OiK Noord-Brabant 2015 leaflet

4
Landelijke ontwikkelingen met impact op opleiden voor zorg en welzijn Commissie Kaljouw: innovatie zorgberoepen en -opleidingen Op basis van de zorgbehoefte 2030 stelde het Zorginstituut Nederland een nieuwe beroepenstructuur voor zorg en welzijn op. Belangrijkste kenmerken: Zorg en welzijn horen bij elkaar en niet gescheiden; De 0e, 1e, 2e, 3e- lijnstructuur verdwijnt; 4 deelgebieden in 2030: voorzorg, gemeenschapszorg, integraal multidisciplinaire zorgcentra, topklinische centra; Burgers doen meer, met behulp van technologie; Bachelor Nursing 2020 Een nieuw opleidingsprofiel Bachelor Nursing moet studenten vanaf het schooljaar 2016-2017 klaarstomen voor het werk vanaf 2020. Het nieuwe opleidingsprofiel is generalistisch en vraagt om doorlopende bij- en nascholing. Het curriculum en de beroepspraktijkvorming krijgt vorm in samenspraak met regionale werkgevers. V&V 2020 Het doel van V&V 2020 is een toekomstgericht beroepsprofiel voor verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten en ver- zorgenden. Het bijbehorende ‘beroepenhuis’ wordt herzien op basis van het rapport ‘Leren van de toekomst’ met een visie, diverse adviezen en drie nieuwe beroepsprofielen. Nieuwe wet- en regelgeving Wet Macrodoelmatigheid De wet bevat aantal wijzigingen in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) die van invloed zijn op de kwaliteit van opleidingen en het arbeidsmarkt gerelateerd opleiden. Wet Doelmatige leerwegen Met deze wet worden de leerwegen in het beroepsonderwijs doelmatiger vorm gegeven, onder meer door het verkorten en intensiveren van de beroepsopleidingen, het invoeren van entreeopleidingen en het stellen van vooropleidingseisen voor bepaalde niveaus. De wet heeft ook gevolgen voor de bekostiging van opleidingen. Het ‘stapelen van diploma’s’ blijft mogelijk, maar met aftrek van de bekostiging van een eerder behaald diploma. Er is geen diplomabekostiging meer voor studenten die een opleiding volgen op het niveau waarvan zij al een diploma hebben. Herziening Kwalificatiestructuur De herziening van de kwalificatiestructuur optimaliseert de doelmatigheid van opleidingen en de aansluiting van beroepsonderwijs op de beroepspraktijk. Het doel van dit model is enerzijds aandacht schenken aan vakmanschap en anderzijds het vermogen mee te bewegen met de veranderende arbeidsmarkt. Noord-Brabant Juni 2015 Conclusies en aanbevelingen De transitie van zorg en welzijn heeft grote gevolgen voor de functies, beroepen en (beroeps)opleidingen. De ‘medewerker van de toekomst’ krijgt een ander profiel. Er wordt volop gewerkt aan innovatie van beroepen en opleidingen. Een goede aansluiting van het beroepsonderwijs op de beroeps- praktijk is daarbij nog belangrijker geworden. De praktijk leert dat werkgevers en onderwijsinstellingen samen regionaal moeten optrekken. Met deze Onderwijs in Kaart stimuleren, ondersteunen en faciliteren we deze regio- nale afstemming. Deze uitgave geeft kort de inhoud van de Onderwijs in Kaart weer. Het volledige rapport kunt u downloaden op www.transvorm.org/OiK. Meer over de landelijke ontwikkelingen leest u in de Onderwijs in Kaart 2015.

description

Jaarlijks geeft Transvorm 'Onderwijs in Kaart' uit, in deze rapporten leest u de actuele stand van zaken rondom opleiden in Zorg en Welzijn. In deze leaflet een samenvatting. De OiK is ontstaan als aanvulling op de 'Arbeidsmarkt in Kaart'. www.transvorm.org/oik

Transcript of OiK Noord-Brabant 2015 leaflet

Landelijke ontwikkelingen met impact op opleiden voor zorg en welzijnCommissie Kaljouw: innovatie zorgberoepen en -opleidingenOp basis van de zorgbehoefte 2030 stelde het Zorginstituut

Nederland een nieuwe beroepenstructuur voor zorg en welzijn

op. Belangrijkste kenmerken:

• Zorg en welzijn horen bij elkaar en niet gescheiden;

• De 0e, 1e, 2e, 3e- lijnstructuur verdwijnt;

• 4 deelgebieden in 2030: voorzorg, gemeenschapszorg,

integraal multidisciplinaire zorgcentra, topklinische centra;

• Burgers doen meer, met behulp van technologie;

Bachelor Nursing 2020Een nieuw opleidingsprofiel Bachelor Nursing moet

studenten vanaf het schooljaar 2016-2017 klaarstomen

voor het werk vanaf 2020. Het nieuwe opleidingsprofiel

is generalistisch en vraagt om doorlopende bij- en

nascholing. Het curriculum en de beroepspraktijkvorming

krijgt vorm in samenspraak met regionale werkgevers.

V&V 2020Het doel van V&V 2020 is een toekomstgericht beroepsprofiel

voor verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten en ver-

zorgenden. Het bijbehorende ‘beroepenhuis’ wordt herzien

op basis van het rapport ‘Leren van de toekomst’ met een

visie, diverse adviezen en drie nieuwe beroepsprofielen.

Nieuwe wet- en regelgevingWet Macrodoelmatigheid

De wet bevat aantal wijzigingen in de Wet Educatie en

Beroepsonderwijs (WEB) die van invloed zijn op de kwaliteit

van opleidingen en het arbeidsmarkt gerelateerd opleiden.

Wet Doelmatige leerwegen

Met deze wet worden de leerwegen in het beroepsonderwijs

doelmatiger vorm gegeven, onder meer door het verkorten

en intensiveren van de beroepsopleidingen, het invoeren van

entreeopleidingen en het stellen van vooropleidingseisen

voor bepaalde niveaus. De wet heeft ook gevolgen voor de

bekostiging van opleidingen. Het ‘stapelen van diploma’s’ blijft

mogelijk, maar met aftrek van de bekostiging van een eerder

behaald diploma. Er is geen diplomabekostiging meer voor

studenten die een opleiding volgen op het niveau waarvan zij

al een diploma hebben.

Herziening KwalificatiestructuurDe herziening van de kwalificatiestructuur optimaliseert

de doelmatigheid van opleidingen en de aansluiting van

beroepsonderwijs op de beroepspraktijk. Het doel van dit

model is enerzijds aandacht schenken aan vakmanschap

en anderzijds het vermogen mee te bewegen met de

veranderende arbeidsmarkt.

Noord-BrabantJuni 2015

Conclusies en aanbevelingen

De transitie van zorg en welzijn heeft grote gevolgen voor de

functies, beroepen en (beroeps)opleidingen. De ‘medewerker

van de toekomst’ krijgt een ander profiel. Er wordt volop

gewerkt aan innovatie van beroepen en opleidingen. Een

goede aansluiting van het beroepsonderwijs op de beroeps-

praktijk is daarbij nog belangrijker geworden.

De praktijk leert dat werkgevers en onderwijsinstellingen

samen regionaal moeten optrekken. Met deze Onderwijs in

Kaart stimuleren, ondersteunen en faciliteren we deze regio-

nale afstemming. Deze uitgave geeft kort de inhoud van de

Onderwijs in Kaart weer. Het volledige rapport kunt u

downloaden op www.transvorm.org/OiK.

Meer over de landelijke ontwikkelingen leest u in de Onderwijs in Kaart 2015.

Conclusies en aanbevelingenIn de Onderwijs in Kaart 2015 komt een breed scala aan

trends, informatie, projecten en ontwikkelingen aan bod.

Dat vormt de basis voor onze conclusies en aanbevelingen.

Conclusie 1: Er is een kwalitatieve en kwantitatieve discrepantie tussen het aanbod vanuit opleidingen en de behoefte op de arbeidsmarkt.

De meest populaire opleidingen hebben niet het beste

arbeidsmarktperspectief. Daarnaast wordt er in sommige

richtingen onvoldoende opgeleid om te voldoen aan de vraag

op de arbeidsmarkt. De werkgelegenheid in de sector neemt af.

Tegelijk is er een verschuiving naar hogere kwalificatieniveaus.

We verwachten niet dat deze discrepantie zichzelf oplost.

Gebeurt er niks, dan verergert de situatie juist.

Aanbevelingen: • Zoek elkaar op! Werkgevers en onderwijsinstellingen

kunnen de grote veranderingen het hoofd bieden door

continue samen af te stemmen. Een open dialoog zorgt er-

voor dat beide partijen hun beleid op een passende wijze

kunnen afstemmen.

• Om problemen te voorkomen en het voortdurend ‘blussen

van brandjes’ een halt toe te roepen, is draagvlak en

commitment nodig op strategisch niveau.

• Binnen bestaande samenwerkingsverbanden krijgen geza-

menlijke activiteiten makkelijk vorm. Maak daar gebruik van.

• Om mee te kunnen bewegen met veranderingen is het

nodig dat de afstemming organisch vormgegeven wordt. De

structuur moet het doel van de samenwerking volgen.

• Zet in op concrete acties met direct resultaat. Deze moeten

ook in lijn zijn met doelen op langere termijn.

• Draai het om. Wellicht wordt er onvoldoende gebruik

gemaakt van de kwaliteiten en competenties van werk-

zoekenden met een ‘ongewild’ diploma en is het probleem

minder groot dan het lijkt.

Conclusie 2: De vraag op de regionale arbeidsmarkt is onvoldoende helder, dit belemmert het doelmatig opleiden.

In de Onderwijs in Kaart beschrijven we arbeidsmarkt-

ontwikkelingen en -perspectief op landelijk en provinciaal

niveau. De ervaring leert echter dat er regionale verschillen

bestaan op de arbeidsmarkt. Vaak zijn landelijke indicaties

daarom niet gedetailleerd genoeg om gericht beleid te maken.

Het belang van regionale oriëntatie zien we ook terug in

nieuwe wet- en regelgeving, die verplicht tot een regionale

afstemming van onderwijs en arbeidsmarkt.

Om doelmatig op te leiden en schaarste te voorkomen moet de

arbeidsmarkt zo transparant mogelijk zijn. Er is echter gebrek

aan regionale informatie over de vraag op de arbeidsmarkt.

Aanvullende activiteiten zijn nodig om die gedetailleerde

informatie wel boven tafel te krijgen.

Aanbevelingen: • Werkgevers hebben de verantwoordelijkheid om hun

huidige en toekomstige vraag naar arbeid helder in

beeld te brengen, zodat opleiden voor de sector in de

regio’s hierop afgestemd kan worden. Een methode zoals

strategische personeelsplanning, of onderdelen daarvan,

kunnen gebruikt worden om (meer) zicht te krijgen op de

toekomstige vraag naar arbeid.

• Vanuit strategische doelen kunnen werkgevers een

strategisch opleidingsplan formuleren. Dat is bedoeld om via

scholingen bij te dragen aan de strategische doelen van een

organisatie.

• Op regionaal niveau kan de huidige vraag naar arbeid nog

beter in beeld gebracht worden door vacatures te monitoren.

Bijvoorbeeld per functiegroep. Werkgevers kunnen dit zelf

organiseren. De vacatures op BrabantZorg.Net kunnen

daarvoor als uitgangspunt dienen.

Onderwijs in Kaart Noord-Brabant | juni 2015

Trends:• Ontschotting tussen werkvelden vraagt om

professionals met een generalistische basis.

• Zorg en welzijn worden steeds meer vanuit

een regionaal perspectief georganiseerd.

• De overheid stuurt aan op meer

marktwerking: meer doen met minder.

Arbeidsmarktperspectief tot 2018Veel vraag naar:

Verpleegkundigen, medische assistenten,

technisch-medisch personeel, praktijkondersteuners

huisarts, medisch specialisten

Weinig vraag naar:

Helpenden, pedagogisch werk niveau 3 en 4,

MMZ 3 en MMZ 4, sociaal cultureel -,

maatschappelijk-, pedagogisch

werkers op HBO-niveau

Onderwijs in Kaart Noord-Brabant | juni 2015 www.transvorm.org/OiK

Conclusie 3: De vele initiatieven op verschillende niveaus (landelijk en binnen organisaties, strategisch, tactisch en operationeel) lopen parallel en door elkaar heen. Hierdoor is een onoverzichtelijke situatie ontstaan.

In de Onderwijs in Kaart komen een hoop landelijke, provin-

ciale en regionale ontwikkelingen aan bod. Variërend van

een nieuw onderwijsconcept, tot wetten en overkoepelende

besluiten. Als werkgever, school of andere partij raak je

gemakkelijk het overzicht kwijt. Het risico is dat activiteiten en

initiatieven elkaar niet versterken, maar tegenwerken. Of dat

op meerdere plekken het wiel wordt uitgevonden. Gezien de

hoeveelheid van ontwikkelingen en de druk op budgetten is

het belangrijk dat nieuwe initiatieven efficiënt en effectief zijn.

Aanbevelingen:• Leer van elkaar. Het delen van kennis is cruciaal om ervoor te

zorgen dat het maatschappelijk rendement van initiatieven

en projecten zo groot mogelijk is.

- Deel kennis op alle mogelijke manieren: artikelen, online

communities et cetera.

- Op bestuurlijk niveau is commitment nodig voor een

dergelijke open dialoog. Bijvoorbeeld in Zorgpact Brabant

is dit commitment vastgelegd en omgezet naar een

website en nieuwsbrief waarin nieuwe ontwikkelingen

rondom de transitie gedeeld worden.

- Doe ook inspiratie op door buiten het eigen vakgebied te

kijken.

• Breng focus aan. Het is niet mogelijk om alles te weten

en bij te houden. Dus om zicht te krijgen op de stand van

zaken rondom de eigen organisatie of binnen een bepaald

vakgebied is het nodig om te kaderen. Maak keuzes en stel

prioriteiten, zodat gericht een weg gevonden kan worden

door de ‘onoverzichtelijke warboel’ van initiatieven.

Conclusie 4:De veranderingen in de sector zijn blijvend, waardoor post-initiële opleidingen steeds belangrijker worden.

De sector zorg en welzijn heeft al jaren te maken met turbulente

veranderingen. Gezien de huidige stand van zaken en de reeds

aangekondigde nieuwe ontwikkelingen blijft dit zo. Voor

werkgevers is de noodzaak om mee te kunnen bewegen

met die veranderingen groot. Dit vraagt om flexibiliteit van

personeel, zowel kwantitatief als kwalitatief.

Aanbevelingen:• Maak beleid op de continue ontwikkeling van medewerkers

gericht op de veranderingen waar de organisatie mee te

maken krijgt. Zorg dat hierin aandacht is voor:

- Het creëren van een goed leerklimaat

- Het versterken van leervaardigheden

- Innoveren in de praktijk

• Het hebben van een opleidingsplan dat aansluit bij de

veranderingen waar de organisatie mee te maken heeft

is een nuttig hulpmiddel om ‘een leven lang leren’ vorm te

geven. Zorg ervoor dat dit aansluit bij de strategische doelen

van de organisatie.

• Zorg intern voor een goede, blijvende afstemming tussen de

activiteiten van HRM en opleiden.

Feiten en cijfers Noord-Brabant

Trends:• Snelle veranderingen van werk en

organisatie vragen om flexibel en breed

inzetbare medewerkers.

• De participatiemaatschappij verandert de

relatie van de zorgprofessional met cliënten

en hun netwerk.

• Technologische vooruitgang helpt de burger

de regie te pakken, verhoogt de arbeids-

productiviteit en kwaliteit en schept nieuw

werk en opleidingen.

Transvorm Postbus 4275

5004 JG Tilburg

T 088 144 40 00E [email protected] www.transvorm.org

Meer weten?De volledige rapportage Onderwijs in Kaart kunt u downloaden op de website van

Transvorm: www.transvorm.org/OiK

Wilt u bijdragen aan de Onderwijs in Kaart? U bent van harte welkom om aan te sluiten

bij het Expertpanel. Voor meer informatie kunt u terecht bij:

Martin van Berloo, beleidsmedewerker strategische analyse, [email protected]

Volg ons op Twitter voor actuele informatie: @Transvorm_Z&W #OiKtrends Vorm

gevi

ng &

real

isat

ie: S

taet

van

Cre

atie

, Tilb

urg

De Onderwijs in Kaart 2015 bevat

een verzameling van actuele en be-

trouwbare cijfers. Hier geven we een

beknopt overzicht. Een uitgebreide

cijferbijlage kunt u downloaden op

www.transvorm.org/OiK .

4.000

3.500

3.000

2.500

2.000

1.500

1.000

500

2010 2011 2012 2013 2014

0

Zorghulp

Verzorg

ende

Verpleeg-

kundige

MMZ3

PW Kinder-

opvang 3

Helpende

Dokters-

assiste

nte

MMZ4

PW Kinder-

opvang 4

ZORG WELZIJN

Aantal MBO-studenten zorg en welzijn, per opleiding, per jaar

2.500

2.000

1.500

1.000

500

2010 2011 2012 2013 2014

B Verpleeg-

kundige

B Toegepaste

Geronto

logie

M Advanced

Nursing Practic

e

B SPH

B MWD

B Social

Work

B Pedagogisch

Management

Kinderopvang

B Pedagogiek

0

ZORG GEDRAG & MAATSCHAPPIJ

B CMV

Aantal HBO-studenten zorg en gedrag & maatschappij, per opleiding, per jaar

Werkgelegenheid in zorg en welzijn2010 2011 2012 2013 2014

Aantal medewerkers 160.385 164.358 165.005 161.462 155.502

Aantal FTE 103.121 104.807 105.436 102.746 96.034

Medewerkers met flexibel contract 20.453 21.646 23.123 23.092 22.032

Medewerkers jonger dan 30 jaar 23,0% 23,0% 22,8% 22,0% 21,0%

Medewerkers ouder dan 55 jaar 15,2% 16,4% 17,7% 19,4% 21,5%

Aantal MBO-studenten zorg en welzijn

BOL BBL Totaal

2010 10.359 5.483 15.842

2011 10.442 5.298 15.740

2012 10.346 6.153 16.499

2013 10.155 5.683 15.838

2014 10.331 4.717 15.048

Aantal HBO-studenten zorg en gedrag & maatschappij

voltijddeeltijd/ duaal Totaal

2010 9.587 2.857 12.444

2011 9.967 2.911 12.878

2012 10.495 2.821 13.316

2013 11.137 2.667 13.804

2014 11.425 2.313 13.738

Feiten en cijfers Noord-Brabant