Schoolgids augustus 2013

43
Schoolgids CBS De Meene Daltonschool 2013-2014 Frans Halsstraat 25 7021 DL Zelhem. Site: www.cbsdemeene.nl Mail:[email protected] Telefoon: 0314 – 622002

description

 

Transcript of Schoolgids augustus 2013

Page 1: Schoolgids augustus 2013

Schoolgids CBS De Meene

Daltonschool

2013-2014

Frans Halsstraat 25 7021 DL Zelhem.

Site: www.cbsdemeene.nl

Mail:[email protected]

Telefoon: 0314 – 622002

Page 2: Schoolgids augustus 2013

1

Inhoudsopgave

Een woord vooraf 2

Hoofdstuk 1: De school 3

Hoofdstuk 2: Het schoolconcept 5

Hoofdstuk 3: Kwaliteit en zorg 11

Hoofdstuk 4: Ouders en de Meene school. 22

Hoofdstuk 5: Praktische informatie 27

Hoofdstuk 6: Inschrijving van leerlingen 38

Hoofdstuk 7: Namen en adressen 39

Page 3: Schoolgids augustus 2013

2

Een woord vooraf.

Voor u ligt de informatiegids, “Meene-Echo”, 2012 – 2014 van de Meene School in

Zelhem. De Meene School is een onderdeel van Scholengroep GelderVeste. Met deze

gids willen we u graag informeren over onze school. Graag willen wij deze kennismaking

voort zetten op schoolavonden, huisbezoeken of een informatief schoolbezoek. Voor de

ouders die al kinderen bij ons op school hebben, geeft deze gids een beknopt overzicht

van alles wat er in en rondom de school plaatsvindt.

De Meene School is een Daltonschool. Wat het Daltononderwijs inhoudt, leest u in de

bijgevoegde Reader.

We werken er hard aan om goed onderwijs te verzorgen voor onze kinderen.

“Goed onderwijs” houdt in dat er een stevige basis gelegd wordt waarop de kinderen

kunnen bouwen aan hun verdere ontwikkeling in hun groei naar volwassenheid.

Door deze gids te lezen kunt u kennis nemen van de eigen sfeer en het karakter van

onze school. Onze school hanteert de kernwaarden van Dalton:

Vrijheid/Verantwoordelijkheid, Samenwerken en Zelfstandigheid.

Naast deze gids verschijnt elk jaar een “Meene-kalender” waarin alle activiteiten

vermeld staan door het hele jaar heen: vakanties, studiedagen, zwem- en gymroosters

enz.

Ook verschijnt er om de veertien dagen een “Meenedelingenbrief” met daarin de actuele

gebeurtenissen en wetenswaardigheden.

Deze schoolgids is er voor u.

Door deze gids te lezen komt u veel te weten over onze school. Over hoe we werken en

wat onze visie en missie is.

Het gaat erom dat uw kind op een school terecht komt, of al zit, waar het zich het

beste thuis voelt en waar het zich optimaal kan ontwikkelen. Misschien dat u, na het

lezen van deze gids, het gevoel heeft dat onze school de school is voor uw kind. We

nodigen u dan van harte uit om onze school eens te komen bezoeken.

Dan kunt u de sfeer proeven en kennis maken met de leerkrachten van de school.

Namens het team van de Meene school

Els Groot Roessink

Onderwijskundig leider.

Page 4: Schoolgids augustus 2013

3

1.De school. 1.1 De naam van de school.

De school is een voortzetting van een school die in 1931 in de buurtschap

“De Meene”, ten oosten van het dorp Zelhem werd gesticht.

Dat de school dezelfde naam heeft gehouden, is het gevolg van een bewuste keuze.

De naam betekent iets. De naam van de buurtschap “De Meene” herinnert aan vroeger

tijden. Buiten het dorp lag grond die gemeenschappelijk gebruikt werd. Bewoners van

het dorp hadden het recht om op deze “Meenegronden” ( vaak ook Markegronden

genoemd) vee te mogen inscharen, hooi te winnen, plaggen te steken, turf te graven of

hout te halen.

Gemeenschappelijk bezit en dus gemeenschappelijk werkterrein is ook op deze school

“De Meene” van toepassing.

1.2 Stichting GelderVeste.

Basisschool “ De Meene” is een christelijke school.

Onze school maakt deel uit van Scholengroep GelderVeste. Scholengroep GelderVeste

bestaat uit 20 op christelijk grondslag gefundeerde basisscholen in Oost-Gelderland. De

scholen zijn gevestigd in de gemeentes Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem,

Lochem en Zutphen. 275 leerkrachten en ander personeel zorgen ervoor dat 3000

leerlingen dagelijks les krijgen. Scholengroep GelderVeste heeft open christelijke

scholen. Alle kinderen zijn welkom en alle kinderen krijgen op school kennis van de

achtergrond van de christelijke traditie en verhalen, waarop de cultuur van ons land

gebouwd is. Het onderwijs op de scholen is erop gericht het beste uit ieder kind te

halen. Op de GelderVeste scholen streven we naar de ontwikkeling van kinderen tot

sterke, zelfstandige en sociale jonge mensen die hun eigen talenten hebben leren

ontdekken. De scholen variëren in grootte van 40 tot ruim 400 leerlingen. Sommige

GelderVeste-scholen liggen idyllisch in het Achterhoeks landschap, andere scholen zijn

stevig verankerd in een stadswijk. Samen vormen de scholen een sterk geheel met

eenheid van beleid op het gebied van onderwijskwaliteit,

veiligheid, personeel, financiën en medezeggenschap.

Verder laten we de verscheidenheid bloeien; elke school bepaalt het eigen

onderwijskundig beleid dat past bij de omgeving van de school en bij de ouders die hun

kinderen naar de school laten gaan. Elke school maakt zijn eigen pedagogische en

didactische keuzen en de invulling van het leerlingenzorgbeleid.

De kracht van een Scholengroep met de omvang van GelderVeste is dat kosten en kennis

makkelijk gedeeld kunnen worden. Verder geeft het meer mogelijkheden voor

investeringen, het professionaliseren van het personeel en voor mobiliteit van personeel

tussen de scholen. Alles met het doel personeel vitaal te houden voor zijn of haar taak.

De efficiency zorgt er ook voor dat het grootste deel van het geld dat het ministerie

beschikbaar stelt ten goede komt aan het onderwijs in de klas.

Page 5: Schoolgids augustus 2013

4

De eindverantwoordelijkheid voor de scholen die bij GelderVeste zijn aangesloten ligt

bij het College van Bestuur (CvB). De schoolleiding legt verantwoording af aan het CvB

op het terrein van onderwijskwaliteit, personeel en financiën. Het CvB legt

verantwoording of aan een Raad van Toezicht en de gemeenschappelijke

medezeggenschapsraad (GMR). Die gezonde spanning zorgt ervoor dat we met ons allen

de juiste keuzes blijven maken.

Vanaf het schooljaar 2012-2013 heeft elke school een onderwijskundig leider in plaats

van een directeur. De onderwijskundig leider zorgt er met het team van leerkrachten

voor dat de contacten met de ouders goed zijn, er goed onderwijs wordt gegeven en dat

voor ouders helder is waar de school voor staat. Financiën, beheer van het gebouw,

contacten met gemeente en andere instanties liggen bij een clusterdirecteur. Deze

directeur doet dat voor 5-9 scholen. De clusterdirecteur is er ook voor

verantwoordelijk dat kennis en kunde maximaal gedeeld wordt.

1.3 Situering.

De school ligt in de wijk “Schildersoord”, vlakbij het centrum van Zelhem.

De school is goed bereikbaar per fiets en auto. Veel kinderen in de omliggende wijken en

uit het buitengebied bezoeken onze school.

Het gebouw telt 9 lokalen. Verder beschikt de school over een ruime

gemeenschapsruimte waar veel activiteiten gehouden worden zoals creatieve

activiteiten en vieringen. Ook biedt de ruimte gelegenheid voor werkplekken. Daarnaast

zijn er nog ruimtes voor de directie, de intern begeleider, de ICTer en het personeel.

Rondom de school is een ruime speelplaats met verschillende speeltoestellen. Er is een

verdeling van het speelplein gemaakt. De groepen 1 tot en met 3 spelen op het kleine

plein, de groepen 4 tot en met 8 spelen op het grote plein.

Voor de gymnastieklessen kunnen we beschikken over de sporthal “ de Pol”, die naast de

school ligt. Alle groepen, ook de groepen 1 en 2, maken hier gebruik van.

De zwemlessen worden gegeven in zwembad “de Brink” op ongeveer 10 minuten lopen

verwijderd van school.

De Meene School is één van de drie scholen in Zelhem. Er zijn 2 christelijke scholen en 1

openbare school. Er is een goede onderlinge samenwerking.

1.4 De schoolgrootte.

De school wordt momenteel bezocht door 180 leerlingen.

De laatste jaren is er een lichte groei merkbaar.

De gemiddelde groepsgrootte is ongeveer 24 leerlingen.

Vanuit de formatie wordt er gewerkt met 8 groepen. Het team bestaat uit 14

leerkrachten. Hiervan werken er 2 fulltime en de andere leerkrachten werken parttime.

Page 6: Schoolgids augustus 2013

5

2. Het schoolconcept.

2.1 De missie van de school. Op de Meene School wordt als missie gebruikt:

“ ’t Is Meene’s op de Meeneschool”.

Dat betekent dat we doen wat we zeggen. We streven naar een veilig schoolklimaat

waardoor het leren bevorderd wordt. Leeractiviteiten zien wij als specifieke taak van de

school. Daarbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met verschillen tussen

kinderen in aanleg, tempo, leerstijl en motivatie.

2.2 De identiteit. De Meene School is een protestants christelijke basisschool die openstaat voor en

werkt met kinderen van alle gezindten. De identiteit van onze school vindt zijn

oorsprong in het geloof in God en in de bijbel. De bijbel, Jezus Christus is onze

inspiratiebron. We proberen met elkaar een sfeer te scheppen, waarin begrip voor

elkaar en rekening houden met elkaar centraal staat. We willen ons inzetten om kinderen

in aanraking te brengen met de Bijbelse boodschap en hen daarmee leren om anderen in

de samenleving tegemoet te treden. Zo willen we ruimte bieden aan ieder individu. Er is

ruimte en respect voor ieders inbreng.

We openen iedere dag met een Bijbelverhaal, een lied en een gebed. Hierbij maken wij

gebruik van een vastgesteld rooster in de methode “Trefwoord”. Een moderne methode

waarin steeds wordt geprobeerd een relatie te leggen met de actualiteit.

Het ontstaan van het Daltononderwijs.

2.3 Het Dalton onderwijs (Helen Parkhurst)

Helen Parkhurst werd geboren op 3 januari 1887 in Durand, Wisconsin. Van 1905 tot

1913 werkte zij op verschillende lagere scholen, maar in het jaar 1907 kreeg zij pas

haar lesbevoegdheid. In 1910 en 1911 werkte ze op school in Tacoma. In deze jaren

werkte ze haar ideeën uit over het moderniseren van het onderwijs ‘laboratory plan’. Dit

plan was bedoeld om de leerlingen al experimenterend te laten leren, veel te laten

samenwerken en waar de oudere leerlingen de jongeren les geven.

In 1914 gaat Helen naar Rome om een training te volgen bij Maria Montessori. In 1915

gaat Maria naar Californië, Helen wordt daar haar assistente. Tot 1918 was ze de

vertegenwoordiger van Maria Montessori, Helen zette een Montessori school op, maar

maakte zich gedeeltelijk los om haar eigen weg te kunnen gaan.

In 1919 is Helen haar eigen ideeën in praktijk gaan brengen op een school voor

lichamelijk gehandicapte jongens. In 1920 is ze gevraagd om haar methode ook in te

voeren in de Highschool voor jongens en meisjes in het stadje Dalton, omdat haar

methode zo goed uitpakte. De school heette Dalton Laboratory Plan.

In 1920 verscheen een artikel over haar plan. In Engeland waren ze ook erg enthousiast,

maar het woord ‘laboratory’ riep misverstanden op. Helen heeft haar plan toen het

Page 7: Schoolgids augustus 2013

6

Dalton Plan genoemd. Hierna heeft Helen haar eigen school “The Dalton School”

opgericht. Door haar grote succes is in 1939 een tweede school opgericht in New York.

In de oorlogsjaren raakte haar ideeën in het slop. Helen heeft er, in 1942, voor gekozen

om haar school uit handen te geven. Het Daltonplan is toen in de Verenigde Staten niet

doorgezet. Zij is nog verder gaan studeren op universiteiten in Rome en München en bij

Maria Montessori. In 1943 kreeg ze de Master of Arts titel van Yale University.

Haar Daltonplan was wel gewild in het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Japan. In 1952

kwam Helen naar Nederland waar zij benoemd werd tot Officier in de Orde van Oranje-

Nassau. In haar laatste jaren werkte Helen aan verschillende academies voor leraren als

organisator alwaar zij verantwoordelijk was voor het ontwerpen van

onderwijsprogramma’s. Ook maakte ze verschillende programma’s voor de radio, daarin

had ze enkele interviews met kinderen.

In 1973 stierf Helen Parkhurst. Ze wordt herinnerd als een van de grootste pedagogen.

Visie van de Meene School in het licht van Dalton.

Als christelijke school geven wij dagelijks aandacht aan de godsdienstige vorming

Respect hebben voor elkaar is de basis van ons onderwijs.

Leren door doen is een belangrijk aspect binnen onze school.

In ons onderwijs houden we rekening met de verschillen tussen leerlingen.

Wij geven leerlingen zorg op maat.

Leren doe je zelf, dat doet niemand anders voor je.

Leren doe je van en met elkaar.

Wij streven naar onderwijs dat betekenis heeft voor de leerlingen, de

leerkrachten en de samenleving.

Wij streven er dan ook naar dat onze leerlingen veel verantwoordelijkheid

krijgen om eigen keuzes te maken bij het uitzetten van hun leerweg.

Wij streven er ook naar dat onze leerlingen goed kunnen samenwerken in

verschillende situaties.

Wij streven er naar dat onze leerlingen zelfstandig hun werk kunnen

plannen en verwerken.

Het onderwijs op onze school heeft als motto meegekregen:

“ plezier op school geeft plezier in leren”.

Page 8: Schoolgids augustus 2013

7

De drie kernwaarden van Dalton uitgelicht.

Samenwerking: Het principe van samenwerken is een uitwerking en aansluiting voor en bij het

functioneren in de maatschappij.

Dit betekent voor ons dat leerlingen elkaar helpen door het stellen van vragen, het

samen zoeken naar een oplossing, elkaar suggesties geven en rekening houden met

elkaar. Het doel is:

- vergroten van het leereffect

- bevorderen van de sociale ontwikkeling.

Zelfstandigheid: Zelfstandigheid daar verstaan wij onder: het naar oplossingen zoeken, actief

zelfontdekkend bezig zijn en ontwikkelen van een eigen verantwoordelijkheidsgevoel

(zorg dragen voor elkaar, materialen en leeromgeving)

Deze manier van werken levert betere begripsvorming en denkstructuren op bij de

kinderen.

Op de Meene School krijgen de leerlingen hier de ruimte voor.

Vrijheid/verantwoordelijkheid: Vrijheid/verantwoordelijkheid is noodzakelijk om eigen keuzes te maken.

Verantwoordelijkheid betekent, kunnen omgaan met vrijheid.

Verantwoordelijk is de leerling ook door zelfstandig te kunnen werken aan zijn/haar

opgedragen/gekozen taak die vermeld staat op het weektaakformulier.

Vrijheid kenmerkt zich door het kiezen van een werkplek. De verantwoordelijkheid bij

de leerling ligt in het gebruik van de werkplek:

houden aan de afgesproken regels

het opruimen van de werkplek

het samenwerken op de werkplek.

Page 9: Schoolgids augustus 2013

8

Voordelen van Daltononderwijs. - Leerlingen, die met vrijheid en verantwoordelijkheid hebben leren omgaan,

kunnen efficiënt met hun tijd omgaan.

- Als kinderen zelf dingen kunnen ontdekken en uitzoeken, hoeven zij

minder tijd te luisteren en stil te zitten.

- Alle leerlingen zijn betrokken en actief bij een taak.

- Door een korte en effectieve instructie wordt de motivatie vergroot.

- De leerling leert te plannen omdat hij het werk zelf kan indelen.

- De leerling wordt gestimuleerd zelf initiatief te nemen.

- De leerling leert verantwoordelijkheid dragen.

- De relatie tussen leerkracht en leerling is belangrijk. Er is een relatie op basis

van vertrouwen en respect.

- De band tussen leerlingen onderling wordt hechter doordat ze vaker op elkaar

zijn aangewezen (samenwerking).

- Kinderen leren rekening houden met elkaar.

- Door het werken met de taak heeft de leerkracht meer tijd en ruimte om

leerlingen met individuele problemen te helpen.

Grenzen stellen. Kinderen moeten ruimte krijgen om zich te ontplooien. Dat wil niet zeggen dat een kind

alles zelf kan bepalen. Er worden wel degelijk grenzen gesteld.

Zelfstandigheid en verantwoordelijkheid moeten kinderen geleerd worden in de jaren

dat ze bij ons op school zitten.

Kinderen wordt geleerd :

een verantwoorde keuze te maken in de volgorde van de taken.

samen te werken met andere kinderen.

de besteding en de verdeling van de tijd te organiseren.

welke hulpmiddelen of materialen ze nodig hebben.

een keuze te maken of het wel of geen instructie nodig heeft.

medeverantwoordelijk te zijn voor de eigen ontwikkeling.

verantwoordelijk te zijn voor eigen leerproces in dag- naar weektaak met de daarbij

behorende reflectie.

Page 10: Schoolgids augustus 2013

9

2.4. Het pedagogisch klimaat.

Hoe gaan wij met elkaar om? Het pedagogisch klimaat kenmerkt zich door een omgangssfeer waarbinnen iedereen,

kinderen, leerkrachten en ouders, zich veilig en geborgen voelen. Leerkrachten bieden

leerlingen veiligheid, liefde, waardering en respect door hen op deze manier te

benaderen. De samenwerking tussen kinderen onderling en tussen kinderen en

volwassenen spelen hierbij een belangrijke rol.

Door te leren samenwerken, wordt de onderlinge verbondenheid groter en leert men

rekening te houden met elkaar en elkaars gevoelens. Vooral het leren zich te verplaatsen

in elkaars gevoelens is een belangrijk doel om te komen tot een veilig, pedagogisch

klimaat. Kinderen moeten leren dat hun vrijheid eindigt, waar ze iemand anders in zijn

vrijheid belemmeren. Dit kun je alleen leren als je in staat bent om je in de gevoelens en

situaties van een ander te verplaatsen.

Verder vinden wij belangrijk:

Intensief en open contact.

Vrijheid onder eigen verantwoordelijkheid.

Echt luisteren naar elkaar.

Goed contact met ouders.

Aandacht voor elkaar.

Respect, verantwoordelijkheid en vertrouwen zorgen ervoor dat er een veilige en

prettige omgeving voor alle betrokken is.

Om deze manier willen we graag samenwerken met ouders, leerlingen en teamleden.

2.5.Actief Burgerschap.

Wat wordt er verstaan onder “Actief Burgerschap”? De bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van de gemeenschap en daar een

actieve bijdrage aan te leveren of medeverantwoordelijkheid hiervoor te nemen.

Iedereen neemt actief deel aan de samenleving en ieder heeft een eigen inbreng. Ook

neemt iedereen zelf verantwoordelijkheid voor de inrichting en organisatie van hun

eigen leven. Dit kunnen we, ieder op eigen niveau, ook van kinderen vragen. Op school

proberen we dit besef bij te brengen.

Page 11: Schoolgids augustus 2013

10

Waarden en normen: Waarden zijn keuzes die van belang zijn in het leven.

Normen zijn afspraken in de samenleving, groepen of op school. We willen kinderen

ondersteunen in hun persoonlijke waarden/normen ontwikkeling.

Het streven is om kinderen een houding en vaardigheden bij te brengen die nodig zijn

om als democratisch burger mee te doen. Dit is de ontwikkeling van normen die in de

maatschappij gelden.

Wat bedoelen we als school en wat zijn de handelingen die er bij horen?

Dit komt tot uiting in onze godsdienst/levensbeschouwelijke lessen.

We hebben dit in de schoolvisie geformuleerd waar respect voor een ieder nog

eens benadrukt wordt.

We hebben daarvoor een pestprotocol opgesteld. De kinderen weten wat de

leefregels zijn.

Het ligt besloten in de lesmethoden.

Het voorbeeldgedrag van leerkrachten en directie.

In ons Dalton concept staat samenwerken, elkaar uitleggen en bevragen,

acceptatie van verschillen hoog in het vaandel.

Kinderen verantwoordelijkheid aanleren door het werken aan een weektaak,

coöperatief leren, schoolbrede projecten.

Zorg en respect voor wat anderen toekomt; rechtvaardigheid, eerlijkheid.

Zorg voor de omgeving waarin je woont, werkt, leert en speelt.

2.6 De organisatie van de school.

Samenstelling van het personeel: Op onze school werken 13 leerkrachten. Daarnaast wordt ons team versterkt met een

administratieve kracht, twee conciërges en een schoolschoonmaakster.

De onderwijskundig leider heeft een beperkte lesgevende taak, verder is zij belast met

de complete organisatie. De Intern Begeleider (IB-er) is naast een lesgevende taak

belast met de leerlingenzorg en de remedial teaching. Tevens beschikt de school over

een ICTer die voor het computernetwerk zorgt. De ICTer heeft eveneens een

lesgevende taak. Voor beide taken is er voor een achtervang gezorgd.

De samenstelling van de groepen: Wij streven ernaar om de groepen 3 tot en met 8 homogeen te groeperen, d.w.z. elk

leerjaar in een eigen ruimte, klaslokaal. Mocht het zo zijn dat er om organisatorische

redenen dit niet te realiseren is, dan zoeken we in dat geval naar de best mogelijke

oplossing.

We spreken van:

Onderbouwgroepen: de groepen 1 tot en met 3.

Middenbouwgroepen: de groepen 4 tot en met 6.

Bovenbouwgroepen: de groepen 7 en 8.

Page 12: Schoolgids augustus 2013

11

Kinderen blijven niet de hele dag in dezelfde ruimte. In ons Daltononderwijs geven wij

de kinderen de ruimte om een eigen werkplek te kiezen. Het werken kan op verschillende

plaatsen binnen ons gebouw. Na het geven van de instructie van de leerkracht mogen de

kinderen een plek kiezen. De leerkracht loopt hulprondes en geeft leerlingen extra

instructies in groepjes. Tevens houdt hij natuurlijk toezicht op de leerlingen. De

leerlingen weten de afspraken/ zijn verantwoordelijk, voor het werken buiten de groep.

Hoe de school het Dalton onderwijs gestalte

geeft, kunt u lezen in de Reader

Daltononderwijs van de Meene School. Deze

Reader wordt samen met de schoolgids aan

ouders overhandigd bij aanmelding van hun

kind.

3. Kwaliteit en zorg.

De kwaliteit van het onderwijs staat in het middelpunt van de belangstelling. Dat is een

prima ontwikkeling. Ouders kiezen vaak heel bewust een goede school voor hun kind. De

school probeert om het kind zoveel mogelijk bagage mee te geven.

De school probeert om het maximale uit het kind te halen. Om dat te bereiken zijn er

een aantal kwaliteitsindicatoren.

Kwaliteit wordt niet alleen gemeten uit toetsscores. Kwaliteit kenmerkt zich ook door

onze leef- en werkomgeving, de manier hoe wij met elkaar omgaan. Vandaar ons ook

motto: “plezier op school geeft plezier in leren”! Kwaliteit is dus meer dan alleen de

uitslagen van de toetsen.

De indicatoren zijn:

Een goed gestructureerde zorgstructuur.

Een uitgebreide en duidelijke zorgstructuur voor zowel leerlingen, ouders als

leerkrachten.

Een ervaren team.

Intern Begeleider( IB-er), Remedial Teacher (RT-er) en een onderwijskundig

leider die goed op de hoogte is.

Methodische toetsen

Het LOVS d.w.z.: het Leerling Onderwijs Volg Systeem. Dat zijn landelijk

genormeerde toetsen.

Contacten met externen: de IJsselgroep, GGD, Schoolmaatschappelijk Werk,

enz.

Page 13: Schoolgids augustus 2013

12

3.1 Toetsen. Omdat het onderwijs pas goed bij de individuele leerling kan aansluiten als diagnoses

plaatsvinden, worden de leerlingen regelmatig getoetst.

We onderscheiden daar de methode gebonden toetsen en de landelijk genormeerde

toetsen (CITO-LVS).

De methode gebonden toetsen worden op vaste tijden en of na afloop van bepaalde

onderwijsonderdelen afgenomen. Ook kan het zijn dat leerlingen geobserveerd worden.

De scores/uitkomsten worden door de leerkrachten bijgehouden.

Naast de diverse methode gebonden toetsen worden ook landelijk genormeerde toetsen

afgenomen. Dat wil zeggen dat de resultaten vergeleken worden met het niveau dat het

gemiddelde kind van dezelfde leeftijd en/of in dezelfde jaargroep heeft. Op onze

school gebruiken wij ook het leerlingvolgsysteem van CITO. Door middel van deze

toetsen wordt de ‘opbrengst van het leren” in een bepaalde periode in kaart gebracht.

Zo heeft de school een meetmoment. Zo kunnen we goed bepalen welke kinderen op het

juiste niveau zitten ( en of hoger) en welke kinderen op bepaalde onderdelen nog wat

extra aandacht nodig hebben en welke kinderen in aanmerking komen een apart

programma ( eigen leerlijn) of extra hulp. Die extra hulp kan ook geboden worden in nog

wat extra oefenstof.

De toetsen van het LVS worden afgenomen volgens een bepaald toetsrooster.

Signalering door middel van toetsen is niet de enige manier om de ontwikkeling van een

leerling te volgen. Observaties en leerling-besprekingen door het team zijn zeker net zo

belangrijk. De uitkomsten komen in het zogenaamde leerlingvolgsysteem te staan dat

wordt bijgehouden door de intern begeleider.

De resultaten van de methode gebonden toetsen worden bijgehouden in een rapport. De

leerling krijgt 2x per jaar een rapport. De resultaten van enkele toetsen komen ook in

het rapport te staan. Deze worden door de leerkrachten tijdens de 10 – minuten –

gesprekken met u besproken. U kunt dan ook zelf de score vergelijken met eerder

gemaakte toetsen.

Aan het eind van groep 6 en 7 wordt de Entreetoets afgenomen.

Hierdoor krijgen we, als school, een goed beeld of er individueel of op groepsniveau nog

extra aandacht aan bepaalde onderdelen moet worden besteed.

In groep 8 wordt de CITO – Eindtoets afgenomen. De uitslag van deze toets dient een

bevestiging te geven van het al eerder vastgestelde uitstroomniveau van de leerling.

De drempeltoets. Met de drempeltoets willen we graag nog een completer beeld schetsen van een kind.

Die mogelijkheid vinden wij in deze toets. Deze toets wordt in november afgenomen.

De drempeltoets probeert een indruk te geven van de taalvaardigheid en het

redeneervermogen van de leerling. Er wordt onderscheid gemaakt tussen

verbaal / theoretisch / (kennis van begrippen, zinsconstructies en betekenissen) en

wiskundige/praktisch ( ruimtelijk voorstellingsvermogen, het rekenkundig

redeneervermogen en het redeneervermogen met figuren).

Page 14: Schoolgids augustus 2013

13

Om na te gaan hoe de leerling het leren ervaart en er tegenaan kijkt, moet hij/zij

vragen beantwoorden over zaken die met school en leren te maken hebben.

We kunnen daaruit afleiden hoe het zit met de leermotivatie, zelfvertrouwen en het

doorzettingsvermogen.

Uiteindelijk ontstaat er een profiel waarbij aangegeven wordt welk schooltype voor

voortgezet onderwijs bij de leerling past.

We denken op deze wijze meer recht te doen aan de kinderen en naar het voortgezet

onderwijs een completer beeld van onze leerlingen te kunnen schetsen.

De CITO Eindtoets. De CITO Eindtoets vormt de afsluiting van het leerlingvolgsysteem. De Eindtoets geeft

ook een indicatie van de leeropbrengst van onze school.

Op basis van de gegevens van het dagelijks presteren ( het rapport), de

leerlingvolgsysteemtoetsen, de Entree Toets, de drempeltoets samen met de Cito toets

en het advies van het team, kan de school een advies geven over het niveau wat het kind

kan gaan volgen op het voortgezet onderwijs. Dit advies, een voorlopig advies, wordt

altijd gegeven voordat de score bekend is van de Eindtoets.

Deze score is niet altijd van doorslaggevende aard, maar speelt wel terdege mee!

Ook de school krijgt een score n.l. het schoolrapport. Deze schoolscore is gebaseerd op

de resultaten van alle kinderen die aan de toets hebben deelgenomen. Met deze score

kun je zien hoe de school gescoord heeft ten opzichte van alle scholen die hebben

deelgenomen. Deze meting is een middel voor de school om te evalueren of er bij de

verschillende onderdelen een extra programma moet worden ingezet ( denk aan

werkwoordspelling). Is er een grote uitval op een bepaald onderdeel in ons onderwijs,

gaan wij als team bekijken of de gebruikte methode wel voldoende aan bod gekomen is

of dat er een andere methode moet worden aangeschaft. Zo blijft de school actief

bezig met de kwaliteit van onderwijs.

3.2. Opbrengsten en VO-advisering.

De school moet voldoen aan het landelijk gemiddelde.

Uitstroom.

2011 – 2012

BB / LWOO 4 leerlingen BB is Basis beroeps onderwijs

LWOO leerwegondersteunend

onderwijs

KB 7 leerlingen KB is Kaderberoepsonderwijs

TL 4 leerlingen TL is Theoretische Leerweg

HAVO 10 leerlingen HAVO is Hoger Algemeen Vormend

Onderwijs

Schooljaar 2009-2010 2010 - 2011 2011 - 2012

Score 534.9 534.9 535.0

Landelijk

gemiddelde

534.0

534.0

535.0

Page 15: Schoolgids augustus 2013

14

VWO 4 leerlingen VWO is voorgezet wetenschappelijk

onderwijs

TTO 0 leerlingen TTO is Tweetalig onderwijs.

AOC 1 leerling Groen Lyceum

3.3. Oudergesprekken en het rapport. Als u behoefte heeft aan een gesprek, is dat altijd mogelijk( zie koffie-uurtje).

Ook als wij het belangrijk vinden om u te spreken, nemen wij contact met u op.

Daarnaast krijgen leerlingen 2x per jaar een rapport, in februari/maart en aan het eind

van het schooljaar. In het rapport worden de vorderingen van het kind vermeld. Aan dit

rapport is een 10-minuten gesprek gekoppeld. Vooraf aan dit gesprek gaat het rapport

met het kind naar huis. U krijgt een uitnodiging van de leerkracht op een bepaalde avond

en tijd. Er is een gezamenlijke avond waarop de broertjes en zusjes besproken worden.

Voor de leerlingen er die geen broertje of zusje op school hebben, wordt een andere

avond gepland. Mocht u, of de leerkracht, behoefte hebben aan een langer gesprek dan

wordt er een andere afspraak gemaakt. Tijdens de 10 minuten gesprekken heeft u ook

inzage in het leerlingvolgsysteem. De resultaten worden met de leerkracht besproken.

3.3.1 Informatie naar gezinnen met gescheiden ouders. Binnen onze school hebben we als team afspraken gemaakt over de

informatievoorziening naar gezinnen met gescheiden ouders, zodat ouders, kinderen en

andere betrokkenen weten wat zij van school in dit opzicht kunnen verwachten.

Wanneer ouders scheiden, is de ouder bij wie het kind woont, het aanspreekpunt voor de

school. Bij co-ouderschap maken de ouders de keuze wie het aanspreekpunt is. We gaan

ervan uit dat de desbetreffende ouder de verkregen informatie doorspeelt aan de

andere ouder. Overigens is dit wettelijk verplicht. Voor de leerkracht is alleen de ouder

bij wie het kind woont de gesprekspartner. Natuurlijk zijn beide ouders samen van harte

welkom op ouderavonden. De leerkracht zal echter niet tweemaal een

ouderavondgesprek voeren n.a.v. een rapport. Wanneer er tussen beide ouders geen

communicatie mogelijk is, kan met dit kenbaar maken aan de leerkracht of

onderwijskundig leider van de school. Deze stuurt de andere ouder op verzoek een kopie

van het rapport en desgewenst de contact-nieuwsbladen. ( die tevens op de website

vermeldt staan van de school). Vragen naar aanleiding van de ontvangen informatie

kunnen voorgelegd worden aan de onderwijskundig leider.

3.4 Dossier. Van iedere leerling worden gegevens bijgehouden. Het betreft hier verslagen van

gesprekken over uw kind, toets-uitslagen en onderzoekgegevens. De intern begeleider

beheert deze gegevens. Het dossier is vertrouwelijk, maar uiteraard voor u of een

leerkracht toegankelijk.

Page 16: Schoolgids augustus 2013

15

3.5 Doorspreken van leerlingen. De intern begeleider coördineert de zorg op de Meene School en regelt dat de zorg

voor een kind, met name door de eigen leerkracht, zo optimaal mogelijk wordt

uitgevoerd. De leerkracht geeft de zorg in klas. De leerkracht bespreekt regelmatig de

leerlingen door van zijn of haar groep. Deze besprekingen worden vastgelegd in een

verslag. Dit verslag gaan in het leerlingendossier. Leerlingen die extra zorg nodig

hebben, worden, afhankelijk van de problemen, meerdere malen in het jaar besproken.

Ouders worden uiteraard op de hoogte gebracht van de problemen van het kind. Als de

problemen groot zijn, worden de ouders uitgenodigd om bij het gesprek aanwezig te

zijn. Dan wordt er een zorgroute ingesteld. Aan het eind van een schooljaar worden de

leerlingen die van leerkracht veranderen, besproken met de toekomstige leerkracht.

3.6 De begeleiding naar het voortgezet onderwijs (VO). De voorbereiding op de overgang naar het voorgezet onderwijs begint eigenlijk al in

groep 7. Eind mei nemen we bij deze leerlingen de Entree Toets van CITO af. Doel

hiervan is na te gaan hoe elke leerling er voorstaat en of er hier en daar wat hiaten in de

kennis van de leerstof zijn ontstaan. Met deze kennis vanuit deze toets maken wij een

plan van aanpak voor hoe er in groep 8 gewerkt gaat worden.

Tevens wordt er aan het eind van groep 7 als de uitslag van de Entree Toets bekend is

een ouderavond gehouden. Op deze avond zal de procedure rondom het advies naar het

VO uitgelegd worden. Ouders krijgen daar een overzicht van.

In november is er een speciale avond voor ouders en leerlingen van groep 8.

Op deze avond zijn er enkele scholen van het VO aanwezig en geven informatie over hun

school. In december zal er door de school een voorlopig advies gegeven worden. Dit

advies wordt bepaald vanuit de gegevens van het leerlingvolgsysteem, de Entree Toets,

de drempeltoets en het advies van het team. Werkhouding en motivatie spelen hierbij

natuurlijk ook een belangrijke rol.

In januari en februari zijn ouders en leerlingen welkom op de open dagen die het VO

organiseert. Ook worden leerlingen uitgenodigd om de scholen te bezoeken en lessen te

volgen die in het komende jaar gegeven zullen worden.

Als het goed is, is de uitslag van de Eindtoets een bevestiging van het advies.

Eind maart is er een gesprek met ouders/leerlingen over het rapport en het eindadvies.

De scholen voor VO ontvangen van ons de informatie over de leerling. Is het advies en

de score van dien aard dat de school voor VO nog aanvullende gegevens nodig heeft dan

zal er een test plaatsvinden of alsnog een gesprek met ouders/school. De uitslag van de

test heeft een verplichtend karakter.

Voor kinderen die moeite hebben met de leerstof, op wat voor gronden dan ook, kan een

toets aangevraagd worden voor het LWOO ( leerweg ondersteunend onderwijs.) De

toets wordt afgenomen op een van de scholen voor VO.

De ouders melden het kind zelf aan bij de school voor VO.

Aan het eind van het schooljaar maken de leerlingen kennis op de school voor VO.

Van de kinderen die onze school verlaten, krijgen wij nog 4 jaar de informatie over de

vorderingen. In het eerste jaar na vertrek is er een mondeling overleg tussen de

basisschool en het VO.

Page 17: Schoolgids augustus 2013

16

3.7 De zorg rondom een leerling. Een belangrijk fundament van ons onderwijs zoeken wij in het pedagogisch klimaat van

de school. Wij streven ernaar dat een kind zich prettig voelt op school. Dit is een goede

basis om te komen tot leerprestaties. Als een kind zich prettig en veilig voelt, zal het

zich goed kunnen ontwikkelen. Onderwijskundig willen wij een school zijn die oog heeft

voor de ontwikkeling van ieder individu. Alle kinderen zijn verschillend dus ontwikkelen

kinderen zich ook verschillend. Het kan dus voorkomen dat uw kind speciale zorg nodig

heeft. Dit kan komen omdat uw kind zich een periode niet prettig voelt op school; niet

goed in zijn vel zit, omdat rekenen of taal niet lukt of omdat het kind veel sneller kan

dan andere kinderen. Voor deze zorg rondom een leerling is de interne begeleiding

verantwoordelijk. De intern begeleider coördineert zorg in de vorm van begeleiding,

bewaking van het proces en het zoeken naar andere mogelijkheden om tot leren te

komen. De zorgleerlingen worden met de intern begeleider samen met de leerkracht

besproken. De leerkracht meldt het kind in een vroeg stadium aan bij de intern

begeleider. Er vindt een gesprek plaats waarbij de leerkracht het probleem schetst en

de intern begeleider alle gegevens bekijkt. Samen bepalen zij welke stappen er genomen

moeten worden. Dit kan zijn door het aanbieden van extra of aangepaste oefenstof op

school en / of oefenstof thuis. In dit stadium neemt de leerkracht contact op met de

ouders omdat het zeer belangrijk is dat de ouders op de hoogte zijn van de

leerproblemen van hun kind. Deze extra hulp wordt vastgelegd in een handelingsplan. Dit

plan wordt ondertekend door de ouders. Na 8 weken is er weer een overleg met de

ouders. In dit gesprek wordt uitgelegd hoe de weken zijn verlopen. Mochten de

problemen nog niet zijn “opgelost” dan wordt het handelingsplan verlengd. Dit wordt in

de evaluatie van het gesprek vastgelegd.

3.8 De specifieke zorg rondom een leerling. Ondanks alle inspanningen van de basisschool kan het toch voorkomen dat er

onvoldoende resultaat is. In dat geval wordt er een leerlingenbespreking gehouden over

de betreffende leerling. Er kunnen dan door het team een aantal keuzes gemaakt

worden voor het vervolgtraject. Dit is altijd in samenspraak met de ouders.

De volgende mogelijkheden worden dan bekeken:

Een jaar doubleren/zittenblijven. In onze groepen zal zoveel mogelijk worden gelet

op de mogelijkheden van het kind zelf en minder op de leerstof. Zittenblijven zal

dan ook alleen worden overwogen, wanneer de ontwikkeling van het kind in gevaar

dreigt te komen, bijvoorbeeld: bij langdurige ziektes, bijzondere huiselijke

omstandigheden, hiaten in de leerstof of onoverkoombare sociaal - emotionele

problemen. Het moet in ieder geval een meerwaarde hebben voor het kind. Ouders

worden hierbij gezien als belangrijke partner in het overleg. Mocht men ondanks

zorgvuldig overleg niet tot een eensluidend oordeel komen, dan neemt de directeur,

na alle argumenten te hebben gehoord, de uiteindelijke beslissing in welke groep

een kind wordt geplaatst.

het inschakelen van de leerlingbegeleider van Iselinge Educatieve Faculteit, met

het verzoek een gespecialiseerd onderzoek te verrichten.

Page 18: Schoolgids augustus 2013

17

het aanvragen van ambulante hulp aan het zorgplatform. Via het WSNS - project

(Weer Samen Naar School) is het mogelijk om begeleiding te krijgen van

deskundige leerkrachten van een school voor speciaal basisonderwijs.

ook is het mogelijk om te kijken of het kind in aanmerking komt voor een rugzakje.

Dat betekent dat het kind met extra hulp en geld op de basisschool kan blijven.

Hiervoor wordt een handelingsplan opgesteld samen met de ouders, leerkracht en

een ambulant begeleider.

Op de Meeneschool werken we volgens onderstaande zorgstructuur:

Niveau: Omschrijving: Verantwoordelijken:

1

Handelingsgericht

werken door de leraar

School: leraar

2 Overleg met collega’s

School: team

3 Overleg met IB-er School: leraar en IB-er

4

Schoolnabije zorg

School+ Zorgteam

consultatie orthopedagoog,

PAB vanuit SWV/SO

5

Boven schoolse zorg OnderwijszorgLoket

(PCL, Zorgteam Plus)

6

Speciale onderwijsvoorziening

SBO / SO of rugzak

Met ingang van het nieuwe schooljaar moet het OZL (onderwijszorgloket) worden

geraadpleegd voor de aanvraag van een indicatie voor cluster 2, 3 en 4. Daar wordt

bepaald in hoeverre de zorg die de leerling nodig heeft aanwezig is binnen het SWV. Is

dit niet het geval dan geeft het OZL de zogenaamde verklaring ontoereikende zorg af

die nodig is voor het aanvragen van een clusterindicatie. De werkwijze voor het

aanvragen van een SBO-plaatsing verandert niet.

Om tijdens een OZL-bespreking tot een goed en gedragen besluit te kunnen komen is de

aanwezigheid van de school een belangrijke voorwaarde en de aanwezigheid van ouders

zeer wenselijk. Terugblikkend op het afgelopen schooljaar waren bij bijna alle

besprekingen zowel school als ouders aanwezig. Omdat we het een belangrijk

uitgangspunt vinden willen we dit verstevigen. Dit betekent dat in het vervolg een

bespreking alleen plaats vindt als de school erbij aanwezig is. Ouders krijgen een

uitnodiging voor de bespreking daar waar ze voorheen konden aangeven wel / niet

aanwezig te willen zijn.

Page 19: Schoolgids augustus 2013

18

3.9 Passend Onderwijs. Het bevorderen van de integratie van gehandicapten in de samenleving is al jaren een

belangrijk onderwerp. Ook in het onderwijs gaat dit nu een rol spelen. Vanaf 1 augustus

2003 kunnen ouders van een kind met een handicap bij een Commissie van Indicatie

(CvI) van een van de vier Regionale Expertise Centra (REC’s) een leerling-gebonden

budget aanvragen.

Als dit budget is toegekend, kunnen ouders kiezen uit meerdere mogelijkheden:

- Zij kunnen hun kind aanmelden bij een school voor speciaal onderwijs, gericht op

het onderwijs aan kinderen met die speciale handicap, bv. een school voor

slechtzienden.

- Zij kunnen er ook voor kiezen om toelating te verzoeken tot een gewone

basisschool of een school voor speciaal basisonderwijs.

Ook onze school heeft een stappenplan ontwikkeld om over de toelating van een kind

met een handicap in overleg met de ouders en overig betrokken instanties een

verantwoord besluit te kunnen nemen. Kernvraag daarbij zal steeds zijn of wij als

reguliere basisschool het kind die hulp kunnen bieden die het nodig heeft. Is het

antwoord daarop positief dan zal een duidelijk handelingsplan de basis moeten vormen

voor de juiste zorg op maat voor dit kind. De stappen om te komen tot een verantwoorde

toelating maar ook die nodig zijn voor het opstellen van een handelingsplan zijn

vastgelegd in een beleidsdocument dat op school aanwezig is. Is het antwoord negatief

dan is de school verplicht om samen met de ouders de school te zoeken die bij het kind

past en het kind die hulp te geven waarom het vraagt.

3.10 Onderwijsbegeleiding aan zieke leerlingen. In de wet ”Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen” van 1999 is nog eens

duidelijk aangegeven dat ook zieke leerlingen recht hebben op onderwijs.

Voor kinderen of jongeren die in een ziekenhuis zijn opgenomen – of ziek thuis zijn – is

het belangrijk dat het gewone leven zo veel mogelijk door gaat. Onderwijs hoort daar

zeker bij.

Onderwijs aan zieke leerlingen is o.a. om de volgende redenen van belang:

Het leerproces wordt voortgezet ( een onnodige leerachterstand wordt zo veel

mogelijk voorkomen).

De zieke leerling houdt een belangrijke verbinding met de buitenwereld (regelmatig

sociale contacten).

Ook tijdens een ziekteperiode van een leerling blijft de eigen school verantwoordelijk

voor het onderwijs aan die leerling. De leerkrachten staan er echter niet alleen voor. Zij

kunnen voor deze onderwijsbegeleiding aan de zieke leerling een beroep doen op de

ondersteuning van een Consulent Onderwijs aan Zieke Leerlingen (COZL). De leerkracht

van de school en de consulent maken in overleg met de ouders van de leerling afspraken

over de inhoud van de ondersteuning. Het accent kan daarbij liggen op begeleiding en

advisering, maar ook kan een deel van het onderwijsprogramma van school worden

overgenomen. Het belang van de zieke leerling wordt daarbij steeds als uitgangspunt

genomen. Aanmelden voor deze vorm van onderwijsbegeleiding kan door de ouders of de

school. Voorafgaand overleg is daarbij wel aan te bevelen.

Page 20: Schoolgids augustus 2013

19

3.11 Zorg voor meer- en hoogbegaafde leerlingen.

Plusklas/kangoeroegroep. Ook voor deze leerlingen is extra zorg. Deze kinderen zijn op een aantal gebieden hun

leeftijdgenootjes vooruit en worden niet meer voldoende uitgedaagd.

De school beschikt over materialen / methoden voor deze kinderen.

De school kiest er niet voor om het kind een groep over te laten slaan. Wij zoeken het

meer in het verrijken en of verdiepen van de stof. Binnen ons onderwijs in een groep

kunnen we de kinderen nog voldoende uitdagen in het verdiepen van leerstof.

De Meene School heeft zich aangesloten, met andere scholen uit de omgeving, bij het

Plusproject van het Ulenhof en het Ludger College. Een aantal leerlingen uit groep 8

mogen meedoen aan projecten op deze scholen voor VO. Zij krijgen les in bijvoorbeeld:

Sterrenkunde, klassieke talen, beeldende vorming en Engels.

Zij moeten voldoen aan bepaalde scores: een A score op rekenen en begrijpend lezen.

Dit worden de inzichtelijke vakken genoemd.

Uit de groepen 5 tot en met 8 komen de kinderen die bovengenoemde scores hebben bij

elkaar in een kangoeroegroep. Zij komen twee keer een periode van 8x bij elkaar in de

hal van de school. Deze leerlingen mogen zelf een leervraag stellen of worden

uitgedaagd in o.a. techniek, computergebruik, schaken en het maken van projecten.

3.12. Leefregels: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode veilig voelen, zodat zij zich

optimaal kunnen ontwikkelen.

Door regels en afspraken zichtbaar te maken kunnen kinderen en volwassenen, als

er zich ongewenste situaties voordoen, elkaar aanspreken op deze regels en

afspraken.

Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen stellen we alle kinderen in

de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan!

Hoe willen we daar mee omgaan? Op school willen we regelmatig een onderwerp in de kring aan de orde stellen.

Onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, rollen in een groep, aanpak van ruzies

etc. kunnen aan de orde komen.

Andere werkvormen zijn ook denkbaar zoals: spreekbeurten, rollenspellen, regels met

elkaar afspreken over omgaan met elkaar en groepsopdrachten. Het voorbeeld van de

leerkrachten (en thuis de ouders) is van groot belang. Er zal minder gepest worden in

een klimaat waar duidelijkheid heerst over de omgang met elkaar waar verschillen

worden aanvaard en waar ruzies niet met geweld worden opgelost maar uitgesproken.

Agressief gedrag van leerkrachten, ouders en de leerlingen wordt niet geaccepteerd.

Leerkrachten horen duidelijk stelling te nemen tegen dergelijke gedragingen.

Een effectieve methode om pesten te stoppen of binnen de perken te houden, is het

afspreken van regels voor de leerlingen.

Page 21: Schoolgids augustus 2013

20

Thema’s van deze gesprekken zijn: Niemand uitschelden

Niet direct klaar staan met een oordeel

Niemand buitensluiten

Elkaar nemen zoals je bent

Van elkaars spullen afblijven

Luisteren naar elkaar

Niet met z’n allen iemand uitlachen

Niet roddelen over elkaar

Houd je handen thuis

Geen negatieve opmerkringen maken over elkaars uiterlijk

Elkaar niet bedreigen

Hieruit zijn de leefregels ontwikkeld n.l.:

1. We zorgen ervoor dat iedereen zich veilig voelt op onze school.

2. We vertrouwen elkaar en respecteren elkaar.

3. Ik behandel jou zoals ik zelf ook graag behandeld wil worden.

4. Ik maak goed duidelijk ( stop hou op) wat ik wel of juist niet wil.

5. Ik leer met en van jou.

6. Ik zorg ervoor dat jij geen last hebt van mijn gedrag (en ik blijf van jou af)

7. We zorgen dat onze werkplek, onze klas en onze school er netjes uitzien.

8. Ik ga zorgvuldig met materialen om.

9. We zijn zuinig op onze spullen en op de spullen van een ander.

10. We ruimen alles netjes op

Deze leefregels hangen zichtbaar op verschillende plekken in de school.

Aan het begin van elk jaar wordt deze leefregels nog eens onder de aandacht van de

kinderen gebracht.

In elke groep wordt dit op hun eigen niveau aangeboden.

In de onderbouw worden deze regels aangeleerd met het 4-stappenplan n.l.:

1. Zeggen dat je het niet wilt.

2. Stop. Hou op!

3. Stop. Anders ga ik naar de leerkracht.

4. Naar de leerkracht gaan.

Page 22: Schoolgids augustus 2013

21

3.13 Onderzoek door de schoolarts. De leerlingen van groep 2 en 7 krijgen een Preventief Gezondheids Onderzoek

aangeboden. Hiervoor ontvangen alle leerlingen uit die groep een uitnodiging. De

onderzoeken worden verricht door de jeugdarts samen met een jeugdverpleegkundige.

Deze onderzoeken vinden op school plaats.

3.14. Logopedie op school. Elk jaar komt de logopedist bij ons op school. De logopedist houdt zich bezig met

aspecten die nodig zijn voor een goede communicatie: taal, spraak, stem, mondgedrag en

gehoor. Een goede taal- en spraakontwikkeling is ook een belangrijke basis voor het

leerproces.

Soms verloopt de taal- en of spraakontwikkeling niet geheel vanzelf. Problemen die

kunnen voorkomen zijn o.a.:

Vertraging in de taalontwikkeling.

Het niet of verkeerd uitspreken van klanken.

Moeite met nauwkeurig luisteren naar klanken, woorden en zinnen.

Broddelen

Stemgebruik

Mond-ademen, duimzuigen en of speen-zuigen

Als ouders, leerkrachten twijfelen over de taal of spraak van het kind dan is het

mogelijk om een afspraak te maken met de logopedist. Dit geldt voor alle leerlingen op

school.

Als uit het onderzoek blijkt dat er iets aan de hand is, overlegt de logopedist met de

ouders en de leerkracht. Dan wordt er gezamenlijk gezocht naar mogelijkheden:

Nog een extra controle op korte of lange termijn.

Adviezen voor de ouders en de leerkracht.

Verwijzing naar een logopedist in het dorp of elders.

( er wordt geen logopedie op school gegeven, het is alleen een screening)

Page 23: Schoolgids augustus 2013

22

4. Ouders en de Meene School.

Voor ons als school is een veilig werk- leef- en leerklimaat de basis. Samen met ouders,

leerlingen en teamleden bouwen we aan de school. Samen maken we er een goede school

van: een plek waar je graag en veilig werkt, speelt en contacten legt. Samen delen we de

mooie en spannende momenten. Soms zijn er zaken die niet zo gaan zoals u misschien

verwacht had. Ook dan hopen we dat u dat met ons bespreekt.

4.1 Communicatie. Als school vinden we het belangrijk dat de ouders en school op een lijn zitten. Daarvoor

is een goede communicatie van groot belang.

De communicatie kan op verschillende manieren plaatsvinden:

Individuele contacten. We zijn met elkaar verantwoordelijk voor de ontwikkeling

van het kind. Op het moment dat het met uw kind minder goed gaat, is het belangrijk

dat we het probleem aanpakken. Het initiatief kan bij u liggen als ouders/verzorgers

maar kan ook bij school liggen. Samen zijn we verantwoordelijk voor een goede werk-

en leefomgeving. Het is goed om elkaar aan te spreken als er zaken onduidelijk zijn.

Wij spreken over puzzels bij problemen. Het is voor een school ook goed om de

goede dingen eens tegen elkaar uit te spreken. Dat noemen wij de parels. Als school

hebben wij de regel dat ouders eerst de problemen neerleggen daar waar ze

ontstaan zijn. Mochten de problemen zo groot zijn dat ze niet opgelost worden naar

uw zin, dan kunt u terecht bij de directie. Wij houden van een open, eerlijke en

respectvolle houding naar elkaar. Op de Meene School houden we rekening met

elkaar. Als mogelijkheid om het een en ander te bespreken, kunt u terecht op het

koffie-uurtje. Deze mogelijkheid is altijd op de eerste maandag van de maand van

11.15 – 12.00 uur. Het is goed om even een afspraak te maken.

Informatieavond: Aan het begin van het schooljaar is er een informatieavond voor

alle ouders. Op deze avond wordt informatie gegeven over het onderwijs dat uw kind

krijgt in een bepaalde groep. In de Meene-Echo staan de data vermeld welke groep

op welke avond de informatie krijgt.

10 minutengesprekken: in de loop van het jaar zijn er een aantal avonden waarop

de ouders met de betreffende leerkracht kunnen praten over de ontwikkelingen van

hun kind(eren). Deze 10 minutenavonden worden gehouden in het najaar en in het

voorjaar. Aan het eind van het cursusjaar ontvangt uw kind ook een rapport. Mocht u

dan ook een gesprek willen, dan kunt u dit gesprek aanvragen.

Algemene ouderavond: elk jaar worden er ouderavonden gehouden. Er worden dan

ouderavonden georganiseerd met een bepaald thema. Ook is er een ouderavond met

een activiteit die vanuit school georganiseerd wordt

voor het hele gezin.

Klankbordgroep: Ouders worden in de gelegenheid om samen met het team een

onderwerp te bespreken. De klankbordgroep is een groep ouders die als luisterend

oor fungeert of aangeeft wat er leeft binnen de oudergroep. Het onderwerp wordt

nader bepaald.

Page 24: Schoolgids augustus 2013

23

“Meenedelingen”: Dit is de nieuwsbrief die 1x in de veertiendagen uitkomt. Deze

wordt per mail verstuurd naar de ouders. Mochten ouders geen mail hebben dan

wordt de nieuwsbrief aan het oudste kind meegegeven.

Schoolkrant: drie keer per jaar komt de schoolkrant “ t Is Meenes” uit waarin

informatie van Ouderraad, MR, Stichting Steun en directie staat. Ook verhalen van

kinderen zijn opgenomen voor ouders en leerlingen. Deze schoolkrant wordt

samengesteld door de redactie van de schoolkrant bestaande uit enkele ouders en

leerkrachten.

Schoolgids en Meene-Echo: de informatiegids en de jaarkalender ontvangt u aan

het begin van het nieuwe schooljaar. Hier staat actuele informatie in over

schoolzaken, data van activiteiten die rondom school gebeuren.

Huisbezoek: als de kleuter op school komt, komt de leerkracht op huisbezoek. De

kleuter krijgt 1x huisbezoek in de kleuterperiode. Verder gaan de leerkrachten van

de groepen 3 t/m 8 alleen op huisbezoek op verzoek van ouders/verzorgers. Voor

een huisbezoek wordt altijd een afspraak gemaakt. Ook wordt er een huisbezoek

gepland bij nieuwe leerlingen van school door bijvoorbeeld verhuizing of anderszins.

Klachtenregeling: Onder het motto ”Bent u tevreden zeg het anderen, hebt u klachten zeg het ons” zijn

we er altijd blij mee wanneer ouders open zijn. Een ”lerende school” staat altijd open

voor verbeteringen. Bij klachten wordt er de volgende procedure gevolgd:

1. Als het een klacht over de gang van zaken op school betreft, wordt deze eerst

voorgelegd aan de betrokken (groeps) leerkracht.

2. Leidt dit niet tot een bevredigende oplossing, dan zal het probleem worden

besproken met de onderwijskundig leider. Deze zal hoor en wederhoor toepassen

alvorens met een uitspraak te komen.

3. Als desondanks niet voldoende gehoor wordt gevonden wordt de klacht

neergelegd bij de schoolvertrouwenspersonen. Onze school telt 2

vertrouwenspersonen. Elke ouder / leerling ontvangt bij opgave een folder over

dit onderwerp.

4. Geeft dit geen voldoening dan kan de klacht doorgespeeld worden naar de

bovenschools directeur en/of de externe vertrouwenspersoon.

Een veilig schoolklimaat is voor iedereen die op school werkt en leert belangrijk.

Ter ondersteuning van dit uitgangspunt is een klachtenregeling seksuele intimidatie,

geweld en agressie aangenomen. Deze ligt op school ter inzage.

Vaak wordt ontkend dat seksuele intimidatie, geweld en agressie binnen de eigen school

plaats zou kunnen vinden. Deze zaken komen overal voor.

De laatste jaren worden deze zaken gelukkig meer bespreekbaar en besteden scholen

aandacht aan het voorkomen van ongewenst gedrag.

Bij seksuele intimidatie koppelt de schoolvertrouwenspersoon direct terug naar de

bovenschools directeur en de externe vertrouwenspersoon.

Page 25: Schoolgids augustus 2013

24

Het bestuur van de scholengroep “GelderVeste” heeft in een beleidsnota aangegeven op

welke wijze ongewenst gedrag in de vorm van seksuele intimidatie, agressie en geweld op

een effectieve wijze bestreden en zo mogelijk voorkomen wordt. Deze notitie ligt op

alle scholen ter inzage en geldt voor leerlingen en hun ouders, onderwijzend- en

onderwijssteunend personeel, directie, leden van het bestuur, evenals voor allen die op

school werkzaamheden verrichten of anderszins betrokken zijn bij de school of de

vereniging.

Het bestuur is aangesloten bij de ”Landelijke klachtencommissie PCL”

( via de Besturenraad ).

Het adres is: Landelijke klachtencommissie Primair en Voortgezet Onderwijs

Postbus 694

2270 AR Voorburg

Tel. 070 - 3861697

Fax: 070 – 3481230

E-mail: [email protected]

[email protected]

Spreekuur: maandagmorgen, donderdagmorgen en vrijdagmorgen van 9.00

– 13.00 uur.

Adres INSPECTIE van het ONDERWIJS is:

Inspectie van het onderwijs

[email protected]

www.onderwijsinspectie.nl

Vragen over onderwijs: 0800 – 8051 (gratis)

Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of

fysiek geweld: meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 111 3 111.

4.2. Ouderactiviteiten. Hulp van ouders komt de school zeer ten goede. Deze hulp is voor een aantal activiteiten

wenselijk en voor sommige activiteiten onontbeerlijk! Door ouderhulp wordt het

onderwijs aantrekkelijker, gevarieerder en wint het aan kwaliteit. Op school vinden vele

vormen van ouderhulp plaats. Niet alleen bij de ouderraad of medezeggenschapsraad

maar ook bij zaken als het rijden bij excursies, bij projecten, feesten

schoonmaakavonden, klusochtenden en handenarbeid etc.

Medezeggenschapsraad. Elke school heeft verplicht een medezeggenschapsraad (MR). De MR denkt en beslist

mee over de inhoud en de uitvoering van het onderwijs op school en probeert daarmee

een positieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit en organisatie van het onderwijs. De

raad heeft daarvoor regelmatig, ongeveer acht keer per jaar, overleg met de directie.

Dit overleg gaat over zaken als de kwaliteit van het onderwijs, het schoolplan, de

ouderbijdrage, de besteding van geld of het vaststellen van vakanties en vrije dagen.

Om haar werk te kunnen uitoefenen heeft de MR recht op informatie van de directie.

Daarnaast dient de directie over een aantal voorgenomen besluiten de MR om advies te

vragen of dient de MR in te stemmen met het voorgenomen besluit. De MR van de Meene

school bestaat uit drie leerkrachten en drie ouders.

Page 26: Schoolgids augustus 2013

25

Zij worden door de leerkrachten en ouders gekozen. De vergaderingen van de MR zijn

openbaar en dus voor iedereen toegankelijk. De data waarop vergaderd wordt, staan

vermeld in de Meene-Echo-kalender en zijn te vinden op de website van de school onder

MR. Daar zijn ook de agenda en de notulen te lezen. In de hal van de school en op het

prikbord in de hal bij de kleuters hangen deze stukken ook ter inzage. Mocht u een

bepaald onderwerp graag behandeld zien, dan kunt dat bij de MR kenbaar maken. De MR

is o.a. bereikbaar via haar e-mailadres: [email protected].

Tevens zal er in iedere Meenedelingen een samenvatting van kernactiviteiten gemeld

worden. Voor vragen kunt u een van de leden aanspreken of uw vraag/opmerking richten

aan [email protected]

Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Binnen de Stichting Scholengroep “GelderVeste” is ook een Gemeenschappelijke

Medezeggenschaps Raad (GMR) actief. De GMR toetst het beleid van het bestuur van

de Stichting en bespreekt periodiek bovenschoolse zaken met de directeur van

“GelderVeste”. De GMR heeft net als de MR advies- en instemmingsrecht voor een

aantal onderwerpen. Daarnaast probeert de GMR het onderling contact tussen de

medezeggenschapsraden van de verschillende scholen te stimuleren, door met elkaar

ervaringen uit te wisselen en cursussen voor MR-leden te organiseren. De leden van de

GMR worden gekozen door de MR'en. Er is daarbij geen sprake van directe

vertegenwoordiging van alle scholen in de GMR, maar een selecte afvaardiging namens de

ouders en de leerkrachten. De Meene school heeft geen vertegenwoordiger in de GMR.

De Ouderraad.( OR). Deze raad is een, in principe door alle ouders gekozen, groep ouders die regelmatig bij

elkaar komen om samen met teamleden allerlei feesten en activiteiten te organiseren.

Het is vooral een “doe- raad” en u bent dan ook regelmatig onder en voor schooltijd

praktisch bezig op school. Denkt u aan het inrichten van de hal voor een project, het

begeleiden van excursies, Sinterklaas enz.

Schoonmaakavond of klusactiviteiten. Naast de schoolschoonmaak die door een bedrijf wordt verzorgd, worden er door de

ouderraad ook schoonmaakavonden en klusmomenten gepland. Hierbij worden de ouders

ingeroosterd om kleine schoonmaakwerkzaamheden en klussen te verrichten. Per gezin

wordt u voor beide activiteiten 1x per jaar ingedeeld.

Het schema is te vinden op de website van school. Ook in de Meene-Echo staan de data

vermeld. Zo werken we samen aan een veilige en schone schoolomgeving voor de

kinderen. In de “Meenedelingen” wordt ook vermeld wanneer deze activiteiten zijn en

welke ouders er ingepland staan.

Page 27: Schoolgids augustus 2013

26

Stichting Steun aan CBS “de Meene”. De Stichting Steun beheert de gelden van de ouderbijdrage, overblijfgelden en allerlei

andere activiteiten.

De Stichting Steun wordt bestuurd door een voorzitter, secretaris en penningmeester.

Dit zijn tevens de leden van dagelijks bestuur van de Ouderraad, deze organiseert

allerlei activiteiten op school en heeft hiervoor budget nodig.

De vrijwillige ouderbijdrage wordt vastgesteld aan de hand van de begroting,

voortvloeiend uit het financieel jaarverslag. Elk jaar wordt de kas gecontroleerd door

een kascommissie die uit twee ouders bestaat. De ouders/verzorgers worden hiervan

schriftelijk op de hoogte gesteld.

Aan het begin van het schooljaar worden de ouders/verzorgers gevraagd om de

vastgestelde bijdrage te voldoen. De ouderbijdrage wordt gebruikt om allerlei zaken te

betalen, zoals de kosten die samenhangen met Sinterklaas, Kerst, Pasen,

schoolzwemmen, schoolreisjes en dergelijke.

Dee ouderbijdrage wordt in overleg met de Medezeggenschap Raad vastgesteld aan de

hand van de begroting, voortvloeiend uit het financieel jaarverslag. Elk jaar wordt de

kas gecontroleerd door een kascommissie bestaand uit twee ouders/verzorgers. Alle

ouders / verzorgers worden jaarlijks schriftelijk op de hoogte gesteld van het

financieel jaarverslag.

Overblijfkosten. De kosten voor het overblijven zijn € 1,50 per kind. Betaling van de overblijfkosten

worden niet per keer betaald, maar worden per bank betaald. De ouders krijgen een

paar keer per jaar een overzicht van het aantal keren dat overgebleven is. Dit bedrag

moet worden overgemaakt naar de Stichting Steun.

Page 28: Schoolgids augustus 2013

27

5. Praktische informatie.

5.1 Schooltijden.

De schooltijden zijn:

’s morgens 8.30 - 12.00 uur

’s middags 13.15 - 15.15 uur

’s woensdags 8.30 - 12.15 uur

5.2 Inloop: De leerlingen van de groepen 1 en 2 mogen vanaf 8.20 uur binnenkomen,

’s middags vanaf 13.05 uur. De leerlingen van groep 3 hebben ’s morgens inloop vanaf

8.20 uur. Na de meivakantie vervalt deze inloop zodat de leerlingen al kunnen wennen

aan de manier van inloop zoals die in groep 4 georganiseerd is.

De ouders mogen de leerlingen binnenbrengen en een “inloopopdracht” bijwonen. Ook

kunnen de ouders nog wat zaken regelen met de leerkracht zoals: overblijven, het

doorgeven of het kind wordt opgehaald door iemand anders of dat het kind niet

helemaal fit is. Mochten er grotere zaken te bespreken zijn dan is het verstandig om

een afspraak te maken. Ook kunt u gebruik maken van het koffie-uurtje bij vragen over

de schoolorganisatie. De inloop is om 8.30 uur afgelopen en dan gaan de ouders naar huis.

’s Middags is de inloop om 13.15 uur afgelopen.

De leerlingen van de andere groepen hebben inloop vanaf 8.30 uur. Ook daar zijn de

ouders welkom om even bij het kind in de groep te kijken.

Elke dag is er van 10.30-10.45 uur speelkwartier voor alle groepen.

Page 29: Schoolgids augustus 2013

28

5.3 Ingangen en pleinwacht. De ouders die kinderen in groep 1 en 2 ( kleuters) of in groep 3 hebben, nemen zoveel

mogelijk de ingang aan de Joh.Vermeerstraat. Er is daar ruimte om te parkeren maar

het is beter om te parkeren bij de sporthal. Voor het veilig oversteken is daar een

zebra aangebracht.

De leerlingen van groep 3 gaan ook aan de kant van Joh. Vermeerstraat naar binnen.

De ingang voor de overige groepen is aan de Frans Halsstraat; dat is tevens de

hoofdingang. De leerlingen mogen ’s morgens vanaf 8.15 uur en ’s middags vanaf 13.00

uur op het plein. Dan is er ook pleinwacht aanwezig. Om 12.00 uur gaan de leerlingen die

niet overblijven gelijk naar huis zodat er voor de overblijfouders een beter overzicht is.

Ouders worden in verband hiermee ook verzocht erop toe te zien dat de kinderen niet

te vroeg op school komen. De leerlingen mogen niet eerder op het plein dan 13.00 uur.

Om 13.00 uur is de pleinwacht voor de leerkrachten dan mogen de leerlingen op het

plein. Er is pleinwacht voor schooltijd, tijdens de pauze in de ochtend en tussen de

middag. Er is pleinwacht voor de onderbouw en bovenbouw.

De leerlingen van de onderbouw ( 1 tot en met 3) spelen op het “kleuterplein’ en de

oudere kinderen spelen op het “grote” plein. De leerlingen die willen voetballen, kunnen

voetballen op het daarvoor ingerichte deel van het plein met doelen.

In het voorportaal van de hoofdingang is een speelgoedkist geplaatst waarin allerlei

spelletjes zijn opgeborgen die op het plein mogen worden gebruikt.

5.4 Overblijven. Voor de leerlingen is het mogelijk om tijdens de middagpauze op school over te blijven.

De leerlingen van de midden- en bovenbouw eten hun zelf meegenomen broodjes in de

hal van de school

De kleuters en de leerlingen van groep 3 eten in een van de lokalen bij de kleuters.

Het is de bedoeling dat u aangeeft of uw kind regelmatig gebruik zal maken van deze

mogelijkheid. Als u kind vaker overblijft, is het de bedoeling dat u zelf ook een van de

overblijfouders wordt. Hiervoor wordt een rooster gemaakt. Hoe meer ouders er

meedoen, hoe minder vaak u aan de beurt bent!

De kosten voor het overblijven zijn € 1,50 per keer per leerling.

De kosten worden achteraf geïnd d.m.v. een rekening die dan betaald dient te worden.

Begeleiding is altijd aanwezig van 12.00–13.00 uur. De overblijfouders zijn verzekerd via

de schoolverzekering. De overblijfouders ontvangen ook een vergoeding voor het

overblijven.

5.5 Buitenschoolse opvang. (BSO) AVONTURIJN.

Samen spelen met kinderen uit de buurt.

“Als kinderen bij ons komen – na een lange schooldag – mogen ze zelf kiezen

wat ze graag willen doen.” De kinderen van onze school kunnen na schooltijd gaan spelen bij de buitenschoolse

opvang van Avonturijn. Bent u op zoek naar een goede plek voor uw kind, zodat u met een

gerust hart kunt werken of studeren?

Page 30: Schoolgids augustus 2013

29

Allerlei activiteiten Op de BSO kunnen kinderen op een leuke manier hun vrije tijd door brengen. Het gaat

vooral om ontspanning, want de kinderen hebben al de hele dag op school gezeten:

Samen spelen of ravotten, even na kletsen over school, een boekje lezen of spelletje

doen, knutselen of buiten spelen. Bovendien verzinnen de pedagogisch medewerkers

allerlei activiteiten, zodat er van alles te beleven is. Soms wordt er ook gebruik gemaakt

van het nabij speeltuintje in de buurt of gaan we boodschappen doen bij nabij gelegen

winkels. Voor alle leeftijdsgroepen wordt een aanbod op maat verzorgd. Zo bieden we de

BSO-kinderen een uitdagend aanbod van activiteiten op het gebied van cultuur, natuur,

sport en bewegen, naar het vrije spel, volgens het Beweegwijs-concept.

Openingstijden De buitenschoolse opvang is in principe 52 weken per jaar geopend – van maandag tot en

met vrijdag – en alleen gesloten tijdens de Nationale feestdagen en de twee jaarlijkse

studiedagen van Avonturijn en sluitingsdagen volgens CAO. Opvang is dus ook mogelijk

tijdens de schoolvakanties en op de studiedagen van school. De opvang sluit aan op de

schooltijden van CBS de Meene. Omdat er op dit moment (helaas) te weinig kinderen

zijn die gebruik maken van de BSO-locatie op school, heeft Avonturijn er voor gekozen

om samen te voegen met BSO Neptunus op de Looschool, eveneens in Zelhem. We vinden

het erg belangrijk dat we de kinderen een leuke middag kunnen bieden, met veel

vriendjes en/of vriendinnetjes, zodat we leuke, uitdagende activiteiten voor ze kunnen

organiseren. Daarom kiezen we op dit moment voor samenvoeging. De kinderen van de

Meene worden door eigen medewerkers van Avonturijn naar BSO Neptunus gebracht. De

opvang is open tot 18.30 uur. Op studiedagen en tijdens schoolvakanties is opvang

mogelijk vanaf 7.30 uur. Op een aantal locaties is (op aanvraag) verlengde opvang vanaf

7.00 uur mogelijk. Ouders kunnen een overeenkomst afsluiten, waarbij zij uitsluitend

gebruik maken van de opvang tijdens de schoolweken (40 weken) of voor opvang tijdens

de schoolvakanties (12 weken) of een combinatie hiervan (52 weken opvang, inclusief

opvang op de studiedagen).

Aanmelden en kosten Bent u geïnteresseerd in de opvang van uw kind bij de BSO? Neemt u dan contact op

met de afdeling planning en plaatsing van Avonturijn, (0573) 760 202 of (0573)

760 203 en informeer naar de mogelijkheden. Kijk ook op: www.avonturijn.nl

5.5.1. Voorschoolse opvang. (VSO) De voorschoolse opvang verzorgt de school zelf. Er is elke dag een mogelijkheid om uw

kind te brengen. De opvang is vanaf half 8. U kunt contact opnemen met de directeur

van de school.

5.6 Brengen en halen van de kinderen.

Veel ouders brengen en halen hun kinderen per auto naar en van school. De

parkeergelegenheid is bij sporthal de Pol. Als u uw kind alleen wilt laten in – en

uitstappen dan kunt u dit voor de school doen. Het is niet de bedoeling om voor de

school te parkeren, mits de parkeervakken leeg zijn.

Page 31: Schoolgids augustus 2013

30

5.7. Schoolreisjes / excursies. Elk jaar worden er voor alle groepen aan het eind van het schooljaar schoolreisjes

georganiseerd. De kinderen van groep 1 en 2 hebben een schoolreisje in de omgeving.

De groepen 3 t/m 6 gaan per bus naar diverse attracties wat verder weg.

Groep 7 gaat naar een survivalsportcentrum in Eibergen. Groep 8 gaat 3 dagen op kamp

en overnacht in een kampeerboerderij. De kosten voor de schoolreisjes zijn inbegrepen

in de ouderbijdrage. Ook zijn er een aantal excursies in de diverse groepen in het kader

van bijvoorbeeld Geestelijke Stroming en Natuur en Milieu Educatie ( NME).

De leerlingen van groep 8 gaan in het kader van kennismaking met het Voortgezet

Onderwijs (VO) naar verschillende scholen. Daar worden workshops gegeven waaraan de

leerlingen deel kunnen nemen. Bij het rijden van excursies is het goed om te weten dat u

een inzittende verzekering moet hebben. In het komende jaar besteden wij daar

aandacht aan. Dit om vervelende zaken voor te zijn!

5.8 Huiswerk. In de groepen 4 tot en met 8 wordt het huiswerk tot een minimum beperkt.

Bij specifieke problemen wordt, in overleg met de ouders en de IBer, soms wat extra

oefenstof meegegeven in het belang van het kind.

Het huiswerk dat meegegeven wordt, is oefenstof/leerstof vanuit de methoden. Te

denken valt:

Tafels

Dicteewoorden

Topografie

Projecten

Spreekbeurten

Aardrijkskunde en Geschiedenis de samenvattingen van de stof die behandeld is.

In de groepen 7 en 8 wordt aandacht besteed aan hoe je met een agenda moet omgaan.

In deze jaren staat het huiswerk ook als voorbereiding voor het voortgezet onderwijs.

5.9 Schoolschoonmaak en klussen, hygiëne. De dagelijkse schoolschoonmaak wordt verzorgd door een schoonmaakbedrijf.

Daarnaast wordt er vier / vijf keer per jaar een schoonmaakavond en een

klusochtend/avond georganiseerd waarbij alle ouders worden gevraagd kleine

schoonmaakwerkzaamheden en klussen te verrichten. De ouders worden op de hoogte

gesteld wanneer zij ingedeeld zijn via de “Meenedelingenbrief”. Ook staan de data

vermeld in de Meene-Echo kalender en op de website staan de schema’s

vermeld,www.cbsdemeene.nl. Per gezin wordt u voor beide activiteiten 1x per jaar

ingedeeld. Zo werken we samen aan een veilige en schone schoolomgeving voor de

kinderen. Op deze schoonmaak- en klusmogelijkheden is altijd een teamlid en een lid van

de ouderraad aanwezig.

Page 32: Schoolgids augustus 2013

31

Hygiëne. Regelmatig, vaak na de zomervakantie, zijn er op scholen weer uitbarstingen van

hoofdluis. Iedereen kan luizen krijgen doordat jassen naast elkaar aan de kapstok

hangen of dat kinderen dicht bij elkaar zitten. Hoofdluizen lopen “over”.

Veel ouders vinden het erg dat hun kind luizen heeft en schamen zich ervoor. Deze

schaamte is onterecht. Kinderen kunnen er niets aan doen dat ze besmet zijn; luizen

leven van mensenbloed en dat vinden ze ook op een brandschoon en kortgeknipt hoofd.

Je voorkomt ze zelfs niet door elke dag je haar te wassen.

Om te voorkomen dat er weer een luizenuitbarsting plaatsvindt, wordt er op school zeer

regelmatig gecontroleerd. Dit wordt gedaan door een groep ouders. Deze ouders zijn

opgeleid door de GGD en de GDD is ook betrokken bij het oplossen van mogelijke

problemen. De controle is elke dinsdag na een vakantie.

Als er tijdens de controle bij uw kind hoofdluis is geconstateerd, wordt u nog op

dezelfde dag gebeld. Voordat de controle plaatsvindt, krijgt u een brief waarop

vermeldt staat op welke dag de controle zal zijn. Wanneer u bij uw kind hoofdluis

constateert, verzoeken wij u dit op school zo snel mogelijk door te geven. De groep

waarin hoofdluis is geconstateerd, worden na twee weken nog een keer gecontroleerd.

5.10 Schoolverzekering. De leerlingen van de school zijn verzekerd via een collectief afgesloten

“schoolongevallenverzekering”.

Dit geldt voor de reis naar en van school, gedurende de lessen, de schoolreis,

buitenschoolse activiteiten, de sportdagen en ook tijden het overblijven.

Let wel: het gaat hierbij om lichamelijke schade.

Een WA verzekering hoort in het verzekeringspakket van ieder gezin.

Eventuele glasschade op school valt dus ook onder uw eigen WA verzekering.

5.11. Verlof aanvragen. Verzoeken om extra dagen vrij dienen van te voren schriftelijk bij de onderwijskundig

leider van school aangevraagd te worden. Hiervoor kunt u een formulier aanvragen. Dit

dient wel vroegtijdig aangegeven te worden.

Verlof krijgt men indien: Het wegens de specifieke aard van het beroep van een van de ouders het slechts

mogelijk is buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan;

Een werkgeversverklaring wordt overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen

de officiële schoolvakantie mogelijk is.

Extra verlof ( 10 schooldagen per schooljaar of minder): Een verzoek om extra verlof in geval van gewichtige omstandigheden voor 10

schooldagen of minder per schooljaar, dient vooraf of binnen twee dagen na

ontstaan van de verhindering aan de directeur van school te worden voorgelegd.

Page 33: Schoolgids augustus 2013

32

Hiervoor gelden de volgende voorwaarden; Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, voor zover dit niet buiten de

lesuren kan plaatsvinden;

Voor verhuizing voor ten hoogste 1 dag;

Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3de

graad, voor 1 of ten hoogste 2 dagen, afhankelijk of dit huwelijk wordt gesloten

in of buiten de woonplaats van belanghebbende;

Bij ernstige ziekte van ouders of bloed- verwanten tot en met de 3de graad, duur

in overleg met de directeur;

Bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1ste graad ten hoogste 4 dagen;

van bloed- of aanverwanten in de 3de of 4de graad een dag;

Bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de 1ste graad te hoogste 4 dagen; van

bloed- of aanverwanten in de 2de graad ten hoogste 2 dagen; van bloed- of

aanverwanten in de 3de of 4de graad een dag;

Bij ambts- of huwelijksjubileum van ouders of grootouders 1 dag;

Voor andere naar oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen

vakantieverlof.

Verlof indien; De ouders een verklaring van een arts of een maatschappelijk werk(st)er kunnen

overleggen, waaruit blijkt dat een verlof noodzakelijk is op grond van medische

of sociale indicatie betreffende een van de gezinsleden.

Mocht de leerling vaker dan geoorloofd onder schooltijd naar een therapie

moeten dan is er een formulier aan te vragen bij de directeur van school.

De onderwijskundig leider van school is verplicht de leerplichtambtenaar mededeling te

doen van ongeoorloofd schoolverzuim. Door de leerplichtambtenaar van de gemeente

Bronckhorst zal hierop controle plaatsvinden.

Verlofregeling voor de leerkracht. Leerkrachten hebben een aantal dagen per jaar ADV/compensatieverlof of BAPO. Dit

verlof wordt door een andere leerkracht opgevangen. Een enkele keer volgen

leerkrachten cursussen onder schooltijd of hebben zij buitengewoon verlof.

In dergelijke gevallen maken wij voor vervanging van leerkrachten gebruik van het

personeelscluster Oost Nederland (P.O.N.)

Page 34: Schoolgids augustus 2013

33

5.12. Ziekte leerling. Bij ziekte van uw kind verzoeken we u de school hiervan voor 8.30 uur op de hoogte te

stellen. Dit kan schriftelijk, mondeling of telefonisch gedaan worden.

Uw kind kan onder schooltijd ziek worden of gewond raken. We waarschuwen dan de

ouders. We vragen u dan het kind op te halen. We sturen geen kinderen zelf naar huis.

Als we u telefonisch niet kunnen bereiken, blijft uw kind op school.

Indien nodig schakelen we medische hulp in en/of gaan we zelf als begeleiding mee naar

de dokter of naar het ziekenhuis.

Ouders weten meestal het beste wanneer een kind dat ziek geweest is, voldoende

opgeknapt is om weer naar school te gaan.

Bij mogelijk besmettingsgevaar voor andere kinderen houden wij ons aan de richtlijnen

van de GGD.

5.13 Ziekte leerkracht. We proberen het ziekteverzuim op school laag te houden. Het ene jaar lukt dit beter

dan het andere jaar. Bij ziekte van een leerkracht komt er een invalleerkracht, verzorgd

door Pool 35. Wanneer dit niet mogelijk is, proberen we deze intern op te lossen. Er

worden in principe geen kinderen naar huis gestuurd bij ziekte van een van de

leerkrachten. Mocht dit, in het uiterste geval, toch het geval zijn, worden de ouders een

dag van tevoren op de hoogte gesteld.

Ook wordt de bovenschools directeur hiervan op de hoogte gesteld.

5.14. Trakteren en tussendoortje. In de klassen wordt in principe niet gegeten, gedronken of gesnoept.

Wel mogen de leerlingen (liefst) fruit of drinken meenemen als tussendoortje voor in de

ochtendpauze. Het liefst drinken in een beker en/of pakje. De leerlingen mogen geen

blikjes mee naar school nemen.!

Bij verjaardagen mag er natuurlijk getrakteerd worden. Wij vragen u verstandig en

gezond te trakteren.

Page 35: Schoolgids augustus 2013

34

5.15 Schoolmelk. Voor alle leerlingen is er de mogelijkheid om melk, drinkyoghurt, chocolademelk of yogi

te drinken via school. Aanmeldingsformulieren zijn op school verkrijgbaar bij de

coördinatoren “schoolmelk”.

De ouders dienen zelf te zorgen voor een tijdige betaling.

Na elke vakantie zijn er op dinsdag/woensdag weer verse melkproducten.

5.16 Gymnastiek en schoolzwemmen. Alle leerlingen maken gebruik van de sporthal “de Pol”. Ook de groepen 1 en 2.

Bij goed weer wordt er dagelijks ook veel buiten gespeeld. Op het plein staan prachtige

speelstoestellen die gebruikt worden door alle leerlingen.

We adviseren als kleding een eenvoudige korte broek, een T-shirt of een gympakje en

stevige gymschoenen. Balletschoentjes zijn niet geschikt!!

De kleuters gymmen in hun ondergoed.

Na elke gymles is douchen verplicht; daarvoor moet een handdoek meegenomen worden.

Alle groepen hebben 2x per week bewegingsonderwijs.

Wij maken gebruik van het BIOS project ( bewegen in onderwijs en sport). D.w.z. dat

spel en toestellen wordt afgewisseld.

De dagen waarop de leerlingen gym hebben, staan in de Meene-Echo kalender vermeld.

De groepen 3 en 4 gaan een keer per 14 dagen schoolzwemmen. Dit zwemmen vindt

plaats in het overdekte zwembad “de Brink” in Zelhem. De data kunt u vinden in de

Meene-Echo kalender.

Het zwembad bevindt zich op loopafstand van school. In de week van zwemmen, vervalt

er een gymles voor de groepen 3 en 4.

Het schoolzwemmen is een vast onderdeel van het bewegingsonderwijs.

Page 36: Schoolgids augustus 2013

35

Jaarlijks vindt op sportpark “de Pol” de sportdag plaats voor de groepen 5 tot en met 8.

In het voorjaar is het schoolvoetbaltoernooi op het Zelos-terrein.

In het najaar is het schoolkorfbaltoernooi op het SEV-terrein.

Ook gaat de school jaarlijks naar ‘de Scheg”, voor het schoolschaatsen. Het

schoolschaatsen is voor de groepen 5 tot en met 8. Achteraf wordt het schaatsen

betaald. Het zijn meestal 4 woensdagmiddagen. Ouders rijden de leerlingen naar

Deventer waar de Scheg is gevestigd.

Op Koninginnedag is er een activiteit voor leerlingen van de Zelhemse scholen in het

dorp en rondom “de Brink”.

5.17 Video en foto’s. Bij allerlei leuke activiteiten worden foto’s gemaakt en/of opnames. Deze foto’s e.d.

worden op internet, website en of in de schoolkrant van school gezet. U kunt foto’s

bekijken op de website van school onder fotoalbum; www.cbsdemeene.nl

Mocht u er bezwaar tegen hebben dat er foto’s van uw kind(eren) op de webpagina e.d.

worden geplaatst, kunt u dat bij de directeur van school aangeven.

5.18 Mobieltjes. Het gebruik van mobiele telefoons hoort misschien wel bij

deze tijd, maar toch willen wij als Meene School het

gebruik daarvan tijdens de schooluren terugdringen.

Het personeel en de leerlingen zijn tijdens de schooluren

altijd telefonisch bereikbaar. ( 0314-622002) We vinden

het daarom niet noodzakelijk dat leerlingen op school in het

bezit zijn van een mobieltje.

Toch zou er een reden kunnen zijn waarom de leerling in het bezit moet zijn van een

mobieltje.

Graag willen wij dat de ouders de reden op een formulier, dat door de school verstrekt

wordt, kenbaar maken.

Als de directie toestemming heeft gegeven om het toestel mee naar school te nemen

dan wordt het mobieltje ’s morgens aan de leerkracht gegeven.

Dit mobieltje wordt in de kluis of in de la van de leerkracht bewaard. Na schooltijd

geeft de leerkracht de mobiele telefoon terug aan de leerling.

De ouders krijgen een kopie van de goedkeuring van de onderwijskundig leider.

Page 37: Schoolgids augustus 2013

36

5.19 Koffie-uurtje. Elke eerste maandag van de maand is er een koffie-uurtje. In dit koffie-uurtje kunnen

ouders een gesprek aanvragen met de onderwijskundig leider. In dit gesprek kunt u

puzzels ( vragen stellen) of parels ( goede dingen van school) aangeven.

Het koffie-uurtje is van 11.15–12.00 uur. Mocht u op dit aangegeven moment niet kunnen

dan is er altijd een mogelijkheid om een ander moment af te spreken.

Wij willen graag met u in gesprek gaan over zaken die u bezig houden. Ook zijn de

leerkrachten graag bereid om u te woord te staan.

5.20 Abonnementen jeugdbladen. Aan het begin van het schooljaar kunnen de leerlingen zich via de school abonneren op

verschillende jeugdbladen.

Hierover kunt u een opgave folder tegemoet zien. Vaak liggen deze folders op een van

de informatie avonden in de groep van uw kind. U bent als ouders natuurlijk niet

verplicht om een abonnement te nemen.

Als u wel een abonnement neemt, betaalt u rechtstreeks de uitgever van het blad. Dit

gaat niet via school. De verspreiding van de bladen gaat wel via school.

5.21 Schoolfotograaf. De schoolfotograaf komt elk jaar bij ons op school.

Het ene jaar worden er alleen groepsfoto’s gemaakt, het andere jaar ook portretfoto’s

erbij. Voor groep 8 wordt er altijd een afscheidsfoto gemaakt.

5.22 Schoolkrant en Meenedelingen. Drie keer per jaar komt er een schoolkrant uit waarin informatie en leerlingenwerk is

opgenomen. Deze schoolkrant wordt samengesteld door de redactie “Schoolkrant”

bestaande uit enkele ouders en leerkrachten.

De Meenedelingen gaan om de 14 dagen op vrijdag per mail naar de ouders. Ook zijn

deze te lezen op de website van school.

5.23 Zending. Elke maandagmorgen kunnen de kinderen een vrijwillige bijdrage meenemen voor

zendingsdoelen.

Per jaar worden er 2 / 3 doelen uitgezocht. Geprobeerd wordt om kinderen bij deze

doelen te betrekken door acties of andere activiteiten te organiseren.

5.24 Zindelijkheid. Wij verwachten dat als uw kind bij ons op school komt zindelijk is.

Het komt helaas steeds vaker voor dat een kind niet zindelijk is op 4-jarige leeftijd.

Dat geeft op school praktische problemen voor zowel de leerkracht als de ouders.

Page 38: Schoolgids augustus 2013

37

Hieronder een aantal aandachtspunten: Natuurlijk kan het voorkomen dat een kind een keer per ongeluk in de broek plast.

Dan zal de school zorgen voor een verschoning. Het kan ook voorkomen dat een kind

een ontlastingongelukje heeft dan kan het zijn dat de leerkracht de ouders belt om

het kind te verschonen. Dit doen wij als de leerkracht geen mogelijkheid ziet om het

kind te helpen doordat de leerkracht alleen in de groep staat of dat het kind zodanig

verschoond/gewassen moet worden dat het teveel tijd kost. De leerkracht kan de

groep natuurlijk niet alleen laten.

Wanneer er sprake is van een structureel probleem wordt er samen met de ouders

een oplossing gezocht. Ook kan het kind/ouders in gesprek komen met de GGD(

schoolverpleegkundige). De houding van school is o.a. afhankelijk van de aard van het

probleem: medische indicatie, psychische indicatie of een pedagogische indicatie.

Ouders zoeken dan een oplossing voor het verschonen op school. De school heeft

beschikking over een groot toilet waar het verschonen van een kind mogelijk is.

Leerkrachten werken mee (mits uitvoerbaar) aan de adviezen van artsen en of

begeleiders.

U begrijpt dat er grenzen aan hetgeen de school kan doen op dit gebied. Het niet

zindelijk zijn van een leerling is en blijft in eerste instantie de zorg van de ouders.

Page 39: Schoolgids augustus 2013

38

6. Inschrijving van de leerlingen.

Wanneer u als ouders geïnteresseerd bent in onze school, De Meene, dan bent u van

harte welkom om een kijkje te komen nemen. U kunt een afspraak maken met de

onderwijskundig leider van school. Tijdens dit bezoek kunt u zich laten informeren over

allerhande schoolse zaken. Na het gesprek is er tevens een rondleiding door de school

en maakt u kennis met enkele leerkrachten.

Leerlingen kunnen het hele jaar worden aangemeld bij de directie. Het is voor school erg

prettig als u dit bijtijds doet. Vaak is het zo dat ouders hun kind aanmelden als het 3

jaar wordt.

Als u besloten heeft uw kind op De Meene school te plaatsen dan moet u een

inschrijfformulier invullen. De leerling wordt toegelaten zodra uw kind de leeftijd van 4

jaar heeft bereikt.

Voor de leerlingen die willen wennen, is er de mogelijkheid om 5 dagdelen te komen

inlopen. Dit inlopen is natuurlijk in overleg met de leerkracht.

De ouders/verzorgers zijn wettelijk verplicht hun kind als leerling van de school te

laten inschrijven op de eerste schooldag van de maand, volgend op die waarin de leeftijd

van 5 jaar is bereikt. Tot de vijfde verjaardag is uw kind niet leerplichtig. De praktijk

leert echter dat de vierjarigen weinig verzuimen.

In principe weigert de school geen kinderen. Er zijn echter wel uitzonderingen:

Kinderen voor wie een verwijzingstraject op de huidige school is gestart. Dat

betekent dat de school het advies van de vorige school overneemt n.l.: het

doubleren, een test of verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs.

Wanneer er sprake is van onderwijskundige bezwaren waardoor de hulpvraag van

uw kind niet beantwoord kan worden. De school zal ondersteuning geven voor

‘passend onderwijs’ voor uw kind.

Als u gaat verhuizen of om een andere reden van school verandert, is het goed om tijdig

aan te geven dat u dit van plan bent. Wij zorgen voor een onderwijskundig rapport voor

de ontvangende school. Dit is een wettelijke verplichting.

Page 40: Schoolgids augustus 2013

39

7 Namen en adressen.

CBS ”de Meene” Frans Halsstraat 25 0314 – 622002

7021 DL Zelhem

[email protected]

Teamleden:

Groep:

Mevr.E.Groot Roessink- Vinc.v.Goghstraat 4 0314 – 624328

Bennemeer 7021 ED Zelhem

[email protected]

Directeur

Mevr.E.v.Benthem- Conference 50 0316 – 281616

7

Boender 6922 CE Duiven

[email protected]

Mevr.I.Bulsink-Rougoor Accasialaan 118 0314 – 3444419

2 (bijen)

7004 AT Doetinchem

[email protected]

Mevr.H.Giesen-Kuneman Julianaplein 40 0314 – 327068

6

7003 DW Doetinchem

[email protected]

Mevr.I.Helmink-Ekkebus Mackaylaan 65 0314 – 842316

2 (bijen) + ICT+ IB

7003 AS Doetinchem

[email protected]

Mevr.R.Groot Nibbelink- Frans Halsstraat 5 0314 – 623069

4 / 5

Willink 7021 Dl Zelhem

[email protected]

Page 41: Schoolgids augustus 2013

40

Mevr.M.Hetterscheid Elzenerf 23 0314 – 845177

1 en 8 (ICT + Dalton)

7031 XA Wehl

[email protected]

Mevr.I.Oosterink Tellashof 37 0544 – 352244

3 / 4

7263 SZ Mariënvelde

[email protected]

Mevr.S.Schut Ruurloseweg 10 0575 – 461123

6

7255 DH Hengelo

[email protected]

Mevr. A. Koens Bizetlaan 73 0314 – 342902

1

7002 LW Doetinchem

[email protected]

Mevr. C. Katgert Meentsestraat 107A 0313 – 631871

8

6987 CM Giesbeek

[email protected]

Mevr. J. Hoeksema Esselenbroek 2 0573 – 452650

7

7261 VB Ruurlo

[email protected]

Mevr. J. Reijerse Varsseveldseweg 8D 0314 – 643501

8 6 3

7025 DW Halle

[email protected]

Mevr. M. Wolters Schuppert 7A 06 – 13945332

2

7244 NH Barchem

[email protected]

Page 42: Schoolgids augustus 2013

41

Onderwijsondersteunend personeel;

Mevr.R.Capel-Navasas Lisweg 6 06 21603377

Conciërge 7021 XT Zelhem

Dhr. H. v. d. Barg Dreef 25 06 22853455

Conciërge 6996 BA Drempt

Stichting ‘Scholengroep GelderVeste”.

Secretariaat Decanijeweg 3 0575 – 462573

GelderVeste 7251 BP Vorden

[email protected]

Dhr. F. Remerie bezoekadres: 0575 – 462573

Bovenschools directeur Decanijeweg 3

7251 BP Vorden

[email protected]

www.gelderveste.nl

[email protected]

Page 43: Schoolgids augustus 2013

42

Adressen Stichting Steun.

Dhr. W. Rosegaar Bielemansdijk 18 0314-631977

Voorzitter 7025 CN Zelhem

Dhr. M. van Pampus Meindert Hobbemastraat 17 0314-624223

Penningmeester 7021 Zelhem

Mevr. J. Lichtlee Jan Steenstraat 56 0314-323276

Secretaresse 7021 DV Zelhem