrijvend en visualiserend onderdeel, net zoals bij stap 4. Alle door de weggebruiker opgegeven informatie is hierin te zien en kan ook door de specifieke weggebruiker worden aangepast. Dit document is gekoppeld aan het werkdocument van de melding binnen de provincie Noord-Brabant, waardoor de provincie deze open aanmerkingen kan inzien. Binnen het “opmerkingen document” kan ook de provincie Noord-Brabant reageren en alle informatie aanpassen, waardoor er cocreatie ontstaat tussen de weggebruiker en de provincie Noord-Brabant. De mogelijkheid om te reageren wordt extra aangeboden onder het beschrijvende en visualiserende deel. Hierdoor kan er een overzichtelijk gesprek ontstaan tussen provincie en weggebruiker. Deze melding ofwel “opmerkingen document” zal in de vorm van een “gloeilamp” op de kaart worden geplaatst, welke alleen de desbetreffende melder kan zien. Wanneer de weggebruiker op deze “gloeilamp” drukt ziet zij een link naar het werkdocument ofwel database waarin alle relevante informatie staat omtrent het specifieke probleem/idee. Voor de overige weggebruikers welke niet de melding hebben geplaatst zal op de kaart van de applicatie een punaise op de specifieke locatie van het probleem/idee komen te staan, zodat andere gebruikers van deze applicatie het probleem in kunnen zien. Wanneer andere weggebruikers op deze punaise klikken kunnen zij de beschrijving en/of de visualisatie van het probleem/idee inzien. Deze weggebruikers kunnen alleen niet binnen deze specifieke punaise werken, aangezien dit voor eventuele escalerende discussies kan zorgen. Stap 7: Als de province Noord-Brabant het probleem/idee heeft opgelost/verwerkt, krijgt de weggebruiker hier een notificatie van en zal de “gloeilamp” of “punaise” automatisch verdwijnen van de digitale kaart. Eindproduct uitgetypt vanuit de provincie Noord-Brabant Stap 1: De weggebruiker heeft een melding van een probleem/idee verstuurd naar de provincie Noord-Brabant. De melding komt bij het Meldpunt provinciale wegen van provincie Noord-Brabant binnen. Deze komt in de vorm van een beschrijving en eventueel een visualisatie die de “melder” heeft gemaakt binnen waarbij de locatie is weergegeven van het gemelde probleem/idee op de kaart van Noord-Brabant. De provincie ziet alle meldingen in de vorm van “punaises” op de kaart of in de vorm van feeds die binnenkomen. Stap 2: Wanneer het meldpunt het probleem/idee in behandeling neemt en deze gaat verwerken, moet de provincie op of de “punaise” of feeds klikken. Wanneer dit is gebeurd, wordt er automatisch een simplistische planning met actielijst naar de melder gestuurd in de vorm van een notificatie. Daarbij wordt er automatisch een werkdocument opgezet zodra de provincie op de “punaise” of feed klikt. Binnen deze notificatie wordt er ook automatisch een link geplaatst van het werkdocument van de provincie Noord-Brabant omtrent de specifieke melding ofwel het probleem/idee, zodat de weggebruiker alle belangrijke documenten in kan zien binnen het specifieke probleem/idee. De link is verbonden met het specifieke werkdocument waarbij alle basisgegevens in zijn toegevoegd. Hierdoor kan de weggebruiker alle relevante informatie makkelijk terugvinden. De provincie kan altijd nog bestanden hierbij toevoegen, verwijderen of aanpassen als de specifieke weggebruiker hier naar vraagt bijvoorbeeld. Binnen deze notificatie wordt er ook hetzelfde format meegezonden naar de smartphone/tablet van de weggebruiker als in “Eindproduct uitgetypt vanuit de weggebruiker, stap 4”. Dit format “opmerkingen document” biedt de mogelijkheid voor zowel de specifieke weggebruiker als de provincie Noord-Brabant om hierin te reageren op elkaars opmerkingen. Het format wordt weergegeven als een “gloeilamp” aan de specifieke melder. Daarbij kan de provincie ook door de weggebruiker alle opgegeven informatie bewerken. De provincie kan dus ook zowel de tekstuele- als visuele informatie bewerken, zodat er samen met de weggebruiker naar een oplossing kan worden gezocht. Stap 3: Binnen het “opmerkingen document” kan de provincie reageren op het probleem/idee dat de weggebruiker heeft gemeld aan de provincie Noord-Brabant. Dit kan gedaan worden door in het “opmerkingen document” te reageren. Binnen dit deel “reageren” kan ook de weggebruiker reageren, hierdoor ontstaat er een interactie ofwel cocreatie tussen weggebruiker en provincie. Dit “opmerkingen document” is, net zoals de link welke naar de belangrijke documenten toe linkt omtrent het specifieke probleem/idee, ook verbonden met het specifieke werkdocument. Hierdoor blijft de interactie tussen weggebruiker en provincie binnen dit specifieke probleem/idee. Stap 4: Als de province Noord-Brabant het probleem/idee heeft opgelost/uitgevoerd wordt dit aangegeven in het werkdocument van het specifieke probleem/idee. Wanneer dit wordt gedaan ontvangt de specifieke weggebruiker, welke de melding heeft geplaatst, een notificatie waarin staat dat het probleem/idee is opgelost/uitgevoerd. Daarbij zal de “gloeilamp” verdwijnen van de kaart welke alleen is te zien door de melder. Ook zal de “punaise” van het probleem/idee verdwijnen op de digitale kaart binnen de applicatie waardoor andere weggebruikers dit probleem/idee niet meer kunnen zien. Daarnaast zal ook de “punaise” verdwijnen van de kaart van de provincie Noord-Brabant en


zal het probleem/idee automatisch worden geplaatst in een aparte database, zodat de provincie altijd nog dit kan bekijken. Eindproduct uitgetypt vanuit overige mogelijkheden - De applicatie is gratis te gebruiken en kan gedownload worden van zowel de website van provincie Noord-Brabant,

dus www.brabant.nl en Google Playstore/Apple Store/Blackberry App World. Wanneer men de applicatie download wordt er aangegeven dat de applicatie gebruik maakt van het telefoonnummer van de desbetreffende smartphone/tablet. Er hoeven geen NAW-gegevens worden opgegeven, aangezien dit de gebruiksdrempel laag houdt. Het gebruik van het mobiele telefoonnummer is van belang aangezien op deze manier de provincie Noord-Brabant eventueel telefonisch contact kan opnemen met de desbetreffende applicatiegebruiker;

- De applicatie maakt gebruik van het huidige 2G, 3G en 4G netwerk zodat men overal en altijd gebruik kan maken van de applicatie. Daarbij is dit van belang voor het GPS zodat de locaties vast kunnen worden gesteld van de problemen/ideeën;

- Wanneer een passagier in b.v. een auto gebruik maakt van haar smartphone/tablet en de applicatie wordt geactiveerd, kan deze makkelijk worden weggeklikt zodat men hier geen overlast van ondervindt. Daarbij kan het automatisch verschijnen op het beeldscherm, wanneer de applicatie meet dat deze zich bevindt op de provinciale wegen met 30km/h of meer, uitgeschakeld worden bij de instellingen van de desbetreffende smartphone/tablet (GPS instellingen);

- De applicatie kan worden gebruikt met andere apparaten door naar de website van provincie Noord-Brabant te gaan. Dit kan gedaan worden op b.v. een vaste computer. Hierbij gaat men naar de desbetreffende subpagina op www.brabant.nl, geeft het mobiele telefoonnummer op en kan van dezelfde mogelijkheden gebruik maken als de mogelijkheden die de applicatie aanbiedt. Het opgeven van het mobiele telefoonnummer is van belang om te zien welke problemen/ideeën de gebruiker zelf heeft geplaatst. Het telefoonnummer zal worden geverifiëerd door middel van een sms. Dit ter bescherming van vandalisme. Wanneer het mobiele telefoonnummer niet wordt opgegeven kan men wel de kaart en de punaises zien, maar kan geen problemen/ideeën (“gloeilampen”) welke men zelf heeft geplaatst zien of problemen/ideeën opgeven. Hierdoor kan men toch het aanbod van de provincie Noord-Brabant gebruiken en behoudt de provincie het overzicht van de geplaatste problemen/ideeën aangezien zij contact kan opnemen met de melders door middel van het opgegeven mobiele telefoonnummer;

- Na iedere aanpassing of reactie die de provincie heeft uitgevoerd, zal er automatisch een notificatie worden verzonden naar de specifieke weggebruiker. Op deze manier is de weggebruiker altijd op de hoogte van de veranderingen binnen de melding;

- Na iedere aanpassing of reactie die de weggebruiker heeft uitgevoerd, zal er op de specifieke “punaise” op de kaart van Noord-Brabant een “uitroepteken” komen te staan. Op deze manier is de provincie altijd op de hoogte van de veranderingen binnen de specifieke melding;

- De opgeloste problemen/ideeën zullen niet meer te zien zijn voor de weggebruikers, maar wel voor de provincie Noord-Brabant. De provincie Noord-Brabant zal een aparte database hebben waarin alle opgeloste problemen/ideeën zijn geplaatst, zodat deze altijd nog te raadplegen zijn;

- De kaart op zowel de vaste computer als applicatie zal alleen provinciale wegen tonen. Op deze manier kan de weggebruiker geen meldingen doen op verkeerde locaties en blijven de meldingen voor de provincie duidelijk;

- Wanneer een weggebruiker inlogt op de website van provincie Noord-Brabant www.brabant.nl met het telefoonnummer waarmee de desbetreffende persoon zich al eerder mee heeft geregistreerd, zal zij haar eigen opgegeven problemen/ideeën ofwel “gloeilampen”, “fotocamera’s en/of “microfoons” terug kunnen zien. De applicatie en website synchroniseren dus, zodat de weggebruiker zich niet opnieuw hoeft te registreren wanneer zij via een andere mogelijkheid gebruik wil maken van de mogelijkheden van de applicatie.





Bijlage Concept 1.0

(De Brabantwegen App voor de weggebruiker).


(De Brabantwegen App vanaf de computer vanuit de provincie Noord-Brabant).


(De Brabantwegep App extentie voor de weggebruiker op de website van de provincie Noord-Brabant www.brabant.nl).


Bijlage Focusgroep

Draaiboek t.b.v.: Brainstorm: Provincie Noord-Brabant Facilitator: Gideon Swart en ondersteundend facilitator Ruben Swart Datum: 12 april Locatie: Vierde Morgen te ’s-Hertogenbosch Benodigdheden

1. Handouts (infographic + 8 kernvragen) 2. A-4 papier 3. Snacks/snoep en drinken

Tijdschema: Tijd Activiteit 14:00 Welkom + introductie + handouts infographic uitdelen 14:10 Kennismaking met digitaal middel/instrument INFOGRAPHIC 14:25 Creativiteit stimuleren 14:30 Handouts 8 kernvragen uitdelen 14:35 Iedere vraag per kernvraag als groep behandelen 14.35 Is het concept duidelijk en waarom? 14:45 Is het relevant voor jou en waarom? 14:55 Is het aantrekkelijk en waarom? 15:05 Vind je het onderscheidend en waarom? 15:15 Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom? 15:25 Is het iets voor jezelf en waarom? 15:35 Zou je het gebruiken en waarom? 15:45 Wat zou je eraan willen veranderen en waarom? 15:55 Gezamenlijke conclusie trekken 16:10 Afsluiten Welkom + introductie + handouts infographic uitdelen Hoofdvraag: Hoe moet het digitale middel/instrument eruit komen te zien waarmee de provincie kan cocreëren met de weggebruiker op basis van haar wensen en behoeften, zodat het onderhoud van de provinciale wegen specifieker kan worden uitgevoerd? Uitdelen van infographic waarna in “Kennismaking met digitaal middel/instrument INFOGRAPHIC” het concept wordt doorlopen zodat de participant van de focusgroep begrijpt waar het concept uit bestaat. Kennismaking met digitaal middel/instrument INFOGRAPHIC Uitleg digitale middel/instrument waarmee de provincie Noord-Brabant op de wensen en behoeften van de weggebruikers in kan spelen waardoor het onderhoud van de provinciale wegen wordt gespecificeerd. Creativiteit stimuleren http://www.youtube.com/watch?v=17DPJHNVx2Q Handouts 8 kernvragen uitdelen 8 kernvragen Is het concept duidelijk en waarom? Is het relevant voor jou en waarom? Is het aantrekkelijk en waarom? Vind je het onderscheidend en waarom? Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom? Is het iets voor jezelf en waarom? Zou je het gebruiken en waarom? Wat zou je eraan willen veranderen en waarom? Iedere vraag per kernvraag als groep behandelen:

http://www.youtube.com/watch?v=17DPJHNVx2Q


Is het concept duidelijk en waarom?

Is het relevant voor jou en waarom? Is het aantrekkelijk en waarom? Vind je het onderscheidend en waarom? Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom? Is het iets voor jezelf en waarom? Zou je het gebruiken en waarom? Wat zou je eraan willen veranderen en waarom?

Gezamenlijke conclusie trekken Gezamenlijk een conclusie trekken waarbij de plus- en minpunten expliciet worden genoemd en naar voren komen zodat deze kunnen worden meegenomen in het perfectioneren van het digitale middel/instrument. Afsluiting Dank jullie wel voor jullie input en creativiteit!


Bijlage Uitwerking focusgroep

8 kernvragen. (Wulfen, van G. 2009).

Resultaat focusgroep

Is het concept duidelijk en waarom?

Het concept komt duidelijk naar voren en al haar functies. De bedoeling en het doel springen er expliciet eruit. Dit komt omdat het concept simpel is te gebruiken. Daarbij bestaat de technologische en algemene gebruikerskennis uit zodanige hoeveelheid, waardoor weggebruikers het snel onder de knie zullen hebben. (Met gebruikerskennis wordt bedoeld: men maakt tegenwoordig al gebruik van dergelijke applicaties waardoor de moeilijkheidsgraad niet hoog ligt.). Ook creëert het feit dat het door huidige smartphones/tablets te gebruiken is een duidelijk beeld hoe het concept zou functioneren in de praktijk aangezien men tegenwoordig al veel gebruik maakt van deze middelen. Alle functies zijn erg simpel en heel duidelijk binnen de applicatie.

Is het relevant voor jou en waarom?

Het concept is absoluut relevant voor weggebruikers. Dit komt doordat het volledig op de provinciale wegen is gericht waarbij (bijna) iedereen in het bezit is van een rijbewijs en/of auto. Iedere weggebruiker komt wel eens een situatie tegen waarvan zij denkt of dit wel veilig is o.i.d. Daarbij is smartphone/tablet- gebruik de normaalste zaak tegenwoordig, waardoor dit absoluut een relevante oplossing is om het wegennet beter te maken. Daarbij is het feit dat de weggebruiker gezamenlijk met de overheid kan samenwerken om Brabant te verbeteren een zeer goed doel. Hier zal veel animo voor zijn.

Is het aantrekkelijk en waarom?

Voor weggebruikers is het een volwaardig, aantrekkelijk middel om gebruik van te maken. Als het makkelijk en snel te gebruiken is tijdens het autorijden, is het een zeer handig middel om samen met de provincie Noord-Brabant het wegennet te verbeteren. Daarnaast maken de mogelijkheden die het concept aanbiedt het voor de weggebruiker een aangenaam middel om te gebruiken, aangezien de weggebruiker veel informatie kan creëren rondom eventuele problemen/ideeën.

Vind je het onderscheidend en waarom?

Het is absoluut een onderscheidend concept. Dit komt omdat tot op heden weggebruikers nog geen concrete mogelijkheden hebben gekregen om de provincie Noord-Brabant te ondersteunen. En de creërende- en interactieve mogelijkheden binnen het concept zoals het maken van een foto/memo waarbij direct de locatie aan wordt gekoppeld, waarna deze gegevens zijn te bewerken, zorgen ervoor dat het concept een uniek communicatiemiddel zal worden waar tot op heden nog geen algemene, bekende substituten voor zijn. Wel is het gebruik van Maps van Google niet uniek meer, maar dat is niet afdoende voor het resultaat en komt alleen maar ten goede.

Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom?

Het concept lijkt erg vooruitstrevend te zijn t.o.v. het beeld dat de provincie Noord-Brabant heeft. Maar wanneer het daadwerkelijk gelanceerd zou worden zou het animo zeker groot zijn. Het past bij de provincie, ondanks dat men een dergelijke stap niet zou verwachten. Er kan geconcludeerd worden dat het in eerste instantie te vooruitstrevend is voor de provincie Noord-Brabant t.o.v. het huidige beeld dat zij heeft aangezien men niet precies weet wat de provincie allemaal doet voor Brabant. Maar wanneer het concept neergezet zou worden in de praktijk, zal de weggebruiker het snel gaan gebruiken en inzien dat de provincie Noord-Brabant met de tijd meegaat en hierdoor zelfs op de tijd voor loopt.

Is het iets voor jezelf en waarom?

De participanten van de focusgroep hebben aangegeven dat zij het digitale middel/instrument zouden gebruiken, mits het gratis is en er incentives tegenover zouden staan. De incentives moeten bestaan, volgens de focusgroep, uit kleine erkenningsbeloningen in de vorm van een straattegel waar de naam van de “melder” van een probleem/idee op staat. Deze tegel wordt dan op de locatie waar een (zeer) goed idee is uitgevoerd door de provincie geplaatst. De focusgroep heeft hierbij aangegeven dat het niet perse voor ieder klein probleem of idee hoeft, maar wanneer het daadwerkelijk om een groot probleem/idee gaat, is het een aansprekende manier om weggebruikers erkenning te geven. Verder zou het digitale middel/instrument snel worden gebruikt. Dit komt omdat het een concept is wat met de tijd mee gaat en inspeelt op de trends van tegenwoordig zoals smartphone/tablet gebruik. Daarbij zijn de functies en de interactiviteit welke hierdoor worden meegenomen een hele goede weg om samen te werken.

Zou je het gebruiken en waarom?

De weggebruiker zou het digitale middel/instrument gaan gebruiken. Dit omdat het inspeelt op trends die van deze tijd zijn waarbij ook wordt gedacht aan een samenwerking tussen overheid en burger, welke op simplistische wijze kan worden bewerkstelligd. Het feit dat het concept ervoor zorgt dat men overal en altijd problemen/ideeën kan leveren aan de provincie en hierover in conclaaf kan gaan met de provincie Noord-Brabant is de belangrijkste positieve factor. Want op deze wijze kan de weggebruiker altijd haar eigen omgeving verbeteren door hierover te interacteren met de overheid.

Wat zou je eraan willen veranderen en waarom?

Het is volgens de focusgroep een erg goed concept voor zowel de provincie als de weggebruiker. Er zijn volop mogelijkheden om het wegennet te verbeteren welke op een simpele manier worden aangeboden aangezien de functies binnen de applicatie alle nodige


punten afdekken zodat het een bruikbaar en functioneel middel is. Er mist alleen een beloning wanneer weggebruikers een (groot) probleem/idee hebben aangepakt samen met de provincie. Dit kan worden opgevuld door een straattegel met de naam van de desbetreffende “melder” te plaatsen op locatie van het probleem/idee. Wanneer een straattegel niet kan worden geplaatst, zou een straatnaambord ook een goede incentive zijn. Op deze manier wordt de weggebruiker extra gestimuleerd om samen te werken met de provincie. Daarnaast is het ook verstandig volgens de focusgroep om de te ontvangen actielijst en planning van het desbetreffende probleem/idee te integreren binnen de “gloeilamp” op de digitale kaart. Hierdoor wordt de weggebruiker niet lastig gevallen door notificaties met allerlei planningen e.d. en kan de weggebruiker met één druk op de knop zien wat en wanneer er gaat gebeuren omtrent het opgegeven probleem/idee. Hierdoor blijft het vrijblijvend om te planning en actielijst in te zien.

Conclusie Pluspunten Het is een simpel en duidelijk concept. Het feit dat het ervoor zorgt dat Brabanders

Brabant kunnen verbeteren is een hele grote stap vooruit voor de provincie. De interactie die het concept creërt is erg aantrekkelijk voor de weggebruiker. Dit omdat de mogelijkheden tot het maken van foto’s/memo’s en het bewerken hiervan op simplistische wijze kan worden gedaan. Daarbij zorgen de vele digitale mogelijkheden zoals het kunnen bewerken van beelden ervoor dat de mate van personalisatie van het probleem/idee zodanig is dat het ook een leuke bezigheid zou kunnen zijn. En de mogelijkheden van interactie tussen provincie en weggebruiker komen duidelijk naar voren welke ook zodanig zijn dat deze toegevoegde waarde hebben. Deze interactie zal ervoor zorgen dat de weggebruiker het probleem/idee goed zal kunnen uitwerken met de provincie Noord-Brabant. Een positieve bijkomstigheid hiervan is dat de relatie tussen (specifieke) weggebruiker en provincie Noord-Brabant zal worden versterkt. Ten slotte zorgt het gegeven ervoor dat het te gebruiken is op smartphones/tablets, het een snel geaccepteerd concept zal zijn. Dit omdat hedendaags de smartphone/tablet als belangrijk middel wordt gezien van de mens. En door op een belangrijk middel voort te borduren, is de gebruikersdrempel laag. Het is een vooruitstrevende stap voor de provincie Noord-Brabant gezien vanuit de weggebruiker, maar wel een goede stap aangezien het voor een samenwerking zorgt tussen overheid en burger. Kort gezegd zouden weggebruikers het absoluut gaan gebruiken volgens de focusgroep aangezien het een digitaal middel/instrument is wat met de tijd mee gaat en inspeelt op de behoefte van de steeds mondiger wordende burger. En het feit dat het concept ook te gebruiken is op een vaste computer door naar de website www.brabant.nl te gaan, is een extra pluspunt. Hierdoor kunnen mensen zonder smartphone/tablet ook inzien wat er zich in Noord-Brabant afspeelt en hoe zij eventueel Noord-Brabant nog verder kunnen verbeteren. Waarnaast het grootste pluspunt wordt gericht op de iconen zoals de “fotocamera” of “gloeilamp”. Dit maakt het vele malen sprekender en duidelijker. Daarbij zijn alle functies binnen het concept erg duidelijk en makkelijk te gebruiken. Hierdoor wordt het gebruikersgemak erg vergroot.

Minpunten Het concept is eigenlijk bijna compleet. Het enige wat mist zijn incentives waarmee er een extra stimilu is voor de weggebruiker om samen met de provincie te cocreëren. Deze stimilu kan van grote waarde zijn voor sommige weggebruiker zo blijkt uit de focusgroep. Sommige mensen zijn namelijk alleen bereid om acties te ondernemen wanneer hier iets tegenover staat. Dit kan worden opgelost door wanneer de weggebruiker een (groot) probleem/idee heeft aangegeven bij de provincie Noord-Brabant en deze is uitgevoerd met een positief resultaat, dat de naam van deze desbetreffende weggebruiker wordt vermeld op de locatie van het opgegeven probleem/idee. En dit in de vorm van een straattegel of straatnaambord waar de naam van de “melder” op staat te plaatsten op de locatie van het uitgevoerde probleem/idee. Hierdoor wordt er een incentive gegeven aan de weggebruiker waardoor zij eventueel extra wordt gestimuleerd om te cocreëren met de provincie. Naast de stimilu moeten, volgens de focusgroep, de actielijst/planning niet worden overhandigd aan de desbetreffende “melder” in de vorm van een notificatie maar net zoals de link naar de database en “opmerkingen document” worden verwerkt binnen de “gloeilamp” op de kaart. Op deze manier kan de desbetreffende weggebruiker met één klik op de knop alle belangrijke gegevens zien welke betrekking hebben op het opgegeven probleem/idee. Hierdoor wordt de applicatie gebruiksvriendelijker.

Welke stappen moeten nog worden ondergaan om het te perfectioneren?

1. De resultaten uit de focusgroep zijn positief. Er zijn maar twee punten expliciet naar voren gekomen uit de focusgroep die de participanten anders zou willen zien in het digitale middel/instrument. Binnen het concept moet veranderd worden dat er incentives ofwel beloningen worden toegekend aan weggebruikers die een nadrukkelijk probleem/idee hebben aangegeven en uitgewerkt. Dit moet in de vorm van een straattegel of straatnaambord met de naam van de desbetreffende “melder” erop welke op locatie wordt geplaatst van het



(grote) probleem/idee dat is uitgewerkt. Hierdoor krijgt de weggebruiker erkenning voor haar dienst. 2. Naast de incentives die moet worden verwerkt in het concept, moeten ook de actielijst en planning worden veranderd binnen het digitale middel/instrument. Volgens de focusgroep is het niet prettig als men door middel van notificaties gegevens ontvangt. Het is verstandiger om deze toe te voegen binnen het icoon “gloeilamp” op de digitale kaart binnen de applicatie. Dit omdat hier ook de link naar de database al binnen valt en het “opmerkingen document”. Op deze manier kan de “melder” alles op één plaats vinden, waardoor het middel gebruiksvriendelijker wordt.

Hoe worden de minpunten verwerkt in het concept?

1. De incentive zal worden verwerkt door als een weggebruiker een aanzienlijk probleem/idee heeft aangekaart en samen met de provincie Noord-Brabant heeft uitgewerkt, zij een straattegel of straatnaambord met haar eigen naam erop krijgt welke zal worden geplaatst op locatie van het desbetreffende probleem/idee. Dit zal worden verwerkt in het “opmerkingen document”. De provincie kan door middel van reacties aangegeven of het probleem/idee de provincie vooruit heeft geholpen en of de “melder” dan recht heeft op een dergelijke incentive. Door dit in de reacties binnen het “opmerkingen document” te plaatsen, kan worden overlegd over de vorm van de incentive en of de “melder” dit daadwerkelijk wil. Hierdoor ontstaat er een goede afstemming tussen waarde van het aangegeven probleem/idee en de eventuele beloning die hier tegenover staat. 2. De actielijst en planning zullen niet worden verzonden door middel van een notificatie naar de desbetreffende “melder”. Dit i.v.m. overlast en onduidelijkheden aangezien de “melder” niet alles onder één knop kan vinden. Daarom zullen de actielijst en planning binnen de database worden geplaatst wat betekent dat deze ook onder de link zullen vallen die te vinden is in het incoon “gloeilamp”. Concluderend zullen de actielijst en planning ook te vinden zijn door de “melder” als zij op de link naar de database van de provincie Noord-Brabant klikt. Hierdoor kan de “melder” alle belangrijke documenten onder één knop vinden en ontstaat er geen overlast en onduidelijkheid over de belangrijke documenten omtrent de specifieke problemen/ideeën.


Bijlage Interview

Interview t.b.v.: Hans Goossens, Bureauhoofd Verkeers Beheer - provincie Noord-Brabant (H. Goossens. 2013). Interviewer: Gideon Swart Datum: 16 april Locatie: Provinciehuis, ruimte 19-3 Tijd: 11:30u-12:30u Benodigdheden:

1. Infographic 2. Concept tekstueel 3. Notitieboek

Te behandelen onderwerpen: Bron: (Wulfen, van G. 2009). Introductie

1. Inhoud en betekenis concept digitale middel/instrument 2. Werking van concept digitale middel/instrument

Relevante punten voor evaluatie Relevant onderwerp Extra aanduiding onderwerp gevormd tot vraag 1 Duidelijkheid concept Is het concept duidelijk en waarom? 2 Mate van relevantie voor provincie Noord-

Brabant Is het relevant voor jou en waarom?

3 Aantrekkelijkheid voor provincie Noord-Brabant Is het aantrekkelijk en waarom? 4 Mate van uniekheid Vind je het onderscheidend en waarom? 5 Passend bij productportfolio provincie Noord-

Brabant Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom?

6 Gebruikswaardigheid voor provincie Noord-Brabant


7 Ontwikkelingskosten van concept Wat denk je dat het zal gaan kosten en waarom? 8 Eventuele veranderingen (minpunten) Wat zou je eraan willen veranderen en waarom? Uitwerking interview: 1. Duidelijkheid concept Het concept komt zeer duidelijk naar voren. Daarbij is het doel van het concept ook duidelijk en het is direct te begrijpen hoe het concept werkt. Dit komt omdat het concept een simpel maar innovatief systeem is. Het gebruik van het concept is erg makkelijk waarnaast het ook op basis van hedendaagse technologie is gebaseerd. En hierdoor is het een gebruiksvriendelijk middel aangezien men al weet hoe een dergelijk concept werkt. Vanuit de provincie gezien is het concept ook een duidelijk maar bovenal efficiënt middel. De provincie kan op gemakkelijke wijze cocreëren met de weggebruiker waarbij (zeer) weinig moeite voor gedaan hoeft te worden. Dit komt omdat het concept de mogelijkheid aanbiedt om te communiceren met de weggebruiker waar en wanneer zij dan ook is. Het feit dat het concept de mogelijkheid hiervoor aanbiedt zorgt ervoor dat er op zeer makkelijke maar ook efficiënte wijze op de wensen en behoeften van de weggebruiker ingespeeld kan worden. 2. Mate van relevantie voor provincie Noord-Brabant De provincie gebruikt verschillende manieren waarmee een interactie kan worden opgezet met de weggebruiker. Zo kunnen weggebruikers op www.brabant.nl terecht of kunnen zij bijvoorbeeld bellen met het meldpunt. Maar een dergelijk concept heeft de provincie Noord-Brabant nog niet, terwijl dit concept wel op dezelfde basis is gebaseerd, namelijk: het kunnen samenwerken met de weggebruiker zodat én Noord-Brabant een nóg betere provincie wordt, én er op de wensen en behoeften van de weggebruiker ingespeeld kan worden. En het feit dat dit concept ervoor zorgt dat de weggebruiker met een extreem lage gebruikersdrempel overal en altijd kan communiceren met de provincie, maakt de andere huidige mogelijkheden misschien wel overbodig. Dit omdat het concept gebruikt kan worden door iedereen, overal en altijd waarbij de provincie constant met de weggebruiker in contact kan staan. Hierdoor kan geconcludeerd worden dat het een volledig relevant middel/instrument is welke het inspelen op wensen en behoeften van de weggebruiker vele malen efficiënter maakt. 3. Aantrekkelijkheid voor provincie Noord-Brabant De aantrekkelijkheid van dit concept is zeer groot. Het concept zorgt er namelijk voor dat er veel sneller en specifieker op de wensen en behoeften van de weggebruiker ingespeeld kan worden. Daarbij zorgt dit concept ervoor dat de provincie een makkelijk overzicht krijgt waar wat zich afspeelt. Hierdoor kan na enige tijd van gebruik van



deze applicatie gerichter het onderhoud worden uitgevoerd omdat de provincie kan zien waar meer of juist minder problemen/ideeën worden aangekaart. Ook mag niet vergeten worden dit concept de weginspecteurs eventueel overbodig kan maken. Dit aangezien de weginspecteurs worden vervangen door de weggebruikers zelf. Dit speelt dan in op de huidige trend van bezuinigingen en met minder mensen meer doen. Op deze manier wordt het concept nog een stuk aantrekkelijker aangezien er niet alleen animo vanuit de province Noord-Brabant hiervoor zal zijn, maar ook vanuit andere provincies en het Rijk. 4. Mate van uniekheid Het concept is voor de provincie Noord-Brabant absoluut uniek. Binnen de provincie Noord-Brabant zijn tot op heden geen mogelijkheden om te kunnen samenwerken met de weggebruiker waar en wanneer zij dan ook is. Daarbij zijn er ook geen mogelijkheden binnen de provincie om deze hoeveelheid aan gegevens per weggebruiker te delen. Het concept biedt namelijk de mogelijkheid om niet alleen een probleem of idee door te geven maar ook een foto hiervan, de locatie en een mogelijkheid om bestanden en gesprekken direct met elkaar te kunnen bekijken en te gebruiken. Het is hierdoor een zeer divers concept welke absoluut relevant is maar ook absoluut uniek is binnen de provincie Noord-Brabant. Daarbij is het concept zelfs uniek binnen alle provincies van Nederland en het Rijk. Dit betekent dat het concept uniek is binnen geheel Nederland. De enige voorbeelden bestaan uit www.verbeterdebuurt.nl en www.buitenbeter.nl. Maar deze bieden niet dit brede scala aan mogelijkheden en zijn alleen maar gefocust op gemeenten, terwijl dit concept voor zowel gemeenten, provincies als het Rijk zou kunnen gelden. 5. Passend bij productportfolio provincie Noord-Brabant Zoals al is aangegeven, is het absoluut een relevant concept voor de provincie. Dit komt omdat het ervoor zorgt dat er een samenwerking ofwel cocreatie kan worden bewerkstelligd tussen de weggebruiker en provincie welke op zeer makkelijke wijze wordt gedaan. Daarbij maakt de provincie al gebruik van enkele mogelijkheden welke weggebruikers kunnen gebruiken zoals het bellen, e-mailen of contacteren via www.brabant.nl waarmee problemen/ideeën kunnen worden aangekaart. Dit concept maakt dit proces alleen veel efficiënter, gebruiksvriendelijker en simplistischer voor zowel de weggebruiker als de provincie Noord-Brabant zelf. Hierdoor past het dan ook uitermate goed binnen de provincie. 6. Gebruikswaardigheid voor provincie Noord-Brabant Het concept zou bij wijze van spreken al mogen worden uitgevoerd en in de praktijk worden gebracht. Er wordt namelijk met nieuwe technologieën waarvan de huidige weggebruiker steeds vaker gebruik van maakt een nieuwe manier aangeboden waarmee de provincie samen kan gaan werken ofwel kan gaan cocreëren met de weggebruiker. Het is een veel betere manier dan de huidige aanpak. Daarbij was het onontkoombaar dat zoiets zou worden toegepast binnen de provincie en daarom hoe eerder hoe beter. Want des te eerder het is gelanceerd, des te eerder kan de provincie en wellicht andere provincies het onderhoudsproces specificeren wat voor én kostenbesparingen zorgt én ervoor zorgt dat het werk van betere kwaliteit is. Daarbij zijn de functies voor zowel de weggebruiker als de provincie vanuit de applicatie erg duidelijk en makkelijk mee om te gaan. Alle functies binnen het concept zijn duidelijk aangegeven en hebben ook een concreet en waardig doel. Er mist dan ook niets aan functies e.d. 7. Ontwikkelingskosten van concept De ontwikkelingskosten zijn voor Hans Goossens onbekend. Een extern bureau zou, wanneer de provincie Noord-Brabant het concept willen gaan gebruiken, het concept gaan ontwikkelen en uitvoeren voor de provincie. Hierdoor heeft Hans Goossens geen overzicht wat de eventuele ontwikkelingskosten zouden zijn voor het concept. 8. Eventuele veranderingen (minpunten) Er zijn eigenlijk geen eventuele mogelijkheden tot verbetering. Daarbij zijn er ook geen minpunten die het concept met zich meeneemt. Het enige punt wat van belang is, wanneer het concept zou worden gelanceerd, dat er een instructie bij moet zitten wanneer men de applicatie zou gaan gebruiken voor de weggebruiker. De gemiddelde weggebruiker weet namelijk niet wat het verschil is tussen provinciale, Rijks of gemeentelijke wegen. Het is dan ook verstandig om expliciet aan te geven dat de applicatie alléén wordt geactiveerd wanneer de weggebruiker zich op een provinciale weg bevindt. Daarbij is het ook eventueel verstandig dat de applicatie niet alleen wordt geactiveerd wanneer men harder dan 30km/h rijdt, maar ook wanneer er geen snelheid is. Dit betekent dat de applicatie wordt gestart wanneer de smartphone/tablet zich bevindt op een provinciale weg, zowel met of zonder snelheid. Op deze manier kan de weggebruiker er ook gebruik van maken wanneer zij zich bijvoorbeeld op een parkeerhaven bevindt. Daarnaast is het verstandig dat de provincie bepaalde applicatiegebruikers kunnen “verbannen” van de applicatie. Er zijn namelijk altijd mensen die zich tot vandalisme toelaten, door bijvoorbeeld in het geval van deze applicatie, blijvend problemen/ideeën aan te kaarten welke niet relevant zijn voor de provincie. Om dit te voorkomen moet de provincie de mogelijheid hebben om deze specifieke applicatiegebruikers te verbannen door het telefoonnummer van de desbetreffende smartphone/tablet te blokkeren. Op deze wijze behoudt de provincie de serieuze gebruikers en kan vandalisme voorkomen worden. Overige tips Dit concept is voldoende uitgewerkt dat het bij wijze van spreken vandaag nog kan worden uitgevoerd. En het concept is niet alleen toepasselijk voor de provincie Noord-Brabant, maar zou ook direct kunnen worden gebruikt door





zowel de andere provincies als het rijk als alle gemeenten. Om dit te bewerkstelligen zou er een centraal punt moeten komen waarbij alle problemen/ideeën terecht komen en automatisch worden verzonden naar bijvoorbeeld de desbetreffende gemeente. Op deze manier kan niet alleen de Brabander maar iedere Nederlander hiervan gebruik maken en ontvangt de juiste overheidsinstantie het aan hun gerelateerde probleem/idee. Hiermee kan geheel Nederland worden verbeterd en komt er een universeel medium waarmee de leefbaarheid en veiligheid kan worden vergroot. Deze mogelijkheid past nu nog niet in het kader van de afstudeeropdracht, maar biedt perspectieven voor in de toekomst.


Interview t.b.v.: Mark van den Hoven, Strategisch Omgevingsmanager - provincie Noord-Brabant (M. van den Hoven. 2013). Interviewer: Gideon Swart Datum: 17 april Locatie: Provinciehuis Werkruimte Management Team Bouwbureaus, provincie Noord-Brabant (De Banaan) Tijd: 14:00u -14:45u Benodigdheden:

1. Infographic 2. Concept tekstueel 3. Notitieboek

Te behandelen onderwerpen: Bron: (Wulfen, van G. 2009). Introductie

1. Inhoud en betekenis concept digitale middel/instrument 2. Werking van concept digitale middel/instrument

Relevante punten voor evaluatie Relevant onderwerp Extra aanduiding onderwerp gevormd tot vraag 1 Duidelijkheid concept Is het concept duidelijk en waarom? 2 Mate van relevantie voor provincie Noord-

Brabant Is het relevant voor jou en waarom?

3 Aantrekkelijkheid voor provincie Noord-Brabant Is het aantrekkelijk en waarom? 4 Mate van uniekheid Vind je het onderscheidend en waarom? 5 Passend bij productportfolio provincie Noord-

Brabant Past het bij de provincie Noord-Brabant en waarom?

6 Gebruikswaardigheid voor provincie Noord-Brabant


7 Ontwikkelingskosten van concept Wat denk je dat het zal gaan kosten en waarom? 8 Eventuele veranderingen (minpunten) Wat zou je eraan willen veranderen en waarom? Uitwerking interview: 1. Duidelijkheid concept Het concept is een makkelijk hanteerbaar middel. Door de simpelheid is het gebruik ervan duidelijk en zou men meteen kunnen weten wat er met dit concept teweeg zou kunnen worden gebracht. De toepassingen van het concept komen duidelijk naar voren, er is geen overdaad van mogelijkheden maar wel voldoende om een goede samenwerking aan te kunnen gaan tussen weggebruiker en provincie. Dit geldt voor zowel de weggebruiker als de provincie Noord-Brabant. Naast de functionaliteit is ook het doel duidelijk, het concept is er om een samenwerking te kunnen faciliteren tussen overheid en burger. En dankzij het feit dat dit duidelijk naar voren komt is het een succesvol concept. 2. Mate van relevantie voor provincie Noord-Brabant Het concept speelt op het huidige beleid in. Nu kunnen mensen, of in dit geval weggebruikers, terecht via de website of via het telefoonnummer van de provincie waarbij klachten en/of opmerkingen kunnen worden geplaatst. Tot nu toe is dit een reletief grote drempel voor mensen aangezien er moet worden gezocht naar bijvoorbeeld het telefoonnummer of het e-mailadres. Maar dit concept speelt hier op in door weggebruikers een mogelijk aan te bieden waarmee waar en wanneer dan ook met de provincie Noord-Brabant kan worden gecommuniceerd. Dit betekent dan ook dat het zeker relevant is voor de provincie Noord-Brabant. 3. Aantrekkelijkheid voor de provincie Noord-Brabant De provincie Noord-Brabant kan met dit concept veel sneller op de eisen van de weggebruiker inspelen. Hierdoor is het dus absoluut relevant voor de provincie. Maar dit concept is niet alleen toe te passen op provinciale wegen, het zou ook kunnen worden uitgevouwen op andere facetten van de provincie zoals landbouw, waterschappen en andere vlakken. Daarbij zou het ook landelijk kunnen worden uitgevoerd. Dit betekent dat het niet alleen voor de provincie Noord-Brabant van toegevoegde waarde zou kunnen zijn, maar ook voor de rest van Nederland. 4. Mate van uniekheid Op het moment probeert de provincie al op verschillende wijze klaar te staan voor de Brabander. Zo kunnen Brabanders telefonisch of via de website contact opnemen. Maar een middel waarmee men waar en wanneer dan ook op zeer simplistische maar effectieve wijze kan communiceren en samenwerken met de provincie is er nog niet.


5. Passend bij productportfolio provincie Noord-Brabant Het concept past volledig bij de huidige aanpak van de provincie. Op het moment worden er dus traditionele paden gebruikt waarmee men kan communiceren met de provincie. Maar dit concept maakt het vele malen laagdrempeliger aangezien men op zeer makkelijke wijze kan communiceren en samenwerken met de provincie. Hierdoor past het dan ook erg goed tussen het huidige beleid. Het is daarbij een zeer logische stap welke dit concept maakt, aangezien het met de snel groeiende digitale mogelijkheden het onontkoombaar was dat dit er aan zat te komen bij de provincie Noord-Brabant. 6. Gebruikswaardigheid voor provincie Noord-Brabant Het is een erg simpel maar duidelijk concept waarmee de provincie op zeer gemakkelijke wijze een overzicht krijgt van waar problemen/ideeën vandaan komen. Daarbij kan de weggebruiker zelf ook op makkelijke wijze deze problemen/ideeën aankaarten bij de provincie. Door de gebruiksvriendelijkheid zou het dan ook aan te raden zijn om het daadwerkelijk uit te gaan voeren. Want dit concept biedt de mogelijkheid om op zeer simplistische wijze met wel voldoende mogelijkheden een samenwerking teweeg te brengen tussen burger en overheid. 7. Ontwikkelingskosten van concept Dit onderwerp is niet aan bod gekomen. 8. Eventuele veranderingen (minpunten) Het concept is erg duidelijk maar bovenal erg simpel te gebruiken terwijl het doel heel groot is. Dit komt alleen maar ten goede van het concept en de relevantie voor de provincie Noord-Brabant. Het enige wat nog mist in het concept is de tijd en datum van wanneer een probleem/idee is aangegeven door de weggebruiker. Om hierop in te spelen zou het verstandig zijn om bij alle iconen die worden geplaatst door de acties van de weggebruikers hierbij een datum en tijdstip te plaatsen. Dus naast iedere punaise (op de digitale kaart) bijvoorbeeld is in het klein de datum en tijdstip te zien. Zo kan de provincie zelf precies zien wanneer er iets aangegeven is en op deze manier behoudt de weggebruiker nóg meer het overzicht van haar acties.


Bijlage Conclusie interviews Wanneer de weggebruiker de applicatie voor het eerst gebruikt, moet er een duidelijke handleiding aanwezig zijn. Dit i.v.m. het feit dat de gemiddelde weggebruiker geen kennis heeft of het een specifieke Rijks, provinciale of gemeentelijke weg is. Dus wanneer de weggebruiker de applicatie voor het eerst gebruikt, moet duidelijk worden aangegeven dat de applicatie specifiek op de provinciale wegen is gericht en dat dus problemen/ideeën welke geen betrekking hebben op de provinciale wegen ook niet zullen worden behandeld. Op deze manier wordt er voor gezorgd dat de gebruiker van de applicatie begrijpt waarvoor de applicatie is bedoeld en hier geen misvattingen over plaats kunnen vinden. Ook moet de applicatie niet alleen worden geactiveerd wanneer de smartphone/tablet zich met een minimale snelheid van 30km/h op de provinciale wegen bevindt, maar ook wanneer deze zich met of geen snelheid bevindt op de provinciale wegen. Want wanneer weggebruikers bijvoorbeeld zich in een file bevinden op de provinciale wegen kunnen hierdoor ook problemen/ideeën aangeven. Hierdoor wordt de doelgroep vergroot en kunnen dus de provincie en weggebruikers nóg meer voor elkaar betekenen. Daarbij moet de provincie de mogelijkheid hebben om vandalisme te bestrijden. Dit kan gedaan worden door de provincie de mogelijkheid te geven waarbij zij gebruikers kan “verbannen” van de applicatie. De provincie kan bijvoorbeeld gebruikers van de applicatie welke vele malen hetzelfde probleem/idee aangeven, waarbij er een overdaad aan meldingen ontstaat, te blokkeren door het desbetreffende telefoonnummer te weerhouden van het gebruik van de applicatie. Om hierop in te spelen zal de provincie bepaalde applicatiegebruikers kunnen blokkeren van gebruik. Dit kan worden gedaan doordat de applicatie door de weggebruiker pas gebruikt kan worden wanneer zij de algemene voorwaarden accepteert als de applicatie voor het eerst wordt geactiveerd. Wanneer zij hiermee akkoord gaat, wordt automatisch het telefoonnummer van de desbetreffende smartphone/tablet gebruikt voor de applicatie, dit door middle van sms-verificatie. Als de weggebruiker dan vandalistisch gedrag toont, kan de provincie het desbetreffende telefoonnummer blokkeren waardoor de specifieke gebruiker geen toegang meer heeft tot de applicatie. Op deze wijze kan de provinicie vandalisme voorkomen. Om de bruikbaarheid en duidelijkheid nog verder te vergroten voor zowel de weggebruiker als de provincie is het verstandig om bij ieder automatisch geplaatste icoon in het klein een datum en tijdstip te plaatsen. Zo kan de weggebruiker zelf zien wanneer zij een foto/memo of probleem/idee heeft aangekaart, en kan de provincie zien wanneer deze zijn aangegeven. Hierdoor wordt het concept nóg duidelijker en gebruiksvriendelijker. Dit kan worden toegepast door de datum en tijdstip van de melding automatisch te plaatsen naast de desbetreffende icoon. Op deze manier hoeft de weggebruiker niet nog meer informatie op te geven en is de informatie ook altijd correct, aangezien dit door automatisering voor de weggebruiker wordt gedaan. Daarbij kan de provincie hierdoor zien of een melding al lang staat te wachten of net is binnengekomen. Hierdoor krijgt de province nóg meer inzicht over wat er gebeurt omtrent de provinciale wegen.


Bijlage Persoonlijke gesprekken

Persoonlijke mededelingen t.b.v.: Hetty Teljoarubun, Ondersteundend Management Team – provincie Noord-Brabant Solette Pennings, Ondersteundend Management Team – provincie Noord-Brabant Satisch Kalloe, Project Ingenieur – provincie Noord-Brabant Jos van Herkhuizen, Specialist CAD – provincie Noord-Brabant Onderzoeker: Gideon Swart Datum: Hetty Teljoarubun, 4 februari 2013 t/m 17 april 2013 (H. Teljoarubun. 2013). Solette Pennings, 4 februari 2013 t/m 17 april 2013 (S. Pennings. 2013). Satisch Kalloe, 15 april 2013 (S. Kalloe. 2013). Jos van Herkhuizen, 15 april 2013 (J. van Herkhuizen. 2013). Locatie: Bouwbureaus, provincie Noord-Brabant (De Banaan) Tijd: 11:30u-12:30u Benodigdheden:

1. Infographic Uitwerking persoonlijke mededelingen: Uit de persoonlijke mededelingen is naar voren gekomen dat het concept volledig past bij de provincie Noord-Brabant. Het speelt namelijk op een megatrend in, namelijk digitalisering en het is dan onontkoombaar voor de provincie Noord-Brabant om niet met deze trend mee te gaan. Daarbij is het een logisch vervolg van de huidige aanpak welke de provincie tot op heden hanteert. Op het moment worden er namelijk traditionele manieren gebruikt om te communiceren met de Brabanders. Daarbij bieden deze huidige mogelijkheden weinig tot geen ruimte voor een wisselwerking van kennis tussen de provincie en Brabander welke op On-Demand is gebaseerd. Nu kan men via de telefoon of e-mail contact opnemen met de provincie. Hierbij kunnen er alleen nog niet op efficiënte wijze gegevens met elkaar worden gedeeld waar en wanneer dan ook. Daarbij organiseert de provincie Noord-Brabant tot op heden bijvoorbeeld informatieavonden. Deze avonden zijn een goed middel om samen te werken met een specifieke groep mensen. Het nadeel hiervan is dat er maar een zeer klein gedeelte van de gehele Brabantse populatie gebruik maakt van dergelijke informatieavonden. Uit deze gegevens kan dan ook geconcludeerd worden dat er nog geen interactiemogelijkheden zijn waarbij de weggebruiker waar en wanneer dan ook gegevens kan delen met de provincie en zo een samenwerkingsverband ofwel cocreatie aan kan gaan. Het concept speelt dan ook volledig in op deze gegevens aangezien het concept door iedereen te gebruiken is, waarmee waar en wanneer dan ook samengewerkt kan worden met de provincie vanuit de weggebruiker gezien. Daarbij kunnen er gegevens op zeer efficiënte wijze dankzij dit concept worden toegekent aan de provincie. Dit komt door de multimedia- mogelijkheden zoals het kunnen maken van foto’s en het kunnen gebruiken van maps.google.nl, maar ook de koppeling met GPS bijvoorbeeld. Daarnaast zijn de interactiemogelijkheden om tussen specifieke weggebruiker en provincie te communiceren simpel maar effectief. Verder is het concept erg simplistisch en makkelijk te gebruiken voor zowel de weggebruiker als provincie wat tevens ook het belangrijkste punt is. Want wanneer een concept niet gebruiksvriendelijk is, is het onverstandig om dit te lanceren waar duizenden mensen van gebruik zouden kunnen maken. Maar in het geval van dit concept blijkt dat niet zo en kan het concept bij wijze van spreken direct worden gelanceerd. Daarbij is het niet alleen toe te passen voor alleen de provinciale wegen, maar ook voor gemeentelijke wegen, Rijkswegen en alle andere door de overheid verzorgde onderdelen van Nederland. Het enige waar rekening nog mee zou moeten worden gehouden is het aangeven van de datum en tijdstip van het aangegeven probleem/idee. Dit komt namelijk nog niet naar voren in het concept terwijl dit een belangrijk punt is. Door er een datum en tijd aan te koppelen kunnen de weggebruiker en provincie zien wanneer het probleem/idee is aangegeven. Op deze manier kan de provincie dan onderscheid gaan maken van de te behandelen meldingen. Hierop kan ingespeeld worden door aan iedere punaise een datum en tijdstip te koppelen op het hoofdmenu van de applicatie, ofwel kaart. Dit zal worden gedaan door naast iedere icoon in het klein een datum en tijd weer te geven zodat zowel de weggebruiker als de provincie kan zien wanneer de melding is gedaan. Hierdoor wordt het concept nóg praktischer in gebruik voor beide kanten.


Bijlage Concept 2.0 Tekstueel

Vanuit de weggebruiker tijdens het autorijden Stap 1: Download de Brabantwegen App en accepteer de voorwaarden waarbij wordt aangegeven dat de applicatie gebruik maakt van het mobiele telefoonnummer; Stap 1a: Bevestig het gebruik d.m.v. de sms-verificatie; Stap 2: Open de applicatie en bekijk het handleidingsfilmpje binnen de applicatie zelf over “hoe de Brabantwegen App werkt” of klik deze weg wanneer hier geen interesse voor is; Stap 3: Bevindt zich op een provinciale weg van Noord-Brabant en de applicatie wordt geactiveerd ongeacht de snelheid; Stap 4: Bekijk de smartphone/tablet welke op het beeldscherm weergeeft dat er een foto (groene knop) of memo/voicerecord (rode knop) kan worden gemaakt; Stap 5: Druk op of de groene of rode knop om een van deze acties uit te voeren wanneer er een probleem/idee wordt opgedaan omtrent de provinciale wegen, en de locatie, datum en tijd worden automatisch opgeslagen; (Een memo kan niet langer duren dan 15 seconden). Stap 6: Open na enige tijd een notificatie binnen de smartphone/tablet waarbij de Brabantwegen App automatisch wordt geopend; (De notificatie wordt weergegeven wanneer de applicatie via GPS meet dat de weggebruiker zich niet meer op een provinciale weg bevindt). Stap 7: Klik op of het icoon van de groene fotocamera of het icoon van de rode mircofoon welke op de precieze locatie is weergegeven op de digitale kaart van het moment van het indrukken van de groene knop of rode knop waarbij ook de datum en tijd naast staan weergegeven; Stap 8: Bekijk de gemaakte foto of luister de gemaakte memo af welke is gemaakt omtrent het probleem/idee dat is opgedaan; Stap 9: Geef een titel, onderwerp en beschrijving op van het probleem/idee; (Deze onderdelen zijn verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 10: Sleep de gemaakte foto in het visualiserende onderdeel binnen de uitwerking van het probleem/idee, open maps.google.nl of gebruik google streetview. In deze beelden kan worden getekend met een “tekentool” ofwel een “Pen”, “Gum” en “teksttool” om te kunnen typen in de visualisatie. De “tools” kennen alle basiskleuren zodat de weggebruiker met schillende kleuren kan werken. De “tools” kennen alle basiskleuren zodat de weggebruiker met verschillende kleuren kan werken. Daarbij kan er ook op een blanko- achtergrond worden getekend om een probleem/idee uit te werken; (Het visualiseren is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 11: Geef aan of er push- berichten ontvangen willen worden waarmee er verder geïnteracteerd kan worden met de provincie Noord-Brabant; (Het ontvangen van push- meldingen is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 12: Geef aan of de melding gedeeld moet worden met social media: Facebook en/of Twitter; (Het delen van de melding via social media is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 13: Druk op “Klaar” om de melding te verzenden naar de provincie Noord-Brabant; Stap 14: Wanneer er aan is gegeven dat er geen push- berichten ontvangen willen worden, zal het icoon van de groene fotocamera/rode mircofoon op de kaart veranderen in een “punaise” waarbij de datum en tijd naast zijn weergegeven; Stap 14 a: Klik op de “gloeilamp” en bekijk het probleem/idee welke niet meer kunnen worden aangepast; (Ook zijn andere “punaises” op de kaart te zien welke meldingen van andere weggebruikers representeren. Deze zijn niet aan te passen). Stap 15: Wanneer er aan is gegeven dat er wel push- berichten ontvangen willen worden, zal het icoon van de groene fotocamera/rode microfoon op de kaart veranderen in een “gloeilamp” waarbij de datum en tijd naast zijn weergegeven; Stap 16: Klik op de “gloeilamp” om het opgegeven probleem/idee in te kunnen zien en aan te passen. Hierbij kunnen alle opgegeven data worden aangepast, dus zowel de tekstuele- als visuele omschrijving van de melding; (Deze gegevens kunnen in samenwerking met de provincie Noord-Brabant worden aangepast zodat de melding gezamenlijk kan worden verwerkt). (Overige Brabantwegen App gebruikers zien in plaats van een “gloeilamp” een “punaise” waarbij de gegevens niet zijn aan te passen maar wel te zien zijn). Stap 17: Klik op de link naar de database van de provincie Noord-Brabant waar alle belangrijke documenten en gegevens in staan omtrent het specifieke probleem/idee. Daarbij bevinden de planning en actielijst zich ook binnen deze database, waarmee de melder in kan zien over hoe en wanneer de melding zal worden aangepakt; Stap 18: Klik op “chat” om met de provincie Noord-Brabant te communiceren ofwel te chatten over het opgegeven probleem/idee waarbij de weggebruiker en provincie Noord-Brabant elkaar ondersteunen om de melding af te handelen; Stap 19: Accepteer wel of niet een beloning voor het verhelpen van een vraagstuk door op dit aanbod in te spelen tijdens de chat of telefonische gesprekken met de provincie Noord-Brabant; Stap 20: Wanneer de beloning wordt geaccepteerd, zal deze in de vorm van het plaatsen van een straattegel of straatnaambord op locatie van de specifieke melding zijn, waarop de naam van de melder staat weergegeven; Stap 21: Ontvang een notificatie waarin wordt aangegeven dat het probleem/idee is verholpen;


Stap 22: De “gloeilamp” (of “punaise” in het geval andere Brabantwegen App gebruikers) verdwijnt na het oplossen van de melding voor de melder. Vanuit de weggebruiker zonder auto te rijden Stap 1: Download de Brabantwegen App en accepteer de voorwaarden waarbij wordt aangegeven dat de applicatie gebruik maakt van het mobiele telefoonnummer; Stap 1a: Bevestig het gebruik d.m.v. de sms-verificatie; Stap 2: Open de applicatie en bekijk het handleidingsfilmpje binnen de applicatie zelf over “hoe de Brabantwegen App werkt” of klik deze weg wanneer hier geen interesse voor is; Stap 3: Bekijk de kaart van Noord-Brabant en zie “punaises” ofwel meldingen van problemen/ideeën van andere Brabantwegen App gebruikers; Stap 4: Klik op een van deze “punaises” om de beschrijving en visualisatie te zien welke is gedaan door een andere weggebruiker; (Deze gegevens zijn niet aan te passen). Stap 5: Klik dubbel op een locatie waarbij een probleem/idee is gezien omtrent de provinciale wegen; Stap 6: Accepteer of er een foto of memo (voicerecord) gemaakt moet worden omtrent het probleem/idee of klik deze mogelijkheid weg en ga door naar het format waar het probleem/idee kan worden beschreven en/of kan worden gevisualiseerd; Stap 6 a: Wanneer er een foto/memo is gemaakt van het probleem/idee waarbij de Brabantwegen App gebruiker zelf een locatie heeft toegevoegd, kan deze even later nog worden bekeken door de applicatie te openen en op het icoon van de groene fotocamera of rodemicrofoon te klikken; Stap 7: Klik op of het icoon van de groene fotocamera of rode microfoon welke op de locatie is weergegeven welke de Brabantwegen App gebruiker zelf heeft opgegeven waarbij ook de datum en tijd naast staan weergegeven; Stap 8: Bekijk de gemaakte foto of luister de gemaakte memo (voicerecord) af welke is gemaakt omtrent het probleem/idee dat is opgedaan; Stap 9: Geef een titel, onderwerp en beschrijving op van het probleem/idee; (Deze onderdelen zijn verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 10: Sleep de gemaakte foto in het visualiserende onderdeel binnen de uitwerking van het probleem/idee, open maps.google.nl of gebruik google streetview. In deze beelden kan worden getekend met een “tekentool” ofwel een “Pen”, “Gum” en “teksttool” om te kunnen typen in de visualisatie. De “tools” kennen alle basiskleuren zodat de weggebruiker met verschillende kleuren kan werken. Daarbij kan er ook op een blanko- achtergrond worden getekend om een probleem/idee uit te werken; (Het visualiseren is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 11: Geef aan of er push- berichten ontvangen willen worden waarmee er verder geïnteracteerd kan worden met de provincie Noord-Brabant; (Het ontvangen van push- meldingen is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 12: Geef aan of de melding gedeeld moet worden met social media: Facebook en/of Twitter; (Het delen van de melding via social media is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 13: Druk op “Klaar” om de melding te verzenden naar de provincie Noord-Brabant; Stap 14: Wanneer er aan is gegeven dat er geen push- berichten ontvangen willen worden, zal het icoon van de groene fotocamera/rode mircofoon op de kaart veranderen in een “punaise” waarbij de datum en tijd naast zijn weergegeven. Stap 14 a: Klik op de “punaise” en bekijk het probleem/idee welke niet meer kunnen worden aangepast; (Ook zijn andere “punaises” op de kaart te zien welke meldingen van andere weggebruikers representeren. Deze zijn niet aan te passen). Stap 15: Wanneer er aan is gegeven dat er wel push- berichten ontvangen willen worden, zal het icoon van de groene fotocamera/rode microfoon op de kaart veranderen in een “gloeilamp” waarbij de datum en tijd naast zijn weergegeven; Stap 16: Klik op de “gloeilamp” om het opgegeven probleem/idee in te kunnen zien en aan te passen. Hierbij kunnen alle opgegeven data worden aangepast, dus zowel de tekstuele- als visuele omschrijving van de melding; (Deze gegevens kunnen in samenwerking met de provincie Noord-Brabant worden aangepast zodat de melding gezamenlijk kan worden verwerkt). (Overige Brabantwegen App gebruikers zien in plaats van een “gloeilamp” een “punaise” waarbij de gegevens niet zijn aan te passen maar wel te zien zijn). Stap 17: Klik op de link naar de database van de provincie Noord-Brabant waar alle belangrijke documenten en gegevens in staan omtrent het specifieke probleem/idee. Daarbij bevinden de planning en actielijst zich ook binnen deze database, waarmee de melder in kan zien over hoe en wanneer de melding zal worden aangepakt; Stap 18: Klik op “chat” om met de provincie Noord-Brabant te communiceren ofwel te chatten over het opgegeven probleem/idee waarbij de weggebruiker en provincie Noord-Brabant elkaar ondersteunen om de melding af te handelen; Stap 19: Accepteer wel of niet een beloning voor het verhelpen van een vraagstuk door op dit aanbod in te spelen tijdens de chat of telefonische gesprekken met de provincie Noord-Brabant; Stap 20: Wanneer de beloning wordt geaccepteerd, zal deze in de vorm van het plaatsen van een straattegel of straatnaambord op locatie van de specifieke melding, waarop de naam van de melder staat weergegeven; Stap 21: Ontvang een notificatie waarin wordt aangegeven dat het probleem/idee is verholpen; Stap 22: De “gloeilamp” (of “punaise” in het geval andere Brabantwegen App gebruikers) verdwijnt na het oplossen van de melding voor de de melder.


Vanuit de weggebruiker zonder push- berichten Stap 1: Download de Brabantwegen App en accepteer de voorwaarden waarbij wordt aangegeven dat de applicatie gebruik maakt van het mobiele telefoonnummer; Stap 1a: Bevestig het gebruik d.m.v. de sms-verificatie; Stap 2: Open de applicatie en bekijk het handleidingsfilmpje binnen de applicatie zelf over “hoe de Brabantwegen App werkt” of klik deze weg wanneer hier geen interesse voor is; Stap 3: Bevindt zich op een provinciale weg van Noord-Brabant en de applicatie wordt geactiveerd ongeacht de snelheid; Stap 4: Bekijk de smartphone/tablet welke op het beeldscherm weergeeft dat er een foto (groene knop) of memo/voicerecord (rode knop) kan worden gemaakt; Stap 5: Druk op of de groene of rode knop om een van deze acties uit te voeren wanneer er een probleem/idee wordt opgedaan omtrent de provinciale wegen en de locatie, datum en tijd worden automatisch opgeslagen; (Een memo kan niet langer duren dan 15 seconden). Stap 6: Open na enige tijd een notificatie binnen de smartphone/tablet waarbij de Brabantwegen App automatisch wordt geopend; (De notificatie wordt weergegeven wanneer de applicatie via GPS meet dat de weggebruiker zich niet meer op een provinciale weg bevindt). Stap 7: Klik op of het icoon van de groene fotocamera of het icoon van de rode mircofoon welke op de precieze locatie is weergegeven op de digitale kaart van het moment van het indrukken van de groene knop of rode knop waarbij ook de datum en tijd naast staan weergegeven; Stap 8: Bekijk de gemaakte foto of luister de gemaakte memo af welke is gemaakt omtrent het probleem/idee dat is opgedaan; Stap 9: Geef een titel, onderwerp en beschrijving op van het probleem/idee; (Deze onderdelen zijn verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 10: Sleep de gemaakte foto in het visualiserende onderdeel binnen de uitwerking van het probleem/idee, open maps.google.nl of gebruik google streetview. In deze beelden kan worden getekend met een “tekentool” ofwel een “Pen”, “Gum” en “teksttool” om te kunnen typen in de visualisatie. De “tools” kennen alle basiskleuren zodat de weggebruiker met verschillende kleuren kan werken. Daarbij kan er ook op een blanko- achtergrond worden getekend om een probleem/idee uit te werken; (Het visualiseren is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 11: Geef aan of er push- berichten ontvangen willen worden waarmee er verder geïnteracteerd kan worden met de provincie Noord-Brabant; (Het ontvangen van push- meldingen is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 12: Geef aan of de melding gedeeld moet worden met social media: Facebook en/of Twitter; (Het delen van de melding via social media is niet verplicht om een melding te kunnen doen aan de provincie Noord-Brabant). Stap 13: Druk op “Klaar” om de melding te verzenden naar de provincie Noord-Brabant; Stap 14: Wanneer er aan is gegeven dat er geen push- berichten ontvangen willen worden, zal het icoon van de groene fotocamera/rode mircofoon op de kaart veranderen in een “punaise” waarbij de datum en tijd naast zijn weergegeven. Vanuit de provincie Noord-Brabant – als de melder push- berichten wil ontvangen Stap 1: Open het programma Brabantwegen om alle meldingen te kunnen zien; Stap 2: Zie alle “punaises” met opgegeven datum en tijd welke de opgegeven problemen/ideeën repersenteren welke zijn gedaan door de weggebruikers op de kaart van Noord-Brabant en in feeds; Stap 3: De feeds zijn gerangschikt op binnenkomend nummer waarmee de provincie Noord-Brabant een overzicht heeft omtrent de meldingen van problemen/ideeën en tonen de titel, het onderwerp en beschrijving van het probleem/idee; Stap 4: Klik op of een “punaise” of een feed; Stap 5: Bekijk de titel, onderwerp en beschrijving van het probleem/idee en bewerk deze eventueel; Stap 6: Bekijk de foto welke door de melder is gemaakt; Stap 7: Ga een gesprek aan met de melder door te chatten met deze persoon met als doel om het probleem/idee te verwerken; Stap 8: Bekijk, voeg toe en/of bewerk alle benodigde bestanden welke in de database zijn te vinden omtrent het opgegeven probleem/idee, waarbij een standaard planning en actielijst automatisch in zijn toegevoegd; (Ook de planning en actielijst zijn aan te passen). Stap 9: Bekijk de door de melder gemaakte visualisatie omtrent het probleem/idee en bewerk deze eventueel; Stap 10: Ga in samenwerking met de melder op zoek naar de juiste oplossing; Stap 11: Wanneer het onduidelijk is wat de melder bedoelt, neem dan telefonisch contact op door op het telefoonnummer te klikken welke de Brabantwegen App gebruiker openbaar heeft gesteld aan de provincie Noord-Brabant op het moment dat zij de algemene voorwaarden accepteerde; Stap 12: Wanneer het probleem/idee van zodanige grootte is (geweest) en de melder een aanzienlijke rol heeft gespeeld in het verhelpen van de melding, vraag dan of de melder behoefte heeft om haar naam op of een straattegel of straatnaambord te laten zetten en deze te laten zetten op locatie van het verholpen probleem/idee; Stap 13: Klik op “Afgerond” als het probleem/idee is verholpen en de “gloeilamp” zal verdwijnen op de kaart van de weggebruiker en de “punaise” zal verdwijnen op de kaart van de provincie;


Stap 14: De melding wordt automatisch in een aparte database geplaatst en bewaard, zodat de provincie altijd nog deze gegevens kan raadplegen. Vanuit de provincie Noord-Brabant – als de melder geen push- berichten wil ontvangen Stap 1: Open het programma Brabantwegen om alle meldingen te kunnen zien; Stap 2: Zie alle “punaises” met opgegeven datum en tijd welke de opgegeven problemen/ideeën repersenteren welke zijn gedaan door de weggebruikers op de kaart van Noord-Brabant en in feeds; Stap 3: De feeds zijn gerangschikt op binnenkomend nummer waarmee de provincie Noord-Brabant een overzicht heeft omtrent de meldingen van problemen/ideeën en tonen de titel, het onderwerp en beschrijving van het probleem/idee; Stap 4: Klik op of een “punaise” of een feed; Stap 5: Bekijk de titel, onderwerp en beschrijving van het probleem/idee en bewerk deze eventueel; Stap 6: Bekijk de foto welke door de melder is gemaakt; Stap 7: Bekijk de door de melder gemaakte visualisatie omtrent het probleem/idee en bewerk deze eventueel; Stap 8: Wanneer het onduidelijk is wat de melder bedoelt, neem dan telefonisch contact op door op het telefoonnummer te klikken welke de Brabantwegen App gebruiker openbaar heeft gesteld aan de provincie Noord-Brabant op het moment dat zij de algemene voorwaarden accepteerde; Stap 9: Klik op “Afgerond” als het probleem/idee is verholpen en de “punaise” zal verdwijnen op de kaart van de weggebruiker en de “punaise” zal verdwijnen op de kaart van de provincie; Stap 10: De melding wordt automatisch in een aparte database geplaatst en bewaard, zodat de provincie altijd nog deze gegevens kan raadplegen. Overige mogelijkheden

- Overige Brabantwegen App gebruikers kunnen alle opgegeven problemen/ideeën inzien welke niet door henzelf zijn gedaan, door de applicatie te openen en op “punaises” te klikken welke deze repersenteren, deze niet zijn aan te passen;

- De applicatie is gratis te downloaden van alle “markten”, dus Android Market, Google Playstore etc; - De applicatie maakt gebruik van het huidige digitale mobiele netwerk: 2G, 3G, 4G en GPS; - Wanneer tijdens het autorijden de applicatie wordt geactiveerd, kan deze weg worden geklikt i.v.m. overlast; - Alle bewerkingen van het opgegeven probleem/idee welke worden gedaan door de melder, als zij er voor

heeft gekozen om push- berichten te ontvangen, kunnen worden gezien door de provincie Noord-Brabant; - Alle bewerkingen van het opgegeven probleem/idee welke worden gedaan door de provincie Noord-Brabant,

inclusief de bewerkingen van de relevante documenten binnen de database, kunnen worden gezien door de specifieke melder;

- Als een weggebruiker een overdaad aan meldingen doet waarbij het werk van de provincie Noord-Brabant wordt gehinderd, kan de provincie de desbetreffende gebruiker blokkeren van de Brabantwegen App. Dit kan gedaan worden door op de knop “Blokkeren” te drukken, waardoor de specifieke gebruiker niet meer de applicatie kan gebruiken aangezien het specifieke telefoonnummer is geblokkeerd.

- De applicatie kan worden gebruikt met andere apparaten door naar de website van provincie Noord-Brabant te gaan. Dit kan gedaan worden op b.v. een vaste computer. Hierbij gaat men naar de desbetreffende subpagina op www.brabant.nl, geeft het mobiele telefoonnummer op en kan van dezelfde mogelijkheden gebruik maken als die de applicatie aanbiedt. Het opgeven van het mobiele telefoonnummer is van belang om te zien welke problemen/ideeën de gebruiker zelf heeft geplaatst. Het telefoonnummer zal worden geferifiëerd door middel van een sms. Dit ter bescherming van vandalisme. Wanneer het mobiele telefoonnummer niet wordt opgegeven kan men wel de kaart zien van provincie Noord-Brabant en de punaises, maar kan geen problemen/ideeën (“gloeilampen”) welke men zelf heeft geplaatst zien of problemen/ideeën opgeven. Hierdoor kan men toch het aanbod van de provincie Noord-Brabant gebruiken en behoudt de provincie het overzicht van de geplaatste problemen/ideeën aangezien zij contact kan opnemen met de melders door middel van het opgegeven mobiele telefoonnummer;

- Na iedere aanpassing of reactie die de provincie heeft uitgevoerd, zal er automatisch een notificatie worden verzonden naar de specifieke weggebruiker. Op deze manier is de weggebruiker altijd op de hoogte van de veranderingen binnen de melding;

- Na iedere aanpassing of reactie die de weggebruiker heeft uitgevoerd, zal er op de specifieke “punaise” op de kaart van Noord-Brabant een “Uitroepteken” komen te staan. Op deze manier is de provincie altijd op de hoogte van de veranderingen binnen de specifieke melding;

- De opgeloste problemen/ideeën zullen niet meer te zien zijn voor de weggebruikers, maar wel voor de provincie Noord-Brabant. De provincie Noord-Brabant zal een aparte database hebben waarin alle opgeloste problemen/ideeën zijn geplaatst, zodat deze altijd nog te raadplegen zijn;

- De kaart op zowel de vaste computer als applicatie zal alleen provinciale wegen tonen. Op deze manier kan de weggebruiker geen meldingen doen op verkeerde locaties en blijven de meldingen voor de provincie duidelijk;

- Als een weggebruiker een relatief “grote” bijdrage heeft geleverd, kan de provincie Noord-Brabant overwegen om aan deze desbetreffende weggebruiker een beloning te schenken in de vorm van een straattegel of straatnaambord met de naam van de desbetreffende persoon erop. Deze zal worden geplaatst op locatie van het desbetreffende probleem/idee;



- Wanneer een weggebruiker inlogt op de website van provincie Noord-Brabant www.brabant.nl met het telefoonnummer waarmee de desbetreffende persoon zich al eerder mee heeft geregistreerd, zal zij haar eigen opgegeven problemen/ideeën ofwel “gloeilampen”, “fotocamera’s en/of “mircofoons” terug kunnen zien. De applicatie en website synchroniseren dus zodat de weggebruiker zich niet opnieuw hoeft te registreren wanneer zij via een andere mogelijkheid gebruik wil maken van de mogelijkheden van de applicatie.



Bijlage QR Codes

http://youtu.be/emoTNJQzTZY

http://youtu.be/JBHlRu5HN1k

http://youtu.be/emoTNJQzTZY

http://youtu.be/JBHlRu5HN1k


Bijlage Succescriteria

Criteria provincie Noord-Brabant: Bereikbaar zijn voor de gebruiker, dus overal en altijd te gebruiken: De applicatie is zodanig ontwikkeld dat deze overal en altijd te gebruiken is. Dit komt omdat de applicatie is gebaseerd op het mobiele internet waarmee huidige smartphones en tablets werken. De applicatie is dan ook overal te downloaden, te gebruiken en op ieder tijdstip toegankelijk. Beschikbaar zijn op een werkzame manier, dus iedereen kan het digitale middel/instrument bereiken: Doordat de applicatie te downloaden is via de smartphone en tablet via het mobiele internet, kan iedereen de applicatie gebruiken. Daarbij zal de applicatie inspelen op het feit dat niet iedereen gebruik maakt van smartphones en tablets door dezelfde mogelijkheden aan te bieden op de website van provincie Noord-Brabant. Op deze manier kunnen ook weggebruikers welke niet in het bezit zijn van een smartphone of tablet gebruik maken van deze applicatie. De applicatie op de website zal dan ook dezelfde mogelijkheden gaan aanbieden als de mogelijkheden die worden aangeboden op de smartphones en tablets. Innovatief en gebruiksvriendelijk zijn: Een dergelijke applicatie bestaat nog niet binnen de provincie Noord-Brabant. (Zie: fase Vertrekken Wat is de huidige aanpak?). Daarbij bestaan er nog geen mogelijkheden binnen de provincie om wanneer en waar dan ook ontwikkelde data te delen met de provincie Noord-Brabant, zoals foto’s en aangepaste afbeeldingen. Daarbij wordt de applicatie op gebruiksvriendelijke wijze aangeboden aangezien de applicatie is gebaseerd op een hedendaags medium ofwel de smartphone of tablet. En uit de testfase fase Reflecteren blijkt dat zowel de weggebruikers als experts binnen provincie Noord-Brabant het concept een bruikbaar en toepasbaar middel vinden om cocreatie te bewerkstelligen. Toegevoegde waarde, dus de provincie moet een interactie met de weggebruikers kunnen realiseren: Doordat de applicatie is gebaseerd op het delen en ontwikkelen van informatie tussen provincie en weggebruiker waarbij het doel is om het onderhoud van de provinciale wegen te kunnen specificeren op de wensen en behoeften van de weggebruiker, is de applicatie van toegevoegde waarde. De applicatie biedt namelijk de mogelijkheid om wensen en behoeften weer te geven vanuit de weggebruiker welke het onderhoud van de provinciale wegen specificeren. Wensen en behoeften weergeven welke samen met de provincie kunnen worden uitgewerkt tot concrete plannen: De applicatie speelt in op de mogelijkheid waarbij de weggebruiker problemen/ideeën kan leveren op simplistische en laagdrempelige wijze. Wanneer de weggebruiker een melding doet aan de provincie Noord-Brabant door middel van deze applicatie, kan de weggebruiker een uitgebreide interactie aangaan met de provincie. Gevisualiseerd zijn zodat de provincie ziet wat het middel/instrument inhoud: De applicatie is zowel binnen de fase Ontwikkelen als de fase Reflecteren gevisualiseerd. De visualisatie binnen de fase Reflecteren representeert het definitieve concept. (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0 visueel). De communicatie versterken tussen de weggebruiker en provincie: De communicatie wordt versterkt tussen de weggebruiker en provincie doordat de applicatie de mogelijkheid biedt om individueel problemen/ideeën ofwel wensen en behoeften te delen met de provincie Noord-Brabant. Door de mogelijkheid om als individuele weggebruiker omtrent een specifieke wens of behoefte te communiceren met de provincie waarbij deze samenwerking er toe leidt dat deze wens of behoefte wordt vervuld, zal deze communicatie ervoor zorgen dat de relatie versterkt wordt tussen burger en overheid. Daarbij zorgt de applicatie ervoor dat er op laagdrempelige wijze de weggebruiker zowel tekstuele als visuele informatie kan delen en bewerken met de provincie. Hierdoor ontstaat dus een vorm van cocreatie op innovatieve wijze waarmee alle belangrijke gegevens kunnen worden verwerkt. Criteria onderzoek Het digitale middel/instrument weergeven in een visualisatie om duidelijk aan te geven - wat het inhoud: De applicatie is zowel binnen de fase Ontwikkelen als de fase Reflecteren gevisualiseerd. De visualisatie binnen de fase Reflecteren representeert het definitieve concept. (Zie: fase Reflecteren Concept 2.0 visueel). Het resultaat verwerken in een implementatieplan, bestaande uit het Business Model Canvas, uitgewerkt d.m.v. volledige tekstuele onderbouwing. (Pigneur, Y. & Osterwalder, A. 2010).: Het eindresultaat is verwerkt in het Business Model Canvas welke het implementatieplan representeert. Dit implementatieplan geeft aan welke mensen, activiteiten benodigdheden, kosten en opbrengsten nodig zijn om de applicatie te lanceren binnen de provincie Noord-Brabant. (Zie: fase Terugkeren - Implementatieplan). Must Haves (Zie: fase Ontwikkelen Kansrichtingen) Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; Waarmee foto’s kunnen worden gemaakt en worden toegevoegd van problemen en/of ideeën zodat deze duidelijk naar voren komen: Binnen de applicatie wordt er de mogelijkheid aangeboden om foto’s te kunnen maken van problemen en/of ideeën. Foto’s kunnen wanneer en waar dan ook worden gemaakt en worden verzonden naar de provincie Noord-Brabant om aan te tonen wat de specifieke wens of behoefte is van de weggebruiker. Op deze manier kan de weggebruiker een beeld weergeven van het specifieke probleem/idee. Waarmee een locatie van een probleem/idee kan worden opgegeven op eventueel een kaart:


Zowel applicatiegebruikers welke zich wel of niet bevinden op een provinciale weg als gebruikers van de applicatie op de website van provincie Noord-Brabant kunnen locaties weergegeven van problemen/ideeën en wensen en behoeften. Dit wordt gedaan op de digitale kaart van Noord-Brabant welke als hoofdmenu fungeert. Op deze manier kan de weggebruiker makkelijk zien waar zij iets wil betekenen omtrent de provinciale wegen. Welke informatie geeft over hoe een probleem/idee wordt opgelost/uitgevoerd en binnen welk termijn dit gebeurd: De applicatie biedt de mogelijkheid om gegevens in te kunnen zien van de interne database binnen de provincie Noord-Brabant. Wanneer een weggebruiker een melding wil doen via de applicatie, heeft zij de mogelijkheid om aan te geven of zij push- berichten ofwel meldingen wil ontvangen. Deze “meldingen” staan voor een extra diepgaande interactie waarmee de specifieke weggebruiker in de database kan kijken omtrent de desbetreffende melding. Binnen deze database zal er een standaard planning en actielijst te vinden zijn, welke eventueel worden aangepast door de provincie Noord-Brabant wanneer dit behoeft. Welke te gebruiken is op smartphones/tablets: Het in bezit zijn van een smartphone of tablet is een vereiste om overal en altijd gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden welke de applicatie aanbiedt. De applicatie is gericht op smartphones en tablets waardoor deze criteria volledig wordt afgedekt. Maar om ook niet- smartphone- en tabletbezitters de mogelijkheid te bieden om gebruik te maken van deze applicatie, is deze ook te gebruiken via de website van provincie Noord-Brabant www.brabant.nl. Welke overal en altijd te gebruiken is: De applicatie is gebaseerd op het mobiele internet waarvan huidige smartphones en tablets gebruik maken. Doordat dit internet overal en altijd te gebruiken is, is ook de applicatie overal en altijd te gebruiken. Waar problemen/ideeën mee kunnen worden uitgetekend of kunnen worden gevisualiseerd zodat men informatie kan creëren of kan beïnvloeden: Binnen de applicatie wordt de mogelijkheid aangeboden om problemen/ideeën uit te tekenen. Dit kan gedaan worden op een blanko achtergrond, maar dit kan ook worden gedaan door in de gemaakte foto te tekenen of in afbeeldingen vanuit maps.google en streetview. Op deze manier kan de weggebruiker problemen/ideeën visualiseren en dus zelf informatie creëren om de wensen en behoeften te verduidelijken. Welke eventueel is gebaseerd op een applicatie voor smartphones/tablets: De applicatie is een applicatie gericht op het gebruik voor smartphones en tablets. Welke samenwerkingsmogelijkheden biedt tussen provincie en weggebruikers waarbij problemen en/of ideeën kunnen worden verholpen/uitgevoerd: Doordat weggebruikers informatie kunnen creëren en deze kunnen delen met de provincie Noord-Brabant, waarbij de mogelijkheid wordt geboden om op interactieve wijze deze informatie aan te passen, kan er een samenwerking ontstaan waarbij problemen en/of ideeën worden aangepakt. De provincie kan met een specifieke weggebruiker op haar specifieke wensen en behoeften inspelen en vice versa, waardoor er een interactieve relatie ontstaat ofwel cocreatie. Met deze cocreatie kan de provincie Noord-Brabant het onderhoud van de provinciale wegen specificeren op de individuele wensen en behoeften van de weggebruiker. Dit doordat alle gegevens door beide partijen altijd kunnen worden aangepast. Optionals (Zie: fase Ontwikkelen Kansrichtingen) Het digitale middel/instrument moet zodanig zijn; Waar men mogelijkheid heeft om te zien wat in geheel Noord-Brabant afspeelt omtrent de provinciale wegen: Het hoofdmenu van de applicatie bestaat uit de kaart van Noord-Brabant welke alleen de provinciale wegen weergeeft. Binnen deze kaart kan men via iconen ofwel “punaises” inzien welke meldingen andere weggebruikers hebben geplaatst. Hierdoor kunnen weggebruikers zien of een probleem/idee dat zij zou willen melden al is gedaan waardoor zij dit niet meer hoeven te doen. Daarbij onstaat er voor de weggebruikers een duidelijk overzicht over wat er in Noord-Brabant afspeelt omtrent de provinciale wegen. Waar men vrijblijvend een koppeling kan maken met social media. Wanneer dit niet gedaan wordt door de gebruiker, ontstaan er geen beperkingen en blijven dezelfde mogelijkheden aanwezig: Wanneer een weggebruiker een melding wil doen over een probleem of idee, kan zij dit delen via Facebook of Twitter. Dit is niet verplicht binnen de applicatie en wanneer dit niet wordt gedaan, onstaan er geen beperkingen in het gebruik van de mogelijkheden hierbinnen. Dit is gedaan aangezien niet iedereen in het bezit is van een social media account maar social media wel nog steeds een opkomend fenomeen is. Waarmee geen projectgroepen voor nodig zijn of de mogelijkheid hiervoor wordt aangeboden: Als de weggebruiker een probleem/idee wil melden bij de provincie Noord-Brabant, wordt dit op individuele basis gedaan. Daarbij kunnen de gebruikers van de applicatie alleen andere meldingen op de kaart ofwel het hoofdmenu van de applicatie zien maar niet aanpassen. Waarmee de weggebruiker zich niet hoeft te registreren om het te gebruiken. Het moet dus een vrijblijvend middel/instrument zijn: Als een weggebruiker gebruik wil maken van de applicatie, is er een mobiel telefoonnummer nodig. Men hoeft maar eenmalig het telefoonnummer op te geven en te verifiëren waarna de applicatie onbeperkt gebruikt kan worden. Dit i.v.m. vandalisme, zodat de provincie Noord-Brabant eventuele vandalen kan blokkeren van het gebruik van de applicatie. Daarbij biedt het ook een extra mogelijkheid aangezien de provincie Noord-Brabant de desbetreffende melder altijd telefonisch kan benaderen wanneer de situatie naar een directer contact behoeft. Waarmee er vrijblijvend de mogelijkheid is om belangrijke documenten te kunnen raadplegen omtrent specifieke problemen/ideeën:



Binnen de applicatie wordt een link aangeboden naar de database van de provincie Noord-Brabant. Deze link is alleen maar te verkrijgen als de applicatiegebruiker tijdens het ontwikkelen van een melding aangeeft dat zij een verdere interactie wil omtrent de desbetreffende melding (push- berichten). Deze link gaat naar een specifieke map waarin alle belangrijke documenten te vinden zijn vanuit de provincie Noord-Brabant, welke eventueel van toepassing zouden kunnen zijn voor de desbtreffende weggebruiker welke zij kan gebruiken om het probleem/idee verder uit te werken. Waarmee vrijblijvend een verbinding kan worden gemaakt met andere digitale apparaten: Omdat niet iedereen in het bezit is van een smartphone of tablet of een ander apparaat waarmee applicaties kunnen worden gebruikt, zal de website van provincie Noord-Brabant www.brabant.nl ook dezelfde mogelijkheden gaan aanbieden. Op deze manier kunnen deze personen ook gebruik maken van de mogelijkheden. Dit houdt dus in dat de applicatie ook gebruikt kan worden op vaste computers, laptops etc. Daarbij zullen de gegevens van de weggebruiker worden gesynchroniseerd als zij bijvoorbeeld zich eerst via de smartphone had geregistreerd en daarna via de website www.brabant.nl. Hierdoor kan via verschillende apparaten de eigen inhoud blijvend gezien en/of aangepast worden. Waarmee ook de aan provinciale wegen relevante milieu- aspecten kunnen worden beïnvloed: De applicatie biedt de mogelijkheid om alle met de provinciale wegen gerelateerde zaken te melden. Dit houdt in dat ook bijvoorbeeld problemen en/of ideeën rondom (vlinderbermen) kunnen worden gemeld vanuit de weggebruiker aan de provincie Noord-Brabant. Op deze manier kunnen ook weggebruikers welke een hart voor groen hebben ook gebruik maken van de applicatie. Waarmee het niet nodig is, wanneer men het digitale middel/instrument wil gebruiken, om zich te registreren met het social media- account: De applicatie behoeft een eenmalige registratie van het mobiele telefoonnummer. Wanneer dit is gedaan kan er onbeperkt van de mogelijkheden gebruik gemaakt worden. Dit i.v.m. vandalisme, zodat de provincie Noord-Brabant eventuele vandalen kan blokkeren van het gebruik van de applicatie. Daarbij biedt het ook een extra mogelijkheid aangezien de provincie Noord-Brabant de desbetreffende melder altijd telefonisch kan benaderen wanneer de situatie naar een directer contact behoeft. Welke op basisniveau te personaliseren is: Wanneer de weggebruiker een probleem/idee wil melden aan de provincie om haar wensen en behoeften te tonen, biedt de applicatie de mogelijkheid om deze meldingen te personaliseren. Zo kan de desbetreffende weggebruiker er voor kiezen om wel of geen visualisatie te ontwikkelen omtrent de melding. Wanneer hier wel voor wordt gekozen, zijn er geen randvoorwaarden voor het visualiseren hiervan. Op deze manier kan de weggebruiker de melding personaliseren en specificeren op basis van de eigen wensen en behoeften en op het unieke probleem en/of idee.




Bijlage Interview extra opbrengsten

Interview t.b.v.: Mike Vugts, Regeltechnicus/ICT – Sweegers en de Bruijn b.v. (M. Vugts. 2013). Interviewer: Gideon Swart Datum: 23 mei Locatie: Sweegers en de Bruijn b.v. Goudsbloemvallei 31, 5237 MH 's-Hertogenbosch Tijd: 15:30u – 16:15u Benodigdheden:

1. Infographic 2. Concept tekstueel 3. Laptop voor animatie Brabantwegen App 4. Implementatieplan (Business Model Canvas) 5. Notitieboek

Te behandelen onderwerpen: Introductie

1. Inhoud en betekenis Brabantwegen App Relevante punten voor open interview Relevant onderwerp Extra aanduiding onderwerp gevormd tot vraag 1 Duidelijkheid Brabantwegen App Is de Brabantwegen App duidelijk? 2 Mate van relevantie voor Sweegers en de Bruijn

b.v. Is het relevant voor jou en Sweegers en de Bruijn b.v. en waarom?

3 Aantrekkelijkheid voor Sweegers en de Bruijn b.v.

Is het aantrekkelijk en waarom?

4 Aantrekkelijkheid voor sector/branche Is het een aantrekkelijk digitaal middel/instrument voor deze branche en waarom?

5 Mate van investering in Brabantwegen App Wat denk je dat Sweegers en de Bruijn b.v. aan deze applicatie zouden willen spenderen om hier gebruik van te willen maken?

6 Mate van investering door sector/branche in Brabantwegen App

Wat denk je dat jullie sector/branche aan deze applicatie zouden willen spenderen om hier gebruik van te willen maken?

Uitwerking interview: 1. Duidelijkheid Brabantwegen App De Brabantwegen App is een zeer duidelijk concept. De animatie welke is gemaakt heeft veel bijgedragen aan de uitleg van het concept. De Brabantwegen App is een middel waar de provincie en andere wegbeheerders in de toekomst veel aan zullen hebben. De markt is namelijk aan het verschuiven en dat is duidelijk te zien. De overheid en kleinere overheden willen steeds meer met de burger samenwerken. Dit is ook nodig aangezien de concurrentie, en vooral in deze crisistijd, groot is tussen de verschillende landen en werelddelen. Het is dan ook van groot belang dat zo’n dergelijke applicatie er aan zal gaan komen waarmee de de overheid de burger kan betrekken. Want niemand komt meer om een samenwerking heen. Als de overheid niet gaat samenwerken, zullen andere grote multinationals het werk overnemen van de overheid waardoor Nederland de grip zal verliezen op haar eigen beleid. Doordat de burger mee kan gaan denken over het onderhoud van de wegen, zal de relatie en dus het vertrouwen van de burger naar de overheid worden vergroot waardoor de economie van Nederland nog sterker zal worden. 2. Mate van relevantie voor Sweegers en de Bruijn b.v. + 3. Aantrekkelijkheid voor Sweegers en de Bruijn b.v. In onze sector, de sector technisch advies met betrekking tot werktuigbouw en elektrotechnische installaties is het van belang om met de technologie mee te gaan. Zo maakt Sweegers en de Bruijn b.v. al gebruik van QR locaties. Dit zijn de reguliere QR codes, maar deze bevinden zich bij onze klanten. (De gebouwen waar technische en elektrotechnische installaties zijn geplaatst op advies van Sweegers en de Bruijn b.v.). Wanneer er een probleem is met één van onze installaties, gaat de installateur naar de locatie en scant de QR code. Als hij dat heeft gedaan, ontvangt Sweegers en de Bruijn b.v. meteen alle informatie omtrent de specifieke installatie. Hierdoor ziet Sweegers en de Bruijn b.v. meteen bij welke klant het probleem is, om welke installatie het gaat en wie hier verantwoordelijk voor is. Er ontstaat dus een duidelijke omschrijving van de situatie. Maar om terug te komen op de Brabantwegen App, de mogelijkheden welk deze applicatie met zich mee brengt heeft Sweegers en de Bruijn b.v. niet tot de beschikking. Maar deze zouden absoluut wel van toepassing zijn. Wanneer het maken van een foto of memo binnen de applicatie zou worden vervangen door de mogelijkheid om een QR code te scannen, waarbij de overige mogelijkheden wel blijven bestaan, onstaat er een zeer interactief middel voor Sweegers en de Bruijn b.v.. Want als


Sweegers en de Bruijn b.v., de klant (dus een gebouw waar technische of elektrotechnische installaties zijn geplaatst) en de installateur beschikking heeft tot deze app, kunnen problemen veel sneller worden verholpen. Zoals al is aangegeven, in onze sector/branche wordt er al gebruik gemaakt van QR locaties om de locatie van problemen weer te geven. Maar als hierbij alle mogelijkheden van de Brabantwegen App aan worden toegevoegd kan de klant de QR code scannen met de “Brabantwegen App”. Hierbij kan de klant een omschrijving en dus foto’s maken van het probleem welke Sweegers en de Bruijn b.v. weer ontvangt. Sweegers en de Bruijn b.v. kan via de applicatie in samenwerking met de klant het probleem verder uitwerken en verduidelijken, waarna de installateur van de technische of elektrotechnische installaties het probleem komt verhelpen. Op deze wijze wordt er veel tijd en dus geld bespaard aangezien Sweegers en de Bruijn b.v. niet meer meteen de installateur op het probleem moet afsturen om te gaan controlleren wat er aan de hand is. Want nu kan Sweegers en de Bruijn b.v. samen met de klant eerst gaan bekijken wat er aan de hand is, waarbij gegevens met elkaar kunnen worden gedeeld en kan worden gechat op locatie, waarna we daarna pas hoeven te kijken of de installateur nodig is om het probleem te verhelpen. Kort gezegd zou Sweegers en de Bruijn b.v. gebaat zijn bij de Brabantwegen App. 4. Aantrekkelijkheid voor de sector/branche Sweegers en de Bruijn b.v. staat in de top 5 van grootste technisch adviesbureaus met betrekking tot werktuigbouw en elektrotechnische installaties in Nederland. Dit houdt in dat Sweegers en de Bruijn b.v. veel klanten heeft, verspreidt over niet alleen Nederland maar over de hele wereld. Omdat wij bij de grootste van Nederland horen en duizenden gebouwen hebben geadviseerd, heeft Sweegers en de Bruijn b.v. een goed zicht op wat wel en niet relevant zou zijn voor onze sector/branche. En een dergelijke applicatie zou binnen onze sector/branche absoluut van toepassing zijn. Technische adviesbureaus zouden het klantbeheer nog beter uit kunnen voeren, wanneer de klant zelf met ons, zonder dat daar de installateur voor nodig is, kan samenwerken om het probleem te verhelpen wat veel tijd en moeite bespaart. En buiten onze sector/branche zouden ook andere sectoren hierbij gebaat zijn. Zo kan de technologie van de Brabantwegen App worden gebruikt om problemen tijdens de bouw sneller te kunnen verhelpen. Onderaannemers zouden namelijk, zonder dat daar de hoofdaannemer bij aanwezig zou moeten zijn, samen met de hoofdaannemer problemen op kunnen lossen. En dit is alleen nog maar een voorbeeld. Samenwerking op verbetering van werkprocessen zouden door initiatieven zoals de Brabantwegen App nog verder worden verbeterd. 5. Mate van investering in Brabantwegen App + 6. Mate van investering door sector/branche in Brabantwegen App Sweegers en de Bruijn b.v. zou deze applicatie zeker in het huidige beleid kunnen gebruiken. Wanneer zij dit zouden willen toepassen zou Sweegers en de Bruijn b.v. er op jaarbasis tussen de €3000,- en €4000,- aan willen besteden. Dit bedrag zou de leaseprijs van de applicatie representeren. Het ontwikkelen van een reguliere applicatie zou tussen de €10000,- en €20000,- liggen waardoor wij ongeveer 4 tot 5 jaar van de applicatie gebruik zouden kunnen maken. Wanneer Sweegers en de Bruijn b.v. de gehele applicatie zou willen overnemen en dus zou willen kopen, zou zij daar dus €10000,- en €20000,- aan willen besteden. Dit zijn namelijk ongeveer de prijzen welke worden gevraagd om applicaties te gebruiken en te ontwikkelen. Maar buiten deze gegevens en bedragen zouden wij de Brabantwegen App absoluut kunnen gebruiken om ons beheer van gebouwen verder te verbeteren. Ook andere organisaties zouden dus deze bedragen willen spenderen om dergelijke technologie te gebruiken voor de verbetering van de bedrijfsprocessen.

Scriptie: Provincie Noord-Brabant - Gideon...

Documents

Transcript of Scriptie: Provincie Noord-Brabant - Gideon...