Literatuur - Springer978-90-313-6609-5/1.pdf · Impliciet leren (knowledge of results; KR) Bij deze...

17
Literatuur Ampect Consultants. Uit het programma ‘Communicate and Win’. Laren: Ampect Consultants. APA (2004). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-IV). Washington: American Psychiatric Association. Bemt, C.J. & Mechelen, W. (1998a). Effectiviteit van trainingsprogramma’s voor oude- ren ter verbetering van de spierkracht. Geneeskunde en Sport, 31, nr. 1. Bemt, C.J. & Mechelen, W. (1998b). Effectiviteit van trainingsprogramma’s voor oude- ren ter verbetering van het maximaal ae¨roob uithoudingsvermogen. Geneeskunde en Sport, 31, nr. 3. Benecke, R., Rothwell, J.C. et al. (1986). Performance of simultaneous movements in patients with Parkinson’s disease. Brain, 109, 739-759. Cambier, D.C., De Corte, E. et al. (2003). Treating sensory impairments in the post- stroke upper limb with intermittent pneumatic compression. Results of a prelimi- nary trial. Clinical Rehabilitation, 17(1), 14-20. Chertkow, H. (2002). Mild cognitive impairment. Current Opinion in Neurology, 15, 401- 407. Churchill, J.D., Galvez, R. et al. (2002). Exercise, experience and the aging brain. Neurobiology of Aging, 23, 941-955. Colcombe, S. & Kramer, A.F. (2003). Fitness effects on the cognitive function of older adults: a meta-analytic study. Psychological Science, 4(2), 125-130. Davies P.M. (2001). Hemiplegie deel 1: Handleiding voor behandeling van de volwassen patie ¨nt met een hemiplegie (2e dr.). Houten: Bohn Stafleu van Loghum. Davies, P.M. & Raadsen, H.P. (1992). Hemiplegie deel 2: De romp centraal (1e dr.). Houten: Bohn Stafleu van Loghum. Dijk, G. van (2006). Wetenschappelijk onderzoek naar PDL. http/www.stichtingpdl.nl/ congres_2006.htm. Eisenberger, N.I., Lieberman, N.D. & Williams, K.D. (2003). Does rejection hurt? An fMRI study of social exclusion. Science, 302, 290-292. Eulderink, F. (2004). Inleiding gerontologie en geriatrie (4e dr.). Houten/Diegem: Bohn Stafleu van Loghum. Fassoti, L. (2005). Cognitieve revalidatie: varen zonder kompas? Oratie. Nijmegen: Radboud Universiteit. Feil, N. (1989). Validation. Een nieuwe benadering in de omgang met dementerende bejaarden. Almere: Versluys. Fillippini, G., Munari, L., Incorvaia, B., Ebers, G.C., Polman, C.P., d’Amico, R. & Rice, G.P.A. (2003). Interferons in relapsing remitting multiple sclerosis: a systematic review. The Lancet Review, 361, 545-552. Friedland, R.P., Fritsch et al. (2001). Patients with Alzheimer’s disease have reduced

Transcript of Literatuur - Springer978-90-313-6609-5/1.pdf · Impliciet leren (knowledge of results; KR) Bij deze...

Literatuur

Ampect Consultants. Uit het programma ‘Communicate and Win’. Laren: AmpectConsultants.

APA (2004). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-IV). Washington:American Psychiatric Association.

Bemt, C.J. & Mechelen, W. (1998a). Effectiviteit van trainingsprogramma’s voor oude-ren ter verbetering van de spierkracht. Geneeskunde en Sport, 31, nr. 1.

Bemt, C.J. & Mechelen, W. (1998b). Effectiviteit van trainingsprogramma’s voor oude-ren ter verbetering van het maximaal aeroob uithoudingsvermogen. Geneeskunde enSport, 31, nr. 3.

Benecke, R., Rothwell, J.C. et al. (1986). Performance of simultaneous movements inpatients with Parkinson’s disease. Brain, 109, 739-759.

Cambier, D.C., De Corte, E. et al. (2003). Treating sensory impairments in the post-stroke upper limb with intermittent pneumatic compression. Results of a prelimi-nary trial. Clinical Rehabilitation, 17(1), 14-20.

Chertkow, H. (2002). Mild cognitive impairment. Current Opinion in Neurology, 15, 401-407.

Churchill, J.D., Galvez, R. et al. (2002). Exercise, experience and the aging brain.Neurobiology of Aging, 23, 941-955.

Colcombe, S. & Kramer, A.F. (2003). Fitness effects on the cognitive function of olderadults: a meta-analytic study. Psychological Science, 4(2), 125-130.

Davies P.M. (2001). Hemiplegie deel 1: Handleiding voor behandeling van de volwassen patientmet een hemiplegie (2e dr.). Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

Davies, P.M. & Raadsen, H.P. (1992). Hemiplegie deel 2: De romp centraal (1e dr.). Houten:Bohn Stafleu van Loghum.

Dijk, G. van (2006). Wetenschappelijk onderzoek naar PDL. http/www.stichtingpdl.nl/congres_2006.htm.

Eisenberger, N.I., Lieberman, N.D. & Williams, K.D. (2003). Does rejection hurt? AnfMRI study of social exclusion. Science, 302, 290-292.

Eulderink, F. (2004). Inleiding gerontologie en geriatrie (4e dr.). Houten/Diegem: BohnStafleu van Loghum.

Fassoti, L. (2005). Cognitieve revalidatie: varen zonder kompas? Oratie. Nijmegen: RadboudUniversiteit.

Feil, N. (1989). Validation. Een nieuwe benadering in de omgang met dementerende bejaarden.Almere: Versluys.

Fillippini, G., Munari, L., Incorvaia, B., Ebers, G.C., Polman, C.P., d’Amico, R. & Rice,G.P.A. (2003). Interferons in relapsing remitting multiple sclerosis: a systematicreview. The Lancet Review, 361, 545-552.

Friedland, R.P., Fritsch et al. (2001). Patients with Alzheimer’s disease have reduced

activities in midlife compaired with healthy control-group members. Proceedings of theNational Academy of Sciences of the United States of America, 98, 3440-3445.

Geelen, R. & Soons, P. (1995). Rehabilitation, an everyday motivation model. New York:Elsevier.

Ghez, C. (1991). The control of movement. In E.R. Kandel, J.H. Schwartz & T.M. Jessell(eds). Principles of neural science (pp. 533-547). New York: Elsevier.

Graaf, G. de & Tromp, N. Wanneer je niet meer kunt. .. http/www.Stichtingpdl.nl/Congres 2006.

Hendriksen, J. (2005). Cirkelen rond Kolb. Soest: Nelissen.Heugten, C. van (2006). Cognitieve revalidatie in Nederland: verleden, heden en toe-

komst. Neuropraxis, nr. 6.Heyn, P., Abreu, B.C. et al. (2004). The effects of exercise training on elderly persons

with cognitive impairment and dementia: a meta-analysis. Archives of Physical Medicineand Rehabilitation, 85(10), 1694-1704.

Hobbelen, J.S.M. (2004). Paratonie en fysiotherapie, Stimulus, 23, nr. 2.Hobbelen, J.S.M., Bie, R. de & Rossum, E. van (2003). Het effect van passief bewegen

op de mate van paratonie, een partieel geblindeerde gerandomiseerde klinische trial.Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 113(6), 132-137.

Horstenbach, J. & Mulder, T. (1997). De neuropsychologie van het CVA. Tijdschrift voorSociale Gezondheidszorg, 75, nr. 8.

Johansson, B.B. Haker, E. et al. (2001). Acupuncture and transcutaneous nerve sti-mulation in stroke rehabilitation: a randomized, controlled trial. Stroke, 32, 707-713.

Kamsma, Y.P.T. (2004). Implicaties van motorische en cognitieve stoornissen voor hethandelen en de bewegingsbehandeling van patienten met de ziekte van Parkinson.Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 114, 59-62.

KNGF (2004). Richtlijnen Parkinson. Amersfoort: Koninklijk Nederlands Genootschapvoor Fysiotherapie.

Kwakkel, G. (1995a). De pathofysiologie van spasticiteit: veranderde inzichten in depathofysiologie van de spastische parese na een UMN-Syndroom. Nederlands Tijd-schrift voor Fysiotherapie, 105, 144-159.

Kwakkel, G. (1995b). Spasticiteit in relatie tot functies en vaardigheden. NederlandsTijdschrift voor Fysiotherapie, 105, 114-122.

Lance, J.W. (1980). Symposium synopsis. In Spasticity: disordered motor control (pp. 485-495). Year Book of medical Publishers. ISBN 978-0883721285.

Larson, E.B., Wang, L. et al. (2006). Exercise is associated with the reduced risk forincident dementia among persons 65 years of age and older. Annals of InternalMedicine, 144, nr. 2.

Leroux, A. (2005). Exercise training to improve motor performance in chronic stroke:effects of a community-based exercise program. International Journal of RehabilitationResearch, 28, 17-22.

Li, W. & Neugebauer, V. (2004). Block of NMDA and non-NMDA receptor activationresults in reduced background and evoked activity of central amygdala neurons in amodel of arthritic pain. Pain, 110, 112-122.

Maslow, A.H. (1943). A Theory of Human Motivation. Psychological Review, 50, 370-396.Middelveld-Jacobs, I.M. & Boogerd, M.E.C.P. (1986). Paratonie een vorm van hyper-

tonie in het psychogeriatrisch verpleeghuis. Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 96,85-87.

NHS (2001). Richtlijnen van de Nederlandse Hartstichting. Den Haag: Nederlandse Hart-stichting.

Nieuwboer, A., Willems Chavret, A., Jones, F, Rochester, D., Kwakkel, G. & Wegen,

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen172

E.E.H. van (2004). Effecten van auditieve cues op het gangpatroon van Parkinson-patienten met en zonder freezing. Nederlands Tijdschrift voor Fysiotherapie, 114, 88-92.

Nijhuis-van der Sanden, R. (2006). Motorisch leren, herleren of adapteren. Utrecht: Key-point.

Otter, A.R. den, Geurts, A.C.H., Mulder, T.H. & Duysens, J. (2006). Gait recovery is notassociated with changes in the temporal patterning of muscle activity during tread-mill walking in patients with post-stroke hemiparesis. Clinical Neurophysiology, 117,4-15.

Rakt, J. van de (2001). Het Rakt Concept. Fysio & Ouderenzorg, nr. 2, 22-33.Rakt, J. van de & Louter, P. (2006). Als zelfs liggen in bed te moeilijk is. Vakblad

Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie in de Geriatrie.Scherder, E. & Eggermont, L. (2006). Exercise, cognition and Alzheimer’s disease:

more is necessarily better. Neuroscience and Biobehavioral Reviews, 30, 562-575.Smits-Engelsman, B. (1994). Motorische controlemodellen als hulpmiddel fysiothera-

peut. FysioPraxis, nr. 8.Taylor, A.E., Saint-Cyr, J.A. et al. (1986). Parkinson’s disease and depression, a critical

re-evaluation. Brain, 109, 279-292.Teixeira-Salmela, L.F. & Olney, J. (1999). Muscle strengthening and physical

conditioning to reduce disability in chronic stroke survivors. Archives of PhysicalMedical Rehabilitation, 80, 1211-1218.

Teunissen, Ch. & Vereijken, E. (2007). Axonale schade bij multiple sclerose: oorzakenen biologische markerstoffen. Neuropraxis, nr. 2.

Ursin, H. & Eriksen, H.R. (2004). The cognitive activation theory of stress. Psychoneuro-endocrinology, 29, 567-592.

Verbrugge, L. & Jette, A. (1994). The disablement process. Social Sciences and Medicine,38, 1-14.

Voller, B., Floel, A. et al. (2006). Contralateral hand anesthesia transiently improvespoststroke sensory deficits. Annals of Neurology, 56, 206-212.

Wessely, S., Nimnuan, C. & Shaepe, M. (1999). Functional somatic syndromes: one ormany? The Lancet, 354, 936-939.

Wiefferink, C.H. et al. (2001). Een gerandomiseerd onderzoek naar het effect vansysteeminterventie bij patienten met onbegrepen lichamelijke klachten. Huisarts enWetenschap, 12, 530-536.

Zambreanu, L. et al. (2005). A role for the brainstem in central sensitisation inhumans. Evidence from fMRI. Pain, 114, 397-407.

Literatuur 173

Bijlage 1 Observatieformulier Centraal Neurologi-sche Aandoeningen

Naam:

Geboortedatum:

Medische diagnose:

Datum van observatie:

Mobiliteit

Sensibiliteit

Exterocepsis:

myogeen collageen artrogeen

arm links/rechts schouder

elleboog

pols

been links/rechts heup

knie

enkel

Propriocepsis:

Extinctie:

Tonus

Hypertonie:

Hypotonie:

Bijlage 1 Observatieformulier Centraal Neurologische Aandoeningen 175

Is er sprake van tonusdisregulatie (spasticiteit, rigiditeit of paratonie)?

Is deze hinderlijk aanwezig (bijvoorbeeld pijn, subtraction parese) enis deze manueel, medicinaal of invasief te beınvloeden?

Klinimetrie

Barthel-index

Datum

Score

0-4 = zeer ernstig beperkt5-9 = ernstig beperkt10-14 = matig beperkt15-18 = licht beperkt19-20 = ADL zelfstandig

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen176

Berg Balance Scale

Motricity Index

10-meter looptest

Uithoudingsvermogen patient

Score Astrand-test

Score 6-minuten looptest

Algehele motoriek gezien vanuit het motorisch controlemodel

Binnen welke facetten uit het motorisch controlemodel zie je proble-men en welk daarvan wordt het belangrijkste aangrijpingspunt voorbehandeling?

Datum

Score

Een score van < 45 punten wil zeggen dat er sprake is van een verhoogd valrisico.

Datum

Score

Datum

Score

Datum

Score

Datum

Score

Bijlage 1 Observatieformulier Centraal Neurologische Aandoeningen 177

Motorisch leren

Welke manier van motorisch leren sluit naar jouw idee het beste aanbij de leerstrategie van deze unieke persoon?

Expliciet leren (knowledge of performance; KP)Bij deze vorm van motorisch leren geeft de therapeut aan wat en hoehet moet gebeuren.Welk feedbacksysteem spreek je hierbij aan om depatient optimaal van jouw instructies te laten profiteren?

Impliciet leren (knowledge of results; KR)Bij deze vorm van motorisch leren gaat de patient op zoek naar eigenoplossingen binnen zijn adaptieve vermogen. Welk feedbacksysteemspreek je nu aan om de patient optimaal te laten profiteren van zijneigen leerrendement.

FeedbackWelk feedbacksysteem is het beste aan te spreken?– exteroceptief– proprioceptief– auditief– visueel– cognitief

Cognitief functioneren

Geef in onderstaand schema je eerste indruk weer over eventueelaanwezige cognitieve functiestoornissen.

Op cognitief niveau – actieplanning

– motorplanning

Op motorisch niveau – motorprogrammering

– parametrisatie

– motorische initiatie

Op effectueringsniveau – perifere zenuwtransmissie

– krachtsgeneratie

Cognitief – feedback op eigen handelen

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen178

Kun je met de door jou gekozen leerstrategie de eventueel aanwezigecognitieve functiestoornissen zo veel mogelijk reduceren?

Belasting en belastbaarheid

Hoe verhouden belasting en belastbaarheid zich ten opzichte vanelkaar? Plaats dit binnen het beınvloeden van vermoeidheid.

Hulpvraag patient en direct-betrokkenen

Impulsief Geen bijzonderheden Initiatiefverlies

Aandachtig Geen bijzonderheden Snel afgeleid

Is zich bewust van omgeving Geen bijzonderheden Leeft in eigen wereld

Kan zich verbaal goed uiten Geen bijzonderheden Komt niet to the point

Geheugen is in orde Geen bijzonderheden Problemen met onthouden

Logische volgorde van handelen Geen bijzonderheden Handelingsvolgorde verstoord

Anticipeert op veranderingen Geen bijzonderheden Blijft dezelfde fouten maken

Bijlage 1 Observatieformulier Centraal Neurologische Aandoeningen 179

Werkhypothese

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen180

Bijlage 2 Spiermobiliserende oefeningen en neuro-gene rektechnieken

Meneer P. heeft een infarct gehad in de linkerhemisfeer en heeftdaardoor een hemiplegie aan de rechterzijde.

Stereotiep spastisch patroon met adductie enenige endorotatie in de schouder, flexie in deelleboog en flexie van de vingers met adductieduim

Stereotiep bewegingspatroon bij handhavingevenwicht op de niet-aangedane zijde

Inhiberende technieken ten behoeve van de bovenste extremiteit

Geassocieerde reacties en het bewegen in totaalpatronen bij het maken van de transfer van lig naarzit

De knieen van links naar rechts bewegen geeft inhibitie van spasticiteit en kan als voorbereidingworden gedaan op een transfer

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen182

Oefenvormen voor de bovenste extremiteit na inhiberende technieken

Oefenvormen ten behoeve van de rompbalans. Hier valt duidelijk op dat de rompverlenging aan dehemiparetische zijde verminderd is

Bijlage 2 Spiermobiliserende oefeningen en neurogene rektechnieken 183

Eenhandige en tweehandige activiteiten

Zenuwrektest van de nervus radialis Zenuwrektest van de nervus medianus

Zenuwrektest van de nervus ulnaris Zenuwrektest van de nervus ischiadicus

Neurorevalidatie bij centraal neurologische aandoeningen184

Ondanks de hemiparese is nog veel mogelijk

Bijlage 2 Spiermobiliserende oefeningen en neurogene rektechnieken 185

Dankwoord

Ik wil het Revalidatiecentrum Breda bedanken voor het feit dat ik daarde afgelopen veertien jaar veel kennis en kunde heb mogen opdoen. Inhet bijzonder wil ik Luc ’t Jonck, Veronique van Voorthuysen en Marcovan Woensel bedanken. Zij hebben een bijdrage geleverd aan de tot-standkoming van dit boek.

Ook wil ik alle patienten bedanken die ik in die periode heb mogenbegeleiden. Van hen heb ik enorm veel geleerd.

Personalia

Frans van der Brugge is als geriatriefysiotherapeut inhoudsdeskundigeen coordinator van de opleiding tot geriatriefysiotherapeut vanAvansplus te Breda. Daar verzorgt hij post-HBO-cursussen Neuroreva-lidatie bij centraal neurologische aandoeningen.Eerder heeft hij veertien jaar in Revalidatiecentrum Breda gewerkt enzich gespecialiseerd in de neurologie, zowel met volwassenen alskinderen. Tevens heeft de auteur neurologie gedoceerd op de Hoge-school voor Fysiotherapie in Breda.