Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1...

12
Ongekend Leiden Het verleden in kaart Y.M.J. Lammers-Keijsers (red.) Primavera Pers, Leiden 2009

Transcript of Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1...

Page 1: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Ongekend Leiden

Het verleden in kaart

Y.M.J. Lammers-Keijsers (red.)

Primavera Pers, Leiden 2009

Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3

Page 2: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Inhoudsopgave

Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5

Inleiding Martijn Andela 6

1 Geschiedenis van het Leidse grondgebied Yvonne Lammers-Keijsers 9

2 Een archeologische kaart van de stad Yvonne Lammers-Keijsers en Chrystel Brandenburgh 26Kadertekst: Monumenten en archeologie 28Kadertekst: Archeologie en bouwhistorie: de Aalmarkt 32Kadertekst: Verborgen vindplaatsen 40Kadertekst: Archeologie als inspiratiebron: de ontwikkeling van park Matilo 42Kadertekst: Aangepaste plannen: kasteel Boshuizen 46

3 De bouwhistorische verwachtingskaart Wim Boerefijn en Edwin Orsel 49Kadertekst: Bouwhistorische verwachting versus monumenten en beeldbepalende panden 50Kadertekst: Winkelhuis Haarlemmerstraat 18 52Kadertekst: Breestraat 95, een voornaam winkelhuis 58Kadertekst: Breestraat 66, een vleugel van het voormalige Catharinagasthuis 64Kadertekst: Langegracht 63, een vroeg negentiende-eeuws pakhuis 68Kadertekst: De cultuurhistorische waardenkaart 72

4 Blaeu en zijn kaart van Leiden Yvonne Lammers-Keijsers 73

Bijlage Wetten, regels en definities Matthijs Burger 79

Noten 84

Literatuuropgave 86

Auteurs 87

Illustratieverantwoording en dankwoord 88

Losse bijlagenOnder voorflap: Bouwhistorische en archeologische verwachtingskaartOnder achterflap: Blaeu Digitaal – Ontdek Leiden in de Gouden Eeuw (dvd)

Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 4

Page 3: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Leiden is doordrenkt met geschiedenis. Mijnwerkplek, het stadhuis, staat op de plaats waareen nederzetting langs de Breestraat een van deontstaanskernen van onze latere stad vormde enwaarvan ongetwijfeld nog veel geheimen in degrond zijn verborgen. Het niveauverschil in hetStadhuisplein maakt duidelijk dat de Breestraatzijn leven als dijk langs de Rijn begon. Vanuit hetraam van mijn kamer zie ik de Hooglandse Kerken de bomen op de Burchtheuvel die wuiven in dewind. De binnenstad is vol verhalen die verteld moetenworden. De bijzondere kwaliteit van het oudecentrum is voor dit College aanleiding geweesthet Programma Binnenstad te starten. Daarmee wil-len we het bijzondere karakter behouden en ver-sterken, maar ook nieuwe kwaliteit aan de bin-nenstad toevoegen, zoals een beterwinkelaanbod, een betere bereikbaarheid en meerculturele evenementen. De ruimte voor nieuwe ontwikkelingen is echterschaars en het spanningsveld tussen nieuwe plan-nen en behoud van erfgoed is eerder regel danuitzondering. Daarom is het noodzakelijk aan hetbegin van de planvorming zo goed mogelijk zichtte hebben op de cultuurhistorische waarden. Ofhet nu gaat om een monument, een archeologi-sche vindplaats of een waardevolle stedelijkestructuur: als hun verhaal en betekenis bekendzijn, dan kan er bij een ontwikkeling rekeningmee worden gehouden. Onbekend maakt onbe-mind, en er is nog veel onbekend in deze stad vanontdekkingen.Het inzichtelijk en herkenbaar maken van histo-rische waarden – achter de gevels en onder degrond – is een kerntaak van de medewerkers vanMonumenten & Archeologie. Deze waarden wor-den op verschillende wijzen vastgelegd: in be-schrijvingen, opmetingstekeningen en kaartbeel-den. Maar ook met publicaties zoals dit boekje,dat onderdeel uitmaakt van de serie Bodemschat-ten en Bouwgeheimen, maken we de resultaten van

wetenschappelijk onderzoek beschikbaar voor deburger. Vanwege het thema van de Open Monumenten-dag, Leiden op de kaart, hebben we ditmaal geko-zen voor de bouwhistorische en archeologischeverwachtingskaarten als onderwerp. Deze kaartenmaken de aanwezige waarden in één oogopslagduidelijk en kunnen voor de plannenmakers eenrichtlijn zijn. De focus van de archeologischekaart ligt op het gehele Leidse grondgebied; daarwoonden immers ook al mensen voordat onzestad bestond. Het aandachtsgebied van de bouw-historische kaart is hetzelfde als dat van het Pro-gramma Binnenstad: dat wil zeggen Leiden bin-nen de Singels. Om duidelijk te maken hoe gaaf de binnenstadnog is, en om u in gedachten terug te voeren naarhet zeventiende-eeuwse Leiden, is er een fantas -tische film ontwikkeld. Hierin zijn alle gebouwenop de kaart van Blaeu uit 1649 overeind gezet,zodat er een driedimensionaal beeld is ontstaan.Deze bijzondere film neemt u mee door de stad en vertelt het verhaal van behouden en verlorenbezienswaardigheden zoals de Pieterskerk, het Catharinagasthuis en de Burcht.Veel kijk- en leesplezier!

Drs. J.J. de HaanWethouder Cultuur, Werk en Inkomen

5

Voorwoord

Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 5

Page 4: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Nederland is een door mensenhanden gemaaktland. Om in deze moerassige rivierdelta drogevoeten te houden is tot op de dag van vandaag eencontinue en gezamenlijke inspanning vereist. Derelatief hoge bevolkingsdichtheid die onze woon-omgeving al eeuwenlang kent, leidde bovendientot een voortdurend intensiever gebruik van debeschikbare ruimte met landaanwinning en her-inrichting. Als gevolg van de strijd tegen hetwater en de intensivering van het gebruik hebbenwij een traditie opgebouwd van het in cultuurbrengen van de gronden die ons voorhanden zijn.Of het nu gaat om een bos, een polder of eenstadslandschap, iedere vierkante meter grondkent een geschiedenis van aanleg; van cultuurhis-torie dus. Daarmee kent ons landschap een zeld-zame, soms verborgen kwaliteit. Uiteraard staat de transformatie van het land-schap niet stil, vooral niet in een dynamische om-geving als de Randstad. Daar hebben we in Leidenmee te maken. Ontwikkeling wordt door liefheb-bers van erfgoed vaak gezien als een bedreiging,maar het is ook een kans. Door oude gebouweneen nieuwe functie te geven houden ze bestaans-recht, het vervlechten van oud en nieuw leidtvaak tot een interessant contrast en een nieuw-bouwwijk krijgt extra kwaliteit door cultuurhis-torie als inspiratiebron te gebruiken. Dat vraagtom een brede blik van ontwerpers en ontwikke-laars, maar ook om lef van de cultuurhistorischesector. Het is de taak van archeologen, historischgeografen, bouw- en architectuurhistorici omontwikkelende partijen te voorzien van informa-tie en instrumenten om de geschiedenis eenplaats te geven binnen een vernieuwing. Dat gaat niet zonder slag of stoot. Archeologiewordt vaak nog als ‘hobby’ en een sluitpost gezienen de monumentenzorg als een club van weinigvisionaire, defensieve koesteraars. Het collectievegeheugen is maar kort. Zo maakt Leiden vandaagde dag goede sier met zijn vele monumenten enzijn grote binnenstad met een gave singelring,

maar in de functionalistische cityplannen van dejaren zestig zou een groot deel van het centrummoeten wijken voor bedrijven en verkeerswegen.Nu prijzen we ons gelukkig dat veel van die ingrij-pende plannen niet zijn uitgevoerd. Er is maarweinig waardering voor de plaatsen waar ze weltot uitvoering zijn gekomen, zoals op de hoek vande Ir. Driessenstraat en de Hooigracht, waar eenadvies om het gebouw van de Leidse DuinwaterMaatschappij (M.P. Schutte, 1958-’59) als gemeen-telijk monument te beschermen dikwijls met ver-wondering wordt bekeken omdat men het ge-bouw ‘lelijk’ vindt. Dit is een discussie die in hetkader van dit boekje niet thuis hoort, maar weleen teken dat het werk van de monumentenzorgin de voorgaande decennia nu hoog gewaardeerdwordt. Het is daarom belangrijk dat wij als hoe-ders van het culturele erfgoed een lange termijnvisie hebben en soms tegendraads durven te zijn.Men mag van ons echter ook verwachten dat weinnovatief zijn en een ontwikkelingsgerichtehouding aannemen. De vooral objectgerichte mo-numentenzorg die met de eerste Monumenten-wet in 1961 werd ingevoerd en in de jaren vanstadsvernieuwing zijn vruchten afwierp, sluit on-voldoende aan op de behoeften van deze tijd. Metde Wet op de archeologische monumentenzorg(wamz) uit 2007 heeft de archeologie een plaatsgekregen in de ruimtelijke ordening en ook in demonumentenzorg heeft het idee post gevat dateen meer gebiedsgerichte aanpak betere resulta-ten oplevert. Cultuurhistorie is door een koppe-ling aan het ruimtelijke instrumentarium eerderin beeld, waardoor er direct rekening mee kanworden gehouden en de geschiedenis soms zelfsals inspiratiebron kan worden gebruikt. Een goedvoorbeeld is Matilo in de nieuwe wijk Roomburg,waar de aanwezigheid van een Romeins fort heeftgeleid tot de ontwikkeling van een archeologischpark. Er is echter ook een andere, meer vakinhoudelijkereden. De oude collectiegedachte, waarin een ver-

6

Inleiding

Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 6

Page 5: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

De geschiedenis van Leiden laat men traditiege-trouw beginnen in de eerste helft van de twaalfdeeeuw met de bouw van een stenen burcht onderhet bewind van Graaf Dirk iv van Holland (1114-1157). Het Leidse grondgebied werd echter gedu-rende verschillende perioden daarvóór ook be-woond. De bodem van de stad herbergt nog veelresten uit deze oudste bewoningsfasen en vormtdaarmee dus letterlijk en figuurlijk de onder-grond van de Leidse historie. Om de kaarten temaken die in dit boekje worden omschreven,moeten we dus bij die ondergrond beginnen.Het landschap in en rond het oorspronkelijke ge-bied dat nu Leiden heet, is in het verleden sterkaan veranderingen onderhevig geweest. De be-langrijkste oorzaak daarvan is het feit dat de Rijngedurende deze eeuwen steeds van loop veran-derde en dat de kustlijn van Nederland soms verder landinwaarts lag, waardoor de zee dichterin de buurt van Leiden lag dan nu.Het slib van de rivier dat werd afgezet op de oe-vers was vruchtbaar en daarom aantrekkelijk omin cultuur te brengen. Bovendien waren de oeversvaak hoger gelegen dan de rest van de omgeving,zodat zij in geval van overstromingen vanuit dezee de meest veilige plaats waren om te vertoeven.Tussen 2500 voor Christus en 350 na Christusstroomde het meeste Rijnwater via Wijk bij Duur-stede en Utrecht naar de middelste van de drieRijnarmen die ten noorden van Katwijk in Zee uitmondden.1 Daarna begon deze loop van de Rijnte verlanden, maar het duurde nog bijna 600 jaarvoordat er geen open waterverbinding meer wastussen Leiden en de Noordzee. Of het gebied be-woond kon worden was dus afhankelijk van de activiteit van de Rijn en haar zijstromen.Tijdens een van de vele fasen waarbij de zee zichterugtrok van de kust ontstond tussen de vijfdeen derde eeuw voor Christus door afzetting vanklei en zand het latere Waardeiland. Tegelijk ont-wikkelden zich enkele zijrivieren, die voorloperswaren van de Does, de Zijl en de Mare aan de

noordkant en de Zwiet, de Roomburgwetering ende Leidse Vliet aan de zuidkant. Omdat er tot 1000na Christus een directe verbinding was met deNoordzee, zal de waterstand flink door de getij-den beïnvloed zijn geweest. Voor de inheemse be-woners zal dit geleid hebben tot een continuenoodzaak tot aanpassingen. De Romeinen daar-entegen trokken zich minder aan van overstro-mingsgevaar. Dankzij hun kennis op het gebiedvan waterwerken en wegenbouw en hun enormemankracht waren zij beter in staat het landschapnaar hun hand te zetten. Omdat de rivier voor henvan groot belang was, voor de aanvoer van goede-ren, maar ook als grens van het Romeinse rijk,verrezen er verschillende Romeinse nederzettin-gen direct langs de Rijn.

Voor het ontstaan van de stad: steentijd, ijzertijd, Romeinse tijd

De oudste bewoningsresten van Leiden zijn ge-vonden ten noorden van de Wassenaarseweg, inhet zogenaamde Pomona-gebied. Op deze plekwerd een oude strandwal aangetroffen met vond-sten uit de late steentijd (2800-2000 voor Chris-tus). Ook op strandwallen rond Voorschoten enWassenaar werden vondsten uit deze periode ge-daan. Van de periode direct daarna, de bronstijden de vroege ijzertijd, zijn in Leiden geen vond-sten bekend. Dat wil niet zeggen dat ons gebiedtoen niet bewoond werd, maar de bewoondegrondlagen liggen ofwel heel diep onder de gronddoor de vele afzettingsfasen die nadien volgden,ofwel ze zijn verspoeld tijdens periodes waarin dezee verder landinwaarts kwam.Meer weten we over de bewoning in de midden-ijzertijd: de bewoners woonden langs de zijstro-men van de Oude Rijn, in de huidige Stevens-hofjespolder, de Cronesteynse polder en de Oost-vlietpolder. Ook aan de noordkant van Leiden, inde Munnikenpolder en in de Achthovenerpolderzijn resten uit de ijzertijd bekend. De mensenwoonden in deze nederzettingen met een of twee

9

1 Geschiedenis van het Leidse grondgebied

deel 1pc:Prima 1 17-8-2009 15:29 Pagina 9

Page 6: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

gezinnen bij elkaar en leefden van veeteelt en mo-gelijk wat akkerbouw. Zij legden akkers aan op devruchtbare kreekruggen en oeverwallen en lietenhun vee grazen op de hooilanden daar vlak achter.In het veenmoeras tussen de stromen verzamel-den zij riet en wilgentenen voor het vlechten vanmuren en afscheidingen. Bovendien vulden zijhier hun dieet aan met de jacht op vogels en vis-vangst. Om zich veilig in het moeras te kunnenbegeven legden zij her en der knuppelpaadjes aan– paden gevormd uit rijen boomstammetjes entakken. Gedurende de laatste eeuwen voor Chris-tus raakte het land rond de kreken en stromensteeds meer ontgonnen, wat uiteindelijk resul-teerde in een tamelijk open landschap. In de laat-ste eeuw voor Christus vermengden Bataven enCananefaten zich met deze lokale bewoners. DeRomeinse geschiedschrijvers geven aan dat dezeuitheemse groeperingen de inheemse bevolkingmin of meer onder de voet liepen, maar waar-schijnlijker is het dat kleine, militair sterke groe-pen Bataven en Cananefaten zich met hulp van de

10

Het landschap rond Leiden zoals dat er in de ijzertijd uitgezien moet hebben. De stippen geven de reeds bekende vindplaatsen aan,maar vermoedelijk zijn er meer bewoonde erven in de regio geweest.

Een weg door het veen: van takken en palen werd een zogenaamd ‘knuppelpad’ aangelegd.

deel 1pc:Prima 1 17-8-2009 15:29 Pagina 10

Page 7: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Bij het vervaardigen van de archeologische enbouwhistorische waardenkaarten is gebruik ge-maakt van verschillende bronnen: de reeds be-kende archeologische en bouwhistorische gege-vens, geologische onderzoeken, archiefmateriaalen ‘expert judgement’. Daarnaast vormde histo-risch kaartmateriaal een belangrijke bron van in-formatie. Leiden bezit een uitgebreide collectiehistorische kaarten, vaak gemaakt door be-roemde kaartenmakers. Een daarvan was JoanWillemszoon Blaeu, die in 1649 in zijn ‘Toonneelder Steeden’ een kaart van Leiden opnam. Vandeze kaart is nu een 3d-visualisatie gemaakt, metde titel Blaeu Digitaal – Ontdek Leiden in de Gou-den Eeuw.

Historische kaartenIn de zestiende en met name de zeventiende eeuwzijn in Nederland heel veel kaarten gemaakt. DeRepubliek der Zeven Verenigde Nederland die in1588 werd uitgeroepen, verwierf in de zeventiende(ofwel ‘Gouden’) eeuw grote economische macht.De internationale handel en zeevaart bloeiden,waarbij de Verenigde Oost-Indische Compagnie(voc) een belangrijke rol speelde. De vele reizenvan de voc maakten een goed kaartenbestandnoodzakelijk. Bovendien stelde de heersende wel-vaart zowel stadsbesturen als individuele burgersin staat prestigieuze atlassen te laten maken. Dergelijke atlassen werden als statussymbool beschouwd en vaak groot en luxueus uitgegeven.

73

4 De Leidse kaart van Blaeu

De Leidse kaart van Joan Blaeu uit 1649.

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 73

Page 8: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Ze werden bewaard in speciale kabinetten ofpronkkasten. Tot aan de jaren ’20 van de zeven-tiende eeuw werd de Europese markt voor kaartengedomineerd door Jodocus Hondius die herdruk-ken van de kaarten van de Vlaamse cartograafMercator uitgaf. Tegelijkertijd waren in de Repu-bliek cartografen actief in Enkhuizen en Edam.Het bleek een groeiende markt te zijn: kooplie-den, zeelieden en welgestelde burgers waren allengeïnteresseerd in wat er zich achter de horizon afspeelde.Joan Blaeu en ook zijn vader Willem JanszoonBlaeu hadden de kennis van zaken en de handels-geest om onder deze omstandigheden uit tegroeien tot wereldberoemde cartografen. Het be-lang van hun kaarten en atlassen wordt tot op dedag van vandaag onderkend. Hun belangrijkstewerk, de Atlas Major, is dan ook onderdeel van denationale canon van de geschiedenis.30

De firma BlaeuWillem Janszoon Blaeu werd in 1571 geboren inAlkmaar of Uitgeest als zoon van een welvarendekoopman. Na gewerkt te hebben bij de Amster-damse haringkoopman Cornelis Hooft (die meteen nicht van Blaeu was gehuwd), volgde hij zijnwerkelijke interesse en ging in de leer bij deDeense astronoom Tycho Brahe. Hier leerde hij degrondbeginselen van de landmeetkunde en hoehij (meet)instrumenten en globes moest maken.Bij terugkomst in Nederland vestigde hij eeneigen drukkerij en uitgeverij in Amsterdam. Zijneerste gedrukte kaarten van rond 1605 vielen opdoor hun kwaliteit en Blaeu werd bekend om zijninnovatieve geest. Hij bracht enkele belangrijkeverbeteringen aan in de drukpers, waardoor dezesneller werkte, maakte aard- en zeeglobes en ma-thematische instrumenten en verrichtte zelflandmetingen. Bovendien sprak hij veel met zee-lieden en verdiepte zich in scheepvaartjournaals,op basis waarvan hij zijn kaarten aanpaste. Zijnoudste zoon Joan of Johannes Blaeu werd in 1598of 1599 in Alkmaar geboren. In 1619 en 1620 stu-deerde Joan rechten aan de universiteit van Lei-den. In 1620 werd hij tot doktor in de rechten be-noemd en reisde hij door Europa. Hij trouwde

met Geertruid Vermeulen en kreeg zes kinderen.Vanaf ongeveer 1630 was hij werkzaam bij zijnvader en leerde van hem het vak.Na de dood van Willem in 1638 namen Joan enzijn broer Cornelis de uitgeverij over en werd Joanofficieel benoemd tot cartograaf voor de voc, eenfunctie die zijn vader vóór hem had bekleed. ToenCornelis in 1642 overleed zette Joan het bedrijf al-leen voort. Onder Joan Blaeu verwierf het bedrijf internatio-nale vermaardheid, vooral door Joans enormehandelsinzicht. In 1636 bracht Joan zijn eersteeigen werk uit: een deel van de Atlas Novus. In1649 volgde het Toonneel der Steden, waarin stads-plattegronden van de belangrijkste Nederlandse(vesting)steden waren opgenomen. Vanaf 1662bracht hij in verschillende talen en edities zijnmeest beroemde werk, de Atlas Major uit, diebijna zeshonderd kaarten en enkele duizendenpagina’s beschrijvingen bevatte en daarmee hethele toenmalige wereldbeeld weergaf. De atlas illustreert hoe de kennis van de wereld door ont-dekkingsreizen en handelscontacten was toege-nomen. Blaeu maakte de atlassen op bestelling opfolioformaat en de opdrachtgever kon zelf aange-ven hoe de uitgave eruit moest zien; al dan niet inkleur, al dan niet in leer gebonden. Men kon ookzelf aangeven wat er op de rug of het voorbladmoest worden vermeld. Dit alles droeg natuurlijkbij aan de aantrekkingskracht van het object: hetwas niet alleen de grootste atlas ooit gedrukt,maar men kon er ook, als het ware, zijn eigenstempel op drukken. De atlas werd daardoor eenzeer gewild statussymbool. Zo bezaten zowel deEngelse koning Charles i, als de stadhouder Wil-lem iii (die later eveneens koning van Engelandwerd) een exemplaar. Ook Leiden bestelde eeneigen atlas, waarschijnlijk vanwege het feit dat destad een afgevaardigde in het Amsterdamse be-stuur van de voc had. Het was zaak om goed opde hoogte te zijn van de landen waarmee menhandel dreef en de zeeroutes waarin werd geïn-vesteerd. De Leidse versie werd voorzien van hetwapen met de twee sleutels. De atlas is nog steedsin het bezit van het Regionaal Archief Leiden enis in 2007 geheel gedigitaliseerd. U kunt de zes

74

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 74

Page 9: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

banden nu op internet raadplegen via de websitevan het archief.31

De Atlas Major en het ‘Toonneel der Steeden’ hoor-den tot de duurste cartografische uitgaven van dezeventiende eeuw. De kaarten zelf waren prachtiguitgevoerd, maar zelden origineel en vaak verou-derd of niet helemaal correct. Joan Blaeu ging erniet zelf op uit om metingen te doen. Hij ont-wierp zijn kaarten op basis van bestaand kaart-materiaal, aangevuld met kennis die hij haaldeuit scheepsjournaals, reisverslagen en gesprek-ken met zeelieden. Met zijn kaarten en atlassenverwierf Blaeu weliswaar een internationale repu-tatie, maar hij werd door zijn collega’s hevig be-kritiseerd vanwege zijn gebruik van oud cartogra-fisch materiaal.

In februari 1672 werd Blaeu’s werkplaats aan deGravenstraat achter de Nieuwe Kerk volledig ver-woest door een stadsbrand. Drukpersen, gravu-res, boeken en papier gingen grotendeels verlo-ren. Een jaar later, op 28 mei 1673, stierf Blaeu,waarschijnlijk diep getroffen door zijn ondervon-den ongeluk, in zijn woonplaats Amsterdam. Water van de drukkerij over was, werd overgenomendoor zijn zoons Willem ii, Pieter en Joan ii. Zijwisten echter de roem van hun vader nooit te eve-naren. Bovendien liep de Gouden Eeuw op zijneinde en was de macht van de Nederlandse koop-en zeelieden tanende, wat de vraag naar kaartenin belangrijke mate deed afnemen. De werkplaatswerd 25 jaar later, in 1698, opgeheven.

75

De kaart van Pieter Bast uit 1600 waarop Blaeu zijn kaart baseerde.

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 75

Page 10: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

De kaart van LeidenTegen het einde van de vrijheidsstrijd van de Re-publiek (de Vrede van Münster werd getekend in1648) vatte Joan Blaeu het plan op een nieuw ste-denboek van de Nederlanden samen te stellen.Het uitroepen van de Republiek had gezorgd voorveranderingen in het algemene aanzicht van deNederlanden en bovendien hadden veel steden inde voorafgaande periode ingrijpende ontwikke-lingen doorgemaakt. De kaarten die tot dan hetmeest gebruikt werden, waren die van Guicciar-dini, een Italiaan die in 1567 een ‘Beschrijving vande Nederlanden’ had uitgegeven, waarin de ge-schiedenis van de Lage Landen werd behandelden diverse stadskaarten waren opgenomen. Hoe-wel Blaeu zelf nog geen stedenboeken had samen-gesteld, had hij wel ervaring opgedaan met hetuitgeven van dergelijk werken: in 1644 gaf hij deFlandria illustrata van de Vlaamse geleerde Anto-nius Sanderus (1586-1664) uit en in 1647 een werkover de verrichtingen van graaf Johan Mauritsvan Nassau in Brazilië. Twee jaar later kwam zijneigen verzameling stadskaarten en beschrijvin-gen uit, waarin hij zowel de noordelijke als de zui-delijke Nederlanden opnam. De politieke schei-ding tussen de twee gebieden werd toen zeker nogniet beschouwd als iets wat blijvend zou zijn ofiets waardoor men zich minder met elkaar ver-bonden voelde. De politieke ontwikkelingen stel-den Blaeu wel voor problemen: enerzijds wildehij, uit ondernemersoverwegingen, bij het uitroe-pen van de vrede een nieuwe atlas klaar hebben,die de actuele situatie recht deed, anderzijds werder nog gedebatteerd over de grenzen en was hetlastig op de zaken vooruit te lopen. Hoewel ach-teraf bleek dat Blaeu niet in alle gevallen de juistekeuze had gemaakt, kon de atlas zeker een succesgenoemd worden. De kaart van Leiden die Blaeuopnam was grotendeels gebaseerd op de kaart vancartograaf en uitgever Pieter Bast uit 1600. Bastmaakte, zoals uit onderzoek blijkt, zeer nauwkeu-rige kaarten en Blaeu nam vrijwel al diens detailsover. Hij nam echter ook een groot deel van destadsuitbreidingen op, waardoor de kaart vanBlaeu uiteindelijk de meeste informatie bevat.Blaeu gebruikte als naam voor de stad nog het La-

tijnse Lugdunum Batavorum, wat in die tijd, zoalsin hoofdstuk 1 is uitgelegd, de gangbare officiëleaanduiding voor Leiden was.

De 3D-animatieAlle cartografen, ook die van de zeventiendeeeuw, staan voor de uitdaging de werkelijkheid tevangen op papier. Moderne kaarten gevenmeestal in kleurvlakken aan waar er sprake is vanbebouwing, water of groenstroken. In de tijd vanBlaeu tekende men echter in zogenaamd vogel-vluchtperspectief: de cartograaf geeft op zijnkaart weer wat een vliegende vogel van bovenafziet. Langs de straten zijn daarom huizen gete-kend en in de parken vinden we bomen. Hierbijwordt echter gebruik gemaakt van een vals per-spectief: terwijl het stratenplan loodrecht vanboven wordt geprojecteerd, worden de huizen,bruggen en andere opvallende onderdelen van destad min of meer van een zijaanzicht voorzien.Dat daarbij af en toe gesmokkeld moet wordenlaat zich raden, maar over het algemeen levertdeze benadering een weergave van de stad op diezeer tot de verbeelding spreekt. Omdat de koper-gravures van Blaeu van zo’n goede kwaliteitwaren, zijn de afdrukken zeer scherp en kan iedergebouw apart bestudeerd worden. Het lijkt alsofje zo door de straten zou kunnen wandelen.Nu, bijna 400 jaar na de totstandkoming vanBlaeu’s kaart van Leiden, kan dat ook werkelijk.De huidige technische middelen maken het mo-gelijk het perspectief van Blaeu om te zetten naareen driedimensionale weergave.Met behulp van verschillende technieken werdieder huis op de Leidse kaart van Blaeu in een 3D-omgeving opnieuw opgebouwd, waardoor we nuin feite een driedimensionale versie van de kaartbezitten. Op de bij dit boek geleverde dvd vindt ueen film met de titel ‘Blaeu Digitaal – Ontdek Lei-den in de Gouden Eeuw’ die u meeneemt op eenvirtuele wandeling door het Leiden van 1649.Eerder werd een vergelijkbaar project uitgevoerdvoor de stad Groningen. Hiervoor werd een kaartvan de landmeter en cartograaf Egbert Hauboisuit 1643 gedigitaliseerd. De Leidse kaart is, in tegenstelling tot die van Groningen, in kleur,

76

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 76

Page 11: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

wat de ervaring van het door-de-stad-lopen nogintenser en ‘werkelijker’ maakt. Op de dvd wordt u meegenomen op een tochtdoor de stad. Eerst vliegen we in vogelvlucht van-uit het zuiden op de stad aan en bekijken destadsmuren en de waltorens. Daarna treden wedoor de Koepoort de stad binnen en gaan we kris-kras door het centrum heen. We zien hoe de Vlietde stad binnenstroomt, we zien de gebouwen vande universiteit, het Rapenburg, de Pieterskerk,het Gravensteen, de Breestraat, het Catharina-gasthuis en het Stadhuis. Onderweg hoort u eengids vertellen over wat er te zien is en soms ookover wat er níet te zien is, zoals bijvoorbeeld de

Blauwe Steen op de Breestraat. Blaeu tekende dezeniet in op de kaart, hoewel hij er in die tijd al wellag en een belangrijke spilfunctie had (zie hoofd-stuk 1). Misschien is dit een aanwijzing dat Blaeutoch niet zo bekend was met de stad of inderdaadniet zo zorgvuldig werkte, zoals zijn concurren-ten meenden.De tocht gaat verder langs de oevers van deNieuwe Rijn, langs de Aalmarkt en de Visbrug,het Waardeiland, de Burcht, de Hooglandse Kerk,het Weeshuis en de Haarlemmerstraat. Dan ver-der naar waar de bedrijvigheid plaatshad: de Ver-versbuurt, de Haven, de Beestenmarkt en deStadstimmerwerf. Via het Galgewater en de Witte

77

Een detail van de kaart van Blaeu; hierop is goed te zien dat er sprake is van vogelvluchtperspectief, waarbij de afzonderlijke huizen zijn voorzien van een zijaanzicht.

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 77

Page 12: Prima 0pc:Prima 1 - leidseregioinkaart.nl · Primavera Pers, Leiden 2009 Prima 0pc:Prima 1 17-8-2009 15:57 Pagina 3. Inhoudsopgave Voorwoord Wethouder Jan-Jaap de Haan 5 ... ders

Poort verlaten we de stad langs het Leprozenhuis,een instelling die men liever buiten de poortenhield. Tijdens uw virtuele wandeltocht door het zeven-tiende-eeuwse Leiden zal het u opvallen hoeveeler eigenlijk nog bewaard gebleven is van de ge-

bouwen en de oorspronkelijke structuur van destad. Natuurlijk is er veel verdwenen, maar dank-zij de ervaring van deze film, de waardenkaarten,dit boekje en uw eigen inlevingsvermogen, kuntu zich, wandelend door hedendaags Leiden, zekerweer even in vervlogen tijden wanen!

78

Ontwerpschets voor de productie van de 3D-animatie: de huizen worden ‘rechtop’ gezet.

Prima 4pc:Prima 1 17-8-2009 15:50 Pagina 78