Script+ nummer 1 maart 2015

18
1 Online literair tijdschrift van schrijfschool Scriptplus

description

Online Literair tijdschrift van schrijfschool Scriptplus. In dit nummer: Scriptplus gaat over de grens Recensie 'Elke dag een druppel gif' Literatuur in beeld: Het Oosterpark

Transcript of Script+ nummer 1 maart 2015

Page 1: Script+ nummer 1 maart 2015

1

Online literair tijdschrift van schrijfschool Scriptplus

Page 2: Script+ nummer 1 maart 2015

2

‘Elke dag een druppel gif’ van Wilma Geldof

In het Amsterdamse Oosterpark

Bijlmer Boekt, West Words en meer!

San Bos `Je moet wat`

Sterauteur Paolo Giordano aan het woord

DOCS houdt open huis

Waar de werkelijke verhalen schuilen

‘Maart’ van Simon Vestdijk

Samenstelling en productie : Vincent Corjanus © Scriptplus 2015

Kwartaalblad

Script+

Daar is ie dan: het eerste

nummer van het online

literair tijdschrift Script+.

Met trots presenteren

wij deze eerste aflevering

van ons nieuwe

kwartaalblad. Wij

besloten tot een

dergelijke uitgave, omdat

we – in onze ogen – op

de site www.scriptplus.nl

regelmatig

lezenswaardige stukken

en stukjes plaatsen over

literatuur en poëzie.

Blogs, interviews en

nieuwtjes belanden al te

snel in ons archief.

Vandaar dat we elk

kwartaal een selectie

maken van onze online

publicaties.

Wij wensen jou,

liefhebber van literatuur

en poëzie, veel plezier

met het lezen van

Script+!

Jelle Jeensma,

directeur Scriptplus

Page 3: Script+ nummer 1 maart 2015

3

Schrijven is een vak dat je kunt leren!

Geef je nu op voor Verhalend Proza!

www.scriptplus.nl/opleidingen/verhalend-proza/

Page 4: Script+ nummer 1 maart 2015

4

Door: Vincent Corjanus

‘Elke dag een druppel gif’

Scriptplus-docente Wilma Geldof schrijft roman voor jong en oud.

Daar ligt ie dan, de 368 pagina’s tellende roman ‘Elke dag een druppel gif’. Het eerste dat opvalt is de vormgeving. Het boek ziet er mooi uit, zowel de cover als het binnenwerk is een lust voor het oog. De inhoud is meeslepend. Het is terug van weggeweest, kinderen die een hoofdrol spelen in een oorlogsverhaal. Zoals dat het geval was in ‘Het bittere kruid’ van Marga Minco en Jan Terlouws ‘Oorlogswinter’. Onlangs publiceerde Scriptplusser Fedor de Beer ‘Het kindertransport’. En nu verschijnt dan ‘Elke dag een druppel gif’ van Wilma Geldof. Schrijfster Wilma Geldof (1962) is voornamelijk bekend van haar kinderboeken, waarvan ze er inmiddels acht heeft geschreven. De meest recente zijn ‘Levi, Lola en de liefde’ en ‘Bitch!’. Het is een kunst om voor zowel jongeren (15+) als volwassenen een lezenswaardig boek te schrijven. Dat is Wilma Geldof gelukt. Moeilijke woorden staan uitgebreid uitgelegd achterin het boek. Zo is het voor de jongere lezers een stuk makkelijker om

het verhaal te volgen. Ook de vertaling van Duitse woorden staan achterin . ‘Elke dag een druppel gif’ vertelt het verhaal van het NSB-kind Maarten. Maartens vader is fervent NSB’er, hij schrijft regelmatig voor het weekblad van de NSB, ‘Volk en Vaderland’. Maarten is een moederskindje, tot grote ergernis van zijn vader. Hij vindt Maarten een slappeling en een lapzwans. Neem dan Walter, Maartens broer, de grote trots van vader. Walter mag gaan vechten tegen de Russen aan het Oostfront.

Page 5: Script+ nummer 1 maart 2015

5

Maarten zou willen dat zijn vader net zo trots op hem wordt als op zijn broer. Dat hij gepest wordt op school, omdat zijn vader een NSB’er is, helpt ook niet echt mee. Hij komt keer op keer verdrietig en verslagen thuis. Maarten gaat ten onder in zijn eigen oorlog. Hij wil weg, weg van die verschrikkelijke school. Dan komt zijn vader een advertentie tegen in Volk en Vaderland… Maarten meldt zich aan voor de Reichsschule, een ‘Hitlerschool’ in het Limburgse Valkenburg. Tot zijn grote blijdschap wordt hij toegelaten. Eindelijk is zijn vader trots op ‘zijn jongen’. Maarten is gelukkig, al heeft hij geen idee wat voor verschrikkingen er in zijn land plaatsvinden… Wanneer Maarten negentien jaar is, de oorlog is inmiddels voorbij, krijgt hij een relatie met Hanne. Zij is fel tegen de nazi’s gekant en Maarten kan niet langer zwijgen over zijn verleden. Er is iets wat hij als dertienjarige heeft gedaan, wat hem mogelijk wordt nagedragen… Het lezen van dit boek roept veel gevoelens op bij de lezer. Je leeft helemaal mee met Maarten en je begrijpt hoe hij denkt. Ik kreeg regelmatig medelijden met hem. Het gaat hier om een meeslepend verhaal, waarin je de lotgevallen van een geïndoctrineerde puber meebeleeft.

‘Elke dag een druppel gif’ is een aangrijpende roman over een jongen die opgroeit in een NSB-gezin. Wilma Geldof weet een realistisch verhaal te scheppen, ook door gebruik te maken van de uiteenlopende bronnen die ze voor haar boek heeft geraadpleegd. Het is een roman en als zodanig is het fictie, maar het had echt gebeurd kunnen zijn. ‘Elke dag een druppel gif’ leest als een sneltrein. Het verhaal wordt vaak in de actieve vorm geschreven en de beschrijvingen zijn raak en beeldend. Wilma Geldof kiest haar woorden weloverwogen, met maximaal effect. De afwisseling van de oorlogsjaren met het jaar 1948 is knap gedaan. Het doet in het geheel geen afbreuk aan de loop van het verhaal, sterker nog: het ondersteunt de verhaallijn. ‘Elke dag een druppel gif’ is een must voor jong en oud. Wilma Geldof – Elke dag een druppel gif. Moon, Amsterdam 2014, 368 blz. € 19,95. Zie ook het interview met Wilma Geldof : www.scriptplus.nl/uit-de-school-geklapt-wilma-geldof/

Page 6: Script+ nummer 1 maart 2015

6

Literatuur

in beeld

Het

Oosterpark

Door: Vincent Corjanus

Page 7: Script+ nummer 1 maart 2015

7

In deze rubriek worden foto’s geschoten van literaire plekjes in Amsterdam. Dit keer: het Oosterpark. De sculptuur, twee roestvrij stalen bogen, is een 'Monument voor de Tachtigers', een golf en een vlam, en geïnspireerd op een dichtregel van Hendrik Marsman over Herman Gorter, de belangrijkste dichter van de Tachtigers:

Hij was van vuur een golf, een vlam, een stromend stuk natuur. Het monument is in 1992 gemaakt door Jan Wolkers.

Page 8: Script+ nummer 1 maart 2015

8

Jongens waren we – maar aardige jongens. Al zeg ik ’t zelf.

Nescio’s ‘Titaantjes’

Page 9: Script+ nummer 1 maart 2015

9

Za. 7 maart – Boekenweek OBA Boekenweekmiddag van het literaire tijdschrift De Parelduiker in de openbare bibliotheek van Amsterdam www.oba.nl

Wo. 11 maart – Poetry en Musica Muziek, poëzie en meer! Einde van de Wereld www.eindevandewereld.nl

Za.14 maart – West Words West Words is een concept van de SLAA en Podium Mozaïek waarbij een multidisciplinair programma wordt gerealiseerd. Podium mozaiek www.slaa.nl

Vrij. 27 maart- Poëzie Open podium. Vooraf aanmelden is niet nodig. Iedereen is welkom: dichters, muzikanten en bezoekers. Poezie podium www.poezie-podium.nl

Ma. 6 april – De avond van de stadsdichter Een fonkelende avond, met: Anna Enquist, Janneke van der Horst, Herman Koch, Neeltje Maria Min, Marcel van Roosmalen, Henk Spaan en Diederik van Vleuten. Kleine Komedie www.kleinekomedie.nl

di. 8 april – 5kwarts: Terug van weggeweest In 5kwarts krijgt een opkomende artiest de mogelijkheid zijn of haar eigen line-up samen te stellen. De artiest ontvangt telkens mede-artiesten, schrijvers, denkers en theater-makers als zijn gasten. Tolhuistuin www.slaa.nl

Zo. 12 april – Martinus Nijhoff Martinus Nijhoff is een van de eerste moderne dichters van Nederland. De nieuwe liefde www.slaa.nl

di. 19 mei– 2015 Bijlmer Boekt Bijlmer Boekt! is een avondvullend programma vol literatuur, muziek en feest in Amsterdam-Zuidoost. Bijlmerparktheater www.slaa.nl

Page 10: Script+ nummer 1 maart 2015

10

Een man die zich laat marineren door zijn Vlaamse vriendin San Bos, die bij Scriptplus schrijfonderwijs volgde, debuteert op 4 maart met haar verhalenbundel ’Je moet wat’. San Bos kwam via de ‘Dag van het schrijven’ bij een schrijfclubje terecht. Al gauw merkte ze dat ze genoeg ideeën had, maar de schrijftechniek miste. Schrijver Jan Wijnen adviseerde haar lessen te gaan volgen bij schrijfschool Scriptplus. Via hem kwam ze uiteindelijk ook terecht bij uitgeverij Nieuw Amsterdam. San Bos (1965) schreef korte verhalen voor o.a. De Revisor, KortVerhaal, NRC Handelsblad, Trouw, Bulkboek, Ballustrada en Schrijven Magazine. Ze won diverse prijzen. Ook was zij redacteur voor shortstory.nl en gastblogger voor korteverhalenschrijven.nl.

De verhalen van San Bos in ‘Je moet wat’ zijn licht van toon en geschreven met een vleugje ironie. Ze bieden in enkele pagina’s een inkijkje in een heel mensenleven. En hoewel je meestal blij bent dat dat leven het jouwe niet is, is San Bos in staat om de lezer onmiddellijk aan haar personages te binden. Aan de vrouw die dichter bij de donornier van haar man komt dan de bedoeling was. Aan de man die zich laat marineren door zijn Vlaamse vriendin. En aan de schoonmaakster die door de spullen van haar opdrachtgevers gaat. San Bos zet haar verhaalfiguren kort in de spotlights, maar de lichten reiken veel verder dan de laatste zin. ‘Je moet wat’ is een sterk debuut, van een schrijver van wie wij nog veel gaan horen.

San Bos: ‘Je moet wat.’ Verhalenbundel. Uitgeverij Nieuw Amsterdam. 112 pagina’s. € 12,95.

Page 11: Script+ nummer 1 maart 2015

11

Over de

grens

Paolo

Giordano Door: Peter de Rijk

Foto: MYBOSSWAS

Page 12: Script+ nummer 1 maart 2015

12

Door: Peter de Rijk

In de nieuwe serie ‘Over de grens’ gaat schrijver en journalist Peter de Rijk in gesprek met buitenlandse auteurs over hun schrijverschap. In deze tweede aflevering is dat de Italiaanse bestsellerauteur Paolo Giordano.

DE LEGE GENERATIE VA N PAOLO GIORDANO Paolo Giordano (1982) praat liever over schrijven dan over zichzelf. Naarmate de vragen persoonlijker worden, kijkt hij meer weg en duurt het steeds langer voordat hij antwoordt. Hij heeft drie wereldwijde bestsellers geschreven. Zijn debuut De eenzaamheid van de priemgetallen (2009) zette de Italiaanse literatuur weer op de kaart. Het menselijk lichaam (2013) was zijn tweede succesvolle roman. Sindsdien regent het literaire prijzen. Het zwart en het zilver is de derde kaskraker. Is jouw werk autobiografisch? Ik portretteer iemand of een groep mensen. Dat betekent dat het niets met mij persoonlijk te maken heeft. Het gaat om mijn relatie met de mensen in mijn omgeving. Om de kant van jezelf die je verzwijgt, het contact met het echte leven waarvan je weet dat het bestaat. Dat wil je ontrafelen. Voor mijzelf is het volkomen oninteressant of delen van het boek autobiografisch zijn of niet. Het ontstaat uit een mix en het is niet de bedoeling dat uit elkaar te halen. Het gaat erom wat er door het boek duidelijk wordt. Ikzelf ben niet interessant. Ik ben niet meer dan de schrijver van het boek. Wanneer iemand mijn boeken leest wil ik zelf afwezig zijn. Niettemin moest ik van mijn advocaat in dit boek een tekst laten opnemen dat geen van de personages of gebeurtenissen iets te maken heeft met de werkelijkheid. Dit alles om te voorkomen dat mensen problemen zouden kunnen gaan maken. En dat terwijl het een roman is… Het boek zou mensen kunnen ergeren, meer niet. Zie jezelf als een alfa of een bèta? Ik ben een cross-over. Ik studeerde natuurkunde en ben schrijver geworden. Mijn karakters zijn vaak rationeel. Ik laat zien dat hierdoor problemen kunnen ontstaan. Mijn laatste boek, Het zwart en het zilver, gaat over de huidige moderne manier van leven, de vraag wat tegenwoordig een man is… Er is sprake van een clash. Het gaat om het verschil tussen de generatie van Signora A. en de moderne familie. Ze is niet heel erg oud maar staat wel voor het denken in de vorige eeuw. Tegenwoordig ben je met méér bezig dan alleen met jouw familie. Je moet je aan iedere situatie kunnen aanpassen, en vol begrip zijn over alles dat kan gebeuren. De rol van man en vrouw binnen een relatie of in een gezin staat steeds minder vast. Als man verwacht men dat je van alles tegelijk bent. Het is dus lastig geworden. We moeten zoveel zijn en soms heb je daartoe niet de kracht of de wil. Dat heeft de verteller ook, hij verlangt terug naar de tijd toen dingen strenger waren gedetermineerd.

Page 13: Script+ nummer 1 maart 2015

13

Waarom laat je Signora A. in Het zwart en het zilver sterven? Het moment dat ze er niet langer is, begint het gezin in elkaar te storten, en niet alleen zij, maar ook de taal, zelfs het boek. De tekst desintegreert. Hoe kunnen ze hun geluk ervaren als er niemand is om het te zien? Ouders zijn voortdurend onzeker. Ze zoeken bevestiging. Wanneer je geen ouders hebt, zoals de personages in het boek, dan zoek je het bij anderen. Iedereen zoekt waardering, bij zijn vrouw, bij zijn familie of vrienden… Ze vormen het bewijs van je bestaan. Wat is de reden van de erotische spanning tussen de man en Signora A. ? Dat is toch niet vreemd? Die spanning kan er toch zijn, ook al is het een vrouw van de generatie van je moeder? Ook die heeft haar gevoelens. Een schrijver moet ook scènes schrijven die verder gaan dan zijn eigen ervaringen of gevoelens. Die stap moet hij durven zetten. Begon het boek met de gedachte dat mensen als een roedel functioneren? Als je een boek schrijft, komt alles wat je leest of hoort en kunt gebruiken op je af. Voor mijn tweede roman Het menselijk lichaam las ik van alles over de oorlog. Dat gaat door zolang je met een boek bezig blijft. Daarna verdwijnt het. In het geval van Het zwart en het zilver was ik halverwege en zag ik alles in termen van familie, bloedverwantschap, vriendschap en relaties. Voor iets heel anders las ik Mille plateaux van Gilles Deleuze, een erg gek boek. Meer dan twintig procent begreep ik niet. Tot ik die zin las en een grote sprong voorwaarts kon maken. ‘De geliefde destilleren uit een massa, uit een groep – hoe klein ook – waarvan hij of zij deel uitmaakt, of het nou een familie is, of een ander verband; en dan zijn of haar eigen roedels ontdekken.’ Daar maakte ik net een portret van! Families en alle andere vormen van samenleven. Je leert dat je onderdeel uitmaakt van een groep. Liefde is daarbij een lastig begrip, het kan je agressief maken. In Het zwart en het zilver vraag je veel van de lezer. Inderdaad. Ik kies voor meer beschrijven en minder dialoog. Dat doe ik expres. Ik laat de ik-persoon het verhaal vertellen. Alles komt uit zijn hoofd, is zijn mening. Dat hoeft niet de waarheid te zijn, al is het dat in zijn geest wel. Het laat de eenzaamheid van het moderne leven zien. Ik denk dat we in een tijd leven die mensen erg onbewust ondergaan. En dat wordt erger en erger. We gaan nergens diep op in, en daarom wil ik dat de lezer moeite moet doen. Alleen zo ontkomt hij aan het oppervlakkige. Dat moet ik zelf ook in het echte leven. Daarbij denk ik aan de effecten van de moderne media. Kijk eens naar de vertelwijze van al die tv-series, waar iedereen het over heeft. Het zijn flinterdunne verhaaltjes, één laag, en dat is het. Vergelijk dat eens met een goed boek. In Het menselijk lichaam wilde ik laten zien hoe leeg mijn generatie is. Wanneer je het boek uit hebt, zou je kunnen zeggen dat er niets is gebeurt, niet zinnigs is gezegd… Maar er zit er meer in, alleen heb ik dat tussen de regels verstopt.

Page 14: Script+ nummer 1 maart 2015

14

Hoe moeilijk is het door te schrijven wanneer je succes hebt? Het zou oneerlijk zijn te zeggen dat ik het er niet moeilijk mee heb. Ik begon mij steeds meer af te vragen en werd daardoor zwakker als schrijver. Vooral nadat het applaus minder werd. Bij De eenzaamheid van de priemgetallen kon ik het succes haast niet bevatten… Toen ik minder bejubeld werd ontstond er een gevoel van paniek. Later begreep ik dat een boek zich moet ontwikkelen en dat je daar tijd voor nodig hebt. Niet dat ze daardoor beter of slechter worden. Het gaat om de gedachte erachter die moet ontstaan. Ik kon niet verwachten dat de lezers van mijn debuut mij eeuwig zouden volgen. Daar moest ik doorheen. Daar komt bij dat schrijven het enige is waar ik echt geschikt voor ben. Pas drie jaar na mijn eerste begon ik aan het volgende boek. Ik begon natuurlijk eerder… maar heb alles weg moeten gooien. Hoe begin je? Het begint ermee dat ik mij iets afvraag. Iets wat ik net weet of begrijp. Ik stel mijzelf een vraag en begin over het antwoord na te denken. Er is geen sprake van een plot of een karakter. Dat is niet genoeg voor mij. Mij trekt de obsessie van een oorlog, van de familie… Dat komt haast wetenschappelijk over. Het is het kleine Copernicaanse denken, de revolutie daarvan terugbrengen tot het eigen leven. Je weet nooit of er wéér een gedachte komt en wanneer. Of ooit. En hoe pak je dat dan aan? Liefst zou ik op vaste tijden werken, maar dat lukt mij niet. Ik zorg dat ik onbereikbaar ben. Alle vormen van afleiding worden verwijderd. Dus geen afspraken, geen tandartsbezoek. Ik moet mijzelf leegmaken, ga naar kantoor en verblijf daar de hele dag. Niet dat ik schrijf, ik blijf er, en dat valt niet altijd mee. Ik schrijf gemiddeld drie dagen in de week. Dat is op zich al veel. Natuurlijk denk je de hele tijd aan het boek, ook buiten werktijd, maar ik heb die vaste uren op kantoor nodig. Ook al zijn ze zwaar. Na vele maanden heb ik dan de eerste versie. Soms heb ik een globaal idee waar het naartoe gaat, meer niet. Liefst wacht ik op het idee dat iets aan het boek toevoegt. Waarschijnlijk gaat het dan om de tweede of derde laag in het boek. Het is het beste wanneer dat tijdens het schrijven ontstaat. Hoe groot is de bemoeienis van de redacteur van jouw uitgeverij? Ik schrijf snel en tijdens de redactie heb ik alles volledig onder controle. Ik schrap, herschrijf, verplaats, waar dat maar nodig is. Dat is het moment waarop ik mij als schrijver het sterkst voel. Soms zou ik willen dat mijn redacteuren zich meer met het boek zouden bemoeien. Meestal werk ik samen met mijn vrouw, die ook redacteur is. Zij is degene die het rauwe materiaal als eerste leest. Wanneer het boek bijna is voltooid, komt de redacteur van Einaudi aan de beurt. Eigenlijk wanneer mijn vrouw en ik zonder brandstof zitten en er geen ideeën of nieuwe perspectieven meer

Page 15: Script+ nummer 1 maart 2015

15

loskomen. Vervolgens laat ik het nog door diverse lezers lezen. Gevoelsmatig weet ik precies wanneer ik iets met een opmerking van hen moet doen. Je bent niet bang eeuwig met herschrijven bezig te zijn? Helemaal niet. Mijn redacteur las bijvoorbeeld de eerste versie van Het zwart en het zilver. Het boek was af voor mijn gevoel. Tijdens het gesprek erover maakte ze mij ervan bewust, want ze zei het niet direct, dat Signora A als spiegel voor het gezin functioneerde. Dat idee zat er al in, maar was nog niet goed genoeg uitgewerkt. Ik herschreef het, nou niet letterlijk, ik herschreef bepaalde delen en voegde er details aan toe waardoor die functie van de oude vrouw meer naar voren kwam. Daardoor veranderde de focus en werd het een heel ander boek. Die aanpassing kwam pas heel laat en toch was ik niet bang om het boek aan te pakken. Het gaat erom eruit te laten komen wat erin zit.

Page 16: Script+ nummer 1 maart 2015

16

De masterclasses vormen een onderdeel van de opleiding DOCS, Docenten Opleiding Creatief Schrijven, maar iedereen met interesse voor (het geven van) schrijfonderwijs is van harte welkom. De masterclasses vinden plaats op de zaterdag, steeds van 13:30 tot 16:00 uur. De eerste masterclass is op 7 maart en we sluiten de reeks af op 13 juni.

LOUIS STILLER | Hoe presenteer je je als schrijfdocent en

ondernemer op internet? Wat is je online strategie?

Zaterdag 7 maart 2015, 13:30-16:00 uur

De wereld is in rap tempo gedigitaliseerd. Dat geldt niet alleen voor de uitgeverij (eBooks,

bol, amazon) en de schrijver (website, blogs, schrijffora), maar ook voor de schrijfdocent

en -coach. In deze masterclass laat Louis Stiller zien wat voor digitale middelen er

tegenwoordig allemaal tot je beschikking staan als schrijfbegeleider en welke strategieën

je daarbij kunt gebruiken. Hoe lastig is het om een online strategie te bedenken en wat

voor kennis en vaardigheden komen daarbij kijken?

Louis Stiller is schrijfdocent, schrijver, uitgever en redacteur en was meer dan tien jaar

lang hoofdredacteur van Schrijven Magazine, Schrijven Online en de Schrijfbibliotheek

van Atlas-Contact. In de laatste serie schreef hij een aantal boeken, waaronder het Handboek voor schrijvers, Essays

schrijven, Het Grote Schrijf Doe Boek en – recentelijk – eSchrijven. Als automatiseringsjournalist en elektronisch uitgever

zag hij als een van de eersten internet, het world wide web, en de sociale media uitgroeien tot de belangrijke economische

en sociale krachten die ze nu zijn.

BABS GONS | Van papier naar podium Hoe begeleid je cursisten naar een voordracht van eigen werk?

Zaterdag 21 maart 2015 13:30-16:00 uur

Hoe breng je een tekst tot leven op het podium? In deze masterclass richten we de

aandacht op hoe je cursisten begeleidt naar een voordracht van hun eigen werk. Met

behulp van oefeningen en technieken omtrent stemgebruik, ritme, beweging en houding

onderzoeken we hoe een performance tot stand komt. Ook kijken we hoe je met je

cursisten een gezamenlijke performance kan maken of een poëtische voorstelling kan creëren rondom een thema. Babs

Gons is schrijver, performer, theatermaker en docent creatief schrijven. Ze was jarenlang artistiek leider van de Poetry

Circle Nowhere, een gezelschap van schrijvende performers met groepen in verschillende steden in Nederland. Daarvoor

organiseerde ze tien jaar lang een maandelijks podium voor jonge dichters en schrijvers in Paradiso. In 2011 rondde ze de

opleiding DOCS af. Babs Gons werkt regelmatig als docent spoken word en creatief schrijven op scholen en binnen

jongerenproductiehuizen.

Met haar eigen werk staat ze vaker op het podium zoals onlangs nog bij Spoken, Read My World en Bijlmer Boekt.

Momenteel speelt ze een poëtische solo, genaamd Bloeden op Papier.

Page 17: Script+ nummer 1 maart 2015

17

Door: Jelle Jeensma

Waar de werkelijke

verhalen schuilen

Het echte verhaal in fictie zit ‘m niet zozeer

in de plot als wel in de scherpte van details.

Die opvatting lichtte James Wood, auteur

van het vermaarde ‘Hoe fictie werkt’, toe in

de Gidslezing die hij in Amsterdam hield.

Juist details brengen een verhaal tot leven. De

Engelse criticus James Wood heeft dit al in

meerdere boeken betoogd. Zijn ‘How Fiction

Works’, in Nederland uitgebracht als ‘Hoe

fictie werkt’, is een must voor iedereen die

zich aan het schrijven waagt.

Niet om voetstoots aan te nemen wat James

Wood daarin beweert, maar wel omdat deze

criticus een begenadigd analyticus is. Op

verfrissende wijze kijkt hij naar literaire

teksten.

Nu lijkt Wood zich vooral te baseren op de

realistische roman van de negentiende eeuw,

zoals die van Tolstoi of Flaubert. De vraag is

gerechtvaardigd of hij het (post)modernisme

van de twintigste eeuw hiermee negeert.

Daarin wordt de aandacht verplaatst naar de

innerlijke wereld van een personage. Óf de

observatie van de externe wereld wordt

gefragmenteerd uitgebeeld – als uitdrukking

dat grip erop onmogelijk is.

Maar James Wood ziet toch ook veel

twintigste-eeuwse en eigentijdse schrijvers

uitgaan van het realisme. De kwestie is hóe je

de werkelijkheid uitbeeldt.

Zo haalt Wood Saul Bellows ‘Seize the Day’

aan waarin Tommy Wilhelm, een veertiger,

een oude man, meneer Rappaport, de straat

helpt oversteken. Wood: “Hij neemt hem bij

de arm en is verbaasd over de ‘forse maar

lichte elleboog’ van de man. Het lijkt

misschien geen buitengewoon stukje

schrijven, maar sta even stil bij de precisie van

de paradox – het bot van de elleboog is fors

omdat de oude man broodmager is en knokig;

maar het is onverwacht licht, omdat meneer

Rappaport alleen maar huid en bot is, en

geleidelijk aan in zichzelf aan het verdwijnen

is.”

In navolging van John Berger stelt Wood dat

wij in het alledaagse leven slecht kijken. Onze

blik is afgestompt door gewoonte; we nemen

de afzonderlijke dingen niet goed waar.

Sterker nog, we lopen aan ze voorbij of kijken

er dwars doorheen.

In literatuur (en beeldende kunst) krijgen de

dingen hun magie terug. Mooi voorbeeld is de

passage in ‘Oorlog en vrede’ van Tolstoi,

waarin Pierre getuige is van een

geblinddoekte jonge Rus, die op het punt

staat te worden geëxecuteerd. Hij frummelt

aan zijn blinddoek, “misschien in een poging

om die iets comfortabeler te laten zitten”,

aldus Wood.

Daar sta je dan voor het vuurpeloton en je

hebt op dat moment last van een lap die voor

je ogen zit. De man had door jeuk ook ergens

aan zijn lijf kunnen krabben. Is dit relevant

voor het verloop van het verhaal?

Waarschijnlijk niet, maar het is wel uit het

leven gegrepen; het is het leven zelf. Zoiets

kan zomaar gebeuren.

Als lezer kun je zo’n beeld de rest van je leven

met je meedragen. Het zijn juist zulke

passages die er voor zorgen dat een boek je

bij blijft.

Page 18: Script+ nummer 1 maart 2015

18

Maart Dit is een duivelskind, deze maand Maart.

Men kan dit in een stormnacht goed bemerken: Hij buitelt door de schoorsteen op de haard

En blaast de torenhanen van de kerken!

Nochtans, al wat hij roert is slechts zijn staart, Waarmee hij wind maakt als met vogelvlerken,

En van zijn hoef is enkel 't boerenpaard De drager, dat de akker gaat bewerken.

Rust en beweging is deze maand eigen:

Wildheid der luchten, en op aarde 't wachtend Verlangen naar wat eerlang komen gaat.

En drooggewaaide stoepen langs de straat

Zijn nooit zo helderblauw en kalm en smachtend Als wanneer buien in de hemel dreigen.

-------------------------------------

Uit: 'Gestelsche liederen' van Simon Vestdijk