Myomen: Epidemiologie en Pathogenese epidemiologie.pdf · 2019. 12. 3. · Genoom Index. Laat het...
Transcript of Myomen: Epidemiologie en Pathogenese epidemiologie.pdf · 2019. 12. 3. · Genoom Index. Laat het...
Myomen:Epidemiologie en Pathogenese
Paul van Kesteren
No Disclosures
Myomen
Myoma nascens
Giant leiomyoma
Sonoo et al, BMJ Case Rep. 2015 Nov 20;2015
30x35x30 cm, 17,4 kg.
Degeneratie
myxoide degeneratieRode degeneratie
Caclificaties
00 maand 0000 Titel van de presentatiePagina 7
Extra uteriene leiomyomen: Parasitaire myomen
Iatrogeen
Primair
Extra uteriene leiomyomen: Cutane myomen
Reed’s syndroom / Hereditary Leiomyomatosis and Renal Cell Carcinoma (HLRCC)
Extra uteriene myomen: Benigne (pulmonaal) metastaserende
leiomyomen
Extra uteriene myomen: Intraveneuze leiomyomatosus
Myomen
Epidemiologie
20-40% vrouwen vruchtbare levensfase
77% bij zorgvuldig PA onderzoek (84% meerdere myomen) (Am J Clin Pathol 1990:94:94-9)
NIEHS (National Institute of Environmental Health Sciences) uterine fibroid study
At rondom echoscopie 1364 vrouwen 35-49 jaar (AJOG 2003; 188:100-7)
Estimated life time risk 70 %
Pathogenese: risicofactoren
- Hypertensie (OR 4.90 (2.31–10.38))
- Soyamelk (OR 2.52 (1.89–3.35))
- Dieet: (geconserveerd en gezoet voedsel: OR 3.17 (2.25–4.46))
Stewart et al, BJOG. 2017 Sep;124(10):1501-1512
Pathogenese: risicofactoren
- Pariteit: (≥3 vs 0; OR 0.17 (0.08–0.36))
- OAC: (Current vs never; OR, 0.3 (0.2–0.6)
- DMPA: (Ever vs never; OR 0.42 (0.34–0.53))
- Roken: (bij lage BMI, current vs never; OR 0.3 (0.2–0.5))
Stewart et al, BJOG. 2017 Sep;124(10):1501-1512
Pathogenese: genetische invloed
Raciale verschillen
Negroïd vs kaukasisch OR 2,9 (95% CI 2,5-3,2)
• Leeftijd diagnose myomen 37,5 vs 41,6 jr• Leeftijd hysterectomie 41,7 vs 44,6 jr
It’s all in the family?
Incidentie 1e graads familieleden 31,5% vs 15,2 % controlegroep• 144 Japanse vrouwen 45-54 jaar met OK voor myomen vs 288 controles (J Epidemiol 2002;12(3):249-
53)
Relatief risico voor positieve familie anamnese (Ann Epidemiol 2013; 23: 286-290)
• 660 Afro-amerikanen (RR, 1.2; 95% CI, 1.1-1.3)
• 412 Blanken (RR, 1.3; 95% CI, 1.1-1.6)
Gendefect
• Reed’s syndroom / Hereditary Leiomyomatosis and Renal Cell Carcinoma (HLRCC)
• Multipele uterine en dermalemyomen
• Verhoogde kans op niercelcarcinoom
• Heterozygoot gendefect dat codeert voor fumaraat hydratase
• 1q42.3-43
Genetica
Finding genes for Fibroids Study(Am J Hum Genet. 2012 Oct 5;91(4):621-8)
• 385 zusterparen (beiden myomen, blank) en familieleden zonder myomen
• Whole-genome Single Nucleotide Polymorfisme linkage scan
LOD score: (Logarithmof the odds score) Statische schatting of 2 genen geërfd zijn
Fertil Steril. 2017 Feb;107(2):457-466.e9.
Human genome studies:
Genetische heterogeniteit
Verschillende genen spelen een (bescheiden) rol
Inzoomen op celniveau
Myoom neemt in volume toe door:
- Vorming van extracellulaire matrix (collageen, proteoglycanen, fibronectine)
- Groei myometrium/myoom cellen
Waaruit ontstaan myomen?
Myoom = monoclonale tumor: • alle cellen van dat myoom komen
voort uit 1 enkele cel
Mutatie somatische stamcel van myometrium• N Eng J Med 2013; 369:1344-55
Verschillende biochemische pathways aangedaan
Let7-HMGA2-p14Arf pathway: • invloed op cel vernieuwing en veroudering
MED12 - WNT-β-cathenine - TGF-β pathway: • Stimuleert:
• stamcel vernieuwing
• cel proliferatie
• vorming van extracellulaire matrix.
Let7-HMGA2-p14Arf pathway
7,5% myomen verandering chromosoom 12q14-15
Dit geeft HMGA2 gen overexpressie (High-MobilityGroup AT-hook 2)
HMGA2 overexpressie- geassocieerd met grote myomen- Onderdrukt p14Arf
- positief effect op cel vernieuwing- negatief effect op cel veroudering
MED12 - WNT-β-catenin - TGF-β pathway
70 % myoomcellen: MED12 mutation (Xq13.1) (Science 2011;334:252-4.
80 patients, 225 fibroids)
Mediator Complex Subunit 12
MED12 - WNT-β-catenin - TGF-β pathway
Mediator complex reguleert gen transcriptie
• Bindt transcriptie factoren aan RNA
polymerase II
MED12 mutatie → verstoring van DNA transcriptie
Gemuteerd MED12 geeft:
+ β-catenine- stimuleert weefselgroei
+ TGF-β receptor expressie- celproliferatie- vorming extracellulaire matrix
MED12 - WNT-β-catenine - TGF-β pathway
Verschil fenotype myoom- MED 12
- Kleinere myomen- Meer ECM- Bestaat uit gladde spiercellen en fibroblasten
- HMGA2- Bestaat grotendeels uit gladde spiercellen
- Gladde spiercellen vooral progesteron afhankelijk- Fibroblasten vooral oestrogeen afhankelijk
Laughlin-Tommaso and Stewart, Obstet Gynecol 2018;132:961–71
Epigenetica
Cellulaire variaties niet veroorzaaktdoor veranderingen in DNA sequentie, maar door expressie
- DNA methylering
- Histon modificatie
Epigenetica
• In myomen 55 genen gevonden met
afwijkende promotor methylering en mRNA
transcriptie (PLoS One 2012;7(3):e33284)
• Meestal (62%) hypermethylering
promotorlokatie, waardoor het betreffende
gen niet tot expressie werd gebracht
(silencing)
• Aantal genen betreft tumorsuppressor genen
Leiomyoom vs Leiomyosarcoom
Morcellatie debat
Verschilt het DNA?
Leiomyoom vs Leiomyosarcoom
Scherp begrensde noduli, stevig, witgrijs aspect, met elkaar kruisende spiervezels en wit fibreus weefsel
Irregulaire noduli, necrose
Leiomyoom vs Leiomyosarcoom
Tumorcellen lijken op normale cellen (uniform, langgerekt, spoelvormig met langgerekte kern) en vormt bundels in verschillende richtingen
Meer cellulair pleomorfisme, mitosen, necrose
Leiomyoom vs leiomyosarcoom
DNA verschillend?
Genoom profiel
DNA vergelijken: leiomyoom vsleiomyosarcoomMod Pathol. 2015 Jul;28(7):1001-10
Comparative Genomic Hybridization (GCH)- Deleties en duplicaties
STUMP
Smooth muscle Tumours with Uncertain Malignant Potential
Histologie: tussen myoom en sarcoom
Genoom index• Met array-CGH aantal en type (duplicatie of deletie) genoom
veranderingen weergegeven
• ‘DNA profiel’
• <10 en >10
• Goede voorspeller van recidief tumor
Metastasis Free Survival Multivariate analysis Genomic index P= 0.036, HR 17.40 [1.17–2509]
Genoom Index
Laat het verschil in DNA zien tussen myoom en sarcoom
Differentieert ‘benigne’ van ‘maligne’ STUMP
Voorspelt klinische prognose STUMP waardoor passende behandeling kan worden ingezet
:Take Home Messages
Ondanks raciale en familiaire predispositie: pathogenese van myomen niet eenduidig gereflecteerd in DNA veranderingen
Myoom ontstaat na mutatie stamcel van het myometrium
2 belangrijkste afwijkende biochemische pathways bekend in myomen: HMGA2 en MED12
Epigenetica speelt mogelijk een belangrijke rol
Genoom index behulpzaam in onderscheid benigne/maligne STUMP