rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten fryslân en ...
Transcript of rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten fryslân en ...
PROEF MESTSCHEIDING
WEIDEVOGELRESERVATEN
FRYSLÂN EN GRONINGEN 2010
In opdracht van:
RAPPORTAGE
PROEF MESTSCHEIDING
WEIDEVOGELRESERVATEN
FRYSLÂN EN GRONINGEN 2010
JPMA Rapportnummer: 20100501
Opdrachtgever: Altenburg en Wymenga ecologisch onderzoek bv, Veenwouden
Auteur: Ing. Bob Jonge Poerink
Foto’s: Ruurd Jelle van der Leij (www.pbase.com/ruurdjellevanderleij) en auteur
Zuurdijk, juni 2010
© Niets uit deze rapportage mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Jonge Poerink Milieuadvies Disclaimer: de inhoud van dit document is met uiterste zorg samengesteld. Desondanks wordt de informatie in dit document echter aangeboden zonder enige garantie of waarborg ten aanzien van haar deugdelijkheid en geschiktheid voor een bepaald doel of anderszins. Jonge Poerink Milieuadvies sluit alle aansprakelijkheid uit voor enigerlei directe of indirecte schade, van welke aard dan ook, die voortvloeit uit of in enig opzicht verband houdt met het gebruik van dit document.
JPMA JPMA JPMA JPMA ---- Hoofdweg 46 Hoofdweg 46 Hoofdweg 46 Hoofdweg 46 ---- 9966 VC Zuurdijk 9966 VC Zuurdijk 9966 VC Zuurdijk 9966 VC Zuurdijk –––– teltelteltel.... 0595059505950595----571170 571170 571170 571170 –––– www.jpma.nlwww.jpma.nlwww.jpma.nlwww.jpma.nl ---- [email protected]@[email protected]@jpma.nl
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
1
Inhoudsopgave
SAMENVATTING ...................................................................................................................................... 2
1. INLEIDING ........................................................................................................................................ 4
2. OPZET EN WERKWIJZE ..................................................................................................................... 6
3. RESULTATEN EN ERVARINGEN ........................................................................................................ 9
3.1 Opbrengst dikke fractie ........................................................................................................... 9
3.2 Chemische analyseresultaten ................................................................................................ 10
3.3 Evaluatie ................................................................................................................................ 14
3.3.1. Kwaliteit van dikke fractie ............................................................................................ 14
3.3.2 Technisch gebruik .......................................................................................................... 16
3.3.3 Kosten ............................................................................................................................ 16
4. TOEKOMSTPERSPECTIEF ................................................................................................................ 18
5. AANDACHTSPUNTEN EN VERVOLGONDERZOEK .......................................................................... 21
6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN ................................................................................................ 23
7. GEBRUIKTE LITERATUUR ............................................................................................................... 25
Bijlagen 1. Documentatie Key Dollar Tri Rod
2. Documentatie MAS schroefpersfilter
3. Documentatie Bauer S855
4. Documentatie Börger Bioselect
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
2
5.
SAMENVATTING Mestscheiding is een techniek waarbij drijfmest wordt gescheiden in een dunne en een dikke fractie.
Globaal lijkt de samenstelling van de dikke fractie op ruige stalmest. De dikke fractie zou daarom
mogelijk een prima vervanger van ruige stalmest kunnen zijn bij het beheer van weidevogelgrasland.
Aangezien de meeste melkveehouders stalsystemen op basis van drijfmest hebben, is er vaak
onvoldoende vaste mest beschikbaar voor de weidevogelreservaten. Het is voor het beheer van de
reservaten van groot belang dat een bron van vaste mest wordt gevonden die voor de pachters
inpasbaar is in de bestaande stalsystemen.
Mestscheiding heeft de volgende voordelen:
- Geen aanpassing van het stalsysteem noodzakelijk
- Geen invoer nodig van bedrijfsvreemde mest, met het bijbehorende risico op ziektekiemen
- Plaatsingsruimte voor stikstof en fosfaat blijft behouden.
In het kader van het ‘Investeringsplan weidevogelreservaten Fryslân en Groningen’ is daarom een
proef uitgevoerd met scheiding van rundveedrijfmest bij pachters van weidevogelreservaten van
Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en het Groninger Landschap. De doelstelling van de proef was
om de geschiktheid van mestscheiding als techniek ten behoeve van weidevogelbeheer in kaart te
brengen.
Uit de mestscheidingsproef komt naar voren dat de dikke fractie die bij scheiding van
rundveedrijfmest vrij komt qua organische stof en nutriënten gehalten uitermate geschikt is voor
weidevogelgrasland. Vooral voor kuikenland lijkt dikke fractie een zeer geschikte meststof te zijn.
Ten opzichte van drijfmest, en zelfs ten opzichte van ruige stalmest, komt de dikke fractie qua
verhouding tussen nutriënten en organische stof positief naar voren. Het N-totaal gehalte is per ton
organische stof in dikke fractie circa 45% lager dan in drijfmest en circa 25 % lager dan in ruige
stalmest. Het fosfaatgehalte is per ton organische stof maar liefst circa 40% lager in de dikke fractie
dan in ruige stalmest en drijfmest. Per pachter zijn er, afhankelijk van hoe structuurrijk het
voederrantsoen is, aanzienlijke verschillen in het scheidingsrendement.
De nieuwste typen mestscheiders hebben een dusdanige capaciteit dat mestscheiding zowel
kostentechnisch als praktisch gezien een haalbaar alternatief voor ruige stalmest kan gaan worden.
Op basis van de huidige informatie komen de kosten van huur en stroom op ongeveer € 5 per m3
dikke fractie. Mestscheiding kan in de toekomst een belangrijke rol gaan spelen voor het
weidevogelbeheer; niet alleen voor de reservaten maar ook voor SAN/SNL weidevogelgrasland.
Onderzoek naar de verdere optimalisatie van de kwaliteit van dikke fractie en het effect van dikke
fractie op weidevogelgrasland is gewenst.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
3
Dankwoord
De mestscheidingsproef had niet gerealiseerd kunnen worden zonder de inzet van een groot aantal
personen. Vooral de pachters die op vrijwillige basis hebben meegewerkt aan de
mestscheidingsproef zou ik willen bedanken voor hun medewerking:
Gatze Van der Meer, Heeg
Oane De Boer, Gaastmeer
Gatze Ykema, Gaastmeer
Piet en Chris Zonderland, Koudum
Anton Stokman, Koudum
Gerhard Stol, Ten Post
Bert Zwakenberg, Adorp
Paul Derksen, Adorp
Arnold Onnes, Adorp
Vanuit de terreinbeherende organisaties hebben Durk Postma (Staatsbosbeheer), Gerrit Wierda
(Staatsbosbeheer), Jacob de Bruin (Natuurmonumenten) en Arjan Hendriks (Groninger Landschap)
de proef begeleid.
In het bijzonder zou ik Sytse Terpstra (Skriezekrite Idzegea) en Gert-Jan Stoeten (Vereniging
Duurzame Landbouw Stad en Ommeland) willen bedanken voor hun inzet.
Mede namens Ernst Oosterveld en Bauke Roelevink van Altenburg en Wymenga allen nogmaals
hartelijk dank!
Bob Jonge Poerink
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
4
1. INLEIDING Mestscheiding is een techniek waarbij drijfmest wordt gescheiden in een dunne en een dikke fractie.
Om de afvoerkosten van fosfaat te beperken wordt mestscheiding, vooral in de varkenshouderij
toegepast. Ook rundveedrijfmest kan prima worden gescheiden. Globaal lijkt de samenstelling van de
dikke fractie op ruige stalmest. De dikke fractie zou daarom mogelijk een prima vervanger van ruige
stalmest kunnen zijn bij het beheer van weidevogelgrasland.
Aangezien de meeste melkveehouders stalsystemen op basis van drijfmest hebben, is er vaak
onvoldoende vaste mest beschikbaar voor de weidevogelreservaten. Het is voor het beheer van de
reservaten van groot belang dat een bron van vaste mest wordt gevonden die voor de pachters
inpasbaar is in de bestaande stalsystemen. Uit een inventarisatie van alternatieven voor vaste
rundveestalmest die in 2008 is uitgevoerd, kwam mestscheiding als een potentieel belangrijk
alternatief naar voren (Jonge Poerink, 2008).
Mestscheiding heeft de volgende voordelen:
- Geen aanpassing van het stalsysteem noodzakelijk
- Geen invoer nodig van bedrijfsvreemde mest, met het bijbehorende risico op ziektekiemen
- Plaatsingsruimte voor stikstof en fosfaat blijft behouden
- De dunne fractie heeft een relatief hoog minerale stikstof gehalte en kan daarom op niet-
weidevogelgrasland gebruikt worden als kunstmestvervanger.
In het kader van het ‘Investeringsplan weidevogelreservaten Fryslân en Groningen’ is daarom een
proef uitgevoerd met scheiding van rundveedrijfmest bij pachters van weidevogelreservaten van
Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en het Groninger Landschap. De doelstelling van de proef was
om de geschiktheid van mestscheiding als techniek ten behoeve van weidevogelbeheer in kaart te
brengen. Hierbij hebben de volgende punten in het bijzonder aandacht gehad:
- De gehalten organische stof en nutriënten van de dikke fractie na scheiding van
rundveedrijfmest
- De geschiktheid van dikke fractie voor gebruik in weidevogelreservaat
- De technische en organisatorische uitvoerbaarheid van mestscheiding van rundveedrijfmest
- De technische geschiktheid van mobiele mestscheiders van het type Key Dollar Tri Rod en
SMICON MAS schroefpersfilter.
Daarnaast was een niet onbelangrijke nevendoelstelling van de proef gericht op het geven van
bekendheid aan mestscheiding als techniek om vaste mest voor weidevogelgrasland te produceren.
Ten slotte dient te worden opgemerkt dat de proef geen wetenschappelijk karakter had, maar dat er
vooral sprake was van een verkennend en toegepast onderzoek naar de mogelijkheden van
mestscheiding als techniek ten behoeve van het weidevogelbeheer. In 2009 is er een uitgebreid
wetenschappelijk onderzoek naar mestscheiding door de WUR verricht onder de naam MOBIEDIK
(Verloop, 2009b). MOBIEDIK was gericht op mestscheiding ten behoeve van afvoer van
mestoverschotten en het gebruik van dunne fractie als kunstmestvervanger in de reguliere
melkveeveehouderij. De dikke fractie wordt dan meer als ‘afvalproduct’ gezien, terwijl dit voor het
weidevogelbeheer juist het product is waar het om draait. Relevante resultaten van het WUR
onderzoek zijn uiteraard wel meegenomen in deze rapportage.
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 wordt de opzet en werkwijze van de proef toegelicht. Vervolgens worden in hoofdstuk
3 de resultaten en van de proef weergegeven en opgedane ervaringen besproken. In hoofdstuk 4
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
5
worden de mogelijkheden van mestscheiding voor het weidevogelbeheer toegelicht. Tenslotte zijn in
hoofdstuk 5 de conclusies en aanbevelingen opgenomen.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
6
2. OPZET EN WERKWIJZE
De mestscheidingsproef is in de periode januari – april 2010 uitgevoerd bij een aantal pachters van
weidevogelreservaat in provincies Friesland en Groningen. Het betreft in Friesland de reservaten
Langehoek en Heanmar van Staatsbosbeheer en in Groningen de Hoeksmeer (Natuurmonumenten)
en Paddepoel in het Reitdiepdal (Groninger Landschap).
Tabel 2.1 geeft een overzicht van de bij de proef betrokken pachters en terreinbeheerders.
Tabel 2.1. Overzicht van de bij de mestscheidingsproef betrokken pachters en terreinbeheerders
Naam reservaat TBO Contactpersoon TBO
Naam pachter
Langehoek, Fryslân
Staatsbosbeheer Durk Postma
Gerrit Wierda
Van der Meer – Heeg
De Boer – Gaastmeer
Ykema – Gaastemeer
Heanmar, Fryslân Staatsbosbeheer Durk Postma
Gerrit Wierda
Zonderland – Koudum
Stokman – Koudum
Hoeksmeer, Groningen
Natuurmonumenten Jacob de Bruin Stol – Ten Post
Paddepoel, Reitdiepdal, Groningen
Het Groninger
Landschap
Arjan Hendriks Zwakenberg – Groningen
Derksen – Adorp
Onnes – Adorp
In Friesland is geëxperimenteerd met de mestscheider van het type Key Dollar Tri Rod. De firma Bos
Benelux uit Dordrecht heeft in het kader van de proef een mobiele scheider van dit type beschikbaar
gesteld voor verhuur. In bijlage 1 is documentatie over dit type scheider opgenomen. Op basis van de
volgende, op voorhand verstrekte, informatie is gekozen voor de Tri Rod:
- Relatief lage prijs van de scheider
- Laag stroomverbruik (0,5 kW)
- Apparaat vereist weinig toezicht
- De dikke fractie is een mooi stapelbaar product.
Figuur 2.1 geeft een indruk van de Key Dollar Tri Rod.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
7
In de provincie Groningen is geëxperimenteerd met een mobiele mestscheider van het type MAS
schroefpersfilter (zie bijlage 2), zoals deze door de firma SMICON wordt geproduceerd. Deze mobiele
installatie is in het kader van de proef gehuurd bij de firma Albers mestdistributie. Er is voor de MAS
schroefpersfilter gekozen vanwege het feit dat deze scheider zich, onder andere bij het WUR
onderzoek, al goed had bewezen. Daarnaast gaf de verhuurder aan dat er sprake was van een relatief
laag stroomverbruik, een functionerende overloopbeveiliging en zou er weinig toezicht vereist zijn.
Ook de dikke fractie die vrij komt uit de MAS scheider zou goed stapelbaar zijn De figuren 2.2 en 2.3
geven een indruk van de mobiele MAS schroefpersfilter van SMICON.
Figuur 2.2. Mobiele MAS mestscheider
Figuur 2.3. SMICON MAS- schroefpersfilter
Figuur 2.1. Key Dollar mestscheider in actie bij Ykema, Gaastmeer
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
8
De pachters hebben, na instructie van de verhuurder, zelfstandig de mestscheider bedient. Dit was
uitdrukkelijk de bedoeling omdat tijdens de proef ook de technische en organisatorische
uitvoerbaarheid van mobiele mestscheiding in de dagelijkse praktijk van de pachters naar voren zou
moeten komen. Daarnaast werden de volgende instructies aan de pachters gegeven:
- Mestscheiding staat of valt met vooraf goed mixen van de drijfmest. Zonder mixen wordt
alleen de waterige fractie onder de vaste koek in de kelder door de scheider gepompt. Dit
levert uiteraard nauwelijks dikke fractie op. Daarom de dag voor scheiding de drijfmest
grondig mixen.
- Er moet een gescheiden opslagmogelijkheid voor de dunne fractie aanwezig zijn. Dit kan
bijvoorbeeld in een gecompartimenteerde mestkelder, mestsilo of mestzak. De afstand van
scheider naar opslag van dunne fractie mag niet te groot zijn (< circa 25 m)
- De mestscheider moet vóór verplaatsing naar de volgende pachter goed worden
schoongemaakt en ontsmet. Dit ter voorkoming van verspreiding van Salmonellose en
Paratuberculose.
- De (tijdelijke) opslag van de dikke fractie moet volgens de regelgeving plaatsvinden. Om
bodemverontreiniging tijdens het scheiden te beperken kan een strobed worden aangelegd,
dat verontreiniging kan opnemen. Het stro is daarnaast gunstig voor het organische
stofgehalte van de dikke fractie.
De pachters hebben zelf de geproduceerde hoeveelheid dikke fractie en het aantal draaiuren
bijgehouden. De pachters van de Langehoek werden gedurende het hele proces vanuit de
Skriezekrite Idzegea ondersteund door Sytse Terpstra uit Gaastmeer. De proef bij de pachters van
Het Groninger Landschap werd organisatorisch ondersteund door Gert-Jan Stoeten van Vereniging
Duurzame Landbouw Stad & Ommeland.
Bij alle pachters zijn monsters genomen van de ingaande rundveedrijfmest, de dikke fractie en de
dunne fractie. Deze monsters zijn vervolgens bij BLGG in Oosterbeek geanalyseerd op de volgende
parameters:
- Droge stof
- Ruw as
- Organische stof
- Stikstof - totaal
- Stikstof- ammoniak
- Stikstof- organisch
- Fosfor/Fosfaat
- Kalium/Kali
- Magnesium/Magnesia
- Natrium/Natron
Daarnaast werd door BLGG de C/N verhouding berekend.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
9
3. RESULTATEN EN ERVARINGEN
3.1 Opbrengst dikke fractie
De opbrengst aan dikke fractie is weergegeven in tabel 3.1.
Tabel 3.1. Aantal draaiuren en opbrengst dikke fractie per pachter
Pachter Aantal draaiuren Geschatte totale opbrengst dikke fractie (in m3)
Geschatte opbrengst per uur (in m3)
Van der Meer 40 40 1
De Boer 40 40 1
Ykema 40 60 1,5
Zonderland 35 50 1,5
Stokman 8 12 1,5
Stol 70 50 0,75
Zwakenberg 0 0 0
Derksen 22 25 1
Onnes 32 35 1
Totaal 287 312 1
Uit tabel 3.1 blijkt dat de opbrengst gemiddeld rond de 1 m3 dikke fractie per uur ligt en varieerde
tussen de 0,75 en 1,5 m3 per uur. Gemiddeld moest circa 4-5 m3 rundveedrijfmest worden
gescheiden om 1 m3 dikke fractie te verkrijgen. Vooral relatief dikke drijfmest ging zeer langzaam
door de scheider, waardoor de opbrengst juist bij dikke drijfmest laag was. Dit was bijvoorbeeld het
geval bij pachter Stol. Bij pachter Ykema kon de opbrengst aan dikke fractie worden verhoogd door
tussentijds opnieuw te mixen. Dit onderstreept het belang van goed mixen bij mestscheiding.
De figuren 3.1 t/m 3.6 geven een impressie van de mestscheiding met de MAS schroefpersfilter bij
pachter Derksen in het Reitdiepdal bij Groningen.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
10
3.2 Chemische analyseresultaten
Figuur 3.1. De dikke fractie komt vrij uit de MAS
schroefpersfilter
Figuur 3.2. Via een transportband wordt de dikke
fractie geladen op een kieper
Figuur 3.3. De dikke fractie is een mooi
stapelbaar product
Figuur 3.4. De dunne fractie wordt in een
mestkelder geleid
Figuur 3.5. De dikke fractie wordt gemengd met
stroresten uit de kalverhokken
Figuur 3.6. De dikke fractie trekt strontvliegen
aan, die weer een voedselbron kunnen zijn voor
weidevogelkuikens
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
11
De chemische analyseresultaten van ingaande drijfmest, dikke fractie en dunne fractie zijn in tabel
3.2 vermeld. Het dient te worden opgemerkt dat de bemonstering en analyses niet in duplo zijn
uitgevoerd.
Tabel 3.2. Chemische analyseresultaten van ingaande drijfmest (RDM), dikke fractie(DIK) en
dunne fractie(DUN) per pachter
Pachter Monster Org. Stof (kg/ton
product)
N-tot. (kg/ton
product)
C/N N-NH3 (kg/ton
product)
N-org. (kg/ton
product)
Fosfaat (kg/ton
product)
Kali (kg/ton
product)
Van der Meer (Key Dollar)
RDM 73 4,55 7 2,4 2,2 1,74 6,4
DIK 143 4,81 13 2,3 2,5 2,24 5,3
DUN 66 4,52 7 2,3 2,2 1,74 6,5
De Boer (Key Dollar)
RDM 86 4,98 8 2,1 2,9 1,85 6,3
DIK 182 5,92 14 1,7 4,2 2,31 4,8
DUN 63 4,7 6 2,4 2,3 1,72 6,5
Ykema (Key Dollar)
RDM 69 3,92 8 1,8 2,1 1,4 6
DIK 135 4,43 14 1,8 2,6 2,08 5,7
DUN 50 3,85 6 1,8 2,1 1,37 6,1
Zonderland (Key Dollar)
RDM 61 4,78 6 2,1 2,7 1,97 6,4
DIK 165 5,19 14 1,9 3,3 1,83 5,5
DUN 77 4,81 7 2,1 2,7 1,92 6,3
Stokman (Key Dollar)
RDM 73 2,72 12 2,2 0,5 1,58 3,6
DIK 104 2,9 16 1,1 1,8 1,9 3,9
Stol (MAS)
RDM 82 5,49 7 2,3 3,2 2,50 9,3
DIK 125 5,51 10 1,1 4,4 2,98 8,6
DUN 58 5,45 5 2,6 2,9 2,31 9,4
Derksen (MAS)
RDM 59 4,34 6 2,2 2,1 1,49 6,6
DIK 157 4,69 15 2,1 2,6 2,06 5,3
DUN 42 4,30 4 2,2 2,1 1,47 6,9
Onnes (MAS)
RDM 64 3,94 7 2,3 1,6 1,67 6,7
DIK 108 4,48 11 1,8 2,7 2,24 6,4
DUN 59 3,77 7 2,1 1,7 1,51 7,0
Uit tabel 3.2 blijkt dat er aanzienlijke verschillen zijn per pachter. Dit heeft vooral te maken met
verschillen in het type ingaande mest ten gevolge van het rantsoen dat de betreffende pachter voert.
Relatief weinig verschil is er tussen de analyseresultaten van de scheiding met de Key Dollar en de
MAS. Bij de bespreking van de analyseresultaten wordt verder geen onderscheid tussen beide
mestscheiders gemaakt. Opvallend is dat de gemeten gehalten in de dikke en de dunne fractie
gemiddeld soms hoger liggen dan het gehalte in de ingaande rundveedrijfmest. Dit is
theoretisch niet waarschijnlijk. Mogelijk ligt het aan de monsterneming.
In tabel 3.3 zijn per mestsoort de gemiddelde gehalten weergegeven.
Tabel 3.3. Gemiddelde gehalten in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne fractie
Mestsoort Org. Stof (kg/ton
product)
N-tot. (kg/ton
product)
C/N N-NH3 (kg/ton
product)
N-org. (kg/ton
product)
Fosfaat (kg/ton
product)
Kali (kg/ton
product)
Rundveedrijfmest 69 4,2 8 2,2 2,0 1,7 6,0
Dikke fractie 140 4,8 13 1,7 3,0 2,2 5,7
Dunne fractie 59 4,5 6 2,2 2,3 1,7 7,0
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
12
Organische stof
In figuur 3.7 is het gemiddelde gehalte organische stof in rundveedrijfmest, dikke fractie en
dunne fractie weergegeven.
0
20
40
60
80
100
120
140
Organische stof (in kg/ton product)
RDM
DIK
DUN
Figuur 3.7. Gemiddeld gehalte organische stof (in kg per ton product) in rundveedrijfmest,
dikke fractie en dunne fractie
Uit figuur 3.7 blijkt dat het gemiddelde organische stofgehalte in de dikke fractie ongeveer
verdubbelt ten opzichte van de ingaande rundveedrijfmest.
Stikstof
In figuur 3.8 is het gemiddelde gehalte stikstof-totaal, stikstof-ammoniak en stikstof-
organisch in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne fractie weergegeven.
0
1
2
3
4
5
N-totaal N-NH3 N-org.
RDM
DIK
DUN
Figuur 3.8. Gemiddelde gehalten N-totaal, N-ammoniak en N-organisch (in kg per ton
product) in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne fractie
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
13
Per ton product stijgt het gemiddelde stikstof totaal gehalte in de dikke fractie licht ten opzichte van
de ingaande rundveedrijfmest. Van een extreme ophoping van stikstof in de dunne fractie is geen
sprake. Opvallend is dat het stikstof ammoniak gehalte daalt en het organische stikstof juist
toeneemt in de dikke fractie.
C/N verhouding
In figuur 3.9 is de gemiddelde C/N verhouding in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne
fractie weergegeven.
0
2
4
6
8
10
12
14
C/N verhouding
RDM
DIK
DUN
Figuur 3.9. Gemiddelde C/N verhouding in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne fractie
De C/N verhouding van de dikke fractie is bijna twee keer zo hoog als van de ingaande drijfmest en
de dunne fractie
Fosfaat
In figuur 3.10 is het gemiddelde totaal fosfaatgehalte in rundveedrijfmest, dikke fractie en
dunne fractie weergegeven.
0
0,5
1
1,5
2
2,5
Fosfaat-totaal
RDM
DIK
DUN
Figuur 3.10. Gemiddeld gehalte Fosfaat/totaal (in kg per ton product) in rundveedrijfmest,
dikke fractie en dunne fractie
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
14
Per ton product stijgt het fosfaat gehalte in de dikke fractie licht ten opzichte van de
ingaande rundveedrijfmest. Van een extreme ophoping van fosfaat in de dikke fractie is geen
sprake.
Kali
In figuur 3.11 is het gemiddelde kaligehalte in rundveedrijfmest, dikke fractie en dunne
fractie weergegeven.
0
1
2
3
4
5
6
7
Kali (in kg per ton product)
RDM
DIK
DUN
Figuur 3.11. Gemiddeld gehalte kali (in kg per ton product) in rundveedrijfmest, dikke fractie
en dunne fractie
Per ton product daalt het kaligehalte in de dikke fractie licht ten opzichte van de ingaande
rundveedrijfmest. In de dunne fractie is sprake van een lichte stijging van het kaligehalte ten opzichte
van de drijfmest. Van een extreme ophoping van kali in de dunne fractie is geen sprake.
3.3 Evaluatie
3.3.1. Kwaliteit van dikke fractie
Door de hoge stikstoftoevoer vanuit bemesting is de productie van grasland, ook bij agrarisch
natuurbeheer, vaak hoog. De vegetatie is zo dicht dat deze moeilijk doordringbaar kan worden voor
weidevogelkuikens. Het foerageren kost meer energie dan het oplevert en de kuikens verhongeren
of vormen een makkelijke prooi voor predators. Een ideale meststof voor weidevogelgrasland bevat
dan ook veel organische stof voor het bodemleven, maar niet te veel nutriënten. Om de chemisch-
analytische kwaliteit van de dikke fractie te kunnen vergelijken met die van ruige stalmest en
drijfmest is in tabel 4.1 het gehalte van de verschillende nutriënten per ton opgebrachte organische
stof weergegeven.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
15
Tabel 4.1. Gehalten van stikstof, fosfaat en kali in ruige stalmest, drijfmest en dikke fractie per ton
organische stof. De percentages geven het procentueel verschil van de hoeveelheid nutriënten ten
opzichte van drijfmest aan.
Parameter Ruige stalmest (6 ton)*
Drijfmest (15 ton)*
Dikke fractie (7 ton)*
N-totaal (kg) 45 (-25 %) 60 33 (-45 %)
N- ammoniak (kg) 10 (-65 %) 30 12 (-60 %)
N-organisch (kg) 35 (+15 %) 30 21 (-30 %)
Fosfaat(kg) 25 (0 %) 25 15 (-40 %)
Kali (kg) 50 (-40 %) 80 40 (-50 %)
C/N verhouding 12 7 14
* Hoeveelheid product waarin totaal ongeveer 1 ton organische stof zit
Ten opzichte van drijfmest komt dikke fractie en ruige stalmest qua verhouding tussen nutriënten en
organische stof gunstig naar voren. De nutriëntengehalten van de dikke fractie zijn zelfs nog wat
gunstiger dan die van ruige stalmest. Het fosfaatgehalte is per ton organische stof maar liefst 40%
lager in de dikke fractie dan in ruige stalmest en drijfmest. Het N-totaal gehalte is per ton organische
stof in dikke fractie circa 45% lager dan in drijfmest en 25 % lager dan in ruige stalmest. Wel is de
verhouding tussen de direct opneembare N-ammoniak en de geleidelijk opneembare N-organisch bij
ruige stalmest beter dan bij dikke fractie. De hoeveelheid N-ammoniak is bij ruige stalmest en dikke
fractie echter ongeveer van dezelfde ordegrootte. Al met al kunnen op basis van bovenstaande
gegevens de volgende voordelen van dikke fractie worden verwacht:
- Minder productie van grasland door lagere stikstof en fosfaatgehalten per ton opgebrachte
organische stof. In verband met de slechte kuikenoverleving die in verband wordt gebracht
met de slechte doordringbaarheid van te sterk bemest grasland, zou dit een sterke
verbetering van het weidevogelbeheer kunnen betekenen.
- Minder blootstelling van het bodemleven aan ammoniak. In vergelijking met drijfmest is de
blootstelling van het bodemleven aan ammoniak waarschijnlijk duidelijk geringer. Ammoniak
in de bodem kan een toxische werking hebben op regenwormen en andere
bodemorganismen.
- Minder ophoping van fosfaat in de bodem. Als een bepaalde hoeveelheid organische stof
wordt opgebracht via bemesting zal daarmee bij dikke fractie in vergelijking met drijfmest en
ruige stalmest minder fosfaat worden opgebracht. Fosfaatophoping in de bodem kan leiden
tot verruiging van grasland.
- Meer kruidenrijkdom doordat er minder nutriënten worden opgebracht bij eenzelfde
toevoer van organische stof voor het bodemleven.
- Minder uitspoeling van stikstof en fosfaat naar het oppervlaktewater kan een gunstig effect
hebben op de waterkwaliteit van sloten en ander oppervlaktewater.
De verminderde nutriëntentoevoer kan echter wel nadelig zijn voor het bodemleven. Door de
bijbehorende verlaging van de productie zal de toevoer van organisch materiaal vanuit de vegetatie
ook verminderen. Dit betekent een verminderde toevoer van voedsel voor bodemorganismen, zoals
regenwormen. Vooral bij grasland dat in eerste instantie fungeert als foerageergebied voor adulte
weidevogels is dit een factor om rekening mee te houden.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
16
3.3.2 Technisch gebruik
Key Dollar Tri Rod
De Key Dollar Tri Rod was in korte tijd (circa 15 – 20 minuten) op te stellen. De bediening was vrij
eenvoudig. De scheider draaide zeer rustig, terwijl de pomp werd aangedreven door een stationair
draaiende trekker. Transport van pachter naar pachter kon zowel op een aanhanger achter een
personenwagen als in de hefinrichting van een trekker plaatsvinden.
Het gebruik van de Tri Rod werd gekenmerkt door een reeks van tegenslagen en calamiteiten. Dit
ondanks de goede ondersteuning vanuit Bos Benelux. Er is een aantal keren sprake geweest van
lekkage waarbij enkele kubieke meters drijfmest over het betreffende erf is gelopen. Deze
calamiteiten werden veroorzaakt door de volgende omstandigheden:
- Een strenge vorstperiode waardoor onderdelen van de scheider bevroren raakten
- Een niet goed functionerende schraper, zodat er verstopping van afvoerleidingen is
opgetreden
- Een machine die, in de uitvoering zoals die tijdens de proef gebruikt is, onvoldoende robuust
was om als mobiele installatie te kunnen fungeren
- Het ontbreken van afdoende overloopbeveiligingen.
De elektromotor op de scheider zelf verbruikte circa 0,5 kWh. Daarnaast was het verbruik van de
trekker om de pomp aan te drijven circa 1 tot 1,5 l gasolie per uur.
In verband met de kans op lekkage was er een bijna voortdurende controle van de scheider nodig.
Dit was voor de betreffende pachters een haast onwerkbare situatie. Uiteindelijk is in overleg met
Bos Benelux besloten om de proef met de Key Dollar Tri Rod stop te zetten.
MAS schroefpersfilter
De MAS schroefpersfilter was vrij gemakkelijk en in relatief korte tijd (circa 30 minuten) op te
stellen. De bediening van de scheider was vrij eenvoudig. De scheider draaide zeer stabiel en rustig.
Een probleem vormde de pomp die de drijfmest uit de kelder naar de verzamelbak op de mobiele
installatie pompt. Op het moment dat deze pomp aan sloeg ontstond er een kortstondige piek van
ruim 20 kWh. Voor de elektrische installaties van de betreffende veehouders bleek dit veelal een te
hoge piek te zijn. Alleen bij pachter Derksen kon de elektrische installatie deze kortstondige
stroompiek aan. Daar draaide de scheider dan ook naar tevredenheid. Verder was er soms sprake
van verstopping van de wormpomp met haren of lange kuilresten.
Bij pachter Stol is het stroomverbruik door een installatiebedrijf gemeten. Het stroomverbruik van
de scheider lag op circa 2,2 kWh.
Alle pachters gaven aan dat de scheider regelmatig gecontroleerd moet worden of deze nog goed
draait, of dat er bijvoorbeeld dikke fractie moet worden afgevoerd naar de opslag.
Transport van pachter naar pachter kon zowel op een aanhanger achter een wat zwaardere
personenwagen als in de hefinrichting van een trekker plaatsvinden.
3.3.3 Kosten
Voor het weidevogelbeheer moet worden uitgegaan van de kosten per m3/ton dikke fractie. De
dikke fractie is het product waar de scheiding in eerste instantie voor wordt uitgevoerd. De kosten
per m3 dikke fractie zijn tijdens de proef veel te hoog geweest en lag rond de 20 € per m3. Dit wordt
voornamelijk veroorzaakt door het experimentele karakter van de proef en de tegenvallende
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
17
opbrengst aan dikke fractie van de betreffende mestscheiders. De genoemde kosten zijn daarom niet
representatief voor wat mestscheiding in de praktijk kost. Uit het volgende hoofdstuk blijkt dat door
de inzet van nieuwe of duurdere type mestscheiders de kosten per m3 dusdanig kunnen dalen dat
mestscheiding ten behoeve van weidevogels ook kostentechnisch aantrekkelijk kan worden.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
18
4. TOEKOMSTPERSPECTIEF
Uit het voorgaande hoofdstuk komt, op basis van de beschikbare gegevens, de dikke fractie als zeer
geschikt voor weidevogelreservaat naar voren. Vooral voor kuikenland lijkt dikke fractie een zeer
geschikte meststof te zijn. Mestscheiding kan in de toekomst een belangrijke rol gaan spelen voor
het weidevogelbeheer; niet alleen voor de reservaten maar ook voor SAN/SNL Boerenland. In dit
hoofdstuk wordt het toekomstperspectief van mestscheiding voor weidevogelbeheer geschetst.
Technische mogelijkheden
Op dit moment is de techniek van mestscheiding nog volop in ontwikkeling. De beperkte capaciteit
van de bij de proef gebruikte scheiders is bij de nieuwste typen mestscheiders aanmerkelijk
gunstiger. Het betreft, de Bauer S855 (zie bijlage3), de Börger Bioselect (zie bijlage 4) en de inmiddels
verbeterde versie van de Key Dollar Tri Rod. In tabel 4.2 is een overzicht gegeven van de kenmerken
van de genoemde mestscheiders.
Tabel 4.2. Kenmerken van de Bauer, Börger en verbeterde Key Dollar
Type mestscheider Principe Gem. Capaciteit (in m3 rundvee- drijfmest per uur)
Geschatte opbrengst dikke fractie (in ton per uur)
Aandrijving Scheider en pomp
Richtprijs* (exclusief BTW)
Bauer S855 Schroefpersfilter 15 3** Stroom 7,5
kWh
€ 50.000
Börger Bioselect Schroefpersfilter 25-50 5-10*** Stroom 16,5
kWh
€ 50.000
Key Dollar Tri Rod
(verbeterde versie)
Schroefpersfilter 15 3** Trekker
(verbruik
circa 1-2 l
gasolie/uur)
€ 27.000
* richtprijs volgens opgave leverancier
** geschatte opbrengst volgens opgave leverancier; moet nog in praktijk worden getest
*** geschatte opbrengst volgens opgave verhuurder; moet nog in praktijk getest worden
Figuur 4.1. Bauer mestscheider
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
19
Figuur 4.2. Börger Bioselect mestscheider
Figuur 4.3. Verbeterde versie Key Dollar mestscheider
Qua capaciteit komt de scheider van Börger, met circa 5-10 m3 dikke fractie per uur gunstig naar
voren (Verloop et al, 2009b en mondelinge mededeling Klaverhoef, Ferwert). Daar komt bij dat deze
scheider een volledig computergestuurde beveiliging heeft, waardoor de kans op lekkage zo goed als
nihil is. De hoge capaciteit en bedrijfsveiligheid lijken op te wegen tegen de hoge aanschafprijs en
stroomverbruik per uur. Per gescheiden m3 dikke fractie is het stroomverbruik van de Börger
overigens relatief laag.
De Börger is sinds kort te huur bij de firma Klaverhoef in Ferwert (N-Fryslân). Het dagtarief van circa
€ 250 is zeer concurrerend. Uitgaande van een productie van 5-10 m3 dikke fractie per uur en 10 uur
gebruik per dag komen de berekende kosten van huur en stroom op ongeveer € 5 per m3 dikke
fractie (exclusief aan- en afvoerkosten van de scheider). Ook bij deze scheider zal de werkelijke
capaciteit per pachter verschillen en afhangen van het type drijfmest. Toch betekent dit dat, mocht
de capaciteit werkelijk zo hoog liggen, het gebruik van dikke fractie als alternatief voor ruige
stalmest , een realistische en financieel haalbare optie zou worden.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
20
Organisatorische aspecten
Voor veel veehouders is het zelf aanschaffen van een mestscheider te kostbaar. Daarom zullen
mestscheiders veelal moeten worden gehuurd of coöperatief worden aangeschaft. De mogelijkheden
van huur van geschikte scheiders zijn op dit moment (nog) erg beperkt. Mogelijk dat
samenwerkingsverbanden van ANV’s of weidevogelkringen, eventueel met financiële ondersteuning
vanuit de Provincies of TBO’s, zouden kunnen over gaan tot de gezamenlijke aanschaf van een
mestscheider. Bij een mestscheider moet worden uitgegaan van een afschrijving van 15 % op
jaarbasis. Dit betekent jaarlijkse afschrijvingskosten van ongeveer 4000 tot 7500 Euro. Met
dergelijke afschrijvingskosten kan bij mestscheiding ten behoeve van enkele honderden hectares de
aankoop van een scheider al voordeliger zijn dan de huur van een scheider. Wel moet rekening
worden gehouden met kosten van slijtage en onderhoud. Hoe hoog die kosten zijn is op dit moment
niet goed in te schatten.
Een punt van aandacht is de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor onderhoud, planning en
organisatie rondom een gezamenlijk aangeschafte mestscheider. Weidevogelhulpen en
weidevogelcoördinatoren zouden mogelijk ondersteuning kunnen bieden bij de planning en
organisatie.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
21
5. AANDACHTSPUNTEN EN VERVOLGONDERZOEK
Een aantal zaken verdienen in de toekomst specifieke aandacht:
Aandachtspunten
- De dikke fractie bevat in vergelijking met ruige stalmest en drijfmest relatief weinig stikstof.
Op gronden waar in het verleden fosfaatophoping in de bodem heeft plaatsgevonden,
bijvoorbeeld ten gevolge van bemesting, bestaat de kans op verruiging met soorten als Pitrus
of Gestreepte witbol. Pitrus en Witbol floreren goed op fosfaathoudende gronden en
kunnen met minder stikstof toe. Dominantie van deze soorten kan daarom het gevolg zijn.
Om de concurrentiekracht van andere grassoorten met deze dominante soorten op peil te
houden is in dergelijke situaties een meststof met een relatief hoog stikstofgehalte gewenst;
dikke fractie is dan in vergelijking met ruige stalmest minder geschikt.
- Een aandachtspunt is verder de relatieve ophoping van kali in de dunne fractie. Hoge
kalibemesting verhoogt namelijk het risico op kopziekte bij rundvee. Gelet op de
analyseresultaten is er sprake van een slechts geringe mate van ophoping van kali in de
dunne fractie. Of kopziekte kan optreden is mede afhankelijk van de bodemomstandigheden
en de rantsoenering van het vee. Gelet op de aan kopziekte verbonden risico´s verdient dit
wel de nodige aandacht.
- Buiten het weidevogelreservaat moet bij de pachter voldoende plaatsingsruimte beschikbaar
zijn voor de dunne fractie.
- Bij pachters die niet beschikken over een adequate opslag voor vaste mest is langdurige
opslag ten behoeve van rijping niet mogelijk. Hier zal de dikke fractie in korte tijd na het
scheiden moeten worden uitgereden. De aanleg van een overdekte mestplaat, waar de dikke
fractie kan worden opgeslagen en gecomposteerd vereist een forse investering.
- Als mestscheiding jaarlijks herhaald wordt toegepast, dan kan dit volgens de Richtlijn
Mestverwerkingsinstallaties (InfoMil, 2001) een vergunningsplichtige activiteit zijn. In
sommige gemeenten volstaat een melding aan het bevoegd gezag.
Vervolgonderzoek
- Zoals de analyseresultaten laten zien is dikke fractie voor het gebruik in weidevogelreservaat
een hele verbetering ten opzichte van drijfmest. Uitgaande van de verhouding tussen
nutriënten en organische stof zou dikke fractie zelfs geschikter kunnen zijn dan ruige
stalmest. Een aspect dat echter niet is onderzocht is de biologische kwaliteit van de dikke
fractie. De micro-organismen, mesofauna, wormen en insectenlarven die in vaste stalmest
kunnen worden aangetroffen zijn in de dikke fractie direct na het scheiden niet aanwezig.
Deze organismen kunnen echter wel een extra kwaliteitsimpuls voor bodemorganismen
betekenen. Door de dikke fractie nog wat na te laten rijpen en composteren kan de
biologische kwaliteit van de dikke fractie waarschijnlijk verbeteren. Ook is het mogelijk om
tijdens de compostering nog een deel van de minerale stikstof om te zetten naar organische
stikstof. De dikke fractie heeft na scheiding al veel betere eigenschappen dan drijfmest, maar
enige rijping zou de samenstelling nog meer kunnen verbeteren, waardoor de kwaliteit van
ruige stalmest zal kunnen worden geëvenaard. Hier zijn, voor zover bekend, nog geen
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
22
ervaringen mee opgedaan. Tijdens de proef is al wel opgevallen dat de dikke fractie de
neiging heeft om snel te composteren. Dit komt waarschijnlijk door de losse en luchtige
structuur van de dikke fractie.
- Omdat ruige stalmest strorijker is dan dunne fractie zou ook geëxperimenteerd moeten
worden met bijmenging van de dikke fractie met (gebruikt) stro of zeer strorijke
paardenmest. Dit kan uiteraard alleen als de wijze van opslag dit toelaat. Om uitspoeling en
bodemverontreiniging te voorkomen kan een (luchtdoorlatend) doek over de opgeslagen
vaste mest worden aangebracht.
- Om de effecten van de toepassing van de dikke fractie in weidevogelgrasland te kunnen
bepalen zou een proef kunnen worden opgezet, waarbij een deel van de percelen gedurende
enkele jaren worden bemest met dikke fractie en een ander deel met ruige stalmest en weer
een ander deel met drijfmest. Een dergelijk onderzoek zou zich moeten richten op chemische
bodemparameters en de effecten op bodemorganismen, de vegetatie en weidevogels.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
23
6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
Algemeen
De dikke fractie die bij scheiding van rundveedrijfmest vrij komt is qua organische stof en nutriënten
gehalten uitermate geschikt voor gebruik als bodemverbeteraar in weidevogelgrasland. Ten opzichte
van drijfmest, en zelfs ten opzichte van ruige stalmest, komt de dikke fractie qua verhouding tussen
nutriënten en organische stof positief naar voren. De nieuwste typen mestscheiders hebben een
dusdanige capaciteit dat mestscheiding zowel kostentechnisch als praktisch gezien een haalbaar
alternatief voor ruige stalmest kan gaan worden. Mestscheiding kan in de toekomst een belangrijke
rol gaan spelen voor het weidevogelbeheer; niet alleen voor de reservaten maar ook voor SAN/SNL
weidevogelgrasland. Onderzoek naar de verdere optimalisatie van de kwaliteit van dikke fractie en
het effect van dikke fractie op weidevogelgrasland is gewenst.
De gehalten organische stof en nutriënten van de dikke fractie na scheiding van rundveedrijfmest
Het gemiddelde organische stofgehalte in de dikke fractie verdubbelt ongeveer ten opzichte van de
ingaande rundveedrijfmest.
Per ton product stijgt het gemiddelde stikstof-totaal en fosfaat-totaal gehalte in de dikke fractie licht
ten opzichte van de ingaande rundveedrijfmest. Opvallend is dat het stikstof - ammoniak gehalte
daalt en het organische stikstof gehalte juist toeneemt in de dikke fractie. Dit is gunstig voor
weidevogelgrasland omdat het lage stikstof – ammoniak gehalte een te hoge productie van grasland
in het broedseizoen voorkomt. Ten opzichte van drijfmest komt de dikke fractie qua verhouding
tussen nutriënten en organische stof gunstig naar voren. De nutriëntengehalten van de dikke fractie
zijn zelfs nog wat gunstiger dan die van ruige stalmest. Het N-totaal gehalte is per ton organische stof
in dikke fractie circa 45% lager dan in drijfmest en circa 25 % lager dan in ruige stalmest. Het
fosfaatgehalte is per ton organische stof maar liefst circa 40% lager in de dikke fractie dan in ruige
stalmest en drijfmest. Van een extreme ophoping van fosfaat in de dikke fractie is geen sprake.
Per ton product daalt het kalium gehalte in de dikke fractie licht ten opzichte van de ingaande
rundveedrijfmest. In de dunne fractie is sprake van een lichte stijging van het kalium gehalte ten
opzichte van de drijfmest. Van een extreme ophoping van kalium in de dunne fractie is geen sprake.
Geschiktheid van dikke fractie voor gebruik in weidevogelreservaat
Op basis van de beschikbare gegevens komt de dikke fractie als zeer geschikt voor
weidevogelreservaat naar voren. Vooral voor kuikenland lijkt dikke fractie een zeer geschikte
meststof te zijn. Wel zal voor ieder perceel op basis van de toestand van een perceel moeten
worden bepaald of de toepassing van dikke fractie optimaal is. In verband met het relatief lage
stikstofgehalte is dikke fractie bijvoorbeeld bij fosfaatophoping in de bodem en dominantie van
pitrus of witbol een minder geschikte meststof.
Technische geschiktheid scheiders
De capaciteit van de tijdens de proef gebruikte Key Dollar en MAS schroefpersfilter was gemiddeld
circa 1m3 dikke fractie per uur. Deze capaciteit is zowel kostentechnisch als praktisch gezien te laag.
Daarnaast vertoonde het tijdens de proef gebruikte model van de Key Dollar technische
mankementen met lekkage als gevolg. De betreffende scheiders moeten op basis hiervan, voor het
gebruik ten behoeve van weidevogelbeheer, als minder geschikt worden geclassificeerd.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
24
Omdat mestscheiding volop in ontwikkeling is, zijn er inmiddels scheiders beschikbaar met een
beduidend hogere capaciteit. Qua capaciteit komt vooral de scheider van Börger, met circa 5-10 m3
dikke fractie gunstig naar voren. Daar komt bij dat deze scheider een volledig computergestuurde
beveiliging heeft, waardoor de kans op lekkage zo goed als nihil is. Dit zou betekenen dat het gebruik
van dikke fractie als alternatief voor ruige stalmest , een realistische en financieel haalbare optie zal
gaan worden. Op basis van de huidige informatie komen de kosten van huur en stroom op ongeveer
€ 5 per m3 dikke fractie (exclusief aan- en afvoerkosten van de scheider).
De technische en organisatorische uitvoerbaarheid van mestscheiding voor weidevogelbeheer
Voor veel veehouders is het zelf aanschaffen van een mestscheider te kostbaar. Daarom zullen
mestscheiders veelal moeten worden gehuurd of coöperatief worden aangeschaft. De mogelijkheden
van huur van geschikte scheiders zijn op dit moment (nog) erg beperkt. Mogelijk dat
samenwerkingsverbanden van ANV’s of weidevogelkringen, eventueel met financiële ondersteuning
vanuit de Provincies of TBO’s, zouden kunnen over gaan tot de gezamenlijke aanschaf van een
mestscheider.
Aanbevelingen
- De geschiktheid van de mestscheiders met een hogere capaciteit zou nader moeten worden
onderzocht. Dit geldt in het bijzonder voor de Börger, die sinds kort voor een acceptabel
dagtarief in de omgeving van Ferwert beschikbaar is.
- Een aspect dat niet is onderzocht is de biologische kwaliteit van de dikke fractie. De micro-
organismen, mesofauna, wormen en insectenlarven die in vaste stalmest kunnen worden
aangetroffen zijn in de dikke fractie direct na het scheiden niet aanwezig. Deze organismen
kunnen echter wel een extra kwaliteitsimpuls voor bodemorganismen betekenen. Door de
dikke fractie nog wat na te laten rijpen en composteren kan de biologische kwaliteit van de
dikke fractie waarschijnlijk verbeteren. Naar dit aspect is aanvullend onderzoek gewenst,
waarbij ook bijmenging van stro en het ‘enten’ met ruige stalmest zou kunnen worden
onderzocht.
- Om de effecten van de toepassing van de dikke fractie in weidevogelgrasland te kunnen
bepalen zou een proef kunnen worden opgezet, waarbij een deel van de percelen gedurende
enkele jaren worden bemest met dikke fractie en een ander deel met ruige stalmest en weer
een ander deel met drijfmest. Een aandachtspunt moet hierbij het effect van de lagere
productie van grasland, ten gevolge van de lage stikstofgehalten in de dikke fractie, op
regenwormen zijn.
- Een aandachtspunt is verder de relatieve ophoping van kali in de dunne fractie. Hoge
kalibemesting verhoogt namelijk het risico op kopziekte bij rundvee. Gelet op de
analyseresultaten is er sprake van een slechts geringe mate van ophoping van kali in de
dunne fractie. Of kopziekte kan optreden is mede afhankelijk van de bodemomstandigheden
en de rantsoenering van het vee. Gelet op de aan kopziekte verbonden risico´s verdient dit
wel de nodige aandacht.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA Rapportnummer 20100501
25
7. GEBRUIKTE LITERATUUR
Berg, C. ter, 2001. Handboek Mest en Compost. Louis Bolk Instituut, Driebergen.
Brandsma, O., 1999. Het belang van bemesting voor het voedselaanbod van weidevogels. De
Levende Natuur 100 (4): 118-123.
Eekeren, N. van et al, 2003. Leven onder de graszode, discussiestuk over het beoordelen en
beïnvloeden van bodemleven in de biologische melkveehouderij. Louis Bolk Instituut LV 52,
Driebergen.
InfoMil, 2001. Richtlijn Mestverwerkingsinstallaties . InfoMil, Den Haag.
Jonge Poerink, B., 2008. Inventarisatie en evaluatie van technische alternatieven voor vaste
rundermest in weidevogelreservaten in Friesland en Groningen. JPMA rapportnummer 20080401,
Zuurdijk.
Melse, R.W. et al, 2004. Quick Scan van be- en verwerkingstechnieken voor dierlijke mest. ASG
Wageningen, Lelystad.
Oosterveld, E.B., 2009. Proefproject vastemestvoorziening weidevogelreservaten Fryslân/Groningen.
A&W rapport 1109, Veenwouden.
Verloop, K. et al, 2009a. Minder mestafvoer door mestscheiding? PRI Wageningen, rapportnummer
271.
Verloop, K. et al, 2009b. Mestscheiding op melkveebedrijven, resultaten van MOBIEDIK, Mobiele
Mestscheiding in Dik en Dun. PIR Wageningen, rapportnummer 284.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA rapportnummer 20100501
BIJLAGE 1
Documentatie
Key Dollar Tri Rod
KEY DOLLAR SEPARATORENhet nieuwe scheiden
Scheiding van dunne en dikke fractie in mest
Werking
KEY DOLLAR SEPARATOR scheiding van dunne en dikke fractie in mest
Model Hoogte Breedte Lengte Zeefperforatie* Ingang Uitgang Capaciteit cm cm cm Ø mm ” ” m3/uur 100 194 61 193 1,6 2 4 8 - 22 250 165 122 210 1,6 4 6 16 - 56 500 292 122 295 1,6 4 6 32 - 114 1000 244 196 267 1,6 8 12 64 - 227
* Andere perforaties op aanvraag
Eigenschappen KD-serie lage onderhoudskosten
laag elektriciteitsverbruik
lange levensduur
volledig in RVS uitgevoerd
De grote buffertank bovenaan de separator zorgt voor een brede aanvoer van de mest over het zeef- oppervlak. De tank is uitgerust met een overloop die wisselingen in flow corrigeert en variaties in het drogestof-gehalte van de mest opvangt.
De drukrol perst de laatste hoeveelheid vloeistof uit de mest. De onderste rol is voorzien van een grove perforatie, met daaronder een aparte afvoerbak voor de dunne fractie. Deze fractie kan eventueel worden teruggevoerd naar de mestopslag voor een nieuwe filtratie.
De drukrol - een zachte, rubberen rol - drukt de mest tegen de geperforeerde rol. Een kunststof schraper verwijdert vervol-gens de dikke fractie van de onderste rol. Een drukveer houdt de drukrol op zijn plaats. Steentjes of andere harde, vaste delen vormen geen belemmering voor de separator.
Met het unieke, grote zeefoppervlak onderscheidt deze bijzondere separator zich moeiteloos van andere separatoren. De capaciteit is er namelijk ongekend hoog door, terwijl voor de mestscheiding geen extreem persende handelingen noodzakelijk zijn.
Het resultaat: een mestscheider die uitermate zuinig omspringt met elektrici-teit, geen grote druk creëert, op 24-uurs basis kan functioneren en nagenoeg onderhoudsvrij is.
onderhoudsarm
modellen met grotere capaciteit leverbaar
beproefd systeem
KD-serie
Eigenschappen Tri Rod compacte machine
aandrijving met elektrische of hydraulische motor
eenvoudig werkingsprincipe
zeefrol met driehoekvormige spijlen
(zelflossend profiel)
geschikt voor vloeistoffen met een relatief
hoger DS%
lage gebruiks- en onderhoudskosten
geschikt voor mest met relatief hoog zand- aandeel (ruw as %)
Tri RodDe Tri Rod is een compacte machine die met verschillende soorten aandrijvingen leverbaar is en daardoor op meerdere locaties inzetbaar is.
WerkingDe Tri Rod is een machine die zonder ingewikkelde besturing zijn werk kan doen. De mest wordt aangevoerd door een pomp in de voorraadbak (inhoud ca. 70 liter). De Tri Rod werkt drukloos en separeert een hoeveelheid mest afhankelijk van het DS%. De Roll Press bestaat uit een RVS rol (zeef) met driehoekvormige spijlen (zelflos-send profiel) en een rubberrol die de mest op de zeef drukt. De druk van de rol is instelbaar. De dunne fractie wordt door de zeef gedrukt en de dikke fractie vormt een plaklaag op de zeef. De plaklaag wordt m.b.v. 2 nylon schrapers van de zeef geschraapt. De dunne fractie wordt in een opvangbak opgevangen en stroomt via de uitloop weg (natuurlijk verloop).
Technische specificaties Tri Rod aandrijving 220V, 380V, hydraulisch
benodigd vermogen 0,5 kW bij 220/380V
zeefdiameter 1 - 10 mm
gewicht ca. 250 kg
afmetingen ca. 122x122x55 cm
Ø aan- en afvoer naar wens (4” of 6”)
capaciteit* 5 - 15 m3/uur
Het Amerikaanse bedrijf Key Dollar maakt al vele jaren separatoren. Door de jarenlange ervaring brengt dit bedrijf eenvoudige en betrouwbare separatoren op de markt. Omdat Key Dollar een innovatief bedrijf is kunnen specificaties van nieuwe separatoren afwijken van de in deze documentatie opgenomen gegevens.
* de capaciteit van de Tri Rod hangt nauw samen
met het DS% van het te separeren product
Voor NederlandPlanckstraat 57 t +31 (0)78 652 01 01
3316 GS Dordrecht f +31 (0)78 617 01 01
Postbus 1017 e [email protected]
3300 BA Dordrecht i www.bosbenelux.com
Voor België en LuxemburgKleine Horendonk 39 t +32 (0)3 663 04 64
2910 Essen (België)
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA rapportnummer 20100501
BIJLAGE 2
Documentatie
MAS schroefpersfilter
SMICON b.v. Cost reduction through separation
MAS Separator
Europese Separator met de modernste technologie
Al 25 jaar werkt SMICON bv klantgericht, wij zijn een bedrijf dat zich als het ware verplaatst in de situatie van de klant. Wij zetten al onze kennis en ervaring in om de wensen van de klant te vervullen. Naast apparatenbouw en engineering levert SMICON diverse machines en producten, zoals hamermolens, filters, pompen en transportsystemen. Wij hebben een uitgebreid assortiment. De filtratie door middel van de MAS heeft daar een speciale plaats tussen. Met trots kunnen wij u mededelen dat de MAS al 5 jaar succesvol op de markt is.
Voor veehouderijen met een hoge concentratie vormt de enorme hoeveelheid aan mest vaak een groot probleem, vooral bij bedrijven met een te hoge concentratie per vierkante meter. De huidige wet- en regelgeving vergroten het probleem. Om deze redenen moet de mest aanzienlijk bewerkt worden. De gebruikelijke systemen voor de bewerking van mest zijn tijdrovend, arbeidsintensief en kennen enorme investeringskosten.
Maak van mest iets waardevols
De volautomatische scheiding van de mest in een vaste en vloeibare fase, brengt aanzienlijke voordelen. De resterende dunne fractie kan ieder moment, zonder tussenkomst van techniek voor homogenisering, verspreid worden. De reukloze vaste fractie kan probleemloos opgeslagen worden.
Het Mechanische Afscheidings Systeem is intern ontwikkeld. De machine is ontworpen volgens een bestaand principe, maar door de toepassing van nieuwe kennis en technologieën is de machine vele malen beter dan zijn concurrenten. De MAS valt onder de noemer schroefpersfilter en is uitermate geschikt voor het ontwateren en scheiden van allerlei vaste en vloeibare proces-, afval- en reststromen. De compacte MAS heeft standaard een vermogen van 2,2 kW. De MAS is breder inzetbaar dan alle andere vergelijkbare separatoren. U zult versteld staan van de veelzijdigheid en kwaliteit van onze schroefpersfilter.
De MAS kan apparaten als de zeefbocht, de bandpers, de decanter, de bezinktank en de trommel- filter vervangen en zal veelal betere resultaten leveren. Door de nauwkeurig instelbare tegendruk kan men de kwaliteit van de eindproducten, zowel van de vloeibare stroom (het effluent) als van de droge massa, goed regelen. Door haar resultaten, de hoge technische kwaliteit en de zeer lage onderhoudskosten laat de MAS concurrenten in het stof bijten.
MAS Separator
Vloeibare fractie
Mestvolume wordt verkleind met 15-30%
Kleinere opslagvolumen en lagere transportkosten
Roeren voor het verspreiden is niet meer nodig
Lager verlies van nitrogeen (NH3, CH4, N2O) tijdens opslag door scheiding van vaste delen en carbon
Aanzienlijke reukvermindering
Nauwkeurige analyse mogelijk, daar optimaal tijdstip van distributie te bepalen
Minimalisering van schade aan gewassen door snelle bodemintrek, voedingsstoffen snel opneembaar
Langere distributieperiode
Simpele, prijsgunstige distributiesystemen
Lager energieverbruik voor pompen en transport
Aanzienlijk minder onkruidzaden in de vloeibare fractie
Vaste Fractie
Zelfcomposterend, reukloos en stapelbaar
Hoge drogestofgehalte maakt makkelijke opslag mogelijk
Verbetering van de bodemstructuur en hogere Humuswaarden
Door het drogestofgehalte van 30% is composteren in open lucht mogelijk
Ook buiten landbouw toepasbaar, daar waar voedingsstoffen gevraagd worden
Makkelijk te transporteren en verkopen
Opnieuw te gebruiken als vloerbedding
Instellen van drogestof gehalte D.m.v. tegendruk is bij verschillende samenstellingen van mest het gewenste drogestofgehalte instelbaar.
Vloeibare Fractie
SMICON dompelpomp + (dompel)roerwerk
Vaste Droge Fractie
Sterke prestaties en goede testresultaten
SMICON heeft reeds meerdere malen met groot succes de MAS separator getest voor het verwerken van mest t.b.v. biogasinstallaties.
SMICON beschikt over een mobiele testinstallatie die ideaal is om uw producten op uw eigen locatie en onder uw eigen omstandigheden te testen. Dit geeft u een goed beeld van de resultaten van onze MAS voor de verwerking van uw product. U heeft de mogelijkheid om meerdere testen te doen, zodat u verschillende varianten uit kunt proberen. Op deze manier kunt u beter bepalen welke instellingen voor uw product het meest geschikt zijn.
Capaciteit voor verwerking van mest
Separator MAS Veemest Tot m³/h 30
Varkensmest Tot m³/h 35
Pluimveemest Tot m³/h 15
Mobiele testinstallatie
Dikke Fractie uit de MAS
Grote openingen voor het reinigen van de filter
Dikke Fractie uit transportschroef
DE MAs
De MAS Separator is ook in industriële sectoren uiterst succesvol.
Door de hoge kwaliteit in de verwerking en in het materiaal, alsmede de prestaties kan de MAS ook in vele industriële sectoren ingezet worden.
Bijvoorbeeld:
Levensmiddelenindustrie Scheien van groente- en fruitafval en verpakte of niet verpakte levensmiddelen
Slachthuizen Scheiden van vocht, botten, ingewanden etc. uit vleesafval
Medische industrie Verwerken van mest van proefdieren
Biogasinstallaties Scheiden vóór of na fermenteren
Brouwerijen Ontwateren van bierborstel etc.
Voordelen
aanzienlijke reductie van het afvalvolume
De vloeibare fractie is geschikt voor afvoer in het riool
Minimalisering van stankoverlast
De vaste fractie is opnieuw te gebruiken als veevoer of als mest
MAS Separator
Kippen slachterij Groente verwerking
Melkproducten
Scheiden verpakking
SMICON b.v. Cost reduction through separation
Wij kunnen complete Turn-Key installaties leveren, inclusief:
Leidingwerk
Pompen
Roerwerken
Mixers
Opslagtanks
Transportbanden
Frames
Trechters
Besturing
Etc. etc. etc.
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA rapportnummer 20100501
BIJLAGE 3
Documentatie
Bauer S855
D
SEPARATOR S 655 / S 855
SEPARATOR S 655 / S 855
Vorhandene Ressourcen sinnvoll nutzen. Mit modernster Technologie.
Herkömmliche Gülleaufbe reitung – ein Problem
Für landwirtschaftliche Betriebe mit hoher Tierkonzen tra tion stellt der enorme Anfall von Gülle ein großes Problem dar. Speziell bei Betrieben mit zu hohem Tierbestand pro Flächeneinheit. Gesetzliche Auflagen verschärfen die Situation. Daher muss die Gülle entsprechend aufbereitet werden. Herkömmliche Systeme, um Gülle entsprechend aufzube-reiten, sind sehr zeitaufwendig und arbeitsintensiv, und die Investitionskosten sind enorm.
Die Separierung mit dem BAUER SEPARATOR macht Gülle zu wertvollem Dünger
Die vollautomatische Separierung der Gülle, das heißt die Trennung der Gülle in eine flüssige und eine feste Phase, bringt entscheidende Vorteile. Die verbleibende Dünngülle kann jederzeit, ohne aufwendige Technik zur Homogeni-sierung, ausgebracht werden. Die geruchlose feste Phase ist problemlos zu lagern.
Separierter Feststoff als Einstreu
Wiederverwertung von separierter Dünngülle für das Spülsystem
SEPARATOR S 855
ologie.
Verteilung der flüssigen Phase mittels BAUER Schleppschlauch-verteiler
Verteilung der flüssigen Phase mittels BAUER RAINSTAR mit Auslegerstativ
BAUER MAGNUMPumpaggregat
BAUER Tauch -motor pumpe MAGNUM S
BAUER Tauch -motor rührwerkTMRW
Verteilung derfesten Phase
Kompostierung der festen Phase
Verteilung derfesten Phase
BAUERSEPARATOR
Einstellen der Trocken-
substanz
Anhand der verstellbaren Gewichte kann bei unterschied-licher Gülle konsistenz der ge wünschte Trocken sub stanz-gehalt (bis 35%) der festen Phase eingestellt werden.
Flüssige Phase
• Das Güllevolumen reduziert sich um 15 – 30%.• Daher geringeres Lagervolumen und geringeres Transportaufkommen.• Separierte Gülle bildet keine Schwimm- und Sinkschich - ten mehr – kein Rühren vor der Ausbringung erforderlich.• Durch Feststoff und Kohlestoffentzug ergeben sich weniger Stickstoffverluste (NH3, CH4, N2O) während der Lagerung und Ausbringung.• Deutliche Geruchsminderung.• Genauere Nährstoffanalyse möglich, daher effizientere Bestimmung des Zeitpunktes der Ausbringung.• Geringere Nährstoffkonzentration, daher höhere Ausbringmengen pro Hektar als bei Rohgülle.• Deutlich bessere Bodeninfiltration, weniger Haftung an den Pflanzen, daher schnellere Nährstoffverfügbarkeit und minimale Verätzungsgefahr.• Längerer Ausbringzeitraum, da Kopfdüngung möglich.• Einfache, preisgünstige Verteilsysteme.• Geringerer Energieaufwand beim Pumpen und Fördern.• Starke Reduzierung der Unkrautsamen in der flüssigen Phase (besonders Ampfer).
Feste Phase
• Selbstkompostierend, geruchlos und stapelbar.• Der hohe Feststoffanteil erlaubt eine Lagerung ohne besondere Vorkehrungen.• Verbesserung der Bodenstruktur und Erhöhung des Humusanteiles.• Bei einem TS Gehalt von 30% und darüber ist eine Kompostierung ohne weiteres im Freien möglich.• Auch außerhalb der landwirtschaftlichen Nutzflächen einsetzbar, dort wo Nährstoffbedarf besteht.• Leicht zu transportieren und zu vermarkten.• Wiederverwertung als Einstreu.
Zulauf
Feste Phase
Über lauf Flüssige Phase
Flüssige Phase
Feste Phase
K2O-Anteile
P2O5-Anteile
Hohe Wirtschaftlichkeit
Speziell für Betriebe mit hohem Tierbe stand und gerin-ger Ausbringfläche ist die Separierung der Gülle ideal. Die Lagerka pazität der Gülle veringert sich um bis zu 30%. Der gezielte Einsatz der Nährstoffe aus der flüssi gen und festen Phase ermöglicht eine Einsparung an Mineraldünger. Durch den Verkauf der Feststoffe, zum Beispiel an Kleingärtner oder als Kompost grundlage für Gartenbaubetrieb, kann ein zusätzlicher Gewinn erzielt werden.
0
N-Anteile
Flüssige Phase 70 – 85%
Dünnflüssig, optimal zur Ausbrin gung über Rohr- und Schlauch systeme
Feste Phase 15 – 30%
Geruchlos, einfach zu lagern, kann als Dünger oder
Kom post verkauft werden
Gesamte Rohgülle Schweine (= 100%)
Nährstoff-Aufteilung durch die Separierung
Die Abscheideleistungen der Nährstoffe variieren mit dem TS-Gehalt in der Rohgülle und dem TS-Gehalt in der festen Phase.
Siebgrößen
0,25 0,5 0,75 1,0
Sieb größen
Beim SEPARATOR stehen vier verschiedene Sieb-größen zur Auswahl. Der er zielte Abscheidegrad ist auch von der Siebgröße abhängig.
Starke Durchsatzleistung
Durchsatzleistung von Rohgülle
Separator S 655 S 855
Rindergülle bis m3/h 20 30
Schweinegülle bis m3/h 25 35
Hühnergülle bis m3/h 10 15
Die Durchsatzleistung variiert in Abhängigkeit von Alter, Trockensubstanzgehalt und Konsistenz der Rohgülle.
Festphase Flüssigphase
Festphase Flüssigphase
Festphase Flüssigphase
20 40 60 80 100%
Gesamte Rohgülle Rinder (= 100%)
K2O-Anteile
P2O5-Anteile
N-Anteile Festphase Flüssigphase
Festphase Flüssigphase
Festphase Flüssigphase
0 20 40 60 80 100%
Aufteilung der Rohgülle (= 100%)
Große seitliche
Öffnungen
für die Kontrolle und Reinigung des Siebes.
Der BAUER SEPARATOR setzt auch im industriellen Einsatz neue Maßstäbe.
Durch die hohe Qualität in der Verar bei tung und im Material, und die enorme Leistungsstärke finden sich für den SEPARATOR auch im industriellen Bereich nahezu unbegrenzte Einsatz möglich keiten.
Zum Beispiel:
• Lebensmittelindustrie Separierung von Gemüseabfällen
• Schlachtbetriebe Separierung von Panseninhalten
• Pharmaindustrie Separierung von Mohnbrei
• Biogasanlagen Separierung vor oder nach der Fermentierung
• Brennereien
Die Vorteile
• Wesentliche Reduktion des Abfallvolumens
• Entsorgung der flüssigen Phase in das Kanalnetz möglich
• Minimale Geruchsbildung
• Wiederverwertung der festen Phase als Viehfutter oder Dünger
Separierung von Panseninhalten
Separierung von Kartoffelabfällen
437
564
Ø180
6031966 (S 655) – 2227 (S 855)
700 661
460
699 87
4
Ihr Händler:
Tech
nisc
he Ä
nder
unge
n vo
rbeh
alte
n / S
epar
ator
/ 11
200
6 d
Röhren- und Pumpenwerk BAUER GmbH8570 Voitsberg, AustriaTel. +43 3142 200-0Fax +43 3142 200-320 / -340www.bauer-at.com, [email protected]
Lieferumfang
• Schnecke aus rostfreiem Stahl mit Panzerung
• Spalt-Siebzylinder aus rostfreiem Stahl (S 855: 2 Siebe in Reihe angeordnet)
• Spaltenbreite wahlweise mit 0,25 – 0,5 – 0,75 bzw. 1,0 mm möglich
• Separatorgehäuse aus Grauguss, mit seitlichen Öffnungen zur leichten Reinigung
• Austrittsklappen mit Gewichtsregulierung, rostfrei
• Befestigungsrahmen für Montage auf Boden bzw. fahrbarer Untersatz, rostfrei
• Einlauf-T-Stück
• Auslaufstutzen mit Vierkantflansch
• Getriebemotor 5,5 / 7,5 kW – 220 / 400 / 690 V – 50 / 60 Hz
BAUER SEPARATOR S 855BAUER SEPARATOR S 655
BAUER TauchmotorrührwerkeBAUER Tauchmotorpumpen
Maße
Rapportage proef mestscheiding weidevogelreservaten JPMA rapportnummer 20100501
BIJLAGE 4
Documentatie
Börger Bioselect
Eenvoud
BioselectVaste- / Vloeistofscheiding
onze kracht
a l t i j d i n n o v a t i e f
Bioselect –een scheidingssysteem voor vloeistoffen met een vaste stofaandeel
Bioselect is een efficiënte schei-
dingstechniek voor producten uit ver-
gistingsinstallaties of voor verschil-
lende mestsoorten. Het principe is
eenvoudig: Door een mechanische
bewerking wordt het oorspronkelijke
medium in een volkomen gesloten en
geurneutraal proces in een ingedikte
en een dunne fase gescheiden. Het
apparaat bestaat uit een combinatie
van 2 Börger pompen – een vaste stof
pomp en een pomp voor het vloeibare
medium – alswel een doordachte fil-
tereenheid met een daaraan gekop-
peld scheidingskanaal. Het gewenste
scheidingsresultaat kan afhankelijk
van de filtereenheid alsook middels
de toerental geregelde pompen gere-
geld worden. Dient men een hoog
DS-percentage te bereiken, dan kan
het samenspel van de pompen in
combinatie met de tussengeschakel-
de filtereenheid voor een sterke ont-
watering zorgen. Indien runder- of
varkensmest met een DS-percentage
van 4-7% moet worden ingedikt naar
een hoger DS-percentage van bv 12-
14%, dan kan dit door de geraffineer-
de sturing traploos bereikt worden.
De toevoerpomp zorgt voor de ver-
schildruk en verplaatst de dunne
afgescheiden fractie naar de plek
voor verdere verwerking. De door de
scheidingseenheid met voordruk
gevoede vaste stof pomp regelt de
indikkingsgraad en verplaatst de
vaste stof naar de opslagplaats.
De pomp � neemt, ondersteund door
zijn zuigende werking, de te scheiden
vloeistof uit een voorraadtank en ver-
pompt deze in de ketelvormige Bio -
select �. In deze eenheid wordt
mechanisch ondersteund door het
scheidingssysteem �, de dunne frac-
tie van de vaste stoffen gescheiden.
Door de voordruk die bereikt wordt
door pomp �, vloeit de gescheiden
dunne fractie door opvangruimte �a
via de persaansluiting �b in een
persleiding die het materiaal leidt
naar een plek voor verder gebruik.
De scheidings- en opvangeenheid �
verplaatst de vaste stof in de richting
van de dikke-fractie-pomp �. De
drukopbouw van pomp � in afstem-
ming met de te regelen capaciteit van
pomp � zorgt voor het gewenste
scheidingsresultaat. Door de fre-
quentieregeling kunnen naar keuze
vaste stofpercentages tussen 10 % en
25 % worden bereikt. Met de
Bioselect-Vaste/Vloeistofscheiding
hebt U de mogelijkheid zodanig in te
dikken dat de vaste stof nog te trans-
porteren is per tankwagen, of in te
dikken tot een steekvaste massa.
Vaste stofpercentages kunnen door de
meeteenheden a t/m d manometrisch
bepaald worden. Deze waarden worden
in de sturingseenheid � verwerkt en
bewaakt. Afhankelijk van de indik-
kingsgraad kan d.m.v. pomp � naar
bijvoorbeeld een transport-voertuig
verpompt worden.
EEN DOOR PRAKTIJKMENSEN
BEDACHTE EN GEPATENTEERDE
METHODE TECHNIEK MET IDEEËN
Toevoer
uitvoer vloeistof
uitvoer vaste stof
a bb
a
c d
Werking
Overtuigende argumenten• Gesloten scheidingssysteem
• Één hoofdstroom gesplitst in twee deelstromen
• Scheiden – Transporteren – Sturen
• Geurneutrale inzet
• DS-percentage zelf te bepalen
• Concurrentieloze hoge capaciteiten
• Energiearme scheiding
• Geen vloeistofuittreding
• Direct in gebruik te nemen, compact apparaat
Börger BENELUX
Postbus 78
NL-7630 AB Ootmarsum
Telefoon +31 (0) 541 293687
Telefax +31 (0) 541 293578
www.boerger-pumps.nl
NL_
P_8
_BS_
0409
Samenvatting van de bereikte capaciteiten bij verschillende soorten mediumsGemeten ervaringen Stand 02/2009 – In de 2e helft van 2009 zal ook een 120m3/h-uitvoering leverbaar zijn.
Biogasmest/maïs Biogasmest/graan
Varkensmest Rundermest
DS-percentage: DS-percentage:
Oorspronkelijk medium: 8,5% | Dunne fractie: 4,6% Oorspronkelijk medium: 5-7% | Dunne fractie: 1,3%
Dikke fractie: 22% | Capaciteit: max 22 m³/h Dikke fractie: 22% | capaciteit: max. 16m³/h
DS-percentage: DS-percentage:
Oorspronkelijk medium: 4,3% | Dunne fractie: 1,3% Oorspronkelijk medium: 7% | Dunne fractie: 2,5%
Dikke fractie: 20% | capaciteit: 60 m³/h Dikke fractie: 24% | capaciteit: max 30 m³/h