Op het moment dat het oorspronkelijke script werd geschreven, …€¦ · De leerkracht kan het...

14
INLEIDING: Beste leerlingenbegeleider, zorgcoördinator, leerkracht, schoolmedewerker, directie In deze bizarre tijden zochten wij allen kanalen om onderwijs op een zinvolle manier te laten verder lopen. Huiswerkopdrachten en oefenmateriaal werden als thuisopdracht meegegeven, leerkrachten zochten contact via telefoon, whatsapp, e-mail, huisbezoeken, traditionele postkaarten , Zoom en andere digitale omgevingen. Thans wordt er ook opnieuw ingezet op het aanbieden van nieuwe leerstof en worden ook daar creatieve initiatieven genomen. Er wordt in de media heel erg benadrukt hoe belangrijk het is om leerachterstand bij te werken en in te zetten op moeilijk bereikbare leerlingen. Wat echter opvalt, is hoe leerkrachten de voorbije weken vooral hebben ingezet op het maken van contact, verbinding! Leren verloopt immers via contact tussen leerling en leerkracht, leerlingen onderling, onderwijzend personeel met elkaar,… en net die contactmogelijkheden stonden de voorbije weken onder druk. Terecht maakten we ons allen zorgen over de jongeren die we moeilijk konden bereiken, we hebben allemaal de structuur van de school gemist om net in te zetten op jongeren die extra hulp of aandacht nodig hebben. Daarom denken we dat het uiterst zinvol is om bij de heropstart van de school net in te zetten op verbinding. Voor sommige jongeren verliepen de voorbije weken vlot en makkelijk, voor anderen was het een hel of ontbrak positieve ondersteuning. Terug ‘thuis komen’ op de school is een belangrijk gegeven om het leerproces opnieuw op gang te brengen. Dit geldt overigens niet enkel voor de leerling, het geldt ook voor elke onderwijsprofessional die de school de voorbije weken heeft moeten missen. Om tegemoet te komen aan de behoefte om op verhaal te komen en opnieuw bij elkaar aan te haken, stellen we het ‘Voorzichtig terug naar school’-script voor. Het is een handleiding om op een gestructureerde manier ruimte te maken om bij elkaar opnieuw aan te haken. Uit dit script kunnen allerhande methodieken gebruikt worden om het contact bij de start opnieuw aan te gaan met de klas: je vindt er methodieken, regels, suggesties en concrete werkvormen. De leerkracht kan het script gebruiken ter inspiratie om de start van de lessen opnieuw aan te gaan. Op het moment dat het oorspronkelijke script werd geschreven, waren de exacte veiligheidsmaatregelen, die de overheid zou opleggen aan de scholen, nog niet gekend. Bovendien hebben we de voorbije weken tevens gemerkt dat deze maatregelen snel durven veranderen. Het spreekt dan ook voor zich dat de inhoud van dit script steeds moet worden getoetst aan de actuele maatregelen die worden opgelegd. Mogelijks zijn een aantal elementen uit dit script hierdoor ook minder van toepassing of niet meer bruikbaar. Ook de leerkracht als persoon stond onder druk de voorbije weken en ook de collega’s misten het contact in de leraarskamer, de uitwisseling ter inspiratie, het samen zoeken naar oplossingen voor specifieke moeilijkheden,… We stellen voor om ook te verbinden met het onderwijzend personeel enkele dagen vóór de scholen opnieuw opengaan voor de leerlingen. Op die manier krijg je als onderwijsprofessional ook de kans om opnieuw aan te haken bij elkaar. Verbinding maken, zo belangrijk om er weer stevig tegen aan te gaan de laatste weken van dit schooljaar!

Transcript of Op het moment dat het oorspronkelijke script werd geschreven, …€¦ · De leerkracht kan het...

INLEIDING: Beste leerlingenbegeleider, zorgcoördinator, leerkracht, schoolmedewerker, directie In deze bizarre tijden zochten wij allen kanalen om onderwijs op een zinvolle manier te laten verder lopen. Huiswerkopdrachten en oefenmateriaal werden als thuisopdracht meegegeven, leerkrachten zochten contact via telefoon, whatsapp, e-mail, huisbezoeken, traditionele postkaarten , Zoom en andere digitale omgevingen. Thans wordt er ook opnieuw ingezet op het aanbieden van nieuwe leerstof en worden ook daar creatieve initiatieven genomen. Er wordt in de media heel erg benadrukt hoe belangrijk het is om leerachterstand bij te werken en in te zetten op moeilijk bereikbare leerlingen. Wat echter opvalt, is hoe leerkrachten de voorbije weken vooral hebben ingezet op het maken van contact, verbinding! Leren verloopt immers via contact tussen leerling en leerkracht, leerlingen onderling, onderwijzend personeel met elkaar,… en net die contactmogelijkheden stonden de voorbije weken onder druk. Terecht maakten we ons allen zorgen over de jongeren die we moeilijk konden bereiken, we hebben allemaal de structuur van de school gemist om net in te zetten op jongeren die extra hulp of aandacht nodig hebben. Daarom denken we dat het uiterst zinvol is om bij de heropstart van de school net in te zetten op verbinding. Voor sommige jongeren verliepen de voorbije weken vlot en makkelijk, voor anderen was het een hel of ontbrak positieve ondersteuning. Terug ‘thuis komen’ op de school is een belangrijk gegeven om het leerproces opnieuw op gang te brengen. Dit geldt overigens niet enkel voor de leerling, het geldt ook voor elke onderwijsprofessional die de school de voorbije weken heeft moeten missen. Om tegemoet te komen aan de behoefte om op verhaal te komen en opnieuw bij elkaar aan te haken, stellen we het ‘Voorzichtig terug naar school’-script voor. Het is een handleiding om op een gestructureerde manier ruimte te maken om bij elkaar opnieuw aan te haken. Uit dit script kunnen allerhande methodieken gebruikt worden om het contact bij de start opnieuw aan te gaan met de klas: je vindt er methodieken, regels, suggesties en concrete werkvormen. De leerkracht kan het script gebruiken ter inspiratie om de start van de lessen opnieuw aan te gaan. Op het moment dat het oorspronkelijke script werd geschreven, waren de exacte veiligheidsmaatregelen, die de overheid zou opleggen aan de scholen, nog niet gekend. Bovendien hebben we de voorbije weken tevens gemerkt dat deze maatregelen snel durven veranderen. Het spreekt dan ook voor zich dat de inhoud van dit script steeds moet worden getoetst aan de actuele maatregelen die worden opgelegd. Mogelijks zijn een aantal elementen uit dit script hierdoor ook minder van toepassing of niet meer bruikbaar. Ook de leerkracht als persoon stond onder druk de voorbije weken en ook de collega’s misten het contact in de leraarskamer, de uitwisseling ter inspiratie, het samen zoeken naar oplossingen voor specifieke moeilijkheden,… We stellen voor om ook te verbinden met het onderwijzend personeel enkele dagen vóór de scholen opnieuw opengaan voor de leerlingen. Op die manier krijg je als onderwijsprofessional ook de kans om opnieuw aan te haken bij elkaar. Verbinding maken, zo belangrijk om er weer stevig tegen aan te gaan de laatste weken van dit schooljaar!

INHOUDSTAFEL SCRIPT:

script klasgesprek (pagina 3 t.e.m. 6)

afspraken kleuter-, basis- en secundair en volwassen onderwijs (pagina 3)

suggesties voor vragen: check-in, beleving, perspectief, debriefing, check-out (pagina 7 t.e.m. 8)

energizers (pagina 9)

behoeftenraster (pagina 10)

werkvorm: brief (pagina 11 t.e.m. 12)

werkvorm: gevoelsthermometer en noden (pagina 13 t.e.m. 14) VRAGEN OF ONDUIDELIJKHEDEN ? : Stuur ons een mailtje Alvast veel succes toegewenst en hou je gezond! Het PrOS-Team

START VOORZICHTIG-TERUG-NAAR-SCHOOL-SCRIPT: 1) Geef alle deelnemers een vaste plaats in het klaslokaal 2) Verwelkom de deelnemers in het klaslokaal en duid (doelstelling van) de activiteit

3) Start met een energizer voor de klasgroep

4) Maak spelregels / afspraken (met prenten) voor een klasggesprek:

Belangrijke afspraken kleuters Belangrijke afspraken BaO Belangrijke afspraken S.O. & V.O.

Iedereen mag om de beurt iets vertellen (volgorde)

Mondje toe en oortjes open

Oogjes kijken naar wie spreekt

Handjes bij jezelf

Voetjes rustig op de grond

Hoofdje denkt na

Iedereen krijgt het woord en anderen luisteren (volgorde)

Je spreekt (kort) vanuit jezelf

We houden reacties voor onszelf

We praten en gedragen ons respectvol

Je mag passen

Wat hier gezegd wordt, blijft hier

Je krijgt het woord (volgorde)

Je reageert niet op elkaar

Je spreekt vanuit je “ik”

Je gebruikt positieve (lichaams)taal

Ieder heeft recht op een eigen mening

Je mag passen

Wat wordt gezegd in de groep, blijft in de groep

VERVOLG VOORZICHTIG-TERUG-NAAR-SCHOOL-SCRIPT: 5) Start met een (veilige) vraag en laat de deelnemers inchecken (check-in): Een check-in-vraag is een ludieke, eenvoudige, veilige vraag waar leerlingen, heel kort, een antwoord op formuleren. Het doel is om, bij wijze van opwarming, kort al eens iedereen aan het woord te laten. HOOFDACTIVITEIT: 6) Maak de voorbije periode bespreekbaar met de deelnemers (belevingsvraag) / (aanvullende werkvorm) Energizer 7) Maak de toekomst bespreekbaar met de deelnemers (perspectiefsvraag) / (aanvullende werkvorm) 8) Debriefing (EVALUATIE): De debriefing of terugkoppeling is bedoeld om kort te polsen naar de ervaring van de deelnemers, van elkaars inzichten te leren, ... 9) Peil of er kan worden afgerond: “Wil er iemand nog iets zeggen of was dit voldoende” 10) Laat de deelnemers uitchecken (check-out):

OPGELET: Vraag of … de spelregels / afspraken voor iedereen duidelijk zijn iedereen akkoord is met de spelregels / afspraken

spreek een volgorde (zitplaats, alfabetisch, klasnummer, …) af voor je start met het klasggesprek. Zo is het voor iedereen duidelijk wanneer die aan het woord mag komen. Vernoem als moderator ook telkens de naam van de leerling voor die aan de beurt komt.

het instellen van denktijd na het stellen van een vraag is helpend om een antwoord te kunnen formuleren. Je kan aan deelnemers vragen om de vingers te kruisen als ze aan het nadenken zijn. Wanneer ze tot een antwoord zijn gekomen mogen ze een hand met de duim omhoog op de knie leggen. Zo krijg je als moderator een goede indicatie over wie klaar is om het klasgesprek te starten.

het gebruik van energizers is een leuke manier om de activiteit kort te onderbreken. Het geeft energie, verhoogt de concentratie, kan activeren of net ontspannen. Wanneer je dit inzet tijdens een klasgesprek, wordt op een speelse manier verbinding gemaakt en moeten leerlingen even niet stilzitten.

ter ondersteuning / voorbereiding van het proces van het klasgesprek kan je ook heel wat extra materiaal inzetten. Bijvoorbeeld: - Individuele (schriftelijke) voorbereiding vraag/ opdracht klasgesprek (brief) - Beeldend werken: een tekening kan ook een mooie voorbereiding zijn op een klasgesprek - Inzetten van materiaal zoals fiches, kaarten (cfr. gevoelenskaart en behoeftenraster), associatiekaarten, tekstje, verhaal, muziek, …

Uiteraard zijn er, naast het klasgesprek, nog verschillende aanvullende werkvormen om te komen tot ontmoeting / verbinding.

BASISMATERIAAL: - Ruim lokaal voor deelnemers en moderator(en) - Voorbereiding (script) + afsprakenkaarten klasgesprek (+ eventueel benodigdheden extra materiaal)

EEN AANTAL TIPS: Durf jezelf kwetsbaar en authentiek opstellen tijdens een klasgesprek. Erken dat de voorbije periode ook niet evident is geweest voor jou als volwassene. Dit kan ondersteunend zijn voor leerlingen om zich authentiek en kwetsbaar te kunnen / durven opstellen. Als er een verontrusting / bezorgdheid is omtrent de boodschap van een deelnemer tijdens het klasgesprek, laat je dan niet verlammen door de regel “Wat wordt gezegd in de groep blijft in de groep”! Knoop na het klasgesprek een gesprek aan met de deelnemer om je verontrusting / bezorgdheid te uiten. Bekijk samen wat nodig is om aan deze verontrusting / bezorgdheid tegemoet te komen. Indien je het klasgesprek kan laten plaatsvinden in een kring / cirkel, is dit zeker een meerwaarde! Rekening houdende met de maatregelen (afstand) zal je in dat geval gebruik moeten maken van een voldoende ruim lokaal. Ook een kringgesprek in openlucht kan een idee zijn mits het toepassen van de opgelegde voorwaarden. Bovendien is heel wat materiaal in dit script ook bruikbaar om in te zetten tijdens digitale verbindingsmomenten met de leerlingen!

CHECK-IN-VRAGEN:

“Met welke gezinsleden heb je de voorbije periode doorgebracht?”

“Hoe brachten jouw gezinsleden de dag door tijdens de voorbije periode?”

“Konden jouw ouders thuis werken?” “Hoe was dit voor hen?”

“Heb je iets leuks gedaan met het gezin tijdens de paasvakantie?”

“Hoe hield je contact met leerkrachten / klasgenoten / vrienden / familie?” Hoe was dit voor jou?”

“Wat was jouw (sportieve) uitlaatklep tijdens de voorbije periode?”

“Hoe zag jou (dagelijkse) planning (voor jouw schoolwerk) eruit?” “Is het je goed gelukt om deze planning aan te houden en hoe kwam dit?”

“Welke (gekke) dingen heb je gedaan om de tijd te verdrijven?”

“Welke leuke / speciale / nare droom heb je tijdens de voorbije periode gehad?”

“Wat was het meest ongemakkelijke (maar grappige) moment tijdens de voorbije periode?”

“Wat heb jij tijdens de voorbije periode gedaan wat je nog nooit eerder gedaan had?”

“Wat heb je voor jezelf gekocht / cadeau gedaan tijdens de voorbije periode?”

“Heb je iets gevierd met iemand (verjaardag, huwelijk, geboorte, …) tijdens deze periode?

“Hoe hebben jullie dit gevierd?”

“Wat maakte een dag geslaagd voor jou tijdens de voorbije periode?”

“Welke nieuwe dingen (muziek, app, boek, …) heb je ontdekt?”

“Als je tijdens de voorbije periode voor één dag iemand anders zou mogen geweest zijn, wie had je dan willen zijn?”

“Hoe vond je het om enkel les te volgen / te communiceren via Smartschool / Social Media / … ?”

“Hoe is het voor jou om (opnieuw) op school te zijn?” (gevoelenskaart)

BELEVINGSVRAGEN :

“Wat vond je het leuk / positief / prettig aan de voorbije periode?”

“Waar kreeg je tijdens de voorbije periode energie van?”

“Met wie heb je vaak plezier gemaakt de voorbije periode?”

“Hoe heb je anderen proberen te helpen tijdens de voorbije periode?”

“Wat heb je geleerd (over jezelf / over anderen / over iets) tijdens de voorbije periode?”

“Wat heb je helemaal niet gemist van de school tijdens de voorbije weken?”

“Voor wat ben je dankbaar geweest tijdens de voorbije periode?”

“Welke grap / mop vond je tijdens de voorbije periode erg grappig?”

“Voor wie heb je de voorbije periode bewondering gevoeld?”

“Welk nieuwsbericht heeft je blij gemaakt?” BELEVINGSVRAGEN :

“Wat vond je het minst leuk / moeilijk aan de voorbije periode?”

“Met wie heb je vaak ruzie gemaakt de voorbije periode?”

“Wat was het saaiste (moment) tijdens de voorbije periode?”

“Wanneer had jij door dat er iets ernstig aan de hand was?”

“Is er iemand uit jouw omgeving ziek geworden? Hoe was dit voor jou?”

“Voor wat ben je bang geweest tijdens de voorbije periode?”

“Wie of wat heb je het meest gemist (op school) tijdens de voorbije periode?”

‘Waar heb je je de voorbije periode soms zorgen over gemaakt?”

“Welke opdracht / les vond je lastig om thuis te moeten maken?”

“Welk nieuwsbericht heeft je droevig gemaakt?”

“Wat hielp er jou om om te gaan met … ?”

“Hoe heb je je vaak / meestal gevoeld de voorbije periode?” (gevoelenskaart)

PERSPECTIEFVRAGEN:

“Welk idee heb je momenteel over de toekomst?”

“Hoe denk je dat de zomer er zal uitzien na de voorbije periode?” PERSPECTIEFVRAGEN :

“Waar kijk je nog naar uit in de komende periode / dit schooljaar?”

“Wat heb je nodig om je (opnieuw) goed te voelen in de klas en op school?” (behoeftenraster) “Hoe kunnen we daarvoor zorgen?” “Wat kan jij zelf doen?” “Waarbij of waarmee heb je nog hulp nodig?”

“Welke (klas)afspraken zijn er eventueel nodig?” “Welke afspraken in de klas / op school worden (een beetje) anders?” (afstand houden, elkaar begroeten , …) “Welke afspraken in de klas / op school blijven we behouden?” “Wie zal dit opvolgen?” “Op welke termijn?” “Op welke manier?”

“Wat wens je jouw klasgenoten graag nog toe voor de komende periode?”

“Op welk vlak ben je gegroeid (of zelfstandiger geworden)?” PERSPECTIEFVRAGEN :

“Waar kijk je tegenop / ben je bang voor in de komende maanden (op school)?” “Waarover maak je je nu zorgen?”

“Welke vragen / zorgen heb je nog over de leerstof / toetsen / examens?”

“Om wie (op school) ben je eventueel nog bezorgd?”

DEBRIEFING:

“Hoe was het voor jou om tijd te maken om te praten met / luisteren naar elkaar?” (gevoelenskaart)

“Met welk gevoel (1 woord) verlaat je zo meteen dit gesprek / deze activiteit?” (gevoelenskaart)

“Hoe zou je dit gesprek / deze activiteit in één woord samenvatten?” (eventueel gevoelenskaart)

“Toon het aantal vingers om je waardering voor dit gesprek / deze activiteit uit te drukken.” (1 vinger = helemaal niet leuk / zinvol; 5 vingers = heel leuk / zinvol)

“Wat zal je onthouden van dit gesprek / activiteit?”

CHECK-OUT-VRAGEN:

“Stel dat deze periode zich zou herhalen, welke goeie tip zou je iedereen graag meegeven?”

“Wie wil je graag (als eerste) een bezoekje brengen?”

“Wat is het eerste dat je wou / wil doen bij het versoepelen van de maatregelen?”

“Als je een vervangactiviteit mocht kiezen voor een activiteit die werd geannuleerd, wat zou het dan zijn?”

ENERGIZERS / BEWEGINGSTUSSENDOORTJES: BUZZ: Vraag iedereen om recht te staan in de kring. Om de beurt zegt iedereen een getal, te beginnen bij 1, 2, 3, enz. Klinkt eenvoudig, maar opgelet! Bij elk getal met een 4 in of een veelvoud van 4, moet de persoon aan de beurt ‘BUZZ’ zeggen, in plaats van het getal. De volgende persoon gaat gewoon verder met de reeks... (‘Buzz’ kan je vervangen door gelijk welk woord). WEES UNIEK:

De deelnemers staan recht in een kring. De eerste speler gaat van start en vertelt iets unieks over zichzelf. Bijvoorbeeld: “ik heb 4 broers”. Wanneer er toch een deelnemer is, voor wie dit opgaat, dan valt de deelnemer die de unieke boodschap bracht af en gaat hij/zij zitten. De beurt gaat door naar een volgende speler. Het doel is om zo lang mogelijk recht te blijven staan. Dit door unieke weetjes over jezelf te vertellen. DE PINGUINRACE: Op de zuidpool zijn een aantal dingen verboden, waaronder de pinguinrace. Toch vinden pinguins het stiekem leuk om dit toch te doen! Laat de leerlingen vanop hun plaats meedoen! Iemand geeft in willekeurige volgorde de instructies en alle anderen proberen deze zo goed mogelijk uit te voeren. Instructies: “Vooruit” = alternerend met de handen op de knieën klappen, “bocht naar links” = wat links gaan hangen , “bocht naar rechts” = wat rechts gaan hangen, “heuveltje” = sprongetje omhoog, “baby-pinguin” = doen alsof je een baby wiegt in de armen, “politieagent” = rondkijken en doen alsof er niets aan de hand is. Andere leuke energizers (zoals je zal merken kan je ook op internet leuke energizers / bewegingstussendoortjes terugvinden)

OPGELET: Zorg er steeds voor dat alle maatregelen kunnen worden gehandhaafd bij het uitvoeren van een energizer / bewegingstussendoortje!

Beste klasgenoten, Wat ik het minst leuk vond aan de weken zonder school was

________________________________________________________ Wat ik gemist heb is

________________________________________________________ Wat ik het fijnst vond aan de weken zonder school was

________________________________________________________ Wat ik vooral gedaan heb om me bezig te houden, was ________________________________________________________ Toen ik thuis was, voelde ik me soms

________________________________________________________ Nu ik terug op school ben, voel ik me

________________________________________________________ Wat ik nog wens is

________________________________________________________

Groetjes,

_________________

HOOFDACTIVITEIT:“EEN BRIEF SCHRIJVEN”

DOELGROEP: 1ste t.e.m. 6de leerjaar BaO

De brief schrijven Nodig de leerlingen uit een brief te schrijven naar hun klasgenootjes, waarin ze kort vertellen hoe het hen is vergaan tijdens de voorbije weken zonder school. Vertel hen dat ze mogen kiezen wat ze vertellen. Ze zijn niet verplicht om iets te vertellen dat ze liever niet wensen te vertellen. Leg hen ook uit hoe de nabespreking zal verlopen. Variaties:

Gebruik de brief met aanvulzinnen. Laat de leerlingen de vrijheid om bepaalde zinnen niet aan te vullen, als ze dat niet willen.

Laat de leerlingen zelf een leuke vraag bedenken. Noteer deze vragen op het bord. Pols of iedereen akkoord kan gaan met deze vragen. Vraag daarna de leerlingen om in hun brief op deze vragen te antwoorden.

In de eerste graad kunnen de leerlingen een stripverhaal of een tekening maken. Nabespreking: Na het schrijven van de brief, maken van de tekening, geef je de leerlingen de kans om iets over hun tekening/brief te delen:

Laat de leerlingen iets vertellen over de brief die ze hebben geschreven.

Laat de leerlingen om beurt hun brief voorlezen.

HOOFDACTIVITEIT: “GEVOELSTHERMOMETER EN NODEN”

DOELGROEP: 1ste – 6de leerjaar (BaO) Gevoelsthermometer: Teken een grote pijl op het bord / op de grond van de speelplaats) met een stuk (stoep)krijt of gebruik hiervoor tape. Verdeel je thermometer in gelijke delen van het cijfer nul tot en met het cijfer tien. Nodig de leerlingen uit om na te denken over woorden die hun gevoel kunnen beschrijven wanneer ze zich het cijfer nul voelen. Noteer deze gevoelens bij de nul. Ga vervolgens naar boven op de thermometer. Welke woorden beschrijven hun gevoel wanneer ze zich een twee, een vijf, een zeven en tenslotte een tien voelen! Variaties:

Vraag de leerlingen hoe ze eruit zien wanneer ze zich een bepaald cijfer voelen? Laat ze deze houding telkens aannemen / uitbeelden.

Als de leerlingen moeilijk zelf gevoelswoorden kunnen bedenken, kan je ze deze aanreiken in de vorm van de gevoelskaart.

Geef de leerlingen een werkblaadje met een thermometer erop (of laat ze de jouwe overtekenen). Laat hen gevoelswoorden bedenken bij de cijfers. Verzamel daarna de input van de leerlingen en noteer op het bord.

Leg aan de leerlingen uit dat wij mensen voortdurend van alles denken en meemaken en daardoor ook heel veel verschillende gevoelens kunnen ervaren. Onze gevoelens veranderen voortdurend, van dag tot dag, maar ook van uur tot uur. De voorbije weken hebben we allemaal van alles beleefd. Met de volgende vragen willen we horen van elkaar hoe de voorbije weken zijn geweest en hoe we ons hebben gevoeld:

Wat was voor jou een lastig of moeilijk moment de voorbije weken? Welk gevoel had je toen?

Wat was voor jou een fijn moment de voorbije periode? Welk gevoel had je toen?

Noden in kaart brengen: Gebruik vervolgens de noden van het behoeftenraster door hen dit te overhandigen op papier / te projecteren. Vraag om eens na te denken wat voor hen op dit moment belangrijk is om zich opnieuw goed te voelen in de klas? Wat heeft elk van hen nodig om opnieuw een goede start te maken? Vraag wie er graag wil starten door te vertellen wat voor hem/haar nu belangrijk is om opnieuw een goede start te kunnen nemen. Daarna gaat het gesprek verder bij de volgende leerling en laat je alle kinderen om de beurt aan het woord. Deel het bord op in twee kolommen en noteer deze antwoorden op de linkerhelft van het bord: Om te zorgen voor onze nood aan … spreken wij af dat … Wanneer je iedereen hebt gehoord en de antwoorden hebt opgeschreven, vraag je de kinderen om eens goed te kijken naar wat er allemaal op het bord staat. Dit is wat zij samen nodig hebben om opnieuw goed te kunnen starten samen. Laat de leerlingen enkele minuten nadenken, over één of twee concrete dingen die zij kunnen doen om aan deze behoeften tegemoet te komen. Nodig na enkele minuten de leerlingen uit om te vertellen welke afspraak of actie zij hebben bedacht om te zorgen voor de behoeften van de klasgroep. Check elk voorstel af bij de ganse klasgroep. Indien iedereen akkoord gaat, kan je de actie noteren op de rechterhelft van het bord.

Stem met de leerlingen af: wanneer jullie nog eens zullen stilstaan bij de gemaakte afspraken

hoe jullie de noden en afspraken visueel kunnen maken (overschrijven, ophangen,…) of er nog iets aan toegevoegd moet worden

*de werkvorm 'gevoelsthermometer en noden’ is geïnspireerd op het werk van Belinda Hopkins,

Transforming Conflict