Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare...

29

Transcript of Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare...

Page 1: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling
Page 2: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Meningspeiling onderhoud openbare

ruimte

Meting stadspanel 2012

Page 3: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Datum: mei 2012

Colofon

Gemeente Nijmegen

Afdeling Onderzoek en Statistiek

contactpersoon: Henk Moeniralam

tel.: (024) 329 98 89

e-mailadres: [email protected]

Verkrijgbaar

Open Huis, Stadswinkel

Mariënburg 75

6611 PS Nijmegen

tel: (024) 329 24 08

of via www.nijmegen.nl

(onderdeel wonen & leven > onderzoek en cijfers)

Page 4: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling
Page 5: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Inhoudsopgave

1 Inleiding 5

1.1 Achtergrond en doel onderzoek 5

1.2 Vraagstelling 6

1.3 Opzet 6

1.4 Rapportage 7

2 Openbare ruimte en participatie 9

2.1 Inleiding 9

2.2 Betrokkenheid 9

2.3 Deelname en deelnamebereidheid 13

2.4 Stimulering deelname 15

2.5 Doelgroepen participatie 18

3 Oordeel gedifferentieerd beheer 21

3.1 Inleiding 21

3.2 Weinig draagvlak voor verschillen in onderhoud naar locatie 21

3.3 Mening over uitvoering beheer 22

Panelleden denken verschillend over uitvoering onderhoud 22

Tweederde is voorstander van milieuvriendelijk onderhoud 24

Page 6: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling
Page 7: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Inleiding - 3

Samenvatting

Vernieuwd IBOR-beleid

Het huidige IBOR-beleidsplan (Integraal Beheer van de Openbare Ruimte) is uit 2001. Inmiddels

zijn er op het gebied van beheer en onderhoud van de openbare ruimte nieuwe ontwikkelingen

en inzichten om het huidige beleid te actualiseren en door te ontwikkelen. Het huidige IBOR-

beleidsplan biedt te weinig houvast om de afspraken in het Coalitieakkoord nader vorm te

geven. In het te vernieuwen IBOR-beleidskader komt de nadruk te liggen op:

- gedifferentieerd beheer: er komt meer bewuste differentiatie naar niveaus van beheer in de

openbare ruimte;

- burgerparticipatie: de gemeente gaat burgers en ondernemers nog meer betrekken bij de

voorbereiding, uitvoering en het beheer van openbare ruimte;

- integraal werken: de gemeente wil meer in regie gaan werken en de uit te besteden

uitvoerende werkzaamheden in een integrale opdracht geven aan één aannemer;

- duurzaam beheer: de gemeente wil de openbare ruimte duurzamer inrichten en ook

uitvoering van het onderhoud moet duurzamer plaatsvinden.

Doel en opzet onderzoek

De afdeling Stadsbeheer wil weten in hoeverre de uitgangspunten van het nieuwe beleidskader

aansluiten bij de opvattingen van burgers over onderhoud en beheer van de openbare ruimte en

of er draagvlak is voor dit nieuwe kader. Aan de afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd

een meningspeiling te houden onder Nijmegenaren. Hiervoor is voorjaar 2012 het digitale

stadspanel geraadpleegd. Aan het onderzoek hebben bijna 1.700 panelleden meegedaan.

Hoe dichter bij huis, hoe groter de bereidheid om plek schoon te maken

Bijna zeven op de tien panelleden (68%) geven te kennen dat zij de stoep rond de eigen woning

best zelf kunnen schoonmaken. Deze opvatting wordt wat minder dan gemiddeld gedeeld door

panelleden uit Nijmegen- Centrum (51%). Wanneer het om het onderhoud van verder weg

gelegen plekken gaat zoals buurtparkjes en speeltuintjes in de buurt, komt de mening van het

panel in een ander daglicht te staan. Dan is twee derde van mening dat het onderhoud hiervan

een taak is van de gemeente.

Weinig draagvlak voor verschillen in onderhoudsniveau

Er lijkt weinig draagvlak te bestaan voor verschillen in onderhoudsniveau van bepaalde

plekken. Een overgrote meerderheid van de panelleden vindt het onderhoud van grasvelden,

plantsoenen, woonstraten, trottoirs en de omgeving van winkels even belangrijk. Daarnaast

denken zij verschillend over de vraag of bewoners zelf het onderhoudsniveau in hun buurt

mogen bepalen. De voor- en tegenstanders hiervan zijn bijna even groot in aantal (voor 32%,

tegen 36% en de rest is neutraal).

Nog potentieel onder burgers voor inzet buurt

Bijna een op de vijf panelleden (18%) zegt nu al actief te zijn bij het onderhoud van de eigen

buurt. De helft zet zich niet in en gaat dit ook niet doen. Ongeveer een derde is nog niet actief,

maar wil dat wel doen. Ongeveer vier op de tien zouden zich wel willen inzetten voor het

onderhoud van de buurt als ze weten wat ze moeten doen. Deze uitkomsten, gecombineerd met

een analyse over de bekendheid van wijkschouwen en wijkbeheerplannen, duiden er op dat er

Page 8: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

4 - Inleiding

nog een potentieel is onder Nijmeegse burgers om ze te betrekken bij het onderhoud van hun

buurt wanneer zij meer informatie krijgen over wat zij kunnen doen of meer bekend raken met

wijkschouwen en wijkbeheerplannen.

Uit een andere analyse blijkt verder dat over de volle breedte nog op een van de vijf

Nijmegenaren een beroep kan worden gedaan om mee te helpen bij het onderhoud van hun

buurt (buurtparkje, speeltuin).

Bij het betrekken van bewoners bij de openbare ruimte verwacht men ook wat van de gemeente.

Ruim zes op de tien ondervraagden (62%) vinden namelijk dat de gemeente bewoners

enthousiast moet maken om ze te betrekken bij het onderhoud van hun buurt.

Een meerderheid (56%) van de ondervraagden vindt het niet nodig dat er een financiële

vergoeding moet zijn, als men zich inzet voor het onderhoud van de eigen buurt. Dat is vooral

het geval bij panelleden uit Nijmegen-Oost. Bij slechts een beperkt deel van de ondervraagden

(14%) speelt dat wel een rol.

Diverse groepen voor participatie

Op basis van de antwoorden op enkele vragen (eventuele inzet onderhoud buurt, mening over

meepraten en meebepalen van bewoners bij onderhoud buurt) is een indicatie gekregen van de

wijze waarop men betrokken wil zijn bij het onderhoud van hun buurt:

- Zo kan ongeveer 17% van het panel gerekend worden tot de zgn. community-builders (een

groep die zich inzet of wil inzetten en ook vindt dat bewoners moeten meepraten en

meebepalen);

- Een iets kleinere groep (14%) behoort tot de zgn. ondersteuners (is actief of wil actief zijn

en vindt dat bewoners moeten meepraten, maar niet moeten meebepalen);

- Daarnaast is er een groep (11%) die niet actief is of wil zijn, maar wel wil meepraten of

meebepalen (de zgn. meebeslissers). Deze is even groot als een andere groep die alleen

belangstelling heeft om mee te praten.

Page 9: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Inleiding - 5

1 Inleiding

1.1 Achtergrond en doel onderzoek

Onder meer naar aanleiding van de afspraken binnen het Coalitieakkoord 2010-2014 kwam naar

voren dat het IBOR beleidsplan uit 20011 niet meer voldeed als beleidskader voor het beheer en

onderhoud van de openbare ruimte. Daarnaast zijn er ook op het gebied van beheer en

onderhoud nieuwe ontwikkelingen en inzichten waardoor een geactualiseerde versie nodig is

voor de komende 10 jaar. In het vernieuwde IBOR-beleid (Beleidsnota IBOR 2012) staan vier

speerpunten centraal:

1. Gedifferentieerd beheer: door te differentiëren in het niveau van beheer streeft de gemeente

naar een hoger niveau van burgertevredenheid door het onderhoud en beheer op die

plekken in te zetten waar het volgens de burger het meeste nodig is;

2. Burgerparticipatie: de gemeente wil burgers meer betrekken bij de voorbereiding en

uitvoering van het beheer en onderhoud;

3. Integraal werken: de gemeente wil meer in regie gaan werken en de uit te besteden

uitvoerende werkzaamheden in een integrale opdracht geven aan één aannemer;

4. Duurzaam beheer: voorschriften voor het gebruik van producten en materialen die

duurzaam en energiezuinig zijn en het milieu niet te veel belasten. Maar ook

voorschriften voor sociale duurzaamheid en duurzame uitvoering voor onderhoud.

Gedifferentieerd beheer biedt de afdeling Stadsbeheer de mogelijkheid om aan te sluiten bij de

prioriteiten die er onder burgers leven. Hiervoor moet dan wel bekend zijn op welke plekken in

de stad het beheer en onderhoud volgens burgers meer of minder kan.

Stadsbeheer wil burgers tevens meer betrekken bij het onderhoud en beheer van de openbare

ruimte en nagaan of het nodig is burgers hiertoe te stimuleren. Ook vindt men het van belang te

weten of burgers bereid zijn meer verantwoordelijkheid te nemen ten aanzien van beheer en

onderhoud in hun eigen buurt. Ten slotte wil Stadsbeheer nagaan hoe groot het draagvlak is voor

duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en

Statistiek is gevraagd een meningspeiling over deze verschillende aspecten voor het vernieuwde

IBOR-beleid.

Het doel van het onderzoek is dan ook te bezien of, en zo ja op welke wijze het IBOR-beleid kan

aansluiten bij de gevoelens van burgers met betrekking tot het beheer en onderhoud van de

openbare ruimte in de stad.

1 In het IBOR-beleidsplan (Integraal Beheer Openbare Ruimte) staat het integraal beheer en onderhoud van de

openbare ruimte centraal. Het gaat daarbij niet alleen om de technische kwaliteit van de openbare ruimte, maar

ook om de belevingswaarde, de gebruikswaarde en de milieuwaarde van de openbare ruimte.

Page 10: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

6 - Inleiding

1.2 Vraagstelling

Gezien de speerpunten in het vernieuwde IBOR-beleid, staan de volgende vraagstellingen

centraal in het onderzoek:

• In hoeverre zijn panelleden bereid verantwoordelijkheid te nemen voor het onderhoud

van de openbare ruimte in hun buurt en in hoeverre zou men hiervoor een financiële

bijdrage willen ontvangen?

• Vindt men dat de gemeente bewoners moet stimuleren om ze te betrekken bij het

onderhoud van hun buurt en het bij schoonhouden van straten en pleintjes in hun buurt?

• In hoeverre vinden panelleden dat de gemeente het onderhoud van belangrijke plekken

in de buurt (speeltuintjes, buurtparkjes) mag overdragen aan bewoners?

• Vinden de panelleden dat burgers zelf mogen bepalen waar het onderhoud in hun buurt

wat meer of minder mag zijn?

• Vinden panelleden dat bepaalde plekken in de stad een hoger of lager onderhoudsniveau

mogen hebben dan andere plekken in de stad?

• Hoe belangrijk vinden panelleden het dat bewoners kunnen meepraten over de mate

waarin hun buurt schoon moet zijn?

• Is men bereid zich in te zetten voor het onderhoud van de eigen buurt als men weet wat

men moet doen om de eigen buurt beter te maken?

• Vinden panelleden het belangrijk dat medewerkers van de veegdienst herkenbaar zijn

door buurtbewoners?

• In hoeverre zijn panelleden op de hoogte van wijkschouwen en wijkbeheerplannen?

• In hoeverre zetten panelleden zich al (actief) in voor het onderhoud van hun buurt?

• Vinden panelleden dat het onderhoud van de openbare ruimte in de stad op een meer

milieuvriendelijke manier moet gebeuren?

1.3 Opzet

De gegevens van het onderzoek zijn verzameld via een enquête onder het Nijmeegse digitale

stadspanel. Het huidige panel bestaat uit ruim 4.000 betrokken Nijmegenaren, aan wie in een

eerdere burgerpeiling is gevraagd of ze deel willen uitmaken van een groep die enkele keren per

jaar via internet bevraagd wordt over onderwerpen die belangrijk zijn voor de stad.

Aan het panel zijn in dezelfde digitale enquête behalve vragen over de openbare ruimte ook

vragen gesteld over de afvalinzameling. Dit is gedaan omdat het panel in één keer bevraagd kon

worden over twee onderwerpen waar sprake is van nieuw beleid en waarvoor het

gemeentebestuur het draagvlak wenst te meten. Het combineren van de vragen was mogelijk

omdat de onderwerpen in de beleving van burgers raakvlakken vertonen. De enquête is in de

periode maart/april 2012 online gezet. Van de ruim 4.000 panelleden hebben er 1.690 meegedaan

Page 11: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Inleiding - 7

(respons 42%). Dit aantal is ruim voldoende om betrouwbare uitspraken te doen over de groep

betrokken Nijmegenaren2.

1.4 Rapportage

Het rapport bevat, incl. hoofdstuk 1 (Inleiding) in totaal drie hoofdstukken.

Hoofdstuk 2 gaat over openbare ruimte en participatie. Bijvoorbeeld: Is men bereid mee te helpen

aan het onderhoud van de eigen buurt? Zou men zich alleen inzetten voor de buurt als men

hievoor een bijdrage in de kosten krijgt? In hoeverre is men het eens met het idee om het

onderhoud van belangrijke plekken in de buurt over te dragen aan bewoners? Aan het eind van

hoofdstuk 2 wordt een indicatie gegeven van de omvang van enkele groepen die voor bepaalde

doeleinden betrokken kunnen worden bij het onderhoud van de openbare ruimte.

In hoofdstuk 3 komt het oordeel over het gedifferentieerd beheer aan de orde. Bijvoorbeeld:

Vindt men dat er overal hetzelfde onderhoudsniveau mag zijn, of dat er tussen bepaalde plekken

verschillen in kwaliteit van onderhoudsniveau mag zijn? In dit hoofdstuk wordt tevens aandacht

besteed aan de verwachtingen over de uitvoering. Bijvoorbeeld: Vindt men het belangrijker dat

de veegdienst op vaste tijden komt of alleen komt wanneer het vuil is? Verder komt in dit

hoofdstuk aan bod hoe het panel denkt over het milieuvriendelijk onderhoud en beheer van de

openbare ruimte.

Bij alle resultaten wordt zo veel mogelijk bezien of er verschillen zijn in opvatting naar

woongebied (stadsdeel) en leeftijd. De samenvatting staat voor in het rapport.

2 In vergelijking met de stad is er binnen de onderzoeksgroep sprake een goede spreiding naar woongebied of

wijk. Daarentegen is de groep tussen 35-55 jaar wat ondervertegenwoordigd en de groep tussen 55-70 jaar wat

oververtegenwoordigd in de onderzoeksgroep in vergelijking met de stad.

Page 12: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

8 - Inleiding

Page 13: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 9

2 Openbare ruimte en participatie

2.1 Inleiding

Het bestuur wil burgers meer betrekken bij de voorbereiding en uitvoering van het beheer en

onderhoud van de openbare ruimte. Het wordt niet meer zo vanzelfsprekend geacht dat alleen

de overheid moet zorgen voor een schone, hele en veilige openbare ruimte. Ook burgers worden

geacht samen met de overheid hieraan mee te werken.

Actieve betrokkenheid van burgers dient als centraal instrument in het proces en sluit aan op het

algemene Nijmeegse beleid omtrent burgerparticipatie. Bovendien is er een trend binnen lokale

overheden, ook in Nijmegen, om meer en verschillende doelgroepen te betrekken bij de openbare

ruimte. Beleid zal dus ook moeten aangeven hoe betrokkenheid en participatie van burgers meer

kan worden gerealiseerd.

Om betrokkenheid en participatie van burgers te stimuleren zal eerst stil gestaan moeten worden

bij de vraag in hoeverre burgers reeds deelnemen aan het onderhoud van de openbare ruimte in

hun buurt, in hoeverre ze bereid zijn daadwerkelijk hieraan mee te werken, of men vindt dat de

lokale overheid deelname zou moeten stimuleren en in hoeverre men zich betrokken voelt bij het

beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de eigen buurt. In de enquête zijn daarom

hierover enkele vragen gesteld.

2.2 Betrokkenheid

De gemeente biedt bewoners de mogelijkheid om mee te doen aan wijkschouwen of mee te

praten over wijkbeheerplannen. In de enquête is geïnformeerd of men op de hoogte is van de

wijkschouwen en de bewonersavonden waarop men kan meepraten over de inrichting en het

beheer van de openbare ruimte in de eigen buurt.

Ruim vier op de tien panelleden (44%) laten weten dat zij op de hoogte zijn van zowel de

wijkschouwen als de bewonersavonden over de wijkbeheerplannen. De groep die van geen van

beide mogelijkheden op de hoogte is, is wat kleiner (37%). En ongeveer een op de tien is van een

van de mogelijkheden op de hoogte.

Page 14: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

10 - Openbare ruimte en participatie

Fig. 2.1 In hoeverre is men op de hoogte van wijkschouwen en bewonersavonden

over wijkbeheerplannen? (in %)

In Nijmegen-Zuid en Dukenburg zegt men meer dan in andere stadsdelen op de hoogte te zijn

van zowel de wijkschouwen als de bewonersavonden over wijkbeheerplannen3. In Oud- en

Nieuw-West is men naar verhouding het minst op de hoogte van zowel de wijkschouw als de

avonden over wijkbeheerplannen (fig. 2.2).

Fig. 2.2. Kennis per stadsdeel van zowel wijkschouwen als bewonersavonden

over wijkbeheerplannen (in %)

Personen ouder dan 35 jaar zeggen meer op de hoogte te zijn van beide mogelijkheden dan

personen die jonger zijn dan 35 jaar. Onder personen tussen 55 - 71 jaar is dat bijvoorbeeld 51%,

terwijl dat onder degenen die jonger zijn dan 35 jaar minder is, namelijk 33%.

3 In 2011 zijn er in Dukenburg twee wijkschouwen per wijk gehouden in plaats van doorgaans een. Dat is gedaan

in de hoop dat meer bewoners eraan zouden deelnemen dan voorheen, hetgeen echter niet geheel is

uitgekomen.

Page 15: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 11

De betrokkenheid van bewoners bij het onderhoud van hun buurt komt o.a. tot uitdrukking in

hun mening over deelname aan bijeenkomsten waarop zij kunnen meepraten over de mate

waarin hun buurt schoon en heel dient te zijn. Uit de enquête blijkt dat bijna driekwart (74%) van

de ondervraagde panelleden vindt dat bewoners moeten kunnen meepraten over hoe schoon en

heel hun buurt is. Een aanmerkelijk kleiner aantal (8%) vindt van niet en de rest reageert neutraal

(noch eens / noch oneens) of heeft geen mening. De meningen hierover in de verschillende

woongebieden en in de verschillende leeftijdsgroepen wijken niet veel af van dit gemiddelde

beeld.

Bij verschillende personen bestaat de opvatting dat op bijeenkomsten over de buurt vaak steeds

dezelfde groep bewoners verschijnen en dat de buurt of wijk niet breed vertegenwoordigd is op

de bijeenkomsten. Bewoners kiezen er echter zelf voor om te gaan. Sommigen zijn lid van een

bewonersorganisatie en vinden dat zij op grond hiervan aanwezig moeten zijn of zijn meer

gemotiveerd om mee te praten over de buurt dan anderen. Over het algemeen, zo is de ervaring,

is de deelname van bewoners aan bijeenkomsten die gaan over het onderhoud van de buurt niet

zo hoog. Dit kan verschillende oorzaken hebben. Men heeft bijvoorbeeld weinig belangstelling of

geen tijd om naar een bijeenkomst van de gemeente te gaan. Of men is niet ontevreden over de

openbare ruimte en ziet daarom weinig reden om daarover mee te praten. Ook het ontbreken van

ervaring of affiniteit met inspraakcultuur kan een verklaring zijn: men laat het meepraten liever

aan anderen over.

Het feit dat bewoners niet verschijnen op bewonersbijeenkomsten wil dus niet direct zeggen dat

zij zich ongelegen laten wat er in hun buurt gebeurt. Zij kunnen ook vinden dat anderen dat

maar beter kunnen doen die dat graag willen of in hun ogen deskundig zijn, ook al gaat het in

hun beleving vaak om dezelfde groep. Daarnaast zijn er ook bewoners die er geen voorstander

van zijn dat steeds dezelfde groep meedoet, omdat hierdoor in hun ogen niet alle geledingen in

de buurt vertegenwoordigd zijn.

Op de vraag of men het wel goed vindt dat steeds dezelfde groep mensen meepraat over de

buurt, antwoordt het panel nogal verschillend. Ruim een kwart (27%) vindt het wel goed dat

steeds dezelfde groep meepraat over de buurt. Een iets grotere groep (30%) vindt dat niet goed.

Relatief groot is de groep die neutraal reageert (noch mee eens / noch mee oneens). Naar

stadsdeel zijn er wat dit betreft weinig verschillen te zien. De groep die 70 jaar of ouder is, vindt

het daarentegen wat meer dan gemiddeld geen probleem dat steeds dezelfde groep meepraat

over de buurt. Onder de groep die 70 jaar of ouder is vindt 46% het wel goed dat steeds dezelfde

groep meepraat. Onder panelleden die jonger zijn dan 70 jaar varieert dit tussen 24% en 26%.

Page 16: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

12 - Openbare ruimte en participatie

Fig.2.3 Ik vind het wel goed dat steeds dezelfde (!) groep mensen

meepraat over de buurt (in %)

Meningen over wie voor het onderhoud van de openbare ruimte dient te zorgen kunnen nogal

verschillen. Sommigen vinden dat alleen de gemeente daarvoor verantwoordelijk is. Een andere

groep kan van mening zijn dat zowel gemeente als bewoners deze verantwoordelijkheid moeten

dragen en een derde groep kan vinden dat alleen bewoners hiervoor dienen te zorgen, vooral

wanneer het gaat om het onderhoud van de ruimte of belangrijke plekken dicht bij hen in de

buurt. Wanneer bewoners zelf willen zorgen voor het onderhoud van de openbare ruimte in hun

buurt, mag verondersteld worden dat zij betrokken zijn bij hun buurt.

Bij de panelleden is op twee manieren nagegaan of ze vinden dat bewoners zelf voor het

onderhoud van de openbare ruimte in hun buurt kunnen zorgen. Allereerst waar het gaat om het

schoonmaken van de stoep rond het eigen huis. Ten tweede waar het gaat om het onderhoud van

belangrijke plekken in hun buurt, bijvoorbeeld speeltuintjes of buurtparkjes.

Uit de resultaten kan worden afgeleid dat panelleden over het algemeen vinden dat men best zelf

zou moeten zorgen voor het onderhoud van de ruimte in de directe omgeving van de eigen

woning. Ruim tweederde van hen is namelijk van mening dat zij de stoep rond de eigen woning

best zelf schoon kunnen maken. De leeftijd van de panelleden heeft hier weinig mee te maken,

want de opvatting hierover vertoont weinig verschil naar leeftijd.

Wat woongebied betreft vormt alleen Nijmegen-Centrum een uitzondering. Hier vindt 51% dat

men de stoep rond de eigen woning schoon zou moeten maken, terwijl dat in heel Nijmegen

gemiddeld 68% is. Waarschijnlijk heeft dit te maken met o.a. het type woning in Nijmegen-

Centrum en de functie die het stadsdeel wellicht volgens centrumbewoners heeft4.

4 Ongeveer 88% van de zelfstandige woningen in Nijmegen-Centrum is etagebouw, terwijl dat gemiddeld 42% is.

Bij etagebouw is het in vergelijking met laagbouwwoningen wat lastiger aan te geven welk gedeelte als eigen

stoep wordt beschouwd. Daar komt bij dat veel bewoners in Nijmegen-Centrum het stadsdeel niet alleen

beschouwen als woon-, maar ook als winkel- en uitgaansgebied, waardoor zij al snel van mening kunnen zijn

dat de gemeente maar moet zorgen voor het schoonmaken van de stoep.

Page 17: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 13

Fig.2.4 Ik vind dat ik de stoep rond mijn huis best wel zelf mag schoonmaken (in%)

Geheel anders denkt het panel wanneer geïnformeerd wordt naar het onderhoud van belangrijke

plekken in de buurt die wat verder van de woning liggen dan de eigen stoep, zoals speeltuintjes

en buurtparkjes. Bijna tweederde (64%) vindt dan dat de gemeente het onderhoud hiervan niet

mag overdragen aan bewoners. Personen die 70 jaar of ouder zijn vinden dit wat minder dan

personen die jonger zijn. Van de personen die jonger dan 35 jaar vindt bijvoorbeeld 70% dat de

gemeente het onderhoud niet mag overdragen aan bewoners, terwijl dat onder personen die 70

jaar of ouder zijn veel lager is, namelijk 51%. De opvattingen hierover naar stadsdeel verschillen

niet veel van elkaar.

Fig.2.5 Ik vind dat de gemeente het onderhoud van speeltuintjes en buurtparkjes

mag overdragen aan bewoners (in %)

2.3 Deelname en deelnamebereidheid

Bijna een op de vijf ondervraagde panelleden (18%) geeft aan dat zij al actief zijn bij het

onderhoud van de eigen buurt. Dit komt ongeveer overeen met het aandeel Nijmegenaren (17%)

dat in de Nijmeegse stadspeiling 2011 aangeeft zich actief in te zetten voor de verbetering van de

leefomgeving in hun eigen buurt.

De helft van de panelleden zegt zich niet actief in te zetten voor de eigen buurt en zal dit naar

verwachting ook niet (willen) doen. Ongeveer eenderde is nog niet actief, maar heeft aangegeven

dat eventueel wel te gaan doen. Dit betekent dat ongeveer een op de drie ondervraagden nog

gestimuleerd kan worden om zich in te zetten voor het onderhoud van de eigen buurt. Onder

personen van 70 jaar en ouder is deze bereidheid wat minder het geval (20%) dan gemiddeld

Page 18: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

14 - Openbare ruimte en participatie

(32%). De leeftijd en daarmee samenhangend de mogelijkheden om zich nog actief in te kunnen

zetten, spelen hierbij ongetwijfeld een belangrijke rol.

Fig. 2.6 In hoeverre zet men zich actief in voor het onderhoud

van de eigen buurt of wil men dat? (in %)

Over de eventuele bereidheid om mee te helpen bij het onderhoud van de openbare ruimte in de

eigen buurt, bijvoorbeeld bij het onderhoud van een buurtparkje of speeltuin, wordt verschillend

gedacht. Ongeveer drie op de tien panelleden zijn hiertoe bereid en vier op de tien niet. De

redenen waarom men niet bereid is, zijn niet bekend omdat hier niet verder op doorgevraagd is.

Fig. 2.7 Is men bereid mee te helpen bij onderhoud van eigen buurt? (in%)

De bereidheid om al dan niet mee te helpen met het onderhoud van de eigen buurt is in alle

stadsdelen ongeveer hetzelfde. Alleen wat leeftijd betreft is er enigszins verschil. De bereidheid

bij personen van 70 jaar of ouder is, zoals ook uit de vraag naar de feitelijke inzet voor de buurt

bleek, om begrijpelijke redenen wat lager (20%) dan gemiddeld (31%).

Uit een nadere analyse (combinatie van informatie uit fig. 2.6 en 2.7) blijkt dat van degenen die

zich nog niet actief inzetten voor hun buurt er ongeveer 350 personen zijn (21% van alle

respondenten) die wel bereid zijn te helpen bij het onderhoud van hun eigen buurt. In grote

lijnen betekent dit dus dat op een van de vijf Nijmegenaren nog een beroep kan worden gedaan

om mee te helpen bij het onderhoud van hun buurt, bijvoorbeeld als het gaat om het onderhoud

van een buurtparkje of speeltuin.

Page 19: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 15

2.4 Stimulering deelname

Zeker zes op de tien ondervraagden zijn van mening dat de gemeente bewoners moet stimuleren

of enthousiast moet maken om ze te betrekken bij het onderhoud van hun buurt (bijvoorbeeld

schoon houden van hun straat en de pleintjes in hun buurt). Grote verschillen wat de mening

hierover betreft naar woongebied en leeftijd zijn er niet gevonden.

Fig. 2.8 Moet de gemeente bewoners enthousiast maken om ze te betrekken bij

het onderhoud van hun buurt? (in %)

Er wordt wel eens verondersteld dat bewoners eerder bereid zijn zich in te zetten voor het

onderhoud van hun buurt als zij hiervoor een financiële vergoeding van de kosten tegenover

staat. Uit de enquête komt echter naar voren dat een meerderheid van de ondervraagden (56%)

hier niet zo gevoelig voor is.

Fig. 2.9 Ik zal me alleen inzetten voor het onderhoud in de buurt als

ik hiervoor een bijdrage krijg in de kosten van de gemeente (in %)

In Nijmegen-Oost speelt de bijdrage in de kosten een wat minder belangrijke rol dan gemiddeld.

Van de ondervraagden uit dit stadsdeel zegt 67% het oneens te zijn met de uitspraak dat men

zich alleen zal inzetten als men hiervoor een bijdrage in de kosten krijgt, terwijl dat gemiddeld

56% is. Verschillen naar leeftijd zijn er wat dit betreft niet gevonden.

Voorlichting is over het algemeen een belangrijk instrument om te bevorderen dat bewoners

deelnemen aan buurtactiviteiten. Bewoners zullen – zo is de gedachte- eerder deelnemen aan

Page 20: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

16 - Openbare ruimte en participatie

acties voor hun buurt wanneer zij weten waarover het gaat. Daarom is in de enquête nagegaan of

men zich zal inzetten als men weet wat men kan doen om de eigen buurt beter te maken.

Zeker vier op de tien panelleden (42%) maken kenbaar dat men zich zal inzetten voor de buurt

wanneer men weet wat men kan doen om de buurt beter te maken.

Fig. 2.10 Ik zal me inzetten voor het onderhoud van mijn buurt als ik

weet wat ik moet doen om de buurt beter te maken? (in %)

Opvallend is dat onder personen van 70 jaar en ouder deze bereidheid (40%) ongeveer even groot

is als onder personen jonger dan 35 jaar (39%). Ook tussen de stadsdelen zijn er wat dit betreft

weinig grote verschillen te zien. Uit nadere analyse blijkt dat van degenen die zich wel zouden

willen inzetten voor het onderhoud van hun buurt als ze beter geïnformeerd zouden zijn ruim

een derde (35%) zegt niet te weten dat er wijkschouwen of bewonersavonden over

wijkbeheerplannen bestaan. Wanneer meer bekendheid gegeven wordt aan wijkschouwen en

wijkbeheerplannen is er waarschijnlijk dus nog een potentieel onder Nijmegenaren om zich in te

zetten voor hun eigen buurt.

Page 21: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 17

Panelleden denken verschillend wanneer aan hen gevraagd wordt of bewoners zelf mogen

bepalen op welke plekken in hun buurt meer of minder onderhoud mag zijn. De groep die vindt

dat bewoners dat mogen bepalen is bijna even groot als de groep die hier tegenstander van is.

Aan de groepen is niet verder doorgevraagd waarom men hier voor- of tegenstander van is.

Maar uit de opmerkingen die aan het eind van de enquête zijn gemaakt, kan worden afgeleid dat

tegenstanders waarschijnlijk van mening zijn dat de gemeente de instantie is die ervoor moet

zorgen dat de stad er goed uit ziet en dat de verantwoordelijkheid hiervoor niet bij burgers

gelegd moet worden.

Fig. 2.11 Ik vind dat bewoners zelf mogen bepalen op welke plekken

in hun buurt meer of minder onderhoud mag zijn (in%)

Panelleden uit Nijmegen-Noord zijn het in vergelijking met het gemiddelde beeld wat minder

eens met de gedachte om bewoners zelf te laten bepalen op welke plekken het onderhoud meer

of minder mag zijn. Gemiddeld is 32% het met deze gedachte eens. In Nijmegen-Noord is dat

21%.

Personen van 70 jaar of ouder zijn het daarentegen wat sterker eens met deze gedachte. Onder

deze groep vindt 43% dat bewoners zelf mogen bepalen op welke plekken het onderhoud meer

of minder mag zijn.

Page 22: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

18 - Openbare ruimte en participatie

2.5 Doelgroepen participatie

Naar aanleiding van de antwoorden op drie uitspraken in de enquête zijn enkele analyses

uitgevoerd om een indicatie te krijgen hoeveel burgers voor welke doeleinden mogelijk

betrokken kunnen worden bij het onderhoud van de openbare ruimte.

Het gaat hier om een combinatie van gegevens over:

- de (eventuele) actieve inzet van panelleden bij het onderhoud van hun buurt

- hun mening over het meepraten van bewoners over het onderhoud in de buurt

- hun mening over het meebepalen van bewoners bij het onderhoudsniveau in de buurt

De veronderstelling hierbij is dat meedoen, meepraten en meebepalen belangrijke aspecten zijn

om iets te weten over de mate waarin burgers betrokken kunnen of willen worden bij het

onderhoud van de openbare ruimte5. Deze veronderstelling sluit aan bij de uitgangspunten van

de participatieladder.

Bij de combinatie van de gegevens hebben ongeveer zes op de tien panelleden (59%) duidelijk

hun mening gegeven. Ongeveer vier op de tien (41%) waren niet zo stellig (dus niet goed

identificeerbaar), omdat zij op de drie verschillende aspecten een of meer keren een neutraal

antwoord hebben gegeven. Bij de analyse van de gegevens moet verder beseft worden dat het

niet alleen gaat om feitelijk gedrag (feitelijke inzet) maar vooral om een mening of gedachte die

men heeft over bewoners in relatie tot het onderhoud van hun buurt.

Op basis van deze drie aspecten zijn de volgende groepen onderscheiden:

• Een groep die alles wil. Ze zetten zich actief in of willen dat doen en willen tevens dat

bewoners meepraten en meedoen. Deze groep maakt ongeveer 17% van de

ondervraagden uit. Ze worden aangeduid als zgn. community-builders.

• Een groep die zich actief inzet of wil inzetten en vindt dat bewoners moeten meepraten,

maar daarentegen van oordeel is dat bewoners niet het onderhoudsniveau moeten

meebepalen, de zgn. ondersteuners (14% van de ondervraagden).

• Een groep die zelf niet actief meedoet of mee wil doen, maar wel wil dat bewoners

moeten meepraten en meebepalen, de zgn. meebeslissers. (11% van de ondervraagden)

• Een groep die alleen wil meepraten, de zgn. praters (11% van de ondervraagden).

• Een groep die zich alleen inzet of wil inzetten voor het onderhoud van de openbare

ruimte in hun buurt, maar geen zin heeft in meepraten of meebepalen, de zgn. doeners

(2% van de ondervaagden)

• Een groep die helemaal niets wil. De personen die hiertoe behoren willen zich noch

inzetten, noch meepraten of meebepalen omdat zij vinden dat de gemeente dat maar

allemaal moet doen, de zgn. indifferenten of onverschilligen (4% van de ondervraagden).

5 Bij meedoen gaat het om informatie over de vraag of de respondent zich al actief inzet of in wil zetten voor het

onderhoud van zijn buurt. Bij meepraten gaat het om de mening van de respondent of bewoners dienen mee te

praten hoe schoon en heel hun buurt moet zijn. Bij meebepalen gaat het eveneens om de mening van de

respondent en wel of bewoners zelf mogen bepalen op welke plekken in hun buurt het onderhoud meer of

minder mag zijn.

Page 23: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Openbare ruimte en participatie - 19

In figuur 2.12 zijn de groepen grafisch afgebeeld.

Fig. 2.12 Grafische voorstelling doelgroepen participatie

11%0%

17%

14%2%

0%

11%4%

IK WIL niet MEEDOEN

IK WIL MEEDOEN

(of doe al mee)

Bewoners moeten

(mee)bepalen

Bewoners hoeven niet

(mee) te bepalen

Van de twee groepen die naar verhouding het meest omvangrijk zijn - de community-builders

(17%, rechtsboven-achter) en de ondersteuners (14%, rechtsboven-voor) is nagegaan wie hiertoe

behoren. Hiervoor zijn kenmerken van de groepen als huishoudenstype, type woning, stadsdeel

en leeftijd nader bezien.

Bij de community-builders zijn er wat huishoudenstype of type woning betreft geen grote

verschillen gevonden. Wat leeftijd betreft kan gezegd worden dat naarmate panelleden ouder

zijn (ouder dan 55 jaar) zij naar verhouding wat meer tot de community-builders behoren.

Daarnaast blijkt dat panelleden uit Dukenburg in vergelijking met panelleden uit andere

stadsdelen wat meer voorkomen onder de community-builders.

Onder de groep der ondersteuners komen naar verhouding iets meer personen voor die tot een

tweepersoons- of gezinshuishouden behoren dan alleenstaand zijn. Ook panelleden tussen 35-55

jaar komen relatief wat vaker voor in deze groep, evenals panelleden die in Nijmegen-Noord of

in Nijmegen-Oost wonen.

Page 24: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

20 - Openbare ruimte en participatie

Page 25: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Oordeel gedifferentieerd beheer - 21

3 Oordeel gedifferentieerd beheer

3.1 Inleiding

In het Programma Openbare Ruimte is de ambitie vastgelegd voor een schoon, heel en veilig

Nijmegen. Speerpunt is een kwalitatief hoogwaardige leefomgeving, waarin burgers zich thuis

voelen. In het nieuwe beleidskader wordt voorgesteld om het niveau van beheer meer te gaan

differentiëren. Door het onderhoud en beheer in te zetten op die plekken waar het volgens de

burger het meeste nodig is, kan de gemeente met hetzelfde geld een hogere burgertevredenheid

realiseren, zo is de gedachte. In de enquête is geïnformeerd hoe panelleden denken over

gedifferentieerd beheer van de openbare ruimte en de rol die hierin aan bewoners wordt

toegekend.

3.2 Weinig draagvlak voor verschillen in onderhoud naar locatie

Om te weten of er draagvlak is onder burgers voor gedifferentieerd beheer is aan panelleden

gevraagd of zij het onderhoud van bepaalde plekken in de stad belangrijker vinden dan het

onderhoud van andere plekken. Er kunnen immers plekken zijn waar men vaker komt dan elders

of waaraan men meer waarde hecht dan andere plekken vanwege de functie van de plek. Op

grond hiervan is het denkbaar dat sommige burgers vinden dat het onderhoudsniveau op een

bepaalde plek wat meer mag zijn dan elders. Om te achterhalen in hoeverre men vindt dat dit

verschil in onderhoudsniveau er mag zijn, zijn drie keuzes met steeds twee plekken aan het

stadspanel voorgelegd. Daarbij is gevraagd aan te geven van welke plek men het onderhoud

belangrijker vindt. Men kon ook kenbaar maken dat men het onderhoud van beide plekken even

belangrijk vindt. Bij alle drie keuzes is uitgegaan van plekken in de stad en niet van plekken in de

eigen buurt. Bij de drie keuzes ging het om:

- Het onderhoud van speeltuintjes in de stad tegenover het onderhoud van grasvelden en

plantsoenen in de stad;

- Het onderhoud van de omgeving van winkels in Nijmegen tegenover het onderhoud van

de woonstraten in de stad;

- Het onderhoud van straten en trottoirs in Nijmegen tegenover het onderhoud van

grasvelden en plantsoenen in de stad.

Uit de resultaten komt naar voren dat het overgrote groot deel van het panel (ruim driekwart tot

bijna 90%) vindt dat het onderhoud van de plekken die in de enquête zijn voorgelegd even

belangrijk is. Er lijkt dus weinig draagvlak te bestaan voor verschillen in onderhoudsniveau naar

locatie. Voor zo ver er voorkeur bestaat lijkt het onderhoud van (woon)straten en trottoirs iets

belangrijker te zijn dan het onderhoud van de omgeving van winkels, speeltuintjes en van

grasvelden en plantsoenen (zie fig. 3.1).

Page 26: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

22 - Oordeel gedifferentieerd beheer

Fig. 3.1 Welke plek is belangrijker wat onderhoud betreft? (in %)

Er zijn geen grote verschillen naar de mening van panelleden in verschillende stadsdelen. Wel

kan gezegd worden dat oudere personen (70 jaar of ouder) een verschil naar onderhoudsniveaus

nog vaker afwijzen dan jongere personen. Van de panelleden jonger dan 35 jaar, vindt

bijvoorbeeld 70% dat straten en trottoirs even goed onderhouden moeten worden als grasvelden

en plantsoenen. Onder degenen die 70 jaar of ouder zijn is dat 89%.

3.3 Mening over uitvoering beheer

Het schoon en heel houden van openbare ruimte is niet voor iedereen een doel op zich. De

uitvoerende werkzaamheden die de gemeente laat uitvoeren worden door diverse mensen –

bewust dan wel onbewust – ook beschouwd als een stuk service. Deze mensen hebben

verwachtingen en meningen over de wijze waarop de uitvoering plaatsvindt. Het is een bekend

fenomeen dat het zien van uitvoerende onderhoudsmaatregelen de tevredenheid van de burgers

over het schoon en heel zijn van openbare ruimte beïnvloedt. In het nieuwe IBOR-beleidskader

wordt vanuit deze achtergrond aandacht gevraagd voor de wijze waarop het beheer en

onderhoud in praktijk worden uitgevoerd en op welke wijze een andere service en communicatie

de tevredenheid onder burgers kunnen vergroten.

In het onderzoek is daarom ook gevraagd naar verwachtingen van burgers over de uitvoering

van het beheer. Vinden zij het beter dat de veegdienst bijvoorbeeld op vaste tijden komt of alleen

komt wanneer de straat of de buurt vuil is? In hoeverre is het voor hen belangrijk dat steeds

dezelfde mensen hun buurt onderhouden, zodat ze deze eventueel makkelijker kunnen

aanspreken? Wat is hun mening over een milieuvriendelijk onderhoud van de stad (duurzame

inkoop van materialen, met aandacht voor energiebesparing, geringe milieubelasting en langere

levensduur)?

Panelleden denken verschillend over uitvoering onderhoud

Panelleden denken niet alleen verschillend ten aanzien van de vraag of bewoners zelf mogen

bepalen op welke plekken in hun buurt het onderhoud meer of minder mag zijn. Ook over de

Page 27: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Oordeel gedifferentieerd beheer - 23

wijze van uitvoering van het onderhoud, waarover twee vragen zijn gesteld, verschillen ze van

mening.

Zo is er een groep (46%) die het belangrijker vindt dat de veegdienst op vaste tijden komt dan

alleen wanneer het vuil is. Deze is in omvang maar een fractie groter dan de groep die dat niet

belangrijker vindt (40%). En de groep die het belangrijk vindt dat steeds dezelfde mensen hun

buurt onderhouden zodat ze deze kunnen aanspreken verschilt nauwelijks in omvang van de

groep die dat niet belangrijk vindt of daar neutraal tegenover staat.

Fig. 3.2 Liever veegdienst op vaste tijden en liever

dezelfde mensen voor onderhoud buurt? (in%)

Bij panelleden uit Dukenburg (61%) en Lindenholt (55%) bestaat er wat meer voorkeur om de

veegdienst op vaste tijden te laten komen dan bij panelleden uit andere stadsdelen (gemiddeld

46%)6. Bij panelleden uit Oud-West (38%) en Nijmegen-Midden (37%) is dat wat minder dan

gemiddeld. Ook leeftijd speelt een rol in de mening over vaste tijden voor de veegdienst. In fig.

3.3. is te zien dat hoe ouder men is hoe belangrijker men het vindt om de veegdienst op vaste

tijden te laten komen.

Fig. 3.3 % per leeftijdsgroep dat veegdienst liever op vaste tijden heeft

6 Hoe meer openbaar groen een stadsdeel heeft, hoe meer onderhoud doorgaans vereist is. Dukenburg en Lindenholt zijn

stadsdelen die zowel absoluut als relatief (per inwoner) veel openbaar groen hebben. Hierdoor is het denkbaar dat bewoners

uit deze stadsdelen eerder dan bewoners in andere stadsdelen vinden dat het onderhoud regelmatig en op vaste tijden moet

plaats vinden.

Page 28: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

24 - Oordeel gedifferentieerd beheer

In fig. 3.3 komt naar voren dat gemiddeld 34% liever heeft dat steeds dezelfde mensen hun buurt

onderhouden zodat ze deze kunnen aanspreken. In Lindenholt (45%) en ook enigszins in

Dukenburg (41%) heeft men dat liever wat meer dan gemiddeld en in Oud-West (27%) en

Nijmegen-Midden (26%) heeft men dat liever iets minder dan gemiddeld. En ook wat dit aspect

van de uitvoering betreft zien we dat hoe ouder men is, hoe liever men heeft dat steeds dezelfde

mensen hun buurt schoonhouden (fig. 3.4).

Fig. 3.4 % per leeftijdsgroep dat liever heeft dat steeds dezelfde mensen

de buurt schoonhoudt

Tweederde is voorstander van milieuvriendelijk onderhoud

In tegenstelling tot de vragen over het onderhoud van de buurt op vaste tijden en over het

personeel dat belast is met het onderhoud is het Nijmeegse stadspanel wat duidelijker waar het

gaat om het milieuvriendelijk onderhoud van de stad. Ongeveer tweederde maakt namelijk

kenbaar het belangrijk te vinden dat het onderhoud van de stad op een milieuvriendelijke manier

plaats vindt, ook al kost dat wat meer dan wanneer dat niet op een milieuvriendelijke manier zou

gebeuren.

Fig. 3.5 Milieuvriendelijk onderhoud stad belangrijk, ook al kost het wat meer (in %)

Page 29: Meningspeiling onderhoud openbare ruimte open… · duurzaam beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de stad. De afdeling Onderzoek en Statistiek is gevraagd een meningspeiling

Oordeel gedifferentieerd beheer - 25

Panelleden uit Nijmegen-Midden (78%) en Nijmegen-Centrum (74%) zijn wat meer voorstander

van een milieuvriendelijker onderhoud van de stad dan panelleden uit Dukenburg (57%) en

Lindenholt (58%). Ook naarmate men ouder is laat men weten wat meer te voelen voor een

milieuvriendelijker onderhoud van de stad. Onder panelleden die 35 jaar of jonger zijn vindt 60%

het belangrijk dat de stad op milieuvriendelijkere wijze wordt onderhouden. Onder personen die

70 jaar of ouder zijn is dat 73%.