Oefentoets economie

32
Oefentoets Economie Hoofdstuk 1 Onderwerpen: Arbeid, Productie, Loo n, K.A.N.O,

Transcript of Oefentoets economie

Page 1: Oefentoets economie

Oefentoets Economie

Hoofdstuk 1

Onderwerpen:

Arbeid, Productie, Loo

n, K.A.N.O,

Page 2: Oefentoets economie

Vraag 1

Wat is de juiste definitie van Arbeid ?

A) Is geld verdienen Door middel van verkopen.

B) Is het lichamelijke en geestelijke inspanning van mensen die beschikbaar is om in het productieproces te worden ingeschakeld. Arbeid is gericht op het verdienen van een inkomen(loon).

C) Is het produceren van producten. Door middel van vrijwilligwerken.

Page 3: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Voor de mensen die in een fabriek werken hebben hun lichaaminspanning nodig. Daardoor kunnen zij aan het werk. Dat houd in, als

er gewerkt wordt dat er arbeid bestaat. Voor het leveren van arbeidkrijg je dus een inkomen. In het kort arbeid is geld verdienendoormiddel van werken. Ook wel arbeidsloon genoemd. Een

vrijwilleger krijgt er GEEN geld voor terug! Die doen het vrijwillig.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 1.

Page 4: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Voor de mensen die in een fabriek werken hebben hun lichaaminspanning nodig. Daardoor kunnen zij aan het werk. Dat houd

in, als er gewerkt wordt dat er arbeid bestaat. Voor het leveren van arbeid krijg je dus een inkomen. In het kort is arbeid het leverenvan werk en daar tegen over krijg je geld. Het loon die je krijgt

wordt ook wel arbeidsloon genoemd.

Klik op de pijl om verder te gaan naar vraag 2.

Page 5: Oefentoets economie

Vraag 2

Wat is productie in een bedrijf ?

A) Het produceren van producten met bedoeling voor het maken van winst door de

producten te verkopen.

B) Tomaten kweken en in de grond zetten en zelf op eten.

C) Het produceren van producten en opsturen naar afrika waar ze het nodig hebben.

Page 6: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Productie wordt in bedrijven gezien als; het maken van productenzodat zij hun kosten er mee kunnen financiering dus winst maken. Het

is dus NIET producten zelf te kweken voor eigen gebruik.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 2.

Page 7: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Productie wordt in bedrijven gezien als; het maken van producten

zodat zij hun kosten er mee kunnen financiering dus winst maken.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 3.

Page 8: Oefentoets economie

Vraag 3

Wat bedoeld men met loon ?

A) Loon is wat je krijgt als je iets levert maar geen geld voor krijgt.

B) Loon krijg je doordat je iets verkoopt en dat in je eigen zak stopt.

C) Loon is de verdiensten van een persoon die arbeid heeft geleverd.

Page 9: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Loon krijg je door dat je werk levert en iets presteert in een bedrijf. Dit wordt gezien als inkomen ook wel arbeidsloon. Loon kan je niet

krijgen door iets te verkopen en in je eigen zak te stoppen.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 3.

Page 10: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Loon krijg je door dat je werk levert en iets presteert in een bedrijf.

Dit wordt gezien als inkomen ook wel arbeidsloon.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 4.

Page 11: Oefentoets economie

Vraag 4

Welk twee soorten inkomen bestaan er?

A) Inkomen in natura en geld

B) Inkomen in geld en prestatie

C) Inkomen in arbeid en natuur

Page 12: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Pak je boek erbij bij hoofdstuk 4. lees de paragraaf 4.1 daar kan je

het vinden neem het goed door.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 4.

Page 13: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Inkomen kan je in twee verschillende soorten krijgen dus inkomen

in natura dat houd in dus producten of diensten en inkomen in

geld dat spreekt voor zich.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 5.

Page 14: Oefentoets economie

Vraag 5

Waar staat K.A.N.O. voor ?

A) Kapitaal, Arbeid, Naturel, Onderneming

B) Kapitaal, Arbeid, Natuur, Ondernemerschap

C) Kapitaal, Artsen, Natuur, Onderpand

Page 15: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Pak je boek erbij bij hoofdstuk 5. lees de paragraaf 5.1 daar kan je het vinden neem het goed door.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 5.

Page 16: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Kapitaal, Arbeid, Natuur, Ondernemerschap

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 6.

Page 17: Oefentoets economie

Vraag 6Wat is een goed voorbeeld van kapitaal?

A) Rente

B) Winst

C) Grondstoffen

Page 18: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Winst is wat een bedrijf heeft gekregen door zijn verkopen.Grondstoffen worden gebruikt voor productie en dat komt uit de

grond.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 6.

Page 19: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Door geld te lenen krijgt een bedrijf een vermogen dat heet dus kapitaal. Over de kapitaal wordt er rente betaald dus onder kapitaal

verstaan we RENTE.

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 7.

Page 20: Oefentoets economie

Vraag 7

Wat is een goed voorbeeld van arbeid?

A) winst

B) goederen

C) loon

Page 21: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Winst is wat een bedrijf heeft gekregen door zijn verkopen.

Goederen zijn producten.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 7.

Page 22: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Doordat er arbeid is in en bedrijf moet er loon betaald worden door dat bedrijf voor het werk die zij leveren.

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 8.

Page 23: Oefentoets economie

Vraag 8

Wat is een goed voorbeeld van Natuur?

A) Grondstoffen

B) Geld

C) Elektriciteit

Page 24: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Elektriciteit wordt opgewekt door middel van kern energie en wind en water deze drie zijn de grondstoffen daarvan.

Geld wordt gemaakt van papieren daarvoor moeten bomen omgepakt worden hiervan is grondstof een boom.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 8.

Page 25: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Grondstoffen is een algemeen omschrijving voor water, wind enzovoort. Dit betekend dus dat wij onder natuur grondstoffen

verstaan.

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 9.

Page 26: Oefentoets economie

Vraag 9

Wat is een goed voorbeeld van Ondernemerschap?

A) Winst

B) Loon

C) Rente

Page 27: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Loon wordt gegeven aan mensen die arbeid verrichten.

Rente hoorde bij kapitaal.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 9.

Page 28: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Door te ondernemen is het de doel van een bedrijf om winst te maken. Dit verstaan we dus onder ondernemerschap.

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 10.

Page 29: Oefentoets economie

Vraag 10

Hoe worden deze vier factoren ook wel genoemd?

A) Ondernemers factoren

B) Productiefactoren

C) Produceren

Page 30: Oefentoets economie

Helaas de gekozen antwoord is fout!

Pak je boek erbij bij hoofdstuk 5. lees de paragraaf 5.1 daar kan je het vinden neem het goed door.

Klik op de pijl om terug te gaan naar vraag 10.

Page 31: Oefentoets economie

Gefeliciteerd de gekozen antwoord is

Goed!

Door te ondernemen is het de doel van een bedrijf om winst te maken. Dit verstaan we dus onder ondernemerschap.

Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1.

Klik op de pijl om de toets te sluiten.

Page 32: Oefentoets economie

Einde toets