Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

26
schoolgids 2013-2014

description

 

Transcript of Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Page 1: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

schoolgids2013-2014

Page 2: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

OPENBARE DALTONBASISSCHOOL JAN LIGTHART

LEEUWERIKSTRAAT 1 7203 JB ZUTPHENTELEFOON 0575-512759WEBSITE WWW.JANLIGTHART-ZUTPHEN.NLE-MAIL [email protected] DIRECTEUR CHRIS MERKX

Page 3: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

InhoudsopgaveVOORWOORDEN-2

ONZE SCHOOL-3Dalton (3) - Ouders en leerlingen waarderen ons Daltononderwijs (4)

HET TEAM -4Directie (4) - Leerkrachten (4) - Wijze van vervanging bij ziekte, verlof en scholing (4) - Begeleiding en inzet van stagiair(e)s (4)

GROEPEN-5Groep 1 en 2 (5) - Groep 3 (5) - Groep 4 (6) - Groep 5 (6) - Groepen 6, 7 en 8 (6) - Keuzewerk (6)

VAKKEN EN ONDERWIJSTIJD-6Nederlands (7) - Engels (8) - Rekenen/wiskunde (8) - Oriëntatie op jezelf en de wereld (8) - Bevordering van sociale redzaamheid waaronder gedrag in het verkeer (8) - Kunstzinnige oriëntatie (8) - Bevordering burgerschap en sociale integratie (9) - Bewegingsonderwijs (9) - Buitenschoolse activiteiten (9)

ZORG VOOR LEERLINGEN-10Leerlingvolgsysteem: het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in school (10) - Speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften (10) - (Hoog)begaafdheid (11) - De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs (11) - Huiswerk (12)

JEUGDGEZONDHEIDS-ZORG-12Onderzoeken en vaccinaties (12) - Advisering en verwijzing (12) - Onderzoek op verzoek (12) - Ondersteuning van leerkrachten (12) - Bereikbaarheid en informatie (12)

VERBETERING VAN HET ONDERWIJS-13Uitstroomgegevens (13) - Relatie school en omgeving (13) - Toekomstvisie, zoals vastgesteld door team en m.r. (13)

PEUTERS IN DE JAN LIGTHARTSCHOOL -14Pedagogisch klimaat (14)

DE ROL VAN DE OUDERS-14Het belang van de betrokkenheid van ouders (14) - Informatievoorziening aan de ouders/ leerkrachten (14) - Ouderraad (15) - Medezeggenschapsraad (15)

VRIENDEN-15Acties (15) - Ideeën voor sponsoring/activiteiten (15) - Bestuur (15) - Steunen (15)

VEILIGHEID-16Klachtenprocedure (16) - Vertrouwenspersoon (16) - Kanjertraining (16) - Pestprotocol (17)

PRAKTISCHE INFO-18Het continurooster (18) - Bewegingsonderwijs: kleding en douchen (18) - Schooltas en huiswerk (18) - Telefoons/MP3 spelers e.d. (18) - Verjaardagen (18) - Speelgoed en gezelschapsspelletjes (18) - Lokalen (18) - Gangen en hallen (18) - Schoolplein (18)

SCHOOL- EN VAKANTIETIJDEN-18Schooltijden (18) - Vakantierooster 2013-2014 (18)

BSO NOORDVEEN-19Openingstijden (19) - Aanmelden (19)

Bijlagen-20

1

Page 4: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

VoorwoordenBeste ouders, verzorgers,

Hierbij bieden wij u de nieuwe schoolgids 2013 - 2014 aan van de openbare Daltonbasisschool Jan Ligthart in Zutphen. Met deze schoolgids informeren wij u over de achtergrond, de organisatie en de ideeën van de school. Daarnaast willen wij u een beeld geven van de wijze waarop wij dit in de praktijk brengen.

Voor ouders die op zoek zijn naar een geschikte school voor hun kind(eren) kan deze gids bijdragen tot het maken van een goede keuze. Is, na het lezen van deze gids, uw interesse gewekt? Maak dan een afspraak voor een oriënterend gesprek en een rondleiding op onze school. U krijgt dan een completer beeld en proeft de sfeer.

U kunt natuurlijk ook kijken op www.janligthart-zutphen.nl.

Veel leesplezier gewenst!

Namens het team,

Chris Merkx Directeur

Geachte ouders, verzorgers,

Voor u ligt de schoolgids van OBS Jan Ligthart. De Jan Ligthart is een van de scholen die vallen onder het bestuur van Stichting Archipel. Tot Stichting Archipel behoren sinds 1 januari 2006 alle 22 scholen voor openbaar primair onderwijs in de gemeenten Brummen, Voorst en Zutphen. In totaal telt de stichting ongeveer 3500 leerlingen en 345 medewerkers.

De scholen zijn openbaar. Dit betekent dat ze algemeen toegankelijk zijn en dat er geen onderscheid wordt gemaakt naar godsdienst of levensovertuiging. Verschillen die in onze maatschappij nu eenmaal bestaan in opvattingen en levensbeschouwing worden in de scholen juist actief gebruikt als uitgangspunt voor het onderwijs, met de bedoeling de kinderen respect voor elkaars identiteit bij te brengen.

Stichting Archipel kenmerkt zich door eenheid in verscheidenheid. De verscheidenheid vinden we terug in de aanmerkelijke verschillen die tussen de 22 scholen bestaan, zowel in omvang, in schoolbevolking als in onderwijskundige aanpak.Om de eenheid te kunnen waarborgen zijn gezamenlijke uitgangspunten geformuleerd. Deze zijn terug te vinden in het strategisch beleidsplan 2011-2015, evenals de missie van de stichting:

De scholen van Archipel stimuleren kinderen zich te ontwikkelen tot succesvolle deelnemers aan de maatschappij van de toekomst.

College van bestuur en scholen werken samen aan de ontwikkeling van kwalitatief goed onderwijs. Deze zorg voor kwaliteit staat bij alle ontwikkelingen binnen Archipel centraal.Kernbegrippen daarbij zijn innovatie, professionaliteit, transparantie en betrouwbaarheid. Alle scholen en medewerkers zijn op deze uitgangspunten aanspreekbaar.

Wij wensen u veel plezier bij het lezen van de schoolgids.Mocht u vragen hebben, dan kunt u altijd contact opnemen met de school van uw kind.

Met vriendelijke groet,

College van bestuur Stichting Archipel,

Henk MulderSjaak Scholten

Postadres: postbus 4091, 7200 BB ZutphenBezoekadres: Hogestraatje 3Telefoon: 0575-596120E-mail: [email protected]: 0575-596129Website: www.archipelprimair.nl

2

Page 5: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Onze schoolDe Jan Ligthart is een Daltonschool waar kinderen middels een rijk aanbod zelfstandig leren (zelfstandigheid). Hierbij gebruik makend van de kennis en ervaringen van anderen (samenwerken). Aansluitend bij de mogelijkheden van het kind zal het meer verantwoording krijgen over zijn of haar eigen ontwikkeling (verantwoordelijkheid).Het hanteren van de Daltonprincipes verantwoordelijkheid, samenwerking en zelfstandigheid, biedt optimale mogelijkheden om aan deze aspecten uit het bestuurs-beleidsplan tegemoet te komen: kinderen afkomstig van scholen van Archipel zijn succesvol in het vervolgonderwijs en in de maatschappij van de toekomst doordat zij:•gemotiveerd leren•kritisch denken•effectief communiceren•goed kunnen samenwerken• verantwoordelijke burgers zijn, met oog voor culturele

verschillen• creatief zijn, en daarbij nieuwe technologie kunnen inzetten• flexibel zijn• inzicht hebben in de eigen persoon en zich kunnen inleven

in de ander•gelukkig zijn.

De sfeer waarin een kind opgroeit, is van groot belang om een volwaardig, zelfredzaam mens te worden. Wij vinden daarom een vriendelijk, positief en veilig klimaat belangrijk. Een duidelijke structuur, goede afspraken en regelmaat zijn hierbij basisvoorwaarden.Wij besteden hier dan ook veel aandacht aan, evenals aan sociale omgang en positief gedrag. Hiervoor werken we o.a. met Kanjertraining. De omgangsafspraken en -regels hangen duidelijk zichtbaar in de school. Na iedere vakantieperiode en zo nodig tussendoor worden deze in de groepen besproken.

DALTONDe huidige maatschappij doet een beroep op een grote mate van zelfstandigheid, het kunnen hanteren van vrijheid en verantwoordelijkheid en een groot samenwerkend vermogen.Het werken vanuit de Daltonprincipes vrijheid/verantwoor-

delijkheid, samenwerking en zelfstandigheid biedt optimale mogelijkheden om aan eerder genoemde aspecten tegemoet te komen. De meeste leerlingen vinden de Daltonwerkwijze erg plezierig. Daltononderwijs is een manier om kinderen de kansen te geven waar ze recht op hebben: zich zo goed mogelijk ontwikkelen. De uitgangspunten bieden uitstekende mogelijkheden om aan te sluiten bij de ontwikkeling van het kind. Daarnaast sluit de werkwijze uitstekend aan bij de ontwikkelingen in het voortgezet onderwijsIn Zutphen bestaat de unieke situatie dat er zowel een Daltonbasisschool als Daltonschool voor voortgezet onderwijs is. Ouders zijn uiteraard wel vrij om te kiezen welke school voor voortgezet onderwijs het best bij hun kind past.

SAMENWERKINGDoor leerlingen goed te laten samenwerken, vullen ze elkaar aan, helpen ze elkaar op basis van sterke en zwakke punten, proberen ze samen naar een oplossing te zoeken én stimuleren ze elkaar. Dit stimuleert hun zelfstandigheid en door samenwerkend leren kunnen we nog meer resultaten halen, zowel op sociaal- als leergebied. Wij vinden het belangrijk dat leerlingen ten opzichte van elkaar meelevend, belangstellend en verdraagzaam zijn. Daarbij maken wij gebruik van de principes vanuit het Coöperatief Leren. In de lokalen zitten de kinderen daarom in tafelgroepen van 2 of meer leerlingen.

ZELFSTANDIGHEIDStilzitten, luisteren, oefenen en veel herhalen: ruimte om een eigen weg in te slaan was er vroeger niet bij. Wij stimuleren zelfwerkzaamheid door de kinderen zelfstandig en zelfontdekkend te laten werken. De taken die een kind aangeboden krijgt zijn aangepast aan zijn of haar ontwikkeling en individuele leermogelijkheden. De taken zijn zo op iedere leerling aangepast dat hij of zij er zelfstandig aan kan werken en problemen kan oplossen. Naarmate het kind zelfstandiger wordt, leert het meer gerichte keuzes te maken.De zelfwerkzaamheid komt vooral tot uiting in ons takensysteem, waarmee leerlingen zelf keuzes kunnen maken in bijvoorbeeld de volgorde van de verwerking van de vakken, de dag waarop een taak wordt afgemaakt, de plaats van werken en het wel of niet samenwerken met andere leerlingen.

HELEN PARKHURST EN JAN LIGTHARTHet Daltononderwijs is ontstaan in het Amerikaanse plaatsje Dalton. Helen Parkhurst was hier onderwijzeres aan een ‘éénmansschool’: ze gaf les aan 40 kinderen van zeer verschillende leeftijden. Hoe moest zij al die verschillende kinderen tot hun recht laten komen? Het verschil van aanleg, interesse en leeftijd was namelijk groot en klassikaal onderwijs was praktisch onmogelijk. Om een bepaalde groep kinderen iets uit te leggen en andere kinderen aan zichzelf over te laten moest ze kinderen leren zelfstandig bezig te zijn en elkaar te helpen. Ze ontwikkelde geen strakke methode met voorgeschreven regels, maar paste het onderwijs aan op de kinderen die ze had. Zo ontstonden de drie beginselen van het Daltononderwijs: samenwerking, zelfstandigheid, verantwoordelijk/vrijheid. Jan Ligthart was een onderwijsvernieuwer uit het begin van de vorige eeuw. De nog steeds actuele boodschap van Ligthart is: Stel je niet op tegenover het kind, maar verplaats je in de belevingswereld van het kind. Het gaat in de relatie tussen opvoeder en kind niet om de macht maar om solidariteit.

3

Page 6: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

De leerkrachten begeleiden de kinderen daarbij in hun ontwikkeling. De nadruk ligt dan op de controle van het proces, naast de beoordeling van kwaliteit en kwantiteit van de geleverde prestaties. Door een goede organisatie van deze begeleiding van alle leerlingen geven wij ieder kind zoveel mogelijk onderwijs op maat.

VERANTWOORDELIJKHEID/VRIJHEIDVrijheid betekent niet dat een kind kan doen en laten wat het wil; het gaat gepaard met een groot verantwoordelijkheidsbesef. Kleuters en 12-jarigen ervaren vrijheid in verschillende mate op hun eigen manier. In taken vinden leerlingen vrijheid en verantwoordelijkheid. Hun keuze ligt in:•het tempo en de volgorde waarin een kind wil werken het

al of niet raadplegen en de keuze van hulpbronnen alleen werken of samenwerken met anderen

•de tijd die aan de verschillende onderdelen wordt besteed.De leerkracht kent en begeleidt de kinderen individueel goed. De ruimte voor ieders vrijheid en verantwoordelijkheid wordt afgestemd op wat de leerling aankan.

OUDERS EN LEERLINGEN WAARDEREN ONS DALTONONDERWIJSUit de tevredenheidsonderzoeken onder ouders en leerlingen blijkt een grote mate van waardering. Met name de sfeer, open benadering en zorg voor de leerling door de leerkrachten worden zeer gewaardeerd. Ouders en leerlingen voelen zich op hun gemak. En als er iets is wordt dat besproken en meestal opgelost.

Het team DIRECTIEDe directie geeft leiding aan de school en is daarom verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken en het onderwijsinhoudelijke, personele, materiële en financiële beleid van de school.

LEERKRACHTENGroepsleerkrachten geven onderwijs aan een groep kinderen. Ze richten zich op het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van lessen. Daarnaast heeft iedere leerkracht nog neventaken, zoals lidmaatschap van de medezeggenschapsraad of ouderraad, het beheer van de bibliotheek, de voorbereiding van projecten en deelname aan werkgroepen voor schoolontwikkeling.Alle leerkrachten volgen regelmatig nascholingscursussen. Leerkrachten kijken voortdurend naar hun eigen lesgeven en mogelijke verbeteringen voor hun klassenorganisatie om een goede aansluiting bij de leerlingen te waarborgen. Door middel van collegiale consultatie leren de leerkrachten ook van elkaar en vergroten daarmee hun professionaliteit. Werkvormen van Coöperatief Leren en de Kanjertraining zijn structureel in alle groepen ingevoerd. Voor verdere ontwikkeling met betrekking tot kwaliteitsverbetering leest u meer in het jaarplan op onze website.

Een aantal leerkrachten heeft een speciale taak binnen onze school en zijn daar ook in geschoold: •De Interne Begeleider coördineert de begeleiding van

individuele leerlingen en begeleidt leerkrachten bij het verlenen van extra hulp aan deze leerlingen.

•De Daltoncoördinator coördineert, stimuleert en bewaakt de ontwikkelingen met betrekking tot ons Daltononderwijs. Zie ook het Daltonbeleidsplan.

•De bouwcoördinatoren(onder- en bovenbouw) coördineren de organisatorische en onderwijsinhoudelijke ontwikkelingen binnen de groepen.

•De Coördinator ICT zorgt voor het computeronderwijs. Hij/zij schoolt collega’s, regelt de programmering en coördineert de aanschaf en het gebruik van onderwijsondersteunende programma’s.

•De coördinator Culturele Educatie coördineert en stimuleert de culturele activiteiten, onder andere in samenwerking met Edu-Art.

•Contactpersoon: Leerlingen en/of ouders kunnen bij deze persoon terecht met klachten, die zij niet met de leerkracht of directie willen bespreken. Vertrouwelijkheid is hierbij het uitgangspunt.

WIJZE VAN VERVANGING BIJ ZIEKTE, VERLOF EN SCHOLINGWanneer een leerkracht ziek of afwezig is wordt hij vervangen door een invaller. Wij hebben hiervoor een contract bij de vervangingspool, POOL35.

BEGELEIDING EN INZET VAN STAGIAIR(E)SIeder schooljaar zijn er enkele studenten van een pabo en roc-opleiding onderwijs-/klassenassistent op onze school. Meestal blijven ze een aantal weken in een bepaalde groep om het vak van leraar in de praktijk te ervaren. Ze voeren stage-opdrachten uit, ondersteunen de leerkracht en geven proeflessen. De groepsleerkracht is verantwoordelijk voor de stagiair(e). Daarnaast kunnen er een aantal lio-stagiair(e)s op onze school zijn. Een lio-stagiair(e) is een leraar in opleiding en is bezig aan zijn/haar laatste jaar aan de pabo. Gedurende de stageperiode dient deze stagiair(e) geheel zelfstandig een groep te draaien. In deze periode kunt u ook bij de lio-er terecht met uw vragen over uw zoon of dochter.

4

Page 7: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

GroepenOm de mogelijkheden van het Daltononderwijs verder uit te diepen, werken we regelmatig groepsdoorbrekend aan de takenkaart. Dit houdt in dat een aantal leerlingen van de groepen 4 t/m 8 met elkaar samenwerken in de hal:• leerlingen werken op eigen niveau• zelfstandig werken en eigen verantwoordelijkheid worden

versterkt• samenwerking wordt bevorderd•betere leerlingen kunnen doorwerken, zwakkere leerlingen

krijgen extra ondersteuningEr is een goede samenwerking tussen de leerkrachten van de verschillende groepen om een doorgaande lijn te garanderen.

Bij de groepsindeling houden we rekening met :• vriendjes/ vriendinnetjes• contact leerkracht-leerling•gevoel van veiligheid/geborgenheid binnen de groep•evenwichtige verdeling van kinderen die op de één of

andere wijze extra zorg nodig hebben• sociale redzaamheid van het kind• familie

Dit schooljaar hebben we de leerlingen verdeeld over 6 groepen:•GROEP 1/2 A

Lydia Mogesomp: maandag, dinsdag, woensdag Annet Nikkels: woensdag, donderdag, vrijdag Op woensdag werkt afwisselend een van de leerkrachten

•GROEP 1/2 B (na herfstvakantie)Guyonne Krijnen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag

•GROEP 3 Marjan Ruiterkamp: maandag Jorien Nijenhuis: dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag

•GROEP 4/5 Janneken Braakhekke: maandag, dinsdag Aafke Harmsen: woensdag, donderdag, vrijdag

•GROEP 6 Ton Willink : maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag Margreet Bossenbroek: woensdag

•GROEP 7/8 Margreet Bossenbroek: maandag, dinsdag Marjan Ruiterkamp: woensdag, donderdag, vrijdag

• INTERNE BEGELEIDER Nienke Lubbers: dinsdag, donderdag (soms op maandag)

•DIRECTEUR Chris Merkx: dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag

GROEP 1 EN 2De kleuters werken met takenborden, waarop de foto’s van de kinderen hangen en de kaarten met daarop de afbeelding van de taken van de week en daarnaast de keuzetaken. In de kring wordt uitgelegd wat deze week de taken zijn. Als een kind op een bepaalde dag een taak doet, dan plaatst hij of zij bij de eigen foto een gekleurde dop (in de kleur van de dag) in het takenbord. Als de taak klaar is, wordt ernaast de gekleurde dop een witte dop gedaan.Groep 1 heeft meestal twee taken per week. Groep 2 heeft twee tot drie taken per week. Aan deze taken mag de hele week gewerkt worden, zolang ze maar op de laatste dag klaar zijn. Het takenbord kan ook een opdracht bevatten zoals spelen in de huishoek, bouwhoek, verteltafel, schrijf/leeshoek of luisterhoek.

’s Morgens bij de inloop om 8.15 uur kiezen de kinderen uit het materiaal uit de kasten (puzzels, leerspelletjes, constructiemateriaal e.d ). De kinderen van de groep 2 kiezen op dat moment een activiteit van hun takenkaart voor keuzewerk. Hierop staan 10 activiteiten. Na een paar weken komen er andere activiteiten op de takenkaart voor keuzewerk.In de groepen 1-2 wordt gewerkt met de methode Schatkist. De leerkracht daagt de kinderen uit zich te ontwikkelen op verschillende gebieden, zoals samenspelen, redeneren, communiceren en onderzoeken. Dit gebeurt aan de hand van betekenisvolle thema’s van ± 6 weken uit de belevingswereld van het kind. Kinderen ontwikkelen zich doordat zij bepaalde kernactiviteiten uitvoeren, bijvoorbeeld spel- constructie-, en gespreksactiviteiten in een uitdagende groepsruimte. Er wordt in de leerlijnen steeds van uitgegaan dat de geformuleerde leerdoelen bereikt worden.

5

Page 8: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

GROEP 3In groep 3 werken we met een takenbord en een takenkaart. Op dit bord staan taken die op die dag gedaan moeten worden en de vervolgtaken waaruit gekozen kan worden. De kinderen hangen hun naam onder het gekozen taakje. De vervolgtaken mogen, afhankelijk van de opdracht, alleen of samen worden gemaakt. Het zijn opdrachten die variëren in moeilijkheidsgraad. Ook hier werken we met een keuzebord. Hierop staan alleen taken waaruit gekozen kan worden, afhankelijk van de belangstelling van het kind. Deze taken bestaan uit diverse vakgebieden: taal/lezen, schrijven, rekenen, wereldoriëntatie en creatieve vakken. Deze taken zijn vaak “zelfcorrigerend” en mogen alleen of samen worden gemaakt. Soms zitten daar ook verplichte samenwerkingsopdrachten bij. In de loop van het jaar gaan we over op de takenkaart. De kinderen kleuren dan het gemaakte werk in met de kleur van de dag.

GROEP 4In groep 4 werken we met een taak met 5 dagtaken op 1 takenkaart. Vaste onderdelen zijn rekenen, taal, lezen en schrijven. De takenkaart wordt zonodig elke ochtend geheel of gedeeltelijk besproken en bestaat uit basisstof (voor iedereen), extra stof (verdieping of herhaling) en keuzewerk. Als een onderdeel klaar is, wordt het door de leerling ingekleurd op de takenkaart. Afhankelijk van de groep en de leerlingen wordt later in het schooljaar een begin gemaakt met de meerdaagse taak, waarbij voor meerdere dagen wordt gepland. Samenwerken is belangrijk, omdat kinderen ook van elkaar kunnen leren en zo ook leren omgaan met uitgestelde aandacht. Het kind mag zelf bepalen waarmee het begint en leert het werk zo te plannen dat het op tijd klaar is. Zo is de groep aan het werk, terwijl de leerkracht leerlingen met vragen kan helpen.

GROEP 5In groep 5 gaan we verder met de meerdaagse taak, alleen wordt het aantal vakken uitgebreid. Naast lezen, schrijven, rekenen en taal komen ook de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, natuuronderwijs en verkeer op takenkaart te staan. Gedurende het jaar wordt gestart met de weektaak,

die ertoe leidt dat kinderen heel zelfstandig leren werken. De leerlingen mogen zelf hun leeractiviteiten van de takenkaart kiezen, overleg plegen en samenwerken. Alles binnen de afgesproken grenzen. De takenkaarten gaan vanaf deze groep mee naar huis, met eventueel een opmerking over de werkhouding of prestatie van het kind in die week. Ook de leerlingen kunnen hun bevindingen van die week op de takenkaart vermelden. Ouders krijgen zo een actueel beeld van de prestaties van hun kind en zien waarmee ze bezig zijn. Ook zij kunnen op de takenkaart een opmerking maken. De takenkaart komt, nadat hij thuis besproken en ondertekend is, weer terug op school. GROEPEN 6, 7 EN 8In deze groepen wordt overgegaan naar een volledige weektaak. Deze weektaak leidt ertoe dat de kinderen heel zelfstandig werken. De leerlingen mogen zelf hun leeractiviteiten van de takenkaart kiezen, overleg plegen en samenwerken. Alles weer binnen de afgesproken grenzen. Voor de meeste kinderen is de basisstof gelijk. Als leerlingen niet voldoende hebben aan de basisstof of deze niet aankunnen, wordt de basisstof voor hen aangepast. Het werk wordt door de kinderen zelf gecorrigeerd, met een toeziend oog van de leerkracht. Aan de hand van controletoetsen blijkt hoe goed kinderen de stof beheersen. Kinderen die hiermee moeite hebben, krijgen extra uitleg of herhalingsstof. De kinderen die de basisstof beheersen, gaan verder met extra stof (verdieping) die hen uitdaagt om nog meer kennis op te doen.De takenkaarten gaan mee naar huis, net als in groep 5.

KEUZEWERKIn alle groepen zijn er materialen voor keuzewerk. Dit is een essentieel onderdeel van het Daltononderwijs. Op een vast moment in de week werken leerlingen met de keuzewerkmaterialen. Bij keuzewerk kiezen leerlingen naar eigen interesse een activiteit uit de keuzewerkkast, zoals techniekdozen, ontdekmaterialen, educatieve spelletjes en dramaopdrachten. Hiermee wordt op een originele, speelse manier leerstof aangeboden.

Vakken en onderwijstijdHet leerstofaanbod stelt onze leerlingen in staat zich optimaal te ontwikkelen en voor te bereiden op het vervolgonderwijs. Daarbij voorziet de school in een breed aanbod, gericht op verwerving van kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen. Onze school gebruikt moderne methodes die voldoen aan de kerndoelen en door de leerkrachten integraal worden gebruikt. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van methode- onafhankelijke toetsen en methodegebonden toetsen. Het leerstofaanbod vertoont samenhang en biedt een ononderbroken ontwikkelingsproces. Het leerstofaanbod is afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerlingen en op het gebruik van ict middelen. De inhouden van de kerndoelen kunnen waar mogelijk in samenhang worden aangeboden.

Alle kinderen krijgen per week 24 les. De onderwijstijd wordt over de vak- en vormingsgebieden verdeeld:GROEP 1 EN 2•werken met ontwikkelingsmaterialen•bewegingsonderwijs• taalontwikkeling• rekenontwikkeling•oriëntatie op mens en wereld•kunstzinnige oriëntatie

GROEP 3 T/M 6• taal, lezen en schrijven• rekenen en wiskunde •oriëntatie op mens en wereld•kunstzinnige oriëntatie•bewegingsonderwijs

GROEP 7 EN 8• taal, lezen en schrijven• rekenen en wiskunde•oriëntatie op mens en wereld•Engels•kunstzinnige oriëntatie•bewegingsonderwijs

6

Page 9: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Uitgaande van ons Daltononderwijs, waarbij ook met takenkaarten gewerkt wordt, zult u in het rooster niet altijd deze uren beschreven zien. De hierboven genoemde uren zijn gemiddeld op weekbasis de uitgangspunten van ons onderwijs. Deze worden, indien de resultaten van het onderwijs daartoe aanleiding geven, jaarlijks bijgesteld.

NEDERLANDSGROEP 1-2Methode: SchatkistIn Schatkist zijn leerlijnen uitgewerkt op het gebied van mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele vaardighedenberedeneerd aanbod op de gebieden mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid, sociaal-emotionele ontwikkeling, wereldoriëntatie, kunstzinnige oriëntatie en motorische ontwikkeling. We maken gebruik van ‘Schatkist” en het daarbij behorende computerprogramma. In de ontwerpschema’s van de thema’s staan aangeboden gebieden vermeld en daarna in de weekplanning en dagschema in het logboek.

GROEP 3Methode: Veilig leren lezen, maan versieVeilig leren lezen is een taal/leesmethode. Dat houdt in dat ervoor gekozen is om vanuit een geïntegreerd onderwijsaanbod zowel de mondelinge als de schriftelijke taalontwikkeling op systematische wijze te stimuleren.Wat mondelinge taalontwikkeling ligt de nadruk op de uitbouw van communicatieve vaardigheden, de bevordering van boekoriëntatie en verhaalbegrip, en de vergroting van de woordenschat.Wat schriftelijke taalontwikkeling betreft staat het leren lezen en spellen van eenvoudige woordstructuren centraal.Veilig leren lezen sluit aan op de Tussendoelen beginnende geletterdheid. Alle aspecten van de beginnende geletterdheid komen vanaf het begin geïntegreerd aan bod. De methode Veilig leren lezen vormt wat de tussendoelen betreft een doorgaande lijn met de methode Schatkist die in de kleutergroepen wordt gebruikt.

GROEP 4-8Methode: EstafetteKenmerken van een goede technische leesvaardigheid zijn accuratesse (correct lezen) en vlotheid (vlot lezen). Niet alleen correct maar ook vlot kunnen lezen is belangrijk voor begrijpend lezen. Vooral voor de zwakkere lezers blijft dit oefenen, zowel op woord- als op tekstniveau, een belangrijk onderwijsdoel. De differentiatie binnen de methode Estafette heeft daarom het volgende uitgangspunt: zwakke lezers krijgen veel instructie op hun eigen niveau en veel meer leertijd. Dat is precies wat ze nodig hebben om toch binnen een redelijke tijd de operationele doelen voor technisch lezen te halen.

Methode: NieuwsbegripNieuwsbegrip XL is ingevoerd als complete methode voor begrijpend lezen, die aan de kerndoelen voor begrijpend lezen voldoet. Nieuwsbegrip werkt aan kerndoelen Nederlands Mondeling onderwijs, Schriftelijk onderwijs en Taalbeschouwing, waaronder strategieën. Naast Kerndoelen werkt Nieuwsbegrip ook Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid. Het gaat om Tussendoelen Lees- en Schrijfmotivatie, Begrijpend Lezen, Strategisch Schrijven, Informatieverwerking, Leeswoordenschat en Reflectie op geschreven taal.

Methode: TaaljournaalIn Taaljournaal Taal komen de leerlijnen luisteren, spreken, lezen, schrijven, taalbeschouwing en woordenschat aan de orde. Taaljournaal Spelling bevat leerstof voor de onveranderlijke woorden en de veranderlijke woorden en is gericht op het ontwikkelen van probleemoplossend gedrag. Er worden bij spelling vijf spellingstrategieën onderscheiden: fonologische strategie of luisterweg; regelstrategie of regelweg; inprentstrategie of weetweg (voorkeursstrategieën); analogiestrategie of net-als-weg; opzoekstrategie of opzoekweg. Taaljournaal Woordenschat biedt aanvullende leerstof voor meertalige en/of taalzwakke leerlingen en heeft tot doel “een gerichte uitbreiding van de woordenschat”. Elke week worden dertig woorden aangeleerd.

7

Page 10: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Methode: Zwart op WitSchrijven geven we met de methode Zwart op Wit. Deze methode besteedt veel aandacht aan de fijne en grove motorische ontwikkeling. Dit is essentieel voor het ontwikkelingen van een goed leesbaar handschrift. Daarnaast komen ook de creatieve aspecten van het schrijven in deze methode goed naar voren. Tevens biedt het de mogelijkheid om typevaardigheid te oefenen en ‘digitaal’ te leren schrijven.

De leerling krijgt in de loop van groep 3 en aan het begin van groep 4 een vulpen. Deze pen krijgen de leerlingen in bruikleen. Aan het eind van de schoolperiode wordt het eigendom. Bij moedwillige beschadigingen (kauwen, onzorgvuldigheid etc.) dient de pen te worden vergoed. Bij ongelukken vergoedt de school de pen uiteraard.

ENGELSGROEP 7-8Methode: Groove.meGroove.me is een revolutionaire digibord lesmethode Engels voor het basisonderwijs. Muziek is de basis van alle lessen. De muziek die gebruikt wordt is ‘echte’ muziek: bekende popsongs en eigentijdse hits in hun oorspronkelijke uitvoering.In de lessen wordt het thema van het liedje gebruikt om leerlingen Engels te leren, daarbij komen alle vaardigheden aan bod. De lessen beperken zich niet tot alleen de woorden uit het liedje, maar worden uitgebreid met woorden passend bij het thema.Muziek helpt kinderen om Engels beter te onthouden. Tijdens het luisteren naar deze muziek, ontstaat er bij kinderen emotie. Wetenschappers hebben vastgesteld dat door deze emotie er een stof en werking in de hersenen ontstaat waardoor kinderen het geleerde makkelijker kunnen onthouden.Bijna alle kinderen houden van muziek en volgen de hits uit de top 40. Ze zijn heel nieuwsgierig naar ‘hun’ helden en willen van alles weten over de muziek en het Engels kunnen begrijpen. Hun motivatie om Engels te willen leren is en blijft door de keuze voor deze muziek enorm groot. Muziek geeft zelfvertrouwen. Kinderen zijn zo enthousiast over deze muziek, dat ze ongemerkt meteen over de moeilijke drempel stappen om zelf Engels te durven zingen en praten. Met muziek leer je Engels via zoveel mogelijk intelligenties:

zien, kijken, horen, luisteren, zeggen, zingen, lezen, voelen en bewegen. Ook via het digibord en de opdrachten speelt Groove.me steeds in op diverse zintuigen en leerstijlen met opnieuw als gevolg dat kinderen sneller Engels leren.

REKENEN/WISKUNDEGROEP 1-2Methode: SchatkistIn Schatkist zijn leerlijnen uitgewerkt op het gebied van mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid en sociaal-emotionele vaardighedenberedeneerd aanbod op de gebieden mondelinge taal, woordenschat, beginnende geletterdheid, beginnende gecijferdheid, sociaal-emotionele ontwikkeling, wereldoriëntatie, kunstzinnige oriëntatie en motorische ontwikkeling. We maken gebruik van ‘Schatkist” en het daarbij behorende computerprogramma en de voorloper van de rekenmethode. De methode Alles Telt wordt ook in groep 1 en 2 gebruikt als aanvulling op Schatkist. In de ontwerpschema’s van de thema’s staan aangeboden gebieden vermeld en daarna in de weekplanning en dagschema in het logboek.

GROEP 3-8Methode: Alles TeltVanaf groep 3 leren we leerlingen handig tellen, de tafels, de vier hoofdbewerkingen, cijferen, breuken kommagetallen, procenten, verhoudingen en meten & wegen, klokkijken, schatten & hoofdrekenen, grafieken & tabellen. De methode Alles telt sluit goed aan op de uitgangspunten van het Daltononderwijs door in te spelen de niveauverschillen van leerlingen en leerlingen te leren rekenen aan de hand van praktijkvoorbeelden.

Vanaf groep 5 kunnen leerlingen werken op hun eigen rekenniveau als dat noodzakelijk is. Voor kinderen die het minimum niveau in de methode nog te moeilijk vinden, werken we met de maatschriften. Het maatschrift vervangt het gewone werkschrift en zorgt ervoor dat leerlingen op een aangepast niveau toch alle rekenstof doorlopen. Ook voor het begeleiden van snelle leerlingen biedt de methode extra mogelijkheden. De methode wordt conform de handleiding gebruikt en voldoet

aan de kerndoelen.

ORIËNTATIE OP JEZELF EN DE WERELDGROEP 1-2In groep 1 en 2 wordt hoofdzakelijk thematisch gewerkt. Hiervoor worden de thema’s van Schatkist gebruikt. Uitgangspunt daarbij is de eigen belevingswereld, de ervaring en de waarnemingen die bij voorkeur niet uitsluitend kijken betekenen maar ook voelen, tillen, ruiken, bewegen, aanraken, betasten, luisteren. De leerlingen leren stap voor stap de wereld om zich heen kennen en kunnen relaties leggen met ruimte en tijd, met menselijk gedrag, met de natuur en het natuurkundig gebeuren, en met de kijk van het kind op zichzelf, bij het leren zien van oorzaak en gevolg en bij het veroveren van taal als communicatiemiddel.

GROEP 3-8Methoden: Naut, Meander, BrandaanIn dit leergebied oriënteren leerlingen zich op zichzelf, op hoe mensen met elkaar omgaan, hoe ze problemen oplossen en hoe ze zin en betekenis geven aan hun bestaan. Leerlingen oriënteren zich op de natuurlijke omgeving en op verschijnselen die zich daarin voordoen. Leerlingen oriënteren zich ook op de wereld, dichtbij, veraf, toen en nu en maken daarbij gebruik van cultureel erfgoed.Wij maken gebruik van Naut, Meander, Brandaan . Deze methode biedt de zaakvakken in samenhang aan. De onderwerpen zijn zo gekozen dat ze vanuit de verschillende zaakvakken kunnen worden toegelicht. In groep 3 en 4 worden de kinderen met het leer- en doeboek voorbereid op de zaakvakken, die in de groepen 5 t/m 8 een belangrijkere rol gaan spelen. De differentiatie naar leerstijl gebeurt met de bakkaarten. De opdrachten zijn gemaakt volgens de meervoudige intelligentietheorie van H. Gardner.

BEVORDERING VAN SOCIALE REDZAAMHEID WAARONDER GEDRAG IN HET VERKEERGROEP 1-8Methode: Klaar over!Het onderwijs in sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer is erop gericht, dat de leerlingen kennis, inzicht en

8

Page 11: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

vaardigheden verwerven als consument en als deelnemer aan het verkeer en groepsprocessen.

KUNSTZINNIGE ORIËNTATIEGROEP 3-8Methode: Moet je doenDoor middel van een kunstzinnige oriëntatie maken kinderen kennis met kunstzinnige en culturele aspecten in hun leefwereld. Het gaat bij dit domein om kennismaking met dié aspecten van cultureel erfgoed waarmee mensen in de loop van de tijd vorm en betekenis hebben gegeven aan hun bestaan. Het gaat bij kunstzinnige oriëntatie ook om het verwerven van enige kennis van de hedendaagse kunstzinnige en culturele diversiteit.

BEVORDERING BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIEGROEP 1-8De school stemt het onderwijs m.b.t. burgerschap en sociale integratie af op de specifieke omstandigheden in en rond de school. Burgerschap vormgeven doen we onder andere met behulp van de “Kanjertraining”. Onder burgerschap verstaan wij: het zelfstandig verantwoordelijkheid nemen door leerlingen van gemeenschapsbelangen binnen en buiten de school.Het gaat om een activiteit: initiatief nemen, zelf keuzes maken en consequenties dragen. Binnen het Daltononderwijs worden veel kansen aangeboden om actief ervaringen op te doen. De volgende activiteiten worden op school ingezet:

DEMOCRATIE:•Gemengde groepjes•Deelname groepsgesprekken •Afspraken en regels samen maken•Pestprotocol•Samen besluiten nemen•Groepswerk

PARTICIPATIE:•Helpen opruimen•Actie om de buurt netjes te houden•Verantwoordelijkheid voor de groepstaken

•Geld inzamelen voor goede doelen• Tutor zijn voor leerlingen uit lagere groepen•Samenwerken•Buurtacties

IDENTITEIT:•Buitenschool instanties bezoeken•Samenwerking met verschillende kinderen•Eigen omgeving leren kennen•Vieringen•Verzorgen van oorlogsmonument•Groepsopdrachten

BEWEGINGSONDERWIJSDoelstelling: het bewegingsonderwijs is erop gericht, dat de leerlingen:•kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om hun

bewegingsmogelijkheden te vergroten;•enige kenmerkende hulpmiddelen en bijbehorende

begrippen kunnen gebruiken;•een positieve houding ontwikkelen, dan wel behouden, met

betrekking tot deelname aan de bewegingscultuur;•omgaan met elementen als spanning, verlies en winst.Aan de orde komen: gymnastiek en spel.

BUITENSCHOOLSE ACTIVITEITENSPORTDAGDe groepen 6 en 7 hebben jaarlijks een sportdag samen met andere basisscholen uit de gemeente Zutphen.

SPORTTOERNOOIENIeder jaar worden er verschillende toernooien georganiseerd door verenigingen. Wij doen mee aan het schaak-, voetbal-, korfbaltoernooi. Diverse kinderen uit de groepen 5 t/m 8 kunnen zich hiervoor opgeven. Veel van deze evenementen vinden in het weekend plaats. Kinderen die mee willen doen, dienen dan ook toestemming van hun ouders te hebben. Opgeven is meedoen!

SCHOOLREISJE EN SCHOOLKAMPDe groepen 1 en 2 gaan op schoolreis naar een speeltuin of houden een “themaspeldag”. Ze leven zich dan helemaal uit

9

Page 12: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

in een thema passend in hun leefwereld en aansluitend bij het thema, waarmee ze op dat moment bezig zijn. Groep 3-7 gaat een dag met de bus op pad naar een of meer attracties in Nederland.

Groep 8 gaat op schoolkamp. Geheel volgens de Daltongedachte zorgen zij zelf voor een groot deel van de benodigde financiën door het organiseren van acties. Hierdoor en door de sponsoring, blijft het schoolkamp voor iedereen betaalbaar. Vanwege de samenstelling van de groepen kan het zijn dat bovenstaande voor de combinatiegroepen wordt gewijzigd. We zullen u hierover informeren.

EXCURSIESVerspreid over het jaar maken diverse groepen regelmatig excursies naar bijvoorbeeld het ziekenhuis, een boerenbedrijf, de bibliotheek of een museum. Meestal gebeurt dit in het kader van Culturele Educatie in een bepaald vak of naar aanleiding van een project.

Zorg voor leerlingenLEERLINGVOLGSYSTEEM: HET VOLGEN VAN DE ONTWIKKELING VAN DE KINDEREN IN SCHOOLHet dagelijkse werk van de kinderen vormt de basis voor het volgen, bijsturen en extra helpen van de leerlingen door de groepsleerkracht. De aangeboden leer-/lesstof wordt geëvalueerd en aan de hand van de resultaten wordt bekeken of de leerlingen het gestelde doel hebben bereikt. Daarnaast wordt bekeken welke leerling of welke leerstof extra aandacht nodig heeft. De zorg voor leerlingen, zoals die binnen onze school is georganiseerd, staat beschreven in het Zorgplan. Dit kunt u vinden op onze website.

Er wordt gebruik gemaakt van methode-gebonden toetsen, methode-onafhankelijke toetsen, observatielijsten en signaleringslijsten. Tweemaal per jaar worden de leerlingen bekeken met de Cito-toetsen rekenen/wiskunde, begrijpend en technisch lezen, spelling en woordenschat.De gegevens worden verwerkt in het Cito leerlingvolgsysteem. Ze zijn bedoeld om, naast de groepsgegevens, de ontwikkeling van de leerling regelmatig te bekijken: heeft het geboden onderwijs voldoende effect op de leerlingen. Eventueel worden nog aanvullende toetsen afgenomen.De leerlingen uit groep 1 en groep 2 worden ook getoetst om hun ontwikkeling goed in beeld te brengen. Bij de leerlingen uit groep 2 wordt de toets ook gebruikt om te kijken of ze alle vaardigheden voor groep 3 beheersen. Daarnaast wordt de sociaal-emotionele ontwikkeling gevolgd. In het protocol overgang groep 1-2-3 is vastgelegd hoe wordt bepaald of kinderen overgaan naar een volgende groep. Dit protocol is op school ter inzage en zal ook op de website komen. Voor groep 4 t/m 8 is een dergelijk protocol in voorbereiding.

DE VERSLAGLEGGING VAN GEGEVENS OVER LEERLINGEN DOOR DE GROEPSLERAARDe groepsleerkracht verzamelt de gegevens over de leerlingen in de groepsmap. Hij/zij beheert deze zelf. Tweemaal per jaar krijgen de leerlingen van de groepen 2 t/m 8 een rapport mee

en de jongste kleuters krijgen dit aan het eind van groep 1. Dit rapport gaat mee naar huis en wordt na ondertekening weer op school ingeleverd. Deze rapportgegevens worden ook bewaard in de groepsmap. Als de leerlingen van school gaan mogen ze hun rapport behouden.

Van iedere leerling wordt een leerlingendossier bijgehouden. Hierin worden onder andere gegevens opgenomen over het gezin, leerlingbesprekingen, onderzoeken, handelingsplannen en gesprekken met ouders. Deze gegevens worden behandeld conform de wet op de privacy.

BESPREKING VAN DE VORDERINGEN VAN DE LEERLINGENWe onderscheiden teamvergaderingen, werkvergaderingen, daltonvergaderingen, zorgoverleg en groepsbesprekingen. De vorderingen van de leerlingen kunnen bij al deze vergaderingen op de agenda staan. Bij het zorgoverleg en de groepsbesprekingen is de zorg in de groep het uitgangspunt. Tijdens deze groepsbespreking overlegt de leerkracht met de interne begeleider.Ook buiten bovenstaande besprekingen om kan de leerkracht problemen van individuele leerlingen met de intern begeleider bespreken. Het kan hierbij zowel over leerproblemen als over problemen op het sociaal-emotionele vlak gaan.

SPECIALE ZORG VOOR KINDEREN MET SPECIFIEKE BEHOEFTENZoveel mogelijk kinderen moeten naar een gewone basisschool kunnen. Daarom is er binnen de basisschool veel meer speciale zorg en wordt dit steeds verder verbeterd. Toch zullen er Speciale scholen voor Basisonderwijs blijven voor kinderen die daar het beste op hun plaats zijn, omdat de basisschool die specifieke hulp niet kan bieden.

De speciale zorg voor kinderen bij ons op school wordt in de volgende tabel stap voor stap beschreven. Hierbij is continu sprake van tweerichtingverkeer.

10

Page 13: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Betekenis leerkrachten en school (inter)Actie naar oudersBasispakket: zorg op en door de school

Stap 1Leerkracht observeert, signaleert en werkt handelingsgericht

Leerkracht in gesprek met ouders over de ontwikkeling van hun kind

Stap 2Leerkracht overlegt met collega(s)Leerlingbespreking / intercollegiale consultatie

Leerkracht in gesprek met ouders, delen zorgen, uitwisselen erva-ringen, afstemmen aanpak

Stap 3Leerkracht overlegt met IB-er- wat/wie is nodig binnen school?- wat/wie is nodig buiten school?Samen HG(P)D formulier invullen

Leerkracht informeert ouders over HGW en wisselt ervaringen uit (expertise ouders gebruiken)

PluspakkettenSchoolnabij: óp school aangevuld met externe zorg

Stap 4 IB-er (en lk) heeft consultatief overleg/schakelt externe expertise in (op school/thuis): IJsselgroep, experts SEO, dyslexperts, SMW, PAB-er, GGD, anderen

Toestemming van ouders regelenHen betrekken als partner-in-zorg bij gesprekken (toestemming ouders)

Bovenschoolse en externe zorg: WSNS / Zorg en adviesteamStap 5Inbrengen bij het ZAT Toestemming ouders regelen, oud-

ers vullen eigen formulier in voor het ZAT, ouders hebben inzage in het dossier dat naar het ZAT gaat

Vervolg: onderwijs- en zorg ‘op maatStap 6Ondersteuning/aanpassingen in reguliere school, evt. mbv rugzak (LGF/PGB), aangepaste onder-wijsvorm buiten reguliere school (SBO, clusterscholen), aangepaste voorzieningen voor jeugdzorg onder en na schooltijd, afstemming school – behandeling zorg

School steunt ouders bij keuze:eigen school kind, Bao – Bao, PCL/SBO, CvI/SO: cluster-school*, CIZ * [* indicatie nodig](nieuwe) school heeft contact met ouders over resultaten en tevredenheid

NB Evaluatie en monitoring van de resultaten van de acties is vast onderdeel van elke stap.

(HOOG)BEGAAFDHEIDBegaafde kinderen krijgen ook de extra hulp en aandacht die zij nodig hebben. Daarvoor staan diverse onderwijsleermiddelen voor de leerling ter beschikking. Het Daltononderwijs biedt ook voor deze leerlingen goede mogelijkheden.Mogelijkheden die we inzetten zijn:•Het compacten van de leerstof, waardoor deze leerlingen

sneller door de leerstof kunnen gaan.•Het verbreden van de leerstof, waarmee deze leerlingen een

breder aanbod krijgen dan het standaard programma.•Een uitdagend programma middels de Eurekataak. Met de invoering van de Eurekataken is een werkwijze ontwikkeld voor kinderen die onvoldoende worden uitgedaagd. Eurekataken richten zich op andere vakgebieden en spreken andere interesses van leerlingen aan. Het is dus niet meer van hetzelfde, maar juist ander werk. Dit werk loopt naast de weektaak.Voor leerlingen die hoogbegaafd zijn, wordt door de leerkracht een handelingsplan gemaakt.Hierin worden streefdoelen geformuleerd die we willen bereiken. Hoogbegaafde kinderen krijgen dus een eigen programma, waarmee ze kunnen inlopen en/of zich kunnen gaan verbreden in hun mogelijkheden. Een dergelijk programma wordt in overleg met de ouders samengesteld. In het schooljaar 2013-2014 is een Pusgroep gestart. Eureka kids gaan één keer per week naar deze Plusgroep die onder leiding staat van een extra leerkracht. De leerkracht gebruikt elementen van “verhalend ontwerpen” en “21st century skills” om een uitdagend lespakket voor de Eureka kids te ontwikkelen.

DE BEGELEIDING VAN DE OVERGANG VAN KINDEREN NAAR HET VOORTGEZET ONDERWIJSNa groep 8 van de basisschool wacht de belangrijke stap naar het voortgezet onderwijs. De leerkrachten van de school hebben de taak een zo goed mogelijk advies te geven omtrent het meest geschikte type vervolgonderwijs voor uw kind. We nemen eind groep 7 de Drempeltest af om kennis en inzicht ook in landelijk verband te kunnen vergelijken. De resultaten van deze toets kunnen aanleiding geven tot het bijstellen van individuele leeractiviteiten in groep 8. In het laatste schooljaar kunnen de leerlingen diverse scholen

11

Page 14: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

voor voortgezet onderwijs bezoeken om zelf een beeld te krijgen van de scholen. Aan het eind van groep 8 wordt de eindtoets van Cito afgenomen. Deze uitslag, samen met het advies van de school en de wensen van de ouders en leerling bepalen welke school en welk niveau het meest geschikt is. Aanleg, kennis, vaardigheden, ontwikkeling, interesse, werkinstelling en persoonlijkheid zijn belangrijke criteria bij dit advies. Het Cito-leerlingvolgsysteem biedt daarnaast gegevens met betrekking tot de didactische ontwikkeling die de leerling in de loop der jaren heeft doorgemaakt.

Uiteindelijk zijn het de ouders/verzorgers die samen met de leerkracht (in goed overleg) bepalen naar welk vervolgonderwijs het kind zal gaan.

HUISWERKIn de groepen 3 t/m 6 komt het een enkele maal voor dat leerlingen huiswerk krijgen.Vanaf groep 7 wordt het maken van huiswerk wat meer structureel. De manier van huiswerk maken wordt op school besproken en gecontroleerd, opdat de kinderen hiermee leren om te gaan en er in het voortgezet onderwijs hun voordeel mee kunnen doen.Van de ouders wordt verwacht dat ze, waar nodig, ondersteuning verlenen bij het maken van het huiswerk.

jeugdgezondheids-zorgBij de GGD Gelre-IJssel is de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) ondergebracht bij gemeentelijke gezondheidsteams (GGT’s). Binnen deze teams werken artsen, verpleegkundigen, assistenten en logopedisten.Samen met ouders en school zorgen de medewerkers van de GGD ervoor dat kinderen zich zo goed mogelijk ontwikkelen. Zij doen dit door kinderen te onderzoeken, door kinderen te vaccineren en door ondersteuning te bieden aan ouders en leerkrachten en hierin ook samen te werken met andere instanties.

ONDERZOEKEN EN VACCINATIESDe bekendste taak vanuit de GGD voor schoolgaande kinderen zijn de preventieve onderzoeken. Het is belangrijk dat factoren, die de groei en ontwikkeling van een kind kunnen verstoren, in een vroeg stadium worden opgespoord. De GGD onderzoekt gedurende de basisschoolperiode een kind meerdere keren. Daarnaast krijgen de kinderen in deze periode ook twee vaccinaties.Bij 5/6-jarige kinderen doen de jeugdarts en de assistente een uitgebreid onderzoek. Hierin komen het zien, horen, bewegen, groei, gezondheid en gedrag en ontwikkeling aan bod.Op 9-jarige leeftijd ontvangen kinderen de vaccinatie tegen difterie, tetanus, polio (DTP) en tegen bof, mazelen, rodehond (BMR).In groep 7 vindt bij alle kinderen een onderzoek plaats door de jeugdverpleegkundige. Daarin wordt aandacht besteed aan groei, gezondheid en gedrag.Op 12-jarige leeftijd ontvangen meisjes de vaccinatie tegen baarmoederhalskanker (HPV).Voor ieder onderzoek en elke vaccinatie ontvangen de ouders vooraf een uitnodiging. Bij alle onderzoeken en de vaccinatie van de 9 jarigen zijn de ouders aanwezig. Na elk onderzoek informeert de GGD de ouder(s)/verzorger(s) over de bevindingen.

ADVISERING EN VERWIJZINGNaar aanleiding van het onderzoek kan de JGZmedewerker

(afhankelijk van de bevindingen) het volgende doen:•gericht advies en/of begeleiding geven aan kinderen en

ouders. Bijvoorbeeld bij gedragsproblemen met kinderen op school of thuis, gezondheidsvragen of problemen in de spraak- en taalontwikkeling

•een kind na verloop van tijd opnieuw oproepen voor een vervolgonderzoek

•het kind (en de ouder) voor uitgebreider onderzoek of behandeling verwijzen naar een andere hulpverleningsinstelling.

De GGD werkt samen met de huisarts, de specialist in het ziekenhuis en met Bureau Jeugdzorg, Maatschappelijk werk, psychologen, pedagogen en anderen. Een eventuele doorverwijzing gebeurt altijd in overleg met ouder(s)/verzorger(s).

ONDERZOEK OP VERZOEKOok leerlingen uit andere groepen kunnen door hun ouders, leerkrachten of intern begeleider aangemeld worden voor nader onderzoek door jeugdarts, verpleegkundige of logopedist.

ONDERSTEUNING VAN LEERKRACHTENGGD-medewerkers kunnen ook leerkrachten ondersteunen en adviseren bij het opzetten en uitvoeren van activiteiten, bijvoorbeeld gericht op het aanleren en/of verbeteren van gezond gedrag. Ook adviseren zij over het gebruik van leskisten, lespakketten en andere voorlichtingsmaterialen uit het documentatie- en informatiecentrum van de GGD.

BEREIKBAARHEID EN INFORMATIEU kunt de GGD om advies vragen op diverse terreinen. Bijvoorbeeld infectieziekten, hygiëne en veiligheid op school. Meer informatie over diverse onderwerpen kunt u vinden op de website: www.ggdgelre-ijssel.nl .U kunt de GGD telefonisch bereiken op telefoonnummer: 088 – 4433802.

12

Page 15: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

verbetering van het onderwijsOnze voornemens m.b.t. de ontwikkeling van het onderwijskundige beleid zijn gebaseerd op:•de (ontwikkeling in de) samenstelling van onze

leerlingenpopulatie•een analyse van de leeropbrengsten d.m.v. ons

leerlingvolgsysteem•uitkomsten van inspectiebezoek •uitkomsten meest recente visitatierapport van de

Daltonvereniging• tweejaarlijks tevredenheidsonderzoek•een eigen sterkte-zwakte analyse aan de hand van

bovengenoemde instrumenten•evaluatie van jaarplannen Op grond van deze uitkomsten hebben wij ons jaarplan voor verbeteringsactiviteiten opgesteld. Het jaarplan is in brochurevorm uitgereikt en is op de website te vinden.

Dalton is een manier van omgaan met elkaar, het is een dynamisch proces. Wij proberen hierin telkens weer verbeteringen aan te brengen. Een school, die volgens de Daltonprincipes werkt, schept ruimte en geeft kinderen de gelegenheid om zelfstandig of samen te werken aan een afgesproken taak. De drie principes, vrijheid, zelfstandigheid en samenwerking vormen het uitgangspunt. Dat prikkelt om onderwijs zo vorm te geven, dat elk kind en elke leerkracht zich prettig voelt in de school.Een kind in ontwikkeling mag eigen vermogens ontplooien. Wij proberen telkens weer om hieraan op verschillende manieren tegemoet te komen. Het Daltononderwijs biedt hiertoe, door zijn werkwijze, hele goede mogelijkheden.

UITSTROOMGEGEVENSIn de eerste drie jaren van het vervolgonderwijs blijven wij de leerlingen volgen, door middel van de vorderingsoverzichten Voortgezet Onderwijs, die wij van de scholen ontvangen. Op die wijze krijgen wij inzicht hoe onze adviezen zich verhouden tot de resultaten in het V.O.De kinderen van groep 8 gaan over het algemeen naar vier

scholen voor Voortgezet Onderwijs:•het Stedelijk Daltoncollege, openbaar onderwijs•het Baudartius College, protestant christelijk onderwijs •het Isendoorncollege, rooms katholiek onderwijs•de Berkel of de IJssel, vrije school voortgezet onderwijs

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de uitstroom

2008-2009

2009-2010

2010-2011

2011-2012

2012-2013

Praktijkonderwijs 1=4% 0 0 2= 8% 0

VMBO-Lwoo 0 1=6% 4=31 % 2=8 % 2=14%

VMBO 7=29% 9=53 % 4=31 % 3=12 % 3=22%

VMBO-T./Havo 9=38% 1= 6% 1=7% 2=8 % 2=14%

Havo/Atheneum/VWO 7=29% 6=35 % 4=31 % 16=64 % 7=50%

Aantal schoolverlaters 24 17 13 25 14

RELATIE SCHOOL EN OMGEVINGONTWIKKELING NAAR EEN EDUCATIEF CENTRUM VAN 0 TOT 16 JAARAlle scholen van de Stichting Archipel gaan zich de komende jaren ontwikkelen naar een Educatief Centrum van 0 tot 16 jaar. Deze ontwikkeling sluit goed aan bij maatschappelijke ontwikkelingen (denk bijv. aan Centra voor Jeugd en Gezin, onderwijs en opvang in één pedagogisch klimaat) TOEKOMSTVISIE, ZOALS VASTGESTELD DOOR TEAM EN M.R.De o.b.s. Jan Ligthart voor Daltononderwijs wil een regierol vervullen in het netwerk van school, ouders en instellingen die tot doel heeft de inspanningen van betrokkenen zo op elkaar af te stemmen dat elk kind gestimuleerd en gesteund wordt in zijn ontwikkeling van 0 jaar tot 16 jaar. En in die regierol, in samenwerking met de andere netwerkpartners, vanuit een focus op talentontwikkeling, vorm geven aan deze vier “kernprocessen” overdragen van kennis, opvang, zorg en opvoeden.Kernopdracht blijft het verzorgen van goed onderwijs. Voor onze school betekent dat goed Daltononderwijs. Daarbij is talentontwikkeling vanzelfsprekendheid, zowel binnen als buiten de schooltijden. Een goede samenwerking en

13

Page 16: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

afstemming met netwerkpartners (Bijv. De Blokkentoren voor kinderopvang en peuterspeelzaal, Saxion, Daltonvereniging) is hierin noodzakelijk.De Jan Ligthart biedt deze mogelijkheden vanuit haar maatschappelijke opdracht binnen het schoolgebouw en daarbuiten. De netwerkpartners in deze kunnen met betrekking tot kennisoverdracht, zorg en opvoeden/talentontwikkeling een ondersteunende, initiërende, stimulerende en aanvullende rol spelen. Voor de specifieke schoolontwikkeling -goed Daltononderwijs- verwijzen wij naar het schoolplan 2011-2015 en de daarbij behorende jaarplannen.

SAMENWERKING MET ANDERE SCHOLENTussen de verschillende openbare basisscholen bestaat een nauw contact. De directeuren hebben regelmatig overleg. Daarnaast is er zesmaal per jaar een bijeenkomst van alle basisschooldirecteuren in Zutphen. Ook de interne begeleiders (IB-ers) van alle basisscholen in Zutphen en omgeving, hebben hun eigen lerende netwerk.In verband met de ons bezoekende stagiaires hebben wij ook contact met verschillende PABO’s. Als Daltonschool werken we met alle Daltonscholen in Oost Nederland samen in de werkgroep DON (Dalton Oost Nederland) een van de werkgroepen van de Nederlandse Dalton Vereniging. De Daltoncoördinatoren en de directies hebben regelmatig een bijeenkomst.

SAMENWERKING MET ANDERE INSTELLINGENOnze school werkt regelmatig samen met instellingen die van dienst kunnen zijn bij het opvoedings- en leerproces. Enkele daarvan zijn: •G.G.D.•Riagg• Jeugdzorg•Bibliotheek•Perspectief•Centrum voor

jeugd en gezin•Onderwijsbege-

leidingsdiensten

Peuters in de Jan Ligthartschool Opvang voor peuters in het pedagogisch klimaat van een basisschool: dat is het uitgangspunt van de peuterspeelgroep Kleine Jan, in de Zutphense wijk Noordveen. De ‘Grote’ Jan is daarbij de openbare Daltonbasisschool Jan Ligthart, initiatiefnemer en organisator. Kleine Jan is in januari 2013 gestart en wordt uitgevoerd door De Blokkentoren. Kleine Jan biedt een mix tussen de peuterspeelzaal en de kinderopvang. De Jan Ligthart geeft alle kinderen tussen de twee en vier jaar volop de kans om te spelen en te werken, te luisteren naar de juf en naar elkaar. Tijdens een ochtend vol activiteiten gaan de kinderen vrij spelen, samen eten en drinken en themagericht werken. Zo bereiden ze zich goed voor op het basisonderwijs.

PEDAGOGISCH KLIMAATUniek in het concept van Kleine Jan is de samenwerking met de kleuters van de Jan Ligthartschool. Peuters maken alvast kennis met het basisonderwijs en leren samen te werken met kleuters. De leerkrachten van de Jan Ligthartschool spelen een belangrijke rol om hierin één (veilig en warm) pedagogisch leerklimaat voor ieder kind te creëren.Peuterspeelgroep Kleine Jan start is geopend op dinsdag-, en donderdagochtend van 8.00 tot 12.00 uur. De maximale groepsgrootte is 14 kinderen. De peuterspeelgroep valt onder de Wet Kinderopvang, waardoor ouders hierop kinderopvangtoeslag kunnen ontvangen. Voor meer informatie kunt u uw stellen via e-mail [email protected], via www.blokkentoren.nl of bellen met de afdeling Klantrelaties van de Blokkentoren: 0575-49 81 37.

De rol van de oudersHET BELANG VAN DE BETROKKENHEID VAN OUDERSVoor kinderen is het fijn en belangrijk om thuis te kunnen praten over school. Daarom vinden we het belangrijk dat ouders een actieve rol kunnen hebben op school als zij dat wensen. Wij zijn er van overtuigd dat een goede relatie tussen ouders, kinderen en de school bijdraagt aan goed prestaties van de kinderen op alle gebieden. Vanaf schooljaar 2013-2014 wordt gebruik gemaakt van de “talentengids voor ouders” zodat ouders kunnen participeren in het onderwijs.

INFORMATIEVOORZIENING AAN DE OUDERS/ LEERKRACHTENCONTACT LEERKRACHT/ OUDERSHet is ten alle tijden mogelijk een afspraak te arrangeren met de leerkracht. Daarnaast is er een aantal momenten georganiseerd zodat ouders goed op de hoogte kunnen zijn over de ontwikkelingen van uw kind;• september: oudervertelmoment; de ouders worden in de

gelegenheid gesteld de (nieuwe) leerkracht te informeren over hun visie op hun kind.

•oktober: contactavond; de leerkracht praat met de ouders over de ontwikkeling van hun kind.

•november: Inloopavond, ouders kunnen het werk van hun kind(eren) inkijken

• januari: contactavond; de leerkracht praat met de ouders over de ontwikkeling van hun kind.

•maart: Inloopavond, ouders kunnen het werk van hun kind(eren) inkijken.

• juni: contactavond; de leerkracht praat met de ouders over de ontwikkeling van hun kind.

Indien daartoe aanleiding is ( i.v.m. bijvoorbeeld een onderzoek, gedrag van een kind of extra zorg), worden ouders tussentijds uitgenodigd voor een gesprek. De leerkrachten van groep 1 gaan bij alle kinderen op huisbezoek.

WEBSITEOp de website vindt u naast nieuwsbrieven en plannen van

14

Page 17: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

school, ook foto´s van activiteiten, eventueel huiswerk en algemene informatie. TWITTEROnze school is te volgen op Twitter: @OBSJanLigthart. Drie teamleden houden volgers op de hoogte van laatste ontwikkelingen en melden wanneer iets bijzonders gaande is.

ALGEMENE INFORMATIEAVONDAan het begin van het schooljaar nodigt iedere leerkracht de ouders/verzorgers van de leerlingen van zijn/haar groep uit voor een informatieavond.

NIEUWSBRIEFIedere maand ontvangt u via e-mail en twitter een nieuwsbrief over actuele zaken op onze school.

OUDERRAADDe vrjiwillige ouderbijdrage bedraagt €20,- per leerling. De bijdrage wordt beheerd door de ouderraad. Daarmee organiseren zijn feesten als Sinterklaas, Kerst en bijvoorbeeld iets lekkers bij de sportdagen. Verder kan de ouderraad een belangrijke gesprekspartner zijn van de medezeggenschapsraad.

MEDEZEGGENSCHAPSRAAD De medezeggenschapsraad bestaat uit 3 ouders en 3 leerkrachten en wil samen met de directeur vorm geven aan het beleid op school. Dit doen we door:•de (beleids-) voorstellen van de directie te beoordelen

en gebruik te maken van ons advies-, instemmings-, informatie- en initiatiefrecht.

•actief met onze achterban te communiceren over belangrijke ontwikkelingen.

•een bijdrage te leveren op lokaal niveau en in de GMR.

De MR vergadert ongeveer acht maal per jaar, deze vergaderingen zijn openbaar, de agenda en vergaderdata staan op de website. Via e-mail zijn we te bereiken via [email protected].

VriendenDe Jan Ligthartschool is een actieve school. Kinderen worden binnen en buiten de school in aanraking gebracht met kunst, cultuur, sport e.d. Het team van de school beschouwt dit ook als een essentieel onderdeel van de vorming. Veel kinderen komen via de school voor het eerst in aanraking met iets nieuws. De Stichting Vrienden van de Jan Ligthartschool is in 2008 opgericht om fondsen te werven en beheren voor diverse activiteiten op school op het gebied van kunst, cultuur en sport, voor zover deze niet uit de reguliere budget (kunnen) worden betaald.

De stichting wordt gedragen door het onderwijsteam en ouders die de school en haar leerlingen een warm hart toedragen. Het gaat daarbij niet direct om grote bedragen: het meeste is immers al mogelijk zonder (veel) geld. De taak van het stichtingsbestuur is om fondsen te werven en beheren. Daarbij doen we een beroep op u.

ACTIESBelangrijke recente acties zijn sponsoring van de Lipdub en nieuwe speeltoestellen voor het schoolplein en het schoolkamp.

IDEEËN VOOR SPONSORING/ACTIVITEITENIndien u ideeën heeft om bepaalde activiteiten op de Jan Ligthartschool te ondersteunen kunt u ons bereiken op het volgende emailadres: [email protected]

BESTUURVoorzitter Peter van der BoomPenningmeester Stijn van der ReeSecretaris Marjolijn de Kreij Leden Dennis Pijfers Chris Merkx

STEUNENOm continu leuke sport-, kunst-, en cultuurprojecten op school te kunnen sponsoren is de Vriendenclub van 50 opgericht. U wordt lid van de Vriendenclub van 50 met een jaarlijkse donatie

15

Page 18: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

van minimaal €50,-. Als dank daarvoor wordt uw (bedrijfs)naam vermeld in onze nieuwsbrief en op een bord in de hal van de school. Wilt u meer informatie? Neem dan contact op via [email protected] u ons initiatief gewoon wilt steunen kunt u een bedrag overmaken naar de Stichting. Dit kan naar de Rabobank rekeningnummer 1061.11.566 t.n.v. SVJL Zutphen.Eenmaal per jaar is er een financiële verantwoording van de Stichting en wordt de keuze voor de gesponsorde doelen onderbouwd. Deze wordt op de website van school gepubliceerd.

Met vragen kunt u terecht bij Peter van der Boom (0575-518404, avond of e-mail: [email protected])

VeiligheidKinderen en leerkrachten moeten zich veilig voelen op onze school. Onze school streeft er vanzelfsprekend naar een veilige omgeving te creëren voor leerlingen en leerkrachten. Een protocol Veiligheid (Archipel) is op school ter inzage.

GEBOUWHet onderwijs wordt gegeven in een gebouw met een goed en gezond klimaat. Het gebouw voldoet aan alle wettelijke eisen voor veiligheid en wordt daar ook op geïnspecteerd.

De school zorgt voor:•Het uitvoeren van een risico analyse en het opstellen/

uitvoeren van een plan van aanpak.•Overleg met GGD/brandweer/gemeente en andere

instanties die zich bezighouden met veiligheid.•Overleg met ouders.•Er is een preventiemedewerker op school aanwezig.•Op onze school zijn er voldoende geschoolde BHV-ers

(Bedrijfhulpverleners) .•Er is een ontruimingsplan dat regelmatig geëvalueerd en

geoefend wordt, ook samen met BSO en peuterspeelzaal.•Speeltoestellen worden op veiligheid en deugdelijkheid

gecontroleerd.•Ongevallen waarbij derden zoals arts worden ingeschakeld

worden geregistreerd.•De school beschikt over een klachtenregeling .

KLACHTENPROCEDUREAls u klachten heeft over de gang van zaken op onze school, kunt u het best direct contact opnemen met de groepsleerkracht. Levert dit gesprek geen oplossing op, dan kunt u contact opnemen met de directie, eventueel via de MR. Mocht er geen oplossing voor handen zijn dan kunt u contact opnemen met het bovenschools management van de Stichting Archipel. Met een klacht kunt u zich ook richten tot de LKC: Landelijke klachtencommissie voor openbaar en algemeen toegankelijk onderwijsZwarte Woud 2Postbus 85191

3508 AD UtrechtTel. 030-2809590Email: [email protected] VERTROUWENSPERSOONElke school heeft één of meer contactpersonen. Voor onze school is dit Nienke Lubbers. U, maar ook leerlingen, kunnen bij haar terecht met klachten of problemen, die u vertrouwelijk wilt bespreken. Het bestuur heeft een externe vertrouwenspersoon aangesteld. Dit is mevrouw Chiene Hulst. U kunt haar bereiken op 06-45434266. Als het probleem of de klacht niet op school behandeld kan worden, kunt u deze persoon terecht. U kunt ook bellen voor een vertrouwelijk gesprek, zonder dat het een directe klacht betreft. Voor klachtmeldingen over seksueel misbruik, seksuele intimidatie, fysiek geweld en psychisch geweld, zoals grove pesterijen, kunt u ook terecht bij het meldpunt vertrouwensinspecteurs (Onderwijsinspectie) 0900-1113111.

KANJERTRAININGOp De Jan Ligthart werken we met de Kanjertraining. Dat is een programma voor de sociaal/emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Het heeft als doel dat kinderen zich gesterkt voelen, meer zelfvertrouwen krijgen, beter grip krijgen op sociale situaties en gevoelens beter uiten. In de training leren de kinderen onderscheid te maken in manieren van reageren. De wijze waarop kinderen reageren heeft vaak te maken met het zelfbeeld en opvattingen over de buitenwereld.

Tijdens de training wordt er gebruik gemaakt van verschillende dierfiguren. De dierfiguren zijn vergelijkingen van (kinder)gedrag. Zo kan men zich gedragen als:•Het aapje. Deze probeert contact te krijgen door met de

pestvogel mee te doen en overal een grapje van te maken. Het aapje neemt niets en niemand serieus

•Het konijn. Deze denkt dat hij minder waard is dan anderen,

16

Page 19: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

is vaak bang en heeft last van faalangst. •De pestvogel. Deze vindt zichzelf geweldig; alle anderen

deugen niet en hij bepaalt zelf wel wat hij doet.•De tijger. Dit is een Kanjer. Een kind dat assertief maar

niet agressief is en zich in allerlei situaties goed weet te handhaven, is een tijger.

Tijdens de training komen tal van onderwerpen aan de orde zoals: Gespreksvaardigheid, interesse tonen, mening durven geven, stoppen met treiteren, zelfvertrouwen, trots zijn, uit slachtofferrol stappen, heft in eigen hand nemen

Binnen kanjertraining werken we met 5 kanjerafspraken:•we vertrouwen elkaar•niemand speelt de baas•niemand lacht een ander uit•niemand doet zielig•we helpen elkaar

De Kanjertraining bestaat uit 10 lessen. De ouders krijgen een uitnodiging om de 5e of 6e les bij te wonen. Na les 10 ontvangen de leerlingen een “Kanjerdiploma”. We streven ernaar om in ieder geval alle leerkrachten op te leiden tot Kanjertrainers.

PESTPROTOCOLPesten kan en mag niet worden getolereerd! Pesten is een veel voorkomend fenomeen dat opgemerkt wordt bij kinderen van alle leeftijden, in alle bevolkingsgroepen. Onze school hanteert een stappenplan om pestgedrag in te dammen. Daarbij is iedere geleding verantwoordelijk en moet er adequaat opgetreden worden.1. Pestgedrag wordt gesignaleerd en gemeld bij een

vertrouwenspersoon. Deze hoort aan en wint (extra) informatie in. Er zijn twee mogelijkheden:

•Er is geen sprake van pestgedrag. De situatie wordt afgehandeld door de leerkracht, maar de melding wordt wel genoteerd.

•Er is wel sprake van pestgedrag. Er wordt een schriftelijk verslag gemaakt en de vertrouwenspersoon wint extra informatie in.

2. Gesprek tussen vertrouwenspersoon, pester(s) en

gepeste(n), eventueel samen met de groepsleerkracht. De problemen worden besproken en er worden afspraken gemaakt. Hiervan wordt een beknopt verslag gemaakt.

3. Na twee à drie weken volgt een tweede gesprek, waarin wordt besproken of de gemaakte afspraken nagekomen worden. Ook hiervan wordt een beknopt verslag gemaakt. Als blijkt dat er geen wezenlijke verbeteringen zijn, wordt het pestgedrag bekend gemaakt bij de volgende partijen:

•Onderwijzend personeel•Medezeggenschapsraad•Bestuur• Inspectie•OudersDe ouders worden bij de vervolggesprekken betrokken.4. Het probleem wordt afgesloten of er komt een

vervolggesprek, waarbij de directeur aanwezig is. Van dit gesprek wordt een verslag gemaakt en worden eventuele consequenties doorgenomen.

5. Als het pestprobleem uiteindelijk niet wordt opgelost, zal aan de ouders van de pester(s) advies worden gegeven om een andere school te zoeken.

17

Page 20: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Praktische infoHET CONTINUROOSTERAlle kinderen blijven de hele dag op school, en hebben pauze tussen 11.30 en 12.15 uur. We hebben een gezamenlijk moment waarop wij eten en we eten ook op een gezamenlijke plek, namelijk in de hal. Aan elke groepstafel is elke groep vertegenwoordigd zodat er “samengewerkt” kan worden. We verzoeken de ouders om een gezonde en eenvoudig te nuttigen lunch mee te geven. In de pauze kunnen de kinderen kiezen uit verschillende activiteiten. Er is een afwisselend aanbod. De leerkrachten begeleiden hierbij. We denken daarbij aan een loungehoek, een film- of leeshoek, spelletjestafel en themahoeken met lego, kapla of ander constructiemateriaal. Uiteraard is er ook alle gelegenheid om buiten te spelen op het plein onder begeleiding van de leerkrachten. Bij regenachtig weer maken we ook gebruik van de lokalen en indien beschikbaar, de gymzaal.Rond 10.00 uur mogen de kinderen even wat drinken of een tussendoortje pakken wat ze meegenomen hebben van thuis. Ook hier geldt; eenvoudig maar gezond snacken a.u.b.!

BEWEGINGSONDERWIJS: KLEDING EN DOUCHENKleuters hoeven geen speciale gymkleding te hebben. Zij gymmen op blote voeten en in hun ondergoed. De kinderen van de groepen 3 t/m 8 hebben voor de gymles sportkleding, gymschoenen en eventueel een handdoek nodig.Gymkleding moet mee naar huis worden genomen en mag dus niet op school achterblijven. Wilt u er op toezien, dat de gymschoenen niet buiten worden gedragen? Na afloop van de gymlessen kunnen de kinderen van de groepen 3 t/m 8 douchen. Sieraden en horloges kunnen op een gymdag beter thuis gelaten worden.

SCHOOLTAS EN HUISWERKHet komt in de (hogere) groepen regelmatig voor dat het kind de opdracht krijgt thuis wat werk te maken of te leren. Wij willen dan graag dat uw kind een stevige tas meeneemt zodat de schoolboeken niet beschadigd worden.

TELEFOONS/MP3 SPELERS E.D.Af en toe gebeurt het dat leerlingen telefoontjes, MP3

spelers of andere ‘apparatuur’ mee naar school nemen. Dit mag echter alleen na toestemming van de leerkracht. De school kan niet verantwoordelijk worden gesteld bij verlies, beschadiging of diefstal van apparatuur. Het door leerlingen op internet plaatsen van foto’s of video-opnames van anderen schoolkinderen is niet toegestaan. VERJAARDAGENAls uw kind jarig is, wordt daar op school aandacht aan besteed. Wat is er niet fijner, dan jarig zijn en trakteren? Met het oog op gezond gedrag vragen wij u ook gezond te trakteren. Voor de leerkrachten hoeft u niets speciaals mee te geven.

SPEELGOED EN GEZELSCHAPSSPELLETJESDe kinderen van de groepen 1-2 mogen eenmaal in de maand op vrijdagmorgen hun speelgoed aan de juf laten zien en ermee spelen. Dit speelgoed wordt op verantwoording van de ouders/verzorgers meegenomen. Eenmaal in de maand zijn er gezelschapsspelletjes.

LOKALENDe school heeft acht lokalen en verschillende kantoren. Een gedeelte van de school wordt na schooltijd gebruikt door de buitenschoolse opvang Noordveen. Daarnaast is er aan de school nog een grotere gymzaal van de gemeente Zutphen, verbonden. Hier worden onze gymlessen gegeven.

GANGEN EN HALLENDe gangen en hallen worden benut om in kleine groepjes te spelen of te werken. Er is hier plaats voor de bibliotheek, de orthotheek, de taal- leeshoek, computers en de timmerhoek. Tevens beschikt de school over een ruime keuken met kookgelegenheid, waar zowel de b.s.o als de school gebruik van kan maken. De hal wordt gebruikt om zelfstandig te werken, maar ook voor het gezamenlijk overblijven.

SCHOOLPLEINDe school heeft drie pleinen met diverse speelattributen. De jongste kinderen kunnen ook gebruik maken van “losse” spelmaterialen als karren, fietsjes, emmertjes en schepjes. Twee pleinen hebben een grote zandbak.

School- en vakantietijdenSCHOOLTIJDENAlle groepen hebben gelijke schooltijden. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag gaan de kinderen naar school van 8.30 - 14.00 uur. Op woensdag gaan de kinderen van 8.30 - 12.30 uur naar school. Vanaf 8.15 uur mogen de kinderen is er “inloop”, de kinderen mogen onder begeleiding van hun ouders naar binnen. De leerkrachten zijn in principe vanaf 8.30 uur ook in het lokaal.

VAKANTIEROOSTER 2013-2014Herfstvakantie 19-10-2013 t/m 27-10-2013

Kerstvakantie 21-12-2013 t/m 05-01-2014

Voorjaarsvakantie 15-02-2014 t/m 23-02-2014

Goede vrijdag, paasmaandag

18-04-2014 t/m 21-04-2014

Meivakantie 26-04-2014 t/m 05-05-2014

Hemelvaart 29-05-2014 t/m 30-05-2014

Tweede pinksterdag 09-06-2014

Zomervakantie 19-07-2014 t/m 31-08-2014

Extra studiedagen (alle kinderen zijn vrij)

30-10-201410-01-201404-03-201412-05-2014

18

Page 21: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

BSO NoordveenWil je na schooltijd lekker spelen en sporten met je vriendjes? Kom dan naar BSO Noordveen!

Bij BSO Noordveen worden kinderen van 4 tot 13 jaar na schooltijd opgevangen. BSO Noordveen is gehuisvest in de Jan Ligthartschool te Zutphen.

Bso Noordveen heeft een eigen ruimte in de Jan Ligthartschool. Het lokaal is zó ingericht dat er een huiselijke sfeer ontstaat en dat er volop mogelijkheden zijn om aan knutselactiviteiten mee te doen. Daarnaast maakt de bso gebruik van de hal, die zodanig kan worden ingericht dat de kinderen bijvoorbeeld kunnen tafeltennissen of in de bouwhoek spelen. Naast de hal is een grote keuken, waar de kinderen onder begeleiding van de pedagogisch medewerker kunnen koken en bakken.Op het schoolplein van de school kunnen de kinderen heerlijk buitenspelen; er is een zandbak, een tafeltennistafel en is een plein om spelletjes te doen. En bij slecht weer kunnen de kinderen in de speelhal hun energie kwijt!

De opvang wordt verzorgd door gekwalificeerde pedagogische medewerkers.

Daarnaast bestaat bij BSO Noordveen de mogelijkheid om opvang te combineren met tennisles bij Tennisvereniging LTC, die tegenover de BSO ligt. De pedagogisch medewerker brengt de kinderen naar de tennisbaan voor de les en haalt ze daar ook weer op.

OPENINGSTIJDENIn schoolweken is BSO Noordveen geopend op: maandag, dinsdag endonderdag van 14.00 uur tot 18.00 uur.

AANMELDENU kunt zich aanmelden via www.blokkentoren.nl of bellen met de afdeling Klantrelaties: 0575-49 81 37.

19

Page 22: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Bijlage 1PROCEDURE STICHTING ARCHIPEL M.B.T. LEERLING GEBONDEN FINANCIERING We hanteren bij onze stichting de volgende procedure:FASE 1: AANMELDINGAanmelding door de ouders bij de directie van de school:•gesprek met de ouders• toelichting visie van de school• toelichting procedure• schriftelijke toestemming van de ouders om informatie bij

derden op te vragen

FASE 2: INFORMATIE VERZAMELEN•Gegevens opvragen bij:•huidige school•onderwijsbegeleidingsdienst• zorginstellingen•medisch circuit•……

FASE 3: INFORMATIE BESTUDERENBinnengekomen gegevens worden bestudeerd en besproken door directie,intern begeleider, eventueel de aan de school verbonden orthopedagoge van het samenwerkingsverband WSNS en/of een vertegenwoordiger van het Zorgplatform WSNS. Eventueel kan worden besloten om het kind te observeren op zijn huidige school/voorschoolse voorziening.

FASE 4: INVENTARISATIEVan het kind wordt het volgende in kaart gebracht:• Aandachtspunten: wat vraagt het kind?•Mogelijkheden van de school•Onmogelijkheden van de school•Wat kan extern worden gehaald? Mogelijke oplossingenAlle punten worden bekeken vanuit inzicht van de pedagogiek, didactiek, kennis en vaardigheden van leerkracht, organisatie, school en klas, gebouwelijk / materieel, medeleerlingen en de ouders.

FASE 5: OVERWEGINGENDe school onderzoekt op basis van het bovenstaande

schema welke mogelijkheden de school zelf heeft en welke ondersteuningsmogelijkheden geboden kunnen worden en door wie.•Gebouw (gemeente )•OLP (speciaal onderwijs)•Aanvullende formatie (circulaire)•Vervoer (gemeente)•Ondersteuning qua expertise (speciaal onderwijs,

zorginstellingen enz.)

FASE 6: BESLUITVORMINGDe inventarisatie van de hulpvragen van het kind wordt afgezet tegen de visie van de school en de mogelijkheden om een adequaat onderwijsaanbod te realiseren. Hierbij spelen ondersteuningsmogelijkheden (materieel en inhoudelijk) een belangrijke rol.

FASE 7: ADVIESGesprek met de ouders waarbij het besluit van de school wordt besproken:•Bij plaatsing opstellen van een plan van aanpak met daarbij

een overzicht van inzet van middelen, ondersteuning door REC of derden, inzet aanvullende formatie, OLP, gebouw aanpassingen enz.

•Voorlopige plaatsing, alleen wanneer er sprake is van een observatieperiode als niet onmiddellijk duidelijk is of plaatsing succesvol kan zijn.

•Bij afwijzing: inhoudelijke onderbouwing (schriftelijk) waarom men van mening is dat het kind NIET geplaatst kan worden. Deze argumentatie wordt aan ouders en inspectie overhandigd.

Bijlage 2PROTOCOL VERVANGING BIJ ZIEKTE ARCHIPEL•De zieke leerkracht meldt zich voor 7.30 af bij de directeur

van de school.•De directeur maakt een eerste inschatting van de duur van

het ziekteverlof.•De directeur meldt de vervangingsvacature bij POOL35.• Indien bij POOL35 geen vervanger beschikbaar is zoekt de

directeur vervolgens naar eigen vervangers (parttimers).•De directeur meldt de zieke leerkracht bij administratie-

kantoor en personeelszaken van Archipel. • Is dan nog steeds geen vervanger beschikbaar dan kan een

keuze uit de volgende mogelijkheden worden gemaakt:•de groep wordt verdeeld over de andere groepen•als er wel een vervanger voor de onderbouw beschikbaar

is, terwijl de ziekte zich in de bovenbouw voordoet, ruilen van groepen

•het inzetten van de leerkracht die is vrijgemaakt door de aanwezigheid van een LIO-er

•het inzetten van de onderwijsassistent (indien aanwezig)Bij het maken van een keuze uit deze mogelijkheden staat handhaving van de kwaliteit van het onderwijs voorop.NB. In principe worden personeelsleden die (voor een deel) zijn vrijgesteld van lesgevende taken gedurende de vrijgestelde tijd niet ingezet voor de opvang van een groep. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de directeur, de ib-er en coördinatoren.

Bieden alle genoemde mogelijkheden geen soelaas, dan kan een groep thuis worden gelaten. Hierbij wordt aan de volgende voorwaarden voldaan:•het is een uiterste noodmaatregel• in principe niet op de eerste ziektedag•er wordt een telefoonboom ingesteld om ouders snel te

kunnen informeren•ouders worden ook schriftelijk geïnformeerd, met opgave

van de redenen voor de lesuitval•kinderen die thuis geen opvang hebben worden op school

opgevangen•per groep niet langer dan een dag achtereen•het thuis laten van een groep wordt gemeld bij de Archipel.

20

Page 23: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Bijlage 3PROTOCOL KLEDING VAN DE ARCHIPELIn principe is men vrij in de keuze van kleding. Die vrijheid is te vergelijken met de vrijheid van meningsuiting.Er zijn echter factoren van waaruit wij menen beperkingen te mogen stellen aan kleding van leerkrachten, leerlingen en anderen die een rol binnen de school hebben.We maken daarbij onderscheid in wat we ongewenst vinden en wat we niet toelaatbaar achten.

NIET TOELAATBAAR:•kleding die door het dragen gevaar met zich mee brengt.

Voorbeelden: tijdens de gymles dragen van lange jurken, sjaals of dassen, hoofddoekjes, lange broeken, ongeschikt schoeisel etc.

•kleding die de communicatie verhindert of bemoeilijkt. Voorbeelden: petten met klep, maskers, gezichtsbedekking enz.

•kleding die aanstootgevend of kwetsend is. Voorbeelden: T-shirts met doodshoofden, hakenkruizen, kleding met erotische accenten.

We verwachten van ieder die betrokken is bij onze school een open communicatie en begrip als bovengenoemde zaken onderwerp van gesprek worden.

Bijlage 4 GEDRAGSREGELS

DRIE KAPSTOKREGELSDe beste leeromgeving voor een kind is een veilige leeromgeving. Werken aan veiligheid op school vraagt om heldere schoolregels, die op een positieve manier worden uitgedragen. Posters met duidelijke afbeeldingen en een heldere boodschap, die door hun eenvoud snel door de leerlingen worden begrepen.Om te voorkomen dat we op onze basisschool door de veelheid van regels en afspraken “de bomen in het bos niet meer zien”, is besloten om met 3 basisregels te werken.Deze regels dienen als een soort kapstok voor alle andere regels en afspraken, omdat je hieraan ook andere afspraken zou kunnen ‘ophangen’.En als die kapstokregels ook nog eens op rijm zijn, kan iedereen ze heel goed onthouden. En het leuke van deze kapstokregels is, is dat afspraken die in de groep met elkaar gemaakt worden, behoren bij één van de drie regels. Makkelijk om te onthouden, toch? SCHORSING EN VERWIJDERINGVoor de scholen van het de Stichting Archipel is een protocol “Schorsing en verwijdering” vastgesteld. Het protocol is op school ter inzage aanwezig.Wanneer leerlingen, teamleden, ouders en anderen zich niet aan de gedragsregels houden kunnen maatregelen worden genomen. De maatregelen naar leerlingen staan in dit protocol nader beschreven. Teamleden dienen professioneel te werken en te handelen. Bij overtreding van de gedragsregels worden de teamleden aangesproken op hun verantwoordelijkheden in relatie tot hun taak en/of functie.Ouders/verzorgers, die de gedragsregels (o.a. door fysiek en/of verbaal geweld) overtreden in en nabij de school, worden hierop aangesproken. Indien de communicatie met de ouders niet meer open, opbouwend en constructief kan plaatsvinden, wordt de communicatie gestaakt (afkoel / periode) en uitgesteld tot een later moment. Wanneer er geen vertrouwen, de basis voor een open, opbouwend en constructieve communicatie in de school is, dan adviseert de directie de ouders/verzorgers een andere school voor hun kind te kiezen.

Wij verkeren in de gelukkige omstandigheid dat schorsen en/of verwijderen van leerlingen een punt is dat niet of nauwelijks aan de orde komt.

Er zijn drie vormen van maatregelen mogelijk:1. Time out: Een leerling wordt de rest van de dag de

toegang tot de groep ontzegd. De ouders/verzorgers van de leerling worden, indien mogelijk, onmiddellijk op de hoogte gesteld.

2. Schorsing: Bij een volgend of ernstig incident kan tot schorsing worden overgegaan. Gedurende een bepaalde periode wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd.

3. Verwijdering: Bij het meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering van de leerling.

In het algemeen geldt dat:•Een leerling nooit zondermeer naar huis wordt gestuurd.•De ouders bij alle vormen van maatregelen worden

uitgenodigd voor een gesprek.

21

Page 24: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

Bijlage 5PRIVACYTijdens de schooluren worden soms video-opnames gemaakt voor onderwijskundige doeleinden. Deze videobeelden zijn bestemd voor intern schoolgebruik, maar worden soms ook met derden uit het onderwijs bekeken, bijvoorbeeld de schoolbegeleider of collega’s.Mocht u er bezwaar tegen hebben dat uw kind op dergelijke beelden voorkomt, dan kunt u dat aan het begin van het schooljaar aan de directie kenbaar maken.Mocht het om opnames gaan die direct met uw kind te maken hebben(bijv. voor begeleiding), dan wordt u vooraf om toestemming gevraagd door de leerkracht of videobegeleider.Ook worden er af en toe foto’s gemaakt ten behoeve van de website, nieuwsbrief e.d. Indien u bezwaar heeft tegen het plaatsen van foto’s of werkstukken van uw kind(eren), dan kunt u dat ook aan het begin van het schooljaar bij de directie melden.

Naam:…………………………………………..

Heeft bezwaar tegen het vertonen van video-opnames voor onderwijskundige doeleinden, waar haar/zijn* kind(eren) in voorkomt/voorkomen*.

Heeft bezwaar tegen het plaatsen van foto’s of werkstukken van haar/zijn kind(eren) op de website, in de nieuwsbrief, schoolgids e.d.

Datum:………………………………………….

Handtekening:

* doorhalen wat niet van toepassing is

Bijlage 6 VERLOFREGELING GEMEENTE ZUTPHEN

1. LEERPLICHT EN VERLOFIn de Leerplichtwet staat dat uw kind de school moet bezoeken als er onderwijs wordt gegeven. Leerlingen mogen dus nooit zomaar van school wegblijven. In een aantal gevallen is echter een uitzondering op deze regel mogelijk. Als er een bijzondere reden is waarom u vindt dat uw kind niet naar school kan, moet u zich aan de regels voor zo’n uitzondering houden. De uitzonderingen en de daarbij behorende regels staan in deze folder beschreven.

2. EXTRA VERLOF IN VERBAND MET RELIGIEUZE VERPLICHTINGENWanneer uw kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit

godsdienst of levensovertuiging, bestaat er recht op verlof.Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Indien uw kind gebruik maakt van deze vorm van extra verlof, dient u dit minimaal twee dagen van te voren bij de directeur van de school te melden.

3. OP VAKANTIE ONDER SCHOOLTIJDVoor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering

op de hoofdregel gemaakt worden als uw kind tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders. In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar uw kind vrij geven, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatshebben. Het betreft de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. Bij uw aanvraag moet een werkgeversverklaring worden gevoegd waaruit de specifieke aard van het beroep én de verlofperiode van de betrokken ouder blijken. Verder dient u met de volgende voorwaarden rekening te houden:• in verband met een eventuele bezwaarprocedure (zie punt

6) moet de aanvraag ten minste acht weken van tevoren bij de directeur worden ingediend, tenzij u kunt aangeven waarom dat niet mogelijk was;

•de verlofperiode mag maximaal 10 schooldagen beslaan;•de verlofperiode mag niet in de eerste twee weken van het

schooljaar vallen.Helaas komt het wel eens voor dat een leerling of een gezinslid tijdens de vakantie ziek wordt, waardoor de leerling pas later op school kan terugkomen. Het is van belang om dan een doktersverklaring uit het vakantieland mee te nemen, waaruit de duur, de aard en de ernst van de ziekte blijken. Op die manier voorkomt u mogelijke misverstanden.

4. VERLOF IN GEVAL VAN ‘ANDERE GEWICHTIGE OMSTANDIGHEDEN’Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ vallen situaties die buiten de wil van de ouders en/of de leerling liggen. Voor bepaalde omstandigheden kan vrij worden gevraagd. Hierbij moet gedacht worden aan:•een verhuizing van het gezin•het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten•ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten (het aantal

verlofdagen wordt bepaald in overleg met de directeur en/of de leerplichtambtenaar)

•overlijden van bloed- of aanverwanten• viering van een 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum en het

12½-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig (huwelijks)jubileum van bloed- of aanverwanten

De volgende situaties zijn geen ‘andere gewichtige omstandigheden’:

22

Page 25: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014

• familiebezoek in het buitenland• vakantie in een goedkope periode of in verband met een

speciale aanbieding• vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere

boekingsmogelijkheden•een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de

normale schoolvakantie op vakantie te gaan•eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)

drukte• verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin

al of nog vrij zijn

Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor verlof wegens ‘andere gewichtige omstandigheden’ dient zo spoedig mogelijk bij de directeur te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren).5. HOE DIENT U EEN AANVRAAG IN?Aanvraagformulieren voor verlof buiten de schoolvakanties zijn verkrijgbaar bij de directeur van de school. U levert de volledig ingevulde aanvraag, inclusief relevante verklaringen, in bij de directeur van de school.De directeur neemt zelf een besluit over een verlofaanvraag voor een periode van maximaal 10 schooldagen. Als een aanvraag voor verlof vanwege ‘andere gewichtige omstandigheden’ meer dan 10 schooldagen beslaat, wordt de aanvraag doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de woongemeente. De leerplichtambtenaar neemt vervolgens een besluit, na de mening van de directeur te hebben gehoord.

6. NIET EENS MET HET BESLUITWanneer uw verzoek om extra verlof wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de volgende gegevens bevatten:•naam en adres van belanghebbende•de dagtekening (datum)•een omschrijving van het besluit dat is genomen•argumenten die duidelijk maken waarom u niet akkoord

gaat met het besluit•wanneer het bezwaar niet door u maar namens u wordt

ingediend, moet u een volmacht ondertekenen en bij het bezwaarschrift voegen.

U krijgt de gelegenheid om uw bezwaar mondeling toe te lichten. Daarna krijgt u schriftelijk bericht van het besluit dat over uw bezwaarschrift is genomen.Bent u het dan nog niet eens met het besluit dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) binnen zes weken schriftelijk beroep aantekenen bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht. Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Wel kan de indiener van een beroepschrift zich wenden tot de President van de bevoegde rechtbank met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen. Aan zo’n juridische procedure zijn kosten verbonden: voordat u een beroepschrift indient is het raadzaam juridisch advies in te winnen, bij voorbeeld bij een bureau voor Rechtshulp.

7. ONGEOORLOOFD VERZUIMVerlof dat wordt opgenomen zonder toestemming van de directeur of de leerplichtambtenaar wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. De leerplichtambtenaar beslist of er proces-verbaal wordt opgemaakt.

8. VRAGEN?Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Wendt u zich dan tot de directeur van de school of tot de leerplichtambtenaar van uw woongemeente. Deze is bereikbaar onder telefoonnummer 0575-587244 of 0575-587389.

9. VAKANTIEROOSTERSDeze zijn op te vragen bij de school van uw kind of bij de leerplichtambtenaar van uw woongemeente.

23

Page 26: Schoolgids OBS Jan Ligthart 2013-2014