Nieuwsbrief speciale okt 2015 nr 13 -...
Transcript of Nieuwsbrief speciale okt 2015 nr 13 -...
SSSpppeeeccciiiaaallleee EEEdddiiitttiiieee
IIInnnfffooorrrmmmaaatttiiieee eeexxxtttrrraaa AAAlllgggeeemmmeeennneee
LLLeeedddeeennn VVVeeerrrgggaaadddeeerrriiinnnggg
VVVeeerrreeennniiigggiiinnnggg HHHuuuuuurrrdddeeerrrsssppplllaaatttfffooorrrmmm WWWOOOOOONNNooopppMMMAAAAAATTT
NNNiiieeeuuuwwwsssbbbrrriiieeefff,,, 777dddeee jjjaaaaaarrrgggaaannnggg,,, nnnrrr... 111333,,, oookkkttt... 222000111555
Voorwoord:
In deze extra Nieuwsbrief gaan we uitgebreid in op de wijzigingen die afgelopen 1 juli zijn
opgetreden in de Woningwet 2015. Het Huurdersplatform heeft besloten de handschoen op te
pakken die de nieuwe wet ons biedt. De huurdersorganisaties krijgen een volwaardige positie in
het proces om te komen tot prestatieafspraken zoals een gelijkwaardige informatiepositie,
actieve rol bij het overleg en de realisatie van afspraken.
Dit impliceert een verregaande samenwerking tussen de twee gemeenten (Beverwijk-
Heemskerk), de beide woningcorporaties en de beide huurdersorganisaties.
In het eerste deel gaan we in op het proces en in het tweede deel geven wij
achtergrondinformatie met betrekking tot het maken van Prestatieafspraken.
Proces om te komen tot Prestatieafspraken
Inleiding
Op 1 juli is de Woningwet 2015 in werking getreden.
De Woningwet gaat over tal van onderwerpen die van
belang zijn voor woningcorporaties en huurders. De
nadruk ligt op het lokale woonbeleid en de
gelijkwaardigheid van en samenwerking tussen de
driehoek gemeenten, corporaties en
huurdersorganisaties. Deze samenwerking gaat
plaatsvinden in een cyclus van ‘woonvisie’, ‘bod’ en
‘prestatieafspraken’. Hieronder kort deze drie
onderdelen.
Woonvisie
De gemeente Beverwijk en Heemskerk hebben deze zomer samen de “Woonvisie Beverwijk en
Heemskerk 2016 t/m 2020, Duurzaam wonen in Beverwijk en Heemskerk” gemaakt. Daarin
staan de volgende onderwerpen:
• Betaalbaarheid;
• Wonen, welzijn en zorg;
• Duurzaamheid;
• Bestaande en nieuwe woningvoorraad;
• Samenwerking tussen maatschappelijke organisaties en gemeenten.
Bod
Aangezien er een gemeentelijk woonbeleid ligt, in de vorm
van de Woonvisie, kunnen gemeente Heemskerk en
Beverwijk van de woningcorporaties Pré Wonen en
WOONopMAAT verlangen om een zogenaamd “bod” aan de
gemeente te doen om bij te dragen aan het woonbeleid. Dit
bod gaat vergezeld van een financiële onderbouwing over
de investeringsruimte die de corporaties hebben. Met het
bod nodigen de corporaties de gemeenten én de
huurdersorganisaties uit tot het maken van
prestatieafspraken. Vaak zal de corporatie al met de
huurdersorganisaties overleggen over de inhoud van het
bod. WOONopMAAT heeft dat in ieder geval al afgesproken
met het Huurdersplatform.
Prestatieafspraken
Prestatieafspraken worden al jaren gemaakt tussen WOONopMAAT en de gemeente Heemskerk
en Beverwijk en tussen Pré Wonen en de gemeente Beverwijk. In de prestatieafspraken staat
wat woningcorporaties naar redelijkheid bijdragen aan de uitvoering van het woonbeleid van een
gemeente. Wat nieuw is, is de jaarlijkse cyclus en de rol van de huurdersorganisatie.
Betrokken partijen in de Noordelijke IJmond
Vanwege de samenwerking aan de gemeentelijke
Woonvisie en de onderlinge betrokkenheid op de
woningmarkt van de noordelijke IJmond, zullen voor het
eerst met de vier partijen, WOONopMAAT, Pré Wonen en
de twee gemeenten, gezamenlijk prestatieafspraken
worden gemaakt. Een nieuw element vanuit de Woningwet
2015 in de prestatieafspraken is de rol van de
huurderorganisaties. Als zij dat willen, moeten
huurdersorganisaties via een vertegenwoordiging als
volwaardige partij worden betrokken bij het maken van
prestatieafspraken (op basis van de Overlegwet).
Voor de huurdersorganisaties is het geen verplichting deel
te nemen aan het lokale overleg en het ‘huurdersbelang’
hierin te vertegenwoordigen. Doen zij dit wel, dan zijn zij
één van de deelnemende partijen die zich committeren
aan de afspraken. Alle partijen kunnen elkaar op de
naleving ervan aanspreken (wederkerigheid).
Dit maakt dat de hierboven genoemde cyclus van
woonvisie, bod en prestatieafspraken in Heemskerk en
Beverwijk met zes partijen wordt opgepakt, dus inclusief
het Huurdersplatform en de Bewonerskern (of een
afvaardiging daarvan in de zgn. “Voorkamer”) van Pré
Wonen.
Taken en verantwoordelijkheden huurdersorganisaties
Huurdersorganisaties krijgen vanuit de Woningwet
2015 een volwaardige positie in het proces om te
komen tot prestatieafspraken. In de eerste plaats
speelt dit bij het samenstellen van het bod, wat de
corporatie samen met de eigen
huurdersorganisatie doet. Vervolgens zitten zij als
gelijkwaardige partij aan tafel bij het maken van
prestatieafspraken. De huurdersorganisaties
krijgen net als gemeenten het recht om informatie
bij de corporatie op te vragen. Ook krijgen zij
informatie toegestuurd: het overzicht van de
investeringsruimte, verantwoordingsinformatie (dVi)
en prospectieve informatie (dPi). Zij hebben daarmee een gelijkwaardige informatiepositie ten
opzichte van gemeenten. Vervolgens krijgen huurders een actieve rol bij het overleg over de
realisatie van afspraken (de evaluatie). Zo kunnen zij de corporatie én de gemeente controleren
op consistentie in beleidsuitvoering en bijvoorbeeld voorkomen dat afgeweken wordt van de
prestatieafspraken of ad hoc nieuwe investeringen worden uitgedacht. Dat klinkt goed, maar
vraagt ook het nodige van huurdersorganisaties zelf. De verantwoordelijkheid van het
Huurdersplatform neemt toe.
Waar staan we nu?
We staan nu aan het begin van de ‘prestatieafspraken-cyclus’: het bod van
Pré Wonen en WOONopMAAT aan de gemeenten Heemskerk en Beverwijk en
de Bewonerskern/ Voorkamer en het Huurdersplatform voor 1 november
2015. Het voorbereiden van het bod gebeurt samen met de corporatie.
Uiteindelijk is het de corporatie die het bod uitbrengt. In het bod worden de
belangrijkste thema’s uit de Woonvisie gevolgd. Hier worden drie thema’s
uitgelicht:
• Betaalbaarheid;
• Wonen, welzijn en zorg;
• Duurzaamheid.
Betaalbaarheid
In de Woonvisie noemen de gemeenten de betaalbaarheid als belangrijkste thema. Het doel
luidt:
“Wonen blijft betaalbaar. Voorkomen wordt dat mensen door hoge woonlasten in betalingsproblemen komen. Segregatie van wijken en complexen wordt voorkomen, de kwaliteit van (particuliere) woningen blijft in stand en de leefbaarheid blijft op peil.”
Wat is daar voor nodig? In de Woonvisie staat het volgende:
• Betaalbaarheid vraagt o.a. om een passende huur-
of koopprijs bij het inkomen van bewoners ;
• Het vraagt om voldoende betaalbare woningen voor
de lage inkomens;
• Via een gezamenlijke aanpak van
woningcorporaties en gemeenten worden inwoners
gestimuleerd om door te stromen naar woningen
met een huur- of koopprijs die bij hen past;
• Daarnaast vraagt het om lage energielasten (zie
ook thema duurzaamheid);
• Het vraagt om maatwerk bij huishoudens van
diverse inkomens en samenstelling;
• Betaalbaarheid vraagt om overheidsinspanningen als armoedebeleid, schuldhulp-
verlening en begeleiding ter voorkoming van huisuitzettingen.
Vanuit de Woonvisie wordt medewerking van de woningcorporaties verwacht op de volgende
gebieden:
• Het vaststellen van een minimale kernvoorraad voor de primaire en secundaire
doelgroep;
• Jaarlijkse verantwoording aanleveren over het woonruimte verdeelsysteem en de
effecten van de Huisvestingsverordening monitoren;
• Schaarste op de woningmarkt in de noordelijke IJmond monitoren;
• Scheefwonen bestrijden;
• Met passend woonaanbod de doorstroming uit de sociale huursector bevorderen;
• Onderzoek naar slaagkans op een betaalbare woning voor jongeren uitvoeren.
Wonen, welzijn en zorg (WWZ)
Het doel dat de gemeenten in de Woonvisie voor ogen hebben is:
“Mensen met een zorgvraag kunnen zo lang mogelijk (zelfstandig) wonen in de woonomgeving
van hun keuze met de ondersteuning vanuit het (eigen) netwerk.”
Wat is daar voor nodig? In de Woonvisie staat het volgende:
• Het WWZ-beleid vraagt om een gezamenlijke aanpak van woningcorporaties, zorg- en
welzijnsinstellingen en de gemeenten uitgaande van de keuzevrijheid van burgers;
• Het vraagt om preventie, geschikte woningen en maatwerk (gedifferentieerd aanbod van
wonen, welzijn en zorg).
• 1 Primaire doelgroep: de groep van huishoudens met een belastbaar inkomen tot de grens waarop men in
aanmerking kan komen voor huurtoeslag. Deze grens wordt jaarlijks bepaald door het ministerie van BZK. Voor de periode van 1 januari 2015 tot 1 januari 2016 gelden de volgende inkomensgrenzen: o Eenpersoonshuishouden € 21.950 o Meerpersoonshuishouden € 29.800 o Eenpersoons ouderenhuishouden € 21.950 o Meerpersoons ouderenhuishouden € 29.825
• Secundaire doelgroep: de groep huishoudens met een inkomen net boven de huurtoeslaggrens en € 34.911 • Lage middeninkomens: huishoudens met een belastbaar jaarinkomen tussen € 34.911 en € 43.786 • Hoge middeninkomens: huishoudens met een belastbaar jaarinkomen tussen € 43.786 en € 50.000 • Hoge inkomens: huishoudens met een belastbaar jaarinkomen van meer dan € 50.000
Vanuit de Woonvisie wordt medewerking van de woningcorporaties verwacht op de volgende
gebieden:
• Grijswijzer : kwaliteitseisen sterrenlabel evalueren en bijstellen;
• Grijswijzer: marktonderzoek uitvoeren over senioren- en zorgwoningen voor alle
inkomensgroepen;
• Grijswijzer: informatiepunt (loket) wonen en zorg;
• Grijswijzer: seniorenbemiddelaar of ouderenadviseur om doorstroming van senioren en
zorgbehoevenden te bevorderen;
• Uitstroom beschermd wonen stimuleren;
• Onderzoeken waar financieel mogelijk sociale huurwoningen op een efficiënte wijze
technisch op geplust kunnen worden om langer zelfstandig te blijven wonen;
• Samen met welzijnsorganisaties ontmoetingsplekken in stand houden.
Duurzaamheid
De doelstelling in de Woonvisie over duurzaamheid luidt:
“De nieuwbouw van woningen is in Beverwijk en Heemskerk in 2020 energieneutraal. De bestaande woningvoorraad van woningcorporaties heeft in 2020 gemiddeld label B en de woningvoorraad van particulieren heeft in 2020 voor 80% label C. Er is in 2020 14% duurzame energieopwekking.”
1 Grijswijzer IJmond destijds een initiatief van Pré Wonen, WOONopMAAT, De Wonerij, Partners in Zorg en Thuiszorg IJmond, die samen werken
aan betere voorzieningen voor ouderen in de regio. Grijswijzer IJmond wil bestaande woningen aanpassen en nieuwbouw en renovatie af
stemmen op bewoning door ouderen. Bovendien wil Grijswijzer IJmond de zorgverlening verbeteren door zorgsteunpunten in te richten op
plekken waar veel ouderen wonen.
Wat is daar voor nodig? In de Woonvisie staat het volgende: • Duurzaamheid vraagt om een gezamenlijke aanpak van woningeigenaren, gemeenten,
Omgevingsdienst IJmond, bedrijven, woningcorporaties, maatschappelijke organisaties en particulieren;
• Het vraagt om informeren, stimuleren en adviseren van wooneigenaren en bewoners; • Het vraagt ook om het energieneutraal bouwen van woningen en het aanpassen van de
bestaande woningvoorraad; • Tot slot vraagt het om duurzaam opwekken van energie. Vanuit de Woonvisie wordt medewerking van de woningcorporaties verwacht op de volgende gebieden: • Nieuwbouw in 2020 energieneutraal maken; • Bestaande woningvoorraad zodanig duurzaam maken dat in 2020 gemiddeld label B
(oude regime) wordt gehaald; • Bewustwordingscampagne in RAP-verband opzetten; • Aansluiten bij het Duurzaam Bouwen Loket in RAP-verband; • Mogelijkheden onderzoeken om huurwoningen aan te sluiten op een warmtenet van
TataSteel. Bod WOONopMAAT De financiële positie van WOONopMAAT is gelukkig gezond. Toch zal WOONopMAAT niet op alle punten tot het uiterste kunnen gaan. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden bij het opstellen van het bod aan de gemeenten en huurdersorganisaties. WOONopMAAT blijft doen waar zij goed in is: het voorzien in de woningbehoefte van mensen die om financiële, maatschappelijke of gezondheidsredenen daar minder goed zelf toe in staat zijn. Daarbij blijft WOONopMAAT de beleidsuitgangspunten uit haar Strategisch Beleidsplan 2014-2019 volgen.
1 Regionaal Actieprogramma (RAP) over gezamenlijk woonbeleid van de gemeenten in Zuid-Kennemerland en in de IJmond
Achtergrondinformatie voor het Huurdersplatform met betrekking tot het maken van Prestatieafspraken Inleiding Op 1 juli is de Woningwet 2015 in werking getreden. De Woningwet gaat over tal van onderwerpen die van belang zijn voor woningcorporaties en huurders. De nadruk ligt op het lokale woonbeleid en de gelijkwaardigheid van en samenwerking tussen de driehoek gemeenten, corporaties en huurdersorganisaties. De rol van de huurdersorganisatie is daarbij dus nieuw. Als zij dat willen, moeten zij via een vertegenwoordiging als volwaardige partij worden betrokken bij het maken van prestatieafspraken (op basis van de Overlegwet). Voor de huurdersorganisaties is het geen verplichting deel te nemen aan het lokale overleg en het ‘huurdersbelang’ hierin te vertegenwoordigen. Doen zij dit wel, dan zijn zij één van de deelnemende partijen die zich committeren aan de afspraken. Alle partijen kunnen elkaar op de naleving ervan aanspreken (wederkerigheid). Hieronder kort de tips voor huurdersorganisaties van de Woonbond, Aedes en VNG op een rij. Taken en verantwoordelijkheden huurdersorganisaties Huurdersorganisaties krijgen vanuit de Woningwet 2015 een volwaardige positie in het proces om te komen tot prestatieafspraken. In de eerste plaats speelt dit bij het samenstellen van het bod, wat de corporatie samen met de eigen huurdersorganisatie doet. Vervolgens zitten zij als gelijkwaardige partij aan tafel bij het maken van prestatieafspraken. De huurdersorganisaties
krijgen net als gemeenten het recht om informatie bij de corporatie op te vragen. Ook krijgen zij informatie toegestuurd: het overzicht van de investeringsruimte, verantwoordingsinformatie (dVi) en prospectieve informatie (dPi). Zij hebben daarmee een gelijkwaardige informatiepositie ten opzichte van gemeenten. Vervolgens krijgen huurders een actieve rol bij het overleg over de realisatie van afspraken (de evaluatie). Zo kunnen zij de corporatie én de gemeente controleren op consistentie in beleidsuitvoering en bijvoorbeeld voorkomen dat afgeweken wordt van de prestatieafspraken of ad hoc nieuwe investeringen worden uitgedacht. Dat klinkt goed, maar vraagt ook het nodige van huurdersorganisaties zelf. De verantwoordelijkheid van het Huurdersplatform neemt toe.
1 Bronnen:
Handreiking Prestatieafspraken, Samenwerken volgens de Woningwet 2015, Ministerie van Binnenlandse zaken, Woonbond, Aedes en VNG, 2015
Lokale Prestatieafspraken, Handreiking voor huurdersorganisaties, Woonbond, 2015
Hier volgen een aantal punten waar goed over nagedacht moet worden. • Voor goede samenwerking is het van belang om vooraf met alle partijen afspraken te
maken over de rol van de huurdersorganisatie in het proces. Willen zij als partij betrokken worden? Zijn zij bij ieder overleg aanwezig? Is er een afvaardiging van bijvoorbeeld twee mensen?
• Tekenen zij mee? Huurdersorganisaties zitten, als zij willen, gelijkwaardig aan tafel bij de prestatieafspraken, maar de Woningwet 2015 regelt niet dat zij de afspraken moeten ondertekenen. Toch kun je in het proces afspreken dat je mee tekent. Maar wil de huurdersorganisatie dit? Redenen om mee te tekenen: je wordt meer gehoord, je spreekt commitment uit naar je partners. Redenen om niet mee te tekenen: verlies van tegenkracht op latere momenten in het proces (bijvoorbeeld bij verdere concretisering huurverhoging, sloopplannen of woningtoewijzing).
In het geval dat huurdersorganisaties besluiten hun achterban te willen vertegenwoordigen in dit proces, dan volgen de volgende aandachtspunten. • Huurdersorganisaties zullen vooraf hun eigen prioriteiten moeten vaststellen, vóór het
gesprek met gemeente en corporatie. Zij zijn onderdeel van het samenwerkings- proces, dit betekent dat ook zij betrokken zijn in het proces van geven en nemen.
Wensen van huurdersorganisaties zullen wellicht niet allemaal gehonoreerd kunnen worden. Belangrijk is om te bepalen welke onderwerpen je per se wilt binnenhalen.
• Bij goede samenwerking speelt wederkerigheid een grote rol. Dan gaat het ook over de
inbreng van de huurdersorganisatie. Welke activiteiten kunnen de huurders (organisaties) leveren? Bijvoorbeeld huurders die opgeleid worden tot energiecoach om de corporatie te steunen bij duurzaamheidsprojecten.
• Bij prestatieafspraken gaat het om zowel korte- als langetermijnbelangen. Naast de
huurders van nu is er ook aandacht nodig voor de huurders van de toekomst. Om draagvlak voor niet alleen de korte maar vooral ook de langere termijn te krijgen, is het van belang om de achterban frequent te informeren en betrekken bij de keuzes.
• Het voorbereiden van het bod gebeurt samen met de corporatie. Uiteindelijk is het de
corporatie die het bod uitbrengt. Daarin hoeven zeker niet alle wensen van de huurdersorganisatie gehonoreerd te zijn. In zo’n geval kan de huurdersorganisatie nog kansen zoeken in samenwerking met gemeenten of andere huurdersorganisaties.
• In veel gevallen zijn er mogelijkheden om samen te
werken en krachten te bundelen met andere huurdersorganisaties (van Pré Wonen). De kennispositie wordt hiermee versterkt en het tijdsbeslag beperkt. Dit heeft wel gevolgen voor de besluitvorming: het bod wordt afgestemd met de eigen huurdersorganisatie, de prestatieafspraken in dit geval met de samenwerkende organisaties. Het is dan van belang om goed na te denken wie de eigen organisatie vertegenwoordigt, hoe de inzet bepaald wordt en hoe afstemming met de achterban plaatsvindt.
• Huurdersorganisaties hebben baat bij een goede inhoudelijke en procesmatige ondersteuning vanuit de corporatie en gemeente.
• De samenwerking vergt tijd. Het is zinvol om bij de
gemeenten en corporaties zichtbaar te maken wat de mogelijkheden van de huurdersorganisatie zijn en waar de grenzen liggen. Dit stuurt het verwachtingspatroon en daarmee de kwaliteit van de samenwerking. Maak vooraf afspraken over tijdsbesteding, vergaderfrequentie, aanleveren van vergaderstukken, voorbereiden van vergaderingen, vraagbaakfunctie.
• De Woningwet 2015 regelt dat huurdersorganisaties aanvullend recht hebben op (de
inhuur van) ondersteuning en scholing (drie dagen per bestuurslid per jaar), gefinancierd door de corporatie. Dit is een uitbreiding op de Overlegwet. Omdat ook de gemeente belang heeft bij een goed functionerende huurdersorganisatie, is het denkbaar dat zij de huurdersorganisatie mede faciliteert.
• Voordeel van de inhuur van professionele ondersteuning is de inbreng van kennis en
vaardigheden en de tijd die de professional kan investeren. Zaak is dat ook echt het geluid van de achterban wordt ingebracht in de onderhandelingen en niet zozeer de eigen opvattingen van de professional.
• Het legitimatievraagstuk van huurdersorganisaties komt vaak aan de orde. Het is nuttig
om het hierover te hebben - al heeft menig huurdersorganisatie meer leden dan een lokale politieke partij - maar laat dit het proces niet overheersen. Huurdersorganisaties hebben hun legitimatie in de Overlegwet. Zoek desnoods naar alternatieve participatievormen. Goede participatie verstevigt de positie van de huurdersorganisatie in het proces. Daarbij is ook aandacht nodig voor de vraag hoe het belang van de toekomstige huurder een plek krijgt in de dialoog.
De stap die je liever niet zet: het voorleggen van een geschil aan de minister Als de partijen en niet in slagen om tussen 1 juli en 15 december tot prestatieafspraken te komen, kunnen de gemeente, huurdersorganisatie en/of de corporatie naar de minister. Dit moet binnen vier weken na het ontstaan van het geschil. Bij geschillen stelt de minister een commissie in, die de minister adviseert, waarna de minister een bindend besluit neemt. Als uitvoering daarna nog steeds uitblijft, kan een partij naar de rechter stappen.
Wij stellen aan u voor:
Tinie Klaver, onze nieuwe penningmeester.
Woont in Wijk aan Zee en is geboren in 1945. Zij heeft 23 jaar op de stafafdeling financiën bij
ECN gewerkt en is nu met pensioen. Zij kan ontzettend genieten van de natuur en wandelt graag
met haar hond over strand en door de
duinen van Wijk aan Zee. Tijdens de
wandelingen maakt Tinie prachtige
natuurfoto’s. Tinie heeft als nevenfunctie:
penningmeester van de Seniorenkring
Wijk aan Zee. De Seniorenkring is een
groep mensen die bijna wekelijks
bijeenkomt om hun levensverhalen te
vertellen onder leiding van een
gespreksleider die een onderwerp
bedenkt en deze aan de groep voorlegt.
Bij de Seniorenkring neemt niet alleen het
spreken, maar ook het luisteren een
belangrijke plaats in.
Tevens stellen wij aan u voor:
Bert Wezepoel, bestuurslid Huurdersplatform.
Woont vanaf april 1959 in Heemskerk en is in 1977
aan de Huibert Pootstraat komen wonen. In januari
1996 is de flatcommissie Huibert
Pootstraat/Coornhertstraat opgericht die tot doel had
om de 105 portiekflats te vertegenwoordigen op de
vergaderingen omtrent de toekomst van deze flats.
Uiteindelijk zijn in 2007 alle nieuwbouwwoningen
opgeleverd, er staan nu 121 woningen op de plaats
van de Huibert Pootstraat/Coornhertstraat met veel
blije en tevreden
mensen die er zijn
komen wonen. Het resultaat van 11 jaar praten, wikken en
wegen en uiteindelijk de juiste beslissing maken. Vanaf april
2015 zit Bert als bestuurslid in het Huurdersplatform, gezien zijn
ruime ervaring heeft het bestuur de vraag gesteld of hij de
flatcommissie van de Debora Bakelaan wil ondersteunen, wat
hij met beide handen heeft aangenomen en een goed gevoel
gaat doen.
Als laatste wil het nieuwe bestuur grote dank uitspreken voor de oud-voorzitter
Frans Wevers en voor de oud-penningmeester Lars Witkamp. Beide hebben
op hun eigen wijze bijgedragen aan het werk van het Huurdersplatform als
zowel het behartigen van de belangen van de huurders van WOONopMAAT.
Links
Huurdersplatform WOONopMAAT http://huurdersplatformwom.woonbond.net
Ministerie van VROM www.vrom.nl
Wetboek Online (wetboek 7 Huurrecht) www.wet-online.nl
Nederlandse Woonbond www.woonbond.nl
Woonbond Huurwijzer http://www.woonbond.nl/pages/nieuws/huurwijzer
Huurtoeslag www.toeslagen.nl
Huurdersvereniging Nederland www.huurdersvereniging.nl
Verbeter uw huurwoning www.verbeteruwhuurwoning.nl
De nieuwe woning wet 2015 http://www.woningwet2015.nl
Bewonerscommissies en contactpersonen kunnen bij het
Huurdersplatform tijdens het spreekuur gratis kopiëren.
Spreekuur
Inloopspreekuur elke woensdag van 9.30 tot 11.00 uur. Woensdag na 11.00 uur alleen op afspraak.
Gaat u verhuizen?
Gaat u verhuizen naar een andere huurwoning van WOONopMAAT en u wilt gratis lid blijven en
de Nieuwsbrief ontvangen van het Huurdersplatform, meld het nieuwe adres per post, email,
telefoon of kom naar het spreekuur van het Huurdersplatform.
Het lidmaatschap van het Huurdersplatform WOONopMAAT is gratis,
alle leden van het Huurdersplatform WOONopMAAT ontvangen onze
nieuwsbrief kosteloos!
Vereniging Huurdersplatform WOONopMAAT Van der Hoopstraat 76, 1945 TT Beverwijk Antwoordnummer 328, 1940 VB Beverwijk Tel: 0251-245285 E-mail: [email protected]