Projectverslag - Weeblymengelkens.weebly.com › ... › 16556702 › projectverslag.pdf ·...
Transcript of Projectverslag - Weeblymengelkens.weebly.com › ... › 16556702 › projectverslag.pdf ·...
25-3-2016
Projectverslag Specialisatie AGL | Mark Engelkens
HANZEHOGESCHOOL
GRONINGEN PROJECTVERSLAG
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
1
Voorwoord Naar aanleiding van mijn stageperiode van Semester 7 tijdens de Specialisatie Actieve en Gezonde
Leefstijl is in dit document alles beschreven wat betrekking heeft tot het project. Het half jaar stage
heeft plaats gevonden bij het UMCG Centrum voor Revalidatie locatie Beatrixoord te Haren. Hier ben
ik actief geweest binnen de afdeling Bureau Sport en voor de Stichting Bewegen en Ademhalen
(BEA). Als interventie ben ik bezig geweest om een pilot op te zetten voor oud revalidanten om te
kijken hoe het met hun beweeggedrag is, wat de oorzaken daarvan zijn en hoe zij doormiddel van
counseling zichzelf goed kunnen helpen. Deze pilot zou dan een aanvulling kunnen zijn op het
nazorgtraject dat de afdeling wil gaan opzetten.
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
2
Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................. 1
Achtergrond............................................................................................................................................. 3
Doelstelling .............................................................................................................................................. 4
Aanpak ..................................................................................................................................................... 5
Activiteiten .......................................................................................................................................... 5
Methodiek ........................................................................................................................................... 5
Theorieën ........................................................................................................................................ 6
Implementatie ......................................................................................................................................... 7
De interventie(beschrijving interventie) ............................................................................................. 7
Borging interventie .............................................................................................................................. 8
Evaluatie .................................................................................................................................................. 9
Procesevaluatie ................................................................................................................................... 9
Effectevaluatie ................................................................................................................................... 10
Discussie en aanbevelingen ................................................................................................................... 10
Bibliografie ............................................................................................................................................ 12
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
3
Achtergrond Het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG), Centrum voor Revalidatie (CvR), locatie
Beatrixoord is gevestigd in Haren. Dit onderdeel van het UMCG is gericht op de revalidatie van
patiënten die te maken hebben gehad met, of nog steeds te maken hebben met, een trauma. Binnen
Beatrixoord zijn er veel verschillende afdelingen, waaronder de afdeling Bureau Sport.
Bureau Sport is een extra service van het UMCG die de patiënten de mogelijkheid biedt om na hun
revalidatietraject samen met een Sportstimuleringsmedewerker / beweeg- en leefstijladviseur op
zoek te gaan naar een nieuwe beweeg - en of sportactiviteit, waar de patiënt uiteindelijk zelfstandig
mee verder kan.
De behoefte om met een nazorgtraject te starten of dit beter te ontwikkelen is in de gehele
organisatie een aandachtspunt. Bureau Sport heeft momenteel nog geen protocol om een
nazorgtraject mee uit te kunnen voeren. Wel is af te leiden dat uit eerder uitgevoerde opdrachten de
afdeling Bureau Sport de start voor het nazorgtraject begin 2015 heeft ingezet.
In 2014 heeft Anniek Hendriks, een voormalig student van het Hanze Instituut voor Sportstudies, een
onderzoek uitgevoerd bij patiënten uit 2013. Zij onderzocht onder andere wat de wensen en
behoeften van ex-patiënten waren op gebied van sport en bewegen. In dit onderzoek kwam naar
voren dat er onder de patiënten een grote behoefte is aan nazorg en dat maar iets meer dan de helft
van de patiënten een actieve leefstijl heeft, namelijk 65% om 35% (Hendriks, 2014). Daarnaast kwam
ook het volgende punt naar voren:
Uit onderzoek blijkt dat veel respondenten het beweegadvies van Bureau Sport niet opgevolgd hebben als gevolg van, het uitblijven van (passend) beweegadvies, het niet inspelen op de concrete vraag of behoefte van de respondent en/of het uitblijven van een terugkoppeling m.b.t. een advies. Van deze groep respondenten is op dit moment meer dan de helft inactief.
(Hendriks, 2014)
In dit onderzoek is enkel in gegaan op wat de behoeftes waren van de patiënten maar niet wat die
behoeftes precies inhielden. De vervolgstap is dat de organisatie nu wil weten wat de mensen dan
precies gemist hebben in het nazorgtraject zodat op deze behoefte ingespeeld kan gaan worden.
Het afgelopen jaar is Bureau Sport gestart met het verkrijgen van informatie over de nazorg. Aan de
hand van een Rapid Review is gekeken naar welke methode het meest geschikt is om de kanten te
benaderen en op welke momenten het meeste resultaat geboekt werd. Uit deze literatuurstudie
kwamen de volgende conclusies:
- Voor een afdeling als Bureau Sport is de telefonische nazorg, het benaderen van de klanten
via de telefoon, het meest geschikt.
- De beste momenten voor contact bij nazorg is 6 en 12 maanden;
- Resultaat: deelnemers die benaderd werden na 6 en 12 maanden deden gemiddeld 58
minuten meer aan sport dan voor de benadering.
(Reinwand, Kuhlmann,
Wienert, de Vries, & lippke,
2013) (Ströbl, Knisel,
Landgraf, & Faller, 2013)
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
4
Doelstelling ‘’Door middel van het organiseren van een terugkommoment en individuele gesprekken, met gebruik
van counseling, met oud-klanten van Bureausport in gesprek gaan en zo te achterhalen wat het
huidige beweeggedrag is, wat ze gedaan hebben met het meegekregen advies en waar men
tegenaan is gelopen in de periode nadat ze zelfstandig verder moesten. Wanneer dit achterhaald is
kan er gezocht worden naar een oplossing m.b.t. hun beweeggedrag. Maar ook wat ze hebben gemist
om zo ook het nazorgtraject, wanneer dit verder wordt opgezet, te kunnen laten voldoen aan de
verwachtingen van de klant.’’
Om dit meer input te geven zijn er ook programmadoelen en gedragsdoelen geformuleerd:
Het programma doel is als volgt:
- De mensen zijn na de interventie in staat goed hun doelen te formuleren om hun barrières
op te heffen en vervolgens door te gaan met hun activiteiten of weer te gaan beginnen.
Om dit doel te behalen zijn er gedragsdoelen opgesteld die de mensen geacht zijn te kunnen na de
interventie:
Determinant Doel
Kennis en bewustzijn
- De cliënten zijn in staat de belangen van een gezonde beweeg en leefstijl te benoemen
Attitude - De cliënten zijn in staat duidelijke doelen te stellen m.b.t. hun beweeggedrag en weten welke acties ze moeten ondernemen om dat te realiseren
Risico en inschatting
- De cliënten kunnen de risico´s inschatten van een slechte beweeg en leefstijl en die terugkoppelen naar hun eigen beweeg en leefstijl
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
5
Aanpak Om duidelijk overzicht gegeven hoe het project heeft vorm gekregen en hoe deze is uitgewerkt zal in
dit hoofdstuk de projectactiviteiten en de methodiek beschreven worden en in welke mate er aan
projectmatig werken is bezig geweest.
Activiteiten Om de interventie goed uit te kunnen voeren zullen er vanaf de voorbereiding tot aan het interventie
moment enkele stappen uitgevoerd moeten worden. In het volgende overzicht is te zien hoe dat bij
deze interventie in zijn werk is gegaan:
Te volgen stappen / activiteiten Benodigdheden
Doelgroep en datum vaststellen Overzicht klanten Bureau Sport en planning van de presentatie ruimte
Potentiele deelnemers doelgroep selecteren en benaderen +Herinnering
Persoonsgegevens Protocol Motivational Interviewing om te gebruiken voor de counselingsgesprekken
Catering + controle In overleg met Ronald en Eric voor de mogelijkheden
Locatie reserveren Aafke Meerstra voor reservering
PowerPoint ‘’Belang en voordelen gezonde leefstijl’’
Informatie over de voordelen van een gezonde leefstijl, PowerPoint en presentatiescherm
Terugkommoment (Gesprekken)
Protocol Motivational Interviewing om te gebruiken voor de counselingsgesprekken
Methodiek Bij de determinanten en de daaraan gestelde doelen zal er in dit hoofdstuk per deel een
methode/theorie aan gekoppeld worden. Door het gebruik van het boek Planning Health Promotion
Programs (Bartholomew, Parcel, Kok, Gottlieb, & Fernandez, 2011) is er gekeken welke
methode/theorie er past bij de determinant.
Determinant Doel Methode/theorie Praktische strategie
Kennis en bewustzijn
- De cliënten zijn in staat de belangen van een gezonde beweeg en leefstijl te benoemen
Active learning theory(Elaboration Likelihood Method)
Doormiddel van de informatieve bijeenkomst is de cliënt in staat de belangen van een gezonde beweeg en leefstijl te benoemen.
Attitude - De cliënten zijn in staat terug duidelijke doelen te stellen m.b.t. hun beweeggedrag en weten welke acties ze moeten ondernemen om dat te realiseren
Self-reevaluation (Trans-Theoretical Model)
Doormiddel van counselinggesprekken is de cliënt in staat terug te kijken op zijn gedrag.
Risico en inschatting
- De cliënten kunnen de risico´s inschatten van een slechte beweeg en leefstijl
Self-reevaluation theory (Trans-Theoretical
Doormiddel van counselinggesprekken en informatie de cliënt
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
6
en die terugkoppelen naar hun eigen beweeg en leefstijl
Model) de belangen kunnen laten benoemen.
De keuze voor deze modellen komt voort de beschrijving die gegeven wordt in de literatuur van
(Bartholomew, Parcel, Kok, Gottlieb, & Fernandez, 2011). Volgens het boek zijn deze methoden en
theorieën geschikt om de betreffende determinanten te gaan beïnvloeden. Want de problemen die
de doelgroep aangaf, zoals vermeld in het Needs Assessment, zijn onder te verdelen in de gekozen
determinanten en de daarbij passende methoden.
Theorieën
Elaboration Likelihood Model
Het Elaboration Likelihood Model beschrijft hoe attitudes veranderen en gevormd worden. Zoals in
het onderstaande figuur is te zien, zijn er twee routes.
De centrale route en de perifere
route. De centrale route is gericht
op de diepgaande verwerking en
de perifere route is de
oppervlakkige route. Voor deze
interventie zal gekozen worden
voor de centrale route, dit is
vanwege het resultaat gerichte.
Deze route zal in tegenstelling tot
de perifere route meer blijvend
zijn, meer bestand tegen andere informatie en meer invloed hebben op het gedrag. (Brug, van
Assema, & Lechner, 2012)
Transtheoretical Model
Het transtheoretisch Model(ook wel het Stages of Change Model), ontwikkeld door Prochaska en
DiClemente eind 1970, gaat er van uit dat bepaalde fasen doorloopt voordat het huidig gedrag wordt
omgezet in nieuw gedrag. Het model is gebaseerd op wetenschappelijke bevindingen gedurende een
periode van meer dan 35 jaar. Daarnaast is het model uitgevoerd bij meer dan 150.000 deelnemers
in onderzoeken en wordt het momenteel gebruikt door professionals over de hele wereld. (Sellers,
2015)
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
7
Implementatie
De interventie: ‘’Counseling gerelateerde Nazorg´´ Uitvoering
De interventie bestaat, zoals in het hoofdstuk actviteiten te lezen was, uit een aantal taken. Maar in
de gehele interventie zijn er twee hoofdtaken waar de interventie om draait;
Het eenmalig terugkommoment
o Deelnemers informeren over de belangen en voordelen van een gezonde leefstijl aan
de hand van de powerpoint.
o Counselingsgesprekken voeren met de groep deelnemers.
De individuele vervolggesprekken na het terugkommoment
o Iedere deelnemer zal nog één maal benaderd worden voor een individueel
counselingsgesprek
Om er voor te zorgen dat alle activiteiten in goede lijnen verlopen is het noodzakelijk om daarvoor
een duidelijke planning op te stellen. Voor deze interventie is de planning als volgt:
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8/9
Doelgroep selecteren, benaderen +Herinnering
Catering + controle
Locatie reserveren
PowerPoint ‘’Belang en voordelen gezonde leefstijl’’
Terugkommoment
Individuele counselingsgesprekken
8
Evaluatie 8/9
*Datum voor de terugkomdag wordt nog vastgesteld
= Geplande tijd = Eventuele uitloop = Verplicht af die week
Daarnaast is het ook belangrijk er voor te zorgen dat op de dag van het terugkommoment de
benodigde zaken tijdig geregeld zullen worden. Voor dat moment zou de planning er als volgt uit
kunnen zien(omdat het moment van de dag niet relevant is, is dit een van de mogelijkheden)
16.45 – 17.00 Inloop
17.00 – 17.30 Wat eten (belegde bolletjes, soep, fruit en melk)
17.30 - 17.45 Start presentatie gezonde leefstijl
17.45 - 19.30 / 20.00 Start gesprekken over de ervaringen
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
8
Deelnemers
Om de interventie goed uit te kunnen voeren is het van belang dat er een voldoende aantal
deelnemers zal zijn. Dit komt met name door het terugkommoment. Er moeten hier wel voldoende
mensen voor aanwezig zijn anders is de meerwaarde van zo’n moment weg. Voor deze interventie
zijn minimaal 8 deelnemers nodig. Een maximum aantal zal niet echt zijn. Wanneer er veel mensen
hier aan deelnemen kan het terugkommoment ook over meerdere avonden gepland worden en in
verschillende groepen gevoerd gaan worden.
Betrokkenen
Betrokkenen Gegevens
Ronald Stevens Manager Sport Bewegen en Gezondheid Mail: [email protected] Tel: 050 3614495
Eric Helmantel Hoofd medewerker Bureau Sport Mail: [email protected] Tel: 06 20329228
(uitvoerende) Stagiair Bureau Sport Mail: ….. Tel: …..
Betrokken afdeling
Bureau Sport ziet van (bijna) alle afdelingen patiënten. Het is daarom van belang de betreffende afdeling te benaderen en in te lichten van de te verrichten activiteiten.
Vraag na bij Eric met wie het best van de betreffende afdeling contact kan worden gelegd.
Borging interventie
Om er voor te zorgen dat de interventie een vaste waarde binnen de organisatie gaat krijgen is het
van belang dat de organisatie de interventie vast gaat opnemen in hun nazorgtraject. Om die reden is
er ook naast alleen een advies ook een draaiboek aangeleverd zodat de persoon die de interventie in
de toekomst gaat uitvoeren precies weet wat er gedaan moet worden.
Daarnaast zal de huidige uitvoerder van de pilot zelf ook nog actief blijven bij de organisatie zodat hij
dit in de eerste periode zelf nog kan uitvoeren en daardoor een vaste waarde gaat krijgen binnen de
organisatie. Want doordat de interventie vaker uitgevoerd zal worden gaat deze meer een vaste rol
krijgen in het proces waardoor het in de toekomst gemakkelijker doorgevoerd kan worden.
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
9
Evaluatie
Procesevaluatie (terugblik op praktische aanpak) De start van de interventie ging moeizaam. De oorzaak hierbij lag voornamelijk bij het gedeelte: zelf
een doelgroep bij elkaar te krijgen. Veel mensen waren al een lange periode weg bij Bureau Sport en
hadden of niet veel behoefte of waren niet te bereiken. Wanneer men geen behoefte had was een
van de redenen dat ze met een onbekende spraken. Klanten die door Eric gezien waren en voor mijn
periode bij het Beatrixoord al waren geweest. Het belang van een bekend iemand werd mij duidelijk
toen ik bij mensen kwam die ik zelf ook gezien had. Zij waren veel meer bereid om wel deel te
nemen. Uiteindelijk had ik de doelgroep compleet genoeg om de interventie uit te kunnen voeren, 8
oud-revalidanten.
In dit gedeelte van het project had er beter voor een andere aanpak gekozen kunnen worden en dit
zal in de vervolgstappen, om het vaker te organiseren ook meegenomen moeten worden. Een deel
gaf aan dat ze door de onbekendheid van mij niet wilden deelnemen. Hierin had ik dan ook beter
met Eric moeten overleggen of ik op deze manier door moest gaan of dat ik samen met Eric op zoek
moest naar een andere benadering, waarbij ik de hulp van Eric had kunnen gebruiken.
Bij het organiseren van het evenement is alles soepel verlopen. Het gehele proces moest ik zelf
organiseren, had de volledige verantwoordelijkheid en hoefde enkel alleen toestemming te vragen
om de taken uit te voeren. Alle te regelen taken waren tijdig van te voren geregeld en heb daarin ook
geen problemen ondervonden. Enkel een moment waarbij Eric, praktijkbegeleider, meer had
verwacht van de aangeleverde PowerPoint. Hij dacht dat deze een veel groter aandeel zou hebben
dan uiteindelijk de bedoeling was. Hierin had de communicatie misschien beter gemoeten. Ondanks
dat alle taken duidelijk gecommuniceerd waren, was dit wel in het begin en had dit tijdens het proces
misschien herinnert moeten worden zodat het niet vergeten zou worden door een van de
begeleiders.
Tijdens het organiseren van deze bovenstaande taken heb ik veel gemerkt van de ervaring die ik heb
binnen de organisatie. Doordat ik er al een langere tijd had gelopen merkte ik dat dit voor mijn
praktische aanpak weinig problemen opleverde. De lijntjes tussen de juiste contacten zijn veel korter.
Zo kende ik alle benodigde personen persoonlijk en kon ik de benodigdheden ook gemakkelijk voor
elkaar krijgen. Als voorbeeld, de catering regelen en de ruimte reserveren. Hiervoor moest ik bij
Aafke Meerstra zijn. Doordat ik in het voorgaand half jaar al regelmatig zaken met Aafke besproken
had kon ik langslopen zonder een afspraak te maken en mijn vragen stellen en de zaken regelen.
Tijdens het moment van de interventie, dat gepland stond op 11 januari 2016, is hier wel een
moment geweest dat ik het voor een volgende keer anders zou doen. Door de ijzel die rond die
periode was gevallen kon een deel van de groep niet bij het terugkommoment aanwezig zijn. Maar
twee personen waren dit moment vergeten, dachten aan een andere dag. Alle deelnemers had ik ter
herinnering gemaild. Twee deelnemers hadden alleen geen e-mail en deze kon ik telefonisch niet
bereiken in de voorgaande dagen. Voor een andere keer is dit een leermoment geweest en weet ik
dat ik dit praktisch ander aan zou moeten pakken om dit soort gevallen te voorkomen. Daarnaast
leerde het terugkommoment ook dat 8 deelnemers voor één terugkommoment te veel zou zijn
geweest. De aanwezige 4 deelnemers bleken gezien de hoeveelheid informatie die ze hadden
voldoende te zijn en genoeg gesprekstof te geven voor 2,5 uur. Voor in de toekomst van Bureau
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
10
Sport is het dan handig indien er meer dan 6 deelnemers zijn dit te verspreiden over meerdere
terugkommomenten.
Daarnaast zijn er ook nog de individuele gesprekken geweest. Omdat deze deelnemers sporten bij
Stichting BEA(maakt gebruik van de sportfaciliteiten van het Beatrixoord) was het gemakkelijk om
met hun een moment te plannen voor het individuele gesprek. Hoe dit in andere situaties is,
wanneer mensen apart zullen moeten komen, zal moeten blijken uit vervolg momenten.
Effectevaluatie (terugblik op de doelstelling) Om te kunnen bepalen of de interventie effect heeft gehad en de doelen behaald zijn, is de
deelnemers na afloop van de individuele gesprekken ook gevraagd naar hun ervaringen en of zij iets
gemerkt hebben op de gebieden waar de gestelde doelen op gebaseerd waren.
Na het terugkommoment gaf ieder persoon tijdens de individuele gesprekken aan dat zij het
programma doel ‘’De mensen zijn na de interventie in staat goed hun doelen te formuleren om hun
barrières op te heffen en vervolgens door te gaan met hun activiteiten of weer te gaan beginnen.’’
Naar hun idee goed hebben kunnen invullen. Dit gold minder voor de mensen die niet aanwezig
konden zijn, zij gaven aan toch bepaalde informatie gemist te hebben tijdens het terugkommoment
om dit helemaal zeker te kunnen invullen. De individuele gesprekken hebben wel aan de doelen
bijgedragen maar zij misten toch het stukje van ervaringen delen wat ze meer inzicht had kunnen
geven op de barrières. Een voorbeeld dat genoemd werd was dat iemand een barrière herkende van
iemand anders en dit dan graag ook besproken had met de groep.
Door deze informatie merk ik dat door de onmacht van het weer niet voor ieder persoon het
maximale effect bereikt is. Door de korte stage periode kon er ook geen tweede bijeenkomst meer
extra ingepland worden. Maar voor in de toekomst kan dit wel worden meegegeven aan de volgende
uitvoerder dat wanneer niet iedereen kan er voor maximaal effect een extra moment ingepland kan
worden.
Voor de andere doelen geldt hetzelfde. In het onderstaande schema staan de doelen gerelateerd aan
de verschillende determinanten die centraal stonden. Hier gaven de mensen die niet aanwezig waren
aan dat ze wel wat aan het individuele gesprek hadden om per determinant effect te zien maar
misten toch het delen van de ervaringen van het terugkommoment. Bijvoorbeeld het met elkaar als
groep er over hebben om het attitude bij te stellen om het beweeggedrag te verbeteren.
Determinant Doel
Kennis en bewustzijn
- De cliënten zijn in staat de belangen van een gezonde beweeg en leefstijl te benoemen
Attitude - De cliënten zijn in staat duidelijke doelen te stellen m.b.t. hun beweeggedrag en weten welke acties ze moeten ondernemen om dat te realiseren
Risico en inschatting
- De cliënten kunnen de risico´s inschatten van een slechte beweeg en leefstijl en die terugkoppelen naar hun eigen beweeg en leefstijl
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
11
De eindconclusie voor het effect op de doelstellingen is dus gemixt. Doordat niet iedereen door de
onvoorziene weersomstandigheden aanwezig kon zijn bij het terugkommoment, is voor hun het
effect minder gebleken dan voor de deelnemers die wel aanwezig waren.
Discussie en aanbevelingen Tijdens het eigen onderzoek heb ik vernomen dat een specifiek vraagstuk als die bij het Beatrixoord
het behoorlijk lastig maakt. Het is goed zoeken naar de juiste beschikbare literatuur. Voor Bureau
Sport is het wel kijken of het goed toegepast kan worden op alle verschillende groepen. Het IM
protocol is tijdens dit onderzoek gericht op mensen met Hart en Vaatziekten. Op de gevonden
literatuur zijn de veranderdoelen afgestemd maar ook uiteindelijk de interventie.
Het is dus van belang dat er gekeken moet worden naar de vergelijkbaarheid tussen de verschillende
groepen om er zeker van te zijn of de huidige methode voor iedereen mogelijk is of dat andere
doelgroepen ook om een andere aanpak vragen.
Voor de huidige doelgroep heeft de methode over het algemeen goed uitgepakt. Het nadeel was
alleen dat niet iedereen heeft deel kunnen nemen aan het gezamenlijke moment van de interventie.
De mensen die wel aanwezig waren bij het terugkommoment ervaarden het als erg effectief. Er kan
dus gezegd worden dat dit deel goed is geslaagd al moet wel ter discussie gesteld worden of
iedereen dat ook zou vinden als iedereen had kunnen deelnemen.
Over de individuele gesprekken was iedereen enthousiast. Er kwam in de gesprekken ook naar voren
dat dit een gemis is geweest tijdens de revalidatie en dat deze methode een goede aanvulling is waar
de mensen positief over waren.
Wat dus belangrijk is voor de toekomst is dat er goed onderzocht moet gaan worden of deze
methode geschikt is voor allen klanten van Bureau Sport of dat elke groep een andere aanpak /
methode nodig zal hebben. Voor de mensen met Hart en Vaatziekten werkte deze methode, maar
werkt deze ook voor mensen met bijvoorbeeld reuma of COPD?
Als conclusie kan er gezegd worden dat deze methode vooral op het individuele gebied geslaagd is
geweest en dat het gezamenlijke terugkommoment ook succesvol was maar met de kanttekening dat
dit slechts door een deel van de populatie beoordeelt kon worden. Om deze interventie verder voort
te kunnen zetten binnen de organisatie zal Bureau Sport moeten gaan onderzoeken of de gebruikte
methode voor alle klanten gebruikt kan worden of dat er voor elke groep een andere methode
ontwikkeld dient te worden.
Projectverslag | Specialisatie AGL | Mark Engelkens | 2015-2016
12
Bibliografie Bartholomew, L. K., Parcel, G. S., Kok, G., Gottlieb, N. H., & Fernandez, M. E. (2011). Planning health
promotion programs, An Intervention Mapping Approach. San Francisco: Jossey-Bass.
Brug, J., van Assema, P., & Lechner, L. (2012). Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering.
Assen: Van Gorcum.
Hendriks, A. (2014). Afstudeerverslag . Haren / Groningen: Beatrixoord & Hanze Instituut voor
Sportstudies.
Reinwand, D., Kuhlmann, T., Wienert, J., de Vries, H., & lippke, S. (2013, november 19). Designing a
theory. Opgeroepen op 2015, van ncbi:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/?term=Designing+a+theory-+and+evidence-
based+tailored+eHealth+rehabilitation+aftercare++program+in+Germany+and+the+Netherla
nds%3A+study+protocol.
Schaller. (2014, november 22). Movement coaching. Opgeroepen op 2015, van ncbi:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/?term=Movement+coaching%3A+study+protocol+of+
a+randomized+controlled+trial+evaluating+effects+on+physical+activity+and+participation+i
n+low+back+pain+patients
Sellers, R. (2015). Transtheoretical model of behavior change. Opgeroepen op november 13, 2015,
van Prochange: http://www.prochange.com/transtheoretical-model-of-behavior-change
Ströbl, V., Knisel, W., Landgraf, U., & Faller, H. (2013, februari). Combined planning and telephone
aftercare. Opgehaald van ncbi:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/?term=A+combined+planning+and+telephone+afterc
are+intervention+for+obese+patients%3A+effects+on+physical+activity+and+body+weight+a
fter+one+year.