Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

32
januari 2012 Opfok lammeren basis van geitenbedrijf PAGINA 18 Unieke samenwerking met bierbrouwerij Koningshoeven PAGINA 28 schakel in succes voor ondernemers in de tuinbouw, akkerbouw en veehouderij Cor van Schaik en Johan Hogenesch: “Als ledenraad denken we mee over het beleid” 01 Opmars van de coöperatie PAGINA 12-15

description

Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012 Klantenmagazine van Agrifirm voor ondernemende boeren en tuinders.

Transcript of Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Page 1: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

januari 2012

Opfok lammeren basis van geitenbedrijf PAGINA 18

Unieke samenwerking met bierbrouwerij Koningshoeven PAGINA 28

schakelin succesvoor ondernemers in de tuinbouw,

akkerbouw en veehouderij

Cor van Schaik en Johan Hogenesch:

“ Als ledenraad denken we mee over het beleid”

01

Opmars van de coöperatie PAGINA 12-15

Page 2: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Groeien in een krimpende markt 5

Ledendagen met een plus 6

Enkelvoudige grondstoffen 8

Exlan: nieuwe naam en huisstijl 9

Agrifirm Winkel BV: eigen identiteit 10

Reportage: optimale melkproductie 16

De beste maïsrassen voor 2012 17

Samenwerken aan succes varkenshouder 19

Zeugenhouder zet de puntjes op de i 20Behandelingsoverzichten legpluimvee 22

Reportage: vroeg bestellen 24

ThermoSeed zorgt voor sterkere plant 26

Geschiktheid bladbemesting varieert 27

Bemestingsplan vollegrondsgroenten 29Reportage: de beste bollen van het duinzand 30

Samenspel 32

Kwaliteit voorop voor geitenhouders

18

Goede start voor vleeskuikens

23

Samenwerking Agrifirm Plant en bierbrouwerij 28

Gezamenlijk meer bereiken met coöperatie

12

2 schakel in succes januari 2012

In dit nummer Agrifirm houdt koers

Sinds 1 januari heeft Agrifirm een nieuwe hoofd­

directie. CFO Jaap Vessies is verantwoordelijk

voor financiën en ICT, COO Joost Helsen voor de

bedrijven binnen Agrifirm Group en ondergetekende

is voorzitter van de hoofddirectie/CEO.

Een nieuwe directie, maar dezelfde strategie. De

huidige hoofddirectie was intensief betrokken bij

de strategiebepaling en staat daar vierkant achter.

Agrifirm heeft een duidelijke coöperatieve missie:

waarde creëren voor haar leden. Onze bedrijven in

binnen­ en buitenland hebben de opdracht om met

producten en diensten toegevoegde waarde te

creëren op de bedrijven van klanten. Daarnaast

vloeit door het Ledenvoordeel vijftig procent van

het resultaat van niet­ledenactiviteiten terug naar

de leden.

Agrifirm heeft een stevige basis. Zelfs in het eerste

jaar bleven de omzetten in de belangrijkste markten

op peil of groeiden. Dat is geen reden om achterover

te leunen. We zetten in 2012 stevig in op innovatieve

producten, een perfecte uitvoering van alles wat we

voor klanten doen en een scherpe prijsstelling.

Daarnaast blijven we werken aan de strategische

pijlers groei, innovatie, samenwerken en het versterken

van de organisatie. Dat doen we met de ambitie om

voor u als klant de beste oplossing te leveren. Met

enthousiaste, gepassioneerde medewerkers die uw

bedrijf kennen en met u samenwerken.

Onze opdracht is voor u toegevoegde waarde te

leveren op korte en langere termijn. Daar staan we

voor en daar gaan we voor.

Ton Loman,

voorzitter hoofddirectie

Agrifirm Group

Page 3: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

TOeKOmST

Rabobank-directievoorzitter Piet

Moerland zag toekomstmogelijkheden

voor Nederland, omdat Nederland toon-

aangevend is op veel actuele wereld-

wijde thema’s. De uitdaging voor de

agrarische sector is volgens Moerland

het produceren van voldoende en veilig

voedsel voor de groeiende wereld-

bevolking. In dat verband is volgens de

Rabo-topman het coöperatieve onderne-

mingsmodel het model van de toekomst.

“Je hebt de boeren hard nodig.”

DUURZAAmHeID

Jan Peter Balkenende, voormalig minister

president en tegenwoordig partner bij

accountantskantoor Ernst & Young,

benadrukte dat duurzaamheid niet “iets

erbij” is. Het is de basis van een winst-

gevende aanpak. Hij noemde Agrifirm

als voorbeeld van een onderneming die

innovatie en internationale groei combi-

neert en daarmee duurzaam onder-

nemen gestalte geeft. “Dat doen jullie

met je beide benen op de grond en dat

is belangrijk”. De positieve woorden van

de inleiders ontlokten Kees Sijssens de

vraag hoe het toch komt dat de agrari-

sche sector vaak zo negatief in de

belangstelling staat. De drie inleiders

waren het roerend met hem eens dat er

alle aanleiding is om daar meer positieve

aandacht aan te besteden.

Duurzaam innovatief ondernemerschap

Ter gelegenheid van het afscheid van

CeO Kees Sijssens is een symposium

georganiseerd. enkele honderden

aanwezigen luisterden naar drie

beschouwingen over het thema:

Duurzaam innovatief ondernemer-

schap, sleutel voor succesvolle

agrosector.

De sprekers roemden de economische

prestaties van de Nederlandse land- en

tuinbouw en de hoge efficiency en

productiviteit. De eerste inleider was

Aalt Dijkhuizen, bestuursvoorzitter van

Wageningen Universiteit en Research-

centrum (WUR). “Met eenzelfde

productiviteitsgroei, is het mogelijk om

over veertig jaar de voorspelde negen

miljard mensen op de aarde te voeden”,

aldus Dijkhuizen. De belangrijkste

factor in het succes is volgens hem de

ondernemende boer of tuinder.

In 2015 alleen nog duurzame soja

De Nederlandse voedselketen wil in

2015 alleen nog duurzame soja ver-

werken, geteeld volgens de principes

van de Round Table on Responsible

Soy. Op 15 december ondertekende

een groot aantal partijen uit de keten

daar een intentieverklaring voor. De

Nederlandse Vereniging Dier voeder-

industrie Nevedi, en via Nevedi ook

Agrifirm, speelde hierin een

grote rol. Andere ondertekenaars

waren bijvoorbeeld partijen uit de

zuivel- en vleesindustrie, de retail en

het Initiatief Duurzame Handel

(IDH). De omschakeling gaat naar

schatting 7 miljoen euro kosten.

De helft daarvan wordt gefinancierd

door het IDH, het bedrijfsleven

brengt de andere helft op. In de

komende vier jaar willen de bedrijven

steeds grotere partijen gecertificeerde

soja opkopen, om in 2015 volledig te

zijn omgeschakeld. Het IDH spreekt

van een mijlpaal op het gebied van

duurzame handel.

ReCTIFICATIe

In de Schakel in Succes van november

2011 stonden de verkeerde

overlijdensdata in de rubriek In

Memoriam. De heer Herman Scheffer

overleed op 20 september 2011,

mevrouw Gerrie Huirne overleed op

23 september 2011 en de heer

Egbert-Jan Blaauw overleed op

29 september 2011. We bieden

bij deze onze excuses aan voor het

vermelden van de verkeerde data.

< Piet Moerland (l), Aalt Dijkhuizen (m) en Jan Peter Balkenende roemden de economische prestaties van de Nederlandse land­ en tuinbouw.

< Kees Sijssens en zijn vrouw Carri tijdens de receptie.

3schakel in succes januari 2012

Page 4: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

De focus bij vernieuwende voer- en

logistieke concepten van Agrifirm ligt

dan ook op het optimaal voeren van

dieren en een reductie van de kostprijs.

Onlangs bleek dat door die focus ook

de carbon footprint wordt verlaagd.

Goed nieuws dus.

CO2-emISSIe IN VOeRKeTeN

Onlangs heeft Agrifirm voor een aantal

cases een onafhankelijk bureau de CO2-

emissie in de voerketen laten berekenen.

Met voerketen wordt in dit geval het

traject bedoeld van grondstof tot aan

het boerenerf. Van boerenerf tot de

consument is niet meegenomen in

deze berekeningen. Tot nu toe was de

berekening van CO2-emissie alleen

gedaan voor het vleesvarkensvoer Air

Line [2.0]. Hiervan was al bekend dat

het ten opzichte van conventioneel

vleesvarkensvoer, naast een betere

fosfaat- en stikstofbenutting bij

varkens, ook zorgt voor 11 procent

reductie van de CO2-footprint in de

keten. Uit de berekeningen blijkt nu dat

ook met Kernvoer voor vleeskuikens,

Vigor voor legpluimvee, Proficorn voor

melkvee en de logistiek van MervoBest®

voor rundvee een sterke CO2-reductie

wordt behaald.

KeRNVOeRCONCePT

Bij het kernvoerconcept voor vlees-

kuikens maakt de pluimveehouder

gebruik van de goede eigenschappen

van lokaal geteelde tarwe. Door het

gebruik van lokale tarwe, hoeft er geen

tarwe geïmporteerd te worden en dat

scheelt weer in de transport- en produc-

tiekosten. Ook worden productiekosten

en -emissies vermeden omdat de tarwe

niet verwerkt hoeft te worden in de

mengvoerfabriek. Met het kernvoer-

concept kan de carbon footprint met

wel 2,4 procent worden verlaagd. De

Investeren in duurzaamheid is een belangrijke voorwaarde voor

continuïteit. Zowel voor Agrifirm als voor boeren en tuinders.

Gezien de sterk competitieve markt is het echter van groot

belang dat duurzame oplossingen ook financieel rendabel zijn.

vleeskuikenhouders van Agrifirm die nu

gebruik maken van dit concept zorgen

er gezamenlijk voor dat er omgerekend

ieder jaar zo’n 180 rondjes om de aarde

met een Volvo V40 worden vermeden.

VIGOR

Vigor is een nieuw voerconcept dat de

darmgezondheid van leghennen verbe-

tert en de vertering en voerbenutting

stimuleert. Door toepassing van een

vernieuwd grondstoffenpakket ver-

betert de gezondheid van de hen en

wordt de CO2-uitstoot met 3,1% gere-

duceerd. Als het Vigor-concept toe-

gepast zou worden op al het leghen-

nenvoer van Agrifirm, dan scheelt

dat 261 rondjes om de aarde qua

CO2 uitstoot met een Volvo V40.

PROFICORN

Proficorn kan worden ingezet als nutri-

tioneel hoogwaardige vervanger voor

krachtvoer. Het bestaat uit maïscel-

wanden, eiwitten en zetmeel. Tot voor

kort werd de maïsvezelstroom gedroogd

bij Cargill in Sas van Gent en vervolgens

ingezet als droog veevoeder. Door de

maïsvezelstroom niet te drogen en als

nat product direct vanuit dochter-

< De CO2­uitstoot wordt onder andere door efficiënte logistiek verminderd.

schakel in succes januari 20124

Sterke CO2-reductie met vernieuwende concepten

Efficiënt werken draagt aantoonbaar bij aan duurzaamheid

Page 5: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

bedrijf Bonda bij de boer te leveren,

worden echter dezelfde groeiresultaten

geboekt en worden emissies door

productie en logistiek vermeden. Voor

de boeren die hier gebruik van kunnen

maken, levert dit uiteindelijk een

reductie op van 1,7 procent CO2 per kg

melk. Voor alle beschikbare Proficorn

uit Sas van Gent komt dit overeen met

2.788 rondjes om de aarde met een

Volvo V40. Aangezien de emissie van

methaan een fors deel van de

CO2-footprint van melk bepaalt, is het

bereiken van zo’n reductie via het voer

een enorme stap voorwaarts.

meRVOBeST®

Agrifirm-bedrijf Pre-Mervo produceert

premixen voor veevoeders. MervoBest®

is een voedermiddel voor rundvee met

een hoog aandeel darmverteerbaar ei-

wit. Door MervoBest® niet langer per

truck maar per boot te vervoeren,

wordt 278 ton CO2-emissie per jaar

vermeden. Dit komt overeen met 36

rondjes om de aarde met een Volvo

V40. Doordat de hoeveelheid

MervoBest® in mengvoeders per

toepassing verschilt, kan er geen

berekening plaatsvinden op het eind-

product. De uitgevoerde carbon

footprintberekeningen zijn onderdeel

van het duurzaamheidsbeleid van

Agrifirm. Het optimaal laten presteren

van planten en dieren staat in dit beleid

centraal. Wilt u hier meer over weten?

Kijk dan op onze website. Meer infor-

matie over bovenstaande producten en

concepten kunt u ook vinden op

www.agrifirm.com of neem contact

op met uw buitendienstspecialist.

< De CO2­uitstoot wordt onder andere door efficiënte logistiek verminderd.

“ Focus op optimaal voeren en lagere kostprijs.”

schakel in succes januari 2012 5

Groeien in krimpende markt

Agrifirm wist in 2011 de voerafzet nagenoeg op peil te houden. In een krimpende

markt betekent dat een verhoging van het marktaandeel. Ook in de afzet van

meststoffen en gewasbescherming waren de ontwikkelingen positief.

Volgens de Nederlandse Vereniging van Diervoerders daalde in 2011 de meng-

voerafzet in Nederland fors. Bij Agrifirm blijft de afname van de mengvoerafzet

beperkt ten opzichte van 2010.

GROeI mARKTAANDeel

Per saldo is daarmee sprake van een groei in marktaandeel. Tegelijk steeg de afzet

in natte en droge producten. Ook de afzet in gewasbeschermingsmiddelen en

meststoffen verliep beter dan verwacht. Zeker in de kunstmeststoffen is landelijk

al jarenlang een forse krimp gaande door een efficiëntere bemesting en het

gebruik van dierlijke mest. Agrifirm bevordert deze ontwikkeling. Ook in de

gewasbescherming staat efficiënt gebruik van middelen op de eerste plaats.

ReSUlTATeN 2011

De definitieve financiële resultaten over 2011 worden eind maart met de

ledenraad besproken. Tijdens de Agrifirm Ledendagen in februari worden ze in

concept gepresenteerd.

Ook in 2012 proeven regionale sojateelt

Agrifirm blijft ook in 2012 proeven

doen met sojateelt in Noord West

europa. In 2011 zijn belangrijke nieuwe

inzichten opgedaan en stappen gezet

bij proeven met sojateelt in Nederland

en Polen. De gemiddelde opbrengst

van de Nederlandse proeven was

ongeveer drie ton per hectare, in Polen

twee ton per hectare.

Regionale teelt is dus mogelijk, zelfs bij

natte weersomstandigheden. De op-

brengst was echter te laag om te concur-

reren met graan. Daardoor is soja nu nog

niet commercieel aantrekkelijk voor

akkerbouwers. Regionale teelt kan echter

een duurzaam alternatief voor soja uit

Zuid-Amerika zijn. Daarom besloot

Agrifirm onlangs om de samenwerking

met een kweker van eiwithoudende

gewassen voort te zetten.

In 2012 is het belangrijk aansluiting te

vinden met andere marktpartijen om

de soja commercieel aantrekkelijk te

maken. Agrifirm ervaart een groeiende

interesse van boeren in de sojateelt.

Daarom zijn twee rassen, namelijk

Hector en Sunrise, aangeboden voor

plaatsing op de rassenlijst en is een

teelthand leiding gemaakt. Ook zijn de

eerste ontheffingen voor het gebruik

van gewasbeschermingsmiddelen

verleend. Naar verwachting zijn enkele

middelen al in 2012 beschikbaar.

Page 6: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

6 schakel in succes januari 2012

Uitnodiging

Agrifirm Ledendagen

schakel in succes

Agrifirm. Daarbij groeit Agrifirm in

omzet, in aantal klanten en in efficiëntie.

Terwijl dat toch een jaar was waarin

de bankwereld op zijn kop stond, de

eurocrisis doorzette en de prijzen sterk

fluctueerden.

Dit jaar organiseert Agrifirm tien Leden-

dagen. Daarbij worden de leden uit

verschillende districten tegelijk uit-

genodigd. In het overzicht vindt u de

data en de locaties en op de kaart de

districten. U heeft als lid al een aparte

uitnodiging ontvangen, met daarin een

gedetailleerd programma. Op de daarbij

meegestuurde brief stond ook uw

districtnummer vermeld.

ReIleN eN ZeIleN

U krijgt tijdens de Ledendagen natuurlijk

inzicht in het reilen en zeilen van uw

coöperatie. Na het eerste intensieve jaar,

met hier en daar aanlooppro ble men,

kan aan het begin van 2012 gesteld

worden dat de nieuwe organisatie er

staat. De dagvoorzitster, Marit van

Bohemen (bekend van de reclame van

Beemsterkaas) zal over dit onderwerp

het bestuur en de hoofddirectie inter-

viewen en ook u de kans geven vragen

te stellen. Geen moeilijke opsomming

van jaarcijfers, maar een interactieve

presentatie over het wel en wee van

Welkom op de Agrifirm ledendagen. Dit jaar in een vernieuwde

opzet, die recht doet aan het contact tussen lid en coöperatie en

tegelijk meer biedt voor u als ondernemer. een opzet waarin

ruimte is voor contact met collega’s, Agrifirm-medewerkers en

met directieleden en commissarissen. We spreken u graag

tijdens één van de dagen.

Nieuwe opzet Agrifirm Ledendagen

U & agrifirm: Ledendagen met een plus

11

7

4

12

3

65

98

12

10

14

13

10

14

2

3

6

15

1617

26

27

28

2118 19

20

22 23

24 25

Regio 1: district 26, 27, 28

Regio 2: district 21, 24, 25

Regio 3: district 16, 17, 18, 19

Regio 4: district 15, 20, 22, 23

Regio 5: district 10, 13, 14

Regio 6: district 7, 8, 11, 12

Regio 7: district 2, 3, 6, 9

Regio 8: district 1, 4, 5

VAN GeDACHTeN WISSeleN

Tijdens de lunch kunt u worden

bij gepraat door de bedrijven die deel

uitmaken van de Agrifirm Group. Een

scala van activiteiten, gericht op het

versterken van de ondernemer in de

land- en tuinbouw en die samen een

stevig fundament vormen onder de

coöperatie. Ook leden van de raad van

commissarissen en de hoofddirectie zijn

aanwezig. Zij horen graag uw mening en

willen altijd de ontwikkelingen in en

standpunten van uw coöperatie

toe lichten en met u daarover van

gedachten wisselen.

Page 7: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

7schakel in succes januari 2012

WORKHOPS eN SPReKeRS

Tijdens twee workshoprondes is er tijd

voor meer vaktechnische inleidingen.

U kunt zelf kiezen welke workshop u

wilt volgen. Dit kan een onderwerp in

uw eigen belevingswereld zijn, maar

wellicht leert u ook veel bij een inleiding

die niet helemaal gesneden koek voor u

is. Als uitsmijter aan het eind van de dag

heeft Agrifirm gerenommeerde sprekers

gevraagd hun visie op ondernemerschap,

presteren, teamspirit en het bereiken

van resultaat neer te zetten. Hans van

Breukelen, Annemarie van Gaal en Marc

Lammers weten waarover ze spreken en

zullen hun visie met passie met u delen.

WelKOm

Wij heten u van harte welkom op de

Agrifirm Ledendagen, waar u kunt

genieten van een uniek en gevarieerd

programma. Alle leden hebben rond

20 januari een uitgebreide uitnodiging

ontvangen. Heeft u deze onverhoopt niet

ontvangen of bent u nog geen lid, maar

wel geïnteresseerd in Agrifirm als partner

voor uw bedrijf, ook dan bent u van harte

welkom op één van deze dagen.

Datum District Spreker Locatie Tijden

(onder voorbehoud)

Dinsdag 16/17/ Marc Lammers NAC Breda Ontvangst: 10.45

07­02­2012 18/19 Einde: ± 16.30

Woensdag 2/3/ Annemarie Euroborg Groningen Ontvangst: 09.45

08­02­2012 6/9 van Gaal Einde: ± 16.00

Donderdag 1/4/5 Annemarie WTC Leeuwarden Ontvangst: 09.45

09­02­2012 van Gaal Einde: ± 16.00

Dinsdag 21/24/ Hans van PSV Stadion Ontvangst: 10.45

14­02­2012 25 Breukelen Eindhoven Einde: ± 16.30

Woensdag 26/27 Marc Lammers Dok6 Panningen Ontvangst: 10.45

15­02­2012 Einde: ± 16.30

Donderdag 28 Marc Lammers Van der Valk Ontvangst: 09.45

16­02­2012 Stein­Urmond Einde: ± 16.00

Maandag 10 Annemarie AZ­ Stadion, Alkmaar Ontvangst: 09.45

20­02­2012 van Gaal Einde: ± 16.00

Donderdag 13/14 Annemarie Kasteel Woerden Ontvangst: 09.45

23­02­2012 van Gaal Einde: ± 16.00

Vrijdag 7/8/11/ Annemarie Coelenhage Wezep Ontvangst: 09.45

24­02­2012 12 van Gaal Einde: ± 16.00

Dinsdag 15/20/ Marc Lammers Verploegen Wijchen Ontvangst: 10.45

28­02­2012 22/23 Einde: ± 16.30

Uitnodiging

Agrifirm Ledendagen

schakel in succes

Tijdens uw bezoek aan een Agrifirm Ledendag kunt u twee keer

een workshop naar eigen keuze bezoeken. Daarvoor heeft

Agrifirm zeven verschillende workshops voorbereid. U kunt

daarvan dus één tijdens de ochtendsessie bezoeken en één

tijdens het middagprogramma.

Naast bedrijfsmatig georiënteerde workshops, kunt u ook kiezen

voor meer algemene workshops. U kunt op de dag zelf, tijdens

uw bezoek aan de Agrifirm Ledendag, nog uw keuze maken

voor een bepaalde workshop.

Hieronder alle onderwerpen:

1. Ik, de boerin, als merk op het bedrijf. Deze workshop is sterk

gericht op de vrouwelijke partner op het bedrijf

2. Imago en landbouw. Een veel besproken thema, dat dieper

ingrijpt dan ‘boer zoekt vrouw’ veelal uitstraalt

3. Duurzaamheid, stand van zaken en de rol van Agrifirm.

In 2050 negen miljard mensen voeden vraagt om een

toekomstgerichte productie

4. Grondstoffen, de schommelingen van de voerprijs.

Grondstoffen wereldwijd inkopen kopen is een bijzonder vak

5. Innovatieve akker- en tuinbouw. Toekomst gerichte productie

vraagt vernieuwende inzichten en methoden

6. Innovatieve veehouderij. Moderne veehouderij kan niet

zonder vernieuwende concepten en technieken

7. Beweeglijke graanmarkten; een kans voor de telers

Bezoek aan workshops zeker de moeite waard

Page 8: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

8 schakel in succes januari 2012

De verkoop van enkelvoudige grond-

stoffen omvat bijna 10 procent van de

totale voeromzet van Agrifirm Feed.

Deze handel is vooral gericht op vee-

houders die grotere volumes per keer

bestellen. Daarnaast worden er grond-

stoffen meegeleverd met mengvoer

vanaf de productielocaties. Gerrit

Schilstra is verantwoordelijk voor de

afdeling Dier, waar veehouders enkel-

voudige grondstoffen in kunnen kopen.

“Het grote volume grondstoffen dat

Agrifirm Feed inkoopt voor mengvoer

draagt bij aan een scherpe inkoopprijs

en lage logistieke kosten voor grond-

stoffen, net als de ervaring en kennis

van de inkopers.

PRIJSVORmING

De prijzen van grondstoffen kunnen

sterk fluctueren en zijn afhankelijk van

de prijsnoteringen op de wereldmarkt.

Agrifirm Feed kent drie verschillende

prijssystemen voor grondstoffen waarbij

de risico’s in meer of mindere mate

afgedekt kunnen worden.

> de dagprijs is gebaseerd op de actuele

dagprijzen van grondstoffen;

> de Feedcliqprijs is gebaseerd op de

termijnnoteringen van grondstoffen.

Hierbij is het mogelijk om de prijs van

een product vast te zetten voor

leveringen in de toekomst;

> Feedfix gaat ervan uit dat, over een

langere periode, de inkopers van

Agrifirm Feed gemiddeld goedkoper

inkopen dan op dagprijs het geval zou

zijn geweest. Met Feedfix maakt de

klant gebruik van de inkoopposities

van de grondstoffen van Agrifirm

Feed en geeft hierbij het vertrouwen

aan de inkopers. U maakt een afspraak

voor levering voor een langere periode

waarbij de prijs maandelijks bepaald

wordt.

Agrifirm Feed noteert de prijzen bij alle

systemen franco geleverd. Dit zorgt voor

transparantie in de handel in grond-

stoffen en voorkomt verrassingen voor

extra logistieke kosten. De medewerkers

van afdeling Dier adviseren veehouders,

bijvoorbeeld over de prijs- en markt-

ontwikkeling en het meest passende

prijssysteem. De afdeling Dier is te

bereiken via T (088) 488 10 12.

Meer enkelvoudige droge grondstoffen in rantsoen

Het enkelvoudig voeren van grondstoffen in de veehouderij neemt toe. Het gaat

daarbij bijvoorbeeld om tarwe, soja, maïsmeel en andere droge grondstoffen.

< Egbert Schreurs, Wim Marien en Janet Breembroek (v.l.n.r.) verzorgen bij Agrifirm Feed de handel in grondstoffen.

Efficiënt rantsoen met bierbostel

Bierbostel is in veel moderne rant-

soenen een onmisbare eiwitbron

geworden. Het is een eiwitrijke

krachtvoervervanger met een hoge

benutting van eiwit. De specifieke

werking op de pens en op de gezond-

heid van het vee wordt door de

praktijk onomstotelijk onderschreven.

Bierbostel kan hierdoor de benutting

van eigen ruwvoer stimuleren. Het

levert daardoor een belangrijke

bijdrage aan de optimalisatie van

het rantsoen.

Agrifirm-dochteronderneming Bonda

levert het hele jaar rond bierbostel.

Neem voor meer informatie contact

op met uw specialist van Agrifirm

Feed of bel met afdeling Dier via

(088) 488 10 11.

Page 9: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

...

schakel in succes januari 2012 9

staat, zijn we klaar om met onze nieuwe

naam naar buiten te treden”, aldus Van

Reijmersdal. Hier zijn nog wel uit-

zonderingen op. De Groot: “Agrifirm

Quotumbank is bijvoorbeeld onderdeel

van Exlan, maar treedt onder de eigen

naam naar buiten. Het is gewoon een

sterke naam, met een grote herkenbaar-

heid, dus daar houden we aan vast.”

ACTIeVe COmmUNICATIe

Dat zijn echter uitzonderingen. Verreweg

de meeste uitingen zullen voortaan in

de Agrifirm-stijl zijn. Dat zal de klanten

niet ontgaan want Agrifirm Exlan gaat

actiever communiceren. “Dat is eigen-

lijk een extra service voor de klant”,

legt de Groot uit. “Met nieuwsflitsen

via de email houden we ondernemers

bijvoorbeeld op de hoogte van ontwik-

kelingen in de sector en in de markt.

Ook dat hoort bij het ontzorgen van

klanten. Wij hebben de kennis in huis

en willen daarmee zowel een expert als

een gesprekspartner en coach voor

ondernemers zijn.”

< v.l.nr. Hans van Reijmersdal, Toon van der Putten en Harry de Groot .

Nieuwe naam en huisstijl

Agrifirm Exlan biedt een compleet servicepakket

een nieuw jaar betekent voor Agrifirm-

dochter exlan ook een nieuwe naam

en huisstijl. Sinds 1 januari is de naam

van deze onderneming veranderd van

exlan Consultants in Agrifirm exlan.

maar ook andere stappen in de ont-

wikkeling van het bedrijf”, vertelt

manager Harry de Groot. “Van de

coaching van ondernemers en het

maken van bouwtekeningen, tot het

begeleiden bij vergunningaanvragen of

juridische procedures, maar ook de

mineralenadministratie. Het hele

pakket.” Exlan heeft ongeveer veertig

mensen in dienst, waaronder een groot

aantal adviseurs die alles weten van

hun eigen vakgebied. Van der Putten:

“Ondernemers hebben steeds meer

behoefte om specifieke expertise in te

kopen en wij willen die expert zijn. We

willen de klant ontzorgen.”

INTeRNe AFSTemmING

Om die ambitie waar te maken richtte

Exlan zich in 2011 op het uitbouwen

van de organisatie. “Door de fusie van

Agrifirm en Cehave Landbouwbelang

hebben we nu een landelijke dekking

en afgelopen jaar hebben we besteed

aan het optimaal afstemmen van de

nieuwe organisatie. Nu dat helemaal

Ook de huisstijl is aangepast in lijn met

de Agrifirm-stijl en -kleuren. De advies-

organisatie wil daarmee duidelijk uit-

dragen onderdeel van Agrifirm te zijn.

“Dat maakt het makkelijker om aan-

sluiting te vinden bij Agrifirm-klanten

en te profiteren van de slagkracht van

onze moederonderneming”, legt

directeur Toon van der Putten uit.

Manager Hans van Reijmersdal voegt

toe dat andersom ook Agrifirm van

deze nauwere banden kan profiteren.

“Het is voor de klant meteen duidelijk

dat Agrifirm een heel compleet service-

pakket in huis heeft.”

ONTZORGeN

De klanten van Agrifirm Exlan zijn voor-

al ondernemers met toekomstplannen.

“Dat kunnen uitbreidingsplannen zijn,

Page 10: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201210

ties die meerdere winkels hebben.

Winkel BV is verantwoordelijk voor de

exploitatie van de 60 eigen winkels.

ONDeRNemeRSCHAP

Iedere vestiging heeft een eigen

bedrijfsleider. “Dit zijn eigenlijk onder-

nemers in loondienst”, legt De Jong uit.

“Ze krijgen een budget en zijn binnen

dat budget zelf verantwoordelijk voor

hun winkel. Door de bedrijfsleiders

eigen verantwoordelijkheid te geven,

komt het ondernemerschap echt naar

voren en dat maakt het juist leuk, ook

voor henzelf.” Omdat Agri Retail de

formule bewaakt, kan de bedrijfsleider

zich puur op de eigen winkel focussen.

“Hij kan zich bijvoorbeeld richten op de

voorraad, het personeel en vooral om

Welkoop is een franchiseformule en alle

winkels hebben dezelfde uitstraling.

Het gaat om het merk BoerenBond of

het merk Welkoop. Voor een sterk merk

is een uniforme uitstraling belangrijk.”

De franchiseformule is in handen van

Agri Retail. Deze organisatie bepaalt

voor alle BoerenBond/Welkoop winkels

het assortiment, de folders en andere

landelijke uitingen. Agrifirm Winkel BV

is één van de franchisenemers bij Agri

Retail, naast onder andere particuliere

ondernemers en twee andere organisa-

Teije de Jong is verkoopmanager van

Agrifirm Winkel BV. “Onze winkels

zitten eigenlijk door het hele land heen.

Sinds de fusie van Agrifirm-oud en Ce-

have Landbouwbelang hebben we ook

acht BoerenBond winkels. BoerenBond

zit onder de grote rivieren, alle winkels

boven de rivieren heten Welkoop.”

FRANCHISeFORmUle

De winkels van Agrifirm zijn niet

herkenbaar als onderdeel van Agrifirm.

Dat is een bewuste keuze. “BoerenBond/

‘We hebben een duidelijke eigen identiteit’

Nederland telt 232 Welkoop/BoerenBond winkels. Van deze

winkels zijn er 60 in eigendom van Agrifirm, via dochter-

onderneming Agrifirm Winkel BV.

Agrifirm Winkel BV exploiteert 60 winkels

< Verkoopmanager Teije de Jong van Agrifirm Winkel BV.

Page 11: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

“Agri Retail heeft een zogenaamde witte

vlekken strategie; er zijn een aantal

gebieden in Nederland waar nog geen

winkels zitten. Daar wil Agri Retail zich

in de komende jaren wel vestigen en als

dat locaties in ons werkgebied zijn

heeft Winkel BV de eerste keuze om

een winkel te beginnen.”

GelD VeRDIeNeN

Bij bestaande winkels wordt kritisch

naar de locatie en het pand gekeken en

zo nodig verhuist de winkel naar een

nieuwe locatie. Per jaar zijn er in totaal

twaalf winkels nieuw of vernieuwd.

“We zien direct dat de omzet bij die

winkels stijgt en dat is belangrijk. Wij

zijn namelijk geen core-business voor

Agrifirm. Onze opdracht, en daarmee

onze doelstelling, is geld verdienen.”

personeel. Voorheen was er vaak

onduidelijkheid: het merk is onderdeel

van Agri Retail, de winkel valt onder

Agrifirm Winkel BV, wat weer onder-

deel is van Agrifirm. Daardoor wisten

mensen nauwelijks bij wie ze in dienst

waren. Nu hebben we een duidelijke

eigen identiteit als Winkel BV.” Het

personeel van de winkels, in totaal 650

medewerkers in 60 winkels, is in dienst

van Winkel BV. Er is 13 man onder-

steunend personeel op kantoor en

daarnaast zijn er vier retailmanagers,

die de contacten met de bedrijfsleiders

onderhouden en samen met hen

bijvoorbeeld assortimentskeuzes ma-

ken en de budgetten bewaken.

UITBReIDING

Alle winkels worden eens in de vijf jaar

helemaal opnieuw ingericht. “Er staat

dan eigenlijk weer een compleet nieuwe

winkel. Dat werpt zijn vruchten af:

mede daardoor groeit de omzet bij

onze winkels harder dan bij de winkels

waar minder in geïnvesteerd wordt.”

Daarnaast komen er per jaar ongeveer

drie à vier nieuwe winkels bij. Dit past

in de strategie van Winkel BV om het

aantal winkels verder uit te breiden.

het de klant zo goed mogelijk naar de

zin te maken. Uiteindelijk draait het

allemaal om de klant.”

PARTICUlIeRe DOelGROeP

Van oudsher waren agrarische onder-

nemers de belangrijkste klanten van

BoerenBond/Welkoop winkels, maar

tegenwoordig zijn dat particulieren. “Er

zijn een aantal winkels waar nog 20 tot

30 procent van de omzet uit de agrari-

sche sector komt, maar dit zijn maar

een paar winkels. Dat kan niet anders,

de boerenbedrijven zijn te groot om

bijvoorbeeld veevoer nog af te komen

halen. We zijn de boer niet vergeten, in

alle winkels is bijvoorbeeld twee keer

per jaar een boerenkoopavond, maar

particulieren zijn de belangrijkste doel-

groep.”

eIGeN IDeNTITeIT

Hoewel Winkel BV 100 procent dochter

van Agrifirm is, profileert de onderne-

ming zich nadrukkelijk met een eigen

identiteit. “Onze strategie is zelfs om

wat meer afstand tot Agrifirm te

houden dan in het verleden”, vertelt

De Jong. “Dat is om verwarring te voor-

komen, vooral ten opzichte van het

schakel in succes januari 2012 11

“ Voor een sterk merk is een uniforme uitstraling belangrijk.”

Page 12: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201212

van haar leden, door overeenkomsten

met hen af te sluiten. Het is een vorm

van zelforganisatie van producenten

of verbruikers, gericht op een grotere

economische macht en schaalvoordeel.

De leden zijn tevens eigenaar van de

onderneming en nauw betrokken bij de

strategie. Het uitgangspunt is vaak,

zoals Koekkoek ook zegt, dat de leden

gezamenlijk meer kunnen bereiken dan

ieder voor zich. Kenmerkend is boven-

dien dat de winst van een coöperatie

terugkomt bij de leden. Ongeveer de

helft van de 7.500 coöperaties in

Nederland heeft agrarische wortels.

Bekende niet-agrarische coöperaties

zijn Rabobank, Dela en Coop. Agrifirm

staat op plaats vijf in de door de Natio-

nale Coöperatieve Raad voor land- en

tuinbouw (NCR) gepubliceerde top 40

van agrarische coöperaties. De grootste

agrarische coöperatie is Friesland-

Campina. De Verenigde Naties hebben

2012 uitgeroepen tot Jaar van de

van commissarissen Noud van Vught

vult hem aan: “Het doel van een coöpe-

ratie is niet alleen geld verdienen. Het

gaat ook om het leveren van een goed,

betrouwbaar product, tegen zo laag

mogelijke kosten. Maar laten we wel

wezen: zonder winst kan ook een

coöperatie niet blijven draaien. Je hebt

nu eenmaal winst nodig om te kunnen

investeren. Als je toonaangevend wilt

blijven, moet je investeren. Het gaat

om een scherpe prijs en een goede

begeleiding.”

De COöPeRATIe

Een coöperatie is een vereniging die

opkomt voor de materiële belangen

De coöperatie is bezig aan een opmars. In mei 2011 stonden

7.500 coöperaties ingeschreven bij de Kamer van Koophandel,

ruim 2.100 meer dan eind 2009. In economische slechte tijden

blijkt de coöperatie een betrouwbare partner voor haar leden.

Samen meer bereiken

De opmars van de coöperatie

“De essentie van een coöperatie? De

kreet ‘Welbegrepen eigenbelang’ zegt

voor mij eigenlijk alles.” Aan het woord

is Theo Koekkoek, voorzitter van de

raad van commissarissen van Agrifirm.

“Welbegrepen eigenbelang is de naam

van de allereerste coöperatie in Neder-

land die in 1877 werd opgericht. Het

idee was: als we dingen samen doen,

kunnen we het verder brengen dan

alleen. Dat is nog steeds het uitgangs-

punt. Samen bereiken we meer dan

alleen. Het gaat hierbij niet alleen om

het collectief belang, maar om het

belang van elk individueel lid. Dat lijkt

wat soft, maar het gaat om keiharde

business.” Vice-voorzitter van de raad

Page 13: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

< De Ledenraad is het hoogste orgaan van de coöperatie Agrifirm.

13schakel in succes januari 2012

plant

>

BeDRIJFSVOeRING

Voorwaarde voor een succesvolle

coöperatie is volgens Van Vught een

goede bedrijfsvoering. “Een coöperatie

moet efficiënt en zakelijk aangestuurd

worden. Het kan niet zo zijn dat het

servicegehalte zo hoog wordt dat het

bedrijf niet meer financieel gezond is.

Boeren en tuinders hebben het nu al

niet makkelijk. Wij zijn het verplicht aan

onze achterban om het zo goed mogelijk

te doen. Agrifirm dient een betrouw-

baar product te leveren zonder poespas,

gecombineerd met een eerlijke en

goede service. Daar rekenen onze

leden op.”

DUURZAAmHeID eN INNOVATIe

Innovatie en duurzaamheid zijn actuele

thema’s in de sector. Volgens Koekkoek

en Van Vught passen deze thema’s

goed bij de coöperatieve insteek,

Samenstelling coöperatie Agrifirm

De coöperatie Agrifirm is als volgt ingericht:

Bestuur

Het bestuur bestaat uit praktiserende boeren en tuinders en externe leden.

Het bestuur is tevens de raad van commissarissen van de onderneming Agrifirm.

Ledenraad

De gekozen districtsbestuurders van de 28 districten vormen samen de ledenraad, het

hoogste orgaan van de coöperatie. Deze raad heeft belangrijke bevoegdheden op het

vlak van investeringen, onroerend goed, samenwerkingsverbanden en goedkeuring van

de jaarrekening.

Sectorraden

Er zijn sectorraden in de rundveehouderij, varkenshouderij, pluiveehouderijtakken en

de akker- en tuinbouw. Ze dienen als klankbord voor de directies van Agrifirm Feed en

Agrifirm Plant.

Jongerenraad

De Jongerenraad bestaat uit jonge, agrarische ondernemers tussen de 18 en 35 jaar

oud uit alle districten van de coöperatie. De Jongerenraad heeft een belangrijke

klankbordfunctie voor bestuur en directie.

Coöperatie, mede vanwege de belang-

rijke rol voor de economische ontwik-

keling. Het is tekenend voor de opmars

van de ondernemingsvorm.

ImAGO

Die opmars draagt weer bij aan verbete-

ring van het imago, denkt Koekkoek.

“Tot een paar jaar geleden werd de

coöperatie gezien als een stoffige

onderneming uit het verleden. Ik zie

daar een kentering in sinds de financiële

crisis.” Zowel Koekkoek als Kees Barlagen,

voorzitter van de Jongerenraad van

Agrifirm, zien daarin een aandeel van de

Rabobank. Barlagen: “Deze coöperatieve

bank is eigenlijk de enige bank die heel

door de crisis is gekomen. “ Van Vught

denkt dat het betere imago vooral te

maken heeft met het lange termijn

denken van de coöperatie. “Voor de

crisis wilden mensen zo snel mogelijk,

zoveel mogelijk geld verdienen. Ze zijn er

achter gekomen dat het zo niet werkt.”

Koekkoek voegt daar aan toe dat coöpe-

raties, in tegenstelling tot beurs-

genoteerde ondernemingen, niet te

maken hebben met het ongeduld van

een aandeelhouder. “Agrifirm hoeft niet

elke drie maanden te laten zien wat we

verdiend hebben. Coöperaties denken

aan rendement en perspectief, maar wel

op de lange termijn. Het mag dan wel

zijn dat een coöperatie de laatste jaren

minder sexy geweest is en misschien

wat stoffig, maar het zijn wel betrouw-

bare, stabiele organisaties geweest.

En succesvolle, zakelijke bedrijven!”

UNIeKe RelATIe

Een lid van een coöperatie heeft op

meerdere manieren een relatie met een

bedrijf. Ze hebben een eigendoms-

relatie, een zeggenschapsrelatie, een

financiële relatie en een transactie-

relatie. “Dat is uniek”, aldus Koekkoek.

”Wat ik een mooi idee vind, is dat het

belang van het bedrijf Agrifirm niet

voorop staat. Het gaat om de leden van

de coöperatie.” Koekkoek denkt dat

ondernemers lid worden van een coöpe-

ratie omdat een coöperatie betrouw-

baar is, transparant is naar de leden toe

en werkt aan een goede kostprijs.

“Leden hebben een directe lijn met

directie en commissarissen. Ze hebben

invloed op het beleid. Ze praten mee.

De financiële relatie kenmerkt zich ook

door het Ledenvoordeel. We willen

zoveel mogelijk winst bij de boer laten.”

“ Een coöperatie moet efficiënt en zakelijk worden aangestuurd.”

>

Page 14: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Bewust gekozen voor coöperatie

Bijna zo lang als hij zich kan herinneren is Johan Hogenesch lid van Agrifirm. Naar

eigen zeggen is de akkerbouwer, met ongeveer 85 hectare grond in het veenkoloniale

Gieten, sowieso erg coöperatief ingesteld. “We hebben bijvoorbeeld de bietenafzet

coöperatief geregeld.” De keuze voor coöperatieve partners is een bewuste, vertelt

Hogenesch. “Het bedrijf profiteert ervan. Je ontvangt gemiddeld altijd een goede

prijs, je hebt meer zekerheid bij inkoop en afzet en het bedrijf deelt mee in de winst

van de coöperatie. Bovendien hebben de leden zelf ook invloed op de onderneming.”

Sinds drie jaar is Hogenesch lid van de ledenraad. “Ik werd er voor gevraagd en het

leek me leuk en leerzaam. Je steekt er toch altijd wat van op.” Die rol brengt voor

Hogenesch ook een verantwoordelijkheid met zich mee. “Ik vind het belangrijk om

mijn regio goed te vertegenwoordigen binnen de coöperatie en gezamenlijk toezicht

te houden op de directie. Dat is belangrijk, dat de leden de directie zo nodig terug

kunnen fluiten en een vinger aan de pols houden. Uiteindelijk moet zowel het bedrijf

als de leden er baat bij hebben.”

< Johan Hogenesch

>

“ Uiteindelijk moet zowel Agrifirm als de leden er baat bij hebben.”

schakel in succes januari 201214

omdat het onderdelen van de lange

termijn strategie zijn. Ook Barlagen

roemt de lange termijn visie van de

coöperatie. Barlagen: “Een coöperatie

is juist een organisatie met lange-

termijndoelstellingen. Dat past goed

bij de doelstelling die leden hebben bij

hun eigen bedrijf. Leden zijn niet

geïnteresseerd in snelle winst, maar

willen het eigen bedrijf duurzaam en

stabiel naar de volgende generatie

brengen.” Koekkoek: “Duurzaamheid

en innovatie zijn niet voor niets onze

merkwaarden. Wij nemen de tijd om

te investeren in duurzaamheid en in

research & development. Op deze

gebieden kan een coöperatie echt

onderscheidend zijn.” Bovendien is

innovatie ook belangrijk voor de

toekomst van de coöperatie, denkt

Barlagen. “We moeten blijven

innoveren om steeds een stapje verder

te komen. Het gaat bij Agrifirm niet

alleen om de verkoop van producten

maar ook om de ontwikkeling van het

hele proces.” Die procesontwikkeling

draagt op zijn beurt weer bij aan een

duurzame bedrijfsvoering. ”Duurzaam-

heid is meer dan alleen milieu- en

natuurdoelstellingen. Je wilt tot in de

lengte van dagen je productiemethodes

kunnen volhouden. Ik zeg altijd: het

gaat om het evenwicht tussen econo-

mie, ecologie en de menselijke maat.

Wij hebben als Agrifirm een voor-

trekkersrol en helpen boeren om deze

duurzaamheid te bereiken”, vertelt

Van Vught.

TOeKOmST

De Agrifirm-bestuurders verwachten

dat het aantal coöperaties in de agrari-

sche sector zal afnemen. Dat heeft

echter vooral te maken met fusies en

schaalvergroting. Van Vught: “In andere

sectoren zie je juist weer een toename

van het aantal coöperaties. Daar komen

steeds meer coöperaties bij. Bijvoor-

beeld in de woningbouw, gezondheid-

zorg en energiesector. De totale omzet

van coöperaties is groeiend in Nederland.

Dus dat is een goed teken.” Barlagen

vult aan: “De coöperatie is een onder-

nemingsvorm van alle tijden. De

oprichting heeft in het verleden vaak

plaatsgevonden om de marktmacht

beter aan te kunnen. Dat heb je nog

steeds nodig, nu en in de toekomst.”

Page 15: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Coöperatie is open en betrokken

Cor van Schaik heeft een bedrijf met melkvee, een kaasmakerij, vleesvarkens en

akkerbouw in het Zeeuwse Kruiningen. Sinds de fusie tussen Cehave Landbouw-

belang en Agrifirm is hij lid van de coöperatie Agrifirm en maakt hij deel uit van de

ledenraad. “Ik vind het interessant om in de keuken van de coöperatie te kijken en

mee te denken over het beleid. Je bent op die manier toch extra betrokken bij je

coöperatie. Als ledenraadslid heb je ook een verantwoordelijke taak met de goed-

keuring van de jaarcijfers en investeringen binnen het bedrijf.” Bovendien vindt

Van Schaik het ook leuk om deel uit te maken van de ledenraad. “Het zijn prettige

bijeenkomsten en een mooie gelegenheid om te netwerken met collega’s. Ik kom

altijd met een goed gevoel thuis.”

Openheid is voor Van Schaik een groot voordeel van de coöperatieve ondernemings-

vorm. “Daarnaast is de betrokkenheid van een coöperatie bij de ondernemers groter

en mede daardoor is de dienstverlening beter. De service en deskundigheid vind ik

een groot pluspunt van Agrifirm. In mijn ogen kunnen ze dit beter realiseren omdat

het een grote coöperatie is. Natuurlijk moeten coöperaties zich ook steeds zakelijker

opstellen, maar het belang van de leden staat toch voorop. Ook met het oog op de

toekomst van de sector en dat vind ik belangrijk voor de volgende generaties, zoals

mijn eigen zoons.”

“Ik vind het interessant om in de keuken van de coöperatie te kijken.”

Cor van Schaik <

schakel in succes januari 2012 15

Uitkering Ledenvoordeel 2010 en vaststelling Ledenvoordeel 2011

Agrifirm keert uit de resultaten op

geïnvesteerd vermogen in niet-leden-

activiteiten extra voordeel aan leden uit.

De ledenraad van Agrifirm stelde daar-

voor in december 2010 het Ledenvoor-

deel 2010 vast op 1,0 procent. Rond 20

januari is het Ledenvoordeel uitgekeerd

(en/of verrekend).

Het saldo van het Ledenvoordeel 2010

staat vanaf april 2011 op uw factuur.

Het Ledenvoordeel heeft u opgebouwd

over de omzet vanaf 1 januari tot en

met 31 december 2011. Dit Ledenvoor-

deel wordt opgebouwd over de omzet

bij Agrifirm Plant, Agrifirm Feed en/of

Bonda (producten voor de varkens-

houderij). Belangrijk is dat u weet dat

wanneer u zaken doet bij Agrifirm Feed

en Agrifirm Plant, deze bedrijven u apart

het opgebouwde Ledenvoordeel zullen

uitbetalen (en/of verrekenen). Daarbij

kent het Ledenvoordeel geen staffeling,

afhankelijk van omzet.

Het Ledenvoordeel bij Agrifirm Plant

over de afzetproducten oogst 2011

bedraagt voor granen € 2.00/ton, voor

uien € 1,50/ton en voor peen € 1,00/ton.

Uitkering hiervan vindt medio 2012

plaats.

Voor 2011 is de hoogte van het Leden-

voordeel vastgesteld op 0,3 procent. Dit

is vastgesteld in overleg met de leden-

raad op 20 december jongstleden.

U krijgt dit als lid uitgekeerd over de

omzet die u realiseert bij Agrifirm Plant,

Agrifirm Feed en/of Bonda (producten

voor de varkenshouderij) en wordt aan u

uitbetaald (en/of verrekend) in januari

2013. Het lagere percentage wordt

veroorzaakt door enkele in 2011 minder

renderende (minderheids-)deel ne-

mingen, mede onder invloed van de

slechtere economische situatie. Ook

spelen de hogere rentelasten een rol.

Door het hogere prijsniveau, van onder

andere de grondstoffen, is er meer

kapitaal nodig binnen alle bedrijven.

Page 16: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201216

feed

“Die uitdaging heb ik ook nodig. Juist

het steeds verder verbeteren maakt het

zo mooi.” Pronk, die met zijn vrouw

Bouwina en hun vier kinderen in het

Groningse De Wilp woont, is ambitieus.

“Het is voor mij een uitdaging om het

steeds beter te doen. Dat vind ik

belangrijker dan steeds maar verder

groeien, daar zitten grenzen aan.”

GeleIDelIJKe GROeI

In 2008 bouwde Pronk een nieuwe stal,

met 160 ligplaatsen. “We bouwden

toen de melkprijzen op een historisch

dieptepunt lagen, dat was niet makke-

lijk. We hebben nu 120 melkkoeien, dus

nog wel ruimte om te groeien. Dat wil

ik geleidelijk doen en niet onbeperkt. Bij

een groter bedrijf heb je minder grip op

dingen en het brengt meer verant-

woordelijkheid en werk met zich mee.

Ik heb ook nog een gezin.”

GeZONDe KOeIeN

De geleidelijke groei wil niet zeggen dat

Pronk op safe speelt. “Ik ga voor een

maximale productie en een zo hoog

mogelijk saldo en dan zit je soms op de

grens van wat de koeien aankunnen.

Het is dan heel erg belangrijk dat de

koeien goed in hun vel zitten.” Gezond-

heid en welzijn komen op de eerste

plaats. Pronk kiest bijvoorbeeld bewust

voor zand in de ligboxen en een vrij

lange tussenkalftijd. Een heel belangrijk

aandachtspunt is het voer. “Ik vraag

veel van mijn koeien en dan moet je

super voeren. Ik probeer het rantsoen

altijd zo te sturen dat het aansluit bij

de behoefte van de koeien.”

melKNAVIGATOR

Pronk kijkt daarvoor onder andere naar

zijn vee en het ureumcijfer van de melk.

Daarnaast rekent Agrifirm Feed specia-

list Jildert Herder de rantsoenaanpas-

singen door in MelkNavigator. “Daar-

mee kan ik het zwakste punt in het

rantsoen opzoeken, of bijvoorbeeld het

effect van een aanpassing doorrekenen”,

vertelt Herder. Pronk ziet MelkNavigator

als een extra houvast. “Ik probeer het

zoveel mogelijk zelf op te lossen, maar

het is prettig om beslissingen onder-

bouwd te zien. Bovendien maak je

soms ook andere keuzes. Een duurdere

brok is niet erg, als die zich maar

terugbetaalt. Het gaat uiteindelijk

om het saldo.”

NOG BeTeR

Onlangs stapte Pronk over op twee

aparte rantsoenen voor de oudmelkte

en de nieuwmelkte koeien. “Dat

adviseerde Jildert altijd al, maar ik wilde

er nooit aan. Laatst liet Jildert zien dat

het toch veel voordelen heeft. Je kunt

de nieuwmelkte koeien harder voeren,

wat je direct in de productie terugziet.

De oudmelkte koeien daarentegen voer

je niet meer dan ze nodig hebben.” Het

is een voorbeeld van hoe Pronk steeds

zoekt naar manieren om het nog beter

te doen. “Het draait goed, maar het kan

altijd beter. Ik zit nu op een gemiddelde

productie van 10.143 (305 dagen

productie) met 20 kilo krachtvoer per

100 kilo melk en ik ben er van overtuigd

dat er nog meer in zit.”

< Steef Pronk (r) met Agrifirm Feed specialist Jildert Herder.

melkveehouder Steef Pronk wil met zo min mogelijk kosten, zo

veel mogelijk liters melk bereiken. Hij ziet er een uitdaging in

om het maximale uit zijn bedrijf en zijn koeien te halen.

‘ Het draait goed, maar het kan altijd beter’

Maximale productie met MelkNavigator

Page 17: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

17schakel in succes januari 2012

feed

< Steef Pronk (r) met Agrifirm Feed specialist Jildert Herder.

De beste maïsrassen voor 2012

Kansen voor biologisch melken

koeien. Juist in een sector waar zowel

de opbrengsten per eenheid als de

gemaakte kosten hoger zijn, zijn de

risico’s groter. Goede technische resul-

taten maken het verschil tussen meer-

waarde voor producten of meer kosten.

Daarom investeert Agrifirm in innovatie

en goede specialisten.

Momenteel wordt er biologische melk

geïmporteerd om aan de vraag te

analyses van klanten, berekenen.

Agrifirm heeft gespecialiseerde mensen

die al jaren de ontwikkeling van alle

maïsrassen volgen. Zij kennen de kweek-

lijnen en weten precies wat de beste

rassen zijn. Een aantal toprassen van nu

zijn Adenzo, Coryphee, LG 30.225, LG

30.218, Torres, NK Famous, LG. 32.47 en

Amadeo. Agrifirm levert een aantal top-

maïsrassen met de iSeed-coating, waar-

bij de startgift fosfaat op het zaad zit en

daardoor direct na ontkieming beschik-

baar is. Dit bevordert de beginontwikke-

ling van de plant en de P-gift kan fors

omlaag, met behoud van opbrengst.

Bij de keuze voor de maïsrassen van

2012 spelen verschillende factoren een

rol. De officiële CSAR Aanbevelende

Rassenlijst 2012 heeft een hoge

betrouwbaarheid en is daardoor een

goede houvast.

Belangrijke eigenschappen als u de maïs

gebruikt als rundveevoer zijn VEM per

kilo drogestof, het zetmeelgehalte en

celwandverteerbaarheid. Deze laatste

eigenschap verdwijnt uit commercieel

oogpunt van de rassenlijst. Agrifirm

hecht echter waarde aan de betekenis

van de celwandverteerbaarheid en blijft

dat, onder andere op basis van de kuil-

kunnen voldoen. Mocht u overwegen

om biologische zuivel te gaan produ-

ceren, dan geldt een omschakeltermijn.

Als u dit voorjaar geen kunstmest

strooit, kunt u met een goede begelei-

ding en planning in het najaar van 2013

biologische melk leveren.

Voor informatie kunt u contact

opnemen met T (088) 488 10 13.

De biologische markt groeit. In 2011

groeiden de consumentenuitgaven aan

biologische producten boven verwach-

ting. De afzet van biologische zuivel

nam sterk toe. Ook in omringende lan-

den groeit de vraag, wat van belang is

voor de Nederlandse biologische sector

die voor 50 procent exporteert. De

grootste biologische melkveebedrijven

houden tegenwoordig ongeveer 200

Laurens Raats heeft op zijn kinder-

feestje mooie knutselwerkjes van

DairyFit® mineralenzakken gemaakt.

Een leuk idee!

Knutselen met mineralenzakken

Nieuwe bulkbonnen

Agrifirm Feed

Met ingang van 4 februari zal

Agrifirm Feed overgaan op nieuwe

bulkbonnen. De nieuwe bulkbonnen

zijn overzichtelijker, compacter en

bevatten meer gerichte informatie.

Een ander zeer belangrijk aspect is

dat de nieuwe bulkbonnen papier

reduceren.

Page 18: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 2012

rubriek

18

feed

Raymakers heeft 430 melkgeiten met

een gemiddelde productie van 1.430

liter per jaar. In 1999 begon hij met het

bedrijf, na een carrière als adviseur bij

Cehave Landbouwbelang. “De focus ligt

op kwaliteit. Van de productie, de

producten en de geiten. Ik haal een deel

van mijn inkomen uit de verkoop van

fokmateriaal, dus is het extra belangrijk

dat de geiten een goede genetische

aanleg hebben en een hoge gezond-

heidsstatus.”

DUURZAme BeDRIJFSVOeRING

Raymakers vindt een duurzame bedrijfs-

voering belangrijk. “Voor de omgeving,

bijvoorbeeld met het oog op het

medicijngebruik, maar zeker ook voor

mijn eigen bedrijf. Ik vind het belangrijk

dat mijn geiten op en top gezond zijn en

een lange levensduur hebben.” Goede,

stabiele voeding is daarbij onmisbaar. “Ik

voer een rantsoen van stro, brok en

keuzes in de bedrijfsvoering. De beslis-

singen neem ik zelf, maar Dirk-Jan is een

sparringpartner om bijvoorbeeld van

gedachten te wisselen over hoe de

resultaten nog beter kunnen.” Daarbij

introduceerde Vonk onlangs het

PowerPlan Lammeren. “Dit is een

adviesmodel waarin we alle kennis over

de opfok van geiten hebben gebundeld,

van huisvesting en klimaat tot gezond-

heid en voeding”, vertelt Vonk. “Het

computerprogramma berekent wat de

sterke punten zijn en waar nog verbeter-

punten liggen en vertaalt dat ook direct

door in het verbeterpotentieel in euro’s.”

VeRBeTeRPUNTeN

Raymakers is enthousiast over het

PowerPlan. “Je ziet gewoon direct waar

nog verbeterpunten liggen en wat het

oplevert om die punten aan te pakken.

Opfok is belangrijk, het is de toekomst

van het bedrijf. Hiermee heb je heel

duidelijk in beeld hoe je dat nog verder

aan kunt scherpen.” Daarmee sluit

PowerPlan Lammeren aan bij de

filosofie van Raymakers: het kan

altijd nòg beter.

hooi. Dat bevalt het beste en zorgt voor

een stabiel resultaat. Ik probeer daar ook

echt aan vast te houden en zo min

mogelijk te schuiven in het rantsoen.”

GOeDe BASIS

De geiten zijn onderverdeeld in produc-

tiegroepen en worden per groep naar

behoefte gevoerd. “Rinie combineert

een laag energetisch krachtvoer en een

hoog energetisch krachtvoer, aangevuld

met een extra hoogwaardig voer rond

het aflammeren”, vertelt Agrifirm Feed

specialist Dirk-Jan Vonk. “Bij het ruwvoer

is de kwaliteit erg belangrijk”, voegt

Raymakers toe. “Het ruwvoer is de basis.

Ik betaal liever wat meer voor een goede

en constante kwaliteit.”

POWeRPlAN lAmmeReN

Vonk komt iedere zes weken langs op

het bedrijf. Raymakers: “Ik bespreek het

rantsoen met hem, maar ook andere

‘ Gezonde en goede geiten belangrijk’

< Rinie Raymakers (l) met specialist Dirk­Jan Vonk.

Gezonde geiten die goed presteren. Dat is het belangrijkste voor

geitenhouder Rinie Raymakers uit Asten-Heusden. “De focus ligt

niet op de aantallen, maar op de kwaliteit.”

Geitenhouder gaat voor kwaliteit

Page 19: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 2012 19

< Rinie Raymakers (l) met specialist Dirk­Jan Vonk.

Ontwikkelingen in de sector en daar

buiten vragen om een scherpere focus

op gezondheid. De keuze voor een

verbredende tak kan bijvoorbeeld

leiden tot grotere gezondheidsrisico’s

doordat er meer mensen op het erf

komen. Daarnaast keert antibioticum-

gebruik op agrarische bedrijven steeds

terug in de media. Van agrariërs wordt

gevraagd - of beter gezegd: verwacht -

hier iets mee te doen. Centrale vraag

die altijd terugkeert: hoe zorg je als

varkenshouder er nu op een verant-

woorde manier voor dat je dieren

gezond zijn en blijven en goed presteren?

Intensieve samenwerking tussen

varkenshouder en zijn adviseurs kan

bijdragen aan goede resultaten. Een

voorbeeld uit de praktijk.

CONTACTeN INTeNSIVeReN

Hans Zwolschen, dierenarts bij Agrifirm,

vertelt over zijn ervaringen bij een

varkenshouder in Noord-Brabant. “Hij

wilde de contacten met- en tussen zijn

adviseurs intensiveren, hoewel hij goed

te spreken was over de contacten die er

al waren.” Aanleiding voor intensivering

waren onder andere problemen bij de

gespeende biggen. Streptokokken en

luchtwegproblemen staken de kop op.

Slechte uniformiteit was het gevolg.

Daardoor stonden ook de resultaten

van de vleesvarkens onder druk.

VINGeR AAN De POlS

Zwolschen: “Het beeld PDNS en bleke

varkens deed aan Circo denken. Een

Respig-analyse (bloedonderzoek) moest

uitwijzen of dit inderdaad het geval

was. Om goed de vinger aan de pols te

houden, besloten we voortaan vier keer

per jaar als varkenshouder, voervoor-

lichter en dierenarts bij elkaar te komen.

Waar nodig vroegen we derden, zoals

drinkwater- klimaat- en fokkerijadviseurs,

aan de gesprekken deel te nemen. Bij

de eerste bijeenkomst werden onder-

meer de uitslagen van de Respig-analyse

besproken: er bleek inderdaad sprake

van Circo. Tijdens het gesprek is besloten

het entschema, biggenvoer en drink-

watersysteem aan te passen.” Na een

half jaar bleek de circulatie van Circo

verdwenen. Gezondere biggen en de

overstap naar een luxer Air Line® [2.0]

voer verbeterden eveneens de groei en

gezondheid van de vleesvarkens.

Daarmee daalde het antibioticum-

gebruik met maar liefst 45 procent.

SleUTelWOORD: COmmUNICATIe

Gezamenlijke inspanning en intensieve

samenwerking kunnen grote stappen

voorwaarts maken. Uitdaging is goede

samenwerking voor elkaar te krijgen.

“Communicatie is het sleutelwoord”, zo

stelt Zwolschen. “Als de varkenshouder

of één van de adviseurs iets opvalt in

de stal wordt dit zo snel mogelijk

gecommuniceerd naar de (andere)

adviseurs. Zij brengen vervolgens een

extra bezoek aan het bedrijf, om

daarna in teamverband een plan van

aanpak op te stellen. Gezondheid en

prestaties staan voor iedereen voorop.

Dit houdt de adviseurs scherp. Te lang

afwachten is er niet meer bij. We

werken juist met elkaar aan het succes

van het bedrijf.”

De bedrijfsresultaten op het gebied van prestatie en gezondheid

blijven verbeteren. Dat is belangrijk voor het succes van een

bedrijf en het is wat elke varkenshouder voor ogen houdt.

Gezamenlijke inspanning van varkenshouder en adviseurs

Samenwerken aan succes

Intensieve samenwerking tussen de varkenshouder en zijn adviseurs kan een positieve bijdrage leveren aan de resultaten. >

feed

“ Te lang afwachten is er niet meer bij.”

Page 20: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201220

Van Dijk heeft in het Brabantse

Vlierden 650 zeugen. Zijn vrouw

Melanie doet een gedeelte van de

administratie van het bedrijf en Van

Dijk doet het werk in de stal groten-

deels alleen, zo nodig bijgestaan door

zijn vader. Dat betekent dat het

belangrijk is om efficiënt te werken.

“Ik moet in een korte tijd relatief veel

doen, dus het is me wel wat waard als

het makkelijk draait”, vindt Van Dijk.

“Als de basis maar goed is, kan dat.”

Komend jaar wil hij uitbreiden naar

950 zeugen. “Dan ontkom ik er niet

aan om vreemde arbeid in te huren en

dat is ook wel goed. Het geeft toch

wat meer ruimte en flexibiliteit. Nu is

het veel werk om alleen te doen, maar

daardoor werk je wel efficiënt. Dat wil

ik ook zeker vasthouden.”

STRUCTUUR

Daarbij is het voor de varkenshouder

belangrijk om gestructureerd te

werken. “Ik heb een vast ritme van de

werkzaamheden. Ik speen op een vaste

dag en een vast tijdstip en insemineer

daardoor altijd op hetzelfde moment,

daar wil ik ook niet van afwijken. Ik hou

niet van kunst- en vliegwerk om alles

rond te krijgen, dat past niet bij mij.”

Mede door die structurele aanpak

realiseert Van Dijk constante resultaten,

denkt Agrifirm Feed specialist Varkens

Jan van Acht. “De kracht van dit bedrijf

is de basis. Die is in orde en daardoor

kan Jeroen constant draaien, zonder

grote pieken en dalen.”

GeleIDelIJKe VeRBeTeRING

Vanuit die basis probeert Van Dijk,

samen met zijn adviseurs, zijn resultaten

geleidelijk verder te verbeteren “Een

goede begeleiding is heel belangrijk.

Jan komt hier nu een jaar en heeft een

frisse blik, waardoor je dingen die

vanzelfsprekend lijken toch verder kunt

verbeteren. Daarnaast speelt ook de

veearts een grote rol, en de samen-

werking tussen veearts, Agrifirm en

andere adviseurs.” In de afgelopen

jaren lag de focus daarbij op het ver-

hogen van het aantal levend geboren

biggen. “Maar niet koste wat het kost.

Je hebt er niets aan als het aantal levend

geboren stijgt, maar de uitval net zo

hard mee stijgt. Het gaat uiteindelijk

om het aantal biggen dat je groot

brengt en wat je daar aan overhoudt.”

KRAAmSTAlmANAGemeNT

Een goed kraamstalmanagement is

belangrijk om de resultaten structureel

te verbeteren, vertelt Van Acht.

“Afgelopen zomer zagen we dat de

zeugen wat schraal waren bij het

‘ Als de basis maar goed is’

Zeugenhouder Jeroen van Dijk zoekt gericht naar manieren om

het resultaat te verbeteren, zonder dat dat voor meer werk zorgt.

Consequent en gestructureerd werken is de basis van zijn bedrijf.

feed

Zeugenhouder zet in kraamstal puntjes op de i

Page 21: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Technische resultaten 2011Levend geboren: 13,9

Uitval voor spenen: 8,6

Gespeend per jaar: 30,3

schakel in succes januari 2012 21

het daar goed loopt kun je met weinig

werk veel biggen groot brengen. Het

gaat ook om het evenwicht. De zeugen

moeten het wel aan kunnen om meer

biggen groot te brengen.” Juist daarom

streeft Van Dijk ernaar om de resultaten

geleidelijk te verbeteren.

“Je merkt dat de lat steeds hoger ligt

en dat je daar in mee groeit. Vroeger

was een koppel van 14 biggen een hele

uitdaging, tegenwoordig kun je daar

veel beter mee om gaan. In 2011 steeg

het aantal levend geboren van 13,6

naar 13,9, terwijl de uitval tot het spe-

nen juist daalde van 9,8 procent naar

8,6 procent. Dat is precies waar het

mij om gaat.”

< Jeroen van DIjk (l) met Agrifirm Feed specialist Jan van Acht.

feed

spenen. De grotere tomen vragen toch

meer van de zeugen. Daarom zijn we in

de kraamstal gericht gaan sturen op de

voergift, aan de hand van het aantal

biggen bij de zeug. Een ander voorbeeld

is de overgang van drachtvoer naar

lactovoer. Vooral bij gelten moet het

energiegehalte geleidelijk verhoogd

worden, om te veel stuwing op het uier

te voorkomen.” Naarmate de prestaties

stijgen, worden het steeds meer de

kleine dingen die het verschil maken,

denkt Van Dijk. “De zeug moet een

topprestatie leveren, dus dan gaat het

echt om de puntjes op de i.” Onbeperkt

drinkwater voor de zeug, een optimaal

klimaat en gericht voeren zijn voor-

beelden. Naarmate het aantal levend

geboren stijgt loont het volgens Van

Dijk vaker om de biggen de eerste

dagen melkpoeder bij te voeren. “Je

zoekt naar een optimaal evenwicht

tussen vertering en voer kosten en

manieren om ook kleinere biggen wat

extra energie te geven.” Van Acht voegt

toe: “Als het aantal levend geboren

stijgt wordt ook het biestmanagement

nog belangrijker. Zorg daarom voor een

vlot afbigproces, goede omgevings- en

nestwarmte, goede mestconsistentie

en een vol, soepel uier zodat de biest-

productie optimaal is.”

GOeD DRAAIeN

Behalve het kraamstalmanagement,

is ook de dekstal erg belangrijk voor

Van Dijk. “Daar begint het allemaal, als

“ Het gaat uiteindelijk om het aantal biggen dat je groot brengt.”

Page 22: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

Sinds de zomer van 2011 werkt Agrifirm

Feed met Behandelingsoverzichten,

speciaal voor de legpluimveehouderij.

Hierin staan veel voorkomende behan-

delingen, zowel verplicht als optioneel,

overzichtelijk op een rijtje. Van het

onderzoek naar Salmonella of NCD tot

ontwormen of bloed onderzoek. Daarbij

is ook aangegeven wanneer de behan-

deling het beste uitgevoerd kan of

moet worden. De verschillende behan-

delingen kunnen allemaal worden inge-

vuld in de twee jaaroverzichten die ook

in het Behandelingsoverzicht staan.

overzichten en krijgen positieve

reacties van klanten. Bovendien is het

Behandelingsoverzicht ook een uit-

komst voor Rooijakkers en zijn collega’s.

“We hebben er in de advisering voordeel

van om alle regelgeving duidelijk in

beeld te hebben. Het scheelt tijd, omdat

we niet steeds dingen op hoeven te

zoeken, en het zorgt voor een uniforme

advisering omdat we allemaal met

hetzelfde schema werken.”

Wilt u ook gebruik maken van een

Behandelingsoverzicht, neem dan

contact op met uw specialist.

Agrifirm Feed biedt meer oplossingen waarmee wij u kunnen ontzorgen. LEG360 is een bedrijfsbrede advisering

met structurele oplossingen voor maximaal resultaat. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met uw

specialist of bellen naar T (088) 488 10 15.

LEG

360

‘ We ontzorgen de legpluimvee-houder’

legpluimveehouders hebben iedere

ronde te maken met een groot aantal

behandelingen. Deels wettelijk

verplicht, deels vrijwillig. Vaak zijn het

behandelingen die slechts één of

enkele malen per ronde voorkomen en

daarom is het soms lastig het overzicht

te bewaren. Bovendien is er het risico

dat behandelingen vergeten worden.

ONTZORGPAKKeT

“De pluimveehouder kan deze schema’s

samen met zijn specialist invullen”,

legt specialist Legpluimvee Gertjan

Rooijakkers uit. “Daarbij bepalen

ze samen op welke momenten de

verplichte behandelingen het beste

uitgevoerd kunnen worden en welke

vrijwillige behandelingen verstandig

zijn om bij dit koppel te doen. De

behandelingen kunnen per week

ingevuld worden, zodat in één oog opslag

te zien is wanneer er weer iets moet

gebeuren. Bovendien staan op de

achterzijde ook de belangrijkste telefoon-

nummers en adressen die de pluimvee-

houder tijdens een ronde nodig heeft.

Het is eigenlijk een ontzorgpakket.”

POSITIeVe ReACTIeS

Er blijkt behoefte aan een dergelijk

pakket te bestaan. De Agrifirm

Legpluimvee specialisten werken nu een

aantal maanden met de Behandelings-

Pluimveehouder

Stalnummmer Ras hen Kip nummer

Geboortedatum Opzetdatum UBN nummer

RA 0

9-11

schakel in succes

Behandelings-overzicht

Aanvullende informatie m.b.t. ontwormen voer gemaakt in attest opsturen naar medicijn sturen naar

Wanssum Wanssum FabriekWanssum F(0478)532393 Burg.deWeichshavenstraat13 5861AXWanssumMaasbracht Maasbracht FabriekMaasbracht F09005828282 Brouwersstraat19 6051AAMaasbrachtOss Wanssum FabriekWanssum F(0478)532393 Burg.deWeichshavenstraat13 5861AXWanssumEmmen Zwolle FabriekEmmen F0522568353 Rondweg31 7821AWEmmenMeppel Meppel FabriekMeppel F 0522268927 Noordeinde31 7941ASMeppel

Belangrijke telefoonnummers

naam telefoon

Biologische Pluimveehouders Vereniging (BPV) (0113)613208

CBD (030)6941800

Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE) (0342)425542

GD, De Gezondheidsdienst voor Dieren 09001770

GD, Ophaaldienst voor sectie- en monstermateriaal 09002020012

ISACert. Nederland 0884722378

Kadaver meldsysteem 09009221

Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders (NOP) (079)3687522

Nederlandse Vakbond Pluimveehouders (NVP) (0342)465008

OVO Cert GmbH (0049)22868847730

Productschap voor Pluimvee en Eieren (PPE) (079)3687100

Skal (voor biologische productiemethoden) (038)4268181

Agrifirm Specialist Legpluimveehouderij

Dierenarts

Ongediertebestrijding

Verkoopadviseur opfokorganisatie

Agrifirm heeft dit behandelingsoverzicht met de grootste zorg opgesteld. Er kunnen echter geen rechten aan worden ontleend.

schakel in succes januari 201222

feed

Page 23: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

feed

In 1997 is Karin Renders in het bedrijf

van haar ouders gekomen. Zij hielden

toen varkens, pluimvee en vleesstieren.

“Maar alles wat met drijfmest te ma-

ken heeft, is mijn hobby niet”, vertelt

Karin lachend. In 2000 werd dan ook de

overstap gemaakt naar vleeskuikens,

die gehuisvest werden in twee nieuwe

stallen. Renders runt het bedrijf met

115.000 vleeskuikens nu samen met

haar vader Frans.

ReCHTSTReeKSe VeRKOOP

De Renders verkopen hun kuikens sinds

enige tijd rechtstreeks aan de slachterij.

Een grote stap. “We zijn nu zelf verant-

woordelijk voor een goede prijs en goe-

de afspraken”, zo vertelt Karin. “Maar

door deze korte lijn zijn wij wel vrij te

kiezen welk voer wij onze vleeskuikens

voorschotelen. We draaien nu voor de

tiende ronde Agrifirm voer.”

WellCOme

Hoewel de resultaten op het bedrijf al

goed waren, kozen de Renders ervoor

om de kuikens prestartvoer te geven

naast het standaard startvoer. Karin:

“We staan open voor nieuwe ideeën om

nog betere resultaten te halen. André

Denekamp, verkoopleider Vleespluim-

veehouderij bij Agrifirm Feed, begeleidt

ons en raadde aan WellCome in te zetten.

We zijn ervoor gegaan en inmiddels

draaien we alweer de vierde ronde met

WellCome.”

BeHAAGlIJK

Voor aankomst van de nieuwe koppels

kuikens legt Renders papier op de vloer en

strooit er vervolgens eenmalig WellCome

overheen. “Het papier ritselt en houdt

deels de kou van de vloer tegen. Een be-

haaglijke plek,” vertelt Karin. “Zo begin-

nen de kuikens aan het prestartvoer

voordat zij kijken wat er in de voerpannen

ligt. Met anderhalf à twee dagen is het

prestartvoer op. Een welkom extraatje.”

ReSUlTAAT

Gezondheid en dierenwelzijn staan

voor de familie Renders voorop.

Frans Renders: “Doordat we de kuikens

een goede start geven, is ons medicijn-

gebruik nihil. Het antibioticumgebruik

is zeer laag en entingen zijn nauwelijks

nodig. Het uitvalspercentage van de

vleeskuikens is en blijft daardoor laag.”

De familie Renders behandelde het

afgelopen jaar de kuikens van drie

rondes alleen in de eerste week met

antibiotica. Daarmee sloot zij 2011

af met een antibioticumgebruik van

17,5 dagdoseringen per dier op jaar-

basis. Vergeleken met de landelijke

streefwaarde van 30 is dat zeer laag.

Karin: “We doen veel dingen op gevoel

en ons bedrijf loopt lekker. Hoewel wij

niet hard kunnen maken dat de

WellCome hier direct mee te maken

heeft, weten we één ding zeker. Het ge-

bruik ervan komt onze resultaten

alleen maar ten goede.”

WellCome is vanaf nu te bestellen.

Neem voor meer informatie contact op

met uw specialist.

een gezond en uniform koppel kuikens is voor vleeskuiken-

houdster Karin Renders het allerbelangrijkst. “Dit is de basis,

hier pas ik mijn management op aan.”

schakel in succes januari 2012 23

‘ Gezondheid en welzijn van de kuikens staan voorop’

Karin Renders in overleg metAndré Denekamp, verkoopleiderVleespluimveehouderij van Agrifirm Feed. >

Goede start door WellCome

Page 24: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

plant

“Denk je dat je Safari nodig hebt

komend jaar? Weet je wat, gezien je

onkruiddruk op de percelen zetten we

voor de zekerheid een potje op de lijst.”

Aan het woord is Jan Verbeek, akker-

bouw-/vollegrondsgroenten–specialist

van Agrifirm Plant. Samen met John

Smets, bedrijfsleider van Heldens

Klinkers landbouwonderneming, neemt

hij de lijst met gewasbeschermings-

producten door. Het is tijd voor het

jaarlijkse adviesgesprek en Verbeek

heeft het gesprek gedetailleerd voor-

bereid. Verbeek: “Vorig jaar ben ik

gestart met een nieuw systeem. Ik

gebruik de gegevens van vorig jaar als

basis voor het adviesgesprek. Ik heb

opgezocht wat John vorig jaar gebruikt

heeft en aan de hand van het teeltplan

berekend wat hij komend jaar ongeveer

nodig heeft. Dit bespreken we nu en

daar waar nodig passen we nog wat

dingetjes aan. En dan zet ik de bestelling

voor het hele jaar in het systeem. De

bedoeling van dit systeem is dat de

klanten de hoofdmoot van de producten

die ze gebruiken, op tijd in huis hebben.”

GeeN STReSS

Het systeem werkt prima, aldus John

Smets. Hij heeft vorig jaar kunnen

ervaren welke voordelen het vroeg

bestellen heeft. “Jan bestelt dan wel

alles in februari, maar de producten

worden verspreid over het seizoen

geleverd. Ik vind het wel prettig. Ik heb

geen stress over wat ik nog moet

bestellen en moet regelen. Ik kan zelf

bepalen wanneer ik wil spuiten. Ik hoef

niet te wachten tot het product

geleverd is.” Verbeek vult hem aan:

“In het verleden kwam je hier als

specialist minstens één keer in de week

Hoe zetten we gewasbeschermingsproducten komend seizoen zo

effectief mogelijk in? Agrifirm Plant specialist Jan Verbeek gaat

langs bij John Smets in Reuver om zijn gewasbeschermingsplan

voor 2012 te bespreken.

‘ Vroege bestelling scheelt een hoop stress’

Middelen altijd op tijd in huis

schakel in succes januari 201224

plant

Page 25: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

John Smets is bedrijfsleider en enige

werknemer van Heldens Klinkers

Landbouwonderneming in Reuver.

Het bedrijf teelt aardappelen, bieten,

granen en mosterd- en graszaad.

Daarnaast heeft de onderneming

ook een fruittak met zure kersen en

appels.

en dan rolde daar een bestelling uit.

Zeker vier keer in de maand, vaak vijf

keer, kwam hier een vrachtwagen op

het erf om producten te brengen. Dat

is teruggebracht naar één tot twee keer

in de maand. Dat scheelt een hoop

stress en tijd, bij de klant en bij mij.

Het product staat gewoon bij hem in

de kast, dat geeft rust. Als ik naar de

bieten van John ga kijken en ik geef

hem het advies te spuiten, dan kan hij

meteen handelen. Het middel is er al.

Als het toevallig die dag mooi weer is

om te spuiten, kan hij meteen aan de

slag. Niets is zo vervelend, als mooi

weer en je kunt niet spuiten omdat je

de middelen niet in huis hebt. En dan

heb je de pech: morgen regent het.”

plant

FlexIBel

Als de bestelling geplaatst is, geeft

Verbeek zijn klanten een overzicht van

de levermomenten van de producten.

“De bestelling die we in het begin van

het jaar plaatsen, is ook nog niet

helemaal compleet. Daar komt altijd

nog wat bij. In Johns geval hebben we

zo’n 80 procent besproken. We hebben

bijvoorbeeld de onkruidbestrijding van

de granen nog niet meegenomen en

ook het graszaad hebben we nog niet

besproken. Daarnaast zijn we uitgegaan

van drie onkruidbestrijdingen in de

bieten. John zei net al: ‘Dat worden er

toch vier’.” “Wáárschijnlijk worden dat er

vier”, corrigeert Smets. “Oké, oké, waar-

schijnlijk worden dat er vier”, lacht

Verbeek. “Het zou maar eens net

gebeuren dat het wél lukt in drie keer!

Zou toch mooi zijn.”

ADVIeS

Smets is blij met de ondersteuning van

Verbeek. Nu, tijdens het opstellen van

het plan voor 2012, maar zeker ook

tijdens het seizoen. “Ik heb te weinig tijd

om alle percelen zelf te controleren. Het

is prettig om iemand te hebben die op

tijd voor mij problemen signaleert. Het

is fijn dat iemand me hierbij onder-

steunt.” Verbeek komt tijdens het

seizoen elke tien dagen op de percelen

van Smets. “Ik weet waar de percelen

liggen, rij die af en bel mijn advies door

aan John. We hoeven elkaar niet altijd

persoonlijk te zien. Hij kan doorgaan

met zijn werk en ik ook.” Deze manier

van werken werkt voor beiden uit-

stekend. Smets: “We werken nu sinds

2007 met elkaar en ik vertrouw op Jans

oordeel. Hij houdt met zijn advies altijd

rekening met mijn omstandigheden.

Verbeek: “Voor John gaat het om het

beste product met het beste resultaat.

Zo spuit John met Betanal Expert. Dat

is niet het goedkoopste middel, maar

wel erg effectief. Hij heeft geen tijd

voor meerdere spuitgangen, het moet

in één keer goed zijn. Elke klant maakt

weer zijn eigen afwegingen. Als specia-

list kijk ik per klant wat hij nodig heeft

en waar het voordeel te behalen valt.

Daar ligt mijn meerwaarde.”

“ Ik heb geen stress over wat ik nog moet bestellen en moet regelen.”

< Specialist Jan Verbeek (l) controleert de spuitdoppen op het bedrijf waar John Smets als bedrijfsleider werkzaam is.

Heldens Klinkers Landbouwonderneming

schakel in succes januari 2012 25

Page 26: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201226

plant

Topfolie voor een topkuil

Voor een goede kuil, is een goede

kuilfolie belangrijk. Ondernemers

doen er goed aan om de folie voor

het komende seizoen op tijd te

bestellen. De gunstige voorkoopprij-

zen gelden voor bestellingen die

geplaatst worden vóór 31 januari

2012. Door nu te bestellen beschikt

u bovendien gegarandeerd over de

juiste kwaliteit kuilfolie in het seizoen

en is er geen risico op eventuele

prijsstijgingen. De bestellingen

leveren we vanaf februari 2012 uit.

Agrifirm kuilfolie voldoet aan strenge

kwaliteitseisen en aan een constant

en hoog kwaliteitsniveau. Dit hoge

kwaliteitsniveau bereiken we door

hedendaagse technologie en de juiste

grondstoffen te gebruiken. Alle folie

is gekeurd en getest, van grondstof

tot eindproduct. Pas dan voorzien

we het van ons logo: de kwaliteits-

garantie.

Agrifirm biedt een compleet assor-

timent, afhankelijk van de eisen die

aan de folie worden gesteld. De

topkwaliteit is Agrifirm Excellent

kuilfolie, met een dikte van 170 Mu.

Door toevoeging van de nieuwste

generatie grondstoffen is dit een

folie met ‘body’ en extra soepel en

sterk. Deze folie is aan te bevelen bij

het afdekken van de kuil met zand.

Agrifirm Rendement is een kwaliteits-

folie van 150 Mu dikte met een hoge

scheurweerstand en breukverlenging.

Als de prijs voorop staat is er de

Agrifirm Exact folie, eveneens

met dikte 150 Mu en volgens alle

standaardeisen. Ook heeft Agrifirm

een breed assortiment onderfolie en

wandfolie. Voor meer informatie

kunt u contact opnemen met uw

specialist.

In de biologische graanteelt is een sterke

plant extra belangrijk. Zonder chemische

middelen om op terug te vallen, is voor-

komen beter dan genezen. Proefbedrijf

de Broekema Hoeve, onderdeel van PPO

Lelystad, zet daarom voor de biologische

teelt zoveel mogelijk ThermoSeed

zaaigranen in van Agrifirm Plant.

Thermoseed zaaigranen hebben een

hittebehandeling met vochtige lucht

gehad. Hierdoor zijn ze ontdaan van

schimmels, waardoor de plant een

betere en gezondere start heeft.

“Er zitten altijd kiemschimmels op de

zaden en die wil je geen kans geven om

de plant te beschadigen, of de groei te

vertragen”, legt bedrijfsleider Henk

Oosterhuis van de Broekema Hoeve uit.

“Wij gebruiken zo mogelijk dan ook

behandeld zaad, juist bij de biologische

teelt. Het doel is een sterkere plant.”

Oosterhuis ziet in de praktijk dat de

ThermoSeed zaaigranen een hogere

opkomst hebben en ook sneller op

komen. “Als de plant sneller opkomt,

kun je ook eerder beginnen met de

onkruidbestrijding. Daarnaast leidt een

goede kiemplant tot een gezonder

eindproduct. Wij willen baktarwe

leveren, dus het zaad moet van een

hoge kwaliteit zijn.”

Op de Broekema Hoeve ligt dit jaar ook

een demo met biologische winter-

granen. Juist daarbij ziet Oosterhuis

mogelijkheden voor ThermoSeed. “De

opkomst van wintergranen duurt

normaal langer, door de lage tempera-

turen. Door dat te versnellen kunnen

de mogelijkheden voor de biologische

teelt van wintergranen toenemen.”

Sterke plant juist bij biologische teelt belangrijk

< Henk Oosterhuis (r) overlegt met Henri Hendrikse van Agrifirm Plant.

Page 27: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

plant

schakel in succes januari 2012 27

Voor mangaan is bladbemesting vaak

de enige oplossing. Bij magnesium kan

het een goede aanvulling zijn en bij

stikstof lijkt bladbemesting bij aard-

appelen alleen geschikt voor incidentele

toepassingen.

mANGAAN

Een gebrek aan mangaan komt op veel

gronden en in veel gewassen voor.

Vooral in voorjaarsgewassen op gronden

met een hogere pH en onder droge

omstandigheden is mangaan slecht

opneembaar uit de bodem. Een gebrek

toont zich direct in de top van de plant,

met groeiremming tot gevolg. Een blad-

bemesting met bijvoorbeeld TopTrace

Mangaannitraat, zo nodig herhaald, is

de enige oplossing.

mAGNeSIUm

Magnesiumgebrek komt de laatste

jaren vaker voor doordat de stikstof-

giften steeds lager zijn door aan-

gescherpte gebruiksnormen. Stikstof

stimuleert namelijk de opname van

magnesium. Een gebrek aan magnesium

toont zich in de onderste bladeren van

de plant. Ook magnesium is aanvullend

goed toe te dienen via het blad. Al is de

beste route om vooraf de juiste bodem-

bemesting uit te voeren. Daarmee kan

gebrek tijdens de groei worden voor-

komen.

STIKSTOF

De laatste jaren adviseren veel partijen

om bij aardappelen kleine hoeveel-

heden stikstof via het blad toe te

dienen als aanvulling op de basis-

bemesting. Ervaring is vaak dat het

gewas hierdoor wat groener blijft dan

zonder stikstofbladvoeding, mits op

tijd aangevuld en mits bladverbranding

wordt voorkomen. Agrifirm Plant voert

samen met Cebeco Meststoffen al zes

jaar proeven uit met stikstofbladmest-

stoffen in aardappelen. Hierbij hebben

we als vervanging van een eenmalige

bijbemesting met KAS wekelijks een

klein beetje stikstof bladbemesting

toegediend, variërend van 5 of 10 kg

per hectare per week.

Het nitraatgehalte in de bladsteeltjes

stijgt inderdaad na toediening, dus de

stikstof wordt opgenomen. Het gewas

op de velden lijkt visueel groener en bij

de oogst meten we een verhoogde

hoeveelheid stikstof in de knollen.

Tegen de verwachting in, meten we

gemiddeld over deze zeven proeven

echter geen meeropbrengst in kilo-

grammen. Tijdig eenmaal dezelfde

hoeveelheid bijbemesten met KAS gaf

altijd een beter resultaat, dan dezelfde

hoeveelheid stikstof met een blad-

meststof. Stikstofbladbemesting als

systeem geeft bij aardappelen niet het

beoogde resultaat. Beperk het gebruik

van stikstofhoudende bladmeststoffen

daarom tot incidentele toepassingen

om bijvoorbeeld in drogere perioden

tijdelijk de plant iets vitaler te houden.

Voor meer informatie over bladbemes-

ting kunt u contact opnemen met

uw specialist.

Bladbemesting in aardappelen is populair. Genoemde voordelen zijn de mogelijk-

heid van lage giften, ook bij grote werkbreedtes egaal te verdelen en de efficiëntie.

Opnameproeven van Agrifirm Plant tonen echter aan dat de voordelen sterk

afhankelijk zijn van de toe te dienen elementen.

Geschiktheid bladbemesting varieert

plant

Page 28: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201228

Adrie Strikkeling, Verkoopleider regio

Zuid van Agrifirm Plant, is enthousiast

over het project. Hij vertelt hoe de

samenwerking tot stand kwam: “De

Koningshoeven wil regionaal geteelde

brouwgerst gebruiken. Aan deze gerst

stellen ze natuurlijk hoge kwaliteits-

eisen. Ze benaderden de ZLTO met hun

wens en de ZLTO heeft ons erbij

betrokken onder andere vanwege de

goede contacten met Holland Malt en

omdat we een belangrijke brouwgerst-

collecteur zijn in Zuid-Nederland.”

mVO

Thijs Thijssen, directeur van de Konings-

hoeven, legt uit waarom de brouwerij

overstapt op regionaal geteelde gerst.

“Maatschappelijk verantwoord onderne-

men is altijd belangrijk geweest binnen

ons bedrijf. Dat is zo gegroeid. We willen

hierin steeds een stapje verder gaan.

Ook wat betreft aankoop van grond-

stoffen. Wij kopen onze hop fair trade

in, rechtstreeks bij de boeren. We geven

de boeren een goede prijs voor hun

producten, wij krijgen van hen de beste

kwaliteit hop. Helaas niet uit Nederland.

In Nederland is het namelijk moeilijk

goede hop te verbouwen. Gerst daaren-

tegen is prima te telen in Nederland.

Door het in de buurt te verbouwen,

verkorten we de keten, hebben we zicht

op de kwaliteit en hebben we recht-

streeks contact met de boeren.”

KWAlITeIT

Agrifirm Plant gaat voor de brouwerij op

zoek naar zo’n vijftien telers in de buurt

van Werkendam die samen 100 hectare

brouwgerst kunnen telen. “Strikkeling:

“We zoeken telers die veel kennis hebben

van brouwgerstteelt. Boeren die de teelt

extra aandacht willen geven zodat we

komen tot een kwalitatief hoogwaardig

product. Dat staat namelijk voorop;

kwaliteit. We willen ook graag dat de

telers betrokken zijn bij het project.

Daarom richten we ook de ‘Studieclub

Koningshoeven’ op. Gedurende het

seizoen volgen we samen met mensen

van de Koningshoeven de teelt en

bezoeken we de percelen. We nodigen

de telers ook uit op de brouwerij. Zo

kunnen ze zien waar het om gaat en wat

voor resultaat we voor ogen hebben.

We willen een betrokken club van telers.

Vanaf januari gaan we telers benaderen

met de vraag of ze willen samenwerken.

Normaal gesproken kan de gerst name-

lijk al in februari gezaaid worden.

We moeten er op tijd bij zijn!”

Wilt u meer weten over dit project,

dan kunt u contact opnemen met uw

specialist.

Unieke samenwerking met Bierbrouwerij de Koningshoeven

Agrifirm Plant gaat in 2012 op zoek naar 15 telers in de regio Werkendam die samen

100 hectare brouwgerst willen telen voor Bierbrouwerij de Koningshoeven uit

Berkel-enschot. er start een uniek samenwerkingsproject tussen boer, brouwerij en

Agrifirm Plant.

plant

Bierbrouwerij de Koningshoeven,

opgericht in 1884 in Berkel-enschot,

is de enige Trappistenbrouwerij van

Nederland. Het bier van de Konings-

hoeven draagt het label ‘Authentic

Trappist Product’. Dit label mag een

brouwerij alleen voeren als het bier

binnen de abdijmuren en onder

toezicht van monniken wordt gebrou-

wen. Daarnaast is het een vereiste dat

een gedeelte van de opbrengst naar

goede doelen gaat. Bij de bierbrouwerij

werken momenteel zo’n 38 medewer-

kers. De totale productie van la Trappe

in 2011 was tussen de 47.000 en

48.000 hectoliter bier.

Bierbrouwerij de Koningshoeven

< Adrie Strikkeling (l) en Thijs Thijssen.

Page 29: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 2012 29

COmPlICATIeS

Johan Brooijmans, teeltspecialist in

regio Zuid, legt uit: “Het telen van

vollegrondsgroenten op zandgrond kan

complicaties met zich meebrengen. Er

is kans op een hogere percentage uit-

spoeling. Dit gaat gepaard met grotere

verliezen en daardoor grotere kans op

onevenwichtige groei van de gewassen.

Een goed bemestingsplan met dierlijke

mest, kunstmeststoffen en bodemver-

beteraars is daarom belangrijk. We

maken hierbij onder andere gebruik van

het programma Masterlink. Met dit

programma stellen we een bemes-

tingsplan op en tegelijkertijd berekent

Bemestingsplan voor optimale teelt vollegrondsgroenten

het programma of de teler de gebruiks-

normen niet overschrijdt.”

PROeVeN

Agrifirm Plant heeft in de praktijk veel

bemestingsproeven gedaan. Die vertalen

we door naar de praktijk. Brooijmans:

“De wetgeving dwingt telers te zoeken

naar efficiëntere en duurzamere oplos-

singen. Wij willen vooral laten zien wat

er mogelijk is op het gebied van efficiënt

gebruik van fosfaat en stikstof en kiezen

uiteindelijk die oplossing die voor de

teler het hoogste rendement oplevert.

Bijvoorbeeld het gebruik van vaste-

of vloeibare meststoffen via rijen-

toepassing. Je voegt de mest stoffen

meteen toe bij het planten, onder- of

naast het plantje. Naast het feit dat

dan het benutten van nutriënten beter

is, bespaar je ook tijd en arbeid.”

eNTeC

Een andere belangrijke ontwikkeling

zijn meststoffen die gecontroleerd

vrij komen. Brooijmans: “Een voorbeeld

is het product Entec, een stikstofmest-

stof met een nitrificatieremmer. Deze

zorgt dat de stikstof vertraagd

vrijkomt. Hierdoor zijn minder strooi-

beurten nodig en groeit het gewas

regelmatiger.” Agrifirm Plant heeft

inmiddels een breed assortiment Entec

houdende producten voor diverse

gewassen. “Telers passen inmiddels

op brede schaal Entec toe in de volle-

grondsgroenteteelt.”

Veelal staat de teelt van vollegrondsgroenten op zandgrond. Om de gewassen

van voldoende voedingsstoffen te voorzien en te voldoen aan de wettelijke

gebruiks normen is het nodig een bemestingsplan op te stellen. De Agrifirm

Plant-specialisten helpen hun klanten hierbij.

plant

Bierbrouwerij de Koningshoeven

< Adrie Strikkeling (l) en Thijs Thijssen.

Fruittelers gebruiken voornamelijk betonpalen voor de ondersteuning van bomen.

De laatste tijd zijn er echter meer problemen met het afbreken van betonpalen.

Productiestijgingen stellen de ondersteuning zwaar op de proef en ook de extremere

neerslag zorgt voor problemen. Fruittelers zoeken daarom een alternatief.

Sinds Agrifirm Plant dealer van Frustar hagelnetten is, zijn Kiefer houten palen in ons

land beschikbaar. Al meer dan 30 jaar gebruiken telers voor hagelnetsystemen deze

palen en regelmatig hergebruiken ze deze na 25-30 jaar. Kiefer houten palen, van een

langzaam groeiende houtsoort met vaak meer dan 40 jaarringen, zijn sterk en

behouden toch de flexibiliteit van hout. Na behandeling met een zout zijn ze

aanzienlijk duur zamer dan standaard hout. Een levensduur van minimaal 20 jaar is geen

enkel probleem. De palen hebben daarnaast nauwelijks verloop in dikte. Vraag bij uw

specialist Fruitteelt naar de mogelijkheden van Kiefer houten palen.

Kiefer houten palen: minimale levensduur van 20 jaar

Page 30: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 201230

Een gezonde bodem met voldoende

voedingselementen. Dat is de voor-

waarde voor een succesvolle teelt van

bloembollen, zegt kweker Arnold van

der Wereld. Als aan die voorwaarden

wordt voldaan, dan is er geen verschil

tussen bollen van de rijkere zand-

gebieden in het oosten of van de

schralere kuststreek. Hij kan het

weten, want hij levert ze allebei.

WORlD FlOWeR

Samen met zijn broer Kees is Arnold

eigenaar van het familiebedrijf World

Flower BV, in Breezand (Noord-Holland).

Kees is de man van de verkoop en de

handel, Arnold is het aanspreekpunt

voor de kwekerij. Samen met hun

medewerkers staan ze voor een assorti-

ment dat bestaat uit tulp, iris, krokus,

narcis, anemoon, frittilaria (kievits-

bloem) en lelie. Na de oogst verwerkt

het bedrijf zelf alle gewassen en maakt

ze exportklaar.

Voor de teelt hebben ze ongeveer 75

hectare in gebruik, waarvan 30 hectare

voor lelies. Het grootste deel van de

grond ligt rond Breezand. Alleen voor

de lelies vindt ook teelt elders plaats.

De Noord-Hollander vindt extra teelt-

ruimte vooral in Limburg. Voor lelies

zijn ook Overijssel en Drenthe in trek.

ZONNe-UReN

“Wanneer je in Noord-Holland lelies goed

bemest met onder andere Orgaplus, dan

kunnen we lelies produceren met de

zelfde kwaliteit als in ‘het buitengebied’”,

stelt Arnold. Natuurlijk, er zijn verschillen

in teeltomstandigheden. Van der Wereld:

“In het groeiseizoen is de temperatuur

in het oosten net iets hoger. Maar daar

staat tegenover dat wij in het kust-

gebied meer zonne-uren hebben.”

BemeSTINGSSTRATeGIe

Een ander onderscheid is het organische-

stofgehalte van de bodem. De oostelijke

dekzandgrond bijvoorbeeld bevat meer

dan de duinzandgrond in de Kop van

Noord-Holland. Dat zou de kwaliteit

gunstig beïnvloeden. Van der Wereld

compenseert het met een uitgekiende

bemestingsstrategie. Sinds afgelopen

Bloembollenbedrijf verrijkt bodem met Orgaplus

De beste bollen van het duinzand

Orgaplus is een welkome aanvulling in de bemestingsstrategie

van World Flower BV. Goed voor de plaatsings ruimte van stikstof

en fosfaat, de kwaliteit en de opbrengst van de bollen.

plant

Page 31: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes januari 2012 31

jaar heeft meststof Orgaplus daarin

een centrale plaats.

De voorbereidingen voor de bemes-

tingsstrategie beginnen al ver voor het

planten. In februari bespreekt de kweker

het plan voor het komende jaar met

zijn bloembollenspecialist van Agrifirm

Plant, Marco Jonkman. Van der Wereld

heeft op dat moment de toestand van

de bodem scherp in beeld. Hij laat elk

perceel bemonsteren. Ook gedurende

het teeltseizoen houdt hij de vinger aan

de pols. Waar nodig past hij zijn strategie

aan; met een extra bemesting of door

een andere meststof te kiezen. “Een

goede bemestingsstrategie is meer dan

volgens een boekje meststoffen uit-

rijden. Je werkt met de natuur, dat

vraagt om Fingerspitzengefühl”, zegt

de kweker.

ORGAPlUS

In tegenstelling tot voorgaande jaren,

hoefde Van der Wereld in het groei-

seizoen van 2011 de ingezette strategie

niet bij te stellen. Het verschil is

Orgaplus. Dat is een samengestelde

meststof op basis van dierlijke mest en

compost, waaraan sporenelementen

zijn toegevoegd. In Orgaplus zijn de

nutriënten organisch gebonden. De

meststof kan daarom voor het planten

worden ingewerkt zonder risico op

uitspoeling. De voedingsstoffen zijn dan

beschikbaar als de bol gaat groeien. Dat

was afgelopen voorjaar goed te zien.

Van der Wereld: “De lelies stonden in

één keer goed. In het verleden kwam

het gewas altijd wat schraal en bleek op.

Je moet dan bijsturen om een goede

stand te krijgen. Eigenlijk loop je dan

steeds achter de feiten aan.” World

Flower gebruikt Orgaplus in combinatie

met de gecontroleerd vrijkomende

kunstmeststof Agroblen (18-0-18).

Gedurende het groeiseizoen vullen ze

naar behoefte aan met Multi K en

kalksalpeter of KAS.

Veel VOORDeleN

“Met Orgaplus komt de beworteling

heel snel op gang”, legt Agrifirm-

specialist Marco Jonkman uit.

“Daardoor worden alle elementen

meteen goed opgenomen. Dat geeft

het gewas een goede start.”

De organische meststof draagt ook bij

aan een gezond bodemleven. Zeker in

de bollenteelt is dat een voordeel,

omdat de grond regelmatig wordt

ontsmet. Arnold: “Je hebt organische

stof nodig om het natuurlijke even-

wicht weer snel te herstellen. In een

gezonde bodem zit veel leven. Daar

moet je zuinig op zijn.” Bijkomend

voordeel is dat het gewas beter

bestand is tegen droogte.

Orgaplus is als organische meststof ook

een perfect product om de stikstof- en

fosfaatruimte optimaal te benutten,

vult bloembollenspecialist Jonkman

aan. Door de mestwetgeving is die

ruimte daarvoor namelijk steeds verder

ingeperkt. “Orgaplus werkt ideaal in

combinatie met compost.”

Wat voor kweker Van der Wereld voor-

opstaat is dat de opbrengst en kwaliteit

optimaal zijn. “Ons vak wordt steeds

meer topsport. De marges zijn smal en

de concurrentie in de markt is groot.

Je kunt je geen missers meer veroor-

loven”, aldus Arnold.

plant

< Arnold van der Wereld (r) en Marco Jonkman bekijken de leliebollen van het geslaagde oogstjaar.

“ Je hebt organische stof nodig om het natuur lijke evenwicht weer snel te herstellen.”

< Leliebollen van het Noord­Hollandse duinzand.

Page 32: Schakel in Succes nr. 1 - januari 2012

schakel in succes is het klantenblad van Agrifirm en verschijnt 6 keer per jaar. Redactie Afdeling Communicatie Agrifirm Fotografie AxiPress, Marten Aukes, Marcel Bekken, Marnix Klooster, Geert Marissen, Wim Roefs, Koos van der Spek en Agrifirm Concept en realisatie JEEN bureau voor communicatie Drukwerk Ten Brink, Meppel

ISSN 2211-5811

colofon

Samenspel Jan van Oort heeft een boomkwekerij in Hilvarenbeek. Op 10 hectare land kweekt hij lichte laanbomen. Van Oort nam in 1997

een opmerkelijk besluit: hij stopte met zijn varkensbedrijf en stapte over naar de boomteelt. Kees Overheul, specialist van het

nieuwe team Boomteelt en Openbaar Groen van Agrifirm Plant, benaderde Van Oort in augustus 2011. Ze bespraken kort de

mogelijkheden voor het komende seizoen. In februari 2012 staat de volgende afspraak gepland. Dan bespreken ze de komende

teelt en bekijken ze onkruidbestrijding, bemesting en ziektebestrijding in de teelt. Beiden zijn benieuwd wat de komende

samenwerking hen gaat brengen.

“Bij het team Boomteelt en Openbaar Groen heeft Jan een duidelijk aanspreekpunt

binnen Agrifirm Plant. Hij kan nu met al zijn vragen bij ons terecht.”

Kees Overheul

specialist Boomteelt en Openbaar Groen Agrifirm Plant

“ Ik ben erg benieuwd naar de samenwerking en de begeleiding van Kees. Ik heb er, na twee gesprekken, in ieder geval vertrouwen in.”

Jan van Oort boomkweker in Hilvarenbeek