New Ondersteuning infectiepreventie verpleegafdelingen · 2016. 3. 9. · 1.2 Oriënterende...
Transcript of New Ondersteuning infectiepreventie verpleegafdelingen · 2016. 3. 9. · 1.2 Oriënterende...
0
Ondersteuning infectiepreventie
verpleegafdelingen Contactpersonen op de werkvloer; een belangrijke schakel
Opleiding Deskundige Infectiepreventie
Lydia Stolwijk
F120693
Verslag 6 december 2013
Opleider: Ada Gigengack-Baars
Praktijkbegeleider: Carla van Elzelingen-Dekker
1
Inhoudsopgave Samenvatting blz 3
Inleiding blz 4
Probleemstelling blz 5
Doelstelling blz 5
Doelgroep blz 5
Hoofdstuk 1: Methode
1.1 Verzamelen van informatie blz 5
1.2 Oriënterende gesprekken in het AMC blz 6
1.3 Informatie naar de hoofdverpleegkundigen blz 6
1.4 Startbijeenkomst blz 6
Hoofdstuk 2: Resultaten
2.1 Resultaten gestructureerde interviews blz 7
2.1.1 Aanstellen contactpersonen/aandachtsvelder blz 7
2.1.2 Communicatie, implementatie, ondersteunen bij isolatie blz 7
2.1.3 Dossier, klankbord blz 7
2.1.4 Uitbraak, materiaalkeuze, (ver-)bouwen blz 8
2.1.5 Kennisbehoefte en –overdracht, kennis delen blz 8
2.1.6 Overige hulpmiddelen blz 8
2.1.7 Hulp afdeling aan Z&I blz 8
2.2 Analyse resultaten gestructureerde interviews blz 9
2.3 Resultaten infectiepreventietracers blz 10
2.4 Analyse resultaten infectiepreventietracers blz 10
2.5 Resultaten startbijeenkomst blz 10
Hoofdstuk 3: Plan van aanpak blz 11
Conclusies en Aanbevelingen blz 12
Literatuur blz 15
2
Bijlagen
Bijlage 1 Raamwerk eindopdracht blz 17
Bijlage 2 E-mailbericht dhr. Robert Simons blz 19
Bijlage 3 Brief aan hoofdverpleegkundigen blz 20
Bijlage 4 Vragenlijst blz 21
Bijlage 5 Rolomschrijving Contactpersoon Infectiepreventie blz 25
Bijlage 6 Tabel resultaten gestructureerde interviews blz 26
Bijlage 7 Rapportage infectiepreventietracers 3 verpleegafdelingen blz 36
3
Samenvatting De maatschappij stelt steeds hogere eisen aan het infectiepreventiebeleid in instellingen in de
gezondheidszorg. Een van de middelen om dit beleid te implementeren is adequaat communiceren
over het in de instelling geldende infectiepreventiebeleid. Communiceren met de werkvloer over
praktische implicaties van het infectiepreventiebeleid is een belangrijke taak van de deskundige
infectiepreventie. In het AMC bestaat hiervoor geen vaste structuur. Een methode om het
infectiepreventiebeleid op de werkvloer in het AMC op hoger niveau te krijgen, is het aanstellen van
een contactpersoon infectiepreventie.
In dit project ‘ondersteuning infectiepreventie verpleegafdelingen’ heb ik onderzocht in hoeverre
verpleegafdelingen bereid zijn een contactpersoon infectiepreventie aan te stellen en wat in hun opinie
tot de taken van deze contactpersoon zou moeten behoren. Ook heb ik onderzocht op welke manier
men de contacten zou willen vormgeven en welke frequentie van de contacten gewenst en haalbaar
zou zijn. Tenslotte heb ik onderzocht welke andere communicatiemiddelen de afdeling zouden kunnen
helpen om infectiepreventie beter gestalte te geven. De resultaten van dit project werden aan de
contactpersonen infectiepreventie en aan de collega’s van de afdeling Ziekenhuishygiëne &
Infectiepreventie gepresenteerd tijdens een eerste bijeenkomst in de ‘Week van de Patiëntveiligheid’,
die van 18-22 november plaatsvond. Tijdens deze bijeenkomst hebben de contactpersonen
infectiepreventie kennisgemaakt met de deskundigen infectiepreventie van de betreffende afdeling.
Als extra service heb ik in het kader van dit project bij een drietal afdelingen een infectiepreventie-
audit uitgevoerd.
4
Inleiding Een belangrijk deel van de werkzaamheden van een deskundige infectiepreventie in het AMC bestaat
uit het communiceren met verpleegafdelingen, poliklinieken en behandelafdelingen over patiënten die
zijn gekoloniseerd met of geïnfecteerd door micro-organismen, waarvoor isolatiemaatregelen
geïndiceerd zijn. Dit mondelinge contact tussen zorgverlener en deskundige infectiepreventie vindt in
het AMC in de regel reactief, ad hoc plaats. Een andere belangrijke taak van de deskundige
infectiepreventie is het geven van adviezen over correct omgaan met medische hulpmiddelen en
andere materialen waarmee de patiënt en of de zorgverlener in aanraking komt. Een dergelijk advies
wordt schriftelijk vastgelegd, toegestuurd aan de zorgverlener die erom heeft gevraagd en
gearchiveerd in een spreadsheat. Evaluatie van dit advies vindt niet structureel plaats. Hoe
medewerkers omgaan met kennis over infectiepreventie, die via bovenbeschreven wijze tot hen komt,
is onduidelijk
In juni 2012 heeft het AMC het certificaat van de Joint Commission International behaald. De Joint
Commission International (JCI) is een internationale, private, not for profit organisatie die gericht is op
een permanente verbetering van de veiligheid en de kwaliteit van zorg (JCI, 2013). In de aanloopfase
van het JCI accreditatietraject werd in het AMC veel aandacht besteed aan infectiepreventie, dat als
een van de zes patiëntveiligheidsdoelen een speerpunt vormt. Zo werden veel extra
handalcoholdispensers opgehangen en werd, aansluitend hierop, veel aandacht besteed aan
handhygiëne, persoonlijke hygiëne en hygiëne van medische hulpmiddelen. Ook het gescheiden en
correct opslaan van steriele en onsteriele medische hulpmiddelen werd kritisch bekeken en voor zover
nodig aangepast.
De eisen van de Joint Commission International zullen bij de volgende accreditatieronde in 2015 en
alle daaropvolgende rondes in toenemende mate worden aangescherpt. Om te kunnen blijven
voldoen aan deze eisen, is het noodzakelijk dat infectiepreventie, op alle afdelingen waar patiënten in
het AMC worden behandeld of verzorgd, structureel aandacht krijgt en goed wordt geborgd. Een van
de middelen om dit doel te bereiken is in mijn opinie het aanstellen van een vaste contactpersoon of
aandachtsvelder infectiepreventie op elke (verpleeg-)afdeling. Een aantal ziekenhuizen in Nederland
heeft al positieve ervaringen opgedaan met het inzetten van contactpersonen, aandachtsvelders
infectiepreventie of hygiëne kwaliteitsmedewerkers (HKM-ers). Ook in Engeland is ervaring opgedaan
met het inzetten van ‘matrons’ (vergelijkbaar met de seniorverpleegkundigen in het AMC) onder
andere om infectiepreventie op de werkvloer beter gestalte te kunnen geven. (Ashman, 2006)
(Koteyko, 2008)
Via een contactpersoon infectiepreventie kan communicatie met de deskundige infectiepreventie
plaatsvinden over allerlei infectiepreventie-aangelegenheden, zoals isolatie van patiënten,
infectiepreventie-adviezen, nieuwe protocollen, melding van een uitbraak, etc. Een aandachtsvelder
infectiepreventie zou, behalve als contactpersoon, ook breder kunnen worden ingezet bij
implementatie van nieuwe richtlijnen of het overdragen van kennis. Voor een aantal andere
aandachtsgebieden, zoals pijn en decubitus/wondzorg, werden in het AMC al aandachtsvelders
5
aangesteld. Het aanstellen van een aandachtsvelder infectiepreventie is mijns inziens een goede
aanvulling en een logische stap.
Naast het inzetten van een contactpersoon of aandachtsvelder staan ons moderne
communicatiemiddelen ter beschikking, die kunnen worden ingezet om infectiepreventie beter gestalte
te geven op de werkvloer. Zo is het interessant te onderzoeken hoe medewerkers denken over het
inzetten van een webpagina, een internetforum of een nieuwsbrief. Daarnaast zal worden nagegaan
of de geïnterviewden mogelijk andere methoden kennen die behulpzaam zouden kunnen zijn. Wat in
mijn visie essentieel is voor het slagen van dit project is aansluiten bij de wensen en behoeften van
de werkvloer, waarbij efficiënt en doelmatig werken voorop staat.
Probleemstelling
Hoe kan de communicatie en kennisoverdracht over infectiepreventie tussen deskundigen
infectiepreventie en verpleegkundigen, werkzaam op verpleegafdelingen, zodanig worden
vormgegeven, dat het kennisniveau bij de zorgverleners op het gebied van infectiepreventie verbetert
en het infectiepreventiebeleid blijft voldoen aan de eisen van het kwaliteitssysteem van het AMC?
Doelstelling
Het ontwerpen van een systeem voor gestructureerde communicatie en kennisoverdracht over
infectiepreventie tussen deskundigen infectiepreventie en zorgverleners, werkzaam op
verpleegafdelingen, met als doel het overbrengen en borgen van kennis en adviezen over
infectiepreventie en het tot stand brengen van een PDCA cyclus met betrekking tot het
infectiepreventiebeleid.
De doelgroep
In dit project heb ik ervoor gekozen me te richten tot de medewerkers van alle 25 verpleegafdelingen
in het AMC. In een later stadium zullen mijn collega’s en ik onderzoeken of het wenselijk is
vertegenwoordigers van poliklinieken en behandelafdelingen te laten aansluiten dan wel een
parallelle, vergelijkbare structuur op te zetten.
Hoofdstuk 1: Methode 1.1 Verzamelen van informatie
De eerste stap was het vinden van informatie over de functie van de HKM-er, die in sommige
ziekenhuizen, waaronder het Reinier de Graaf Gasthuis te Delft en het RadboudUMC te Nijmegen, is
aangesteld ter ondersteuning van het infectiepreventiebeleid op de werkvloer (De Vos,
2013)(Ummels, 2013). Aan het Reinier de Graaf Gasthuis heb ik tevens een werkbezoek gebracht. Ik
heb kennis genomen van de opleiding ‘Hygiene kwaliteitsmedewerker’ die de Fontys Hogeschool
aanbiedt. (Fontys Hogeschool, 2013) Ik heb me verdiept in de rol van de aandachtsvelder in het St.
Franciscus Gasthuis en die van de contactpersoon infectiepreventie in het Maasstad Ziekenhuis,
beide gevestigd te Rotterdam. (Messemaker, 2012)(De Graaf, 2013) Naast het verzamelen van
informatie uit de praktijk heb ik nationale en internationale literatuur over dit onderwerp gezocht.
1.2 Oriënterende gesprekken in het AMC
6
In het AMC zijn voor enkele thema’s, zoals pijnbehandeling en wond-/decubituszorg,
aandachtsvelders aangesteld. Om inzicht te krijgen in de invulling van de functie van aandachtsvelder
heb ik een gesprek gevoerd met een verpleegkundig wondconsulent (Broos, 2013) en een
verpleegkundig pijnconsulent (Kruijs, 2013), die beide ervaring hebben met het werken met
aandachtsvelders op verpleegafdelingen. Met een verpleegkundig bestuurder van het AMC heb ik een
oriënterend gesprek gevoerd over het eventueel aanstellen van contactpersonen/aandachtsvelders.
(Mens, 2013) Zij adviseerde me contact op te nemen met een verpleegkundig stafmedewerker van het
Directoraat Patiëntenzorg (Damman, 2013), die op dat moment bezig was de rol van de
aandachtsvelder te evalueren.
Voorzien van al deze informatie heb ik het raamwerk voor dit project opgesteld en ter goedkeuring
voorgelegd aan de vergadering van verpleegkundig bestuurders van het AMC. (bijlage 1). De
voorzitter van de vergadering liet weten dat de verpleegkundig bestuurders van harte instemden met
dit project. (bijlage 2) Hij gaf tevens aan dat deelname van de verpleegafdelingen wat hen betreft
geen vrije keuze was, maar bij deze was afgesproken.
1.3 Informatie naar de hoofdverpleegkundigen
Na het positieve bericht van de verpleegkundig bestuurders heb ik de hoofdverpleegkundigen van alle
25 verpleegafdelingen per brief geïnformeerd over het project met de naam “Ondersteuning
infectiepreventie verpleegafdelingen” en gevraagd welke medewerker zij voordroegen als
contactpersoon voor een gestructureerd interview. (bijlage 3, 4) Ook had ik in de brief een
participerende infectiepreventietracer aangeboden. Een infectiepreventietracer is een audit op het
gebied van infectiepreventie in JCI terminologie. Dit zou inhouden een halve dag meelopen met een
verpleegkundige en intussen infectiepreventie-aangelegenheden bespreken, die op die afdeling
speelden. Echter omdat de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie (Z&I) van het AMC in
september 2013 van start zou gaan met een programma van tweewekelijkse gestandaardiseerde
infectiepreventietracers, hebben wij, in overleg met de verpleegafdelingen, in het kader van efficiëntie
en vergelijkbaarheid van gegevens een uniforme infectiepreventietracer uit te voeren. Drie
verpleegafdelingen, die pas na maart 2014 op het officiële tracerprogramma voor een
infectiepreventietracer stonden ingepland, heb ik in het kader van dit project geauditeerd. Het betrof
twee hoogrisico afdelingen en een afdeling waar psychiatrische patiënten worden verpleegd. In het
kader van dit rapport heb ik de verslagen geanonimiseerd. Een infectiepreventietracer op de IC-
volwassenen volgt in december 2013.
1.4 Startbijeenkomst
Van 18-22 november vond de nationale ‘Week van de Patiëntveiligheid’ plaats. Ik heb deze
gelegenheid aangegrepen om een 1e bijeenkomst met contactpersonen infectiepreventie te beleggen,
waarin ik de resultaten van de interviews heb gepresenteerd, gekoppeld aan het plan voor
ondersteuning van infectiepreventie op verpleegafdelingen. Om zoveel mogelijk mensen te bereiken
heb ik de bijeenkomst eenmaal herhaald.
7
Hoofdstuk 2: Resultaten 2.1 Resultaten gestructureerde interviews
De interviews hebben plaatsgevonden tussen 20 augustus en 31 oktober 2013.
2.1.1 Aanstellen contactpersonen/aandachtsvelder
Alle 25 respondenten zijn positief over het aanstellen van een contactpersoon of aandachtsvelder
infectiepreventie. Een combinatie van functies, bijvoorbeeld de aandachtsvelder voor wond-
/decubituszorg ook het thema infectiepreventie toevertrouwen, ziet de meerderheid (14/25) van de
respondenten niet als een wenselijke optie omdat men vindt dat het terrein dan te breed wordt. Van de
25 verpleegafdelingen hebben 24 meteen iemand benoemd met wie ik het gesprek over
ondersteuning van infectiepreventie op de verpleegafdeling heb gevoerd.
2.1.2 Communicatie, implementatie, ondersteunen bij isolatie
Op één respondent na vindt iedereen dat de contactpersoon de spil moet zijn in de communicatie over
protocollen en adviezen. Ook informatie verstrekken over ontwikkelingen op het gebied van
infectiepreventie aan het Werk Plek Management Team (WPM), bestaande uit hoofdverpleegkundige
en chef de clinique, behoort tot de taken van de contactpersoon, vinden 23 van de 25 respondenten.
Een van de geïnterviewden geeft aan dat informeren van een seniorverpleegkundige in veel gevallen
volstaat. Alleen wanneer de patiëntveiligheid in het geding is moet volgens haar het WPM worden
geïnformeerd. Een respondent heeft ‘weet niet’ geantwoord, zonder verdere toelichting.
23 respondenten zijn voorstander van het actief inzetten van de contactpersoon infectiepreventie bij
het implementeren van nieuwe maatregelen of materialen; een van hen vindt dit niet nodig omdat alle
richtlijnen terug te vinden zijn in het documentbeheerssysteem Kwadraet, wat implementatie volgens
haar overbodig maakt. Een andere respondent geeft hierbij aan dat de contactpersoon wel achter de
maatregel moet staan, omdat implementatie anders niet goed lukt. 22 respondenten vinden dat de
contactpersoon een ondersteunende rol kan spelen bij projecten van Z&I. Degenen die hierover
aarzelingen hebben geven aan dat het project dan wel van toepassing moet zijn op de betreffende
verpleegafdeling.
Over het bieden van ondersteuning bij het uitvoeren van isolatiemaatregelen heeft ongeveer eenderde
van de respondenten (8/25) twijfels, omdat ze vinden dat de verantwoordelijkheid hiervoor vooral bij
de verpleegkundige van de desbetreffende patiënt moet liggen. Hiermee in overeenstemming is het
resultaat op de vraag of de contactpersoon een rol zou moeten hebben bij het informeren van patiënt
en familie: 12/25 beantwoorden deze vraag met nee; 4 aarzelen hierover. Enkelen gaven in de
toelichting aan dat collega’s hierin wel een ondersteunende rol kunnen spelen.
2.1.3 Dossier, klankbord
Op twee na alle geïnterviewden waren van mening dat de contactpersoon infectiepreventie een rol
kan spelen bij het stimuleren van het correct invullen van het dossier. Met ingang van januari 2013 is
in het AMC een digitaal verpleegkundig dossier in gebruik. Bij gesprekken met diverse
verpleegkundigen hebben de deskundigen infectiepreventie geconstateerd dat bij veel
8
verpleegkundigen niet bekend is dat een veld beschikbaar is voor het invullen van de vorm van
isolatie die voor een patiënt is afgesproken.
De klankbordfunctie van de contactpersoon infectiepreventie wordt breed onderschreven: 23/25 zien
hierin een rol voor de contactpersoon. Bij het ontwikkelen van een protocol, bedoeld voor de
dagelijkse praktijk, zal de deskundige infectiepreventie de contactpersonen benaderen om het
protocol te toetsen op volledigheid, helderheid en praktische uitvoerbaarheid.
2.1.4 Uitbraak, materiaalkeuze, (ver-)bouwen
Van de respondenten zien 14/25 een rol voor zich weggelegd bij het bieden van ondersteuning bij een
uitbraak van micro-organismen. Degenen die hierbij aarzelen geven aan dat ze twijfelen of ze over
voldoende kennis beschikken om dit te doen. Mogelijk speelt ook twijfel over bevoegdheden hier een
rol, maar dat wordt niet expliciet aangegeven. Wat betreft adviseren bij de keuze van medische
materialen en meubilair vindt iets meer dan de helft (14/25) dat zij hierin een rol kunnen spelen. Bij
verbouwingen of nieuwbouw vindt iets minder dan de helft (11/25) dat zij hierin een rol zouden moeten
spelen. In de toelichting geven respondenten aan dat ze de seniorverpleegkundige of het WPM hierbij
een rol hebben, en dat ze bij de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie zullen aankloppen.
2.1.5 Kennisbehoefte en –overdracht, kennis delen
Van de 25 geïnterviewden vinden 23 dat zij een rol hebben in het aangeven van kennisbehoefte onder
collega’s; 2 mensen hebben de vraag om onbekende reden niet beantwoord. Over het algemeen vindt
men het prima om een klinische les te geven die door de afdeling Z&I is voorbereid, al maken enkele
respondenten de kanttekening dat het beter overkomt als de maker de les zelf geeft.
Iedereen op twee na ziet in dat het handig is op gezette tijden kennis op het gebied van
infectiepreventie te delen. De meeste respondenten vinden bijeenkomsten van 2 uur met een
frequentie van 4x per jaar te veel. Het aantal bijeenkomsten zou afhankelijk moeten zijn van actuele
ontwikkelingen, bovendien kan veel informatie via een nieuwsbrief of e-mail worden verspreid. .
Enkele respondenten (4/25) geven aan dat deelname aan bijeenkomsten tussen 15.00-16.00 uur het
gemakkelijkst te realiseren is. De kans dat een verpleegkundige zich op dat tijdstip kan terugtrekken
uit de zorg is dan het grootst vanwege aanwezigheid van verpleegkundigen van zowel de dag- als de
avonddienst. 9 respondenten geven aan bijeenkomsten per divisie of afdeling te prefereren
2.1.6 Overige hulpmiddelen
Men ziet het documentbeheerssysteem Kwadraet als belangrijk hulpmiddel in de ondersteuning van
het infectiepreventiebeleid, maar geeft ook aan dat het moeilijk toegankelijk is. Vooral een nieuwsbrief
zou volgens de respondenten nuttig zijn (18/25). Een webpagina is leuk als achtergrondinformatie
maar de ervaring is dat verpleegkundigen hier niet veel naar kijken. Naast een nieuwsbrief kan contact
via e-mail handig en waardevol zijn.
2.1.7 Hulp afdeling aan Z&I
Op de vraag hoe de verpleegafdeling de afdeling Z&I zou kunnen ondersteunen, antwoordden enkele
verpleegkundigen dat door inzicht te geven in de praktijk de toepasbaarheid van maatregelen kan
worden verbeterd. Verder verwachten zij dat het inzicht van de deskundige infectiepreventie in
9
praktisch problemen zal toenemen, doordat zij de deskundigen infectiepreventie meer bij praktische
problemen zullen betrekken.
2.2 Analyse resultaten gestructureerde interviews
Vanaf de eerste gesprekken viel mij op dat de verpleegafdelingen als het ware staan te trappelen om
de contacten met de deskundigen infectiepreventie te intensiveren. Infectiepreventie is duidelijk hoger
op de prioriteitenlijst komen te staan door deelname aan het VMS Veiligheidsprogramma, maar mijns
inziens vooral door het JCI accrediteringstraject, waarin de verpleegafdelingen duidelijke handvatten
hebben gekregen waarmee zij infectierisico’s konden verminderen. (Veiligheidsagenda,
2013)(JCI,2013)
In de wetenschap dat er naast infectiepreventie andere belangrijke patiëntveiligheidsthema’s in de
zorg zijn die aandacht behoeven en dat er recentelijk reorganisaties hebben plaatsgevonden
waardoor de verpleegkundige bezetting onder druk staat, heb ik mijn ambitieniveau aangepast. In
plaats van in te zetten op een HKM-er, die aan de start van deze functie scholing als bagage
meekrijgt, heb ik ingestoken op het aanstellen van een contactpersoon, en aan de verpleegafdelingen
zelf gevraagd wat zij vinden dat tot het takenpakket van deze functionaris zou moeten behoren.
Omdat bij 18/25 verpleegafdelingen de seniorverpleegkundige met als aandachtsgebied ‘kwaliteit en
innovatie’ deze rol op zich neemt, heb ik besloten te kiezen voor de titel ‘contactpersoon
infectiepreventie’. De titel ‘aandachtsvelder’ zou immers tot verwarring kunnen leiden, omdat deze titel
in het AMC juist wordt gebruikt voor niet-seniorverpleegkundigen met een specifiek aandachtsgebied.
In Engeland werden in ziekenhuizen ‘matrons’ ( synoniem voor ‘senior nurses’) aangesteld met onder
andere als doel infectiepreventie in ziekenhuizen onder controle te krijgen. Deze maatregel heeft wel
tot gevolg gehad dat contacten met de Infection Control Nurses (ICN, vergelijkbaar met de deskundige
infectiepreventie in Nederland) in die ziekenhuizen verbeterden, waardoor handhygiëne en uniform
infectiepreventiebeleid werden versterkt. (Ashman et al, 2006). Vertaald naar de Nederlandse situatie
heeft het aanstellen van de seniorverpleegkundige kwaliteit en innovatie als contactpersoon
infectiepreventie dus meerwaarde. Seniorverpleegkundigen in het AMC hebben conform de Engelse
situatie geen budgettaire verantwoordelijkheid. Volgens Koteyko (2008) is dit wel een voorwaarde om
infectiepreventie op de verpleegafdeling goed gestalte te kunnen geven.
Wat betreft het houden van bijeenkomsten waarin kennis wordt gedeeld, heb ik voor het interview als
uitgangspunt 4x2 uur genomen, in overeenstemming met de scholing die op dit moment aan HKM-ers
van het Reinier de Graaf Gasthuis te Delft wordt aangeboden. De meerderheid van de geïnterviewden
heeft gekozen voor minder dan 4x2 uur per jaar. Drie respondenten geven aan dat een bijeenkomst
van een uur, tussen 15.00 en 16.00 ’s middags, het meest haalbaar is. Verpleegkundigen kunnen zich
dan het gemakkelijkst terugtrekken vanwege aanwezigheid van zowel dag- als avonddienst.
Een aantal (9/25) verpleegkundigen geeft aan dat zij voorkeur geeft aan bijeenkomsten per
verpleegafdeling of per divisie. Voordeel is dat voor die afdeling of divisie specifieke, praktische zaken
aan bod kunnen komen. Deze bevinding is in overeenstemming met Ward’s bevindingen (Ward, 2010)
die wetenschappelijk heeft aangetoond dat de praktijk vooral behoefte heeft aan interactief leren in
10
kleine groepen over praktische infectiepreventie onderwerpen. In een onderzoek van dezelfde
onderzoeker (Ward 2012) komt naar voren dat investeren in een goede samenwerking door
regelmatig contact hebben met en praktische adviezen geven aan een (verpleeg-)afdeling, leiden tot
een betere attitude van de mensen op de werkvloer tegenover de deskundige infectiepreventie.
Volgens Stein (2003) zorgt een positieve attitude tegenover infectiepreventie en deskundigen
infectiepreventie voor een betere compliance. Dit betekent mijns inziens dat afdelings- of
divisiegebonden sessies een belangrijke meerwaarde hebben boven plenaire sessies. Aangezien
echter met plenaire sessies op efficiënte wijze een grote groep kan worden bereikt en dit in sommige
situaties geboden is, zal aanvullend ook van dit middel gebruik worden gemaakt wanneer de
omstandigheden erom vragen.
2.3 Resultaten infectiepreventietracers
Op een beperkt aantal verpleegafdelingen, namelijk twee hoogrisico-afdelingen en een afdeling
psychiatrie, heb ik aanvullend aan het interview in dezelfde periode een infectiepreventietracer
uitgevoerd. Bij het uitvoeren van de infectiepreventietracers is gebruik gemaakt van de standaard
checklist infectiepreventie, die gebaseerd is op het huidige infectiepreventiebeleid in het AMC. Hoewel
het houden van een infectiepreventietracer nieuw is, waren de geauditeerde verpleegafdelingen
vertrouwd met de normen doordat dezelfde normen zijn gehanteerd tijdens het JCI-accreditatieproces
dat in 2012 succesvol is afgesloten met het behalen van het JCI certificaat. Op alledrie in het kader
van dit project geauditeerde verpleegafdelingen, hebben wij naast sterke punten enkele
verbeterpunten geïdentificeerd, waarover zij advies hebben gekregen. (bijlage 6,7,8)
2.4 Analyse resultaten infectiepreventietracers
Het houden van een infectiepreventietracer geeft inzicht in de mate waarin de verpleegafdeling
voldoet aan de infectiepreventienormen die in het AMC gelden. Een ander inzicht dat voortgekomen is
uit deze audits is dat ten aanzien van sommige items nog geen AMC beleid is vastgesteld. Het
uitvoeren van infectiepreventietracers houdt dus niet alleen de werkvloer maar ook onze eigen
afdeling een spiegel voor. Door onze omissies te verhelpen verbeteren we de kwaliteit van ons eigen
werk. Een andere effect van het doen van infectiepreventietracers is dat mensen van de werkvloer
ons leren kennen, wat drempelverlagend werkt voor het leggen van contact. (Kang, 2013)
2.5 Resultaten startbijeenkomst
Tijdens de eerste bijeenkomst van contactpersonen infectiepreventie, die in de Week van de
Patiëntveiligheid werd gehouden, heb ik de resultaten van de gestructureerde interviews en
onderstaand plan voor ondersteuning van infectiepreventie op de verpleegafdelingen gepresenteerd.
Naast dit plan heb ik de rolomschrijving van de contactpersoon infectiepreventie aangeboden (bijlage
5) , die eveneens volledig is gebaseerd op de resultaten van de gestructureerde interviews. De
bijeenkomst werd bijgewoond door 7 contactpersonen infectiepreventie, 3 deskundigen
infectiepreventie, de deskundige steriele medische hulpmiddelen en de arts-microbioloog; in dezelfde
week werd de bijeenkomst herhaald voor degenen die de eerste keer niet aanwezig konden zijn.
Daarbij waren 8 contactpersonen, een student en 3 deskundigen infectiepreventie aanwezig.
11
Hoofdstuk 3: Plan ‘ondersteuning infectiepreventie verpleegafdelingen’
De resultaten van de consultatie van verpleegafdelingen in het AMC hebben geleid tot de volgende
opzet voor ondersteuning van infectiepreventie op de verpleegafdeling. Het plan bestaat uit zes
onderdelen, waarvan twee bestaande en vier nieuwe onderdelen:
Al bestaande onderdelen, die worden gecontinueerd:
1. Documentbeheerssysteem Kwadraet voor richtlijnen en protocollen.
2. Bereikbaarheid per dienstsein 59 199
a. op werkdagen, tijdens kantooruren: contact met de deskundige infectiepreventie;
b. ’s avonds, ’s nachts en in het weekend: contact met de dienstdoende arts-
microbioloog;
Nieuwe onderdelen, toegevoegd op basis van de consultatie:
3. Maandelijks zal de deskundige infectiepreventie het infectiepreventie-overleg met
seniorverpleegkundigen kwaliteit en innovatie bijwonen. De seniorverpleegkundigen kwaliteit
en innovatie van een divisie overleggen al sinds enkele jaren maandelijks onder
voorzitterschap van de stafmedewerker Kwaliteit en Zorg over allerlei aangelegenheden die
kwaliteit van zorg betreffen. Het onderwerp infectiepreventie sluit naadloos aan bij deze
agenda. Voorafgaand aan dit maandelijkse overleg zullen de voorzitter en de deskundige
infectiepreventie, die deze divisie als aandachtsgebied heeft, overleg voeren over de
agendapunten.
4. Plenaire bijeenkomsten / bijeenkomsten voor selecte groep
Wanneer het AMC te maken zal krijgen met een nieuwe ziekte zoals recentelijk het MERS-
coronavirus en alle zorgverleners hierop moeten worden voorbereid zal een plenaire
voorlichtingssessie worden gehouden. Ook voor het presenteren van een nieuwe versie van
bijvoorbeeld de isolatierichtlijnen is een plenaire voorlichtingssessie geschikt. Bij een uitbraak
die met name enkele verpleegafdelingen betreft, zal wanneer daar behoefte aan is of de
omstandigheden erom vragen, een informatiebijeenkomst worden georganiseerd voor een
selecte groep.
5. Scholing
Een keer per jaar zal een scholingsmiddag plaatsvinden. Onderwerpen worden gekozen in
overleg met contactpersonen infectiepreventie.
12
6. Nieuwsbrief
Maandelijks zal een nieuwsbrief worden verstuurd. Indien actuele ontwikkelingen hier
aanleiding toe geven zullen ad hoc e-mailberichten worden verstuurd.
Met het aanbieden van bovenstaande aanvullende maatregelen ter ondersteuning van
infectiepreventie wordt in een behoefte voorzien en aan de randvoorwaarden voldaan dat een en
ander efficiënt moet worden aangepakt. Of deze structuur ook effectief zal zijn, zal moeten blijken uit
een evaluatie die volgend jaar zal plaatsvinden.
In een eerste bijeenkomst van contactpersonen infectiepreventie heb ik de resultaten van de
gestructureerde interviews en dit plan voor ondersteuning van infectiepreventie op verpleegafdelingen
gepresenteerd. Naast dit plan heb ik de rolomschrijving van de contactpersoon infectiepreventie
aangeboden, die eveneens volledig is gebaseerd op de resultaten van de gestructureerde interviews.
Deze rolomschrijving zal in documentbeheerssysteem Kwadraet worden opgenomen. Voor een
beschrijving van de functie van deskundige infectiepreventie en de DSMH heb ik verwezen naar
Kwadraet. Voor beide partijen is nu helder waarvoor men een beroep kan doen op elkaar.
Conclusies en aanbevelingen Het onderwerp van mijn eindproject voor de opleiding tot deskundige infectiepreventie was voor mij
snel duidelijk. Gebaseerd op ervaringen die ik heb opgedaan in mijn eerste jaar als deskundige
infectiepreventie in opleiding kwam ik al gauw tot de slotsom dat een gestructureerd systeem voor
efficiënte communicatie met verpleegafdelingen zou helpen om kennis over infectiepreventie op een
hoger niveau te krijgen. Met de uitvoering van dit project heb ik een antwoord gegeven op
onderstaande probleemstelling:
Probleemstelling Hoe kan de communicatie en kennisoverdracht over infectiepreventie tussen deskundigen
infectiepreventie en verpleegkundigen, werkzaam op verpleegafdelingen, zodanig worden
vormgegeven, dat het kennisniveau bij de zorgverleners op het gebied van infectiepreventie verbetert
en het infectiepreventiebeleid blijft voldoen aan de eisen van het kwaliteitssysteem van het AMC?
In een brief aan de verpleegkundig bestuurders en de hoofdverpleegkundigen van verpleegafdelingen
van het AMC heb ik toegezegd dat ik efficiënt en effectief werken randvoorwaarden zouden zijn voor
de nieuwe ondersteuningsstructuur. In mijn ontwerp voor de structuur heb ik hiermee rekening
gehouden.
Conclusies
• Alle verpleegafdelingen van het AMC zijn positief over het aanstellen van een contactpersoon
voor infectiepreventie en hebben inmiddels een contactpersoon infectiepreventie aangesteld.
• De meeste contactpersonen, 18/25, zijn seniorverpleegkundige kwaliteit en innovatie.
• Gekozen is voor de titel ‘contactpersoon infectiepreventie’.
13
• De rolomschrijving van de contactpersoon infectiepreventie werd vastgesteld op basis van de
resultaten van de gestructureerde interviews en bekendgemaakt aan alle betrokkenen: de
contactpersonen infectiepreventie zelf, de hoofdverpleegkundige, de stafmedewerker kwaliteit
en zorg van de divisie, de deskundigen infectiepreventie, de deskundige steriele medische
hulpmiddelen (DSMH) en de arts-microbioloog.
• Op basis van de resultaten van de consultatie is gekozen voor een ondersteuningsprogramma
dat de huidige structuur (documentbeheerssysteem Kwadraet en bereikbaarheid per
dienstsein 59199) aanvult en uit vier onderdelen bestaat:
1. Maandelijks bespreken van infectiepreventie-onderwerpen tijdens het overleg van
seniorverpleegkundigen kwaliteit en innovatie dat in elke divisie plaatsvindt. De
deskundige infectiepreventie die deze divisie als aandachtsgebied heeft zal bij het
overleg aansluiten en voorafgaand met de voorzitter van het overleg de onderwerpen
afstemmen. 3/5 divisies hebben inmiddels in principe met deze werkwijze ingestemd,
met de overige moet nog nader overleg plaatsvinden.
2. Informatiebijeenkomsten plenair en/of voor select gezelschap. In geval van actuele
ontwikkelingen die een risico vormen voor het hele ziekenhuis zal, indien de urgentie
erom vraagt, een algemene, plenaire informatiebijeenkomst worden belegd. Wanneer
het verhoogde risico een select aantal afdelingen van het ziekenhuis betreft, zal een
informatiebijeenkomst voor een selecte groep worden belegd.
3. Een keer per jaar zal een scholingsmiddag worden aangeboden voor contactpersonen
infectiepreventie.
4. Maandelijks zal een nieuwsbrief naar de contactpersonen infectiepreventie worden
gestuurd.
Aanbevelingen Om datgene wat inmiddels werd gerealiseerd verder te implementeren en uit te bouwen beveel ik het
volgende aan:
1. De projectleider voert overleg met de voorzitters van het overleg van seniorverpleegkundigen
kwaliteit van elke divisie met als doel om voor 1 januari 2014 te komen tot heldere afspraken
over de samenwerking.
2. De twee deskundigen infectiepreventie die samen een divisie tot aandachtsgebied hebben,
stemmen samen af wie het divisie-overleg zal bijwonen.
3. Degene die het divisie-overleg zal bijwonen, neemt ongeveer een week voorafgaand aan dat
overleg contact op met de voorzitter van het overleg om de agenda af te stemmen, of
delegeert dit.
14
4. De projectleider is verantwoordelijk voor totstandkoming van de maandelijkse nieuwsbrief
infectiepreventie voor contactpersonen van verpleegafdelingen.
5. De projectleider zorgt voor heldere afspraken over de wijze van totstandkoming en het
moment van publicatie van de maandelijkse nieuwsbrief infectiepreventie.
6. De projectleider zal ervoor zorgen dat de eerste nieuwsbrief verschijnt voor 1 januari 2014.
7. In de eerste nieuwsbrief zal de datum van de eerste scholingsmiddag worden
bekendgemaakt.
8. Voor 1 januari 2015 zal een evaluatie van het nieuwe ondersteuningsprogramma
infectiepreventie plaatsvinden.
15
Literatuur 1. Ashman M., Read S., Savage J., Scott C. (2006) Outcomes of modern matron
implementation: Trust nursing directors’ perceptions and case study findings. Clinical
Effectiveness in Nursing, 951, e44-e52.
2. Broos, Patricia, verbonden aan het AMC als decubitus-/wondconsulent. Geïnterviewd op 23
mei 2013, in het AMC, in het kader van de opleiding tot deskundige infectiepreventie aan het
UMC te Utrecht. Onderwerp: werken met aandachtsvelders.
3. Damman, Erik, verpleegkundig stafmedewerker Directoraat patiëntenzorg. Geïnterviewd op
30 juni, in het AMC, in het kader van de opleiding tot deskundige infectiepreventie aan het
UMC te Utrecht. Onderwerp: wenselijkheid nieuw type aandachtsvelder.
4. Fontys Hogeschool (2013), Hygiëne Kwaliteitsmedewerker, http://fontys.nl/Werk-
studie/Opleidingen-en-cursussen/Hygiene-Kwaliteitsmedewerker.htm (2 dec 2013).
5. Joint Commission International, Accreditation Standards for Hospitals; Standards Lists
Version, 4th edition, 2011. www.jointcommissioninternational.org/Programs-
Hospitals/IAS400_Standards_Lists_Only.pdf , (20 okt 2013)
6. Graaf-Miltenburg L. de, Troelstra A., Bras W., Nelson-Melching J. Contact Personen
Infectiepreventie: een vernieuwde ontwikkeling in Nederland. dTHIP, Tijdschrift voor Hygiëne
& Infectiepreventie, 10 mei 2013.
7. Kang, Harbrinder (2013). Why personal interaction drives innovation and collaboration.
Forbes, Skoll World Forum 2013.
http://www.forbes.com/sites/skollworldforum/2013/04/09/why-personal-interaction-drives-
innovation-and-collaboration/ (3 dec 2013).
8. Koteyko, N. and Nerlich, B. (2008). Modern matrons and infection control practices:
aspirations and realities. British Journal of Infection Control, 9(2), 18-22.
9. Kruijs, Ronald, verbonden aan het AMC als decubitus-/wondconsulent. Geïnterviewd op 13
juni, in het kader van de opleiding tot deskundige infectiepreventie aan het UMC te Utrecht.
Onderwerp: werken met aandachtsvelders.
10. Mens, Marian, verbonden aan het AMC als verpleegkundig bestuurder. Geïnterviewd op 27
juni 2013, in het AMC, in het kader van de opleiding tot deskundige infectiepreventie aan het
UMC te Utrecht. Onderwerp: draagvlak voor het project ‘ondersteuning infectiepreventie
verpleegafdelingen’.
11. Messemaker, Marja, deskundige infectiepreventie St. Franciscus Gasthuis te Rotterdam.
Presentatie ‘Aandachtsvelder infectiepreventie in het St. Franciscus Gasthuis’, 26 april 2012.
16
12. Stein A.D., Makarawo T.P., Ahmad M.F.(2003) A survey of doctors’ and nurses’ knowlegde,
attitudes and compliance with infection control guidelines in Birmingham teaching hospitals.
J.Hosp.Infect., 54(1) 68-73.
13. Ummels, Leo, verbonden aan het RadboudUMC te Nijmegen als deskundige
infectiepreventie. Schriftelijke informatie over opleiding en scholing van HKM-ers in het
RadboudUMC, april 2013.
14. Veiligheidsagenda, voorheen VMS Veiligheidsprogramma, thema ‘voorkomen van
wondinfecties na een operatie (POWI)’ en thema ‘voorkomen van lijnsepsis en behandelen
van ernstige sepsis’, http://www.vmszorg.nl/ , 2 dec 2013.
15. Vos de, Frans. Expert, verbonden aan het Reinier de Graaffgasthuis te Delft als deskundige
infectiepreventie. Telefonisch geïnterviewd op 17 juli 2013. Onderwerp: aanpak opzetten
groep HKM-ers.
16. Ward D.J. (2011) The infection control education needs of nursing students: an interview
study. Journal of Nursing Management, 20, 648-658.
17. Ward D.J. (2012) Attitudes towards the Infection Prevention and Control Nurse: an interview
study with students and mentors. Nurse Education Today, 31, 819-824.
17
Bijlage 1
Raamwerk eindopdracht, 31 mei 2013
Vervolgopleiding /jaar: deskundige infectiepreventie 2012-14 Naam en e-mailadres student: Lydia Stolwijk [email protected] Naam en e-mailadres begeleider praktijk: Carla van Elzelingen-Dekker [email protected] Begeleider vanuit de praktijk Carla van Elzelingen Opleider Ada Gigengack / Lia de Graaf Onderwerp
Onderzoeken aan welke ondersteuning van de kant van de deskundigen infectiepreventie de verpleegafdelingen van het AMC behoefte hebben bij het gestalte geven aan hun infectiepreventie-beleid.
Motivatie van het onderwerp
• Communicatie en kennisoverdracht tussen deskundigen infectiepreventie en zorgverleners van verpleegafdelingen vindt op dit moment doorgaans ad hoc en reactief per telefoon plaats. Het onderwerp betreft meestal een praktische vraag over de wijze van uitvoering van een infectiepreventie- maatregel. Afspraken die voortkomen uit dit
telefonische overleg, worden niet altijd schriftelijk vastgelegd, waardoor het leereffect voor de (verpleeg-)afdeling onvoldoende wordt geborgd. • In oktober 2012 heeft het AMC het JCI certificaat
(Joint Commission International) behaald. Infectiepreventie was als een van de zes patiëntveiligheidsthema’s een belangrijke peiler voor het behalen van dit certificaat. In volgende accreditatierondes zullen de eisen worden aangescherpt. Het is daarom van belang dat zorgverleners structureel aandacht besteden aan infectiepreventie, hun kennis op dit terrein vergroten en zich voortdurend richten op het verbeteren van infectiepreventiemaatregelen.
• Van sommige verpleegafdelingen komen
signalen dat er behoefte is aan intensiever contact met de deskundige infectiepreventie om vraagstukken te kunnen bespreken en hun kennis te vergroten.
Omschrijving probleem
Kennisuitwisseling en communicatie tussen de deskundigen infectiepreventie en zorgverleners werkzaam op (verpleeg-)afdelingen vindt in de regel reactief op ad hoc basis plaats. Deze werkwijze is niet afdoende om aan de voortdurende toenemende kwaliteitseisen waaraan het AMC zich heeft gecommitteerd te kunnen voldoen.
Doelgroep waarvoor men schrijft
Zorgverleners werkzaam op (verpleeg-)afdelingen en deskundigen infectiepreventie.
Vraagstelling/hoofdvraag/deelvragen
Hoe kan de kennisoverdracht en communicatie over infectiepreventie tussen zorgverleners van verpleegafdelingen en deskundigen infectiepreventie zodanig worden vormgegeven, dat het kennisniveau bij
18
de zorgverleners op het gebied van infectiepreventie verbetert en het infectiepreventiebeleid blijft voldoen aan de toenemende kwaliteitseisen?
Doelstelling (doel = waarom)
Het ontwerpen van een systeem voor gestructureerde kennisoverdracht en communicatie over infectiepreventie tussen zorgverleners, werkzaam op verpleegafdelingen, en de deskundigen infectiepreventie van het AMC, met als doel het borgen van kennis en adviezen over infectiepreventie en het tot stand brengen van een PDCA cyclus met betrekking tot het infectiepreventiebeleid.
Aanpak Praktijkonderzoek Dataverzameling Werkwijze
Literatuurstudie Praktijkonderzoek
- In kaart brengen behoeften en wensen op het gebied van infectiepreventie bij verpleegafdelingen in het AMC;
- Bezoek best-practice(s);
Dataverzameling: Het houden van gestructureerde interviews met vertegenwoordigers van verpleegafdelingen, die verantwoordelijk zijn voor het gestalte geven aan het infectiepreventiebeleid (hoofdverpleegkundige, senior, teamleider, verpleegkundige). Aanpak:
- Instemming verpleegkundig bestuurder - Literatuurstudie - Schriftelijke informatieronde - Bezoek best-practice(s) - In kaart brengen vertegenwoordigers afdelingen - Benaderen vertegenwoordigers - Interviews plannen - Interviews afnemen - Data verwerken - Verslag maken
Tijdsplanning
Juni: Instemming verpleegkundig bestuurder Juli: Literatuurstudie Schriftelijke informatieronde Verpleegafdelingen Afspraken maken met vertegenwoordigers Aug/sept: Interviews afnemen Sept: Gegevens verwerken Plan maken Verslag schrijven
Bronnen
- Literatuur - Best-practices - Contactpersonen verpleegafdelingen AMC
(hoofdverpleegkundigen, seniorverpleegkundige kwaliteit)
Opmerkingen
19
Bijlage 2
Instemming verpleegkundig bestuurders met project ‘ondersteuning infectiepreventie
verpleegafdelingen’, e-mailbericht 17 juli 2013
Beste Lydia,
zojuist hebben wij gesproken over jouw voorstel mbt infectie preventie en stemmen helemaal in met het belang van het onderwerp en zijn blij met jullie aanbod. Wij willen alleen dat het onderwerp wordt ondergebracht bij de senioren Kwaliteit, met de divisie stafmedewerker Kwaliteit als copiehouder, zodat we goed in lijn blijven met de JCI ambitie.
Dit betekent dat je dus gewoon met de hoofden contact kunt opnemen waarbij de VB's ervan uitgaan dat medewerking door de werkplek niet ter discussie staat. Dus vraag 1 uit je brief kan worden geschrapt.
Mocht je hierover verder nog van gedachten willen wisselen ben ik altijd beschikbaar.
Met vriendelijke groet,
Robert Simons
Verpleegkundig bestuurder AMC
Divisie Vrouw-Kind
20
Bijlage 3
19 juli 2013
Geachte hoofdverpleegkundige,
In de media verschijnen regelmatig berichten over het toenemend resistent worden van micro-organismen en de steeds beperktere beschikbaarheid van adequate antibiotica. Voor zorgverleners in het AMC betekent dit dat infectiepreventie in de dagelijkse beroepsuitoefening een steeds belangrijkere plaats zal innemen.
Naast de dagelijkse actualiteit zal de Joint Commission International het AMC over twee jaar opnieuw toetsen. De lat voor het behalen van het certificaat zal dan hoger liggen dan in 2012.
Infectiepreventie vormt hierbij, als een van de patiëntveiligheidsthema’s, een speerpunt.
De afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie wil verpleegafdelingen graag ondersteunen bij het bieden van goede, veilige zorg op het gebied van infectiepreventie. Wij willen dit graag op een voor u zo effectief en efficiënt mogelijke wijze doen. Onze gedachten gaan uit naar het inzetten van een aandachtsvelder of contactpersoon om de communicatie- en informatiestroom tussen verpleegafdeling en afdeling Z & I te faciliteren. Naast contactpersonen zijn ook andere ideeën over middelen waarmee wij de afdelingen kunnen ondersteunen welkom.
Om over bovenstaande van gedachten te wisselen wil ondergetekende graag met een vertegenwoordiger van uw afdeling, een seniorverpleegkundige kwaliteit of een verpleegkundige met belangstelling voor infectiepreventie, in gesprek gaan. Dit gesprek zou desgewenst kunnen plaatsvinden in de vorm van een participerende audit, waarbij ik een halve dag meeloop op de afdeling. Tijdens dit meelopen nemen we dan samen de wensen en behoeften door, terwijl ik in de tussentijd toets en adviseer over mogelijke verbeteringen.
Ik hoor graag op korte termijn van u of u wilt meewerken aan bovenstaand project.
Ik ontvang graag voor 26 juli (of anders zo spoedig mogelijk!) per e-mail ([email protected]) antwoord op de volgende twee vragen:
1. Heeft u belangstelling voor een participerende observatie? 2. Met wie kan ik contact opnemen voor een afspraak?
Met vriendelijke groet,
Lydia Stolwijk
Deskundige infectiepreventie i.o.
21
Bijlage 4
Vragenlijst Ondersteuning Infectiepreventie Verpleegafdelingen Lydia Stolwijk, deskundige infectiepreventie i.o.
Locatie: L1-252
Tel. 61531
1. Hoe sta je tegenover het aanstellen van een vaste contactpersoon / aandachtsvelder infectiepreventie?
toelichting:…………………………………………………………………………………….
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
2. Heeft de afdeling al iemand aangesteld met dit aandachtsgebied of al iemand in gedachten?
Naam: …………………………………… e-mailadres: ……………………………………
Functie: ………………………………………………………………………………………..
Back-up: ………………………………... e-mailadres:…………………………………….
Functie:…………………………………………………………………………………………
3. Stel dat de afdeling een contactpersoon zou hebben, wat zou in jouw visie idealiter tot de taken van een contactpersoon behoren?
a. Communicatie met deskundige infectiepreventie over: - Protocollen ja / weet niet / nee - Adviezen op maat ja / weet niet /nee - Patiënten die in isolatie liggen ja / weet niet /nee
(als back-up voor EVV1/ UVV)
Toelichting: ……………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………….
b. Op de hoogte houden van WPM en medewerkers over ontwikkelingen op het gebied van infectiepreventie. ja / weet niet / nee
Toelichting: ………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………….
c. Rol bij implementatie nieuwe maatregelen / voorschriften / nieuwe protocollen op het gebied van infectiepreventie ja / weet niet / nee
Toelichting: ……………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………………………
d. Ondersteunende rol bij projecten op het gebied van Infectiepreventie ja / weet niet / nee
1 EVV = eerst verantwoordelijk verpleegkundige, UVV = uitvoerend verpleegkundige
22
Toelichting: ……………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………..
e. Ondersteunen bij goede uitvoering van isolatiemaatregelen bij geïsoleerde patiënten? ja / weet niet / nee
Toelichting: ………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………
f. Rol bij het verschaffen van extra informatie aan patiënt en familie bij isolatie wanneer daar behoefte aan is? ja / weet niet / nee
Toelichting: ………………………………………………………………………………….
………………………………………………………………………………………………..
g. Collega’s stimuleren tot correcte dossiervoering op het gebied van infectiepreventie? ja / weet niet / nee
Toelichting: ………………………………………………………………………………….
………………………………………………………………………………………………..
h. Fungeren als klankbord voor Ziekenhuishygiëne? ja / weet niet / nee
Toelichting: …………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………….
i. Ondersteunen WPM bij uitbraak? ja / weet niet / nee
Toelichting: ……………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………….
j. Betrokkenheid bij aanschaf microbiologisch veilige hulpmiddelen/materialen?
ja / weet niet / nee
Toelichting: ……………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………….
k. Betrokkenheid bouw/verbouwplannen? ja / weet niet / nee
Toelichting: ……………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………….
l. Signaleren kennisbehoefte bij collega’s? ja / weet niet / nee
Toelichting: ………………………………………………………………………………….
……………………………………………………………………………………………….
Rol bij kennisoverdracht aan collega’s? ja / weet niet / nee
Bijv: geven van klinische les die door deskundigen infectiepreventie is gemaakt.
Toelichting: …………………………………………………………………………………..
23
…………………………………………………………………………………………………
m. Deelname aan periodiek contactpersonenoverleg ja / weet niet / nee
Toelichting: …………………………………………………………………………………..
…………………………………………………………………………………………………
4. Een efficiënte manier om kennis te delen / mensen te informeren over nieuwe ontwikkelingen is bijeenkomsten organiseren, waarin groepsgewijs kennis wordt
gedeeld.
Ben je daar een voorstander van? ja / weet niet / nee
Hoe zouden we dit kunnen vormgeven?
a. 4 x 2 uur per jaar b. Meer dan 4 x 2 uur per jaar c. Minder dan 4 x 2 uur per jaar d. Anders, namelijk: …………………………………………………………………………………..
(per divisie, individueel per afdeling, etc)
……………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………
5. Een mogelijkheid is het combineren van de functie van aandachtsvelder voor decubitus/wondzorg met die voor infectiepreventie? Vind je dat een goed idee?
Ja / weet niet / nee
Toelichting: ……………………………………………………………………………………………….
…………………………………………………………………………………………………….
24
6. Hoe zouden de deskundigen infectiepreventie jouw verpleegafdeling verder van dienst kunnen zijn?
a. Interactieve website b. Nieuwsbrief c. Forum d. Mogelijkheden in Kwadraet e. Interactieve website f. ……………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………
7. Hoe zou jouw afdeling de deskundigen infectiepreventie van dienst zou kunnen zijn? …………………………………………………………………..…………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………………………………………..
25
Bijlage 5
Rolomschrijving contactpersoon infectiepreventie verpleegafdeling AMC
De contactpersoon infectiepreventie (CIP)
• Communiceert: o met de deskundige infectiepreventie over
! Richtlijnen en protocollen op het gebied van infectiepreventie
! Adviezen op het gebied van infectiepreventie • Informeert:
o WPM en medewerkers over nieuwe ontwikkelingen op het gebied van infectiepreventie
• Fungeert als klankbord voor deskundigen infectiepreventie • Speelt een ondersteunende rol:
o bij implementatie van nieuwe maatregelen/voorschriften/ protocollen o bij projecten op het gebied van infectiepreventie o bij goede uitvoering maatregelen bij geïsoleerde patiënten o bij uitbraken op de verpleegafdeling (aanvullend op WPM) o bij het geven van klinische lessen over infectiepreventie
• Stimuleert collega’s: o tot correcte dossiervoering met betrekking tot infectiepreventie
• Raadpleegt de deskundige infectiepreventie:
o bij aanschaf nieuwe (verpleegkundige) materialen of meubilair • Signaleert kennisbehoefte:
o bij collega’s van de werkvloer
• Neemt deel aan: o Bijscholing en informatieve bijeenkomsten met contactpersonen
infectiepreventie van (verpleeg-)afdelingen in het AMC
Tabel resultaten interviewsvraagnummer 1 2 3a1 3a2 3a3 3b
divisie afdeling
Houding t/o contactpersoon
/aandachtsvelder Toelichting Benoemd? Naam Functie Back-upComm.
ProtComm. advies
Comm. Isolatie Toelichting Informatie Toelichting
1 A F5DV positief heel erg graag. Dan heb je er een gezicht bij en is het laagdrempelig
ja Esther Uchtman seniorverpleegkundige kwaliteit
Petra Fischer ja ja ja ja
2 A F6NO positief Als afdeling met frequent patienten in isolatie en als afdeling infectieziekten kan dit handig zijn.
ja José Boerrigter verpleegkundige Ingrid Verboon (senior), Peter Sluyter (hoofd)
ja ja ja voor individuele gevallen zal verpleegk zelf bellen. Voor verandering van de RL zal dit de contactpersoon zijn.
ja
3 A F6Zuid positief lijkt me een goed idee ja Judith Hoekstra seniorverpleegkundige kwaliteit
Janny van Steeg ja ja ja aandachtsvelder is vooral tussenschakel BKV en afdeling. Eerste aanspreekpunt voor afd. die zonodig doorstuurt naar DIP
ja BKV wordt geinformeerd door BKV, aandachtsvelder licht het team in
4 A F7Noord positief goed idee. Hoeft geen seniorverpleegkundige te zijn overigens.
ja Myrthe van Loon verpleegkundige Leah Carmichael ja ja ja ja
5 A F7Zuid positief ik sta hier open voor. Dit door behoefte verpleegkundige om helder te krijgen hoe de werkwijze is bij verschillende isolatievormen.
ja Irha Bitreyson seniorverpleegkundige kwaliteit
geen ja ja ja ja
6 A1 F3Noord/ EHH
positief zou fijn zijn als iemand goed op de hoogte is van de RL en welke wegen te bewandelen bij vragen
nee nog niet ? ja ja ja ja
7 A1 F3Zuid niet nodig senior kwaliteit beschikbaar, die als contactpersoon fungeert.
ja Hannah Tomasoah seniorverpleegkundige kwaliteit
andere seniorverpleegkundige
ja ja ja ja
8 A1 G3Zuid positief positief ja Eva Fijma-Otto seniorverpleegkundige Chantal Nonnekes ja ja ja ik zou doorverwijzen naar protocollencie, over adviezen communiceren.
ja
9 B G5Noord positief ja Saskia Bookelman seniorverpleegkundige kwaliteit
Evelien Meester ja ja nee ja ja, en collega's op dit gebied educeren en aansporen tot
Tabel resultaten interviewsvraagnummer 1 2 3a1 3a2 3a3 3b
divisie afdeling
Houding t/o contactpersoon
/aandachtsvelder Toelichting Benoemd? Naam Functie Back-upComm.
ProtComm. advies
Comm. Isolatie Toelichting Informatie Toelichting
10 B G5Zuid positief voorstander van vaste contactpersoon. Invulling rol aandachtsvelder is in discussie op afdeling en binnen divisie B
ja Sandra Stemmerik-Twilhaar
seniorverpleegkundige Karin Goumans ja ja ja voor doorgeven info over protocollen en adviezen is contactpersoon geschikt. Voor isolatie contact opnemen met UVV, die gegevens meteen in dossier zet.
ja wij kunnen de informatie doorgeven aan het team
11 B G6Noord positief goed initiatief ja Lisa Nieuwkerk verpleegkundige Eva Jaspers ja ja ja weet niet
12 B G7Zuid positief Positief, maar het moet een seniorverpleegkundige zijn omdat dat nu ook al zo is.
ja Mendaly de Kok Seniorverpleegkundige Hans van Essen ja ja ja procollen en richtlijnen nu al goed toegankelijk, wij moeten ze onder de aandacht brengen van de verpleegk.en zonodig DIP raadplegen
nee dit kan met een senior gebeuren, tenzij het gaat om zaken die patientveiligheid beinvloeden of incidenten die meer schakel in de keten betreffen
13 B G6Zuid positief infectiepreventie onderwerpen komen niet altijd goed door naar verpleegafdelingen. Dmv contactpersonen denk ik dat de lijn korter is en informatie beter doorkomt.
ja Roos Sterk-Gieselaar seniorverpleegkundige Chris Bakker ja ja ja ja ook door geven van klinische lessen en het verspreiden van een aanspreekcultuur op het gebied van infectiepreventie
14 C/E NICU positief positief ja Daphne Emanuel seniorverpleegkundige kwaliteit
Guido Roijé ja ja ja ja
15 C/E F8Noord positief lijkt me goed, een aanspreekpunt per afdeling
ja Esther Spijkerman seniorverpleegkundige kwaliteit
Roland Kramer, Arie van der Jagt (hoofdverpleegkundigen)
ja ja ja ja, maar daarnaast ook contact met UVV en arts bij liggende patienten.
ja
16 C/E F8Zuid positief lijkt me goed ja Marian Boek seniorverpleegkundige kwaliteit
Reny Kuiper (senior) ja ja ja ja
17 C/E G8ZW positief schept verduidelijking, bundelen van vraagtekens bij ruis.
ja Angela Haarman verpleegkundige Irene Nederstigt ja ja ja ja
18 C/E H4Zuid positief goed idee. Meer continuiteit. Maakt communicatie gemakkelijker.
ja Nina Bijl verpleegkundige ja ja nee protocollen en adviezen op maat voor contactpersoon. Voor isolatie lijkt het mij beter dat de UVV contact opneemt met DIP
ja ja, aandachtsvelder kan zich beter verdiepen in de stof dan WPM of medewerker
Tabel resultaten interviewsvraagnummer 1 2 3a1 3a2 3a3 3b
divisie afdeling
Houding t/o contactpersoon
/aandachtsvelder Toelichting Benoemd? Naam Functie Back-upComm.
ProtComm. advies
Comm. Isolatie Toelichting Informatie Toelichting
19 C/E H8NZ positief goed voor verantwoordelijkheidsgevoel
ja Susanne Baar-Wilman seniorverpleegkundige Martine Schmitz ja ja nee ja
20 C/E H7Zuid positief goed plan ja Reinie Brugge seniorverpleegkundige ja ja weet niet ja dat zou zaken betreffen die via de DIP binnenkomen
21 C/E H5Zuid positief voor iedereen duidelijk wie aanspreekpunt is
ja Inga Burke seniorverpleegkundige Reinou Boersma weet niet weet niet weet niet ligt bij arts en verpleegkundige die voor patient zorgen. Bij algemene ligt dit bij contactpersoon
ja wat voor afdeling van toepassing is.
22 D/F PMU positief aandachtsvelder wordt serieuzer genomen, heeft een actieve rol.
ja Kyra Jongen seniorverpleegkundige kwaliteit
Panos Tamtakos ja ja ja oogje in het zeil houden.
ja alleen grote lijnen
23 D/F H6NZ positief Goed idee. Dan heeft er een de leiding en het overzicht. Eén aanspreekpunt bij onduidelijkheden of vragen
ja Jacobien Duitman, Evelien van Nes, Yeimi v.d. Loo
verpleegkundige Lisa Appelman is aandachtsvelder voor isolatie
ja ja ja ja
24 D/F H5Noord positief ik denk dat het goed is een aandachtsvelder aan te stellen die mededelingen vanuit ZH communiceert.
ja Sandra Krijnsen seniorverpleegkundige Matt Schuurmans ja ja ja geen inhoudelijke rol, zoals het ontwikkelen van protocollen, maar toelichten op.
ja
25 H ICU positief meerdere contactpersonen beschikbaar
ja Ed Cijs, Marjo Kurk, Petra Vriens, Frederique Paulus
Hoofden en seniorverpleegkundige
ja ja ja ja
Resultaten
24x positief 24x al benoemd 18x senior kwaliteit 24x ja 24x ja 20x ja 23x ja
1x niet nodig 1x nog niet 6x verpleegkundige 1x weet niet1x weet niet2x weet niet 1x weet niet1x onbekend 3x nee 1x nee
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling1 A F5DV
2 A F6NO
3 A F6Zuid
4 A F7Noord
5 A F7Zuid
6 A1 F3Noord/ EHH
7 A1 F3Zuid
8 A1 G3Zuid
9 B G5Noord
3c 3d 3e f 3g 3h 3i
Implementatie opmerking Projecten ToelichtingUitvoering
isolatie Toelichting Informatie Toelichting Dossier Toelichting Klankbord Toelichting Uitbraakja ja ja ja ja ja weet niet
ja ja ja nee UVV is hier verantwoordelijk voor
ja ja ja
ja ook om te sparren over het samenbrengen van theorie en praktijk
weet niet hangt van tijd af. ja weet niet kan verpleegkundige zelf ja ja ja
ja verstandig om de werkvloer te betrekken bij nieuwe procedures/ materiaal. (Voorbeeld: nieuwe isolatiekaarten waarvan voor- en achterkant bedrukt is. Nu hangt de verpleegkundige er 2 op, dat is gedoe.
ja ja ja ja ja ja
ja ja ? ja ja ja ja
ja ja ja weet niet ja ja ja
ja ja ja, doch in mindere mate
weet niet is taak van alle verpleegkundigen. Ondersteunen kan altijd.
nee taak van de UVV ja ja weet niet
ja ja ja 1e plaats taak voor verpleegkundige, maar wel als extra oog om mee te kijken.
nee rol voor verpleegk en taak voor arts
ja ja ja
ja ja ja ja ja ja ja
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling10 B G5Zuid
11 B G6Noord
12 B G7Zuid
13 B G6Zuid
14 C/E NICU
15 C/E F8Noord
16 C/E F8Zuid
17 C/E G8ZW
18 C/E H4Zuid
3c 3d 3e f 3g 3h 3i
Implementatie opmerking Projecten ToelichtingUitvoering
isolatie Toelichting Informatie Toelichting Dossier Toelichting Klankbord Toelichting Uitbraakja ja weet niet Moet met betreffende
verpleegkundige worden besproken om de lijn kort te houden. Anders bestaat het gevaar dat de contactpersoon alles wel zal regelen
nee taak UVV ja ja vnl meedenken of dat wat op papier staat ook haalbaar is in de praktijk.
ja
ja ja ja ja ja ja weet niet
ja ja afhankelijk van het doel en het soort project
ja UVV instrueren waar zij de juiste informatie kan vinden. Uitvoering zelf laten doen.
nee senior in coachende rol, verantwoordelijkheid ligt bij UVV
? conform RL die voor alle gebieden gelden
? het is goed 4x per jaar te praten over hoe het gaat
ja
ja Evt zorgen dat andere mensen in het team verantwoordelijk worden gemaakt voor bekendmaking/implementatie.Ik vind dat dit in samenspraak met de DIP moet gaan.
ja niet als de projecten buiten de afdeling vallen.
weet niet de contactpersoon is er niet altijd om dit goed te laten verlopen. Wel klinische lessen geven om ervoor te zorgen dat medewerkers goed zijn geinformeerd.
nee vooral verpleegkundige moet patient en familie inlichten over de regels. Alle verpleegk en paramedici moeten goed op de hoogte zijn van de regels.
weet niet Altijd goed als er iemand is die de kwaliteit waarborgt en kan ingrijpen als het niet goed gaat. contactpersoon is de juiste persoon om te stimuleren.
ja 1 weet niet
ja ja ja nee verpleegkundigen dienen zo goed mogelijk geinformeerd te zijn zodat zij dit zelf kunnen.
ja ja ja
ja ja ja nee moet collega die voor patient zorgt doen, maar ik ben bereid hierbij te ondersteunen.
ja Ik moet dan wel weten wat jullie hierbij verwachten.
ja ja
ja samen met WPM en andere senioren ja ja nee lijkt me de taak van de UVV
ja ja ja
ja ja ja ja ja ja weet niet
weet niet ik zeg ja, maar de contactpersoon moet dan wel achter de implementatie staan, anders lukt het niet goed.
ja vooral bij projecten die gekoppeld zijn aan de afdeling kan de contactpersoon een goede rol spelen
ja Ja, omdat de contactpersoon op de afdeling aanwezig is, en kan waarnemen wat er mis gaat.
weet niet ja, de contactpersoon kan signaleren welke behoefte er is en dit samen met de leiding vorm geven.
ja ja , maar dan moet wel duidelijk zijn wat een correcte dossiervoering inhoudt.
ja contactpersoon kan beter signaleren wat behoeften zijn, wat werkbaar is.
ja
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling19 C/E H8NZ
20 C/E H7Zuid
21 C/E H5Zuid
22 D/F PMU
23 D/F H6NZ
24 D/F H5Noord
25 H ICU
Resultaten
3c 3d 3e f 3g 3h 3i
Implementatie opmerking Projecten ToelichtingUitvoering
isolatie Toelichting Informatie Toelichting Dossier Toelichting Klankbord Toelichting Uitbraakja ja ja nee elke verpleegkundige moet
dit zelf kunnen doen. Jekunt wel ondersteunen in de vorm van klinische lessen geven of foldermateriaal geven.
ja ja nee
ja weet niet hangt ervan af wat voor projecten en hoe groot
weet niet geen politieagentje spelen
weet niet is taak EVV-er of UVV-er ja ja ja
nee protocollen worden indien nodig opgezocht in Kwadraet
ja misschien in de toekomst
nee staat in Kwadraet nee Kwadraet is leidraad, dit is op te zoeken.
ja Dat doen we continu onderling
weet niet zou evt.kunnen weet niet
ja weet niet Hangt ervan af in hoeverre het op de afdeling van toepassing is.
ja ja erg belangrijk op deze afdeling
ja ja ja
ja ja weet niet omdat er al iemand op de afdeling is die zich met isolatie bezighoudt
ja ja ja Fijn als we daar enige sturing in krijgen.
ja
ja Het onder de aandacht brengen van het team, dmv klin. Lessen of verspreiden van info.
ja weet niet adviserende rol, verpleegkundige is zelf verantwoordelijk
weet niet verpleegkundige is zelf verantwoordelijk
ja ja weet niet
ja ja ja ja ja ja ja
23x ja 22x ja 17x ja9x ja
23x ja 23x ja 17x ja
1x weet niet 3x weet niet 6x weet niet 4x weet niet 1x weet niet 1x weet niet 7x weet niet1x nee 1x nee 12x nee 1x onbekend 1x onbekend 1x nee
1x onbekend
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling1 A F5DV
2 A F6NO
3 A F6Zuid
4 A F7Noord
5 A F7Zuid
6 A1 F3Noord/ EHH
7 A1 F3Zuid
8 A1 G3Zuid
9 B G5Noord
j 3k 3l 3m 4
toelichting Materialen ToelichtingBouw
Verbouw ToelichtingKennis-
behoefte ToelichtingKennis-
overdracht toelichtingPeriodiek overleg Hoe Toelichting
Combinatiefunctie Toelichting
ik ben hiervoor niet opgeleid
ja indien dit nodig is lijkt het me goed dat jullie ernaar kijken
weet niet als jullie dit zelf nodig vinden. Taak WPM?
ja nee Mijns inziens kan de maker van de klinische les deze het beste zelf geven
ja a om mee te starten lijkt me dit voldoende, bij meer behoefte later uitbreiden. Misschien is 1 uur inplannen gemakkelijker in te plannen voor de werkvloer.
weet niet zie er geen meerwaarde in
komt met name neer op hoofd en senior die dan werkzaam zijn
ja nee hoofdverpleegkundige ja ja of dit kan door DIP worden gegeven!
ja d Individueel per afdeling nee ik zie dit als 2 verschillende dingen waarin misschien een overlap is.
ja alleen in adviserende rol, wanneer nodig
weet niet als WPM dit niet alleen af kan
ja weet niet - ja c weet niet hangt af van talenten in het team
ja ja ja ja ja c Twee uur is te lang. Lijkt me handiger om per divisie een uur in te plannen. Uit ervaring weet ik dat het lastig is verpleegkundigen bij elkaar te krijgen. Misschien lukt het wel als hoofdverpl. Het dragen.
nee ik ben er voorstander van dat een teamlid aandachtsvelder is. Dan is een combinatiefunctie niet te doen.
nee - nee - ja ja ja d op maat, afhankelijk van de hoeveelheid veranderingen over infectiepreventie bij patientenzorg.
j
weet niet - weet niet - ja ja ja c weet niet
meer iets voor een senior
nee - nee - ja ja ja c voorkeur per divisie, maar niet te vaak, er zijn al zoveel overleggen
ja
nee ja, qua hulp om te bekijken of het op een verpleegafdeling wenselijk is
nee ja ja ja c hangt ervan af waar je heen wilt. Voor structurele ontwikkelingen moet je geen verpl A hebben. Als onderdeel van de communicatiestructuur is verpl A wel een goede keuze
nee lijkt mij een op zich staand onderwerp
onbekend onbekend ja ja ja a weet niet
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling10 B G5Zuid
11 B G6Noord
12 B G7Zuid
13 B G6Zuid
14 C/E NICU
15 C/E F8Noord
16 C/E F8Zuid
17 C/E G8ZW
18 C/E H4Zuid
j 3k 3l 3m 4
toelichting Materialen ToelichtingBouw
Verbouw ToelichtingKennis-
behoefte ToelichtingKennis-
overdracht toelichtingPeriodiek overleg Hoe Toelichting
Combinatiefunctie Toelichting
gebeurt nu ook al ja ja ja kunnen wij ook beleid op maken als dit nodig is, door zelf kennis te verbreden of jullie uit te nodigen voor klinische les.
nee ik denk dat de informatie beter overkomt en blijft hangen als jullie dit zelf doen.
ja c nee het heeft bepaalde overeenkomsten maar ligt te ver uit elkaar om standaard te combineren
weet niet weet niet ja ja ja d wat nodig is voor jullie. Als het maar ver van tevoren (half jaar) wordt gepland.
nee
hier is deskundigheid nodig. Nu 3x meegemaakt, DIP's doen dan goed werk.WPM moet goed op de hoogte zijn
ja betrokkenheid is prima. DIP in adviserende rol
ja adviezen van DIP is belangrijk
onbekend onbekend bij behoefte aan kennis is het goed na te gaan welke onderwijsvorm nodig is.
ja onbekend nee
weet niet misschien inspraak in keuze of dit praktisch is
ja Zeker nuttig maar kan ook willekeurige seniorverpleegkundige zijn van de afdeling.
ja ja belangrijke rol in het verspreiden van kennis naar collega's
ja a 4x2 uur per jaar moet voldoende zijn. Mogelijk extra bijeenkomsten voor wie er niet bij kunnen zijn.
nee terrein is groot genoeg voor een extra aandachtsvelder.
ja altijd in samenspraak met WPM
ja ja ja ja c hoeveel veranderingen vinden er daadwerkelijk plaatsvinden per jaar?
weet niet -
ik moet zeggen dat ik het lastig vind om dan uit te zoeken wat er precies moet gebeuren.Kun je uitleggen waar ik dat kan vinden?
ja lijkt me iets voor de schoonmaak. Over meubilair wil ik wel meedenken.
weet niet Lijkt me nu niet van toepassing, omdat we net op een nieuwe afdeling zitten
ja ja ja c lijkt me niet zo nodig, eerder 2x2 uur, tenzij er tussendoor
belangrijke veranderingen zijn. Veel kan ook wel via de mail,
denk ik.
weet niet Lijkt me niet nodig. Wij hebben de wondzorgconsulent vaak in consult voor advies over de wond.
weet niet meer iets voor WPM weet niet meer voor WPM ja ja ja d per divisie, individueel per afdeling
nee lijkt me een heel ander vakgebied
- ja ja ja ja ja d per divisie, individueel per afdeling, tussen 15.00 en 16.00
nee
ja, het betreft de hele afdeling en misschien andere afdelignen waar we relaties mee hebben.
ja contactpersoon weet hoe afdeling organisatorisch werkt en kan ondersteunende rol spelen
ja ook bij bouw is het nodig rekening te houden met infectiepreventie
ja De contactpersoon moet hiervoor openstaan voor de collega's
ja contactpersoon moet dan wel een open houding naar collega's hebben, zodat die bij haar terecht kunnen met vragen
ja d meerdere keren per jaar 1 uur, omdat je dat van 15.00-16.00 kunt houden. Je hebt dan geen overlap met overdrachten en medewerkers hoeven geen overuren te maken. Mijn voorkeur gaat uit naar bijeenkomsten per divisie of per afdeling. Hierdoor houd je het beperkt tot afdelingen die min of meer dezelfde populatie hebben.
nee afbakening van functies zorgt ervoor dat het haalbaar is voor de contactpersoon om zonder al te veel bagage (bijscholing en zo) up to date te blijven
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling19 C/E H8NZ
20 C/E H7Zuid
21 C/E H5Zuid
22 D/F PMU
23 D/F H6NZ
24 D/F H5Noord
25 H ICU
Resultaten
j 3k 3l 3m 4
toelichting Materialen ToelichtingBouw
Verbouw ToelichtingKennis-
behoefte ToelichtingKennis-
overdracht toelichtingPeriodiek overleg Hoe Toelichting
Combinatiefunctie Toelichting
taak WPM weet niet ik vind dat je bij aanschaf nieuw materiaal ZH moet inschakelen, meer niet.
weet niet ook hierbij moet je ZH inschakelen, daar blijft het bij
ja ja ja d 4x 1 uur. Er zou ook een overleg alleen met het EKZ
kunnen plaatsvinden, omdat die met ander zaken te maken
hebben , zoals waterpokken, rooming-in etc.
nee
ja ja ja ja ja d 3x2 uur, per divisie en ook per divisie een ziekenhuishygienist en niet zoals nu op verschillende afdelingen in de divisie een andere.
ja per divisie en ook per divisie een DIP en niet zoals nu op verschillende afdelingen in een divisie een andere
WPM heeft eindverantwoording. Weet niet of ik over zoveel kennis beschik.
onbekend onbekend ja indien dit niet te vinden is in bestaande protocollen
ja indien hier behoefte aan is. Kennisoverdracht is altijd goed.
weet niet d per divisie, indien nodig per afdeling bij evt. onduidelijkheden op die specifieke afdeling
weet niet zou kunnen
ja ja ja ja ja a misschien later minder/meer nee om verwarring te voorkomen bij voorkeur geen combinatiefunctie
ja ja ja ja weet niet d veel info kan via de mail nee nee, zo wordt het te breed, dit is een andere richting
onbekend onbekend onbekend ja ja d alleen bij grote veranderingen weet niet
ja ja ja ja ja d IC wordt van info voorzien via infectiecie. Daarnaast 3x per jaar klin. Les gewenst.
nee -
14x ja11x ja 23x ja 21x ja 23x ja 4x a 9x per afdeling/divisie
3x ja7x weet niet 5x weet niet 7x weet niet 2x onbekend 1x weet niet 2x weet niet 8x c 4 x een uur 8x weet niet
3x nee 4x nee 2x nee 12x d 14x nee3x onbekend 3x onbekend 1x onbekend 1x onbekend
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling1 A F5DV
2 A F6NO
3 A F6Zuid
4 A F7Noord
5 A F7Zuid
6 A1 F3Noord/ EHH
7 A1 F3Zuid
8 A1 G3Zuid
9 B G5Noord
6 7Hoe hulp
aan afdeling Toelichting Hoe hulp aan ZHYG
a,d één vast aanspreekpunt voor aandachtsvelder of afdeling bij vragen/problemen is handig. Nieuwsbrief is gericht aan de personen waar je hem heenstuurt, website is leuk als algemene achtergrond.
veel interactie bij problemen op de afdeling. Dit geeft DIP inzicht in problemen.
b nieuwsbrief is concreet en kun je ophangen. Kwadraet is niet eenduidig
niets toe te voegen
b telefonische bereikbaarheid is belangrijk
meedenken en praktijkvragen doorspelen naar theorie
b Graag een klinische les aan de afdeling.
e onderwijs aan aandachtsvelders
Als het in de vragenlijst genoemde in gang wordt gezet, dan is mijn afdeling voldoende ondersteund.
b,d vragen van de werkvloer doorspelen, delen van praktijkervaringen, zodat toepassen van infectiepreventie zo toepasbaar mogelijk is in de praktijk.
b
b,d
b, d door een aandachtsvelder te leveren.
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling10 B G5Zuid
11 B G6Noord
12 B G7Zuid
13 B G6Zuid
14 C/E NICU
15 C/E F8Noord
16 C/E F8Zuid
17 C/E G8ZW
18 C/E H4Zuid
6 7Hoe hulp
aan afdeling Toelichting Hoe hulp aan ZHYG
d Duidelijkheid wie de contactpersoon vanuit ZHYG naar de afdeling is.
beiderzijds elkaars hulp inschakelen
b informatie via vaste contactpersoon; meewerken aan protocollen, verder zie ingevulde vragenlijst.
e informeren en inschakelen van deskundige staat voorop. Ik denk dat de rest vorm moet krijgen tijdens deze bijeenkomsten.
b,c nieuwsbrief is handig communicatiemiddel. Wel belangrijk om persoonlijk contact met de afdeling te houden. Een website met een forum ook een leuk idee, al moet dan wel DIP beschikbaar zijn die snel kan antwoorden.
bijeenkomsten bijwonen, verzorgen klinische lessen,verspreiden feedback en aanspreekcultuur. Medewerking verlenen en input geven in onderzoeken.
d nader vast te stellen op later tijdstip verder af te stemmen.
a,b,c,d en graag behapbare protocollen in Kwadraet, bijv per beestje intypen. Nu moet je nog vaak een heel boekwerk doorspitten, maar misschien is mijn manier van zoeken niet correct?
gebruik maken van de contactpersoon over bepaalde handelingen, of ze werkbaar zijn of niet. Dus terugkoppeling van de werkvloer is essentieel.
a,b,c,d goede informatie in Kwadraet lijkt me in elk geval essentieel
b,c
a, d,e emailverkeer met contactpersoon Z&I, omdat de contactpersoon kan bepalen wat nuttig is voor de afdeling.
de DIP op de hoogte brengen van terugkerende problemen, zodat zonodig actie kan worden ondernomen.
Tabel resultaten interviewsvraagnummer
divisie afdeling19 C/E H8NZ
20 C/E H7Zuid
21 C/E H5Zuid
22 D/F PMU
23 D/F H6NZ
24 D/F H5Noord
25 H ICU
Resultaten
6 7Hoe hulp
aan afdeling Toelichting Hoe hulp aan ZHYG
a,d i dmv contactpersoon/ aandachtsvelder is er iemand die zich verantwoordelijk voelt. Verder hebben wij mondeling een aantal zaken besproken, waarvan ik hoop dat de ZHYG actie gaat ondernemen: isolatie/ bezoek/schoonmaken speelgoed en speelkamer
a,b,c zie alle punten bovenstaand
b misschien via ontwikkeling van nieuwe dingen, deze via contactpersonen overbrengen naar afdeling
b,c nieuwe media zoals forum: leuk om te proberen
creatief denken sterk ontwikkeld PMU
a,b,c,d Indien mogelijk persoonlijk contact via de mail waar de vragen/adviezen gesteld kunnen worden
sturing en advies. Bij vragen dat we bij jullie terecht kunnen. Ook regelmatig contact zodat de groep actief blijft.
b,c klankbord
a?,b bij acute situaties kunnen maatregelen niet worden uitgevoerd.
8x a website
18x b nieuwsbrief8x c forum11x d Kwadraet
Auditrapport divisie X, afdeling 1, 20 augustus 2013Doel audit Vaststellen stand van zaken met betrekking tot infectiepreventie een jaar na JCI-accreditering.
Procedure In het AMC is met ingang van september 2013 een tracerprogramma van start gegaan, georganiseerd door Bureau Kwaliteit en Veiligheid. Naast patienttracers en systeemtracers zijn ook infectiepreventietracers aan het programma toegevoegd. Los hiervan heeft Lydia Stolwijk, deskundige infectiepreventie in opleiding, aan enkele afdelingen een infectiepreventietracer aangeboden in het kader van haar opleiding. Een van die afdelingen was afdeling 1. De afspraak is gemaakt met unitleider R. R heeft het tracerteam, bestaande uit Carla van Elzelingen en Lydia Stolwijk, ontvangen en het afsluitende gesprek gevoerd; tijdens de tracer werden we begeleid door J.
Bevindingen zie checklist
Samenvatting Observaties vonden plaats op zaal 3 en in alle ruimtes waar schoonmaakwerkzaamheden plaatsvinden of materialen worden opgeslagen. Voorzieningen om goede handhygiene te kunnen toepassen zijn goed geregeld en het ziet er over het algemeen schoon uit. Verpleegkundigen die we gesproken hebben zijn op de hoogte van de afspraak dat alle apparatuur rond het bed dagelijks moet worden gereinigd, maar hoe dit wordt geborgd is onduidelijk. Er is geen aftekenlijst. De verschillende koelkasten zijn wel van een aftekenlijst voorzien maar worden niet altijd afgetekend.
Conclusies en aanbevelingen De afdeling besteedt veel aandacht aan het thema infectiepreventie, wat erin heeft geresulteerd dat veel zaken prima in orde zijn. Borging van het reinigen van apparatuur verdient nog aandacht. Het verdient aanbeveling te onderzoeken of de schade aan de kastdeuren en het front van het ladenblok zodanig kan worden verholpen dat de oppervlakte weer glad is. Bij de keuze van nieuwe toetsenborden is het belangrijk erop te letten dat ze goed en gemakkelijk reinigbaar zijn.
Checklist JCI Infectiepreventie
Datum: 20-Aug-13
Divisie: X
Afdeling: 1
Naam leden tracerteam:
Carla van Elzelingen, Lydia Stolwijk
Opmerkingen
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.9 Hand- pols- of armsieraden worden niet gedragen X
PCI.9 Lang haar is bijeengebonden X
PCI.9 Dienstkleding is schoon X
PCI.9 Dienstkleding heeft korte mouwen en bedekt eigen kleding geheel (wordt gesloten gedragen) X
PCI.9 Schoeisel is niet zichtbaar verontreinigd en goed reinigbaarX
een verpleegkundige droeg schoenen van textiel, een andere droeg klompen waarvan het leer niet intact was.
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van handenalcohol worden de handen over elkaar gewreven totdat deze droog zijn
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná het uittrekken van de handschoenen X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met invasieve hulpmiddelen (of gebruik van handschoenen)
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast tijdens de verzorging van patiënten bij de overgang van 'vuil' naar 'schoon' (bijvoorbeeld wondbehandeling)
X
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van water en zeep worden handen goed ingewreven met zeep en na afloop goed gedroogd X
wassen met water en zeep was niet aan de orde, dus kon niet beoordeeld worden.
Observatie persoonlijke hygiëne
Handhygiëne bij de patiënt
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4 Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet, (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden) X
PCI.4 Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld op kamer en in de gangX
PCI.4 Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezigX
PCI.4 Doos niet-steriele handschoenen is aanwezig in 3 matenX
dozen handschoenen bij elk bed aanwezig, niet bij de wasbak. Dit is goed geregeld.
PCI.4 Doos handschoenen staat op een droge plekX
PCI.7.1 De voorraad linnengoed is stofvrij opgeslagen (afsluitbare ruimte of afgedekte linnenkar) X
PCI.7.1 De wasgoedmanden zijn voorzien van een dekselX
PCI.7.3 Voor de afvoer van scherpe voorwerpen worden naaldenbekers gebruikt en deze zijn maximaal tot 3/4 gevuld. X
PCI.10 De zorgverleners zijn op de hoogte van patiënten met infecties die momenteel opgenomen zijn op de afdeling
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Niet-patiëntgebonden stethoscoop wordt na gebruik gedesinfecteerdX
PCI.7.1 Er is voor ieder apparaat een reiniging- en desinfectieschemaX
dit schema is afgesproken, er is geen aftekenlijst op de apparatuur aanwezig.
PCI.7.1 Hierin is een frequentie vastgelegdX
twee verpleegkundigen gaven aan dat de apparatuur dagelijks wordt gereinigd.
PCI.7.1 Het toetsenbord wordt gereinigd / gedesinfecteerdX
afspraak is dat dit dagelijks moet gebeuren, maar het gebeurt niet dagelijks volgens verpleegkundige
PCI.7.1 Het is bekend wie verantwoordelijk is voor het reinigen en desinfecteren van verpleegkundige materialen X
PCI.7.1 Voor desinfectie wordt alleen alcohol 70% of chloor gebruiktX
Daarnaast worden Kimtech doekjes voor desinfectie gebruikt.
Patientenkamer (en gang)
Reiniging en desinfectie
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.8 De richtlijnen van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie voor isolatie zijn bekend X
stappenplan bij isolatie' specifiek voor deze afdeling is niet terug te vinden via Metavision. (actie Lydia)
PCI.8 De richtlijnen worden geraadpleegdX
PCI.8 De isolatiekaarten van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie zijn aanwezig en worden juist gebruikt bij een isolatie X
PCI.8 Bezoek wordt geïnstrueerd over de isolatieregelsX
PCI.8 Juiste materialen (schorten, handschoenen, mondneusmaskers) voor isolatie zijn aanwezig bij de patiënt X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden) X
PCI.4IPSG.5
Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4IPSG.5
Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbediening in keuken en in de gang X
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbedieningX
PCI.4IPSG.5
Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezigX
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.5 Ruimte, apparaten en materialen zien er schoon en ordelijk uitX
De voedingsstoof ziet er schoon uit.
PCI.4 Werkblad is glad, onbeschadigd en goed schoon te makenX
PCI,4 Kasten zijn glad, onbeschadigd en niet zichtbaar verontreinigdX
de deuren van een hoge kast en enkele paneeltjes van een ladenkastje zijn licht beschadigd.
PCI.4 Vuile ruimten zijn uitsluitend bestemd voor ‘vuile’ werkzaamheden, zoals de afvoer van uitscheidingsproducten, vuil wasgoed ed.
XPCI.4 Er zijn geen materialen aanwezig die er niet thuishoren
XPCI.7 Er vindt een zichtbaar duidelijke scheiding plaats tussen schone en vuile
materialen
X
Hoezen voor het bed en ander linnengoed zijn in een kast op de gang opgeborgen. Op de onderste plank liggen mutsjes en andere kinderkleding, die stoffig zijn geworden. Voorstel: bewaren kleding in een afgesloten doos op een plank hoger in de kast.
PCI.7 Waskommen gaan in pospoeler, worden schoon en droog bewaardX
Ruimten en voorzieningen
Isolatie
Spoelkeuken
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Voor het verzamelen van afval en vuil linnen zijn houders aanwezig (voorzien van deksel)
XPCI.7.2 Specifiek ziekenhuisafval wordt in de daarvoor bestemde tonnen verzameld en
afgevoerdX
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7 De bedpannen en urinalen zijn van binnen en buiten niet zichtbaar verontreinigdX
PCI.7 De bedpanspoeler is visueel schoonX
PCI.7 De bedpanspoeler functioneert naar behoren (er is een onderhoudsschema en een logboek) X
PCI.7 Steriele materialen zijn afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
PCI.7.1 Schoon linnengoed is afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
Onderwerp Opmerkingenkoelkast Verschillende koelkasten zijn voorzien van aftekenlijsten. Deze zijn deels ingevuld.diepvrieskast In de vriezer bevindt zich veel ijs, waardoor de vereiste lage temperatuur mogelijk niet
kan worden bereikt. Bovendien doet dit vele ijs vermoeden dat de vriezer lange tijd niet is schoongemaakt.
labmedewerker De medewerker van het LAKC maakt notities terwijl hij de handschoenen waarmee hij de patient heeft aangeraakt nog aan heeft. De medewerker van het LAKC desinfecteert zijn werkblad niet voordat hij naar een volgende patiënt gaat met zijn karretje. Afgesproken is dat het tracerteam dit bespreekt met de leidinggevende van het LAKC (is inmiddels gebeurd)
Ziekenhuisafval
Bedpanspoeler
Auditrapport divisie Z, afdeling 3, 26 oktober 2013Doel audit Vaststellen stand van zaken met betrekking tot infectiepreventie een jaar na JCI-accreditering.
Procedure In het AMC is met ingang van september 2013 een tracerprogramma van start gegaan, georganiseerd door Bureau Kwaliteit en Veiligheid. Naast patienttracers en systeemtracers zijn ook infectiepreventietracers aan het programma toegevoegd. Los hiervan heeft Lydia Stolwijk, deskundige infectiepreventie in opleiding, aan enkele afdelingen een infectiepreventietracer aangeboden in het kader van haar opleiding. Een van die afdelingen was afdeling 3. De afspraak is gemaakt met K, seniorverpleegkundige kwaliteit van de afdeling. Zij heeft het tracerteam, bestaande uit Caroline Kuipers en Lydia Stolwijk, ontvangen en begeleid. Veel infectiepreventie-aangelegenheden werden besproken, een aantal zaken werden geobserveerd.
Bevindingen zie checklist
Samenvatting Een aantal zaken is prima in orde, zoals het aftekenen van werkzaamheden van de schoonmaakdienst in het aftekenboek, persoonlijke hygiene, scheiding van vuil en schoon linnengoed in aparte kasten. Echter schoonmaak van de keuken en van de bedden is niet geregeld. Verder is bij de inrichting van de patientenkamers weinig rekening gehouden met infectiepreventie. Dit is te merken aan het ontbreken van een handalcoholdispenser en een wastafel bij de uitgang van de patientenkamer. Gesproken is over mogelijkheden om dit op te lossen, rekening houdend met de risico's die de patientencategorie met zich meebrengt.
Conclusies en aanbevelingen De afdeling staat open voor allerlei maatregelen in het kader van infectiepreventie, wat naar voren is gekomen is uit het open gesprek dat we hebben gevoerd. Enkele onderdelen zijn goed geregeld, andere onderdelen moeten opgepakt worden of behoeven aanpassing vanwege de specifieke patientencategorie (zie checklist). De afdeling zal zelf bij vergelijkbare klinieken onderzoek doen naar een geschikte oplossing voor het toepassen van handalcohol in de patientenkamer. Concluderend ligt de hoogste prioriteit bij het regelen van schoonmaak voor de afdelingskeuken en voor de bedden.
Checklist JCI InfectiepreventieDatum: 19-Oct-13
Divisie: Z
Afdeling: 3
Naam leden tracerteam:
Caroline Kuipers, Lydia Stolwijk
Opmerkingen
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.9 Hand- pols- of armsieraden worden niet gedragen X
PCI.9 Lang haar is bijeengebonden X
PCI.9 Dienstkleding is schoon X
PCI.9 Dienstkleding heeft korte mouwen en bedekt eigen kleding geheel (wordt gesloten gedragen) X
PCI.9 Schoeisel is niet zichtbaar verontreinigd en goed reinigbaar X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van handenalcohol worden de handen over elkaar gewreven totdat deze droog zijn
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná het uittrekken van de handschoenen X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met invasieve hulpmiddelen (of gebruik van handschoenen)
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast tijdens de verzorging van patiënten bij de overgang van 'vuil' naar 'schoon' (bijvoorbeeld wondbehandeling)
X
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van water en zeep worden handen goed ingewreven met zeep en na afloop goed gedroogd X
Observatie persoonlijke hygiëne
Handhygiëne bij de patiënt
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4 Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet, (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden) X
Er is een wastafel in de badkamer van de patient, zodanig opgehangen dat een patient in een rolstoel er gemakkelijk bij kan. Bij de uitgang van de patientenkamer is geen wastafel aanwezig
PCI.4 Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld op kamer en in de gangX
Een handalcoholdispenser is alleen in de badkamer aanwezig, niet bij de toegang naar de kamer.
PCI.4 Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezigX
PCI.4 Doos niet-steriele handschoenen is aanwezig in 3 matenX
zonodig worden die klaargelegd
PCI.4 Doos handschoenen staat op een droge plekX
PCI.7.1 De voorraad linnengoed is stofvrij opgeslagen (afsluitbare ruimte of afgedekte linnenkar)X
PCI.7.1 De wasgoedmanden zijn voorzien van een dekselX
PCI.7.3 Voor de afvoer van scherpe voorwerpen worden naaldenbekers gebruikt en deze zijn maximaal tot 3/4 gevuld. X
PCI.10 De zorgverleners zijn op de hoogte van patiënten met infecties die momenteel opgenomen zijn op de afdeling
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Niet-patiëntgebonden stethoscoop wordt na gebruik gedesinfecteerdX
mondelinge informatie
PCI.7.1 Er is voor ieder apparaat een reiniging- en desinfectieschema X
PCI.7.1 Hierin is een frequentie vastgelegdX
PCI.7.1 Het toetsenbord wordt gereinigd / gedesinfecteerdX
PCI.7.1 Het is bekend wie verantwoordelijk is voor het reinigen en desinfecteren van verpleegkundige materialen X
PCI.7.1 Voor desinfectie wordt alleen alcohol 70% of chloor gebruiktX
gebruik van chloor niet bekend
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.8 De richtlijnen van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie voor isolatie zijn bekend X
PCI.8 De richtlijnen worden geraadpleegdX
PCI.8 De isolatiekaarten van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie zijn aanwezig en worden juist gebruikt bij een isolatie X
PCI.8 Bezoek wordt geïnstrueerd over de isolatieregelsX
PCI.8 Juiste materialen (schorten, handschoenen, mondneusmaskers) voor isolatie zijn aanwezig bij de patiënt X
Patientenkamer (en gang)
Reiniging en desinfectie
Isolatie
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden) X
PCI.4IPSG.5
Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4IPSG.5
Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbediening in keuken en in de gangX
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbedieningX
PCI.4IPSG.5
Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezig Xopen prullenbak zonder pedaal
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.5 Ruimte, apparaten en materialen zien er schoon en ordelijk uitX
PCI.4 Werkblad is glad, onbeschadigd en goed schoon te makenX
PCI,4 Kasten zijn glad, onbeschadigd en niet zichtbaar verontreinigdX
PCI.4 Vuile ruimten zijn uitsluitend bestemd voor ‘vuile’ werkzaamheden, zoals de afvoer van uitscheidingsproducten, vuil wasgoed ed.
XPCI.4 Er zijn geen materialen aanwezig die er niet thuishoren
XPCI.7 Er vindt een zichtbaar duidelijke scheiding plaats tussen schone en vuile materialen
XPCI.7 Waskommen gaan in pospoeler, worden schoon en droog bewaard
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Voor het verzamelen van afval en vuil linnen zijn houders aanwezig (voorzien van deksel)
XPCI.7.2 Specifiek ziekenhuisafval wordt in de daarvoor bestemde tonnen verzameld en afgevoerd
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7 De bedpannen en urinalen zijn van binnen en buiten niet zichtbaar verontreinigdX
PCI.7 De bedpanspoeler is visueel schoonX
PCI.7 De bedpanspoeler functioneert naar behoren (er is een onderhoudsschema en een logboek) X
PCI.7 Steriele materialen zijn afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
PCI.7.1 Schoon linnengoed is afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
Ruimten en voorzieningen
Ziekenhuisafval
Bedpanspoeler
Spoelkeuken
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
Richtlijn MRSA Wordt bij opname gevraagd of patient in een buitenlands ziekenhuis is geweest?X
Richtlijn MRSA Wordt een patient met verdenking MRSA in isolatie geplaatst en worden kweken afgenomen? X
Richtlijn MRSA Kan men de richtlijn MRSA vinden?X
Richtlijn BRMO Is men bekend met de richtlijn BRMO en kan men deze vinden?X
Onderwerp Opmerkingenschoonmaak Het schoonmaken van de patientenkamers wordt afgetekend door schoonmaker en
verpleegkundige in een aftekenboek van Euroclean. Is een goed voorbeeld voor het AMC.Schoonmaak keuken is niet geregeld.
Hygiene onderwerpen zullen in PMU-teamoverleg worden besprokenscheiding steriel/ onsteriel
Na verbouwing zullen de kasten met steriele en onsteriele materialen opnieuw worden ingedeeld, waarbij steriel van onsteriel zal worden gescheiden.
isolatiekamer In de huidige situatie is geen isolatiekamer aanwezig. Ook in de nieuwbouw zal die niet worden opgenomen. In geval van opname van een patient met isolatiebehoefte waarbij een sluis met negatieve druk is geindiceerd zal de patient in een isolatiekamer in de kliniek worden opgenomen.
Bij isolatie van een patient om verspreiding van micro-organismen tegen te gaan, is het niet altijd mogelijk de patient in de kamer te houden. Hangt af van instrueerbaarheid patient.
handalcohol Handalcohol wordt verwijderd uit patientenkamer van een patient die het opdrinkt. Het wordt in dat geval ook uit de WC en de keuken weggehaald
Adviezen1 Op korte termijn schoonmaak keuken laten opnemen in schoonmaakprogramma.
2 Op korte termijn schoonmaak bedden laten opnemen in schoonmaakprogramma
3 Bedden laten reinigen door beddensopdienst.
4 Katoenen hoes bestellen voor de linnenkar die op de gang wordt neergezet.
5 Azowipe reinigingsdoekjes bestellen voor reiniging thermometer etc.
6 Stoelen met textiel van de afdeling verwijderen.
7 WC borstel in badkamer patient verwijderen
8 Automaten voor papieren handdoeken op laten hangen in badkamer van de patient
Beleid MRSA en Bijzonder Resistente Micro-Organismen
Auditrapport divisie X, afdeling 4, 12 november 2013Doel audit Vaststellen stand van zaken met betrekking tot infectiepreventie een jaar na JCI-accreditering.
Procedure In het AMC is met ingang van september 2013 een tracerprogramma van start gegaan, georganiseerd door Bureau Kwaliteit en Veiligheid. Naast patienttracers en systeemtracers zijn ook infectiepreventietracers aan het programma toegevoegd. Los hiervan heeft Lydia Stolwijk, deskundige infectiepreventie in opleiding, aan enkele afdelingen een infectiepreventietracer aangeboden in het kader van haar opleiding. Een van die afdelingen was afdeling 4. De afspraak is gemaakt met K, seniorverpleegkundige kwaliteit. Zij heeft het tracerteam, bestaande uit Wil de Rond en Lydia Stolwijk, ontvangen en begeleid. Een deel van de infectiepreventie-aangelegenheden werd besproken, een aantal zaken werden geobserveerd.
Bevindingen zie checklist
Samenvatting Algemene indruk is positief: de afdeling ziet er fris en opgeruimd uit. Persoonlijke hygiene is over het algemeen goed, en de voorzieningen op de patientenkamer zijn in orde. Op de gang hangen geen handalcoholdispensers. De indruk bestaat dat handhygiene nog aandacht behoeft (gebaseerd op een beperkt aantal observaties). Een schema voor schoonmaak van materialen (inclusief speelgoed) met bijbehorende aftekenlijst is niet aanwezig. Scheiding van vuile en schone po's is niet duidelijk geregeld. De voorzieningen in de afdelingskeuken behoeven aandacht: een open kar voor het bewaren van dienbladen met etensresten is niet toegestaan, een geschikte plek voor droogdoeken ontbreekt.
Conclusies en aanbevelingen Veel zaken zijn goed geregeld. De afdeling ziet er schoon en opgeruimd uit, maar er zijn nog enkele punten van aandacht. Wij bevelen aan de voorzieningen in de afdelingskeuken op orde te brengen en de schoonmaak van materialen te regelen en te borgen. Om het probleem van de aanslag op de po's op te lossen, adviseren wij contact op te nemen met Y Tot slot bevelen wij aan het ophangen van handalcoholdispensers op de gang bij de ingang van de patientenkamer te heroverwegen.
Checklist JCI Infectiepreventie
Datum: 12-Nov-13
Divisie: X
Afdeling: 4
Naam leden tracerteam:
Wil de Rond / Lydia Stolwijk
Opmerkingen
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.9 Hand- pols- of armsieraden worden niet gedragen X
PCI.9 Lang haar is bijeengebonden X
PCI.9 Dienstkleding is schoon X
PCI.9 Dienstkleding heeft korte mouwen en bedekt eigen kleding geheel (wordt gesloten gedragen) X
Een verpleegkundige en afdelingshulp lieten hun jasje openhangen. Was niet op de hoogte dat dit niet is toegestaan.
PCI.9 Schoeisel is niet zichtbaar verontreinigd en goed reinigbaarX
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van handenalcohol worden de handen over elkaar gewreven totdat deze droog zijn
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná contact met de patiënt X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast ná het uittrekken van de handschoenen X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast vóór contact met invasieve hulpmiddelen (of gebruik van handschoenen)
X
PCI.4IPSG.5
Handhygiëne wordt toegepast tijdens de verzorging van patiënten bij de overgang van 'vuil' naar 'schoon' (bijvoorbeeld wondbehandeling)
X
PCI.4IPSG.5
Bij gebruik van water en zeep worden handen goed ingewreven met zeep en na afloop goed gedroogd X
Handen wassen en daarna handalcohol toepassen wordt afgeraden, omdat dit een dubbele aanslag is op de huid.
Observatie persoonlijke hygiëne
Handhygiëne bij de patiënt
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4 Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet, (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden) X
PCI.4 Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld op kamer en in de gangX
Niet in de gang
PCI.4 Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezigX
Afvalbak onder gootsteen is prima.
PCI.4 Doos niet-steriele handschoenen is aanwezig in 3 matenX
PCI.4 Doos handschoenen staat op een droge plekX
PCI.7.1 De voorraad linnengoed is stofvrij opgeslagen (afsluitbare ruimte of afgedekte linnenkar)X
PCI.7.1 De wasgoedmanden zijn voorzien van een dekselX
PCI.7.3 Voor de afvoer van scherpe voorwerpen worden naaldenbekers gebruikt en deze zijn maximaal tot 3/4 gevuld. X
PCI.10 De zorgverleners zijn op de hoogte van patiënten met infecties die momenteel opgenomen zijn op de afdeling
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Niet-patiëntgebonden stethoscoop wordt na gebruik gedesinfecteerdX
Stethoscopen niet patientgebonden. Advies: na elk gebruik deel dat met patient in aanraking is geweest desinfecteren.
PCI.7.1 Er is voor ieder apparaat een reiniging- en desinfectieschema X
Is niet aanwezig.
PCI.7.1 Hierin is een frequentie vastgelegdX
PCI.7.1 Het toetsenbord wordt gereinigd / gedesinfecteerdX
PCI.7.1 Het is bekend wie verantwoordelijk is voor het reinigen en desinfecteren van verpleegkundige materialen X
PCI.7.1 Voor desinfectie wordt alleen alcohol 70% of chloor gebruikt X
Patientenkamer (en gang)
Reiniging en desinfectie
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.8 De richtlijnen van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie voor isolatie zijn bekend X
PCI.8 De richtlijnen worden geraadpleegdX
PCI.8 De isolatiekaarten van de afdeling Ziekenhuishygiëne & Infectiepreventie zijn aanwezig en worden juist gebruikt bij een isolatie X
PCI.8 Bezoek wordt geïnstrueerd over de isolatieregelsX
PCI.8 Juiste materialen (schorten, handschoenen, mondneusmaskers) voor isolatie zijn aanwezig bij de patiënt
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.4IPSG.5
Handenwasgelegenheid is aanwezig en voldoet (gladde en goed afgekitte oppervlaktes en wanden)
X
Advies glazen plaatjes op het aanrecht dagelijks te reinigen. Papier met naam van de patient dagelijks vervangen en als het bevuild is.
PCI.4IPSG.5
Instructiekaart bij handalcohol is aanwezigX
PCI.4IPSG.5
Alcoholdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbediening in keuken en in de gangX
Alcoholdispenser bijna leeg
PCI.4 Zeepdispenser is aanwezig en gevuld en met elleboogbedieningX
PCI.4IPSG.5
Houder met papieren handdoeken is aanwezig en gevuldX
PCI.4 Gesloten prullenbak met voetpedaal aanwezigX
Prullenbakken met kniebediening onder aanrecht is prima
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.5 Ruimte, apparaten en materialen zien er schoon en ordelijk uit XPCI.4 Werkblad is glad, onbeschadigd en goed schoon te maken XPCI,4 Kasten zijn glad, onbeschadigd en niet zichtbaar verontreinigd
X
In linnenkamer is een deur beschadigd: geeft risico op verontreiniging.
PCI.4 Vuile ruimten zijn uitsluitend bestemd voor ‘vuile’ werkzaamheden, zoals de afvoer van uitscheidingsproducten, vuil wasgoed ed.
XPCI.4 Er zijn geen materialen aanwezig die er niet thuishoren
X
Behandelkamer afdeling: koffertje met speelgoed in kast steriele materialen: hoort hier niet thuis.
PCI.7 Er vindt een zichtbaar duidelijke scheiding plaats tussen schone en vuile materialen
X
Scheiding vuile/schone po's en urinaals niet duidelijk aanwezig. Advies schone urinaals ondersteboven te laten hangen, zodat er geen vocht in kan blijven staan. Scheiding steriele en onsteriele spullen niet volledig; wanneer scheiding niet volledig te realiseren is steriele materialen bovenin, onsteriele onderin de kast opslaan.
PCI.7 Waskommen gaan in pospoeler, worden schoon en droog bewaard XWorden nauwelijks gebruikt. Gaan wel in pospoeler.
Linnenkamer: geen dozen op de grond! Afdelingskeuken: vieze vaat met etensresten moet in gesloten kar worden opgeslagen. Theedoek aan haakje of over droogrek hangen, en niet over opstapkrukje.
Ruimten en voorzieningen
Isolatie
Spoelkeuken
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7.1 Voor het verzamelen van afval en vuil linnen zijn houders aanwezig (voorzien van deksel)
X
Vloer van afvalruimte is niet schoon, ook worden hier grote flessen drinkwater, 40 liter, opgeslagen. Schoon en vuil in een ruimte!
PCI.7.2 Specifiek ziekenhuisafval wordt in de daarvoor bestemde tonnen verzameld en afgevoerd
X
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
PCI.7 De bedpannen en urinalen zijn van binnen en buiten niet zichtbaar verontreinigdX
Moeilijk te beoordelen door aanslag op po's en urinaals: kalk? Advies contact op te nemen met Eric van Yperen.
PCI.7 De bedpanspoeler is visueel schoonX
PCI.7 De bedpanspoeler functioneert naar behoren (er is een onderhoudsschema en een logboek) X
PCI.7 Steriele materialen zijn afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
PCI.7.1 Schoon linnengoed is afwezig in de nabijheid van de bedpanspoelerX
Norm en meetbaar element
Vraagstelling J D N Nvt NB Toelichting auditor
1 Wordt bij opname gevraagd of patient in een buitenlands ziekenhuis is geweest?
X2 Wordt een patient met verdenking MRSA in isolatie geplaatst en worden kweken
afgenomen? X3 Kan men de richtlijn MRSA vinden?
X4 Is men bekend met de richtlijn BRMO en kan men deze vinden?
X
Beleid MRSA en Bijzonder Resistente Micro-Organismen
Ziekenhuisafval
Bedpanspoeler