Reportage Slagerij Dierendonck Het Nieuwsblad magazine 20-09-2014
reportage
-
Upload
mike-femer -
Category
Documents
-
view
217 -
download
0
description
Transcript of reportage
1
Uit de eeuw van onze moeder, de laatste loodjes.
2
Op 7 februari 2010 viert ze
haar negenennegentigste
verjaardag.
Met veel voedsel en fami-
lieleden en met bijna een
eeuw levenservaring.
3
Met als grote verrassing
de komst van zus Nellie.
4
Twee maanden na de verjaardag.
Gevallen is ze, en na lang schreeuwen
wordt ze door de buurvrouw gevonden.
Dubbele breuk in het bovenbeen. Heeft
een operatie nog zin?
De pijn maakt het noodzakelijk. En
soms lijkt het ook zinvol geweest.
5
Het BovenIJ-ziekenhuis in Noord.
Gevallen, geopereerd en toch
weer bijgekomen.
6
Er ontstaat spon-
taan een bezoek-
schema, iedereen
doet mee. Ze lijkt
op te knappen.
Ma zelf houdt het
bij haar lijfspreuk:
”onkruid vergaat
niet …”
7
Waar ze nu precies woont is haar niet
altijd duidelijk. Vaak is ze „op vakan-
tie‟. Ze vindt de omgeving mooi en
vertelt van leuke wandelingen. Ook
vindt ze het erg schoon in haar kamer,
en daar hoeft ze zelf niets aan te doen.
8
Ma kan weer
een beetje
lopen. Ze wil
steeds uit
bed. Brood
smeren voor
de kinderen.
Ze valt veel.
De verdoving
heeft de geest
nog verder
vertroebeld.
En dan laten
de verpleeg-
sters ook nog
haar gebit
vallen.
Tandeloze
verwarring.
9
Maar ook wel vrolijkheid, want ze heeft geen
reden tot klagen zegt ze. Ze is bij voorkeur stoer.
10
In het ziekenhuis kunnen ze nu een maand niet veel meer voor
haar doen. Ze moet gewoon revalideren. Hoe en waar is een
probleem. De Schouwstraat is uitgesloten. Door de hardnekkige
inzet van dochter Will wordt een plek in verzorgingstehuis De
Die gevonden. Een nieuw vakantieadres dus.
Want het is hier in de buurt zo
mooi, en zo schoon. En er komen
steeds mensen. Prachtig uitzicht!
11
Ook in de Die is het prachtig. Met uitzicht op
een terras. Om dat te zien moet ze opstaan. Zo-
dat ze weer valt. “Op de grond wordt aangetrof-
fen”. Een bewegingssensor moet waarschuwen
als ze „beweegt‟, maar die roept vaak tegen
dovemansoren. Te veel oude lichamen, niet ge-
noeg handjes rond het bed.
En Ma stuitert opgewekt door. Ze moet dan
weer onder het röntgenapparaat.
12
Maar bezoek is altijd welkom, en hoe kleiner hoe beter.
13
Vaak is ze moe.
De operatie en het her-
haaldelijk vallen doen
aan haar conditie geen
goed. Maar de door
Renee geregelde kap-
persessie doet haar wel
goed. Een statieportret,
zes weken na de operatie.
14
15
Ook op de eerste
verdieping van De
Die, met de naam
Fuut, kan ze niet
langer blijven.
Serieuze revalidatie
is niet echt aan de
orde. Het is nu ook
de experts duidelijk
dat ze behoorlijk
verward is.
Er komt een nieuwe
indicatie. Ma moet
naar een gesloten af-
deling. Zij en haar
medebewoners daar
kunnen alleen onder
begeleiding naar
buiten.
16
Begeleid in de
tuin van De
Die. Daar kan
ze naar toe als
de begeleider
(s) de code
van de lift en
de deuren ken-
nen.
Want zelf zijn
de bewoners
„opgesloten‟.
De tuin, er-
gens tussen
Schoorl en
Sitges volgens
haar, vindt ze
erg mooi.
17
Zondagmiddag, een tukkie in de woonkamer. De
kamergenoot houdt de wacht. “Ik moet heel veel
om haar lachen, ze is een grapjas” lispelt die.
18
Maar Ma wordt altijd
weer wakker. Met een
verdacht grote blauwe
plek en wond op haar
arm. Weer „op de grond
aangetroffen‟ zeker.
Het personeel weet van
niets. Hebben het nog
niet eerder gezien, niet
„geregistreerd‟.
19
Hoopvolle schok …
Maar ze ademt nog, en ze snurkt zachtjes.
Renee schreef later:
“Beladen met vruchtenkwarkjes en
rijstpuddinkjes met vanille (want daar
is ze dol op) ben ik vanmorgen op weg
gegaan naar De Die. In het restaurant
even een lepeltje gejat om haar een en
ander te voeren en toen naar de 3de
etage. Ma zat niet in de huiskamer,
dus op naar haar kamer. Daar trof ik
Ma in bed aan met Will op de knieen
op de matras ernaast, een yoghurtje
lepelend aan Ma.
Jan was er ook. “
20
“Will was nogal somber, want ze had het idee dat Ma nu
helemaal niets meer at en vertelde dat ze had gezegd dat
ze naar 'moeder en Suze' wilde gaan.
Will interpreteerde dat als een aankondiging van afscheid
nemen. Kan waar zijn, maar toen Will en Jan vertrokken
waren en ik op de knieen naast haar zat, vond ik haar heel
levendig en blij. Ze had ook aan Will gevraagd of die wilde
zorgen dat haar kleren en spullen goed terecht kwamen.
Er stond een glas met vloeibaar astronautenvoer, waarvan
een van de verzorgers zei dat dat vol zat met goede stof-
fen, speciaal voor te magere mensjes.
Ik heb haar gevraagd een rietje te halen omdat dat makke-
lijker drinken is als je ligt. Dat kwam en het glas ging
achterelkaar leeg. Ze zei dat ze toen wel vol was en niets
meer wilde eten.
Intussen waren Will en Jan naar de linnenkamer geweest op zoek naar de verdwenen kleren en jawel... Will kwam even later helemaal blij melden dat alles terecht was. Ze heeft nu alles meegenomen naar huis om te labelen.
Dus Mike... ontspannen maar weer.”
21
“Ik heb nog een poosje naast haar gezeten, haar haar gekamd en gebabbeld. Ze was opmerkelijk helder en vertelde dat Tante Wim was geweest. Ze had echter geen idee wie dat was en toen ik de naam Granetia noemde, zei ze: "Ach, natuur-lijK, hoe kan ik die nou vergeten!" Verder vertelde ze, dat ze het zo fijn vond, dat Theo bijna iedere dag kwam en zo lief voor haar was (ja, echt!) en dat ze zo blij was dat wij (de kinderen) zo goed met elkaar konden op-schieten. Ze kreeg er tranen van in de ogen. Ik heb gezegd dat ze daar niet om moest huilen, maar dat ze daar juist om moest lachen. Grote grijns en 'je hebt helemaal gelijk'.
Kortom: ik ging ook helemaal blij naar huis toen ik merkte dat ze moe was en haar ogen begon-nen te luiken. Ik heb echt contact met haar ge-had.
Kus van Renée.”
22
Ook Will heeft de handen en
het hoofd vol van de situatie.
Vele faxen doen verslag.
23
24
Enkele
dagen
later
breekt
even een
glimlach
door.
Maar ze
heeft
geen tijd.
De kin-
deren ko-
men zo
uit school
en ze
moet nog
bood-
schappen
doen.
25
De mussen vallen
van het dak door de
hitte. Maar ma heeft
het koud.
Alleen omdat de
ramen een beetje
open staan vallen
we niet flauw. Een
wolkbreuk heeft
vannacht Amster-
dam onder water
gezet. Overdag was
het 32 graden C.
En vanavond moet
Nederland in Zuid-
Afrika wereldkam-
pioen voetbal
worden.
Roerige tijden!
26
Naast de dagelijkse problemen met die
kleine meid die ze niet kan vinden, en de
jongen die onduidelijk op pad is, mist Ma
haar moeder erg. Ze is er heel treurig onder
dat die haar nooit komt opzoeken.
“Hoe is het thuis, jongen? Bij ons thuis
bedoel ik?” vraagt ze vaak.
Daarmee bedoelt ze duidelijk niet de
Schouwstraat, maar het Hoeksewaardplein
of misschien zelfs Kattenburg. Misschien
ook ben ik dan even haar jongere broer
Henk. Want die komt nog wel eens langs,
en Moeder en Suze nooit.
27
Toch blijft ze de clown, maar godzijdank
krijgt ze haar benen niet meer in haar nek ...
28
Ma gaat aan
de drank.
Vroeger een
advocaatje op
een verjaar-
dag.
Nu een advo-
caatje per be-
zoekuur.
“Heerlijk,
heerlijk, het
is hier zo
zalig …”
29
Vrijdag 6
augustus
Maatje
Advocaatje
30
Haalt ze de honderd? Een vraag die met name het per-
soneel van de Die bezig houdt. Ma is de oudste, ze kan
een record breken.
Wij hebben er een hard hoofd in. Vaak is ze heel moe,
en bij een van de bezoekjes huilt ze:‟ik heb het
benauwd, hou maar op, maak me maar af‟. Maar al ze
even later vriendelijk in bed gestopt is breekt er toch
weer een zwakke glimlach door. Haalt ze de honderd?
31
Haalt ze de honderd?
Wordt misschien vervolgd ...