Okmanagement Nvlo Interview

2
10 OK MANAGEMENT 3, OKTOBER 2011 Van floormanagers of dagcoördinatoren wordt verwacht dat zij orde in de chaos scheppen en knopen doorhakken. Maar door de tegenstrijdige belangen op een operatiekamercomplex is dit makkelijker gezegd dan gedaan. Voor inspiratie en tips kunnen zij terecht op hun eerste eigen congres. TEKST: ASTRID VAN PELT | FOTO: EDWIN WIEKENS H et congres ‘Dagcoördinatoren in spagaat: dagelijkse dilemma’s op het operatiekamercomplex’ is het eerste congres voor deze specifieke beroepsgroep. Congresorganisator en operatieassistent Cherry Ponsen (39) en floormanagers Peter Meijer (43, anesthesioloog in het Academisch Medisch Centrum) en Jeroen Veldhuis (31, anesthesiemedewerker in het Jeroen Bosch Ziekenhuis) laten hun licht schijnen over het vak en het belang van dit congres. BEKENDE PROBLEMEN Meijer: ‘Er zijn talloze tegenstrijdige belangen op een ope- ratiekamercomplex, zoals de productieafspraken van het ziekenhuis, de richtlijnen van de IGZ, die maar een beperkt aantal afgevallen operaties toestaan, het welzijn van het personeel …’ Veldhuis: ‘En de patiënten willen of moeten zo snel moge- lijk worden geholpen.’ Meijer: ‘Soms staat het hele team op scherp en kan de operatie beginnen, totdat blijkt dat de operatiesets nog ge- bruikt worden op een andere operatiekamer …’ Ponsen: ‘Het zijn de bekende problemen die iedere floor- manager of dagcoördinator tegenkomt. Gek genoeg zijn er tot nu toe nog geen bijeenkomsten georganiseerd die zich specifiek richten op dagcoördinatoren. Ik wilde op die nichemarkt inspelen en de leden van deze “vergeten groep” met elkaar in contact brengen.’ CONCESSIES OP DE OK Veldhuis: ‘Bij ons is een date een deal. In principe kan een patiënt altijd geopereerd worden, maar de specialist beslist. Wij lunchen elke dag rond twaalf uur. Wanneer op dat tijd- stip net een patiënt binnenkomt, moet je bepalen welke partij een concessie doet. Levert het personeel zijn lunch- pauze in? Of is het mogelijk om de patiënt even in de wacht te zetten, zodat het personeel eerst kan eten en daarna goed uitgerust aan de operatie kan beginnen?’ Meijer: ‘Vaak is aan het begin van de dag al duidelijk dat de planning enorm gaat uitlopen. Het is nooit fijn om te kiezen welke patiënt moet afvallen. Je staat met je rug tegen de muur en moet een keuze maken, maar het is kiezen tussen twee kwaden. Het verwijt “dus jij laat een kind met kanker afvallen?” staat me nog goed bij. ‘Minder urgente patiënten moet je niet bij voorbaat laten afvallen op een chaotische dag. Je moet soms ook een strate- gische keuze maken die rekening houdt met de lange ter- mijn. Zo heb ik er onlangs voor gekozen om een jonge man met een kaakfractuur wel direct die dag te laten opereren, omdat de kans erg groot zou zijn dat zijn operatie de dagen daarna continu zou worden uitgesteld.’ COMMUNICATIE MET HET TEAM Meijer: ‘Goede communicatieve vaardigheden zijn essenti- eel. Je moet je kunnen inleven in het personeel. Ik herinner me een collega van vroeger. Die had de gewoonte om met grof geweld de deur open te gooien en de chirurg tijdens het moeilijkste moment van de operatie toe te snauwen: “En, hoever zijn we?” Zo bouw je geen hecht team op. Ik gedraag me heel weloverwogen op de OK; de volgende dag heb ik iedereen weer hard nodig.’ Veldhuis: ‘Voor een floormanager is het essentieel om CONGRES: DAGCOöRDINATOR IN DE SPAGAAT

Transcript of Okmanagement Nvlo Interview

Page 1: Okmanagement Nvlo Interview

10 OK ManageMent 3, OKtOber 2011

Van floormanagers of dagcoördinatoren wordt verwacht dat zij orde in de chaos scheppen en

knopen doorhakken. Maar door de tegenstrijdige belangen op een operatiekamercomplex is dit

makkelijker gezegd dan gedaan. Voor inspiratie en tips kunnen zij terecht op hun eerste eigen

congres.

TeKST: ASTRID VAN PeLT | FOTO: eDWIN WIeKeNS

Het congres ‘Dagcoördinatoren in spagaat: dagelijkse

dilemma’s op het operatiekamercomplex’ is het

eerste congres voor deze specifieke beroepsgroep.

Congresorganisator en operatieassistent Cherry Ponsen

(39) en floormanagers Peter Meijer (43, anesthesioloog in

het Academisch Medisch Centrum) en Jeroen Veldhuis (31,

anesthesiemedewerker in het Jeroen Bosch Ziekenhuis) laten

hun licht schijnen over het vak en het belang van dit congres.

BekeNDe ProBlemeNMeijer: ‘Er zijn talloze tegenstrijdige belangen op een ope-

ratiekamercomplex, zoals de productieafspraken van het

ziekenhuis, de richtlijnen van de IGZ, die maar een beperkt

aantal afgevallen operaties toestaan, het welzijn van het

personeel …’

Veldhuis: ‘En de patiënten willen of moeten zo snel moge-

lijk worden geholpen.’

Meijer: ‘Soms staat het hele team op scherp en kan de

operatie beginnen, totdat blijkt dat de operatiesets nog ge-

bruikt worden op een andere operatiekamer …’

Ponsen: ‘Het zijn de bekende problemen die iedere floor-

manager of dagcoördinator tegenkomt. Gek genoeg zijn

er tot nu toe nog geen bijeenkomsten georganiseerd die

zich specifiek richten op dagcoördinatoren. Ik wilde op die

nichemarkt inspelen en de leden van deze “vergeten groep”

met elkaar in contact brengen.’

CoNCessies oP De okVeldhuis: ‘Bij ons is een date een deal. In principe kan een

patiënt altijd geopereerd worden, maar de specialist beslist.

Wij lunchen elke dag rond twaalf uur. Wanneer op dat tijd-

stip net een patiënt binnenkomt, moet je bepalen welke

partij een concessie doet. Levert het personeel zijn lunch-

pauze in? Of is het mogelijk om de patiënt even in de wacht

te zetten, zodat het personeel eerst kan eten en daarna goed

uitgerust aan de operatie kan beginnen?’

Meijer: ‘Vaak is aan het begin van de dag al duidelijk dat de

planning enorm gaat uitlopen. Het is nooit fijn om te kiezen

welke patiënt moet afvallen. Je staat met je rug tegen de

muur en moet een keuze maken, maar het is kiezen tussen

twee kwaden. Het verwijt “dus jij laat een kind met kanker

afvallen?” staat me nog goed bij.

‘Minder urgente patiënten moet je niet bij voorbaat laten

afvallen op een chaotische dag. Je moet soms ook een strate-

gische keuze maken die rekening houdt met de lange ter-

mijn. Zo heb ik er onlangs voor gekozen om een jonge man

met een kaakfractuur wel direct die dag te laten opereren,

omdat de kans erg groot zou zijn dat zijn operatie de dagen

daarna continu zou worden uitgesteld.’

CommUNiCatie met Het teamMeijer: ‘Goede communicatieve vaardigheden zijn essenti-

eel. Je moet je kunnen inleven in het personeel. Ik herinner

me een collega van vroeger. Die had de gewoonte om met

grof geweld de deur open te gooien en de chirurg tijdens

het moeilijkste moment van de operatie toe te snauwen:

“En, hoever zijn we?” Zo bouw je geen hecht team op. Ik

gedraag me heel weloverwogen op de OK; de volgende dag

heb ik iedereen weer hard nodig.’

Veldhuis: ‘Voor een floormanager is het essentieel om

CoNgres: DagCoörDiNator iN De sPagaat

Page 2: Okmanagement Nvlo Interview

OK ManageMent 3, OKtOber 2011 11

goodwill te kweken. Mijn collega’s weten dat ze alles tegen

me kunnen zeggen, maar ze kunnen andersom ook stevige

feedback van mij verwachten. Eén dag per week sta ik als

anesthesiemedewerker op de OK, waardoor ik de zaken ook

vanuit een ander perspectief kan bekijken. Ik weet hoe het

is om leiding te geven, maar ook om leiding te accepteren.’

Ponsen: ‘Een duidelijke en expliciete manier van com-

municeren is ook essentieel, juist omdat tijdens een operatie

weinig overblijft van de non-verbale communicatie door alle

gezichtsbedekking. Dit vak heeft een hoog afbrandgehalte.

Wanneer je niet duidelijk communiceert, haal je jezelf de

frustratie of het onbegrip van het team op de hals. Motiveer

je alle beslissingen duidelijk, dan zijn mensen een stuk wel-

willender en ontstaat er een wij-gevoel in het team.’

Meijer: ‘Het is niet slechts een kwestie van helder uitleggen.

Ook je natuurlijke charisma en humor spelen een rol.’

VerwaCHtiNgeN CoNgresPonsen: ‘Dit congres zal voor de eerste keer de spagaat van

een dagcoördinator aan de orde stellen. De tegenstrijdige

belangen zullen ook na het congres blijven bestaan, maar

doordat mensen in contact komen met “lotgenoten” krijgen

ze een kijkje in de keuken bij andere ziekenhuizen. Dat

werkt hopelijk inspirerend.’

Veldhuis: ‘Er bestaat een groot verschil in werkwijze

tussen de verschillende ziekenhuizen. Zelfs binnen een en

hetzelfde ziekenhuis kan de werkwijze veranderen, zoals ik

onlangs zelf ervoer na de verhuizing van het Jeroen Bosch

Ziekenhuis, in april dit jaar. Op onze nieuwe locatie hebben

we meerdere floormanagers en een speciale vleugel voor

kleinere ingrepen. Die verandering van werkwijze heeft

voor- en nadelen, iets waar ik tijdens het congres uitgebreid

op in zal gaan.’

Meijer: ‘Er is niet één goede techniek, maar er zijn wel

universele problemen waar je als dagcoördinator of floor-

manager mee te maken krijgt. Het is fijn om veel vakgenoten

in een zaal te hebben, want er valt veel van elkaar te leren.

Overigens blijf ik tijdens het congres als dagvoorzitter op

bekend terrein. Ik zal optreden als floormanager van de dag.’

Ponsen: ‘Het congres biedt niet alleen de mogelijkheid

ervaringen uit te wisselen. Een communicatiedeskundige

zal tools geven voor een duidelijkere communicatie op de

OK. Ik hoop dat mensen na afloop van het congres genoeg

geïnspireerd zijn door alle tips en zich bij het weggaan af-

vragen: hoe zullen mijn collega’s de komende maanden op

mij reageren?’ ■

Peter Meijer, Cherry Ponsen en Jeroen Veldhuis.

‘Dagcoördinatoren in spagaat: dagelijkse dilemma’s op het

operatiekamercomplex’ vindt plaats op 9 december, in De Een-

hoorn in Amersfoort. Het congres wordt georganiseerd door

SCEM conference services, het Academisch Medisch Centrum

van de Universiteit van Amsterdam en Moncherry conferences

& events. Kijk in de agenda op oknieuws.nl voor een link naar

het congres. Of www.scem.nl.