Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten...

28
Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven Naam:……………………. Klas: ………………………..

Transcript of Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten...

Page 1: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

Reader Havo 5

Nederlands Periode A

Gedocumenteerd schrijven

Naam:……………………. Klas: ………………………..

Page 2: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

2

Inhoudsopgave Tekst 1: Onder een gloeilamp ziet alles er beter uit 3 Opdracht 1 bij Tekst 1 4 1. Samenvatting van de theorie over het betoog 5

Schrijfplan Opdracht 2 schrijfplan maken

2. De indeling van teksten 6

Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen

3. Gedocumenteerd schrijven 11

Tekst 2: Veel sterfte op intensive care vermijdbaar Opdracht 7 schrijfopdracht bij tekst 2

4. Commentaar vragen en herschrijven 13 5. Spellen en formuleren 14

Opdracht 8 spellen en formuleren 6. Tekstverbanden 15

Opdracht 9 tekstverbanden 7. Formuleren 17 8. Vastzitten en loskomen 17

Opdracht 10 vastzitten en loskomen Opdracht 11 tekst schrijven Opdracht 12 tekst verbeteren

9. Vaste structuren en vaste vragen 19

10. Doelgericht schrijven 20

Opdracht 13 analyseer een sterk betoog Tekst 3: Seksistische clips verbieden?

11. Je publiek inschatten 21 12. Hoe schrijf ik een goed betoog? 22

Commentaarformulier betoog 13. Opdrachten Toetsvoorbereiding 25 14. Meest gemaakte fouten bij gedocumenteerd schrijven 28

Page 3: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

3

Tekst 1

Onder een gloeilamp ziet alles er beter uit

Door Warna Oosterbaan

ROTTERDAM. Morgen is het zover. Dan verspreidt dat elegante glazen ballonnetje met die

sierlijke gloeispiraal niet alleen licht, maar ook een sfeer van illegaliteit. Morgen heb je geluk

als je nog een matte gloeilamp kunt kopen, want vanaf morgen is de gloeilamp een vorm van

contrabande. Hij mag nog wel worden verkocht, maar niet meer gemaakt. De voorraden

zullen opdrogen en over een tijdje kun je een gloeilamp alleen nog bij een Turkse of een

Indiase internetwinkel kopen.

De Europese Unie heeft de gloeilamp in de ban gedaan, tot grote vreugde van VROM-

minister Jacqueline Cramer. De gloeilamp verbruikt te veel energie, en geeft te weinig licht.

Zijn wij ook zo blij met het gloeilampverbod?

Wij houden wel van de gloeilamp, want we zijn met dat licht opgegroeid. De

gloeilamp is zo simpel dat een kind kan zien hoe hij werkt: een dun draadje dat gaat gloeien

als er stroom doorheen wordt geleid. Hij verlichtte de huiskamer, later onze eigen kamer en

het bureautje waaraan we ons huiswerk maakten. Er kwamen ook tl-buizen en spaarlampen,

maar de gloeilamp is vriendelijker. Hij gaat meteen aan en hij knippert niet.

Daar komt nog iets bij: de gloeilamp sluit aan bij een biologisch ritme dat de mensen

zich in tienduizenden jaren van evolutie eigen hebben gemaakt. Hij geeft ’s avonds een warm

licht, net als de ondergaande zon, net als vuur, net als kaarsen. In ons eigen leven zijn het

gloeilamplicht en de avond tot een associatieve keten gesmeed die alleen maar sterker wordt.

Wij eten onze worteltjes onder het licht van een lamp van 75 watt en we lezen een boek bij

een peertje van 60. We beseffen het misschien niet, maar we voelen het wel: gloeilicht en

tijdstip hebben alles met elkaar te maken.

Al die associaties worden nu doorgeknipt, want de gloeilamp wordt ons afgenomen en

er komt synthetisch licht voor in de plaats.

Maar is het dan niet zo dat gloeilampen energie verspillen?

Ja, ze zijn niet erg efficiënt. Het grootste deel van de energie die ze verbruiken wordt niet in

licht, maar in warmte omgezet. Zonde, maar die warmte kan ook zijn nut hebben, vooral in

het koude seizoen, als de lampen toch al vaker branden. Verder is de totale energiebesparing

die mogelijk is niet indrukwekkend. Alle gloeilampen in Nederland nemen 3 procent van het

totale energieverbruik voor hun rekening. Als elke gloeilamp door een spaarlamp of een

ledlamp zou worden vervangen, zou dat dus een besparing van ongeveer 1 à 2 procent van het

Nederlandse energieverbruik opleveren. Interessant, maar marginaal.

Maar er zijn toch goede alternatieven? De halogeenlamp, de spaarlamp, de tl-buis, de

ledlamp?

Ja, die zijn er. En sommige zijn veel zuiniger dan de gloeilamp. Geven ze ook dat

mooie gloeilamplicht? De halogeenlamp wel, want dat is eigenlijk ook een gloeilamp. Maar

hij is duurder, kwetsbaarder en niet zo simpel in het gebruik als het gewone peertje.

Bovendien zullen ook verschillende halogeenlampen door een verbod worden getroffen.

De kleurweergave van spaarlampen en ledlampen wordt steeds beter, maar sla,

worteltjes, schilderijen, gekleurde stoffen en de menselijke huid zien er onder een gloeilamp

veel beter uit. Dat komt doordat de gloeilamp, precies zoals de zon, licht geeft door verhitting.

In die gloed krijgen alle kleuren een kans, en dat is bij het synthetische licht van een

spaarlamp, een tl-buis of een ledlamp veel minder het geval. Bij die lichtbronnen zitten er

gaten in de kleurweergave.

Page 4: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

4

Er zijn nog een paar bezwaren. Spaarlampen en tl-buizen bevatten kwik en moeten na

gedane arbeid als chemisch afval worden behandeld. Ledlampen zijn veelbelovend, maar hun

licht is sterk geconcentreerd en er moet een mat kapje overheen om ze geschikt te maken voor

de huiskamer. En goedkoop zijn ze niet. Reken maar op een euro of 30 voor een simpel

ledballonnetje. Dat zal allemaal wel beter worden, maar het is nog niet zover.

Maar we moeten toch iets doen? We moeten de CO₂ -uitstoot toch naar beneden zien

te krijgen? Is een verbod op gloeilampen dan toch niet verstandig?

Misschien, maar de paradox is dat je het alleen verstandig kunt vinden als je accepteert dat

wij, de consumenten, heel onverstandig zijn. Zij zien blijkbaar niet in dat we het milieu

schaden door onze worteltjes onder een gloeilamp op te eten.

Het gebeurt wel vaker dat wij niet goed in de gaten hebben wat nu precies goed voor

ons is. Veel mensen houden vast aan riskante gewoonten als alcohol drinken, sigaretten roken

en rondrijden in benzineslurpers. Maar worden drank, sigaretten en SUV’s verboden? Nee, in

die gevallen ontmoedigt de overheid het gebruik. Met accijnzen, heffingen en slurptax. Door

waarschuwingen, etiketten en reclamecampagnes.

Vaak ook wordt het niet schadelijke alternatief extra aantrekkelijk gemaakt. Voor

zuinige auto’s hoef je minder belasting te betalen. Elektriciteitsopwekking met je eigen

zonnepanelen wordt door de overheid beloond. En omdat de minister van Cultuur liever wil

dat we naar het Concertgebouw, de schouwburg en het museum gaan dan dat we thuis op de

bank naar SBS6 kijken, wordt het bezoek aan kunstinstellingen flink gesubsidieerd.

Bij de gloeilamp is dat anders. Er komt geen heffing op de gloeilamp. Er komt geen

sticker op het doosje waarop in hoofdletters staat: DEZE LAMP SCHAADT HET MILIEU.

Ook krijgen de alternatieven, de spaarlampen en ledlampen geen subsidie. De gloeilamp

wordt veel radicaler aangepakt: hij wordt in de ban gedaan.

Veel Nederlanders waren al druk bezig om zelf een verstandige middenweg te

bewandelen: spaarlampen in de gang, een tl-buis in de schuur, maar wel een gloeilamp boven

de eettafel en bij de bank. Die gloeilampen kosten een paar eurocent per week extra, maar dat

offer brengen die mensen graag.

Dat is nu afgelopen. De overheid vindt het welletjes. We zijn blijkbaar dom en

hardleers, en een ingreep in onze persoonlijke levenssfeer was het enige wat erop zat. Het is

voor jullie eigen bestwil, zeggen de hoge heren tegen ons. Nu komen jullie ook niet meer in

de verleiding om je worteltjes onder een gloeilamp op te eten.

Misschien is het wel daarom dat we zo’n moeite hebben met het afscheid van het

peertje. Niet alleen wordt ons dat mooie licht afgepakt. We worden ook nog eens door onze

eigen volksvertegenwoordigers van irrationeel gedrag beschuldigd en we krijgen geen kans

meer om het goed te maken.

Uit: NRC-Next van 31-08-09

Opdracht 1 bij Onder een gloeilamp ziet alles er beter uit

1. Waarom is dit een betoog? 2. Wat is de hoofdgedachte? 3. Welke argumenten gebruikt de schrijver? 4. Worden er tegenargumenten weerlegd, welke? 5. Waar staat de conclusie? 6. Wat is de conclusie? 7. Maak het schrijfplan van deze tekst.

Page 5: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

5

1. Samenvatting van theorie over het betoog Als je een tekst moet gaan schrijven, ga je je eerst voorbereiden. Wat gaat je tekstdoel (informeren, overtuigen, activeren?) worden, welke tekstsoort (betoog, beschouwing, uiteenzetting?) moet je gebruiken? Je gaat informatie zoeken over het onderwerp. En dan ga je nadenken over wat je lezers willen/moeten weten. Welke argumenten zullen hen overtuigen? En in welke volgorde ga je je informatie opschrijven? Dit zet je in een schrijfplan. Een betoog heeft altijd de volgende opbouw: Hoofdgedachte want, Argument 1 Argument 2 Argument 3 Er kunnen meer argumenten genoemd worden. Tegenargument en weerlegging Er kunnen meer tegenargumenten genoemd worden. Schrijfplan voor betoog havo 5 Voordat je een betoog gaat schrijven, maak je eerst een schrijfplan. Dit is een recept voor de tekst die je gaat schrijven. Zo uitgebreid dat iemand anders hiermee jouw tekst zou kunnen schrijven.

Onderwerp Woord of woordgroep waar je tekst over gaat

Tekstsoort

Betoog

Schrijfdoel

Overtuigen

Publiek

Let erop dat je toon en inhoud passen bij je publiek

Hoofdgedachte

Jouw mening over het onderwerp in een zin

Inleiding

Schrijf in steekwoorden op waar je inleiding over gaat

Kern

Noteer per alinea de deelonderwerpen. Een kern heeft 3-5 alinea‟s

Slot

Zorg voor een sterke uitsmijter

Page 6: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

6

Opdracht 2 Schrijfplan maken Maak nu een schrijfplan voor één van deze onderwerpen. Neem het schema van de vorige pagina over. Later moet je dit uitwerken tot een betoog. Oefenonderwerpen:

1. rijbewijs voor 17-jarigen 2. het 80-minuten-rooster 3. scholierenstakingen 4. vierdaagse schoolweek 5. muziek downloaden 6. privacy van BN‟ers 7. de jacht 8. voetbalvandalisme 9. het fileprobleem 10. tienermoeders

2. De indeling van teksten Een tekst moet een kop, romp en een staart hebben, oftewel een inleiding, kern en slot. De inleiding moet de aandacht trekken en het onderwerp introduceren. De kern werkt het onderwerp dat in de inleiding aan bod kwam, uit. Belangrijk is een natuurlijke overgang tussen de inleiding en de kern. Dit kan bijvoorbeeld doordat de inleiding afsluit met een vraag die in de kern wordt beantwoord. Andere eisen die aan de kern worden gesteld, hebben vooral te maken met de opbouw in alinea‟s en de samenhang daartussen. Met verwijswoorden (die,deze etc.), signaalwoorden (maar, want, dus, omdat etc.) zorg je voor een goede opbouw. Een goede overgang is ook nodig tussen kern en slot. Een slot kan een samenvatting, conclusie of vooruitblik bevatten. Daarbinnen kun je dan nog een grappige uitspraak verwerken (uitsmijter). In ieder geval moet een tekst niet te abrupt eindigen. De lezer moet duidelijk het gevoel krijgen dat het onderwerp in het slot mooi wordt afgerond. a. Inleidingen De inleiding is het visitekaartje van je tekst. Het laat niet alleen zien waarover de tekst gaat, maar nodigt ook uit tot lezen. De inleiding kan op verschillende manieren beginnen. Met een stelling, een passend citaat, een ik-opening of een schokkend gegeven, een onderwerp- of probleembeschrijving, een anekdote, sfeerbeschrijving, actie-opening,een vraag, een historische verwijzing of met een portret. b. Slotalinea’s De slotalinea moet ervoor zorgen dat de boodschap blijft hangen. Een goede manier daarvoor is om terug te gaan naar het begin. Dus verwijzen naar een vraag of opmerking uit de inleiding. Dan is je tekst een mooi rond geheel. Bij een lange tekst is een samenvatting aan het eind best handig. Dit is natuurlijk onzin bij een korte tekst. Een betoog met een activerend tintje eindigt vaak met een aansporing. Soms eindigt een tekst met een retorische vraag. Dat is een zin die wel een vraagvorm heeft, maar eigenlijk het antwoord zelf al geeft. Bijvoorbeeld: “Moeten er dan echt eerst ongelukken gebeuren voordat er iets aan deze onveilige situatie gedaan wordt?” Gebruik alleen een uitsmijter als het echt een goede is.

Page 7: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

7

c. Titels Een kop is de titel boven een tekst. Deze moet niet alleen de aandacht trekken, maar ook het onderwerp aangeven. De duidelijkste kop is kort en krachtig en bestaat uit onderwerp, persoonsvorm en lijdend voorwerp. Bijvoorbeeld: “Man bijt hond”. Er moeten niet teveel zelfstandige naamwoorden in staan, daarvan wordt een kop onduidelijk. Bijvoorbeeld: “Overleg commissie bestrijding vandalisme”. d. Witregels en inspringen Om zichtbaar te maken hoe je tekst in elkaar zit, maak je gebruik van witregels (om de kern) en spring je in als je een nieuwe alinea begint (dat is dus één tab). Dit zorgt ervoor dat je tekst er overzichtelijker uitziet. Opdracht 3 indeling van teksten

a. wat zijn de functies van de inleiding? b. wat zijn de functies van het slot? c. wat zijn de eisen die aan de kern worden gesteld?

Opdracht 4 inleidingen Geef van elke inleiding aan welke soort opening (zie theorie over inleidingen) je herkent. Aan welke eisen moet een goede titel voldoen?

Als op postcode 1234PK 22,7 miljoen valt… hoeveel wint u dan, G.E. Wirrens? Krijgt

Rotterdam er een nieuwe miljonairswijk bij?

22,7 miljoen euro! Zo’n groot bedrag gaat er dit jaar minstens uit en misschien

valt die prijs wel op úw postcode. Deze recordprijs zal op de avond van

nieuwjaarsdag worden uitgereikt aan de winnaars, ergens in Nederland,

misschien wel in Rotterdam…?! Bron: Postcodenieuws, 10 november 2006

De kleine wereld: Google Earth voor gevorderden “Je zit hier op dit zolderkamertje.” Johan Neuteboom (35) wijst naar het beeldscherm van zijn computer, waarop de contouren van zijn Rotterdamse woning zichtbaar worden. De satellietfoto is behoorlijk scherp, “maar het kan veel beter”, zegt Neuteboom. In het zoekvenster van het programma Google Earth tikt hij in: “google-campus”. Op het scherm verdwijnt Rotterdam in de diepte. Langzaam wordt heel Nederland zichtbaar, waarna het beeld over de Atlantische Oceaan en het Amerikaanse vasteland zwenkt. Boven Californië duikt de camera naar beneden. Op het terras van Googles Mountain View-campus zijn de tafels en stoelen te zien. Bron: Vrij Nederland, augustus 2006

Patatje oorlog De term is dermate ingeburgerd dat de FNV hem eens leende voor een actie voor haar leden

in de horeca: patatje oorlog. Toch is die aanduiding nog niet zo heel erg lang gemeengoed in

ons land. Pas halverwege de jaren tachtig raakte ‘patatje oorlog’ landelijk ingeburgerd. De

herkomst ervan is onduidelijk. Het zit er dik in dat een cafetariaklant hem bedacht heeft,

want zo gaat het wel vaker met namen van snackgerechten.

Page 8: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

8

Bron: Ubel Zuiderveld, in: Onze Taal, 2000

Elke dag buikpijn Als ik soms – gehaast en gestrest door al mijn volwassen zorgen – langs een basisschool fiets, betrap ik mezelf op een steekje jaloezie. Hoe heerlijk zou het zijn om een weekje te mogen ruilen met die vrolijk knikkerende en rennende kinderen, zonder me druk te hoeven maken over vergaderingen, deadlines en prestaties, en rustig een uur te kunnen besteden aan een taart van zand en stokjes. Bron: Psychologie Magazine, december 2006

Kiezen, maar hoe?

Een school als het Baarnsch Lyceum voor havo en vwo, idyllisch gelegen in het

Gooi, met eigen sportvelden en gelegen in het bos, daar wil je je kinderen wel heen

sturen. Het is er gezellig en het onderwijs wordt er ook zo degelijk aangepakt!

Bron: Liesbeth Wytzes, in: Elsevier, december 2001

Even naar het ziekenhuis Hij draagt het geelgroene shirt van ADO Den Haag, het grijze haar lang in de nek, tatoeages op beide armen. Twee weken geleden stootte hij zijn teen en nou doet dat kreng nog steeds pijn. Hij is even beschonken als de vriend die hem in de wachtkamer gezelschap houdt. Wanneer een verpleegkundige hem komt roepen voor een röntgenfoto zijn de twee verdwenen, maar even later zitten ze er weer en kankeren in plat Haags dat ze zo lang moeten wachten. “Ik ken nou eenmaal geen half uur stilzitten.” Op de foto is uiteindelijk geen breuk of kneuzing te zien, maar de Hagenaar kent geen twijfel over de noodzaak van zijn bezoek aan de afdeling spoedeisende hulp van het ziekenhuis MCH Westeinde. Bron: Volkskrant Magazine, november 2006

Opdracht 5 titels Lees hieronder de tekst De aandacht trekken en informeren via titel, chapeau en onderkop

a. De lead van deze tekst geeft nog meer eisen voor een goede titel. Schrijf die ook op. b. Hoe zouden Peter Burger en Jaap de Jong zelf oordelen over de titel De aandacht

trekken en informeren via titel, chapeau en onderkop?

De aandacht trekken en informeren via titel, chapeau en onderkop Goede koppen schrijven is een kunst. Maak ze informatief, kort, aantrekkelijk en klinkend. Informatief Gebruik geen titels die zo algemeen zijn dat ze niets zeggen, zoals Een uniek uitgangspunt. Baken met de titel het onderwerp af: zet het belangrijkste trefwoord in de titel. Pas bovendien op met titels van het type A en B, zoals Geloof en wetenschap, of Kunst en techniek. Zulke titels dekken een groot scala aan relaties tussen de twee onderwerpen, waarvan er meestal

Page 9: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

9

slechts een paar aan de orde komen in het boek of artikel. Minder vaag is Gelovige wetenschappers kraken evolutieleer of Zes bezwaren tegen de evolutieleer (titel) – Gelovige wetenschappers slaan terug (chapeau). Kort Korte titels zijn beter dan lange. Aanloopjes als Enkele beschouwingen over… of Een onderzoek naar… of – erger nog – Enkele aspecten van de zaak… moeten daarom zonder pardon geschrapt worden. Aantrekkelijk en origineel Welke titel zet je boven een artikel over de aankomende koks van de Hubertus-vakschool? HP/De Tijd koos voor De nieuwe garde – een geslaagde woordgrap, vinden wij. Maar het is wel oppassen met humor, omdat niet iedereen daar hetzelfde gevoel voor heeft. Er zijn gelukkig veel manieren om een aantrekkelijke en originele titel te maken. Een beproefde manier is om een vaste uitdrukking betekenisvol te variëren: Aap, Noot, Niets (over de steeds geringere tijd die basisschoolleerlingen aan lezen besteden), Meer vluchten kan niet meer (over protesten tegen de uitbreiding van luchthaven Schiphol). Een vrij gemakkelijk stijlfiguur is de tegenstelling: Grote ontwikkelingen in het kleinste kamertje (over toilet en riolering, KIJK). Er zijn ook trucs om de nieuwswaarde van een artikel op te kloppen. Een ervan is de suggestie dat je een nieuwe trend ontdekt hebt: De opmars van de sportieve student (SUM). Maar deze titel is niet erg origineel meer. Klinkend Kan de eetmeter beter?: een titel mag, door eindrijm, klinken als een klok. Een ander gemakkelijk maar effectief middel om je titel beter te laten klinken, is beginrijm: Wanneer zal Zutphen aan zee liggen? Is natuurlijk allereerst leuk door de verrassende inhoud van de vraag. Daarnaast mist de drievoudige z zijn effect op het oor niet. Bron: naar Peter Burger en Jaap de Jong, Handboek stijl, 1997

Opdracht 6 titels beoordelen

a. Hieronder staan zeven titels. Geef per titel aan in hoeverre deze: - informatief is - kort is - de aandacht trekt - klinkend is Maak een schema en gebruik + en – om je oordelen aan te geven. b. Welk onderwerp verwacht je bij de titel Dubbel krachtig? c. Welk woord moet je toevoegen om de verwarring in de titel Dode Schootsestraat is

buitenlander weg te halen?

Truttige tegeltjes Elsevier, oktober 2006

KPN maakt een einde aan

de wirwar van vaste tarieven

Page 10: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

10

Metro, 22 november 2006

Dubbel krachtig Elsevier, oktober 2006

Chinese invasie,

Nieuwe tennisnatie mikt op Olympisch goud Tennis magazine, november 2006

Dode Schootsestraat is buitenlander

Eindhovens Dagblad, 23 november 2006

Uitsterven plant- en diersoorten door opwarming aarde

eerder dan gedacht

Spits, 22 november 2006

Liedjes en lijstjes De Volkskrant, 25 november 2006

Page 11: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

11

3. Gedocumenteerd schrijven Als jij meer kleedgeld wilt, ga je eerst bij vrienden en vriendinnen vragen hoeveel zij krijgen. Je hebt dan argumenten om je ouders te overtuigen. Eigenlijk doe je een klein onderzoekje naar de hoogte van kleedgeld. Onderzoek vindt dagelijks plaats, bewust of onbewust: door wetenschappers, journalisten, studenten, winkelende mensen. In de documentatiemap zijn bronnen verzameld op basis waarvan je een betoog gaat schrijven. Oneerbiedig gezegd: je schrijft over wat anderen al eens ontdekt hebben. Is dat nuttig? Jawel, het is een vorm van zelfstandig leren: zonder tussenkomst van een docent of schoolboek vergroot je je kennis. Bovendien zul je niet klakkeloos overschrijven wat je leest. Je selecteert de informatie, zoekt naar tegenstrijdige meningen of onderzoeksresultaten en het belangrijkste, je voegt een eigen conclusie toe. Als je de documentatiemap gaat gebruiken bij het schrijven van je betoog zul je de informatie moeten verwerken. Dat betekent dat je de bronnen moet lezen en je de bruikbare gegevens toegankelijk moet maken voor jezelf. Dit kan je doen door bijvoorbeeld samenvattingen of schrijfplannen te maken van de teksten. Ten slotte zul je de informatie verstrekken in de vorm van een nieuwe tekst. Je hebt je eigen mening gevormd en daarvoor argumenten verzameld uit de verschillende bronnen. Deze gebruik je om inhoud te geven aan je betoog. Tekst 2

Veel sterfte op intensive care vermijdbaar Trouw, Wetenschap, 2 januari 2009, Sander Becker

(1) Op intensive care-afdelingen kunnen enkele honderden doden worden voorkomen als

patiënten preventief antibiotica krijgen. Dat concluderen Nederlandse artsen.

(2)Patiënten die langer dan twee dagen op een intensive care (IC) liggen, lopen flinke kans op een

infectie, soms met dodelijke afloop. Zulke drama’s kunnen in veel gevallen worden voorkomen met

preventieve antibiotica, blijkt uit een groot Nederlands onderzoek. Er deden bijna 6000 patiënten uit

dertien ziekenhuizen aan mee.

(3)Ongeveer een kwart van de patiënten overleed binnen een maand. Bij degenen die

preventief antibiotica kregen, lag de sterfte 3 procent lager. Die winst lijkt misschien bescheiden, maar

op de geschatte 18.000 patiënten die ieder jaar langdurig op een IC liggen, zou het 540 sterfgevallen

schelen. In de praktijk zal het voordeel iets kleiner zijn, want een kwart van de IC’s werkt nu al met

preventieve antibiotica, zo bleek vorig jaar uit een inventarisatie.

(4)„Het lijdt geen twijfel dat we deze methode snel moeten invoeren op alle Nederlandse

IC’s”, zegt hoofdonderzoekster Anne Marie de Smet, intensivist in het Universitair Medisch Centrum

Utrecht. „Je zou zelfs kunnen bekijken of het op Europese schaal kan.” De antibiotica zijn overal

beschikbaar en niet duur, dus veel moeite hoeft het niet te kosten.

(5) Er is één ’maar’, schrijven de onderzoekers in het vakblad New England Journal of

Medicine . Bij het gebruik van antibiotica op grote schaal kunnen bacteriën resistent worden, reden

waarom Nederlandse artsen altijd zuinig met de middelen omgaan. „Als er resistentie optreedt, wordt

het lastiger om patiënten te behandelen”, zegt de Utrechtse arts-microbioloog en mede-onderzoeker

Marc Bonten. „Het relatief kleine voordeel van 3 procent ben je dan zo kwijt.”

Page 12: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

12

(6) Desondanks pleit ook Bonten voor een snelle invoering van de preventieve aanpak op IC’s.

De balans is volgens hem positief, omdat tijdens het onderzoek geen extra resistentie aan het licht

kwam en omdat zich bij eerder Nederlands onderzoek evenmin problemen voordeden. „We hebben in

elk geval een voordeel op korte termijn. Garanties voor de lange termijn zijn er nooit, net als met

aandelen.”

(7)Het idee van preventieve antibiotica is in de jaren tachtig bedacht in Groningen, voor de

behandeling van patiënten met leukemie. Ook zij zijn kwetsbaar voor infecties. Gaandeweg sijpelde de

aanpak door naar IC’s. Aanvankelijk kregen patiënten de antibiotica toegediend via slangetjes in de

maag en de bloedbaan, later ook alleen via een mondpasta. Die laatste methode werkt net zo goed als

de eerste, concluderen de onderzoekers. Dat komt de toepasbaarheid van de therapie ten goede. De

medici willen de komende tijd uitzoeken of een van beide benaderingen wellicht minder

resistentiegevaar met zich meebrengt.

Opdracht 7 Stel, je schrijft een betoog over de stelling “iedere patient op de IC moet preventief antibiotica voorgeschreven krijgen”. Je gebruikt onder andere bovenstaand artikel voor je tekst.

a) Schrijf een inleiding voor deze tekst. Trek in de inleiding de aandacht met een voorbeeld, iets uit de actualiteit of de geschiedenis of door op het belang voor de lezer te wijzen. Vertel ook over welke stelling je tekst gaat.

b) Schrijf een slot voor deze tekst (waarin je niet terug kunt komen op de argumenten…). Kom in je slot terug op de aandachttrekker uit de inleiding.

c) Voor één van de argumenten van je betoog besluit je alinea 2 te gebruiken. Herschrijf de alinea in eigen woorden en voeg een correcte bronvermelding in de tekst toe.

d) In een andere alinea wil je Marc Bonten (zie alinea 5) aanhalen. Schrijf zijn mening in eigen woorden op met een correcte bronvermelding.

Page 13: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

13

4. Commentaar vragen en herschrijven Als je een tijdje bezig bent met je tekst, word je blind voor de fouten die je hebt gemaakt. Je leest er gewoon overheen. Je ziet niet meer wat er onduidelijk is aan de informatie of wat een beetje krom geformuleerd is. Dan kan een tweede lezer je helpen. Die ziet de tekst voor het eerst, kent de informatie nog niet en ziet meteen wat er niet klopt. Het commentaar van deze tweede lezer helpt jou om je tekst beter te maken. Wees er dus blij mee, zuinig op en dankbaar voor! Je tweede lezer kan letten op de inhoud, opbouw, formulering (woorden en zinnen), spelling en leestekens en de vormgeving. Als je de kritiek hebt verzameld en begrepen, ga je je tekst herschrijven. Lees daarna de tekst nog een keer heel precies door. Correctieformulier betoog

INHOUD Max. Pnt.

Is het een echt betoog/ overtuigend? 10

Past het standpunt bij de opdracht? 5

Zijn er voldoende argumenten ter ondersteuning van het hoofdstandpunt?

5

Wordt de argumentatie voldoende uitgewerkt / toegelicht? 10

Is er minstens één tegenargument met weerlegging? 5

Is het betoog logisch, geloofwaardig, realistisch, origineel? 10

Is er goed gebruik gemaakt van de documentatiemap? 5

Wordt er rekening gehouden met het lezerspubliek? 5

Is er een aantrekkelijke titel? 5

Subtotaal: 60

HET SCHRIJFPLAN Max. Pnt.

Publiek 2

Hoofdgedachte 2

Hoofdgedachte per alinea 2

Inleiding in steekwoorden 2

Slot in steekwoorden 2

Subtotaal: 10

DE OPBOUW Max. Pnt.

Is er een duidelijk onderscheid tussen opening, kern, slot? 2

Is de opening origineel, aantrekkelijk en geloofwaardig 2

Is het probleem (+standpunt) vóór de kern helder weergegeven? 2

Zijn er voldoende alinea‟s in logische volgorde met signaalwoorden? 2

Is de afronding goed, origineel en niet te herhalend? 2

Subtotaal: 10

AFTREKREGELING TAAL EN SPELLING

Punten vooraf 20

Spelling werkwoorden per fout –2 (vanaf de 3e fout)

Overige spel- en typefouten per fout –1

Interpunctiefouten per 3 fouten –1

Stijlfouten/storende woordherhaling/verkeerd woordgebruik per ft –1

Punten over (maximale aftrek –20)

TOTAALSCORE

Page 14: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

14

5. Spellen en formuleren Opdracht 8 Spellen en formuleren Maak de volgende opdrachten, kijk steeds wat er fout is en verbeter deze fouten. A Lees de zinnen en verbeter de fouten.

1. Dit lijd tot uitbuiting van de werknemer. 2. Ze zijn blij met al het werk wat ze kunnen krijgen. 3. Begin jaren ‟70 leefden 76 procent van de armen in India en China. 4. Antiglobalisten stellen de voordelen in twijfel. 5. Ten eerste word door globalisering de kloof tussen arm en rijk vergroot. Bedenk drie

andere signaalwoorden. 6. Door de globalisering zal de Nederlandse identiteit aantasten. 7. Het enigste waarvan Afrikanen Nederland kennen zijn van geïmporteerde

restproducten van kippen en hoe het daar de locale economie vernietigd. 8. Kortom zijn de meningen dus verdeeld. 9. Globalisering is een begrip dat men vaak hoort vallen, maar wat betekend het

precies. 10. Er zijn veel regels met betrekking op de CO2-uitstoot.

B Haal de spelfouten en zinsbouwfouten uit onderstaande stukken

Heel veel kledingwinkels verkopen geen echt bont. Zei hebben een schriftelijke

verklaring dat zei bontvrij zijn. Ze winkels variëren van Bijenkorf tot Part Two

en van Dept tot Gaastra. Sowieso zie je steeds minder echtbont in modeshow en

op tv, zei zijn ook overgestapt op nepbont.

Ik zag laatst een wedstrijd wat uitliep tot een rellen. De mensen pakten de stoelen en gooide

die naar het uitvak waar de mensen de stoelen teruggooiden.

Er zijn dus betere prestaties van de leerlingen en dat leidt tot meer rust voor de ouders en

leerlingen. Ook voor de leraren is het een stuk rustiger omdat de leerlingen alles iets sneller

snappen en er dus minder vaak dingen moeten worden herhaald. Uiteindelijk krijg je dus beter

opgeleide leerlingen van de Middelbare school en dus wordt de school een stuk beter voor

iedereen.

Page 15: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

15

C Wat klopt er niet aan deze inleidingen?

‘Rijbewijs moet goedkoper!’

Zelf ben ik zeventien jaar oud, en ben ik van plan om een rijbewijs te gaan halen als ik 18 jaar word. Dit is alleen een probleem want ik kan nooit genoeg werken om binnen een jaar een rijbewijs te halen! Zoveel

vrije tijd heb je niet als je bijvoorbeeld ook nog op een sport zit!

Zijn films gevaarlijk?

De laatste tijd zijn er moorden die veel verband met films hebben. Mensen doen gruwelijke

dingen na die ze in een film zien. Ze kunnen bijvoorbeeld zich zelf en/of andere mensen in

gevaar brengen. Maar is dit de schuld van films of spelen er nog andere factoren mee?

D Wat is er niet goed aan dit schrijfplan?

Onderwerp: Legaliseren softdrugs

Tekstsoort Betoog

Schrijfdoel Overtuigen

Publiek Pubers tot bejaarden

Hoofdgedachte Softdrugs moet legaal worden omdat dat veel minder problemen zou

opleveren, en juist ook voordelen met zich meebrengt.

Inleiding Voorbeeld, uitleg situatie zoals die nu is

Kern - Argumenten voor

- Argumenten tegen + Weerleggingen

Slot Alles kort samengevat

6. Tekstverbanden Een tekst geef je structuur door gebruik te maken van signaalwoorden. Deze woorden zorgen ervoor dat de verbanden tussen woorden, zinsdelen en zinnen duidelijk worden. De tekst is hierdoor veel beter te lezen. Door morgen auditie te doen (middel), hoop ik een rol in deze film te krijgen (doel). Als je naar Hollywood verhuist (voorwaarde), dan kun je een beroemd acteur worden. Doordat het glad was (oorzaak), reed Paul het kanaal in (gevolg). Omdat het glad was (reden), nam Carla de trein. Redengevend: je hebt een keuze. Een oorzaak kun je niet beïnvloeden.

Page 16: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

16

Schema van de tekstverbanden

Signaalwoord

(voorbeelden)

Tekstverband Voorbeeld

want, omdat, immers,

daarom

redengevend Harry ligt in bed, want hij is

ziek.

en, ook, bovendien, niet

alleen…maar, ook, zowel,

tevens, verder, ten

eerste…ten tweede

opsommend De eerste dag van het

paasweekend was het slecht

weer. Ook de tweede dag

regende het de hele dag.

hoewel, maar, integendeel,

daarentegen, toch, daar

staat tegenover

tegenstellend Hoewel ik geen zin had, heb ik

toch de hele dag gewerkt.

dus, concluderen, de

conclusie is

concluderend Jan heeft het hele jaar niets

gedaan. Het is dus logisch dat

hij blijft zitten.

doordat, daardoor,

hierdoor, ten gevolge van

oorzaak-gevolg Het had hard gevroren.

Daardoor lag er een dikke laag

ijs op de vijver.

om…te… doel-middel Om vlees te snijden heb je een

mes nodig.

dat wil zeggen,

bijvoorbeeld, ter illustratie,

zo

voorbeeldgevend /

uitleggend

Ik lees graag spannende

boeken. Bijvoorbeeld de

boeken van Mankell.

kortom, samenvattend samenvattend Kortom, alle ballen

verzamelen!

zoals, net zoals, gelijk,

evenals

vergelijkend Hij is zo sterk als een beer.

als, wanneer, indien

voorwaardelijk Als het regent, blijf ik thuis.

Opdracht 9 bij Tekst Pannen voor de mannen Lees onderstaande tekst en onderstreep alle signaalwoorden die je tegenkomt. Noteer in de kantlijn wat voor signaalwoorden het zijn.

Pannen voor de mannen I Wie doet wat in het huishouden? De staatssecretaris voor emancipatie en familiezaken

vindt dat er over deze vraag te weinig wordt gepraat en te veel geruzied. Bart Chabot,

ambassadeur van de campagne ‘Mannen in de hoofdrol’, die gisteren officieel van start ging,

weet uit ervaring: wie moet stofzuigen is een kwestie van volhouden. Degene die de langste

tussen stof en pluis kan leven, mag op zijn krent blijven zitten. En dat is meestal de man. Dat

komt doordat mannen nu eenmaal een andere ‘vuilbeleving’ hebben dan vrouwen.

II Mannen moeten de leuke kanten van zorgen leren zien, aldus de staatssecretaris, dan

steken ze vanzelf vaker de handen uit de mouwen. Het afgelopen decennium zijn ze zich geen

Page 17: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

17

procentje meer met het huishouden gaan bezighouden. De oplossing ligt in het gesprek:

mannen en vrouwen moeten samen aan de keukentafel om opnieuw de taakverdeling vast te

stellen. Een campagne met tv- en radiospots, freecards, lesmateriaal en een website moet hen

daartoe aanzetten. De staatssecretaris hoopt te bereiken dat vrouwen in 2009 minder

overspannen in het leven staan, meer werken en niet meer terugdeinzen voor topfuncties.

III Het campagnegeld komt voor slechts de helft uit de schatkist. De Europese Unie vindt

dat de lidstaten werk moeten maken van gelijke kansen en stelt daarom een zak geld

beschikbaar. Nederland is meteen uit de leunstoel gekomen. Opmerkelijk, want

opeenvolgende kabinetten hebben beweerd dat emamcipatie geen zaak van de overheid is,

maar van de burger. Duitsland, Frankrijk, Italie, Portugal en Spanje snoepen mee uit de

Europese ruif, met projecten die op elkaar lijken. Zodat er straks aan vele Europese

keukentafels dezelfde gesprekken plaatsvinden.

IV Behalve de bevolking moet ook de industrie in beweging komen om mannen het

huishouden in te krijgen. Het helpt als huishoudelijke attributen een mannelijk aanzien

krijgen, met veel knopjes en displays. Sinds de ouderwetse wandelwagen eruit ziet als een

mini-terreinwagen, zijn ook mannen geinteresseerd in het duwen van hun kroost. Het

ministerie denkt te beginnen met een ontwerpwedstrijd, onder het motto ‘Pannen voor

mannen.’

V Verschillende organisaties helpen bij ‘Mannen in de hoofdrol’. Zo gaat het CNV een

cultuuromslag bij bedrijven bewerkstelligen, om er een eind aan te maken dat mannen met

een deeltijdbaan voor slapjanus worden versleten. En de KNVB wil vaders stimuleren vaker

langs het voetbalveld te staan. Er zijn meer jonge talentjes nodig, en dat vergt aansporing van

thuis.

7. Formuleren Formuleren heeft te maken met de woorden die je kiest en met de zinnen die je daarmee maakt. Dit doe je:

- correct: kies de juiste woorden en maak grammaticaal foutloze zinnen - begrijpelijk: let bij de moeilijkheidsgraad op voor wie je schrijft - concreet: heel duidelijk, zonder dat er vragen overblijven over de betekenis van

bepaalde woorden, vermijd vage woorden, gebruik voorbeelden om iets duidelijker te maken, vermijd de lijdende vorm (niet: “er wordt hard getraind”, maar: “ze trainen hard”)

- bondig: gebruik niet meer woorden dan nodig is (maar geen telegramstijl!) en ook niet “en toen en toen en toen”

- juiste toon: dus niet te kinderachtig/betweterig of te (in) - aantrekkelijk: dus niet saai, maar afwisselend, ook in zinslengte bijvoorbeeld

8. Vastzitten en loskomen “Ik heb geen inspiratie.” “Deze tekst is mislukt.” “Ik kan niet schrijven.” Elke schrijver heeft weleens last van deze of soortgelijke gedachten. Je kunt er behoorlijk depri van worden. Maar kun je er ook iets tegen doen? Er bestaan allerlei adviezen om zo‟n writer’s block tegen te gaan.

Page 18: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

18

Zoek meer informatie over je onderwerp Je kunt bepaalde fasen uit de oriëntatie of voorbereiding overdoen Of schrap de laatste zin die je hebt geschreven, misschien zorgt deze voor de blokkade. Pak je schrijfplan erbij en kijk of dat een aanknopingspunt biedt voor een ander vervolg Maak een nieuwe brainstorm en kijk of er handige dingen bij zitten waarmee je wel verder kunt Laat anderen even naar je tekst kijken Misschien is je structuur niet de goede. Zet dan wat deelonderwerpen op een andere plek Laat je tekst even liggen. Ga iets anders doen. Daarna kijk je met heel andere ogen naar je tekst en weet je ineens hoe je verder moet Als je onderwerp te breed is, perk het dan in. Is het juist te beperkt, maak het dan wat breder Opdracht 10 vastzitten en loskomen

a. Elke schrijver kent het writer’s block: je krijgt geen letter meer op papier. Wat helpt jou als je vastzit?

b. Welke tip uit de tekst spreekt jou het meest aan. Waarom? c. Lees hieronder De eerste zin van Inez van Eijk. d. Welke volgorde van werken adviseert Inez van Eijk? Formuleer haar aanpak in de

vorm van een stappenplan. De eerste zin Sommige schrijvers leveren al strijd met de eerste zin. Ze maken zichzelf wijs dat ze daardoor maar niet opschieten en op die manier dat stuk nooit afkrijgen. Ze houden zichzelf voor de gek. Het zit hem niet in die eerste zin. Ze verschuilen zich achter de blokkade van “Ik weet niet hoe ik moet beginnen” als excuus voor uitstel, uit pure angst. De enige die in deze situatie redding kan brengen is de schrijver zelf. Het advies luidt: begin. Houd een brainstorm. Zet de eerste de beste gedachte die bij je opkomt over het onderwerp op papier: woorden, flarden van zinnen, kreten, ideeën. Begin dan te schrijven, gewoon de eerste de beste zin die bij je opkomt. Het doet er niet toe of die in het midden thuishoort, in de slotalinea of in de opening. Schrijf vervolgens weer een zin, of een paar zinnen. En als je dat allemaal gedaan hebt en er staat een redelijke hoeveelheid zinnen op papier, denk dan eens na over de eerste zin. Misschien staat die er al en moet hij alleen even naar voren worden gehaald. Bron: naar Inez van Eijk, De Schrijfhulp 1989

Schrijfopdracht Al jaren kun je proberen via de televisie een ster te worden: als pop- of operazanger, als soloartiest of als lid van een band. Voor sommigen is het de vervulling van een droom, anderen overkomt het min of meer: Marco Borsato bijvoorbeeld. Bijna alle mensen dromen er weleens van beroemd te worden; als voetballer, zanger, toneelspeler, redder in nood. Bij de meesten stopt dit verlangen als ze acht jaar zijn, anderen blijven deze droom langer vasthouden. Opdracht 11 Schrijf de eerste versie van een tekst van drie alinea‟s over jouw wens (van vroeger of nu) ooit beroemd te worden. Begin dit keer gewoon met het schrijven van de kern: maak geen schrijfplan. Een inleiding en slot komen later.

a. Maak een brainstorm over het onderwerp “beroemd worden”. b. Schrijf spontaan die drie alinea‟s over jouw wens ooit beroemd te worden.

Opdracht 12 Beoordeel jouw spontane eerste versie volgens de stappen hieronder.

Page 19: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

19

a. Onderstreep van elke alinea de kernzin. b. Noteer voor elke alinea de functie ervan. c. Markeer alle verbanden die je tussen de alinea‟s hebt aangebracht. d. Geef in en naast je tekst aan welke verbeteringen er nodig zijn: geef aan waar een

kernzin moet komen, verander met pijlen de opbouw, voeg verbindingswoorden toe die de verbanden aangeven.

e. Maak een tweede versie. Bewaar deze goed, je hebt de tekst nog nodig.

9. Vaste structuren en vaste vragen Voor de opbouw van hun stukken gebruiken schrijvers vaak vaste structuren, waarin al vastligt in welke volgorde de deelonderwerpen aan de orde komen. Eigenlijk geven vaste structuren antwoord op een setje vaste vragen. Als je zelf schrijft, kunnen vaste structuren je helpen je tekst een gedegen opbouw mee te geven. Ook in je voorbereiding kunnen ze helpen: pas als je alle antwoorden op alle vragen hebt, is je schrijfplan compleet en kun je stoppen met informatie zoeken. Hieronder staan de meest voorkomende vaste vragen en vaste structuren: Vaste vragen bij de vraag-antwoordstructuur 1 Wat is de vraag? 2 Welke antwoorden zijn er op de vraag? Vaste vragen bij de voordelen-nadelenstructuur 1 Welke zaak wordt beoordeeld? 2 Wat zijn de voordelen? 3 Wat zijn de nadelen? 4 Hoe luidt de eindconclusie? Vaste vragen bij de tijdsstructuur 1 Wat is het onderwerp? 2 Hoe kwam dit voor in het verleden? 3 Hoe komt dit voor in het heden? 4 Hoe komt dit waarschijnlijk voor in de toekomst? Vaste vragen bij de verklaringsstructuur 1 Wat is het verschijnsel? 2 Welke redenen / oorzaken zijn er voor het bestaan van dit verschijnsel? 3 Welke verklaring ligt het meest voor de hand? Vaste vragen bij de probleem-oplossingsstructuur 1 Wat is het probleem? 2 Waarom is het een probleem? 3 Wat zijn de oorzaken van het probleem? 4 Wat zijn de gevolgen van het probleem? 5 Welke oplossing(en) is/zijn er voor het probleem? Opdracht 13 Kijk nog eens naar tekst 1 in deze reader. Welke structuur heeft de schrijver van deze tekst gebruikt? Leg uit.

Page 20: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

20

10. Doelgericht schrijven Stel je voor, je hebt zo je best gedaan op je tekst. Informatie gezocht, je schrijfplan was goed, argumenten opgesomd, zelfs in het slot je stelling herhaald. En dan zet je docent erboven: “Gaaaap, wat een saaie tekst.” Je eigen stem klinkt nergens door, dus je betoog overtuigt niet. Schrijf doelgericht, dan gebeurt je dit niet. Hoe doe je dat dan? Kies voor een inhoud en opbouw die bij je tekstdoel passen. In een uiteenzetting geef je feiten en voorbeelden, in een betoog gebruik je een stelling met argumenten en in een beschouwing geef je verschillende visies, interpretaties, verklaringen en oplossingen. Ook door te kiezen voor een stijl die bij je tekstdoel past, schrijf je doelgericht. In betogen laat je jezelf en je betrokkenheid bij het onderwerp zien, je verkondigt je mening of laat je emoties zien. Een echte betoogtitel is “Weg met de leerplicht!”. Het is dan meteen duidelijk wat jouw mening is Een goede slotzin voor een betoog kan zijn “Het wordt hoog tijd om de leerplicht te vervangen door leerrecht” of “Leerplicht: weg ermee!” Opdracht 13 analyseer een sterk betoog Lees onderstaande tekst 3 goed. Onderstreep wat je wilt. Geef daarna antwoord op de volgende vragen: Inleiding Wat voor soort inleiding is er gebruikt? (anekdote/persoonlijk verhaal/etc….) Hoe wordt het onderwerp geïntroduceerd? Wat is de overgangszin? Staat de hoofdgedachte al in de inleiding? Kern Wat is de hoofdgedachte van de tekst? Welke argumenten gebruikt de schrijver? Geef de hoofdgedachte van het deelonderwerp per alinea (of alinea‟s). Waar staat de kernzin per alinea? Welke volgorde gebruikt de schrijver voor de deelonderwerpen? Vind je deze logisch? Welke signaalwoorden worden er gebruikt om deze volgorde aan te geven? Welke „toon‟ heeft de tekst? (negatief/positief/optimistisch/sarcastisch/….) Slot Is het een conclusie? Een samenvatting? Een herhaling? Staan er nieuwe argumenten in het slot? Is er een sterke uitsmijter?

Tekst 3

Seksistische clips verbieden? Muziekzenders MTV, TMF en The Box zenden clips uit waarin vrouwen zich hoerig en onderdanig

gedragen. Volgens onderzoek werken deze clips acceptatie van seksisme in de hand. Sommigen

leggen ook een verband met groepsverkrachtingen en seks door tienermeisjes in ruil voor geld.

Moeten deze clips verboden worden?

Myrthe Hilkes (27), freelance journaliste, gespecialiseerd in jongerencultuur:

De muziekzenders moeten stoppen met het uitzenden van seksistische clips, omdat ze daarmee

bijdragen aan een cultuur waarin vrouwen worden teruggebracht tot een klomp vlees met tepels en een

kont. Juist omdat zij zich specifiek op jongeren richten, moeten ze hun verantwoordelijkheid nemen.

Nu ondersteunen ze de muziekindustrie, die met steeds shockerender beelden komt, in de hoop zo de

dalende verkoop van cd's weer wat op te krikken. Op internet kun je zulke filmpjes niet verbieden,

Page 21: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

21

maar omdat internet een poel van verderf is, hoeven de muziekzenders dat nog niet te zijn. Ik ben

hierover aan het denken gezet door een reeks nieuwsberichten: over loverboys die meisjes ronselen via

profielsites op internet, over groepsverkrachtingen door jongens zonder schuldbewustzijn en over

tienermeisjes die seks hebben in ruil voor bijvoorbeeld een breezer. In al deze situaties is het

rolpatroon walgelijk traditioneel en zijn de vrouwen het slachtoffer. Dat maakt me kwaad en ongerust.

Ik ben ervan overtuigd dat seksistische beelden op tv hierbij een rol spelen. Op jongerenfeesten en op

internet zie ik dat meisjes hun lichaam inzetten om aardig gevonden te worden. Ik ben sceptisch over

het tegenwicht dat ouders hieraan kunnen bieden. In de ideale wereld zetten zij bij vreselijke clips de

tv uit of leggen ze uit wat er niet aan deugt, maar in steeds meer gezinnen ontbreekt vanwege een

echtscheiding en/of fulltime werk het toezicht op jongeren. De Kijkwijzer vind ik daarom ook een

wassen neus, want die is op ouders gericht, die er vaak niet zijn. Voorlichting op scholen stelt weinig

voor. Het lijkt me heel zinvol als daar aandacht wordt besteed aan manipulatie op tv, waar zelfs ik als

journaliste nog vaak in trap. Aan die perfecte vrouwen in clips die ook mij soms onzeker maken over

mijn uiterlijk is vele uren visagie en zorgvuldige belichting voorafgegaan.

Patti Valkenburg, hoogleraar kind en media aan de Universiteit van Amsterdam:

Het verbieden van seksistische clips op televisie heeft geen enkele zin, want op internet zijn ze toch

volop te zien. Het merendeel van de jongeren kijkt daar al naar. Een verbod op tv maakt het bekijken

ervan op internet alleen nog maar aantrekkelijker. Daar zijn bovendien veel clips te zien die zuiver

pornografisch zijn. Deze worden vóór zes uur 's avonds op de muziekzenders tenminste nog geweerd.

De boodschap van seksistische clips is dat vrouwen lustobjecten zijn, bestaande uit louter borsten en

billen, die er alleen maar zijn om mannen te vermaken. Zij hebben geen enkele andere functie. Uit

onderzoek blijkt dat jongeren dat gedrag door het kijken naar deze clips normaal gaan vinden. Meisjes

gaan zich hierdoor onzeker voelen over hun uiterlijk, omdat ze niet aan het vertoonde beeld van

vrouwen kunnen voldoen.

Daarom is het belangrijk om hun ouders en hen zelf er zoveel mogelijk van bewust te maken dat dit

gedrag niet normaal is. Het discriminatielabel van de Kijkwijzer zou meer toegepast moeten gaan

worden op seksistische clips. Daar wordt op dit moment aan gewerkt. Ouders die meekijken, krijgen

dan de waarschuwing dat hun kind naar een clip kijkt die niet door de beugel kan. Zij zouden sowieso

de discussie met hun kinderen moeten aangaan over het beeld van minderwaardige vrouwen dat door

clips wordt uitgestraald.

Omdat een aantal ouders het op dit punt laten afweten, is het ook belangrijk dat er op scholen en op de

muziekzenders zelf over seksistische clips wordt gediscussieerd. Het is vooral belangrijk om de groep

jongeren die porno als realistisch beschouwt te bereiken. In de krant las ik dat MTV overweegt om

elke maand een dubieuze clip van een red button te voorzien en jongeren daar in een

discussieprogramma over te laten praten. Dat lijkt me een goed idee.

Bron: Frieda Pruim, in: Opzij, juli/augustus 2007

11. Je publiek inschatten Je moet weten voor wie je schrijft, anders komt je tekst natuurlijk nooit over. Overdenk in je voorbereidingsfase dus goed:

de leeftijd van je publiek (i.v.m. de moeilijkheidsgraad van de tekst en de toon)

het opleidingsniveau (kun je moeilijke woorden gebruiken?)

het belang van de informatie voor je publiek (hebben ze wel iets aan jouw verhaal? Zoniet, overtuig ze van het tegendeel!)

de mate van voorkennis bij je publiek (wat weten ze al wel/niet?gebruik dit door daarop in te haken)

het standpunt van je publiek (wat je publiek ergens over denkt, helpt jou met kiezen welke argumenten je kunt gebruiken)

Page 22: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

22

12. Hoe schrijf ik een goed betoog?

1. Ik bereid me inhoudelijk goed voor: a. lees de hele documentatiemap b. markeer belangrijke meningen of informatie c. vat samen d. lees andere artikelen over het onderwerp e. vorm mijn eigen mening

2. Ik bereid me vormtechnisch goed voor: a. lees allerlei krantenartikelen grondig, lettend op inleiding, kern en slot van

beschouwingen en betogen 3. Ik lees de opdracht goed door:

a. onderstreep belangrijke vragen b. maak een helder, overzichtelijk, inhoudelijk sterk schrijfplan waarin alles

terugkomt en alles logisch uit elkaar volgt c. controleer mijn schrijfplan met de opdracht d. kies één invalshoek en werk deze uit e. zorg dat mijn hoofdgedachte een mening is.

4. Ik begin met het schrijven van de kern: a. zorg dat ik voldoende argumenten heb die ik kan toelichten b. zorg voor een logische opbouw, waardoor alles samenhangt c. zorg dat ik mijn lezer écht probeer te overtuigen (door bijvoorbeeld

argumenten te ontkrachten) 5. Ik schrijf een pakkende inleiding

a. waardoor de lezer verder wil lezen, geboeid raakt b. die de lezer informeert over het onderwerp

6. Ik schrijf een sterk slot a. waarin duidelijk wordt dat het stuk bijna is afgelopen b. waarin ik bijvoorbeeld terugkom op mijn inleiding c. waarin mijn standpunt in andere woorden terugkomt d. waarin ik NIET herhaal!

7. Ik bedenk een goede titel a. waardoor mijn hoofdgedachte al enigszins doorschemert b. die mensen nieuwsgierig maakt c. die past bij de tekst (inleiding, kern én slot)

8. Ik controleer de hele tekst op: a. spelling b. stijl c. grammatica d. interpunctie

Page 23: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

23

Commentaarformulier Betoog

Betoog geschreven door: ……………………………………..

Commentaar van:…………………………………………

Uiterlijk

1. Ziet het betoog er netjes en verzorgd uit? ja / nee

2. Heeft het een duidelijke inleiding, kern, slot? Leg uit! ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

3. Heeft het betoog een titel? Zo ja, wat vind je van de titel?

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Inleiding

1. Hoeveel alinea’s heeft de inleiding? …………….

2. Is de inleiding goed en duidelijk? Leg uit.

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

3. Staat de stelling in de inleiding? Noteer de stelling ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Is er een goede overgang naar de kern? Leg uit ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Kern

Bekijk elk argument apart en noteer:

- is het een argument of een tegenargument?

- is het een goed argument? Leg uit

- bij een tegenargument, wordt het tegenargument goed weerlegd? Waarom wel of

waarom niet? Leg uit

1…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

2…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Page 24: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

24

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

3…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

4…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Zijn er voldoende argumenten? Leg uit ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

Slot

1. Hoeveel alinea’s telt het slot? …………..

2. Is het een duidelijk slot? Is het origineel en niet te herhalend? Leg uit

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

3. Grijpt het slot terug naar de inleiding? ja / nee

Overig

1. Is het duidelijk wat er wordt betoogd? Leg uit ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

2. Leest het betoog makkelijk? Zijn er signaalwoorden gebruikt? Leg uit Ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

3. Wordt er rekening gehouden met het lezerspubliek? Leg uit. Ja / nee

…………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………

4. Check het betoog op spel en formuleringsfouten! (ook interpunctie)

De fouten kruis je in het betoog zelf aan

Page 25: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

25

13. Opdrachten Toetsvoorbereiding

1. Bedenk bij de volgende opdrachten een hoofdgedachte. Stichting Voorkom geeft al jaren voorlichting op scholen over drugs, alcohol en roken. Ze willen ook graag inspringen op de actualiteit. Het geweld onder jongeren neemt steeds meer toe. De stichting vraagt zich af of voorlichting over geweld gewenst is op scholen. Schrijf een brief naar Stichting Voorkom waarin je betoogt dat er wel of geen voorlichting voor jongeren moet komen. Je mag zelf kiezen welk standpunt je inneemt. Het tijdschrift ´Ouders van Nu´ adviseert ouders bij de opvoeding van hun kinderen. Zij willen graag een artikel plaatsen over jongeren en geweld. Veel ouders zitten met de vraag of ze hun kinderen moeten verbieden om bepaalde tekenfilms te kijken of computerspelletjes te spelen. Geef hierover jouw mening. De website gamesgivefun.nl verkoopt computergames in alle soorten en maten. Naar aanleiding van onderzoeken naar geweld in computergames hebben zij een commissie ingesteld die uit gaat zoeken of games invloed hebben op het geweld in de samenleving. Misschien zullen de leden van de commissie zelfs zo ver gaan om bepaalde games uit de markt te halen. Graag willen ze weten hoe jongeren hier tegenover staan. Denken jongeren dat zij of andere jongeren beïnvloed worden door computergames? Geef jouw mening hierover.

2. Bedenk bij bovenstaande opdrachten een pakkende titel waaruit je hoofdgedachte duidelijk wordt.

3. Soms bestaat een opdracht uit meer elementen. Benoem alle

afzonderlijke elementen uit de volgende opdracht. NRC Next werkt aan een special om op de zaterdag bij hun krant gratis uit te geven. De special zal een krant worden, die bestaat uit allerlei artikelen, die gaan over onderwerpen die jongeren bezighouden of die jongeren aangaan. De vraag is nu aan jongeren om een artikel voor deze special te schrijven. Jij besluit een betoog te schrijven over jongeren en geweld. Wat is er de laatste tijd toch aan de hand met de maatschappij? Wordt het geweld onder jongeren in de media overdreven of hebben moeten de jongeren nu echt actie ondernemen? Welke invloed heb jij als jongere op de maatschappij? Ben je als jongere überhaupt nog wel objectief of ben je al zo ver gehersenspoeld door al het visuele geweld dat je geen helder beeld meer hebt? Geef jouw mening en ondersteun deze met goede en duidelijke argumenten.

4. Bedenk hoe je rekening kunt houden met het publiek van je schrijfopdracht bij de volgende soorten leespubliek.

- Leerlingen - Ouders - De minister van onderwijs - Je docent - Het algemeen dagblad

Page 26: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

26

5. Signaalwoorden die je goed kunt gebruiken bij het schrijven van de kern zijn:

6. Signaalwoorden die het begin van een slot aangeven zijn:

7. Wat is er allemaal fout in het volgende korte betoog? Noteer de fouten en probeer ze te verbeteren. Denk aan spelfouten, interpunctiefouten, fouten met signaalwoorden en stijlfouten.

Zinloos geweld. Zinloos geweld op straat begint een steeds groter probleem te worden in onze huidige samenleving. Mensen worden zonder reden uit gescholden, of zelfs in elkaar getrapt. Maar omstanders weten zelden hoe ze hierop moeten reageren. Vaak blijft het bij toekijken, uit angst dat het geweld zich op hem gaat richten. Het slachtoffer voelt zich vaak moederziel alleen, omdat niemand het voor hem opneemt. Het grootste probleem is daarnaast dat een groot aantal omstanders gewoon niet weten hoe ze het beste op geweld pleging moeten reageren. De reclamespotjes op televisie vertelt ons wat we moeten doen als er voor onze ogen geweldpleging plaatsvind: Mobiliseer de omstanders, bel 112, onthoudt de kenmerken van de dader en laat het slachtoffer niet alleen. Maar is hiermee per definitie het geweld verholpen. Als je omstanders gemobiliseert hebt, hoe moet je dan met z´n alle de dader proberen te stoppen? Of moet je de dader maar gewoon nog 20 minuten de kans geven om nog door te kunnen trappen totdat de politie zijn gearriveerd? Mensen moeten van jongs af aan weten hoe ze moeten reageren op geweldpleging. In bepaalde situaties kan zoiets namelijk van levensbelang zijn. Daarom vind ik natuurlijk dat er al op de basisschool speciale lesprogrammas moeten komen daarin kinderen zichzelf leren verdedigen, en waarin zij leren hoe hun moeten reageren wanneer hun zien dat er iemand in elkaar word getrapt. Op de Middelbare school moet dit regelmatig herhaalt worden zodat de kennis niet verslapt, en zelfs op de werkvloer moeten er workshops worden gegeven over hoe men het beste kan reageren op Zinloos geweld. Verder moeten er net als ehbo cursussen ook dit soort cursussen aangeboden worden, doordat mensen die zich er verder in willen specialiseren dit ook kunnen. Dus dit is kortom de enige manier om het op de straat een stukje veiliger te kunnen maken. Weet wat je te doen staat als het om geweld gaat.

Page 27: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

27

8. Met sommige werkwoorden worden heel veel fouten gemaakt. Weet jij nog hoe het zit? Probeer het eens met de volgende ´lastige´ werkwoorden.

1. Er (worden) veel gesproken over zinloos geweld. 2. In al die jaren is er nog niet veel (veranderen). 3. Ieder jaar heb ik de hoop dat er wel iets (veranderen). 4. Al heeft hij die jongen neergeschoten, hij had het niet zo (bedoelen). 5. Wat (bedoelen) de minister als hij zegt dat zinloos geweld niet door de beugel

kan? 6. Op dit moment zijn de doelen van de meeste scholen (bedoelen) om het tegen

te gaan. 7. Ik kan me voorstellen dat je heel bang (worden) als je schoten hoort. 8. Ik kan me niet voorstellen dat een jongen van twaalf door een jongen van

dertien (worden) neergestoken. 9. Ik (worden) daar misselijk van. 10. (worden) jij daar niet misselijk van?

9. We discussiëren in de klas over de volgende stellingen. Schrijf van tevoren zowel argumenten voor de stelling op als argumenten tegen de stelling op. De docent roept vier leerlingen naar voren die een aantal minuten tegenover elkaar mogen discussiëren. De rest van de klas maakt aantekeningen. Welke argumenten zijn er gebruikt? Welke argumenten waren goed en konden moeilijk ontkracht worden? Welke argumenten waren minder goed?

1. Computerspelletjes moeten een leeftijdscode krijgen zoals bij films het geval

is. 2. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om te zorgen dat hun kinderen

geen geweld gebruiken tegen andere mensen. 3. Kinderen weten heel goed het verschil tussen geweld op de computer en tv en

geweld in het echt. 4. Geweld zoals in Amerika en Engeland komt in Nederland niet voor. We

moeten ons niet zo druk maken. 5. Er moeten detectorpoortjes op scholen komen om te zien of

leerlingen/docenten wapens bij zich dragen.

Page 28: Reader Havo 5 Nederlands Periode A Gedocumenteerd schrijven€¦ · Opdracht 3 indeling van teksten Opdracht 4 inleidingen Opdracht 5 titels Opdracht 6 titels beoordelen 3. Gedocumenteerd

28

14. Meest gemaakte FOUTEN bij gedocumenteerd schrijven Je schrijfopdracht wordt beoordeeld op de onderdelen Inhoud (60 pt), Het Schrijfplan (10 pt), Opbouw (10 pt) en Stijl en Spelling (20 pt). Tussen de << >> staan tips. A. Inhoud 1. Geen (pakkende) titel 2. Geen pakkende opening 3. Publiek niet goed aangesproken <<hou rekening met de opdracht>> 4. Tekstsoort niet gehandhaafd 5. Onlogische/onjuiste argumentatie (bijvoorbeeld cirkelredenering) 6. Opsommingen puntsgewijs <<zorg voor goede signaalwoorden>> 7. Verschillende deelonderwerpen per alinea 8. Een puur herhalend slot 9. Nieuwe argumenten in slot 10. Geen (sterke) uitsmijter B. Het Schrijfplan

1. Niet volledig (dan loop je dus alle punten mis)

C. Stijl & Spelling 1. Punt na titel 2. Te korte/te lange zinnen 3. Telegramstijl <<persoonsvorm en onderwerp horen in de zin>> 4. Werkwoordstijden inconsequent gebruiken 5. Aantallen onder 20 in cijfers <<getallen (datum, adres, procenten, bedragen) moeten wel

in cijfers>> 6. Woordherhaling <<weglaten/verwijswoorden/synoniemen>> 7. Opvulwoordjes zoals “als, maar, dan, wel, dus, toch, heel erg” 8. Foutieve verwijswoorden <<de-woord -> die, het-woord -> dat, hele zin/ overtreffende

trap/ onbepaald -> wat>> 9. Geen komma tussen twee persoonsvormen 10. Wisselende aanspreekvormen “je/men/iedereen/u/jullie etc” door elkaar 11. Omslachtige, ellenlange formuleringen, bv: “zal kunnen worden tegengegaan” 12. Hun als onderwerp <<moet zijn: zij>> 13. Hun na een voorzetsel <<moet zijn: hen>> D. Opbouw 1. Geen (goede) overgangszin van opening/inleiding naar kern 2. Onlogische alinea-/zinsverbanden <<zorg voor duidelijke signaalwoorden!>> 3. Te korte/ te lange alinea's 4. Slechte/onduidelijke driedeling in opening, kern, slot