Quiz met vragen - Heilig-Hartcollege Bosklas...
Embed Size (px)
Transcript of Quiz met vragen - Heilig-Hartcollege Bosklas...

Quiz met vragen
START: Eén iemand van de groep loopt om zijn pennenzak. De rest van de groep bedenkt een
groepsnaam.
Reeks 1: DE GROTE RIJMRONDE
Deze ronde is niet eenvoudig, maar om het wat eenvoudiger te maken rijmt het antwoord op
het woord dat wij met nadruk zeggen. Jullie zullen dus goed de oren moeten spitsen!
Dinsdag:
1. Wat is het enige dier dat niet kan springen en dat vindt hij niet plezant…?
2. Het is waarschijnlijk afkomstig uit Zuidoost-Azië en door de hanenkam zijn ze vrij hip. Dit is de …
3. Hagedissen, schildpadden en slangen zijn levende zielen. Dit zijn voorbeelden van …
4. Hij leeft in parken, heiden, venen en in ’t bos. Dit sluw diertje noemt men de …
5. Dit groeit door vocht en door de schaduw van het bos, deze plant noemen we …
1. Olifant
2. Kip
3. Reptielen
4. Vos
5. Mos
Donderdag:
1. Je vindt ze naakt of niet naakt. Maar alles wat ze doen, doen ze op ’t gemak. Dit is een …
2. Een zoogdier voelt lekker zacht door zijn …
3. Weet je waarom de vogels in het bos zo goed zongen? Ze hebben net als ons een paar …
4. Als je goed kijkt met je bril, zie je in de vijver vaak een kikker en haar …
5. In een serre werkt dit systeem perfect, maar op onze Aarde heerst ook het …
1. Slak
2. Vacht
3. Longen
4. Kikkerdril
5. Broeikaseffect
DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: Overleg met je groep en vouw een vliegtuig. Daarna komt
één groepslid aan het lijntje staan. We zullen elk om beurt gooien, de groep die het verst gooit, krijgt
een extra punt.

Reeks 2: WOORDENROOSTERRONDE
In deze ronde stellen wij de vragen. Jullie moeten telkens antwoorden met één woord. Het
aantal letters weten jullie, want jullie antwoord vullen jullie in in het woordenrooster. Van
boven naar onder zullen jullie een woord vinden als jullie alles goed hebben ingevuld.
Dinsdag:
1. In Limburg vind je geen bergen, hoogstens iets wat veel kleiner is. Dit noemen we een …
2. Een versteende rest van een plant of een dier uit een ver verleden dat men in de grond vindt. Dit
noemen we een…
3. Elastische stof gemaakt van het sap van tropische bomen. Dit noemen we …
4. Met dit lichaamsdeel herken je smaken. Dit is een …
5. Aarde met veel oude plantenresten waarin nieuwe planten, goed groeien. Dit noemen we …
6. Een voorwerp dat rond een ander hemellichaam draait (of een ster die rond een andere ster
draait.) In dit lied dat ik neurie wordt er ook over gezongen (satelliet Suzy neuriën). We noemen
dit een …
7. In welke provincie bevinden wij ons? In …
8. Dit is een sociaal insect dat 50 keer zijn eigen gewicht kan optillen. Dit is een …
9. Hier worden grondstoffen in opgegraven. Het is meestal ondergronds en we brengen er deze
week nog een bezoek aan. Dit gaat over een …
1. heuvel
2. fossiel
3. rubber
4. tong
5. humus
6. satelliet
7. Limburg
8. mier
9. mijn
(VERTICAAL: HOUTHALEN)
Donderdag:
1. Deze man of vrouw zorgt ervoor dat mensen zich netjes gedragen in een bos en geeft soms uitleg
over planten en dieren. Dit is een …
2. Planten die groeien waar je niet wilt dat ze groeien. Dit noemt men …
3. Deze plant groeit uit een bloembol en is vooral met Pasen te bewonderen. Deze plant heet de …
4. In de winter zijn de blaadjes van de loofbomen nog niet zichtbaar. Die zitten verborgen in de …
5. In welke provincie bevinden wij ons? In …
6. Het zijn organismen zonder blaadjes die zich voortplanten door middel van sporen . Dit zijn
opruimers van afgevallen blaadjes en dode materialen. We noemen deze organismen …
7. Dit groeit op vochtige en warme plekken en is ook het paard van sinterklaas. Dit is …
8. Een diertje met zes poten en vaak met vleugels. Dit is een …
9. Dit is de mariamaand. Het gaat over de maand …
10. Na inspanning komt …

1. boswachter
2. onkruid
3. paaslelie
4. knoppen
5. Limburg
6. paddenstoelen
7. schimmel
8. insect
9. mei
10. ontspanning
(VERTICAAL: BOSKLASSEN)
DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: We hebben een zakje bij met iets in. Het is de bedoeling
dat er in elke groep een goede voeler voelt, we verklappen niet aan andere groepen wat het was.
Reeks 3: WOORDSLANGRONDE (laatste letter vorige antwoord = eerste letter volgende antw)
Bij deze ronde zal het makkelijk zijn als je kunt antwoorden op de vragen, want… Het
antwoord dat je moet geven begint altijd met de letter van je vorige antwoord. Een klein
oefeningetje: Hoe heet dit gebouw? Bosberg. Op welke letter eindigt dit? We beginnen met
de eerste opdracht. Hiervoor krijg je nog geen beginletter.
Dinsdag:
1. Het mannetje heeft een kastanjekleurig verenkleed, met goudbruine, zwarte en lichtblauwe
markeringen. Het mannetje heeft ook een lange, goudbruine staart met zwarte strepen. De
vrouwtjes hebben een bruin verenkleed dat camouflage biedt. Welk dier is dit?
2. Het wijfje van een vos en van een hond heet zo. Wat zoeken we?
3. Dit is een versteende rest van een plant of dier uit een ver verleden dat men in de grond vindt.
Wat is dit?
4. Het seizoen waarin de natuur herleeft.
5. Dit is een makkelijk te herkennen vogel. Met zijn zwart-wit verenkleed behoort hij tot de familie
van de kraaien. Deze vogel is niet lief want hij eet soms de eitjes van andere vogels op. Deze
vogel heet de …
6. Het is een onderdeel van de paddenstoel en bevindt zich rond de steel. Heel wat mensen dragen
het ook. Over wat hebben we het hier?
7. Dit is een internationale milieuorganisatie die milieuproblemen onder de aandacht wil brengen
van de politiek en van het publiek. Dit doen ze door geweldloze oplossingen. Hoe heet deze
organisatie? Tip: het is een Engelse naam.
8. Het is een eetbare paddenstoel, in de naam staat dan ook het woord ‘brood’ met nog een diertje
ervoor. Over welke paddenstoel hebben we het?
1. Fazant
2. Teef

3. Fossiel
4. Lyme
5. Ekster
6. Ring
7. Greenpeace
8. Eekhoorntjesbrood
Donderdag:
1. Veel dieren gebruiken het om hun eitjes in te leggen. Maar het meest gekende is toch dat van
een vogel. Over wat spreken we?
2. Deze spinachtige diertjes hechten zich vast op je huid en zuigen je bloed op. Meestal is dit niet zo
erg en laten de diertjes zich na enkele dagen vallen, maar soms dragen deze diertjes erge ziekten
met zich mee. De ziekte van Lyme bijvoorbeeld. Ze zijn te vinden in bossen en struikachtige
gebieden. Hopelijk blijven wij gespaard van dit diertje. Maar over welk diertje gaat dit?
3. Je hebt er wilde en tamme van en de vruchten vallen in de herfst van de bomen. Ook al waren er
dit jaar niet zo veel. Van de tamme kan je de vruchten eten, deze boom noemen we de tamme…
4. Dit is een soort varken dat in het wild leeft. Slecht nieuws, maar sinds dit jaar heerst er een echte
plaag. Over welk liefuitziend (maar dat is het toch niet echt) diertje gaat dit?
5. Deze stof zit in de tabaksplant en zorgt ervoor dat zoveel mensen verslaafd zijn aan sigaretten.
Deze stof noemen we met een moeilijk woord …
6. Aan dit zoogdiertje kom je beter niet, niet enkele omdat haar stekels prikken (het pijn doet),
maar ook omdat dit dier enorm veel bacteriën met zich meedraagt. Over welk diertje spreken we
hier?
7. Dit is een middelgrote zangvogel en kom je vrij veel tegen. Deze vogel zingt een lied met veel
herhalingen . De rug is vaak gewoon bruin.
8. In de buurt van Houthalen vind je de Demer, de Herk en de Gete; wat zijn dit?
1. Nest
2. Teek
3. Kastanje
4. Everzwijn
5. Nicotine
6. Egel
7. Lijster
8. Rivieren
DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: Jullie moeten nu zelf een lied componeren over de
natuur. Deze zin moet er zeker in voorkomen. ‘Wij houden van het bos’. Wij willen minstens 6 zinnen
in jullie lied. Jullie kiezen zelf wie het komt zingen, of jullie met meerdere willen zingen, aan jullie de
keuze! Hiervoor krijgen jullie 5 minuten. Succes!

Reeks 4: FOTORONDE
Fotoronde! Wie/wat/… zien jullie op de foto’s?
Dinsdag:
1.
2.
3.
a) Eekhoorntjesbrood.
b) Vliegenzwam
c) Rode schimmelzwam
4.

5.
a) wilde kastanje
b) tamme kastanje
6.
a) wilde kastanje
b) tamme kastanje
1. aardbei
2. varen
3. b) vliegenzwam
4. lavendel
5. a) wilde kastanje
6. b) tamme kastanje

Donderdag:
1.
2.
3. Welke is de Vliegenzwam?
a) b)
c)

4.
5.
a) wilde kastanje
b) tamme kastanje
6.
a) wilde kastanje
b) tamme kastanje
1.
braambes
2. Varen
3. a)
4. Klaprozen
5. a) tamme kastanje
6. b) wilde kastanje

DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: Beeld met je hele groep iets uit, uit de natuur. Dat kan
bijvoorbeeld een blad zijn. Dan moet elk groepslid in jullie toonmoment iets doen. wordt het geraden
krijgen jullie een punt. Wij doen wel ons best om het te raden bij de anderen.
Reeks 5: DOORDENKERTJES
Dit is misschien wel de moeilijkste ronde. Hersenen zullen kraken, zweet zal uit jullie poriën
vloeien,… succes met deze (bijna) onmogelijke ronde!
Dinsdag:
1. Wat is het zwaarst? Een kilo lood of een kilo pluimen?
2. Wat kan door de ruit vallen zonder de ruit te breken?
3. Wat heeft 21 ogen maar kan niets zien?
4. Klaas gaat op vrijdag weg en komt 2 dagen later op Vrijdag terug. Op het eerste gezicht lijkt dit
niet te kunnen, toch is het waar. Hoe kan dit?( Tip: Klaas gaat te paard. )
5. Welke bril zet je niet op je neus?
6. Er zit een dode man op de trein, wat klopt er niet?
1. evenveel
2. (zon) licht
3. een dobbelsteen
4. het paard heet Vrijdag
5. een WC-bril
6. zijn hart
Donderdag:
1. De ronde van Vlaanderen is achter de rug, wielrenners zijn tot het uiterste gegaan. Iedereen wil
deze grote koers in Vlaanderen wel eens winnen. Want eens je dit gewonnen hebt, ben je een
grote wielerheld in Vlaanderen en een stuk van de wereld. Op een gegeven moment barst er een
hevige strijd los. Er ontstaat een kleine kopgroep. Plots doet de derde in de koers een gek
manoeuvre en gaat voorbij de tweede in de koers. De hoeveelste rijdt hij nu in de wedstrijd?
2. Hoeveel maanden hebben 28 dagen?
3. Een haan staat met één poot in België en met één poot in Nederland. Waar legt hij zijn eieren?
4. Welke letter kun je drinken?
5. Welk dier bestaat voor 3/4den uit WOL?
6. Hoe heet de bovenste steen van een huis?
1. de tweede
2. allemaal
3. een haan legt geen eieren
4. de letter T
5. wolf
6. schoorsteen

Bron: http://www.speelzolder.com/index.php/rara/423-grappige-raadsels-en-breinbrekers-met-
oplossingen-31-40.html
http://www.raadseltjes.be/grappigeraadsels.htm
DOE-OPDRACHT DINSDAG:
Aandachtig kijken naar volgende video. Nadien stellen we een vraag erover. Hoeveel keer werd
‘BOOM’ gezegd. Dus enkel boom. Niet bomen of loofboom. Enkel ‘boom’. (4 keer)
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20091215_bos01
DOE-OPDRACHT DONDERDAG:
De meisjes hebben petten op. Twee zijn dezelfde kleur, welke kleur hebben die twee petten? (geel)
Kijken om het zeker te zijn.
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20021104_mieren02
Reeks 6: FOUTEFOTORONDE
Er is een rare fotograaf aan het werk gegaan! Hij heeft dingen gefotografeerd die helemaal
niet kloppen. Kunnen jullie het vinden? Dit levert veel puntjes op!
Dinsdag:
1)
2)
De zon gaat onder in dit plattelandslandschap met een oude kerk. Kan je de fout vinden?

3)
4)
5)
oplossingen:
1) de kip heeft vliezen aan de poten
2) het uur van de klok van de oude kerk klopt niet met de tijd van zonsondergang.
3) de treinsporen liggen absoluut niet recht waardoor de trein er onmogelijk kan op rijden.
4) je kunt onmogelijk met 2 tegelijk naar het toilet.
5) aardbeien groeien niet aan een boom.

Donderdag:
1)
2)
3)
4)

5)
oplossingen
1) schaduw van het hek klopt niet.
2) giraf heeft zebra kleuren.
3) het onderste balkon heeft geen raam of deur waardoor je niet op het balkon kan.
4) je kunt niet de hele trap bewandelen.
5) aardappelen groeien niet boven de grond
DOE-OPDRACHT DINSDAG: Zoek in jullie een speurneus, die speurneus moet ons zo snel mogelijk een
madeliefje bezorgen. De eerste die ons dat kan geven, verdient een punt.
DOE-OPDRACHT DONDERDAG: Zoek in jullie een speurneus, die speurneus moet ons zo snel mogelijk
een katje van een boom bezorgen. De eerste die ons dat kan geven, verdient een punt.

Reeks 7: spreekwoorden- en zegswijzenronde
Sommigen moeten nu eens door de zure appel heen bijten en deze ronde aanvatten. Deze
ronde heet de ‘spreekwoorden- en zegswijzenronde’. Daarnet heb ik al een zegswijze
gebruikt: ‘door de zure appel heen bijten’. Wat betekent dat? Een onaangenaam karwei
oplossen. In deze ronde zullen jullie allerlei spreekwoorden en zegswijzen moeten vinden via
afbeeldingen, betekenissen enzovoort. Succes met deze voor sommigen ‘zure appel’!
Dinsdag
1) De appel valt niet ver van de boom
2) Door de bomen het bos niet meer zien
door te veel op kleinigheden te letten, ziet men het grote verband niet meer

3) Van de hak op de tak springen
4) Slapen als een roos
gezond en vast slapen
5) Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
Donderdag:
1) Als 2 honden vechten om een been, loopt de derde er mee heen.
2) Hout naar het bos dragen
nutteloos werk doen
3) De kat uit de boom kijken

4) Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
5) Over koetjes en kalfjes praten,
Over onverschillige, onbeduidende zaken praten.
DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: Twee leerlingen uit verschillende ploeg komen naar voor.
Ze moeten 1 minuut over een onderwerp praten zonder ‘euhm’ te zeggen en zonder een opgegeven
woord te zeggen. Zeggen ze het toch, dan is de andere aan de beurt. Wie na 1 minuut praat, krijgt
een punt.
Onderwerpen:
- School; zonder woord: juf
- Tv; zonder woord: programma
- Bos; zonder woord: boom
- Kerstmis; zonder woord: kerstboom
- Bosklassen; zonder woord: leuk
- Quiz; zonder woord: vragen
Reeks 8: meerkeuze

Nu zullen jullie de hersenen eens moeten samen leggen. Wij geven jullie een blad met vele vragen. Maar jullie hebben geluk deze keer. Jullie kunnen telkens kiezen uit 4 antwoorden. Toi toi toi!
Dinsdag: Welk zoogdier maakt de prachtigste bouwwerken in rivieren? (c) a. otter b. nerts c. bever d. marter
Is er een verschil in aantal poten tussen een spin en een insect? (b) a. ja, een spin heeft twee poten minder dan een insect b. ja, een spin heeft twee poten meer dan een insect c. neen, een spin en een insect hebben allebei zes poten d. neen, een spin en een insect hebben allebei acht poten Wat is geen vlinder? (d) a. witje b. blauwtje c. groentje d. roodje Welke vogel roept zijn eigen naam? (c) a. een zwarte specht b. een koolmees c. een tjiftjaf d. een mus Welke vogel kan ondersteboven langs een stam naar beneden kruipen?(c) a. boompieper b. boomkruiper c. boomklever d. boomhanger
Hoeveel procent van de oppervlakte van Vlaanderen is bos? (a) a. 10 % b. 20 % c. 30 % d. 40 % Hoeveel spinnen zitten er ongeveer in een huis? (c) a. 10-20 b. 100-200 c. 1000-2000 d. 10 000-20 000
Sarah loopt 3300m door het bos in 12min. Hoeveel km/u liep zij dan gemiddeld? (d)
Berekening: ……………………………………………………………………………………………………….. Antwoord :

a. 11 km/u b. 1,65 km/u c. 12 km/u d. 16,5 km/u Donderdag: Welke vogels kan je horen lachen in onze bossen en natuurgebieden? (a) a. spechten b. uilen c. duiven d. vinken Bossen worden wel eens de groene longen van onze aarde genoemd. Waarom is dat? (a) a. omdat ze overdag koolstofdioxide (CO2) opslaan en zuurstof afgeven b. omdat ze 's nachts koolstofdioxide (CO2) opslaan en zuurstof afgeven c. omdat ze op satellietbeelden de vorm van longen hebben d. omdat bossen zwaveldioxide filteren Welk is de meest voorkomende loofboom in Vlaanderen? (a) a. populier b. zomereik c. beuk d. berk
Welke vogel zal je niet zien op de voedertafel in je tuin ? (a) a. de raaf b. de koolmees c. het roodborstje d. een mus Hoe kan een vlinder proeven? (b) a. met zijn tong b. met zijn poten c. met zijn neus d. niet
Hoe ademen insecten? (d) a. via longen b. via kieuwen c. via hun vleugels d. via buisjes en gaatjes (die men stigmata noemt)
Een mol graaft een gang van 0,5 km in 10 minuten. Aan hoeveel km/uur graaft een mol zijn gang dan? (c) Berekening: ……………………………………………………………………………………………………….. a.0,5 km/u b.1 km/u c.3 km/u d.5 km/u

Bron: http://www.spelensite.be/spel/natuurquiz-meerkeuzevragen DOE-OPDRACHT DINSDAG + DONDERDAG: Bereid een overwinningsspeech voor. Bedenk iets dat de
verliezers moeten doen voor jullie als je wint. Let op: dit moet haalbaar zijn!