Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij...

4

Click here to load reader

Transcript of Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij...

Page 1: Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij Het Spectrum, 274 pp) 9 Voor een lange lijst van technische opties zie: ...

KLIMAATVERANDERING EN WEST-AFRIKA

INTRODUCTIE

De recent uitgekomen rapporten van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) zijn voor de Werkgroep Ecologie en Ontwikkeling de Vereniging NEDWORC, en de Vereniging Tropische Bossen reden geweest om de gevolgen van de gepresenteerde scenario’s voor West-Afrika te bezien. In de van oorsprong gelaagde verdeling van klimaat en ecosystemen in West-Afrika zijn sinds enkele decennia sterke verschuivingen voelbaar. Daarnaast loopt de economische ontwikkeling van WestAfrika eerder terug dan vooruit hetgeen mondiale invloed heeft d.m.v de intercontinentale immigratie die ook gevolgen heeft voor Nederland dat sterke historische banden met WestAfrika heeft. De relaties op het gebied van handel, zending en ontwikkelingssamenwerking (OS) hebben veel voor beide partijen betekend en o.i.v. de OS heeft WestAfrika lokaal veel positieve ontwikkelingen gekend. Echter, deze positieve trend lijkt niet door te zetten. Indien het klimaat daarbij een rol speelt, kan de OS sector een rol spelen bij het keren van het tij?

Dit was de kernvraag van bijeenkomsten op 5 april en 8 mei 2007 in Utrecht. Tijdens de eerste zitting waren ongeveer 30 personen aanwezig, afkomstig van allerlei organisaties waarvan de meeste met een werkrelatie in West-Afrika. De eerste sessie bestond uit vier presentaties, gevolgd door een korte discussie. De tweede zitting werd bijgewoond door ongeveer 15 mensen waarbij zowel in kleine werkgroepjes als plenair werd gediscussieerd. De tweede zitting behandelde een aantal stellingen en aanbevelingen die afgeleid waren uit de eerste. Onderstaande conclusies zijn daarna door een brede kring deskundigen becommentarieerd. De aanbevelingen zijn deels ook van toepassing op andere Afrikaanse, Aziatische en Amerikaanse landen in ontwikkeling.

HET KLIMAAT

De diverse klimaatmodellen zijn niet in alle aspecten congruent en eenduidig. Volgens de modellen zullen sommige delen van Afrika meer regen ontvangen terwijl andere delen of droger zullen worden of geen effect zullen ondervinden. Ongeveer driekwart van de modellen geeft aan dat de regenval in de (semi-) aride regio’s met name in de droge tijd zal afnemen1. De klimaatmodellen laten geen grote veranderingen in sterkte en frequentie van de stormen en zware regenval zien, maar deze processen zijn niet goed te simuleren. De waarnemingen over de afgelopen 40 jaar wijzen niet op een grote verandering in de frequentie en intensiteit van de stormen2; daarnaast past de afname van regenval tussen 1950 en 1990 met meer dan 20% niet in het theoretisch beeld van de globale klimaatwijziging3.

De biodiversiteit in de meeste ecosystemen van West-Afrika is dramatisch afgenomen gedurende de laatste decennia en waardevolle ecosystemen zijn sterk in oppervlakte verminderd; met name de nattere klimaatzones zijn smaller geworden. Deze afname van de kwaliteit en kwantiteit van ecosystemen is voornamelijk veroorzaakt door veranderingen in landgebruik (akkerbouw, vestigingen, exploitatie van bossen en fragmentatie van ecosystemen). Het ligt voor de hand dat de voorspelde daling in neerslag een verdere achteruitgang van de kwaliteit van ecosystemen kan bevorderen. Toch zullen naar alle waarschijnlijkheid ook in de toekomst de aanpassingen in landgebruik door landbouw en bosbouw meer kritiek zijn voor degradatie van ecosystemen en biodiversiteit dan klimaatverandering4. De toenemende bevolkingsdruk, het hoge percentage grond dat in gebruik is voor laag productieve, traditionele landbouwsystemen, en een marktprijs van de landbouw exportproducten die de kostprijs niet dekt en de arbeid onvoldoende beloont, zijn belangrijke oorzaken van het toegenomen grondgebruik, de verlaagde veerkracht en de verhoogde kwetsbaarheid van de plattelandsbevolking. De niet-conforme marktprijzen voor deze belangrijke bron van inkomsten worden veroorzaakt doordat elders de productie óf wordt gesubsidieerd (bijvoorbeeld katoen) of efficiënter plaatsvindt (zoals het geval is bij de productie van kippenvlees).

Page 2: Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij Het Spectrum, 274 pp) 9 Voor een lange lijst van technische opties zie: ...

Het welzijn van de lokale bevolking hangt sterk samen met de kwaliteit van de leefomgeving. Tussen 1970 en 1990 hebben de boeren in de Sahel-landen de productiviteit van hun landbouwsystemen weten te handhaven ondanks de afname van regenval met meer dan 20%. Sinds 1990 is in verschillende streken aangetoond dat de trend van verminderende biodiversiteit kan worden omgekeerd5. Zo heeft de rurale bevolking van Afrika zich vaak weten aan te passen, maar deweerstand en beschikbare alternatieven van de bevolking zijn sterk aan het afnemen door gebrek aan economische ontwikkeling, de uitputting van natuurlijke bronnen en institutionele instabiliteit6.

DE GEVOLGEN

De consequenties van klimaatverandering voor voedselzekerheid in West-Afrika zullen dus vooral afhangen van de variabiliteit van de regenval en van de veerkracht van de rurale bevolking. De kwetsbaarheid van gemeenschappen zal toenemen wanneer extreme weersomstandigheden frequenter worden. Het gebrek aan goed drinkwater zal vooral in stedelijke gebieden verder toenemen. De toename van de zeespiegelstijging zal tot meer verzilting leiden waarvan de effecten verder stroomopwaarts merkbaar zullen worden. Zeker in de kustgebieden maar ook stroomopwaarts zal de bevolking waarschijnlijk frequenter te maken krijgen met overstromingen. De immigratie van de meest kwetsbare rurale bevolking, met name van de jongeren, uit de droge delen van West-Afrika naar de steden, de kustgebieden en andere continenten zal toenemen indien het beleid niet verandert.

De onvoorspelbaarheid van de klimaat-variabiliteit zowel binnen als tussen jaren, en de weerstand van de bevolking zullen daarom het startpunt moeten vormen voor de planning van de ontwikkeling van West-Afrika.

De focus binnen de ontwikkelingssamenwerking en klimaatdiscussie zou niet zozeer moeten liggen op de effecten van klimaatverandering op zich, maar eerder op het verminderen van druk op een nu al kwetsbare bevolking. Naast slecht bestuur vormen niet-duurzaam gebruik van landbouwgrond en degradatie van natuurlijke hulpbronnen, gebrekkige opleidingen die niet zijn gericht op het ontwikkelen van de rurale economie, en een grootschalig tekort aan drinkwater, de grootste bedreigingen voor de armen in de stad en op het platteland van West-Afrika.

MOGELIJKE MAATREGELEN

Maatregelen die genomen kunnen worden voor mitigatie en adaptatie kunnen variëren van heel algemeen ontwikkelingsgericht tot heel specifiek. De algemene maatregelen zijn hoe dan ook nodig, klimaatverandering of niet, en deze betreffen het weerbaarder maken van de bevolking en het aandragen van relevante opties voor hun ontwikkeling. Deze moeten inspelen op de consequenties van armoede, zoals onvoldoende lange termijn perspectief door het ontbreken van bestaanszekerheid op het platteland. Het vergroten van de veerkracht van de mensen is elementair. Nodig zijn:

Economische ontwikkeling op het platteland en elders, om mensen in staat te stellen zich zelf te redden. Hier kunnen de volgende acties ondersteunend werken:

o Versneld afschaffen van handelsverstorende subsidies in de rijke landen of het corrigeren daarvan; voedselsoevereiniteit is nodig om verzekerd te zijn van voldoende, betaalbaar voedsel.

o Versterking en uitbreiding van boerenorganisaties, om sterker te staan tegenover de grotere handelsorganisaties, teneinde een eerlijke positie te verkrijgen zowel voor het verkrijgen van hun ‘inputs’ als voor het vermarkten van hun producten;

o Informatievoorziening aan boeren ten aanzien van prijzen en het prijsvormingsproces;

o Accent op betaalbare, duurzame en voor zover mogelijk lokale technologieën7 ;

o Het verbeteren van de nationale afzetketens d.m.v. investeringen in infrastructuur, onderwijs en onderzoek, en het creëren van toegevoegde waarde voor belangrijke exportproducten.

Het versterken respectievelijk weer opbouwen van ecologische, financiële en sociaal culturele structuren op het laagste niveau om mensen (meer) controle over hun leefomgeving te geven en om hun vermogen tot innovatie een kans te geven en hun opties te vergroten.

o Erkenning van rechten onder andere op land en van gebruiksrechten andere natuurlijke hulpbronnen

Page 3: Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij Het Spectrum, 274 pp) 9 Voor een lange lijst van technische opties zie: ...

zoals bossen en ‘wetlands’ vormt een belangrijk element voor het vergroten van de bestaans-zekerheid, voor de toegang tot ruraal krediet en het op de toekomst gericht handelen van de boeren8.

o Hernieuwde ondersteuning van scholing, training en onderzoek, en van kredietvoorziening voor rurale activiteiten, gericht op lokale participatie in economische ontwikkeling.

Devolutie van macht van hogere administratieve en politieke niveaus naar de basis en ondersteuning van democratische processen blijven belangrijke punten. Ook de onderlinge relaties tussen de verschillende niveaus hebben aandacht nodig.

Ook specifieke maatregelen die nodig zijn betreffen meest geen radicale wijzigingen maar accentverschuivingen in het beleid:

Voor wat betreft de ruimtelijke ordening in kustgebieden en overstromingvlaktes: richt nieuwe ontwikkelingen op hoger en droger land en begin niet met dure dijken, tenzij de investering daarin economisch rendabel is, bijvoorbeeld ter bescherming van havens en dergelijke;

Grensoverschrijdende regionale coördinatie voor de seizoensgebonden migratie (veehouders, vissers) en regionale en intercontinentale coördinatie van de (meer permanente) migratie.

Maak water in West-Afrika een speerpunt van hulp over de grenzen van het landenbeleid heen:

o Ondersteuning van grensoverschrijdende coördinatie betreffende rivieren, stuwdammen en andere wateren is nodig om te voorkomen dat watergebruik tot conflicten leidt.

o Planning van de drinkwatervoorziening; kennisuitwisseling ten aanzien van efficiënt huishoudelijke watergebruik (regenwater, droge toilet systemen) kan dit ondersteunen.

o Betere en snellere kennisoverdracht naar lokale organisaties, instituten, bedrijven, en producenten omtrent bewezen en betaalbare technologieën op het gebied van regenwater infiltratie en opslag, waterpompen en irrigatie.

Rampenplannen voor ‘worst case scenario’s en de organisatie daarvan.

Het versterken van landinrichtingsplannen om de lagere niveaus een breder kader te geven. Lokale en regionale of nationale belangen gaan niet altijd hand in hand. Om duurzaam landgebruik te ondersteunen is aandacht nodig voor een duurzamer gebruik van bodem, water en nutriënten in de landbouw en voor het duurzaam gebruik van alle andere natuurlijke hulpbronnen omdat dit veel betekend voor de weerbaarheid van met name de armsten.

De Nederlandse OS organisaties zouden een belangrijke rol kunnen spelen op het gebied van kennisontwikkeling en –uitwisseling9. De Nederlandse overheid kan daarbij helpen door te zorgen voor steun aan de ontwikkelingen van zonne- en windenergie en van bio-energie gewassen (zoals Jatropha) die geen claim leggen op goede landbouwgrond of natuurgebieden, en waaraan lokaal duurzame economische activiteiten kunnen worden gekoppeld. Voorkomen van ontbossing d.m.v. beheer is veel efficiënter dan aanplanten. De CO2 fondsen (‘avoided deforestation mechanisms’) kunnen een belangrijke financieringsbron vormen om boeren, machthebbers en beleidsmakers te stimuleren bosgebieden in stand te houden en natuurlijke verjonging te stimuleren. Dit zal vervolgens gunstige effecten hebben op de duurzame ontwikkeling van het omringende gebied (productiviteit van het ecosysteem, bodemvruchtbaarheid, drinkwater voorziening, rivierbeheer, etc.).

Roel Bosma, Els Bognetteau, Chris Geerling, met dank voor hun bijdrage aan Janette Bessembinder, Mxolisi Shongwe, Gert-Jan van den Born, Han van Dijk, Johan Brons, Annemarie Garssen, Ali de Jong, Chris Rey, Joost Brouwer, Henk Holtslag, Ezra Berkhout en Caspar Verwer, en de andere deelnemers van de discussieavonden.

Page 4: Klimaatverandering en west-Afrika Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij Het Spectrum, 274 pp) 9 Voor een lange lijst van technische opties zie: ...

1 http://www.knmi.nl/africa_scenarios/West_Africa/all_extremes.shtml2 http://www.knmi.nl/kenniscentrum/ipcc_2007/wind_en_stormen3 http://www.knmi.nl/kenniscentrum/ipcc_2007/neerslag_in_de_wereld/4 Gert Jan van den Born, Consequences of Climate Change for the West-African ecosystems, Netherlands Environmental Assessment Agency (www.mnp.nl).5 Chris Rey, persoonlijk verslag van onderzoek, UVA. 6 Han van Dijk, Wageningen University, Law and Governance Group, Leiden African Studies Centre, onder ander in: Dietz, A.J.; Ruben, R.; Verhagen, A. (Eds.), 2004, The Impact of Climate Change on Drylands, With a focus on West Africa. Series: Environment & Policy , Vol. 39. 469 p., ISBN: 978-1-4020-1952-47 William McDonough & Michael Braungart, 2002. From cradle to cradle. North Point Press.8 Hernando De Soto, 2000. El Misterio del Capital (in nederlands bij Het Spectrum, 274 pp)9 Voor een lange lijst van technische opties zie: Adaptation aux changements climatiques et gestion des resources en eau Afrique de l’Ouest, 2007. Rapport de synthèse. ENDA, Dakar; SEI, Stockholm; UNESCO; NCAP, Den Haag.