Onderzoeksdesign h2 2010 2011
-
Upload
marc-de-spiegelaere -
Category
Education
-
view
12.023 -
download
5
description
Transcript of Onderzoeksdesign h2 2010 2011
TWO 2Methodologie
Methodologie
Het onderzoeksdesign
Onderzoeksdesign Soorten onderzoek
De steekproeftrekking
Validiteit van het onderzoek
Onderzoeksdesign Soorten onderzoek
De steekproeftrekking
Validiteit van het onderzoek
Soorten onderzoek
Longitudinaal onderzoek
Transversaal onderzoek
Experimenteel onderzoek
Correlationeel onderzoek
Kwantitatief onderzoek
Kwalitatief onderzoekToegepast wetenschappelijk onderzoek
Zuiver wetenschappelijk onderzoek
Toegepast wetenschappelijk onderzoek
Zuiver wetenschappelijk onderzoek
Zuiver (fundamenteel) wetenschappelijk onderzoek
Theorievorming !!
“weten om te weten”
Toegepast wetenschappelijk onderzoek
Oplossen van welbepaalde problemen
Uniek project, produkt, methode, …
2
2
PWO-arteveldehs
Kwantitatief onderzoek
Kwalitatief onderzoek
3
7
Kwantitatief onderzoek Maximale objectiviteit door meetbaarheid en standaardisatie Wiskundige verwerking Geschikt voor oorzaak – gevolg, hypothese, … Nadeel : kan alleen maar dingen meten die reeds beschreven zijn Voordeel : onderzoeksverslagen zijn gemakkelijk te lezen en te
interpreteren. Kwalitatief onderzoek
Intensief en lang contact met het object Beschrijvende info Ongestructureerd interview, observatie, focusgroepen, … Nadeel : weinig controleerbaar, vraagt veel ervaring om af te nemen Voordeel : kan wel dieper graven in onderwerp
Kwantitatief onderzoek
Verschillende vormen Beschrijvend onderzoek
Ordenen, tabellen, grafieken procenten, … Exploratief onderzoek
Combineren van meerdere variabelen Geslacht versus gestalte, … Bvb. Geslacht – bloeddruk - leeftijd
Verklarend onderzoek Theoretisch model Toeval !! Gebruik van hypothesen, … zie later
3
4
3
Kwantitatief onderzoek
Verschillende vormen … Experimenteel onderzoek
Maximale controle van de onafhankelijke variabele Actieve deelname van de onderzoeker Manipuleren onafh. var. … effect afh. variabelen !!! Zie ook chemie, natuurkunde, … Experimentele en controlegroep !! Vergelijken resultaten
Effect ??5
Kwantitatief onderzoek
De 3 principes van causaliteit
moeten voldaan
zijn !!!
Zie later !!!
Een goed experiment : Manipulatie van de onafhankelijke variabele (bij
een deel van de participanten) = ingreep, interventie, tussenkomst, behandeling,
methode, treatment, …) GEEN ingreep of interventie = “nep” of placebo
behandeling Controlegroep versus experimentele groep
1 of meer controles worden ingebouwd : Er is een controlegroep Valide en betrouwbare instrumenten Voormeting
Toewijzing participanten op een random-manier !!!
Longitudinaal Langere periode proefpersonen opvolgen en
onderzoeken (vb. PNLK) Transversaal
1 onderzoek, op 1 ogenblik van één of meer personen die zich in verschillende stadia van een proces bevinden
Donornier : patiënten bestuderen op één ogenblik, maar op verschillend moment na transplantatie.
Longitudinaal onderzoek
Transversaal onderzoek
8
Experimenteel onderzoek
Correlationeel onderzoek
Experimenteel : zie vroeger Correlationeel (oorzakelijk verband <> samenhang):
Wanneer ? Als een experiment niet kan !! Niet alle kenmerken zijn te manipuleren
Ethische redenen !! (vb. roken moeders – foetus)
Oorzaak – gevolg wordt moeilijk te bewijzen !! Multi-causale oorzaken
Méér dan één factor beïnvloedt de afhankelijke variabele Onderzoeker wenst alleen samenhang te kennen
9
10
10
Correlationeel onderzoek
Veel gebruikt in ergotherapie Waarom ?
Gemakkelijk en snel te ontwikkelen Realistisch beeld van de werkelijkheid Experiment is onmogelijk, onnodig of ongewenst Onafhankelijke variabele is niet altijd te
manipuleren (geslacht, leeftijd) Onvoldoende tijd, geld en medewerking voor
experiment
Correlationeel onderzoekSamenhang
Causaliteit = oorzakelijk verband
1. Samenhang : er is een verband aantoonbaar tussen de vermoede oorzaak en het vermoede effect
2. Tijdsvolgorde : oorzaak komt voor het gevolg
3. Geen invloed door een derde variabele !! (vb. doktersbezoek <- ziek zijn <-> dood gaan )
Correlationeel onderzoekVoorwaarden voor causale conclusies
12
Retrospectief Voorkomen van fenomeen in het heden
wordt gerelateerd aan fenomeen uit verleden (vb. oorzaken colonkanker)
Prospectief Starten nu – op later tijdstip vermoedelijke
effecten bestuderen (vb. risico longkanker – roken)
Correlationeel onderzoekProspectief en retrospectief
13
13
Onderzoeksdesign Soorten onderzoek
De steekproeftrekking
Validiteit vanhet onderzoek
Steekproeftrekking
Universum
Populatie
Steekproef
Bereikbaar voor onderzoeker• Wanneer behoort iemand tot de populatie ?• Wat betekent een bepaald begrip (“oudere”), “thuiswonende”, … ?• …
Alle elementen met gemeenschappelijk kenmerk
15
Soorten steekproeven Uitnodigende steekproef Accepterende steekproef Data-producerende steekproef
Universum
Populatie
Steekproef
Bevindingen
Uitnodigendesteekproef
Accepterendesteekproef
Data-producerendesteekproef
16
Wie wordt gevraagd ? Wie stemt toe ?
Wie levert correcte data ?
gen
era
lise
ren
De grootte van de steekproef De representativiteit van de steekproef
Voorwaarden om te generaliseren
Steekproefgrootte
Voldoende groot nemen (N=10 versus N=1000) Nauwkeurigheid (… op 1mm nauwkeurig … (spreiding )) Verscheidenheid (diversiteit) binnen de steekproef Norm vastleggen … grotere steekproef Te kleine steekproef met tot gevolg een vertekening
(bias = systematisch meetfout). Minimaal 12 à 15 elementen minimaal vereist !
Grote steekproeven leveren snel significante verschillen op tussen groepen Daarom nog niet relevant …
17
17
18
Representativiteit
Def. : een representatieve steekproef is er één die qua samenstelling gelijkt op de populatie waaruit hij getrokken wordt en waarnaar gegeneraliseerd wordt.
Werkwijze om goede steekproef samen te stellen !! Gelegenheidssteekproef !! Door toeval gevormd
Dikwijls wel niet-toevallige steekproeven (vragenlijsten in ziekenhuis, eerste 100 patiënten, …)
Aselecte-samenstelling (vb. auto-ongeval versus alcohol)
19
!!! Representatieve steekproef = aselect + groot genoeg !!!!
Aselect = alle eenheden in de populatie hebben evenveel kans om in de steekproef voor te komen
Steekproeftrekkingmethodes
Enkelvoudige aselecte steekproef Iedereen evenveel kans – random selection Methoden
Grabbelton (lotto) Randomgetallen
Systematische steekproef Iedereen even veel kans – random selection Keuze willekeurig getal en dan verder tellen met sprong
Gestratifieerde enkelvoudige aselecte steekproef Sub-populaties (= strata) zoals geslacht, inkomen, …
Met zelfde verhouding Met éénzelfde aantal elementen per stratum
Clustersteekproef Groepen van mensen worden geselecteerd
22
22
Steekproeftrekkingmethodes om proefpersonen toe te wijzen
Randomiseren : random assignment Wie in experimentele groep ? Wie in controlegroep ? Zo zullen de groepen alleen door de gevolgde methode van elkaar
verschillen Beide groepen moeten wel groot genoeg zijn !
Matchen Groepen samenstellen die van elkaar verschillen voor bepaalde
variabelen
23
23
Onderzoeksdesign Soorten onderzoek
De steekproeftrekking
Validiteit van het onderzoek
Validiteit van het onderzoek
Interne validiteit Relatie van onafhankelijke met afhankelijke variabele !! Bedreigingen door
Rijping (maturation) Selectie History Instrumentatie Testing Uitval
Externe validiteit Veralgemening naar de populatie
Wijze van steekproeftrekking Representativiteit is dan het gevolg Random selectie !!
Bedreiging door Kenmerken van de onderzoekssituatie (vb. geen medewerking
personeel)
25
26
27
28
In welke mate kan geconcludeerd worden dat de onafhankelijke variabele gerelateerd is met de afhankelijke variabele ?
In welke mate kan men de resultaten uit de steekproef veralgemenen naar de populatie waaruit de proefpersonene kwamen ?