Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de...

79
Neder Neder Neder Neder-Betuwe Betuwe Betuwe Betuwe “Big Brother higher control is watching en beslist beter” Een studie naar de laatste technologische ontwikkelingen op het terrein van beeldvorming tijdens incident- en rampenbestrijding. Door: M.G.J. Jonkman MCDM leergang 9

Transcript of Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de...

Page 1: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

NederNederNederNeder----BetuweBetuweBetuweBetuwe

“Big Brother higher control is watching en beslist beter”

Een studie naar de laatste technologische ontwikkelingen op het terrein van beeldvorming tijdens incident- en rampenbestrijding.

Door: M.G.J. Jonkman MCDM leergang 9

Page 2: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 2

“Big Brother higher control is watching en beslist beter”

Master of Crisis and Disaster Management (MCDM)

2006-2008 leergang 9.

Scriptie in het kader van de leergang MCDM van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) en het

Nederlands Instituut voor Fysieke Veiligheid (NIFV), Nibra.

Door: M.G.J. Jonkman Commandant brw. Neder-Betuwe

Hoef 11, 4051 CC Ochten Examen nr. : 71063001 Begeleider : dr. M. van Duin

Page 3: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 3

Voorwoord Voor u ligt de scriptie getiteld “Big Brother higher control is watching en beslist beter”. Deze scriptie is geschreven in het kader van mijn MCDM-opleiding. De scriptie is tevens bedoeld om de in de MCDM- opleiding geïntegreerde opleiding commandeur af te ronden. In de periode september 2006 tot en met juni 2007 is aan de totstandkoming van deze scriptie gewerkt. Veiligheid De verantwoordelijkheid voor fysieke veiligheid en bestrijding van crisis en rampen is verdeeld over veel partijen. Voor het verkrijgen van een adequate incidentbestrijding is multidisciplinaire inzet van alle partijen noodzakelijk. Naast reguliere samenwerking en inzet zal er ook professioneel gebruik moeten worden gemaakt van technologieën die voor organisaties beschikbaar zijn. Samenwerken is gebaseerd op communicatie en het uitwisselen, verstrekken en gezamenlijk beheren van informatie. Een aspect dat mijn aandacht al geruime tijd trekt is de aanwezigheid van camera’s. Cameratoezicht is in de afgelopen jaren al een vanzelfsprekend instrument geworden in het arsenaal van middelen om de veiligheid op straat, in winkelcentra, wooncomplexen, bedrijvenparken en op snelwegen te vergroten. Maar liefst één op de vijf gemeenten heeft camera’s ingezet voor de handhaving van de openbare orde, het houden van toezicht en vergroten van de veiligheid (1). Niet alleen de voor ons zichtbare camera’s trekken mijn aandacht, nog meer belangstelling heb ik voor de niet zichtbare camera’s. Indien naar een willekeurige TV-film wordt gekeken, een spannend boek (thriller) wordt gelezen (vb. Tom Clancy “op-center, daad van terreur”) of gekeken wordt naar beelden uit het nieuws over het optreden van Defensie in Afganistan of Irak, dan krijg je de indruk dat er in het heelal zoveel techniek aanwezig is om bijna in iemands “broekzak” te kunnen kijken. Welkom in de wereld van “Big Brother” (2). Waarom heb ik als brandweerman deze technieken allemaal niet beschikbaar? Ik schrijf deze scriptie vanuit de overtuiging dat we meer kunnen en moeten doen met de beschikbare beelden om ons heen. Ik verwacht dat de voor mijn studie geschreven scriptie een aanzet zal geven om te komen tot het gebruik van andere en/of nieuwe technologieën. Resultaat zal dan zijn, dat met een andere, hopelijk betere beeldvorming, adequatere besluiten kunnen worden genomen door de bestrijdingsorganisaties. Dit betekent dat het “higher control” (3) meekijkt en goed kan sturen op hetgeen er daadwerkelijk aan de hand is en niet stuurt op basis van wat ze zelf denkt dat er gebeurt. Leeswijzer De (“cijfer”) die u in de tekst aantreft, correspondeert met de bronvermelding en/of noten onder aan de pagina. Verder zullen de termen incident, crisis en ramp door elkaar gebruikt worden. Ditzelfde geldt ook voor begrippen als innovatie, technologische ontwikkeling en audiovisuele middelen. U dient deze termen vooral te lezen in de geest van de scriptie en niet direct een relatie te leggen tot een definitie van de term. (1) Bron: onderzoeksrapport “cameratoezicht in de openbare ruimte” van het Centraal Plan Bureau (CPB) (2) Gebruikt als een metafoor of knipoog, afkomstig van het televisieprogramma Big Brother waarbij een

groep mensen voor een periode van enkele maanden opgesloten werd in een gebouw en 24 uur per dag bekeken kon worden.

(3) Staat voor een in een organogram hoger geplaatst persoon of groep personen waaronder teams, diensten en /of eenheden vallen. Lees ook als leidinggevende / eindverantwoordelijke.

Page 4: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 4

Tot slot Ik wil de decaan de heer dr. M. van Duin hartelijk bedanken voor zijn plezierige klankbord en zijn waardevolle inbreng bij de totstandkoming van deze scriptie. Verder bedank ik mijn werkgever de gemeente Neder-Betuwe die mij de mogelijkheid heeft geboden om de scriptie te kunnen schrijven. Ook bedank ik Artesis, het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD), Cyclomedia, DECIS Lab Delft en het ISTAR bataljon van Defensie waar ik tijdens mijn binnenlandstage in de gelegenheid ben gesteld om voor mijn scriptie onderzoek te doen. Zeker niet in de laatste plaats gaat mijn dank uit naar mijn directe familie (Gerrie en Jacqueline) die mij de ruimte heeft gegeven om vele avonden en weekenden aan deze leergang en scriptie te kunnen werken. Zonder jullie hulp was deze scriptie er nooit gekomen. Bedankt! Marcel G.J. Jonkman BBA Commandant brandweer

Page 5: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 5

Inhoudsopgave Blz. 1. Samenvatting 7 2. Inleiding 10

2.1 Inleiding 10 2.2 Aanleiding 10 2.3 Doelstelling scriptie 10 2.4 Situatieschets 10 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12

3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3 Niveaus waarop beeldvorming plaatsvindt 13

3.4 Hoe ontstaat beeldvorming 14

3.4.1 Focussen 14 3.4.2 Waarnemen 14 3.4.3 Betekenis geven 14 3.4.4 Gevolgen van het kijken door de “bril” 15

3.5 Waar willen beslissers heen als ultieme situatie? (Het beeld-Xchange model) 16

4. Technologische ontwikkelingen / innovaties 17 4.1 Inleiding 17 4.2 Welke ontwikkelingen zijn er? 17 4.2.1 Politiehelikopter met camera en antenne 17 4.2.2 Robothelikopter 19 4.2.3 Onbemande vliegtuigen 19 4.2.4 Satellietbeelden / Google Earth 20 4.2.5 Luchtfoto 22 4.2.6 Panoramafoto 23 4.2.7 Camerabewaking 24 5. Theorieën over onzekerheid en besluitvorming 27 5.1 Inleiding 27 5.2 Hoe omgaan met beelden (mindmapping) 27 5.3 Beelden en informatie binnen het besluitvormingsproces 29

5.3.1 Inleiding 29 5.3.2 Effect van te veel of te weinig informatie 29 5.3.3 Vijf stappen voor het vergaren van informatie 32

5.3.4 Complexiteit van besluitvorming 34 5.3.5 Afstemming van besluitvorming en informatie 34

5.4 Beslissen bij onzekerheid 35 6.4.1 Wat is “beslissen bij onzekerheid?” 35

6.4.2 Beslisboom (theorie Raiffa / Schaifer) 36 6.4.3 Besluitvormingsmodellen (theorie Lindblom / Tinbergen) 36

Page 6: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 6

6. Toepasbaarheid 37 6.1 Inleiding 37 6.2 Analyse van de audiovisuele technologische ontwikkelingen / innovaties 37 6.2.1 Zwakke kanten van de technologische ontwikkelingen 37

6.2.2 Sterke kanten van de technologische ontwikkelingen 38 6.2.3 Kansen van de technologische ontwikkelingen 38 6.2.4 Bedreigingen van de technologische ontwikkelingen 38

6.2.5 Beoordeling van de individuele technologische ontwikkelingen 39 6.3 Relevante vragen over de bruikbaarheid 41

6.3.1 Beperkingen ten gevolge van focus op gebiedsdeel 41 6.3.2 Het nut van onwetendheid 42 6.3.3 Ervaringen met beelden bij beslissers tijdens incidenten en rampen 43 6.3.4 Afleiding door beelden 44 6.3.5 Acceptatieproblemen (contingentie-theorie Hartman) 45 6.3.6 De rol van de liaison 46 6.3.7 Andere toepassingen van cameragebruik 46

6.3.8 Het succes van de beelden 47 7. Recente innovatie op het gebied van hulpmiddelen 49

7.1 Inleiding 49 7.2 Hulpmiddel ten bate van het beslistraject (ICIS) 49

8. Conclusie en aanbevelingen 54

8.1 Inleiding 54 8.2 Conclusie 54 8.3 Aanbevelingen 55

9. Bijlage 57 A = Overzicht van relevante artikelen verschenen in de media 58 met betrekking tot innovaties

B = Verklaring van gebruikte afkortingen 67

C = Geraadpleegde literatuur 68

D = Geraadpleegde websites 70 E = Vragenformulier en resultaat onderzoek toepasbaarheid 71 F = Overzicht van relevante artikelen verschenen in de media 84

met betrekking tot ander cameragebruik

Page 7: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 7

1. Samenvatting Deze scriptie gaat over de technologische ontwikkelingen op het terrein van beeldvorming tijdens incident- en rampenbestrijding. Crises en rampen zijn gebeurtenissen met een enorme impact. Kijken naar een ramp of crisis wordt soms bijna als vanzelfsprekend ervaren. Tijdens het verloop van het incident wordt op verschillende niveaus getracht hier grip te krijgen door middel van passende acties. Deze acties en/of besluiten worden genomen op basis van informatie. Er is zowel sprake van directe als indirecte communicatie. Meestal worden de besluiten genomen op basis van mondelinge “nadere berichten” (4) of geschreven situatierapporten (SITRAP) (5). Welk besluit er uiteindelijk wordt genomen is onder andere afhankelijk van de interpretatie van een bericht of SITRAP. De manier waarop men kijkt, is afhankelijk van de rol waarin men zit. Zo zal een medicus waarschijnlijk geïnteresseerd zijn in het aantal slachtoffers en het type letsel, terwijl een bouwkundige meer kijkt naar bouwconstructies en de schade hieraan. Ook binnen eenzelfde groep mensen kunnen verschillende beelden ontstaan. Als aan tien operationeel leiders wordt gevraagd de situatie van het incident te beschrijven, dan zal waarschijnlijk een tiental verschillende beelden volgen. Dit zijn beelden zoals ze voor de betrokkenen gelden. Echter, alle beschrijvingen zijn individuele werkelijkheden. Centrale vraag in deze scriptie is Wat is de bijdrage van innovaties op het gebied van audiovisuele technologische hulpmiddelen voor de beeldvorming om beter te kunnen beslissen tijdens de bestrijding van incidenten en calamiteiten? Doel van deze scriptie Inzicht geven in de mogelijkheden zoals die er anno 2007 zijn en aangeven welke rol ze kunnen spelen in de bestrijding van incidenten. Verder wordt getracht het besef te vergroten dat de beeldvorming die ten gevolge van deze nieuwe technologie ontstaat van veel variabelen afhankelijk is. Ook wordt ingegaan op de consequenties die er zijn als er geen adequate beeldvorming is en men moet beslissen bij onzekerheid. Het omgaan met, of het bewust zijn van de gevolgen van het gebruik van beelden komt de bestrijding ten goede. De centrale vraag is onderverdeeld in de onderstaande deelvragen: a. Welke innovaties zijn er op het gebied van audiovisuele hulpmiddelen? b. Zijn de innovaties op het gebied van beeldvorming bruikbaar bij het beslissen bij

onzekerheid? c. Op welke manier verloopt het huidige besluitvormingsproces? d. Wat zijn mogelijke effecten en/of consequenties van het gebruik van de innovaties op

het besluitvormingsproces? e. Op welke manier zouden beelden ingepast kunnen worden in de huidige

besluitvormingsprocessen? (4) Stand van zaken verslag via een verbindingsmiddel, meestal een mobilofoon. In dit verslag wordt de

aard en omvang van het incident verteld, wanneer het incident onder controle is en eventuele bijzonderheden zoals slachtoffers en gevaarlijke stoffen.

(5) Situatierapport (SITRAP) bevat de huidige toestand van het voorval, de ingezette organisatie-onderdelen, verwachte veranderingen, knelpunten ten aanzien van de uitvoering van de gekregen opdracht, onvoorziene ontwikkelingen, oplossingsvoorstellen, beslispunten en afspraken over de terugkoppeling.

Page 8: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 8

Resultaat scriptie Deze scriptie is geschreven voor de multidisciplinaire diensten brandweer, politie en GHOR die overwegen één van de onderzochte technologische ontwikkelingen op het gebied van beeldvorming in te zetten. Zowel het beeld als het proces dat leidt tot het beeld, zullen in deze scriptie centraal staan. Door inzicht in de variabelen die “het beeld” bepalen van de beslisser kan rekening worden gehouden met de manier waarop een beeld wordt gevormd. De beslisser is de analyse-eenheid. Hierdoor ontstaat meer begrip voor het verschil in beelden onder de hulpverleners, zodat er uiteindelijk een beter niveau van hulpverlening ontstaat. Opbouw scriptie Op hoofdlijn bestaat de scriptie uit drie delen - deel A, algemene informatie en het probleem, - deel B, inzicht in de nieuwe technologische ontwikkelingen, de toepasbaarheid en wetenschappelijke theorieën over beeld- en besluitvorming (informerend beschrijvende / descriptieve deel), - deel C, het onderzoek en de oplossing (overtuigende deel dat leidt tot conclusies en aanbevelingen). Genoemde delen zijn uitgewerkt tot de onderstaande hoofdstukopbouw. Hoofdstukopbouw In hoofdstuk 2, de inleiding, worden de aanleiding en de concrete doelstelling van de scriptie uiteen gezet. Ook wordt de scriptie afgebakend om afdwalen van de centrale vraag en deelvragen te voorkomen. Inzicht in het functioneren van de incidentbestrijding op hoofdlijn is voor de lezer noodzakelijk. Hoofdstuk 3 geeft een korte uitleg van een aantal basiszaken die nodig wordt geacht om de technologieën te kunnen plaatsen in de organisatiestructuur van de incidentenbestrijding. Ook wordt ingegaan op mogelijke elementen die de basis kunnen zijn van beeldvorming. In hoofdstuk 4 komen de beschikbare technologische ontwikkelingen / innovaties aan bod. In hoofdstuk 5 wordt gekeken naar een aantal wetenschappelijke theorieën over onzekerheid, beeld- en besluitvorming. Verder wordt een aantal besluitvormingsprocessen uitgediept en onderzocht wordt wat de effecten zijn van beslissen bij onzekerheid. De toepasbaarheid van de technologische ontwikkelingen / innovaties wordt onderzocht in hoofdstuk 6. Tevens wordt een aantal relevante vragen en/of thema’s die een relatie hebben met de toepasbaarheid nader uitgewerkt. Tot slot behandelt hoofdstuk 7 hoe de meest recente hulpmiddelen de besluitvormingsprocessen beter kunnen laten verlopen. Als laatste worden in hoofdstuk 8 de conclusies gegeven en aanbevelingen gedaan die beschrijven of de geadviseerde oplossing c.q. bevindingen van deze studie daadwerkelijk uitgevoerd kunnen worden. In de bijlage (9) is opgenomen een overzicht van gebruikte literatuur, de gebruikte websites, een overzicht van gebruikte afkortingen en de deeluitkomsten van het gehouden onderzoek. Verder is in de bijlage een overzicht opgenomen van relevante artikelen over cameragebruik. Conclusie en aanbevelingen Op hoofdlijn kunnen we stellen dat het vormen van een beeld over een situatie in een aantal stappen valt te onderscheiden: focussen, waarnemen en betekenis geven. Deze stappen worden bepaald door de inhoud van de hersenen, zoals kennis, ervaring, overtuiging, voorkeur of gewoonte. De stappen worden bepaald door de “bril” waardoor gekeken wordt. Op basis van het verrichte onderzoek kan een conclusie worden getrokken. Het onderzoek naar de inzetbaarheid, mogelijkheden, kwaliteit en het leveren van maatwerk met betrekking tot het verkrijgen van de gewenste beelden is gehouden onder de operationele gebruikers. Geconcludeerd wordt voorlopig gebruik te maken van de helikopter met camera van het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD). Hiervoor is het raadzaam om per veiligheidsregio goede afspraken te maken, omdat niet

Page 9: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 9

iedereen de beelden snel kan gebruiken door gebrek aan een antenne met beeldscherm in de ruimten van besluitvormers. Antwoord op de centrale vraag Overwegende de in de scriptie verwerkte informatie luidt het antwoord op de centrale vraag: De laatste technologische ontwikkelingen op het terrein van beeldvorming tijdens incidenten- en rampenbestrijding kunnen zeker een grote bijdrage leveren aan de bestrijding. Dit heeft echter wel grote effecten op de huidige manier van werken en op het proces van beeld- en besluitvorming. Hierbij is echter sterk bepalend hoeveel informatie de gebruiker heeft. De innovaties zullen negatief werken als er teveel informatie wordt gegeven en positief werken als het tekort aan informatie kan worden opgeheven. De in de scriptie beschreven conclusies rechtvaardigen de hierna genoemde aanbevelingen, te weten: - Volg de technologische ontwikkelingen en kijk over een jaar of vijf nog eens of satellietbeelden

sneller en met meer detailinformatie verkrijgbaar zijn op de commerciële markt of via Defensie. - Ga niet zelf als brandweer aan de slag, maar maak afspraken met de KLPD en Defensie over het

samen gebruiken van de audiovisuele technologische hulpmiddelen (neem een voorbeeld aan het project helikopterblussing bosbranden van Defensie).

- Rust elke commandohaakarmcontainer (COH) en werkruimte van het regionaal operationeel- en

beleidsteam (ROT en RBT) uit met een antenne van de politie om helikopterbeelden direct te kunnen ontvangen. Of maak afspraken met de politie over een website waarop ingelogd kan worden middels een computer.

- Werk aan de algemene acceptatie dat het meekijken veilig en noodzakelijk is. In het bijzonder aan

het extra aspect, dat de leidinggevende (Big Brother) meekijkt met de eenheden waardoor deze zich bespied voelen en/of aangetast zullen voelen in hun privacy. Hiervoor zullen aanvullende afspraken moeten worden gemaakt. Hierbij valt te denken aan zaken als - een protocol opstellen om de privacy van de medewerkers in het veld te waarborgen, - melden dat “Big Brother” actief is, zodat men weet dat er mee gekeken wordt, - gegevens verkregen uit de beelden als vertrouwelijk behandelen, - mensen niet persoonlijk afrekenen op basis van de waarnemingen van “Big Brother”, - overdracht van de beelden aan justitie uitsluiten, - benadrukken dat het vooral gaat om te komen tot betere beslissingen en dat dus ook hun veiligheid beter gewaarborgd is.

- Zet, zolang als beelden niet werken binnen het beeld-Xchange model of een ICIS-omgeving, een

deskundig persoon in die als regisseur de beelden afkomstig van de innovaties kan selecteren, monteren en bewerken zodat aan de beslissers een korte en reële situatie wordt weergegeven.

- Beelden kunnen goed worden gebruikt om informatie op te doen, maar moeten niet zichtbaar zijn

tijdens het nemen van een daadwerkelijk besluit. Is dit wel het geval, dan leiden de bewegende beelden af en kan dit ten koste gaan van de kwaliteit van de besluitvorming. Overweeg of de inzet van beelden voorziet in een behoefte (informatie-tekort) om te voorkomen dat er een informatie-overschot ontstaat en dit de effectiviteit van het besluitvormingsproces vertraagt.

- Door het gebruik van visuele technologische hulpmiddelen kunnen de theorieën over

beeldvorming (zie hoofdstuk 5) effectiever door de beslissers worden toegepast.

- Rust elke veiligheidsregio uit met het informatiemanagement systeem ICIS en combineer dit met de innovaties op het gebied van beeldvorming.

Page 10: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 10

2. Inleiding 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de doelstelling en achtergronden van de scriptie. Omdat het onderzoeksgebied zeer breed is, is een afkadering en beschrijving van de hoofdlijn op zijn plaats. Daarnaast vormt de inhoud van dit hoofdstuk het kader van de onderzoeksopzet. Dit alles heeft vooral tot doel om de bruikbaarheid van de scriptie te verhogen. 2.2 Aanleiding Steller van de scriptie heeft als commandant brandweer, hoofd officier van dienst (HOVD), compagnies commandant en hoofd sectie brandweer in het regionaal operationeel team (ROT) voor de brandweer regio Gelderland-Zuid soms besluiten moeten nemen in het kader van incidentbestrijding. Opvallend is dat de input voor het besluit meestal mondeling komt, via een SITRAP of een tekening. Verder spelen er veel elementen (denk aan ruis, emotie, betrokkenheid, schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid) een rol in de boodschap, zodat beslissers zich kunnen afvragen hoe betrouwbaar de informatie is. Vaak hoor je in het CTPI/COPI/CORT of het regionaal beleidsteam (RBT) vragen als - “Wat moet ik mij hier nu bij voorstellen?”

- “Klopt mijn beeld met de situatie?”

Ook is een ervaring dat oefeningen vaak een totaal andere kant op gaan dan vooraf door de oefenleiding werd verwacht. Dit alles is achteraf te rechtvaardigen omdat er een aanname of beeld aan een genomen besluit ten grondslag ligt. Ik vraag mij dan wel eens af of er anders was gehandeld als er was gezien hoe de situatie volgens “mijn werkelijkheid” werkelijk was (6). Dit zien van “mijn werkelijkheid” gaat niet als je op afstand van de bestrijding een taak hebt. Dan vraagt dit, als het als een probleem wordt ervaren, om audiovisuele hulpmiddelen. 2.3 Doelstelling scriptie Het doel van de scriptie is: 1. inzicht te geven in de mogelijkheden zoals die er anno 2007 zijn om meer zicht te krijgen op

een incident of ramp en welke rol technologische ontwikkelingen kunnen spelen in de bestrijding van incidenten,

2. te trachten het besef te vergroten dat de beeldvorming die middels deze nieuwe technologie ontstaat van veel variabelen afhankelijk is,

3. in te gaan op de consequenties die er zijn als er geen adequate beeldvorming is en men zoals meestal het geval is moet beslissen bij onzekerheid.

2.4 Situatieschets De incidentbestrijding bestrijkt meerdere taakgebieden. Er wordt samengewerkt door de brandweer, gemeenten, politie en GHOR. Deze overheidsinstanties kunnen worden aangevuld met anderen zoals bijvoorbeeld het waterschap, rijkswaterstaat, havendienst, spoorwegen en milieudiensten. Dit alles is afhankelijk van de aard van het incident of ramp. Kenmerkend is de grote tijdsdruk en het maken van risicoafwegingen. In het extreemste geval moeten er beslissingen worden genomen over leven en dood. Dit is zowel van toepassing op slachtoffers als op de veiligheid van het eigen personeel. (6) Het gaat hier om zelfreflectie van de eigen rol.

Page 11: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 11

Voor de bestrijding wordt uitgegaan van de les- en leerstof, gangbare uitrukprocedures en de leidraad maatramp. In elke regio zullen deze documenten vertrekpunt zijn geweest voor het opzetten van hun bestrijdingsorganisatie. Desondanks zullen er verschillen zijn in uitvoering. In deze scriptie is er, in verband met de bekendheid van de eigen werksituatie, voor gekozen om het functioneren van de regio Gelderland-Zuid als uitgangspunt te nemen. 2.5 Motieven De motieven voor het ontwikkelen van deze scriptie hebben te maken met hetgeen vermeld is in de hiervoor beschreven aanleiding en doelstelling. Evaluaties van grote incidenten, waaronder de Herculesramp in Eindhoven, de vuurwerkramp in Enschede, de nieuwjaarsbrand in Volendam, de cellenbrand op Schiphol en de kaders uit het project versterking brandweer (PVB), hebben geleid tot voldoende conclusies en nieuwe activiteiten ter verbetering. Hieruit is ook op te maken dat niet stil gestaan kan worden en dat er permanente aandacht voor verbetering moet blijven. De regionale brandweer als “kartrekker” in de bestrijding moet hierbij anticiperen op ontwikkelingen die buiten de eigen en partnerorganisaties worden ontwikkeld. Alles met als doel te streven naar kwaliteitsverbetering op het gebied van incidentbestrijding in de toekomst. 2.6 Afbakening • Detailniveau

Gezien de omvang van de mogelijkheden die soms geheim zijn, is gekozen voor een globale aanpak van het in kaart brengen van technische ontwikkelingen. Vooral wordt ingegaan op het verdiepen in methoden en theorieën over beeld- en besluitvorming. Eigen kennis en ervaringen uit binnenlandstages zijn aangevuld met diverse interviews met mensen die werkzaam zijn op het terrein van incidentbestrijding en oefenen. Tevens is gesproken met mensen die bekend zijn met technologische ontwikkeling die te maken hebben met beeldvorming. De uitkomsten van de interviews zijn opgenomen in bijlage E.

• De aanpak

Voor de uitwerking van de scriptie is een duidelijk hanteerbaar beleidskader aangegeven door het opleidingsinstituut. Voor de uitwerking en toepassing van nieuwe technologische ontwikkelingen en kennisgebieden, is draagvlak nodig van de gebruikers. In deze scriptie is dit reden geweest om gebruik te maken van hun ervaring, kracht en impulsen zodat tijdens het ontwikkelingsproces steeds meer een “bottom up”-benadering is ontstaan. Hierna is middels het toepassen van theorieën getracht om te komen tot een andere visie, onderbouwing van de mogelijkheden en/of onderbouwing van de beperkingen.

• Ambitieniveau

De technische en maatschappelijke ontwikkelingen op het vakgebied van hulpverlening en incidentbestrijding en de toegenomen technische ontwikkelingen in de samenleving verplichten tot een innovatieve aanpak. Dit leidt steeds weer tot het nastreven van een nieuw gewenst veiligheidsniveau. Vernieuwing is noodzakelijk om te komen tot het adequaat functioneren van de bestrijdingsorganisatie. Het ambitieniveau moet derhalve innovatief zijn en hoeft niet direct realistisch te zijn in de vorm van een concreet product. Deze scriptie zou moeten resulteren in een advies voor gebruik van één van de innovaties.

• De afbakening

Het onderzoek beperkt zich tot de Nederlandse situatie van incidentbestrijding en laat de rol van financiën en politieke invloeden buiten beschouwing.

Page 12: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 12

3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 3.1 Inleiding Een crisis of ramp is een gebeurtenis met een enorme impact. Kijken naar een ramp of crisis is voor hulpverleners bijna een vanzelfsprekendheid om informatie te kunnen verkrijgen. Tijdens het verloop van het incident wordt op verschillende niveaus getracht grip te krijgen op het incident door middel van passende acties. Dit hoofdstuk gaat in op definities en de niveaus waarop aan beeldvorming wordt gedaan. Zo wordt inzicht gegeven in de organisatiestructuur van de bestrijding en hoe men beelden vormt. 3.2 Definitie van beeld, incident, crisis en ramp Hierna volgt de definitie van een aantal termen die centraal staan in deze scriptie. De definities zijn geformuleerd op basis van onderzoek van les- en leerstof, wetenschappelijke literatuur en het woordenboek. ‘Beeld’ In de centrale vraag staat het woord beeld centraal. Beeld staat voor beleving,

interpretatie of voorstelling die hulpverleners en/of beslissers hebben voor, tijdens of na het volgen van een incident, crisis of ramp. Deze beleving of voorstelling kan bestaan uit zowel rationele als emotionele aspecten (vertrouwen of angst). (7)

‘Beeldvorming’ Het ontstaan van een opvatting over …… middels waarneming of voorstelling.

Het gaat hier om beelden van de operationele situatie die beslissers binnen de rampenbestrijdingsorganisatie nodig hebben. (7)

‘Incident’ Onvoorziene bijkomstige gebeurtenis of storend voorval dat meestal pijnlijk verloopt. (7) ‘Crisis’ Ernstige bedreiging van basisstructuren of fundamentele waarden en normen van een

sociaal systeem, die bij geringe beslissingstijd en grote onzekerheid noopt tot het nemen van kritische beslissingen. (7)

‘Ramp’ Een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan, waarbij het leven en de

gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad, en waarbij een gecoördineerde inzet van diensten en organisaties van verschillende disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken (volgens de Rampenwet / WRZO art.2).

Ramp is een zogenaamd “sponsbegrip" (8), het is een verwijzing naar

- datgene wat de gebeurtenis veroorzaakt, - de fysieke gevolgen van de gebeurtenis, - de beoordeling van de fysieke gevolgen, - de maatschappelijke ontwrichting die daarvan het gevolg is.

Opmerking: Elke ramp is een crisis. Niet iedere crisis is een ramp. (7) (7) Bron: Definities U. Rosenthal COT, MCDM sheets module 1, de heer J.D. Berghuijs. (8) Bron: Quarantelli, MCDM sheets module 1, de heer M van Duin.

Page 13: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 13

3.3 Niveaus waarop beeldvorming plaatsvindt Op alle niveaus binnen de rampenbestrijdingsstructuur wordt aan beeldvorming gedaan. Hierna wordt middels een organogram (Afb.1) inzicht gegeven in de diverse niveaus. Doel hiervan is om te proberen de lezer een beeld te geven van de complexe organisatiestructuur die over meerdere locaties is verdeeld. Bron voor dit organogram is het instructieboek “leden rampenbestrijding Regionale Brandweer Gelderland-Zuid 2006”.

(Afb.1) Organogram rampenbestrijdingsstructuur

CTPI / COPI / CORT: - coördinator - leidinggevende operationele eenheden - leidinggevenden overige betrokken

diensten - voorlichter - evt. AOV

Eenheden politie

Eenheden brandweer

Eenheden GHOR

(Regionaal) Beleidsteam: - coördinerend burgemeester - burgemeesters - beleidsadviseurs - operationeel leider

Regionaal operationeel team: - (plv.) operationeel leider - sectiehoofden - ondersteunende secties

Commando rampterrein (CoRT)

Regionale actiecentra

Gemeentelijke rampen- managementteams (GRMT’s)

Gemeentelijke actiecentra

Page 14: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 14

3.4 Hoe ontstaat beeldvorming Over één en dezelfde situatie kunnen zeer uiteenlopende beelden bestaan. Indien tijdens een calamiteit of oefening aan de deelnemers wordt gevraagd: “beschrijf de situatie eens zoals je die ter plaatse verwacht?” dan zullen er verschillende beelden volgen. Allemaal geven de deelnemers antwoord op de vraag wat ze zien, hoe zij het incident ervaren en welke herinneringen er bij hen boven komen. Duidelijk is dat niet iedereen naar een ramp kijkt met dezelfde “bril”. Dit kijken door een “bril” wordt ook wel een paradigma genoemd (9). Het vormen van een beeld over een situatie is in een aantal stappen te onderscheiden (10). De stappen zijn voor een deel dezelfde als voor de manier waarop mensen kennis opdoen. De stappen zijn achtereenvolgens: 1. focussen,

2. waarnemen, 3. betekenis geven.

3.4.1 Focussen Onder focussen wordt verstaan “het richten van de aandacht”. Waarop iemand zijn aandacht richt, is afhankelijk van de kennis, ervaring, voorkeur en gewoonten van die persoon. Een brandweerman kijkt naar eventuele gevaren door branduitbreiding en de politieagent richt zijn aandacht vooral op de grote hoeveelheid publiek en de afzetting van het terrein. Focussen wil per definitie zeggen dat slechts een bepaald gedeelte (scherp) wordt waargenomen. Gevolg is dat andere delen niet scherp worden gezien. Focussen wordt gestuurd door de hersenen. De consequenties hiervan zijn: - je ziet wat je wilt zien, - je hoort wat je wilt horen, - je ziet wat je gewend bent om te zien. 3.4.2 Waarnemen Waarnemen is het stadium dat voor of na het focussen komt (10). De aandacht is ergens op gericht door het focussen. Nu is de vraag “wat wordt waargenomen?”. Het waarnemen gebeurt met de zintuigen. Onder de besluitvormers in de rampenbestrijdingswereld zijn vooral kijken en horen gemeengoed. Voelen, proeven en ruiken zijn zintuigen die een minder grote rol spelen bij de beeldvorming in relatie tot rampen. 3.4.3 Betekenis geven Het interpreteren van wat we zien, horen, (aan)voelen, noemen we “betekenis geven” (10). Stel, een brandweerman ziet een aantal brandweermensen werken bij een volledig in brand staand gebouw waarvan de constructie al verzwakt is. Uit ervaring weet hij dat dit een groot gevaar kan opleveren met betrekking tot instortingsgevaar. Het feit dat hij wel eens zo’n ongeluk heeft gezien, maakt dat hij veel waarde hecht aan zijn waarneming. Zijn aandacht blijft op de gevel gericht. De interpretatie zal waarschijnlijk zijn dat dit ook potentieel gevaar oplevert voor de brandweermensen in de omgeving. (9) Kijken met een bepaalde bril naar de werkelijkheid. Bron: van Dale Groot woordenboek der

Nederlandse Taal, G. Geerts en H. Heestermans 2004 (10) Bron: “Hoe neem je de juiste beslissing?” van John Adair 1989

Page 15: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 15

3.4.4 Gevolgen van het kijken door de “bril” De drie stappen van focussen, waarnemen en betekenis geven zijn hiervoor toegelicht. Opgemerkt dient nog te worden dat de drie stappen ook gemaakt worden in situaties waarin het niet mogelijk is om iets te zien. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een brandweerman die in de rook loopt of een duiker onder water. De stappen worden bepaald door de inhoud van de hersenen, zoals kennis, ervaring, overtuiging, voorkeur of gewoonten. Het resultaat wordt bepaald door de “bril” waardoor gekeken wordt. Gevolgen van het kijken door de “bril” zijn dat: - de vulling van de hersenen bij niemand gelijk is, dus het vormen van een beeld over een situatie

ook niet. - de hersenen de waarneming en dus de beeldvorming sturen, hierdoor maken mensen

voortdurend hun eigen werkelijkheid. - je ziet wat je wilt zien, je hoort wat je wilt horen, je ziet wat je gewend bent om te zien. - de individuele werkelijkheden tegenstrijdige beelden van situaties kunnen opleveren.

Page 16: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 16

3.5 Waar willen beslissers heen als ultieme situatie? (Het beeld-Xchange model) Tijdens de interviews met bestuurders en hulpverleners is veel informatie verzameld over waar de beslissers graag heen zouden willen om de ultieme situatie van informatievoorziening te bereiken. Als vaak gehoorde knelpunten bij rampenbestrijding worden genoemd

- informatie tekort, - onduidelijkheid over de werkelijke situatie (de wens om op alle beslisniveau te beschikken over hetzelfde incidentbeeld en voortgang van de bestrijding), - het voorkomen van verschillende beschrijvingen die gaan over hetzelfde probleem.

Om aan te geven waar deze personen heen willen met de beslissingen die binnen de bestrijdingsorganisaties worden genomen, heb ik het beeld-Xchange model ontwikkeld. Het model voorziet in een schematische weergave van een oplossing voor de hiervoor vermelde knelpunten bij rampenbestrijding. Het model beoogt een virtuele driedimensionale box te zijn waarin de activiteiten van de drie beslislagen op het realtime beeld van de casus worden geprojecteerd. Door in de box te kijken is alle informatie beschikbaar en loopt dit chronologisch ten opzichte van elkaar. Binnen de beslislaag kunnen ook beschikbare geautomatiseerde informatiebronnen aan het beeld gekoppeld worden. Ook videoconferenties tussen de teams (beslislagen) kunnen deel uitmaken van het model. Deze scriptie richt zich op het verkrijgen van operationele beelden voor de beslislagen middels audiovisuele hulpmiddelen en de relatie met het beoogde doel om bij onzekerheid beter te kunnen beslissen. Volgens mij kan het beschikken over beeld in deze schematische weergave mogelijk als oplossing centraal staan voor de door de beslissers genoemde knelpunten.

Beelden

? = Beeld van incident (vb. gifwolk boven een woonwijk)

Beeld-Xchange model

GBTGBTGBTGBT

ROTROTROTROT

????

CO RT

Overige informatie uitwisseling via SITRAP of managementsysteem.

Page 17: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 17

4. Technologische ontwikkelingen / innovaties 4.1 Inleiding In dit hoofdstuk zal nader worden ingegaan op de laatste audiovisuele technologische ontwikkelingen/ innovaties die er zijn op het gebied van het verkrijgen van beeld op een bepaalde locatie. Een aantal van de vermelde technologische ontwikkelingen is nieuw voor de brandweer. Ook is er gekeken naar bestaande toepassing die in de afgelopen jaren verder doorontwikkeld zijn. 4.2 Welke ontwikkelingen zijn er? Via internet, de media, vakliteratuur en het leggen van contacten bij Defensie, TNO en de politie zijn diverse audiovisuele technologische ontwikkelingen / innovaties achterhaald. In de volgende paragrafen zal op hoofdlijn een beschrijving van de mogelijkheden worden gegeven. 4.2.1 Politiehelikopter met camera en antenne Veel politiekorpsen roepen de hulp in van de Dienst Luchtvaartpolitie (DLVP) van het Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD) indien iets vanaf de grond moeilijk is te zien of moeilijk in de gaten kan worden gehouden. De luchtvaartpolitie heeft helikopters en vliegtuigen met video- en infraroodcamera’s (Afb.2) die vanuit de lucht veel in de gaten kunnen houden. De helikopters zijn bij vliegweer 24 uur per dag inzetbaar. Met de infraroodcamera kan ook in het donker worden gewerkt en kunnen bij brand verschillende temperatuurgebieden worden aangegeven. Op de onderstaande foto is de camera in de witte bol onder de helikopter duidelijk te zien.

Camera (Afb.2) Politiehelikopter

De KLPD kan de beelden beschikbaar stellen aan politie-eenheden via een verbindingswagen of een ontvanger die ter plaatse na de landing van de helikopter wordt uitgereikt. Inmiddels zijn ook vele politiebureaus uitgerust met een eigen antenne. Ook zijn er websites zoals www.schellinger.demon.nl waar zendamateurs zich bezig houden met het (illegaal) ontvangen van de door de helikopter verzonden radiosignalen. Onderstaande beelden zijn afdrukken uit een film gemaakt met de camera van de helikopter tijdens de oefening Bonfire (Afb.3-7) en tijdens het grote scheepvaart-spektakel Sail (Afb.8) en geven een indruk van de mogelijkheden.

Page 18: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 18

(Afb.3) Zicht op de Arena (Afb.4) Eenheden in CTPI overleg

(Afb.5) Zicht op het incident (Afb.6) Gevaarlijk werken, 2 man op ladder?

(Afb.7) Vergeten eenheden in uitgangstelling? (Afb.8) Blusboot in gedrang tijdens Sail Om een indruk te geven van de informatie die te halen is uit de beelden, zijn teksten onder de foto’s vermeld. Hiermee is aangetoond dat het mogelijk is om tijdig in te grijpen indien er dingen dreigen mis te gaan of om een beter beeld te hebben van de werkelijke situatie. In hoofdstuk 6, over de toepasbaarheid, zal verder worden ingegaan op de wenselijkheid en de gevaren die aan de getrokken conclusies op basis van de beelden verbonden zijn. Opvallend is dat de ruimte van het laagste beslissersniveau COPI/CORT in de multidisciplinaire commandohaakarmcontainer (COH) niet standaard is uitgerust met een antenne/ontvanger voor de helikopterbeelden. Juist in die ruimte is de kans op het bekijken van dergelijke beelden denkbaar.

Page 19: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 19

4.2.2 Robothelikopter Robothelikopters zijn er globaal in twee uitvoering: de mini-helikopter (Afb.9) en het propellerwiel (Afb.10). De robothelikopter wordt met een afstandbediening bestuurd als ware het een radiografisch modelvliegtuig. De uitvoeringen kenmerken zich door speciale technieken die er voor zorgen dat de helikopter horizontaal blijft waardoor er rustige camerabeelden ontstaan. (Afb.9) Uitvoering mini-helikopter (Afb.10) Uitvoering propellerwiel Noot: Op de website www.tedas.nl/index.php?=60 zijn demonstratiefilms te zien van de

robothelikopter in actie. 4.2.3 Onbemande vliegtuigen Onbemande vliegtuigen worden door het ISTAR-bataljon van Defensie gebruikt. Het ISTAR-bataljon is gelegerd op de Tonnetkazerne (’t Harde bij Oldebroek). ISTAR staat voor Intelligence, Surveillance, Target Acquisition and Reconnaissance (informatie verzamelen, bewaken, doelopsporing en verkenning). Het bataljon (700 mensen) verzamelt, analyseert en geeft inlichtingenadvies aan de operationele commandanten. Het kunnen beschikken over tijdig en gevalideerde inlichtingen is van doorslaggevend belang voor het behalen van militair succes. Het bataljon beschikt over verkenningseenheden die zijn uitgerust met zeer geavanceerd materiaal. Verder maakt het bataljon gebruik van materiaal, kennis en vaardigheden op het gebied van beeld-, computer-, radio- en frequentietechnologie. In het kader van deze scriptie is een bezoek gebracht met als doel te bezien of ISTAR iets kan betekenen voor het leveren van beelden ten bate van de multidisciplinaire bestrijding van incidenten en mijn beeld-Xchange model. Daarnaast is gekeken of de bestrijdingsorganisaties iets van Defensie kunnen leren van de manier waarop de aangeboden beelden worden verkregen, hoe ze er beslissen op basis van de beelden (besluitvormingstechnieken) en wat er bij gebruik van de beelden extra van de besluitvormer verwacht wordt (werkmethoden, beslistechnieken, procedures ed.) Op dit moment zijn er bij het ISTAR-bataljon twee typen onbemande vliegtuigen in gebruik, namelijk de Sperwer (Afb.11) en de Aladin. Ten opzichte van de robothelikopter onderscheiden deze toestellen zich omdat ze groter zijn, een lanceerplatform nodig hebben, op grotere hoogte kunnen vliegen en ze

Page 20: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 20

zich gedraagt als een vliegtuig. Defensie zet het onbemande vliegtuig in als verkenner. De Sperwer is in staat om ook in het donker te vliegen. Belangrijk voordeel van onbemande vliegtuigen voor het vormen van beeld is dat er geen gevaar is voor het personeel. In het kader van de rampenbestrijding kunnen deze vliegtuigen derhalve ook om die reden uitstekend worden toegepast. Hierbij moet gedacht worden aan het vliegen in gaswolken of als er sprake is van radioactieve straling. Beperking van deze onbemande vliegtuigen van Defensie is, dat ze niet boven Nederland mogen vliegen. De onbemande toestellen vallen onder de militaire luchtvaarteisen. Het bereik van de toestellen is circa 90 km en de toestellen moeten landen op een hiervoor speciaal aangewezen terrein. In Nederland is alleen het Defensie schietkamp in ’t Harde aangewezen om te mogen landen. Reden hiervoor is dat er bij de landing veel ruimte nodig is omdat de Sperwer middels parachutes landt en de klap op de grond wordt opgevangen door grote airbags. Overwogen moet worden of het uitrusten van een gevechtshelikopter of F16-gevechtsvliegtuig met dezelfde camera dan een beter alternatief is. Ten opzichte van de politiehelikopter zijn er dan echter geen noemenswaardige verschillen meer en valt deze optie buiten het onderzoeksgebied van deze scriptie.

(Afb.11) Onbemand Defensie vliegtuig Sperwer

Naast de onbemande toepassing maakt Defensie (ISTAR) ook gebruik van satellietbeelden en is er dus ook een relatie met de techniek beschreven in hoofdstuk 4.2.4. 4.2.4 Satellietbeelden / Google Earth Een satelliet is een object in een baan om de aarde. Op hoofdlijn zijn satellieten onder te verdelen in communicatie-, navigatie-, observatie-, weer- en spionagesatellieten. Alle satellieten worden gebruikt om informatie in te winnen door middel van observeren. Satellietbeelden kenmerken zich door het feit dat de mens op de aarde er geen weet van heeft dat er geobserveerd wordt. Geostationaire satellieten hangen op 36.000 km hoogte op een vast punt boven de evenaar (Afb.12). Op die hoogte is de omloopsnelheid exact gelijk aan die van de aarde (24 uren). Voordeel is dat de antennes van de satelliet op een vast punt op de aarde gericht kunnen blijven. Niet-geostationaire satellieten bewegen met een bepaalde snelheid en onder een hoek over het aardoppervlak. Dit betekent dat ze een langere omlooptijd hebben. Belangrijke vraag is hoe snel de beelden na de opname beschikbaar kunnen zijn. Op basis van informatie verkregen van commerciële leveranciers gaan er ten minste enkele weken voorbij voordat de beelden geleverd kunnen worden. Dit komt omdat de foto’s eerst bewerkt en ontwikkeld moeten worden. Feitelijk gaat het dan om een soort luchtfoto (Afb.13). Dit roept de vraag op of Defensie dergelijke beelden sneller en met meer details kan leveren (afkomstig van spionage- satellieten).

Page 21: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 21

(Afb.12) ESA Envisat satelliet

(Afb.13) Satelliet foto Vaticaanstad, Gemaakt door de IKONOS satelliet Defensie (spionage)satelliet Uit mijn stagebezoek is gebleken dat Defensie niet beschikt over mogelijkheden om via een satelliet live-beelden te bekijken. In 2006 is een systeem succesvol getest maar gezien de hoge kosten is (voorlopig) niet tot aanschaf overgegaan. Op dit moment worden bewegende beelden verkregen via het Amerikaanse leger of door aankoop van foto’s via particuliere bedrijven. Deze werkwijze kost Defensie circa 7 dagen (11). Voor de Nederlandse Defensie is het meekijken, waar dan ook ter wereld en bij wijze van spreken “in iemands broekzak” zoals in het voorwoord, voorlopig nog fictie. Remsat In Canada wordt momenteel het REMSAT project ontwikkeld. REMSAT is een incident- managementsysteem voor grootschalige calamiteiten op plaatsen zonder telecommunicatie-infrastructuur of op plaatsen waar de traditionele verbindingsmiddelen niet meer werken. Het doel van het systeem is om alle niveau’s van het beslissers te voorzien van de meest actuele gegevens en beelden die voor hen van toepassing zijn. Daartoe worden aardobservatietechnieken ingezet, GPS en analoge en digitale satellietcommunicatie. In de bijlage treft u informatie over dit project aan. (11) Aldus de Overste R. Schravendeel van het ISTAR-bataljon.

Page 22: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 22

4.2.5 Luchtfoto Op hoofdlijn kunnen we het gebruik van luchtfoto’s voor beeldvorming onderscheiden in reeds genomen luchtfoto’s, foto’s toegepast in een informatiesysteem en luchtfoto’s ten tijde van het incident. Opdracht bij een incident Om een beeld van de incidentsituatie te krijgen, wordt aan een extern en gespecialiseerd luchtvaartbedrijf (bijvoorbeeld Aerodata) opdracht gegeven om een luchtfoto te maken van het betreffende gebied. Beperking van deze toepassing is dat deze techniek weersafhankelijk is en er geen nachtfoto’s kunnen worden gemaakt. Met betrekking tot de tijd is een en ander afhankelijk van de vliegtijd, ontwikkeltijd en bezorgtijd. Gevolg is dat er mogelijk sprake zal zijn van een achterhaalde situatie. Wellicht ten overvloede wordt opgemerkt dat ook de helikopter van de KLPD voorzieningen heeft om luchtfoto’s te maken. Toegepast in een informatiesysteem Veel gemeenten en (semi-)overheidsinstanties maken gebruik van luchtfoto’s in hun GIS-systeem (Geografisch Informatie Systeem). Binnen het GIS-systeem worden diverse functies gecombineerd. Hierbij moet o.a. gedacht worden aan kadastrale gegevens en leidingwerk (communicatie, gas, elektra, waterleiding en brandkranen). Verder is het een basis gegevensbestand dat aangevuld wordt met informatie over eigenaren, bewonersaantal per adres, vergunningen, vastgoed gegevens en onroerend zaak belasting (OZB) voor een object. Kortom, er is veel informatie beschikbaar. Door koppelingen te maken kan deze informatie wellicht ook toegepast worden bij de incidentbestrijding. Een mogelijk voorbeeld wordt hierna beschreven. In de gemeente Neder-Betuwe bevindt zich langs de rivier de Waal een overnachtingshaven voor scheepvaart. Aanleggen van schepen met gevaarlijke stoffen als lading is mogelijk. Naast deze haven ligt de dorpskern IJzendoorn. Bij een lekkage kunnen er vragen komen over bijvoorbeeld: - Hoe groot is die haven? - Hoeveel schepen kunnen er maximaal in en hoeveel liggen er nu? - Wat is de afstand tot de dorpskern? - Hoeveel mensen wonen er? Via een luchtfoto (Afb.14) kan een eerste aanname worden gemaakt en via het GIS-systeem (Afb.15) kan de informatie direct worden verkregen.

(Afb.14) Overzicht van schepen in de overnachtinghaven van IJzendoorn

Page 23: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 23

(Afb.15) Een door de gemeente Neder-Betuwe in het GIS-systeem bewerkte luchtfoto met daarin in rood aangegeven woningbouw en in blauw de perceelgrenzen conform het kadaster

4.2.6 Panoramafoto Naast luchtfoto’s kunnen er (al dan niet verwerkt in een GIS-systeem) ook panoramafoto’s worden gemaakt. Een panoramafoto (Afb.16) onderscheidt zich van een normale foto doordat deze een bereik heeft van 360 graden vanuit het standpunt waar het beeld wordt gemaakt. Hierdoor wordt een ruimtelijk beeld geven. De foto’s worden met een speciaal voertuig gemaakt (Afb.17). Omdat locatie- en oriëntatiecoördinaten worden geregistreerd en gekoppeld, is de exacte positie van de opname bekend. Door deze geometrische kenmerken kunnen er ook metingen in de foto’s worden verricht.

(Afb.16) 360 graden panoramafoto van de Keizersgracht te Amsterdam

(Afb.17) Opnamevoertuig panoramafoto

Page 24: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 24

Als toepassingsmogelijkheden worden gezien: - antwoord geven op tal van praktische vragen zoals hoe hoog is het raam in de gevel en kan de brandweer die bereiken met een ladderwagen. Of hoe dicht staan objecten op elkaar en is brandoverslag mogelijk. - de mogelijkheid om een beeld van vóór het incident naast het huidige beeld van het incident te zetten zodat de impact kan worden vergeleken. De leverancier Cyclomedia heeft ook systemen waarbij direct in een voertuig gebruik gemaakt kan worden van de informatie. Ook de bij veel brandweerkorpsen gebruikte bereikbaarheidskaarten kunnen hieraan gekoppeld worden. Naast de hiervoor beschreven mogelijkheid is het aardig om te vermelden dat op basis van de panoramafoto ook een realistische 3D-wereld kan worden gecreëerd (Afb.18 en 19). Deze toepassing van Virtual Reality komen we vooral tegen bij de hulpverleningsdiensten in het kader van het oefenen en opleiden.

(Afb.18) Panoramafoto (Afb.19) Virtueel beeld

4.2.7 Camerabewaking Cameratoezicht is in de afgelopen jaren al een vanzelfsprekend instrument geworden in het arsenaal van middelen om de veiligheid op straat, in winkelcentra, wooncomplexen, op stations, bedrijvenparken en snelwegen te vergroten. Maar liefst één op vijf gemeenten heeft volgens het Centraal Plan Bureau (CPB) camera’s ingezet voor de openbare orde, toezicht en veiligheid. Deze camera’s staan vaak opgesteld op locaties die kenmerken bezitten op basis waarvan aangenomen kan worden dat daar ook een ernstig incident kan gebeuren. Doel is nu om middels de camerabewaking dreigingen te signaleren en tijdig maatregelen te nemen om een incident te voorkomen. Vaak is de politie via deze camera’s toezichthouder. Door ook multidisciplinair gebruik te maken van deze beelden als er een daadwerkelijk probleem is, kan men wellicht ook betere beslissingen nemen over de bestrijding. Uit de verzamelde informatie over de systemen van camerabewaking blijkt het volgende: Nadeel = Er is slechts een beperkt aantal camera’s dat daadwerkelijk bestuurd kan

worden (Afb.20). Vaak zijn de camera’s gericht op een vast punt en worden beelden alleen opgenomen. (Afb.21) Om deze beeldinformatie bij de besluitvormers te krijgen, is een uitgebreide infrastructuur nodig. Daarnaast is het gebruik van beelden gebonden aan vele zorgvuldigheidseisen (privacy).

Verder wordt door de geïnterviewden als een nadeel aangegeven dat na een explosie de camera’s defect zijn geraakt, bedolven onder het puin liggen of dat door de rook- of stofwolk er geen zicht meer is. (Afb.24)

Voordeel = Toepassingen en/of mogelijkheden van vast opgestelde bewakingscamera’s

worden vooral gezien in het kader van opsporing en het strafrechtelijke traject.

Page 25: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 25

(Afb.20) 360 graden bewaking (Afb.21) Object bewaking inclusief afstandbediening

Noot: In de afgelopen periode zijn in het kader van het opsporen van daders regelmatig beelden vertoond die verkregen waren door bewakingcamera’s (Afb.22-23). Het volgende bericht verscheen onlangs in de media. Verdachte mislukte terreuraanslag Duitsland opgepaktVerdachte mislukte terreuraanslag Duitsland opgepaktVerdachte mislukte terreuraanslag Duitsland opgepaktVerdachte mislukte terreuraanslag Duitsland opgepakt KIEL KIEL KIEL KIEL ---- Een van de twee verdachten van de mislukte terreuraanslag eind juli op twee Duitse treinen is zaterdag op Een van de twee verdachten van de mislukte terreuraanslag eind juli op twee Duitse treinen is zaterdag op Een van de twee verdachten van de mislukte terreuraanslag eind juli op twee Duitse treinen is zaterdag op Een van de twee verdachten van de mislukte terreuraanslag eind juli op twee Duitse treinen is zaterdag op het station van de Noordhet station van de Noordhet station van de Noordhet station van de Noord----Duitse stad Kiel opgepakt. Dat heeft heDuitse stad Kiel opgepakt. Dat heeft heDuitse stad Kiel opgepakt. Dat heeft heDuitse stad Kiel opgepakt. Dat heeft het federale Openbaar Ministerie in Karlsruhe laten t federale Openbaar Ministerie in Karlsruhe laten t federale Openbaar Ministerie in Karlsruhe laten t federale Openbaar Ministerie in Karlsruhe laten weten.weten.weten.weten. Het gaat bij de arrestant om een student van Libanese origine, zo meldt het weekblad Focus op zijn website. De arrestatie is mogelijk geworden door informatie van een buitenlandse geheime dienst, aldus Focus op gezag van bronnen die betrokken zijn bij het onderzoek. Het treinstation in de stad Kiel in het noorden van Duitsland is zaterdagmorgen vijf uur lang gesloten geweest. De sluiting hield verband met het politieonderzoek naar de twee personen die worden verdacht van het plaatsen van kofferbommen eind juli in twee Duitse treinen. Een woordvoerder van de politie zei dat tijdens het onderzoek in Kiel geen treinverkeer van en naar de havenstad mogelijk was. De politie onderzocht onder meer bagage op het station. KofferbommenKofferbommenKofferbommenKofferbommen De Duitse politie meldde vrijdag dat het land eind vorige maand hoogstwaarschijnlijk aan een terroristische aanslag is ontsnapt. Politiefunctionarissen zeiden dat kofferbommen die op 31 juli in twee regionale treinen bij Koblenz en Dortmund waren aangetroffen, alleen door een constructiefout niet zijn ontploft. De politie heeft twee verdachten weten te identificeren door opnamen van bewakingscamera's op stations. Op de beelden zijn de donkerharige mannen te zien die de koffers perrons van een station in Keulen oprijden. De twee treinen reden daarvandaan richting Koblenz en Dortmund. De politie heeft 50.000 euro uitgeloofd voor de gouden tip die leidt tot de arrestatie van het duo. LinkLinkLinkLink De Duitse federale recherche onderzoekt of er een link is tussen Nederland en twee mislukte aanslagen. Mogelijk had een van de twee personen die de explosieven in Keulen in twee treinen plaatsten, banden met Nederland. Volgens onderzoekers lijkt een van de twee verdachten de uiterlijke kenmerken te hebben van een Indonesiër, meldde het Duitse weekblad Focus zaterdag. De onderzoekers breidden daarom hun onderzoek uit naar Nederland, waar radicale moslims uit de Nederlandse oud-kolonie Indonesië leven, aldus Focus. De deskundigen sluiten echter ook een Arabische achtergrond van de daders niet uit. Zij analyseerden een aantal opnamen van bewakingscamera's.

Page 26: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 26

Een indruk van beelden gemaakt met bewakingscamera’s

(Afb.22) Kofferbom Kiel

(Afb.23) Terreurverdachten London (Afb.24) Beperkt zicht na een explosie in een metrostation

Samengevat: Camerabewaking kan tijdens de bestrijding van incidenten en rampen een bijdrage leveren aan het verkrijgen van beeld bij de beslissers. Vooral beelden afkomstig van cameratoezicht van snelwegen, belangrijke objecten en straten in het centrum van steden zijn waardevol. Uit interviews gehouden met de beslissers bleek dat het wel wenselijk is dat de beelden “live” te bekijken zijn. Uit onderzoek is gebleken dat momenteel de beelden afkomstig van deze systemen vaak alleen te zien zijn bij de politie of particuliere bewakingsdiensten. In het kader van deze scriptie wordt aanbevolen om deze ook te ontsluiten in de COH of ROT/RBT ruimten waar beslissers hun werk moeten doen. Voor de beoordeling van de individuele technologisch ontwikkelingen en hoe realistisch de genoemde visuele middelen het beeld van een operationele situatie kunnen “pakken” wordt verwezen naar hoofdstuk 6.2.5.

Page 27: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 27

5. Theorieën over onzekerheid en besluitvorming

5.1 Inleiding Bij de bestrijding van grote incidenten zijn er vaak vele factoren die onzeker zijn. Deze zorgen ervoor dat het voorspellen van de gevolgen, die de te maken keuzen met zich meebrengen, niet precies kan gebeuren. Desondanks moet weloverwogen worden besloten welke beleidskeuze de voorkeur geniet. De kunstmatige intelligentie en de wiskunde bieden diverse technieken om met deze problemen om te gaan. In dit hoofdstuk zal een overzicht worden gegeven van de belangrijkste begrippen en technieken op dit gebied. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op methoden hoe je het beste om kunt gaan met beelden, hoe het proces van besluitvorming in elkaar zit en welke instrumenten er zijn om bij onzekerheid te kunnen beslissen. Door deze theorieën te koppelen aan de audiovisuele hulpmiddelen en managementinformatiesystemen zoals ICIS, kan worden gekomen tot een hogere kwaliteit van besluitvorming. 5.2 Hoe omgaan met beelden (mindmapping) Met behulp van de beschreven audiovisuele technologische hulpmiddelen kan een grote hoeveelheid aan nieuwe beelden worden ontvangen. Om bij het zien van de beelden een selectie te maken van die zaken die er echt toe doen, kan een speciale techniek (mindmappping) worden gebruikt. Een mindmap is letterlijk vertaald een gedachtenkaart. Met behulp van een mindmap maak je expliciet waar je op focust en dus wat je geneigd bent waar te nemen. Mindmappen is een manier om beide hersenhelften samen goed te gebruiken. Bij het schrijven van teksten wordt in de westerse wereld normaal gesproken met rijen en kolommen gewerkt en van links naar rechts en van boven naar beneden. Bij mindmapping wordt vanuit het midden van het papier naar buiten gewerkt. Mindmapping biedt een goede mogelijkheid om de complexiteit van een incident op één A4 weer te geven. Het is een goede techniek om zeer compact samenvattingen te maken. Mindmapping kent twee verschijningsvormen, namelijk de cartoon (Afb.27) en het plotten van symbolen (Afb.28). De onderstaande afbeelding is een mindmap (cartoon) van een explosie van een bij een tankstation lossende LPG tankwagen in de kern van de plaats Echteld. Tevens is voor dezelfde casus een afbeelding van een mindmap (plot) weergegeven. Feitelijk gaat het om situaties waaraan kernwaarnemingen worden toegevoegd. (Afb.27) Mindmap middels Cartoon

Page 28: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 28

(Afb.28) Mindmap middels Plot

Noot: “ Een mindmap (plot en/of cartoon) hoeft niet de mindmap van een ander te zijn”

Noot: Een bekende uitspraak luidt “een afbeelding zegt meer dan 1000 woorden”

Page 29: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 29

5.3 Beelden en informatie binnen het besluitvormingsproces 5.3.1 Inleiding Onder besluitvorming wordt het volgende verstaan. Een besluit is een beslissing waartoe men na overweging of beraadslaging van de beschikbare informatie komt. Men moet zich realiseren dat er aan een besluit een zekere mate van verwarring of enige aarzeling voorafgaat. Is er geen keuzemogelijkheid, dan hoeft ook geen besluit te worden genomen. In een organisatie kan het besluitvormingsproces als volgt verlopen: 1. Vaststellen van één of meerdere problemen of van de behoefte of noodzaak om een besluit te

nemen. 2. Onderzoek naar en vaststellen van de mogelijke alternatieven. 3. Keuze maken uit alternatieven. 4. Bekend maken en (laten) uitvoeren van de besluiten. 5. Toetsen van de resultaten aan het / de besluit(en) Dit is het terugkoppelingsmechanisme /

loop. Beslissingen vinden plaats op verschillende niveaus binnen een organisatie. 5.3.2 Effect van te veel of te weinig informatie Te veel informatie Informatie heeft verschillende functies binnen het besluitvormingsproces. Informatie is het belangrijkste instrument van de beslisser, maar kan verkeerd worden gehanteerd. Zo werkt veel informatie de subjectieve onzekerheid over een keuze-alternatief tegen, doordat het risico nauwkeuriger bekend wordt. Meer informatie is functioneel in de zin dat het leidt tot een toename van het vertrouwen dat de beslisser heeft in zijn beslissingen. Daarentegen is te veel informatie niet functioneel, in die zin dat soms minder goede beslissingen worden genomen, doordat de beslisser door ‘de bomen het bos niet meer ziet’. Vaak wordt maar een klein deel van de ingewonnen informatie gebruikt, terwijl er juist veel vertrouwen kan worden verkregen als beslissingen worden gemaakt op basis van een grotere hoeveelheid aan beschikbare informatie. De kosten van de inspanning om een goede beslissing te nemen worden de gedragskosten van een beslissing genoemd. Deze gedragskosten zullen moeten worden afgewogen tegen de verwachte voordelen van een betere beslissing. Verstandig is, om niet zo maar te beginnen met het verzamelen van informatie. Een mogelijkheid is bijvoorbeeld om het volgende model van informatieverwerking (12) (Afb.29) toe te passen. (12) Bron: Vuistregels bij besluitvorming, B.S. Bree 1989

Page 30: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 30

(Afb.29) Model informatieverwerking

Informatie bij het besluitvormingsproces kan tevens dienen ter rechtvaardiging achteraf, als de feitelijke beslissing al is genomen, als de voorkeur van het alternatief al vaststaat of als vertraging van het besluitvormingsproces, zodat men een lastige beslissing kan uitstellen. Te veel informatie kan de kwaliteit van de beslissing doen afnemen, vooral als de redundante informatie (13) de relevante informatie als het ware overwoekerd. Gesteld wordt, dat een informatie ‘overload’ van veel (13) Redundante informatie is overbodige of overtollige informatie en/of gegevens

Probleem herkenning

Intern zoekgedrag naar alternatieven

Extern zoekgedrag naar alternatieven

Incidentele keuze Weinig tijd beschikbaar!

Structurele keuze Veel tijd beschikbaar!

Uitwerking keuze

Definitieve keuze

Verwachte attitude secundaire affectieve reactie

Toets sociale normen en gedragsintentie

Page 31: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 31

alternatieven schadelijker is voor de kwaliteit van de beslissing dan te veel attributen (eigenschappen van de beslissing). Daarom kan men zich dus beter richten op het reduceren van het aantal keuze-alternatieven (beelden) dan op de hoeveelheid informatie per alternatief. Een andere oorzaak van informatie ‘overload’ is dat sommige beelden rijk zijn aan relevante informatie. Ook hier geldt weer dat er te veel informatie aanwezig kan zijn. Uit onderzoek blijkt dat informatie ‘overload’ tevens afhankelijk is van de persoon. Belangrijke factoren hierbij zijn bijvoorbeeld het opleidingsniveau en zijn sociale omgeving. Hierbij moet vermeld worden dat uitgekeken moet worden dat er niet te snel wordt gegeneraliseerd. Te weinig informatie Voor sommige beslissingen is de informatie die men in het geheugen heeft voldoende om beslissingen te nemen. Dit komt voor bij routinematige keuzen zoals bijvoorbeeld herhalingsactiviteiten. Indien daarentegen de opgeslagen informatie onvoldoende is, kan men actief naar aanvullende informatie zoeken. Belangrijk is, dat men ervan bewust is, dat men te maken kan hebben met te weinig informatie om een beslissing te kunnen nemen. Zodra men hiervan bewust is, moet er een beslissing gemaakt worden over welke informatie als nog moet worden ingewonnen. Hieruit blijkt dus, dat er sprake is van beslissingen over beslissingen. Deze “lus of loop” kan zich meerdere malen herhalen. Bij te weinig informatie is het belangrijk om te weten hoe men de informatie wél verkrijgt en verwerkt. De gewenste informatie is afhankelijk van het niveau van de beslissing. In dit verband wordt het volgende onderscheid gemaakt tussen de niveaus van beslissingen:

- generieke beslissingen (14) - modale beslissingen (15) (vergelijkbaarheid van de alternatieven en de - specifieke beslissingen (16) informatiebehoeften worden hoger)

Belangrijk is om als beslisser hiervan bewust te zijn. Om tot de juiste hoeveelheid informatie te komen bij het besluitvormingsproces is het tevens belangrijk om te handelen volgens een vooraf vastgesteld beslissingsproces. Een aantal vormen is reeds genoemd. Vaak gaat het om ideaaltypen en moet gekozen worden voor een middenweg. Binnen de brandweer kennen we de zogenaamde “eenheden bevelvoeringprocedure” (Afb.30). (Afb.30) Eenheden bevelvoeringprocedure

(14) Generieke beslissing is een keuze betreffende of eigen aan één soort. (15) Modale beslissing is de wijze waarop het predikaat aan het subject toekomt van een gemiddeld niveau. (16) Specifieke beslissing is het maken van een gerichte keuze.

Verzamelen info Beeld- & Oordeelvorming Besluitvorming

Uitvoering Controle Evaluatie

Page 32: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 32

De eenheden bevelvoeringprocedure Bevelvoerders bij de brandweer wordt geleerd om te beslissen conform de eenheden bevelvoeringprocedure (17). De procedure bestaat uit een aantal stappen om te komen tot een plan, beslissingen, uitvoering en controle. De stappen van de eenheden bevelvoeringprocedure zijn:

1. Overweeg de toestand 2. Overweeg de toestand en wijze van optreden 3. Maak een voorlopig plan 4. Maak een verkenningsplan 5. Ga verkennen 6. Neem een besluit 7. Geef een bevel 8. Geef leiding en controleer de uitvoering van het bevel

5.3.3. Vijf stappen voor het vergaren van informatie Binnen besluitvormingsprocessen kan gekozen worden om het vergaren en inschatten van informatie te optimaliseren. Bij de uitleg wordt uitgegaan van de eerder gehanteerde casus in Echteld waarbij een LPG-tankwagen is geëxplodeerd. Via beelden wordt het dorp Echteld vanuit de lucht bekeken. Er staan daar veel huizen in brand, het zijn er teveel om te tellen. Toch is deze informatie nodig om te kunnen bepalen hoeveel brandweereenheden ingezet moeten worden om het vuurfront te stoppen. Dergelijke inschattingen en informatie-vergaringen kunnen gedaan worden met het volgende 5 stappen plan (Afb.31) (18).

Het 5 stappen plan voor informatie inschatten: Stap:1. Bepaal de betekenis van de schatting van een gegeven. Een schatting kan

betrouwbaar worden door in plaats van één waarde een marge te nemen. Daarbij zou vervolgens een betrouwbaarheidspercentage vermeld moeten worden. Dit percentage geeft de betrouwbaarheid van de marge weer. Deze maatregelen zijn nodig als verantwoordingsfunctie. Als achteraf blijkt dat de gegevens niet binnen de marge passen, dan kan de persoon die de schatting heeft gemaakt hiervoor aansprakelijk worden gesteld. Daarnaast kan het betrouwbaarheidspercentage ook gebruikt worden als indicatie. Blijkt namelijk dat het percentage op een dermate laag niveau zit (de marge is dus slecht te vertrouwen), dan kan worden besloten om meer informatie te zoeken van het betreffende gegeven. Door vervolgens de informatie weer te beoordelen met het betrouwbaarheidspercentage kan wederom worden vastgesteld of er nog meer informatie moet worden gezocht. Op deze wijze voorkomt men dat te weinig informatie wordt gebruikt tijdens het beslissingsproces.

Stap 2. Deze fase kent een duidelijke aansluiting bij stap 1. Wanneer de marges en het

betrouwbaarheidspercentage van de schatting zijn vastgesteld, moet er voor worden gezorgd, dat de persoon die deze schattingen maakt, tijdig feedback krijgt over de nauwkeurigheid. Zo wordt er getraind om excellent te willen presteren binnen het besluitvormingsproces.

(17) Bron: module brandmeester Nibra 2004 (18) Bron: Informatiehuishouding Prof. Dr. C. Brevoord 1991

Page 33: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 33

Stap 3. Stel regelmatig een passend aantal niet-bevestigende vragen omtrent de informatie. Deze vragen zijn nodig om eventuele andere zaken aan het licht te brengen die niet binnen het huidige denkpatroon passen. Uit onderzoek blijkt namelijk dat een eerste indruk belangrijk is (zeker indien weinig informatie is verzameld). Bij een gunstige eerste indruk over een keuzebeeld zal de cognitieve uitwerking (19) in de richting gaan van het benadrukken van gunstige kenmerken van het beeld. Bij een ongunstige eerste indruk wordt meer de nadruk gelegd op ongunstige kenmerken van het object. Dit wordt het zogenaamde primacy effect (20) genoemd.

Stap 4. Ontdek de bronnen van toekomstige problemen. Stap 5. De beslisser moet zich beperken tot de informatie die men aankan. Te veel informatie

leidt tot overbelasting. Daarom moet men ervan bewust zijn of men de hoeveelheid informatie kan verwerken.

(Afb.31) Weergave van ‘Het 5 stappen plan voor informatie inschatten en vergaren’ (19) cognitieve uitwerking is het maken van een keuze op basis van waarneming, taal of denken. (20) primacy effect wordt ook wel genoemd voorrang effect. Bij de ongunstige eerste indruk wordt meer

nadruk gelegd op het ongunstige.

Stap 1. Schat het gegeven

Stap 2. Bepaal de marge / betrouwbaarheid

Stap 3. Stel passend aantal niet-

bevestigende vragen

Stap 4. Ontdek bronnen van toekomstige

problemen

Stap 5. Voorkom overbelasting door te

veel informatie

Page 34: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 34

5.3.4 Complexiteit van besluitvorming Er wordt een beslissing genomen door een “higher control”. Normaal gesproken wordt deze mede door de hiërarchische structuur van incidentbestrijding altijd uitgevoerd. Als de leiding van de bestrijding nu een beslissing maakt die zo complex is, dat de eenheden deze beslissing niet of gedeeltelijk kunnen uitvoeren, is de genomen beslissing dus te gecompliceerd. Oorzaken hiervoor kunnen onder andere zijn:

a. Het blijkt dat het genomen besluit geenszins gebaseerd is op een rationele basis, maar dat er een sterke bijmenging is van emotie, machtspolitiek, een vooraf genomen standpunt, invloed van andere mensen of de eigen waarden van de beslisser(s).

b. Het personeel van de eenheden is niet of niet voldoende bekwaam om het uitvoeren van de beslissing in goede banen te leiden.

c. De informatie om het besluit te nemen is niet of niet voldoende aanwezig. Oplossingen voor deze problemen kunnen onder andere de volgende zijn:

a1. De leiding van de bestrijding moet elke beslissing goed overleggen en de beschikbare informatie gebruiken en afwegen. Er moet eenduidigheid zijn en de gehele leiding moet het met die specifieke beslissing eens zijn of zich hier aan conformeren.

b1. De organisaties moeten ervoor zorgen dat het personeel een opleiding of de kennis heeft die specifiek bij de taken van het personeelslid horen. Dit kan bewerkstelligd worden door het verzorgen van gerichte interne opleidingen.

c1. Een goed informatiesysteem is zeer belangrijk om de leiding van een bestrijding te ondersteunen bij het maken van beslissingen en het geven van opdrachten. De gegevens, beelden, SITRAP’s, nader berichten ed. moeten juist zijn, up-to-date en eenduidig.

Noot: Ondanks alle hulpmiddelen en methoden blijft er sprake van een menselijk factor bij het maken van beslissingen. Dit aspect is een zeer belangrijk facet. Een mens heeft namelijk ervaring en kan rationeel denken waardoor de beslissing altijd “gekleurd” zal zijn. 5.3.5 Afstemming van besluitvorming en informatie Aan elke beslissing ligt informatie ten grondslag. Aan de hand van besluiten wordt de incidentbestrijding bestuurd. Voor zowel besluitvorming als besturing binnen een keten van hulpverleningsdiensten (eenheden) dient er dus voldoende informatie te zijn. Deze informatie moet aan verschillende kwaliteitseisen voldoen, waarvan de volgende de belangrijkste zijn: * de informatie moet consistent zijn, * de informatie moet eenduidig zijn, * de informatie moet tijdig zijn, * de informatie moet juist zijn. Hieruit blijkt dat informatie de basis is van het gehele functioneren van een hulpverleningsketen (lees: de organisatiestructuur). Indien informatie niet aan deze kwaliteitseisen voldoet, kan het mogelijk zijn dat er binnen de hulpverleningsketen foutieve of onvolledige beslissingen worden genomen. Dit kan leiden tot een slechte besturing. Men moet er zich dus van bewust zijn dat de informatie doorwerkt in de aspecten aansturing en besluitvorming. Als men besluit nieuwe technologische ontwikkelingen in te zetten, moet men zich goed concentreren op de vraag welke informatie er nodig is en wat men wil zien. Om te weten wat men wil, moet men informatie verzamelen die goed geselecteerd moet worden. Als men de juiste informatie heeft (kwaliteitseis) en als de informatie volledig is (kwaliteitseis) kan men beter besluiten over de inzet van een technologische ontwikkeling. Is men eenmaal in het bezit van een technologische ontwikkeling dan kan men met behulp van de informatie

Page 35: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 35

die uit het systeem komt betere besluiten nemen en dus ook beter aansturen. Hierbij moet men er zich wel van bewust zijn, dat de grote gespecialiseerde technologische ontwikkelingen (helikopters, robothelikopters en onbemande vliegtuigen enz.) voor een beperkt aantal casussen inzetbaar zijn. Veelal zullen de beslissingen die een herhalend karakter hebben niet door dergelijke technologische ontwikkelingen worden ondersteund. Daarentegen zijn er de strategische en unieke beslissingen. Hierbij is veel verschillende informatie nodig en wordt de technologische ontwikkeling waarvoor tot nog toe geen standaard alternatief voor handen is, wel gesteund. Tussen deze twee uitersten in is een groot gebied wat vaak gedeeltelijk ondersteund kan worden middels luchtfoto’s, panoramafoto’s en de satelliet beelden via Google Earth. 5.4 Beslissen bij onzekerheid 5.4.1 Wat is “beslissen bij onzekerheid?” Wellicht kan deze vraag het best beantwoord worden aan de hand van een hypothetisch voorbeeld. Een zeer bekend voorbeeld dat in de literatuur (21) vaak wordt aangehaald, is het probleem van de Oil-Wildcatter (een wildcatter is een persoon die speculatief proefboringen doet naar olie, een bekend verschijnsel in het “Wilde Westen”). Dit voorbeeld heeft weliswaar weinig van doen met het bestrijden van incidenten en geeft bovendien een erg versimpelde weergave van de werkelijkheid, maar het is uitermate geschikt om een beslissen bij onzekerheid te verduidelijken. Voorbeeld probleem: Een zekere wildcatter moet besluiten of hij op een bepaalde interessant ogende plek naar olie wil gaan boren of niet. Voordat hij deze beslissing neemt, wil hij eerst wat meer weten van de bodemgesteldheid. Er staan hem verschillende methoden ter beschikking om de gesteldheid van de bodem te onderzoeken. Één van de methoden is een seismologisch onderzoek. Dit seismologisch onderzoek levert gegevens op waaruit hij de mate van structuur in de bodem kan afleiden. De mate van structuur van gesteente is namelijk een aanwijzing voor de aanwezigheid van aardolie: het ontbreken van structuur is een slecht teken, een open structuur biedt wat meer zekerheid, maar het beste is een gesloten structuur. Nu kost het doen van een proefboring 70.000 dollar en een seismische test 10.000 dollar (21). Het besteden van deze bedragen is pas interessant als de wildcatter genoeg opbrengst uit de put kan verwachten. Afhankelijk van de kwaliteit van de olieput varieert de opbrengst: een dry put levert niets op, een wet put 120.000 dollar en een soaking put (22) 270.000 dollar. Wanneer de wildcatter dus een seismische test doet en op grond van de uitslag tot een proefboring besluit, maar daarna geen olie aantreft, is hij 80.000 dollar kwijt. Besluit de wildcatter daartegen om zonder test te boren en blijkt het achteraf een soaking put te zijn, dan heeft hij 200.000 dollar verdiend. Het probleem waarmee de wildcatter zich geconfronteerd ziet is dus: is het verstandig om een seismische test te doen voor dat ik ga boren, moet ik meteen een proefboring uitvoeren, of moet ik het hele idee maar uit mijn hoofd zetten? De wildcatter moet dus een beslissing nemen over de te volgen strategie en moet deze beslissing baseren op onzekere factoren, namelijk de kans op aanwezigheid van olie in de grond en de relatie tussen de structuur van gesteente en oliegehalte in dat gesteente. Het criterium dat de wildcatter bij zijn beslissing gebruikt, is de netto opbrengst die hij verwacht te krijgen bij de diverse strategieën. Dit voorbeeld wordt hierna ook gebruikt bij de uitleg van een techniek (beslisboom) die ontwikkeld is om dit soort problemen aan te pakken. (21) Bron: Literatuuronderzoek mei 1997 door de heer H.H.L.M. Donkers. Vakgroep informatica van de faculteit der algemene wetenschappen universiteit Maastricht. (22) Een soaking put is een rijke olie put. Een put met veel olie van hoge kwaliteit.

Page 36: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 36

5.4.2 Beslisboom De beslisboom is waarschijnlijk één van de oudste en bekendste grafische methoden om beslisproblemen waarbij onzekerheid een rol speelt, te modelleren en te analyseren. Het idee van de beslisboom werd in 1961 voorgesteld door H. Raiffa en R. Schlaifer. Beslisbomen worden op dit moment veel toegepast in praktijksituaties. Wetenschappelijk gezien zijn beslisbomen uitontwikkeld. De aandacht van de wetenschap is vooral gericht op alternatieven voor beslisbomen. Beslisbomen blijven interessant, gezien het feit dat deze denkmethode nog steeds de basis is voor de ontwikkeling van nieuwe software. De casus van de oil-wildcatter is hierna in een beslisboom verwerkt. Om de beslisboom (Afb.32) te kunnen lezen, volgt een korte uitleg. Onze wildcatter moet een keuze maken uit drie strategieën: * niet boren, geen seismische test * direct boren, geen seismische test * seismische test en daarna al dan niet boren vierkant = beslisknoop driehoek = eindknoop

cirkel = kansknoop

10.000 = kosten ten gevolge van besluit

(Afb.32) De beslisboom voor de wildcatter 5.4.3 Besluitvormingsmodellen Op het gebied van besluitvorming worden twee belangrijke modellen onderscheiden (23), te weten: rationeel-synoptische en incrementele. Rationeel-synoptische Het rationeel-synoptische model zoals gebruikt door J.N. Tinbergen gaat uit van de veronderstelling van de economic man. Volgens Tinbergen verloopt besluitvorming in de volgende stappen:

1. Alternatieven zijn bekend. 2. Consequenties van alternatieven zijn bekend. 3. Volgorde van alternatieven op basis van preferenties. 4. Keuze voor het beste alternatief.

Incrementele Het incerementele model van Ch. Lindblom gaat uit van de veronderstelling van de administratieve man. Volgens Lindblom verloopt besluitvorming in de volgende stappen:

1. Vooral bekende en vertrouwde alternatieven worden in overweging genomen. 2. Oriëntatie op marginale aanpassingen. 3. Voorkeur voor kleine verandering ten opzichte van status quo (voortmodderen tenzij

aanleiding, dit leidt dan tot versnelling). 4. Keuze voor het alternatief waarover consensus bestaat.

(23) Bron: MCDM sheets module 2, 10-11-2006 de heer J. Groeneweg

Page 37: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 37

6. Toepasbaarheid 6.1 Inleiding De genoemde audiovisuele technologische ontwikkelingen lijken op het eerste oog bruikbaar. Helaas is er geen enkele leverancier gevonden die een direct afneembaar beeldvormend product voor de hulpdiensten aanbiedt. Innovatiewensen moeten gestimuleerd worden omdat hier vaak een kwaliteitsverbetering uit voort komt. Het gebied van de incidentbestrijding is echter een zeer kleine markt. Vaak wordt gebruik gemaakt van algemene ontwikkelingen of aanpassingen op ontwikkelingen die bedacht en gemaakt zijn voor andere organisaties. Veel ontwikkelingen ontlenen hun ontstaan aan militaire toepassingen. Daarom wordt aanbevolen telkens goed te kijken naar de mate van toepasbaarheid binnen andere organisaties. Ook wordt in dit hoofdstuk ingegaan op de manier waarop draagvlak voor de invoering wordt verkregen. Tot slot zal een aantal relevante vragen en/of thema’s gerelateerd aan de invoer van de audiovisuele technische ontwikkelingen nader worden uitgewerkt. 6.2 Analyse over technologische ontwikkelingen / innovaties Om inzicht te krijgen in de mogelijkheden van de audiovisuele technologische ontwikkelingen is door mij een analyse gemaakt van de sterke en zwakke kenmerken, de kansen en bedreigingen (SWOT). Met de groep van geïnterviewden zijn de uitkomsten in het kader van kwaliteitscontrole gespiegeld. De analyse van sterke en zwakke kanten is vooral gericht op het deel van de centrale vraag “kunnen de laatste audiovisuele technologische hulpmiddelen voor de beeldvorming tijdens incidenten en rampenbestrijding een bijdragen leveren en hoe bruikbaar zijn ze?” De analyse van kansen en bedreigingen is vooral gericht op het vinden van antwoorden op de deelvragen zoals beschreven in hoofdstuk 1. Voor de SWOT-analyse (24) is in de paragrafen 6.2.1 t/m 6.2.4 gekeken naar het overkoepelende resultaat. Hiermee wordt het daadwerkelijk verkrijgen van beeld bedoeld om helikopterview te krijgen waarbij geen onderscheid wordt gemaakt naar het type audio-visuele ondersteuning. In paragraaf 6.2.5. is een beoordeling van de individuele technieken gemaakt. 6.2.1 Zwakke kanten van de technologische ontwikkelingen Zwakke kanten: - Het operationeel krijgen van de beelden via de technologische ontwikkelingen kost nu tijd. De

meest cruciale besluitvorming moet worden gedaan in de startfase waardoor het effect dan relatief laag is.

- Een aantal ontwikkelingen, zoals de foto-technieken, maakt gebruik beelden die mogelijk niet recent zijn.

- De onderzochte technieken zijn over het algemeen relatief zeer duur. - Een aantal technieken moet via andere diensten worden verkregen. Dit betekent

afhankelijkheid en vraagt om het maken van specifieke afspraken. - Verkenning van het terrein blijft noodzakelijk omdat met de audiovisuele hulpmiddelen

bijvoorbeeld niet in gebouwen of onder ingestorte gebouwen kan worden gekeken. - Gebruik maken van beelden voor de besluitvorming vraagt volgens de geïnterviewden om

extra vaardigheden en instructie c.q. training van de beslisser. (24) SWOT analyse is een keuzemodel voor strategische analyse. Bron: ‘De cockpit van de organisatie’,

prestatiemanagement met behulp van scorecards, Mr. L.A.F.M. Kerklaan, 3e druk 2003.

Page 38: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 38

6.2.2 Sterke kanten van de technologische ontwikkelingen Sterke kanten: - Er kan daadwerkelijk gezorgd worden voor meer zicht (beeld) op het incident en de bestrijding

waardoor betere besluiten kunnen worden genomen. - Er kan sneller worden ingegrepen indien er fouten worden gemaakt. - Er kan sneller worden ingegrepen indien er zichtbare risico’s worden waargenomen, e.e.a. in

relatie tot persoonlijke veiligheid en/of de consequenties voor de samenleving. - Er is sprake van helikopterview door de beslissers. - De kwaliteit en slagkracht van het optreden wordt hoger omdat de uitvoering en het resultaat

van het besluit (effectiviteit) kan worden gevolgd. 6.2.3 Kansen van de technologische ontwikkelingen Kansen: - Door samenwerking met het KLPD en Defensie ontstaan er meer contacten die de

veiligheidsregio’s mogelijk ook op andere onderdelen kan versterken. - De samenleving verwacht dat hulpdiensten voor de bestrijding beschikken over de meest

moderne hightech middelen. - Er kan mogelijk een doorstart gemaakt worden, om na het beschikbaar stellen van de beelden

aan elkaar, ook de informatiesystemen (ICT) multidisciplinair te ontsluiten. - Door presentatie van de ontwikkelingen komt de incidentbestrijding weer onder de aandacht. - Er is veel bestuurlijke aandacht als gevolg van diverse rampen, incidenten ed. Door de onrust

die dit in de samenleving geeft, is financiering van deze technieken bespreekbaar. - De wens van het Rijk om het veiligheidsbeleid aan te scherpen. 6.2.4 Bedreigingen van de technologische ontwikkelingen Bedreigingen: - Het ‘Big Brother’-effect waarbij mensen zich bespied, gecontroleerd of aangetast voelen in hun

privacy. - De kans op het ontstaan van informatie-overvloed. - Beslissers kunnen afgeleid worden van hun taak door niet-relevante beelden. - Beslissers kunnen zich gaan bemoeien met detailzaken van andere functionarissen. - Deze nieuwe technologische ontwikkelingen vragen om aanvullende opleiding en oefening.

Tegen de achtergrond van een alsmaar toenemende werkdruk en afname van beschikbare tijd komt dit er weer boven op.

- ‘Heilige huisjes’, alleenzeggenschap over de audiovisuele technieken wordt aangetast (kans op bemoeizucht van andere disciplines).

Page 39: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 39

6.2.5 Beoordeling van de individuele technologisch ontwikkelingen Om een oordeel te kunnen geven over de verschillende technologische ontwikkelingen zijn 30 personen geïnterviewd. Het gaat om personen uit alle lagen van de bestrijdingsorganisaties (eenheden, CTPI/COPI/CORT, ROT en GBT) en is verder zowel mono- als multidisciplinaire onderzoek gedaan. In de onderstaande matrix “Bruikbaarheid” zijn de resultaten weergegeven. Het resultaat is bepaald door het aantal waarderingen per soort te tellen en de vaakst voorkomende in de matrix te plaatsen. In bijlage E treft u het vragenformulier en de deelresultaten van het onderzoek aan. In de tweede matrix “Toepassing proces” is aangegeven bij welke processen in de rampenbestrijding de inzet van een audiovisuele technologische ontwikkeling als hulpmiddel een rol kan spelen. Ook hier is het resultaat bepaald door het aantal waarderingen per soort te tellen en de vaakst voorkomende in de matrix te plaatsen.

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding +/- + -- - ++ ++ ++

Verwachting geleverd beeld ++ + +/- - - +/- +/-

Verwachting bruikbaarheid ++ + +/- - - - +/-

Snelheid van inzetbaar +/- + -- -- +/- +/- +/-

Haalbaarheid technologie ontwikkeling ++ ++ +/- - ++ ++ +

Recentheid beeld ++ ++ ++ -- +/- +/- +/-

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk ++ + + -- + +/- +/-

Toegang tot rampterrein ++ + + ++ + -- +/-

Weersafhankelijkheid +/- - - ++ - + ++

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener ++ ++ ++ +/- +/- +/- +

Waardering: � -- = zeer slecht / nooit � - = slecht / weinig � +/- = twijfelachtig / matig � + = goed � ++ = zeer goed

Page 40: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 40

Matrix: Toepassing proces Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: Toepassing bij proces

1. Alarmering -- -- -- -- -- -- --

2. Bron- en effect bestrijding ++ ++ ++ + + + +

3. Voorlichting + + - - +/- +/- -

4. Waarschuwing bevolking + + +/- +/- - - ++

5. Ontruiming en evacuatie ++ ++ + + +/- - ++

6. Afzetten en afschermen ++ ++ +/- + + - +

7. Regelen verkeer ++ ++ ++ +/- - -- ++

8. Handhaven rechtsorde ++ ++ ++ +/- +/- +/- ++

9. Ontsmetting mens en dier - - - - - -- -

10. Ontsmetten van voertuigen en infrastructuur +/- +/- +/- +/- +/- +/- +/-

11. Inzamelen besmette waren - - -- -- - -- +

12. Preventieve openbare gezondheidszorg -- -- -- -- -- -- --

13. Geneeskundige hulpverleningsketen ++ ++ ++ + + + +

14. Opvang en verzorging -- -- -- -- -- -- +/-

15. Registreren slachtoffers en verwanten informatie - - - - - - -

16. Identificatie overleden slachtoffers + + + +/- +/- +/- +/-

17. Uitvaartverzorging - -- -- -- -- -- -

18. Waarnemen en meten ++ ++ ++ +/- - - +

19. Begidsen ++ ++ ++ +/- +/- +/- +

20. Toegankelijk en begaanbaar maken + + +/- +/- +/- +/- +

21. Facilitaire zaken - -- -- -- -- -- -

22. Voorzien in primaire levensbehoeften - -- -- - - -- --

23. Strafrechtelijk onderzoek ++ ++ ++ + + + ++

24. Psychosociale hulpverlening -- -- -- -- -- -- --

25. Schaderegistratie en - afhandeling ++ + +/- + ++ ++ -

26. Operationele informatievoorziening + + + +/- +/- - +/-

27. Milieu + + + +/- ++ - +/-

28. Nazorg - - - - - -- -

29. Verslaglegging - - - - - - -

30. Bestuurlijk en juridische ondersteuning - - - - - - -

Page 41: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 41

Met betrekking tot de systematiek van het onderzoek bleek gaandeweg het onderzoek dat inzicht in de deelprocessen bij de invullers van het vragenformulier zeer belangrijk was. Er werd tijdens het onderzoek te vaak afgegaan op de eigen inkleuring van een proces en ook het type incident liep uiteen van een eenvoudige botsing tot hongersnood in Afrika. Omdat niet alle hulpverleningsdiensten qua aantal geïnterviewden evenredig vertegenwoordigd waren, is er vooral een uitkomst ontstaan gezien vanuit de hulpverleningsdiensten brandweer en politie. Deze feiten hebben de uitkomst beïnvloed. Toch is de uitkomst zeker bruikbaar en sluit hij aan bij de visie en verwachtingen die de scriptieschrijver zelf heeft geconstateerd. Op basis van de matrix kan worden geconcludeerd dat alle geïnterviewden meerwaarde zien in het gebruik van de audiovisuele technologische ontwikkelingen bij de uitvoering van hun deelproces. Een deelproces is een beschrijving van een taak en verantwoording binnen de rampenbestrijding. Als beste systeem scoort voorlopig de helikopter met camera van de KLPD omdat deze het breedst toepasbaar is. Opgemerkt moet worden dat voor bestrijding van specifieke incidenten de voorkeur uit gaat naar maatwerksystemen. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan het vliegen boven direct gevaar zoals een radioactieve bron (geëxplodeerde kernreactor Tsjernobyl) of waar geschoten kan worden (gijzelingsactie), men zou dit liever middels een onbemand toestel doen. Verder valt op dat de verwachte toepasbaarheid van satellietbeelden laag scoort. Dit komt omdat bij de uitleg is aangegeven dat er uitgegaan moet worden van systemen als Google Earth. Dit is niet de meest recente beelden. Indien via Defensie gebruik kan worden gemaakt van een spionagesatelliet en er realtime beeld beschikbaar is, dan wordt het aannemelijk dat de uitkomsten over de bruikbaarheid van deze technologische ontwikkeling beter hadden gescoord. 6.3 Relevante vragen over de bruikbaarheid 6.3.1 Beperkingen ten gevolge van focus op gebiedsdeel Uit het onderzoek is gebleken dat diverse geïnterviewden een kritische kanttekening maken over het focussen op een bepaald gebiedsdeel waardoor andere belangrijke informatie verloren gaat. Ook worden kritische opmerkingen gemaakt dat het beeld van die focus wordt aangenomen als de situatie voor een groter gebied terwijl dit mogelijk niet het geval is (kokervisie). Onderstaande afbeelding (Afb.25) geeft dit probleem schematisch weer. Big Brother

(Afb.25) Focus op gebiedsdeel

Rampgebied X

Focus

Page 42: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 42

De geïnterviewden is ook gevraagd of ze een oplossing voor deze beperking hebben. De volgende suggesties worden gedaan: - geef opdracht aan de cameraman om altijd in te zoomen van ‘breed naar smal’, zodat eerst een

totaalplaatje zichtbaar is; - werk met een regisseur die een reëel beeld als samenvatting maakt; - geef de gebruikers specifiek uitleg, instructie en oefeningen over deze beperking; - projecteer bij de beslisser een aantal focusbeelden (actievakken) naast elkaar zodat de

verschillen per vak zichtbaar worden. 6.3.2 Het nut van onwetendheid Tijdens het onderzoek en het schrijven van deze scriptie kwam ook de vraag aan bod of onwetendheid misschien nuttig is. Antwoord geven op de vraag of onwetendheid misschien nuttig is, is niet eenvoudig. Antwoorden op deze vraag worden beïnvloed door de vraagsteller, de situatie waarin de vraagsteller zich bevindt en zijn persoonlijke voorkeur. Aan de hand van de volgende drie voorbeelden is dit wellicht het beste te beschrijven. Voorbeeld 1: Gezondheid Stel iemand is 35 jaar, heeft een gezin met kinderen, een eigen huis en een prima toekomst. Hij hoort dan dat hij slecht 37 jaar oud zal worden (situatie). Dit zet zijn leven volledig op zijn kop. De één grijpt de periode aan om die dingen te doen die hij nog wil doen (voorkeur). De ander wordt bang en kan deze last niet aan waardoor hij zeer ongelukkig wordt. Zit iemand in een andere situatie dat hij net heeft gehoord dat hij een ongeneeslijke ziekte heeft, dan wil iemand best graag weten hoelang hij nog te leven heeft. Onwetendheid kan dus best nuttig zijn. Voorbeeld 2: Beeldvorming In het kader van module 1 van de MCDM opleiding is het boek “een onderbroken evenwicht in de Nederlandse politiek” (25) gelezen. Op blz. 26 beschrijft de schrijver de positie van PVDA lijstrekker Ad Melkert die zich na de moord op Pim Fortuijn heeft terug getrokken in zijn kantoor aan het Binnenhof te Den Haag. Van alle kanten verneemt Melkert dat de samenleving hem ziet als de kwade genius die Fortuijn heeft zwart gemaakt en een klimaat heeft gecreëerd waarin een dergelijke aanslag mogelijk was. Buiten op het Plein komen veel mensen samen en roepen leuzen. De gordijnen zitten dicht en uit veiligheidsoverwegingen is Melkert op de grond gaan zitten. Hij moet afwachten wat er gaat gebeuren. Melkert zapt heen en weer op zijn televisie. Met de input van de televisiebeelden waarbij de media alleen de excessen laat zien en de geluiden die van buiten af de ruimte binnen dringen, wordt bij hem de indruk gewekt alsof Nederland in brand staat en de overheid de controle over de samenleving is kwijt geraakt. Ook krijgt Melkert de indruk dat hij als de schuldige wordt gezien. Feitelijk gaat het alleen om een groep mensen in Den Haag die vooral bestaat uit voetbalsupporters van de club ADO, die graag rottigheid wil uithalen en de menigte gebruikt om rellen te schoppen. Op blz. 30 geeft burgemeester Deetman zijn beeld van de situatie weer: “De politie en brandweer hadden de situatie snel onder controle”. In deze situatie was het niet kijken naar beelden en het krijgen van informatie van Deetman over de werkelijke situatie bij Melkert nuttiger geweest. Onwetendheid kan dus ook een probleem zijn. Voorbeeld 3: Bij incidentbestrijding Als derde voorbeeld om een antwoord te kunnen geven op de vraag of onwetendheid nuttig is, wordt gekeken naar de bestrijding van een incident waarbij een beslisser onder tijdsdruk een besluit moet nemen. Bij een dergelijk besluit onder hoge druk wordt nu afgegaan op procedures, waarnemingen, verwachtingen, zintuigen en gevoel. Het zien van beelden kan dan wel voorzien in meer informatie, maar vergroot ook de betrokkenheid. Bij het zien van bijvoorbeeld beelden van slachtoffers of de (25) boek “een onderbroken evenwicht in de Nederlandse politiek” van Jouke de Vries.

Page 43: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 43

ravage kunnen hulpverleners geen afstand houden en kan de opgeroepen emotie het te nemen besluit beïnvloeden. In dergelijke situaties leiden beelden af en is onwetendheid misschien nuttig. Ik ben van mening dat van een professionele hulpverlener verwacht mag worden dat hij met dergelijke beelden om kan gaan. In het veld komt hij ze ook tegen. Voor bestuurders die niet gewend zijn aan deze beelden is dit wellicht wel een probleem en verliezen zij hun effectiviteit van functioneren. Antwoord Samengevat is het antwoord op de vraag of onwetendheid misschien nuttig is zowel positief als negatief, omdat dit wordt bepaald door de omstandigheden en de situatie waarin de persoon verkeert. 6.3.3 Ervaringen met beelden bij beslissers tijdens incidenten en rampen In het kader van deze scriptie is gezocht naar incidenten en rampen waarbij beslissers gebruik gemaakt hebben van beelden die door externe deskundigen zijn geëvalueerd. Op dit gebied zijn een aantal rapporten gevonden. De gevonden evaluaties beschrijven meestal de inzetten van innovaties om beelden te krijgen die slechts door één laag beslissers (monodisciplinair of CTPI niveau) werden gebruikt. Hierbij moet gedacht worden aan bos-, duin- en heidebranden, de brand in de cacaoloods te Zaanstad, inzet van een camera om tussen ingestorte steigers een slachtoffer te lokaliseren in de Amercentrale of het onderzoek naar verdachte pakketjes met een robot van de EOC. Hier hebben de beelden afkomstig van minicamera’s of de KLPD-helikopter voorzien in een behoefte waarbij er een gebrek aan informatie en/of overzicht was. Een incident waarbij meerdere lagen van beslissers (multidisciplinair en op ROT / RBT niveau) van beelden gebruik hebben gemaakt, is de Bijlmerramp. In het kader van deze scriptie is daarom vooral het evaluatieproces van de Bijlmerramp interessant en zal hierna worden behandeld. Bijlmerramp Op zondag 4 oktober 1992 boorde zich een Boeing 747 van de Israëlische vliegmaatschappij EL AL, geladen met vrachtgoederen, in een woongebouw in woonwijk de Bijlmer te Amsterdam. De bestrijding van deze ramp is onderzocht door het Crisis Onderzoek Team (COT) van de Rijks Universiteit Leiden / Erasmus Universiteit Rotterdam. In het rapport “De Bijlmerramp: Rampenbestrijding & Crisismanagement in Amsterdam” wordt op blz. 156 aandacht besteed aan de prominente aanwezigheid van televisiemonitoren in het beleidsteam. Het COT schrijft hierover het volgende. “Televisie is een buitengewoon krachtig medium. Met name tijdens crisissituaties kan bij besluitvormers wellicht de indruk ontstaan dat de dramatische beelden die zij via de visuele media krijgen aangeboden ook de volledige dan wel meest belangrijke realiteit van de crisis weergeven. In feite geven televisiebeelden over het algemeen echter een zeer beperkt en zelfs vertekenend beeld. Besluitvormers in beleidscentra die zich voor hun informatievoorziening (onwillekeurig) te sterk baseren op televisiebeelden, nemen besluiten op basis van een inaccuraat beeld van de situatie. Vanuit die optiek kunnen vraagtekens worden geplaatst bij de plaatsing en benutting van televisiemonitoren in het beleidscentrum, die tijdens de eerste dagen het bergingswerk tot in de kleinste details registreerden. Dit werkte een zekere neiging tot micromanagement (bemoeien met elk detail) van de bergingsoperatie in de hand, tot verrassing van de leiders van de bergingsoperatie ter plaatse. De gedetailleerde beelden van stoffelijke resten en andere aangrijpende taferelen lijken op sommige betrokkenen in het beleidsteam bovendien stressverhogend te hebben gewerkt, zonder dat zij essentiële informatie verschaffen. Hierbij wordt ook verwezen naar de kernproblemen van het beleidsteam in Amsterdam tijdens de rellen op 30 april 1980 zoals U. Rosenthal deze beschrijft in zijn onderzoek “A compulsive crisis: The inauguration of Queen Beatrix”. Tenslotte kan de kracht van beelden ertoe hebben bijgedragen dat de besluitvormers in het beleidscentrum gedurende de eerste dagen, langer dan strikt noodzakelijk nodig was, in beslag genomen werden door gebeurtenissen op en rond de rampplek”.

Page 44: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 44

Samengevat kan geconcludeerd worden dat het COT aangeeft het gebruik van beelden maar beter niet toe te passen. Deze conclusie roept in het kader van deze scriptie en mijn tegenovergestelde bevinding, die samengevat zijn op bladzijde 26, veel nieuwe vragen op: - Vervulden de verkregen beelden dan geen enkele functie? - Wat is er wel bereikt met de bekeken beelden? - Waarom bleef men wel kijken en stopte men het gebruik van beelden tijdens de inzet niet als het

geen doel diende? - Wat doen andere organisaties en waarom is beeld daar wel populair? Noot: Getuige onderstaande foto zijn de televisie en/of bewegende beelden in besluitvormingscentra

zeer geliefd.

(Afb. 26) Emergency Operations Centre herstelwerkzaamheden Orkaan Kartina

Deze nieuwe vragen overwegende ben ik van mening dat het COT meer onderscheid had moeten aanbrengen bij het formuleren van hun conclusie. Ik denk dat het beter was geweest om te spreken over het feit dat op ongewenste momenten beelden kunnen afleiden en aan te geven op welke momenten beelden wel of geen bijdrage kunnen leveren aan het nemen van besluiten. In de volgende paragrafen wordt hier verder op in gegaan. 6.3.4 Afleiding door beelden Tijdens module 3 van de MCDM-opleiding is van gedachten gewisseld met de docent over het feit of beelden besluitvormers afleiden. Samen met de docent de heer J. Groeneweg van het Center for Safety Research Unit of Cognitieve Psychologie van de universiteit te Leiden kwamen wij tot de volgende visie. Volgens onze conclusie leiden alleen bewegende beelden af. Dit is een psychologisch verschijnsel van de mens. Oorzaak hiervan is de limitering van de menselijke geest. De mens is gewend om op een bepaalde manier te denken. Neem onderstaand voorbeeld: Welke kleur hebben de letters?

GEEL De kans is groot dat u geel heeft gezegd. Terwijl de letters rood zijn. Dit is een gevolg van de werking van het menselijk brein. Het menselijk brein hanteert altijd een tegengestelde werking. Om deze fout te herstellen moeten mensen een werkmethode aanleren. Geef in dit voorbeeld de instructie om eerst

Page 45: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 45

te kijken naar de kleur welke wordt gezien en daarna welk woord er staat geschreven. Middels een dergelijke instructie kan men grip krijgen op het brein als systeem. Ook beslisbomen zijn hier een adequaat hulpmiddel. Mensen hierop gericht trainen werkt niet omdat de ogen waargenomen beelden naar de hersens zenden. Bij aankomst in de hersenen gaan beelden in een snel circuit of langzaam circuit. Het langzame circuit kun je beïnvloeden. Het snelle circuit niet. Besluiten die direct om actie vragen worden altijd genomen in het snelle circuit. Leiden beelden af? Mijn conclusie is dat beslissers beelden best kunnen gebruiken om informatie op te doen maar beelden niet aan moet laten staan tijdens het nemen van een besluit. Doen beslissers dit wel dan leiden deze bewegende beelden af en gaat dit ten koste van de kwaliteit. Dit is ook van toepassing op andere activiteiten die plaatsvinden op het moment van het besluit. Denk hierbij aan een langsvliegende vogel of iemand die fluitend over straat loopt, dit trekt je aandacht en leidt af. 6.3.5 Acceptatieproblemen

Het invoeren van nieuwe audiovisuele technologische ontwikkelingen kan organisatorische problemen geven. Een ‘organisatieprobleem’ van het invoeren van een nieuw systeem is het opleiden of omscholen van medewerkers, hetgeen vaak veel geld en tijd kost. Met alleen tijd en geld worden niet alle problemen opgelost. Het is niet ondenkbaar dat er ook emotionele weerstand van de medewerkers komt tegen deze nieuwe toepassing. Mensen zijn op voorhand vaak bang dat zo’n toepassing hun werk of taakuitvoering zal ondermijnen of zelfs over gaat naar een andere organisatie (denk hier aan KLPD en/of Defensie). Vaak wordt er geautomatiseerd vanuit een centralistische filosofie en met redelijk veel machtsvertoon. Werknemers willen tijdig een aantal vragen beantwoord hebben. Soms zijn ze bang dat ze het toepassen van de nieuwe techniek niet kunnen leren of dat er veel energie in gestoken moet worden. Biedt het me meer voor- dan nadelen? Daarom is het noodzakelijk om de gebruikers vroegtijdig bij het proces te betrekken en kan de organisatie een hoop problemen voorkomen. Naast de algemene acceptatie zoals die er bij elke verandering is, kleeft aan de inzet van de genoemde audiovisuele technologische ontwikkelingen een extra aspect. De leidinggevenden (Big Brother) kijkt mee naar de eenheden waardoor ze zich mogelijk bespied voelen en/of aangetast zullen voelen in hun privacy. Hierover zullen aanvullende afspraken moeten worden gemaakt. Hierbij valt te denken aan zaken als - het opstellen van een protocol om de privacy van de medewerkers in het veld te waarborgen, - melden dat “Big Brother” actief is, zodat men weet dat er mee gekeken wordt, - gegevens verkregen uit de beelden als vertrouwelijk behandelen en overwegen om overdracht van de beelden aan justitie uit te sluiten, - mensen niet persoonlijk afrekenen op basis van de waarneming van “Big Brother”, - benadrukken dat het vooral gaat om te komen tot betere beslissingen en dus ook hun veiligheid beter gewaarborgd is, - afspraken maken over welke ingrepen op een lager werkniveau of buiten de functionele

taakomschrijving van de beslissers, meekijken (en dus bemoeien) op afstand rechtvaardigen. Op grond van de contingentie-theorie van Fiedler (26) en de toepassing van deze theorie door Hartman (27) bestaat een verandering altijd uit drie aspecten namelijk een cultuur, structuur en technologie. Indien voldoende aandacht wordt besteed aan de uitwerking van deze drie aspecten in het kader van de implementatie, worden geen acceptatieproblemen verwacht. (26) Bron: ‘A theory of leadership effectiveness’, Fred Fiedler 1967 (27) Bron: MCDM sheets module 2, 03-11-2006 de heer J. de Vries Bron: ‘De invloed van structuurveranderingen op informatiesystemen’, W. Hartman 1984

Page 46: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 46

6.3.6 De rol van de liaison Indien een beslisser onder de huidige omstandigheden een gebrek aan informatie heeft of het ontbreekt hem aan voldoende beeld en/of overzicht, dan kan hij een liaison ter plaatse sturen. De liaison is een voor hem betrouwbare persoon die ter plaatse zijn “ogen en oren” openhoudt. De vragen die een beslisser via de normale route niet beantwoord krijgt of als de normale route hem een incompleet beeld oplevert, vult de liaison hem op zijn verzoek aan. Daarnaast wordt de liaison vaak als extra adviseur van de beslisser ingezet. Wat is er mis met de huidige liaison als er ook beelden worden gebruikt? Op zich is er niets mis met het fenomeen liaison en moet dit ook blijven bestaan omdat een liaison ook fysiek in de ruimte van de beslissers van een lager echelon aanwezig kan zijn. Denk bijvoorbeeld eens aan de lokaal commandant die namens de burgemeester in de commandocontainer het COPI toehoort. De liaison kan dan kijken op plaatsen waar de beschreven audiovisuele technologische ontwikkelingen niet kunnen komen en vervult dus ook een andere behoefte. Op zijn beurt heeft ook de liaison weer zijn beperkingen. De liaison neemt alleen waar vanaf de grond en meestal op één locatie. De liaison komt mogelijk het incidentterrein niet op omdat wegen onbruikbaar zijn of omdat het te gevaarlijk is. Daar kunnen de audiovisuele technologische ontwikkelingen wel in voorzien. Verder heeft de liaison een beperking met betrekking tot communicatie. Er kunnen incidenten zijn waarbij de gebruikelijke communicatiestructuren niet meer functioneren of overbelast zijn, waardoor de boodschap niet bij de beslisser aankomt. 6.3.7 Andere toepassingen van cameragebruik Om inzicht te krijgen in de mogelijkheden die beelden gemaakt met audiovisuele hulpmiddelen kunnen bieden is ook buiten het werkgebied van de incidentbestrijding gekeken. Gebleken is dat vele organisaties en bedrijven gebruik maken van deze hulpmiddelen. Allen voor specifieke situaties waarbij beslissen en/of samenwerken op afstand een rol speelt. Centraal in hun toepassing staan ook begrippen als informatie en communicatie. Hierna volgt een aantal beschrijvingen van succesvolle toepassingen door andere organisaties of bedrijven. Nederlands Forensisch Instituut (NFI) Uit een artikel dat gepubliceerd is in de Volkskrant van 18 oktober 2006 (zie bijlage F) valt op te maken dat de politie de forensische specialisten van het NFI via rechtstreekse camerabeelden mee laat kijken bij o.a. moordonderzoeken. Bedoeling is dat politiemensen op het ‘plaats delict’ opnamen maken die direct worden doorgezonden aan het NFI. De specialisten van het NFI kunnen dan op afstand aanwijzingen geven over het verzamelen van bewijsmateriaal. Alles met als doel om te voorkomen dat informatie en/of bewijsmateriaal verloren gaat. In het kader van deze scriptie is contact gelegd met de politie Utrecht (28). Hieruit bleek dat er geen afspraken zijn gemaakt over acceptatieproblemen bij de gebruikers in het veld, besluitvormingstechnieken en inbreuk op de privacy. Men verwacht hierover ook geen problemen. Ook zijn er geen afspraken gemaakt over de manier waarop de beelden gemaakt moeten worden en zaken zoals het eerder genoemde focussen. Verweer hierbij is dat het NFI via C2000 (29) contact heeft met de cameraman op het ‘plaats delict’ en hem directe aanwijzingen geeft hoe, wat en waar te filmen. Verder is er een leider ‘plaats delict’ die via telefoon of C2000 communiceert over de tactiek en strategie om het bewijsmateriaal te verzamelen. Zowel NFI als de politie zijn overtuigd van de meerwaarde. Voor het NFI is het ook een efficiënte maatregel omdat men verwacht het aantal verzoeken om ter plaatse te komen met 60% te reduceren. (28) de heer Dick de Leeuw hoofd Forensische Opsporing van de politie Utrecht. (29) C2000 het communicatiesysteem / digitale netwerk waarmee brandweer, politie en ambulance met

elkaar communiceren.

Page 47: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 47

Gezondheidszorg Een andere grote gebruiker van camera’s in werkprocessen zijn de ziekenhuizen. Medische specialisten kunnen op afstand bij operaties hun collega’s met advies ondersteunen. Deze steun kan op twee manieren worden gegeven. Via videoconferenties of als aansturing van een operatierobot. Eigenlijk gaat het vooral ook om inzicht in het verloop van de operatie. Belangrijk is dat de hulpgever (specialist) precies kan zien wat er op de operatietafel gebeurt. Hiervoor worden zelfs inwendige en uitwendige beelden van de patiënt gemaakt. Verder worden vaak röntgenfoto’s digitaal opgeslagen zodat ook die op afstand beschikbaar zijn. Hiervoor zijn specifieke applicaties voor de medische sector ontwikkeld. Zeer goed is de techniek toepasbaar binnen de specialismen radiologie, oncologie, cardiologie, urologie en chirurgie omdat dit vaak wordt gedaan in de kleinere medische centra en zij maximaal kunnen profiteren van de uitgebreide expertise van de Academische ziekenhuizen. Bij zeer schaarse specialismen wordt ook internationaal of uit andere medische kringen voor advies geput. Bekend zijn diverse hartoperaties. Onlangs is aan de videoconferencing een nieuwe dimensie toegevoegd. Het gaat dan om de robotchirurgie. Daar waar men tot voor kort werkte met een chirurg en een specialist, wordt bij robotchirurgie de chirurg geheel vervangen. Natuurlijk is de chirurg voor de veiligheid in de buurt van de patiënt, maar de feitelijke handelingen worden verricht door de specialist die een robot bestuurd. Dit is een van de meest recente ontwikkelingen en wordt in de medische wereld ook wel ‘sleutelgatchirurgie’ genoemd. Tot circa 10 jaar terug kon niemand zich voorstellen dat een robot de plek van de chirurg in zou nemen. In Nederland is op dit gebied prof. dr. Guy Hubens, abdominaal chirurg in het UZA koploper geworden nadat hij tijdens een congres in de Verenigde Staten kennis had gemaakt met deze werkmethode. Het moeilijkste aan deze toepassing is dat de robot zich beperkt tot voor- en achterwaartse en draaiende bewegingen. Verder is er slechts een tweedimensionaal beeld op een televisiemonitor beschikbaar terwijl Hubens ook nog eens weg moet kijken van zijn handen. Het gaat om een voor de mens onnatuurlijke manier van werken. Professor Hubens werkt met een concept-instrument dat een polsgewricht imiteert en dus een besturingsprobleem wegneemt. Drempel bij deze techniek zijn de hoge kosten van het instrument, de privaatrechtelijk aspecten en de opstelling van het Ministerie van Justitie indien er iets mis gaat. Denk maar eens aan het feit of een buitenlandse specialist handelingen in ons land mag uitvoeren. Wie wordt er dan aangesproken in geval van complicaties. Verder zijn er de ethische implicaties van deze telegeneeskunde. Overige Er zijn ongekend veel vormen bekend van audiovisuele hulpmiddelen om beeld te krijgen. Als voorbeelden worden genoemd de besturing van sluizen en bruggen op afstand. De verkeersbewaking op de Rijkswegen in het verkeersinformatie centrum van Rijkswaterstaat. Het volgen van containers die door onbemande voertuigen op het terrein van ECT worden verplaatst. In de bouwwereld waarbij op afstand de voortgang van bouwprojecten door de uitvoerders wordt bewaakt. En wat te denken van alle productieprocessen waarbij de waarneming van de mens is vervangen door een camera. In de bijlage F treft u ook artikelen aan over live-beelden van ongevalafhandeling waarmee Rijkswaterstaat hun verkeerscentrale gaat voeden, een speciale beveiligingsrobot en een slimme camera die brand voorspelt. Kenmerk voor alle gevonden toepassingen is dat het gaat om beelden, informatie, betekenis geven en het komen tot een besluit.

6.3.8 Het succes van de beelden Het succes om middels de inzet van innovaties gebruik te kunnen maken van beelden binnen het besluitvormingsproces, heeft vooral te maken met de instelling van de beslissers, de aard van de informatie die wordt aangeboden en de hoeveelheid informatie die al beschikbaar is. Dit is geen revolutionaire uitspraak, maar bevat wel een grote kern van waarheid. Gaat u maar na.

Page 48: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 48

Instelling van de beslissers Als u geen tijd heeft of u wilt geen tijd vrij maken om de beelden te bekijken, dan bestaat de kans dat het foute of incomplete beeld dat de beslisser heeft gevormd op basis van andere input niet verandert c.q. wordt beïnvloed. Daarnaast is er nog het aspect ‘motivatie’ van de gebruiker. De aard van de informatie die wordt aangeboden Wat valt er te zien op de aangeboden beelden? Zijn de beelden bruikbaar of voegt het niets toe aan het reeds opgebouwde beeld? De hoeveelheid informatie die al beschikbaar is Is er al een overvloed van informatie die via de traditionele manieren bij de beslissers is gekomen? Dan kan er met de toevoeging van de beelden een nog grotere overvloed ontstaan. Als er weinig of geen informatie beschikbaar is, dan zal de beslisser blij zijn met alles wat er binnenkomt. Oplossing Deze drie beperkende factoren zullen opgelost moeten worden om te voorkomen dat de beelden, verkregen via de innovaties, een probleem worden voor het adequaat besluiten. Dit zou kunnen door een deskundig persoon in te zetten die als regisseur de beelden, afkomstig van de innovaties, kan selecteren, monteren en bewerken zodat aan de beslissers een korte en reële situatie wordt weergegeven. Het is ook mogelijk e.e.a. te implementeren in het in hoofdstuk 3.5 voorgestelde beeld-Xchange model. Tot slot Beslissers moeten op een dusdanige manier de meerwaarde gaan inzien van het gebruik van beelden. Hierdoor zullen beslissers niet opzien tegen deze verandering en de innovaties zien als aanvulling op de huidige werkmethode. Door samen met de beslissers een balans en/of oplossing te vinden voor de hierboven cursief beschreven onderwerpen, verhoogt dit de kans op een succesvolle samenwerking. “Eerst moet er kennis zijn, dan vormt zich een mening en vervolgens wordt het gedrag aangepast” (30). Door de brengers van deze innovaties zal er energie gestoken moeten worden in het vormen van de beslissers om zo de kansen echt uit te buiten. De vraag of beslissen via beelden dus een kans of bedreiging vormt, is dan eigenlijk eenvoudig te beantwoorden. Het is vooral wat de beslisser er zelf van maakt! en daarmee dus een kans. (30) Citaat is afkomstig van onderzoeksbureau Trendbox. Het bureau doet onderzoeken naar nieuwe trends.

Page 49: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 49

7. Recente innovatie op het gebied van hulpmiddelen

7.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de meest recente innovatie op het gebied van hulpmiddelen voor beslissers zoals die tijdens het onderzoek voor deze scriptie is aangetroffen. 7.2 Hulpmiddel ten bate van het beslistraject (ICIS) Binnen de hulpverleningsorganisaties zijn er slechts enkele hulpmiddelen en/of systemen ter ondersteuning van het beslistraject. De bekendste systemen zijn Telebrains en Multiteam die o.a. door de regionale brandweerkorpsen Utrechts land en Haaglanden worden gebruikt. In de speurtocht naar innovaties is gestuit op een nieuw systeem, ICIS. De systemen lijken op elkaar, alleen gaat ICIS verder omdat de data van de werkvloer tot en met de hoogste leiding direct ontsloten wordt door middel van PDA’s en dus veel dynamischer is. In deze paragraaf wordt nader ingegaan op ICIS als innovatie. Afkomst Zoals eerder aangegeven, zijn er veel vergelijkingen tussen oorlogsvoering en het bestrijden van incidenten. In de zoektocht naar hulpmiddelen is specifiek gekeken naar de mogelijkheden die Defensie heeft en op welke manier Defensie de hulpverleningsdiensten hierin kan ondersteunen. Tijdens de zoektocht in het kader van deze scriptie zijn er contacten ontstaan met DTO (Defensie Telematica Organisatie). DTO ressorteert onder het Ministerie van Defensie en is een zelfstandig agentschap. DTO is ontstaan na samenvoeging van zes ICT-organisaties uit de verschillende krijgsmachtonderdelen. Het functioneren vertoont grote gelijkenis met het bedrijfsleven en heeft als doel producten en diensten die ontwikkeld zijn voor Defensie, al dan niet met aanpassingen, marktconform te laten gebruiken. In een brief (31) van de Staatssecretaris wordt de Tweede Kamer geïnformeerd. Hierin wordt specifiek aangekondigd dat er samengewerkt gaat worden tussen Defensie (DTO) en BZK op het gebied van besluitvorming en aansturing onder crisisomstandigheden, waarbij de inzet van informatiesystemen en ICT-middelen aan de orde is. Voor de ontwikkeling van ICIS welke een afgeleide is van de defensievariant ISIS (Integrated Staff Information System) is een samenwerkingsverband gestart met de naam DECIS Lab. DECIS Lab bestaat uit o.a. Thales Nederland B.V., TNO en de universiteit van Delft. De ontwikkeling wordt gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken. Wat is ICIS? ICIS staat voor Interactive Collaborative Information Systems. ICIS is op dit moment nog geen functionerend systeem maar een denkrichting aangevuld met separate proefopstellingen. Het beste kunnen de werking en de mogelijkheden van ICIS aan de hand van een scenario worden uitgelegd. Uitleg ICIS in een scenario Op de rivier de Maas in Rotterdam zijn twee schepen met elkaar in botsing gekomen (Afb.33). De botsing is bijna in het centrum van de stad gebeurd. Veel mensen zijn getuige geweest van de

(Afb.33) Botsing op de Maas (31) Bron: Kamerbrief van Staatssecretaris C. van de Knaap, 10-11-2005

Page 50: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 50

botsing. Sommige mensen zijn in paniek en anderen kijken naar de “show”. Veel mensen bellen het alarmnummer 112, hun familie en kennissen om te vertellen wat ze zien. Ook is er sprake van druk SMS en e-mail verkeer. De havenautoriteiten nemen via radar en camerabewaking de botsing waar en sturen een havendienstschip om een onderzoek in te stellen. Er is via de marifoon geen verbinding te krijgen met de schepen die met elkaar in aanvaring zijn gekomen. Opeens vat één van de schepen vlam. Zwarte rookwolken kolken uit het wrak en stijgen de lucht in. Op de Maasboulevard wordt door automobilisten het incident waargenomen en er ontstaat inmiddels een behoorlijke file. Toeschouwers reageren nerveus en anderen ervaren een mate van paniek. Menselijke zintuigen geven aan dat het niet gaat om zomaar een onschuldige aanvaring. Inmiddels is het verkeer in de directe omgeving tot stilstand gekomen. Toeristen in dit stadsdeel nemen het schouwspel ook waar en begrijpen niet wat er aan de hand is omdat alleen in het Nederlands wordt gesproken. De regionale meldkamer alarmeert de brandweer, politie en een ambulance. Kort daarop nemen stationair opgestelde meetsensoren een gas waar. De waarschuwing is door de sensoren verzonden aan de meldkamer van de brandweer. De sensoren kunnen onbetrouwbaar zijn en waarden afkomstig van één sensor moeten eerst gecontroleerd en geïnterpreteerd worden. Pas hierna kan een conclusie worden getrokken en een alarmering van de bevolking worden gedaan. Omdat het gas niet ver verspreid is, hopen deskundigen dat het gas geïdentificeerd kan worden voordat het de Boulevard bereikt waar veel automobilisten in de file staan en er een massale toeloop van publiek is. Via verkeersinformatie worden files aan automobilisten gemeld en er worden alternatieve routes aangegeven. Uit de hiervoor vermelde tekst blijkt dat individuele diensten beschikken over relevante informatie die ze niet delen met anderen. Hierdoor is er bij elke dienst een beeld maar het ontbreekt aan helikopterview waardoor de besluitvorming niet optimaal verloopt. Vanaf dit moment wordt ICIS in het scenario actief !!!! De eerste hulpverleners komen ter plaatse. Middels hun PDA’s (Afb.34) die aan het netwerk gekoppeld zijn, worden hun waarnemingen gemeld. Ze plaatsen het incident en de waarnemingen in een virtuele kaart (Afb.35). Deze kaart helpt de collega’s en de meldkamer om de situatie te overzien. Zij schalen op basis van dit totaalbeeld direct op naar GRIP 2. Ook worden door de meldkamer de veiligste en snelste aanrijroutes geprojecteerd in de PDA’s. (Afb.34) PDA-handcomputer

(Afb.35) Uitvergroot beeld van een virtuele kaart op de PDA

Page 51: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 51

Het duurt niet lang of de bijstandseenheden arriveren. Ze worden direct geconfronteerd met mensen die last hebben van branderige ogen. Mensen roepen om hulp en vluchten de directe omgeving in. Politiemensen zoeken op hun PDA via een nevenscherm naar informatie over ambulances, zwaartepunten en opvangplaatsen in de omgeving. Verder waarschuwen ze hun collega- hulpverleners over het dreigende gevaar van de gevaarlijke stof, zodat ze zich kunnen beschermen of voldoende afstand kunnen houden. Terwijl de eerste hulpverleners op de locatie hun werk doen, worden het COPI en het ROT geformeerd. Ook wordt de AOV en de kernbezetting van het GBT gealarmeerd. Er komen berichten binnen dat het gaat om een giftige stof. Dit betekent dat de beslissers in de diverse teams moeten bepalen wat er gaat gebeuren. Wat doen we met slachtoffers? Wat doen we met gezonde mensen in bedreigde gebieden? Er zijn veel vragen en nog veel meer mogelijke oplossingsrichtingen. Echter is er nog teveel onzekerheid welke kant het scenario op gaat. Alle deelnemende hulpverleners (Afb.36) melden via hun PDA’s de bij hen beschikbare informatie aan het netwerk.

(Afb.36) Overzicht van het netwerk van PDA’s en het bereiken van de info bij het COPI / ROT / GBT

Iedereen, zelfs de leidinggevenden en bestuurders die nog onderweg zijn naar het incident, hebben al toegang tot het netwerk en kunnen zo de informatie die voor hen van belang is, laten matchen met de door hen verwachte toestand. Zo bereiden de beslissers zich al voor op de door hen te maken keuzes en gaan vanaf het eerste moment mee in het opschalingproces. Hierdoor wordt voorkomen dat er aannames worden gedaan, er bij hun een beeld ontstaat dat getekend is door de “eigen bril” en die dus in de werkelijkheid niet bestaat. Er ontstaat een balans tussen bewijs en verwachting. Ook kan via het netwerk een antwoord worden gevonden op vragen die voor hen relevant zijn. Indien er aannames worden gemaakt, zijn die ook zichtbaar voor alle betrokkenen. Dit alles leidt naar verwachting tot een beter besluit. Berichten worden vaak gegenereerd in clusters. De botsing tussen de twee schepen was waargenomen door veel mensen die vervolgens dezelfde meldingen genereerden. Hierdoor ontstaan dubbele informatiestromen.

Page 52: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 52

(Afb.37) PDA’s voorzien COPI, CORT en GBT van informatie

Middels een selectiemogelijkheid binnen ICIS kunnen dubbellingen worden voorkomen en wordt er slechts één rapport verstrekt aan het COPI / CORT en/of GBT (Afb.37). Inkomende berichten zijn van vitaal belang om de situatie te kunnen overzien. Berichten van praktisch dezelfde inhoud hinderen de voortgang en nemen tijd in beslag, die besteed moet worden aan andere zaken. Ook leggen deze dubbellingen door de bulk (Afb.38) waarmee ze kenbaar worden gemaakt misschien te veel de nadruk op dat onderdeel, terwijl dit gezien de prioriteit binnen de totale casus en ten opzichte van slechts één ander bericht niet terecht is. Door de berichten te sorteren en in clusters van processen weg te zetten, ontstaat er rust en overzicht. (Afb.38) SITRAP’s op tafel zijn verleden tijd

Geheel onverwacht stort het normale (mobiele) telefoonnetwerk in en ook het C2000 netwerk is druk bezet door het massale gebruik (overload). Gevolg is dat er geen nieuwe informatie bij de beslissers binnenkomt. Via de PDA’s en ICIS blijft de informatiestroom beschikbaar en gaat er geen aanwezige informatie verloren. Ongeveer 10 minuten nadat het gas, meegevoerd door de wind, de eerste straten naast de rivier bereikt, besluiten de OVDG en het COPI dat zoveel mogelijk mensen door ambulances geholpen moeten worden. Ambulancepersoneel en brandweermensen beschermen zich met ademluchtapparatuur en brengen slachtoffers buiten de gevarenzone zoals is aangeven in hun virtuele kaart op PDA’s. Het dynamische routesysteem helpt hen een weg te vinden door de chaos. De ambulances helpen een aantal mensen, maar al snel neemt dit gedurende de volgende 15 minuten dusdanig toe, dat er geen behandelcapaciteit meer is. De verpleegkundigen moeten beslissen welke slachtoffers ze eerst helpen om zoveel mogelijk levens te redden. De leidinggevenden in het ROT kunnen door taakverlichting en het sturen van bijstand helpen. Er wordt hierop geanticipeerd doordat de leidinggevenden in het veld de triagekaarten (Afb.39) van de gewonden digitaal beschikbaar hebben gesteld aan het ROT via hun PDA’s.

Page 53: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 53

(Afb.39) De triagekaart

Het gas bedreigt inmiddels ook een ander gebied. In het ROT worden nieuwe en escalatie-scenario’s, het zo genaamde plan+ (32), besproken. Het ROT maakt gebruik van een module om planningen over het verwachte verloop te maken. Er worden projecties gemaakt van de gaswolk gebaseerd op de weersverwachting, de gassensoren en waarnemingen van hulpverleners. Alle informatie is direct beschikbaar in de PDA’s. Op basis van deze nieuwe aanname kan in het veld besloten worden om de nabij gelegen universiteit alvast preventief te ontruimen. Op de PDA’s is een plattegrond te zien van de universiteit. Op basis van de plattegrond wordt direct een ruimte voor opvang aangewezen en een opstelplaats voor bussen. Alle informatie is weer direct voorhanden bij alle hulpverleners. Inmiddels is het de brandweer gelukt de lekkage te dichten en keert men langzaam terug naar de orde van de dag. Visie op ICIS Getracht is om een beeld van de mogelijkheden die ICIS kan bieden weer te geven. Gezien het feit dat het hier gaat om een denkrichting voor een product, kan afgevraagd worden of het wel mogelijk is om een dergelijk systeem te ontwikkelen of dat het bij fictie blijft. Na diverse gesprekken met de mensen van het DECIS Lab kom ik tot de conclusie dat hun onderzoek aansluit op de wensen van de praktijk. ICIS wordt door mij als realistisch en haalbaar ingeschat. Mogelijk kan door de combinatie van mijn ideeën over beelden, binnen het functioneren van het beeld-Xchange model, met ICIS in de ultieme behoefte van beslissers worden voorzien. Natuurlijk is het goed om nog eens kritisch de voor- en nadelen van dergelijke systemen op een rij te zetten zoals ik die vanuit het werkveld verwacht. Nadeel ICIS: Als nadeel van ICIS wordt vaak genoemd dat als je met een systeem niet dagelijks werkt, je routine mist om het efficiënt te gebruiken. Gevolg kan zijn dat de gebruikers zich meer richten op het gebruik van het systeem dan op de incidentbestrijding. Door sommige gebruikers wordt vaak aangegeven dat je als alternatief net zo goed kunt mailen en werken met vastgestelde sjablonen die je goed archiveert. Dit vraagt echter om grote discipline van de gebruiker en bekendheid van email-adressen van higher en lower control. ICIS doet dit alles geautomatiseerd en is direct gebruiksklaar zodat er geen tijd verloren gaat. Tevens ontsluit ICIS de beschikbare informatie ook voor andere betrokkenen realtime. Voordeel ICIS: Het is een systeem waarmee op drie niveaus, op hetzelfde moment, informatie (beelden, SITRAP, aantekeningen) geautomatiseerd uitgewisseld kunnen worden en voorziet in een grote behoefte. Aanbeveling voor ICIS: Steller van deze scriptie acht het wenselijk dat ook beelden van bijvoorbeeld een helikopter of uit een GIS-systeem (zie het succes van eerder in deze scriptie onderzochte innovaties en het beeld-Xchange model) kunnen worden getoond op de PDA’s voor bepaalde gebruikers. Hiermee wordt de beeldvorming dan geheel ontsloten. (32) Werkmethode om alvast een concept-plan te ontwikkelen voor mogelijk verwachte of geëscaleerde

situaties.

Page 54: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 54

8. Conclusie en aanbevelingen

8.1 Inleiding In dit laatste hoofdstuk worden de conclusie en aanbevelingen beschreven. Verder wordt antwoord gegeven op de centrale vraag van deze scriptie. Centrale vraag in deze scriptie is Wat is de bijdrage van innovaties op het gebied van audiovisuele technologische hulpmiddelen voor de beeldvorming om beter te kunnen beslissen tijdens de bestrijding van incidenten en calamiteiten? De centrale vraag heeft mede als doel inzicht te geven in de mogelijkheden zoals die er anno 2007 zijn en welke rol ze kunnen spelen in de bestrijding van incidenten. Deze scriptie is geschreven voor de multidisciplinaire diensten brandweer, politie en GHOR die overwegen één van de onderzochte technologische ontwikkelingen op het gebied van beeldvorming in te zetten. Zowel het beeld als het proces dat leidt tot het beeld, zullen in deze scriptie centraal staan. Door inzicht in de beeldbepalende variabelen kan rekening worden gehouden met de manier waarop een beeld wordt gevormd. Hierdoor ontstaat meer begrip voor het verschil in beelden onder de hulpverleners, zodat er uiteindelijk een beter niveau van hulpverlening ontstaat.

8.2 Conclusie Het vormen van een beeld over een situatie is in een aantal stappen te onderscheiden: - focussen, - waarnemen, - betekenis geven. Deze stappen worden bepaald door de inhoud van de hersenen, zoals kennis, ervaring, overtuiging, voorkeur of gewoonte. De stappen worden bepaald door een “bril” waardoor gekeken wordt. Om deze “bril” juist in te vullen is het belangrijk over de juiste informatie te beschikken en deze in te passen in één van de beschreven besluitvormingsprocessen. Het juist omgaan met de verkregen beelden is een punt van aandacht. Dit kan middels mindmapping, plots en het invullen van een stappenplannen voor het vergaren van informatie. Voor het beslissen bij onzekerheid kan gebruik worden gemaakt van beslisbomen. Het ontwikkelde beeld-Xchange model beschrijft mogelijkheden zodat beslissers optimaal kunnen functioneren. Het is wenselijk om de hiervoor benoemde input te verwerken en te ontsluiten via het nog te ontwikkelen ICIS-systeem. Dit kan vergelijkbaar, aan het C2000 project, multidisciplinair ingevoerd worden. Op basis van het verrichte onderzoek naar de inzetbaarheid, de mogelijkheden, de kwaliteit en het leveren van maatwerk met betrekking tot het maken van de gewenste beelden, wordt geadviseerd gebruik te maken van de helikopter en mogelijkheden van de KLPD. Van satellietbeelden wordt het meeste verwacht qua mogelijkheden, maar voorlopig is dit nog te veel fictie. Antwoord op de centrale vraag Overwegende de in de scriptie verwerkte informatie luidt het antwoord op de centrale vraag: De laatste technologische ontwikkelingen op het terrein van beeldvorming tijdens incidenten- en rampenbestrijding kunnen zeker een grote bijdrage leveren aan de bestrijding. Dit heeft echter wel grote effecten op de huidige manier van werken en op het proces van beeld- en besluitvorming.

Page 55: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 55

Hierbij moet als kanttekening worden geplaatst dat het verschil ten opzichte van de huidige situatie en ondersteunende apparatuur, sterk bepalend is hoeveel informatie de gebruiker al dan niet heeft. De innovaties zullen negatief werken als er een overschot aan informatie ontstaat en positief werken als het tekort aan informatie kan worden opgeheven. 8.3 Aanbevelingen In deze scriptie zijn vele zaken belicht. Op basis van de in deze scriptie verwerkte conclusie worden door de schrijver de volgende aanbevelingen gedaan. - Volg de technologische ontwikkelingen en kijk over een jaar of vijf nog eens of satellietbeelden

sneller en met meer detailinformatie verkrijgbaar zijn op de commerciële markt of via Defensie. - Ga niet zelf als brandweer aan de slag, maar maak afspraken met de KLPD en Defensie over het

samen gebruiken van de audiovisuele technologische hulpmiddelen (neem een voorbeeld aan het project helikopterblussing bosbranden van Defensie).

- Rust elke door het Ministerie van Binnenlandse Zaken voor de drie hulpverleningsdiensten

beschikbaar gestelde commandohaakarmcontainer (COH) (Afb.42) en werkruimte van regionaal operationeel- en beleidsteam (ROT en RBT) uit met een antenne van de politie om helikopterbeelden direct te kunnen ontvangen. Of maak afspraken met de politie over een website waarop ingelogd kan worden middels een computer.

(Afb.42) COH

- Werk aan de algemene acceptatie dat het meekijken veilig en noodzakelijk is. In het bijzonder aan het extra aspect, dat de leidinggevende (Big Brother) meekijkt met de eenheden waardoor deze zich bespied voelen en/of aangetast zullen voelen in hun privacy. Hiervoor zullen aanvullende afspraken moeten worden gemaakt. Hierbij valt te denken aan zaken als - een protocol opstellen om de privacy van de medewerkers in het veld te waarborgen, - melden dat “Big Brother” actief is, zodat men weet dat er meegekeken wordt, - gegevens verkregen uit de beelden als vertrouwelijk te behandelen, - mensen niet persoonlijk afrekenen op basis van de waarneming van “Big Brother”, - overdracht van de beelden aan justitie uitsluiten, - benadrukken dat het vooral gaat om te komen tot betere beslissingen en dat dus ook hun veiligheid beter gewaarborgd is, - afspraken maken over welke ingrepen op een lager werkniveau of buiten de functionele taakomschrijving van de beslissers, mee kijken (en dus bemoeien) op afstand rechtvaardigen.

- Zet, zolang als beelden niet werken binnen het beeld-Xchange model of een ICIS-omgeving, een

deskundig persoon in die als regisseur de beelden afkomstig van de innovaties kan selecteren, monteren en bewerken zodat aan de beslissers een korte en reële situatie wordt weergegeven.

Page 56: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 56

- Beelden kunnen goed worden gebruikt om informatie op te doen, maar moeten niet zichtbaar zijn tijdens het nemen van een daadwerkelijk besluit. Is dit wel het geval, dan leiden deze bewegende beelden af en kan dit ten koste gaan van de kwaliteit van de besluitvorming. Overweeg of de inzet van beelden voorziet in een behoefte (informatie-tekort) om te voorkomen dat er een informatie-overschot ontstaat en dit de effectiviteit van het besluitvormingsproces vertraagt.

- Door het gebruik van visuele technologische hulpmiddelen kunnen de theorieën over

beeldvorming (zie hoofdstuk 5) effectiever door de beslissers worden toegepast. - Rust elke veiligheidsregio uit met het informatiemanagement systeem ICIS en combineer dit met

de innovaties op het gebied van beeldvorming.

Page 57: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 57

9. Bijlage

Bijlage A = Overzicht van relevante artikelen verschenen in de media met betrekking tot innovaties Bijlage B = Verklaring van gebruikte afkortingen Bijlage C = Geraadpleegde literatuur

Bijlage D = Geraadpleegde websites Bijlage E = Vragenformulier onderzoek toepasbaarheid Bijlage F = Overzicht van relevante artikelen verschenen in de media

met betrekking tot ander cameragebruik

Page 58: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 58

9. Bijlage

Bijlage A = Overzicht van relevante artikelen verschenen in de media

Page 59: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 59

Page 60: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 60

Page 61: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 61

Page 62: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 62

Page 63: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 63

Page 64: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 64

Page 65: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 65

Page 66: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 66

Page 67: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 67

9. Bijlage

Bijlage B = Verklaring van gebruikte afkortingen

Afkorting: Verklaring: AOV Ambtenaar Openbare orde en Veiligheid Brw. Brandweer COH Commandohaakarmcontainer CORT Commando op ramp terrein COPI Commando op plaats incident COT Crisis Onderzoek Team CTPI Commando team plaats incident DECIS Delft Cooperation Intelligent Systems DLVP Dienst Lucht Vaart Politie DTO Defensie Telematica Organisatie EOC Explosieven Opruimings Commando GBT Gemeentelijk Beleid Team GIS Geografisch Informatie Systeem GHOR Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen HOVD Hoofd officier van dienst ICIS Interactive Collabarative Information Systems ISIS Integrated Staff Information System ISTAR -bataljon Intelligence Surveillance Target Acquisition Reconnaissance bataljon (informatie verzamelen, bewaken, doelopsporing en verkenning) KLPD Korps Landelijke Politie Diensten MCDM Master of Crisis and Disaster Management NFI Nederlands Forensisch Instituut NIFV Nederlands Instituut voor Fysieke Veiligheid NSOB Nederlandse School voor Openbaar bestuur OZB Onroerend Zaak Belasting OVD of OVDB Officier van dienst (brandweer) OVDG Officier van dienst Geneeskundig PDA Personal Data Administrator (hand computer) PVB Project Versterking Brandweer ROT Regionaal Operationeel Team RBT Regionaal Beleid Team SITRAP Situatierapport SWOT Strength, Weakness, Opportunity, Threat (sterkte, zwakte, kans,

bedreiging)

Page 68: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 68

9. Bijlage Bijlage C = Geraadpleegde literatuur * John Adair, Hoe neem je de juiste beslissing?, 1984

* C.G. Bakker en E. Steenbergen-Meertens, IKZ, Integrale kwaliteitszorg en verbetermanagement, 2001

* Prof. Dr. C. Brevoord Informatiehuishouding, 1991

* B.S. Bree, Vuistregels bij besluitvorming, 1989 * Tom Clancy, Op-center, daad van terreur, 2003 * Crisis Onderzoek Team (COT) Rijksuniversiteit Leiden en Erasmus Universiteit

Rotterdam. De Bijlmerramp. Evaluatie rampenbestrijding en Crisismanagement in Amsterdam, mei 1993

* Decis Lab, Combined Systems Decis Lab, 2006

* A & Dirkse-Hulscher, Aan de slag met kennis, 2000

* A & Dirkse-Hulscher, Kennisactiverende werkvormen, 1999 * A & Dirkse-Hulscher, Werken aan teamwerk, 1999

* M.J. van Duin, Van rampen leren, 1982

* R, Flin, MCDM module 5, Sitting in the hot seat, 1996 * G. Geerts en H. Heestermans, van Dale Groot woordenboek der Nederlandse

Taal, 2004

* Goleman, Emotionele intelligentie, emotie als sleutel tot succes, 1996

* Mr. L.A.F.M. Kerklaan, De cockpit van de organisatie, prestatiemanagement met behulp van scorecards, 3e druk 2003

* G. Klein, MCDM module 5, Intuïtie in het werk, 1e druk 2003 * Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, Ervaringen met

geautomatiseerd uitwisselen van informatie tussen crisismanagementsystemen MultiTeam, Icident Master en ISIS. Eindrapport van het project, november 2006

* Prof. Drs. S. Muller, Besluitvorming, wat weten wij ervan?, 1986

* Nibra, Module Brandmeester en Onderbrandmeester, 2004 * lt. General William G. Pagonis, Moving Mountains, lessons in Leadership and logistics

from the Gulf war, 1992

Page 69: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 69

* Raiffa en Schlaifer, Applied Statistical Decision Theory, 1961

* J. Edward Russo Besli(s)t beter!, 1989

* J. van de Ven en M Neef, A Critical Thinking Environment for Crisis Response,2006 * Jouke de Vries en Sebastiaan van der Lubben, Een onderbroken evenwicht in de

Nederlandse Politiek, 2004

Page 70: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 70

9. Bijlage Bijlage D = Geraadpleegde websites www.airrobot.com www.brandweer.nl

www.brandweerkennisnet.nl www.cyclomedia.nl (panoramabeelden) www.decis.nl www.defensie.nl http://earth.google.com www.ftd.de/forschung/73620.html (diverse robot helikopters) www.icis.decis.nl (ICIS systeem) www.kolding.dk/brand/0030908.asp?sid=32141&uid=30816 (beelden ramp kolding) www.mcdm.nl www.multiteam.nl (Telebrains systeem) www.kma-partners.nl/telemedicine.htm (Operatiesysteem ziekenhuis)

www.politie.nl www.satellietfoto.nl www.satimagincorp.com/gallery/ikonos-vatican-city-rome.html (satelliet foto vaticaan)

www.schellinger.demon.nl/start/zulustart.htm (beelden van politiehelikopter)

www.tno.nl/defensie_en_veiligheid www.thales-nederland.nl

www.tedas.nl/index.php?page=60 (leverancier robothelikopter) http://telecom.esa.int/remsat2 (Remsat project in Canada) www.virtuocity.kenniswijk.nl/helmond (virtuele en cameratoepassing op bouw woonwijk)

Page 71: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 71

9. Bijlage Bijlage E = Vragenformulier onderzoek toepasbaarheid

Page 72: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 72

Onderzoek toepasbaarheid technologische ontwikkelingen Om een waardeoordeel te kunnen geven over de verschillende technologische ontwikkelingen voor het verkrijgen van beeldvorming wordt u verzocht onderstaande matrixen in te vullen. In de matrix bruikbaarheid wordt ingegaan op een vooraf geselecteerd aantal bruikbaarheidscriteria. In de matrix toepassing proces (achterzijde van dit formulier) worden de verschillende technologische ontwikkelingen in relatie gebracht tot mogelijke toepassing bij de standaard deelprocessen in de rampenbestrijding. Waardering: U wordt verzocht een waardeoordeel kenbaar te maken middels de volgende karakters; � -- = zeer slecht / nooit � - = slecht / weinig � +/- = twijfelachtig / matig � + = goed � ++ = zeer goed Dit onderzoek kost circa 30 minuten van uw tijd. Naam: ……………………………………………………….. Organisatie: ………………………………………………………..

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

e h

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

t h

elik

op

ter

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

iet

be

eld

en

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding

Verwachting geleverd beeld

Verwachting bruikbaarheid

Snelheid van inzetbaar

Haalbaarheid technologie ontwikkeling

Recentheid beeld

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk

Toegang tot rampterrein

Weersafhankelijkheid

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener

Page 73: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 73

Blz 2. (achterzijde formulier)

Matrix: Toepassing proces Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: Toepassing bij proces

1. Alarmering

2. Bron- en effect bestrijding

3. Voorlichting

4. Waarschuwing bevolking

5. Ontruiming en evacuatie

6. Afzetten en afschermen

7. Regelen verkeer

8. Handhaven rechtsorde

9. Ontsmetting mens en dier

10. Ontsmetten van voertuigen en infrastructuur

11. Inzamelen besmette waren

12. Preventieve openbare gezondheidszorg

13. Geneeskundige hulpverleningsketen

14. Opvang en verzorging

15. Registreren slachtoffers en verwanten informatie

16. Identificatie overleden slachtoffers

17. Uitvaartverzorging

18. Waarnemen en meten

19. Begidsen

20. Toegankelijk en begaanbaar maken

21. Facilitaire zaken

22. Voorzien in primaire levensbehoeften

23. Strafrechtelijk onderzoek

24. Psychosociale hulpverlening

25. Schaderegistratie en - afhandeling

26. Operationele informatievoorziening

27. Milieu

28. Nazorg

29. Verslaglegging

30. Bestuurlijk en juridische ondersteuning

Page 74: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 74

Uitkomsten onderzoek: Resultaat: --

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding 1 3 26 4 4

Verwachting geleverd beeld 1 4 3

Verwachting bruikbaarheid 2 3 5

Snelheid van inzetbaar 6 21 13 3 5

Haalbaarheid technologie ontwikkeling 1 13 1

Recentheid beeld 4 19 1 1

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk 3 27 2 6 2

Toegang tot rampterrein 1 1 3 16

Weersafhankelijkheid 1 3 1 10

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener 4 1

Page 75: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 75

Uitkomsten onderzoek: Resultaat: -

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding 2 3 2 16 6 5 1

Verwachting geleverd beeld 1 6 26 17 4 2

Verwachting bruikbaarheid 1 9 18 14 16 11

Snelheid van inzetbaar 6 6 10 11 8 8

Haalbaarheid technologie ontwikkeling 2 15 1 2

Recentheid beeld 5 8 4 8

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk 3 3 1 5 8

Toegang tot rampterrein 1 6 14 1

Weersafhankelijkheid 4 16 27 16 6

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener 6 5 7 7

Page 76: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 76

Uitkomsten onderzoek: Resultaat: +/-

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding 20 4 10 4 6

Verwachting geleverd beeld 5 21 4 17 17

Verwachting bruikbaarheid 15 6 11 6 6 8 13

Snelheid van inzetbaar 4 3 5 16 16 9

Haalbaarheid technologie ontwikkeling 1 18 5 18 7

Recentheid beeld 6 19 11

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk 1 4 6 11 16

Toegang tot rampterrein 4 3 3 8 21

Weersafhankelijkheid 20 11 2 1 4

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener 2 2 3 18 15 16 10

Page 77: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 77

Uitkomsten onderzoek: Resultaat: +

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding 6 15 1 4 6 6 2

Verwachting geleverd beeld 9 20 3 6 8 11

Verwachting bruikbaarheid 10 18 8 4 2 5

Snelheid van inzetbaar 2 16 8 2 2 2 8

Haalbaarheid technologie ontwikkeling 5 1 2 6 12 16

Recentheid beeld 1 6 8

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk 9 9 18 15 6 3

Toegang tot rampterrein 5 21 24 11 11 5

Weersafhankelijkheid 6 1 3 2 26 7

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener 10 10 10 1 7 4 18

Page 78: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 78

Uitkomsten onderzoek: Resultaat: ++

Matrix: Bruikbaarheid Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: bruikbaarheid

Kosten / Baten verhouding 1 5 1 14 9 23

Verwachting geleverd beeld 21 3 1

Verwachting bruikbaarheid 20 5 2 5 1 1

Snelheid van inzetbaar 1 10 1 1

Haalbaarheid technologie ontwikkeling 25 28 1 19 17 4

Recentheid beeld 30 30 26 1 2 2

Mogelijkheid tot leveren van maatwerk 21 20 2 6 2 1

Toegang tot rampterrein 20 5 2 19 2

Weersafhankelijkheid 1 26 3 13

Vertrouwen in partner / leverancier / bediener 18 18 11 3 3 2

Page 79: Scriptie Jonkman, M.G.J. · 2.5 Motieven 11 2.6 Afbakening 11 3. Beelden en inzicht in de rampenbestrijding 12 3.1 Inleiding 12 3.2 Definitie beeld, crisis, incident en ramp 12 3.3

Scriptie MCDM leergang 9 “Big Brother higher control is watching en beslist beter“

Versie 09 01 juli 2007 79

Uitkomsten onderzoek:Uitkomsten onderzoek:Uitkomsten onderzoek:Uitkomsten onderzoek: Resultaat: Resultaat: Resultaat: Resultaat: --------

Matrix: Toepassing proces Technologische ontwikkeling

Gewenste situatie / toets aspecten

Po

liti

eh

eli

ko

pte

r m

et

ca

me

ra

Ro

bo

the

liko

pte

r

On

be

ma

nd

vli

eg

tuig

Sa

tell

ietb

ee

lde

n

Lu

ch

tfo

to

Pa

no

ram

afo

to

Ca

me

rab

ew

ak

ing

Criteria: Toepassing bij proces

1. Alarmering 16 14 19 24 29 27 30

2. Bron- en effect bestrijding 2 1 5 4 2

3. Voorlichting 3 7 7 4 5 5 8

4. Waarschuwing bevolking 8 6 4 8 5 10

5. Ontruiming en evacuatie 3 6 6 2 3 7

6. Afzetten en afschermen 1 1 2 2 4 4 1

7. Regelen verkeer 5 3 7 4 21

8. Handhaven rechtsorde 1 6 7

9. Ontsmetting mens en dier 6 6 6 6 8 28 6

10. Ontsmetten van voertuigen en infrastructuur 5 2 10 10 11 14

11. Inzamelen besmette waren 6 10 16 16 8 21

12. Preventieve openbare gezondheidszorg 23 25 29 29 29 29 21

13. Geneeskundige hulpverleningsketen 1 2 1 1 3 7 5

14. Opvang en verzorging 16 21 24 22 16 28 2

15. Registreren slachtoffers en verwanten informatie 12 12 11 4 4

16. Identificatie overleden slachtoffers 6 2 6 6 2

17. Uitvaartverzorging 7 23 26 24 24 29 12

18. Waarnemen en meten 2 10 4

19. Begidsen 2 3 2 4 7 2

20. Toegankelijk en begaanbaar maken 1 8 2 4 5 7 3

21. Facilitaire zaken 11 21 26 27 27 28 14

22. Voorzien in primaire levensbehoeften 8 14 24 8 8 24 21

23. Strafrechtelijk onderzoek 1 1 6 7 9 1

24. Psychosociale hulpverlening 21 21 21 17 19 19 14

25. Schaderegistratie en - afhandeling 1 2 1 1 6 8

26. Operationele informatievoorziening 4 4 7 9 8

27. Milieu 6 5 9 3

28. Nazorg 8 11 11 7 7 16 8

29. Verslaglegging 9 9 9 9 9 9 9

30. Bestuurlijk en juridische ondersteuning 9 9 9 9 9 9 9