Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de...

58
VEILIGHEIDSCOORDINATIE-ENERGIEVERSLAGGEVING-EPC-LANDMETEN-PLAATSBESCHRIJVING-BEGELEIDING BOUW- & MILIEUDOSSIERS Fortenstraat 91 9250 WAASMUNSTER Gsm 0474.53.18.50 Fax 052.34.35.87 [email protected] www.vetraco.be Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 1 van 58 GEACTUALISEERD VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN > 500m² BIJ DE FASE VAN HET ONTWERP Ka.O.Gent-Zuid RENOVATIEWERKEN AAN DAKEN Tweebruggenstraat 34 - 9000 GENT Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT VAN HET LASTENBOEK VAN HET ROJECT HET NIET BIJVOEGEN VAN DE GEVRAAGDE DOCUMENTEN LEIDT TOT DE NIET AANVAARDING VAN DE OFFERTE. Bouwheer: VZW Katholiek Onderwijs Gent-Zuid Lange Violettestraat 29 9000 GENT tel: 09 225 47 44 | fax: 09 223 49 38 Subsidiërende overheid: Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGION). Ellipsgebouw - Koning Albert II – laan 35, bus 75 1030 Brussel tel. 02 221 05 11 | fax 02 221 05 31 Ontwerper-Opdrachtgever: Architectenassociatie COPPENS & COEN Boudewijnlaan 133 9300 AALST Tel. 053 77 23 13 | Fax. 053 78 36 12 E-mail : [email protected] Veiligheidscoördinator-ontwerp: BVBA VETRACO Safety ing. Philippe Pollyn Fortenstraat 91 9250 WAASMUNSTER T.052 34 35 87 | F.052 34 35 87 |M. 0474 53 18 50 Laatst gewijzigd op Wijziging 16/06/2010 OVERDRACHT V&G ontwerp

Transcript of Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de...

Page 1: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

VEILIGHEIDSCOORDINATIE-ENERGIEVERSLAGGEVING-EPC-LANDMETEN-PLAATSBESCHRIJVING-BEGELEIDING BOUW- & MILIEUDOSSIERS Fo r te ns tra a t 91 9 25 0 W AASM UN STE R Gsm 0 47 4 .53 .1 8.5 0 Fax 0 5 2 .3 4 .35 .8 7 i nfo@ ve tra co .be w ww .ve tra co .be

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 1 van 58

GEACTUALISEERD VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN > 500m² BIJ DE FASE VAN HET ONTWERP

Ka.O.Gent-Zuid RENOVATIEWERKEN AAN DAKEN

Tweebruggenstraat 34 - 9000 GENT Afd. 4 – sectie D – nr 2121D

Opdracht nr 10.431

Nota aan de aanbestedende aannemers

DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT VAN HET LASTENBOEK VAN HET ROJECT

HET NIET BIJVOEGEN VAN DE GEVRAAGDE DOCUMENTEN LEIDT TOT DE NIET AANVAARDING VAN DE OFFERTE.

Bouwheer: VZW Katholiek Onderwijs Gent-Zuid

Lange Violettestraat 29 9000 GENT tel: 09 225 47 44 | fax: 09 223 49 38

Subsidiërende overheid: Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGION).

Ellipsgebouw - Koning Albert II – laan 35, bus 75 1030 Brussel tel. 02 221 05 11 | fax 02 221 05 31

Ontwerper-Opdrachtgever: Architectenassociatie COPPENS & COEN

Boudewijnlaan 133 9300 AALST Tel. 053 77 23 13 | Fax. 053 78 36 12 E-mail : [email protected]

Veiligheidscoördinator-ontwerp: BVBA VETRACO Safety

ing. Philippe Pollyn Fortenstraat 91 9250 WAASMUNSTER T.052 34 35 87 | F.052 34 35 87 |M. 0474 53 18 50

Laatst gewijzigd op Wijziging

16/06/2010 OVERDRACHT V&G ontwerp

Page 2: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 2 van 58

INHOUDSTAFEL pag 1. VOORWOORD 4 2. VEILIGHEIDPLAN ORGANIGRAM 5 3. ALGEMENE INLICHTINGEN. 6

3.1 Lijst met namen en adressen van de tussenkomende partijen 3.2 Lijst van de (onder)aannemers 3.3 Noodnummers & dringende interventies. 7 3.4 Situatie van de uit te voeren werken 10

3.4.1 Aard van het project 3.4.2 Bestemming van het gebouw 3.4.3 Beschrijving van de te realiseren werkzaamheden. 3.4.4 Planning en verwezenlijkinggegevens 3.4.5 Kritische fazen 3.4.6 Situatie van de gebouwen in exploitatie 3.4.7 Situatie omgeving ( bomen, gebouwen, aanpalend,) 3.4.8 Asbestinventaris los in de gebouwen 3.4.9 Bestaande funderingsmassieven 3.4.10 Stabiliteit van de bestaande gebouwen 3.4.11 Ondergrondse bronnen 3.4.12 Ligging en tracé van de nutsleidingen en kabels

3.5 Fotografische overzichten van situaties 12 3.6 Mobiliteitsplan: werf installatie- en signalisatieplan 13

4. ORGANISATIE VAN DE SAMENWERKING INZAKE VEILIGHEID EN GEZONDHEID 14 4.1. Beleidsverklaring ivm arbeidsveiligheid. 4.2. Algemenen preventieprincipes 4.3. Samenwerking met coördinator (ontwerp en verwezenlijking) 15

4.3.1. Documenten te voegen bij de aanbesteding 4.3.2. Documenten te leveren vóór aanvang van de werken 4.3.3. Documenten te leveren tijdens de uitvoering van de werkzaamheden 4.3.4. Documenten te leveren na beëindigen van de werkzaamheden

4.4. Rol van de architect, van de werfleider en van de verantwoordelijke van elke aannemer 17 4.4.1. Verbintenissen van de bouwdirectie belast met het ontwerp 4.4.2. Specifieke verplichtingen van de aannemers tov eigen werknemers en derden 4.4.3. Verplichting veiligheidsvoorschriften na te leven

4.5. Bouwplaatsreglement 5. RISICOANALYSES 18

5.1. Algemene risico duiding van de werken volgens CO en opgesteld in de fase ontwerp. 5.1.1.Risicoanalyse per activiteit - MINIMALE VOORSCHRIFTEN 5.1.2. Andere risico’s en specifieke preventiemaatregelen 19

5.2. V&G en specifiek V&G met Risicoanalyses van de verschillende aannemers 6. IDENTIFICATIE VAN RISICO’S TGV WEDERZIJDSE BEINVLOEDINGVAN ACTIVITEITEN EN COORDINERENDE MAATREGELEN

22

6.1. Identificatie van risico’s cfr. tabellen algemene maatregelen ter voorkoming ervan 6.1.1. Organisatie van de werf: werfinrichting en werkterreinafbakening 6.1.2. Transport op de Werf 6.1.3. Arbeidsmiddelen, hanteren van materialen en materieel, gebruik van hefwerktuigen 6.1.4. Manueel hanteren van lasten 6.1.5. Opslaan, verwijderen en afvoeren van grond, puin, afval 6.1.6. Verwijderen van en/of werken aan gevaarlijke materialen 6.1.7. Collectieve en peroonlijke beschermingsmiddelen 6.1.8. Het gebruik van de algemene elektrische installaties 6.1.9 . Toestellen met laserstraal 6.1.10 .Gemeenschappelijke steigers 6.1.11. Orde, netheid en hygiëne 6.1.12. Organisatie van de hulpverlening 6.1.13. Overleg en samenwerking tussen partijen en tussen werkgevers en werknemers

6.2. Identificatie van werken met verhoogd risico en specifieke maatregelen 30 6.2.1. Sleuven of putten dieper dan 1,2 m 6.2.2. Funderingswerken 6.2.3. slib – en drijfzand 6.2.4. werken op hoogtes > 5m

Page 3: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 3 van 58

6.2.5. Chemische of biologische agentia 6.2.6. Ioniserende straling 6.2.7. Elektrische hoogspanningslijnen of -kabels 6.2.8. Verdrinkingsgevaar 6.2.9. Ondergrondse werken en tunnelwerken 6.2.10. Werken met duikuitrusting 6.2.11. Werken onder overdruk 6.2.12. Gebruik van springstoffen 6.2.13. Montage of demontage van geprefabriceerde elementen 6.2.14. Ter plaatse te storten betonconstructies 6.2.15. Metselwerken 6.2.16. Afbraakwerken

6.3. Specifieke maatregelen voor gelijktijdige en opeenvolgende werken en voor wederzijdse inwerking van activiteiten, installaties, vervoer, exploitatie

31

6.3.1. Werkvergunningen 6.3.2. Werken met open vlam: BRANDPREVENTIE 6.3.3. Werken met gevaarlijke producten 6.3.4. Toegangsprocedure voor werken in een in gebruik zijnd gebouw 6.3.5. Werken in laboratoria 6.3.6. Ononderbroken exploitatie van de opdrachtgever 6.3.7. Werken in Besloten ruimte 6.3.8. Gelijktijdige uitvoeringen 6.3.9. Specifieke aandachtspunten eigen aan de bouwplaats

6.4. Identificatie van risico’s bij mogelijke latere werkzaamheden, maatregelen en instructies 34 6.5. Concrete voorzieningen in de meetstaat: 35

6.5.1. Werfafsluiting 6.5.2. Werfweg 6.5.3. Werflokalen 6.5.1. Signalisatie en veiligheidsvoorzieningen 6.5.5. Regelmatige opkuis van de werf - afvalverwijdering 6.5.6. Ter beschikking stellen van PBM’s, brandblusmiddelen,…. 6.5.7. Ter beschikking stellen documenten met betrekking tot veiligheid en gezondheid. 6.5.8. Uitvoering van het werk in functie van het VGP. 6.5.9. Ter beschikking laten van de elektrische werfinstallatie

6.6. Beschrijvingen bij te voegen bij offertes 37 7. POST INTERVENTIE DOSSIER,LATER GEBRUIK,ONDERHOUD EN BIJKOMENDE WERKEN (AFZONDERLIJK DOSSIER) 37 8. OVERDRACHT VAN DE COORDINATIEINSTRUMENTEN 37 9. BIJLAGEN** 47

9.1. identificatie aannemer & materieel 9.2. intentieverklaring 9.3. Bouwplaatsreglement 9.4. Lijst onderaannemers 9.5. Meldingsformulieren ongeval/incident 9.6. Vuurvergunning 9.7. Voorafgaande kennisgeving 9.8. Inschrijvingsformulier 9.9. Keuringen 9.10. Risicoanalyse

** documenten en formulieren in bijlagen worden bijgevoegd bij aanbesteding (igv overheidsopdrachten) en/of

overhandigd aan de aangestelde aannemers na aanstelling (particuliere bouw

Page 4: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 4 van 58

1.VOORWOORD VEILIGHEIDSBELEID EN DOELSTELLING U als opdrachtgever (of zijn aangestelde) en wij als veiligheidsdeskundigen hebben de morele plicht al het mogelijke te doen voor de veiligheid en de gezondheid van het personeel waar wij verantwoordelijk voor zijn. Op de werf willen wij een veiligheidsbeleid voeren voor het personeel van de aannemers die er tewerkgesteld zijn door te streven naar optimale arbeidsomstandigheden. Veiligheid vormt een geïntegreerd deel van elke opdracht. 1. Het VGP is gebaseerd op de Europese Richtlijn 92/57/EEG van 24/06/1992, de "Wet op het welzijn" van 04/08/1996

het KB 25.01.2001 en zijn volgende aanpassingen (oa KB dd. 19.01.2005 ),dit document bevat de risicoanalyse en de vast te stellen preventiemaatregelen ter voorkoming van de risico’s waaraan de werknemers kunnen blootgesteld worden als gevolg van: * De uitvoering van het werk; * De wederzijdse inwerking van activiteiten van de diverse tussenkomende partijen die tegelijkertijd op de

tijdelijke of mobiele bouwplaats aanwezig zijn; * De opeenvolging van de activiteiten van de diverse tussenkomende partijen op een tijdelijke of mobiele

bouwplaats wanneer een tussenkomst, na het beëindigen ervan, risico's laat bestaan voor de andere tussenkomende partijen die later zullen tussenkomen;

* De wederzijdse inwerking van alle installaties of alle andere activiteiten op of in de nabijheid van de site waar de tijdelijke of mobiele bouwplaats is gevestigd, inzonderheid het openbaar of privaat goederen- of personenvervoer, het aanvatten of de voortzetting van het gebruik van een gebouw of de voortzetting van eender welke exploitatie;

* De uitvoering van mogelijke latere werkzaamheden aan het bouwwerk Het naleven van deze veiligheidsvoorschriften is één van de absolute voorwaarden waaronder de werkzaamheden mogen uitgevoerd worden. Het niet naleven van deze voorschriften kan de goede samenwerking tussen de aannemers in gevaar kan brengen. Daarom zullen alle verantwoordelijken er strikt op toezien dat de regels, zoals ze werden vastgelegd en ondertekend door een verantwoordelijke van elke aannemer, worden nageleefd. Bij het niet naleven van de voorschriften kan overgegaan worden tot een eenzijdige verbreking van het contract met betrokken aannemer.

2. Dit VGP is opgemaakt met de kennis en de inzichten welke op beschikbaar waren op de werf op XX/XX/2010 en de plannen verkregen van de architect op 14/06/2010. Een aantal onbekende factoren zullen moeten worden ingevuld door de coördinator verwezenlijking tijdens het uitvoeren van zijn opdracht.

3. De coördinator verwezenlijking zal binnen zijn wettelijk opgelegde taken, de wet op het welzijn en het KB TMB, de nodige aanpassingen of aanvullingen doen aan het veiligheids- en gezondheidsplan.

4. Dit VGP is ook gebaseerd op de richtlijnen opgenomen in het lastenboek van de architect. 5. Het KB TMB is, volledig van toepassing op deze werken. Buiten de inhoud van het K.B. wordt in het bijzonder, de

aandacht van de aannemers gevestigd op de bijlage I, III en IV van dit K.B. � Bijlage I: De niet limitatieve lijst bedoeld in artikel 27 §1, 3°,a zijnde de preventieve maatregelen, de specifieke

maatregelen en de instructies aan de tussenkomende partijen. � Bijlage III: De minimumvoorschriften inzake veiligheid en hygiëne van toepassing op bouwplaatsen, zoals bedoeld in art.50 � Deel A: Algemene minimumvoorschriften voor de arbeidsplaatsen op bouwplaatsen. � Deel B: Specifieke minimumvoorschriften voor de werkplekken op bouwplaatsen. ���� Bijlage IV: Minimumvoorschriften bedoeld in artikel 53, §4, tweede lid. (Gebruik van de arbeidsmiddelen).

De inschrijver dient kennis te nemen van alle voorschriften vervat in dit veiligheids- en gezondheidsplan, teneinde in zijn prijsopgave alle inlichtingen te vervatte die in het document gevraagd wordt (bijlage 8)

Teneinde rekening te houden in zijn prijsopgave met alle specifieke verrichtingen inzake veiligheid en gezondheid op de bouwplaats, die hem ten deel vallen zoals beschreven in dit document, alsook de wetten en reglementen mbt deze materie. Alle hier beschreven preventiemaatregelen en –middelen, inbegrepen de buitengewone individuele- en/of collectieve beschermingsmiddelen, vormen het vwp van een prijsopgave in een AFZONDERLIJK document.

Door in te schrijven voor deze prijsaanbieding bevestigt de aannemer inschrijver zijn kennisname en goedkeuring van al de in dit document voorziene schikkingen en erkent deze geen meerprijzen te zullen voorleggen aan de bouwheer ifv de door de veiligheidscoördinator opgelegde instructies.

Centraal VGP: Er wordt een VGP dossier samengesteld en bijgehouden door veico Philippe Pollyn. Dit dossier moet te allen tijde kunnen ingekeken worden door alle betrokken intervenanten (AN, IDPB’s en EDPB’s, EDTC’s en NAVB

LEGENDE WG = werkgever WN = werknemer BD = Bouwdirectie TMB = Tijdelijke en Mobiele Bouwplaatsen BDO = bouwdirectie belast met ontwerp BDU = Bouwdirectie belast met uitvoering BDC = Bouwdirectie belast met controle op uitvoering OPDG = opdrachtgever CO = Coördinator ontwerp CV= Coördinator verwezenlijking Ov = overeenkomst

CD = Coördinatiedagboek DV = Deskundig verslag PID = Post-interventiedossier wz = werkzaamheden wd = werkdagen kd = kalenderdagen SO = schriftelijke overeenkomst PV = Proces Verbaal RA = Risico-Analyse PVM = preventiemaatregelen APB = algemene preventiebeginselen Bww = bouwwerk

PBM = persoonlijke beschermingsmiddelen CBM = collectieve “ “ “ “ “ BP = bouwplaats(en) COS = Coordinatiestructuur TBS = ter beschikking stelling HOB = Half open bebouwing DdW = Dagboek der werken VGP = Veiligheid- en gezondheidsplan OAN = onderaannemer AN = aannemer

Page 5: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 5 van 58

2.VEILIGHEIDSPLAN -ORGANIGRAM Hiërarchie van de veiligheidsplannen

Veiligheids- en gezondheidsplan bij ontwerp

Veiligheids- en gezondheidsplan bij verwezenlijking

= Veiligheids- en gezondheidsplan

bij ontwerp + aanpassingen

Algemeen veiligheids- en gezondheidsplan aannemer

Coördinator ontwerp voor aanbesteding

Bvba Vetraco

Coördinator verwezenlijking

vanaf overdracht V&G-plan ontwerp

Bvba Vetraco

Aannemer voor aanvang uitvoering

na aanbesteding

Aannemer 2 weken voor aanvang specifieke uitvoering

Onderaannemer 4 weken voor aanvang

uitvoering

Specifiek(e) veiligheids- en gezondheidsplan(nen)

aannemer

Specifiek(e) veiligheids- en gezondheidsplan(nen)

onderaannemer(s)

Page 6: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 6 van 58

3. ALGEMENE INLICHTINGEN. 3.1 DE UITVOERING - Lijst met namen en adressen van de tussenkomende partijen

Inlichtingenfiche over de natuurlijke of rechtspersoon BOUWHEER Naam VZW Katholiek Onderwijs Gent-Zuid Adres Lange Violettestraat 29 Postnr + Gemeente 9000 GENT Contactpersoon Dhr. Piet Batselé E-mail [email protected] Algemeen telefoonnummer 09/225.47.44 Algemeen faxnummer 09/223 .49. 38 Inlichtingenfiche over de rechtspersoon BELAST MET AANSTELLING van de CO/CV. = OPDRACHTGEVER, hier zijnde de BDO

Inlichtingenfiche over de subsidiërende overheid Naam: Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGIOn) Adres: Ellipsgebouw - Koning Albert II – laan 35, bus 75 Postnr + Gemeente 1030 Brussel Algemeen telefoon 02/221.05.11 Algemeen Faxnummer 02/221.05.31 Inlichtingenfiche over de Ingenieur Stabiliteit, in de fase van het ONTWERP.

NVT

Inlichtingenfiche over contactpersoon BELAST MET HET ONTWERP BOUWWERKEN (BDO). (werken>500m²) én BELAST MET CONTROLE OP DE UITVOERING (BDC)

Naam COPPENS & COEN ARCHITECTENASSOCIATIE BVBA Adres Boudewijnlaan 133 Postnr + Gemeente 9300 AALST Contactpersoon ir. arch. Hans Boeynaems E-mail [email protected] Algemeen telefoonnummer 053/77.23.13 Algemeen faxnummer 053/78.36.12 G.S.M. nummer +32 486895827

Identiteit van de CV Naam BVBA VETRACO, ing. Philippe Pollyn Contactadres Fortenstraat 91 Postnr + Gemeente 9250 WAASMUNSTER E-mail [email protected] of [email protected] Faxnummer 052/34.35.87 G.S.M. nummer 0474/53.18.50 Natuurlijke persoon coördinator ing. Philippe Pollyn

3.2 Gegevens van de (onder)aannemers na aanbesteding 3.2.1. Inlichtingenfiche over de Bouwdirectie belast met de uitvoering. 1ste BDU

Naam Adres Postnr + Gemeente E-mail Algemeen telefoonnummer Algemeen faxnummer Contactpersoon E-mail Gsm: O.nr. BE Reg.nr. Gegevens van onderaannemers van 3.2.1., genummerd als 3.2.1.01, 3.2.1..02, voor OAN 1,2,.. Gegevens onder worden opgenomen in het CD Gegevens van de aannemers worden na toewijzing verspreid via coördinatieverslagen. VC tijdig en vóór aanvang werken, een lijst van de aannemers en onderaannemers bezorgen aub

Page 7: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 7 van 58

3.3 NOODNUMMERS & DRINGENDE INTERVENTIES. DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULP, AMBULANCE, BRANDWEER Telefoon : 105

G.S.M. : 112 DRINGENDE POLITIONELE INTERVENTIE, POLITIE, RIJKSWACHT, EENHEIDSPOLITIE Telefoon : 101

G.S.M. : 112 SECUNDAIR ZIEKENVERVOER, RODE KRUIS VLAANDEREN

Telefoon : 105 G.S.M. : 112 EUROPEES NOODNUMMER, AMBULANCE, BRANDWEER VIA GSM

Telefoon : 112 G.S.M. : 112 ANTIGIFCENTRUM 070/245.245

BRANDWONDENCENTRUM 02/268.62.00

DE CIVIELE BESCHERMING 02/506.47.47 DICHTST BIJZIJNDE ZIEKENHUIS. 09/240.21.1 Universitair ziekenhuis Gent De Pintelaan 185 – 9000 GENT HUISDOKTER IN EEN STRAAL VAN +/- 1 KM ROND DE WERF. Dokter 1 Dr. Bilsback P. Adres: Tweebruggenstraat 31 Postnummer: B-9000 | Gemeente: GENT Tel.: 09/223.75.58 Brandweer: Brandweer ���� kazerne GENT Adres: Roggestraat 70 Postnummer: B-9000 | Gemeente: GENT Tel.: +32 (09) 268 88 55 OF (09) 268 88 56 Fax: +32 (09)268 88 58 Noodnummer.: 100 of 112 | E-mail: [email protected] Politie: Politiezone Gent���� 5415 Adres: Antonius Triestlaan 12 Postnummer: B-9000 | Gemeente: GENT Tel.: +32 (09) 266 68 50| Fax.: +32 (09) 266 60 13 Noodnummer.: 101| E-mail: [email protected] N.A.V.B. (Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en Hygiëne in het Bouwbedrijf)

Adres: Sint-Jansstraat 4 Postnummer: B-1000|Gemeente: BRUSSEL GSM: +32 (0479) 985265 |Fax: +32 (02) 5520505 E-mail: [email protected] Adviseur: Marc Cockmartin Arbeidsinspectie: Arbeidsinspectie Oost-Vlaanderen Administratief Centrum "Ter Plaeten" Adres: Sint-Lievenslaan 33 B Postnummer: B-9000 |Gemeente: GENT Tel.: +32 (09) 268 63 30| Fax: +32 (09) 268 63 20 E-mail: [email protected] Verantwoordelijke: Jan De Vil, adviseur-generaal Dienst Ruimtelijke Ordening gemeente GENT Loket Stedenbouw en Openbaar Domein Gent-Centrum Adres: Woodrow Wilsonplein 1 Postnummer: B-9000 Gemeente: Gent Tel.: +32 (09) 266 79 50| Fax.: +32 (09) 266 79 69 E-mail : [email protected] Waterleidingmaatschappij: T.M.V.W. Adres: Stropkaai 14 Postnummer: B-9000 | Gemeente: GENT E-mail: [email protected] Nieuwe aansluiting, algemene info: +32 (078) 353599 Lekken, ongevallen en permanente wachtdienst: +32 (078) 353588 (24/24 u

Page 8: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 8 van 58

NUTSVOORZIENINGEN

Eandis: Elektriciteit + gas + openbare verlichting: Voor alle informatie over elektriciteit, aardgas 078 35 35 35 (elke werkdag van 8 tot 20 uur) Voor het melden van een defect 078 35 35 00 (24 uur op 24 en 7 dagen op 7) Voor het melden van een gasreuk 0800 650 65 (24 uur op 24 en 7 dagen op 7) Voor het melden van een defect aan de openbare verlichting 0800 635 35 (gratis en 24 uur op 24 en 7 dagen op 7) of via de website www.straatlampen.be Bij vragen rond meteropneming ICC (Indexis Communication Center) tel. 078 789789 Lijst van erkende leveranciers : www.vreg.be Uw netbeheerder voor elektriciteit & aardgas: Imewo (via Eandis) Brusselsesteenweg 199 9090 Melle tel. 078/35.35.34 [email protected] www.imewo.be Luminus Kempische Steenweg 299 3500 Hasselt Tel. 078 15 02 10 [email protected] www.luminus.be Nuon Belgium Medialaan 34 1800 Vilvoorde Tel. 0800 21 031 [email protected] www.nuon.be Electrabel Customer Solutions

Regentlaan 8 1000 Brussel Tel. 078 35 33 33 www.electrabel.be/contact Televisie-kabel: MixtICS Liersesteenweg 4, 2800 Mechelen 0800 66 206 BELGACOM TEL/ 09/265.37.38 Keizer Karelstraat 1 - 9000 Gent Televisie+kabeldistributie TELENET NV Liersesteenweg 4 – 2800 MECHELEN Tel:015/33.30.00 Fax:015/33.37.17 www.telenet.be

ALGEMEEN

Noodnummers

• Antigifcentrum tel. 070/24.52.45

• Brandwondencentrum tel. 09/240.34.90 of 09/240.21.11

• Child Focus 24u op 24u tel. 110

• Kindertelefoon: tel. 078/15.14.13

• Tele-onthaal: tel. 106

• Aidstelefoon : tel. 078/15.15.15

• Kankertelefoon : tel. 070/222 111

• Electrabel : tel. 09/239.08.90

• Energielijn : tel. 078/35.35.35

• Gasreuk 24u op 24u : tel. 0800/65.065

• Defecten elektriciteit, TV, water 24u op 24u : tel. 078/35.35.00

• Straatlampen defecten : tel. 0800/63.535

• Waterleiding : aansluiting: tel. 09/348.39.11

• Wachtdienst: tel. 09/221.50

• Ziekenwagendienst : tel. 0800.31.132

Page 9: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 9 van 58

3.4. SITUATIE VAN DE UIT TE VOEREN WERKEN 3.4.1 Aard van het project:

���� Nieuwbouw ���� Verbouwing ���� Instandhoudingswerken ���� Infrastructuurwerken

���� Uitbreiding ���� Herinrichting ���� Afbraakwerken

3.4.2 Bestemming van het bouwwerk: Versteviging van de betonnen draagstructuur en heraanleg speelplaats en vervanging afrastering speelplaats 3.4.3 Beschrijving van de te realiseren werkzaamheden: KB 19 januari 2005 - De toepassing van art. 2 §1 van "de algemene richtlijnen." § 1. Dit besluit is van toepassing op de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen, namelijk de plaatsen waar de volgende bouwwerken of werken van burgerlijke bouwkunde worden uitgevoerd: 7° bouwwerken; � dakwerken 8° montage en demontage van, inzonderheid, geprefabriceerde elementen, liggers en kolommen; 9° inrichtings- of uitrustingswerken; 14° sloopwerken; 18° afwerkingswerkzaamheden behorende bij één of meer werken bedoeld in 1° tot 17°.

De werkzaamheden staan exact omschreven in het dossier opgesteld door het Architecten bureau (lastenboek + meetstaat) GLOBAAL LATEN DE WERKZAAMHEDEN ZICH ALS VOLGT OMSCHRIJVEN (CHRONOLOGISCH) :

1 VOORAFGAANDELIJKE WERKEN

Werfinrichting: Bouwplaatsvoorzieningen algemeen (KB van 24 september 2006) : • vergader- en kantoorlokaal • personeel- en kleedruimte • bergruimte materieel/materiaal • sanitaire voorzieningen • toilet units

Toegangswegen: Bescherming en/of afscherming van toegangswegen, openbaar domein, deuren, poorten,wanden, lokalen ea

Bouwhekkens: Volledige afsluiting van de bouwplaats ten opzichte van de speelplaats. Volledige afsluiting van de werfzones tov in exploitatie zijnde gebouw, gangen ea doorgangen(tov studenten, personeel, bezoekers)

Nutsvoorzieningen: Aparte teller elektriciteitsnet school voorzien Aparte teller watervoorzieningnet school Zorgen voor eigen waterafvoer

2 RUWBOUWERKEN

X INSTANDHOUDINGSWERKEN schoringwerken

X AFBRAAK-, ONTMANTELING- & SCHORINGSWERKEN Afbraak: bestaande dakbedekkingen

Afbraak bestaande dakconstructies

Afbraak & verwijderen plat dakdichting en hellingslaag

GROND- EN FUNDERINGSWERKEN RIOLERINGEN GEWAPEND BETON METAALWERKEN: X METSELWERKEN Eventuele herstellingen, verstevigingen

3 DAKBEDEKKINGSWERKEN

X PLATTE DAKEN Vernieuwen bestaand e daken (isolatie + bedekking)

X HELLEND DAKEN Vernieuwen bestaand e dakconstructies (isolatie + bedekking)

4 BUITENSCHRIJNWERKEN

Nieuwe dakvlakramen nog te bepalen

VLOEREN 5 INSTALLATIETECHNIEKEN

ELEKTRISCHE INSTALLATIE

HVAC-INSTALLATIE

LIFTINSTALLATIE

Page 10: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 10 van 58

SANITAIRE INSTALLATIE

6 AFWERKINGSTECHNIEKEN

PLEISTERWERKEN EN GISPKARTONCONSTRUCTUES VERLAAGDE PLAFONDS BINNENSCHRIJNWERK SCHILDERWERKEN 7 OMGEVINGSWERKEN

8 VASTE UITRUSTING

Eventueel dakheken monteren met oog op latere herstellingswerken ifv veilige bereikbaarheid

9 ALGEMENE OPKUIS

3.4.4 Planning en verwezenlijkinggegevens a) Ontwerpfase: planning opgemaakt door de bouwdirectie belast met het ontwerp. Deze planning der werken maakt melding vd fasen in de uitvoering der werken en omvat de hoofdactiviteiten. De planning wordt bijgehouden − Vermoedelijke aanvangsdatum der werken: na aanbesteding − Vermoedelijke duur der verschillende werkzaamheden :

Raming in ontwerp: maximum xxx opeenvolgende werkdagen Zie ontwerp-planning architect Voorstel van planning bij te voegen bij de inschrijving door de inschrijvers − Vermoedelijke einddatum der werken: xxx kalenderdagen na aanvangsdatum b) Uitvoeringsfase: planning opgemaakt door de bouwdirectie(s) belast met de uitvoering. De planning der werken wordt voor de start der werken besproken met de bouwdirectie belast met de controle op de uitvoering, met de opdrachtgever en met de coördinatorverwezenlijking. De planning wordt regelmatig geactualiseerd en overhandigd aan voornoemde partijen. Tijdens de uitvoeringsfase zal de coördinatorverwezenlijking regelmatig de uitvoeringsplanningen van de verschillende aannemers opvragen en vergelijken om zo eventuele bijkomende coördinerende maatregelen te adviseren. De deze planning wordt bijgehouden in het coördinatiedagboek. − Vermoedelijke maximum aantal werknemers die tegelijkertijd op de bouwplaats zullen tewerkgesteld

worden: Raming in ontwerp : +/- 4 Raming Inschrijver : (na aanbesteding) − Vermoedelijke maximum aantal werkgevers/zelfstandigen die tegelijkertijd op de bouwplaats zullen

tewerkgesteld worden: Raming in ontwerp : +/- 4 Raming Inschrijver : (na aanbesteding) - Het tijdsschema dat voorkomt op de planning is fictief opgesteld door de VC en dient aldus opgesteld door de

BDO en OPDG zie ook art. 17 Wet Welzijn 04/08/1996. - De aannemer werkt volgens zijn eigen middelen en uitvoeringstechnieken en neemt te zijner laste en op

eigen risico alle maatregelen die nodig zijn om alle averijen en ongelukken te vermijden.

3.4.5 Kritische fazen waarop de coördinator verwezenlijking minstens moet aanwezig zijn � Werfinrichting:

- afschermen en afbakenen werfzones tov gangen, lokalen al of niet stof- en/of waterdicht, - controle op uitvoering inplanting- en mobiliteitsplan

� Afbraak-, sloop- en ontmantelingwerken � Werken op hoogtes:

- Dakwerken - Montagewerken: - Werken op gemeenschappelijke steigers - Hoogtewerker en/of schaarlift

� Alle werkzaamheden waarbij minstens 2 aannemers tegelijkertijd op de werf werken uitvoeren – co-activiteit

� Afzonderlijk te werk gestelde werknemers in een schoolgebouw � Na beëindigen ruwbouwwerken ( of na beëindigen werkzaamheden van andere (onder)aannemer(s)

dienen de eventuele restrisico’s gedetecteerd en beheerst (laten staan of alsnog plaatsen CBM’s, werfafsluiting, werfketen, sanitair, verlichting)

3.4.6 Korte beschrijving van het bouwterrein

De werken worden uitgevoerd in een in gebruikzijnde schoolgebouw (Humaniora|Basisschool|Internaat) Trachten (minst risico verbonden) om de meest “hinderlijke” en, al of niet gevaarlijke werken aan te laten vatten tijdens de schoolverloven, weekends en/of woensdagnamiddagen Indien voorstel geen optie: de nodige maatregelen treffen om de dagelijkse huishouding van en in de school, alsook daarbuiten, het openbare verkeer, niet te hinderen, noch in gevaar te brengen:

Page 11: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 11 van 58

1. De BDU (bouwdirectie belast met de uitvoering) moet zorgen dat de werf- en circulatiezone(s) DUIDELIJK zullen worden afgebakend – lokalen,gangen,speelplaats,openbaar domein ,… welke al of niet horen tot de ‘werf- en circulatiezone(s)’ zullen eveneens worden afgesloten/afgebakend op aanwijzen van de opdrachtgever (OPDG)/architect. Tevens is het mogelijk dat welbepaalde ruimten, installaties, ea inplantingen op het terrein, beschermd moeten worden (stofdicht afschermen met houten schutsels/PVC zeilen ed)– ook dit zal op aanwijzen van de OPDG én architect gebeuren.

2. Er dienen duidelijke afspraken te worden gemaakt tussen OPDG en BDU mbt tot de nood- en evacuatieprocedures van de school. De interventieplannen dienen op elkaar afgestemd (aanwezigheidslijst schoolgebouw/werf, alarm- en communicatiesysteem, info en instructies betreffende de maatregelen in geval van nood, EHBO,…)

3. Er dient rekening te worden gehouden met “afzonderlijk tewerkgestelde werknemers” � afspraken om minstens met 2 personen op de werkplek aanwezig te zijn en/of in het bezit zijn van gsm (indien netwerkbereik) met nummer aanwezige verantwoordelijke(n) (conciërge of dergelijke)

4. De Aannemer is er toe gehouden de aan te wenden apparatuur te voorzien van alle geluiddempende middelen die de techniek hem ter beschikking kan stellen. De geluidshinder tot een minimum beperken tijdens de lesuren, alle gebeurlijke klachten en eventuele boetes zijn ten laste van de Aannemer.

5. Bij werken gepaard gaande met stofhinder, zal de Aannemer de nodige maatregelen treffen om de hiermee gepaard gaande hinder voor de omgeving te beperken. Deze maatregelen kunnen bestaan uit het besproeien met water en/of het spannen van afschermende zeilen.

6. Afgebakende zone (werfzones) moeten voorzien van pictogrammen ‘verboden werf te betreden’ alsook een signalisatiebord met melding firmanaam, contactpersoon en gsmnummer)

7. warme werken dienen steeds vooraf gemeld aan de bouwheer/opdrachtgever en er moet een vuurvergunning worden afgeleverd door laatste

3.4.7 Situatie bovengronds, bomen, gebouwen, aanpalend, ed.

Situering van de bouwplaats. Zone: schoolzone Toegangsweg en bouwzone: Het schoolgebouw is bereikbaar via de Tweebruggenstraat – is gedeeltelijk een auto arme straat vanaf de Groene Ooie, richting Nieuwenboschstraat. De Tweebruggenstraat is bereikbaar via de Lange Violettestraat. Belemmeringen in hoogte, omvang: Geen belemmeringen Opslagruimte: Dient met de school besproken te worden om afvalcontainer, constructiemateriaal op de speelplaats te plaatsen met de nodige afscherming en signalisatie. ** Speciale voorzieningen voor omwonenden/exploitanten(personeel-studenten): Aannemer dient zich te houden aan de regelgeving betreffende lawaaihinder en nachtrust. Bij voorkeur om 8:00u starten ipv 7:00u. Interferentie van de werkzaamheden met de bewoners. Mogelijks bepaalde activiteiten uit te voeren tijdens verloven De vleugels C, D, G&H: bevinden zich binnen een ommuurde schoolsite. Enkel een aanbouw van vleugel C paalt aan het openbaar domein, zijnde de Tweebruggenstraat. Rondom de daken andere vleugels zijn bomen en planten ingepland, een tennisveld en een binnenkoer.

** De binnenkoer, tennisveld: Nagaan welke de toelaatbare belasting is van de bestaande constructie rondom de betreffende gebouwen waar de daken dienen afgebroken en vernieuwd. Indien niet voldoende moeten alle werken manueel uitgevoerd worden en mogen geen machines type ‘Bobcat’ ingezet worden, mogen geen ophopingen van materiaal of materieel ontstaan en moeten containers, machines, vrachtwagens etc... steeds in de Tweebruggenstraat (zie plan in bijlage) blijven staan. Al het afbraakmateriaal moet stelselmatig en permanent met de kruiwagen en/of via stortkoker(s)worden afgevoerd via beschikbare ruimtes/dsoorgangen. Alle aanvoer van nieuw materiaal gebeurt eveneens stelselmatig en zonder (zelfs tijdelijke) ophopingen op de bestaande structuur. Nagaan of bomen/planten dienen te worden afgeschermd of zelfs verwijderd ifv montage steigers, gebruik hoogtewerker(s), schaarliften ed…

Parking: Niet werkplaats gebonden voertuigen parkeren op de openbare weg. Het parkeren van voertuigen op het openbaar eigendom gebeurt volgens het wegverkeerreglement. De hoofdaannemer dient voldoende plaats binnen de werfafsluiting te voorzien om een deel werfvoertuigen en/of afvalcontainer te plaatsen zodat deze, zonder gevaar voor mensen op de openbare weg, kunnen geladen en gelost worden. (voldoende signaleren cfr. wegcode)

De opdrachtgever, en/of bouwdirectie belast met de uitvoer (BDU), hier zijnde de ruwbouwaannemer, maar ook de aannemer belast met de afbraakwerken, zal geadviseerd worden om een plaatsbeschrijving uit te voeren van de belendende (gebouwen, openbare weg, afsluitingen,….)

3.4.8 Asbestinventaris los in de gebouwen of ondergrondse leidingen

Indien zou blijken dat er asbest cement aanwezig is vóór aanvang der werken, mogen de afbraakwerken en verwijdering van asbesthoudend materiaal uit gebouwen, constructies en installaties, waarbij de grenswaarden (0,5 vezels per ml voor chrysotiel; 0,15 vezels per ml voor de andere asbestsoorten) overschreden worden, énkel

Page 12: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 12 van 58

door hiervoor erkende bedrijven uitgevoerd worden volgens een voorgeschreven procedure (art. 148decies 2 punt 5.9.3). De BDU zal dan een aanvraag tot milieuvergunning verwijderen asbest, indienen. (mib van alle specifieke voorzorgsmaatregelen welke de vigerende wetgeving voorschrijft igv asbestverwijdering (KB 22/07/91) veiligheidsvoorschriften.

3.4.9 Bestaande funderingsmassieven NVT 3.4.10 Stabiliteit van de bestaande gebouwen

In functie van de uitvoeringsmethoden, zal de aannemer verantwoordelijk voor afbraakwerken, de nodige veiligheidsmaatregelen treffen om de stabiliteit van de te behouden bouwgedeelte(n)/constructies en belendende te verzekeren en eventuele beschadiging te voorkomen. Voldoende schoor- en stutwerk voorzien op aanwijzen van ingenieur/architect of aangestelde externe gespecialiseerde firma.

3.4.11 Ondergrondse bronnen 3.4.12 Ligging en tracé van de nutsleidingen en kabels NVT 3.5 Fotografisch overzicht van de omgeving (inplantingplan)

Foto1

Page 13: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 13 van 58

3.6 Mobiliteit- en werfinrichtingsplan: , 3.6.1 LIGGINGSPLAN WERF, INPLANTING, ORIËNTATIE. De BDU en bij meerdere BDU’s diegene die als eerste op de werf werken komen uitvoeren, zal de bedrijfslocatie tijdens de werfinrichting indelen in twee zones : Zone 1 is de ‘werk zone’ waar de werken moeten uitgevoerd worden Zone 2 is de 'administratieve zone', zijnde een werf met minimaal gevaar Zone 3 is de ‘publieke zone’, zijnde een zone zonder enig gevaar waar iedereen kan komen.

De zone 2 wordt door de BDU zodanig gekozen dat bezoekers, de opdrachtgever en zijn medewerkers, de VCV, en elkeen die de werf betreedt zonder de noodzaak de werken ter plaatse te aanschouwen, voorafgaandelijk in deze aparte zone wordt opgevangen. Deze zone zal ook de werfketen, schaft- en verpozinglokalen, vergaderlokaal e.d. omvatten. Het staat de aannemer vrij om nadat er een deel van het gebouw hiervoor geschikt is, hiervoor lokalen tijdelijk in te richten. Bij het verlaten van zone 2 in de richting van zone 1, zal men de personen die deze zones gaan betreden hiervan uitdrukkelijk, d.m.v. de nodige en juiste signalisatie, op de hoogte stellen. (Gebruik PBM’s) De aannemer zal de nodige maatregelen nemen om te vermijden dat zone 2 in de omgeving komt van, of vervuild wordt door de werken in, de andere zones. Tussen de zone 3 en de zones 2 & 1 wordt een degelijke afscherming gemaakt die voor het publiek de toegang naar de werfzones afschermt. 3.6.2. CIRCULATIE- EN WERFINRICHTINGSPLAN In- en Uitritten Om te voorkomen dat op willekeurige plaatsen vrachtwagens- in en uit rijden of stilhouden, zal de werfafsluiting langs de openbare weg slechts ter plaatse van de geplande in- en uitritten onderbroken worden. Buiten de werkuren dienen deze openingen gesloten te worden, dit onder de verantwoordelijkheid van de BDU ���� hier zal toegang verleent worden via de schoolpoort thv de Tweebruggenstraat. Dit gebeurt na telefonische melding gsm Piet Batselé: 09/225.47.44

De burelen en personeelslokalen moeten vanaf de openbare weg toegankelijk zijn zonder nood aan beschermingsmiddelen, die voor het verder betreden van de werf wel noodzakelijk zijn. Een gepaste afbakening moet deze zone omgeven en de nodige pictogrammen dienen aangebracht om te wijzen op de noodzaak aan individuele bescherming op de eigenlijke werf.

De grens van de werf dient duidelijk gematerialiseerd zijn met bouwhekkens van +/- 2 m hoogte en aan elke mogelijke toegang vanaf de openbare weg moet de nodige signalisatie aanwezig zijn (toegangsverbod voor derden, helm en veiligheidsschoeisel verplicht,…).

De lokalen moeten worden uitgerust met voldoende en aangepaste brandbestrijdingsmiddelen. Deze moeten gemakkelijk bereikbaar zijn en jaarlijks gecontroleerd.

OLVI

RuimtelijkeOrdening

Page 14: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 14 van 58

De lokalen van de sanitaire installaties (kleedkamers, refters, wasplaatsen, toiletten) voldoen aan de wettelijke hygiëne- en veiligheidseisen en moeten telkens als het nodig is en minstens eenmaal per dag gereinigd worden. De sanitaire afvoeren worden aangesloten op de openbare riolering conform met de plaatselijke reglementering.

Alle inrichtingen van dit hoofdstuk moeten worden aangeduid op een werf-overzichtsplan dat de algemene aannemer bij aanvang van de werf opstelt en ter goedkeuring voorlegt aan de opdrachtgever. - ELKE AANNEMER deelt zijn nodige in te nemen oppervlakten op het terrein (en/of op het openbaar domein) schriftelijk mede te delen (op plan) aan de veiligheidscoördinator, (en indien van toepassing, een kopij van de nodige vergunning ‘inname openbaar domein’ bij te voegen. )

- ELKE AANNEMER dient ism architect en veico een duidelijke planning op te maken om zodoende het aantal mogelijke ‘interventies’ , co-activiteit in te schatten ,waarbij doorgangen, werfwegen,parking, openbaar domein,…geheel of gedeeltelijk kunnen worden gehinderd of zelfs afgesloten. Derhalve kunnen we met alle betrokken intervenanten, derden,…duidelijke afspraken maken.

Verkeerssituatie: Normaal zal elk transportvoertuig de werf kunnen bereiken via de Tweebruggenstraat . Het openbaar verkeer aanmanen tot vertragen en attent maken op mogelijk “uigaand werfverkeer”: Tijdelijk plaatsen signalisatie op +/- 150m van de werf in rijrichting van de straat. Eventueel aanduiden ligging werf tav de leveranciers/aannemers. Alle straten, voetpaden, woningen ed. palend aan de werfzone(s), circulatiezones,… dienen afgesloten mbv bouwhekkens met inbegrip van de te behouden en te beschermen kunstwerken, gebouwen ed

3.6.2.1. Signaleren van werken:

Bij de ingang van het terrein dient de aannemer een signalisatiebord van minimum Am2 (*) aan te brengen waarop alle pictogrammen, (overeenkomstig het K.B. van 17/06/1997 (B.S. 19/09/1997) Codex Titel III "Arbeidsplaatsen" Hoofdstuk I "Basiseisen", Afdeling I "Veiligheids- en Gezondheidssignalering op het werk"), van de in die zone noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen staan vermeld, die bij het betreden van die zones dienen te worden gedragen. De afmetingen van de gebruikte pictogrammen zullen minimum deze zijn welke volgens de norm NBN ISO 3864 worden bepaald, zodat de leesbaarheid van op een afstand van 10 meter mogelijk wordt.

(*) Rekenkundig wordt de bordgrootte als volgt uitgedrukt: A ≥ L² / 2000 met A= oppervlakte in cm², L= waarnemingsafstand in centimeters. Het minimum oppervlakte van een signalisatiebord bedraagt 1125 cm², waaruit de afmetingen voor rechthoek, driehoek en rond signalisatie bord zijn af te leiden. In de praktijk geeft dit de volgende afmetingen:

Afstand 10 meter Afstand 20 meter Afstand 40 Rechthoekige

signalisatie 300 x 100 mm 600 x 200 mm 1200 x 400 mm

Vierkante signalisatie 100 x 100 mm 200 x 200 mm 400 x 400 mm

Het materiaal van de gebruikte pictogrammen zal van die aard zijn dat de leesbaarheid van de signalisatie gedurende minimum 6 maanden ongewijzigd leesbaar blijft. Mogelijk zal een signalisatiebord met vermelding “Hier aanmelden aub” dienen aangebracht, afhankelijk of al of niet een “gecontroleerde toegang” zal worden georganiseerd. De volgende symbolen zullen MINIMUM op de borden worden vermeld: Helmdracht verplicht Werkschoenen verplicht Vallende lasten Verboden werf te betreden voor onbevoegden

Evenals alle symbolen die op de werf van toepassing zijn, voor de duur van de toepassing.

4. ORGANISATIE VAN DE SAMENWERKING INZAKE VEILIGHEID EN GEZONDHEID 4.1. Beleidsverklaring ivm arbeidsveiligheid Behorende tot het takenpakket van de veiligheidscoördinator – verwezenlijking (CV). Dit algemeen veiligheid- en gezondheidsplan geldt als instrument bij de coördinatie van dit project. Het is een document dat in elke fase van het te realiseren werken, vanaf de ontwerpfase tot de oplevering ervan, de veiligheidsrisico’s analyseert en weergeeft. Het stelt de gepaste preventiemaatregelen voor ter voorkoming van incidenten en ongevallen bij de werknemers tijdens het uitvoeren van hun taak (taken). De verschillende werken of fasen zijn eveneens opgenomen in dit plan. Wij wijzen erop dat voor een specifiek project de inhoud van dit algemeen veiligheids- en gezondheidsplan moet aangevuld worden met:

- de specifieke preventiemaatregelen voortvloeiend uit het ontwerp (aan te leveren door de CO); - de specifieke preventiemaatregelen voortvloeiend uit de uitvoeringsmethoden van de aannemer (aan te leveren door de aannemers en coördinator verwezenlijking).

En verder moet aangepast en/of aangevuld worden tijdens de verwezenlijking van het specifiek project.

Een kopie van dit algemeen veiligheids- en gezondheidsplan dient steeds op de werf aanwezig te zijn en wordt opgenomen in het coördinatiedagboek (CD) van de CV.De bijlagen waar in dit algemeen veiligheids-en gezondheidsplan naar worden verwezen zijn opgenomen in het CD.

A31

Page 15: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 15 van 58

De aannemers verbinden er zich toe, voor henzelf en alle onderaannemers, alle maatregelen te nemen om te voldoen aan de hierna vermelde punten, deze te aanvaarden en te eerbiedigen. Zij zullen bovendien deze maatregelen opleggen aan hun onderaannemers en leveranciers welke op de bouwplaats aanwezig zijn. 4.2. Algemene preventieprincipes Het beheersen van risico's

Algemeen zal men overgaan tot het toepassen van de voorkomingmaatregelen inzake risico's zoals ze zijn opgesomd in de 'Wet betreffende het welzijn van de werknemers bij het uitoefenen van hun werk' dd 04/08/1996 BS 18/09/1996. Hierna genoemd 'Wet op het Welzijn' of afgekort WOW. De volgorde van risicovoorkoming is opgesomd in artikel 5 van deze wet. Deze wordt hierna verkort hernomen.

a) Risico’s voorkomen.

b) Risico’s die niet kunnen worden voorkomen, evalueren,

c) De geëvalueerde risico’s bestrijden aan de bron,

d) Vervangen van wat gevaarlijk is door wat niet gevaarlijk is.

e) Voorrang geven aan de collectieve beschermingsmiddelen t.o.v. de individuele.

f) De arbeid aanpassen aan de mens (ergonomie) door in te grijpen in het concept, de organisatie en de arbeids- en productiemethoden,

g) Zoveel mogelijk de risico's inperken mits gebruik makend van de modernste techniek.

h) Risico's op letsels inperken door met voorrang technische maatregelen te nemen.

i) De implementatie in de planning van de juiste techniek, organisatie van het werk, arbeidsomstandigheden, arbeidsmiddelen, sociale betrekkingen en omgevingsfactoren.

j) De werknemer de juiste voorlichting geven over de aard van zijn werkzaamheden bij 1) zijn indiensttreding, 2) telkens dit i.v.m. zijn bescherming en welzijn noodzakelijk is.

k) Het verschaffen van de juiste instructies en de begeleidingsmaatregelen die een redelijke garantie bieden op het naleven van deze instructies.

4.3. Samenwerking met de coördinator (verwezenlijking) De coördinator verwezenlijking wordt aangesteld door de opdrachtgever zijnde (KaHo Gent-Zuid) In het kader van de naleving van de wetgeving is elkeen verplicht zijn medewerking te verlenen aan de coördinator en alle nodige informatie verschaffen: 4.3.1 Documenten te voegen bij het aanbestedingsdossier 1. De identificatie van de aanneming 2. De intentieverklaring: In deze intentieverklaring bevestigt de aannemer kennis te hebben genomen van de inhoud van het "Veiligheids- en Gezondheidsplan Ontwerp" opgesteld van de veiligheidscoördinator. 3. De veiligheidmeetstaat: (zie 6.5) De aannemer beschrijft op welke wijze hij het bouwwerk zal uitvoeren, rekening houdend met "Veiligheids- en Gezondheidsplan Ontwerp" van de veiligheidscoördinator (Art. 30 1°Koninklijk Besluit van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen), alsook de preventie- en beschermingsmaatregelen om de risico's te vermijden of te verminderen die in het "Veiligheids- en Gezondheidsplan Ontwerp" opgenomen werden. Hij vult hierop de kostprijzen van de preventie- en beschermingsmaatregelen in. (Art. 30 2° Koninklijk Besluit van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen). BEOORDELING VAN DE DOCUMENTEN VAN DE AANNEMER De veiligheidscoördinator-ontwerp beoordeelt de documenten die de aannemer bij zijn offerte voegt. Hij adviseert de opdrachtgever betreffende de conformiteit van de bijgevoegde documenten aan het "Veiligheids- en Gezondheidsplan Ontwerp" en stelt de opdrachtgever in kennis over eventuele niet -overeenstemmingen.

4.3.2 Documenten te leveren vóór aanvang van de werken

4.3.2.1.Kopij van de voorafgaandelijk kennisgeving aan de administratie

(cfr. artikel 45 en 46 van het KB TMB) door de bouwdirectie belast met de uitvoering en/of hoofdaannemer

Kopij van de voorafgaande kennisgeving moet zichtbaar op de bouwplaats op een voor het personeel gemakkelijk toegankelijke plaats, worden aangeplakt ten minste 10 kalenderdagen vóór begin werken. Voorafgaande kennisgeving bedoeld in artikel 45 (via internet https://www.socialsecurity.be���� nieuwe aangifte via https://www.socialsecurity.be/site_nl/Applics/duc/index.htm) (zie bijlage 7)

4.3.2.2.Richtlijnen voor het V&G plan hoofdaannemer

De hoofdaannemer, alsook de onderaannemer(s) stelt zijn specifiek V&G op dat rechtstreeks slaat op de door hem uit te voeren werkzaamheden. Ook de hoofdaannemer dient voor alle werkzaamheden waarvoor volgens de coördinator een gedetailleerde risicoanalyse nodig is, een specifiek V&G op te stellen. De hoofdaannemer (BDU) is tov het bestuur verantwoordelijk voor zijn onderaannemers en bijgevolg ook voor het behoorlijk opstellen en in de praktijk omzetten van hun V&G. Het is belangrijk dat deze V&G op elkaar zijn afgestemd. De specifieke V&G worden tijdig aan de veiligheidscoördinator overgemaakt voor het werk aanvangt, zodat de doeltreffendheid ervan kan worden beoordeeld en er eventueel coördinatiemaatregelen kunnen genomen worden die het werk vd andere aannemers kunnen beïnvloeden.

Page 16: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 16 van 58

Elke onderneming moet zelf instaan om dit reglement ter kennis van zijn personeel, leveranciers, onderaannemers en eventueel bezoekers te brengen en de toepassing er van op te leggen

Bij discussie echter zullen de bepalingen van de door de coördinator ontwerp bijgevoegde risico-analyses en doorslaggevend en bindend zijn, en voorrang hebben op deze in het VGM-plan van de aannemer. De bepalingen van de door de coördinator ontwerp bijgevoegde risico-analyses moeten beschouwd worden als minimale maatregelen. Het V&G plan omvat minimaal de volgende gegevens:

1. Ingevulde formulieren in bijlage,: “identificatie van de aannemer mbt zijn veiligheidsbeleid en ondertekenen van het veiligheid- en milieucharter”, “minimum gegevens voor coördinatie” en “registratie VGM-instructies”, of formulieren eigen aan de onderneming, die minstens dezelfde gegevens bevatten: • kennis heeft genomen van dit veiligheid- en gezondheidsplan; • op de hoogte is van de geldende reglementering; • de geldende reglementering zal naleven; • de bepalingen van dit veiligheid- en gezondheidsplan zal naleven; • de bepalingen van zijn eigen specifiek veiligheid- en gezondheidsplan zal naleven; • de bijkomende veiligheidsvoorschriften van het betreffende bedrijf zal naleven.

Elke onderaannemer wordt voor de start van de werken gemeld aan coördinator-verwezenlijking: een door de onderaannemer ondertekend veiligheid-,gezondheid- en milieucharter wordt overhandigd, vergezeld van de risicoanalyse van diens werken en een overzicht van de producten met gevaarlijke eigenschappen. o Algemene informatie , omschrijving van de werkzaamheden en veiligheidsinformatie, datum van indienen en

datum overgemaakt aan de veiligheidscoördinator o minimumgegevens voor coördinatie: lijst met referentiepersonen en nuttige telefoonnummers (tewerkgesteld

personeel, duur der werken, voorziene uitvoeringsduur, aantal bedienden, werfleiders, ploegbazen, arbeiders, Kantoor; preventieadviseur, keuringsorganisme, veiligheidsverantwoordelijke op de werf, EHBO hulpverleners op de bouwplaats,…) (ID aannemer zie bijlage 1)

o lijst der onderaannemers o Intentieverklaring en document kennisname VGM-plan (zie bijlage 2) o Registratie van VGM instructies o Noodprocedures ‘EHBO ‘ Organisatie van de eerste hulpverlening op de werf voor de eigen werknemers

2. Uitvoeringsmethodes van gevaarlijke werken voorleggen aan VC met de daarbij in te zetten arbeidsmiddelen en de daaraan gekoppelde risico-analyse (RA), risico-evaluatie (RE) en preventiemaatregelen: Risico-analyse van de uit te voeren werken, met evaluatie volgens de methode van Kinney of elke andere methode die toelaat om een degelijke weging van de risicofactoren te maken. Deze RA moet een overzicht geven van alle activiteiten waarvoor een specifiek V&G zal opgemaakt worden. Minstens volgende zaken bevattend: - een overzichtslijst van de voorziene uitvoeringsfasen en hun uitvoeringsperiode; - per uitvoeringsfase, uitwerken van de voorziene detailfasen, opdat een voldoende verregaande evaluatie

van de risico’s mogelijk wordt. - Tabelvorm: kolommenverrichtingen en risico’s moeten reeds ingevuld (deelactiviteit, middelen, risico’s,

maatregelen en opmerkingen). Kolommen met vermelding maatregelen en opmerkingen dient in dit stadium nog niet volledig ingevuld. Te nemen maatregelen te kiezen volgens de hiërarchie vd preventieprincipes:

1.Uitschakelen vh risico 2. Reductie vh risico, 3. CBM 4. PBM 5.opleiding 6. signalisatie

De risico's welke optreden in de gemeenschappelijke risicovelden zullen door de zorgen van de EERSTE aannemer (BDU) welke dit risico ontmoet worden behandeld, net als zijn bedrijfseigen of werfeigen risico's. De beheersing van deze risico’s door collectieve beschermingsmaatregelen zal in stand worden gehouden voor de volledige duur van de werken, ongeacht of de aannemer nog wel of niet aanwezig is.

3. Planningsdocumenten Voorafgaand aan de werken dient de aannemer de planning van de door hem en/of zijn onderaannemers uit te voeren werkzaamheden, ter beoordeling, over te maken aan de veiligheidscoördinator. De aanvangsdatum, de duur en einddatum van zijn interventie, evenals het werkvolume waarmee hij belast is en het personeel toegewezen aan de bouwplaats worden medegedeeld.

4. Veiligheidsfiches gevaarlijke producten – procedure opstellen afvoeren gevaarlijke producten/afval 5. Werfinrichtingsplan

Plan met werfinrichting omvat oa: - Werftoegangen - Plaats van de EHBO - post - Plaats van noodsignalisatie - Plaats brandblustoestellen - Werfdoorgangen en evacuatiewegen

Page 17: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 17 van 58

- Elektrische installatie - Inplanting schaftketen, sanitair en materiaalketen - Voorbestemde stockagezones - Stockageplaatsen gevaarlijke producten

6. Werfsignalisatie - Volg het stappenplan - Het werf signalisatieplan en de vergunning wordt bijgevoegd.

7. Vergunningen & procedures -milieuvergunning verwijderen asbest - Een voorafgaand bodemonderzoek dient te gebeuren om eventuele vervuilde gronden te lokaliseren, maar ook met het oog op het grondwaterpeil. (OVAM bodemattest) - Bij uitgravingen van meer dan 250 kubieke meter (bv. Volledig onderkelderde woningen) dient men een procedure in te dienen bij de vzw Grondbank

4.3.3 Documenten te leveren tijdens de uitvoering van de werken - Keuringen en attesten (Zie bijlage9)

Voorafgaand aan de werken melden welk werfmaterieel zal worden ingezet. Van keuringspichtig materieel dienen de keuringsattesten/certificaten aan de veiligheidscoördinator te worden overhandigd. Bijzondere aandacht dient besteed aan de hiernavolgende wettelijke opdrachten: - de oplevering en periodieke keuring van hefwerktuigen en het hijsgereedschap; - de oplevering van installaties conform het voorkomingbeleid zoals voorzien in de Wet op het welzijn en zijn

uitvoeringsbesluiten, meer bepaald in de wetgeving inzake de Arbeidsmiddelen. - het gelijkvormigheidonderzoek van elektrische installaties conform de artikelen 270 en 272 van het AREI

(Algemeen reglement op de elektrische installaties). - de oplevering van de PBM's conform de bepalingen in de Wet op het welzijn en zijn uitvoeringsbesluiten, en

meer bepaald in de wetgeving betreffende de Persoonlijke beschermingsmiddelen. - Technische fiches Van alle aangewende (gevaarlijke) producten/materiaal dienen de technische fiches aan de vc overgemaakt. - Planningsdocumenten In geval van afwijken van de initiële planning dient de aannemer de planning te actualiseren en aan de vc over te maken. Minimaal 1orafgaand aan de maandelijkse coördinatiestructuur vergadering (indien van toepassing cfr. art 37 van het KB 25/01/01 mbt TMBW) dient de aannemer een detailplanning aan de vc over te maken, waarbij een overzicht wordt weergegeven van de in de volgende maan (4 weken) geplande werkzaamheden. - regelmatige actualisering van de lijst der onderaannemers

4.3.4. Documenten te leveren na beëindigen van de werken

Alle nodige informatie betreffende geleverde goederen en diensten, voor het samenstellen van het postinterventiedossier. De aannemer zal de documenten nodig voor PID opmaken in 2 exemplaren ( instructiefiches, waarborgen, certificaten, documentatie, schema’s,… van de gebruikte materialen, geplaatste installaties, leidingen, systemen,…)

Er geldt eveneens een meldingsplicht voor onveilige situaties. Iedere persoon heeft de plicht tekortkomingen of onveilige situaties (alle incidenten,ongevallen en bijna ongevallen), al dan niet als hijzelf de oorzaak ervan is, onmiddellijk SCHRIFTELIJK te melden aan de veiligheidscoördinator. Elke melding zal met de nodige aandacht door de veiligheidscoördinator worden geregistreerd in het coördinatiedagboek. De noodzakelijke acties zullen ondernomen worden om een bevredigende oplossing te bieden voor het gestelde probleem. Indien de oplossing als onvoldoende wordt ervaren, zal het punt besproken worden tijdens de eerstvolgende veiligheidsvergadering op de Bouwplaats. Aannemer heeft meldingsplicht ad CV verwezenlijking, om bij gevaarlijke werksituaties bij zijn opdracht (ook van eventuele onderaannemer(s)), deze situaties schriftelijk toe te lichten en deze aan de CV te bezorgen, VÓÓR aanvang werken

4.4. Rol van de architect, van de werfleider en van de verantwoordelijke van elke aannemer

4.4.1 Verbintenissen van de bouwdirectie belast met het ontwerp De verbintenissen verantwoordelijkheden van de bouwdirectie belast met het ontwerp zijn, krachtens de Wet op het Welzijn van 4 augustus 1996:

Art. 14. (deel)- Wanneer de opdrachten van de bouwdirectie belast met het ontwerp of van de bouwdirectie belast met de controle op de uitvoering geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend door een architect, bedoeld bij de Wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect, is deze architect ertoe gehouden de verplichtingen die krachtens deze Wet en zijn uitvoeringsbesluiten worden opgelegd aan deze bouwdirecties na te leven.

Art. 15.- De personen die met toepassing van dit hoofdstuk op enigerlei wijze betrokken zijn bij de verplichtingen in verband met werkzaamheden op een tijdelijke of mobiele bouwplaats passen de algemene preventiebeginselen bedoeld in artikel 5 toe.

Page 18: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 18 van 58

Art. 17.- In de ontwerp-, studie en uitwerkingsfasen van het ontwerp van het bouwwerk neemt de bouwdirectie belast met het ontwerp of zijn onderaannemer, en in voorkomend geval, de opdrachtgever de algemene preventiebeginselen bedoeld in de artikelen 5 en 15 in acht bij de bouwkundige, technische of organisatorische keuzen, in verband met de planning van de verschillende werken of werkfasen die tegelijkertijd of na elkaar plaatsvinden evenals bij de raming van de duur van de verwezenlijking van deze verschillende werken of werkfasen.

4.4.2. Specifieke verplichtingen van de aannemers tov eigen werknemers en derden

KB Art. 50.- Onverminderd de verplichtingen die zij hebben ingevolge andere bepalingen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, passen de aannemers de algemene preventiebeginselen toe bedoeld in artikel 5 van de wet (zie tabel 4.2), inzonderheid wat betreft: • het in goede orde en met voldoende bescherming van de gezondheid in stand houden van de bouwplaats; • de keuze van de plaatsing van de werkplekken rekening houdend met de toegangsmogelijkheden tot de

werkplekken, en de vaststelling van verplaatsing- of verkeerswegen of -zones; • de voorwaarden van intern transport en interne behandeling van de materialen en het materieel; • het onderhoud, de controle vóór inbedrijfstelling en de periodieke controle van de installaties en toestellen, ten

einde gebreken te voorkomen die de veiligheid en gezondheid van werknemers in gevaar kunnen brengen; • de afbakening en inrichting van zones voor definitieve en tussenopslag van verschillende materialen, in het

bijzonder wanneer het gaat om gevaarlijke materialen of stoffen; • de voorwaarden voor de verwijdering van gevaarlijke materialen; • de opslag en de verwijdering of afvoer van afval en puin; • de aanpassing van de daadwerkelijke duur van de verschillende soorten werken of werkfasen, afhankelijk van

de evolutie van de bouwplaats; • de samenwerking tussen de aannemers; • de wederzijdse inwerkingen met exploitatie- of andere activiteiten ter plaatse op, of in de nabijheid van, de

bouwplaats. Hiertoe passen zij de voorschriften toe bedoeld in de bijlage III, voor zover er geen specifieke of strengere bepalingen zijn die zijn vastgesteld in uitvoering van de wet. KB Art. 51.- In geval van gelijktijdige of achtereenvolgende aanwezigheid op eenzelfde bouwplaats van minstens twee aannemers, met inbegrip van de zelfstandigen, moeten deze samenwerken bij de uitvoering van de maatregelen inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. Rekening houdend met de aard van de activiteiten, coördineren de aannemers hun optreden met het oog op de voorkoming van en de bescherming tegen beroepsrisico’s. Wanneer het gaat om werkgevers moeten deze hun respectievelijke werknemers en hun vertegenwoordigers over deze risico’s en de preventiemaatregelen inlichten.

Art. 52.- § 1. De aannemers moeten, overeenkomstig de instructies die zij moeten raadplegen of die zij ontvangen hebben (ARAB, Codex, AREI,WOW 04/08/96, Vlarem,…CAO’s) evenals de bepalingen uit dit V&G plan, zorg dragen voor de veiligheid en de gezondheid van hun zelf, hun werknemers, onderaannemers, leveranciers, bezoekers of bezoekers – klanten van de bouwheer. § 2. Daartoe moeten zij, overeenkomstig de instructies:

• op de juiste wijze gebruik maken van machines, toestellen, gereedschappen, gevaarlijke stoffen, vervoer- middelen en andere middelen;

• op de juiste wijze gebruik maken van de persoonlijke beschermingsmiddelen die zij ter beschikking hebben en die na gebruik weer opbergen; • de specifieke veiligheidsvoorzieningen van met name machines, toestellen, gereedschappen, installaties en

gebouwen niet willekeurig uitschakelen, veranderen of verplaatsen en deze veiligheidsvoorzieningen op de juiste manier gebruiken;

• de coördinatorverwezenlijking, de andere aannemers en de diensten voor Preventie en Bescherming op het werk, onmiddellijk op de hoogte stellen van elke werksituatie waarvan zij redelijkerwijs kunnen vermoeden dat

ze een ernstig en onmiddellijk gevaar voor de veiligheid of de gezondheid met zich meebrengt, evenals van elk gebrek vastgesteld in de beschermingssystemen;

• bijstand verlenen aan de coördinatorverwezenlijking, aan de verschillende aannemers en aan de diensten voor Preventie en Bescherming op het werk, zolang dat nodig is, om hen in staat te stellen alle taken uit te voeren of aan alle verplichtingen te voldoen die hen met het oog op de bescherming van het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en van de veiligheid en de gezondheid van de andere personen op het werk zijn opgelegd;

• bijstand verlenen aan de coördinatorverwezenlijking, aan de verschillende aannemers en aan de diensten voor Preventie en Bescherming op het werk, zolang dat nodig is, om alle aannemers in staat te stellen ervoor te zorgen dat het arbeidsmilieu en de arbeidsomstandigheden veilig zijn en geen risico’s opleveren voor de veiligheid en de gezondheid binnen hun werkterrein.

• Hij ondertekent “voor kennisname” de door de coördinator voorgelegde, geregistreerde en gemelde opmerkingen, suggesties e.d.

Indien de bouwheer wenst dat zijn klanten de werfzone (s) wensen te betreden, zal de aannemer hiervoor alle maatregelen treffen zodat deze derden, niet eigen ad werf, op een veilige wijze deze werf kunnen betreden, en dit olv een verantwoordelijke van de bouwheer of zijn afgevaardigde. (gebruik PBM’s)

Page 19: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 19 van 58

Voor elke tewerkgestelde werknemer die een veiligheid-- of risicofunctie waarneemt moet op vraag van VC een geldig medisch attest en een bekwaamheidscertificaat, uitgeschreven door de werkgever of een bevoegde instantie al naar gelang de functie kunnen voorleggen. 4.4.3. Verplichting veiligheidsvoorschriften na te leven De opdrachtgever en / of de veiligheidscoördinator behouden zich het recht voor iedere persoon die de veiligheidvoorschriften niet naleeft, andere personen in gevaar brengt of die onder invloed van drank of overdreven medicatie is weg te zenden en hem de toegang tot de werf te ontzeggen. De opdrachtgever, bouwdirectie en de veiligheidscoördinator hebben steeds het recht: - de werkzaamheden en de naleving van de verplichtingen inzake veiligheid en gezondheid te controleren; - na in gebreke stelling van de aannemer, de werkzaamheden te stoppen indien naar haar mening het

materieel, de werktuigen en / of werkmethodes zelf of de wijze van uitvoering onaanvaardbare risico's inhouden voor de mens, uitrusting of omgeving.

- de werkzaamheden mogen slechts opnieuw hervat worden nadat de aannemer bewezen heeft bekwaam te zijn om in normale en veilige omstandigheden te werken.

- om zelf de nodige maatregelen inzake veiligheid en gezondheid te treffen, op kosten van de aannemer die in gebreke is gebleven indien de aannemer zijn verplichtingen niet of gebrekkig nakomt.

4.5. Bouwplaatsreglement Het bouwplaatsreglement is terug te vinden in het coördinatiedagboek – zie Bijlage 3. Het omvat de te volgen richtlijnen op deze werf en is bedoeld voor alle personen die op deze werf activiteiten uitvoeren of deze werf betreden. Het bouwplaatsreglement zal worden uitgehangen op een duidelijk zichtbare plaats bij de toegang tot de werf.

5. RISICOANALYSE S

5.1. Algemene risico duiding van de werken volgens VCO en opgesteld in de fase ontwerp.

In afzonderlijke bijlage zijn een aantal risicoanalyses opgenomen, die geheel of gedeeltelijk van toepassing zijn op deze werf (afhankelijk van de gebruikte methodes en/of machines). Na de besprekingen met de bouwheer is er afgesproken dat elke afzonderlijke tussenkomende partij moet instaan voor zijn veiligheid. De opvolgende partij kan niet rekenen op veiligheidsvoorzieningen welke zijn genomen door de voorgaande partijen. Indien er toch bepaalde voorzieningen zijn getroffen dient U als opvolgende partij de veiligheid ten alle tijd er van te controleren Alle tussenkomende partijen zullen hiermede rekening houden bij hun prijsopgave. Om risico's door co-activiteit te vermijden dienen alle tussenkomende partijen hun aanwezigheid melden en dit ten laatste 5 dagen voor de aanvang van de werken Deze preventiemaatregelen maken integraal deel uit van de bestekbepalingen. Hieronder is een niet limitatieve lijst opgenomen van mogelijk te behandelen onderwerpen:

• het is aangewezen rijplaten te voorzien op zwakke vloerdelen (binnenkoer ea)l voor oprit en/of

stockagezone(s) materiaal/materieel, werfkeet,…..

• de werfingang en –uitgang dienen te worden aangegeven. Alsook los- laadruimte voorzien

• Bomen en planten, behouden muren ed voldoende afschermen en beschermen

• de werf is enkel toegankelijk voor bevoegden. De nodige pictogrammen (dragen van de nodige pbm’s,

verboden te roken, verboden toegang voor onbevoegden etc.) dienen aangebracht aan de werfingang.

• Alle ontstane openingen tgv sloopwerken (dak-, muur en raamopeningen) water- en winddicht afschermen

• Indien gebruik (mobiele)bouwkraan: Zorgen voor stabiele en voldoende draagkrachtige ondergrond voor

opstelling.

• risico-evaluatie van de aan de aannemer opgelegde uitvoeringsmethode en de door de

veiligheidscoördinatie, aanvullend op het algemeen werfreglement, voorgestelde PBM’s en CBM’s.

• uitvoeringsplanning. 5.1.1. RISICOANALYSE PER ACTIVITEIT - MINIMALE VOORSCHRIFTEN

ACTIVITEIT RISICO’S MAATREGELEN Opening van een werf voor een duur van > 30 werkdagen.

Duur van de werken : Voorafgaande kennisgeving.: https://www.socialsecurity.be/site_nl/Applics/duc/index.htm - 15 dagen vóór de opening van de bouwplaats, - door de hoofdaannemer of door de eerste tussenkomende aannemer.

Werf van > 5 werkdagen waar werkzaamheden met bijzonder vergrote gevaren uitgevoerd worden (K.B. Bouwplaatsen art. 26).

Werkzaamheden met bijzonder vergrote gevaren : Zie punt Risicoidentificatie - Werkzaamheden met bijzonder vergrote gevaren

Voorafgaande kennisgeving aan de Arbeidsinspectie : - 15 dagen vóór de opening van de bouwplaats, - door de hoofdaannemer of door de eerste tussenkomende aannemer. De aannemers geven hun risicoanalyse (veiligheidsplan) betreffende de werken met bijzondere vergrote gevaren aan de veiligheidscoördinator door.

Alle type werkzaamheden.

Risico's voor : - de werknemers van de aannemers en van de

Arbeidsongevallen. De hoofdaannemer geeft de uitvoeringsplanning der werken aan de veiligheidscoördinator door.

Page 20: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 20 van 58

opdrachtgever - de derden (voetgangers, publiek...) - de gebouwen

Risico's n.a.v. nevenactiviteiten.

Ieder tussenkomende aannemer (hoofdaannemer, onderaannemer, nevenaannemer...) stelt zijn eigen veiligheids- & gezondheidsplan op en geeft het voor het begin van zijn werken aan de veiligheidscoördinator door. Elk arbeidsongeval moet aan de veiligheidscoördinator aangegeven worden.

Levering en evacuatie van materieel, materiaal en puin

Verhinderen van doorgangen en rijbanen Doorgang verhinderen van prioritaire voertuigen

Organisatie van het werfverkeer en van de leveringen rekeninghoudend met mogelijkheden: stapelruimte, parking,... Opmaken van een planning van de leveringen, laden en lossen van de vrachtwagens

Mechanische behandeling van lasten (Kranen, hefwerktuigen en hijsmidddelen

Arbeidsongevallen bij de behandelingen Gebrek aan bevoegdheid van de operator Slechte staat van hijsmiddelen

De werfvoertuigen en hefwerktuigen worden uitsluitend bevoegde werknemers bestuurd (veiligheidsfunctie) De keuringsverslagen van de hijsmiddelen en hijstoebehoren moeten op de werf ter beschikking zijn.

Slijpen en/of zagen van kwartshoudende materialen (baksteen, dakpannen,…)

Risico's voor : inademen kwarts

• met een stationaire zaagmachine met watertoevoer en afscherming gedaan worden en/of met gereedschap met afzuiging en/of watertoevoer.

• de afzuiging moet goed aansluiten op het werkvlak. • voldoende ventilatie en de werkruimte grondig en

regelmatig schoonmaken • gebruik ademhalingsbescherming met P3-filter en in

combinatie met afzuiging of nat werken, is P2-masker doorgaans voldoende.

Gelijktijdig werken op de werf van de verschillende tussenkomende partijen

Interactie van gelijktijdige + opeenvolgende werkzaamheden

Afspraken maken omtrent: werfzone, opslag van materiaal, nutsvoorzieningen, signalisatie, veiligheid,… Personen die niet betrokken zijn bij de werken weren. Andacht voor de directe omgeving De detailplanningen van de verschillende tussenkomende partijen dienen vóór aanvang der werken besproken met en beoordeeld te worden door alle tussenkomende partijen. Collectieve Beschermingen en hulpmiddelen tbv bereikbaarheid (oa. Steigers) pas verwijderen na voorafgaand overleg met alle betrokken partijen ivm gezamenlijk gebruik.

Werken in dieptes - niet van toeapssing

Werken op hoogte Val van personen van hoger vlak

• Voorzien van CBM’s: valbeveiliging (oa openingen in verticale en horizontale vlekken afschermen of afdekken dmv reglementaire leuningen, eventueel gebruik maken van een harnasbeveiliging, steigers voorzien van reglementaire leuningen en afzonderlijke toegang, gebruik maken van werkplatformen,…)

• Cfr. Art30 van het KB 25.01.2001 – Er dienen steigers gebouwd rondom de gebouwen, dienst doende als dakrandbeveiliging (tenzij dakrandbeveiligingssysteem aan te brengen mbv hoogtewerker), door een opgeleid en bevoegd persoon (zie rubriek 6.1.10 KB van 31 augustus 2005), zodoende kan vervolgens de aannemer dakwerken (timmer+bedekking) en de buitenschrijnwerker voor het plaatsen van de raampartijen (en eventueel de voeger) deze steigers (her)gebruiken als collectieve valbescherming (igv hellende dakwerken incl. valnetten rondom leuningen bevestigen), zodoende op een efficiënte, economische én veilige manier hun werkzaamheden te kunnen uitvoeren. Vermijden repetitieve risicowerken (monteren en demonteren steigers)

• Stevig verankeren van steigers. Naleven van de montage-instructies, berekeningsnota bijvoegen of verwijzen naar de normen EN 12810 en EN 12811, herberekenen van steigers igv gebruik zeilen. Keuren en herkeuren van de beveiligingen, steigers, toestellen, e.d. (eventueel gebruik van labels, stellinkaart,…)

• ALTIJD Zorgen voor randbeveiliging. (vloeren & dakranden) Werken rond openingen Val van voorwerpen • Zorgen dat er geen mensen onder de opening aan het werk

zijn. • PBM’s: helm, gelaatbescherming, stofmasker • Afbakenen ven signaleren van de werkzone en de zone

onder de werken. • Eventuele openingen afdekken of randbeschermming

plaatsen (voorzien van plinten) Val van een persoon door opening

• Voorzien van valbeveiliging • Openingen afdekken of randbeschermming plaatsen

(reglementaire leuningen) Afbraak- en Val van voorwerpen

Bedelving • PBM’s: helm, gelaatbescherming, stofmasker • Werkzone afbakenen voor onbevoegden (verbodstekens)

Page 21: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 21 van 58

sloopwerken • Stortkoker gebruiken voor puinafvoer • Afvoerzone afbakenen • Andere afbraakmethode kiezen • Niet gelijktijdig boven en onder elkaar werken

Calamiteiten/instorten wegslaan/omvallen wanden, muurdelen ea constructies

• zorgen voor voldoende schoor en stutwerk van losse delen • sloopplan opmaken & respecteren • Stabiliteitsbureau laten controleren • Veilige doorgangen creëren d,m,v, afschermingen, luifels,..

Val van hoogte • Niet bovenop af te breken delen staan • CBM : leuningen, openingen dichtleggen, netten plaatsen • Veilige toegang tot plateaus verzekeren door vaste ladders • Aangepaste PBM : individuele valbeveiliging (lifeline)

Damp- gas en stofontwikkeling • Zorgen voor natuurlijke of gedwongen ventilatie • Afschermingen (dekzeilen) aanbrengen te bescherming van

derden • Regelmatig natsproeien puin • Asbest inventaris + Afbraak asbest-oderdelen enkel door

erkende aannemer • Sloopplan opstellen en respecteren • Liggingsplannen nakijken

Vrijkomen kwartsstof tgv slijpen • met een stationaire zaagmachine met watertoevoer en afscherming gedaan worden en/of met gereedschap met afzuiging en/of watertoevoer.

• de afzuiging moet goed aansluiten op het werkvlak. • voldoende ventilatie en de werkruimte grondig en

regelmatig schoonmaken • gebruik ademhalingsbescherming met P3-filter en in

combinatie met afzuiging of nat werken, is P2-masker doorgaans voldoende.

Brand/vberhitting/ontploffing • warme werken (lassen, slijpen,..) aanvraag vuurvergunning • ABC-poederblusser steeds op werkplek voorzien • Aangepaste slooptechnieken zonder warmteproductie of

open vlam • Proefputten maken voor opzoeken leidingen • Geen open vuur, geen vonken, niet roken

Elektrocutie/ontploffing/brand • alle stroomvoorzieningen (water, gas, elektriciteit)laten afsluiten door erkende maatschappij VÓÓr aaanvang afbraakwerken

• opvragen leidingsplannen (KLIPS) en/of proefsleuven maken, detecteren oleidingen, optekenen en signaleren

Elektrische leidingen en installaties Werken in de nabijheid van leidingen/installaties

Beschadigen van ondergrondse leidingen/installaties Blootstelling aan elektrische stroom door stoten tegen leidingen

• Opvragen liggingsplannen • De exacte ligging van leidingen bepalen door middel van

proefsleuven + signaleren. • Maatregelen voorzien ter bescherming van de leidingen • Indien vereist beveiligingswerken (schotten etc.) uitvoeren • Bij bovengrondse leidingen voldoende afstand behouden

van de leidingen. De leidingen buiten spanning stellen. • Aangepast materieel inschakelen (aangepast bereik en

hoogte, aarding voorzien, gekeurd materieel) Werken aan hoogspanningsapparatuur/ laagspanningsapparatuur

Gevaren voor de mens Elektrisering Electrocutieµverbranding Gevaren voor de omgeving: Brand explosie

• Enkel personen die voldoende technische kennis of ervaring bezitten om de gevaren te wijten aan elektriciteit te vermijden. (BA5: bevoegd persoon)

• Dit lokaal wordt enkel gebruikt voor deuitbating van elektrische installaties. De toegang moet gesloten zijn met een sleutel of elk ander middel en moet de toegang belet worden voor niet bevoegde personen.

• Elektrische installaties afschermen bij werkzaamheden in onmiddellijke nabijheid (boren, slijpen,…

Deze risicoanalyse en bepaling van preventiemaatregelen dient door iedere aannemer voor de werken die hij uitvoert bijgevuld te worden.

5.1.2. ANDERE RISICO’S EN SPECIFIEKE PREVENTIEMAATREGELEN ALGEMENE VEILIGHEIDSEISEN BINNEN SCHOOLSITE:

1) Dagelijkse melding: mbv aanwezigheidslijst. Contactpersoon school dagelijks mede delen met hoeveel mensen op de werkplek en welke werkzaamhden worden uitgevoerd

2) Afspraken om eventueel gevaarlijke werken te plannen tijdens schoolverlof, woensdagnamiddag of weekends…

3) Binnen het schoolgebouw geldt een ALGEMEEN ROOKVERBOD 4) Bij warme werken (lassen, slijpen, branden,…) moet steeds een VUURVERGUNNING worden gevraagd. 5) Aanduiden EHBO-lokaal, toiletten, refter welke de aannemer en zijn personeel al of niet mogen gebruiken.

Page 22: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 22 van 58

6) Anders zelf organiseren binnen afgebakende werfzone. Alle ongevallen en incidenten moeten onmiddellijk worden gemeld. Tel: 162 en schriftelijk de veico op de hoogte brengen

7) NOOD- EN EVACUATIEPROCEDURE Waarschuwing: onderbroken piepsignaal enkel voor bevoegd personeel Evacuatie: continue sirene – evacuatie voor iedereen Brand: verbod gebruik lift/brandweer verwittigen bel 162/blussen/evacuatie � evacueren naar verzamelplaats na sirene, volg schoolpersoneel, volg pictogrammen richting uitgangen en nooduitgangen. Gevaar en Calamiteiten: contactpersoon school verwittigen Instructies schoolpersoneel volgen 8) CONTACTPERSOON: Peter de Graeve: basisschool tel 125 Micheline Dick: humaniora tel 126 Viviane Engels: Internaat tel 127 Piet Batselé: Algemeen + veiligheid tel 162 Algemeen: tel 09/225.47.44

WERFTOEGANG Om te voorkomen dat op willekeurige plaatsen vrachtwagens in- en uitrijden of stilhouden, zal de werfafsluiting langs de openbare weg tijdens de werkuren slechts ter plaatse van de geplande in- en uitritten onderbroken worden. Deze plaatsen worden naargelang de werfbehoeften en in overleg met de gemeentepolitie bepaald, zodat ook de aangepaste verkeerssignalisatie kan worden aangebracht. Zoals reeds in 6.1.1 aangehaald, zullen ook de parkeer- en wachtzones voor zware voertuigen aangeduid en desnoods aangelegd (draagkrachtige en/of beschermd wegdek) worden door de belanghebbende aannemer, en dit bij voorkeur buiten het gabarit van de openbare weg. TOEGANKELIJKHEID VAN DE BESTAANDE IN EXPLOAITATIE ZIJNDE GEBOUWEN De aannemer neemt alle noodzakelijke maatregelen om steeds een veilige toegang tot de schoolsite te vrijwaren. Alsook ALLE toegangswegen binnen het gebouw vrijwaren en voldoende afbakenen van de werkposten – niemand mag gehinderd noch in gevaar worden gebracht ELEKTRISCHE INSTALLATIE VAN DE WERF De aannemer zorgt op zijn eigen kosten voor de installatie van één of meerdere werfborden, uitgerust met de nodige beschermingen en gekeurd door een EDTC. Een kopie van het keuringsverslag dient aan de Opdrachtgever overgemaakt te worden. Of stroomgroep (gekeurd) De aannemer zorgt op zijn eigen kosten voor een algemene verlichting op de werkzone. Vermoedelijk kan stroom van het bestaande “huishoudelijk” net worden, gebruikt – vóóraf te leveren vermogen nakijken. WERKEN OP HOOGTE De aannemer zorgt voor een geschikt arbeidsmiddel om de werken op hoogte uit te voeren. steigers installeren tijdens opbouw metselwerk. Steigers nadien als valbeveiliging voorzien tijdens dakwerken. Valnetten hangen aan bovenste leuningenrij. EVACUATIE VAN HET AFVAL De aannemer dient dagelijks voor het schoonmaken van de werf en zijn omgeving te zorgen, zodat de werf altijd in goede staat van orde en netheid blijft. VERHINDERING VAN DE DOORGANGEN, NOODUITGANGEN, TOEGANGEN VOOR DE HULPDIENSTEN De werkzaamheden van de werf mogen nooit als gevolg hebben dat de nooddoorgangen en nooduitgangen versperd of afgesloten worden. De toegangswegen voor de hulpdiensten moeten voortdurend bruikbaar zijn. Hier vermoedelijk ook dagelijks gebruik bewoner(s) – parkeerruimte, garagepoort, voordeur ed. vrijhouden

5.2. Risicoanalyses van de verschillende aannemers

Rekening houdend met voorgaande algemene preventiemaatregelen en de specifieke preventiemaatregelen voortvloeiend uit het ontwerp dienen de aannemer en zijn onderaannemers hun risico-analyse voor te leggen. De analyse van de risico’s met betrekking tot de uitvoering van het werk worden opgemaakt door de betrokken aannemers overeenkomstig art. 5 van de wet en art. 50 van het KB.

In hun risico-analyse leggen de aannemer en zijn onderaannemers hun bijkomende preventiemaatregelen voor, in functie van de door hen gekozen uitvoeringsmethoden voor de door hun te realiseren werkzaamheden. De specifieke preventiemaatregelen worden in de verwezenlijkingfase door de veiligheidscoördinator verwezenlijking geëvalueerd en zonodig aangevuld. Deze risico-analyse wordt opgesteld voor de start van de werken en ter goedkeuring overhandigd aan de opdrachtgever en de coördinator verwezenlijking. De risico-analyses worden steeds samen met de coördinatie-instrumenten op de bouwplaats bewaard.

De inschrijver dient een offerteprijs te geven voor het toepassen van deze bepalingen op het inschrijvingsformulier., en zijn uitvoeringsmethodes verder te specificeren in zijn VGM-plan.

De inschrijver kan voor de opmaak van zijn VGM-plan van deze risicoanalyses gebruik maken, en mag de risico’s die, gezien de door hem weerhouden uitvoeringsmethode, niet van toepassing zijn schrappen, en kan (moet) melding maken van eventueel bijkomende risico’s en preventiemaatregelen.

Page 23: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 23 van 58

De inschrijver kan en mag eveneens gebruik maken van risicoanalyses die eigen zijn aan zijn bedrijf. Het gebruik van veiligheidsdocumenten eigen aan de onderneming, en de implementatie ervan in de bedrijfsorganisatie dient te worden aangemoedigd. Bij discussie echter zullen de bepalingen van de door de coördinator ontwerp bijgevoegde risicoanalyses en preventiemaatregelen doorslaggevend en bindend zijn. Toepassing art 30 van het KB (zie bijlage 8)

Overzicht van overhandigde risicoanalyses Activiteit Aannemer VGP ontvangen op Opmerkingen

6. IDENTIFICATIE VAN RISICO’S TGV WEDERZIJDSE BEINVLOEDING VAN ACTIVITEITEN EN COORDINERENDE MAATREGELEN Nota aan de aanbestedende aannemers: Het doel van deze rubriek is de aanbestedende aannemer op de hoogte te brengen van bepaalde risico’s die hij zal tegenkomen tijdens de verwezenlijking van het project.

6.1. Identificatie van risico’s cfr. tabellen algemene maatregelen ter voorkoming ervan ALGEMEEN Deze geïdentificeerde risico’s bepalen de preventie- en beschermingsmaatregelen die de aanbestedende aannemer dient te voorzien tijdens de uitvoering van de werken en waarmee hij rekening dient te houden bij het opstellen van zijn offerte. De eventuele meerkosten die uit deze veiligheidsmaatregelen zouden kunnen voortvloeien worden in de “Veiligheidsmeetstaat” (zie bijlage 8) beschreven, hetzij in één van de posten omschreven door de coördinator ontwerp, hetzij in een post die door de aanbestedende aannemer wordt bijgevoegd. De risico-identificatie van de coördinator ontwerp ontslaat de aanbestedende aannemers geenszins van zijn verplichting om alle preventie- en beschermingsmaatregelen te voorzien die verplicht zijn in het kader van de wetgeving betreffende het welzijn van de werknemers tijdens de uitvoering van hun werk. Risico’s, ten gevolge van de wederzijdse inwerking van de activiteiten van de diverse tussenkomende partijen, die tegelijkertijd op de TMB aanwezig zijn. - uitvoering van activiteiten door (andere ) aannemers en onderaannemers(info : zie gedetailleerde

faseringsplanning, die vermeld is in het bestek. ) - aanbrengen en aanpassen van nutsleidingen - levering van materiaal (stortklaar beton - steenslag – zandcement ea materiaal ) - Voor de inventaris van de risico’s op de werf kan gebruik gemaakt worden van een controlelijst - Specifieke (veiligheid)problemen tussen aannemers zullen besproken worden tijdens de vergadering - Werken boven elkaar - Werken met bouwkraan 6.1.1. ORGANISATIE VAN DE WERF: werfinrichting en werkterreinafbakening

6.1.1.1 Werkterreinafbakening en signalering:

Van bij het begin van de werf zal deze voldoende omheind worden mbv in sokkels verankerde bouwhekkens van 2m hoogte om elke toegang vanaf de openbare weg onmogelijk te maken voor derden. Opschriften voor uitdrukkelijk toegangsverbod worden op meerdere plaatsen aangebracht. Bij de werftoegangen wordt dit toegangsverbod aangevuld met een gebodspictogram voor verplichte helmdracht en een voor verplicht dragen van veiligheidsschoeisel. De aanleg en signalisatie van deze werftoegangen behoren tot de opdracht van de algemene aannemer of de bouwdirectie belast met de uitvoering. De bouwdirectie belast met de uitvoering neemt de nodige maatregelen om materialen en bouwwerken te vrijwaren van vandalisme, beschadiging of diefstal.

Alle plaatsen die gevaar voor ongevallen kunnen opleveren, moeten onmiddellijk worden afgebakend, zo nodig afgeschermd en verlicht en bovendien voorzien worden van de noodzakelijke signalering. Oa. Uitgravingen en andere gevaarlijke putten.

Bij de toegang tot de werkplaatsen worden minstens volgende signalisaties geplaatst: • Toegang verboden voor onbevoegden • Veiligheidshelm verplicht • Veiligheidsschoenen verplicht

- Alle plaatsen waar gevaar bestaat om te vallen, moeten stevig afgedekt worden na het beëindigen van de dagtaak, van een vaste leuning voorzien en een duidelijke signalering op voldoende afstand. - Het vroegtijdig verwijderen van werkterreinafbakening, signalering of collectieve beschermingsmiddelen is verboden. Hiervoor moet de voorafgaandelijke toelating bekomen worden van de bouwdirectie belast met de uitvoering. Buiten de hierboven beschreven eisen gelden steeds de minimumvoorschriften voor arbeidsplaatsen zoals ze zijn opgenomen in bijlage III van het KB Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen.

De oppervlakte van het terrein dient geëffend te worden en eventueel tijdelijk verhard , eventueel ifv stabiliteit extra verstevigd, om het af te stemmen op een efficiënt gebruik. Werfzone steeds droog houden! Het voorstel tot inrichten zal aldus besproken worden met de BDCU, CV en de BDU.

Page 24: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 24 van 58

De aannemer, zal wanneer de werkzaamheden langer dan 10 werkdagen duren, ten behoeve van zijn werknemers voorzien in de werfinrichting zoals ze tegenwoordig minimum wordt opgelegd door het A.R.A.B., de Codex, de Wet op het Welzijn, en het KB TMB (zie rubriek 5220 hierna) of enige andere wettelijke verplichting die uit andere reglementeringen zou kunnen voortvloeien.

Ingeval er een vast hijstoestel op de werf geïnstalleerd wordt dient tevens een signalisatie geplaatst te worden met betrekking tot het gevaar voor vallende lasten. Tenminste de hoofdaannemer dient zijn adresgegevens kenbaar te maken en de wijze aan te geven waarop hij bereikt kan worden in geval van calamiteiten. Hiertoe dient een verantwoordelijke aangeduid te worden. 6.1.1.2. Inplanting en inrichting van de werflokalen

Vóór de aanvang van de werken stelt de aannemer een plan op van de inrichting van zijn bouwplaats. Dat plan voorziet oa in de opstelling van werfburelen, refters, kleedkamers, sanitaire installaties, EHBO-lokaal, leveringsplaatsen, opslagplaatsen (gevaarlijke producten), stelplaatsen van vaste bouwkranen, speciale toegang voor hulpdiensten…ed. De coö-verwezenlijking geeft, na overleg met leidende ambtenaar (of zijn gemachtigde), bouwdirectie belast met het ontwerp en de opdrcahtgever,zijn goedkeuring over de inplantingplannen. Het inplantingplan zit ter inzage in het dossier V&G op de bouwplaats. Dit werfinrichtingsplan wordt aangepast aan eventuele opmerkingen. Het vermeldt ten minste volgende gegevens:

• toegangen, wegen, rijrichting en parkings • ligging van nutsleidingen (HS, LS, telefoon, water, gas…) • zones voor gezondheidsinrichtingen, opslaan van materieel, werkplaatsen… • inplanting hijstoestellen en draaicirkel • opgestelde elektrische verdeelborden • E.H.B.O-post • Één of meerdere wachtzones moeten voorzien worden voor vrachtwagens. Er dient parkeerzone voorzien te worden voor de lichte vrachtwagens en bestelwagens van de onderaannemers afwerking, en de personenwagen van de dagelijkse werfleiding

- Elke onderneming is verplicht voor haar werknemers de wettelijk voorziene gezondheidsinrichtingen ter beschikking te stellen (C.A.O. van 22.02.2005 - KB van 24/09/2006) en deze dagelijks te onderhouden. Maaltijden mogen enkel in de daartoe voorziene inrichtingen worden gebruikt. - Het opstellen van werfburelen, refters, kleedkamers, sanitaire installaties, opslagplaatsen, etc… mag enkel conform het inplantingplan en in overleg met de veiligheidscoördinator gebeuren. 6.1.1.3 Inplanting hijstoestellen en draaicirkel, bemalingspompen, stroomgroepen e.d.

De vloeren waarop hef- en hijswerktuigen gebruikt worden, dienen voldoende stabiel te zijn en in staat om de last te dragen. Aanslagmateriaal (kettingen, haken, kabels,…) dienen conform te zijn aan de desbetreffende reglementering (ARAB art. 269.2–280) onder meer op het gebied van identificatie, aanduidingen en maximale last. De kettingen en kabels mogen niet ingekort worden met behulp van knopen, bouten,… en de nodige voorzieningen worden getroffen om te beletten dat ze door wrijving beschadigd zouden worden.

Hefwerktuigen die niet door een EDTC gekeurd werden, worden niet toegelaten op de werf. Een kopie van het verslag van deze keuring is aanwezig op de werf. Alle hijswerktuigen dienen te voldoen aan de desbetreffende reglementering (ARAB art. 268, 269, 280 en 281). Op elk hijswerktuig staat de maximale last vermeld.

Alleen personen die voldoende opgeleid zijn, mogen hijswerktuigen bedienen. Tijdens het lossen en laden is het verboden zich onder de last van de hef- en hijswerktuigen te begeven of te bevinden.

De inplanting dient rekening te houden met de veiligheid van de omwonenden en de gebruikers van de openbare weg, en het beperken van hinder voor de omwonenden:

• Transport van lasten bovenaanpalende percelen en/of woningen is niet toegestaan. • Transport van lasten boven de openbare weg is niet toegestaan • Vermijden van permanent lawaai, en zeker nachtlawaai, bv. ten gevolge van bemalingspompen,

stroomgroepen of dgl. door gebruik van geluidarme toestellen én een oordeelkundige inplanting • Vermijden van alle mogelijke milieuhinder in het algemeen: lawaai, stof en vuil, uitlaatgassen en rook,

geurhinder,…door een oordeelkundige inplanting 6.1.1.4 Opslagplaatsen van gevaarlijke en/of ontvlambare producten en/of bestrijdingsmiddelen

- De opslagplaatsen van ontvlambare producten en materialen, van welke aard ook, moeten zorgvuldig uitgekozen worden. Dit wil zeggen, zo ver mogelijk van de arbeidsplaatsen en dit vooral bij de uitvoering van werkzaamheden welke een zeker brandrisico inhouden (laswerken,…). In ieder geval mogen nooit gevaarlijke producten binnen het gebouw worden opgeslagen. Alleen de voor het werk van de dag benodigde hoeveelheden mogen binnengebracht worden. - De inplanting van de voorraadplaatsen en de brandbestrijdingsmiddelen zal gekozen worden in functie van de aard van de aanwezige producten. De algemene aannemer voorziet op zijn werfoverzichtsplan een zone voor de stockage van gevaarlijke producten, de omheining daar rond met twee meter hoge verplaatsbare draadhekkens en de nodige pictogrammen met rook- en vuurverbod. Elke aannemer voor zich zorgt in deze zone voor de reglementaire opslag van zijn producten met zo nodig bijkomende signalisatiepictogrammen, aangepast aan de eigenschappen van de stoffen.

Page 25: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 25 van 58

- De opslagplaatsen van gevaarlijke producten dient zowel binnen als buiten (op de toegangen) voorzien te worden van de reglementaire veiligheids- en gezondheidssignalering (gebod, verbod, gevaar)!! Bij een interventie van de brandweer dienen de opslagplaats van de bovenvermelde producten en hun hoeveelheid dadelijk en spontaan meegedeeld. Mede om deze reden is een correct plan van de werfinstallatie onontbeerlijk. - Alle producten op de bouwplaats moeten reglementair geëtiketteerd zijn of worden. - Het gebruik van brandbare, toxische of andere gevaarlijke producten moet in de risicoanalyse van de

onderneming vermeld staan. - Een kopie van de veiligheid- en gezondheidssteekkaart (chemische fiche of M.S.D.S.-fiche) van de gebruikte

producten moet aan de coördinator-verwezenlijking overhandigd worden. 6.1.1.5 Ligging van nutsleidingen (HS, LS, telefoon, water, gas, ...)

Dienen schriftelijk aangevraagd te worden , en aangeduid op het werfinrichtingsplan. Dienen ter plaatse geverifieerd worden (d.m.v. metaaldetectie, manuele graafwerken,…) in samenspraak en/of met assistentie met deze maatschappijen.

Er dient rekening gehouden te worden met een voldoende ruim vergaderlokaal voor de werfvergaderingen en de veiligheidsvergaderingen 6.1.1.6 Opgestelde elektrische verdeelborden

De inplanting zal zo gekozen worden dat de verdeelkabels minimaal hinderen voor de werfactiviteiten, en zodoende een minimale kans lopen op beschadiging. 6.1.1.7 Signaleren van werken ism met de lokale verkeerspolitie (mob.plan in CD pagina)

Indien er wegomleggingen dienen aangebracht te worden op de openbare weg, dient dit in samenspraak met de desbetreffende overheid te gebeuren. Wegomleggingen dienen alleszins tot een minimum beperkt te worden. Bij het aanbrengen van wegomleggingen dient afdoende veiligheidsmaatregelen getroffen te worden om geen personen in gevaar te brengen.

Artikel 1. Algemene bepalingen. 1.1. De signalisatie van de werken moet aangebracht worden met de meeste zorg en moet tijdens de volledige duur van de werken zuiver en in stand gehouden worden zodanig dat zij voor de weggebruikers identificeerbaar blijft. 1.2. Ter verzekering van de veiligheid van het verkeer mag de toelating, voorzien in artikel 78.1.1. van het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, naast de door dit besluit opgelegde maatregelen, aanvullende verkeerstekens voorzien. De toelating moet zich op het werk bevinden en vertoond worden op elk verzoek van de bevoegde overheid. Artikel 2. Het werk mag slechts beginnen wanneer de signalisatie aangebracht is. 6.1.2. TRANSPORT OP DE WERF niet van toepassing 6.1.3. ARBEIDSMIDDELEN, HANTEREN VAN MATERIALEN EN MATERIEEL, GEBRUIK VAN HEFWERKUIGEN Enkel die middelen gebruiken die voldoen aan de minimumvoorschriften, opgenomen in de bijlage van het KB van 12/8/’93 aangaande het gebruik van arbeidsmiddelen (codex titel VI hoofdstuk 1).

• Elke onderneming moet zijn arbeidsmiddelen zodanig markeren dat ze identificeerbaar zijn. Het identificatiesysteem moet beschreven worden in de risicoanalyse-onderneming.

• De arbeidsmiddelen moeten geschikt zijn voor het uit te voeren werk en regelmatig gekeurd door een bevoegd persoon zodat bij het gebruik de veiligheid en gezondheid steeds gewaarborgd zijn. Op vraag van de coördinator-verwezenlijking moeten de gebruiksaanwijzingen en veiligheids- en gezondheidsinstructies kunnen voorgelegd worden.

• Enkel elektrisch materieel conform het A.R.E.I. mag op de bouwplaats aanwezig zijn en aangesloten worden op de daartoe voorziene verdeelborden.

• Bij het gebruik van heftoestellen gelden volgende specifieke bepalingen: - Alle heftoestellen en hijstoebehoren, evenals grondverzetmachines die gebruikt worden om lasten te

hijsen, die op de bouwplaats binnengebracht worden moeten voorzien zijn van een geldig keuringsattest van een erkend organisme. Dit keuringsattest moet worden voorgelegd aan de projectleider en aan de coördinator-verwezenlijking.

- De beweegbare toestellen en de voertuigen mogen slechts opgesteld en gebruikt worden op plaatsen waar hun stabiliteit verzekerd is, inzonderheid rekening houdend met de aard en de staat van de bodem en de vorm van het terrein.

• Ladders zijn steeds in goede staat (zonder beschadigingen en stabiel) en uitgerust met aangepaste antislipvoorzieningen. Zij worden opgesteld op een goede, stevige ondergrond. Zij worden steeds vastgemaakt wanneer zij dienst doen als toegangsladder of wanneer de ladder 25 of meer sporten telt. Werken op ladders beperken in de tijd of zelfs vermijden!

6.1.4. MANUEEL HANTEREN VAN LASTEN • Het manueel hanteren van lasten wordt zoveel mogelijk vermeden. • De te hanteren gewichten worden beperkt. • De werknemers krijgen de nodige tilinstructies.

Page 26: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 26 van 58

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het KB van 12/08/1993 betreffende het manueel hanteren van lasten, zijn volgende bepalingen eveneens van toepassing. � Het maximaal toegelaten gewicht zal bepaald worden in functie van de tilfrequentie, de last, de leeftijd en het

geslacht. Door het ontbreken van een Belgische norm, verwijzen we, INDICATIEF en zonder verdere verplichtingen, naar de Nederlandse norm. Dit geeft het volgende resultaat. (Gewicht = kilogram) Mannen Vrouwen

Leeftijd> 16/17 18/20 21/44 >45 16/17 18/20 21/44 >45

Incidenteel ideale omstandigheden. 25 30 50 40 15 20 30 20

Incidenteel verzwaarde omstandigheden. 12 15 20 15 8 10 12 10

Enige tijd ideale omstandigheden. 15 20 25 20 7 10 12 10

Enige tijd verzwarende omstandigheden. 8 10 15 10 5 7 10 7

Frequent ideale omstandigheden. 10 15 18 15 5 8 10 8

Frequent verzwarende omstandigheden. 3 5 8 5 2 3 5 3

� Waar mogelijk zal men MAXIMAAL gebruik maken van de gepaste hulpmiddelen. Deze hulpmiddelen kunnen zijn: hefbomen, kruiwagens, karren, takels en kranen etc.

� De hulpmiddelen zullen in goede staat van onderhoud verkeren en op de juiste manier worden aangewend. � De hulpmiddelen die de lasten moeten transporteren, zullen toelaten dat de last voldoende stevig kan worden

vastgemaakt. 6.1.5. OPSLAAN, VERWIJDEREN EN AFVOEREN VAN GROND, PUIN, AFVAL De zones voor tijdelijke opslag van grond, puin, afval zullen vooraf worden besproken met de opdrachtgever en aangeduid op het werfinrichtingsplan. Een voorafgaand bodemonderzoek dient te gebeuren om eventuele vervuilde gronden te lokaliseren, maar ook om het grondwaterpeil te bepalen. Bij uitgravingen van meer dan 250 kubieke meter dient men een procedure in te dienen bij de vzw Grondbank Grond en puin : • Grond en puin zullen enkel op de vooraf bepaalde plaatsen worden opgeslagen. • Puin en uitgravinggronden (overschotten zoals beschreven in het technisch bestek) zullen worden afgevoerd naar de geschikte stort- of verwerkingsplaatsen. • Indien bij het uitgraven verontreinigingen van de bodem worden vastgesteld, dient onmiddellijk de projectleider van de opdrachtgever te worden verwittigd, evenals de coördinator-verwezenlijking die met de aannemer de te nemen maatregelen zullen bepalen. Verontreinigde gronden zullen steeds gescheiden worden gehouden van de overige gronden en zeker van de aanvulgronden. Afvoer van verontreinigde gronden geschiedt in aangepaste containers en naar de adequate storten. Hiervan zal een attest worden afgeleverd. • Het puin van afbraakwerken of afkomstig van de graafwerken zal zoveel mogelijk gesorteerd worden. Steenpuin e.d. worden afgevoerd naar een breekinstallatie. Metalen kunnen worden afgevoerd naar een recyclagebedrijf. De restfractie zal worden afgevoerd naar een adequate stortplaats. Afval : • Alle werknemers zullen tijdens de werkzaamheden hun plaats van tewerkstelling alsook alle gebruikte toegangswegen tot de plaats van tewerkstelling doorlopend in perfecte staat van orde en netheid houden. • De hoofdaannemer zorgt voor selectieve afvalverzameling en de verwijdering van het eigen afval en dat van onderaannemers en bezoekers. • Werknemers mogen nooit afval onbeheerd op de bouwplaats achterlaten. • Alle restanten van afval moeten volgens de aard van de stof afzonderlijk opgeslagen worden. De werknemers zorgen ervoor dat het opslaan van smeermiddelen, gebruikte oliën, motorbrandstoffen, oplosmiddelen,...(niet limitatief) gebeurt volgens alle wettelijke voorschriften. Voor de eventuele schade ontstaan tengevolge van bodemverontreiniging zal het bedrijf aansprakelijk gesteld worden. • De werknemers zorgen ervoor dat de bodem van de opslagplaatsen voor afvalstoffen voorzien is van een beschermingslaag, zodat verontreiniging van de bodem in de omgeving en van de riolering volledig uitgesloten is. • In de mate dat de werknemers de milieuvoorschriften en afvalverwijdering overtreden, zal de bouwdirectie na het schriftelijk in gebreke stellen, corrigerende maatregelen laten uitvoeren op kosten van hun bedrijf. • Alle olievlekken, veroorzaakt door het bedrijf tijdens werkzaamheden dienen steeds met zand of andere absorberende materialen onmiddellijk verwijderd te worden door werknemers van of in opdracht van het bedrijf. • In het kader van de emissiewetgeving moeten de werknemers reuk en lawaaihinder vermijden alsook het vrijkomen van schadelijke gassen. 6.1.6. VERWIJDEREN VAN EN/OF WERKEN AAN GEVAARLIJKE MATERIALEN • Gevaarlijke materialen worden vooraf geïnventariseerd. • Bij het verwijderen worden de gepaste persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt. • De gevaarlijke materialen worden in aangepaste containers of verpakkingen naar de ervoor geschikte

stortplaatsen vervoerd. De bewijzen hiervan moeten kunnen voorgelegd worden. • Verwijderen van of werken aan asbest: Specifieke werk- milieuvergunning aan te vragen(KB 22/07/91)

Page 27: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 27 van 58

6.1.7. COLLECTIEVE EN PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN 6.1.7.1. CBM De hiervoor aangehaalde installaties zullen door de aannemer welke deze heeft geplaatst in degelijke staat van gebruik worden gehouden en onder zijn verantwoordelijkheid en toezicht blijven voor de duur van de opstelling, of voor de duur van het gebruik hiervan op de werf. De uitvoerende aannemers, zowel diegene die de CBM heeft geplaatst, als de andere aannemers, zullen er op toezien dat indien deze CBM tijdelijk worden weggenomen, om doorgang te verlenen, deze na het verlenen van deze doorgang zo snel als mogelijk zullen worden teruggeplaatst. Elke aannemer kan door de hoofdaannemer of bij gebrek aan initiatief van deze kan de bouwheer, de opdrachtgever of indien daartoe gemachtigd de CV, bij wijze van noodmaatregel, aan een op de werf aanwezige aannemer de opdracht geven de CBM te herstellen, en dit op kosten van wie het behoort.

Wanneer de risico’s niet of op onvoldoende wijze kunnen uitgeschakeld worden, dienen in eerste instantie collectieve veiligheidsmaatregelen te worden getroffen.

• Collectieve beschermingsmiddelen genieten de voorkeur boven persoonlijke beschermingsmiddelen. • Alle plaatsen die gevaar voor ongevallen kunnen opleveren, moeten onmiddellijk worden afgebakend, zo nodig afgeschermd en verlicht en bovendien voorzien worden van de noodzakelijke signalering. • Alle plaatsen waar gevaar bestaat om te vallen, moeten stevig afgedekt worden na het beëindigen van de dagtaak, van een vaste leuning voorzien en een duidelijke signalering op voldoende afstand. • Het vroegtijdig verwijderen van werkterreinafbakening, signalering of collectieve beschermingsmiddelen is verboden. Hiervoor moet de voorafgaandelijke toelating bekomen worden van de bouwdirectie belast met de uitvoering • Collectieve beschermingsmiddelen worden aangebracht door de bouwdirectie belast met de uitvoering die een risico op de bouwplaats veroorzaakt voor zichzelf, nevenaannemers of derden en de beschermingsmiddelen blijven ter plaatse totdat de ze overbodig geworden zijn, ook indien het risico zou blijven bestaan na vertrek van diegene die ze geplaatst heeft. De bouwdirectie belast met de uitvoering draagt zorgt voor de instandhouding en nodige inspecties ervan. ALLE MONTAGE EN DEMONTAGE WERKZAAMHEDEN MOETEN VERPLICHT GEBEUREN DMV DRAGEN VEILIGHEIDS-HARNAS MET EEN

DUBBELE AANSLAGLIJN DIT OM DE WERKNERS NOOIT ONVERANKERD OP DE STELLING TE LATEN STAAN ALS DE LEUNINGEN EN KADERS

VERWIJDERD ZIJN,

Randbeveiligingen Tijdelijke randbeveiligingen worden vaak toegepast in de bouw. De belangrijkste functie bestaat erin te vermijden dat personen en/of voorwerpen vallen van daken, dakranden, ladders en andere zones waar een beveiliging moet worden geplaatst. Normgeving: NBN EN13374: 2004 Tijdelijke randbeschermingssystemen: Productspecificatie, beproevingsmethoden. Er moet een beveiliging voorzien worden wanneer het risico bestaat op een val van meer dan twee meter. De randbeveiligingen zijn ingedeeld in verschillende klassen, afhankelijk van hoe gevaarlijk de werkpost of doorgang is. Belangrijk is ook dat de structuur waaraan de leuning vastgemaakt is, bestand is tegen de krachten die het systeem moet kunnen opvangen. Vangnetten Vangnetten zijn een vorm van collectieve valbescherming die vooral toegepast wordt in de industriebouw.

De verbinding van het net met het verankeringpunt moet gebeuren via het zoomtouw en mag niet direct gebeuren met de touwen van het net. De touwen van het veiligheidsnet zijn daar immers niet op berekend. De veiligheidsnetten mogen na 3 jaar intensief en ononderbroken gebruik niet meer worden ingezet. Beschadigde netten moeten onmiddellijk buiten gebruik worden gesteld. Wekelijks dient de spanning van de netten te worden nagekeken. Normgeving: NBN EN 1263-1:2002:Veiligheidsnetten: Veiligheidseisen, beproevingsmethoden. NBN EN 1263-2:2003:Veiligheidsnetten: Veiligheidseisen voor de plaatsingsgrenzen. 6.1.7.2. PBM • Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s):Iedereen, zonder uitzondering, zal bij het betreden van de werf,

volgende persoonlijke beschermingsmiddelen dragen, aangepast aan zijn taak of aan zijn werk. • De bouwdirectie belast met de uitvoering moet, op eigen kosten, die PBM’s ter beschikking stellen. Hij moet

eveneens toezien op het gebruik er van en zorgen voor de PBM’s van eventuele bezoekers.

De met een sterretje (*) gemerkte PBM zijn echter steeds minimum verplicht: � (*) Veiligheidsschoenen; voorzien van beschermingsneus en anti perforatie zool volgens EN345. � (*) Veiligheidshelm of stootpet, naargelang de aard van het werk op de te bezoeken plaats op de werf. Een

veiligheidshelm is volgens EN397 vereist bij werken van afbraak van gebouwen, grote houten constructies, metaalonderdelen en ingeval het dragen van een stootpet (zie verder) onvoldoende bescherming biedt. Dit is omgezet naar Belgisch Recht in het KB van 07/08/1995, Bijlage II, punt 2:

� (*) Veiligheidsbril of gelaatsscherm. De personen belast met het werken met chemicaliën of met het wegpompen van vloeistoffen zullen steeds een gepaste veiligheidsbril dragen. Eveneens zullen personen die tijdens eender welke fase van afbraak, sloopwerken of bouwfasen moeten slijpen, branden of verspanende bewerkingen uitvoeren, zich adequaat beschermen door dragen van een aangepaste veiligheidsbril. Voor hiervoor beschreven toepassingen zal bril voldoen aan de toepasselijke normen volgens de EN166, EN167,EN168,EN169,EN170,EN171,EN172,EN175en EN379.

Page 28: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 28 van 58

� Handbescherming: degelijk aangepast aan het uit te voeren werk: � Bescherming tegen mechanische risico's: EN388. � …

� Werkkledij: De werkkledij zal aangepast zijn aan het uit te voeren werk. � Bescherming tegen mechanische risico's: bouw EN510 � …

� Signaalkledij: Voor wegenwerken is het dragen van signaalkledij verplicht, behalve op afgesloten bouwplaatsen waar het verkeer (ook het interne werfverkeer) geen enkele hinder vormt voor de werknemers. De gebruikte signaalkleding voor wegenwerken is van de klasse 3m EN 471) (Zie Bijlage nr.10)

� Valbescherming: individuele uitrusting en voorzieningen voor vasthechting, inzake valbescherming. WAAR GEEN COLLECTIEVE BESCHERMING AANWEZIG IS OP VERDIEPINGEN IS MEN VERPLICHT TE WERKEN MET EEN HARNAS VOORZIEN VAN EEN DEMPER EN ROLGORDEL MET STOPSHUT VERBONDEN AAN EEN WELFSELKLEM VAN HET TYPE APV 018025B ( BELGIË). DIT GELD TEVENS VOOR ALLE MONTAGE EN DEMONTAGE WERKZAAMHEDEN VAN STEIGERS, BEKISTINGSTORENS, WANDEN EN LIGGERS EN VAN COLLECTIEVE BESCHERMINGEN (alle randbeveiligingen)

6.1.8. HET GEBRUIK VAN DE ALGEMENE ELEKTRISCHE INSTALLATIES

Wanneer de aannemer voor deze werf, bij de elektriciteitsdistributeur om een voorlopige aansluiting verzoekt, zal deze aan alle ter zake geldende onderrichtingen van het A.R.E.I. (algemeen reglement op de elektrische installaties) voldoen. De aannemer zal op eigen kosten, voorafgaandelijk aan de indienststelling deze installatie laten keuren door een erkend organisme. - De elektrische stroom voor de werf wordt geleverd door de opdrachtgever of de BDU, tot een maximaal

vermogen van 250kVA/400v. - Het werfbord dient te worden geleverd en geplaatst door de aannemer ruwbouwwerken, met inbegrip van

alle noodzakelijke aansluit- en hulpstukken. De opdrachtgever zal pas aansluiten na voorlegging van een positief keuringsattest van een erkend organisme mbt de werfinrichting.

- Tijdelijke elektrische installaties aangelegd door de onderneming van buitenaf voor het uitvoeren van de werkzaamheden moeten vooraf gecontroleerd worden door een bevoegd persoon. Een attest hiervan moet afgeleverd worden aan de bouwheer/ VCV • Wanneer werknemers elektrische kabels dienen aan te brengen, zullen zij erover waken dat de andere werknemers van de op de bouwplaats aanwezige bedrijven op een veilige manier (in het bijzonder het verhinderen van struikelrisico's) hun activiteiten zonder problemen kunnen verder zetten. • Alle verplaatsbare elektrische bedrijfsmiddelen moeten voor elk gebruik door de werknemers op zichtbare gebreken gecontroleerd worden. Het omwikkelen met isolatieband is verboden. • Tijdens werkzaamheden aan laagspanningsinstallaties gelden voor de veiligheid in de elektrische installaties en het gebruik van elektrische toestellen de A.R.E.I.- voorschriften, inzonderheid artikel 266.03. • Voor werkzaamheden aan elektrische installaties door werknemers wordt steeds "de vitale vijf" toegepast: buiten spanning stellen, vergrendelen, controle op spanningsloos zijn, aarden en kortsluiten, werkzone afbakenen. Werkzaamheden uitvoeren onder spanning is alleen toegestaan als om dwingende redenen geen spanningsvrije toestand gecreëerd of gegarandeerd kan worden. • Werknemers van of in opdracht van een aannemer kunnen uitsluitend elektrische aansluitingen uitvoeren, elektrische borden betreden (artikel 47 AREI) en/of openen, automaten in- of uitschakelen in aanwezigheid van een bevoegde elektricien.

Het geheel van de ELEKTRISCHE INSTALLATIES moet voldoen aan de eisen vervat in het AREl. Enkel soepele elektrische kabels van het industriële type zijn toegelaten op de werf (AREl art. 95.04) ; o.a. geharmoniseerde kabels H07 RN-F (met polychloropreen buitenmantel) zoals het type CTMB-N of evenwaardig met uitsluiting van het type VTMB (met PVC buitenmantel). Op het werfinrichtingsplan dat de algemene aannemer opmaakt, dienen de bevoorradingpunten van elektrische energie aangeduid te worden. - De hoofdaannemer (BDU) installeert en onderhoudt de gemeenschappelijke elektrische installatie. Het gaat

daarbij om de aansluiting op het net, de plaatsing van een hoofdverdeelkast en van een aantal werfkasten. De plaats van die kasten, en van de voedingskabels er naartoe, wordt in overleg met de opdrachtgever bepaald, en eventueel gewijzigd wanneer de werfevolutie daartoe aanleiding geeft-

- Keuringsattesten van de elektrische installatie ( eventueel kopie ), evenals het totaalschema van de hiervoor bedoelde stroomverdeling op de werf, moeten in het veiligheidsdossier van de werf worden opgenomen.

- Het volstaat niet om borden of verdeelkasten op magazijn te laten keuren, maar wel de hele installatie (aansluitingen, verdeelborden, kabels, aarding).

- Stroomverdeelkasten moeten aangepast zijn voor werfgebruik, d.w.z. met voldoende bescherming tegen weersinvloeden, stevige en stabiele constructie, gevaarloze bereikbaarheid van de stroomonderbrekers, differentieelschakelaar, ...

- Elke verdeelkast moet spanningsloos kunnen gesteld, zonder tussenkomst van gespecialiseerd personeel. - Verlengkabels die op de grond liggen, zullen gegroepeerd worden en beschermd tegen invloeden eigen aan

de bouwsector (doorgang van voertuigen, chemische en thermische belasting). - Er dient tevens op gelet te worden dat de verlengkabels de doorgangen niet bemoeilijken en/of verhinderen,

verlengkabels op trappenen dienen langs de kant gelegd te worden.

Page 29: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 29 van 58

- Tafelcontactdozen zijn verboden uitgezonderd in de werfkeet. - De gebruikte kabelhaspels zijn voorzien van hermetisch afgesloten stopcontacten. - Beschadigde, niet conforme en niet conform gebruikte stekkers, stopcontacten en verbindingsdozen zijn

eveneens verboden. - Elk werk aan de elektrische installatie moet steeds spanningsvrij gebeuren en zal uitgevoerd worden door een

bekwaam persoon, die zal werken volgens de regels van goed vakmanschap. - De aarding van de elektrische borden, kabelbanen en belangrijke metalen delen (HVAC-kanalen) evenals de

equipotentiale verbindingen moeten worden uitgevoerd alvorens de elektrische installatie onder spanning wordt gezet.

- Werken in besloten ruimtes. hier mag enkel gebruik gemaakt worden van een veilige spanning 12 of 24 Volt

6.1.9 . TOESTELLEN MET LASERSTRAAL: - Het gebruik van toestellen met laserstraal dient aangegeven in het specifiek V&G-plan met .vermelding van de

gevarenklasse van het toestel. - Lasertoestellen worden onderverdeeld in vijf klassen, nl. 1, 2, 3a, 3b en 4. o De uiterst geconcentreerde lichtbundels vormen vooral en in eerste instantie o een gevaar voor de ogen (verbranden van het netvlies). - Toestellen van de klasse 4 kunnen een reëel gevaar betekenen voor verbranding van de huid. - De klassen 1 en 2 omvatten toestellen zonder gevaar in de praktijk van een bouwwerf. - De klasse 3a bevat toestellen met een eerder theoretisch gevaar, terwijl met toestellen van klasse 3b het

contact van de stralenbundel met de ogen moet vermijden. Bij deze toestellen (klasse 3a en 3b), waarvan men niet kan aantonen dat ze onschadelijk zijn, moeten de nodige veiligheidsmaatregelen genomen worden ovv: voorlichting van de werknemers (niet alleen de gebruikers, maar ook omringende personen)

Opstellen van het toestel Het toestel zodanig opstellen dat de straal buiten oogbereik werkt, niet doordringt in lokalen die aangrenzen en niet kan spiegelen in glas. vloeistof of andere blinkende vlakken.

Waarschuwingstekst (zwarte letters, gele achtergrond)op het toestel in de taal van de gebruikers: "Laserstraal: niet id straal kijken noch met het blote oog,noch met behulp van een optisch instrument,lasertoestel klasse 3a (of 3b )." Personen met brillen en contactlenzen specifiek informeren over het risico van oogbeschadiging. Het plaatsen van reglementaire waarschuwingspictogrammen langs de werkzone. Toestellen van klasse 4 worden verboden op de werf, tenzij hun noodzaak vooraf aangetoond wordt, de risico's effectief berekend worden en gepaste preventiemaatregelen genomen worden. Dit alles in overleg met de OPDG en Veico.

6.1.10 .GEMEENSCHAPPELIJKE STEIGERS CODEX: KB van 31 augustus 2005 betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen voor tijdelijke werkzaamheden op hoogte. Specifieke bepalingen betreffende: Het gebruik van steigers De werkgever die de steiger monteert, demonteert of ombouwt moet beschikken over de (of indien externe steigerbouwer diente de steigerdocumenten op werf aanwezig

- gebruiksaanwijzing van de fabrikant, - stelt een montage-, ombouw- en demontageschema op - stelt een instructienota op betreffende het gebruik van de steiger - laat werknemers een opleiding ontvangen die hen in staat stelt de kennis en vaardigheden te verwerven die

noodzakelijk zijn voor de uitvoering van hun taken op steigers - Al het stellingmateriaal en elke stelling moet vóór gebruik gecontroleerd te worden door een bevoegde

persoon en periodiek: • tenminste één maal per week; • na langdurige onderbreking der werken; • na elke belangrijke wijziging; • telkens als de weerstand of de stabiliteit in het gedrang kan zijn gebracht. (artikels ARAB 434.5.1, 5.2 en

artikel 441 en artikel 456). ALLE MONTAGE EN DEMONTAGE WERKZAAMHEDEN MOETEN VERPLICHT GEBEUREN DMV DRAGEN VEILIGHEIDSHARNAS MET EEN

DUBBELE AANSLAGLIJN DIT OM DE WERKNERS NOOIT ONVERANKERD OP DE STELLING TE LATEN STAAN ALS DE LEUNINGEN EN KADERS

VERWIJDERD ZIJN, DIT OM VALGEVAAR TE VOORKOMEN! ! ! !

De norm voor steigers

- Volgens het KB van 31 augustus 2005 moet de steigerdocumenten op de werf steeds aanwezig zijn met enerzijds de stabiliteitsberekening en anderzijds de gebruiks- en opbouwinstructies

- Als de steiger voldoet aan de normen EN 12810 en EN 12811, kan men, verwijzen naar deze normen en naar de constructievoorschriften van de fabrikant

Werken bij hoge windsnelheden Bij de opbouwen van stellingen dienen volgende maatregelen genomen worden: � Het verankeringschema moet gerespecteerd worden � Stellingen moet uitgerust zijn met windverbanden in het verticale en het horizontale vlak. � De vloeren moeten beveiligd zijn tegen opwaaien. Voor stellingen hoger dan 8 m dient een controleberekening uitgevoerd worden voor de positie van de verankeringen en de kennis van de maximale snelheid waarop de stelling verlaten moet worden.

Page 30: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 30 van 58

Beperkingen: Het is verboden hangstellingen te gebruiken als ze aan wind zijn blootgesteld, die gevaarlijk is voor de stabiliteit ervan of voor die van de werknemers en, in ieder geval, als de windsnelheid op de arbeidspost 60 km/h bereikt (ARAB art. 452 §1.5). Algemeen wordt windkracht 8 (64 km/h) als de maximale windsnelheid aangenomen voor stellingen en windkracht 6 (45 km/h) voor hangstellingen. 6.1.11. ORDE, NETHEID EN HYGIENE Leiding De verantwoordelijke voor de dagelijkse coördinatie van de veiligheid op de bouwplaats is de werfleider. Roken, Alcoholische dranken en drugs Roken is niet toegestaan tenzij op plaatsen aangeven door de bouwheer! Het roken in werfketens (burelen en eetruimten) is ten strengste verboden ! Het gebruik en in het bezit zijn van alcoholische dranken en drugs is niet toegelaten ! 6.1.11.1 De orde en netheid op de bouwwerf, de verplichtende maatregelen Organisatie. Elke aannemer zal dagelijks zijn eigen werkplaats op een normale manier rein en ordelijk houden. Ze zullen het ontstaan van wanorde en de hierdoor vrijkomende risico's vermijden en waar nodig bestrijden. De afvoer van overtollige materialen en afval zal op gebeuren op een manier welke wettelijk is toegelaten (Vlarem I,Vlarem I, Vlarea, e.a., volgens de stand van de wet op dat moment) volgens de afspraken met de pilootaannemer. De pilootaannemer is verantwoordelijk voor het ordelijk en net houden van de gemeenschappelijke delen van de bouwplaats. Doorgangen & trappen & vluchtwegen Doorgangen, trappen, vluchtwegen en noodzakelijke doorgangen zullen door iedereen ten allen tijde worden vrijgehouden voor normaal gebruik. Leidingen, slangen en verlengkabels zullen zodanig worden aangebracht en opgehangen dat ze geen hinder vormen voor het normale voetgangersverkeer en werftransport. Toezicht De werfleider zal hierop toezicht houden en de in gebreke blijvende onderneming op hun verplichting tot orde en netheid wijzen. Sancties Bij meerdere weigeringen te voldoen aan de orde en netheidverplichting kan de werfleider op kosten van betrokken onderneming de bouwplaats terug in ordentelijke staat laten brengen. 6.1.11.2 Milieuaspect op de bouwwerf, de verplichtende maatregelen. Organisatie Het verbranden van bouwafval op de bouwplaats, het lozen van milieuverontreinigende stoffen en vloeistoffen en het achterlaten van milieubelastende afval op de bouwplaats is verboden. Toezicht De werfleider zal hierop toezicht houden en de in voortdurend gebreke blijvende onderneming op hun milieuverplichtingen wijzen. Sancties Bij meerdere weigeringen te voldoen aan de milieuverplichting kan de werfcoördinator op kosten van wie het behoort de nodige maatregelen nemen. Attesten Afvalverwerkingattesten moeten bij oplevering der werken overhandigd worden aan de veiligheidsverantwoordelijke van de opdrachtgever 6.1.12. ORGANISTATIE VAN DE HULPVERLENING

6.1.12.1 Interne hulp

De verschillende aannemers zullen de namen opgeven van hun gebrevetteerde hulpverleners. De lijst met namen van de eerste hulpverleners moet aan alle partijen kenbaar gemaakt worden deze zal op de werf worden uitgehangen met vermelding van hun GSM nr. De volgende E.H.B.O. uitrusting moet op de werf zijn:

- twee verbandkoffers waarvan één met de reglementaire minimuminhoud volgens het ARAB en één waarvan de inhoud is afgestemd op de specifieke werfbehoeften en samengesteld in overleg met de arbeidsgeneesheer.

- Van zodra dat er meer dan 20 werknemers (eventuele onderaannemers inbegrepen) tegelijkertijd op de werf aanwezig zijn dient de onderneming een afzonderlijke E.H.B.O.-post in te richten. Deze E.H.B.O.-post is geschikt lokaal voorzien van een volledige verbanddoos en een draagberrie met 2 dekens. Het lokaal is gemakkelijk toegankelijk met een draagberrie en vlot bereikbaar voor de hulpdiensten. Hierbij dient tevens een permanente E.H.B.O.- hulpverlener op de bouwplaats aanwezig te zijn. De naam van deze hulpverlener wordt in het werfdagboek genoteerd en uitgehangen in de personeelsruimten. De E.H.B.O.-post wordt aangeduid met volgend pictogram:

- Indien voor sommige activiteiten welbepaalde verzorgingsmiddelen noodzakelijk zijn. moet dit worden aangegeven in het specifieke V&G-plan. Elke onderaannemer dient in orde te zijn met de regelgeving ter zake, hoewel hij desbetreffend eventueel kan afspreken met zijn hoofdaannemer of met de algemene aannemer voor het gemeenschappelijk gebruik van de voorzieningen.

Page 31: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 31 van 58

Indeling van de (arbeids)ongevallen: Incidenten: Ongevallen zonder werkverlet Ongevallen: 1 dag werkonbekwaamheid Arbeidsongevallen: Minder dan 30 dagen werkonbekwaamheid

Ernstige arbeidsongevallen:Meer dan 30 dagen werkonbekwaamheid of met blijvende arbeidsongeschiktheid < 25% Zeer ernstige arbeidsongevallen: Dodelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid van > 25%

6.1.12.2 Externe hulp MAATREGELEN IN GEVAL VAN EEN ARBEIDSONGEVAL. Instructies: 1 Vóór elk ander ingrijpen: het eventueel nog bestaand gevaar uitschakelen (vb. voorwerpen die dreigen te vallen wegnemen, elektrische stroom afsluiten) 2. Alarm aan interne hulpdiensten en werfleiding. 3. Hulp verlenen aan het slachtoffer. 4. Oproepen van de externe hulpdiensten: Dit laatste wordt in principe beslist door de hulpverlener en/of de

werfdirectie en gebeurt bij voorkeur door één centraal persoon. Inhoud van de boodschap: - naam van de oproeper - identificatie van de werf: precieze plaats van ongeval, het nummer van de werftoegang en de naam van

de straat waar het - hulpvoertuig verwacht wordt - aantal gekwetsten + aard verwondingen

Bij de werftoegang moet een persoon de hulpdienst opvangen, hij zal de nodige inlichtingen verschaffen en hij begeleidt de hulpdiensten naar de plaats van het ongeval.

5.Verwittigen: - de familie van de gekwetste bij opname in het hospitaal, bij overlijden zal de familie verwittigd worden

door de politie. - de interne preventieadviseur van de hoofdaannemer - de betrokken aannemer en zijn interne preventieadviseur - de bouwheer en de veiligheidscoördinator (CV). - arbeidsinspectie

o onmiddellijk indien het slachtoffer dood is of >25% blijvend gehandicapt o binnen de 2 dagen indien een ongeschiktheid van meer dan een maand of een lichte permanente handicap verwacht wordt o na elk ongeval waarbij een persoon een elektrische schok onderging o de Dienst Elektrische Energie van het Ministerie van Economische Zaken na elk ongeval "met elektriciteit" waarbij gekwetsten vielen. 6.Ongevalonderzoek naar de omstandigheden door de interne preventieadviseur van de betrokken onderneming

+ geschreven rapport (kopie aan de CV). 7. Maatregelen nemen om herhaling van elk gelijkaardig ongeval te voorkomen. 8. Documenten :

- ongevalaangifte - ongevalinstructieblad na samenspraak tussen werfbediende, interne preventieadviseur en CV - kopieën klasseren in de veiligheidsmap op de werf-

9.Bij werkhervatting: - werkhervatting niet toelaten zonder genezingsattest - verwittigen intern preventieadviseur indien de afwezigheid meer dan 1 week bedroeg - eventueel medisch onderzoek door de arbeidsgeneesheer (art. 131 ARAB).

6.1.12.3. De brandmelding & bestrijding. Elke onderneming moet over voldoende, aangepaste en conforme brandbestrijdingsmiddelen beschikken. Voor sommige werken is, in samenspraak met de veiligheidscoördinator, een vuurvergunning verplicht. Las- of snijwerken met open vlam, snijwerken met slijpschijf op metaal of op materialen die vonken veroorzaken (beton, klinkers e.d.) en kap- of breekwerk op dergelijke vonkveroorzakende materialen zijn (meestal) onderworpen aan een vuurvergunning. De bouwheer zal in samenspraak met de CV en de betrokken uitvoerende aannemer het afleveren van dergelijke vuurvergunning bespreken. De vuurvergunning wordt afgeleverd door de veiligheidsverantwoordelijke van de bouwheer, met kopij aan CV. Deze vuurvergunning dient te worden afgeleverd VOOR de aanvang van deze werken. De aannemer dient de onderrichtingen die op de vuurvergunning zijn vermeld strikt te volgen. De vuurvergunning kan niet worden verlengt, en dient dag na dag telkens opnieuw terug te worden uitgeschreven en dit nadat de ‘uitschrijver’ de toestand ter plaatse heeft gecontroleerd. Bij ontstentenis van een ‘uitschrijver’ aan de kant van de bouwheer, zal de verantwoordelijke werkgever, van diegene die de werken uitvoert, zelf deze vergunning, onder zijn toezicht en verantwoordelijkheid, uitschrijven.

De vuurvergunning zal tevens de verplicht aan te voeren preventieve maatregelen bepalen, in het bijzonder de aanwezig te houden blusmiddelen. (water toevoer, brandblusser, hoeveelheid e.d.)

Page 32: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 32 van 58

Brand - Melding. Elk begin van brand moet zo snel mogelijk worden gemeld aan de werfleider, die de

vertegenwoordiger van de bouwheer verwittigt. - Bestrijding. Elke persoon aanwezig op de bouwplaats, zal indien dit kan zonder gevaar voor zijn eigen

veiligheid, deelnemen aan de bestrijding van de brand. - Organisatie. De brandbestrijding is een organisatie van alle personen aanwezig op de bouwplaats, en zal

worden gecoördineerd en gemeld door de werfleiding. - De evacuatiewegen en toegangswegen voor de brandweer moeten vrij gehouden worden. - Voor bepaalde werken, in kader hierboven gespecificeerd, zal een vuurvergunning noodzakelijk zijn. Deze

moet via de werfleider aangevraagd worden bij de bouwheer. 6.1.12.4. De waarschuwing of verwittiging van de “belendende” van de bouwwerf in geval van calamiteiten Noodprocedures zullen door de CV worden aangekaart en besproken op de start-werk-vergadering

Steeds zorgen dat alle werken volgens de regels der kunst verlopen: ten alle tijden degelijk schoren en stutten van vrijstaande wanden, muren, tipgevels, bekistingplaten, enzv

6.1.13. OVERLEG EN SAMENWERKING TUSSEN PARTIJEN EN TUSSEN WERKGEVERS EN WERKNEMERS Communicatie is een essentieel gegeven in het veilig werken. Daarom wordt hieraan bijzondere aandacht geschonken. - Voor de start der werken wordt door de coördinator-verwezenlijking en de opdrachtgever een

coördinatievergadering samengeroepen op de bouwplaats. - Op iedere coördinatievergadering worden de eigen en de in het VGP beschreven veiligheidsaspecten en

beheersmaatregelen besproken voor de lopende en eerstkomende activiteiten. - De hoofdaannemer zorgt ervoor dat alle opgelegde beheersmaatregelen gecommuniceerd worden aan zijn

eigen en onderaannemers personeel en aan andere betrokkenen. De hoofdaannemer houdt toezicht op de naleving ervan.

- Toolboxmeeting: De toolboxmeetings worden minstens per ploeg gehouden met de eigen werknemers en/of met werknemers uit de onderaanneming(en). De leidinggevende maakt een kort verslag, met aanwezigheidslijst, op en overhandigt een kopie aan de veiligheidscoördinator.

- Onthaalprocedure : elke werknemer die op de bouwplaats wordt tewerkgesteld zal door zijn werkgever op de hoogte worden gebracht van de veiligheid en gezondheidsvoorschriften die gelden op deze bouwplaats.

6.2. IDENTIFICATIE VAN WERKEN MET VERHOOGD RISICO EN SPECIFIEKE MAATREGELEN Referenties preventiemaatregelen Algemene maatregelen voor de bescherming van de werknemers tegen chemische, fysische en biologische agentia.

ARAB art. 103ter - 103octies art. 148quinquies §1.13° art. 146octies 2° lid art. 147nonies 1° lid bijlage 1 bij titel II, hoofdstuk Ilbis,

Asbest ARAB art.135ter art. 148decies 2.5 art. 723ter 5 - 723ter 7 bijlage XII bij titel II, hoofdstuk III, afdeling 1 bijlagen 1 en IV bij titel 11, hoofdstuk 111, afdeling I I

Indicatieve grenswaarden ARAB art. 103sexies 4 en 5 art. 148decies 2.2 §1.a art. 183quinquies bijlage II bij titel II, hoofdstuk Ilbis

Lawaai ARAB art. 128bis 6° lid art. 135sexies art. 148decies 2.1 bijlage XV bij titel 11, hoofdstuk II (,afdeling 1 bijlage V bij titel 11, hoofdstuk III, afdeling I

Metallisch lood ARAB art. 135quater art. 148decies 2.6 bijlagen X(11 en XIV bij titel 11, hoofdstuk 111, afdeling 1 bijlagen 11 en III bij titel 11, hoofdstuk III, afdeling I I

Verbod van specifieke agentia en/of werkzaamheden ARAB art. 723bis 15 - 723bis 17bis bijlage V bij titel 111, hoofdstuk III

Algemene maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk

ARAB art. 28-28sexies art. 54quater 5.2 art. 103quinquies 1 ° lid art. 131 bis 2° lid art. 131ter art. 174.5° art. 833.1.5 art. 837.B.1 2° lid

Page 33: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 33 van 58

art. 838 c en d art. 839octies - 839decies

Arbeidsplaatsen ARAB art. 40bis art. 41 ter -41quinquies art. 44quater - 44octies art. 51 ter 1 -51 ter 5 art.52.5.12 art.56 art.58.5 art.73 5° lid art.88 5° lid art.837.B.4.

Biologische agentia 90/679/EEG Chemische agentia 93/C165/04 Fysische agentia 93/C77/02 Gebruik van arbeidsmiddelen Codex Titel VI, hoofdstuk 1 Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen Titel VII, hoofdstuk II Kankerverwekkende stoffen Titel V, hoofdstuk Il, afdeling 1 Manueel hanteren van lasten Titel VIII, hoofdstuk V Tijdelijke en mobiele werkplaatsen 92157/EEG Fundamentele veiligheids- en gezondheidseisen: Elektrisch materieel, machines, e.d.

Wet 11/07/61 Uitvoeringsbesluiten MB 17/01/95

Referenties Gevaarlijke stoffen

ARAB Art. 723bis Bijlage bij titel III, hoofdstuk III KB 19/03/81 KB 24/05/82

Gevaarlijke preparaten

Art. 723bis Bijlage bij titel III, hoofdstuk III KB 11/01/93

Ioniserende straling KB 28/02/63 6.2.1. Sleuven of putten dieper dan 1,2 m 6.2.2. Funderingswerken 6.2.3. slib – en drijfzand 6.2.4. werken op hoogtes > 5m � Elke aannemer zal aan duiden welke gebruiksmiddelen (hoogtewerker, stellingen, …)en welke

preventiemaatregelen deze zal treffen bij werken hoger dan 5m (leuningen, netten,…) � Om repetitief gevaarlijke werken te vermijden, dient de (de)montage van steigers eenmalig uitgevoerd, door

een bevoegd én opgeleid persoon. De steigers worden gemonteerd voor gemeenschappelijk gebruik tijdens het opgaand metselwerk en om vervolgens dienst te doen als valbeveiliging tijdens dakwerken, voegwerken, plaatsen buitenschrijnwerk, plaatsen gevelbekleding etc. In geval van hellende dakopbouw , moeten de leuningen op kroonlijsthoogte extra beveiligd worden mbv aanbrengen valnetten. DIT IS EEN ALGEMENE EN COURANTE EIS OPGELEGD DOOR DE ARBEIDSINSPECTIE

� De aannemer die een risico heeft veroorzaakt zal de aangepaste beschermingsmiddelen zolang als nodig in stand houden, ook na zijn vertrek op de werf.

Art. 462.1.1. Dit artikel is van toepassing op de bouw- en onderhoudswerkzaamheden aan of op daken van elke aard of samenstellende onderdelen ervan. Art. 462.1.2. Onverminderd de andere voorschriften van dit reglement, worden de meest doeltreffende collectieve veiligheidsmaatregelen getroffen om het vallen van werknemers, materieel of materialen te voorkomen. Art. 462.1.3. Als de aard van het werk niet toelaat hetzij gepaste werk- of loopvloeren hetzij collectieve beveiligings- of vangelementen, opgelegd bij de artikelen 434.7.1. en 434.9.1. te gebruiken of indien het aanbrengen van deze middelen risico oplevert buiten verhouding met dat van het uit te voeren werk, dan wordt de veiligheid van de werknemers verzekerd door het dragen van veiligheidsgordels of -harnassen, beantwoordend aan de voorschriften van artikel 158sexies. Art. 462.1.4. Het is verboden werknemers op gladde kroonlijsten of in gladde dakgoten te laten lopen zonder doeltreffende maatregelen te treffen om het glijden of het vallen te beletten. Art. 462.2.1. Als werkzaamheden worden uitgevoerd op of van op bouwvallige onderdelen of op dekkingen uit materialen met beperkte weerstand, zoals glas, fibrocement, kunststof, voert het ondernemingshoofd of zijn afgevaardigde voor de aanvang van ieder werk een preventief onderzoek uit omtrent de staat van deze onderdelen of van de bedekking. Art. 462.2.2. Het gevaar wordt door passende en goed zichtbare berichten aangeduid.

Page 34: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 34 van 58

Art. 462.2.3. De nodige voorzorgen worden getroffen om te beletten dat de werknemers rechtstreeks op deze onderdelen of op de bedekking steunen. Zij beschikken met dat doel over stellingen, ladders, planken en andere gelijkaardige middelen. Art. 462.3.1. Slechts werknemers die in dit soort werk ervaren zijn en die de geschiktheden bezitten voor werk op hoogten, mogen op torenspitsen en daken werken waarvan de helling 34° (2/3) overschrijdt. Art. 462.3.2. Indien ladders, planken of andere gelijkaardige inrichtingen, die de werknemers dragen, afhellen, dan worden doeltreffende voorzorgen genomen om het glijden ervan te vermijden. Ten einde het kantelen van deze elementen te voorkomen, worden ze op meerdere plaatsen ondersteund en in elk geval aan ieder uiteinde. Naarmate de werken vorderen, worden deze inrichtingen derwijze verplaatst dat de werknemers niet rechtstreeks moeten steunen op delen met beperkte weerstand

• Bij verrijdbare stellingen die zich in rusttoestand bevinden, moeten de remmen op de wielen vastgezet worden. Verrijdbare stellingen mogen alleen verreden worden als er zich geen mensen, materiaal of toestellen op bevinden. Bij het verplaatsen moet grote zorgvuldigheid aan de dag gelegd worden en moet de bodem absoluut zuiver en vlak zijn.

• Veiligheidsgordels (artikel 158 secties) dienen gecontroleerd te worden voor indienststelling en dienen jaarlijks en telkens de gordel een persoon tijdens een val heeft tegengehouden herkeurd te worden door een erkend organisme.

6.2.5. Chemische of biologische agentia 6.2.6. Ioniserende straling 6.2.7. Elektrische hoogspanningslijnen of -kabels

6.2.8. Verdrinkingsgevaar 6.2.9. Ondergrondse werken en tunnelwerken 6.2.10. Werken met duikuitrusting 6.2.11. Werken onder overdruk 6.2.12. Gebruik van springstoffen 6.2.13. Montage of demontage van geprefabriceerde elementen • Lossen van geprefabriceerde elementen moet gebeuren met behulp van het juiste, gekeurde materiaal. • De elementen dienen voorzien te zijn van de juiste transportankers, die rekening houden met het gewicht en de

afmetingen van het element. • Het stockeren van elementen gebeurt op een vooraf bepaalde plaats, waarbij wordt gelet op de stabiliteit van

de ondergrond, de nabijheid van putten,… • Bij montage van de elementen wordt de juiste schoring aangebracht zoals vooraf berekend en voorzien op de

plannen. Het element blijft in de kraan hangen totdat alle verankeringen (trek- en drukschoren, wachtstaven, …) stevig op hun plaats zitten.

• Bij het plaatsen van geprefabriceerde elementen worden werkvloeren, leuningen of netten gebruikt, of, bij onmogelijkheid van de vorige, een harnas.

• Bij het werken met de kraan worden duidelijke afspraken gemaakt met de kraanmachinist. Enkel daartoe opgeleid personeel begeleidt de kraanmachinist.

6.2.13. 1 Valbeveiliging werknemers

De valbeveiliging voor de werknemers kan speciale problemen stellen bij de montage van geprefabriceerde stukken, hetzij uit metaal hetzij uit beton. Het komt er op aan na te gaan welke bewerkingen de werknemers zullen moeten uitvoeren en deze te specificeren in het specifiek VGP. Meestal kan men, eens de elementen op de werf aangevoerd en aan de hijskraan gehangen, drie soorten activiteiten onderscheiden, namelijk:

- Het geleiden en juist plaatsen van het stuk. - Het voorlopig afschoren van het stuk. - Het losmaken van de hijshaken.

Geleiden van stukken kan deels van op de grond gebeuren met koorden; dit is ten sterkst aangewezen als het gaat om lange stukken. Het precies geleiden en het juist plaatsen in drie dimensies gebeurt echter door personen die zich onvermijdelijk bij de opleg of opzetpunten moeten bevinden. Afhankelijk van de omstandigheden en rekening houdend met het grondbeginsel dat collectieve beveiligingen de voorkeur moeten krijgen op individuele, kan men stellingen voorzien die zodanig opgesteld zijn dat de plaatsing van het stuk mogelijk blijft en dat door het zwaaien van het stuk de stelling of leuningen ervan niet meegetrokken kunnen worden. Aangezien de montagehandelingen per definitie van relatief korte duur zijn verdient het de voorkeur om stellingen of werkplatformen te voorzien die voor meerdere montages kunnen dienen of die gemakkelijk verplaatsbaar zijn. De ervaring leert dat het gebruik van individuele antival middelen onbetrouwbaar is vanwege het gebrek aan werkcomfort, het voortdurend moeten aanpassen van de vasthechtingen en de menselijke zwakke factor van de werknemer die na een aantal keren de moeite niet meer neemt om zich vast te klikken. Daarom moeten collectieve beveiligingen gekozen worden die als het ware een passieve veiligheid bieden. 6.2.13. 2 Hijsen en manipuleren van de hijsstukken

Het ligt voor de hand dat het hijsmaterieel volledig in orde moet zijn en gekeurd door een erkend organisme

Page 35: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 35 van 58

alvorens het werk aan te vatten (zie punt 5.3.11). De manier van eventueel begeleiden vanaf de grond door middel van koorden dient vooraf bestudeerd en de bewegingen die een stuk, vooral een lang stuk, tijdens het zwaaien mag maken, dienen precies bepaald en afgesproken met de kraanbestuurder. Voor het aanhaken van de stukken zullen middelen gekozen worden die weinig werk vragen om losgemaakt te worden. Met de plaats van de hijsogen zal rekening gehouden worden bij de valbeveiliging van de werknemers (zie onder punt 6.2.14). De plaatsen zullen zo gekozen worden dat ze veilig bereikbaar zijn om het stuk aan te slaan vóór het opnemen en de kraanhaken los te maken eens het stuk gemonteerd en afgeschoord. 6.2.14. Ter plaatse te storten betonconstructies 6.2.14. 1 Bekisten en ontkisten

6.2.14. 2 Bewapening

6.2.14. 3 Betonstorten

6.2.14.4 Collectieve valbeveiliging voltooide constructies

6.2.15 Metselwerk

6.2.16. Afbraakwerken De uit te voeren afbraakwerken dienen te geschieden met een methode gekozen in functie van het uit te voeren werk (o.a. rekening houdende met de te behouden delen) en met aangepast materieel (gepaste schijf, enz.). Bij afbraakwerken dienen de nodige afschermingen geplaatst te worden teneinde het wegspringen of wegvliegen van brokstukken tot een absoluut minimum te herleiden en voorbijgangers, of andere erfdeelnemers die zich in de omgeving van de plaats van opbraak begeven, te beschermen. De veiligheid van de werknemers zal verzekerd worden door collectieve beschermingsmiddelen, voorgeschreven voor dit soort werk, zo nodig aangevuld met de vereiste individuele beschermingsmiddelen. Stappenplan: • zorgen voor voldoende schoor en stutwerk van losse delen • sloopplan opmaken & respecteren • Stabiliteitsbureau laten controleren • Veilige doorgangen creëren d,m,v, afschermingen, luifels,.. • gebruik PBM’s • voldoende ventileren

6.3. SPECIFIEKE MAATREGELEN VOOR GELIJKTIJDIGE EN OPEENVOLGENDE WERKEN EN VOOR WEDERZIJDSE INWERKING VAN ACTIVITEITEN, INSTALLATIES, VERVOER, EXPLOITATIE, VOORTVLOEIEND UIT HET ONTWERP ALGEMEEN Risico’s ten gevolge van de wederzijdse inwerking van alle installaties op alle andere activiteiten op of in de nabijheid van de site waar de TMB is gevestigd, inzonderheid het openbaar of privaat goederen- of personenvervoer, het aanvatten van de voortzetting van het gebruik van een gebouw of de voortzetting van eender welke exploitatie. De aannemers zullen bij al hun activiteiten rekening dienen te houden met de veiligheid van de omwonenden en de gebruikers van de openbare weg, en het beperken van hinder voor de omwonenden Voorliggende preventiemaatregelen doen geen afbreuk aan de algemene preventiemaatregelen (hoofdstuk 4). De specifieke preventiemaatregelen worden in de ontwerpfase door de veiligheidscoördinator ontwerp (zie bijlage I.10) opgemaakt en tijdens de uitvoering van het project door de veiligheidscoördinator verwezenlijking aangevuld (zie hoofdstuk 6). Hieronder is een niet limitatieve lijst opgenomen van mogelijk te behandelen onderwerpen: - risico’s , ter plaatse van de in- en uitritten van de werf. (boompjes beschermen, opletten kipstand vrachtwagens, torenkraan mbt HS-kabels openbaar domein) - bevuiling van de voetpaden en de rijwegen met afval , modder ,... - kantelen van werfafsluitingen of weggewaaid materieel bij hevige wind. - Kantelen van vrijstaande wanden, muren, tipgevels, bekistingpanelen,… door onvoldoende schoor- en/of

stutwerk - risico’s ten gevolgen van plaatselijk en doorgaand verkeer . - Risico’s, ten gevolge van de exploitatie van handelszaken, industrieën en verenigingen.,scholen. - Risico’s tgv aanwezigheid van een hoogspanningsmast op minder dan 100m van de woning - Transport van lasten bovenaanpalende percelen en/of woningen is niet toegestaan. - Transport van lasten boven de openbare weg is niet toegestaan - De werfafsluiting dient dermate ruim te zijn, of het voetpad dermate beveiligd dat vallende voorwerpen de

voorbijgangers op de openbare weg niet kunnen verwonden. - Het verkeer van en naar de werf dient zo georganiseerd te worden dat dit op de meest veilige manier kan

gebeuren : oordeelkundige keuze van de toegang(en) tot de werf, eenrichtingsverkeer op de werf of keerpunt op de werf zodat vrachtverkeer de werf voorwaarts kan op rijden en voorwaarts terug verlaat; leveringen zoveel mogelijk organiseren buiten de spitsuren

Page 36: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 36 van 58

- Vermijden van permanent lawaai, en zeker nachtlawaai, bv. ten gevolge van luidruchtige bemalingspompen, stroomgroepen of dgl.

- Vermijden van lawaaierige werkzaamheden in de vroege ochtend. - Vermijden van alle mogelijke milieuhinder in het algemeen: lawaai, stof en vuil, uitlaatgassen en rook, geurhinder, - risico-evaluatie van de aan de aannemer opgelegde uitvoeringsmethode en de door de veiligheids-coördinatie,

aanvullend op het algemeen werfreglement, voorgestelde PBM’s en CBM’s.

6.3.1. Werkvergunningen Voor bepaalde werken zijn er werkvergunningen nodig. Volgende vergunningen worden onderscheiden : a) vuurvergunning Het algemeen rookverbod op de werf (schoolsite), evenals het tijdig aanvragen van de vuurvergunningen zijn elementen die door de Aannemer strikt in acht moeten genomen worden. b) vergunning chemische producten c) graafvergunning d) werkvergunningen - werken in afgesloten ruimten 6.3.2. Werken met open vlam: BRANDPREVENTIE • In de gevarenzones, d.w.z. in de buurt van ontvlambare of brandbare stoffen, geldt een strikt rookverbod. In ieder geval geldt een ALGEMEEN ROOKVERBOD in de SCHOOL gebouwen

Een vuurvergunning is verplicht bij werken met geen vuur- of vlamvrije opslagplaatsen voor ontvlambare vloeistoffen (Codex Titel III, Hoofdstuk IV, afdeling 9, art. 49, 59). Een vuurvergunning is nodig indien zich binnen een straal van 15m van het punt waar gelast, gebrand of geslepen wordt,of op gelijk welke andere wijze vlammen, vonken of grote hitte kunnen ontstaan, een opslag gebeurt van brandbare of ontvlambare producten (cast, vloeibaar, droge plantengroei,...) of indien zich binnen de zone ontvlambare lucht/gasmengsels kunnen vormen.

Het spreekt voor zich dat in deze gevarenzones evenmin gerookt mag worden, want meer dan het roken van een sigaret zelf betekent het onachtzaam weggooien van een sigarettenpeuk of lucifer een reëel gevaar. De zones waar een vuurvergunning nodig is, worden door de algemene aannemer op een overzichtsplan van de werf aangeduid. Deze zones worden op de werf met de gepaste signalisatie (afbakening, pictogrammen en opschriften) gematerialiseerd. Indien dergelijke zones zouden ontstaan door het werk van een bepaalde aannemer, dan is het deze aannemer die instaat voor de nodige signalisatie en afbakening, uiteraard steeds in overleg met het bestuur en de coördinator verwezenlijking. 6.3.2.1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN VÓÓR WERK

- Verwijderen van brandbaar materiaal in een bepaalde zone (bvb. 10 meter) rond risicohoudend werk - Afschermen van vonken d.m.v. een te plaatsen scherm om zo een vorm van lokale compartimentering te

creëren en te verhinderen dat gloeiende deeltjes (bvb. lasspatten, ...) in het wilde weg rondvliegen. - Aanwezigheid van brandbestrijdingsmiddelen (bvb. draagbare brandblussers, ...) in de onmiddellijke

nabijheid,teneinde snel te kunnen ingrijpen. - Controle op brandprocedure en noodnummer - Nazicht of de gebruikte apparatuur en toebehoren (slangen, koppelstukken, ...) in goede staat van

onderhoud en werking zijn - Nat maken en houden van de omgeving - Afdekken van riolen

6.3.2.2. VEILIGHEIDSMAATREGELEN TIJDENS WERK Aanwezigheid van minstens twee personen voor grote risico's waarbij één persoon optreedt als brandwacht, t.t.z. één iemand die continu toezicht uitoefent met brandbestrijdingsmiddelen om onmiddellijk te kunnen blussen. 6.3.2.3. VEILIGHEIDSMAATREGELEN NA WERK

- Uitvoeren van een nacontrole (bvb. een half uur of een uur na beëindiging van het werk) om te verhinderen dat eventuele smeulende restjes aanleiding kunnen geven tot een brand.

- Orde en netheid: opruimen direct na de beëindiging van het werk (niet de dag erna!) - Afmelden bij de persoon die de brandvergunning heeft opgesteld. - Uit de werkzone verplaatst (brandbaar) materiaal slechts dag erna terugplaatsen.

6.3.2.4. PROCEDURE VOOR HET BEKOMEN VAN EEN VUUR- OF WERKVERGUNNING - Alle vergunningen moeten aangevraagd worden via de hiërarchische lijn van de aannemer. De aanvragen

worden medegedeeld via de werfvergaderingen. - Het werk mag slechts aangevat worden nadat alle maatregelen zijn genomen en wanneer elke

verantwoordelijke hiervoor heeft geparafeerd. - De goedgekeurde toelatingen worden in het coördinatiedagboek bijgehouden. - De vuur- of werkvergunning slaat enkel op de veiligheidsmaatregelen t.o.v. de bestaande installatie.

Geldigheidsduur De geldigheidsduur (maximum één week ) is vermeld op het vuurvergunningsdocument. Indien de voorziene periode onvoldoende blijkt dan moet voor een verlenging ervan de vuurvergunning tijdig vernieuwd worden. De heraanvraag moet gedaan worden door de onderneming die de werken uitvoert vooraleer de verlengingstijd ingaat.

Page 37: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 37 van 58

6.3.3. Werken met gevaarlijke producten: • Het gebruik van gevaarlijke producten moet vooraf zijn opgenomen in de risicoanalyse van de aannemer en opgenomen worden in het algemeen veiligheids-en gezondheidsplan. Hiertoe zal de aannemer alle nodige informatie betreffende producten en risico’s aan de veiligheidscoördinator overhandigen alsmede de voorzien preventiemaatregelen. • Alle producten op de bouwplaats moeten reglementair geëtiketteerd zijn of worden. Het gebruik van brandbare, toxische of andere gevaarlijke producten moet in de risicoanalyse van de onderneming vermeld staan. • Een kopie van de veiligheid- en gezondheidssteekkaart (chemische fiche of M.S.D.S.-fiche) van de gebruikte producten moet aan de coördinator-verwezenlijking en aan de projectcoördinator overhandigd worden. • Bij het gebruik van zeer gevaarlijke producten zal de aannemer een schriftelijke vergunning aanvragen aan de projectcoördinator. De projectcoördinator zal de aannemer informeren over de te volgen procedure voor het bekomen van dergelijke werkvergunning. Informatie is tevens te bekomen op de website. Een kopie van de vergunning zal aan de veiligheidscoördinator worden overhandigd om bijgevoegd te worden in het coördinatiedagboek. • Indien werken worden uitgevoerd waarbij schadelijke of hinderlijke dampen/gassen vrijkomen, moet dit gemeld worden in de risicoanalyse van de onderneming.

6.3.4. Toegangsprocedure voor werken in een in gebruik zijnd gebouw Algemene principes In bepaalde lokalen kan de aanwezigheid of het gebruik van gevaarlijke producten of apparaten een risico inhouden voor personen die niet op de hoogte zijn van de gevaren. De lokalen met verhoogd risico worden als volgt ingedeeld :

• De opslagplaatsen en -lokalen voor gassen en chemische producten. • Bepaalde technische lokalen, zoals hoog- en laagspanningscabines, die enkel voor gespecialiseerd personeel

van Technische diensten, of in opdracht van Technische diensten, toegankelijk zijn. • Lokalen met gevaaraanduiding. • De laboratoria waar :

- met gevaarlijke producten gewerkt wordt. - biologische agentia (micro-organismen, proefdieren, ..) gebruikt worden. - hoge magnetische velden gebruikt worden. - radioactieve stoffen gebruikt worden - X-stralen of gammastralen gebruikt worden. - open laserbundels gebruikt worden.

Concrete werkwijze Indien u toegang wenst tot een lokaal met verhoogd risico, volg dan de volgende procedure. 1. Aanmelding Meld u aan bij de lokaalverantwoordelijke of het secretariaat van de dienst. Is er niemand aanwezig, betreed dan het lokaal niet, tenzij u buiten de diensturen om een dringende reden bent opgeroepen. 2. Opvolgen veiligheidsaanbevelingen De lokaalverantwoordelijke of zijn aangestelde zal u toegang verlenen, nadat de voorwaarden voor een veilige toegang werden afgesproken en gecontroleerd. Volg de veiligheidsaanbevelingen op. Gebruik de gepaste persoonlijke beschermingsmiddelen. Betreed het lokaal niet indien er een reëel gevaar is. Dit kan bijvoorbeeld gesignaleerd zijn door een brandende waarschuwingslamp. Raak de aanwezige recipiënten niet aan zonder toelating. 3. Incident Breng bij elk incident onmiddellijk de lokaalverantwoordelijke of zijn aangestelde op de hoogte. Volg de gegeven instructies op. 6.3.5. Werken in laboratoria 6.3.6. Ononderbroken exploitatie van de opdrachtgever

Er dient ten allen tijde over gewaakt dat er geen verwarring mogelijk is omtrent doorgangen, omleidingen,… voor zowel voetgangers als auto’s. Alle omwegen dienen duidelijk gesignaleerd op een goed zichtbare plaats. Werfdoorgangen zullen ten allen tijde gesloten worden teneinde onverwachte bezoekers op de werf te vermijden. Bij het beëindigen van de activiteiten zullen de doorgangen met een hangslot worden afgesloten. Bij werken in een in gebruik blijvend gebouw dient er op gelet dat materiaal of materieel de doorgangen niet kan hinderen. Tevens dienen de collectieve beschermingen zoals leuningen e.d. steeds aanwezig te zijn. Voor het aanvangen van de werken zal een signalisatiebord worden aangebracht met aanduiding van de uit te voeren werken, ter kennisgeving van de gebruikers van het gebouw of de bedoelde zone. Werken die risico’s kunnen induceren voor personeel, studenten, bezoekers worden steeds vooraf of ONMIDDELLIJK wanneer zij worden opgemerkt, gemeld aan de projectcoördinator en aan de veiligheidscoördinator, teneinde de te nemen veiligheidsmaatregelen te bepalen. Verder is het verboden om de leveringen te blokkeren. Indien wegen afgesloten moeten worden in functie van de werkzaamheden, dienen vooraf afspraken gemaakt met de technische dienst ivm timing, omleggingsmogelijkheden,…Er dient steeds een maximale parkeermogelijkheid blijven.

Page 38: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 38 van 58

6.3.7. Werken in Besloten ruimte 6.3.8. Gelijktijdige uitvoeringen Tijdens de coördinatievergaderingen zal telkens de planning der werken voor de komende dagen besproken worden. Tijdens deze vergaderingen zullen afspraken gemaakt worden betreffende het gebruik van bepaalde werkzones in tijd en ruimte. Tevens worden de te nemen preventiemaatregelen besproken. Elke aannemer zal zich houden aan deze afspraken. Hij zal tevens zijn onderaannemers, leveranciers, werknemers, … inlichten. Elke afwijking van de gemaakte afspraken dient VOORAF gemeld aan de veiligheidscoördinator. De aandacht wordt gevestigd op de gelijktijdige uitvoering van het ……………………………………. De aannemers van ……………………….. zullen worden bijeengeroepen voor een coördinatievergadering mbt werftoegangen, werfafsluitingen, vluchtwegen, interferentie torenkranen,… 6.3.9. Specifieke aandachtspunten eigen aan de bouwplaats Risico’s verbonden aan de omgeving

���� Labo’s met chemische risico’s ���� Labo’s met radioactieve risico’s ���� Labo’s met biologische risico’s ���� Ventilatie installaties ���� Gasinstallaties ���� Waterleidingnet ���� Elektrische installaties

���� Alarm- en detectie-installaties ���� Asbesthoudende materialen verwijderen ���� Andere toestellen of installaties ���� Gevaar voor de personen in de

omgeving(studenten, personeel,…) ���� Andere: Hoogspanning

De oprit links gelegen moet steeds vrij worden gehouden. Aan te vragen vergunningen Activiteit

���� Vergunning risicohoudende werken ���� Vuurvergunning ���� Graafvergunning ���� Vergunning chemische producten ���� Werkvergunning

���� Privatisering openbaar domein

6.4. IDENTIFICATIE VAN RISICO’S BIJ MOGELIJKE LATERE WERKZAAMHEDEN, MAATREGELEN EN INSTRUCTIES GEVRAAGDE PUNTEN VOOR HET POSTINTERVENTIEDOSSIER: As-built plannen en/of technische dossiers van ALLE tussenkomende partijen voor het Postinterventiedossier (P.I.D.). Eventueel onze vraag aan architect en bouwheer om de voorlopige oplevering(en) maar mogelijk te maken indien deze documenten ingediend zijn. Structurele voorstellen:

o bevestigingspunten voor steigers (binnen en buiten): - mogelijk reinigen of herstellen dakbedekking,…

o bevestigingspunten voor persoonlijke valbeveiliging (bvb. onderhoud- en/of herstellingswerken op plat en/of hellend dak,)

- Bereikbaarheid platte daken en dakgoot ifv mogelijke herstellingen dak, koepels, schoorstenen,… �bereikbaarheid dmv dakhaken te plaatsen, of leeflijn Restrisico’s : bereikbaarheid dakvlakken en dakvlakramen

6.5. Concrete voorzieningen in de meetstaat ALGEMEEN Risico’s , ten gevolge van de opeenvolging van activiteiten van de diverse tussenkomende partijen op een TMB, wanneer een tussenkomst , na het beëindigen ervan , risico’s laat bestaan voor de andere tussenkomende partijen, die later zullen tussenkomen. - risico’s ten gevolge van de activiteiten van andere aannemers, op en naast de werfzone. - Alle gaten en openingen, al dan niet ontstaan door de beschreven afbraakwerken, in de te behouden

aangrenzende gevels (o.a. ontstaan door het verwijderen van balklage, T-ijzers, enz...), dienen zorgvuldig door tijdelijke CBM’s afgeschermd of dichtgemetseld te worden met machinale volle nieuwe bakstenen. Losse stenen worden uitgenomen en vervangen door nieuw metselwerk.

- Inbegrepen : het degelijk schoren met alle aangepaste middelen (buizenstellingen, gelaste zware I-Profielen, verankerd aan in de grond te betonneren steunblokken, enz....) welke noodzakelijk worden geacht door de opdrachtgever om aldus omvallen of wegzakkingen van vrijstaande wanden te voorkomen

6.5.1.Werfafsluiting : Deze bestaat uit een geprefabriceerd kader van stalen buizen met een draadraster van gegalvaniseerd staal. Min. hoogte 1,80m. De verschillende elementen worden met klangen aan elkaar bevestigd. Op een goed zichtbare plaats worden borden aangebracht die de toegang verbieden aan onbevoegden. De afsluiting wordt voorzien van de nodige afsluitbare toegangen. De voorziene doorgangen worden steeds met een hangslot afgesloten op de tijdstippen dat er geen bouwplaatsactiviteit is. De werfafsluiting wordt geleverd door de aannemer van lot ruwbouw Deze zelfde aannemer staat in voor de regelmatige controle en onderhoud voor de duur van zijn aanneming. Daarna wordt de afsluiting van deze aannemer gehuurd en het onderhoud wordt overgenomen door de aannemer van loten (te bepalen door ontwerper) Meting:

Page 39: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 39 van 58

- voor lot dakwerken: - plaatsing en onderhoud gedurende de werken ruwbouw: som over geheel - huur na vertrek: Forfaitaire Hoeveelheid per maand.

6.5.2. Werfweg 6.5.3. Werflokalen en keten Omvat het installeren en onderhouden van de hierna bepaalde lokalen tijdens de duur van de werken. Alle lokalen worden voorzien van het voor hun bestemming benodigde meubilair; ze worden verlicht, verwarmd en onderhouden. Aansluiting van water, elektriciteit en telefoon inbegrepen. Plaats van de lokalen: vooraf te bespreken met de opdrachtgever. Op een later te bepalen datum, ten laatste 15 dagen voor de voorlopige oplevering van het gehele project, worden de lokalen gedemonteerd en weggenomen door de aannemer die de lokalen heeft geïnstalleerd. Deze aannemer zorgt tevens voor het in orde brengen van de site. a) vergaderlokaal : Minstens 20m² groot, uitgerust met een vergadertafel en een tiental stoelen. Plaatsing, aansluiting en demontage door de aannemer van lot ruwbouw Onderhoud door de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van de opdrachtgever. b) keten voor materialen, materieel en werklieden inclusief eetruimtes: Door elke aannemer zelf te voorzien. c) sanitaire lokalen: Toiletten en wasgelegenheid voor minimum 10 werknemers. Plaatsing, aansluiting en demontage door de aannemer van lot ruwbouw Onderhoud door de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van de opdrachtgever. Gebruik: door alle aannemers en personeel op de werf aanwezig. d) EHBO-lokaal: Overeenkomstig bijlage III van het KB TMB 25.01.2001. Met inbegrip van de uitrusting en EHBO-materiaal. Plaatsing, aansluiting en demontage door de aannemer van lot ruwbouw Onderhoud door de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van de opdrachtgever. Gebruik: door alle aannemers en personeel op de werf aanwezig. Meting: - plaatsing en onderhoud: som over geheel - huur na vertrek: Forfaitaire Hoeveelheid per maand. 6.5.4. Signalisatie en veiligheidsvoorzieningen a) werksignalisatie Overal waar nodig bij het uitvoeren van gevaarlijke werken en tevens telkens bij uitvoeren van werken in een in gebruik zijnd gebouw worden signalisatiepanelen aangebracht met de melding van de werken en eventuele waarschuwingen of instructies. Plaatsing en demontage door elke aannemer zelf te voorzien. Meting: Pro Memorie b) wegsignalisatie nvt Meting: Pro Memorie: inbegrepen in werfafsluiting c) tijdelijke werfverlichting Omvat het aanbrengen van tijdelijke verlichting in alle doorgangen en traphallen en in onverlichte ruimtes waar moet worden gewerkt (b.v. kelders,…). Vereiste lichtsterkte overeenkomstig het ARAB. In evacuatiewegen en doorgangen is tevens veiligheidsverlichting met pictogram te plaatsen cfr. Bijlage III van het KB TMB van 25/01/2001. Deze verlichting mag slechts worden verwijderd mits toelating van de opdrachtgever en/of de veiligheidscoördinator. Plaatsing en aansluiting door de aannemer van lot ruwbouw Onderhoud door de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van overige loten Meting: - voor lot ruwbouw: - plaatsing en onderhoud: som over geheel - voor overige loten: - onderhoud: Forfaitaire Hoeveelheid per maand. d) collectieve beschermingen: leuningen, trappentoren, stellingen, werkplatforms,… Beschermingen worden geplaatst door diegene die ze noodzakelijk maakt voor eigen veiligheid, de veiligheid van nevenaannemers of de veiligheid van derden en zullen blijven staan tot ze overbodig geworden zijn, ook indien dit pas na het vertrek van diegene die ze geplaatst heeft zou zijn. Dit omvat het aanbrengen van collectieve beschermingen zoals:

- leuningen aan trapopeningen, schachten en kokers

Page 40: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 40 van 58

- afdekking van (lift)putten en vloeropeningen - overkappingen van voetgangersverkeer - stellingen voor gemeenschappelijk gebruik - tijdelijke trappentoren voor werftoegang - werkplatforms

Deze collectieve beschermingen mogen slechts worden verwijderd nadat ze overbodig geworden zijn. Tijdelijk verwijderen van beschermingen kan enkel in samenspraak met de veiligheidscoördinator. Het onderhoud van de collectieve beschermingen omvat een regelmatige controle op de goede staat van alle uitrustingen aanwezig op de werf, ongeacht wie ze geplaatst heeft. Dit onderhoud is ten laste van de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van overige loten. Meting: - voor perceel ruwbouw plaatsing en onderhoud (tot de voorlopige oplevering): som over geheel. - voor overige loten: onderhoud: Forfaitaire Hoeveelheid per maand. 6.5.5. Regelmatige opkuis van de werf - afvalverwijdering De aannemer kuist regelmatig, minstens één keer per week of op aanvraag van de opdrachtgever:

- de werfzone - de toegangen - de terreinen

Op vraag van de opdrachtgever zal de aannemer, indien nodig, de private en openbare wegenis reinigen met behulp van een voor dit doel ontworpen machine. Opkuis ten laste van de aannemer van lot ruwbouw tot het einde van zijn werkzaamheden en daarna ten laste van overige loten. Meting: Forfaitaire Hoeveelheid per maand. De aannemer van het lot ruwbouw zal instaan voor zijn eigen afvalverwijdering. Elke aannemer zal zijn werknemers de nodig instructies geven voor het correct sorteren van het afval evenals voor het verwijderen van zijn eigen afval. Elke aannemer zal de plek waar hij werken uitvoert ordelijk en net houden. Meting: Pro Memorie. 6.5.6. Ter beschikking stellen van PBM’s, brandblusmiddelen,…. De aannemer van lot ruwbouw zal de nodige PBM’s ter beschikking stellen voor eventuele werfbezoekers. Hij voorziet hiertoe:

- veiligheidshelmen : 5 st De aannemer van lot ruwbouw zorgt voor de aanwezigheid van brandblusmiddelen voor de werf. Hiertoe voorziet hij volgende aantallen blussers, gekeurd en in goede staat:

- CO2 blussers: 1 st - ABC-blussers: 2 st

De brandblustoestellen worden oordeelkundig verspreid over de werf in functie van de oppervlakte, van de aard der werken en van het aantal tewerkgestelde arbeiders. Meting: Pro Memorie: verrekend bij de werflokalen. 6.5.7. Ter beschikking stellen documenten met betrekking tot veiligheid en gezondheid. Met betrekking tot het VGP en het coördinatiedagboek:

- gegevens van onderaannemers, risico-analyse, keuringsattesten, verslagen van instructie van werknemers,… Met betrekking tot het postinterventiedossier: - as-built plannen, technische handleidingen, keuringsverslagen, technische fiches, …

Meting: som over geheel: 6.5.8. Uitvoering van het werk in functie van het VGP. Kosten die inherent zijn aan het veilig uitvoeren van bepaalde werken volgens het VGP of door wettelijke bepalingen en niet als afzonderlijke post opgenomen zijn in de meetstaat worden inbegrepen in de posten voor die bepaalde werken. Aannemers kunnen de inbegrepen kosten nader specificeren aan de hand van een door hen opgemaakte afzonderlijke prijsberekening en vermelden in elk geval in hun beschrijving van de uitvoering van het werk i.f.v. het VGP welk percentage van het totaalbedrag voor deze kosten voorzien is. Meting: pro memorie. 6.5.9. Ter beschikking laten van de elektrische werfinstallatie De elektrische stroom voor de werf wordt geleverd door de opdrachtgever. De aannemer staat in voor het werfbord en alle bijhorige (voedings)kabels en aansluitstukken. Ook de voedingskabel voor het werfbord is te voorzien door de aannemer, vanaf het hoofdbord tot de locatie van het werfbord op de bouwplaats (± 30m). In deze cabine is momenteel maximaal 250kVA/400V beschikbaar. De opdrachtgever zal pas aansluiten na voorlegging van een positief keuringsattest van een erkend organisme mbt de werfinrichting. Na voltooiing van lot 1 zal deze aannemer de elektrische installatie echter ter beschikking laten van de werf teneinde de afwerking van de andere loten toe te laten. De aannemer kan hiervoor evenwel een huurprijs opgeven.

Page 41: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 41 van 58

Onderhoud na de voltooiing van het lot ruwbouw, zal dan worden overgenomen door de aannemer overige loten (meetcode: GP) Meetcode: €/maand, VH voor lot ruwbouw.

6.6. BESCHRIJVINGEN BIJ TE VOEGEN BIJ OFFERTES De inschrijver dient een offerteprijs te geven voor het toepassen van deze bepalingen op het inschrijvingsformulier., en zijn uitvoeringsmethodes verder te specificeren in zijn VGM-plan. De inschrijver kan voor de opmaak van zijn VGM-plan van deze risicoanalyses gebruik maken, en mag de risico’s die, gezien de door hem weerhouden uitvoeringsmethode, niet van toepassing zijn schappen, en kan (moet) melding maken van eventueel bijkomende risico’s en preventiemaatregelen.

De inschrijver kan en mag eveneens gebruik maken van risicoanalyses die eigen zijn aan zijn bedrijf. Het gebruik van veiligheidsdocumenten eigen aan de onderneming, en de implementatie ervan in de bedrijfsorganisatie dient te worden aangemoedigd.

Bij discussie echter zullen de bepalingen van de door de coördinator ontwerp bijgevoegde risicoanalyses en preventiemaatregelen doorslaggevend en bindend zijn. Nazicht van de verklaring volgens artikel 30 tweede lid 1° en 2° van de verschillende aannemers. Per verklaring opgave van de mandagen. Art. 30.- De OPDG neemt de nodige maatregelen opdat het VGP deel zou uitmaken van, al naargelang het geval, het bijzonder bestek, de prijsaanvraag of de contractuele documenten en daarin als een afzonderlijk en als dusdanig betiteld deel wordt opgenomen. Opdat de maatregelen vastgesteld in het VGP daadwerkelijk zouden kunnen toegepast worden bij de uitvoering van de werken,

Zorgt hij ervoor dat: 1° de kandidaten bij hun offertes een document voegen dat verwijst naar het veiligheids- en gezondheidsplan en waarin zij beschrijven op welke wijze zij het bouwwerk zullen uitvoeren om rekening te houden met dit veiligheids- en gezondheidsplan; 2° de kandidaten bij hun offertes een afzonderlijke prijsberekening voegen in verband met de door het veiligheids- en gezondheidsplan bepaalde preventiemaatregelen en -middelen, inbegrepen de buitengewone individuele beschermingsmaatregelen en -middelen;

Het artikel "veiligheid" in het bestek Begroting van het artikel Voor dit artikel wordt expliciet verwezen naar art. 30 , 2°van het KB dd. 25.01.01. De posten “Bouwplaatsvoorzieningen” en Arbeidsmiddelen”, in de meetstaat van de veiligheidsvoor-zieningen, die technische noodzakelijk zijn dienen weliswaar begroot te worden, zoals vereist volgens art. 30 van het KB van 25-01-01, maar zijn inbegrepen in de respectievelijke bestekposten waartoe zij behoren

In de posten “Beschermingsmiddelen” en “Communicatie” zal de "bouwdirectie belast met de uitvoering" en elke andere inschrijver de “extra-contractuele" veiligheidsmaatregelen begroten. De som van deze “extracontractuele" veiligheidsmaatregelen dient ingeschreven te worden in de samenvattende meetstaat onder het artikel “Veiligheid (op tijdelijke en mobiele werkplaatsen)” Met deze maatregelen wordt bedoeld dat hij een weergave geeft van de kostprijs die nodig is om de permanente veiligheid op de werf te organiseren: Collectieve beschermingen die onderhouden moeten blijven, het constant kuisen van de werf,… De op te geven som moet inhouden • Het opstellen en ontvangen van de nodige documenten, inclusief de verdeling naar alle onderaannemers of

andere personen die de aannemer tewerkstelt. • De opzet, instandhouding tijdens de volledige duur van de werken, en verwijdering van alle Collectieve

Beschermings Middelen (CBM). Deze CBM dienen in stand gehouden te worden zolang als nodig; in voorkomend geval tot op het einde van de werken, ook als de pilootaannemer voor het einde van de werken de werf verlaat. In dit laatste geval echter kan voor het in stand houden van de CBM overgedragen worden aan een onder- of nevenaannemer, mits een schriftelijke overeenkomst .

• Het ter beschikking houden van PBM's voor occasionele bezoekers, helmen, veiligheidslaarzen, veiligheidsschoenen.

• Het proper en in goede staat houden van de toegangsweg(en) tot de werken. • Het bijwonen van een gekwalificeerd veiligheidsverantwoordelijke van alle veiligheidsvergaderingen,

coördinatievergaderingen en alle bijeenkomsten die betrekking hebben op het project en waar het punt "veiligheid" een deel uitmaakt van de agenda.

• De algemene beveiliging van de werf en alle op de werf aanwezige materieel. • Alle veiligheidsmaatregelen die nodig zijn om de algemene veiligheid op de werf te organiseren en te doen

naleven. Een aanpassing van de wettelijk te voorziene veiligheidsmaatregelen kan nooit aanleiding geven tot een verrekening of een herziening van het initieel voorziene bedrag. Er wordt bijzonder gewezen op de volgende maatregelen: Algemeen aannemingsmodaliteiten en werfinrichting

• Orde en netheid is een belangrijk item in de veiligheid van de werf. Elke werkplek dient constant opgekuist te worden. Een algemene wekelijkse opkuis is verplicht. Het verdient dus aanbeveling dit ook in de contracten met de onderaannemers te vermelden.

• Het volledig afsluiten van de werf voor onbevoegden, door middel van een aaneensluitend hekwerk. De toegang tot de werf moet buiten de werkuren worden afgesloten.

• Verplicht dragen (PBM’s)van veiligheidsschoenen, helm en reflecterende werkkledij.

Page 42: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 42 van 58

• Voldoende voorzieningen (refters, kleedruimten, toiletten, burelen) In de offerteprijs dient eveneens begrepen te zijn:

• Het opmaken en bijsturen van het werfinrichtingsplan, i.f.v. de vordering van de werken • Het opmaken en zo nodig wekelijks bijsturen van de gedetailleerde planning. Deze planning is essentieel voor het

opsporen van risico’s door het simultaan werken van verschillende aannemers. Het bijsturen en wijzigen van de planning dient dus te gebeuren voor de feiten, en niet achteraf, als de planning reeds voorbijgestreefd is

• Het bezorgen van degelijke as-built documenten (zeker voor wat betreft de zaken waar de studie ten laste van de aannemer is). De overhandiging van deze documenten is een noodzakelijke voorwaarde om tot de voorlopige oplevering te kunnen overgaan. De as built plannen zijn essentieel voor het Post Interventie Dossier. Tevns ook voor de eindberekeningen mbt de EPB-regelgeving

Bij de bieding te voegen:

• Het specifieke V&G plan van de inschrijver, zoals hierboven beschreven. • De ingevulde en eventueel aangevulde meetstaat veiligheidsvoorzieningen, in bijlage. De inschrijver zal gecontroleerd worden op zijn ingediende documenten en prijsopgave door de veiligheidscoördinator welke vervolgens een deskundig verslag ter advies zal voorleggen aan de opdrachtgever

ZIE BIJLAGE 8���� in te vullen door inschrijver(s)

Activiteit Risico's Preventie- & beschermingsmaatregelen Kostprijs van de middelen en maatregelen

7 . POST INTERVENTIE DOSSIER,LATER GEBRUIK,ONDERHOUD EN BIJKOMENDE WERKEN POST INTERVENTIE DOSSIER, LATER GEBRUIK, ONDERHOUD EN BIJKOMENDE WERKEN � Op te stellen door de CV volgens artikel 34 tot 36 van het KB TMB. De opdrachtgever zal dit uitdrukkelijk in de

opdracht van de CV vermelden. Tijdens de ontwerpfase van het bouwwerk dient de architect (BDO)in het ontwerp veiligheidsmaatregelen en de preventieregels op te nemen waarmee rekening zal moeten worden gehouden tijdens de verwezenlijking van het bouwwerk en tijdens de uitvoering van latere onderhouds- & voltooiingwerken.

8. OVERDRACHT DOSSIERS DOCUMENTEN EN VOORWAARDEN I.V.M. DE OVERDRACHT VAN HET VGP, CDB EN PID. DOCUMENTEN "Einde opdracht CO, overdracht van het VGP, CD en PID dossier aan de OPDG." DOCUMENTEN "Aanvang opdracht CV, overdracht van het dossier van de OPDG aan de CV." DOCUMENTEN "Einde opdracht CV, overdracht van het dossier aan de OPDG."

Page 43: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 43 van 58

9. BIJLAGEN

9.1. Bijlage 1 IDENTIFICATIE AANNEMER & MATERIEEL

a. Identificatie en intentieverklaring aanbestedende aannemer Gegevens onderneming Naam onderneming

VCA**, BeSaCC of ISO

Straat+nr

Geldigheid certificaat

Postnr + gemeente Ondernemingshoofd

Tel Aantal werknemers

Fax preventieadviseur

e-mail Niveau PA

RSZ-nr EDPBW

registratienummer Verzekeraar AO

Erkenning Frequentiegraad

Nace-code ernstgraad

B.T.W.

Project

Omschrijving opdracht

Nieuwbouwproject : Lot:

projectleiding werfleider

naam naam

gsm gsm

e-mail e-mail

Veiligheidsverantwoordelijke op de werf E.H.B.O.-hulpverlener

naam naam

gsm gsm

e-mail e-mail

Maximum aantal werknemers die op de werf tewerkgesteld zullen worden

Onderaannemers: naam

Lot: gsm

e-mail

Planning Start werken: Vermoedelijk einde der werken:

Intentieverklaring Ondergetekende verklaart het veiligheid- en gezondheidsplan te hebben ontvangen en de verantwoordelijkheid te zullen nemen al zijn werknemers en onderaannemers die voor zijn rekening werken, te informeren over de inhoud. Eveneens bevestigd de ondertekende dat deze voorschriften, samen met deze van het ARAB, de Codex en het AREI, wet van 04/08/’96 en het KB van 25.01.2005 met aangevuld en/of gewijzigd via KB19.01.2005, door de werknemers en de onderaannemers moeten gevolgd worden. De milieuwetgeving wordt eveneens strikt nageleefd.

Nagelezen en goedgekeurd Naam Functie handtekening

Opmerkingen

Nummer Opmerking

Page 44: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 44 van 58

b identificatie in te zetten arbeidsmiddelen Aannemer: 1. Worden er steigers gebruikt? : 0 Ja 0 Neen 2. Worden heftoestellen gebruikt?:

Goederenbouwlift 0 Ja 0 Neen Gevellift 0 Ja 0 Neen Hanglift 0 Ja 0 Neen Schaarlift 0 Ja 0 Neen Heftruck 0 Ja 0 Neen Hoogtewerker 0 Ja 0 Neen Torenkraan 0 Ja 0 Neen Mobiele kraan 0 Ja 0 Neen Graafmachine (*) 0 Ja 0 Neen Staaldraadtakels (tirfor) 0 Ja 0 Neen Andere Indien ja, welke? 0 Ja 0 Neen

(*) Opmerking: bij graafmachines gebruikt voor heffen van lasten is een keuring vereist

3. Zijn deze heftoestellen gekeurd door een erkend organisme? Ja Neen Indien ja, gelieve een kopie van het keuringsverslag te bezorgen aan de werfleider/veiligheidscoördinator 4. Welke toestellen/middelen worden gebruikt?

Boorhamers & -machines 0 Ja 0 Neen Compressors 0 Ja 0 Neen Elektrische afkortzagen 0 Ja 0 Neen Elektrische groepen 0 Ja 0 Neen Decoupeerzagen 0 Ja 0 Neen Kernboren 0 Ja 0 Neen Schiethamers (patronen) 0 Ja 0 Neen Niet- & nagelmachines 0 Ja 0 Neen Slijpschijven 0 Ja 0 Neen Tafelzagen 0 Ja 0 Neen Andere 0 Ja 0 Neen

5. Wordt gebruik gemaakt van: Butaan/propaan branders? : 0 Ja 0 Neen • Terugslagklep voorzien? 0 Ja 0 Neen • Brandblustoestel voorzien? 0 Ja 0 Neen • Opslagplaats flessen voorzien? 0 Ja 0 Neen • Flessen geïdentificeerd? 0 Ja 0 Neen

Oxy/acetyleen branders? : 0 Ja 0 Neen • Terugslagklep voorzien? 0 Ja 0 Neen • Brandblustoestel voorzien 0 Ja 0 Neen • Opslagplaats flessen voorzien? 0 Ja 0 Neen • Manometers gekeurd? 0 Ja 0 Neen • (keuringsverslag voorleggen) 0 Ja 0 Neen • Flessen geïdentificeerd? 0 Ja 0 Neen

Bitumenketels (dakdekkers)? : 0 Ja 0 Neen • Terugslagklep voorzien? 0 Ja 0 Neen • Brandblustoestel voorzien? 0 Ja 0 Neen • Opslagplaats flessen voorzien? 0 Ja 0 Neen • Flessen geïdentificeerd? 0 Ja 0 Neen • Opvangkuip voorzien? 0 Ja 0 Neen • Instructies aan het personeel? 0 Ja 0 Neen

6. Wordt er gebruik gemaakt van anti-val apparaten? 0 Ja 0 Neen 7. Van welke producten wordt gebruik gemaakt?

• Brandgevaarlijke producten + maximum. hoeveelheid op de werf (white spirit, oplosmiddelen, benzine,...) Welke? ………………… Hoeveelheid: ……………… ………………… Hoeveelheid: ……………… ………………… Hoeveelheid: ………………

Page 45: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 45 van 58

• Chemische producten en maximale hoeveelheid op de werf (Methyl Ethyl Keton MEK, lijmen,...) Welke? ………………… Hoeveelheid: ……………… ………………… Hoeveelheid: ……………… ………………… Hoeveelheid: ……………… 8. Elektrische uitrusting Gebruik van verlengkabels 0 Ja 0 Neen Type H07RN-F? 0 Ja 0 Neen Type H05RN-F? 0 Ja 0 Neen Zijn ze geïdentificeerd? 0 Ja 0 Neen Contactdozen:

- spatwaterdicht? - Slagvast?

0 Ja 0 Neen 0 Ja 0 Neen

Gebruik je verdeelkasten? 0 Ja 0 Neen Zijn deze 5-jaarlijks gekeurd? 0 Ja 0 Neen Gebruik je generatoren 0 Ja 0 Neen Zijn deze 13-maandelijks gekeurd? 0 Ja 0 Neen

9. Wordt gebruik gemaakt van ander (hierboven met vermeld) materieel? 0 Ja 0 Neen Indien Ja, welke? ………………………………………………………………………………………………………………………… (indien het hierboven vermelde materieel valt onder de wettelijke bepalingen rond de indienststelling en periodieke keuring door externe diensten voor preventie en bescherming EDPB dan dienen deze verslagen eveneens te worden voorgelegd)

Page 46: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 46 van 58

9.2. BIJLAGE 2 INTENTIEVERKLARING

INTENTIEVERKLARING De hiernavolgende verklaring dient door de inschrijver te worden ingevuld en ondertekend. Hij maakt deze intentieverklaring samen met zijn offerte over aan de opdrachtgever en CV Ondergetekende: ...................................................................................................................................................

Gevolmachtigd bestuurder van: ..........................................................................................................................

Adres: .......................................................................................................................................................................

Postnummer: .................................Gemeente: .....................................................................................................

Tel.: ...........................................Fax: .........................................................................................................................

GSM: ..........................................E-mail: ...................................................................................................................

Verklaart kennis genomen te hebben van de inhoud van het Veiligheids- en Gezondheidsplan fase ontwerp, opgesteld door de veiligheidscoördinator aangesteld door de opdrachtgever in het kader van het project

Ka.O.Gent-Zuid RENOVATIEWERKEN AAN DAKEN

Tweebruggenstraat 34 - 9000 GENT Afd. 4 – sectie D – nr 2121D

Ik heb in mijn offerte rekening gehouden met alle risico's, maatregelen en instructies opgenomen in het Veiligheids- en Gezondheidsplan fase ontwerp en verbind mij ertoe dit Veiligheids- en Gezondheidsplan volledig te zullen naleven. Ik beschrijf hierna de risico's eigen aan de activiteiten van mijn onderneming en de eventuele bijkomende veiligheids- en gezondheidsmaatregelen die ik heb voorzien in functie van de uitvoeringsmethoden die ik zal aanwenden. Ik raam de kostprijs voor de veiligheids- en gezondheidsmaatregelen vermeld in de veiligheids-meetstaat van dit Veiligheids- en Gezondheidsplan op een bedrag van (zie bijlage 8) €. Ik voeg de ingevulde veiligheidsmeetstaat toe aan mijn offerte. Ik heb hierbij rekening gehouden met het feit dat deze kostprijs geen supplementaire post is maar reeds verrekend is in de verschillende posten van de prijslijst. Ik heb er kennis van genomen dat: - bij niet-ondertekening of afwezigheid van dit document bij mijn inschrijving, mijn offerte nietig zal verklaard worden - mijn offerte bij niet-opgave van de ingevulde veiligheidsmeetstaat met de afzonderlijke kostprijzen nietig zal verklaard worden - indien de inhoud van de documenten die ik bij mijn offerte voeg, als onvolledig of niet conform met het veiligheids- en gezondheidsplan wordt beschouwd, mijn offerte nietig kan verklaard worden. Opgemaakt te ............................................................................................... op ................................. De inschrijver ......................................................................., Handtekening

Page 47: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 47 van 58

9.3. BIJLAGE 3 BOUWPLAATSREGLEMENT

Page 48: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 48 van 58

9.4. BIJLAGE 4 LIJST ONDERAANNEMERS

IDENTIFICATIE EVENTUELE EIGEN ONDERAANNEMERS

Firma:

Adres :

Tel :

Fax.:

Ondernemingshoofd

IDENTIFICATIE EVENTUELE EIGEN ONDERAANNEMERS

Firma:

Adres :

Tel :

Fax.:

Ondernemingshoofd

IDENTIFICATIE EVENTUELE EIGEN ONDERAANNEMERS

Firma:

Adres :

Tel :

Fax.:

Ondernemingshoofd

IDENTIFICATIE EVENTUELE EIGEN ONDERAANNEMERS

Firma:

Adres :

Tel :

Fax.:

Ondernemingshoofd

IDENTIFICATIE EVENTUELE EIGEN ONDERAANNEMERS

Firma:

Adres :

Tel :

Fax.:

Ondernemingshoofd

Page 49: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 49 van 58

9.5. BIJLAGE 5 MELDINGSFORMULIEREN ARBEIDSONGEVALLEN / INCIDENTEN

1. Vóór elk ander ingrijpen: Het eventueel nog bestaande gevaar uitschakelen (bvb. voorwerpen die dreigen te vallen wegnemen, elektrische stroom afsluiten, machines stopzetten,...)

2. Verwittigen van interne hulpdiensten, werfleiding en bestuur.

3. Hulp verlenen aan het slachtoffer.

4. Oproepen van de externe hulpdiensten Inhoud van de boodschap: • naam van de oproeper • identificatie en locatie van de bouwplaats • aantal gekwetsten + aard verwondingen • indien nodig het medisch urgentieteam (MUG) er bijvragen

Bij de werftoegang wordt een persoon geposteerd die de hulpdienst ontvangt, de nodige inlichtingen verschaft en begeleidt naar de plaats van het ongeval

5. Verwittigen van: • de familie van de gekwetste bij opname in het hospitaal of bij overlijden, • de preventieadviseur van de hoofdaannemer, • de werkgever van de gekwetste, • de V&G-coördinator verwezenlijking, • arbeidsinspectie District Vaams-Brabant (tel 016/31 88 30)

• onmiddellijk indien het slachtoffer dood is of > 25 % blijvend handicap, • binnen de 2 dagen indien een ongeschiktheid van meer dan een maand of een lichte permanente

handicap verwacht wordt, • na elk ongeval waarbij een persoon een elektrische schok onderging,

• de Dienst Elektrische Energie van het Ministerie van Economische Zaken na elk ongeval "met elektriciteit" waarbij gekwetsten vielen.

• Politie of Rijkswacht ingeval van verkeersongeval (woon/werkverkeer)

6. Ongevalsonderzoek: Onderzoek naar de omstandigheden uitgevoerd door de preventieadviseur van de betreffende onderneming middels geschreven rapport (kopie aan de coördinator verwezenlijking)

7. Maatregelen nemen om herhaling van elk gelijkaardig ongeval te voorkomen.

8. Documenten: • Ongevalsinstructieblad na samenspraak tussen werfleiding, preventieadviseur en coördinatorverwezenlijking, • Ongevalaangifte, • Kopieën klasseren in de veiligheidsmap op de werf, • Proces-verbaal van Politie of Rijkswacht in geval van verkeersongeval (woon/werkverkeer).

9. Bij werkhervatting: • Geen werkhervatting zonder genezingsattest • Verwittigen preventieadviseur (indien de afwezigheid meer dan 1 week bedroeg) • Steeds de coördinator verwezenlijking op de hoogte brengen • Eventueel medisch onderzoek door de arbeidsgeneesheer (art 131 ARAB)

10. Opmerking: Onder ernstig ongeval wordt verstaan: • dodelijk ongeval; • ongeval dat volgens de eerste medische diagnose de dood tot gevolg kan hebben; • ongeval dat volgens de eerste medische diagnose een algehele of gedeeltelijke blijvende

arbeidsongeschiktheid tot gevolg kan hebben; • ongeval dat volgens de eerste medische diagnose een algehele tijdelijke arbeidsongeschiktheid van > 1

maand tot gevolg kan hebben.

Page 50: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 50 van 58

Incident rapport Pagina 1/3 Incident nummer: 1. Algemene informatie Datum: ................................. Plaats van het ongeval (werfadres) : ................................. Uur: ................................. Betrokkene: Naam: .................................................................... Adres: .................................................................... .................................................................... Telefoon: ....................................................................

Functie slachtoffer………………………………………………………… Werkgever: Naam: .................................................................... Adres: .................................................................... .................................................................... Telefoon: .................................................................... Contactpersoon: .........................................................

Uitgevoerde opdracht op ogenblik van ongeval……………………………………. Type van incident: � Ongeval met werkverlet � Voorval met schade aan eigendom � Ongeval zonder werkverlet � Milieu incident � Bijna-ongeval � Ernstig risico � Verzorging � ..................................................... Externe hulpverlening: � Ziekenwagen / MUG (opgeroepen door: ............................................ ) � .............................................................................................................. 2. Korte omschrijving van het incident .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................

� Aan te duiden indien van toepassing 3 Aanleiding tot incident � Gebruik van gereedschappen � Besturen van voertuigen � Verplaatsen van voorwerpen � Werken op hoogte � Bedienen van machines � Lassen / branden � Omgaan met producten � Schoonmaken � Montage / demontage � Graven � Stellingbouw � Monsters nemen � Klimmen / afdalen � Aftappen / spoelen � Uitglijden / vallen / struikelen � Losmaken van verbindingen � ...................................................

Page 51: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 51 van 58

Incident rapport Pagina 2/3 4. Omstandigheden van incident � Lekkage � Vallend voorwerp � Brand / explosie � Elektrisch � Milieuverontreiniging � Vandalisme � Transport � Onveilige handeling � Uitglijden / vallen / struikelen � Hijswerkzaamheden � ................................................... 5. Letsel Eerste hulpverlener: ............................................................................... Doktersbehandeling: ............................................................................... Aard van het letsel: ................................................................... Datum van herstel (geschat): ................................................................... Datum van herstel (effectief): ................................................................... Opmerking: ................................................................... 6. Resultaten van ongevalonderzoek en analyse .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................

� Aan te duiden indien van toepassing 7. Oorzaak Directe oorzaak: � Gebrek aan communicatie � Onvoldoende opvolging van regels of procedures � Onvoldoende veiligheidssignaleringen � Negeren of niet gebruik van veiligheidssignaleringen � Onjuiste handeling � Ontoereikende persoonlijke beschermingsmiddelen � Niet gebruiken van persoonlijke beschermingsmiddelen � Invloed van alcohol of drugs � Ondeugdelijk of falend gereedschap of machines � Onjuist gebruik van gereedschap of machines � Werkomgeving � Orde en netheid � Toegang � Externe factoren, derden, weersomstandigheden � .............................................................................................................. Onderliggende oorzaak: � Fysieke of mentale ongeschiktheid � Onvoldoende kennis � Overbelasting � Onvoldoende motivatie � Onvoldoende toezicht � Ontoereikend beleid � Onvoldoende planning of organisatie � Ontoereikende procedures of voorschriften � Onjuist ontwerp of techniek � Onvoldoende onderhoud of inspectie � ..............................................................................................................

Page 52: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 52 van 58

Incident rapport Pagina 3/3 8. Conclusies en aanbevelingen .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. ..................................................................................................................

� Aan te duiden indien van toepassing 9 Getuigen Naam: .......................................................................................... Adres: .......................................................................................... .......................................................................................... Telefoon: .......................................................................................... Werkgever: .......................................................................................... Naam: .......................................................................................... Adres: .......................................................................................... .......................................................................................... Telefoon: .......................................................................................... Werkgever: .......................................................................................... 10. Correctieve maatregelen .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. .................................................................................................................. 11. Tijdstip (datum+uur) van eventueel verwittigen familie van slachtoffer.................................................................................................................. préventieadviseur.................................................................................................................. V&G-coördinator.................................................................................................................. Technische Inspectie................................................................................................................. 12. Ondertekening Betrokkene .................................... Datum: ................. Preventieadviseur .................................... Datum: ................. Werkgever .................................... Datum: ................. Coördinator .................................... Datum: ................. Werfleiding .................................... Datum: .................

� Aan te duiden indien van toepassing

Page 53: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 53 van 58

9.6. BIJLAGE 6 VUURVERGUNNING

Page 54: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 54 van 58

9.7. BIJLAGE 7 VOORAFGAANDE KENNISGEVING via https://www.socialsecurity.be

(Op een goed zichtbare plaats op te hangen op de werf) 1. Datum van de mededeling: 2. Volledig adres van de bouwplaats: 3. Opdrachtgever(s) [naam/namen, adres(sen) en telefoon- en faxnummer(s)]: 4. Aard van het bouwwerk: 5. Bouwdirectie(s) [naam/namen, adres(sen) en telefoon- en faxnummer(s)]: 6. Coördinator(en) inzake veiligheid en gezondheid tijdens de uitwerkingsfase van het ontwerp van het bouwwerk [naam/namen, adres(sen) en telefoon- en faxnummer(s)]: Ing Pollyn Philippe voor Vetraco bvba Fortenstraat 91 | 9250 Waasmunster | gsm 04747 53 18 50 | fax 052 34 35 87 | e-mail [email protected] 7. Coördinator(en) inzake veiligheid en gezondheid tijdens de verwezenlijkingfase van het bouwwerk [naam/namen, adres(sen) en telefoon- en faxnummer(s)]: Ing Pollyn Philippe voor Vetraco bvba Fortenstraat 91 | 9250 Waasmunster | gsm 04747 53 18 50 | fax 052 34 35 87 | e-mail [email protected] 8. Vermoedelijke datum van aanvang der werkzaamheden op de bouwplaats: 9. Vermoedelijke duur van de werkzaamheden op de bouwplaats: 10. Vermoedelijk maximumaantal werknemers op de bouwplaats: 11. Gepland aantal ondernemingen en zelfstandigen op de bouwplaats: 12. Identificatie van de reeds geselecteerde ondernemingen:

Page 55: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 55 van 58

9.8. BIJLAGE 8 INSCHRIJVINGSFORMULIER : * Veiligheidsvoorzieningen: prijsbieding

Activiteit Risico's Preventie- & beschermingsmaatregelen Kostprijs 1.Bouwplaatsinrichting: Werfkeet + sanitair Cfr. KB24/09/2006

Elektrische installatie en algemene verlichting van de werf

Pauzeren in ongezonde omgeving

Elektrocutie

Onvoldoende verlichting

Vallen over kabels en snoeren

Omvallen/wegzakken kraan, steiger, rollend materieel, mortelsilo, werfkeet,…

� Sociale voorzieningen: werfbureel, sanitair, refter, kleedkamer conform geldende wetgeving en risicoanalyse, vuilnisbakken en afvalcontainer(s), toilet units

�De aannemer zorgt voor de nodige elektriciteitsvoorzieningen. Hij installeert een voldoende aantal werfborden uitgerust met de nodige beschermingen en gekeurd door een EDTC.

�Hij installeert een algemene werfverlichting om op de werf veilig te kunnen circuleren.

� Ophangen van alle kabels

� verharden/beschermen werfweg, stapelruimtes, steigerzone(s), opstelplaats kraan. Ifv draagkracht Som over geheel:

EHBO voorzieningen: 2 EHBO kits, brancard, dekens (gewoon/alu)

Brandblusapparaat (minstens 1 in keet + extra bij werken met open vlam)

2.Afbakenen zones Zone 1= ‘werk’ zone Zone 2 ='administratieve zone', minimaal gevaar Zone 3= is de ‘publieke zone’: zone zonder enig gevaar waar iedereen kan komen

Omvallen bouwhekkens

valgevaar, brandgevaar, afbraakzones,...) toegang onbevoegden bereikbaarheid doorgangen

vallen puin, materiaal/materieel beschadiging tgv stof, wegspringend puin, contact materieel, transport

� De aannemer zal alle zones afbakenen Werfomheining op (aan ondergrond verankerde sokkels, afscherming gestapelde materialen

���� Plaatselijke afbakeningen van gevarenzones � Plaatselijke afbakeningen werkzones

�voorzien van loopbruggen, hellende vlakken en/of rampen voor werftoegang

�luifels tvv risico vallend materieel/materiaal �stofdichte wanden, omkasten kunstwerken, bomen, planten, omheining,… Som over geheel:

€ 3.Orde & netheid Opstapeling van afval

Hinderen van de circulatie- en de werkzones

Onderhoud voorzieningen op werf + orde en netheid onderhouden op werf � Opkuisen van de werf � Continu verwijderen van afval Som over geheel:

4. Leveren van materialen en stockeerruimte

Verhinderen van doorgangen Doorgang verhinderen van prioritaire voertuigen Gevaarlijke produkten

Organisatie van het werfverkeer en van de leveringen rekeninghoudend met toegelaten lever- en lostijden � privatisering openbaar domein � plaatsen signalisatieborden �beschermen speelplaats en belendende ifv stabiliteit (rijplaten) � installatie bouwlift of mobiele kraan Som over geheel: Materiaalcontainer voor opslag materiaal/opslag gebruikte chemische producten Som over geheel:

€ €

In het kader van het CD & postinterventiedossier Alle werkzaamheden

Coordinatiedagboek Postinterventiedossier

Verschaffen van de nodige documenten:(V&G, sloopplan, werkmelding, keuringsverslagen, technische fiches en Veiligheidsinstructiekaarten eigen aan de uitgevoerde werken, de gebruikte materialen en de geplaatste toestellen ea door wet verplichte in te dienen documenten. As-Built, certificaten, onderhoudsinstructies, leidingschema’s, enzv. Som over geheel:

Andere specifieke veiligheids- en beschermingsmaatregelen die de inschrijvende aannemer zal aanwenden bij de uitvoering van dit project, rekening houden met het VGP en de in vermelde risico's in de risicoanalyse Alle persoonlijke beschermingsmiddelen voor de werknemers: werkkledij, veiligheidshelmen (ook op werf voor bezoekers), veiligheid(hand)schoenen, veiligheidsbrillen, P2 enP3-gelaatsschermen, huidbescherming, valbeveiliging,…. Som over geheel:

€ Interne opvolging VCA dossier werf (aanpassen projectveiligheidsplan - V&G plan,voorzien van maandelijkse toolboxmeetings, introductievergaderingen onderaannemers, prejob-bespreking met bouwheer, onthaal nieuwe werknemers, veiligheidscoördinatievergadering aannemers, maandelijkse veiligheidsrondgang met checklist, interne keuringen ladders/steigers/elektrisch materieel + opvolging toegewezen taken - veiligheidsco6rdinatie (lijst noodnummers, EHBO-verleners,VGM functies, ...), ... Som over geheel:

Page 56: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 56 van 58

Afbraakwerken

Val van voorwerpen Bedelving

Calamiteiten/instorten wegslaan/omvallen wanden, muurdelen ea constructies

• PBM’s: • Werkzone afbakenen voor onbevoegden

(verbodstekens) • Stortkoker gebruiken voor puinafvoer Som over geheel:

• bouwen van luifel langsheen betreffende gebouwen ter bescherming van voetgangers (indien noodzakelijk)

• Afvoerzone afbakenen Som over geheel:

• zorgen voor voldoende schoor en stutwerk van losse delen

• sloopplan opmaken & respecteren • Stabiliteitsbureau laten controleren • Veilige zone creëren d,m,v, bouwhekkens of

signalisatienetten Som over geheel:

€ € €

Dakwerken Montagewerken

Werken op hoogtes: vallen van personen, materiaal bereikbaarheid

• installeren van steigers rondom de gebouwen waar mogelijk, optrekken tot kroonlijsthoogte met valnetten aan de leuningen (valbeveiliging Klasse C)

Forfaitaire hoeveelheid per week:

• inzetten van schaarlift, hoogtewerker of gelijkaardig (ifv uitvoeringsmethode) mbt montage van dakrandbeveiligingsysteem (ipv steigers)

Forfaitaire hoeveelheid per week:

• inzetten van mobiele kraan voor aanleveren materiaal/materieel op dakverdiepingen

Forfaitaire hoeveelheid per week:

Gebruik van diverse producten

In functie van de gebruikte producten

Beschermingsmiddelen voor de gezondheid aangepast aan de producten te beschrijven door de aanbestedende aannemer: Som geheel:

*** TOTALE KOSTPRIJS VOOR ALLE PREVENTIE- EN BESCHERMINGSMAATREGELEN KENMERKEND VOOR DIT PROJECT TOTALE KOSTPRIJS VOOR ALLE PREVENTIE- EN BESCHERMINGSMAATREGELEN KENMERKEND VOOR DIT PROJECT (methode dakwerken mbv gebruik van gevelsteigers rondom gebouwen) (methode dakwerken mbv inzetten hoogtewerker(s), schaarlift(en), of dergelijke om dakrandbeveiligingssysteem te kunnen monteren (eventueel ander voorstel)

(€/maand)

€/mnd

€/mnd

€/mnd

Opmerkingen inschrijver:

* Gelieve dit inschrijvingsformulier terug te bezorgen aan Vetraco bvba Fortenstraat 91 | 9250 Waasmunster ** OPMERKING VOOR PUNT 1, 2,3: De hierboven beschreven middelen in punt 1,2 en 3 moeten geplaatst & instand gehouden worden gedurende volledige duur van de werken. (Indien de hoofdaannemer zijn aandeel in de werken beëindigd heeft moeten de middelen door hem blijven ter beschikking gesteld worden) *** Totaal over te brengen in prijsbieding art. veiligheidscoördinatie bestek architect

Page 57: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 57 van 58

9.9. BIJLAGE 9 KEURINGEN

VERPLICHTE CONTROLES DOOR EEN ERKEND ORGANISME

Aard installatie reglement Vóór gebruikname

periodiciteit Opmerking

ELEKTRISCHE INSTALLATIE Oudere installaties

Hoge en gemiddelde spanning

ARAB 261a, 262 X jaarlijks

Nieuwe installaties Hoogspanning AREI 272 X Jaarlijks Laagspanning huishoud. AREI 271 X 1 x / 25 jaar

Laagspanning industrie AREI 271 X 1 x / 5 jaar Ook vóór indienststelling, na een wijziging

HEFWERKTUIGEN EN AANVERWANTEN Mechanismen en geraamten ARAB 280-281 X Jaarlijks

Kabels, kettingen, haken, stangen

ARAB 280-281 X 4 x /jaar

Hefbruggen voor voertuigen ARAB 283bis6 Min 1 x jaar Beweegbare hangstelling, bakken, manden,...

ARAB 452-453 X 4 x / jaar

veiligheidsgordels KB 7 augustus 95 Art. 16

X jaarlijks Ook na het stuiten van een val

DRUK EN AANVERWANTEN

Verplaatsbare gasrecipiënten ARAB 358 X Om de 2, 5 of 10 jaar

i.f.v. aard, inhoud en gebruik van het gas ook na elke belangrijke herstelling

Vaste opslagplaats voor handels-propaan en –butaan

KB 21.10.1968 art. 14 X 1 x / 5 jaar

STOOMTOESTELLEN Stoomgeneratoren KB 18.10.91 X Afhankelijk van type Stoomvaten KB 18.10.91 X Afhankelijk van type Warmtewisselaars KB 18.10.91 X Afhankelijk van type ANDERE Centrifuges ARAB 323 Werking < 12 u/dag Jaarlijks Werking > 12 u/dag of bijtende stoffen

Zesmaandelijks

Toestel dat ioniserende straling voortbrengt

Afhankelijk van de klasse van inrichting

VERPLICHTE CONTROLES DOOR EEN BEVOEGD PERSOON OF INSTELLING WAARVOOR GEEN ERKENNING VEREIST IS

Aard installatie Reglement Periodiciteit Opmerking Ladders ARAB 43bis Geregeld Bevoegd persoon Materieel voor brandbestrijding, detectie en alarm; elektrische installaties, gas- en verwarmingsinstallaties

ARAB 52.11 Geregeld Door werkgever of aangestelde

Recipiënten bestemd voor butaangas, propaangas of een mengsel van beide

ARAB 358 Vóór elke vulling Bevoegd persoon

CO2-flessen (blusmiddel) ARAB 358 Jaarlijks Bedrijfshoofd of zijn gelastigde Stelling : Materiaal voor het bouwen van een stelling

ARAB 441 Vóór montage

Bedrijfshoofd of zijn gelastigde Stelling in haar geheel ARAB 456

Vóór indienstneming - Wekelijks - Na lange werkonderbreking - Na gevaar voor stabiliteit

Ballast vliegende stelling ARAB 451

Regelmatig - Vóór indienstneming - Na onderbreking > 24 u

Ondernemings -hoofd of zijn afgevaardigde

Persluchtcaissons ARAB 494 Dagelijks Ondernemings- hoofd of zijn gelastigde uitbater of zijn gemachtigde opzichter

Nieuwe elektrische installaties HS

AREI 257 Driemaandelijks Ondernemings -hoofd of zijn gelastigde uitbater of zijn gemachtigde opzichter

Oudere elektrische installaties HS en MS

ARAB 265 maandelijks Ondernemings - hoofd of zijn gelastigde uitbater of zijn gemachtigde opzichter

Page 58: Opdracht nr 10 - abosl.ebp.be · Afd. 4 – sectie D – nr 2121D Opdracht nr 10.431 Nota aan de aanbestedende aannemers DIT VEILIGHEIDS- & GEZONDHEIDSPLAN MAAKT INTEGRAAL DEEL UIT

Datum Auteur en onderhoud Goedgekeurd Type Document Standaard V&G 16/06/2010 Pollyn Philippe Coppens&Coen Dossier 10431 Pagina 58 van 58

9.10. BIJLAGE 10 RISICOANALYSE (ONDER- & NEVEN)AANNEMER(S)