Nieuwsbrief Brussel

32
De recente gebeurtenissen in Tunesië, Egypte, Libië en andere Arabische landen tonen ons hoe hevig de bevolking daar verlangt naar democratie en de respectering van de mensenrechten. Heel gedreven zetten zij soms zelfs hun leven op het spel om dictaturen omver te werpen. Dat is bewonderens- waardig en zet ons aan om de nieuwe democratieën te ondersteunen. In Europa is het ijzeren gordijn iets meer dan 20 jaar geleden gevallen en de democratieën in Oost-Europa zijn dus nog jonge democratieën die soms nog geconsolideerd moeten worden. In West-Europa zijn democratie en mensenrechten al veel langer realiteit. De vrijheden waren historisch gezien eerst gemeentelijke vrijheden met charters die steden ontvingen (charter van de blijde inkomst, …) aan het einde van de middeleeuwen. Wil dat zeggen dat er in onze landen geen vooruitgang meer mogelijk is ? Neen, integendeel. Wij moeten inspanningen blijven leveren om iedere vorm van vrijheidsonderdrukking, discriminatie en segregatie te bestrijden, zodat iedereen een menswaardig leven kan leiden. Naast de politieke rechten en de fundamentele vrijheden bestaan er ook economische, sociale en milieugebonden vrij- heden. De lokale besturen – in België zijn dat gemeenten en OCMW's – spelen een belangrijke rol in de verwezenlijking van die rechten. Het vertrouwen in de politiek staat momenteel op een zeer laag pitje. De zware regeringscrisis is daar niet vreemd aan. De versnippering van de macht, waardoor burgers niet meer weten wie welke beslissingen neemt, is ook kwalijk voor de democratie. In die context blijft de gemeente een kern van stabiliteit en nabijheid voor de burger. De Raad van Europa (47 Europese landen, met inbegrip van Rusland en Turkije) koos als thema voor de volgende Europese Week van de Lokale Democratie in oktober 2011 “De rechten van de mens en de lokale besturen”. Een ideale gelegenheid om de schijnwerpers te richten op de rol van de lokale besturen in de bevordering van de mensenrechten en de democratie via participatieve democratie, sociale integratie, toegang tot cultuur voor iedereen, vorming, sport, gezondheid, … Democratie is in de eerste plaats een ingesteldheid,” schreef Pierre Mendes-France. Laten we gebruik maken van de Europese Week van de Lokale Democratie om die ingesteldheid te cultiveren. Democratie en mensenrechten EDITO Marc Cools Voorzitter van de VSGB INHOUDSTAFEL Rehabilitatie van leegstaande verdiepingen boven handels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7 Gemeentefinanciën : hoe gaat het met onze OCMW’s ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14 Project Columbus structureert human resources . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18 Human resources in het OCMW : aanbevelingen van maatschappelijk werkers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21 Discretieverplichting of beroepsgeheim voor mandatarissen ? . . . . . . . . . . . . . . . .23 Wetgeving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28 pagina DE VERENIGING IN ACTIE De periode waarvan we hier verslag uitbrengen, loopt van 11 december tot 1 maart. Sommige activiteiten hadden te lijden onder het kerstreces, maar meer nog onder het gebrek aan een federale regering, waardoor het minder relevant is om op dat niveau acties te ondernemen. Er zijn evenwel dringende zaken die niet mochten blijven liggen … Gemeenschapswachten Zo heeft de Vereniging op 21 december een brief geschreven naar minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom, met de conclusies van de rondetafel die op 25 november gewijd werd aan de gemeenschapswachten. Er werd gewezen op het onzekere statuut, waardoor ze niet doeltreffend kunnen werken (de wet van 15 mei 2007 gaat immers enkel in op hun functie). Het werk van de gemeenschapswachten houdt soms gevaren in, terwijl zij niet beschikken over speciale aansprakelijkheidsstelsels zoals politieagenten. Zij klagen dat hun werk onvoldoende erkenning krijgt. Vervolgens werd in de brief de relatie met de politie aangekaart, want zij moeten vaak samenwerken. De feiten waarvoor gemeenschapswachten moeten optreden, zijn vaak verbonden met feiten waarvoor de politie moet interveniëren, maar hun rol wordt niet altijd goed begrepen door alle politieagenten. Dat is blijkbaar toe te schrijven aan het feit dat er in de politieopleiding weinig ingegaan wordt op de relatie tussen politie en gemeenschapswacht. Er zou meer aandacht geschonken moeten worden aan dit probleem en ook aan de preventietaken in het algemeen. Ver. Uitg. MarcThoulen - Nr 7317 Nr 2011/ 01 - februari / maart 2011

description

tijdschrift van de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Transcript of Nieuwsbrief Brussel

De recente gebeurtenissen in Tunesië, Egypte, Libië en andereArabische landen tonen ons hoe hevig de bevolking daarverlangt naar democratie en de respectering van demensenrechten. Heel gedreven zetten zij soms zelfs hun leven ophet spel om dictaturen omver te werpen. Dat is bewonderens-waardig en zet ons aan om de nieuwe democratieën teondersteunen. In Europa is het ijzeren gordijn iets meer dan 20 jaar geleden gevallen en de democratieën in Oost-Europazijn dus nog jonge democratieën die soms nog geconsolideerdmoeten worden.

In West-Europa zijn democratie en mensenrechten al veellanger realiteit. De vrijheden waren historisch gezien eerstgemeentelijke vrijheden met charters die steden ontvingen(charter van de blijde inkomst, …) aan het einde van demiddeleeuwen. Wil dat zeggen dat er in onze landen geenvooruitgang meer mogelijk is ? Neen, integendeel. Wij moeteninspanningen blijven leveren om iedere vorm vanvrijheidsonderdrukking, discriminatie en segregatie tebestrijden, zodat iedereen een menswaardig leven kan leiden.

Naast de politieke rechten en de fundamentele vrijhedenbestaan er ook economische, sociale en milieugebonden vrij-heden. De lokale besturen – in België zijn dat gemeenten enOCMW's – spelen een belangrijke rol in de verwezenlijkingvan die rechten.

Het vertrouwen in de politiek staat momenteel op een zeer laagpitje. De zware regeringscrisis is daar niet vreemd aan. Deversnippering van de macht, waardoor burgers niet meer wetenwie welke beslissingen neemt, is ook kwalijk voor dedemocratie. In die context blijft de gemeente een kern vanstabiliteit en nabijheid voor de burger.

De Raad van Europa (47 Europese landen, met inbegrip vanRusland en Turkije) koos als thema voor de volgende EuropeseWeek van de Lokale Democratie in oktober 2011 “De rechtenvan de mens en de lokale besturen”. Een ideale gelegenheid omde schijnwerpers te richten op de rol van de lokale besturen inde bevordering van de mensenrechten en de democratie viaparticipatieve democratie, sociale integratie, toegang totcultuur voor iedereen, vorming, sport, gezondheid, …

“Democratie is in de eerste plaats een ingesteldheid,”schreef Pierre Mendes-France. Laten we gebruik maken van de Europese Week van de Lokale Democratie om dieingesteldheid te cultiveren.

Democratie en mensenrechten

ED

ITO

Marc CoolsVoorzitter van de VSGB

INHOUDSTAFEL

Rehabilitatie van leegstaande verdiepingen boven handels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .7Gemeentefinanciën : hoe gaat het met onze OCMW’s ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14Project Columbus structureert human resources . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18Human resources in het OCMW : aanbevelingen van maatschappelijk werkers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21Discretieverplichting of beroepsgeheim voor mandatarissen ? . . . . . . . . . . . . . . . .23Wetgeving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28

pagina

DE VERENIGING IN ACTIE

De periode waarvan we hier verslag uitbrengen, loopt van 11 december tot 1 maart. Sommige activiteiten hadden te lijdenonder het kerstreces, maar meer nog onder het gebrek aan eenfederale regering, waardoor het minder relevant is om op datniveau acties te ondernemen. Er zijn evenwel dringende zaken dieniet mochten blijven liggen …

Gemeenschapswachten

Zo heeft de Vereniging op 21 december een brief geschreven naarminister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom, metde conclusies van de rondetafel die op 25 november gewijd werdaan de gemeenschapswachten. Er werd gewezen op het onzekerestatuut, waardoor ze niet doeltreffend kunnen werken (de wetvan 15 mei 2007 gaat immers enkel in op hun functie). Het werkvan de gemeenschapswachten houdt soms gevaren in, terwijl zijniet beschikken over speciale aansprakelijkheidsstelsels zoalspolitieagenten. Zij klagen dat hun werk onvoldoende erkenningkrijgt.

Vervolgens werd in de brief de relatie met de politie aangekaart,want zij moeten vaak samenwerken. De feiten waarvoorgemeenschapswachten moeten optreden, zijn vaak verbondenmet feiten waarvoor de politie moet interveniëren, maar hun rolwordt niet altijd goed begrepen door alle politieagenten. Dat isblijkbaar toe te schrijven aan het feit dat er in de politieopleidingweinig ingegaan wordt op de relatie tussen politie engemeenschapswacht. Er zou meer aandacht geschonken moetenworden aan dit probleem en ook aan de preventietaken in het algemeen.

Ver.

Uitg.

Mar

cTho

ulen

-Nr7

317

Nr 2011/01 - februari /maart 2011

2 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Wat de financiering betreft, merkt de Vereniging op datdeze niet altijd gewaarborgd is en dat bepaalde elementenniet in aanmerking genomen worden. Zo zijn de uniformenten laste van de gemeenten, net zoals de aanwervingen opniveau B. Hetzelfde geldt voor de kosten van de opleiding,wat nochtans een wettelijke verplichting is. De strategischeveiligheids- en preventieplannen, die aanvankelijk voor eenduur van 4 jaar in het leven geroepen waren, zullen maar tot30 juni verlengd worden. De stabiliteit van deze plannen opmiddellange termijn is noodzakelijk als men wil dat er eenintegraal en geïntegreerd lokaal preventiebeleid gevoerd kanworden. Het feit dat de subsidies noch gewaarborgd nochuniform zijn, versterkt overigens de onzekerheid van hetstatuut en maakt dat er vaak geopteerd wordt voorcontracten van korte duur.

Tot slot moeten alle gemeenschapswachten, ook degene diereeds in dienst zijn, voortaan een vorming volgen, wat zowelessentieel als verplicht is. De - vrij hoge - kostprijs van dieopleiding mag echter niet op de gemeenten afgewenteldworden.

De minister heeft nog niet op de brief gereageerd, maar deVereniging wijst wel op de inspanningen die het Gewest inde tussentijd geleverd heeft om via de GSOB de vormingvan de gemeenschapswachten te waarborgen en definanciering van de strategische preventie- en veiligheids-plannen veilig te stellen.

Copernicuspremie voor politie

Naar aanleiding van een vordering van Sypol tegen de Staatmet het oog op de betaling van de Copernicuspremie voorde politieagenten had minister van Binnenlandse ZakenAnnemie Turtelboom – een beetje overhaast volgens ons –verklaard dat de zones de premie en de achterstal moestenbetalen. Wij hadden een brief geschreven naar de ministerom haar aan te sporen in beroep te gaan, zonder anderedagvaardingen af te wachten, met een argumentering voorhaar standpunt.

Terwijl het vonnis toen nog niet door de eisende partijbetekend was, had de minister de vakbonden geïnformeerddat ze in voorkomend geval beroep zou aantekenen. Zijstelde ook dat de lopende zaken haar de vrijheid niet latenom te beslissen onmiddellijk 400 miljoen euro te betalen(een zesde van het totale budget van de federale politie) enzij besluit haar antwoord met: “Wij kunnen jammer genoeggeen bankbriefjes drukken”. De politiezones en degemeenten kunnen dat nog minder en daarom heeft deVereniging zich voluit op dit dossier toegelegd.

Sindsdien zijn er nog meer dagvaardingen gekomen, zowelvoor de federale overheid als de meeste politiezones.Daardoor heeft de minister van Binnenlandse Zakenuiteindelijk – vrij laat, volgens ons - beslist beroep aan tetekenen tegen het eerste vonnis. Dat beroep zal minstenseen opschortend effect hebben, wat welkom zal zijn geziende grote geldsommen die op het spel staan. De Vereniging

denkt dat de slaagkansen van het beroep reëel zijn, maar dateen meer diligent initiatief heel wat schade had kunnenvoorkomen.

De minister heeft overleg met de verenigingen vangemeenten gevraagd. Voorlopig raadt de Vereniging depolitiezones aan de beslissingen van het eerste vonnis nietzomaar uit te voeren.

Pensioenen van het gemeentepersoneel

Op 21 december 2010 stuurde onze Vereniging een briefnaar minister van Pensioenen Michel Daerden met devoornaamste bekommernissen van de Brusselse gemeentenen OCMW’s omtrent de pensioenen van hetgemeentepersoneel. Zij vestigde de aandacht op enkelebelangrijke punten, met name met betrekking tot de eerstepijler, die van het wettelijk pensioen. Zij wees erop dat ermechanismen uitgewerkt moeten worden voorresponsabilisering in het kader van het systeem vanveralgemeende aansluiting bij de RSZ-PPO, zonder tepleiten voor de verplichting ervan. Ze pleitte tevens voor hetbehoud van het egalisatiefonds in zijn huidige vorm, voor devermindering van de verschillen in bijdrage tussen deverschillende pools en voor een billijke behandeling voorgemeenten van de politiepensioenen. Tot slot betreurde zedat het technisch comité “pensioenen” zijn werkzaamhedenniet heeft kunnen voortzetten om de modaliteiten van eenresponsabiliseringsmechanisme uit te werken. Wat betreftde tweede pijler voor contractuelen, heeft de Verenigingerop aangedrongen dat de gemeenten de volledige beslissinghouden om al dan niet bij een dergelijk systeem aan tesluiten.

In zijn antwoord van 14 januari 2011 brengt ministerDaerden begrip op voor de bekommernissen van onzeVereniging en het initiatief van de Vereniging lijkt nietzonder effect.

Zo heeft de ministerraad van 3 februari een ontwerp van KBgoedgekeurd tot aanzuivering van de tekorten 2008 en 2009van pool 2 via het gedeeltelijk gebruik van hetegalisatiefonds, dat ook de mogelijkheid biedt de tekorten2010 en 2011 van dezelfde pool met behulp van anderereserves aan te zuiveren.

Toch wordt het huidige financieringssysteem van depensioenen kwetsbaar en moet er absoluut een nieuwsysteem uitgewerkt worden voor 1 januari 2012. Zo nietzouden de bijdragen ondraaglijk worden voor degemeenten. Daarom werd er beslist het technisch comité“pensioenen” in de RSZPPO te heractiveren en vond deeerste vergadering reeds plaats op 28 februari: devertegenwoordigers van gemeenten en vakbonden werktener voort op basis van wat reeds bereikt was en hebben eenreeks open hypotheses uitgewerkt zodat de RSZPPO denodige simulaties zou kunnen doen waarvan de resultatenop 16 maart geanalyseerd en vergeleken zullen worden.

DE VERENIGING IN ACTIE

N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1 33

Staatsveiligheid

Eind vorig jaar hadden alle gemeenten en OCMW’s eenuitnodiging gekregen voor een colloquium “de staats-veiligheid begint bij een sterk lokaal bestuur” op 3 december in Brussel, georganiseerd door Politeia opverzoek van het ministerie van Justitie. Het doel was debesturen op de hoogte te brengen van het feit dat ze sinds 1 september verplicht zijn informatie door te geven aan destaatsveiligheid. Zo niet kunnen ze sancties oplopen. Op deuitnodiging ontbrak echter het belangrijke detail dat dezebeschikkingen enkel van toepassing zijn als destaatsveiligheid ernaar vraagt.

Naast het feit dat de uitnodiging voor het colloquium eenvervormde illusie gaf van de rol van de lokale besturen in hetkader van de wet van 30 november 1998 houdende regelingvan de inlichtingen- en veiligheidsdienst, betreurt onzeVereniging dat de federale overheid de communicatieorganiseert over de nieuwe wettelijke of reglementairebepalingen aan de hand van betalende vormingen diegeorganiseerd worden door een structuur met commerciëledoeleinden, zonder controle over de exactheid van deinformatie die er verspreid wordt.

Op 23 januari heeft de Vereniging deze opmerkingendoorgegeven aan minister van Justitie Stefaan De Clerck.Ze heeft er ook gereageerd op de uiteenzettingen in deKamer van Volksvertegenwoordigers, volgens dewelke deagenda opgesteld zou zijn samen met de verenigingen vansteden en gemeenten en de publicaties zouden verschijnenin hun respectieve magazines, waarbij ontkend werd dat deVereniging ooit uitgenodigd zou zijn op overlegdaaromtrent.

Zij besloot dat ze open staat voor dialoog om te vermijdendat zich in de toekomst nog een dergelijk incident zouvoordoen. Zonder dat het binnen haar middelen ofmandaat ligt om de informatieverspreiding over te nemenvan de verantwoordelijke administratie, is ze steeds bereidom de communicatie door het ministerie te ondersteunen.Een artikel in dit nummer komt overigens op dezeproblematiek terug.

Lawaai en trillingen veroorzaakt door werken

Met een brief van 8 februari heeft de Vereniging geantwoordop een vraag om advies betreffende een voorontwerp vanbesluit betreffende de strijd tegen lawaai en trillingen

veroorzaakt door werken. De Verenigingheeft ervoor gepleit de gemeenten te latenbeslissen over de uitzonderingen betreffendewerken aan gemeentewegen, met het oog opeen betere coördinatie met de ordonnantiebetreffende werken aan de weg, en tot slot degemeentebevoegdheden inzake algemenebestuurlijke politie te vrijwaren. Hetvoorontwerp van besluit dat opgesteld werd

door Leefmilieu Brussel, vult de milieuwetgeving aan ophet vlak van lawaai. Het is van toepassing op alle werkenwaarvoor een stedenbouwkundige of een milieuvergunningvereist is, al dan niet op de weg.

Veiligheid, salubriteit en uitrusting vanwoningen

Op 23 februari heeft de Vereniging een verzoek om adviesbehandeld betreffende de Brusselse normen inzakeveiligheid, salubriteit en uitrusting van de woningen,vanwege het kabinet van staatssecretaris voor huisvestingChristos Doulkeridis. In het kader van de voorbereidingvan de herziening van de regelgeving wou deze immers desuggesties om aanpassing bundelen vanwege deverenigingen van eigenaars en huurders, de gewestelijkehuisvestingsinspectie en de gemeenten. De Vereniging heeftgepleit voor de invoering van een mechanisme dat deterugbetaling vergemakkelijkt van de kosten die degemeente doet bij de wederhuisvesting van huurders die eenwoning moeten verlaten, en voor een betere coördinatievoor het opsporen van stedenbouwkundige overtredingenbij het opdelen van panden in verschillende wooneenhedendoor een betere link tussen de Huisvestingscode en destedenbouwkundige bepalingen. Zij heeft ook onderstreeptdat de voorrang veeleer moet gaan naar de versterking vande middelen voor het toezicht op de toepassing van denormen dan naar de uitbreiding ervan.

Afdeling OCMW

Op 21 december heeft de Vereniging aangeklaagd dat deBrusselse gemeenten en OCMW’s het leeuwendeel van delasten moeten dragen (dringende opvang, financiëletenlasteneming, werkdruk, …) van de vele asielzoekers diegeen opvangplaats kregen via Fedasil, in het bijzonder in dewinter. Het Brussels Gewest krijgt immers veel aanvragendoor de aanwezigheid van asielinstanties op zijngrondgebied. In een brief aan staatssecretaris voormaatschappelijke integratie en armoedebestrijdingPhilippe Courard werd de activering gevraagd van eenspreidingsplan van de asielzoekers die niet opgevangenworden door Fedasil op nationaal niveau, een mogelijkheiddie overigens specifiek in de opvangwet ingevoegd is door dewetgever.

In die brief bevestigde de Vereniging dat de opvang vanasielzoekers een zuiver federale bevoegdheid is en dat zij hethoog tijd vindt dat er solidariteit tot stand komt op hetniveau van het hele land in het kader van de asielcrisis. Dievraag deed uiteraard niets af aan de wijziging van de wet van2 april 1965 die voor de bepaling van de territorialebevoegdheid de inschrijving van asielzoekers bij de DVZ ofhet CGVS zonder uitwerking maakt, en die het OCMWvan de stad Brussel, zolang er geen spreidingsplan is, ontlastomdat zij wegens de verzadiging van het opvangnet veelasielzoekers binnenkrijgen.

DE VERENIGING IN ACTIE

4 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

DE VERENIGING IN ACTIE

Intussen werd de wet van 2 april 1965 gewijzigd en werdener nieuwe opvangmogelijkheden gecreëerd, waardoor dedringende nood wel gelenigd is maar de kwestie van hetspreidingsplan eigenlijk niet vooruitgegaan is.

Op 3 december jl. hadden de Federaties van OCMW’s eenbrief geschreven naar minister van klimaat en energiePaul Magnette, betreffende de automatische toepassing vande maximumprijzen voor gas en elektriciteit in het kadervan het sociaal tarief. Voor de begunstigden die dit tariefniet automatisch verkregen en daardoor financiële enadministratieve moeilijkheden ondervinden, hebben deOCMW's aan de minister gevraagd dat de door deOCMW’s opgestelde attesten door alle partners aanvaardzouden worden, zowel voor wat de energieleveranciersbetreft als de CREG, en dat de procedures en de periodeswaarin het recht geldt verduidelijkt zouden worden. Detoegang tot informatie over het dossier “sociaal tarief ” vande OCMW-gebruikers via de Kruispuntbank van de SocialeZekerheid zou het werk van de OCMW’s voor hundoelpubliek ook vergemakkelijken.

De minister heeft op 26 januari geantwoord dat na overlegmet de vertegenwoordigers van de sociale organisaties enbesturen die bij het project betrokken zijn, de vraag van hetin aanmerking nemen van de OCMW-attestengoedgekeurd was. De CREG heeft het voorgestelde modelaanvaard en ter informatie gestuurd naar de gas- enelektriciteitsleveranciers gestuurd. Hij preciseert dat hetsysteem van automatisering van het sociaal tarief in zijndefinitieve fase gekomen is en dat steeds meer gezinnentoegang hebben tot dit recht. Aangaande de vraag omduidelijke informatie over de procedures zal er per trimestereen communicatieplatform met de leveranciersgeorganiseerd worden, wat de communicatie tussen departijen en ten aanzien van de burgers kan verbeteren. Watde toegang tot informatie via de Kruispuntbank tot slotbetreft, stelt de minister voor een werkgroep samen testellen om een vraag tot algemene habilitering voor tebereiden die aan de commissie voor de private levenssfeergericht moet worden.

Ondanks moeilijke onderhandelingen krijgen de BrusselseOCMW’s 24 % van de plaatsen “fiscale maribel” in 2011toegewezen, zijnde 90,5 VTE verdeeld onder de 19 OCMW’s op een totaal van 375 VTE voor de driegewesten. Het totaal aantal plaatsen in de sociale en fiscalemaribel is lager dan in 2010, omdat het beheerscomité vande RSZPPO beslist heeft de maximumbedragen op tetrekken. Concreet betekent dit dat het maximumbedrag vande maribel, dat 27.160,56 euro bedroeg in 2010 voor decontractuelen van de algemene sector RSZPPO stijgt tot28.489,56 euro, wat in totaal neerkomt op 447 VTE voormaribel (sociaal en fiscaal samen), waarvan 375 te verdelenvia de fiscale maribel. Ter herinnering : de simulaties vanverdeling onder de drie gewesten hielden rekening met

verschillende criteria : LL en ELL, bevolkingscijfer enmedische bijstand. De niet-gebruikte bestemmingen pergewest worden verdeeld in het betrokken gewest.

Goed nieuws voor de diensten voor thuishulp van deGemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Op 13 januari jl. werd de Afdeling OCMW uitgenodigd op eenoverlegvergadering georganiseerd door de kabinetten van deministers Brigitte Grouwels en Evelyne Huytebroeck, inaanwezigheid van vertegenwoordigers van de sector, inverband met de tewerkstelling en de subsidiëring van dediensten voor thuishulp door de GemeenschappelijkeGemeenschapscommissie. Na de vergadering hebben debetrokken ministers beslist – dit werd meegedeeld in eenbrief van 9 februari – dat de werkuren van gezins-,huishoud- en bejaardenhelpers die een Activa-arbeidsovereenkomst hebben, in aanmerking genomenworden voor de subsidiëring vanaf 1 januari. Hetzelfdegeldt voor de prestaties van gezins-, huishoud- enbejaardenhelpers onder Gesco-contract (het bedrag van deGesco-tussenkomst wordt weliswaar van de subsidieafgetrokken). Wij stippen aan dat de werkuren van artikel60'ers en sociale maribel niet meegerekend mogen wordenvoor de subsidiëring van de GemeenschappelijkeGemeenschapscommissie.

In 2006 keurde de Europese Unie de richtlijn goedbetreffende de diensten in de interne markt. Diedienstenrichtlijn heeft al veel inkt doen vloeien toen ze nogBolkestein heette, en roept nog veel vragen op in verbandmet de gevolgen van de toepassing: wat zijn de grenzen vaneen sociale dienst van algemeen belang (SDAB), een dienstvan algemeen niet-economisch belang (DANEB) en eendienst van algemeen economisch belang (DAEB) ? Welkeimpact zal deze richtlijn hebben op sociaal vlak en voor onzeOCMW’s? Hoewel de OCMW's voor hun basisdienstenbuiten het toepassingsgebied van de richtlijn vallen, zoudenze aan de richtlijn onderworpen kunnen worden voorandere diensten die ze aanbieden en waarvan beschouwdwordt dat ze tot de economische sector behoren.

Deze sociale thematiek heeft duidelijk een impact op dewerking van de OCMW’s. Het onderwerp werd als themagekozen van de Algemene Vergadering van de AfdelingOCMW omdat er nog te veel onduidelijk heerst: wat houdtde dienstenrichtlijn in ? Wat zijn die diensten van algemeenbelang precies ? Wat is de precieze definitie en wat zijn dewettelijke regels ?

De vergadering vond plaats op 24 februari, in het Huis vande Internationale Verenigingen, onder de titel “De socialediensten van algemeen belang”. Na de voorstelling van hetjaarverslag 2010 van de Afdeling OCMW door voorzitterMichel Colson verdeelden drie sprekers het werk onderelkaar. De heer Christiaan Van Sumere, adviseur bij deVSGB, schetste de contouren van de richtlijn en de impact

5N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

DE VERENIGING IN ACTIE

ervan op de OCMW’s. Mevrouw Tina Martens, OCMW-secretaris te Sint-Jans-Molenbeek, belichtte het probleemvan de richtlijn en de moeilijkheden voor de OCMW’s.Mevrouw Concetta Cultrera tot slot, hoofd van de sectorvan de sociale diensten van de Europese Commissie,trachtte verduidelijking te brengen omtrent de socialediensten van algemeen belang in het licht van de Europesewetgeving maar ook in het kader van de overheidssteun.Aansluitend vond een debat plaats met de aanwezigen, dieaanhangers zijn van het principe dat het sociale op zichwaarde heeft en niet enkel bestaat als aanhangsel

van economische belangen.Over dit thema kan echternog lang voortgepraat wor-den. Er kan nog veel infor-matie uitgewisseld wordenover de toepassing van dezematerie in de OCMW's.Daarom zou het goed zijneen werkgroep op te richten.

Duurzame ontwikkeling

In samenwerking met de VSGB en Leefmilieu Brussel heeftde Stichting voor de Toekomstige Generaties een kortfilmgemaakt waarin de spots gericht worden op het verrichtewerk en de eerste tastbare resultaten van de projectoproepAgenda Iris 21. Op de website van de Vereniging ontdektu meer over de manier waarop de overheidsinstellingen hunmethodes vernieuwen en acties ondernemen dieeconomische en sociale aspecten en milieuzorg harmonieuscombineren.

Op 20 en 21 januari ging het Forum voor duurzameontwikkeling naar Milaan voor de jaarlijkse rondetafel vanhet Europees project Informed Cities. Een twintigtalafgevaardigden uit Zwitserland, Duitsland, Servië,Roemenië, Tsjechië, Finland, Italië en Estland wisselden erervaringen en goede praktijkvoorbeelden uit rond de LokaleAgenda 21. De Vereniging heeft er de bovenvermelde filmrond de projectoproep Agenda Iris 21 vertoond.

Op 10 februari heeft een veertigtal deelnemers eenworkshop bijgewoond “evaluatie in een proces LokaleAgenda 21”. De spots werden er gericht op goedepraktijkvoorbeelden, hulpmiddelen en er werdenantwoorden gezocht op enkele belangrijke vragen rond deevaluatie van duurzame acties: waarom, wat, wanneer en

hoe kunnen we een project omtrentduurzame ontwikkeling evalueren ?

Wij wijzen er tevens op dat het dertiendenummer van de Monitor van de Duur-zame Ontwikkeling op 22 februarionline ging : deze editie gaat ondermeer in op de werkzaamheden van de eco-constructie facilitator in het BrusselsGewest.

Op 24 februari stelden de Vereniging het initiatief SlowCity voor, in samenwerking met de directie externebetrekkingen van het ministerie van het BrusselsHoofdstedelijk Gewest. Dit initiatief ontstond in 1999 inItalië, toen de inwoners van een dorpje in opstand kwamentegen de vestiging van een fastfood omdat ze vreesden voorhun levenskwaliteit. Het concept stelt traagheid centraal enis gericht tot gemeenten met minder dan 50.000 inwoners.Het manifest van de beweging bevat 70 aanbevelingen enverplichtingen voor de steden die tot dit internationaalnetwerk toetreden. Die engagementen zijn heel uiteen-lopend, zoals de herwaardering van het historisch erfgoed,de terug-schroeving van het energieverbruik, de voorrangvoor het openbaar vervoer en milieuvriendelijkeverplaatsingen, minder afvalproductie en aandacht voorrecyclage, het promoten van buurtwinkels, …

In samenwerking met de directie externe betrekkingen vanhet Brussels Hoofdstedelijk Gewest organiseerde deVereniging een vergadering om de doelstellingen van hetnetwerk voor te stellen en de 14 Brusselse gemeenten dieervoor in aanmerking komen, warm te maken. Negengemeenten woonden de infosessie bij. Het Gewest gaat vanzijn kant na of het opportuun is bij het netwerk aan tesluiten, wetende dat entiteiten met meer dan 50.000inwoners er ook als steunend lid bij kunnen aansluiten.

Internationale samenwerking

Op 24 januari vergaderde de werkgroep Senegal van hetprogramma voor gemeentelijke internationale samen-werking, waaraan de gemeenten Anderlecht, Sint-Agatha-Berchem en Sint-Jans-Molenbeek meewerken, onder decoördinatie van de VSGB en de UVCW. Er werd een balansopgemaakt van de deelname van de Belgische gemeentenaan het Euro-Senegalese congres van de gedecentraliseerdesamenwerking op 4 en 5 november 2010 in Dakar. Er werdvastgesteld dat de aanpak van de gedecentraliseerdesamenwerking door de Belgische gemeenten veelbelangstelling wekte onder de vele aanwezige Fransedelegaties en de Senegalese supralokale overheden. Desamenkomsten waren ook zeer verrijkend voor deSenegalese partners van de Belgische gemeenten, die er heelwat contacten konden leggen met andere partners, watdriehoekspartnerships tot stand kan brengen.

De werkgroep Congo ontving op 2 februari in deVereniging een nieuwe Brusselse gemeente, Sint-Lambrechts-Woluwe, die binnenkort een partnershipaangaat met een Congolese gemeente. Zo zijn er inmiddels6 Brusselse gemeenten toegetreden tot het programma in deDemocratische Republiek Congo (16 Belgische gemeentenin totaal). De groep tracht synergie tot stand te brengen inde geplande activiteiten. Zo overleggen de gemeenten diewerken rond de organisatie van een volkstelling, over demodellen van fiches. De Belgische gemeenten die zich dit

jaar toeleggen op de sensibilisering van de bevolking voor deakten van de burgerlijke stand, hebben op 18 januarivergaderd om een gemeenschappelijke werkmethode uit testippelen. Deze geleidelijke harmonisering van de actiesvergemakkelijkt de toevoeging van nieuwesamenwerkingsverbanden aan de bestaande programma's,zowel in Congo als elders. Tot slot hebben onzeVerenigingen op deze vergadering, ondermeer inaanwezigheid van een vertegenwoordiger van de DGOS,een synthese voorgesteld van de monitoring van hetprogramma in Congo, op basis van bilaterale contacten metBelgische en Congolese gemeenten.

In de marge van deze werkgroep ontving de Vereniging op22 februari, in het gezelschap van haar Waalsezustervereniging, de heer Pierre Baillet, permanent secretarisvan de internationale vereniging van Franstaligeburgemeesters. Dit netwerk begeleidt de gemeenten in hundecentraliseringsproces en hun beleid rond stadsinrichting,in het kader van de millenniumdoelstellingen voorontwikkeling. Eén van de projecten is de uitwerking van eeninformaticatoepassing voor de burgerlijke stand inLubumbashi, partnerstad van Luik en van de werkgroepCongo. Eén van de doelstellingen van de ontmoeting, diebijgewoond werd door de gemeenten die actief zijn inCongo, was deze toepassing ook elders te gebruiken. Departners bekijken ook of het mogelijk is samenwerking totstand te brengen tussen hun respectieve netwerken.

Op 8 februari organiseerde de Vereniging een nieuwewerkgroep Marokko in het kader van het programma voorgemeentelijke internationale samenwerking. In aan-wezigheid van 8 van de 9 gemeenten die aan het programmameewerken, werden de spots gericht op de resultaten vanhet Noord-Zuid-platform dat in oktober 2010 plaatsvondte Al Hoceima, en waarvan in de vorige Nieuwsbrief verslagwerd uitgebracht. Er werd vooral gesproken over het projectrond de creatie van een vormingsmodule voor eerstelijnsmaatschappelijk werkers. De Belgische en Marokkaansepartners stellen immers vast dat Marokko heel wat nieuwesociale beschikkingen aan het uitwerken is in het kader vanhet nationaal initiatief voor menselijke ontwikkeling(buurthuizen, huis van de burger, bibliotheken, …) envorming aanbiedt voor kaders, maar de vorming voorsociale "animatoren" aan de basis lijkt te vergeten. Denieuwe sociale infrastructuren zouden daardoor hunaantrekkingskracht kunnen verliezen. Op een volgendevergadering zal dat idee verder uitgediept worden.

Mobiliteit

De mobiliteitscel van de Vereniging werkt sinds enkelemaanden samen met het kabinet van de Staatssecretaris voorMobiliteit, Mobiel Brussel en het BIVV aan devoorbereiding van de volgende Staten-Generaal voor deVerkeersveiligheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.Wat de verkeersveiligheid betreft, had het Europees,federaal en regionaal beleid tot doel het aantalverkeersdoden en zwaar gewonden tegen 2010 te halveren.Het aantal doden en zwaar gewonden is wel aanzienlijkgedaald tussen 2000 en 2009, maar de halvering werdduidelijk niet bereikt. Net als op federaal niveau heeft hetGewest dus nieuwe Staten-Generaal van deVerkeersveiligheid bijeengeroepen om een nieuwactieprogramma 2010-2020 vast te leggen teneinde hetaantal slachtoffers nog sterker te doen dalen. Ditprogramma kadert in de "Vision Zero" die het BIVVpromoot. Dit initiatief impliceert dat verkeersveiligheidieders verantwoordelijkheid is: overheid, leveranciers vanproducten en diensten en uiteraard de weggebruikers. HetGewest moet ook de nodige maatregelen nemen om dezecultuur van gedeelde verantwoordelijkheid ingang te doenvinden, met name via informatie- en sensibiliserings-campagnes, zoals de campagnes verkeersveiligheid die hetGewest elk jaar in oktober organiseert en waaraan ook deVereniging deelneemt.

Concreet deelt de mobiliteitscel haar knowhow binnenwerkgroepen waarbij heel wat actoren uit de Brusselsemobiliteit betrokken zijn: het gaat er voornamelijk omcontrole/sanctie, infrastructuur of nog communicatie. Eeneerste ontwerp van actieplan werd voorgesteld op 9 februariop de Conferentie van Burgemeesters en op 28 februari opde Conferentie van Korpschefs. Het omvat 9 grote thema's,waarvan elk thema opgedeeld is in verschillendeoperationele doelstellingen en vervolgens in acties. Hetdocument wordt binnenkort besproken in de regering enbegin mei volgt de voorstelling aan het publiek.

Tot slot vertellen wij nog dat op 3 februari het dertigste nummer vande Mobiliteitsgids uitkwam, metonder andere een dossier omtrentverkeersveiligheid rond scholen.Andere interessante artikels belichtende vervuilingspieken en het gedepena-liseerd parkeren, waarop we hier reedsingegaan zijn.

6 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

DE VERENIGING IN ACTIE

Marc Thoulen

7N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Om leegstaande verdiepingen boven handelszaken alswoning te kunnen aanbieden beschikken de gemeenten oververschillende wettelijke middelen, die gecombineerdkunnen worden volgens de omstandigheden die eigen zijnaan ieder gebouw. Telkens moet er een onderscheid gemaaktworden naargelang de verdieping leeg staat of verlaten is ennaargelang ze al dan niet als woning bestemd is.

De recente evolutie van de regelgeving :

- de administratieve sanctie bij leegstand

- de dringende gerechtelijke actie om de bewoning vaneen pand te doen bevelen (open voor gemeenten sinds1 januari 2010)

- de ordonnantie van 19 maart 2009 tot wijziging vanhet BWRO voor wat de perimeters van hetvoorkooprecht betreft

- de ordonnantie van 28 januari 2010 houdendeorganisatie van de stedelijke herwaardering

Wij zullen ook de praktijk in de gemeenten onder de loepnemen, in het bijzonder de gemeentelijke premies en degemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen.

1. Stedenbouwkundige bestemming

- Veranderingen van bestemming waarvoor eenstedenbouwkundige vergunning vereist is

Het Brussels Wetboek voor Ruimtelijke Ordening(BWRO) bepaalt dat er een stedenbouwkundigevergunning verkregen moet worden voor de wijzigingvan de bestemming van een pand of een gedeelteervan, ook wanneer die wijziging geen werken vereist.1

Daaruit volgt dat het gebruik van woningen als handelof als opslagruimte zonder stedenbouwkundigevergunning een stedenbouwkundige overtreding zoukunnen vormen.

Er moet echter nagegaan worden of handelingen dieonder een bepaalde wetgeving uitgevoerd werden, aldan niet wettelijk waren ten tijde van de uitvoering.Zo ja, dan vormen ze een verworven toestand die alsdusdanig behouden kan blijven. Anders vormt dezonder vergunning uitgevoerde handeling eenstrafbaar feit.2

Om tot een verworven recht te komen moet debestemming bovendien continu zijn. Een verdiepingleeg houden zonder er de bestemming van te wijzigen,vormt daarentegen geen stedenbouwkundigeovertreding. De Raad van State stelde immers dat deordonnantie "niet vereist dat het gebruik constant,ononderbroken of zonder tussenpozen moet zijn."3

- Voorschriften van het gewestelijk bestemmingsplan(GBP)

Naar gelang van de zones beperkt het GBP decommerciële bestemmingen.

In woongebieden met residentieel karakter, woon-gebieden, gemengde gebieden en sterk gemengdegebieden mag de eerste verdieping bestemd wordenvoor handel wanneer de plaatselijke omstandighedendit mogelijk maken en nadat de handelingen enwerken aan de speciale regels van openbaarmakingonderworpen zijn. De toegelaten oppervlakte varieertin functie van de zone 4.

REHABILITATIE VAN LEEGSTAANDEVERDIEPINGEN BOVEN HANDELSZAKEN

ONDER DE LOEP

1 Volgens artikel 98, § 1, 5° van het BWRO is een stedenbouwkundige vergunning vereist voor de wijziging van de bestemming van alles of van een gedeeltevan een goed, ook al vereist deze wijziging geen werken. Het gaat om de bestemming van een onbebouwd goed of van één of meer vertrekken van eenbebouwd goed, zoals aangegeven in de bouw- of stedenbouwkundige vergunning of, bij gebrek aan dergelijke vergunning of aanduiding in dezevergunning, de bestemming aangegeven in de bestemmingsplannen.

2 Zie O. EVRARD, Vergunningplichtige bestemmingswijzigingen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, publicatie van de VSGB, 1-2009, 26 p.3 R.v.S., 30 juli 1996, nr. 61.090 en R.v.S., 18 september 1996 nr. 61.879, sprl Le Parthénon, onuitg.4 Zie voorschriften 1.3, 2.3, 3.3 en 4.2.

8 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

5 Zie voorschrift 22.6 Zie artikel 91 van het BWRO7 Deze uitzonderingen werden vastgelegd om rekening te houden met de eigenheden van ieder gebouw en geen schade toe te brengen aan hun commerciële

functie. De Raad van State had het bijzonder bestemmingsplan nr 60.10 "Martelarenplein" gedeeltelijk nietig verklaard, dat de functie van huisvestingverplichtte op de verdiepingen in bepaalde perimeters en algemeen aparte toegangen tot de verdiepingen verplichtte terwijl veel betrokken gebouwen eenbeperkte gevelbreedte hadden, R.v.S. 12 jan. 1996, nr. 57.504, vzw Groupement du commerce du centre de Bruxelles et nv Ets. L. Van Goitsenhoven /stad Brussel en Brussels Hoofdstedelijk Gewest, J.T., 1996, p. 324325; Amén., 1996, p. 140-142.

8 Als bewaringsclausule stelt algemeen voorschrift 0.9 dat gebouwen die bestaan bij de inwerkingtreding van het GBP en waarvan de bestemming vermeld inde bouwvergunning of stedenbouwkundige vergunning of het wettige gebruik niet overeenkomt met de voorschriften van het plan, een vergunning kanworden aangevraagd voor verandering van gebruik of bestemming als ze geen bestemmingswijziging inhouden van de zone van het plan. In bepaaldeomstandigheden zijn in deze gebouwen eveneens verbouwingswerken, zware renovatiewerken of afbraak-heropbouw mogelijk.

9 Voorstelling van de hervorming en vergelijking met de gemeentelijke belastingreglementen, zie O. EVRARD & B. RUSLANOVA NIKOLOVA,"Administratieve geldboete en vordering tot staking bij leegstand", Nieuwsbrief-Brussel 2009-6, p. 8-13.

In linten voor handelskernen en galerijen aangeduidmet een "G" op de bestemmingskaart mogen alleverdiepingen bestemd worden voor handel wanneer deplaatselijke omstandigheden dit mogelijk maken ennadat de werken aan de speciale regels vanopenbaarmaking 5 onderworpen zijn.

- Gewestelijke stedenbouwkundige verordening(GewSV)

Artikel 9 van Titel I betreffende de kenmerken vanbouwwerken en hun naaste omgeving luidt als volgt:"De inrichting van de benedenverdiepingen voorhandelsdoeleinden of voor een ander gebruik danhuisvesting mag de bewoning van de bovenverdiepingenniet in de weg staan. Als er een afzonderlijke ingangbestaat, moet deze behouden worden. Een aparte engemakkelijk bereikbare ingang naar deze verdiepingen isverplicht, behalve wanneer de gevelbreedte minder dan 6strekkende meter bedraagt."

- Gemeentelijke stedenbouwkundige verordenin-gen (GemSV) en bijzondere bestemmings-plannen (BBP)

Gemeentelijke SV en BBP kunnen voorschriftenbevatten ter bevordering van het gebruik vanverdiepingen boven handelszaken.

Een gemeentelijke SV kan de gewestelijke SVaanvullen met strengere normen 6. Een voorbeeld :Artikel 10 van de zonale GemSV van de stad Brusselbetreffende de commerciële expressie in de perimetervan de Grote Markt en het Unesco-erfgoed(goedgekeurd door de regering op 26 maart 2009)verplicht het behoud of de creatie van een aparteingang naar de verdiepingen.

Er zijn echter uitzonderingen :

- "wanneer de gevelbreedte van het gebouw minder dan ofgelijk is aan 4,50 m (voor hoekgebouwen, met inbegrip vaneen hoek met een gang of steeg, wordt de totale gevellengteaan straatzijde in rekening gebracht)

- wanneer de handelsoppervlakte lager dan of gelijk is aan 30 m2

- wanneer de inrichting van de ingang schade berokkent aande winkelpui met een erfgoedkundige waarde"7.

- Begrenzingen

Veel bestemmingen zijn oud en vormen verworvenrechten. Voor deze gebouwen biedt het algemeenvoorschrift 0.9 van het GBP de mogelijkheid omwerken uit te voeren die afwijken van de voorschriftenvan het GBP 8.

Bovendien zijn de stedenbouwkundige voorschriftensoepeler in handelszones, waar men net meerverdiepingen aantreft die niet bestemd zijn voorhuisvesting.

Toch bieden gedragslijnen die aan de handelskernenaangepast zijn, en de vastlegging van een soepelonderhandelingskader de mogelijkheid interessanteresultaten te bereiken, met name in het kader van deregularisatie van handelsuitbreidingen.

2. De belastingreglementen

Alle Brusselse gemeenten hebben belastingreglementenop leegstaande, onafgewerkte of verlaten gebouwen. Hetbedrag van de belasting, berekend per strekkende metervan de langste gevel vermenigvuldigd met het aantalverdiepingen van de woning (niet-ingerichtekelderverdieping en zolderverdieping niet meegerekend)schommelt tussen 150 euro en 700 euro. Het bedrag isprogressief en er is een maximumbedrag vastgelegd.

Naast het budgettair doel hebben de belasting-reglementen ook als bijkomend doel de verbetering vanhet levenskader en moedigen ze eigenaars aan om hungebouwen goed te onderhouden. De heffing vormt eenfinancieel drukkingsmiddel.

3. Huisvestingscode

- Administratieve sanctie bij leegstand

Sinds 1 januari 2010 begaat "de eigenaar, devruchtgebruiker, de houder van een recht van opstal ofvan erfpacht van het gebouw, die een gebouw dat bestemdis voor de huisvesting van een of meer gezinnen of een deelervan laat leegstaan, zoals bepaald in artikel 18, § 2 en§ 3 van de Huisvestingscode”, een administratieveovertreding.9

Er is sprake van een overtreding als men vaststelt datde woning gedurende 12 opeenvolgende maandenniet is uitgerust met het meubilair dat nodig is voordiens bestemming of dat het water- of elektriciteits-

9N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

verbruik lager is dan het minimale verbruik bepaalddoor de regering. 10 De houder van een zakelijk rechtkan dit vermoeden weerleggen en deze toestandrechtvaardigen door zijn persoonlijke situatie of dievan zijn huurder. Bovendien wordt de overtredingnooit vastgesteld als de fysieke persoon die houder isvan een zakelijk recht op de woning, er gedomicilieerd is.

De administratieve boetes zullen opgelegd wordendoor een gewestelijke dienst. Enkel het personeel vandie dienst zal bevoegd zijn om de overtredingen op tesporen en vast te stellen, in voorkomend geval na eenklacht van het college van burgemeester en schepenen.

85 % van de opbrengsten van de boetes zal door-gestort worden naar de gemeente waar het leegstaandegebouw zich bevindt, "enkel als de gemeenteuitdrukkelijk de onbewoonde woningen geweerd heeft uithet toepassingsgebied van haar belastingreglementbetreffende verlaten, onbewoonde of onafgewerktewoningen". Er is nog een bijkomende voorwaarde : degemeente dient de opbrengst aan te wenden voor haarhuisvestingsbeleid.

De eerste verwittiging die de gewestelijke dienstverstuurt, vermeldt ondermeer een korte beschrijvingvan de mechanismen van het openbaar beheersrechten het beheer door een sociaal verhuurkantoor (SVK),en de gegevens van het WoonInformatieCentrum.

- Vordering tot staking

Sinds 1 januari 2010 doet de voorzitter van derechtbank van eerste aanleg uitspraak als in kortgeding 11

en kan, op verzoek van het Gewest, een gemeente ofeen door de regering erkende vereniging, bevelen datde eigenaar, de vruchtgebruiker, de houder van eenrecht van opstal of van erfpacht op de woning gepastemaatregelen neemt om ervoor te zorgen dat de woningbinnen een redelijke termijn wordt bewoond. Ditbevel kan gekoppeld worden aan een dwangsom.

Dit is enkel van toepassing op leegstaande woningenin de zin van artikel 18, § 2 en § 3 van deHuisvestingscode. De voorzitter van de rechtbank steltzelf de leegstand van de woning vast, zelfs bijafwezigheid van proces-verbaal opgesteld door degewestelijke dienst. Hij geeft ieder “gerechtelijk beveldat nodig is om het goed opnieuw op de vastgoedmarkt tebrengen”.

- Het openbaar beheersrecht

Sinds 2003 biedt de Huisvestingscode de openbarebesturen de mogelijkheid voorlopig woningen tebeheren die eigendom zijn van privépersonen.12

Het openbaar beheersrecht kan betrekking hebben op:

- een leegstaande woning in de zin van artikel 18van de Huisvestingscode

- een woning die onbewoonbaar verklaard wordtdoor een politiebesluit genomen op basis vanartikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet

- een woning die niet bewoond wordt door dehouder van zakelijke rechten (eigenaar,vruchtgebruiker, …), die niet beantwoordt aan denormen van de Huisvestingscode en waaraan nietde werken uitgevoerd werden die geëist werdendoor de Gewestelijke Inspectiedienst op basis vanartikel 13 van de Huisvestingscode

Het openbaar beheersrecht stelt de gemeente in staat om :

- de nodige werken uit te voeren om het goed inovereenstemming te brengen met de vereisten vande Huisvestingscode

- het goed te verhuren tegen de voorwaarden inzakeinkomsten en eigendom voor toegang tot socialewoningen

- op het ontvangen huurgeld de kosten terug tewinnen die gedaan werden om het goed in orde tebrengen

Het openbaar beheersrecht werd nog niet in depraktijk toegepast, voornamelijk om 2 redenen :

- Het fonds "openbaar beheersrecht" beperkt zichtot de prefinanciering van de werken die door degemeente ten laste genomen worden. Het door degemeente geïnde huurgeld volstaat niet altijd omde investering af te schrijven.

- De – onpopulaire – procedure is lang en zit volstruikelstenen 13. De vaststelling van de leegstanden de toepassing van het openbaar beheersrechtvereisen toegang tot het betrokken pand. In gevalvan weigering door de eigenaar kan de toegangenkel toegelaten worden door een rechter.

- De overeenkomsten voor terbeschikkingstelling vansociale verhuurkantoren (SVK)

De Huisvestingscode biedt de eigenaars demogelijkheid om een overeenkomst af te sluiten vanterbeschikkingstelling van een woning gedurende 9jaar. Naast de gewaarborgde (matige) huur, geniet deeigenaar financiële stimuli: korting op de onroerendevoorheffing en verhoging van de gewestelijke premievoor de renovatie van woningen die 80 % vanbepaalde werken financiert. Het gaat om het enigegeval waarin de premie toegekend kan worden aan eeneigenaar die er niet woont.

ONDER DE LOEP

10 Volgens artikel 9 van het besluit van 19 februari 2004 tot uitvoering van de Huisvestingscode (B.S. 23 april 2004) :- waterverbruik: 5 m3/jaar;- elektriciteitsverbruik: als de elektriciteitsmeter verzegeld is of een jaarlijks verbruik heeft lager dan 100 kWh.

11 De voorzitter van de rechtbank oordeelt over de grond van de zaak, volgens de vormen van het kortgeding. De dringendheid is geen voorwaarde voorontvankelijkheid van de vordering.

12 Voor een analyse van dit mechanisme, zie F. LAMBOTTE, "Het openbaar beheersrecht : voor wie, waarom en hoe ?" Nieuwsbrief-Brussel 2006-3, p. 9-12.13 De procedure werd echter verbeterd door de ordonnantie van 1 april 2010. Zie O. Evrard, "Het Parlement deblokkeert het openbaar beheersrecht",

Nieuwsbrief-Brussel 2010/3, p. 16-17.

10 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

- Begrenzingen

Deze instrumenten hebben enkel betrekking op deverdiepingen die bestemd zijn voor huisvesting. Hetbeheer door een SVK vereist het akkoord van deeigenaar, terwijl veel handelaars verkiezen stockage-ruimte bij hun winkel te behouden. Bovendien is degewestelijke dienst die administratieve sancties zoumoeten opleggen, nog niet gecreëerd. Tot slot is detoepassing van het openbaar beheersrecht eenhachelijke onderneming in de huidige stand van deregelgeving.

4. Financiële aanmoedigingen

- Renovatiepremie

Onder bepaalde voorwaarden kan de eigenaar die eenpand bezet, een renovatiepremie genieten voorbepaalde werken (verwarming, sanitair, isolatie, gas,elektriciteit, dakwerken, vocht- of schimmelwering,binnenwerken, …). De tussenkomst bedraagt 30 à 70 % volgens het inkomen van de aanvrager en detoestand van het pand.

De bedragen van de werken zijn echter begrensd. Ingeval van zware renovatiewerken blijft de reëleoverheidstussenkomst dus lager dan de bij regerings-besluit vastgelegde percentages.

Deze stimulans bereikt snel zijn grenzen voor deverdiepingen van de handelszaken die nietgerenoveerd worden om door hun eigenaar bewoondte worden.

- Energiepremies en fiscale aftrekbaarheid

Volledigheidshalve vermelden wij ook de gewestelijkepremies en de fiscale aftrekbaarheid van de energie-besparende maatregelen en de mogelijkheid ze tefinancieren aan de hand van een groene lening.

- Andere financiële aanmoedigingsmaatregelen

Er kan ook een specifieke premie in het levengeroepen worden voor de rehabilitering vanleegstaande verdiepingen boven handelszaken.

Er werden twee voorstellen van ordonnanties in diezin ingediend in het Brussels Parlement 14, zonderevenwel vruchten af te werpen.

Verschillende gemeenten hebben een reglementgoedgekeurd dat een premie toekent voor de creatievan een afzonderlijke ingang tot de verdiepingenboven handels. Hun toepassingsgebied is echterbeperkt tot bepaalde zones van het gemeentelijkgrondgebied.

• Stad Brussel

De stad Brussel heeft 2 reglementen van dit typegoedgekeurd.

Reglement dat van toepassing is in de zone van hetwijkcontract "Rood huis"

De premie kadert in het vierjarenprogramma met hetoog op de revitalisering van de handelskern van deMaria-Christinastraat door de renovatie van woningenboven handelszaken, de verbetering van bepaaldeuitstalramen en de verfraaiing van gevels. Detoepassing van dit reglement is beperkt tot de duurvan het wijkcontract.

Reglement van 21 juni 2010 dat van toepassing is in dezone Unesco

Als de aanvraag ingediend werd vóór 15 december2010, kan er een premie toegekend worden die 70 %van de kosten dekt, met een maximum van 15.000euro per pand. De gemeentelijke tussenkomst bedroeg85 % wanneer het beheer van de gerehabiliteerdegebouwen toevertrouwd wordt aan een SVK, projectX of een andere operator die zich toelegt op de creatievan sociale woningen en dergelijke.

• Gemeente Anderlecht

Het reglement betreffende de subsidiëring voor deherontwikkeling van de handel en de huisvesting in dehandelskernen stelt het volgende: "De eigenaar kan bijheropbouw of herinrichting van het handelspand met hetoog op het voorzien van een toegang naar debovenverdieping(en) en deze te bestemmen voor huis-vesting, een tussenkomst vragen van 35 % van de kosten,met een maximum van 6.800 euro. Het gaat om werkendie nodig zijn om een nieuwe aparte toegang naar debovenverdieping te voorzien om deze te bestemmen voorhuisvesting."

• Gemeente Sint-Gillis

In het kader van het nieuwe wijkcontract "Park-Alsemberg" heeft Sint-Gillis een reglement goed-gekeurd dat een premie toekent voor de creatie vaneen afzonderlijke toegang naar de woningen op deverdiepingen. De tussenkomst bedraagt 85 % van dewerken, met een maximum van 25.000 euro (zonderBTW). Net als bij de reglementen van de stad Brusseldient de inrichting van woningen te beantwoordenaan de stedenbouwkundige normen.

5. Verwerving van panden door de gemeente

- Voorkooprecht 15

De regering kan een perimeter onderwerpen aan hetvoorkooprecht, op eigen initiatief of op vraag van dehouders van het voorkooprecht (met name de

ONDER DE LOEP

14 Voorstellen van ordonnantie betreffende de aanmoediging om woningen in Brussel opnieuw bewoonbaar te maken, Doc. A-191/1-00/01, 29 mei 2001;Doc. A-296/1-01/02, 6 mei 2002.

15 Zie art. 258 e.v. van het BWRO, zoals gewijzigd bij de ordonnantie van 19 maart 2009.

11N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

gemeenten). De duur mag de 7 jaar niet overschrijdenvanaf de publicatie van het besluit in het BelgischStaatsblad.

Het regeringsbesluit kan goedgekeurd worden, met devolgende doelstellingen van openbaar nut :- strijden tegen het bestaan van verlaten of

ongezonde woningen- sociale woningen creëren

De ordonnantie van 19 maart 2009 heeft de 2 volgende doelstellingen toegevoegd:- middelgrote woningen tot stand brengen- de herwaardering van de linten voor handels-

kernen in de zin van het GBP

Op deze basis heeft de gemeente Sint-Lambrechts-Woluwe twee voorkoopzones afgebakend, met het oogop de revitalisering van handelskernen en de creatievan sociale of middelgrote woningen 16.

Het voorkooprecht kan uitgeoefend worden door hetGewest, de gemeenten die voor zichzelf of voor hunOCMW optreden, de autonome gemeentebedrijven,de BGHM, de GOMB, ...

De uitoefening van het voorkooprecht verondersteltdat de eigenaar de intentie heeft zich van het gebouwte ontdoen. Toch machtigt het BWRO devoorkopende overheden om over te gaan totonteigening van de panden in de perimeter, methetzelfde doel als dat voorzien in het besluitbetreffende het voorkooprecht. Sinds deinwerkingtreding van de ordonnantie van 19 maart2009 preciseert de tekst dat het onteigeningsbesluitniet noodzakelijk voorafgegaan moet worden door deuitoefening van het voorkooprecht. Hij voegt toe datde procedure uitgeoefend wordt in uitvoering van dewet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bijhoogdringende omstandigheden inzake onteigening tealgemenen nutte.

- Wijkcontracten

De ordonnantie van 28 januari 2010 houdendeorganisatie van de stedelijke herwaardering 17 biedtook de mogelijkheid om panden te verwerven om zevoor bewoning te bestemmen.

Op voorstel van de gemeente bepaalt de regering eenzone "bestaande uit een huizenblok of een geheel vanhuizenblokken die al dan niet bebouwd zijn, dieopgenomen zijn in een stedelijk herwaarderingsgebied ophet Gewestelijk Ontwikkelingsplan" waarvoor aan-spraak gemaakt kan worden op de betoelaging inzakestadsherwaardering.

De herwaardering wordt verwezenlijkt aan de handvan "vastgoedprojecten die tot doel hebben om invoorkomend geval in het kader van projecten metgemengde bestemming, huisvesting, buurtinfra-structuren, handelsruimten en productieve ruimten instand te houden, uit te breiden of te verbeteren" 18.

De ordonnantie machtigt ook de gemeente om over tegaan tot onteigening in hoogdringendheid om dedoelstellingen van openbaar nut van hetherwaarderingsprogramma te verwezenlijken. Deonteigening wordt vervolgd volgens de regelsvastgelegd in de wet van 26 juli 1962 betreffende derechtspleging bij hoogdringende omstandighedeninzake onteigening te algemenen nutte. Hetregeringsbesluit ter goedkeuring van het programma is"een met redenen omklede beslissing die de dringendheiden het plan met de werkzaamheden en de te onteigenenpercelen rechtvaardigt"19 .

- “Afzonderlijke” panden

Besluit van de Brusselse Regering van 19 juli 1990aangaande de aankoop van verlaten gebouwen door degemeenten

De minister kan, binnen de voorwaarden enmodaliteiten beschreven in het onderhavige besluit,aan gemeenten subsidies toekennen voor de aankoopvan onroerende goederen die de eigendom zijn vannatuurlijke of rechtspersonen en die na renovatie inhoofdzaak voor huisvesting bestemd zijn. Degemeente dient zich ertoe te verbinden deaangekochte gebouwen niet te verkopen zondervoorafgaand akkoord van de Regering.

De gemeente mag evenwel geen onteigeningen doenop die basis alleen. 20.

Besluit van de Brusselse Regering van 12 februari 1998houdende organisatie van de vernieuwing of de sloopgevolgd door de heropbouw van onroerende goederen vande gemeenten en van de OCMW’s

De Regering kan, volgens de voorwaarden en volgensde bij dit besluit bepaalde regels, subsidies verlenenaan gemeenten en OCMW's :

- voor de vernieuwing van afzonderlijke, ongezondeof functioneel onaangepaste onroerende goederen

- voor de sloop gevolgd door de onmiddellijkeheropbouw van afzonderlijke onroerendegoederen die ongezond of bouwvallig zijn.

16 Besluiten van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 november 2010 betreffende de vaststelling van een perimeter van voorkoop "Sint-Lambrecht"en "Georges Henri".

17 Zie ook: het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 mei 2010 tot uitvoering van de ordonnantie van 28 januari 2010 houdendeorganisatie van de stedelijke herwaardering. Dit besluit bepaalt het voorwerp waarop het herwaarderingsprogramma betrekking kan hebben, de procedurevoor de vastlegging en subsidiëring alsook de wijze van participatie van het publiek.

18 Artikel 3 § 2.19 Artikel 7 § 1.20 Volgens de Raad van State hebben noch de Huisvestingscode, noch dit besluit als effect de gemeenten te machtigen om over te gaan tot onteigening

omwille van het openbaar nut, om ongezonde panden te verwerven; dus slechts enkel als een andere wetgevende bepaling de gemeente de mogelijkheidbiedt om het ongezonde pand te onteigenen en als deze gemeente die mogelijkheid benut, maakt artikel 113 van de huisvestingscode de toekenning vansubsidies aan de onteigenende macht mogelijk, R.v.S., 28 jan. 1999, nv COMPAGNIE D’ENTREPRISES CFE, nr. 78.446.

ONDER DE LOEP

- Begrenzingen

De verwerving van panden is duur. Indien deonderhandelingen met de eigenaar mislukken, kan degemeente enkel overgaan tot onteigening met het oogop de creatie van wooneenheden, als dit doel vanopenbaar nut uitdrukkelijk voorzien is in eenspecifieke wetgeving, d.w.z. in perimeters metvoorkooprecht en wijkcontracten. Bovendien zijn dezelaatste enkel mogelijk in de zones voor stedelijkeherwaardering uit het gewestelijk ontwikkelingsplan.

6. Sensibilisering van de handelaars

De gemeenten maken gebruik van dialoog enonderhandeling met de handelaars. Ze bieden ookbegeleiding aan bij de uitvoering van werken.

In het kader van de wijkcontracten is er overigens eendienst opgericht voor advies bij renovatie en informatieover renovatiepremies.

• Stad Brussel

In samenwerking met het Brussels HoofdstedelijkGewest creëerde de stad Brussel een specifiekestructuur, de "afvaardiging voor de ontwikkeling vande stad", om transversaal te werken tussen degemeentediensten en ook de eigenaars te sensibiliserenen te begeleiden.

Zo heeft de stad Brussel een informatiebrochure voorde handelaars samengesteld. Daarin staan decontactgegevens van de betrokken gemeentelijke engewestelijke diensten en een bondige beschrijving vande verschillende mogelijkheden voor herinrichting(renovatie-overeenkomst, erfpacht, afzonderlijketoegang naar verdiepingen, toegang via binnenkoer,verkoop van leegstaande verdiepingen, samenwerkingmet een SVK, premies, …). Dit document herinnerttevens aan het bestaan van een gemeentebelasting opleegstand en de gevallen waarin een steden-bouwkundige vergunning vereist is.

• OCMW van Brussel

Sinds 2004 heeft het OCMW van de stad Brussel Project X 21. Op vrijwillige basis sluiten het OCMWen de eigenaar van de woning een huurovereenkomstaf voor minimum 9 jaar. Het OCMW onderverhuurtde gerenoveerde woning tegen een redelijke huurprijs.De eigenaar draagt 35 % van de kosten, dierechtstreeks op de huurprijs ingehouden worden. Derenovatie is gekoppeld aan een project voorinschakeling op de arbeidsmarkt, waardoor artikel60'ers praktijkervaring kunnen opdoen. Voor dewoningen boven handelszaken werkt het OCMWsamen met de afvaardiging voor de ontwikkeling vande stad (voor de afzonderlijke toegang) en Atrium 22

(wat de renovatie van de vitrine betreft).

• Gemeente Sint-Gillis

In het kader van het wijkcontract "Park-Alsemberg"biedt de gemeente technische en administratievebegeleiding voor de handelaars die een premieaanvragen voor de inrichting van een afzonderlijkeingang.

• Gemeente Schaarbeek

In samenwerking met Atrium heeft Schaarbeek eenstedenbouwkundig charter opgesteld voor de wijk vande Brabantstraat, om een kader te schetsen voor deuitbreiding van de handelszaken binnenhuizenblokken of op verdiepingen. Er wordengedragslijnen in vastgelegd, met name aangaande deinrichting van woningen op verdiepingen en deingang ernaartoe.

1212 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

Conclusie : aanmoedigen en informerenTot besluit kunnen we stellen dat er geen wondermiddelbestaat om een eigenaar te verplichten om leegstaandeverdiepingen boven handelszaken te rehabiliteren. Hetdoeltreffendste instrument varieert naar gelang van deprecieze situatie van het pand. In vele gevallen is het dankzijeen financiële aanmoediging, aangepaste stedenbouw-kundige voorschriften of door de informatie van dehandelaars dat deze laatste overgaan tot de rehabiliteringvan de bovenverdiepingen van hun zaak.

De gemeenten hebben dat goed begrepen. Daartoe hebbenzij bij voorbeeld :- een specifieke premie uitgewerkt voor de creatie van een

afzonderlijke toegang naar de voor huisvestingbestemde verdiepingen

- een stedenbouwkundige verordening goedgekeurd diehet behoud of de creatie van een afzonderlijke ingangoplegt naar verdiepingen met andere dan handels-doeleinden

- gedragslijnen vastgelegd betreffende de handelswijken- specifieke structuren opgezet om de handelaars zo goed

mogelijk te informeren en ze te begeleiden bij hunadministratieve stappen en werken.

Zie ookwww.vsgb.be > Materies > Huisvesting > Normen ivmleegstaande gebouwen

Olivier Evrard

21 Zie interview met Thierry Timmermans, directeur hoofdstuk XII 'project X', in Nieuwsbrief-Brussel 2009-6, p. 6-7 – Zie ook www.projetx.be 22 Onder impuls van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevordert Atrium de investering in de stad door inwoners, handelaars, eigenaars, de lokale overheid

en investeerders. Het agentschap streeft naar meer betrokkenheid bij de renovatie en de herwaardering van de wijk en zoekt oplossingen voor de opfrissingvan stadskankers, de terbeschikkingstelling van woningen, het beheer van het aanbod aan handelszaken en de aantrekkelijkheid van de wijken.

13N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

1. Ondersteuning en opvolging van dossiers• ondersteuning bij de follow-up van

projecten en dossiers en bij de voor-bereiding van vergaderingen

• follow-up van de projecten in het kadervan het label ecodynamische onder-neming en van de milieuprocedures, insamenwerking met de verantwoordelijkeduurzame ontwikkeling

• voorbereiding van de evaluatie vanvergaderingen en verwerking van inge-vulde formulieren

• externe enquêtes• contacten en enquêtes per telefoon en

e-mail• beheer van de blogs 'internationale samen-

werking' en 'duurzame ontwikkeling'

2. Ondersteuning van organisatorisch werk• contact met het secretariaat van de VSGB

bij de organisatie van vormingen enworkshops

• bijstand bij de organisatie en devoorbereiding van buitenlandse missies

• contacten bij de organisatie van evene-menten (Week van Vervoering, Feest vanhet Leefmilieu, …)

Deze medewerker leidt de projecten van het team "opdrachten", dat momenteel uit 5 personen bestaat, in goede banen. Dezeassistent ondersteunt 3 diensten (internationale samenwerking, duurzame ontwikkeling en mobiliteit) en werkt transversaal alsbegeleider van de projectleiders.

3. Verwerking van gegeven en opstelling van teksten• revisie (grammatica en spelling) van

artikels en documenten• opstellen van verslagen van vergaderingen• verwerking van gegevens en informatie

voor de opstelling van teksten voor deverschillende media van de VSGB

4. Administratieve taken • samenwerking met het secretariaat van de

VSGB• administratieve taken, telefonisch onthaal• lay-out en verzending van brieven en

documenten• opzoeking van gegevens op internet en

verspreiding• archivering en klassering van documenten

• graduaatsdiploma (bachelor) of gelijkgesteld• dynamisch en sociaal• organisatietalent• Nederlandstalig of Franstalig met passieve

kennis van de andere taal• zin voor synthese, vlotte schrijfstijl en correct

taalgebruik• goed overweg kunnen met informatica-

toepassingen is een troef

U kan uw sollicitatiebrief en CV sturen :

- per post naar de VSGB - Personeelsdienst - Aarlenstraat 53 bus 4 - 1040 Brussel- of per mail naar [email protected]

Meer info over de opdrachten “mobiliteit”, “internationale samenwerking” en “duurzame ontwikkeling” op www.vsgb.be

• gevarieerd werk in aangename werkomgeving• een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur• een aantrekkelijk loon en extralegale voordelen• werkplek : Brussel

Wij zoeken een PROJECT-ASSISTENT (m/v) voor de dienstenDuurzame Ontwikkeling, Internationale Samenwerking en Mobiliteit

voor spoedige indiensttreding (gegradueerde/bachelor of gelijkwaardig)

VACATURE

Functie

Taken

Profiel van de kandidaat

Wij bieden

14 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Dexia Bank heeft zopas haar jaarlijkse studie gepubliceerd over de financiën van de OCMW’sen de politiezones. Wij spitsen ons dit keer toe op de evolutie van de uitgaven van de OCMW’s.De politiezones zullen in een later artikel aan bod komen.

De boekhoudkundige methodes van de OCMW’s verschillen ieder jaar meer van elkaar in de drie gewesten.Vergelijkingen tussen de gewesten worden dus steeds moeilijker. Het Vlaamse systeem is immers gebaseerd opeen bedrijfsboekhouding die draait rond een analytische aanpak, terwijl de Brusselse en Waalseboekhoudingen gebaseerd zijn op de gemeenteboekhouding. Om dezelfde redenen verdwijnen devergelijkingen tussen grote steden uit de analyses van Dexia Bank.

GEMEENTEFINANCIËN : WAAR GAAN DE OCMW’S NAARTOE ?

Evolutie van de gemeentedotatie aan het OCMW

Zoals voorzien stijgen de dotaties van de Brusselsegemeenten aan hun OCMW’s aan eenverontrustend tempo. Zo stegen de Brusselsegemeentedotaties aan de OCMW’s tussen 2004en 2010 met 44 %, zijnde twee maal sterker danin de vier andere grote steden van het land (+ 17,47 % tussen 2003 en 2009). Deze cijfersbevestigen dat het Brussels Gewest jammer genoegblijft kampen met een feller toenemendeverarming van de bevolking dan de vier anderegrote steden.

De drie voorbije jaren zijn de posten ‘leefloon’ en‘steunverlenend centrum’ 1 (d.w.z. maatschappelijkebijstand) enorm de hoogte in gegaan, als gevolg van definanciële en de bankencrisis, waarvan de effecten sterk tevoelen waren in 2009 en 2010, en ook de toestroom van eengroeiend aantal asielzoekers. We stippen aan dat de uitgavenvoor personeel, werking en financiële lasten onder controleblijven als we rekening houden met de toename van debevolking en het aantal behandelde dossiers.

Wat het personeel betreft, stelden de Brusselse OCMW’s(ziekenhuizen en verenigingen van de OCMW’s, dezogenaamde “hoofdstuk 12”, buiten beschouwing gelaten)op 30 juni 2010 in totaal 9.016 personen te werk,waaronder 1.683 statutairen en 7.333 contractuelen. Opdiezelfde datum, maar rekening houdend met deziekenhuizen en verenigingen “hoofdstuk 12” stelden deBrusselse OCMW’s voor alle functies en statuten tezamenbeschouwd 17.350 personen te werk, waaronder 2.849statutairen en 14.501 contractuelen.

Evolutie van de exploitatie-uitgaven (in €/inwoner voor de 19 OCMW’s)

ONDER DE LOEP

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

in €

171.523.000

187.227.000

194.822.000

211.761.000

216.705.000

234.645.000

247.000.000

2010/2004

Dotatie aan de 19 Brusselse OCMW’s (begroting)

Variatie

-

+ 9,16 %

+ 4,06 %

+ 8,69 %

+ 2,33 %

+ 8,27 %

+ 5,27 %

+ 44 %

Bron : Verslag over de Financiën van de Brusselse gemeenten 2004–2009(Kabinet van de Minister-Voorzitter) en eigen berekeningen

Posten

Personeel

Werking

Herverdeling

Leefloon

Steunverlenend centrum

Financiële lasten

Totaal

Aantal inwoners

2008

294

71

347

183

73

11

723

1.048.491

2009

306

72

356

193

67

11

745

1.068.532

2010

308

76

400

212

92

10

794

1.089.538

2010/2008

4,76

7,04

15,27

15,85

26,03

9,82

3,91

in %

1 Het steunverlenend centrum is het OCMW van de gemeente op het grondgebied waarvan een hulpbehoevende zich bevindt, waarvan het centrum de staatvan behoeftigheid erkend heeft en aan wie hij steun levert waarvan het de aard en het bedrag beoordeelt.Het steunverlenend centrum is doorgaans dat van de gebruikelijke en effectieve woonplaats, die bepaald wordt in functie van de plaats waar de betrokkenezich bevindt en de erkenning van zijn staat van behoeftigheid door het OCMW.

Jaar

Evolutie

15N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Doordat de herverdelingsuitgaven zo spectaculair stijgen (+15,27 % sinds2008) overschrijdt hun aandeel in het totaal van de uitgaven in 2010 voorhet eerst de 50 %, voornamelijk omwille van de sterke stijging van debedragen voor ‘leefloon’ en ‘steunverlenend centrum’.

Terwijl de uitgaven globaal fel de hoogte in gaan, blijft het relatieve aandeelvan de werkings- en personeelskosten binnen de perken. Het is dus duidelijkde herverdeling die de budgetten doet stijgen.

Evolutie van de voornaamste uitgavenposten (relatief aandeel)

Toenemende dualisering binnen het Gewest

Achter deze cijfergegevens gaan echter sterke verschillentussen de gemeenten onderling schuil. Zo baseert Dexiazich in zijn studie op de volgende clusters:

- de residentiële gemeenten Zuid-Oost : Oudergem,Ukkel, Watermaal-Bosvoorde, Sint-Pieters-Woluwe enSint-Lambrechts-Woluwe

- de residentiële gemeenten Noord-West : Evere,Ganshoren, Jette, Koekelberg en Sint-Agatha-Berchem

- de gemeenten van de 1e kroon : Etterbeek, Elsene, Sint-Gillis en Sint-Joost-ten-Node

- de industriële gemeenten van het kanaal: Anderlecht,Vorst, Sint-Jans-Molenbeek en Schaarbeek

De stad Brussel is 'buiten categorie' omdat het OCMW erzo groot en specifiek is. Toch werd het in de totale cijfers vanhet Gewest opgenomen.

Toch stippen wij aan dat het gemiddelde resultaat van eencluster niets zegt over de specifieke situatie van degemeenten die er deel van uitmaken: de gemeenten kunnenop hun eigen grondgebied met zeer uiteenlopende socialesituaties geconfronteerd worden.

ONDER DE LOEP

* Brussel-stad : 157.673Bron : DEXIA

Aantal inwoners (op 01.01.2010)

Exploitatie-uitgaven per inwoner - Begroting 2010 (in €)

223

74

165

96

2

8

29

6

467

222 486

Zuid-Oost

262

56

260

149

6

8

56

4

582

147 207

Noord-West

363

66

442

249

13

12

97

5

876

197 854

1e kroon

256

40

451

269

14

10

73

6

753

364 318

Kanaalzone

308

76

400

212

9

9

92

10

794

1 089 538*

Totaal

Posten

Personeel

Werking

Herverdeling

Leefloon

Steunverlenend centrum

Financiële lasten

Totaal exploitatie-uitgaven

2008

40,66

9,82

47,99

25,31

10,10

1,52

100

2009

41,07

9,66

47,79

25,91

8,99

1,48

100

2010

38,79

9,57

50,38

26,70

11,59

1,26

100

in %

Personeel

Werking

Herverdeling

Leefloon

Hospitalisatiekosten

Tegemoetkoming in medische kosten

Steunverlenend centrum

Financiële lasten

Totaal

Posten

Het nieuwe OCMW van Anderlecht

1616 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Bron : DEXIA + eigen berekeningen

Posten

47,75

15,85

35,33

20,56

0,43

1,71

6,21

1,28

100

Zuid-Oost

45,02

9,62

44,67

25,60

1,03

1,37

9,62

0,69

100

Noord-West

41,44

7,53

50,46

28,42

1,48

1,37

11,07

0,57

100

1e kroon

34,00

5,31

59,89

35,72

1,86

1,33

9,69

0,80

100

Kanaalzone

38,79

9,57

50,38

26,70

1,13

1,13

11,59

1,26

100

Totaal

Personeel

Werking

Herverdeling

Leefloon

Hospitalisatiekosten

Tegemoetkoming in medische kosten

Steunverlenend centrum

Financiële lasten

Totaal

Bron : DEXIA + eigen berekeningen

Posten

4,3

4,7

0,8

6,6

-19,1

-5,5

-10,5

p.m

2,7

Zuid-Oost

-0,5

6,7

8,3

10,7

15,9

-3,2

8,2

p.m

3,7

Noord-West

1,3

9,8

6,8

8,3

-1,0

6,1

12,2

p.m

4,5

1e kroon

5,9

13,4

15,5

21,7

5,0

18,7

18,0

p.m

11,5

Kanaalzone

3,2

6,9

14,9

12,3

2,9

10,5

41,7

p.m

9,0

Totaal

Personeel

Werking

Herverdeling

Leefloon

Hospitalisatiekosten

Tegemoetkoming in medische kosten

Steunverlenend centrum

Financiële lasten

Totaal

ONDER DE LOEP

Qua uitgaven per inwoner onderscheiden we de residentiëlegemeenten (zuid-oost en noord-west) van de gemeenten vande eerste kroon en de kanaalzone. Er is dus nog steeds eenopvallend verschil tussen het oosten van het Gewest en dekanaalzone in het westen wat de herverdelingsuitgaven perinwoner betreft.

Toch wijzen de groei van de herverdelingsbedragen op eentoenemende distantiëring tussen de residentiële gemeentenvan het zuid-oosten enerzijds en de gemeenten van hetnoord-westen anderzijds : deze laatste evolueren immers vanjaar tot jaar meer als de gemeenten van de eerste kroon ende kanaalzone. Deze beweging in 2010 versterkt devaststellingen van vorig jaar.

We vestigen ook de aandacht op de zeer sterke stijging opéén jaar tijd van de herverdeling voor de gemeenten van de

kanaalzone in alle posten, met inbegrip van detegemoetkoming in hospitalisatie- en medische kosten enhet gebruik van het steunverlenend centrum.

BesluitDe laatste jaren groeit de dotatie van de Brusselsegemeenten (buiten zone zuid-oost) aan hun OCMW’ssterk, tegen een veel hoger tempo dan in de andere grotesteden van het land.

Net zoals elders weerspiegelt de stijgende dotatie van deBrusselse gemeenten aan hun OCMW’s de effecten van definanciële crisis van 2008 op de economie en detewerkstelling, maar deze trend bevestigt ook deaanhoudende verarming van de Brusselse bevolking, zoalsde evolutie van het netto belastbaar inkomen per inwoneraantoont.

Exploitatie-uitgaven - Relatieve aandelen (in %)

Exploitatie-uitgaven - % groei t.o.v. 2009

N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1 17

Bron : FOD Financiën + eigen berekeningen

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Entiteit

8.404

9.122

9.336

7.898

7.194

10.464

10.307

9.264

8.225

8.845

1994

Belastbaar inkomen per inwoner (in €)

95,01

103,13

105,55

89,29

81,33

118,30

116,53

104,74

92,99

100,00

Index 1994België = 100

12.374

13.804

15.391

12.439

11.433

17.344

16.822

15.607

13.759

14.691

2007

84,23

93,96

104,76

84,67

77,82

118,06

114,51

106,24

93,66

100,00

Index 2007België = 100

47,24 %

51,33 %

64,86 %

57,50 %

58,92 %

65,75 %

63,21 %

68,47 %

67,28 %

66,09 %

Variatie2007/1994

ANTWERPEN

GENT

LUIK

CHARLEROI

VLAAMS-BRABANT

WAALS-BRABANT

VLAAMS GEWEST

WAALS GEWEST

BELGIË

Bron : FOD Financiën + eigen berekeningen

Anderlecht

Oudergem

Sint-Agatha-Berchem

Brussel

Etterbeek

Evere

Vorst

Ganshoren

Elsene

Jette

Koekelberg

Sint-Jans-Molenbeek

Sint-Gillis

Sint-Joost-ten-Node

Schaarbeek

Ukkel

Watermaal-Bosvoorde

Sint-Lambrechts-Woluwe

Sint-Pieters-Woluwe

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

7.744

10.835

10.295

7.221

8.166

9.435

8.493

10.156

8.235

9.822

8.250

6.706

5.949

4.504

6.941

10.952

10.954

10.521

11.440

8.404

92,15

128,94

122,51

85,93

97,17

112,27

101,06

120,86

97,99

116,87

98,17

79,79

70,80

53,60

82,60

130,32

130,35

125,19

136,14

100,00

10.980

15.669

14.554

11.237

11.836

12.651

12.749

14.227

12.897

13.602

12.059

9.496

10.126

8.100

10.518

16.101

16.628

14.940

16.719

12.374

88,73

126,63

117,61

90,81

95,65

102,24

103,03

114,97

104,22

109,93

97,45

76,74

81,83

65,46

85,00

130,12

134,38

120,74

135,11

100,00

41,78 %

44,61 %

41,37 %

55,62 %

44,94 %

34,09 %

50,11 %

40,08 %

56,61 %

38,50 %

46,17 %

41,61 %

70,20 %

79,83 %

51,54 %

47,02 %

51,80 %

42,01 %

46,14 %

47,25 %

1994

Belastbaar inkomen per inwoner (in €)

Index 1994BHG = 100

2007Index 2007BHG = 100

Variatie2007/1994

ONDER DE LOEP

Zo is het in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat deinkomens het minst gestegen zijn tussen 1994 en 2007 (deenige entiteit waar de stijging lager is dan 50 %) en was in2007 enkel de stad Charleroi minder goed geklasseerd ophet vlak van de nationale index.

Die vaststelling is verontrustend, te meer daar het BrusselsHoofdstedelijk Gewest – gelukkig – ook enkele gemeentenomvat die zich bij de hoogste inkomens van het land mogenrekenen.

Hoewel het Brussels Hoofdstedelijk Gewest net zoals deandere entiteiten van het land geleden heeft onder degevolgen van de financiële crisis, toch blijft het kampen meteen constante verarming van haar bevolking, ondanks de

inspanningen van de gemeenten en het Gewest, met alle gevolgen die we vaststellen op de OCMW’s en degemeentefinanciën.

Robert Petit

Gemeenten

18 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Human resources managers, teamleaders of diensthoofdenmissen vaak adequate hulpmiddelen bij aanwervingen,evaluatiegesprekken of vormingsplannen. Zij missengeschikte elementen om het werk te objectiveren en ookintegratoren om de verschillende aspecten vanpersoneelsbeheer te verbinden. Instrumenten die demanager helpen om beslissingen te nemen, de humanresources directeur helpen om na te gaan of de persoon

geschikt is voor de vacature, maarook het personeel zelf de kansbieden om te evolueren.

In 2008 vroeg de regering deGSOB om daar werk van temaken.

Zo kwam dus het projectColumbus tot stand. Het trachtdeze verwachtingen in te lossen enbiedt de besturen van OCMW’sen gemeenten de mogelijkheid

hun bedrijfscultuur te doen evolueren naar meerautonomie, responsabilisering en polyvalentie. In fine is ditpakket bestemd om de verschillende actoren in de lokalewereld hun samenwerking te vergemakkelijken.

Onder de coördinatie van de GSOB beschrijven gemeentenen OCMW’s de bestaande typefuncties, leggen zij de takenvast die eraan verbonden zijn, de activiteiten die daaruitvoortvloeien en de competentie die ervoor vereist is. Dieelementen worden gebundeld in de functiebeschrijvingwaarop de lokale sector zich kan baseren bij het humanresources management.

Het centrale begrip waarrond de fiches opgebouwd zijn, iscompetentie.

Maar dat concept moet eerst gedefinieerd worden, waarvooreen combinatie van kennis en kunde vereist is. Naar gelangeen competentie veeleer met gedrag te maken heeft oftechnisch is, is de verhouding van elk van de drie elementenverschillend gedoseerd. Levenshouding, wat te maken heeftmet de kwaliteiten zelf van de betrokkenen (empathie,assertiviteit, …) of al hun waarden, krijgen bij voorbeeldmeer belang in de gedragscompetentie.

In de praktijk werkt het project Columbus verschillendeinstrumenten uit :

- een listing van de functies- een beschrijving van de functies- een lexicon van de competenties

Hoewel er reeds listings bestaan in de administraties, zijndie vaak gebaseerd op beroepen of graden in plaats van opfuncties. De listing ervan geeft dus weer wat er al bestaat enbundelt het in typefuncties die de grenzen van een OCMWof gemeentebestuur overstijgen. Op basis van het corpuskunnen ook lacunes ontdekt worden en tekortkomingen inalle ingevulde functies in de organisatie. Tot slot komen ergemeenschappelijke punten tussen sommige uit naar voren,die in “families” gebundeld worden. Aan de hand van delisting kan men ook het traject van een personeelslid volgenen nagaan of al zijn taken nog beantwoorden aan de functieA waarvoor hij aangeworven was, dan wel of de evolutienaar de functie B erkend of geofficialiseerd moet worden.

Maar lijstjes opmaken volstaat niet. Men moet ook nogweten wat elk ervan behelst. En de definitie moet ook noggedeeld worden. Die doelstellingen worden beoogd door defunctiebeschrijving. Die verbetert uiteraard de proceduresvoor aanwerving van de HRM, maar gaat ook in de relatiesvan de manager tot het personeel, aan ieder de mogelijkheidbieden een duidelijk en objectief beeld te krijgen van wat ervan de tweede verwacht wordt. De manager kan ookgebruik maken van de beschrijvingen om binnen zijn teamte bepalen welke competenties nog uitgebouwd moetenworden en welke al voldoende aanwezig zijn.

Gemeentebesturen

Sint-Agatha-Berchem, stad Brussel, Evere, Vorst, Jette,Sint-Joost-ten-Node, Schaarbeek, Sint-Gillis, Ukkel,Sint-Lambrechts-Woluwe, Sint-Pieters-Woluwe en alsreferent Koekelberg

OCMW’s

Etterbeek, Elsene, Jette, Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Joost-ten-Node, Ukkel, Sint-Lambrechts-Woluwe, Sint-Pieters-Woluwe en als referenten Schaarbeek en Sint-Gillis

Deze verschillende administraties zijn opgedeeld in 3 groepen om stof te leveren, de methode uit testippelen of fiches te testen.

Wie neemt deel aan het project Columbus ?

COLUMBUS STRUCTUREERT HUMAN RESOURCES

Eind november 2010 hield de Afdeling OCMW van de VSGB haar traditionele herfstontmoeting, die ditkeer gewijd was aan de human resources in de OCMW’s. De GSOB stelde er het project Columbus voor,waaraan een ruime helft van de Brusselse lokale actoren hun medewerking verlenen bij het uitwerken vanhulpmiddelen voor competentiebeheer. Begin maart werd het project Columbus opnieuw voorgesteld, ditkeer in het kader van het jaarlijks congres van de gemeentesecretarissen.

NIEUWS VAN HET GEWEST

Nancy Verstraeten

19N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Vijf vragen aan Sophie Decuypere,licentiate in de psychologie en leidervan het project Columbus binnen deGSOB.

1 Vanwaar komt de naamColumbus ?

Sophie Decuypere : “Wij vonden bij de GSOB dat hetproject een naam moest krijgen die gemakkelijk blijft hangen.Het “project voor gepland competentiebeheer” was dus niet echtgeschikt. Intern werden er enkele voorstellen gedaan.Uiteindelijk werd er geopteerd voor de idee in groep opeenzelfde schip – zoals ontdekkingsreizigers – een stukje samente reizen naar nieuwe horizonten van human resources en deambitie om samen nieuw navigatiemateriaal te maken vooreen modern HR-management. Bovendien moesten we eengemakkelijke naam vinden die iedereen vlot kan uitspreken. Integenstelling tot wat sommigen dachten, is er dus geen verbandmet “het ei” ...

Columbus is dus de naam van een project, maar het is ook denaam van de stuurgroep die aan het project werkt. Als mensennaar de vergaderingen komen, zeggen zij aan hundiensthoofden dat ze "naar Columbus gaan". Wat interessantis, is dat de administraties die het project intern beginnen teimplementeren zijn, het ook Columbus noemen. Er zijn dusverschillende projecten Columbus, met een gemeenschappelijkekern en zelfs stilaan ook afgeleide uitdrukkingen (bv. Columbusiaals).”

2 Wanneer, hoe en waarom is het project totstand gekomen ?

“Het project Columbus kwam tot stand in 2008, wellicht omverschillende redenen. In de eerste plaats was het het jaar vande publicatie van het plaatselijk-bestuursplan. De regering wouhet lokaal openbaar ambt moderniseren. De GSOB van haarkant wou haar takenpakket uitbouwen. De administratiesbegonnen gevoelig te worden voor competentiebeheer en voeldenhet belang van het concept. Het ging dus om een combinatievan verschillende elementen.

Ikzelf ben bij de GSOB beginnen werken in juli 2008 en benmeteen aan het project beginnen sleutelen. Omdat het zo’nomvangrijke taak bleek, kreeg ik assistentie van tweespecialisten: Ann Lenaerts van de Solvay Brussels School enMichel Amiel van adviesbureau BAC. De eerste bakens werdenuitgezet. Vervolgens zond de GSOB een brief naar alle Brusselsegemeenten en OCMW’s om de start van het project aan tekondigen en ze uit te nodigen op een informatievergadering.Aan het eind van die vergadering bleken een vijftientaladministraties geïnteresseerd om in het project te stappen.Andere hebben er zich later nog bij aangesloten. Momenteelnemen 21 administraties van ver of dichtbij deel aan hetColumbus-project.”

Een voorbeeld

De typefunctie van "beheerder van human resourcesdossiers" omvat 12 types competentie: analyse, kennis vande instelling en diens context, structurering van het werk,naleving van de confidentialiteitsregels, goede controle overemoties, goede toepassing van regels en procedures,schriftelijke en mondelinge communicatie, samenwerkingen teamspirit, uitbouw-ontwikkeling-gebruik van eennetwerk, actief luisteren en empathie en tot slotovertuigingskracht.

Gemakshalve zijn ze in families onderverdeeld (concept,organisatie, actie en interactie) en bij iedere competentiewordt de inhoud beschreven ten opzichte van eentypefunctie van beheerder van HR-dossiers.

Zo lezen we bij naleving van de confidentialiteitsregels hetvolgende :

“Ik verbind me tot het naleven van een strengeconfidentialiteit van de informatie over een persoon ofeen dossier die ik door mijn activiteiten verneem: ikmaak deze gegevens niet bekend en gebruik ze niet vooreigen rekening noch voor rekening van anderen. Ik magechter wel feiten en informatie delen met andereberoepskrachten die een discretieplicht hebben of dooreen beroepsgeheim gebonden zijn.• Ik ontvang de personeelsleden in een aangepast lokaal,

om informatie in te winnen en dossiers samen te stellen.• Telkens als ik een vraag ontvang, identificeer ik de

vraagsteller.• Ik identificeer de vragen naar vertrouwelijke informatie.• Vooraleer ik informatie geef, ga ik na of het om

informatie gaat die mag worden bekendgemaakt. Bijtwijfel win ik het advies van een meerdere in.”

NIEUWS VAN HET GEWEST

Tot slot heeft het projectColumbus ook een lexi-con van competentiestot stand gebracht, waar-bij getracht wordt voorelk ervan de precieze be-schrijving te geven. Diewoordenlijst vergemak-kelijkt natuurlijk hetwerk van een nieuwefunctiebeschrijving. Maarnet zoals voor de listing

biedt het bovendien een globaal zicht op de competenties,waardoor men makkelijker het geheel kan overschouwen eneen betere analyse kan maken van de eventuele gebrekenbinnen een organisatie.

Het project Columbus wordt voorgesteldop het Congres van de Secretarissen

3 21 lokale besturen (gemeenten en OCMW’s)nemen deel. Kunnen de andere er nu nogbij aansluiten ? Of er later een beroep opdoen? Hoe kan men in contact komen metde coördinatoren van het project ?

“Ja, de andere Brusselse gemeenten en OCMW’s zijn beslist nogwelkom. Maar het doel van het project is hulpmiddelen tecreëren met en voor de Brusselse lokale besturen, voor alle lokalebesturen. En ik merk dat zij sterk verschillen van wat hetpersoneel gewoon is. Zij zullen de Columbus-hulpmiddelen dusmoeten leren kennen alvorens ze te gebruiken. Het ideaal is duszich aan te sluiten bij de groep Columbus, contact op te nemenmet degenen die de fiches met functiebeschrijvingen, hetcompetentie-lexicon en de functielisting opgemaakt hebben omze zo goed mogelijk te gebruiken.

Ik ben de referentiepersoon bij de GSOB. Men kan mij bellenof mailen om alles in gang te zetten, rekening houdend met deverwachtingen en de beperkingen van de administratie.Uiteraard moet de hiërarchie vooraf ook het licht op groenzetten (ten minste de gemeente- of OCMW-secretaris). Anderszal het project intern weinig kans op slagen hebben.”

4 Hoe ver staat het nu en wanneer zal hetaf zijn ?

“Inmiddels is het competentielexicon klaar en de functielistingin zekere zin ook (deze zal nog evolueren op basis van deinformatie die in de loop der tijd nog binnenkomt). Er zijnmomenteel tien beschrijvingen van typefuncties en andereworden binnenkort afgerond. Ik zou tegen eind april 25 functiebeschrijvingen nagekeken willen hebben. Maarmomenteel werken we ook hard aan andere aspecten van hetproject en dus zullen we wellicht enige vertraging oplopen.Aanvankelijk raamden de deskundigen het aantal typefunctiesin gemeenten en OCMW’s op 50. Maar er komen er geregeldnieuwe bij. Het werk zal dus nooit helemaal af zijn.”

5 Hoe zal het werk verspreid worden ? Zullende fiches ter beschikking gesteld wordenvan iedereen ?

“Zodra de nieuwe site van de GSOB online gaat, zullen delokale besturen de fiches kunnen raadplegen. Het project zal eenvolledig onderdeel van de website beslaan : de type-beschrijvingen, de listing, het lexicon en wellicht nog enkeleandere zaken, alsook "nieuwtjes" van Columbus. Er zal ook eenbeveiligde rubriek zijn, voorbehouden voor “Columbusianen”,om uitwisselingen aan te moedigen met HR-managers en meerexperimentele dingen te kunnen testen, omdat Columbus nogin volle evolutie is.”

20 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

InfoHet project Columbus zal te vinden zijn op de nieuwewebsite van de GSOB (www.erap-gsob.be) die in de loopvan 2011 online gaat.

Dit artikel staat tevens op www.vsgb.be, samen met eenvoorbeeld van een volledige fiche van een typefunctie.

Parallel met het project Columbus van de GSOB, dat zichtoelegt op de competentie van het personeel van de lokalebesturen, heeft de Afdeling OCMW van de VSGB ookgewerkt aan een verwante problematiek, nl. de valideringvan de competenties, die streeft naar de objectivering enerkenning van de competenties uit de beroepspraktijk maardie niet samenhangen met een diploma. De validering vande competentie is een hulpmiddel bij de inschakeling vanwerklozen op de arbeidsmarkt, door objectivering envalidering van hun kennis en kunde.

Meer info ivm de validering van de competentie :www.vsgb.be > Afdeling OCMW > Documenten

NIEUWS VAN HET GEWEST

5

4

3

2

1

21N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

IN ONZE GEMEENTEN

Op 24 november 2010 heeft de Afdeling OCMW van de VSGB de 19 BrusselseOCMW's uitgenodigd om te praten over de human resources in onze OCMW's. Inde voormiddag namen enkele sprekers het woord en 's namiddags ging het voort inwerkgroepen, die uitmondden in voorstellen en aanbevelingen, die vervolgensvoorgelegd werden aan het Directiecomité van de Afdeling OCMW. De voorstellendie wij hier samenvatten, komen dus van de deelnemers zelf en zijn gericht tot hunOCMW, het Gewest of de Afdeling OCMW van de VGSB.

HUMAN RESOURCES IN DE OCMW'S : AANBEVELINGEN VAN MAATSCHAPPELIJK

WERKERS

6

7

Turn-over en werklastDe eerste werkgroep verkende mogelijke oplossingenvoor de turn-over en de werklast van demaatschappelijk assistenten en dacht na over hetimago van de functie. Een greep uit de voorstellen :

Harmonisering van de loonschalen in BrusselHoewel de basis van het barema overal in Brussel identiekis, zien we uiteindelijk toch loonverschillen van het eneOCMW tot het andere. Zo nemen sommige de anciënniteitin aanmerking, terwijl andere dat weigeren. Bij identiekwerk kan het loon dus verschillen en een harmonisering zouhet personeelsverloop binnen het Gewest om die reden dusterugschroeven.

Een optrekking van de barema's om ze met deandere gewesten gelijk te schakelenEr is niet alleen de hierboven beschreven interneconcurrentie, maar ook nog concurrentie tussen degewesten, waarbij de Vlaamse en Waalse barema's hunBrusselse collega’s overtreffen, soms met verschillen tot 10 %. Er is een beweging ingezet om de lonen gelijk tetrekken, beginnend bij de laagste graden (niveau C en D).Deze vraag aan het Gewest zou een invloed moeten hebbenop het sociaal handvest, dat momenteel in herziening is.

Betere informatie geven over het 'statuut' (datzijn aantrekkingskracht een beetje verliest)Ondanks de examens die de lokale besturen organiseren,zien we dat vele contractuelen er geen aandacht aanschenken, omdat ze de voordelen die met het statuutsamenhangen niet kennen. Bovendien is de algemene trenddat er steeds meer contractuelen zijn en minder statutairen.En die tendens brengt een grotere mobiliteit teweeg en eengrotere turn-over van de werknemers. Het statuut is immerseen element van motivatie dat de werknemer kanaanmoedigen om in zijn OCMW te blijven. Het vertraagtde turn-over, maar het moet goed uitgelegd worden aan hetOCMW-personeel.

Het probleem van de tweetaligheid (beschouwdals rem en factor voor turn-over) aanpakkendoor praktische taaloefeningen Het personeel vraagt de lokale overheden om hulp bij hetaanleren van de tweede taal. Het vereiste Selor-attest is een

struikelsteen voor velen en maakt het de werkgeversmoeilijk om hun personeelskader in te vullen. Inbepaalde OCMW's worden conversatietafelsgeorganiseerd en de GSOB biedt lessen Nederlandsen Frans aan in het vormingsprogramma. Hoekunnen we de talenkennis van het personeel nog

verbeteren ? De vraag blijft open …

Tijd vrijmaken en vergaderruimten creërenzodat de maatschappelijk werkers kunnen na-denken over hun werkmethode en instrumentenuitwerken om hen te helpen bij de behandelingvan hun dossiers. (Verplicht) individuele encollectieve supervisie organiserenDeze aanbeveling is gericht tot de OCMW's, omdat demaatschappelijk werkers kampen met tijdsgebrek om hunwerk doeltreffend en coherent te organiseren. De huidigewerklast houdt hen op de eerste lijn, zij handelen dringendezaken af en regelen de administratieve aspecten, maar erblijft geen tijd over voor het organisatorische, wat tochessentieel is om dringende zaken te structureren.

Eventueel iemand aanwerven die luistert naarde maatschappelijk werkers of het personeel datcontact heeft met het publiek (vergelijkbaar metde adviseur "welzijn op het werk")Hier moeten we het werk van de maatschappelijkassistenten opnieuw in zijn context plaatsen, afstand nemen,kiezen voor een externe invalshoek, om de dienstverleningaan de gebruikers te verbeteren. Er moet ook aandacht gaannaar de ingewikkelde en delicate situaties waarmee hetpersoneel vaak geconfronteerd wordt.

Contact opnemen met de sociale hogescholen :het imago van de OCMW's bij de studentenverbeteren door informatie te verspreiden, desituatie van stagiairs te verbeteren of een beroepte doen op ervaringsdeskundigenDe groep verantwoordelijken van sociale diensten, waaraande Afdeling OCMW deelneemt, legt zich daar reeds op toe.Leden van deze groep gaan namelijk het werk in hetOCMW toelichten in scholen, om het beeld dat destudenten en hun leraren ervan hebben op te krikken.Ervaringsdeskundigen, d.w.z. personen die dankzijOCMW-bijstand opnieuw in het zadel geraakt zijn, kunnendaarbij betrokken worden.

11

12

13

10

9

8

22 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

IN ONZE GEMEENTEN

Christine Dekoninck en Philippe Delvaux

Op termijn zou het goed zijn de opleiding, die nu kortstilstaat bij de wetgeving omtrent sociale bijstand, uit tediepen, want de OCMW's zijn zeer grote werkgevers.

Uitwisselingen voorstellen, bv. tussen socialeteams en studenten of in het kader van deEuropese Week van de Lokale DemocratieEen eerste coördinatievergadering in verband met deEuropese Week van de Lokale Democratie vond eindfebruari plaats. Wij zullen daar dus nog op terugkomen.

CompetentieEen tweede werkgroep was gewijd aan de competentie,waaruit wij 2 aanbevelingen distilleren :

De validering van de competentie in hetsociaal handvest verwerken en de professio-nalisering van de sectoren mogelijk maken (metname levenslang bijleren/scholen)De validering van de competentie is een proces dat ernaarstreeft dat een individu de competentie verwerft diebeschreven staat in een referentiegids. Het is een erkenningvan kennis en knowhow die noodzakelijk zijn voor hetvervullen van bepaalde taken in een werksituatie. Decompetentie kan verworven worden door werkervaring,beroepsopleiding of levenservaring.

Het sociaal handvest wordt momenteel herzien in hetGewest (zie Nieuwsbrief-Brussel 2010-6 "Naar een sociaalhandvest 2.0"). De vertegenwoordigers van hetDirectiecomité van de Afdeling OCMW hebben daar notavan genomen. Zij zetelen in het Comité C, dat bevoegd isterzake.

Een pool van deskundigen samenstellen viasamenwerkingsverbanden en een consortiumvoor validering van competentie GSOB / Selor /ActirisDe Afdeling OCMW kan synergie creëren tussen debetrokken partijen. Er zal overigens een project opgezetworden rond socioprofessionele inschakeling met research-actie via artikel 60 en 61 met deskundigen, waaronder hetOCMW van Elsene voor hun project "parcours 60". Actirisis een partner van dit initiatief. De eerste vergadering zoumoeten plaatshebben op het moment dat u dit tijdschrift inhanden krijgt.

WerkprocessenDe laatste werkgroep tot slot boog zich over de goedewerking en de dienstverlening van de OCMW's om dewerkprocessen te verbeteren. Er kwamen 3 aanbevelingenuit voort, die berusten op de idee dat instrumenten, als ergebruikt worden, goed gekend moeten zijn in hun gebruiken dat er overleg moet plaatsvinden.

De "zin" van sociaal werk (her)definiëren inhet kader van de taken van het OCMW engemeenschappelijke waarden vastleggen met allemedewerkersDe deelnemers aan de workshop waren het erover eens dathun werk voor een deel zijn zin verliest. Zij vragen aan huneigen OCMW een herdefiniëring van de doelstellingen, hetnut, de manier van werken, de bedrijfscultuur, de strategie,het begrip dienstverlening aan het publiek, kortom alleparameters van omkadering van hun werk. Deze vraag sluitaan bij de vraag om herdefiniëring van de visie van hetOCMW.

De communicatie naar boven, naar benedenen transversaal verbeterenDe communicatie van de maatschappelijk werkers naar hunhiërarchisch oversten zou beter gestructureerd moetenworden, naar de OCMW-raadsleden, naar de OCMW-voorzitter maar ook de band tussen diensten zou hersmeedmoeten worden. De OCMW's hebben de neiging huntaken te verruimen en hun personeel en hun structuren tespecialiseren (oprichting van een cel energie, jongeren,socioprofessionele inschakeling, schuldbemiddeling, …).Die trend houdt voordelen in, maar creëert ookmoeilijkheden door de versnippering die teweeggebrachtwordt. Steunzoekers bevinden zich vaak in complexesituaties die een globale tenlasteneming vragen, watdoeltreffender verloopt als er bruggen geslagen wordentussen diensten die te vaak apart werken.

Een strategisch plan uitstippelen metoverlegde doelstellingen om de werking van dediensten te verbeteren en goede praktijk-voorbeelden te belichten, uitgaande van hetprincipe dat een goed gebruik een werkmethodeis, een dagelijkse praktijk in een dienst diegekopieerd kan worden naar elders omdat heteen meerwaarde oplevert inzake efficiëntie,transparantie, vereenvoudiging of vernieuwing

De studiedag was zeer vruchtbaar : naast de uitwisselingenwaaruit iedereen iets kon opsteken, werd er hard nagedachtom tot voorstellen te komen. Dat bewijst dat er in onzeOCMW's een sterke wilskracht aanwezig is, enthousiastpersoneel en mandatarissen die de instelling willen doenvooruitgaan en echte ijver om de kwaliteit van het werk teverbeteren door betere dienstverlening aan het publiek.Daar twijfelden wij niet aan ! Het werk gaat door. Dezeontmoeting is niet afgesloten: nu moeten wij de voorstellenuitdiepen en ze op middellange of lange termijn in depraktijk trachten om te zetten.

23N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

DISCRETIEVERPLICHTING OFBEROEPSGEHEIM VOOR MANDATARISSEN ?

Beroepsgeheim en discretieplicht worden vaak met elkaar verward. Het is niet altijd even duidelijk voor demandataris of hij nu onderworpen is aan een beroepsgeheim of aan een discretieverplichting. Het wordt nogminder duidelijk wanneer het gaat over de vergaderingen van het college van schepenen en burgemeester metde voorzitter van het OCMW. Wat mag de voorzitter van de raad van het OCMW vertellen ? Tot hoevergaat de discretieverplichting van de leden van het college van burgemeester en schepenen ?

Er gelden andere regels voor de leden van de OCMW-raad dan voor de gemeenteraad of het college vanburgemeester en schepenen.

Beroepsgeheim en discretieplichtBeroepsgeheim en discretieplicht lijken op elkaar, maar zijnniet hetzelfde. Het beroepsgeheim wordt niet echtgedefinieerd in het Strafwetboek, maar wel opgelegd aanbepaalde personen. Het vindt zijn grondslag in artikel 458van het Strafwetboek 1. Bovendien is het beroepsgeheim eenwettige verhindering voor een getuigenis. Volgens derechtspraak mag elk bewijs dat gedekt wordt door hetberoepsgeheim, geweerd worden uit het onderzoek 2. Hetberoepsgeheim legt dus een zwijgplicht op, en dit onder alleomstandigheden.

De discretieplicht is niet gestoeld op een dergelijk artikel,maar het is veeleer een verzamelbegrip 3. Het is niet zoabsoluut als het beroepsgeheim. Men kan niet opwerpen datmen gebonden is door een discretieverplichting als hetbewijs gevraagd wordt van zaken waarvan men kennis heeft.Integendeel, men is zelfs verplicht ze te gebruiken. Dediscretieplicht is nochtans ruimer dan het beroepsgeheim,want het doelt op het geheel van informatie die men krijgtdoor het ambt dat men uitoefent. Het beroepsgeheim slaateigenlijk alleen op de zaken die men verneemt die verbandhouden met de uitgeoefende functie.

In sommige gevallen schrijft de wet de discretieverplichtingvoor. Dat is zo in de wet op de arbeidsovereenkomsten, diede werknemer verplicht om zich ervan te onthouden, naastfabrieks- of zakengeheimen, vertrouwelijke aangelegen-heden waarvan hij in de uitoefening van zijn beroepsarbeidkennis kan hebben, bekend te maken. Ook velerechtspositieregelingen leggen hun ambtenaren op dat zegeen feiten mogen bekendmaken die betrekking hebben opde voorbereiding van alle beslissingen zolang er geeneindbeslissing is genomen.

Het beroepsgeheim wordt door de wet ingesteldDe discretieverplichting heeft een ruimer toepassingsgebieddan het beroepsgeheim, omdat het niet alleen door een wet,maar ook door een reglement of een overeenkomst kanworden opgelegd. Dat geldt niet voor het beroepsgeheim,dat enkel zijn oorsprong vindt in het Strafwetboek. Inartikel 458 van het Strafwetboek wordt opgesomd dat"geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid,apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uithoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimendie hun zijn toevertrouwd" onder de toepassing van hetberoepsgeheim vallen. In de eerste plaats is dus het medischepersoneel onderworpen aan het beroepsgeheim.

Wie zijn dan "alle andere personen"? Uit de rechtsleer blijktdat het gaat om twee groepen. Vooreerst kan het gaan ompersonen voor wie op dat ogenblik nog geen beroepsgeheimbestond. De strafwetgever heeft een verdere ontwikkelingniet willen uitsluiten, zodat het beroepsgeheim ook nog kanworden opgelegd door een andere wet. Verder heeft ook derechtspraak een categorie ontwikkeld: die van alle personendie door hun beroep belast worden met eenvertrouwensfunctie.

• Uit die rechtspraak blijkt dat het moet gaan omnatuurlijke personen.

• Een verdere voorwaarde is dat ze een vertrouwens-relatie moeten hebben met hun cliënt.

• Het moet in die context ook werkelijk gaan om eendirecte relatie tussen de persoon en diens cliënt.Wanneer het gaat om een derde die de opdracht geeft,bestaat er geen vertrouwensrelatie die beschermd wordtdoor het beroepsgeheim 4.

• Ten slotte moet het gaan om een functie vanmaatschappelijk belang. Zo geldt het beroepsgeheimvolgens de rechtspraak ook voor gerechtsdeurwaarders,maatschappelijk assistenten en bemiddelaars.

1 Art. 458. Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroepkennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte (of voor eenparlementaire onderzoekscommissie) getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken, worden gestraftmet gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd [euro] tot vijfhonderd [euro].

2 Allemeersch, B., Het toepassinggebeid van art. 458 Strafwetboek. Over het succes van het beroepsgeheim en het geheim van dat succes, R.W., 2003-2004, 1–19.

3 Allemeersch, B., o.c., p. 2.4 De arts die een bloedstaal moet nemen krachtens een bevel van de politie heeft geen vertrouwensrelatie met de persoon van wie hij het bloedstaal neemt.

24 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

5 Art. 36 OCMW–wet: "De leden van de raad voor maatschappelijk welzijn hebben het recht om ter plaatse kennis te nemen van alle akten, stukken endossiers betreffende het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.De leden van de raad, alsmede alle andere personen, die krachtens de wet de vergaderingen van de raad, het vast bureau en de bijzondere comités bijwonen,zijn tot geheimhouding verplicht."

6 De inhoud is dus niet van tel. Ook informatie die op zich illegale feiten bevat, valt onder het beroepsgeheim. Brussel, 27 november 1981, J.T., 1982, 43.7 Brussel, 8 maart 1972, Pas., 1972, 105.8 Jonckers, C., Oortjes open en snaveltjes toe? Het beroepsgeheim binnen de OCMW-werking, OCMW visies, 2007, 30.9 Allemeersch, B., o.c., 12.10 Corr. Kortrijk, 6 november 2001, A.J.T., 12.02-18.02.2002, V.8, (23), 634-636.11 Gent, 12 februari 2003, onuitg.12 Voor een interessante analyse van de zaak: zie Appels, W., Inzagerecht en beroepsgeheim, AVI, mei 2003, 20-23. In dit artikel analyseert de auteur zowel

het arrest als het artikel dat hieromtrent in de Juristenkrant was verschenen. Judo, F., Gemeenteraadsleden mogen onregelmatigheden aanklagen, De Juristenkrant, 26 maart 2003, p. 1 en 7.

Geldt het voor mandatarissen van gemeente enOCMW ?Geldt er voor de leden van de gemeenteraad en van hetcollege van burgemeester en schepenen ook eenberoepsgeheim ? Ze zijn wel gebonden door een dis-cretieverplichting. Een beroepsgeheim zou veronder-stellendat een wetsbepaling die verplichting aan de raadsledenoplegt, wat totnogtoe niet gebeurd is.

De Nieuwe Gemeentewet legt geen beroepsgeheim op. Datbetekent dat de gemeenteraadsleden niet gebonden zijndoor het beroepsgeheim. De OCMW-wet daarentegen legtde leden van de raad voor maatschappelijk welzijn op om degeheimhouding na te komen 5. De wet breidt dit uit vooralle personen die krachtens de wet de vergaderingen van deraad, het vast bureau en de bijzondere comités bijwonen.

Leden van de raad en het bureau zijn dus verplicht hetberoepsgeheim na te komen, leden van de gemeenteraad enhet college van schepenen en burgemeester niet, omdat hetvoor hen niet voorzien is.

Wat is geheim ?Welke zaken zijn geheim? De wet geeft geen definitie vanwat als geheim beschouwd moet worden. In principe valtalle informatie, belangrijk of onbelangrijk, onder detoepassing van het beroepsgeheim. De inhoud 6 bepaalt nietof het gaat om een geheim 7, maar wel of de informatie ofde feiten reeds bekend zijn aan derden 8. De vorm waarin deinformatie werd gegeven, speelt evenmin een rol. Alleinformatie, mondeling of schriftelijk, die gegeven werd aanpersonen die gebonden zijn door een zwijgplicht, is geheim 9.

Dan toch een beroepsgeheim voor gemeenteraadsleden ?Algemeen wordt aangenomen dat gemeenteraadsleden onderworpen zijn aan een discretieverplichting, maarniet aan een beroepsgeheim.

In een opmerkelijke zaak oordeelde de correctionele rechtbank van Kortrijk 10 echter dat gemeenteraadsleden weldegelijk onder het toepassingsgebied van artikel 458 van het Strafwetboek vallen. In die zaak haddengemeenteraadsleden brieven bekendgemaakt uit een personeelsdossier, een zaak die tijdens een zitting van degemeenteraad besproken was. Aangezien het om personen ging, werd de zaak achter gesloten deurenbehandeld. De rechtbank baseert zich voor de conclusie dat de gemeenteraadsleden zich schuldig haddengemaakt aan de schending van het beroepsgeheim, op het feit dat gemeenteraadsleden gebruik kunnen makenvan een inzagerecht en dat een dergelijk recht enkel voor gemeenteraadsleden bestaat. Bovendien wordt dezitting met gesloten deuren gehouden. Het inzagerecht en de gesloten deuren volstaan voor de rechtbank omartikel 458 van het Strafwetboek van toepassing te maken op gemeenteraadsleden.

… Maar niet volgens het hof van beroep in Gent 11, dat de gemeenteraadsleden vrijspreekt. Het Hof onderzoektof de constitutieve bestanddelen van de schending van het beroepsgeheim aanwezig zijn. De overhandiging vande brieven aan de pers heeft geen geheim bekendgemaakt in de zin van artikel 458 van het Strafwetboek 12.

- een bekendmaking

- die opzettelijk gebeurde

- door iemand die beroepsmatig kennis droeg van geheimen

- van een geheim dat aan die persoon werd toevertrouwd

Het Hof stelt dat uit het feit dat gemeenteraadsleden inzagerecht hebben, niet automatisch volgt dat alleinformatie die ze hierdoor verkrijgen, onderworpen is aan het beroepsgeheim. Het Hof heeft een afweginggemaakt tussen de vrijheid van mening die gemeenteraadsleden hebben en hun inzagerecht. Bij de uitoefeningvan dat spreekrecht – vrijheid van mening – moeten ze rekening houden met de rechten van derden.Gemeenteraadsleden moeten opletten dat ze verantwoord omgaan met de informatie die ze verkrijgen. Zekunnen burgerrechtelijk aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die voortvloeit uit hetonverantwoord gebruik ervan.

25N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

13 Allemeersch, B., o.c., 12 en Jonckers, C., o.c., 30.14 Luik, 25 juni 1958, J.T., 1959, 45.15 Gent, 7 september 1995, T.Not., 1996, 591; Brussel, 8 maart 1972, Pas., II, 1972, 105.16 Een uitstekende wettelijke definitie wordt gegeven door de Jeugdbeschermingswet. In artikel 77 wordt het volgende bepaald: "Elke persoon die, in welke

hoedanigheid ook, zijn medewerking verleent aan de toepassing van deze wet, staat daardoor in voor de geheimhouding van de feiten die hem in deuitoefening van zijn opdracht worden toevertrouwd en die hiermede verband houden. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hen van toepassing." Hetmoet dus wel degelijk gaat om zaken die verband houden met de functie.

17 Cass., 16 december 1992, Arr.Cass., 1991-92, 1445.18 Brussel, 16 december 1957 in V. en A., Kamer, 1987, 12 december 1986, Vraag nr. 38, p. 11666 en Cass., 23 september 1986 in V. en A., Kamer, 2005-

2006, 9 januari 2006, Vraag nr. 881, p. 27061.19 Wat in tegenspraak is met een deel van de doctrine. Zie terzake Jonckers, C. , op.cit.20 Zo moet het beroepsgeheim wijken voor het aangifterecht dat voorzien is in het geval van mishandeling en seksuele delinquentie tegenover minderjarigen,

of in het kader van het schuldig hulpverzuim of de noodtoestand.21 Vr. en Antw., Kamer, 9 mei 1986, vraag nr. 56 (Eerdekens), p. 2592.22 Art. 103 NGW: "De voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn heeft zitting met raadgevende stem in de vergaderingen van het college van

burgemeester en schepenen.In afwijking van het tweede lid heeft de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn geen zitting, wanneer het college het toezicht over debeslissingen van de raad voor maatschappelijk welzijn uitoefent."

23 Art. 103 NGW, Ordonnantie 5 maart 2009 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet, M.v.T., A–512/1, p. 9.

Het beroepsgeheim omvat de geheimhouding van alleinformatie die men te weten is gekomen tijdens deuitoefening van zijn ambt of functie. Die informatie werdtoevertrouwd aan de geheimdrager onder de voorwaardevan de geheimhouding (anders werd ze niet gegeven) enstaat in verband met die functie die de geheimdrageruitoefent 13. Uit de rechtspraak blijkt dat het gaat ominformatie die bestemd is om voor anderen verborgen teblijven 14. Het geheim karakter slaat op de informatie,niet op de geheimdrager. Dat betekent dat wanneer diezijn functie of ambt dat onderworpen is aan hetberoepsgeheim, niet meer heeft, de informatie toch noggeheim blijft 15.

• Een uitzondering op dat beroepsgeheim vormen depublieke feiten. Feiten die algemeen bekend zijn,kunnen immers bezwaarlijk nog geheim wordengenoemd.

• Feiten die eigenlijk helemaal geen verband houden metde functie, kunnen eveneens buiten de bescherming vandat beroepsgeheim vallen. Het Hof van Cassatie stelt dathet beroepsgeheim niet geldt voor informatie die geenenkel rechtstreeks verband 16 vertoont met de uitvoeringvan de vertrouwensopdracht 17. Het is natuurlijk eenfeitenkwestie om uit te maken of de informatie al danniet in het kader van de vertrouwensrelatie werdgegeven.

Wie geroepen wordt om in rechte getuigenis af te leggenover een feit dat door het beroepsgeheim gedekt is, mag ditfeit bekendmaken indien hij acht zulks te moeten doen,maar hij kan niet tot spreken gedwongen worden indien hijmeent het beroepsgeheim te moeten bewaren. De weigeringom te spreken in recht is onderworpen aan de controle vande rechterlijke macht en slaat slechts op toevertrouwde ofvastgestelde feiten die uit hun aard geheim zijn 18.

Wanneer is er sprake van schending van hetberoepsgeheim ?Er is schending van het beroepsgeheim als men wetens enwillens toevertrouwde informatie bekendmaakt. Daarbijmaakt het niet uit of de bekendmaking van devertrouwelijke informatie wel of geen schade berokkende.Evenmin is het van belang dat de vertrouwelijke informatiereeds werd bekendgemaakt.19

Er is geen schendig van het beroepsgeheim wanneer datmoet wijken voor de uitzonderingen op het beroepsgeheim,maar dat is in deze bijdrage niet aan de orde 20.

Voor de OCMW'sOCMW-raadsleden mogen dus geen feiten kenbaar makendie onderworpen zijn aan het beroepsgeheim. Dat betekentdat alles er moet op gericht zijn om de privacy van dehulpvragers en de onderhoudsplichtigen te beschermen. Opgrond van dat beroepsgeheim is het uitgesloten dat eenOCMW-rekening een staat zou bevatten waarinsteuntrekkers of onderhoudsplichtigen bij naam wordengenoemd 21.

Mededelingen van OCMW'sDe OCMW's zijn er wettelijk toe gehouden hunbeslissingen door te sturen naar de toezichthoudendeoverheid. Het gaat enkel over algemene zaken, waarvoor deraad bevoegd is. Individuele beslissingen over steun wordenniet doorgestuurd. Er wordt dus niet geraakt aan hetberoepsgeheim.

Deelname van de OCMW-voorzitter aan devergaderingen van het schepencollegeSedert de ordonnantie van 5 maart 2009 woont deOCMW-voorzitter de vergaderingen van het college vanburgemeester en schepenen bij met raadgevende stem,behalve wanneer het gaat om beslissingen over het OCMW 22.Het gaat hier om de wettelijke bekrachtiging van eenpraktijk 23. De aanwezigheid van de OCMW-voorzitterversterkt de band tussen gemeente en OCMW, zodat ermeer samenhang tot stand komt tussen de gemeentelijke enmaatschappelijke beleidslijnen. De voorzitter van de raadvoor maatschappelijk welzijn is geen schepen, maar wel eenpersoon die gerechtigd is deel te nemen aan devergaderingen van het College. Diens aanwezigheidbetekent echter niet het onthullen van geheime informatie.Nergens bestaat er de wettelijke verplichting voor deOCMW-voorzitter om tijdens die vergadering informatieprijs te geven die door de geheimhoudingsplicht beschermdwordt. Andere informatie mag worden gegeven en de ledenvan het College zijn gehouden door een discretieplicht.

26 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

ONDER DE LOEP

GemeenteraadsledenZoals reeds hoger gesteld, zijn de gemeentelijkemandatarissen niet onderworpen aan een beroepsgeheim,maar wel aan een discretieplicht. Op grond van hunaanwezigheid in besloten zittingen en hun inzagerechtkomen mandatarissen veel te weten. Het inzagerecht is erom de raadsleden toe te laten hun democratische rol vancontrole te kunnen spelen. Dat betekent echter niet dat zevan dat inzagerecht mogen gebruik maken om derden teinformeren. Het gemeenteraadslid zal een afweging moetenmaken tussen zijn grondwettelijke vrijheid van spreken ende discretieverplichting die er op hem rust.

Waaraan maakt men zich schuldig als men tochindiscreties vertelt ?Wanneer er zaken de beslotenheid verlaten van devergaderingen van het College of de vergaderingen metgesloten deuren, dan moet de mandataris weten dat hij zichkan schuldig maken aan een fout die aanleiding kan geventot schadevergoeding. De zaken die verteld werden, moetenvan dien aard zijn dat de onthulling ervan schade heeftveroorzaakt. Het raadslid dat door het onthullen vaninformatie een fout begaat, moet het slachtoffer dusvergoeden 24.

Het beroepsgeheim daarentegen vergt geen schadevereiste.De loutere onthulling kan al strafsancties met zichmeebrengen 25 waarbij de strafrechtelijke sanctie geenschadevergoeding is voor mogelijke schade die is ontstaan.Naast de strafsanctie kan het OCMW-raadslid zich blootstellen aan burgerlijke schadevergoedingen.

BesluitWe kunnen dus besluiten dat er op de gemeenteraadsledeneen discretieplicht rust, terwijl de OCMW-raadsledenonderworpen zijn aan een beroepsgeheim. Datberoepsgeheim gaat verder in de onthulling dan dediscretieplicht, terwijl de discretieplicht ruimer is over deinformatie die een raadslid te weten komt.

Het beroepsgeheim en de discretieverplichting zijnbeperkingen op de grondwettelijke vrijheid vanmeningsuiting. Alle uitzonderingen daarop moeten striktworden geïnterpreteerd. De eerste uitzondering vormt debescherming van het beroepsgeheim. Het verbiedt de dragervan het geheim om het zomaar publiek te maken. Verdermoet diegene die van zijn recht op meningsuiting gebruikwil maken, rekening houden met de rechten van diegeneover wie hij informatie heeft. Het recht op meningsuitingeindigt waar het recht op privacy van de betrokkene begint.Voorzichtigheid is dus altijd geboden bij de onthulling vaninformatie.

Art. 29 Sv en art. 458 Sw : een tegenspraak ?

Artikel 29 van het Wetboek van Strafvorderingvoorziet in het algemeen in een meldingsplichtvoor ambtenaren die in de uitoefening van hunambt kennis krijgen van een misdrijf. Demeldingsplicht heeft als doel een mogelijkevervolging door het parket mogelijk te maken. Dieprincipiële aangifteverplichting kan evenwel nietafgedwongen worden, omdat de wet in geensanctie voorziet bij niet naleving van dieverplichting. Bovendien kan het zijn dat deambtenaar onderworpen is aan het beroeps-geheim. Het is dan ook niet makkelijk om uit temaken wat nu primeert: de aangifteplicht of hetberoepsgeheim. Ook in de rechtsleer zijn demeningen verdeeld. Men zou kunnen stellen datde strijd tegen georganiseerde beroeps-criminaliteit een beperking op de bescherming vanhet beroepsgeheim mag inhouden. Men kanechter evengoed de bescherming van hetberoepsgeheim laten primeren. De twee regelsbekleden in de hiërarchie der normen dezelfdeplaats. De meldingsplicht is ouder dan debescherming van het beroepsgeheim. Demeldingsplicht werd begrepen als een uit-zondering op het beroepsgeheim, wat echter metde invoering van artikel 458 van het Strafwetboekveranderde. Niettemin kan men toch wel stellendat de bescherming van het beroepsgeheimvoorgaat op de meldingsplicht. Dat wordt trou-wens bevestigd door een arrest van 29 mei 1986van het Hof van Cassatie 26. De meldingsplichtmaakt van het zwijgrecht een spreekrecht, maarzeker geen spreekplicht 27. Men mag feiten diedoor het beroepsgeheim gedekt zijn, bekendmaken indien de geheimdrager oordeelt zulks temoeten doen. Men kan hem echter niet dwingentot spreken 28.

24 Vr. en Antw., Kamer, 1995-1996, 22 februari 1996, nr. 220, Eerdekens, 3844.25 Op de aantasting van het beroepsgeheim staan correctionele gevangenisstraffen.26 Cass. 29 mei 1986, gecit. in Vr. en Antw., Kamer, 9 januari 2009, vr. nr. 881 Tastenhoye, p. 27058–27062.27 Vr. en Antw., Kamer, 9 januari 2009, vr. nr. 881 Tastenhoye, p. 2706128 Cass. 23 september 1986, gecit. in Vr. en Antw., Kamer, 9 januari 2009, vr. nr. 881 Tastenhoye, p. 27061.

Hildegard Schmidt

Meer infoOp 9 februari 2006 wijdde de Afdeling OCMW van deVSGB haar Algemene Vergadering aan hetberoepsgeheim. U vindt dus de toenmalige stand vanzaken van die materie in het verslag van de AlgemeneVergadering 2006. De tekst is nog steeds relevant, maarmen moet natuurlijk wel rekening houden met deintussen in werking getreden wet van 4 februari 2010.

De tekst is te vinden op www.vsgb.be > AfdelingOCMW > Documenten : Februari 2006 > HetOCMW en het beroepsgeheim: stand van zaken

27N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Nieuwe website van ACTIRIS: 489.901 bezoeken in 2 maanden !

De nieuwe website van ACTIRIS ging op 8 december 2010online. De oude website werd niet louter wat opgeknapt, neen,aan zowat alles werd gesleuteld : modern design, reorganisatievan de navigatie, bijgewerkte en aangevulde inhoud.

In 2 maanden tijd heeft ACTIRIS niet minder dan 489.901bezoeken geteld op www.actiris.be. Er werden 5.259.713webpagina's bekeken. De werkaanbiedingen werden 1.197.638keer geraadpleegd. In de top 20 van de meest bezochte pagina'sstaat de zoekmotor voor werkaanbiedingen op de 2de plaats nade homepage. Op de 8ste plaats komt de pagina met informatieover de stappen die bij een inschrijving bij ACTIRIS dienen tegebeuren, met 20.208 bezoeken. De rubriek "Contacten"vinden we terug op de 17de plaats. De startpagina van dediensten voor werkgevers landt met 5.730 bezoeken op de 18deplaats. Ook de nieuwe rubriek "Over ACTIRIS" kan op heelwat belangstelling rekenen (16de plaats) en de news volgen inhet kielzog.

De nieuwe website is voornamelijk opgebouwd rond eendoordachte structurering van de informatie en de organisatievan de homepage. Het eigentijdse en kleurige design doet jongaan en geeft het geheel een dynamisch extraatje.

Nieuw op de startpagina zijn de duidelijke rubrieken dieingedeeld zijn op basis van een profiel (werkzoekende,werkgever of partner) of interesse (links naar de vaakstgeraadpleegde subrubrieken : Arbeidsmarkt, Snel werk-aanbiedingen zoeken, News, Evenementen). De zoekmotor vande site www.aandeslag.be werd integraal opgenomen, zodat deinformatie over de tewerkstellingspremie volledig zou zijn. De inhoud zelf werd niet alleen bijgewerkt maar ook uitgebreidom van www.actiris.be dé bron inzake werkgelegenheid inBrussel te maken.

“De werkzoekenden zullen voortaan op een meer gebruiks-vriendelijke, praktische en complete site kunnen surfen. We moetenalles in het werk stellen om de door de werkzoekenden in Brussel teondernemen stappen te vergemakkelijken. Deze website is eenuitstekende toegangspoort om een baan in de wacht te slepen,”aldusminister voor Economie en Werkgelegenheid Benoît Cerexhe.

De rubriekenWerk zoeken, nuttige informatie vinden

U zoekt een baan ? U heeft ongetwijfeld heel wat vragen. Opactiris.be vindt u alle informatie die van pas kan komen om zichals werkzoekende in te schrijven, geschikte werkaanbiedingen tevinden en ook hoe u zich tijdens een sollicitatiegesprekvoorstelt, waar u een opleiding kunt volgen en nog veel meer.

Win tijd bij uw aanwervingen

U zoekt personeel ? ACTIRIS biedt u gratis professionele hulpaan om de juiste kandidaat te vinden. Op de website vindt utalrijke diensten voor werkgevers, informatie overtewerkstellingspremies, diversiteit in de onderneming ofhandige gegevens voor de formaliteiten die u moet verrichten.Bovenop dit alles heeft u de mogelijkheid om uw werk-aanbiedingen kosteloos te verspreiden via "Mijn ACTIRISaccount".

Partners voor werk

U bent een operator op de Brusselse arbeidsmarkt ? Uwwerkterrein houdt verband met de begeleiding of oriënteringvan werkzoekenden, de bevordering van beroepen of dekinderopvang ? Hier vindt u projectoproepen, offerteaanvragenen inlichtingen over diensten die nuttig voor u zouden kunnenzijn. U kunt bovendien de lijst met alle partners van ACTIRISbekijken of met behulp van een doeltreffende zoekmotor enduidelijke fiches rechtstreeks de partner raadplegen waarvoor ubelangstelling heeft.

ACTIRIS, structuur achter de buurt- en nabijheids-diensten

In het "corporate" gedeelte stelt ACTIRIS zich voor aan dehand van zijn opdrachten, interne organisatie en historiek.ACTIRIS is ook een belangrijke werkgever, aangezien er meerdan 850 personeelsleden tewerkgesteld zijn en er elke maandnieuwe medewerkers bijkomen. Neem ook een kijkje bij delaatste persberichten en de grote projecten.

De arbeidsmarkt in het Brussels HoofdstedelijkGewest

U wenst op de hoogte te blijven van de opdrachten, activiteitenen publicaties van het Brussels Observatorium voor deWerkgelegenheid ? U wil de voornaamste statistieken en cijfersover de Brusselse arbeidsmarkt kennen (beroepsactievebevolking, loontrekkers, zelfstandige werknemers,…) ? U wil dewebsite "Informatie over de ArbeidsMarkt in Brussel" IAM-Bbezoeken om informatie te vergaren over de activiteitensectorenmet jobmogelijkheden of de beroepen die in Brussel voorkomen ?Dan bent u hier bij de juiste rubriek.

De nieuwe site van ACTIRIS, de kortsteweg naar een job-oplossing ! Enkel het webadres blijft ongewijzigd : www.actiris.be

28 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

WETGEVING

29.12.2010 Wet houdende diverse bepalingen (I),en in het bijzonder Titel VII - Binnenlandse Zaken -Hoofdstuk 3 - Geïntegreerde Politie - art. 75-76 Wijz.van de wet op het politieambt, en art. 77Overplaatsing van militairen naar het operationeelkader van de federale politie, Titel XIV -Maatschappelijke Integratie - art. 164 Wijz. van dewet 02.04.1965 betreffende het ten laste nemen vande steun verleend door de openbare centra voormaatschappelijk welzijn, en Titel XVII - Migratie enAsiel - art. 187 Wijz. van de procedure om eenverblijfsvergunning te bekomen om medische redenen,en art. 188 Kennisgeving van beslissingen peraangetekende briefB.S.,31.12.2010 - 252107, 252240,252144, 252178, 252180

29.12.2010 Wet houdende diverse bepalingen (II)- en in het bijzonder Titel 3 - Migratie en asiel - art.35 Harmonisering en uniformisering van deberoepstermijn, en art. 36-45 Raad voorvreemdelingenbetwistingen - Vereenvoudiging vande procedure B.S.,31.12.2010 - 251977, 252007

ADMINISTRATIEVE POLITIE

03.02.2011 Ordonnantie wijz. art. 24 van de wet20.07.1971 op de begraafplaatsen en lijkbezorgingB.S.,09.02.2011 - 253548

Spelen en weddenschappen

22.12.2010 KB tot vaststelling van het bedrag ofde tegenwaarde van de inzet van weddenschappenwaarvoor een registratieplicht geldt en totvaststelling van de inhoud en de wijze van dezeregistratie - B.S.,29.12.2010 - 252465

22.12.2010 KB betr. de werkingsregels van deweddenschappenB.S.,29.12.2010 - 252475

22.12.2010 KB tot vaststelling van de naderevoorwaarden onder dewelke onderlingeweddenschappen op paardenwedrennen die inhet buitenland plaatsvinden kunnen wordeningericht - B.S.,29.12.2010 - 252485

22.12.2010 KB betr. het maximum aantalinrichters van weddenschappen en de procedurevoor het behandelen van vergunningsaanvrageningeval een vergunning vrijkomt wegens intrekkingof stopzetting - B.S.,29.12.2010 - 252496

22.12.2010 KB betr. de regels van toezicht op ende controle van de kansspelen in de kansspel-inrichtingen klasse IV en de plaatsen waarweddenschappen worden aangenomen bedoeld inart. 43/4, par. 5, van de wet 07.05.1999 op dekansspelen, de weddenschappen, de kansspel-inrichtingen en de bescherming van de spelers,inzonderheid door middel van een passendinformaticasysteemB.S.,29.12.2010 - 252468

22.12.2010 KB tot vaststelling van het maximumaantal vaste en mobiele kansspelinrichtingenklasse IV, de criteria die ertoe strekken eenspreiding van deze inrichtingen te organiseren ende procedure voor de behandeling van deaanvragen ingeval een vergunning vrijkomt wegensintrekking of stopzettingB.S.,29.12.2010 - 252480

22.12.2010 KB tot vaststelling van devoorwaarden tot aanneming van wedden-schappen buiten kansspelinrichtingen klasse IVB.S.,29.12.2010 - 252487

22.12.2010 KB tot vaststelling van de lijst van deautomatische kansspelen waarvan de exploitatie istoegelaten in de kansspelinrichtingen klasse IVB.S.,29.12.2010 - 252495

22.12.2010 KB betr. de werkingsregels van deautomatische kansspelen waarvan de exploitatie istoegelaten in de kansspelinrichtingen klasse IVB.S.,29.12.2010 - 252467

22.12.2010 KB betr. de vorm van de vergunningklasse F1 (F2), de wijze waarop de aanvragen vooreen vergunning klasse F1 (F2) moeten wordeningediend en onderzocht en de verplichtingenwaaraan vergunninghouders F1 (F2) moetenvoldoen inzake beheer en boekhoudingB.S.,29.12.2010 - 252471

22.12.2010 KB betr. de bijdrage in de werkings-,personeels- en oprichtingskosten van deKansspelcommissie verschuldigd door de houdersvan de vergunningen klasse A, A+, B, B+, C, E, F, F+ en G voor het kalenderjaar 2011B.S.,29.12.2010 - 252481

22.12.2010 KB tot vaststelling van de waarborgvoor de vergunningen klasse C voor het kalender-jaar 2011 - B.S.,29.12.2010 - 252488

03.02.2011 KB wijz. KB 11.07.2003 betr. dewerking van de kansspelen waarvan de exploitatie istoegelaten in de kansspelinrichtingen klasse IIIB.S.,24.02.2011 - 254235

BURGERLIJKE STAND / BEVOLKING

24.11.2010 KB tot vastlegging van de gevallenwaarin een machtiging tot gebruik van hetidentificatienummer van het Rijksregister nietvereist is - B.S.,18.01.2011 - 252897

FINANCIËN / BELASTINGEN

26.11.2010 KB tot berekening en verdeling, voorhet jaar 2010, van het bijzonder krediet tenvoordele van de gemeenten op het grondgebiedwaarvan zich eigendommen bevinden vrijgesteldvan onroerende voorheffingB.S.,11.02.2011 - 253634

GEMEENTEBEHEER

19.11.2010 Omz. met betrekking tot uitvoeringvan: 1°) het KB 18.08.2010 tot uitvoering van art.5 en 6 van de archiefwet 24.06.1955; 2°) het KB18.08.2010 tot uitvoering van art. 1, 5 en 6bis vande archiefwet 24.06.1955B.S.,17.01.2011 - 252850

Bericht. Overheidsopdrachten - Rentevoet vande verwijlintresten - Art. 15, par. 4, van dealgemene aannemingsvoorwaarden (Overheids-opdrachten gepubliceerd na 01.05.1997) -

2408

18.02.2011 Omz. Overheidsopdrachten - Inme-dedingingstelling van postdiensten - Aan-bevelingen - B.S.,22.02.2011 - 253960

HUISVESTING

09.09.2010 BBHR betr. de erkenning van deverenigingen bedoeld in hoofdstuk V van deHuisvestingscode betreffende de straffen in gevalvan woningleegstandB.S.,31.12.2010 - 252533

03.02.2011 Ordonnantie wijz. art. 97 tot en met114 van de ordonnantie 17.07.2003 houdende deBrusselse Huisvestingscode, met betrekking tot deAdviesraad voor HuisvestingB.S.,09.02.2011 - 253551

LEEFMILIEU

28.10.2010 Ordonnantie van de BrusselseHoofdstedelijke Regering die de milieu- enenergiewetgeving in overeenstemming brengt met de regels van Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12.12.2006 betr. diensten op de interne marktB.S.,25.11.2010; B.S.,27.12.2010, err. - 251653

16.12.2010 BBHR wijz. BBHR 24.01.2002 betr.de kwaliteit van het leidingwaterB.S.,31.12.2010 - 252536

04.06.2009 BBHR Ô zie Subsidies

03.02.2011 Ordonnantie die de milieu- enenergiewetgeving in overeenstemming brengt met de regels van Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12.12.2006 betr. diensten op de interne marktB.S.,04.02.2011 - 251653

04.06.2009 BBHR tot vaststelling van deenergienormen die van toepassing zijn op degesubsidieerde projecten van werken die bijdragentot een rationeel energiegebruik in de gebouwendie toebehoren aan de gemeenten en OCMW'sB.S.,02.02.2011, err. - 251992

28.10.2010 BBHR dat de milieu- en energie-wetgeving in overeenstemming brengt met de

bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 13.12.2010 t/m 27.02.2011

27.12.2004 ter uitvoering van art. 1409, par. 1,vierde lid, en 1409, par. 1erbis, vierde lid, van hetGerechtelijk Wetboek inzake de beperking van deinbeslagneming wanneer er kinderen ten laste zijnB.S.,16.12.2010 - 227132

07.12.2010 KB houdende uitvoering vanhoofdstuk Ibis van de eerste titel van het vijfde deelvan het Gerechtelijk Wetboek betreffende hetcentraal bestand van berichten van beslag,delegatie, overdracht en collectieve schulden-regeling en tot vaststelling van de datum vaninwerkingtreding van sommige bepalingen van dewet 29.05.2000 houdende oprichting van eencentraal bestand van beslag, delegatie, overdrachten collectieve schuldenregeling, alsook tot wijzigingvan sommige bepalingen van het GerechtelijkWetboek - B.S.,17.12.2010 - 252190

OCMW

19.11.2010 Omz. [archiefwet]Ô zie Gemeentebeheer

27.01.2011 Omz. betr. het uniek verslag –244363

29.01.2011 MB houdende bepaling van hetbedrag van de retributie die geheven wordt bijconsultatie van het centraal bestand vanberichten van beslag, delegatie, overdracht encollectieve schuldenregeling, evenals de voor-waarden en de modaliteiten van inningB.S.,31.01.2011 - 253325

RMI

Grondwettelijk Hof - Arrest nr. 148/2010 van16.12.2010 - De prejudiciële vraag over de art. 30,31 en 47 van de wet van 26.05.2002 betreffendehet recht op maatschappelijke integratie en art.580, 8°, c), lid 2, Ger.W. B.S.,14.02.2011 - 253646

Schuldbemiddeling

13.01.2011 Bericht - KB 18.12.1998 houdendevaststelling van de regels en barema's tot bepalingvan het ereloon, de emolumenten en de kosten vande schuldbemiddelaarB.S.,13.01.2011 - 176901

Sociale tarieven

04.01.2011 Omz. betr. de verwarmingsperiode2011 in het kader van het Sociaal Stookoliefonds- 244360

Vreemdelingen

24.01.2011 KB wijz. KB 17.05.2007 totvaststelling van de uitvoeringsmodaliteiten van dewet 15.09.2006 wijz. wet 15.12.1980 betr. detoegang tot het grondgebied, het verblijf, devestiging en de verwijdering van vreemdelingen -B.S.,28.01.2011 - 253273

12.01.2011 KB betr. de toekenning van materiëlehulp aan asielzoekers die beroepsinkomstenhebben uit een activiteit als werknemerB.S.,02.02.2011 - 253359 29N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

WETGEVING

regels van Richtlijn 2006/123/EG vanhet Europees Parlement en de Raad van 12.12.2006 betr. de diensten op de interne marktB.S.,04.02.2011,err. - 251495

03.02.2011 Ordonnantie 31.01.2008 houdendede vaststelling van een regeling voor de handel inbroeikasgasemissierechten en met betrekking totde flexibiliteitsmechanismen van het Protocol vanKyoto - B.S.,10.02.2011 - 253581

10.02.2011 Ordonnantie wijz. ordonnantie25.03.1999 betr. de beoordeling en de verbeteringvan de luchtkwaliteitB.S.,21.02.2011 - 253925

10.02.2011 BBHR wijz. van diverse besluiten betr.de luchtkwaliteit B.S.,25.02.2011 - 254291

PERSONEEL

15.11.2010 KB [aanwerving van personeel]Ô zie Subsidies

01.02.2011 Wet houdende verlenging van decrisismaatregelen en uitvoering van hetinterprofessioneel akkoordB.S.,07.02.2011 - 253475

POLITIE

19.12.2010 KB [toelage veiligheids- ensamenlevingscontracten] Ô zie Subsidies

06.01.2011 KB tot bepaling van de werkings-regels van de nationale en lokale informanten-beheerders en van de contactambtenarenB.S.,18.01.2011 - 252900

29.12.2010 KB betr. de verlenging van destrategische veiligheids- en preventieplannen2007-2010 - B.S.,21.01.2011 - 253015

POLITIEPERSONEEL

22.12.2010 KB [aanwervingsbeleid]Ô zie Subsidies

RUIMTELIJKE ORDENING

22.12.2010 BBHR tot goedkeuring van de kaartvan de bodembestemmingen van het gewestelijkbestemmingsplan voor de percelen waarvan debestemming werd vernietigd door de Raad vanState - B.S.,28.01.2011 - 253297

SOCIALE ZAKEN

Inbeslagneming

08.12.2010 KB tot uitvoering van art. 1409, par. 2, van het Gerechtelijk Wetboek B.S.,16.12.2010 - 78476 [voor beslagvatbare bedragen]

16.12.2010 Bericht over de indexering van debedragen vermeld in art. 1, vierde lid, van het KB

08.02.2011 Bericht - Dienst Vreemdelingenzaken- Hoofdelijke aansprakelijkheid in het kader vanart. 3bis en 74/4 van de wet 15.12.1980betreffende de toegang tot het grondgebied, hetverblijf, de vestiging en de verwijdering vanvreemdelingen - Indexering van het bedrag vande forfaitaire vastgestelde kosten - Bestaans-middelen die vereist zijn voor het bekomen van destatus van langdurig ingezetene, bedoeld in art.15bis, par. 3, van de bovenvermelde wet15.12.1980 - Indexering van het minimum-bedragB.S.,08.02.2011 - 174900

11.02.2011 Omz. Instructie betr. de opvang vanfamilies met minderjarigen die opgevangen wordenin het kader van KB 24.06.2004 - FederaalAgentschap voor de Opvang van AsielzoekersFedasil - 253803

STEDENBOUW / LEEFOMGEVING

16.12.2010 BBHR betr. de toepassing van art. 35,par. 3 en 48, par. 5, van het Brussels Wetboek vande Ruimtelijke OrdeningB.S.,10.01.2011 - 252698 [Dit besluit beoogt de omzetting van de Richtlijn2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raadvan 27.06.2001 betreffende de beoordeling van degevolgen voor het milieu van bepaalde plannen enprogramma's, wat betreft de uitwerkingsprocedure vanhet gemeentelijk ontwikkelingsplan.]

16.12.2010 BBHR betr. de toepassing van art. 18,par. 6 en 25, par. 6, van het Brussels Wetboek vande Ruimtelijke OrdeningB.S.,10.01.2011 - 252700 [Dit besluit beoogt de omzetting van de Richtlijn2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raadvan 27.06.2001 betreffende de beoordeling van degevolgen voor het milieu van bepaalde plannen enprogramma's, wat betreft de uitwerkingsprocedure vanhet gewestelijk ontwikkelingsplan.]

16.12.2010 BBHR betr. de tenuitvoerbrenging,via een bijzonder bestemmingsplan, van het projecttot definiëring van een stadsvorm voor de Wetstraaten naaste omgeving in de Europese WijkB.S.,10.01.2011

09.12.2010 Ordonnantie wijz. ordonnantie19.03.2009 wijz. van titel VII en titel X van hetBrussels Wetboek van Ruimtelijke Ordeningbetreffende het voorkooprechtB.S.,17.12.2010 - 252206 [Deze ordonnantie onderwerpt de openbare verkopendie oorspronkelijk buiten het toepassingsgebied vallen,aan het voorkooprecht.]

02.12.2010 BBHR betr. de inhoud van hetdossier dat dient ingediend te worden door hetcollege van burgemeester en schepenen intoepassing van art. 44 van het Brussels Wetboekvan Ruimtelijke OrdeningB.S.,22.12.2010 - 252322 [Dit besluit bepaalt de inhoud van de motiveringsnota

30 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

die aantoont dat het geplande of herziene bijzonderbestemmingsplan niet verondersteld wordt aan-zienlijke effecten te hebben op het milieu.]

09.12.2010 Ordonnantie betr. de toepasselijkesancties in het geval van niet-naleving van deVerordening (EG) nr. 1907/2006 van het EuropeesParlement en de Raad van 18.12.2006 inzake deregistratie en beoordeling van en de autorisatie enbeperkingen ten aanzien van chemische stoffen(REACH) - B.S.,17.12.2010 - 252208[Deze ordonnantie werd in het Staatsbladbekendgemaakt vooraleer ze goedgekeurd werd.Daarom zal er in het Staatsblad een rechtzettinggepubliceerd worden.]

SUBSIDIES

12.11.2010 BVR wijz. art. 36 van BVR18.07.2008 betr. de uitvoering van het dec.18.01.2008 houdende flankerende en stimulerendemaatregelen ter bevordering van de participatiein cultuur, jeugdwerk en sportB.S.,13.12.2010 - 252049

19.11.2010 BVR tot vaststelling van het totaleaantal subsidiabele uren gezinszorg voor dediensten voor gezinszorg en aanvullende thuiszorg,en van het bedrag voor de maatregel vervoer voorhet jaar 2010 - B.S.,23.12.2010 - 162576

03.12.2010 BVR tot wijz. van artikel 3 van hetBVR van 28/04/93 tot vaststelling van deprogrammatie voor de voorzieningen op het vlakvan de sociale integratie van personen met eenhandicap - B.S.,24.12.2010 - 252376

15.11.2010 KB tot toekenning van een financiëlehulp aan de gemeenten en de steden voor deaanwerving van personeel belast met deomkadering van alternatieve gerechtelijkestraffen en maatregelen voor het jaar 2010B.S.,27.12.2010 - 198880

22.12.2010 KB houdende de toekenning van eenfederale dotatie voor het jaar 2010 om hetaanwervingsbeleid in politiezones te stimuleren B.S.,29.12.2010 - 252459

19.12.2010 KB houdende de toekenning van eenfederale basistoelage en een toelage voor uitrustinghandhaving openbare orde aan de gemeente of aande politiezone en een toelage veiligheids- ensamenlevingscontracten aan sommige gemeentenvoor het jaar 2010B.S.,29.12.2010 - 184681

Appel à candidatures pour l'obtention du titre de'Métropole Culture en Communauté Wallonie-Bruxelles' pour les années 2014B.S.,30.12.2010 - 235855

29.12.2010 KB houdende de toekenning aan degemeente of aan de meergemeentenpolitiezone van

een federale sociale toelage voor het jaar 2010B.S.,13.01.2011 - 182280

10.12.2010 BVR wijz. BVR 15.12.2006 betr. deuitvoering van het Vlaamse inburgeringsbeleidB.S.,14.01.2011 - 252808

[Vlaamse gemeenschap] 03.12.2010 Dec. wijz.dec. 18.07.2008 houdende het voeren van een Vlaams jeugd- en kinderrechtenbeleidB.S.,17.01.2011 - 252844

17.12.2010 BVR wijz. BVR 26.04.1995 totvaststelling van de voorwaarden en modaliteitenvolgens dewelke het Vlaams Fonds voor SocialeIntegratie van Personen met een Handicapbijzondere subsidies aan voorzieningen kantoekennen, wat betreft de invoering van de mogelijkheid van een regelluw kaderB.S.,17.01.2011 - 252846

17.12.2010 BVR wijz. BVR 01.03.2002 betr. deerkenning en subsidiëring van de centra voor kinderzorg en gezinsondersteuningB.S.,18.01.2011 - 252898

29.12.2010 KB [veiligheids- en preventie-plannen] Ô zie Politie

23.12.2010 BVR wijz. bijlage XI bij het BVR24.07.2009 betr. de programmatie, deerkenningsvoorwaarden en de subsidieregeling voorwoonzorgvoorzieningen en verenigingen vangebruikers en mantelzorgersB.S.,19.01.2011 - 252920

13.01.2011 Besluit 2010/93 van het College vande Franse Gemeenschapscommissie wijz. besluit2001/549 van 18.10.2001 van het College van deFranse Gemeenschapscommissie betr. de toepassingvan het decreet 06.07.2001 van de FranseGemeenschapscommissie tot wijziging van diversewetten betreffende de subsidies toegekend in degezondheids- en de welzijnssector en betreffende dewijziging van diverse toepassingsbesluitenbetreffende de welzijns-, de gezondheids- en degehandicaptensector en de sector van de socio-professionele inschakelingB.S.,26.01.2011 - 253104

29.12.2010 MB tot toekenning voor de periode01.01.2011 tot 30.06.2011 van financiële hulpmet het oog op de verwezenlijking van de projecten'bijkomend contingent' Gemeenschapswachten-activa in de steden en gemeenten die eenstrategisch veiligheids- en preventieplan hebbengesloten met de StaatB.S.,31.01.2011 - 203363

29.12.2010 MB tot toekenning voor de periodevan 01.01.2011 tot 30.06.2011 van financiële hulpmet het oog op de verwezenlijking van hetdispositief 90 FTE Activa-Gemeenschapswachtenin de steden en gemeenten die een strategisch

veiligheids- en preventieplan hebben gesloten metde Staat - B.S.,31.01,2011 - 220465

23.12.2010 KB betr. de toekenning van eentoelage voor een veiligheids- en samen-levingscontract voor gemeenten die vroeger eenveiligheids- en samenlevingscontract hadden in hetkader van de implementatie van lokaal beleid voorveiligheid en preventie van criminaliteit voor hetjaar 2010 - B.S.,31.01.2011 - 243476

04.06.2009 BBHR tot vaststelling van deenergienormen die van toepassing zijn op degesubsidieerde projecten van werken die bijdragentot een rationeel energiegebruik in de gebouwendie toebehoren aan de gemeenten en OCMW'sB.S.,02.02.2011, err. - 251992

23.12.2010 MB wijz. MB 09.05.2007 houdendede voorwaarden tot toestemming en eenbijbehorende financiële ondersteuning voor hetrealiseren van een verruimd aanbod in de vorm vanflexibele en/of occasionele opvang inkinderdagverblijven en initiatieven voor buiten-schoolse opvang die door Kind en Gezin wordenerkend - B.S.,03.02.2011 - 253411

07.01.2011 MB wijz. MB 03.03.2010 totbepaling van de kwalificatiebewijzen voormedewerkers en verantwoordelijken van kinder-opvangvoorzieningen, wat betreft de toevoegingvan een kwalificatiebewijs voor begeleidersbuitenschoolse kinderopvang, en een eindstudie-bewijs deeltijds beroepssecundair onderwijs van deopleiding begeleider in de kinderopvangB.S.,03.02.2011 - 253412

[Franse Gemeenschapscommissie] 29.10.2010Dec. betreffende de toekenning van toelagen voor deaankoop of de bouw van gebouwen met het oog opde inrichting van dagcentra, verblijfscentra encentra voor begeleid wonen en de organisatie vanvrijetijdsbesteding voor personen met een handicapdoor de begeleidingsdiensten evenals voor deuitbreiding, de verbouwing, de grote herstellingen, deverbetering van de toegankelijkheid voor personenmet een beperkte mobiliteit, de uitrusting en deeerste meubilering van die gebouwen -B.S.,15.02.2011 - 253689

23.12.2010 Besluit 2010/1312 van het Collegevan de Franse Gemeenschapscommissie betr. devijfde fase van de maatregelen voorzien in het kadervan het in 2000 gesloten akkoord met de social-profitsector voor verenigingen die een specifiekeovereenkomst of een gewestelijk contract voorsociale cohesie gesloten hebben met de FranseGemeenschapscommissieB.S.,18.02.2011 - 253879

VERKEERSVEILIGHEID

23.06.2010 KB wijz. KB 23.03.1998 betr. hetrijbewijs - B.S.,19.01.2011, err. - 248645

WETGEVING

Vereniging van de Stad en de Gemeentenvan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw

Aarlenstraat 53/4 - 1040 BrusselTel 02 238 51 40 - Fax 02 280 60 90

[email protected] : [email protected]

www.vsgb.beGepubliceerd met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest,

Dexia en Ethias

Nieuwsbrief Nr 2011-01 februari/maart 2011

Directie : Marc Thoulen

Coördinatie : Philippe Delvaux

Redactie : Marc Cools, Christine Dekoninck, Philippe Delvaux, Olivier Evrard, Juliette Lenders, Robert Petit, Hildegard Schmidt, Marc Thoulen

Foto's door Philippe Delvaux

Vertaling : Liesbeth Vankelecom, Hugues Moiny

Revisie : Céline Lecocq

Abonnementen : Patricia De Kinne : 02 238 51 49 - [email protected]

Reclame : Agentschap Publiest - 02 550 38 04 - [email protected]

Nieuwsbrief wordt gedrukt op 100 % gerecycleerd papier

31N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1

Praktisch handboek voor burgemeesters en schepenenBent u uitvoerend mandataris, burgemeester of schepen in een Brusselse gemeente?De Vereniging publiceert een praktische gids voor u: een leidraad door uwbevoegdheden en taken, die soms erg complex zijn.Deze publicatie tracht tegemoet te komen aan een zekere behoefte aan praktischeinformatie, een domein waar uitgevers zich onvoldoende in wagen wegens debeperkte afzetmarkt voor Brusselse uitvoerende mandatarissen. De Vereniging woudie leemte wegwerken.

Fiches

De gids bestaat uit fiches. Iedere fiche bevat een kortebeschrijving van het doel, de wettelijke basis van hetonderwerp, een uiteenzetting van de problematiek enbijkomende wettelijke referenties over precieze punten,rechtspraak of rechtsleer.

De fiches zijn gegroepeerd in hoofdstukken over algemenebegrippen, gaande van het statuut, de bevoegdheden vanburgemeester en schepenen en materies zoals hetlevenskader, huisvesting of economie.

Juridisch werk, praktische benadering

Er werd geopteerd voor een praktische benadering vanjuridische thema's. De materie wordt uitgediept door tekijken naar de wetgeving die van toepassing is op deBrusselse uitvoerende gemeentelijke mandataris, met eenbeschrijving van zijn taken en verantwoordelijkheden.

Naar gelang van de materie gaan de fiches in op debevoegdheid van de burgemeester, de schepen of hetcollege, maar als dat voor een goed begrip noodzakelijk is,wordt er ook verwezen naar de gemeenteraad of degemeente zelf.

Voor burgemeesters en schepenen

Schepen of burgemeester, de Brusselse uitvoerendegemeentemandataris is de voornaamste doelgroep.

Maar ook anderen die iets te maken hebben met huntakenpakket, zullen er nuttige informatie in vinden:gemeenteraadsleden, gemeentepersoneel of studenten diezich willen verdiepen in de werking van de gemeente.

Aanvullingen en updates

De gids is nog niet exhaustief, maar zal mettertijd aangevuldworden. Hij zal ook aangepast worden aan de evolutie vande wetgeving.

De fiches zijn beschikbaar :

• elektronisch, in een niet printbare versie, op de websitevan de Vereniging (www.vsgb.be)

• in een tweetalige losbladige versie in een map : detarieven staan op www.vsgb.be in de rubriek 'Publicaties'

32 N i e u w s b r i e f 2 0 1 1 / 0 1