Nieuwsbrief mei 2009.pdf

4

Click here to load reader

Transcript of Nieuwsbrief mei 2009.pdf

Page 1: Nieuwsbrief mei 2009.pdf

Caritas International Cel Vrijwillige Terugkeer

Liefdadigheidstraat 43

1210 Brussel

Anne Dussart: +32 2 2293604

Annelieke Carlier: +32 2 2293586

Thomas Jézéquel: +32 2 2111052

Sofie De Mot: +32 2 2111059

Stéphane Ferdinande: +32 2 2293602

[email protected]

www.caritas-int.be/reintegratie/

Er zijn 358 personen teruggekeerd naar 43 verschillende landen tussen januari en december 2008. Het programma vrijwillige terugkeer en reïntegratie, beheerd door de cel reïntegratie van Caritas International, heeft in 2008 een groeiend succes gekend, geconcretiseerd door een regelmatige verhoging van vertrekken tot in juli.

De ‘terugval’, genoteerd vanaf augustus, wordt verklaard door de te snelle uitputting van het reïntegratiefonds, de dienst verplichtende om haar activiteiten te vertragen. Met de druppelsgewijze vertrekken vanaf september dan, was het fonds uiteindelijk pas uitgeput omstreeks midden november. De aanvragen varieerden in functie van de seizoenen, met een logische afname vanaf begin november en een heropleving vanaf april. Vaak passen de terugkeerders hun vertrek aan volgens de klimatologische omstandigheden, vooral in Nepal, Oekraïne en Mongolië. De meerderheid van de terugkeer wordt ondernomen door alleenstaanden, meestal mannen. Dossiers van families zijn vaak complexer, omdat de vraag naar huisvesting erg belangrijk is en vaak onmogelijk te regelen met de actuele budgetten.

Geografische verdeling

In vergelijking met 2007 blijven de sterke landen q u a a a n t a l terugkeerders dezelfde. We merken weliswaar een stijgend aantal terugkeer naar Georgië en Kosovo op.

Oekraïne blijft een belangrijk land, maar de toegankelijkheid van het programma moet

eventueel herzien worden in 2009 na een evaluatie. De mogelijkheid bestaat ook om enkele cases via het ERSO project te financieren en op die manier de Belgische uitgaven te verminderen.

De beslissing om van Mongolië een structurele partner te maken werd zeker gerechtvaardigd door de praktijk : 30 dossiers in 2008, 45 personen. De projecten zijn divers (gezondhe id , schoo lkos ten , k le ine ondernemingen), en een evaluatiemissie in het begin van de lente 2009 zal nodig zijn om zich rekenschap te geven van het verrichte werk door Caritas Mongolië.

Armenië blijft een belangrijk land voor Caritas België, die reeds lange tijd een partenariaat onderhoudt met Caritas Armenië en een goede reputatie geniet onder de Armeense communiteit in België.

Caritas werkt in verschillende landen volgens een precies systeem. Het komt frequent voor dat een vertrek naar een nieuw land niet wordt gevolgd door andere vertrekken. Maar eenmaal het contact met de lokale partner wordt gelegd, is het gemakkelijk om die te heractiveren wanneer een volgend dossier zich aanbiedt. Op die manier heeft Caritas zijn netwerk uitgebreid in 2008 met een zeker aantal “nieuwe landen” zoals Nigeria, Panama, Peru, Senegal of Ivoorkust.

Het Caritas netwerk is over het algemeen ontvankelijk voor het thema van vrijwillige terugkeer. In de zeldzame landen waar Caritas niet welwillend is of niet in staat is om te werken in deze optiek, doen wij beroep op andere organisaties/NGO’s. Dat is bijvoorbeeld het geval in Togo en Kirghizistan.

104 dossiers werden opgesteld in 2008 door de sociale dienst van Caritas. Deze dienst werkt nu voluit samen met de Cel Reïntegratie en heeft meerdere informatieve sessies ondergaan over verschillende aspecten van het terugkeerprogramma (operationeel, informatief, ERSOproject, partners etc.).

Terugkeer & Reïntegratie N U M M E R 0 6 - m e i 2 0 0 9

Inhoud

Statistische analyse Caritas 2008

Georgische avond rond terugkeer

Complexe terugkeer naar Libanon

Oekraïne, een verrassend land

Vraag en antwoord: Armenië

Statistische analyse Caritas 2008

Land Dossiers

Oekraïne 35

Mongolië 31

Brazilië 24

Armenië 23

Nepal 20

Kosovo 16

Georgië 11

Bosnië 7

Kirghizistan 8

Macedonië 5

Page 2: Nieuwsbrief mei 2009.pdf

2 T E R U G K E E R & R E Ï N T E G R A T I E - N U M M E R 0 6 - m e i 2 0 0 9

Georgische avond rond terugkeer

Op 7 november werd er een infoavond georganiseerd voor de Georgische gemeenschap over het infoproject voor vrijwillige terugkeer. Dit in het kader van de samenwerkingsverbanden tussen Caritas International en verschillende migrantenorganisaties.

Sinds 2008, werken we binnen het “Return Information Project

and Vulnerable Groups” ook samen met verschillende

migrantenorganisaties. Binnen dit Europees informatieproject

werkt Caritas samen met lokale partners in Armenië, Servië,

Georgië en Montenegro, met tot doel om specifieke vragen

rond terugkeer te kunnen beantwoorden. We hebben de

verschillende organisaties, die de gemeenschappen van de

betrokken landen vertegenwoordigen in België, gecontacteerd

omdat we merkten dat het project nog niet echt bekend is bij

de doelgroep en omdat we meer contact willen hebben met

deze groep. Hun visie op de migratieproblematiek en vrijwillige

terugkeer biedt een belangrijke meerwaarde aan het project.

Zij weten natuurlijk beter hoe deze problematiek binnen hun

gemeenschap leeft. Vanuit Caritas zijn er reeds

samenwerkingsverbanden opgestart met twee Armeense en

één Georgische organisatie. Daarnaast hebben we ook

contacten met één Servische organisatie en uitzicht op een

verdere samenwerking.

Het doel is om via verschillende initiatieven het project meer

bekendheid en uitstraling te geven. Elke organisatie zal in

totaal drie verschillende activiteiten naar eigen keuze

organiseren. De verantwoordelijken van de verschillende

organisaties hebben een beter aanvoelen welke activiteiten de

betrokken gemeenschap het meeste aanspreken.

Een voorbeeld van een geslaagde activiteit was de infoavond

die door mevrouw Gulnara, voor de Georgische

gemeenschap, werd georganiseerd. Zij is de verantwoordelijke

van de Georgische organisatie waarmee we samenwerken.

Deze ontmoeting had plaats op 7 november 2008 in

Middelkerke. Op het programma stond de voorstelling van

Caritas International (werking, dienst buitenland, sociale

dienst, etc.), en het doel en de inhoud van het CRI-project. Er

was heel wat volk aanwezig uit Oostende, Kortrijk, Gent,

Middelkerke en zelfs uit het verre Brussel. Zij werden

allemaal rechtstreeks uitgenodigd door mevrouw Gulnara,

die zeer bekend is binnen de gemeenschap en bijgevolg

ook een groot vertrouwen geniet.

Na de presentatie en de veelvuldige vragen, werd de avond

afgesloten met een buffet van typische Georgische hapjes.

Tijdens het eten kon dan ook nog op een meer informele

manier verder gepraat worden. Mevrouw Gulnara had ons

verteld dat deze manier van werken de beste manier is om

iets te presenteren binnen deze gemeenschap. Het nuttige

aan het aangename koppelen. Een volgende, gelijkaardige,

bijeenkomst wordt gepland in de maand maart.

Andere initiatieven die werden genomen zijn de vertaling

van de flyer in de Russische taal, publicatie van het project

op een Armeense website (in de Armeense taal) en een

culturele avond voor de Armeense gemeenschap in Luik.

Het is niet altijd even gemakkelijk om over het thema

“vrijwillige terugkeer” te communiceren. Daarom

benadrukken we steeds dat een eventuele terugkeer naar

het land van herkomst een individuele en vrije keuze blijft.

Het voordeel dat we met migrantenorganisaties werken is

dat de verantwoordelijken ervan ook kunnen optreden als

vertrouwens –en/of tussenpersoon. Op deze manier kan de

drempel om over dit thema te praten enigszins verlaagd

worden. Indien de mensen een vraag hebben kunnen ze

deze rechtstreeks aan hen stellen waarna zij deze aan ons

doorgeven. Wij onderhouden nog steeds de contacten met

onze lokale partners in de betrokken landen.

Sofie De Mot

Page 3: Nieuwsbrief mei 2009.pdf

3 T E R U G K E E R & R E Ï N T E G R A T I E - N U M M E R 0 6 - m e i 2 0 0 9

Complexe terugkeer naar Libanon

De aanvraag van Mahmoud, een Libanese man van 26 jaar oud, komt via het Klein Kasteeltje bij ons terecht. Hij wil zo snel mogelijk vrijwillig terugkeren naar Libanon, naar zijn stad Mazraat Mechref, Zuid-Libanon. Nochtans is hij nog midden in de asielprocedure en heeft hij een kans op een positieve beslissing om in België te mogen blijven. Maar hij heeft informatie gekregen dat zijn politieke probleem van de baan is in Libanon, en zijn besluit staat vast.

Een week later al zit Mahmoud op het vliegtuig. Hij heeft ons

verteld dat hij zelfstandig loodgieter of metaalbewerker wil

zijn, een beroep die hij ook vroeger reeds uitoefende. Zijn

gereedschap had hij echter allemaal verkocht voordat hij naar

België kwam, dus hij wil het budget van 700€ gebruiken om

nieuw materiaal aan te kopen. Hij zal dan ook samen met zijn

familie een werkplaats huren waar hij het gereedschap kan

stockeren.

De terugkeercel van Caritas heeft niet eerder met Libanon

samengewerkt. In de week die we hebben voor het vertrek,

zetten we alles op alles om een goed contact te krijgen met

de plaatselijke Caritas. En gelukkig, zij zijn van goede wil.

Bovendien blijkt er een “Caritas Libanon Migrant Center” te

bestaan, gespecialiseerd in migratie en integratie. We leggen

uit hoe wij werken, wat onze principes zijn en hoe wij

duurzame reïntegratie zien. Caritas Libanon staat klaar om

Mahmoud op te vangen en zijn budget te begeleiden.

Mahmoud is verplicht om van bij het begin bij zijn ouders te

wonen, omdat hij geen inkomen of bezittingen heeft om al

zelfstandig te leven. Hij huwt, en zijn vrouw woont meteen bij

hem en zijn ouders in. Caritas Libanon meldt ons dat

Mahmoud echter moest huwen zonder de toestemming van

de ouders van het meisje. De schoonfamilie heeft het moeilijk

met dit aanvaardingproces, maar dat is een probleem dat

Caritas Libanon moeilijk kan verhelpen. Ook zijn politieke

problemen zijn niet volledig opgelost.

Gelukkig blijkt Caritas

Libanon een degelijke,

maar ook strenge

begeleiding te voorzien.

Mahmoud wacht twee

weken om Caritas te

contacteren, hij moet

eerst zijn familie gaan

opzoeken. Vanaf dan

probeert Caritas Libanon

afspraken te maken met

hem, maar Mahmoud

stelt die geregeld uit.

Caritas Libanon luistert

al telefonisch naar zijn noden, maar wil de man toch thuis

bezoeken om de situatie beter te kunnen inschatten.

Wanneer er een bezoek kan plaatsvinden, legt Caritas

Libanon ook uit dat het geld niet cash wordt overgemaakt,

maar dat er wel documenten nodig zijn die zijn uitgaven

bewijzen. Ze spreken herhaaldelijk met hem over wat hij nu

exact wil doen. Mahmoud heeft moeite om zijn plannen te

specificeren, en ook de prijzen van het materiaal zijn

ondertussen verhoogd. Uiteindelijk, 3 maanden later, kan

Mahmoud een precieze factuur voorleggen van zijn uitgaven,

en wordt het geld op zijn rekening overgeschreven.

Het verhaal van Mahmoud is een vrij recente

terugkeersituatie en wij hopen dat hij zijn weg vindt. Hij heeft

het materiaal en de werkervaring op zak, nu kan hij zelf van

start gaan en voor een inkomen zorgen. Caritas kan een

budget voorzien en goede begeleiding ter plaatse;

desalniettemin zijn daarnaast de goede wil en inzet van de

terugkeerder van minstens even groot belang.

Caritas Libanon begeleidde ondertussen ook in andere

dossiers, zoals een jonge vrouw die met haar dochtertje

terugkeerde. Deze vrouw had geen degelijk onderdak en

Caritas Libanon steunde haar in de constructie van het dak

en de vloer. De vrouw is enorm dankbaar voor de geboden

hulp en vertelt ons dat Caritas haar het nodige duwtje in de

rug gaf om haar huis bewoonbaar te maken en zelfstandig te

kunnen wonen. Ondertussen studeert zij als

kinderverzorgster.

We krijgen op regelmatige basis informatie en rapporten over

de verschillende terugkeerders en hun huidige situatie, wat

voor ons een betrouwbare samenwerking waarborgt met

Caritas Libanon. Het is deze werkwijze van praktische

ervaringen, en in een later stadium evaluaties ter plaatse, die

ons wijzer maakt en ons voorziet van een groeiend netwerk

van degelijke organisaties, klaar om onze vaak ‘zoekende’ terugkeerders op te vangen en te begeleiden.

Annelieke Carlier

© Caritas Libanon

Page 4: Nieuwsbrief mei 2009.pdf

4 T E R U G K E E R & R E Ï N T E G R A T I E - N U M M E R 0 6 - m e i 2 0 0 9

Oekraïne, een verrassend land.

In het kader van ERSO (European Reintegration Support Organisations) heeft Sabine Luppens, sociaal assistente, deelgenomen aan een conferentie in Lvov, in het zuid-westen van Oekraïne. Hieronder geeft ze haar indrukken weer van dit bezoek.

“In Kiev, had ik eerst de gelegenheid om diverse activiteiten en projecten van onze lokale partner, Caritas Kiev, te bezoeken. Caritas Kiev heeft ondermeer een project lopende waarbij er, bij oudere mensen, dagelijks huis aan huis bezoeken worden gedaan. Tijdens deze bezoeken worden er maaltijden verdeeld en medische verzorging gegeven. Binnen een ander project staat onze partner in voor de medische opvolging van personen die besmet zijn met het HIV-virus. Verder voorziet Caritas Duitsland de financiering van een programma voor straatkinderen. Binnen dit project worden maximaal 25 jongeren opgevangen voor een periode van maximaal drie jaar. In lokalen, die ter beschikking worden gesteld door onze partner, kunnen de kinderen eten, douchen, spelen en voor zij die willen is er ook toegang tot het onderwijs mogelijk.

Na het bezoek aan de projecten zijn Yana, de psycholoog van Caritas Kiev en ik, doorgereisd naar Lvov waar we hebben deelgenomen aan een conferentie. Op deze conferentie waren ongeveer een 60-tal, voornamelijk Oekraïense organisaties en sociale diensten aanwezig. Daarnaast waren er ook sprekers uit landen als Oostenrijk en de Verenigde Staten. Het doel was om de Europese sociale diensten zoveel mogelijk te informeren over de mogelijkheden van hulp aan migranten die na een lang en/of moeilijk verblijf in een Westers land, terugkeren naar Oekraïne. Ikzelf vertegenwoordigde Caritas Belgium en heb een presentatie gegeven over de organisaties die in België

betrokken zijn bij vrijwillige terugkeer en reïntegratie, en ook over de manier waarop de sociale diensten en de cel terugkeer van Caritas samenwerken.

Gedurende de twee dagen van de conferentie waren er zeer interessante en vruchtbare uitwisselingen. We konden op deze manier ook het vele werk dat reeds in Oekraïne is gebeurd ontdekken. Verscheidene organisaties hebben er dan ook hun activiteiten voor potentiële terugkeerders voorgesteld. Ik was dan ook erg verrast te zien dat er een indrukwekkend aantal organisaties en sociale diensten werken in dienst van de migranten in de Oekraïne! En ook niet te vergeten de zeer actieve sociale rol van de diakens en priesters binnen deze thematiek. Oekraïne investeert

enorm in hulp aan migranten en dit zowel op het materiële, financiële, sociale als psychologische vlak.

Tijdens stages of conferenties, zoals deze, staan de Oekraïense NGO’s open voor de interculturele dialoog en het delen van hun kennis en expertise. Via deze weg willen ze een nieuwe manier van samenwerking opzetten tussen de Westerse landen en de betrokken Oekraïense diensten en overheid.”

Sabine Luppens

Yana, de psycholoog die bij terugkeer de mensen ontvangt op de luchthaven van Kiev.

Vraag & antwoord

In elke nieuwsbrief publiceren we een vraag, die we ontvingen in verband met terugkeer en reïntegratie en geven we er een antwoord op.

Eind 2008 wenst een jongeman terug te keren naar zijn vader-land, Armenië. Maar hij maakt zich zorgen over zijn toekomst en de mogelijkheden om werk te vinden. Hier een kort overzicht van zijn vragen:

1. Welke mogelijkheden zijn er hier (in Nederland) of in Armenie om Armeens te leren schrijven en lezen. En welke beroepsopleidingsmogelijkheden zijn er in Armenie die in het verlengde liggen van zijn kunnen? De jongen spreekt de taal wel maar schrijft deze niet en kan ook niet Armeens lezen. Hij kent alleen de hoofstad Jerevan bij naam en verder is terugkeer naar Armenie een groot vraagteken.

Hij kan Armeens leren in de training centers en de prijs voor een uur individuele training is ongeveer 3500-4000 AMD, wat ongeveer EUR 10 is (Information is provided by Training Center “France-Formation International”, Yerevan) of privélessen nemen met schoolleraars wat een stuk goedkoper zal zijn.

2. Wat is de sociale positie van een Koerd in Armenië?

In Armenia zijn er Koerd-muslims en Koerd-yezidies. Hun sociale positie is gelijk. De meeste Koerden leven in de dorpen in Armenië. Ze zijn vaak betrokken bij landbouw en hebben op die manier een inkomen. Hun sociale situatie is proportioneel gezien vaak beter dan van zij die in steden leven, want daar hebben ze wel problemen met werk te vinden. Ze bekleden over

het algemeen geen hoge posities bij de regering of in het sociale verenigingsleven. Hun socio-economische gesteldheid is niet anders als die van andere Armeniërs.

3. Zijn er speciale organisaties die mensen kunnen helpen om een huis of woonplaats te vinden?

The existing specialized organizations /institutions can assist people to purchase or rent houses (to rent a house is very ex-pensive in Yerevan), but not for free. If he has no house he is advised to find a living with the relatives for the first period until he finds a job or other opportunity.

4. Zijn droom is om een eigen garage te starten. Hij heeft weinig professionele training, maar is zeer goed in schilderen en constructie. Hij heeft wel een training van 9 maanden gedaan in mechanica (voor auto’s) Zijn er mogelijkheden voor training in Yerevan?

Er is een grote vraag naar goede bouwarbeiders, vooral in Yerevan. Het zal dus niet moeilijk zijn om werk te vinden in deze sector en een goede motivatie en goed geleverd werk zijn meer waard dan een diploma. Er zijn speciale technische colleges waar hij de mechaniekspecialisaties onder de knie krijgt in 2 tot 3 jaar. Maar in de meeste gevallen kan hij gemakkelijk een stage doen in verschillende garages en zo het métier leren.

Answered by: Varsine Miskaryan(Mission Armenia) and Ti-granuhi Tarakhchyan (Armenian Caritas). Interview with Mr. Knyaz Hasanov, Chairman of the Board of Armenian Kurdish Community.